SCHOOLREGLEMENT SINT-LIEVENSCOLLEGE Humaniora Zilverenberg 1 9000 Gent
1
LEREN EN LEVEN IN HET SINT-LIEVENSCOLLEGE Beste Je schooltijd is een belangrijke periode in je leven. Je brengt op school veel tijd door, wellicht interessante en verrijkende uren. Tijdens je humanioratijd onderga je ook ingrijpende veranderingen: je begint eraan als kind en je eindigt als een volwassen jongere. De school wil je begeleiden op je weg naar volwassenheid; de school wil ruimte scheppen om te leven en te leren. Met jouw medewerking maken we er iets goeds van.
Het schoolreglement Ons schoolreglement bestaat uit drie delen. In het eerste deel vind je ons pedagogisch project, in het tweede deel vind je het studiereglement en het orde- en tuchtreglement. Ten slotte vind je nog heel wat informatie over diverse onderwerpen in het derde deel. Dit schoolreglement werd overlegd tussen de inrichtende macht (verder ‘het schoolbestuur’ genoemd) en de schoolraad. Wanneer je je inschrijft in onze school, gaan je ouders akkoord met het volledige schoolreglement. Soms kan het nodig zijn dat de school het schoolreglement in de loop van het schooljaar wijzigt. Wanneer de school wijzigingen wil aanbrengen in het eerste en tweede deel is er een nieuw akkoord van je ouders vereist. Voor wijzigingen aangebracht aan de informatie opgenomen in het derde deel is er geen nieuw akkoord van je ouders vereist. In elk geval verwachten we ook van jou dat je het schoolreglement goed leest, ermee akkoord gaat en het naleeft. Vanaf het moment dat je meerderjarig wordt, verandert de juridische relatie met je ouders grondig. Je kan vanaf dat moment volledig autonoom optreden. Dat betekent dat je telkens er in dit schoolreglement naar "je ouders" wordt verwezen, zelf volledig autonoom kan optreden.
DEEL I – HET PEDAGOGISCH PROJECT EN DE ENGAGEMENTSVERKLARING HET PEDAGOGISCH PROJECT Leren en leven op het Sint-Lievenscollege is geïnspireerd door een duidelijke pedagogische visie, ons opvoedingsproject. Welke zijn de drie aspecten van ons opvoedingsproject? 1. Het leren 2. Het verwerven van vaardigheden en attitudes 3. De christelijke inspiratie. Deze drie aspecten hebben in de lange en rijke geschiedenis van de school vorm gekregen en werden in de verschillende periodes getoetst aan de evoluerende samenleving. Traditie en evolutie spelen in onze school een belangrijke rol. Ook vandaag willen wij deze aspecten ontwikkelen en gestalte geven in de opvoeding van jongeren. Om dit opvoedingsproject zo goed mogelijk te realiseren is geregeld overleg nodig met alle betrokkenen. Dit gebeurt in de directieraad, de leerlingenraad, de ouderraad en de schoolraad. De hele schoolorganisatie is erop gericht om het opvoedingsproject optimaal uit te werken. Daarom willen we de drie pijlers van ons opvoedingsproject kort bespreken vooraleer we een concrete leefregel geven.
2
Onze school is een lerende gemeenschap De basisdoelstelling van de school is de leerlingen inwijden in de verschillende componenten van onze cultuur: de literaire en taalkundige, de religieuze, de wiskundige en wetenschappelijke, de economische, de artistieke en de technologische component. Alle vakken benaderen de werkelijkheid vanuit een eigen invalshoek. Daarom hebben alle vakken een eigen, vormende waarde. De leerkrachten staan in voor onderwijs van hoge kwaliteit en een veelzijdige vorming. Hun einddoel is de vorming van mensen die op een bekwame en kritische wijze hun plaats kunnen innemen in het maatschappelijke leven. Les volgen in de humaniora is dus altijd meer dan het verwerven van vakkennis. Het heeft te maken met een groei als verantwoordelijke, sociale en weerbare mensen. Het onderwijs gebeurt gewoonlijk in klasverband. Niettemin kan je steeds een beroep doen op studiebegeleiding die per graad wordt georganiseerd onder leiding van de graadcoördinatoren en studiebegeleiders. Het verwerken van de leerstof is geen eenvoudige opdracht. Vandaar dat werk wordt gemaakt van leren studeren, want een goede studiehouding werpt zijn vruchten af op alle studieniveaus. Voor studieadvies kan je steeds terecht bij je leerkrachten en bij de CLB-begeleider (CLB staat voor Centrum voor Leerlingenbegeleiding).
Onze school is een oefenplaats voor vaardigheden en attitudes Opgroeien in een samenleving houdt in dat je heel wat kennis moet opdoen. Toch wordt een mens maar een evenwichtige volwassene als hij een aantal vaardigheden en attitudes verwerft en beheerst. Hier noemen we enkele vaardigheden en attitudes die we bijzonder belangrijk vinden. -
weerbaarheid: de innerlijke kracht om in concrete situaties het juiste 'ja' en 'neen' te zeggen en ernaar te handelen. In een samenleving die ons voortdurend uitnodigt om zoveel mogelijk te hebben 'nu en meteen', blijft het waardevol om te kunnen wachten en verlangen. Dit veronderstelt dus durf om tegen het groepsdenken in te gaan, bijvoorbeeld en in het bijzonder omtrent ongezonde en verslavende (genot)middelen zoals tabak, alcohol en alle drugs.
