Spoed Interventie Team (SIT): waarom en hoe? Elien Pragt Anesthesioloog-intensivist MUMC+ 22 april 2016
Waarom SIT?
Critical care outreach team (CCOT) Spoed interventie team (SIT) Medical emergency team (MET) Rover team
Rapid response team (RRT)
Emgo/nivel onderzoek 2007: • Tussen augustus 2005 en oktober 2006 hebben 21 ziekenhuizen deelgenomen aan de dossierstudie van het Onderzoeksprogramma Patiëntveiligheid in Nederland. Het ging om 4 academische ziekenhuizen, 6 topklinische ziekenhuizen en 11 algemene ziekenhuizen, verdeeld over heel Nederland. • Per ziekenhuis zijn willekeurig dossiers uit 2004 geselecteerd: 200 dossiers van patiënten die na een behandeling werden ontslagen en 200 dossiers van patiënten die in het ziekenhuis waren overleden.
Vermijdbare schade en kosten: 2,3%
•In (95% BI 1,9–2,7) van alle opnamen is sprake van vermijdbare schade. In 2004 waren dit circa 30.000 patiënten. •Gemiddeld duurt in Nederland een ziekenhuisopname 7,3 dagen. Een opname met vermijdbare schade duurt gemiddeld 10 dagen langer en kost daardoor circa 5600 euro extra. •Het ziekenhuis budget voor 2004 bedroeg 15,5 miljard euro. Ongeveer 1% van deze kosten wordt gegenereerd door vermijdbare schade. Dit komt neer op 167 miljoen euro.
Potentieel vermijdbare sterfte: •In 2004 zijn in Nederland ongeveer 42.000 mensen overleden in het ziekenhuis (circa 3% van alle opnamen). •Bij 4,1% (95% BI 3,5–4,8) van de in het ziekenhuis overleden patiënten kon het overlijden gerelateerd worden aan een vermijdbare onbedoelde gebeurtenis tijdens de behandeling en was er sprake van voortijdig overlijden. •Dit waren in 2004 naar schatting 1735 patiënten (95%BI 1482-2032). Op basis van buitenlandse cijfers ging men tot nu toe uit van tussen de 1400 en 6200 patiënten.
Bedreigde vitale functies
75% van de patiënten die in een reanimatie setting terecht komen tonen 6-8uur voorafgaand aan de reanimatie afwijkingen in de parameters van de vitale functies. Streven is om deze patiënten in een eerder stadium te herkennen en te behandelen. Hillman et al. Int Med J 2001;31:343-8 Kause et al. Resuscitation 2004;62:275-82.
Analyse patiëntveiligheid in Nederland • • • •
Vitale functies worden niet optimaal gecontroleerd Communicatie verpleegkundigen en arts is niet optimaal Cultuur is soms belemmerend voor veilige zorg Zorgvraag en zorgaanbod komen niet overeen
Ontdekken we die patiënten zelf niet?
VMS Veiligheidsprogramma
VMS wie, wat, waar?
• Mooi idee maar geeft het ook daadwerkelijk verbetering? • Data Nederland versus de gehele wereld
RRTs can improve end-of-life care RRTs were initially introduced to reduce avoidable mortality. However, they are now increasingly involved in ensuring that patient treatment plans include agreed limits of care so that only interventions likely to be of benefit are given [12]. It is now apparent that many deteriorating patients are actually in need of end-of-life care [12]. Dying patients will trigger RRT activation criteria, and ward staff may also call RRTs because of uncertainty about the goals of care. RRTs can then provide an expert second opinion, and assist ward teams with decisions about which patients will benefit from intensive care and when more conservative care is appropriate. The RRT can then improve end-of-life care by preventing patients from invasive, burdensome, or painful treatments unlikely to improve endoutcomes [12]. These sorts of interventions might include organ support in ICU, or futile resuscitation efforts in the event of cardiac arrest. RRTs can also help facilitate family meetings to agree appropriate goals of care, and can improve the provision of terminal care [12].
Hoe SIT?
Spoed Interventie Systeem
Samenstelling SIT • Arts en/of verpleegkundige • Materialen wel/niet; (reanimatie)kar, sit koffer/tas
Implementatie/ communicatie :
MEWS (Modified Early Warning Score) MEWS (Modified Early Warning Score) Alarmsignalen bij vitaal bedreigde patiënt Score
3
2
1
0
1
2
3
A
SpO2
≤ 85
85-‐89
90-‐94
≥ 95
B
Ademfrequentie
≤ 9
9−14
15-‐20
21-‐29
≥ 30
C
Hartfrequentie
≤ 40
41-‐50
51-‐100
101-‐110
110-‐129
≥ 130
C
Systolische bloeddruk
≤ 70
71-‐80
81-‐100
101-‐180
181-‐200
201-‐219
≥ 220
C
Diurese
0 check CAD
< 20ml
< 35ml
D
Bewustzijn
P
U
E
Temperatuur
agitatie < 35
> 200ml A
V
35,1-‐36,0 36,1-‐37,4 37,4-‐38,4
MEWS 0-2
: controle á 12-24 uur
MEWS 3
: overleg met een collega verpleegkundige, controle MEWS á 8 uur
MEWS 4, 5
: overleg met zaalarts < 30 min. Deze informeert zonodig supervisor/SIT en maakt beleid
≥ 38,5
controle MEWS á 4 uur MEWS 6 of meer : overleg < 10 minuten met zaalarts. Deze informeert zonodig supervisor en SIT, controle MEWS á 1 uur, overweeg continue monitoring Geef extra punten bij: ongerust + 1, urine produktie < 75 ml/4 uur + 1, saturatie < 90 ondanks therapie + 3 Bewustzijn: A= Alert V= reactie op aanspreken
P= reactie op pijn
SIT(SPOED INTERVENTIE TEAM) sein: 4640
U= geen reactie
ODIN protocol 004916
Maastricht UMC+
Conclusies: • Introductie MEWS van belang ter detectie van vitaal bedreigde patiënt • SBAR(R) makkelijk hulpmiddel om communicatie te verbeteren • SIT geeft mogelijk vermindering van de mortaliteit, echter veel aan te merken op de verrichtte studies • SIT geeft verbetering van end-of-life care met name door eerdere activatie van de intensive care waardoor meer tijd voor beslisvorming en overleg