Sportbeleidsplan 2008-2013
Met steun van de Vlaamse overheid.
1
Inhoudstafel. Deel 1. 1.Inleiding - plan kadert binnen decreet en beleidsplan Sint-Lievens-Houtem - opmaak plan (planningsteam, terugkoppeling bestuur, adviesraad)
2. De start 3. De missie van de sportdienst 4.De gegevensverzameling 4.1. Interne gegevensanalyse. 4.1.1. De gemeente en het gemeentebestuur. 4.1.2. De gemeentelijke sportdienst. 4.1.3. De gemeentelijke sportinfrastructuur. 4.1.4. De private sportinfrastructuur. 4.1.5. De schoolsportinfrastructuur. 4.1.6. Het gemeentelijke sportaanbod. 4.1.7. De gemeentelijke ondersteuning. 4.2. Juridische context. 4.3. Trends van toepassing in de gemeente. 4.4. Externe gegevensanalyse. 4.4.1.Methodiek-consultatie.
2
Deel 2. Doelstellingen en plan van aanpak.
Hoofdstuk 2. Ondersteuning en stimulering van de sportvereniging. 1.1. Swottabel. 1.2. Swotanalyse. 1.3. Doelstellingen en plan van aanpak. 1.4. Financiële prognose.
Hoofdstuk 2. Ondersteuning en stimulering van anders georganiseerde sport. 2.1. Swottabel. 2.2. Swotanalyse. 2.3. Doelstellingen en plan van aanpak. 2.4. Financiële prognose.
Hoofdstuk 3. Ondersteuning en stimulering van de toegankelijkheid tot de sport en de diversiteit in de sport. 3.1..Swottabel. 3.2. Swotanalyse. 3.3. Doelstellingen en plan van aanpak. 3.4. Financiële prognose.
3
Hoofdstuk 4. Beschrijving van een globaal meerjarenplan met betrekking tot de sportinfrastructuur in Sint-Lievens-Houtem. 4.1. Swottabel. 4.2. Swotanalyse. 4.3. Doelstellingen en plan van aanpak. 4.4. Financiële prognose.
Hoofdstuk 5. Impulssubsidie : de kwaliteit van de jeugdsportbegeleider. 5.1..Swottabel. 5.2. Swotanalyse. 5.3. Doelstellingen en plan van aanpak. 5.4. Financiële prognose.
Hoofdstuk 6. Geïntegreerd vijetijdsbeleid in Sint-Lievens-Houtem.
Deel 3. Bijlagen.
4
Deel 1. 1.INLEIDING. 1.1.Inhoudelijke redenen om tot beleidsplanning over te gaan. De afgelopen jaren heeft het lokale sportbeleid een centrale rol gekregen in het Vlaamse ‘Sport voor Allen’- beleid. Aan enthousiasme en goede wil, om deze rol te vervullen, geen gebrek. Toch blijkt dit niet voldoende. De uitdaging blijft om de organisatie van veelal losse sportpromotionele en ondersteuningsinitiatieven te vertalen naar een strategische beleidsplanning, gekoppeld aan duidelijke objectieven op korte en middellange termijn. Een instrument bij uitstek hiervoor is een sportbeleidsplan, zoals dit al langer gebruikelijk is in de lokale jeugd- en of culturele sector. Wat willen we, wat moeten we en wat kunnen we? Wat willen we bereiken? Wat moeten we doen, niet alleen van de hogere overheid, maar des te meer vanuit de behoeftebepaling bij de burgers en andere sportactoren? Maar niet alles wat we willen of moeten doen kunnen we ook werkelijk realiseren. Dit beleidsplan moet dan ook een antwoord kunnen geven op de vraag wat we kunnen, niet alleen op budgettair vlak, maar ook op het vlak van de competenties, infrastructuur…. Dit beleidsplan wordt dus het referentiekader waaraan we onze beslissingen toetsen. Het biedt ons de mogelijkheid om de middelen waarover we beschikken op een gestructureerde manier zo effectief mogelijk in te zetten om onze doelstellingen te bereiken. Waar gaan we met onze organisatie naartoe en hoe kunnen we dat op de meest efficiënte manier? Verder is het een mogelijkheid om de sportdienst te positioneren ten opzichte van andere diensten al was het maar om duidelijk te maken aan anderen waarvoor de organisatie staat.
1.2.Het beleidsplan omwille van de kwaliteitszorg. Kwaliteit als basisvoorwaarde.Van een nette kleedkamer of sporthal tot de invulling van de sportpromotionele acties die de sportdienst onderneemt. Een beleidsplan als werkdocument dus. De betrokkenheid van de ganse organisatie is hiervoor een absolute noodzaak net als het engagement van de hogere leiding om de nodige inspanningen en middelen te leveren. Het kwaliteitsproces en klanttevredenheid staan centraal in dit verhaal.I n dit beleidsplan zal een gulden middenweg aangegeven worden tussen wat de klanten verwachten en wat de organisatie kan bieden, rekening houdend met de beschikbare middelen.
5
1.3.Sportbeleidplanning en regelgeving. Het ‘vorige’ Decreet houdende erkenning en subsidiëring van de gemeentelijke sportdiensten, de provinciale sportdiensten en de sportdienst van de Vlaamse Gemeenschapscommissie van 5 april 1995 bevatte vooral bepalingen op het vlak van erkenningsvoorwaarden en minimumcriteria met betrekking tot oppervlakte van sportinfrastructuur en aantal sportfunctionarissen. Gemeenten werden ingedeeld in verschillende categorieën in functie van het aantal inwoners en konden aanspraak maken op een basis- en een aanvullende subsidie, waarop een correctiefactor op basis van de aanwezige decretale sportinfrastructuur werd toegepast. Zowel de visie op de rol die de verschillende bestuursniveaus op het vlak van sport moeten spelen als de sport op zich, zijn de laatste jaren in die mate geëvolueerd dat een grondige herziening van dat decreet dringend nodig was. In de beleidsnota’s van de huidige Vlaamse regering werd het engagement om een vernieuwd decreet te ontwikkelen expliciet opgenomen. Het nieuwe decreet vormt een van de belangrijkste onderdelen van het Sport-voor-allen-beleid en is een belangrijke aanvulling voor het topsportbeleid dat stilaan op volle kracht draait. Vlaanderen wil via een hechte samenwerking met gemeente- en provinciebesturen zoveel mogelijk mensen stimuleren, uitnodigen, begeleiden en ruimte bieden tot actieve sportbeoefening. De doelstellingen en methodes richten zich op een stevige vernieuwing en verbetering. Dit betekent dat er aandacht is voor een gevarieerd sportaanbod, zowel in clubverband als erbuiten. Voor kwetsbare doelgroepen worden er extra impulsen gevraagd. Het plaatselijke verenigingsleven is voor de Vlaamse overheid een centraal aandachtspunt in het overheidsbeleid. Om die reden is een interactieve bestuursstijl, waarbij het lokaal sportbeleid wordt voorbereid en uitgevoerd in intensieve dialoog en samenwerking met alle betrokken particuliere (bv. sportverenigingen) én publieke actoren (bv. onderwijs of andere besturen zoals intergemeentelijke of provinciale samenwerkingsverbanden), één van de belangrijkste invalshoeken van dit nieuwe decreet. Vier belangrijke pijlers in dit nieuw decreet. Meer en betere subsidies voor lokale en regionale sportverenigingen, de cruciale partners in het realiseren van het sportbeleid. Tenminste vijftig procent van de Vlaamse subsidies moeten hieraan besteed worden en kwalitatieve criteria, die in samenspraak met het lokale sportveld worden opgemaakt, vormen hiervan de basis. Aandacht voor de andere sportpraktijk (andersgeorganiseerde sport). Heel wat mensen in Vlaanderen doen op een informele manier aan sport. Aan de lokale besturen wordt gevraagd om minstens twintig procent van de Vlaamse subsidies te besteden aan bijvoorbeeld buurt- of schoolgebonden sportbeoefening. Aandacht voor de sociale component (toegankelijkheid en diversiteit). Lokale besturen worden gevraagd om minstens tien procent van de Vlaamse subsidies te investeren in het corrigeren van bestaande sociale achterstanden inzake sportparticipatie bij aandachtsgroepen zoals mensen met een handicap, van allochtone afkomst of die leven in armoede. Deze 10 procent mag ook
6
worden beschouwd ofwel als een onderdeel van de 50 procent voor de directe financiële ondersteuning van de sportverenigingen, ofwel van de 20 procent voor programma’s of acties rond het anders georganiseerd sporten, ofwel verdeeld onder beide. Een meerjarenplan inzake sportinfrastructuur. De lokale besturen brengen de noden en plannen op gebied van sportinfrastructuur nauwgezet in kaart en geven aan welke impulsen nodig zijn in de toekomst. De gemeenten zorgen voor een eigen inbreng van 0,50 euro voor elke euro die door Vlaanderen wordt voorzien. Deze cofinanciering van vijftig procent kan vrij verdeeld worden over de eerste drie hoofdstukken. Aangrenzende gemeenten kunnen een intergemeentelijk sportbeleidsplan indienen. Het gaat dan om maximaal drie aangrenzende gemeenten met in totaal maximaal 30 000 inwoners, of twee aangrenzende gemeenten met in totaal maximaal 20 000 inwoners. Indien het gemeentebestuur geen sportbeleidsplan indient, kunnen de gemeentelijke sportraad of, bij het ontbreken daarvan, een representatief aantal lokale sportverenigingen in deze uitzonderlijke situatie een verenigingssportbeleidsplan indienen. Voor het opmaken en indienen van het verenigingssportbeleidsplan gelden andere voorwaarden dan voor het opmaken en indienen van het gemeentelijk sportbeleidsplan. De beleidssubsidie van de Vlaamse Gemeenschap voor gemeenten in Vlaanderen die voldoen aan alle basisvoorwaarden van het decreet bedraagt 1,50 euro per jaar per inwoner: een gelijk bedrag voor elke Vlaming om de actieve sportbeoefening te promoten, ongeacht omvang en aard van het zorggebied. Bovenop de beleidssubsidie voor gemeenten van 1,50 euro per jaar per inwoner voorziet de Vlaamse overheid voor de gemeenten in Vlaanderen ook een impulssubsidie van 0,80 euro per jaar per inwoner voor een thema dat bij het begin van elke lokale legislatuur wordt vastgelegd. Voor de bestuursperiode 2007 2012 is dit de kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleiders in sportverenigingen die bij een erkende Vlaamse sportfederatie zijn aangesloten. Voor de 19 gemeenten van het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad gelden andere bepalingen. 2007 is het planningsjaar, de beleidssubsidies worden voorzien vanaf 2008, de impulssubsidies vanaf 2009. Tot zover de bepalingen van het nieuwe sportdecreet. Een beleidsplan “om den brode” maken echter is puur tijdsverlies en is de laatste motivatie om dit planningsproces aan te vatten. Een ambitieus- realistisch of realistisch-ambitieus plan. We zullen ons dus in dit plan niet beperken tot de “ verplichte hoofdstukken” die de wetgever vooropsteld. Aangezien dit sportbeleidsplan deel zal uitmaken van het algemeen beleidsplan voor Sint-Lievens-Houtem wordt de synergie tussen het sportbeleidsplan en de plannen van de andere gemeentelijke diensten bibliotheek,jeugd en cultuur heel belangrijk (cfr. 3. Missie ). Het afstellen van die verschillende planningsprocessen gebeurt best in onderling overleg zodat het geheel voor de klant, burger, transparant en overzichtelijk blijft.
7
2.De start. Het planningsteam Eén plus één is meer dan twee. Verschillende invalshoeken maken een plan rijker, het draagvlak groter. We zochten een planningsteam van min 5 maximum 10 leden waaronder verschillende actoren uit het lokale sportgebeuren die zich willen engageren om mee te denken in dit planningsproces. Naast twee bestuursleden van de sportraad werd gezocht naar een mix van deskundigen uit het lokale sportmilieu en onderwijs. Er is voldoende variatie in persoonlijkheid en de leden toonden van bij de start de bereidheid om samen te willen werken en eventueel meningsverschillen door te praten en samen naar oplossingen te zoeken. De samenstelling van het planningsteam:
-Kim Lankman -Nicole De Maeseneire -Eddy De Smedt -Fabian Mory -Bart Van Der Kelen -Koen De Keuckeleire -Sofie De Bock -Jo Vermeulen -Claudine Seymortier -Herwig De Vooght
lic. Kinesiterapie ambtenaar, bestuurslid gemeentelijke sportraad bestuurslid gemeentelijke sportraad directeur vrije Basisschool te Herzele lic.L.O., medisch afgevaardigde lic. In de rechten, ambtenaar. student 2° lic. Gentse universiteit afdeling sportmanagement. schepen van sport, jeugd en cultuur. sportpromotor sportfunctionaris
Een legitiem plan. Het College van Burgemeester en Schepenen heeft in zitting van 19 januari 2007 het licht op groen gezet om met het planningsproces voor de sport te beginnen. In zitting van 09 november 2006 kreeg de samenstelling van dit planningsteam van het college de goedkeuring en werden de eerste bijeenkomsten vastgelegd. De leden van het college van burgemeester en schepenen werden uitgenodigd naar elke vergadering van het planningsteam en rapportering van het verslag naar het college zorgde voor de nodige feedback
8
3. De missie. Het formuleren van een missie van de organisatie is een stap in de goede richting om de neuzen van de beleidsmakers en de uitvoerders in dezelfde richting te zetten. Die missie dient rekening te houden met de algemene visie van het gemeentebestuur en het huidig bestuursakkoord. In dat bestuursakkoord geeft het gemeentebestuur “de opdracht aan alle gemeentelijke diensten die in deze ‘goedgevoelsectoren’ actief zijn om samen te werken ten einde de doelstellingen te bereiken die hieronder worden beschreven. Het einddoel is te komen tot één groot ‘lokaal dienstencentrum’. Of hierbij uiteindelijk de voorwaarden worden gehaald die tot een officiële erkenning als ‘lokaal dienstencentrum’ door de Vlaamse gemeenschap kunnen leiden, met de bijhorende (beperkte) subsidiëring, is niet echt relevant, precies door de beperktheid van de subsidiëring. Waar het op aan komt, is dat de verhoogde inzet van middelen in deze sectoren die de gemeente het laatste decennium presteerde ook uitmondt in resultaten. Deze resultaten zullen moeilijk meetbaar zijn, omdat er geen nulmeting voorhanden is. Wie echter enigszins de maatschappelijke evolutie volgt zal ervan overtuigd zijn dat de inspanningen die de gemeente levert op termijn zeker hun vruchten zullen afwerpen. “ En verder: “ De inschakeling van het OCMW in heel deze constructie kwam in dit beleidsplan nog niet ter sprake. De verhoogde samenwerking tussen gemeente en ocmw die in het nieuw Vlaams gemeentedecreet is gebetonneerd, moet echter de hefboom zijn die een meerwaarde aan het geheel bezorgt, en onze gemeente wil daar maximaal werk van maken. Om die reden werden de bevoegdheden van de goedgevoelsectoren onder één schepen samengebracht, en om die reden werd de voorzitter van het ocmw in het schepencollege opgenomen. Zij zullen de voortrekkers moeten zijn om de doelstellingen van dit hoofdstuk waar te maken” De rol die de sportdienst hierin kan spelen wordt vertaald in haar missie.
De sportdienst is een gemeentelijke dienst die de lokale sportpraktijk stimuleert en faciliteert. De sportdienst zorgt voor de cohesie tussen de verschillende sportactoren sportclubs, schoolsport, recreatiesporter…enerzijds, maar ook tussen de actoren uit andere beleidsdomeinen zoals jeugd, ocmw…. De sportdienst informeert de burgers over het lokale sportgebeuren en geeft ondersteuning. De sportdienst bevordert en stimuleert de kwaliteit in de sportbeoefening. De sportdienst vult de lacunes in het lokale sportaanbod in en stimuleert niet-sporters tot sportbeoefening.
9
4. De gegevensverzameling. De fase van de gegevensverzameling wordt door vele auteurs over beleidsplanning niet ten onrechte ‘ de moeder van alle beleidsfasen ‘ genoemd. In deze fase willen we zo veel mogelijk gegevens over de organisatie en haar omgeving verzamelen. We gaan hier uitsluitend beschrijvend tewerk om aan de verleiding te weerstaan om de gegevens reeds te willen interpreteren. Dit is werk voor in een latere fase in dit beleidsplanningsproces. De gegevensverzameling van dit sportbeleidsplan bestaat uit volgende fases. → De inventarisatie van de interne gegevens, zeg maar de situatieschets van de sportdienst, de sterktes en zwaktes van hetgeen de sportdienst momenteel aanbiedt. → De externe gegevensverzameling bestaat enerzijds uit de beschrijving van het aanbod van andere sportaanbieders in de gemeente en anderzijds de bevraging van de stakeholders. Deze stakeholders zijn individuen, groepen of organisaties die de werking van de sportdienst kunnen beïnvloeden of die erdoor kunnen beïnvloed worden. → De evaluatie van de omgevingsfactoren. Maatschappelijke trends, trends binnen de algemene sportsector en trends binnen het sportgebeuren in Sint-Lievens-Houtem. Juridische context waarmee het gemeentelijk sportgebeuren te maken heeft.
4.1 De interne gegevensverzameling. 4.1.1. De gemeente en het gemeentebestuur. Sint-Lievens-Houtem telt op 01/03/2007, 9491 inwoners. Het groeipercentage van de bevolking bedraagt 1,7 %. Dit groeipercentage is iets minder dan het Vlaams gemiddeld groeipercentage ( 2%) en iets meer dan het plattelandsgemiddelde (1,6 %) De huidige zetelverdeling gemeenteraadsverkiezing oktober 2006. Aantal zetels : 21.
10
Nieuw Houtem:10 + voorzitter OCMW CD& :4 VLD: 5 SPA: 1 VB: 1 Bestuurscoalitie Nieuw Houtem - CD&V Burgemeester: Lieven Latoir - Nieuw Houtem Schepen van sport: Jo Vermeulen - Nieuw Houtem. Situatie van de sportdienst binnen het gemeentebestuur.
GR
College
Technische dienst
Diensten administratie
Sportdienst
Cultuurdienst
Jeugddienst
bib
11
4.1.2. De gemeentelijke sportdienst. De gemeentelijke sportdienst ontstaan via een BTK-project (Bijzonder Tijdelijk Kader ) in 1979, bestaat vandaag uit 7 personeelsleden. ( 5, ¾ FT equivalenten*) De gemeentelijke sportdienst is gevestigd in het gemeentelijk sportcentrum in de Fabrieksstraat 19 te Sint-Lievens-Houtem. De samenstelling van de sportdienst: 1 sportfunctionaris, diensthoofd FT statutair 1 sportpromotor FT Gesco 1 bediende PT (19 u) Gesco 2 toezichters sportcentrum FT Gesco 1 toezichter sportcentrum PT (6u) Gesco 1 poetsvrouw FT Gesco * FT = 38 u. De misschien wel belangrijkste gebeurtenis m.b.t. de werking van de sportdienst is de renovatie van het sportcentrum in 1992. In juni 1993 werd het sportcentrum de Fabriek geopend voor het publiek. De bestaande sporthal werd voorzien van een sporttechnische uitrusting, sportvloer en tribunes en uitgebreid met een kleine zaal voor het beoefenen van gevechtssporten en dansvormen, een squashlokaal, een klimmuur, vergaderlokalen, kleedkamers en burelen. Heel wat nieuwe clubs zijn op dat ogenblik ontstaan zodat deze sportaccomodatie inmiddels een maximale bezettingsgraad heeft bereikt. Hierdoor ontbreekt de ruimte en tijd om nieuwe promotionele activiteiten te organiseren in het sportcentrum.
We geven hieronder een schematisch overzicht van bestaande projecten, programma’s en diensten die de sportdienst momenteel doet en met welke doelstelling.
12
Omschrijving promotie schoolsportklassen
Doel
Doelgroep
De kinderen uit basisonderwijs laten kennismaken met de sportdienst en de mogelijkheden binnen het sportcentrum De kinderen een gedifferentieerde sportopleiding aan te bieden en de link leggen naar de sportclubs met jeugdwerking in de gemeente. Tijdens de lesuren zo veel mogelijk kinderen laten deelnemen aan de schoolsportcompetitie. Een wekelijks aangepast sportaanbod onder deskundige begeleiding . De school ondersteunen bij de organisatie van schoolsportdagen Een sportief aanbod creëren tijdens de schoolvakantieperiode
Basisonderwijs 2° en 3° graad Vanaf 2° kleuterklas
Bovenlokale initiatieven nemen met andere gemeentelijke sportdiensten: regiotour,avonturenkamp,voetbalclinic,vorming …..
Vanaf 12 jaar Sportclubs
Administratieve ondersteuning van de sportraad
Sportclubs in de gemeente
Investeringstoelage Huurtoelage
De club ondersteunen bij de dagdagelijkse werking Kwaliteitsverbetering in de jeugdopleiding Terugbetaling opleidingsvergoeding Renovatie van de sportaccomodatie Indien de gem. accommodatie niet vrij is
Sportclubs in de gemeente “ “ “ “ “ “ “ “
Infomomenten
Sportclubs inlichten over nieuwe tendensen,wetgeving m.b.t. hun werking
Sportclubs in de gemeente
Sportacademie Interscholensport Fyfty fit sport Schoolsportdagen Sportkampen Samenwerkingsverbanden Regiosportdienst
Info& ondersteuning Gem.sportraad Subsidiëring Werkingstoelage Jeugdtoelage
Basisonderwijs 50 jaar en ouder Kleuter- en basisonderwijs Van 5 tot 18 jaar
13
4.1.3. Gemeentelijke sportinfrastructuur ►Sportcentrum ‘de fabriek’, Fabrieksstraat 19 te 9520 St.-Lievens-Houtem -sporthal 33 x 22 m., voor de traditionele zaalsporten -kleine hal 15 x 15m voor gevechtsporten, dans- en andere bewegingsvormen, aerobic, kleuter- en seniorengym - squash, klimmuur
bezettingsgraad in 2006 SPORTTAK BADMINTON BASKET GYMNASTIEK + DANSVORMEN GEVECHTSSPORTEN TENNIS VOLLEYBAL ZAALVOETBAL SQUASH
UUR/JAAR 9 1260 438 451 42 51 29 648
aantal gebruikers in 2006
MAAND 2006 JANUARI FEBRUARI MAART APRIL MEI JUNI
INDIVIDUELEN SCHOLEN GROEP 925 4954 475 5021 1125 5649 425 5057 650 3641 200 2206
285 261 324 264 180 105
TOTAAL 6164 5757 7098 5746 4471 2511
DAGEN GEM/ GESLOTEN DAG OPEN 29 2 212 28 0 206 31 0 229 28 2 205 29 2 154 28 2 90
14
JULI AUGUSTUS SEPTEMBER OKTOBER NOVEMBER DECEMBER
0 0 500 1225 1625 400
2172 2126 4388 5548 4882 5162
4 48 114 195 156 138
2176 2174 5002 6968 6663 5700
10 30 30 31 26 27
21 1 0 0 4 4
217 72 167 225 256 211
15
Grafiek aantal sporters van het sportcentrum gedurende de laatste 3 jaar:
60000
50000
40000
2006 30000
2005 2004
20000
10000
0 SCHOLEN
GROEP
INDIVID.