-
innerlijkheid: het besef niet alleen van brood te leven en de kunst geestelijke honger te koesteren en te stillen in momenten van gemeenschappelijke bezinning.
-
moraliteit en eerlijkheid: het kunnen onderscheiden van goed en kwaad, en de zin om te kiezen voor wat goed is.
-
creativiteit: de zin om zelf nieuwe dingen tot stand te brengen en anderen daartoe te stimuleren.
-
respect en bescheidenheid: het tactvol omgaan met zichzelf en met anderen, met het werk en de goederen van anderen en van de school, met situaties (zoals een les, een maaltijd, een feest, een uitstap), met de natuur. In een wereld met steeds meer interculturele contacten is verdraagzaamheid en respect voor andere culturen een blijk van sterkte.
-
relatiebekwaamheid: de kunst om een gelukkigmakend relatieleven uit te bouwen. Wij denken hier in het bijzonder aan attitudes als verdraagzaamheid en geduld, bewust omgaan met gevoelens, zich duidelijk maar beleefd kunnen uitspreken, kunnen discussiëren en luisteren, constructief omgaan met conflicten.
-
verantwoordelijkheid: de zin om metterdaad antwoord te geven op allerlei situaties die om engagement vragen. Daarom stimuleren wij solidariteit en burgerzin.
3
Onze school leeft en werkt vanuit een christelijke inspiratie In het Sint-Lievenscollege willen wij het christelijke geloof ter sprake brengen en beleven. Wij geloven immers dat de christelijke boodschap voor mensen van vandaag een grote zin heeft. Uit de christelijke godsdienstigheid vloeit namelijk voort dat men een bron van vreugde en hoop voor anderen wordt. Gods wil laten geschieden, zijn Naam in ere houden, voor zijn Rijk openstaan houdt in dat men tracht goed te doen voor elkander die op de eigen levensweg verschijnt, onbaatzuchtig en van ganser harte. De christelijke levensstijl vraagt dan ook meer te doen dan het gewone, een grote dienstbaarheid na te streven, en daartoe allerlei kleinmenselijke berekeningen aan de kant te zetten. De evangelische radicaliteit stimuleert ons zo om kritisch en constructief in de maatschappij te staan, vanuit de Droom van Gods Rijk van Gerechtigheid en Liefde. In de Bergrede vinden we enkele attitudes die ook vandaag erg belangrijk zijn. -
nederigheid: de erkenning niet zijn eigen God te zijn.
-
gerechtigheid: de zin voor al wat rechtmatig toekomt aan mens en schepping. Ze uit zich in verzet tegen onrecht en de bereidheid om op te komen voor wat goed is.
-
zachtmoedigheid: de kunst om het goede doel te bereiken zonder mensen geweld aan te doen.
-
barmhartigheid: een solidaire dienstbaarheid met de zwakken en een vergevingsgezindheid tegenover wie ons iets misdaan heeft.
-
waarachtigheid: de zin voor authenticiteit, de aandacht voor de overeenstemming van woord en daad.
-
vredelievendheid: de bereidheid om vrede te bewerken en bruggen te bouwen waar onenigheid heerst.
Wij willen jongeren helpen deze attitudes te verwerven en te cultiveren; op die manier kunnen zij de evangelische boodschap ontdekken. Dit gebeurt niet enkel tijdens de (godsdienst)lessen, maar ook in open gesprekken in de klas en op bezinningsdagen. Het deelnemen aan eucharistievieringen en gebedsdiensten hoort bij het schoolleven. Leerlingen worden ook opgeroepen tot sociale actie en solidariteit, voornamelijk in het kader van Welzijnszorg en Broederlijk Delen. Het Sint-Lievenscollege wil zo bijdragen tot de vorming van eigentijdse bewuste christenen: mensen die zich in de pluralistische maatschappij van vandaag als christengelovigen gedragen, bewust van hun eigenwaarde en verdraagzaam tegenover anderen. Voor hen die onze christelijke geloofsvisie niet delen, menen we toch een zinvolle bijdrage te kunnen leveren: hen vormen tot kritische mensen-van-goede-wil, die met echte kennis van zaken denken en spreken over de wereld van de christenen en die ook bereid zijn om samen met hen te bouwen aan een wereld van rechtvaardigheid.
Besluit Wat we in het opvoedingsproject beschreven hebben is een veeleisend engagement vanwege directie, leerkrachten en opvoeders. Een dergelijk opvoedingsproject kan maar werken als het de volle medewerking krijgt van leerlingen en ouders. De school kan haar doelstellingen maar realiseren dankzij concrete afspraken en regels, die we verder bespreken in een praktische handleiding voor het schoolleven.
4
ENGAGEMENTSVERKLARING TUSSEN DE SCHOOL EN DE OUDERS Deze engagementsverklaring kwam tot stand na overleg •
binnen de scholengemeenschap Edith Stein
•
met de schoolraad van onze school;
Als katholieke school zullen wij alles in het werk stellen om uw kind op een zo goed mogelijke manier te begeleiden doorheen zijn school- en studieloopbaan. Het inschrijven van uw kind in onze school is echter niet vrijblijvend. Wij willen werken in partnerschap en rekenen daarom ook ten volle op uw medewerking.
