TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: Wat geloof jij? 2 de graad Beginsituatie: De leerlingen hebben in eerdere lessen gewerkt rond geloven vroeger en nu. Daarin zijn hoogstwaarschijnlijk al verschillende godsdiensten in aan bod gekomen. Deze worden nu verder uitgediept. Maak voor deze les gebruik van het boek “Wat geloof jij” van Laura Buller, Lannoo & Kwintessens Uitgevers. Lesstructuur met uitleg over o Motivatiefase + leerdoel
Kringgesprek wereldgodsdiensten De leerkracht blikt samen met de leerlingen terug op de les over geloven vroeger en nu en laat de leerlingen vertellen welke andere godsdiensten daar eventueel vernoemd werden. Wanneer er leerlingen met verschillende religies in de klas zitten, is dit ook een mooi aanknopingspunt voor het gesprek. De leerkracht laat de leerlingen vertellen welke rituelen, goden, gebedshuizen, heilige boeken,… ze al kennen van de verschillende godsdiensten. De leerkracht verbetert nog geen uitspraken of geeft nog geen antwoord op eventuele vragen. De leerkracht vertelt dat de leerlingen vandaag zelf op zoek mogen gaan naar het antwoord op hun vragen rond de verschillende godsdiensten. De leerkracht verdeelt de leerlingen in vijf groepjes en legt hen uit dat elk groepje een andere wereldgodsdienst van dichterbij zal bekijken en hun antwoorden achteraf zal delen met de klasgenoten. Leerdoelen De leerlingen kunnen enkele grote wereldgodsdiensten opnoemen. De leerlingen kunnen enkele termen en gebruiken in verband met deze godsdiensten opnoemen. De leerlingen kunnen respectvol luisteren naar wat hun medeleerlingen vertellen uit eigen ervaringen.
o Leerfase + leerdoel
Coöperatief groepswerk wereldgodsdiensten Elk groepje krijgt een exemplaar van het boek “Wat geloof jij?”. De leerkracht kan ook voor elk groepje kopies voorzien van het hoofdstuk met de religie die zij zullen bekijken. Elke leerling van het groepje krijgt ook een werkblad (zie bijlage 1) met vragen waarop ze antwoord kunnen terugvinden in de tekst en op de prenten. De leerlingen zoeken samen het antwoord op de vragen en noteren dit individueel op hun werkblad.
De leerkracht kan ervoor kiezen aan het eind van deze fase de werkbladen op te halen en na te kijken, voordat de leerlingen gaan rapporteren aan de anderen. Leerdoelen De leerlingen kunnen in een voor hen bestemde tekst over een bepaalde wereldreligie (Christendom, Islam, Jodendom, Boeddhisme, Hindoeïsme) op zoek gaan naar het antwoord op de vragen op hun werkblad. De leerlingen kunnen van de door hen verkende godsdienst noteren welke
Sofie Van Butsele
Scriptie Stadsvisioenen
Les 7, 2 de graad
god vereerd wordt, hoe gebeden wordt, welke symbolen er gebruikt worden, welke heilige en gebedsplaatsen er zijn en of er een heilig boek gebruikt wordt. De leerlingen kunnen hiervoor samenwerken: naar elkaar luisteren, overleggen, tot een consensus komen en die noteren. Synthese wereldgodsdiensten o Verwerkings fase + leerdoel
Wanneer de leerlingen klaar zijn met het groepswerk, verdeelt de leerkracht de leerlingen in nieuwe groepjes. In elk groepje zitten nu leerlingen die elk een andere godsdienst hebben bestudeerd. Elke leerling krijgt het synthesewerkblad (zie bijlage 2). Aan de hand van de bevindingen van elke leerling afzonderlijk wordt dit synthesewerkblad over alle wereldreligies ingevuld. De leerlingen moeten om beurt aan hun groepsleden uitleggen wat ze gevonden hebben en dit eventueel tonen in het boek (bijvoorbeeld bij voorwerpen of de ligging van bepaalde landen). Iedereen noteert individueel op het synthesewerkblad. Leerdoelen De leerlingen kunnen het resultaat van een groepswerk over een wereldreligie individueel rapporteren aan een groepje klasgenoten. De leerlingen kunnen luisteren naar de resultaten van een groepslid en deze individueel noteren. Kringgesprek over het groepswerk
o Slotfase + leerdoel
De leerkracht laat de leerlingen terug in een kring zitten en vraagt wat ze vonden van het groepswerk. Wat vond je moeilijk, minder moeilijk…? Wat heb je bijgeleerd? Van welke dingen was je geschrokken? Wat heeft je verbaasd? Hoe verliep de samenwerking? Kwam iedereen evenveel aan bod? Werd er naar elkaar geluisterd?... De leerkracht laat zoveel mogelijk leerlingen aan bod komen en maant hen aan naar elkaar te luisteren. Leerdoelen De leerlingen kunnen verwoorden wat ze moeilijk, makkelijk,… vonden aan een groepswerk over de verschillende wereldgodsdiensten. De leerlingen kunnen verwoorden welke nieuwe dingen ze hebben ontdekt over de verschillende wereldgodsdiensten zonder hierover een oordeel te vellen. De leerlingen kunnen met respect luisteren naar wat hun klasgenoten hierover vertellen.