16
► Openluchtsportcentrum ‘Hemelrijk’ te Vlierzele - 1 voetbalveld - 1 polyvalent terrein bezettingsgraad: - dins-, woens-, donder- en vrijdag trainingen - zaterdag en zondag wedstrijden 4.1.4. Private sportaccommodatie - voetbal: 1.SK.Vlierzele 1 terrein, Zavelstraat te Vlierzele. 2.OZ BAvegem 1 terrein en klein oefenveld te Bavegem. 3.VK. Letterhoutem 1 terrein, Keiberg Letterhoutem. (niet conform de reglementering KBVB) 4.VC Eendracht Houtem 2 terreinen, Kloosterstraat te Sint-Lievens-Houtem. - tennis: 2 terreinen, Polbroek te Sint-Lievens-Houtem. - fitness: 1 fitnesscentrum, Schoolstraat te Sint-Lievens-Houtem. 4.1.5. Schoolsportinfrastructuur Buiten de traditionele kleine turnzaaltjes is er geen specifieke schoolsportaccommodatie.
4.1.6. Het gemeentelijk sportaanbod. Het bestaande sportpromotioneel aanbod vindt vooral overdag plaats omdat er naschools geen sportinfrastructuur meer beschikbaar is voor initiaties lessenreeksen ed. Schoolsportklassen, basisonderwijs. Het organiseren van geïntegreerde sportweken in de eigen gemeente, naar het voorbeeld van zee-, sneeuw- en bosklassen lijkt nog steeds een interessante mogelijkheid om in de lagere school het tekort aan bewegingsopvoeding op te vangen. Hierbij tracht de sportdienst bij de kinderen zoveel mogelijk interesse voor verschillende manieren van sportbeoefening op te wekken. Op het
17
programma staan o.a. muur klimmen, balspelen, honkbal, fitheidstest en nog meer van dat fraais. De theoretische lessen worden gegeven door de klastitularis. De sportlessen worden gegeven door de leerkracht lichamelijke opvoeding van de sportdienst. Sportacademie, kriebelacademie. Kleuter- en basisonderwijs. De gemeentelijke sportdienst wil met sportacademie de kinderen uit het basisonderwijs een gedifferentieerde sportopleiding bezorgen.Tijdens de opleiding moet het kind nog geen keuze maken welke sporttak hij of zij competitief of recreatief wil beoefenen. We laten de kinderen gedurende het volledig schooljaar als het ware proeven van verschillende sportvormen.Het aanbod is gedifferentieerd, maar ook afgestemd op de plaatselijke situatie zodat de kinderen, indien ze dat wensen, terechtkunnen in de bestaande competitie- of recreatieclubs. Voor kinderen die niet aangesloten zijn bij een sportclub is de sportacademie een ideaal middel om in onze bewegingsarme samenleving toch nog wat fysieke inspanningen te leveren. Voor kinderen die reeds kozen voor een bepaalde sportrichting is de sportacademie beslist een aanvulling. Interschoolsport-sportdagen. Basisonderwijs. De sportdienst neemt tijdens het schooljaar een aantal initiatieven i.k.v. de interscholensport. Veldloop, sportquiz, netbal, base-bal…. Deze activiteiten vinden steeds plaats tijdens de lesuren en worden begeleid door personeel van de sportdienst. Sportkampen. Tijdens de vakantieperiodes zorgt de sportdienst voor een vrij uitgebreid aanbod sportkampen. Dit aanbod gaat van avonturensport,omnisport, paardrijden, windsurfen tot kleutersport. Fifty-Fit. Voor de senioren en medioren organiseert de sportdienst wekelijks op maandag- en donderdagnamiddag bewegingsmomenten. 4.1.7. De gemeentelijke ondersteuning. Sportverenigingen kunnen nu reeds rekenen op financiële gemeentelijke ondersteuning. → De werkingstoelage op basis van het werkingsverslag. Bijlage → De bijzondere jeugdtoelage. → De toelage voor investering en of renovatie van sportinfrastructuur. Bijlage
18
→ De terugbetaling van sportspecifieke opleiding en vorming. Bijlage Rode draad, het belangrijkste criterium in het plaatselijke subsidieverhaal is de jeugdwerking en de kwaliteit ervan. 4.2. De juridische context waarbinnen de sportdienst evolueert. Door de jaren heen heeft ook de sportsector steeds meer te maken met een strikte wetgeving. Als erkende sportdienst is hier vooral het decreet van 5 april 1995 houdende de erkenning en subsidiëring van gemeentelijke sportdiensten, de provinciale sportdiensten en de sportdienst van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Dit decreet is van kracht tot 31/12/2007. Verder is het decreet van 13 juli houdende het stimuleren van een kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid bepalend geweest voor de samenstelling van bv. de gemeentelijke sportraad. Een aantal wetten en decreten hebben niet alleen een invloed op de werking van de sportdienst maar treffen ook het reilen en zeilen van de sportclubs. ►K.B.van 25 april 2004 houdende de reglementering van de organisatie van actieve ontspanningsevenementen. ►Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers. Verder de nieuwe legionellawetgeving, de strengere milieuwetgeving voor oa. de organisatie van natuursporten zoals mountainbike, motoraangedreven sporten, de nieuwe VZW wetgeving……
4.3. Trends van toepassing in de gemeente Maatschappelijke trends Sport is een onderdeel van de samenleving. Ontwikkelingen in de samenleving hebben vaak ook een grote invloed op de wijze waarop de mensen sport kunnen of willen beoefenen. Een overzicht geven van de belangrijkste maatschappelijke trends is relevant omdat hierdoor de context en de mogelijkheden worden aangegeven waarmee een sportbeleid zal dienen rekening te houden. Een volledig overzicht geven van alle trends is haast onmogelijk omwille van de veelzijdigheid van deze ontwikkelingen. Bovendien gaat het vaak niet enkel om brede maatschappelijke ontwikkelingen, maar ook om specifieke trends binnen de vrije tijd (en dus ook binnen de sport) en zelfs om evoluties binnen het beleid. Hieronder worden meerdere van deze ontwikkelingen opgesomd. Deze opsomming is dus zeker niet volledig. Het geeft enkel aan dat bij het bepalen van een sportbeleid er heel wat algemene trends kunnen worden benoemd waarmee men zou kunnen rekening houden.
19
- ontgroening (minder jongeren) - vergrijzing (meer ouderen) - gezinsverdunning (kleinere gezinnen, meer alleenstaanden) - verkleuring (meer etnische en culturele verscheidenheid) - individualisering (groeiende autonomie van het individu) - dalende fysieke fitheid (overgewicht, bewegingsarmoede) - ecologisch bewustzijn (aandacht voor duurzaamheid) - stijging van de welvaart - dualisering van de maatschappij (armen – rijken; werkenden – werklozen) - wellness (groeiend belang van lichaamscultus) - mondialisering (internationalisering, globalisering) - commercialisering - wijzigend vrijetijdsgedrag (flexibilisering arbeidstijd, diversificatie en toename vrijetijdsaanbod) - mediatisering (groeiend belang van de media) - digitalisering (groeiend belang van de computertechnologie) - professionalisering - kwaliteitsbewaking - rationalisering - concentratie - schaalvergroting Daarnaast wordt vaak ook nog verwezen naar de ‘versporting van de samenleving’ (het groeiende belang van sport in diverse maatschappelijke sectoren: toerisme, welzijn, jeugd, onderwijs, …). In de literatuur worden dan ook heel wat maatschappelijke functies en betekenissen van sport beschreven (gezondheidsbevordering, democratisering, integratie, socialisatie, identiteitsvorming, identificatie, politiek en economisch belang, …). Ook worden er heel wat ontwikkelingen binnen de sport zelf beschreven. Eén van de meest vermelde, is ongetwijfelde ‘ontsporting van de sport’ (minder éénduidig karakter door toename van verschijningsvormen van sport, met ondermeer het ontstaan van nieuwe ‘alternatieve’ bewegingsvormen en een groeiende dualiteit tussen topsport en sport voor allen). Dit alles geeft meteen aan dat deze ontwikkelingen zich in uiteenlopende richtingen manifesteren (van de samenleving naar de sport en andersom). Heel wat ontwikkelingen die binnen de sport worden beschreven, zijn dan in feite ook op te vatten als sportspecifieke gevolgen van algemene trends.
20
Een inzicht in de algemene trends in de sport samen met de situatieschets van de sport in de gemeente is een solide basis om na te denken over de sport. Zoals reeds hoger aangegeven, kunnen ontwikkelingen op diverse niveaus worden bekeken. Naast algemeen maatschappelijke trends die van invloed zijn op de sport en specifieke ontwikkelingen binnen de sport, kunnen ook evoluties worden beschreven die zich gedurende de laatste jaren voordoen op het beleidsmatig vlak. Ook dergelijke ontwikkelingen zijn relevant voor het bepalen van de richting waarmee we met het beleid naartoe zal willen. Een aantal specifieke ontwikkelingen van de laatste jaren met betrekking tot het voeren van een gemeentelijk sportbeleid met betrekking tot sport worden dan ook hieronder opgesomd: - consumentisme, het levensgevoel bij de post-boomers leidt tot een verhoogde zin voor vrijblijvendheid en consumentistisch gedrag. ( o.a. verminderde deelname aan wedstrijden en trainingen). (prof. De Knop - Van invaller tot kernspeler ) - toenemend gezondheidsbesef, er wordt een toenemende aandacht verwacht voor lifetime sporten die niet een langer leven garanderen , maar wel een goed leven. ( Prof. Jan Boutmans KU Leuven ) - vervlechting van allerlei sectoren maakt dat sport wellicht steeds moeilijker als een aparte sector zal worden beschouwd. ( prof. Jeroen Scheerder KU Leuven) - een groeiende aandacht voor participatie van doelgroepen (personen met handicap,vrouwen, etnische minderheden, senioren, …). - het gebruik van sport als middel tot sociale vernieuwing (belang van de maatschappelijke functie van sport). - kwaliteitsbevordering in de sport, naa een periode van democratisering in de sport met de nadruk op kwantitatieve toename wordt de nadruk gelegd op de kwaliteit in de sport. - een toename van de indirecte sturing in het (gemeentelijke) sportbeleid door het meer overdragen van uitvoerende taken naar het particuliere initiatief (lokale sportorganisaties en sportverenigingen, zogenaamde regiserende bestuursrol of regiefunctie). - van sectorale naar integrale sportbeleidsontwikkeling waarbij sportbeleid ontwikkeld wordt in relatie tot de beleidsterreinen welzijn, onderwijs, stadsvernieuwing, ... . Het sportbeleid krijgt hiermee een sectoroverschrijdend karakter. - van centrale beleidsvoering naar wijk- of buurtgerichte aanpak (territoriale aanpak) om beter te kunnen inspelen op de burgers en op de specifieke problemen die zich in de buurten voordoen (specifiek voor die buurt). - van aanbodgerichte naar markt-/vraaggerichte strategie om de discrepantie te kunnen verminderen tussen de aangeboden voorzieningen en de vraag ernaar (o.m. het uitvoeren van behoeftestudies bij (delen van) de bevolking). - veranderingen in het subsidiebeleid met specifieke kwaliteitscriteria en resultaatsverbintenis, als ook diversificatie van gebruikstarieven voor accommodaties en deelnamegelden. Een principe daarbij is dat 'de gebruiker betaalt', maar in functie van zijn eigen mogelijkheden. - een toenemende aandacht voor effectiviteit en een evolutie van het formuleren van vage naar concrete en meetbare doelen om resultaten beter zichtbaar te kunnen maken en aldus een breder politiek draagvlak te verkrijgen. Hierbij wordt dus meer belang gehecht aan beleidsevaluatie en resultaatmetingen.
21
- een verandering van de werkbenadering van ambtenaren waarbij meer bedrijfsmatig moet gewerkt worden. Dit houdt in dat er voor het sportbeleid strategische plannen worden ontwikkeld. Het ontwikkelen van deze strategische plannen dwingt de beleidsmakers dus ook om een concrete beleidsvisie te ontwikkelen de dienst om de vastgelegde doelstellingen te concretiseren. - het stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid van burgers voor het ontwikkelen van sportactiviteiten en het stimuleren van nieuwe groepsvorming binnen sport (sport op buurt- en wijkniveau). Hierbij wordt dan gewerkt aan een attitudeverandering welke wordt bewerkstelligd via een procesmatige aanpak met de volgende aspecten: sportieve educatie (verbeteren aansluiting tussen bewegingsonderwijs op school en het buitenschoolse sportaanbod); sportieve ruimte-ontwikkeling (bieden van ruimtelijke mogelijkheden om sport op wijkniveau te kunnen beoefenen); sportieve buurtontwikkeling (stimuleren en ondersteunen van bewonersinitiatieven op sportgebied); sportieve ondersteuning (gerichte ondersteuning van de georganiseerde sport zodat men beter kan inspelen op demografische en culturele veranderingen). - het stimuleren van publiek-private samenwerking (PPS), ondermeer in het realiseren en beheren van sportinfrastructurele voorzieningen. Het uitgangspunt is het realiseren van een meerwaarde op basis van een heldere taak- en risicoverdeling, waarbij iedere partner de eigen identiteit en verantwoordelijkheid blijft behouden. - de duurzaamheid van beleid - het belang van netwerken binnen en buiten sport die beleidsvoering kunnen voeden - een interactieve beleidsvoering in samenwerking met partners uit het lokale sportbeleid
22
4.4. De externe gegevensverzameling. In deze fase van dit beleidsplan zijn we gaan vragen aan onze omgeving hoe zij de sportdienst ervaren. We gaan dus na welke invloed we hebben op, of ondergaan bij verschillende individuen, groepen, organisaties. Tijdens één van de eerste bijeenkomsten van het planningsteam werden die verschillende stakeholders in kaart gebracht. Per beleidsdomein werden door het planningsteam de stakeholders bepaald. Daarna werden die stakeholders geclassificeerd. Uiteindelijk werd uit de lange lijst van stakeholders in een prioriteitenmatrix ondergebracht op basis van volgende drie peilers: → Belang: het belang dat de organisatie aan deze stakeholder hecht → Kennis : de kennis die de stakeholder over de organisatie heeft → Bereikbaarheid : de mate waarin de organisatie deze stakeholder kan bereiken, contacteren. Om de gegevensanalyse overzichtelijk te houden werden na een grondige evaluatie van het planningsteam volgende categorieën van stakeholders behouden: - individuen, klanten, inwoners. - de vijf basisscholen in de gemeente - sportclubs uit de gemeente - leveranciers - andere gemeentediensten - personeel sportdienst Ondanks het feit dat het planningsteam het college van burgemeester en schepenen een zeer belangrijke stakeholder vindt in het volledig proces, werd het CBS niet aan de lijst van de te bevragen stakeholders toegevoegd. We wilden tijdens de gegevensverzameling vooral objectieve gegevens genereren en dat bleek bij het opstellen van de vragenlijst voor het CBS niet evident. Al vrij snel bleek dat de bevraging vrij snel zou resulteren in het formuleren van concrete of strategische doelstellingen. Het planningsteam vond het dan ook opportuun om het CBS later in dit planningsproces te betrekken. Dat was ook de mening van de schepen van sport die steeds aanwezig was op de bijeenkomsten van het planningsteam.
23
4.4.1. Methodiek- consultatie. De sportdienst kon voor de externe gegevensverzameling beroep doen op de medewerking van de Gentse universiteit, faculteit Geneeskunde vakgroep bewegings- en sportwetenschappen. Sofie Debock, student 2° licentie sportmanagement werkte in het kader van haar eindwerk mee aan de bevraging en verwerking tijdens de gegevensverzameling. Alle antwoorden werden per vragenlijst gecodeerd en in het statistisch programma SPSS genoteerd. Via dit programma werden vooral frequenties opgevraagd enerzijds onder de vorm van percentages, bij kwalitatieve variabelen (ja/neen antwoorden, geslacht,…). Anderzijds werden bij kwantitatieve variabelen gemiddelden opgevraagd en vergeleken. Op die manier heb je een perfect beeld over welk aspect van de werking de ondervraagden bv. het meest tevreden zijn. Naast het opvragen van frequenties werd ook getracht om verbanden te leggen en eventuele verschillen vast te stellen. Hierbij werd vooral gebruik gemaakt van eenvoudige toetsen in SPSS zoals chi-kwadraat, correlatie, one sample-t-toets en one-way anova. De externe gegevensverzameling gebeurde door een bevraging of interview. De inwoners, sportclubs werden bevraagd a.h.v.een enquêteformulier. De invulformulieren werden in een eerste fase als proefenquête ingevuld en aangepast na de opmerkingen door het planningsteam en in een definitieve vorm gegoten. De scholen, personeel en andere gemeentediensten werden door Sofie geïnterviewd aan de hand van een vragenlijst die eveneens vooraf door het planningsteam werd samengesteld. De vragenlijsten en resultaten bevinden zich in deel 3 van dit document. 4.4.1.1. Stakeholder klant-inwoner. Op basis van de bevolkingspiramide zoals beschreven in de profielschets van de gemeente* werd aan 400 respondenten, netjes verdeeld volgend leeftijdscategorie en geslacht een invulformulier toegestuurd. Deze enquête werd toegevoegd aan de bevraging die de collega’s van de jeugd- en cultuurdienst organiseerden i.k.v. hun respectievelijke beleidsplannen. Een begeleidend schrijven van het gemeentebestuur en de gefrankeerde briefomslag zorgde voor een vrij grote responsrate. Van de 400 verstuurde formulieren werden 151 bruikbare enquêtes verwerkt. * De profielschets van de gemeente is een uitgave van de Studiedienst van de Vlaamse Regering i.s.m. de Vlaamse Provincies en de Vereniging voor Vlaamse Steden en Gemeenten naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezing van 08 oktober 2006 : bijlage nr.
24
respondenten leeftijdscat. % 5 tot 19 20 tot 34 35 tot 49 50 tot 64 65 en ouder totaal
% tov.400 15,8 18,7 24,2 17,2 10,9
72 86 111 79 50 398
aantal M aantal V 36 43 55 35 20
36 43 56 44 30
4.4.1.2. Stakeholder sportclub. Alle bij de gemeentelijke sportraad aangesloten en erkende sportclubs uit de gemeente ontvingen een enquêteformulier stakeholder-sportclub . Op enkele clubs na werden de documenten door alle respondenten ingevuld afgegeven op de statutaire algemene vergadering van de sportraad van 02 maart. 4.4.1.3. Stakeholder-leverancier. Hier hadden we een vrij lage respons. Van de 15 formulieren werden slechts 4 bruikbare enquêtes terug gestuurd. 4.4.1.4. Stakeholder scholen. Met elke directeur van de vijf basisscholen werd de vragenlijst m.b.t. de werking en het schoolsportaanbod van de sportdienst overlopen. 4.4.1.5. Stakeholder: Andere gemeentediensten De bevraging van de andere gemeentelijke diensten, jeugd,cultuur,bibliotheek en technische dienst gebeurde onder de vorm van een interview. De leidraad voor dit gesprek werd door het planningsteam opgemaakt. 4.4.1.6. Stakeholder personeel van de sportdienst. Deze groep werd op dezelfde manier in deze gegevensverzameling betrokken. Voor het interview werd een vooraf opgestelde vragenlijst gebruikt.
25
Het interview bij deze laatste drie stakeholders werd door de student van de Gentse universiteit uitgevoerd. Aangezien alle betrokkenen werden ondervraagd kunnen we ook hier spreken van een grote responsrate. Deze manier van ondervragen laat toe dieper in te gaan op een aantal vragen en antwoorden en kan makkelijk aangepast worden aan de respondent. Daarenboven is de objectiviteit, neutraliteit van de ondervragen hier een zeer groot voordeel. De interviews werden op tape opgenomen en via kernwoorden verdeeld over de relevante beleidsdomeinen. Op die manier kregen we een overzichtelijk, leesbaar document. De resultaten van deze bevragingen bevinden zich als bijlage bij dit plan. Bij elke stakeholder werden de vragen gebundeld per beleidsdomein dat verder in dit sportbeleidsplan aan bod komt.
26
Deel 2. Doelstellingen en plan van aanpak Hoofdstuk 1: Ondersteuning en stimulering sportverenigingen. 1.1. Swottabel. We gebruiken de swot-analyse als middel om de verzamelde gegevens te analyseren omdat we op die manier de verschillende resultaten overzichtelijk kunnen ordenen. Het geheel van de resultaten werd per beleidsdomein samengevat in een confrontatiematrix. Deze confrontatiematrix is het resultaat van de besprekingen en evaluatie binnen het planningsteam van de lijst van sterktes, zwaktes, bedreigingen en kansen die we genereerden uit de resultaten van de bevragingen ( zie bijlage nr. )
Sterktes 1.Goed aanbod en kwaliteit van de ondersteuning naar sportclubs. 2.Te volgen procedures en modaliteiten voor de subsidiereglementen zijn duidelijk. 3.Goede contacten met de lokale sportclubs. Zwaktes 1.Te weinig middelen om zelf logistiek te gaan ondersteunen 2.De mogelijke logistieke ondersteuning, zowel op gemeentelijk als provinciaal niveau, is onvoldoende gekend 3.Verouderde website: info is niet up-to-date. 4.De sportclubs onvoldoende gekend bij de bevolking.
