Directoraat-generaal Gezondheidszorg Dienst Psychosociale Gezondheidszorg Cel Geestelijke Gezondheidszorg
Contactpersoon : D. BONARELLI T 02 524 86 10 F 02 524 86 20
[email protected]
Specificaties van het proefproject
Dubbele Diagnose – Minderjarigen (verstandelijke beperking + geestesziekte met gedragsstoornis Inleiding Doelstellingen van het proefproject Algemene doelstelling Doelgroep Gedragsstoornissen: definities Leefomgevingen van de doelgroep Inclusiecriteria Soorten verstandelijke handicaps Soorten geestesziekten Netwerk Taken van de beroepsbeoefenaars Zorgvragen Uurregeling
Inleiding Talrijke studies tonen aan dat personen met een verstandelijke handicap gevoeliger zijn voor geestelijke gezondheidsproblemen. Bij personen met een verstandelijke handicap stelt men namelijk 3 tot 4 keer meer geestesziekten vast dan bij de rest van de bevolking. Op basis van een prevalentiegemiddelde schat men dat er in België in totaal 150.000 personen een verstandelijke handicap hebben, van wie minstens 50.000 daarenboven aan psychiatrische en/of gedragsstoornissen lijden. Wat eigen is aan deze groep is dat zij deze problemen, door hun verlaagde cognitieve en mededeelzame vaardigheden, maar moeilijk kunnen uitdrukken. Vaak verschijnen deze problemen dan in het gedrag dat door de omgeving als problematisch ervaren wordt. Voor de hulpverlening aan deze personen, zal men dus bijzonder aandacht moeten schenken aan wat het gedrag verhult aan onderliggende psychiatrische problemen. Wat kenmerkend is voor de Belgische context is niet zozeer het gebrek aan zorgstructuren om deze personen op te vangen, te verzorgen en te behandelen maar eerder het gebrek aan een geïntegreerde organisatiestructuur, wat zich onder andere uit in het feit dat er geen of onvoldoende contacten worden gelegd, overleg wordt gepleegd en continuïteit is tussen de verschillende bestaande zorgvormen. De geestelijke gezondheid van personen met een verstandelijke handicap vereist dat wij synergieën creëren tussen de instellingen die van de verschillende beslissingsniveaus afhangen (het Vlaams Gewest voor de zorg aan personen met
Proefproject DUBBELE DIAGNOSE – MINDERJARIGEN (verstandelijke beperking + geestesziekte met gedragsstoornis)
Page 1 sur 5
een verstandelijke handicap en de Federale Overheid voor de geestelijke gezondheidszorg) aangezien elk van hen een deel van de oplossing kan bieden. De gespecialiseerde structuren die dit soort mensen opvangen, kunnen door het gebrek aan geïndividualiseerde en adequate psychiatrische zorgverlening vaak weinig doen. Deze situatie leidt bij dit soort patiënten tot frequente langdurige ziekenhuisopnames en soms zelfs tot een vrijwel definitieve uitsluiting van hun leefomgeving. De psychiatrische structuren zijn weliswaar performante diensten wat zorgverlening betreft maar houden zich weinig of niet bezig met het levensproject van de persoon, de organisatie van activiteiten, … (het is hun job niet). Dit valt onder de bevoegdheid van de gespecialiseerde structuren. Personen met een handicap, die vaak uitgesloten worden wegens hun gedragsproblemen, vinden zelden een verblijfplaats die aan hun behoeften voldoet. Sommigen blijven dan ook thuis bij hun ouders in soms dramatische levensomstandigheden. Anderen verblijven in psychiatrische ziekenhuizen, waarvan het zorgaanbod niet op hen is afgestemd (combinatie met andere pathologieën, personeel dat niet opgeleid is voor het omgaan met de handicap, …), en verblijven er vaak extreem lang (soms tot op het eind van hun leven). De verblijfsstructuren van de gehandicaptensector worden ook met erg moeilijke situaties geconfronteerd: de opvoedingsteams raken uitgeput en schieten tekort. Met dit proefproject willen we de geestelijke gezondheidszorg zo dicht mogelijk bij de gewone leefsituatie van de persoon met een handicap brengen, zodat een ziekenhuisopname enkel moet plaats vinden wanneer de ernst van de pathologie dit vereist. Doelgerichtheden van het proefproject De beroepsbeoefenaars en gezinnen ondersteunen in hun begeleiding van geestelijk gehandicapten ; De levenskwaliteit van de geestelijk gehandicapten verbeteren ; Een