Sofie Van Butsele
Scriptie Stadsvisioenen
Les 7, 2 de graad
Wat geloof jij? Christendom Zoon van God Christenen geloven dat God zijn zoon ________________ naar de aarde stuurde om de mensen over Gods liefde te vertellen.
Hoe Christenen vereren Christenen bidden thuis en in de ________________. Bij een kerkdienst wordt voorgelezen uit de bijbel, en wordt er gezongen en gebeden.
Symbool Jezus werd gekruisigd door de Romeinen maar stond drie dagen later weer uit de dood op. Daarom is het __________________ het belangrijkste symbool van het christendom.
Heilige plaatsen Christenen gaan op bedevaart naar plaatsen waar heiligen worden vereerd, of waar mensen vertellen dat ze Maria, een heilige of een engel hebben gezien. Voorbeelden hiervan zijn Lourdes in Frankrijk en Santiago de Compostela in Spanje.
Heilig boek De _____________________ bestaat uit het ___________ en het ______________ Testament. In het Nieuwe Testament wordt verteld over het leven van Jezus, zijn dood en zijn verrijzenis.
Sofie Van Butsele
Scriptie Stadsvisioenen
Les 7, 2 de graad
Wat geloof jij? Jodendom Vader van het geloof Alle Joden zijn kinderen van Abraham. Abraham geloofde dat er maar één god was die voor de mensen zou zorgen als ze zich aan zijn wetten hielden. Daarom worden de Joden ______________ uitverkoren volk genoemd. Hoe Joden bidden tot God In het jodendom is bidden heel belangrijk. Soms hebben Joden een tallith of een _______________________ over hun hoofd als ze bidden. Joden komen samen in een gebouw dat ______________________ heet.
Symbool Koning ________________ was een held omdat hij de reus Goliath doodde. De vorm van zijn schild vind je terug in het symbool van het Jodendom: de _______________________.
Heilige plaatsen De _____________________________ is de heiligste plek om te bidden. Dit is de enige overgebleven muur van de oude tempel in Jeruzalem, Israël.
Heilig boek Op een lange papierrol staat hoe je moet leven en bidden. Dit heilig boek heet de _________________. Het bevat de Tien Geboden, die God aan ___________ gaf.
Sofie Van Butsele
Scriptie Stadsvisioenen
Les 7, 2 de graad
Wat geloof jij? Hindoeïsme De verschillende vormen en namen van God Hindoes vereren honderden goden en godinnen. Deze hebben het uiterlijk van __________________ of __________________. Enkele bekende goden zijn Brahma (schepper van _________________), Shiva (maakt ruimte voor nieuw leven) en Vishnu (houdt alles in leven). Hoe hindoes vereren Hindoes geloven dat God overal kan worden vereerd, bijvoorbeeld bij een altaar thuis of in een tempel. Deze verering wordt _________________ genoemd. Symbool Bij het bidden, aan het begin van de dag of bij ceremonies wordt het geluid van God gezongen: ____________. Het betekent alles: ____________________, _____________________ en ____________________. Heilige plaatsen Voor hindoes zijn rivieren heilige plaatsen; baden in de rivier reinigt hun lichaam en hun geest. De ________________________ is de heiligste rivier van India.
Heilig boek De openbaringen van de goden werden opgeschreven in vier boeken; de veda’s. Veda betekent _____________ of ______________________.
Sofie Van Butsele
Scriptie Stadsvisioenen
Les 7, 2 de graad
Wat geloof jij? Islam De stichter van de Islam Volgelingen van de Islam heten __________________. Ze geloven dat Mohammed werd uitverkoren om het woord van hun god ________________ te verkondigen. Hoe moslims vereren Moslims vereren Allah door hardop de koran te lezen en ___________ keer per dag te bidden. Ze bidden thuis of in een _______________. Voordat ze daar naar binnen gaan, trekken ze hun schoenen uit en wassen hun gezicht, armen en voeten. Symbool De _____________________ met de _____________ is het symbol van de Islam. Dit symbool zie je op moskeeën of op vlaggen. Heilige plaatsen Sommige moslims maken minstens één keer in hun leven de hadj (=_________________________) naar Mekka in SaoediArabië. Voor andere moslims is Karbala in Irak de belangrijkste bedevaartplaats.
Heilig boek Mohammed leerde Allahs woorden uit zijn hoofd en gaf ze door aan zijn vrienden. Die schreven alles op in een boek dat de ___________________ heet.
Sofie Van Butsele
Scriptie Stadsvisioenen
Les 7, 2 de graad
Wat geloof jij? Boeddhisme Boeddhisten geloven niet in een oppergod Boeddhisten vereren ________________ niet als god, maar tonen respect voor hem en voor alles wat leeft. Hoe boeddhisten vereren ________________ staat vaak een altaar met een beeldje van Boeddha met kaarsen, bloemen, kommetjes water of wierookstokjes. Boeddhisten gaan ook vaak naar _________________ of ____________________ om Boeddha te vereren. Symbool Boeddhisten geloven dat Boeddha het __________________________ in beweging heeft gezet. Dit wiel staat voor kennis . Heilige plaatsen De boeddhisten bouwen tempels op heilige plaatsen zoals gebouwen, _____________________ of _____________________.
Heilig boek De volgelingen van Boeddha schreven op palmbladeren wat hij hun had geleerd. Deze bladeren legden ze in drie manden; de______________________.
Sofie Van Butsele
Scriptie Stadsvisioenen
Les 7, 2 de graad