Kansen 1.Nieuw decreet voor de ondersteuning van het lokale sportbeleid 2.Logistieke ondersteuningsmogelijkheden van provinciale dienst Sport en Bloso. 3.Betere ICT uitrusting en communicatiemogelijkheden. Bedreigingen 1.Hoge drop-out bij de jeugd vanaf 10 jaar 2.Veel concurrerende activiteiten voor de jeugd en een opkomst van trendy sporten. 3.Evolutie van de vereniging als organisatie naar de vereniging als bedrijf. ( leden → klanten ) 4.Commerciële sportaanbieders worden sterke concurrenten voor de traditionele sportclub gedragen door vrijwilligers.
27
1.2. Swotanalyse. ► S1-K1 De simulatie van de toepassing van het nieuwe decreet m.b.t. de ondersteuning van het lokale sportbeleid leert ons dat nu reeds voldoende financiële middelen beschikbaar zijn om dat decreet in Sint-Lievens-Houtem toe te passen. De huidige beschikbare financiële middelen voor de ondersteuning van de sportclubs in de gemeente consolideren en op termijn te verhogen. ► S1-K2 De bestaande subsidiereglementen waar nodig aanpassen aan het nieuwe decreet zonder de kwaliteitscriteria in de subsidiereglementen in het gedrang te brengen. ► S3-K3 De sportdienst wil zijn positie als partner in het lokale sportgebeuren versterken en zal hiervoor de communicatie met de clubs optimaliseren. De contacten met de sportclubs intensifiëren via elektronische nieuwsbrief ► Z2 -K2 De sportverenigingen een betere logistieke ondersteuning bieden als tussenpersoon tussen clubs en andere aanbieders, Bloso, provinciebestuur….. ► S3 - B1 De sportdienst wil actief participeren in de rekrutering van nieuwe leden bij de sportclubs Voor die leeftijdscategorie in samenwerking met de clubs nieuwe initiatieven ontwikkelen.
28
1.3. Doelstellingen en plan van aanpak.
Missie nr. 1: de sportdienst is de gemeentelijke dienst die de lokale sportpraktijk stimuleert en faciliteert Strategische doelstelling 1.1. : Permanente begeleiding en ondersteuning van de lokale sportverenigingen
Doelstelling
Actieplan
Operationele doelstelling Nr. 1.1.1. ondersteunen 1.1.1.1 vrijwilligerswerking in de sportverenigingen
Acties Afsluiting polis B.A. en L.O. i.s.m. de gemeente
1.1.1.2. Deelname sportdienst vormingen vrijwilligerswet
Wie Provinciale polis Verzekeringsportefe uille gemeente uitbreiden Sportdienstsecretariaat
Indicatoren Er is een speciale polis door de gemeente afgesloten
Opleidingsplan sportdienst
Aantal gevolgde opleidingen
1.1.1.3. Organisatie van minsten één Sportdienstvormingsessie voor sportraad sportverenigingen
Tijdsindelingmeetmethode Timing:2008 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: mei 2008 Meetbron: Intekening polis Timing:2008 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: december Meetbron: personeelsdienst
Aantal vormingsinitiatieven Timing: 2008 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: december Meetbron: sportraad
29
1.1.2. ten minste behouden van financiering aan de lokale sportverenigingen
1.1.2.1. Bestaande financiële middelen voor de ondersteuning van sportclubs consolideren.
Sportdienst
1.1.2.2. Bestaande Sportdiensttoelagereglementen toetsen sportraad aan de bestaande en toekomstige noden
1.1.3. inventarisatie en 1.1.3.1. Opmaak lijst bestaande bekendmaking logistieke mogelijkheden ontlenen ondersteuningsmogelijksportmaterialen heden 1.1.4.1
1.1.4. ondersteunen van de recrutering en werving van jongeren
1.1.4.2
De sportdienst sluit hiervoor met minstens 50% van de sportclubs met jeugdwerking een samenwerkingsakkoord. Inrichten van een Doe-aanSportbeurs
Sportdienst Provincie Vlaams niveau/BLOSO Sportdienst Sportraad Sportverenigingen Sportdienstsportraad. Dienst jeugd , cultuur en bib.
Begroting-rekening.
Timing: 2008-2013 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: 2013 Meetbron:begroting.
Aantal aanpassingen aan de bestaande regelementering
Timing: 2010 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: 2010 Meetbron:begroting.
Inventaris gemaakt met de Timing: 2008 materialen en Meetfrequentie: uitleningsvoorwaarden éénmalig Meetmoment: december 2008 Aantal samenwerkingsTiming:2009 overeenkomsten. Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment:april Om de 2 jaar organiseert de sportdienst een beurs
Timing: 2009-2011-2013 Meetfrequentie: tweejaarlijks Meetmoment: december.
30
Strategische doelstelling 1.2.: Verbetering van de informatiedoorstroming van en naar de lokale sportverenigingen Doelstelling
Actieplan
Operationele doelstelling Nr. 1.2.1. het aanbod van de 1.2.1.1 lokale sportverenigingen beter bekend maken bij de bevolking
1.2.2. infosessies organiseren ter ondersteuning kennis en vaardigheden van de sportverenigingen
Wie Website gemeente Sportdienst
Indicatoren Aantel nieuwsbrieven
Tijdsindeling Timing:vanaf 2009 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: december.
1.2.1.2. Uitgifte van een sportbrochure
Sportdienst
Om de 2 jaar verschijnt een brochure
1.2.2.1
Sportdienst/sportraad Elk jaar organiseert de sportdienst minstens 1 initiatief
Timing: vanaf 2009 Meetfrequentie: om de twee jaar Meetmoment:juni Timing: vanaf 2008 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: december.
Acties Sportspecifieke nieuwsbrief
Organisatie infosessies laatste ontwikkelingen sportverenigingen en lokaal sportbeleid
31
Strategische doelstelling 1.3. : De sportdienst wil een partner zijn van de lokale sportclubs in de recrutering van nieuwe leden
Doelstelling
Actieplan Nr.
Operationele doelstelling 1.3.1. Via de 1.3.1.1 sportpromotieacties van de sportdienst zullen de inwoners in contact gebracht worden met de lokale sportclubs. 1.3.1.2.
1.3.2. Voor de realisatie van dit ondersteuningsbeleid zal de personeelssamenstelling van de sportdienst worden aangepast.
Acties 60% van de sportkampen zal worden ingericht met sportclubs
Wie Sportdienst-clubs
De clubs met jeugdwerking Sportdienst zullen actief betrokken worden bij de organisatie van de sportacademie
1.3.2.1. Aanwerven van een PT regent LO.
Sportdienst-dienst personeel.
Indicatoren Aantal sportkampen i.s.m. de sportclubs
Aantal lessen gegeven door de sportclubs in de sportacademie
Tijdsindelin gmeetmeth ode Timing: 2009 Meetfrequentie: Meetmoment: mei Meetbron: Timing: 2009 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment:
Aantal regenten LO op de Timing: 2009 sportdienst Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: mei
32
1.4. Financiële prognose.
Het meerjarig doelstellingenbudget sportbeleid
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Hoofdstuk 1.Ondersteuning en stimulering sportverenigingen. SD 1.1 Begeleiden en ondersteunen lokale sportverenigingen OD.1.1.1 Ondersteunen vrijwilligerswerking sportverenigingen Middelen gelijkblijvend beleid.
1000
1000
1000
1000
1000
1000
1000
1000
1000
1000
1000
1000
14500
14500
14500
14500
14500
14500
4547
4547
4547
4547
4547
4547
9953
9953
9953
9953
9953
9953
Middelen decreet sport voor allen OD.1.1.2. Consolideren van de financiering lokale sportverenigingen Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen OD.1.1.3. Inventarisatie en bekendmaking diverse logistieke ondersteuningsmogelijkheden Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen.
33
OD.1.1.4. ondersteunen recrutering en werving jongeren
2500
2500
2500
2500
2500
2500
1000
1000
1000
1000
1000
1000
Middelen gelijkblijvend beleid.
Middelen decreet sport voor allen. SD 1.2 verbetering van de informatiedoorstroming van en naar de lokale sportverenigingen OD.1.2.1 het aanbod van de lokale sportverenigingen beter bekend maken bij de bevolking Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen. OD.1.2.2 infosessies organiseren ter ondersteuning van de kennis en vaardigheden van de sportverenigingen Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen. SD 1.3. de sportdienst wil een partner zijn van de sportclub in de recrutering van leden. OD.1.3.1.Via de sportpromotieacties van de sportdienst zullen de inwoners in contact
34
gebracht worden met de lokale sportclubs.
Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen.
35
Hoofdstuk 2: Ondersteuning en stimulering van anders georganiseerde sport. 2.1. Swottabel. Sterktes 1.De kwaliteit van de sportpromotionele activiteiten scoort goed (hoog). 2.Er is een goede organisatie van de sportpromotionele activiteiten. 3.Er is een goede samenwerking en overleg tussen de sportdienst en de sportclubs en scholen. 4.De sportdienst werkt over het algemeen efficiënt en klantgericht.
Zwaktes 1.Het aanbod van activiteiten is zowel naar de scholen als naar de klanten niet uitgebreid genoeg. 2.De sporthal is te weinig ter beschikking om voor de anders georganiseerde sporters nog initiatieven te nemen 3.Het gemeentelijk sportaanbod is onvoldoende gekend. 4.Niet voldoende sporttechnisch personeel om activiteiten uit te breiden naar de toekomst. 5.de huidige infokanalen bereiken de doelgroep onvoldoende
Kansen 1.Samenwerkingsverbanden tussen sportclubs en de sportdienst kunnen voor meer mogelijkheden zorgen (doe-aan-sportbeurs). 2.Een groot deel van de inwoners maakt geen gebruik van sportinfrastructuur om te sporten. 3.Samenwerkingsverbanden met andere gemeentelijke diensten en sportclubs. 4.Automatisering (inschrijvingen, reservaties) en informatisering (sportspecifieke nieuwsbrief, website) 5.Netwerking (Bloso-regiosportdienst- Provincie Oost-Vlaanderen) Bedreigingen 1.De verschillende gemeentelijke diensten weten te weinig af van elkaars activiteiten. De betrokkenheid bij elkaars diensten is niet erg groot. 2.Overaanbod in de vrijetijdssector. 3.Te weinig autonomie als dienst 4.Er is te weinig sporttechnisch geschoold personeel op de sportdienst om aanbod uit te breiden. 5.Strengere wetgeving.
36
2.2.Swotanalyse. ►S3-K1 Samenwerkingsverbanden tussen de sportdienst en de lokale sportclubs kunnen ervoor zorgen dat de sportdienst ook in de toekomst kwalitatief sterke promotionele activiteiten organiseert. ►S4–B1 Regelmatig gestructureerd overleg met de andere diensten op de ‘koer’ zal resulteren in een betere dienstverlening. ► Z3-K4 Nieuwe technologische middelen bieden de mogelijkheid om via andere kanalen, bvb. elektronische sportnieuwsbrief de gewenste doelgroepen beter te bereiken. ► Z1-K3 Via samenwerkingsverbanden tussen de sportdienst, sportclubs en de sportverenigingen kan het interscholensportaanbod uitgebreid worden. ► S3-B4 De samenwerking met de scholen optimaliseren met de aanstelling van schoolsportgangmakers. ► Z4-K3 In een betere samenwerking met sportclubs en andere gemeentelijke diensten schuilt het gevaar dat vergeten wordt dat er te weinig sporttechnisch personeel op de sportdienst aanwezig is om het sportpromotionele aanbod uit te breiden. ►Z1-B4 Uitbreiding van de personeelsformatie of het inschakelen van externe lesgevers, Vlabus….kan leiden tot een ruimer aanbod. ► S3-K4 Met de gebruikelijke infokanalen wordt de anders georganiseerde sporter onvoldoende communicatiemiddelen website, sportspecifieke nieuwsbrief kunnen die communicatie optimaliseren.
bereikt.
Andere
► S1-B4 Er is op de sportdienst te weinig sporttechnisch geschoold personeel aanwezig. Herschikkingen binnen de personeelsformatie kunnen hier een oplossing bieden.
37
2.3 Doelstellingen en plan van aanpak. Missie: de sportdienst is de gemeentelijke dienst die de lokale sportpraktijk stimuleert en faciliteert en de lacunes in het sportaanbod aanvult. Strategische doelstelling 2.1: Aangezien heel wat inwoners sport buiten clubverband wensen te beoefenen zal het sportaanbod voor de anders georganiseerde sporter worden uitgebreid. Doelstelling
Actieplan
Operationele doelstelling 2.1.1.De sportdienst zal zorgen dat er in iedere school een schoolsportgangmaker als vaste contactpersoon aanwezig is voor de organisatie van de naschoolse sport en schoolsport.
Nr. 2.1.1.1
2.1.2. De sportdienst zal jaarlijks zes interscholensportmomenten organiseren.
Acties Een eerste vergadering zal hiervoor plaats vinden in 2008
2.1.2.1. Samenstellen interscholensportkalender
Wie sportdienst
Indicatoren Aantal schoolsportgangmakers in de gemeente.
Tijdsindeling Timing:2008 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: juni
Sportdienst
Aantal schoolsportactiviteiten
Timing:2009 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: september
38
2.1.3. Het sportaanbod voor de leeftijdsgroep 50+ uitbreiden.
2.1.4. Een schoolsportaanbod creëren voor de kinderen die niet aan de schoolsportklassen deelnemen.
2.1.3.1. Mogelijkheid onderzoeken om deze werking te integreren in de bestaande sportacademie.
sportdienst
Aantal activiteiten voor 50+
2.1.4.1
sportdienst
Aantal schoolsportdagen Timing:2008 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: september
Organisatie van schoolsportdagen voor 23°kleuterklas en 1 ° graad basisonderwijs.
2.1.5 Voor de realisatie van 2.1.5.1. Aanwerven van een PT regent dit ondersteuningsbeleid zal LO. de personeelssamenstelling van de sportdienst worden aangepast.
Aantal regenten LO op de sportdienst
Timing:2010 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: september
Timing: 2009 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: mei
39
2.4. Financiële prognose. Het meerjarig doelstellingenbudget sportbeleid
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Hoofdstuk 2.Ondersteuning en stimulering van anders georganiseerde sport. SD 2.1. Uitbreiden sportaanbod anders georganiseerde sport. OD.2.1.1.Opzetten netwerk schoolsportgangmakers. Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen OD 2.1.2.Organisatie van interscholensport. Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen
OD.2.1.3.Uitbreiding sportaanbod 50+.
Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen.
40
5992.8
2500
2500
2500
2500
2500
2500
2500
2500
2500
2500
11596
11596
11596
11596
11596
5904
5904
5904
5904
5904
5692.8
5692.8
5692.8
5692.8
5692.8
OD.2.1.4.Uitbreiding schoolsportaanbod.
Middelen gelijkblijvend beleid 5692.8 Middelen decreet sport voor allen OD.2.1.5.Aanpassen personeelsformatie Middelen gelijkblijvend beleid Middelen decreet sport voor allen
41
Hoofdstuk 3 : Ondersteuning en stimulering tot de toegankelijkheid tot de sport en de diversiteit in de sport. 3.1. Swottabel. Sterktes 1.Er is al een, zij het informele, samenwerking tussen de sportdienst en de maatschappelijk medewerkster van het OCMW.
Kansen 1.Sportclubs zijn goed geplaatst om maatschappelijk kwetsbare kandidaat sporters te detecteren. 2.Samenwerking met andere gemeentelijke diensten.
2.De tarieven voor het gebruik van gemeentelijke sportinfrastructuur en deelname aan gemeentelijke sportactiviteiten zijn zeer democratisch.
3.Buurtbal.
3.Goed sportaanbod voor de vijftig-zestigplusser.
4.Verschillend participatiepatroon binnen de groep vijftig-zestigplussers. 5. Democratisering van de sport.
Zwaktes Bedreigingen 1.Van de socio-culturele participatiepremie van het OCMW wordt enkel gebruik gemaakt door de inwoners die reeds beroep doen op de hulp van het OCMW . 2.De doelgroep is via de traditionele kanalen ,infokrant,website,….moeilijk te bereiken.
1.Aansluitingsbijdrage bij de sportclubs is vaak te duur. 2.Maatschappelijk kwetsbare jongeren vinden vaak de weg naar de sportclub niet. 3.Er is te weinig sporttechnisch geschoold personeel op de sportdienst om aanbod uit te breiden.
42
3.2. Swotanalyse. ► S1-K2 Samenwerking tussen de gemeentelijke diensten en het OCMW kunnen leiden naar een betere kennis van de diverse programma’s en de ondersteuningsmogelijkheden van het OCMW. ► Z1-K1 Overleg tussen ocmw en het lokale sportgebeuren, kan zorgen voor een betere detectie van de behoeften. ► K3-B2 Organisatie van buurtbal zal drempelverlagend werken en op die manier de stap naar de georganiseerde sport faciliteren. ► S3-B2 Uitbreiding van de personeelsformatie of het inschakelen van externe lesgevers, Vlabus…. kan leiden tot een ruimer aanbod. ► S3-B4 Differentiatie in het bestaande aanbod van de fifty-fit-sportclub kan een forse toename in het aanbod betekenen.
43
3.3 Doelstellingen en plan van aanpak.
missie: De sportdienst zorgt voor de cohesie tussen de verschillende sportactoren sportclubs, schoolsport, recreatiesporter…enerzijds, maar ook tussen de actoren uit andere beleidsdomeinen zoals jeugd, ocmw….en vult de lacunes in het lokale sportaanbod. Strategische doelstelling 3.1 Structurele inbedding van de gemeentelijke dienstverleners in de sector vrije tijd Doe Doelstelling Acti Operationele doelstelling 3.1.1. Betere en structurele samenwerking tussen alle diensten van de Fabriek en de maatschappelijke assistente van het OCMW organiseren.
Actieplan Nr. 3.1.1.1
Acties Tweemaandelijks overleg organiseren
3.1.1.2. Opstarten van een netwerk met de schoolsportgangmakers, Jeugd-verantwoordelijken van de lokale sportclubs, de sportdienst en de maatschappelijk assistent om een betere detectie van de sociaal zwakkere jongere te generenen.
Wie Sportdienst
Indicatoren Aantal bijeenkomsten
Sportdienst
Aantal bijeenkomsten
Tijdsindeling Timing:2008 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment:december. Timing:2008 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment:december.
44
Strategische doelstelling 3.2.Toegankelijkheid tot sportbeoefening vergroten. Doelstelling Operationele doelstelling 3.2.1.De sportparticipatie aan het gemeentelijk sportaanbod vergroten voor maatschappelijk kwetsbare jongeren. 3.2.2. Vergroten van het aanbod voor de sportieve senioren
3.2.3.Toegangkelijkheid tot informele sportbeoefening vergroten.
Actieplan Nr. 3.2.1.1.
Wie Acties Promotie van de sportcheque. Sportdienst-OCMW
Indicatoren Aantal sportcheques.
Tijdsindeling Timing:2009 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment:december
3.2.1.2
Organisatie en promotie van start-to-sport sessies i.s.m. het lokaal fitnesscentrum
SportdienstFitnesscentrum Body Style.
Aantal activiteiten.
Timing:2008-2013 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: juni
3.2.2.2.
Organisatie van een jaarlijkse seniorensportweek
Sportdienst.
Aantal seniorensportweken.
Timing: 2009-2012 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: december
3.2.2.1
Zoeken van geschikte buurtsportlocaties.
Sportdienst-dienst ruimtel. Ordening. Dienst jeugd.
Aantal locaties
Timing: 2009 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: december
45
3.2.2.2.
Aanleg van ten minste drie buurtsportlocaties
Sportdienst-TD.Dienst jeugd.
Aantal buurtsportlocaties
Timing: 2009-2011 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: december2011
Strategische doelstelling 3.3. Het participeren aan het sportclubgebeuren voor maatschappelijk kwetsbare en allochtone jongeren aantrekkelijker maken. Doe Doelstelling Acti Actieplan Operationele doelstelling Nr. Acties Wie 3.3.1. 3.3.1.1 Financiële maatregelen nemen SportdienstTegen 2010 is het aantal om het lidmaatschap voor sportclubs-OCMW. maatschappelijk maatschappelijk kwetsbare kwetsbare jongeren haalbaar te maken. jongeren/allochtone jongeren dat lid is van een sportclub gestegen.
Indicatoren Aantal nieuwe leden
Tijdsindeling Timing:2010 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment:december.
46
3.4. Financiële prognose.
Het meerjarig doelstellingenbudget sportbeleid
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Hoofdstuk 3.Ondersteuning en stimulering tot de toegankelijkheid en diversiteit in de sport. SD 3.1.Structurele inbedding van de gemeentelijke dienstverleners in de sector vrije tijd. OD.3.1.1. Betere en structurele samenwerking tussen alle diensten van de Fabriek en de maatschappelijke assistente van het OCMW organiseren. Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen SD 3.2. Toegankelijkheid tot sportbeoefening vergroten OD.3.2.1 De sportparticipatie aan het gemeentelijk sportaanbod vergroten voor maatschappelijk kwetsbare jongeren. Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen 1423
1423
1423
1423
1423
1423
OD.3.2.2.. Vergroten van het aanbod voor de sportieve senioren
47
Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen. OD.3.2.3. Toegangkelijkheid tot informele sportbeoefening vergroten.
Middelen gelijkblijvend beleid.
Middelen decreet sport voor allen. SD 3.3. Het participeren aan het sportclubgebeuren voor maatschappelijk kwetsbare en allochtone jongeren aantrekkelijker maken. OD.3.3.1. Tegen 2010 is het aantal maatschappelijk kwetsbare jongeren/allochtone jongeren dat lid is van een sportclub gestegen. Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen.