aangepaste en kwaliteitsvolle aanpak binnen het levenskader van de geestelijk gehandicapte persoon mogelijk maken en bevorderen ; De stigmatisering van gehandicapten tegengaan ; Hun hospitalisatie voorkomen (of beperken) (en dus affectieve breuken vermijden, een vertrouwelijk kader behouden, het verlies van verworven pedagogische vaardigheden vermijden). Indien nodig, vergemakkelijkt het mobile team de hospitalisaties van de patiënten (residentieel of ambulant) en zorgt voor de follow-up tijdens en na de hospitalisatie (om een heropname te voorkomen). Zelfs indien een hospitalisatie nodig blijkt, worden alle nodige voorzorgen genomen om een terugkeer van de patiënt naar zijn leefmilieu te garanderen. Algemene doelstelling De algemene doelstelling van dit proefproject bestaat erin een Mobiele Interventiecel (MIC) op te richten voor personen die een verstandelijke handicap én een geestesziekte met (risico op) een (ernstige) gedragsstoornis hebben. Deze MIC zal als algemeen doel hebben het laten verdwijnen (of laten verminderen) van de (ernstige) gedragsstoornis. Doelgroep Elke minderjarige persoon (18 jaar maximum) met : Proefproject DUBBELE DIAGNOSE – MINDERJARIGEN (verstandelijke beperking + geestesziekte met gedragsstoornis)
Page 2 sur 5
- een verstandelijke handicap ; - een geestesziekte ; - een (ernstige) gedragsstoornis of een risico op (ernstige) gedragsstoornis. Gedragsstoornissen : definities “Gedragsstoornis”: handeling, of geheel van handelingen, die als problematisch wordt beschouwd omdat ze afwijkt van de sociale, culturele of ontwikkelingsnormen en die de sociale integratie van de persoon schaadt. “Ernstige gedragsstoornis”: handeling, of geheel van handelingen, die de fysieke of psychologische integriteit van de persoon zelf, van iemand anders of van zijn omgeving reëel of potentieel in gevaar brengt, en die de sociale integratie van de persoon ernstig schaadt Voorbeelden van gedragsstoornissen : automutilatie, herhaald fysiek geweld naar anderen toe, vernieling van materiaal, ongepast roepen, ongepast seksueel gedrag, inslikken van voorwerpen, …).
Leefomgevingen van de doelgroep Niet restrictief. De MIC dient overal te interveniëren waar geestelijk gehandicapte personen in moeilijkheden verblijven. Dit wil zeggen: in gespecialiseerde voorzieningen, in de oorspronkelijke familiale situatie, op school, … Inclusiecriteria Om beschouwd te worden als iemand van de doelgroep van dit proefproject moet de patiënt aan de volgende voorwaarden voldoen: Maximum 18 jaar oud zijn ; Een verstandelijke handicap hebben ; Lijden aan een geestesziekte ; Een (ernstige) gedragsstoornis hebben of het risico lopen een (ernstige) gedragsstoornis te ontwikkelen. Soorten verstandelijke handicaps Niet restrictief. Alle soorten verstandelijke handicaps (licht, matig, ernstig, diep) die door een officiële instantie zijn erkend. Soorten geestesziekten Niet restrictief voor zover een deskundige (psychiater, arts) een geestesziekte heeft erkend op basis van : - ofwel de onderlinge overeengekomen evaluatieschaal van de geestesziekte ; - ofwel de DSM V criteria (of elke latere versie) ; - ofwel de ICD-10 criteria (of elke latere versie). De voornaamste ziekten zijn : depressieve stoornissen, bipolaire stoornissen, niet-gespecificeerde stemmingsstoornissen, pervasieve gedragsstoornissen, psychotische stoornissen, stoornis door aandachttekort, disruptieve gedragsstoornissen, posttraumatische stress, gegeneraliseerde angststoornis, persoonlijkheidsstoornissen.
Netwerk Een deel van de expertise die nodig is om kwaliteitszorg aan de doelgroep te verlenen is al voorhanden maar ze is versnipperd over het hele zorglandschap. Netwerking is daarom van fundamenteel belang om zorgcontinuïteit te garanderen. Voorbeelden : een gespecialiseerd psycholoog van een Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg neemt deel aan de teamvergaderingen van een MPI, een gespecialiseerd Proefproject DUBBELE DIAGNOSE – MINDERJARIGEN (verstandelijke beperking + geestesziekte met gedragsstoornis)
Page 3 sur 5
kinderpsychiater van een ziekenhuis geeft een opleiding aan de personeelsleden van een MPI, …).