1. Wederzijdse afspraken m.b.t. het oudercontact De school wil de jongeren helpen opvoeden in nauw overleg met de ouders. De school organiseert oudercontacten, enerzijds met de klasleraren, anderzijds met de vakleraren. Deze oudercontacten hebben plaats in het eerste en in het tweede semester. De ouders krijgen daartoe een uitnodiging met een de ouders, vooral wanneer zich moeilijkheden voordoen. De school verwacht dat de inschrijvingsformulier, dat zij terugkrijgen met het uur van afspraak. Daarnaast legt de school geregeld contact met ouders ingaan op de uitnodiging tot oudercontact.
2. Wederzijdse afspraken over de regelmatige aanwezigheid en het spijbelbeleid 2.1
Door de inschrijving van uw kind in onze school verwachten we dat het vanaf de eerste schooldag tot en met 30 juni deelneemt aan alle lessen en activiteiten van het leerjaar dat het volgt. Bezinningsdagen, buitenschoolse activiteiten enzovoort worden als normale schooldagen beschouwd, ook als ze meerdere dagen in beslag nemen. Ze geven uw kind een kans om zich te verrijken en zich verder te ontwikkelen. Dit betekent dan ook dat uw kind hieraan moet deelnemen. Verder verwachten we dat uw kind elke schooldag tijdig aanwezig is op school. Te laat komen kan gesanctioneerd worden met een orde- of tuchtmaatregel. Het kan altijd gebeuren dat uw kind om een bepaalde reden niet kan deelnemen aan alle lessen of lesvervangende activiteiten of dat het te laat komt. De concrete afspraken hierover vindt u terug in het schoolreglement onder deel II punt 3.2. Om het recht op een schooltoelage niet te verliezen, mag de leerling niet meer dan 29 halve schooldagen ongewettigd afwezig zijn geweest. Wij verwachten dat u zich engageert om er mee op toe te zien dat uw kind dagelijks op school is, deelneemt aan de door de school georganiseerde activiteiten, en ook telkens op tijd aanwezig is.
2.2
Door jongeren worden leren en schoollopen soms om diverse redenen als lastige, minder leuke opdrachten ervaren. Zomaar wegblijven uit de school kan echter niet. Bij moeilijkheden wil de school, samen met het CLB, helpen ze op te lossen. De school verwacht bovendien uw actieve medewerking bij eventuele begeleidingsmaatregelen op dit vlak. Zodra de school de spijbelproblematiek beschouwt als zorgwekkend, speelt ze het dossier door naar het ministerie van Onderwijs en Vorming. Indien u of uw kind niet meewerkt aan onze begeleidingsinspanningen, kan de directeur beslissen om een tuchtprocedure tegen de leerling op te starten omdat hij het onderwijs- en vormingsgebeuren in gevaar brengt. Verder kan de school ook beslissen uw kind uit te schrijven, bijvoorbeeld omdat het hardnekkig blijft spijbelen of omdat het voor de school al een hele tijd niet duidelijk is waar uw kind verblijft.
5
3. Wederzijdse afspraken over vormen van individuele leerlingenbegeleiding De school acht de vorming en de ontwikkeling van de individuele leerling belangrijk. Daarom zijn verschillende vormen van leerlingenbegeleiding voorzien, zoals vermeld in deel II punt 3.4. De eerste contactpersoon is de klassenleraar. Hij of zij zal dan ook de eerste contacten leggen met de ouders. Op het vlak van de studiebegeleiding worden inhaallessen georganiseerd. Die zijn bestemd voor leerlingen die om één of andere reden (bv door ziekte) achterop zijn geraakt. Elke graad heeft een leerlingenbegeleider die de leerlingen zowel op studievlak als op socio-emotioneel vlak ondersteunt. Hij of zij werkt nauw samen met het CLB in het kader van de cel leerlingenbegeleiding (zie deel III punt 5). De school zal steeds in overleg met de ouders en de leerling zoeken naar de meest aangewezen vorm van begeleiding en rekent daarbij op de positieve medewerking van de ouders.
4. Positief engagement ten aanzien van de onderwijstaal Onze school is een Nederlandstalige school. Uw keuze voor het Nederlandstalig onderwijs betekent ook dat u uw kinderen aanmoedigt om Nederlands te leren, ook buiten de school. Wanneer uw kind enkel Nederlands hoort, spreekt of leest tijdens de schooluren is het voor de school een onmogelijke opgave uw kind een behoorlijke kennis van het Nederlands bij te brengen.
DEEL II ― HET REGLEMENT 1. Inschrijving 1.1 Eerste inschrijving Vooraleer je ingeschreven wordt, nemen jij, en je ouders, kennis van het pedagogisch project en het schoolreglement van onze school. Je kan pas ingeschreven worden nadat je ouders akkoord zijn gegaan met het pedagogisch project en het schoolreglement van onze school. Dit betekent dat je niet telefonisch ingeschreven kan worden en dat minstens één van je ouders, die handelt met de instemming van de andere ouder, aanwezig is op het intakegesprek. De ondertekening van het pedagogisch project, het schoolreglement, de leerlingenfiche en het inschrijvingsregister gebeurt op school.