48
Hoofdstuk 4: Beschrijving van een globaal meerjarenplan met betrekking tot de sportinfrastructuur in SintLievens-Houtem. 4.1. Swottabel. Sterktes 1.De sportdienst beschikt over kwaliteitsvolle infrastructuur. 2.Het sportcentrum is goed gelegen, waardoor gemakkelijk bereikbaar. 3.Het personeel is klantvriendelijk. 4.De tarieven voor het huren van de sportinfrastructuur zijn schappelijk. 5.Ruime openingsuren. Zwaktes 1.De sportinfrastructuur is te beperkt en dus onvoldoende beschikbaar. 2.Er is te weinig parkeergelegenheid de klanten komen voornamelijk met de wagen. 3.De openingsuren en de klantvriendelijkheid van het personeel in de cafetaria. 4.De hygiëne van de sportinfrastructuur in het weekend en ’s avonds.
Kansen 1.Sport infrastructuurfonds van de Vlaamse gemeenschap. 2.Informatisering en automatisering: online reservaties. 3.60% van de sporters gebruikt de sportinfrastructuur niet. Velen sporten ongeorganiseerd (lopen, fietsen, …) of elders. 4.BPA sport eiland. 5.BPA sport polbroek.
Bedreigingen 1.Financiële beperkingen gemeente. 2.Gebruik andere infrastructuur (scholen) niet mogelijk.
49
4.2. Swotanalyse. ► S1-B1. Met de beschikbare financiële middelen kan de huidige sportinfrastructuur kwaliteitsvol aangeboden worden. ► Z1-K4 en 5 Er is een permanent tekort aan openlucht – en overdekte sportaccommodatie. Het BPA Eiland en Polbroek biedt de mogelijkheid de beschikbare infrastructuur kan uitgebreid worden. ► K1-B1 Het ambitieuze Vlaams Sportinfrastructuurplan moet een massale inhaalbeweging tot stand brengen inzake sportinfrastructuur. Door een partnerschap met de lokale besturen – en door middel van de methode van de alternatieve financiering – wordt in de loop van de volgende jaren (2007 – 2010) de nood aan sportinfrastructuur voor ruim 35% weggewerkt. Alles samen goed voor een investeringsbedrag van in totaal 225 miljoen EUR, meteen de grootste investering ooit inzake sportinfrastructuur in Vlaanderen. Om dit grootschalige sportinfrastructuurplan mogelijk te maken en uit te voeren wordt een Vlaams sportinfrastructureel investeringsfonds opgericht. Dit sportinfrastructuurfonds zal instaan voor zowel het ontwerp, de bouw, de financiering als het onderhoud van de talloze sportinfrastructuurprojecten die de volgende jaren zullen worden gerealiseerd. Dit sportinfrastructuurfonds zal de geselecteerde (ver)bouwprojecten realiseren en deze – in ruil voor een zogenaamde beschikbaarheidsvergoeding – op lange termijn ter beschikking stellen van de aanvragers (gemeente – en/of provinciebesturen). De Vlaamse overheid subsidieert 30% van deze beschikbaarheidsvergoeding, de overige 70% is ten laste van de lokale besturen. De lokale besturen kunnen hiervoor op hun beurt samenwerkings – en dus ook financieringsovereenkomsten sluiten met partners uit de onderwijssector en/of private partners. Op die manier kunnen voor in totaal 225 miljoen EUR aan investeringen in nieuwe of te renoveren sportinfrastructuur worden gerealiseerd. Naast een eenmalige kapitaalsinbreng van 5,625 miljoen EUR in het sportinfrastructuurfonds heeft de Vlaamse regering jaarlijks 7,5 miljoen EUR nieuwe middelen op zijn begroting om de jaarlijkse tussenkomst vanuit de Vlaamse overheid in de beschikbaarheidsvergoeding te garanderen. ► Z3-Z4 De zwaktes binnen het geheel van de cafetaria van het sportcentrum kunnen op termijn weggewerkt worden aangezien op 31 december 2007 de concessieovereenkomst met de huidige uitbaters vervalt.
50
4.3. Doelstellingen en plan van aanpak. Missie: De sportdienst is een gemeentelijke dienst die de lokale sportpraktijk stimuleert Strategische doelstelling 4.1. : Uitbreiding van de gemeentelijke sportinfrastructuur om de sportparticipatie te optimaliseren.
Doelstelling Operationele doelstelling 4.1.1.De huidige beschikbare openluchtsportinfrastruc tuur uitbreiden.
Actieplan Nr. 4.1.1.1
Acties Wie De mogelijkheid creëren om te CBS. beschikken over de gronden van de site Polbroek. 4.1.1.2. Aanleg van een voetbalterrein. Aanleg van een polyvalent omnisportterrein.
Indicatoren Aantal m² beschikbare oppervlakte
4.1.1.3
Aantal m² piste.
Aanleg Finse looppiste
4.1.2. Voorbereiding van 4.1.2.1. Laten uitvoeren van een de uitbreiding van de haalbaarheidsstudie voor de gemeentelijke bouw van een nieuwe of overdekte renovatie van bestaande sportinfrastructuur. sporthal.
Studiebureau.
Aantal m² openluchtsportruimte
Studie
Tijdsindeling Timing:2009 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: eind 2009 Timing:2010 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment december 2011 Timing:2010 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment december 2011 Timing:2009 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment december 2009
51
4.1.2.2. De structurele voorbereidingen nemen om in een volgende bestuursperiode in te spelen op de resultaten van 4.1.2.1.
Eigen middelen. Aantal voorbereidende Vlaams maatregelen. SportInfrastructuurfo nds
Timing: 2010-2012 Meetfrequentie:éénmalig Meetmoment:december 2012
Strategische doelstelling 4.2: Verbetering van het reserveringssystheem voor het gebruik van de sportinfrastructuur. Doelstelling Operationele doelstelling 4.2.1.De gebruikers van de gemeentelijke sportinfrastructuur zullen kunnen gebruik maken van een eenvoudig maar efficiënt reserveringssystheem.
Actieplan Nr. 4.2.1.1.
Acties Aankoop 1 nieuwe pc.balie
wie sportdienst
Indicatoren Aantal pc.’s sportdienst
Tijdsindeling Timing 2008 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: dec.2008
4.2.1.2.
Aankoop en/of huur van de software huur sportinsfrastructuur
sportdienst
Reservatiesystheem.
Timing 2008 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: dec.2008
Strategische doelstelling 4.3: De kwaliteit van de aangeboden gemeentelijke sportinfrastructuur optimaliseren. Doelstelling Operationele doelstelling
Actieplan Nr.
Acties
wie
Indicatoren
Tijdsindeling
52
4.3.1. Het onderhoud in het sportcentrum s’avonds en tijdens het weekend beter verzorgen.
4.3.1.1.
Opmaken van onderhoudsschema’s voor onderhouds- en toezichtspersoneel.
Sportdienst-leverancier Aantal schema’s. onderhoudsproducten.
Timing 2008-2013 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: dec.
4.3.1.2.
Tweejaarlijkse opleiding voor het personeel dat instaat voor onderhoud en toezicht.
Sportdienst-leverancier Aantal opleidingen. onderhoudsproducten
Timing 2008-2013 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: dec.
4.4. Financiële prognose. Het meerjarig doelstellingenbudget sportbeleid
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Hoofdstuk 4.Globaal meerjarenplan m.b.t. de sportinfrastructuur. SD 4.1. Uitbreiden van de gemeentelijke sportinfrastructuur om de sportparticipatie te optimaliseren. OD.4.1.1. De huidige beschikbare openluchtsportinfrastructuur uitbreiden
150000
150000
Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen OD.4.1.2. Voorbereiding van de uitbreiding van de gemeentelijke overdekte sportinfrastructuur.
53
Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen SD 4.2. Optimaliseren van de inschrijvingsen reservatiesystemen op de sportdienst. OD.4.2.1.. . De klanten van de sportdienst zullen kunnen gebruik maken van een eenvoudig maar efficiënt reserveringssystheem.
12000
2500
2500
2500
2500
2500
Middelen gelijkblijvend beleid.
Middelen decreet sport voor allen. SD 4.3. De kwaliteit van de aangeboden gemeentelijke sportinfrastructuur optimaliseren. 4.3.1. Het onderhoud in het sportcentrum s’avonds en tijdens het weekend beter verzorgen.
Middelen gelijkblijvend beleid.
Middelen decreet sport voor allen
54
Hoofdstuk 5: Impulssubsidie: ondersteuning en kwaliteitsverbetering van de jeugdsport.
5.1. Swottabel. Sterktes 1.Sportclubs die bijzondere inspanningen leveren worden reeds ondersteund. 2.Verbetering van de kwaliteit in de jeugdopleiding in de lokale sportclubs past in de visie van het gemeentebestuur over jeugdsport. Zwaktes 1.Te weinig sporttechnisch geschoolde jeugdopleiders in de lokale voetbalclubs.
Kansen 1. De middelen die via het nieuwe decreet kunnen aangewend worden. 2. Het aanbod van de Vlaamse trainersschool. 3. Samenwerkingsverbanden i.k.v. de regiosportdienst.
Bedreigingen 1.Weinig contact met de jeugdcoördinatoren van de lokale sportclubs. 2. Weinig interesse in de voetbalclubs voor vorming.
55
5.2. Swotanalyse. S1 – K1. Dankzij de impulssubsidie kunnen de huidige middelen geconsolideerd en vermeerderd worden. Z1 – K3. Via het intergemeentelijke samenwerkingsverband RSD en de VTS opleidingscursussen voetbalinitiator in de regio organiseren. S1 – B1. Structurele maatregelen nemen voor regelmatig overleg tussen de jeugdopleiders.
5.3. Doelstellingen en plan van aanpak. Missie: De sportdienst bevordert en stimuleert de kwaliteit in de sportbeoefening. Strategische doelstelling 5.1.Ondersteunig van de sportclubs in hun streven naar een permanente kwaliteitsverbetering van de jeugdopleiding. Doelstelling Operationele doelstelling 5.1.1.Verruimen van de financiële middelen voor de ondersteuning van jeugdsport in de
Actieplan Nr. 5.1.1.1.
Acties Consolideren van de bestaande middelen en op termijn vermeerderen.
Wie sportdienst
Indicatoren Begroting
Tijdsindeling Timing 2008-2013 Meetfrequentie: jaarlijks Meetmoment: december
56
club.
5.1.1.2.
De bestaande toelagereglementen toetsen aan de bestaande en toekomstige behoefte op basis van kwaliteitscriteria.
Sportdienstsportraad
Aanpassingen
Timing 2008 Meetfrequentie: éénmalig Meetmoment: dec.2008
5.1.2. Het aantal 5.1.2.1 Organisatie van en promotie Sportdienst-RSD Aantal trainers met Timing 2010 jeugdtrainers in de voor de opleiding sporttechnisch attest. Meetfrequentie: éénmalig sector voetbal met voetbalinitiator in de regio. Meetmoment: dec.2010 50%vermeerderen t.o.v. 2007 5.1.3.1. Jaarlijks een gestructureerd SportdienstAantal Timing 2008 5.1.3. In iedere club zal overlegmoment plannen. sportclub contactpersonen. Meetfrequentie: jaarlijks. een contactpersoon Meetmoment: dec.2008 voor de jeugdwerking instaan voor de communicatie met de sportdienst 5.1.4. De 5.1.4.1. Clubs met een SportdienstAantal Timing 2010 langetermijnvisie bij jeugdsportbeleidsplan extra sportraad jeugdsportactieplannen. Meetfrequentie: jaarlijks. sportclubs m.b.t. de ondersteunen Meetmoment: dec.2010 jeugdwerking optimaliseren Deze doelstellingen zullen verder aangevuld worden op het ogenblik dat de modaliteiten beschreven in de uitvoeringsbesluiten m.b.t. de impulssubsidie gekend zijn.
57
5.4. Financiële prognose. Het meerjarig doelstellingenbudget sportbeleid Hoofdstuk 5. Impulssubsidie: ondersteuning en kwaliteitsverbetering van de jeugdsport. SD 5.1.Ondersteuning van de sportclubs in hun streven naar een kwaliteitsverbetering in de jeugdwerking. OD 5.1.1 Verruimen van de financiële middelen voor de ondersteuning van jeugdsport in de club. Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen
2008
2009
6200
2010
2011
2012
2013
7590
7590
7590
7590
7590
7590
7590
7590
7590
7590
6200
OD.5.1.2. . Het aantal jeugdtrainers in de sector voetbal met 50%vermeerderen t.o.v. 2007 Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen
58
OD.5.1.3. In iedere club zal een contactpersoon voor de jeugdwerking instaan voor de communicatie met de sportdienst Middelen gelijkblijvend beleid. Middelen decreet sport voor allen. OD.5.1.4. De langetermijnvisie bij sportclubs m.b.t. de jeugdwerking optimaliseren Middelen gelijkblijvend beleid.
Middelen decreet sport voor allen.
59
Hoofdstuk 6. Geïntegreerd vrijetijdsbeleid in Sint-Lievens-Houtem. De Fabriek: unieke site voor vrijetijdsbesteding Sint-Lievens-Houtem beschikt over een unieke site voor geïntegreerde vrijetijdsbeleving op de voormalige fabriekssite Saey. De site huisvest CC De Fabriek waarin zich niet alleen de theaterzaal maar tevens de Kreazolder (een kunstatelier) en de Academie voor muziek en woord bevindt. Het cultuurcentrum herinnert aan het verleden door het industriële uitzicht van het gebouw en door het oude weefgetouw dat aan de ingang prijkt. Deze voormalige fabriekssite huisvest echter ook de bib, het jeugdhuis Reflex en het sportcentrum. Zo vormen deze een cluster van centra voor vrije tijd die gegroepeerd zijn rond een verkeersvrij plein in het hart van de gemeente. Deze verzameling van diensten is een uitgelezen kans voor optimaal geïntegreerde samenwerking tss de verschillende functies: het CC, de bib, de jeugdwerking, en de sportdienst. De voorbije jaren werden op die manier verscheidene initiatieven realiteit: -
jaarlijkse fuif jeugdhuis in CC bij de planning van de sportkampen wordt voor een aantal leeftijdsgroepen een combinatie met speelpleinwerking uitgewerkt. avondvoorstelling in het CC op initiatief van Sportdienst filmvoorstelling: films nadien beschikbaar op DVD in de bib Grabbelpasactiviteiten vanuit jeugddienst in samenwerking met bib, CC, sportdienst. ......
In het kader van de ontwikkeling van het relatief jonge CC (open sinds 2002) en van de uitbouw van de reeds langer aanwezige diensten, is het de bewuste intentie om deze diensten verder te laten integreren en nog meer initiatieven te organiseren die de
60
participatie aan het vrijetijdsleven verruimen. Zo wordt er concreet gedacht aan een vrijetijdsbeurs waarbij bezoekers in contact komen met zowel cultuur, sport, jeugdwerking en algemeen ontspannende, ook toeristische activiteiten. Vandaag de dag is het niet alleen de sterkte van het team van de site dat er nu reeds enige gezamenlijke activiteiten worden georganiseerd, maar dat zij daarnaast ook zorgen voor promotie en communicatie van gemeentelijke activiteiten in het algemeen. Zo wordt op deze locatie de gemeentelijke infokrant samengesteld, de elektronische nieuwsbrief “Houtem Digitaal”, het wekelijkse infoluik in het gemeentelijke krantje “Pano” en de jaarlijkse activiteitenkrant die in de gemeente wordt verspreid. Op gebied van informatieverspreiding zijn er ook mogelijkheden om lokale jeugdverenigingen logistiek te ondersteunen.
Participatie en toegankelijkheid Het is de expliciete intentie van de verantwoordelijken van de verschillende diensten van “de Fabriek” om in de toekomst nog meer te streven naar integrale werking. Er wordt gedacht aan het uitwerken van een aparte website, het integreren van reservatiesystemen in 1 globaal interactief online reservatiesysteem, multifunctioneel baliepersoneel op 1 centraal baliepunt, het aanbieden van gezamenlijk ontwikkelde evenementen. Frequenter dienstoverschrijdend overleg moet opgestart worden om dit te realiseren. Het doel is te komen tot een actieve beleving van de Fabriek als een plaats met voor ieder wat wils, waar altijd iets valt te beleven. En vooral: waar men altijd iets níeuws kan ontdekken. Echter, de samenwerking op de Fabriek mag niet op zich blijven staan. Deze dynamiek kan enkel vruchtbaar zijn wanneer ze in functie staat van het vergroten van de toegankelijkheid tot socio-culturele participatie. Het dienstenoverleg moet daarom regelmatig externen actief bij de planning betrekken. De input van het lokale verenigingsleven of van bijzondere stakeholders is erg relevant. Belangrijk in dat opzicht is alleszins ook meer structureel overleg met sociale actoren (zoals het OCMW). De aanzet daartoe werd reeds gegeven n.a.v. de opmaak van het LSB (Lokaal Sociaal Beleidsplan). De doelstelling is dus: samen strategieën ontwikkelen om de vrijetijdssector meer toegankelijk te maken, onder meer vanuit een beter inzicht in en een beter begrip van de concrete lokale sociale praktijk. In het kader van de opmaak van het LSB werd daarvoor bijvoorbeeld een werkgroep “Vrije Tijd” opgericht die voorziet in overleg tussen enerzijds de actoren uit het vrijetijdsveld en anderzijds het OCMW. Het team van De Fabriek wil ervoor zorgen dat deze interactie dynamisch blijft evolueren. Enkel zo kan men succesvolle resultaten behalen op gebied van participatie, en kan men een bevredigend antwoord formuleren op een realistische sociale vraag.
61
Participatie wordt in Sint-Lievens-Houtem dus niet gezien als iets wat ieder op zich, vanuit een geïsoleerd werkveld moet bewerkstelligen, maar wel als een doel waar we samen voor moeten kiezen en voor moeten gaan. Een paar actiepunten: -
Momenteel is er reeds een samenwerking tussen het OCMW en de andere gemeentelijke diensten. Alleen gebeurt dit heel informeel. We willen werk maken van een gestructureerd overleg en dit op vaste tijdstippen. Overleg en communicatie tussen de verschillende gemeentediensten is zeer nuttig. Het is belangrijk zijn om het OCMW hierbij te betrekken zodat er wederzijds beter zicht is op de dienstverlening die vanuit de verschillende gemeentediensten wordt aangeboden. Op die manier kan men beter gaan doorverwijzen. Het overlegmoment kan eveneens tot nieuwe ideeën leiden.
-
Bovendien is dit soort samenwerking nodig om de socio-culturele participatiepremie toe te kunnen kennen op een manier dat ze ook effectief voor volwaardige participatie zorgt. Sportclubs, hobbyclubs, scholen, wijkagenten, … : zij zijn de signaalgevers van reële behoeften en verlangens. Zo kunnen de vrijetijdssectoren samen met het sociale veld een netwerk vormen als dynamisch draagvlak voor groeien in toegankelijkheid.
-
Er is altijd een groep mensen die men niet kan bereiken. Mensen die het financieel niet kunnen veroorloven, mensen die geen interesse hebben om zich aan te sluiten bij een vereniging of die liever niet in clubverband iets willen doen. Maar onbekend is natuurlijk onbemind. Het is daarom belangrijk dat de inwoners, ook de kansengroepen, het aanbod kennen. Bovendien is het belangrijk om de juiste zaken aan te bieden. Buurtbal is een voorbeeld van een kleinschalig project dat kan inspelen op de laagdrempeligheid en de activering van sommige groepen die momenteel buiten het werkveld vallen.
Ook vanuit de werkgroep “vrije tijd” groeide het idee om jaarlijks of tweejaarlijks een “vrijetijdsmarkt” te organiseren, een soort van opendeurdag van de gemeentelijke diensten waarop ook scholen en leerlingen worden uitgenodigd en die eveneens wordt opengesteld in het weekend waardoor kinderen en ouders meer aangesproken worden en tegelijkertijd de nodige informatie.
62
Tot slot. Dit plan kwam tot stand dank zij de medewerking van heel wat vrijwilligers. Dit is niet vreemd voor een sector die voor een groot deel gedragen en in stand wordt gehouden door en met vrijwilligers. Het doel van dit plan was niet een mooie bundel te maken die fraai oogt in de boekenkast van de schepen van sport of de sportfunctionaris. Zoals we in de inleiding reeds stelden, werd dit document niet ‘om den brode’ gemaakt. Dit sportbeleidsplan wordt de komende jaren een belangrijk werkinstrument, het referentiekader waarin de beleidsverantwoordelijken van Sint-Lievens-Houtem hun beslissingen met betrekking tot de sport zullen toetsen. Het decreet ‘Sport voor allen’ en de uitvoeringsbesluiten verplichten ons op regelmatige tijdstippen het plan te evalueren en eventueel bij te sturen. Laat ons van deze ‘verplichting’ een ‘opportunity’ maken om het in SWOT termen te zeggen en op die manier dit plan als onmisbaar instrument op de sportdienst gebruiken. Niet voor de boekenkast zou ik zeggen. Altijd nederig blijven Dit plan kan niet volledig zijn omdat je nu eenmaal nooit weet hoe de toekomst exact evolueert. Maar onderschat de gegevens en de analyses niet. De externe gegevensverzameling gebeurde op een wetenschappelijke manier i.s.m. de Gentse universiteit, vakgroep bewegings- en sportwetenschappen. Wij danken hiervoor Sofie De Bock, ondertussen afgestudeerd, voor de samenwerking. Een interactief planningsproces. Ook dit is het verhaal van het sportbeleidsplan. Dit sportbeleidsplan was regelmatig onderwerp van discussie in het planningsteam en het bestuur van de gemeentelijke sportraad. Er werd gediscussieerd over sterktes, zwaktes, doelstellingen en opportuniteiten vooraleer de resultaten van die discussies aan het college van burgemeester en schepenen werd voorgelegd. Telkens met het idee dat een goed plan ambitieus maar vooral ook realistisch moet zijn. Je vindt in de vragenlijsten dan ook geen vragen over het al dan niet beschikbaar zijn van een zwembad in de gemeente ondanks het permanente tekort aan geschikte locaties om kinderen uit het basisonderwijs de technieken aan te leren die in de eindtermen van het lager onderwijs werden vastgelegd. Wij vinden dat hier een taak weggelegd is voor het bovenlokale niveau om dat tekort in de regio Zuid-OostVlaanderen weg te werken. Een realistisch ambitieus plan, weet je wel. Tenslotte een dankwoord aan de mensen van het planningsteam en het bestuur van de sportraad voor hun medewerking aan de zeer constructieve bijeenkomsten in het kader van dit plan. Dank zij hun inbreng weten we dat er een breed draagvlak is voor
63
de geformuleerde doelstellingen. Het is de bedoeling dat we voor de evaluatie en het bijsturen van het sportbeleidsplan ook in de toekomst opnieuw op hun inbreng kunnen rekenen. We beginnen dan ook graag aan deel 4 van dit plan (staat niet in de inhoudstabel) de uitvoering ervan. Graag omdat, om het met de woorden van Kees Jansma te zeggen, “Sport de belangrijkste bijzaak van het leven is” . Herwig De Vooght Sportfunctionaris.