Het doel van de MIC bestaat erin de zorg te organiseren in netwerken. De cel werkt in een netwerk, d.w.z. dat ze niet alleen werkt met de gehandicapte persoon, zijn leefomgeving en zijn familie, maar ook met alle actoren uit de omgeving van die persoon, die hulp verstrekken of kunnen verstrekken aan die persoon. De personen met een handicap worden zo veel mogelijk in de gewone zorgstructuren en –circuits opgevangen. De leden van het netwerk worden zodanig gekozen dat er een coherent netwerk kan worden gecreëerd dat over voldoende kwaliteitsvolle expertise beschikt. Deze leden zijn dus aanspreekpunten die een belangrijke rol kunnen spelen in dit proefproject. Taken van de beroepsbeoefenaars Het is niet de bedoeling om de omgeving van de verstandelijk gehandicapte persoon te vervangen maar wel om aan hen de middelen te verstrekken die nodig zijn om de geestelijke gezondheid van deze persoon te verbeteren en zo bij te dragen aan een kwaliteitsvolle en autonome begeleiding. Hierbij denken we aan preventie acties, coaching, behandeling en coördinatie. Deze 4 types van interventies kunnen vrij ontwikkeld worden (in functie van de gedetecteerde en onbeantwoorde noden).
1. Medisch-psychiatrische handelingen
2. Psycho-educatie en vaardigheidstraining
3. Onderhoud/counseling
4. Informatie verzamelen/observaties
Wanneer men met personen uit As 2 werkt rond een medisch of medicamenteus onderwerp. (bijvoorbeeld als men een aanpassing van de behandeling voorstelt, als men een medische hypothese uitwerkt, …). Handelingen met als doel: het vergroten van de kennis van de stoornis, het toelichten van de rol van medicatie, het leren herkennen van de risico- en beschermingsfactoren, het leren herkennen van signalen die een psychopathologische episode voorafgaan, het ontwikkelen van strategieën om zichzelf te wapenen of een andere persoon te beschermen tegen nieuwe psychopathologische episoden (inclusief het aanleren van vaardigheden aan de persoon en/of zijn omgeving). Het onderhoud waardoor de hulpverlener de persoon en/of zijn omgeving helpt om de problemen waarmee men geconfronteerd wordt te begrijpen en op te lossen. Het verzamelen van gegevens die nuttig zijn om de specifieke situatie van de patiënt te begrijpen en gegevens die nodig zijn om de behandeling te organiseren of uit te werken. Hiertoe kan men
Proefproject DUBBELE DIAGNOSE – MINDERJARIGEN (verstandelijke beperking + geestesziekte met gedragsstoornis)
Page 4 sur 5
5. Diagnostiek
6. Aanreiken van therapeutische richtlijnen
7. Evaluatie van de effectiviteit van de interventies
8. Psychotherapie
9. Overleg met het netwerk
verschillende klinische methoden gebruiken: observaties, interviews, gesprekken, … Klinische handeling door professionelen met als doel de aard en de oorzaken van de gedragsproblemen en/of psychiatrische problemen van de patiënt te achterhalen of hypothesen hieromtrent te formuleren (schalen,…). Proces waarbij professionals voorstellen doen aan de patiënt en/of zijn omgeving tot aanpassing van de aangeboden ondersteuning. (met uitzondering van aanpassing van medicamenteuze of medische behandeling). Handelingen met als doel de impact van de interventies te evalueren met behulp van klinische instrumenten (schalen, tevredenheidsbevraging, …). Het doelbewust gebruik van verbale of non-verbale therapeutische vaardigheden binnen een duidelijk kader zoals dit gedefinieerd wordt door de therapeut. Het doel van deze therapie is het (helpen) oplossen van conflicten in de psyche van de patiënt en/of in zijn relaties met zijn omgeving. Het overleggen met de partners betrokken in de zorg voor de patiënt met als doel het coördineren van ieders handelingen. Het opzoeken en/of aanspreken van hulpmiddelen en organisaties die een rol kunnen spelen in het werken aan de vooropgestelde doelen.
Zorgvragen Niet restrictief. Iedereen (beroepsbeoefenaar van een gespecialiseerd centrum, arts, familie, …) die in aanraking komt met personen met een verstandelijke beperking die in dit proefproject zouden kunnen worden opgenomen, mag een beroep doen op de MIC. Uurregeling De MIC is geen crisisinterventieteam dat wordt ingezet bij noodsituaties. Daarom is het wenselijk om een aantal preventieve stappen te ondernemen om te vermijden dat het tot een crisissituatie komt. De MIC is bereikbaar tijdens de kantooruren (8u00 – 17u00 van maandag tot vrijdag). Men ziet erop toe dan voor oproepen buiten deze uren een procedure is uitgewerkt.
Proefproject DUBBELE DIAGNOSE – MINDERJARIGEN (verstandelijke beperking + geestesziekte met gedragsstoornis)
Page 5 sur 5