1.2 Voorrang In de maand februari loopt de voorrangsperiode voor broers en zussen en kinderen van personeelsleden. Vanaf 15 maart start de reguliere inschrijvingsperiode ( dubbele contingentering t.e.m. 30 maart). De open inschrijvingsperiode start op 31 maart.
1.3 Herinschrijving Eens je ingeschreven bent in onze school, ben je, tenzij je definitief wordt uitgesloten, ingeschreven voor de duur van je volledige schoolloopbaan. Onze school vraagt op het einde van het schooljaar, omwille van een goede en tijdige schoolorganisatie, aan elke leerling wel een herbevestiging van de inschrijving via de leerlingenfiche.
1.4. Administratieve schoolnummers Op onze campus is een eerstegraadsschool (schoolnummer 127688) en een zesjarige school (schoolnummer 127696) gelegen. Leerlingen die in de eerstegraadsschool zijn ingeschreven, hebben voorrang voor inschrijving in de tweede graad. 6
1.5 Inschrijving geweigerd? 1. Onze school heeft het recht om je inschrijving te weigeren indien je, na een tuchtprocedure, het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd uitgesloten. 2. Onze school heeft het recht om elke bijkomende inschrijving te weigeren wanneer de vooropgestelde maximumcapaciteit wordt overschreden. 3. Als je je aanbiedt met een inschrijvingsverslag waarmee je georiënteerd werd naar het buitengewoon secundair onderwijs, dan schrijft onze school je voorwaardelijk in. Indien de school vaststelt niet voldoende draagkracht te hebben, wordt de overeenkomst ontbonden. 4. Onze school kan je inschrijving weigeren wanneer je je in de loop van het schooljaar aanbiedt omdat je door een andere school definitief uitgesloten werd. Het lokaal overlegplatform zal automatisch bemiddelen.
1.6 Vrije leerling Als je niet voldoet aan de reglementair vastgelegde toelatings- of overgangsvoorwaarden, kan je inschrijving geweigerd worden. In een dergelijk geval kan je ingeschreven worden als vrije leerling. Op een dergelijke inschrijving heb je geen recht. Ze heeft ook als gevolg dat er op het einde van het schooljaar geen studiebewijs uitgereikt kan worden.
2. Onze school 2.1.Studieaanbod Onze school heeft een eerste graad met opties Latijn en moderne in het eerste jaar, Latijn, Grieks-Latijn en moderne wetenschappen in het tweede jaar. In de bovenbouw bieden we ASO-studierichtingen aan: Tweede graad Latijn
Grieks-Latijn
Latijn A (met extra uur moderne talen) Latijn B (met extra uur wiskunde)
Grieks-Latijn A (met extra uur moderne talen) Grieks-Latijn B (met extra uur wiskunde)
Wetenschappen Economie
Economie A (met extra uur moderne talen) Economie B (met extra uur wiskunde)
Derde graad Grieks-Latijn Latijn-Wetenschappen
Economie-Moderne Talen Economie-Wiskunde
Grieks-Wiskunde (6/8 uur wiskunde) Latijn-Wiskunde (6/8 uur wiskunde) Latijn-Moderne talen
Moderne talen-Wetenschappen Moderne talen-Wiskunde Wetenschappen-Wiskunde (6/8 uur wiskunde)
Aan het Sint-Lievenscollege is ook een internaat verbonden. Dit internaat heeft twee vestigingsplaatsen. In de vestiging Zilverenberg verblijven de leerlingen van de eerste graad van het secundair onderwijs (humaniora en handelsschool), de leerlingen van de lagere school (vanaf het vierde leerjaar), en de meisjes van alle leerjaren. In de vestiging Mariakerke verblijven de jongens van de tweede en de derde graad (humaniora en handelsschool). Het internaat staat onder leiding van de internaatsbeheerder en een team van opvoeders (zie deel III). Voor internen geldt op school het schoolreglement, in het internaat het internaatsreglement. 7
2.2. hoe verloopt een schooldag? 1. 's Morgens beginnen de lessen om 8.30 uur, 's middags om 13.15 uur. De poort is open vanaf 7.30 uur en vanaf 13 uur. Je wordt op de speelplaats verwacht om 8.25 uur en om 13.10 uur. 2. Als je te laat komt meld je je bij het onthaal. Je wordt niet in de klas toegelaten zonder een toelating in je schoolagenda. Als je verscheidene keren te laat komt zonder aanvaardbare reden, zal je de verloren tijd moeten inhalen op woensdagnamiddag of vrijdagavond. 3. De lessen duren tot 15.55 uur; behalve op woensdag, dan eindigen de lessen om 12.05 uur. Sommige klassen van de tweede en derde graad hebben op dinsdag een 8e lesuur, tot 16.45 uur. Op maandag en donderdag kunnen voor de derde graad seminaries georganiseerd worden in blokuren tot 16.45 uur. 4. Als je 's middags niet bij je ouders thuis kunt eten, blijf je op het college. Een uitzondering kan alleen de directie toestaan. Je ouders schrijven daarvoor een briefje. De directie oordeelt of ze op die vraag kan ingaan. 