64
Deel 3. Bijlagen
Nr. 1. Vragenlijst inwoner – klant Nr. 2. Vragenlijst sportclubs. Nr. 3. Vragenlijst leveranciers. Nr.4. Vragenlijst scholen. Nr.5. Bevraging andere gemeentelijke diensten. Nr.6. Bevraging personeel sportdienst. Nr.7. Resultaten bevraging : info en ondersteuning. Nr.8. Resultaten bevraging : sportpromotie. Nr.9. Resultaten bevraging onderwijs. Nr.10. Resultaten bevraging andere gemeentelijke diensten. Nr.11. Resultaten bevraging personeel sportdienst. Nr.12. Resultaten bevraging m.b.t. sportinfrastructuur. Nr.13. De huidige subsidiereglementen.
Bijlage nr. 1. Vragenlijst inwoner-klant. Man Vrouw
□ □
Leeftijdscategorie Jonger dan 20 jaar 20 – 34 jaar 35 – 49 jaar 50 – 64 jaar + 65 jaar
□ □ □ □ □
1. Beoefent u enige vorm van sport?
□ Ja □ Neen
2. Indien ja, beoefent u deze sport:
□ 1 uur per week □ 2 uur per week □ 4 uur per week
3. Bent u aangesloten bij een sportclub in de gemeente? □ Ja □ Neen □ Buiten de gemeente 4. Kent u de sportclubs in de gemeente en hun activiteiten? neen 1
een beetje 2
redelijk 3
goed 4
erg goed 5
goed 4
erg goed 5
5. Kent u het gemeentelijke sportaanbod ? neen 1
een beetje 2
redelijk 3
6. Vindt u het gemeentelijke sportaanbod voldoende gevarieerd? helemaal niet 1
een beetje
nogal
sterk
heel sterk
2
3
4
5
Niet van toepassing 0
7. Hoe hoog scoort de kwaliteit van het gemeentelijke sportaanbod? zeer laag
weinig
middelmatig
veel
zeer hoog
1
2
3
4
5
Niet van toepassing 0
8. Hoe hoog scoort de klantvriendelijkheid van het personeel? zeer laag
weinig
middelmatig
veel
zeer hoog
1
2
3
4
5
Niet van toepassing 0
9) Maakt u tijdens uw vrijetijdsbesteding gebruik van de gemeentelijke sportinfrastructuur? □ Ja, ga naar vraag 10 □ Neen, ga naar vraag 21 10) Hoe dikwijls? …. Uur per week …. Uur per maand …. Uur per jaar 11) Welke zijn de redenen voor het gebruik? In welke mate kan u zich vinden in volgende stellingen? Ik sport in de gemeentelijke sportinfrastructuur omdat: 1 Absoluut niet
2 In lage mate
3 Eerder in lage mate
Het goedkoop is Het sportcentrum goed uitgerust is Het sportcentrum goed bereikbaar is Alles er goed georganiseerd wordt Er een goed service is Mijn clubactiviteiten daar plaats vinden
4 Eerder in hoge mate
1 1 1 1 1 1
2 2 2 2 2 2
5 In hoge mate
3 3 3 3 3 3
4 4 4 4 4 4
6 Absoluut wel
5 5 5 5 5 5
6 6 6 6 6 6
12) Komt de door u beoefende sporttak voldoende aan bod binnen de faciliteiten van de gemeente? □ ja □ neen
13 ) Is de sportinfrastructuur voldoende beschikbaar? Absoluut niet
In lage mate
middelmatig
1
2
3
Eerder in hoge mate 4
absoluut 5
Niet van toepassing 0
14) De ligging van het sport- en cultuurcentrum de Fabriek in de gemeente is: □ Goed gelegen □ Niet goed gelegen
15) De bereikbaarheid van de Fabriek is voor u: Zeer moeilijk
moeilijk
1
2
Niet echt moeilijk, niet echt gemakkelijk 3
gemakkelijk 4
Zeer gemakkelijk 5
16) Hoe verplaatst u zich naar het sport- en cultuurcentrum? □ □ □ □
Te voet Per fiets Met het openbaar vervoer Met de auto
17) Indien u met de auto komt, kan u er gemakkelijk parkeren? Zeer moeilijk
moeilijk
1
2
Niet echt moeilijk, niet echt gemakkelijk 3
gemakkelijk 4
Zeer gemakkelijk 5
goedkoop
Zeer goedkoop
4
5
18) Kent u de toegangsprijzen om te sporten ? □
ja
□ neen
Indien ja ga naar vraag 19 Indien neen ga naar vraag 20 19) Ik vind de toegangsprijzen: Zeer duur
duur
1
2
Niet duur en niet echt goedkoop 3
20) Bent u tevreden over de volgende zaken van de sportinfrastructuur waarvan u gebruik maakt?
1 Heel ontevreden
2 Ontevreden
3 Tevreden noch ontevreden
4 Eerder tevreden
Gebruikte sportinfrastructuur Gebruikte materialen Verhuurreglement Hygiëne (kleedkamers, sportzaal,…) Huurprijs Openingsuren Voldoende beschikbare ruimte (infrastructuur) Klantvriendelijkheid van het personeel Parkeergelegenheid Ligging (bereikbaarheid) De openingsuren van de cafetaria De klantvriendelijkheid in de cafetaria De netheid in de cafetaria
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
5 Heel tevreden
3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4
21) Waarom maakt u geen gebruik van de gemeentelijke sportinfrastructuur? Per kenmerk in de volgende uitspraken moeten jullie scores geven tussen 1 en 5 waarbij de schaal het volgende oordeel weergeeft. 1 Helemaal niet van toepassing
2 Eerder niet van toepassing
3 onbeslist
Omdat het duur is Omdat er een slechte sfeer is Het is te ver van mijn woonplaats Omdat het moeilijk te bereiken is, weinig parkeerplaats Omdat de organisatie er slecht is Wegens een slechte service Omdat je geen sportpartner, - club hebt Omdat ik er mijn sport niet kan beoefenen wegens plaatsgebrek
4 Eerder van toepassing
5 Volledig van toepassing
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
5 5 5 5
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
5 5 5 5
5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5
22) Maakt u gebruik van andere sportfaciliteiten buiten Sint-Lievens-Houtem ? □ ja □ neen
23) Krijgt u voldoende informatie over de sportmogelijkheden op uw gemeente? nooit 1
zelden 2
soms 3
vaak 4
Zeer vaak 5
24) Is de informatie duidelijk? nooit 1
zelden 2
soms 3
vaak 4
Zeer vaak 5
Niet van toepassing 0
25) Langs welke weg hebt u die informatie ontvangen? (slechts één aanduiden) □ gemeentelijke infokrant □ website gemeente □ school □ sportdienst □ via de sportclub □ mond aan mond
26) Langs welke weg gaat uw voorkeur om in de toekomst deze info te ontvangen? (slechts één aanduiden) □ gemeentelijke infokrant □ website gemeente □ school □ sportdienst □ nieuwsbrief □ ……….. 27) Reservatie van sportinfrastructuur langs elektronische weg is wenselijk? helemaal niet akkoord
Eerder niet akkoord
Soms wel/soms niet akkoord
Eerder akkoord
helemaal akkoord
1
2
3
4
5
28) Inschrijvingen voor sportactiviteiten langs elektronische weg is wenselijk?
helemaal niet akkoord
Eerder niet akkoord
Soms wel/soms niet akkoord
Eerder akkoord
helemaal akkoord
1
2
3
4
5
29) Suggestie ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………
Bijlage nr. 2 Vragenlijst sportclub. □ □
Competitieclub Recreatieclub
1. Duidt in onderstaande tabel aan hoe belangrijk u het vermelde gegeven vindt.
☺ De sportdienst helpt wanneer de club sportactiviteiten organiseert De sportdienst helpt de club bij de jeugdwerking De sportdienst helpt de club bij de ledenwerving De sportdienst zorgt voor materiële ondersteuning De sportdienst stelt personeel ter beschikking De sportdienst als tussenpersoon met de lokale basisscholen
1 1
2 2
3 3
4 4
5 5
1 1 1 1 1
2 2 2 2 2
3 3 3 3 3
4 4 4 4 4
5 5 5 5 5
Suggesties……………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ……………………. 2Gemeentelijke toelagen. 2.1 Kent u het algemeen subsidiereglement voor de clubwerking? Ja
□
Neen □
Indien ja bent u tevreden over: De duidelijkheid van de modaliteiten van het reglement De te volgen procedure
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1 Heel ontevreden
4 Eerder tevreden
2 Ontevreden
3 Soms wel/soms niet tevreden
5 Heel tevreden
2.2 Kent u het subsidiereglement voor de jeugdwerking? Ja
□
Neen □
Indien ja bent u tevreden over De duidelijkheid van de modaliteiten van het reglement
1
2
3
4
5
De te volgen procedure
1
2
3
4
5
2.3 Kent u het subsidiereglement voor renovatie van sportinfrastructuur ? Ja
□
Neen □
Indien ja bent u tevreden over De duidelijkheid van de modaliteiten van het reglement De te volgen procedure
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
2.4. Kent u het subsidiereglement voor huur van sportinfrastructuur? Ja
□
Neen □
Indien ja bent u tevreden over De duidelijkheid van de modaliteiten van het reglement De te volgen procedure
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
3.Wat vindt u over de communicatie en infoverstrekking (vb. rond praktische afspraken, sportpromotie,…) vanuit de sportdienst naar de sportclub toe? 1 Heel ontevreden
2 Ontevreden
3 Soms wel/soms niet tevreden
Algemeen onthaal Duidelijkheid bij wie je waarvoor terecht kan De infoverstrekking is steeds volledig Gebruikte kanalen voor infoverstrekking (mondeling, telefonisch,…) Inspraakmogelijkheden, onderhandelingen voor de clubs Klachtenbehandeling, probleemoplossing
4 Eerder tevreden
5 Heel tevreden
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
5 5 5 5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
4.Wat vindt u van onze website (www.sint-lievens-houtem.be dienst sport)? Duid aan 1 Helemaal niet akkoord
2 Eerder niet akkoord
website is gebruiksvriendelijk er is voldoende info op terug te vinden
3 Soms wel/soms niet akkoord
4 Eerder akkoord
1 1
2 2
5 Helemaal akkoord 3 3
4 4
5 5
info is up-to-date 1 2 3 5. Wenst u zich in te kunnen schrijven op de website voor een maandelijkse nieuwsbrief? □
Ja
4
Neen □
6. Welke doelgroepen zou u als nieuwe leden willen aanwerven
□ □ □ □
vooral jongeren /jeugd vooral personen van middelbare leeftijd vooral senioren andere………..
7. Heeft uw club weet van activiteiten rond gemeentelijke sportpromotie? Ja
□
Neen □
8.Vindt u dat de gemeentelijke sportdienst voldoende sportpromotionele activiteiten organiseert? Ja
□
Neen □
9. Neemt uw club vaak deel aan activiteiten rond gemeentelijke sportpromotie? Ja
□
Neen □
10. Hoe goed is de samenwerking met de gemeentelijke sportdienst? Niet goed
Een beetje
redelijk
Erg goed
1
2
3
4
Heel erg/ heel veel 5
11. Is er voldoende overleg met de gemeentelijke sportdienst? Ja
□
Neen □
12. Welke problemen op promotioneel vlak heeft uw club reeds ondervonden? □ de sportdienst (gemeentelijke instanties) wenst niet met uw club samen te werken □ de samenwerking/communicatie verloopt moeilijk □ er is geen materiaal/of zaal (infrastructuur) ter beschikking □ er zijn onvoldoende financiële middelen om een promotionele actie op te starten □ geen
5
13. Hoe vaak maakt uw club gebruik van de sportaccommodatie? Dagelijks
Enkele malen per week
Eenmaal per week
Eenmaal om de 2 weken
Maandelijks
Niet van toepassing
14.Van welke sportaccommodatie maakt uw club gebruik? □ Sporthal □ Kleine zaal □ Squash □ Voetbalterrein Hemelrijk □ Niet van toepassing 15. Bent u tevreden over de volgende zaken van de sportinfrastructuur waarvan u gebruik maakt? 1 Heel ontevreden
2 Ontevreden
3 Tevreden noch ontevreden
Gebruikte sportinfrastructuur Gebruikte materialen Verhuurreglement Hygiëne (kleedkamers, sportzaal,…) Huurprijs Openingsuren Voldoende beschikbare ruimte (infrastructuur) Klantvriendelijkheid van het personeel Parkeergelegenheid Ligging (bereikbaarheid) De openingsuren van de cafetaria De klantvriendelijkheid in de cafetaria De netheid in de cafetaria
4 Eerder tevreden
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
5 Heel tevreden
3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4
16.Suggesties…………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………
5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5
Bijlage nr. 3 Vragenlijst leverancier sportdienst 1. Wat vindt u over de communicatie (vb. rond praktische afspraken, bestellingen,leveringen…) vanuit de sportdienst naar uw organisatie toe? 1 Heel ontevreden
2 Ontevreden
3 Soms wel/soms niet tevreden
Algemeen onthaal Duidelijkheid bij wie je waarvoor terecht kan De communicatie is goed Klachtenbehandeling, probleemoplossing
4 Eerder tevreden
1 1 1 1
2 2 2 2
5 Heel tevreden
3 3 3 3
4 4 4 4
2.Hoe goed is de samenwerking met de betreffende sportdienst? Niet goed
Een beetje
redelijk
Erg goed
1
2
3
4
Heel erg/ heel veel 5
3.Wordt er voldoende rekening gehouden met de wensen van uw organisatie ? □ ja □ neen
4.De bereikbaarheid van het sportcentrum is voor u: Zeer moeilijk
moeilijk
1
2
Niet echt moeilijk, niet echt gemakkelijk 3
gemakkelijk 4
Zeer gemakkelijk 5
5. Hoe goed verlopen de betalingen en adminstratieve opvolging van bestellingen en leveringen? Niet goed
Een beetje
redelijk
Erg goed
1
2
3
4
Heel erg/ heel veel 5
6.Welke drie kenmerken associeert u het meest met de gemeentelijke sportdienst?
5 5 5 5
Kruis aan Autoritair Bureaucratisch Creatief Doeltreffend Dynamisch Efficiënt Ingewikkeld Klantvriendelijk Luisterbereid Professioneel Ondersteunend
7. suggestie. ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………
Bijlage nr. 4. Interview scholen Sint-Lievens-Houtem 1. Wat is volgens u de meerwaarde van sport in de opvoeding? 2. In het lager onderwijs wordt sport gegeven binnen het officiële lessenpakket. Volstaan deze uren sport per week? 3. Verbanden tussen binnen- en buitenschoolse sport zijn daarom uitermate belangrijk. Neemt de sportdienst voldoende initiatief (activiteiten) om die verbanden te maken/in stand te houden? Heeft u suggesties voor de toekomst ? ► schoolsportklassen ► interscholensportorganisaties zoals veldloop, basebal, netbal,sportquiz….. ► schoolsportdagen ► gebruik van de gemeentelijke sportaccomodatie 4. Welke initiatieven bestaan er tussen de sportwereld (sportdienst) en de onderwijswereld (scholen) om de rol van sport als leermiddel te benadrukken, noem de 3 belangrijkste? 5. Wordt uw school goed geïnformeerd over het plaatsvinden van dergelijke sportevenementen? Zo ja, op welke manier? Email, affiches, post, website, familie, andere. 6. Bent u tevreden over de samenwerking met uw school voor dergelijke sportevenementen? 7. Bent u tevreden over de organisatie van dergelijke sportevenementen naar uw school toe? (vervoer naar de activiteit, tijdens het evenement zelf, informatie over het evenement, communicatie vooraf…) 8. Bent u tevreden over de inspraak die uw school heeft tijdens dergelijke sportevenementen? 9.
Om actieve sportbeleving te stimuleren moet er ook naar de bevolking (kinderen) toe gecommuniceerd worden? Op welke manier doet de sportdienst dit?
10. Wat vindt de school van haar rol als communicatiemiddel? 11. De school werkt samen met de sportdienst voor het gebruik van hun sportinfrastructuur? Om welke redenen? 12. Verloopt die samenwerking goed, worden gemaakte afspraken nagekomen? 13. Heeft St-Lievens-Houtem volgens u voldoende sportinfrastructuur? Indien niet, ondervindt de school daar problemen rond? 14. Acht u het enigszins mogelijk dat de sportdienst gebruik maakt van de schoolinfrastructuur vb. van 18u – 23u of tijdens de vakantieperiodes?
15. Tornooien op school stimuleren de sport. Is er voldoende materiële ondersteuning vanuit de sportdienst om dergelijke tornooien mogelijk te maken? 16. Denkt u dat er meer projecten (die een bijdrage leveren aan de opvoeding en de sport) zouden zijn indien de organiserende instanties een financiële bijdrage kunnen krijgen? 17. Vindt u dat dit een opdracht is voor de sportdienst of eerder voor nationale/provinciale instanties? 18. Ziet u de gemeentelijke sportdienst als schakel tussen de school en de lokale sportclub? 19. Vindt u jaarlijks overleg, zoals dat vroeger reeds gebeurde opnieuw wenselijk.
suggestie…………………………………………………
Bijlage nr. 5. Bevraging andere gemeentelijke diensten . 1.Weet u voldoende over de activiteiten van de sportdienst? 2.Worden jullie voldoende betrokken bij de activiteiten van de sportdienst? 3. Is er een vlotte samenwerking met de sportdienst? 4. Zijn de afspraken duidelijk? 5. Is er voldoende communicatie met de SD? 6. Is er mogelijkheid tot meer samenwerking met de sportdienst 7. Onze dienst kan vlot inspelen op de vragen van de sportdienst
Bijlage nr. 6 Inleiding
Bevraging personeel sportdienst
We zouden eerst graag weten hoe belangrijk u de onderwerpen vindt waarover er vragen worden gesteld. Dit is nodig om te achterhalen waarrond er eerst actie moet worden gevoerd.
Peiling belangrijkheid
Duid in onderstaande tabel aan hoe belangrijk u het vermelde gegeven vindt.
Hoe belangrijk vindt u…
Mate van belangrijkheid
☺
1. de omgang met uw directe chef?
1
2
3
4
5
2. de samenwerking binnen de sportdienst?
1
2
3
4
5
3. de samenwerking tussen de gemeentediensten?
1
2
3
4
5
4. het stellen van doelen voor de sportdienst
1
2
3
4
5
5. efficiëntie?
1
2
3
4
5
6. werkprocedures en taakomschrijvingen?
1
2
3
4
5
7. klantgerichtheid?
1
2
3
4
5
8. innovatie (vernieuwing)?
1
2
3
4
5
Peiling belangrijkheid
Mate van belangrijkheid
Hoe belangrijk vindt u….
(vervolg)
☺
9. de kwaliteit van de dienstverlening?
1
2
3
4
5
10. uw werkplaats en uitrusting (meubilair, materiaal)?
1
2
3
4
5
11. informatica?
1
2
3
4
5
12. werkzekerheid?
1
2
3
4
5
13. promotiekansen?
1
2
3
4
5
14. opleiding en vorming?
1
2
3
4
5
15. levenskwaliteit?
1
2
3
4
5
16. arbeidsvoldoening?
1
2
3
4
5
17. waardering door anderen?
1
2
3
4
5
18. betrokkenheid bij de sportdienst?
1
2
3
4
5
19. de sfeer in de sportdienst?
1
2
3
4
5
20. het imago van de sportdienst?
1
2
3
4
5
21. de missie van het gemeentebestuur
1
2
3
4
5
22. de missie van de sportdienst?
1
2
3
4
5
Deel 2: Wat is uw opinie? Leiderschap Omgang met de directe chef
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
1. Mijn directe chef is steeds bereikbaar
1
2
3
4
5
2. Mijn directe chef legt de procedures, richtlijnen en werkvoorschriften duidelijk uit
1
2
3
4
5
3. Er is overleg mogelijk met mijn directe chef
1
2
3
4
5
Coaching (begeleiding)
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
4. De directe chef geeft mij begeleiding en hulp indien nodig
1
2
3
4
5
5. De functioneringsgesprekken helpen mij beter te worden in mijn job
1
2
3
4
5
6. De interne communicatie binnen onze sportdienst is goed georganiseerd
1
2
3
4
5
7. De taken worden goed verdeeld binnen onze sportdienst zodanig dat iedereen een gelijke werkdruk heeft
1
2
3
4
5
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Leiderschap, Vervolg Samenwerking binnen de sportdienst
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
8. Iedereen kan zijn mening zeggen binnen de sportdienst
1
2
3
4
5
9. We slagen erin problemen en spanningen binnen de sportdienst op te lossen
1
2
3
4
5
Samenwerking met andere stadsdiensten
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
10. Er is een vlotte samenwerking tussen onze dienst en andere gemeentediensten
1
2
3
4
5
11. Onze sportdienst krijgt tijdig informatie van de andere gemeentediensten waarmee we samenwerken
1
2
3
4
5
12. Onze sportdienst kan flexibel inspelen op vragen van andere gemeentediensten
1
2
3
4
5
13. De afspraken en taakafbakening tussen onze sportdienst en de andere gemeentediensten is duidelijk
1
2
3
4
5
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Management Efficiëntie
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
14. Men gaat in onze sportdienst 1 spaarzaam om met de middelen (geen verspilling van papier, werkmateriaal enz.)
2
3
4
5
15. De verantwoordelijkheden, opdrachten en bevoegdheden zijn duidelijk vastgelegd binnen onze sportdienst
1
2
3
4
5
16. Onze leidinggevenden aarzelen niet om de nodige beslissingen te nemen
1
2
3
4
5
17. Ik beschik over alle informatie die ik nodig heb om mijn werk goed te kunnen doen en de klant te kunnen helpen
1
2
3
4
5
Niet van Toepassing
Vervolg op volgende pagina
Management, Vervolg Taakgerichtheid
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
18. Ik weet welk resultaat er van mij wordt verwacht
1
2
3
4
5
19. Onze sportdienst werkt nauwkeurig en stipt
1
2
3
4
5
20. Ik weet hoe ik mijn werk moet doen (er zijn duidelijke procedures en/of werkmethodes)
1
2
3
4
5
Klantgericht heid
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
21. Iedereen in onze sportdienst gaat ermee akkoord dat we voor ‘de klant’ werken
1
2
3
4
5
22. Onze sportdienst kan de klant een snelle en correcte dienstverlening bieden
1
2
3
4
5
23. Onze sportdienst houdt rekening met de wensen van de klant
1
2
3
4
5
24. Ik vind dat de relaties met de 1 klant bij onze sportdienst goed verlopen
2
3
4
5
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Vervolg op volgende pagina
Management, Vervolg
Innovatie (vernieuwing)
Gaat u hiermee akkoord ?
25. Ik vind het normaal dat er zaken in onze sportdienst veranderen en evolueren
☺
1
2
3
4
5
26. Een duidelijke structuur en 1 vaste regelmaat is voor mij niet noodzakelijk om goed te kunnen werken
2
3
4
5
Kwaliteit van de dienstverlening
Gaat u hiermee akkoord ?
27.Ik vind het aanbod van de dienstverlening voldoende uitgebreid op vlak van activiteiten (sportkampen, cursussen, …) infrastructuur
clubwerking (ondersteuning,…) promotie
28.Ik vind de kwaliteit van de dienstverlening goed op vlak van activiteiten (sportkampen, cursussen, …) infrastructuur (sporthal,…) clubwerking (ondersteuning)
promotie
29. Ik vind dat we op een correcte manier omgaan met (eventuele) klachten over de kwaliteit van onze dienstverlening
☺
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Materiële arbeidsvoorwaarden Gebouw en uitrusting
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
30. Ik beschik over een comfortabele, gezonde en veilige werkplek (het gebouw)
1
2
3
4
5
31. Ik beschik over degelijk meubilair en werkmateriaal (de uitrusting)
1
2
3
4
5
Informatica
Gaat u hiermee akkoord ?
32. Ik ben tevreden over het beschikbare informaticamateriaal
1
2
3
☺ 4
5
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Immateriële arbeidsvoorwaarden Werkzekerheid
Gaat u hiermee akkoord ?
33. Ik heb het gevoel dat ik zo lang ik wil bij de gemeente kan blijven werken
1
Promotiekansen
2
3
☺ 4
5
Gaat u hiermee akkoord ?
34. Het gemeentebestuur biedt mij goede carrièremogelijkheden
Competentie management
1
2
3
☺ 4
☺
35. Ik krijg voldoende 1 opleidings- en bijscholingsmogelijkheden zodat ik mij voortdurend kan verbeteren
2
3
4
5
36. Ik kan in mijn huidige functie mijn capaciteiten volledig ontplooien
2
3
4
5
1
Niet van Toepassing
5
Gaat u hiermee akkoord ?
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Vervolg op volgende pagina
Immateriële arbeidsvoorwaarden, Vervolg Levenskwaliteit
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
37. Ik kan mijn job goed combineren met mijn privéleven
1
2
3
4
5
38. Ik heb de gepaste hoeveelheid werk om mij goed in mijn vel te voelen
1
2
3
4
5
Arbeids voldoening
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
39. Ik heb voldoende afwisseling in mijn job
1
2
3
4
5
40. Ik kan binnen mijn werkopdracht eigen initiatieven nemen
1
2
3
4
5
41. Ik vind dat iedereen gelijke rechten en plichten heeft in onze sportdienst
1
2
3
4
5
42. Ik bepaal grotendeels zelf wanneer ik wat doe
1
2
3
4
5
43. Ik zie resultaten van mijn inspanningen
1
2
3
4
5
44. Ik doe mijn job graag
1
2
3
4
5
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Betrokkenheid bij de sportdienst Waardering door anderen
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
45. Mijn collega’s waarderen mijn werk
1
2
3
4
5
46. De klanten waarderen mijn werk
1
2
3
4
5
47. Mijn directe chef waardeert mijn werk
1
2
3
4
5
48. Het bestuur waardeert ons werk
1
2
3
4
5
Erbij horen
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
49. Ik voel mij betrokken bij de werking en de activiteiten van mijn dienst
1
2
3
4
5
50. Ik zou blijven werken waar ik nu werk, zelfs indien ik de kans zou krijgen elders aan de slag te gaan
1
2
3
4
5
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Vervolg op volgende pagina
Betrokkenheid bij de sportdienst, Vervolg Sociaal klimaat
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
51. Als er veel werk is, helpen wij elkaar binnen de sportdienst
1
2
3
4
5
52. Ik kom goed overeen met mijn collega’s
1
2
3
4
5
53. Er worden in onze 1 sportdienst nooit mensen belachelijk gemaakt omwille van hun uiterlijk, gedrag of privésituatie
2
3
4
5
54 Er heerst een goede sfeer in onze sportdienst
1
2
3
4
5
55 Ik word als persoon aanvaard door mijn collega’s
1
2
3
4
5
Imago
Gaat u hiermee akkoord ?
56. Onze sportdienst heeft een goed imago bij de bevolking
☺
1
2
3
4
5
57. Onze sportdienst heeft 1 een goed imago bij de collega’s van de andere gemeentediensten.
2
3
4
5
58. Ik ben trots op mijn dienst
2
3
4
5
1
Niet van Toepassing
Niet van Toepassing
Betrokkenheid bij de gemeente Sint-Lievens-Houtem Identificatie met 59. Ik ben er trots op een 1 de organisatie werknemer van het gemeentebestuur van SLH te zijn
Beleidsinformatie
2 6
3 7
4
5
Gaat u hiermee akkoord ?
☺
60. Ik ben tevreden over de hoeveelheid beleidsinformatie die ik krijg over het gemeentebstuur
1
2
3
4
5
61. Ik ben tevreden over de kwaliteit van de beleidsinformatie die ik krijg over het gemeentebestuur (de informatie is dus tijdig, correct en volledig)
1
2
3
4
5
62. Ik ben tevreden over de manier waarop ik over de beslissingen van het bestuur ingelicht word
1
2
3
4
5
Niet van Toepassing
Inleiding
Open vragen Hieronder staan enkele ‘open vragen’. Dit betekent dat u bij deze vragen zelf uw mening mag schrijven.
Vraag 63
Wat zijn voor u de 3 meest positieve punten aan werken in uw dienst en/of bij de Gemeentebestuur van Sint-Lievens-Houtem? Het gaat dus om zaken die zeker moeten behouden blijven. ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... .....................................................................................................................................
vraag 64
Wat zijn voor u de 3 belangrijkste verbeterpunten die uw dienst en/of het gemeentebestuur van Sint-Lievens-Houtem moet realiseren? ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... .....................................................................................................................................
Bent u tevreden over uw huidige dienstregeling ? (uurregime, werkregeling, enz…). Zo niet, mag u hier uw voorstel of voorkeur kenbaar maken. ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... .....................................................................................................................................
Vraag 65
Vervolg op volgende pagina
Open vragen, Vervolg vraag 66
Wat is er de laatste jaren verbeterd in uw dienst en/of bij het gemeentebestuur van Sint-LievensHoutem? ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... .....................................................................................................................................
Vraag 67
Deze ruimte is bestemd voor aanvullende suggesties, opmerkingen over de interne werking van de sportdienst, het aanbod van dienstverlening, het gemeentebestuur in het algemeen, edm. ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... ..................................................................................................................................... .....................................................................................................................................
Waarom uw administratief niveau vermelden?
Uit vorige enquêtes is gebleken dat mensen van verschillende groepen (niet leidinggevend of wel leidinggevend; enz…) vaak een andere mening hebben. Wij vragen u dan ook om aan te duiden tot welke groepen u behoort zodat we de eventueel verschillende meningen kunnen aantonen. De anonimiteit komt hierdoor niet in het gedrang. We gaan immers geen rapport per groep maken, maar enkel nagaan of er grote verschillen in mening zijn. 1. Bent u : o o
niet-leidinggevend leidinggevend
2. Hebt u :
o een glijdend uurrooster o een vast uurrooster : 9 u dag o een vast uurrooster : 7u36 dag o een ander werkregime :……………. Vervolg op volgende pagina
Dank voor uw medewerking !
Bijlage nr.7 Beleidsdomein info en ondersteuning Resultaten sportclubs: 1. 5,00
De sportclubs vinden vooral belangrijk dat de sportdienst hen helpt bij het organiseren van
4,00
sportactiviteiten en bij het ontwikkelen van de 3,00
Mean
jeugdwerking. Uit statistische test blijkt dat er geen verschil is
2,00
4,133
tussen wat een competitieclub en een
3,80 3,20
recreatieclub belangrijk vindt.
1,00
Suggestie van de sportclubs:
0,00
3,467 3,00
sportactivit jeugdwerki ledenwervi materiele personeel tussenpers eiten ng ng ondersteun oon ing bassischol en
Meer initiatieven inzake organisatie van
-
4,133
sportactiviteiten.
2. 80,0% 60,0%
40,0%
Percent
Percent
60,0%
78,9%
40,0% 63,2%
20,0%
20,0%
36,8%
21,1%
0,0%
0,0% ja
neen
Ja
subsidiereg. clubwerking 78,9% van
de
ondervraagde
sportclubs kennen
neen
subidiereg. jeugdwerking het
subsidiereglement
voor de
clubwerking. 63,2% kent het subsidiereglement voor de jeugdwerking. Uit statistische tests blijkt dat er enkel voor het subsidiereglement jeugdwerking een verband gevonden is met de soort club (competitie –of recreatie). Opmerkelijk daarbij is dat alle competitieclubs (100%) het subsidiereglement kennen voor de jeugdwerking en dat maar 36,4% van de recreatieclubs het reglement kent.
60,0% 50,0%
Percent
Percent
60,0%
40,0% 68,4%
40,0% 30,0% 52,63% 47,37%
20,0% 20,0% 31,6%
10,0% 0,0%
0,0% ja
ja
neen
neen
subsidiereg. huur
subsidiereg. renovatie
Maar 31,6% en 47, 37% kent het subsidiereglement voor respectievelijk de renovatie en huur van sportinfrastructuur. Vooral de kennis over het reglement voor renovatie is laag (31,6%) i.v.g. met de andere subsidiereglementen.
3.
4,00
Mean
3,00
2,00 3,80
3,80
3,80
3,80
3,80
3,80
3,80
duidelijkheid renovatie sportinfra
procedure renovatie sportinfra
duidelijkheid huur sportinfra
procedure huur sportinfra
3,60
1,00
0,00 duidelijkheid clubwerking
Indien
de
procedure clubwerking
ondervraagden
duidelijkheid jeugdwerking
procedure jeugdwerking
antwoorden
kennis
te
hebben
over
een
bepaald
subsidiereglement werd hen vervolgens gevraagd hoe tevreden ze over de te volgen procedure ze zijn en hoe duidelijk de modaliteiten van het reglement zijn. Uit bovenstaande grafiek blijkt dat ze voor alle reglementen (zowel qua modaliteiten en procedure) eerder tevreden zijn.
4. 5,00
4,00
Mean
3,00
4,263
2,00
4,00
4,053
3,947
3,789
3,737
1,00
0,00 algemeen onthaal
wie waarvoor terecht
infoverstrekking volledig
gebruikte kanalen
inspraakmogelijkheden klachtenbehandeling
De grafiek geeft aan dat de sportclubs het meest tevreden zijn over het algemeen onthaal gevolgd door de gebuikte kanalen voor infoverstrekking. Het minst tevreden zijn ze over de klachtenbehandeling. Toch moet daarbij worden opgemekt dat de sportclubs in
het
algemeen
tevreden
tot
heel
tevreden
zijn
over
de
communicatie
en
infoverstrekking.
5. 4,00
Over de gebruiksvriendelijkheid en info zijn de sportclubs nog vrij tevreden. Over de up-
3,00
geven een score van 3,4 weer. Ze vinden dat de info soms wel/soms niet up-to-date is.
Mean
to-date info zijn ze middelmatig tevreden. Ze 2,00
3,812
3,75 3,375
1,00
0,00 gebruiksvriendelijk
voldoende info
up-to-date info
6. 66,7% van de ondervraagde clubs wensen zich te kunnen inschrijven op de website voor een maandelijkse nieuwsbrief. De andere 33,3% wenst dit niet.
Resultaten personeel: 7. In een continuüm (mate van belangrijkheid) vinden de personeelsleden unaniem dat de kwaliteit van de dienstverlening heel belangrijk (score 5) is.
1
5
De personeelsleden zijn vrij tevreden over het aanbod (score 3,75) en de kwaliteit (score 3,50) van de ondersteuning naar clubwerking toe. De personeelsleden zijn wel tevreden (score 4,20) over de manier waarmee ze met eventuele klachten over de dienstverlening omgaan.
1
4,20
3,50 3,75
5
Resultaten inwoners – klanten:
8.
50,0%
27% van de inwoners – klanten ontvangt nooit 40,0%
op de gemeente. 43,3% soms. Uit deze grafiek blijkt toch duidelijk dat de wijze waarop de info verstrekking gebeurt niet steeds doeltreffend is. Uit
een
statistische
test
blijkt
wel
dat
43,3%
20,0%
de
voldoende info over de sportmogelijkheden krijgt de
30,0%
23,9%
10,0%
leeftijdsgroep 50-64 jaar (gemid:3,67) vaker
dan
Percent
tot zeer zelden info over de sportmogelijkheden
leeftijdsgroep
jonger
dan
20
jaar
19,4% 7,5%
6,0%
0,0% nooit
zelden
soms
vaak
zeer vaak
voldoende info
(gemid:2,88); de leeftijdsgroep 20-34 jaar (gemid:2,55) en leeftijdsgroep 35-49 (gemid:3,05).
De leeftijdsgroep 35-49 jaar (gemid:3,05) krijgt op zijn beurt vaker voldoende info dan de leeftijdsgroep 20-34 jaar (gemid:2,55).
9.
40,0%
De info is voor het merendeel van de inwoners – 30,0%
Percent
klanten wel duidelijk tot zeer duidelijk.
20,0%
38,2%
26,7%
10,0%
18,3% 10,7% 5,3% 0,8%
0,0% niet van toepassing
nooit
zelden
soms
vaak
zeer vaak
duidelijkheid info
10. Het is duidelijk dat het merendeel van de klanten – inwoners
hun
informatie
ontvangen
via
de 60,0%
Indien klanten hun info via de sportdienst (gemid: 4,25) ontvangen blijkt deze informatie significant duidelijker te zijn dan die ontvangen via de
Percent
gemeentelijke infokrant.
gemeentelijke infokrant (gemid:2,91) en mond aan
40,0% 68,0%
20,0%
mond (gemid: 2,70). 0,8%
0,0%
5,7%
7,4%
8,2%
9,8%
gemeentel website school sportdiens sportclub mond aan ijke gemeente t mond infokrant
kanalen info 11. In de toekomst willen de inwoners – klanten 60,0%
vooral via de gemeentelijke infokrant en via de ingelicht
worden
gemeentelijke sportmogelijkheden.
over
50,0%
de Percent
nieuwsbrief
40,0% 30,0% 50,4%
20,0% 25,2%
10,0% 9,4%
0,0%
4,7%
7,9%
gemeentel website school sportdiens nieuwsbri ijke gemeente t ef infokrant
gewenste infokanaal
2,4% andere
12. 4
Reservatie en inschrijven langs elektronische weg is eerder wenselijk voor de inwoners – klanten. Mean
3
2
3,6518
3,5982
1
0 reservatie langs elektronische weg
inschrijven voor sportactiviteiten elektronisch
Suggesties van de inwoners – klanten:
-
Meerdere infokanalen zijn wenselijk bv. infokrant, website, school, opendeurdagen sportdienst en spotclubs.
-
Bij het begin van het schooljaar een lijst meegeven waarop alle verschillende sportactiviteiten per leeftijd en/of activiteiten per groep staan.
-
Een betere info geven over de verschillende sportverenigingen.
-
Meer info over sportactiviteiten via de infokrant voorzien.
Resultaten leveranciers sportdienst: 13. 5,00
De leveranciers zijn tevreden tot heel tevreden 4,00
over de communicatie vanuit de sportdienst naar Mean
hen toe. 3,00 4,50
4,50
4,50
4,50
2,00
1,00
0,00
14.
algemeen onthaal
wie communicat klachtenbe waarvoor ie handeling terecht
De samenwerking met de sportdienst duiden ze als erg goed (score 4). 1
4
5
15. De leveranciers geven unaniem aan dat er door de sportdienst rekening gehouden wordt met hun wensen. Alle leveranciers geven ook aan de betalingen en administratieve opvolgingen van bestellingen en leveringen erg goed verloopt.
16. De top drie van de kenmerken die de leveranciers associëren met de sportdienst luidt als volgt. 1 = creatief 2 = efficiënt 3 = professioneel
Suggesties van de leveranciers: -
Opnieuw volledige dagen kleuterkampen.
-
Bij het verhuur van de terreinen en gebouwen “Hemelrijk” de mensen duidelijk maken dat er enkel HAACHT – producten mogen genuttigd worden. Eventueel boet opleggen bij niet – naleving.
Bijlage nr. 8 Beleidsdomein sportpromotie
Resultaten sportclubs
17. 73,7% van de ondervraagden heeft weet van activiteiten rond gemeentelijke sportpromotie.
80,0%
Percent
60,0%
40,0%
73,7%
20,0% 26,3%
0,0% weet van activiteiten
18.
geen weet van activiteiten
sportpromotie
72,2% van de ondervraagde clubs vindt dat de sportdienst voldoende sportpromotionele activiteiten organiseert.
80,0%
Percent
60,0%
40,0% 72,2%
20,0% 27,8%
0,0% Voldoende
Onvoldoende
sportpromotie 19. 73,7% van de clubs nemen zelf geen deel aan activiteiten rond gemeentelijke sportpromotie.
80,0%
Percent
60,0%
40,0%
73,7%
20,0% 26,3%
0,0% Neemt deel
Neemt niet deel
sportpromotie
20.De clubs geven een gemiddelde score van 4 aan de samenwerking met de sportdienst. Dus de clubs duiden dat de samenwerking erg goed is.
21. 72,2% vindt dat er voldoende overleg is tussen de sportdienst en hun club.
80,0%
Percent
60,0%
40,0% 72,2%
20,0% 27,8%
0,0% Voldoende
Onvoldoende
Overleg 22.
60,0%
Percent
Het merendeel (63,2%) van de ondervraagden ondervinden geen problemen. Indien wel problemen ondervonden worden ligt dat meestal aan het feit dat er te weinig/geen materiaal/zaal ter beschikking is.
40,0% 63,2%
20,0% 26,3%
0,0%
5,3%
5,3%
samenwerking geen onvoldoende fin. geen problemen moeilijk materiaal/zaal middelen
Probleem 23.Om te weten te komen welke clubs (competitie/recreatief) wel/niet deelnemen werd een chi-kwadraat uitgevoerd. Zonder resultaat, beide variabelen zijn onafhankelijk van elkaar.
Resultaten personeel: 24. 40,0%
30,0%
Percent
33% van de ondervraagde personeelsleden gaat er niet mee akkoord dat het aanbod voldoende uitgebreid is op vlak van sportpromotie. 33% is onbeslist en de andere 33% vindt het aanbod voldoende uitgebreid.
20,0% 33,33333333%
33,33333333%
33,33333333%
niet akkoord
onbeslist
akkoord
10,0%
0,0%
Sportpromotie
25. Alle personeelsleden gaan unaniem akkoord en vinden dus de kwaliteit van de sportpromotie goed.
100,0%
Percent
80,0%
60,0% 100,0%
40,0%
20,0%
0,0% akkoord
Kwaliteit promotie Resultaten inwoners – klanten: 60,0%
55, 3% van de ondervraagden zijn niet aangesloten bij een sportclub. Toch blijkt uit de resultaten dat 65, 5% wel degelijk enige vorm van sport beoefent. Dus kunnen we veronderstellen dat 20,9% van de ondervraagden ongeorganiseerd sport.
50,0%
Percent
26.
40,0% 30,0%
55,3%
20,0% 26,2%
10,0%
18,4%
0,0% Ja
Neen
Buiten de gemeente
aansluiting bij sportclub
27. 50,0%
40,0%
Percent
Deze grafiek toont duidelijk dat de kennis over de sportclubs in de gemeente SintLievens-Houtem niet erg hoog is, 63% van de inwoners – klanten kent de sportclubs en hun activiteiten niet tot een beetje.
30,0% 44,1%
20,0%
28,0%
10,0%
18,9% 8,4% 0,7%
0,0% Neen
28.
Een beetje
redelijk
Goed Erg goed
Kennis van de sportclub
Ook het gemeentelijk sportaanbod is niet erg goed gekend bij de inwoners - klanten
50,0%
Percent
40,0%
30,0% 41,8%
20,0%
29,1%
10,0%
19,9% 8,5% 0,7%
0,0% Neen
een beetje
goed
zeer goed
sportaanbod
29. 50,0%
40,0%
Percent
44,2% van de ondervraagden vindt het sportaanbod nogal gevarieerd. Toch geeft 26,8% aan dat de vraag niet van toepassing is voor hen. Die groep bestaat uit personen die geen en/of een beetje kennis hebben van het gemeentelijk sportaanbod.
redelijk
30,0% 44,2%
20,0% 26,8%
10,0% 13,8%
11,6%
0,0%
2,2% Niet van helemaal een beetje toepassing niet
1,4% nogal
sterk
heel sterk
Gevarieerd sportaanbod
30. 40,0%
Tussen de 3 variabelen kennis (12), variatie (13) en kwaliteit (14) bestaan er significante (p<0.05) verbanden. Hoe beter iemand het aanbod kent, hoe gevarieerder en kwaliteitsvoller die persoon het aanbod zal definiëren. Tevens ook omgekeerd hoe lager de kennis …
30,0%
Tussen het al dan niet aangesloten zijn bij een club en het kennen van het sportaanbod bestaat er geen verschil. De levene’s test was significant voorwaarden niet voldaan om een test uit te voeren. sportaanbod5 Levene Statistic 3,889
df1
df2 2
136
Sig. ,023
Percent
Opmerkelijk is het groot aantal personen dat niet van toepassing aanduidde.