5. De middagonderbreking duurt van 12.05 uur tot 13.15 uur. De schikking is als volgt: Er is eetgelegenheid voor de leerlingen met boterhammen vanaf 12.05 uur. Boterhammen worden steeds in de eetzaal gegeten en NIET op de speelplaats. De leerlingen van de eerstes eten in de kleine zaal van het schoolrestaurant. De tweedes, derdes en vierdes eten in de feestzaal. De vijfdes en zesdes gebruiken hun lunchpakket in de ontspanningszaal van de derde graad. Alle leerlingen die een warme maaltijd gebruiken, kunnen terecht in het schoolrestaurant. Tijdens de middagpauze is er ontspanningsgelegenheid: eerstes: ontspanningszaal eerstes tweedes, derdes en vierdes: feestzaal vijfdes en zesdes: ontspanningszaal derde graad Tijdens de middagpauze wordt ook voorzien in studiebegeleiding o.a. onder de vorm van inhaallessen. Dergelijke lessen zijn voor jou een hulp, bv. wanneer je enige tijd ziek bent geweest of wanneer je een leerstofonderdeel niet zo goed hebt begrepen. Je kan erheen op eigen initiatief. Je kan er ook heen gestuurd worden door de directie, de graadcoördinator of door je leerkrachten. Je aanwezigheid op de inhaallessen kan meespelen bij je beoordeling op het einde van het schooljaar. 6. Als een leerkracht afwezig is, word je op de hoogte gebracht door een opvoeder. De klas gaat voor dat lesuur naar studiezaal waar een leerkracht toezicht doet. Je gaat zitten volgens de aanwijzingen van de vervangende leerkracht en je leest of werkt er in stilte. Vaak gebeurt het evenwel dat één van je andere leerkrachten een lesuur overneemt. Je volgt dan met de aandacht die van jou in elke les verwacht wordt. 7. Je kunt buiten de lestijd op school studeren: 's middags van 12.40 uur tot 13.05 uur en 's avonds tussen 16.15 uur en 17.30 uur. Als je in de eerstes zit, kan je ook de begeleide avondstudie volgen op maandag, dinsdag en donderdag van 16.15 uur tot 17.15 uur; daar zijn altijd leerkrachten aanwezig om je te helpen bij de studieplanning, je werken en lessen. De studie is gratis. 8. Zowel in de middag- als in de avondstudie respecteer je ieders studietijd. Daarom kom je rustig binnen in de studiezaal en je gaat dadelijk aan 't werk. Een leerkracht of opvoeder ziet toe op het rustige verloop. 9. Je kunt tussen 15.55 uur en 16.15 uur een vieruurtje gebruiken in het schoolrestaurant. 10. Voor de avondstudie dien je in te schrijven. Mocht je om een of andere reden eens niet in de studie kunnen blijven, dan breng je de opvoeder of de directeur schriftelijk op de hoogte. Niet-gemelde afwezigheid wordt aan je ouders meegedeeld. 11. In de derde graad wordt de vrije ruimte ingevuld door seminaries of projecten. Dit betekent dat je kan kiezen voor een thema/onderwerp/vak. De keuzemogelijkheden worden elk jaar na de paasvakantie bekendgemaakt. Je legt je keuze vast bij je (her-)inschrijving; die keuze geldt voor het hele schooljaar. 8
Begin van een schooldag Pauze Middagpauze Pauze Einde van een schooldag sommige klassen 2de /3de graad woensdag vieruurtje Avondstudie Begeleide avondstudie (maandag, dinsdag, donderdag)
08.30 uur 10.10 uur - 10.25 uur 12.05 uur - 13.15 uur 14.55 uur - 15.05 uur 15.55 uur 16.45 uur 12.05 uur 15.55 uur - 16.15 uur 16.15 uur - 17.00 uur 16.15 uur - 17.30 uur 16.15 uur - 17.15 uur
2.3. Schoolkosten In deel III van dit schoolreglement vind je een lijst met financiële bijdragen die van jou of je ouders kunnen worden gevraagd. Deze lijst bevat zowel verplichte als niet verplichte uitgaven. Verplichte uitgaven zijn uitgaven die jij of je ouders zeker zullen moeten doen, bijvoorbeeld het betalen van je schoolboeken, het betalen van kopieën… Zaken die de school als enige aanbiedt, bijvoorbeeld voorgedrukt examenpapier, koop je verplicht aan op school. Er zijn ook zaken die je zowel op school als elders kunt kopen. Je kiest vrij waar je deze zaken koopt, maar als je ze op school aankoopt, dan moeten jij of je ouders de bijdrage betalen. Niet-verplichte uitgaven zijn uitgaven voor zaken die je niet verplicht moet aankopen of activiteiten waar je niet verplicht aan moet deelnemen, maar als je aankoopt of deelneemt, dan moeten jij of je ouders er wel een bijdrage voor betalen. Voor sommige posten vermeldt de lijst vaste prijzen, voor andere posten zijn enkel richtprijzen vermeld. Bij een vaste prijs ligt het bedrag dat je voor die post moet betalen vast. Een kopie kost bijvoorbeeld x euro per stuk. Van deze prijs zal het schoolbestuur niet afwijken. Voor sommige posten kent het schoolbestuur de kostprijs niet op voorhand. Zij geeft voor die posten richtprijzen mee. Dit betekent dat het te betalen bedrag in de buurt van de richtprijs zal liggen, het kan iets meer maar het kan ook iets minder zijn. Het schoolbestuur baseert zich voor het bepalen van de richtprijs op de prijs die de zaak of de activiteit vorig schooljaar kostte. Deze lijst werd overlegd in de schoolraad. Indien jij of je ouders problemen ondervinden met het betalen van de schoolrekening, kunnen jullie contact opnemen met de directeur. Het is de bedoeling dat er afspraken worden gemaakt over een aangepaste manier van betalen. Wij verzekeren jou en je ouders een discrete behandeling van jullie vraag. Indien we vaststellen dat de schoolrekening geheel of gedeeltelijk onbetaald blijft zonder dat er financiële problemen zijn of omdat de gemaakte afspraken niet worden nageleefd, zal de school verdere stappen ondernemen. Ook dan zoeken we in eerste instantie in overleg naar een oplossing. Indien dit niet mogelijk blijkt, kunnen we overgaan tot het versturen van een aangetekende ingebrekestelling. Vanaf dit moment kunnen we maximaal de wettelijke intrestvoet aanrekenen op het verschuldigde bedrag.