20,0% 33,8%
33,1%
27,2%
10,0% 5,1% 0,7%
0,0% niet van toepassing
weinig
middelmatig
veel
zeer hoog
Kwaliteit van het sportaanbod
Bijlage nr. 9. Resultaten scholen: Sint-Jozef
Zonnevlier
Klimop
St-Lievens-Inst.
Hofkouter
Wij worden goed geïnformeerd, de info is steeds op tijd en duidelijk. Deze infoverstrekking gebeurt via mail, dit is het efficiëntst.
De communicatie, info rond de activiteiten is goed. We ontvangen de info ruim op voorhand. We krijgen daarbij ook een begeleidende brief. Niets op aan te merken. ik ben zeer tevreden over de samenwerking.
We worden goed geïnformeerd. Liefst zo vroeg mogelijk, eind augustus.
We worden goed en tijdig geïnformeerd over de activiteiten. De samenwerking met de sportdienst verloopt goed en is flexibel. Ook de kinderen ontvangen een infobrief (voor de ouders).
Goed geïnformeerd. Alles gebeurt via mail. De info mag gerust vroeger komen, vanaf 16 augustus. Samenwerking verloopt heel goed.
De school als communicatiemiddel is de enige en ideale manier om alle kinderen in SintLievens-Houtem te bereiken.
Ik zie de school niet als communicatiemiddel van de sportdienst. Enkel voor de verspreiding van hun brochures van sportkampen. De sportclubs komen steeds rechtstreeks naar ons toe.
De school is een ideale manier om de kinderen te bereiken. Toch weinig tussenkomst van de sportdienst om hun activiteiten te promoten. De clubs komen zelf naar ons toe.
De school dient als aanspreekpunt om promotie te maken voor plaatselijke activiteiten.
De school gebruiken als communicatiemiddel vind ik persoonlijk enkel papierverspilling. Alles wordt nogmaals vermeld in de infokrant en kinderen hebben toch geen beslissingsrecht.
De sportclubs komen voornamelijk rechtstreeks naar ons met folders. Om echt te kunnen fungeren als schakel zouden ze bv. een doe-aan-sport beurs kunnen organiseren. Zou wordt de stap tot aansluiting bij een club
De sportdienst als schakel? Zo zie ik het niet. Hoewel de sportdienst eigenlijk wel als schakel zou moeten dienen. Door hun activiteiten bv. veldloop, zouden ze de kinderen moeten aanzetten om zich voor die sport te
Ik zie de sportdienst zeker en vast als schakel tussen de school en de lokale sportclubs. Toch mag die nog iets uitgesprokener. Om de rol als schakel meer aan bod te laten komen moet er een doordachtere samenwerking komen
Ik zie de (huidige) sportdienst niet als schakel tussen de school en sportclub. Het zijn de sportclubs die de scholen veeleer direct aanspreken i.p.v van de sportdienst als tussenpersoon te gebuiken.
Tijdens de schooluren vervult de sportdienst een ondersteunende rol. Buiten de schooluren moet de sportdienst actief trachten de kinderen op te vangen en aan te zetten tot sportbeleving. De sportdienst moet
van de schoolkinderen minder groot. Ik zie de sportdienst in een actieve rol om kinderen aan te zetten tot sporten en in een ondersteunende rol bij het bieden van hulp aan scholen.
interesseren en zich zo aan te sluiten bij een club.
tussen de 3 eenheden (sportdienst, school en sportclub).
Jaarlijks overleg is wenselijk. Dergelijk overleg kan efficiënt zijn naar de planning van de verschillende activiteiten voor de verschillende scholen. Het wordt best tijdig in mei of juni gepland.
Jaarlijks overleg is niet wenselijk in de toekomst, het is te tijdrovend. Hoewel we in het verleden steeds goed ontvangen werden en dit overleg wel zijn nut had, vind ik het toch niet nodig. De samenwerking is nu goed en daarvoor is dergelijk overleg dus niet nodig.
Jaarlijks overleg is zeker wenselijk. Liefs met alle diensten van de koer op éénzelfde tijdstip.
Sint-Jozef
Sint-Lievens
Hofkouter
Klimop
eenschakel zijn tussen de scholen en de sportclubs.
Het zou wenselijk zijn indien tijdens dit jaarlijks overleg alle koerdiensten aanwezig zouden zijn. Want als we met elke dienst apart moeten overleggen is dat qua planning niet haalbaar.
Zonnevlier
Voldoende initiatief
Interscholensport -
moet worden
Sportklassen -
volgens
Kleuterdagen -
moet in de
Sportdagen -
moet mogelijk
Jaarlijks overleg is zeker en vast opnieuw wenselijk.
-
-
-
aangepast (andere sporten aan bod laten komen toch nog beperkt over een volledig jaar weinig toegang 1ste en 2de lj.
sommigen lkr. niet interessant
-
-
voor 1ste en 2de lj. is er geen aanbod klassen van Herzele nemen plaats in.
toekomst zeker behouden blijven
-
door die halve dagen is het toch nog beperkt
zijn in de toekomst
-
in vorm van doe- aan sportbeurs
probleem met graadsklassen
De organisatie op zich van bovenstaande initiatieven wordt door alle scholen unaniem omschreven als zijnde schitterend en heel goed. M.a.w. de samenwerking is heel goed en de scholen zijn zeer tevreden over de organisatie.
Suggesties vanuit de scholen: -
Sportcultuurklas: kennismaking met alle diensten van de koer in één volledige week
-
Doe-aan-sportbeurs i.s.m. de plaatselijke sportclubs: gedurende een volledige dag krijgen de lln. een waaier van sporten (i.v.v. workshops).
-
Naschoolse opvang: bv. de vrijdag – en woensdagnamiddag, lln. worden in de sporthal opgevangen en sporten onder begeleiding.
-
Extra personeel: indien de sportdienst sport wil promoten naar kinderen is het misschien wel nodig te investeren in bv. extra personeel.
-
Kennismakingsdagen (1ste week van september): in de sporthal doet de volledige klas met de sportpromotor sport en spel om elkaar beter te leren kennen.
-Middagsport: om de lln. aan te zetten tot meer sport zou de sportpromotor onder de middag op school sport en spel kunnen geven.
Bijlage nr. 10 Resultaten andere gemeentelijke diensten: Cultuurdienst
Jeugddienst
Bibliotheek
Technische dienst
Samenwerking rond administratieve aangelegenheden, evenementen, aanbod naar lagere scholen.
Samenwerking rond administratieve aangelegenheden, programma afstemming, praktische zaken.
Samenwerking rond thema’s evenementen, aankoopsuggesties, reclame.
Samenwerking rond activiteiten of werken in de sporthal bv. verfwerken…
Over het algemeen gezien gebeurt die samenwerking vrij vlot. We trachten zo veel mogelijk in te spelen op elkaar vragen. Maar in de toekomst zouden we nog beter moeten kunnen samenwerken.
Samenwerking verloopt vlot. Enerzijds doordat er een goede onderlinge communicatie is, anderzijds omdat er weinig drempels zijn (100 m van elkaar verwijderd)
De samenwerking verloopt vlot. Vooral doordat we hier zo dicht bij elkaar zitten. De communicatie met elkaar is op die manier makkelijk.
De technische dienst kan steeds vlot inspelen op de vragen van de sportdienst. Dus onze samenwerking is heel goed.
Afspraken worden gemaakt op enerzijds het maandelijks dienstoverleg en koeroverleg, anderzijds tijdens persoonlijk, elektronisch of telefonisch contact.
De communicatie verloopt grotendeels via mail en persoonlijk. Bijkomend is er het koeroverleg.
We komen vooral persoonlijk en elektronisch met elkaar in contact. De communicatie is nu beter dan vroeger maar het kan nog beter. Elke dienst leeft nog wel op een eiland op de koer.
De communicatie verloopt vooral via het gemeentelijk meldpunt, telefonische en persoonlijk.
Het koeroverleg zou op regelmatige basis mogen plaatsvinden bv. maandelijks.
Aangezien ik niet aanwezig ben op het maandelijks dienstoverleg, mag het koeroverleg vaker voorkomen. Dit kan een stimulans zijn tot
Koeroverleg is om praktische redenen niet steeds haalbaar. Ik vind dat er op het diensthoofdenoverleg meer dan voldoende tijd is om afspraken
Aangezien de technische dienst noch deel uitmaakt van het koeroverleg noch van het diensthoofdenoverleg zijn wij weinig op de hoogte van welke
een nog betere samenwerking. Op die manier kan er ook een duidelijkere structuur zijn in de verschillende initiatieven en afspraken.
en dergelijke te maken.
activiteiten georganiseerd worden door andere diensten.
Theoretisch gemaakte afspraken worden niet altijd nageleefd.
De gemaakte afspraken worden tussen onze diensten goed nageleefd.
Gemaakte afspraken worden meestal nagekomen. Maar ik weet dat ik steeds bij Claudine of Herwig moet zijn om iets af te spreken. Met andere personeelsleden afspraken maken of om info vragen is moeilijk. Maar dat is eerder hun probleem qua personeelsbeleid.
De afspraken die gemaakt worden, worden vanzelfsprekend ook nageleefd. Meestal gaat het over grote evenementen. Nogal logisch dat we dan alles strikt naleven.
Ik weet niet steeds voldoende over de activiteiten van de sportdienst, dat is ook niet steeds nodig. Misschien kunnen we wel beter samenwerken indien we meer van elkaars activiteiten zouden afweten.
/
Ik kom zoals andere inwoners te weten welke activiteiten er zijn via de infokrant. Soms eens via het diensthoofdenoverleg. Het is dus logische dat ik niet steeds voldoende weet over de activiteiten van de sportdienst.
Persoonlijk weet ik vrij veel van de activiteiten van de sportdienst maar dat is eerder uit een zekere gezonde interesse. Deze interesse is uit mijn werk gevloeid.
De betrokkenheid is niet erg hoog.
We delen grotendeels dezelfde doelgroep, daarom is de betrokkenheid bij elkaars activiteiten vrij groot.
Betrokkenheid van beide diensten kan beter. Wij zitten nog steeds met een ander publiek. Er wordt nagedacht over een meer gestructureerde manier om die betrokkenheid te verhogen.
Aangezien ik hier mijn loopbaan aan de gemeente gestart ben, is mijn betrokkenheid wel hoog. Uiteindelijk is dat ook wel nodig want de technische dienst moet toch steeds de materiele kant van de organisatie uitvoeren. Het personeel van de technische dienst is echter weinig betrokken. Maar dat is ook niet nodig.
Een meer en betere samenwerking naar de scholen moet in de toekomst mogelijk zijn.
Indien er zich initiatieven aanbieden zullen we zeker samenwerken. In de nabije toekomst zijn dat de Livinusfeesten, het beleidsplan…
Meer samenwerking kan zeker nuttig zijn. Daarbij heb ik enkele losse ideetjes voor in de toekomst. Bv. combi-dagen tussen de verschillende diensten in de vakanties van 2008.
Bijlage nr. 11. Beleidsdomein personeel 1= de omgang met uw directe chef 2= de samenwerking binnen de sportdienst 3= de samenwerking tussen de gemeente diensten 4= het stellen van doelen voor de sportdienst 5= efficiëntie 6= werkprocedures en taakomschrijvingen 7= klantgerichtheid 8= innovatie 9= de kwaliteit van de dienstverlening 10= uw werkplaats en uitrusting 11= informatica
12= 13= 14= 15= 16= 17= 18= 19= 20= 21= 22=
werkzekerheid promotiekansen opleiding en vorming levenskwaliteit arbeidsvoldoening waardering door anderen betrokkenheid bij de sportdienst de sfeer in de sportdienst het imago van de sportdienst de missie van het gemeentebestuur de missie van de sportdienst
5
4
Mean
3
5 4,83
4,83
4,33
4,83
4,33
4,33
4,5
4,5
4,33
4,17
2
4,33 4,17
4,5
4,17
4,17 4
3,83
3,83
3,83
3,5
3,5
1
0 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
Bovenstaand is het duidelijk dat de personeelsleden de samenwerking binnen de sportdienst, de efficiëntie, de klantgerichtheid en de kwaliteit van de dienstverlening het belangrijkst
vinden.
Het
minst
belangrijk
vinden
ze
de
werkprocedures
en
taakomschrijvingen, de samenwerking tussen de gemeente diensten, de promotiekansen (omdat deze er wellicht niet zijn), de waardering door anderen en de missie van het gemeentebestuur.
Vervolgens wordt van de vier meest uitgesproken belangrijksten elementen een nadere analyse gemaakt van hoe de situatie zich nu voordoet.
De samenwerking binnen de sportdienst: 4
We kunnen stellen dat de samenwerking van het personeel binnen de huidige sportdienst wel
3
Mean
vrij goed is. De waarden leunen dicht aan bij score 4 waarmee ze willen zeggen dat ze akkoord
gaan
met
deze
stellingen.
2
3,833 3,5
Enkel
omtrent het oplossen van problemen is niet
1
iedereen ervan overtuigd dat daar steeds in geslaagd wordt.
0 Iedereen kan zijn mening we slagen erin problemen zeggen binnen de en spanningen binnen de sportdienst sportdienst op te lossen
5
De efficiëntie:
4
efficiënt,
gemiddeld
personeelsleden
akkoord
gaan met
de
de vier
Mean
De sportdienst werkt volgens het personeel
stellingen.
3 2
4,167
4
3,667
3,667
1 0 men gaat in onze de onze sportdienst verantwoordelijkh leidinggevenden spaarzaam om eden, opdrachten aarzelen niet om met de middelen en bevoegdheden de nodige zijn duidelijk beslissingen te vastgelegd binnen nemen onze sportdienst
ik beschik over alle info die ik nodig heb om mijn werk goed te kunnen doen en de klant te kunnen helpen
De klantgerichtheid: 4
Niet
iedereen
is
er
even
sterk
van 3
houdt met de wensen van de klant. Algemeen geven de personeelsleden aan
Mean
overtuigd dat de sportdienst rekening
2
3,667
4
3,833 3,5
dat ze klantgericht werken. 1
0 iedereen in onze onze sportdienst onze sportdienst ik vind dat de sportdienst gaat kan een snelle en houdt rekening relaties met de ermee akkoord correcte met de wensen klant bij onze dat we voor de dienstverlening van de klant sportdienst goed klant werken bieden verlopen
De kwaliteit van de dienstverlening:
Dit aspect werd reeds in de resultaten van de verschillende beleidsdomeinen verwerkt. Kort zal ik hier de belangrijkste elementen weergeven.
De personeelsleden vinden de kwaliteit van de sportpromotie goed. Ze zijn echter onbeslist op de vraag of het aanbod uitgebreid genoeg is. M.a.w. het aanbod moet zeker en vast nog uitgebreider in de toekomst (wanneer er meer mogelijkheden zijn). Het personeel vindt dat het aanbod van infrastructuur niet voldoende uitgebreid genoeg is. De kwaliteit van de infrastructuur vinden de meeste personeelsleden goed (nl.66,7%). De personeelsleden zijn tevreden over het aanbod en de kwaliteit van de ondersteuning naar clubwerking toe. Ze zijn ook heel tevreden over de manier waarop met klachten wordt omgegaan.
Opmerkelijke bevindingen:
-
De personeelsleden vinden de omgang met de directe chef goed. Hun directe chef is steeds bereikbaar, hij geeft hen duidelijke richtlijnen… en er is overleg mogelijk.
-
Volgens het personeel zijn de taken binnen de sportdienst niet goed verdeeld, niet iedereen heeft een gelijke werkdruk. Als er veel werk is binnen de sportdienst zal ook niet iedereen elkaar helpen.
-
Het personeel vindt dat de samenwerking met andere stadsdiensten niet goed verloopt.
-
Het personeel vindt het heel normaal dat er zaken in de sportdienst evolueren en veranderen.
-
Het personeel voelt zich zeker. M.a.w. zij hebben het gevoel dat ze zo lang ze willen bij de gemeente kunnen blijven werken.
-
Bijna alle personeelsleden vinden dat ze in hun huidige functie hun capaciteiten niet volledig kunnen ontplooien.
-
Alle personeelsleden zijn ervan overtuigd dat hun job goed combineerbaar is met hun privéleven.
-
Ze doen allen hun job graag.
-
Volgens het personeel heeft de sportdienst een goed imago bij de bevolking.
Suggesties van het personeel:
Meest positieve punten: -
glijdend uurrooster
-
leert mensen kennen (sociale contacten)
-
je helpt mensen (dienstverlenend beroep)
-
goede verstandhouding met de chef
-
samenwerking tussen de collega’s (goede werksfeer)
-
afwisseling in de job
-
mogelijkheid tot eigen initiatieven (creativiteit)
-
verzorgde werkomgeving
-
werken dicht bij huis
Verbeterpunten naar de toekomst: -
omstandigheidverlof voor iedereen betaald
-
zaterdagdienst (betaald)
-
een tipbox plaatsen in de hal
-
een aparte brochure met de activiteiten voorzien
-
flexibiliteit
-
verloning beter
-
volledige afsluiting van de balie
-
Automatisering van de inschrijvingen bij de opzichters
-
Verbetering van de afsluiting op de koer
-
Verbetering van de communicatie tussen de diensten op de koer
-
Personeelsbeleid (werken op de sportdienst ± sportminded zijn)
-
Aanbod van infrastructuur moet stijgen
-
Samenwerking met de directe chef.
Is reeds verbeterd -
Diensturen
-
maaltijdcheques
Bijlage nr. 12. Beleidsdomein exploitatie en sportinfrastructuur Resultaten sportclubs: 1. 60,0%
55,6% van de sportclubs geeft aan dat het gebruik 50,0%
van de sportinfrastructuur niet van toepassing is, Percent
m.a.w. zij beschikken over eigen middelen.
Een statistische test geeft aan dat een
40,0% 30,0%
55,6%
20,0%
competitieclub significant meer gebruik maakt van 10,0%
de sportaccommodatie dan een recreatieclub.
16,7%
16,7%
5,6%
0,0% Niet van toepassing
2.
5,6%
Dagelijks
Enkele Eenmaal per Maandelijks malen per week week
Gebruik sportaccomodatie
De meeste sportclubs (echter maar 21,1%) maken
60,0%
gebruik van de sporthal gevolgd door de
50,0%
Percent
voetbalterreinen en de kleine zaal.
40,0% 30,0% 52,6%
20,0% 21,1%
10,0%
15,8% 10,5%
0,0% Niet van toepassing
Sporthal
Kleine zaal
Voetbalterrein Hemelrijk
Van welke sportaccomod. gebruik 3.
5,00
4,00
Mean
3,00
4,25
2,00
3,875
3,875
3,875
4,25 4,00
3,875 3,375
3,75
3,75
3,50 3,25
2,50
1,00
0,00 Infra
materiaal verhuurre Hygiene lement
Huurprijs Openings beschikba klantvrien parkeerge uren re ruimte delijkheid legenheid
Ligging
Openings netheid uren Klantvrien cafetaria cafetaria d cafetaria
De sportclubs zijn het meest tevreden over de openingsuren, de klantvriendelijkheid en de netheid in de cafetaria. Het minst tevreden zijn ze over de parkeergelegenheid, ligging en hygiëne. Uit statistische tests blijkt dat er tussen de clubs die gebruik maken van de sporthal,
kleine
zaal
en
voetbalterreinen
geen
significante
verschillen
zijn
in
tevredenheid. Er is ook geen significant verschil in tevredenheid merkbaar tussen een competitie – en recreatieclub.
Suggesties van de sportclubs: -
Sommige judomatten dienen langs onder hersteld te worden (terug aanplakken van het onderste zeil, doek).
-
Kleedkamers worden door de jeugd niet in ere gehouden. Drankflesjes slingeren in het rond niettegenstaande afvalbakjes voorzien zijn.
-
Er zouden douches (Hemelrijk) moeten komen, maar enkel gedurende een bepaalde tijd warm water.
-
In de kleine zaal meer plaats maken om sportgerief op te bergen
-
Nieuwe zaal is dringend nodig
Resultaten personeel: 4. In een continuüm (mate van belangrijkheid) vinden de personeelsleden dat de werkplaats
en
uitrusting
een
gemiddelde
score
krijgt
van
4,33
en
het
informaticamateriaal een score van 4,50. Zij vinden deze elementen dus heel belangrijk. 4,33
1
4,50
5
Opmerkelijk, de personeelsleden zijn maar gematigd/niet tevreden over het beschikbare informaticamateriaal, de personeelsleden geven namelijk een gemiddelde score van 2,17. De personeelsleden zijn wel tevreden over de beschikbaarheid van een comfortabele, gezonde en veilige werkplaats (4,17). Ook over de beschikbaarheid van degelijk meubilair en werkmateriaal zijn ze vrij tevreden (3,83).
1
2,17
3,83
4,17
5
5. De personeelsleden geven aan dat het aanbod van infrastructuur (sporthal, …) niet voldoende uitgebreid genoeg is (zie score 2,33). De kwaliteit van de infrastructuur (sporthal,…) vinden ze redelijk goed (score 3,50). 2,33
1
3,50
5
Resultaten inwoners – klanten:
6. Het merendeel (71,4%) van onze ondervraagde -
inwoners
vrijetijdsbesteding
geen
maakt
tijdens
gebuik
hun
van
de
gemeentelijke sportinfrastructuur. Toch doet 65,5% van onze ondervraagden aan sport. Via een statische test werd duidelijk dat 42,2% van de personen die aangeven aan sport
60,0%
Percent
klanten
80,0%
40,0% 71,4%
20,0%
te doen, de gemeentelijke sportinfrastructuur gebruikt.
57,8%
gebruikt
daarvoor
28,6%
de 0,0%
gemeentelijke sportinfrastructuur niet (zie stat.).