3. Studiereglement 3.1. Aanwezigheid Als je ingeschreven bent in onze school verwachten we dat je vanaf de eerste schooldag tot en met 30 juni deel neemt aan alle lessen en activiteiten van het leerjaar dat je volgt. Bezinningsdagen, buitenschoolse activiteiten e.d. worden als normale schooldagen beschouwd, ook als ze meerdere dagen in beslag nemen. Ze geven je een kans om je te verrijken en je verder te ontwikkelen. Dit betekent dan ook dat je hieraan moet deelnemen. Verder verwachten we dat je elke schooldag tijdig aanwezig bent op school. Het kan altijd gebeuren dat je om een bepaalde reden niet kan deelnemen aan alle lessen of lesvervangende activiteiten of dat je te laat komt. In het volgend punt kan je lezen wanneer je gewettigd afwezig kan zijn. In uitzonderlijke gevallen kan de directie aan leerlingen van het zesde jaar de toelating geven om de school vroeger te verlaten (vanaf 15.05 uur). 9
3.2. Afwezigheid Zoals je in de engagementsverklaring kon lezen, ben je verplicht om alle dagen aanwezig te zijn op school of deel te nemen aan buitenschoolse (lesvervangende) activiteiten. Om sommige redenen mag je echter afwezig blijven. Soms is dit een recht, in andere gevallen heb je vooraf uitdrukkelijke toestemming nodig van de school. Daarvoor moet je je wenden tot de directeur. Hieronder gaan we dieper in op verschillende redenen van afwezigheid. We vermelden telkens welke formaliteiten moeten vervuld worden en welke rechten je hebt als je door je afwezigheid lessen mist. 3.2.1. Algemene regel bij afwezigheden – de bewijslast De algemene regel is dat je ouders steeds de school verwittigen wanneer je afwezig bent. Is de afwezigheid te voorzien en/of vereist ze het voorafgaand akkoord van de school, dan wordt de school vooraf op de hoogte gebracht. Bij onvoorziene afwezigheid delen je ouders de reden zo vlug mogelijk mee. 3.2.2. Je bent ziek Als je afwezig bent wegens ziekte, moet je daar een bewijs van voorleggen. -
-
voor een korte ziekteperiode van één, twee of drie opeenvolgende kalenderdagen volstaat een ondertekende en gedateerde verklaring van je ouders. Je kan je afwezigheid wegens ziekte maximaal vier keer in een schooljaar op deze manier aantonen. een medisch attest is nodig: -voor een langere ziekteperiode, d.w.z. zodra je vier opeenvolgende kalenderdagen ziek bent, zelfs als in die vier dagen eventueel één of meer vrije dagen zitten; -wanneer je voor de vijfde keer in hetzelfde schooljaar een korte afwezigheid om medische redenen hebt gewettigd met een verklaring van je ouders; -als je afwezig bent wegens ziekte tijdens de proefwerken.
Een medisch attest wordt beschouwd als twijfelachtig in de volgende gevallen: het attest geeft zelf de twijfel van de geneesheer aan wanneer deze schrijft “dixit de patiënt”; het attest is geantedateerd of begin- en einddatum werden ogenschijnlijk vervalst; het attest vermeldt een reden die niets met de medische toestand van de leerling te maken heeft zoals bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in het huishouden, ... Een afwezigheid wegens ziekte die gedekt wordt door een twijfelachtig attest, beschouwen we als spijbelen. De verklaring van je ouders of het medisch attest moet je inleveren, wanneer je de eerste dag terug op school bent. Als je langer dan 10 opeenvolgende lesdagen ziek bent, dan moet je het medisch attest onmiddellijk op school (laten) bezorgen, vóór je terugkomst. Als je omwille van eenzelfde medische behandeling meerdere malen afwezig bent op school, volstaat één medisch attest met de verschillende data. Ook wanneer je vaak afwezig bent wegens een chronische ziekte, zonder dat telkens de raadpleging van een arts nodig is, kan je in samenspraak met de schoolarts één enkel medisch attest indienen, dat dan, telkens als je afwezig bent, gepreciseerd wordt door een verklaring van de ouders. Wat met de lessen lichamelijke opvoeding die je mist wegens ziekte? Als je wegens ziekte niet kan deelnemen aan bepaalde oefeningen of aan het geheel van het vak lichamelijke opvoeding, dan moet je aan de arts een “medisch attest voor de lessen lichamelijke opvoeding en sportactiviteiten op school” vragen, zodat de leerkracht lichamelijke opvoeding kan uitmaken wat wel en wat niet kan in de lessen. Als je vaak niet deelneemt aan deze lessen, dan zal je een vervangtaak krijgen. Als je wegens ziekte, ongeval of handicap geen lichamelijke opvoeding kan volgen, dan kan de klassenraad beslissen je vrij te stellen van dit vak, op voorwaarde dat je een aangepast lesprogramma krijgt. Dit wil zeggen dat je een ander vak volgt of dat je het vak lichamelijke opvoeding anders (bv. theoretisch) moet behandelen. Dit aangepast lesprogramma zal opgenomen worden in de eindbeoordeling. Je ouders kunnen de vraag om vrijgesteld te worden voor het vak lichamelijke opvoeding steeds stellen. De klassenraad zal deze vraag onderzoeken, maar de vrijstelling is niet afdwingbaar. 10
Vrijstelling van vakken Als je wegens ziekte, ongeval of handicap één of meerdere vakken, andere dan lichamelijke opvoeding, (eventueel tijdelijk) niet kan volgen, kan de klassenraad beslissen je vrijstelling te verlenen, op voorwaarde dat je vervangende activiteiten volgt. Je lesprogramma kan aangepast worden, maar zonder vermindering van het aantal lesuren. De klassenraad kan je vragen om de vakken op een andere manier te benaderen (bv. theoretisch) of kan je een ander vak opleggen. Uiteraard kan dit slechts in individuele en uitzonderlijke gevallen. Je ouders kunnen de vraag om vrijgesteld te worden voor één of meerdere vakken steeds stellen. De klassenraad zal deze vraag onderzoeken, maar de vrijstelling is niet afdwingbaar. Spreiding van het lesprogramma Soms kan de klassenraad je toestaan om het lesprogramma over twee schooljaren te spreiden om medische redenen. Je ouders kunnen de vraag naar spreiding van het lesprogramma steeds stellen. De school zal deze vraag onderzoeken, maar de spreiding van het lesprogramma is niet afdwingbaar. De klassenraad zal dan beslissen welke vakken in welk jaar moeten gevolgd worden en zal je ook tussentijds evalueren. Tijdelijk onderwijs aan huis Als je door ziekte of ongeval tijdelijk de lessen niet (of voor minder dan de helft) kan volgen op school, heb je als regelmatige leerling recht op tijdelijk onderwijs aan huis (TOAH). Dit betekent dat je elke week 4 uur les krijgt thuis. De klassenraad beslist, in overleg met je ouders, in welke vakken. Behalve voor chronisch zieke leerlingen, geldt dat je pas recht hebt op TOAH nadat je 21 volledige kalenderdagen ononderbroken afwezig bent geweest. Als je na een periode van TOAH opnieuw naar school komt, maar binnen 3 maanden hervalt, moet deze wachtperiode echter niet opnieuw worden doorlopen. Onze school heeft het afstandscriterium van 10 km verruimd. Als je op minder dan 20 km van de school woont, heb je recht op TOAH. Als je van TOAH wil gebruik maken, dan dienen je ouders een schriftelijke aanvraag in bij de directeur en voegen daar een medisch attest bij waaruit blijkt dat je onmogelijk naar school kan komen maar dat je wel onderwijs mag krijgen. TOAH is gratis. Er wordt mee gestart uiterlijk vanaf de schoolweek die volgt op de week waarin je aanvraag werd ontvangen en ontvankelijk bevonden. 3.2.3. Je moet naar een begrafenis of huwelijk Je mag steeds afwezig zijn om een begrafenis of huwelijksplechtigheid van een bloed- of aanverwant of iemand die bij jou thuis inwoont, bij te wonen. Je bezorgt vooraf aan de school dan één van de volgende documenten: een verklaring van je ouders, een doodsbericht of –brief, of een huwelijksaankondiging of -brief. Naast de afwezigheid omwille van het bijwonen van een begrafenis, kan de school je n.a.v. het overlijden van een bloed- of aanverwant enkele dagen afwezigheid toekennen zodat je je emotioneel evenwicht kan terugvinden (zie punt 3.2.6). 3.2.4. Je bent (top)sporter Als je in het bezit bent van het topsportstatuut (A of B) kan je maximum 40 halve lesdagen afwezig blijven om deel te nemen aan stages, tornooien en wedstrijden. Dit geldt niet voor het volgen van wekelijkse trainingen. Ook sporters die niet in het bezit zijn van een topsportstatuut, kunnen van de school de toelating krijgen om deel te nemen aan een sportmanifestatie bv. op grond van een selectie door een erkende sportfederatie (zie punt 2.5.6). 3.2.5. Je mag ook afwezig zijn om de volgende redenen je moet voor een rechtbank verschijnen; de school is door overmacht niet bereikbaar of toegankelijk; je bent onderworpen aan een maatregel opgelegd in het kader van de bijzondere jeugdzorg of de jeugdbescherming; je moet proeven afleggen voor de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap; je werd preventief geschorst; je werd, bij wijze van tuchtmaatregel, tijdelijk of definitief uitgesloten; 11
-
je neemt, als lid van de raad van bestuur of van de algemene vergadering, deel aan activiteiten verbonden aan het lidmaatschap van de Vlaamse Scholierenkoepel; je wenst de feestdagen die inherent zijn aan je – door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging te beleven. Je ouders moeten dit wel vooraf en schriftelijk melden aan de school. De volgende feestdagen komen hiervoor in aanmerking: ben je moslim: het Suikerfeest (1 dag) en het Offerfeest (1 dag); ben je jood: het Joods Nieuwjaar (2 dagen), de Grote Verzoendag (1 dag), het Loofhuttenfeest (2 dagen) en het Slotfeest (2 laatste dagen), de Kleine Verzoendag (1 dag), het Feest van Esther (1 dag), het Paasfeest (4 dagen) en het Wekenfeest (2 dagen); ben je orthodox: Kerstfeest (2 dagen), Paasmaandag, Hemelvaart (1 dag) en Pinksteren (1 dag), voor de jaren waarin het orthodox Kerst- of Paasfeest niet samenvalt met het katholiek Paasfeest.