Ja
Neen
Gebruik sportinfra 7. Gemiddeld maken de sporters gedurende 1u en 45 min per week gebruik van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Of gedurende 2 uur per maand. 8. De reden van gebruik is vooral omdat
5
de clubactiviteiten er plaats vinden.
Mean
4
3 4,581
2
3,871
3,935
3,968
goed georganise erd
goede service
3,484
3,355
1
0 goedkoop
goed uitgerust
bereikbaar
clubactivtei ten
9. 60,0%
Volgens 68,4% van de ondervraagden komt de Percent
door hen beoefende sporttak voldoende aan bod. 40,0% 68,4%
20,0% 31,6%
0,0% ja
neen
10.
sporttak
De ondervraagden geven aan dat de sportinfrastructuur maar middelmatig voldoende beschikbaar is (score 3). 3
1
5
11.
80,0%
73,2% vindt de ligging van het sportcentrum goed. Percent
60,0%
40,0%
73,2%
20,0% 26,8%
0,0% Goed
niet goed
ligging 12. Het sportcentrum is voor de inwoners – klanten redelijk goed bereikbaar. 1
3,68
13. De meeste personen komen met de auto naar het sportcentrum, gevolgd door de fiets, te voet en het openbaar vervoer.
5
14. De inwoners – klanten geven aan dat ze moeilijk tot zeer moeilijk kunnen parkeren.
1,85
1
5
15. 42,86% van de personen die de gemeentelijks
60,0%
sportinfrastructuur gebruikt kent de 50,0%
Diegene die ze kennen vinden de prijzen niet echt duur en niet echt goedkoop (score 3,11).
Percent
toegangsprijzen. 57, 14% kent ze niet.
40,0% 30,0%
57,14% 42,86%
20,0%
3,11
10,0% 0,0% ja
neen
Kennis prijs 16.
5
4
Mean
3
2
4,062 3,812
3,75
3,812
3,812
3,812
3,938
3,812
3,625
3,812 3,5
3,5
2,812
1
0 sportinfra materiale verhuurre n glement
hygiene
huurprijs openingsu beschikba klantvrien parkeerge ren re ruimte delijkheid legenheid
ligging
openingsu klantvrien netheid ren delijkheid cafetaria cafetaria cafetaria
De inwoners – klanten zijn het meest tevreden over de openingsuren en de ligging. Het minst
zijn
ze
tevreden
over
de
parkeergelegenheid,
de
klantvriendelijkheid
–
openingsuren van de cafetaria en de hygiëne. De tevredenheid is tevens onafhankelijk van het aantal uren dat men aan sport doet. Er is ook geen verschil in tevredenheid merkbaar tussen mannen en vrouwen. Er is wel een significant verschil in tevredenheid naargelang de leeftijd. De leeftijdsgroep jonger dan 20 jaar is meer tevreden dan de leeftijdsgroep 50-64 jaar. Tussen de andere leeftijdsgroepen is er geen verschil.
17. 3
De meeste mensen maken geen
2,5
omdat ze geen sportpartner,- club
2
hebben.
Mean
gebruik van de sportinfrastructuur
1,5 2,62 2,215
1 1,494
1,481
1,975 1,544
1,43
1,494
0,5 0 duur
slechte ver van moeilijk organis slechte geen plaatsge sfeer woonpla te atie service sportpar brek ats bereike slecht tner,n, club weinig parkeer plaats
18. 60,0%
41,01% maakt ook nog gebruik van andere sportfaciliteiten buiten Sint-Lievens-Houtem.
Percent
50,0% 40,0% 30,0% 20,0%
58,99%
41,01%
10,0% 0,0% ja
neen
andere sportfaciliteiten
Suggesties van de inwoners – klanten:
-
Uitbreiding van de gemeentelijke sportinfrastructuur ter bevordering van de sporten die nu niet in aanmerking komen.
-
Een korte parkeermogelijkheid op de koers zou mogelijk moeten zijn. Bv. via het nemen van een ticket, zone kort parkeren.
-
Betere parkeermogelijkheden ontwikkelen.
-
Parking Eiland??
-
Gratis looppiste voorzien. Ook een zwembad zou wenselijk zijn.
-
Toiletten zijn meestal niet proper en er is vaak geen w.c. papier voorzien.
Resultaten leveranciers sportdienst: 19. De leveranciers vinden dat het sportcentrum vrij gemakkelijk te bereiken is (score 3,50). 3,50
1
5
Resultaten scholen: Scholen die wekelijks gebruik maken van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Sint-Jozef
Zonnevlier
De afspraken omtrent het gebruik van de infrastructuur verlopen vlot en duidelijk.
De communicatie, afspraken rond het gebruik van de sporthal verlopen goed.
De sportzaal staat steeds op een vaste dag ter onze beschikking, wij ondervinden geen problemen omtrent de beschikbaarheid
Door een samenloop van omstandigheden waaronder de drukke bezetting van de sporthal, turnen onze lln. de maandagvoormiddag (niet zo aangenaam voor de lln.)
/
Zelf beschikken we niet over de nodige infrastructuur die de sportdienst zou kunnen gebruiken. De kleuterschool zou wel kunnen gebruikt worden voor bv. yogalessen, danslessen.
Scholen die geen/ zelden gebruik maken van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Klimop
St-Lievens-Inst.
Hofkouter
Hebben eigen ruime turnzaal
Hebben een eigen goed uitgeruste turnzaal. Juist voor de balsporten maken we gebruik van de gemeentelijke sporthal. Goede samenwerking.
Voldoende eigen infrastructuur
De turnzaal is niet onze eigendom, dus kunnen wij er niet over beslissen of deze door de sportdienst na de schooluren kan gebruikt worden.
De turnzaal na schooluren gebruiken zou mogelijks kunnen maar daar moet de schoolraad over beslissen.
Ik acht het absoluut niet mogelijk dat de sportdienst onze infrastructuur na de schooluren of tijdens vakanties gebruikt.
Bijlage nr. 13. De huidige subsidiereglementen. PROVINCIE : OOST-VLAANDEREN GEMEENTE : SINT-LIEVENS-HOUTEM Dienst sport.
[email protected] 053/607233-34. Subsidiereglement voor de werking van sportverenigingen. Art. 1 : Binnen de perken van de goedgekeurde begrotingskredieten worden de toelagen voor de sportverenigingen als volgt vastgesteld : Onder sportverenigingen wordt verstaan de clubs waar sportactiviteiten worden uitgeoefend die voorkomen op de lijst van de door Bloso of BOIC erkende sportfederaties of confederaties. Art. 2 : De in artikel 1 bedoelde verenigingen worden als volgt ingedeeld : I. Wielersport II. Voetbalsport III. Andere balsportverenigingen IV. Andere sportclubs
Art. 3 : De clubs zijn onderworpen aan volgende voorwaarden : a) Om recht te hebben op een gemeentelijke toelage moet een club aangesloten zijn bij de sportraad of zijn aanvraag hiervoor ingediend hebben. b) Sportverenigingen die een toelage aanvragen, zullen de nodige formulieren toegezonden krijgen vóór van het jaar dat de betoelaging voorafgaat. Deze formulieren bestaan uit een reeks vragenlijsten welke jaarlijks kunnen aangepast worden. c) Het gemeentebestuur behoudt zich het recht om de verenigingen die de vragenlijsten onvolledig of onjuist hebben ingevuld, te weren van elke vorm van betoelaging. d) Om van subsidies te kunnen genieten dient de club één jaar activiteit te kunnen bewijzen. e) Clubs die wensen aanspraak te maken op gemeentelijke toelagen dienen vertegenwoordigd te zijn op de jaarlijkse statutaire vergadering van de gemeentelijke sportraad. Bij afwezigheid wordt de toegekende subsidie de eerste keer met 30%, een tweede met 60% en een derde opeenvolgende afwezigheid met 90 % verminderd.
Art. 4 : Indien blijkt dat gesubsidieerde activiteiten niet zijn doorgegaan, dan wordt de nieuwe toelage, naar rata van de activiteit, verminderd.
1
Indien een vereniging een sportmanifestatie inricht die niet in de planning werd voorzien, en dus niet werd betoelaagd, dan kan een regularisatie gebeuren in het voordeel van de vereniging. Deze regularisatie in het voordeel kan maximum 20% van de oorspronkelijke toegekende toelage bedragen (naar boven afgerond). Art. 5 : I.
TOELAGE AAN DE WIELERSPORT
A.
WIELERWEDSTRIJDEN
1. De toelage voor de inrichting van wielerwedstrijden, veldritten of wedstrijden voor cyclosportieven werd als volgt vastgesteld : a. b. c. d. e. f.
wedstrijden voor nieuwelingen : 6 punten wedstrijden voor juniores : 8 punten nationale of internationale wedstrijden voor liefhebbers : 12 punten beschermde wedstrijden voor liefhebbers : 16 punten wedstrijden in gesloten omloop voor juniores (criterium) : 10 punten nationale of internationale wegwedstrijden in gesloten omloop (criterium voor liefhebbers) : 15 punten g. veldritten formule A : beroepsrenners en liefhebbers : 18 punten h. veldritten formule B : liefhebbers : 10 punten i. veldritten formule C : juniores-nieuwelingen : 7 punten j. veldritten formule D : 5 punten k. wedstrijden voor veteranen-veteranen gentlemen : 4 punten l. wedstrijden voor liefhebbers-studenten : 6 punten m. wedstrijden voor dames : kadetten en nieuwelingen : 9 punten voor de twee wedstrijden internationalen : 8 punten n. wedstrijden voor wielertoeristen niet aangesloten bij een federatie : per organisatie : 4 punten wedstrijden voor wielertoeristen of cyclosportieven aangesloten bij een federatie : per organisatie : 5 punten opm. met organisatie wordt bedoeld, een sportmanifestatie waarvoor een afzonderlijk verzekeringscontract werd afgesloten. o. inrichter van een mountainbike veldtoertocht i.k.v. een erkende federatie : - van 0 - 50 km. : 3 punten - per extra schijf van 10 km. : 1 extra punt.
2. Voor wedstrijden die op de openbare weg of plaatsen doorgaan kan gebruik gemaakt worden van de gemeentelijke nadarafsluiting. Inlichtingen dienaangaande kan men bekomen op het kantoor van de gemeentelijke sportdienst. B.
WIELERTOERISTENCLUBS
1.
Aangesloten clubs bij de K.B.W.B. en inrichters van rally’s : startpremie van 2 punten per rally : tot 50 km. : 1 punt
2
van 51 km. - 75 km. : 2 punten van 76 km. - 100 km. : 3 punten van 101 km. - 150 km. : 4 punten van 151 km - 200 km. : 5 punten van 201 km. - 300 km. : 7 punten brevet van 400 km. : 10 punten brevet van 600 km. : 15 punten Onder fietstochten wordt verstaan ; Elke organisatie, rally of tourtocht waarvoor een afzonderlijk inschrijvingsgeld wordt gevraagd en waar naast de eigen clubleden ook niet-leden kunnen deelnemen.
2.
Niet aangesloten en geen inrichters van rally’s : startpremie van 2 punten per schijf van 50 leden (verzekerde leden nr.polis voorleggen) : 1 punt
II.
TOELAGE AAN VOETBAL-, BASKET- en VOLLEYBALCLUBS De gemeentelijke toelage bedraagt :
1.
Voor clubs aangesloten bij de K.B.V.B., K.B.B.B., V.V.F. * basispremie van 8 punten * reserveteam 5 punten * alle jeugdploegen 15 punten per ploeg (leeftijd tot en met 18 jaar)
2. Clubs aangesloten bij een federatie en uitkomend in een wekelijkse competitie * basispremie van 8 punten 3.
Recreatieclubs niet aangesloten bij een federatie. •
basispremie van 5 punten
III. ANDERE SPORTVERENIGINGEN A.
AUTO- en MOTORSPORT
Motorsport • per wedstrijd alle categorieën in zowel prof- als amateursbond een basispremie van 20 punten • per organisatie van een enduro-wedstrijd een basispremie van 5 punten Supportersclubs een basispremie van 1 punt.
3
B.
ATLETIEK
Dames : basispremie van 10 punten voor clubs in 1ste nationale basispremie van 8 punten voor clubs in 2de nationale basispremie van 6 punten voor clubs in 3de nationale basispremie van 4 punten voor clubs in 4de nationale basispremie van 4 punten voor clubs in 1ste provinciale Heren : basispremie van 10 punten voor clubs in 1ste nationale basispremie van 8 punten voor clubs in 2de nationale basispremie van 6 punten voor clubs in 3de nationale basispremie van 4 punten voor clubs in 4de nationale basispremie van 4 punten voor clubs in 5de provinciale basispremie van 4 punten voor clubs in 1ste provinciale Per twee punten behaald op de algemene vergadering van de Vlaamse Atletiekliga wordt een premie van 1 punt toegestaan. C.
TENNIS, TURNEN, SNOOKER,GEVECHTSSPORTEN, JOGGING startpremie van 5 punten per schijf van 20 leden 1 punt of per ploeg in competitie 5 punten (verzekeringspolis kunnen voorleggen)
D.
SCHUTTERSGILDEN Basispremie van 2 punten
Art. 6 : UITBETALING VAN SUBSIDIES De verdeelsleutel van de subsidies : de waarde in Belgische frank van 1 punt = Het totale bedrag bestemd voor de subsidiëring van sportclubs voorzien in de begroting Het totaal behaalde punten. Clubs die hun aanvraag laattijdig terug sturen naar het secretariaat van de sportdienst zullen dat jaar geen toelage ontvangen. Art. 7 : De uitbetaling van de financiële toelage gebeurt overeenkomstig de reglementering betreffende de gemeentelijke comptabiliteit in speciën, hetzij door overschrijving op de post- of bankrekening van de club of per postmandaat aan de clubverantwoordelijke.
4
Art. 8 : Controle De controle van de subsidiëringsaanvragen zal gebeuren door de administratie van de sportdienst. Onjuiste informatie met het oog op het bekomen van onterechte subsidies zal aanleiding geven tot de volledige uitsluiting van een gemeentelijke toelage. Art. 9 : Dit reglement zal voor kennisgeving aan de toezichthoudende overheid worden toegezonden. Art. 10 : Het treedt in werking met ingang van het dienstjaar 2002.
5
PROVINCIE : OOST-VLAANDEREN GEMEENTE : SINT-LIEVENS-HOUTEM Dienst sport.
[email protected] 053/607233-34. Subsidiereglement voor de ondersteuning van de jeugdwerking. Art. 1 : Binnen de perken van de kredieten, daartoe goedgekeurd op de begroting door het gemeentebestuur van St.-Lievens-Houtem, kunnen toelagen verleend worden ter bevordering en ondersteuning van de jeugdwerking in de sportverenigingen. Art. 2 : Deze toelagen kunnen enkel verleend worden op grond van aktiviteiten die ontwikkeld worden in het kader van de jeugdsportbeoefening (leeftijdsgrens t.e.m. 18 jaar). Art. 3 : De subsidies kunnen enkel verleend worden aan verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke sportraad. Art. 4 : Enkel sportverenigingen die een aanvraagdossier indienen dat volledig beantwoordt aan de bepalingen van dit reglement komen in aanmerking voor het verkrijgen van een toelage. Art. 5 : De bepalingen van dit reglement worden als volgt vastgesteld :
5.1 jeugdtrainers en/of -begeleiders : Per jeugdtrainer die instaat voor de opleiding en begeleiding van een ploeg die competitief actief is over een volledig seizoen ( augustus - april ) wordt aan de club ter ondersteuning een toelage toegekend als volgt ; trainer met sporttechnisch diploma en/of getuigschrift of relevante studies (regent L.O., Lic. L.O.:) :
250 €
Opm. de jeugdtrainers en/of begeleiders dienen minstens 18 jaar te zijn en minstens wekelijks effectief in te staan voor de training en/of begeleiding van de jeugdleden. met sporttechnisch diploma wordt bedoeld een getuigschrift dat werd afgeleverd door de Vlaamse Trainersschool, Bloso of een door het B.O.I.C. erkende sportfederatie voor het volgen van een meerdaagse sportopleiding.
6
5.2. Terugbetaling opleidingsvergoedingen. Aan de deelnemers aan een opleidingscursus voor jeugdsportbegeleiders en / of jeugdtrainer ingericht door de Vlaamse trainersschool of een door Bloso of BOIC erkende sportfederatie zal éénmalig het inschrijvingsgeld voor die opleiding met een maximum van 150 € door het gemeentebestuur worden terugbetaald. De cursisten moeten slagen in het eindexamen van deze opleiding. De jeugdsportbegeleiders of trainers moeten in het seizoen van de aanvraag voor terugbetaling actief zijn als trainer in de jeugdwerking van een sportclub in de gemeente. 5.3- Deelname aan een door een jeugdsportclub of een andere sportinstelling ingerichte sportweek met internaat: 25 €. per deelname Art. 6 :Uitbetaling De uitbetaling van de financiële toelage gebeurt overeenkomstig de reglementering betreffende de gemeentelijke comptabiliteit in speciën, hetzij door overschrijving op de post- of bankrekening van de club of per postmandaat aan de clubverantwoordelijke. Art. 7 : Controle De controle van de subsidieaanvragen zal gebeuren door de administratie van de sportdienst. Onjuiste informatie met het oog op het bekomen van onterechte subsidies zal aanleiding geven tot de volledige uitsluiting van een gemeentelijke toelage.
7
PROVINCIE : OOST-VLAANDEREN GEMEENTE : SINT-LIEVENS-HOUTEM Dienst sport.
[email protected] 053/607233-34.
Subsidiereglement voor renovatie sportinfrastructuur. Gelet op de vraag van de verschill Alle door de sportraad erkende sportclubs kunnen een beroep doen op het gemeentebestuur voor (gedeeltelijke) subsidiëring van onderhouds- en herstellingswerken, aankoop van sporttechnische uitrusting eigen aan de sportaccommodatie, renovatie en nieuwbouw Welke werken kunnen gesubsidieerd worden? 1. Onderhouds- en herstellingswerken 2. Aankoop sporttechnische uitrusting eigen aan de sportaccommodatie 3. Renovatie 4. Nieuwbouw Komen niet in aanmerking! Werken aan kantine, keuken of andere drankgelegenheid Algemene voorwaarden voor alle werken. De vereniging moet minstens twee jaar bestaan en een werkingsverslag met betrekking tot de jeugdwerking kunnen voorleggen waaruit blijkt dat de club de voorbije twee jaar jeugdwerking organiseerde en de continuïteit van de jeugdwerking voor de toekomst is verzekerd. De vereniging moet eigenaar zijn van de gebouwen of beschikken over een huurovereenkomst voor een periode van minstens vijf jaar volgend op 01 juni van het jaar van de subsidieaanvraag. De accommodatie moet gelegen zijn op het grondgebied van de gemeente SintLievens-Houtem en over de nodige vergunningen beschikken. De toelage kan maximum 75% bedragen van de goedgekeurde facturen. Te volgen procedure De aanvraagdossiers worden voor 01 augustus van het jaar van de betoelaging gericht aan het college van burgemeester en schepenen via het aanvraagformulier “Aanvraag subsidies sportinfrastructuur” en de nodige bijlagen. De aanvraag wordt door het college voor advies aan het bestuur van de sportraad overgemaakt. Na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen van het dossier en gunstig advies van de sportraad, vraagt de vereniging 3 prijsoffertes die aan het gemeentebestuur worden voorgelegd. Het gemeentebestuur wordt op de hoogte gehouden van : aanvang, eventuele wijziging en einde der werken. Voor de uiteindelijke betaling van de subsidies moet de vereniging de originele facturen kunnen voorleggen.
8
Het bedrag van de toelage dat door het gemeentebestuur aan een vereniging wordt toegekend is een percentage van de beschikbare middelen die in de begroting van het dienstjaar van de aanvraag worden voorzien. Dit percentage is voor de aanvrager gelijk aan de breuk waarvan de noemer gelijk is aan het totaalbedrag van alle goedgekeurde aanvragen (met een maximum van 10.000 EUR per aanvrager) en de teller het bedrag van de goedgekeurde facturen van de desbetreffende vereniging.
9
PROVINCIE : OOST-VLAANDEREN GEMEENTE : SINT-LIEVENS-HOUTEM Dienst sport.
[email protected] 053/607233-34.
Subsidiereglement voor huur van sportinfrastructuur.
Sportverenigingen uit Sint-Lievens-Houtem die voor de organisatie van hun clubactiviteiten een sportinfrastructuur huren buiten het grondgebied van de gemeente Sint-Lievens-Houtem kunnen hiervoor een gemeentelijke toelage ontvangen.
Algemene voorwaarden • Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet de vereniging lid zijn van de gemeentelijke sportraad van Sint-Lievens-Houtem. • De vereniging moet minstens twee jaar bestaan en een werkingsverslag van twee jaar (goedgekeurd door de sportraad en waarvoor subsidies zijn toegekend) kunnen voorleggen. • Er kan enkel een toelage aangevraagd worden voor de huur van sportinfrastructuur buiten de gemeente indien een gelijkaardige accommodatie binnen de eigen gemeente niet meer beschikbaar is. • Het bedrag van de toelage bedraagt maximum het verschil ( opleg ) dat een vereniging moet betalen tussen het gemeentelijk huurtarief en het Bloso huurtarief voor een gelijkaardige sportinfrastructuur.
Te volgen procedure • Aanvragen worden gericht naar het College van Burgemeester en Schepenen vóór 1 december . • Bij de aanvraag worden de rekeningen en betalingsbewijzen van de huur gevoegd. • De dossiers worden eerst ter advies voorgelegd op de sportraad • De aanvragen worden na dit advies aan de gemeenteraad ter goedkeuring voorgelegd.
10
AANVRAAG SUBSIDIES HUUR SPORTINFRASTRUCTUUR
Vereniging --------------------------------------------------------------------------------------------Contactpersoon---------------------------------------------------------------------------------------Adres --------------------------------------------------------------------------------------------------Telefoonnummer--------------------------------------------------------------------------------------
Vraagt hierbij subsidies voor huur van sportinfrastructuur buiten de gemeente Sint-Lievens-Houtem.
Handtekening
Bij te voegen : 1.Huurovereenkomst van de sportinfrastructuur. 2.Rekeningen. 3.Betalingsbewijzen.
11