3.2.6. Om een andere reden mag je enkel afwezig zijn als je de toestemming hebt van de school Voor andere dan bovenvermelde afwezigheden (bv. persoonlijke redenen, schoolvervangende projecten…) heb je de toestemming van de school nodig. Je hebt dus geen recht op deze afwezigheden. Indien je de toestemming krijgt, moet je wel steeds een door de school gevraagd verantwoordingsstuk binnen brengen. 3.2.7. Wat als je afwezig bent tijdens proefwerken, overhoringen, klasoefeningen of persoonlijke taken? Als je om welke reden dan ook aan een overhoring, klasoefening of persoonlijk werk niet kan deelnemen, kan je verplicht worden die achteraf te maken. Kan je, wegens een geldige reden, niet deelnemen aan één of meer proefwerken, dan moet je de directeur onmiddellijk verwittigen. Als je langdurig afwezig bent, beslist hij steeds in samenspraak met de klassenraad of je de niet gemaakte proefwerken moet inhalen. Hij beslist ook hoe en wanneer je ze dan moet inhalen. Dit wordt aan je ouders meegedeeld. 3.2.8. Spijbelen kan niet Hierboven heb je kunnen lezen in welke gevallen je op school gewettigd afwezig kan zijn. Leren en schoollopen kunnen soms om diverse redenen als lastige, minder leuke opdrachten ervaren worden. Blijf echter niet zomaar weg uit school. Spijbelen kan niet! Wij willen je er bij moeilijkheden, samen met het CLB, weer bovenop helpen. Daarvoor rekenen we ook op jouw positieve ingesteldheid bij onze begeleidingsinspanning. Zodra je dossier wordt beschouwd als zorgwekkend, d.w.z. als je meer dan 30 dagen onwettig afwezig bent, speelt de school jouw dossier door naar het ministerie van Onderwijs en Vorming. Indien je niet meewerkt aan onze begeleidingsinspanningen, kan de directeur beslissen om je uit te schrijven, bijvoorbeeld omdat je blijft spijbelen of omdat het voor de school al een hele tijd niet duidelijk is waar je bent. 3.2.9 Van school veranderen tijdens het schooljaar Als je beslist om in de loop van het schooljaar van school te veranderen, melden je ouders dit onmiddellijk aan de school. 3.2.10 Aanwezigheid en schooltoelage Je recht op het ontvangen van een schooltoelage is gekoppeld aan je aanwezigheid op school. D.w.z. dat je op de laatste schooldag van juni ingeschreven moet zijn in een school; dat je geen overmatig aantal dagen problematisch afwezig bent; dat je na uitschrijving in de loop van het schooljaar binnen de 15 dagen ingeschreven bent in een andere school. Als je aan die voorwaarden niet voldoet, zal je de schooltoelage moeten terugbetalen.
12
3.3 Persoonlijke documenten 1. Je schoolagenda is een onmisbaar werkinstrument. Je vult je lessen en taken heel precies in. Je laat je agenda door je ouders ondertekenen. 2. Je handboeken zijn je dagelijkse werkmateriaal: je draagt zorg voor je eigen boeken, voor de gehuurde boeken en voor de boeken uit de mediatheek. 3. Volledige en verzorgde notities zijn de basis van een succesvolle studie. Daarom besteed je er bijzondere aandacht aan. Je notities bewaar je zorgvuldig thuis en je brengt ze mee naar de school als ze opgevraagd worden. 4. Taken en lesbeurten zijn belangrijk. Bovendien zijn zowel taken als lesbeurten bewijsmateriaal van je prestaties en resultaten. Op het einde van het schooljaar geef je ze af, samen met je agenda, zodat de onderwijsinspectie ze kan inkijken.
3.4 Studiebegeleiding 1. De school wil je begeleiden bij je studie. Daartoe wordt in alle leerjaren aandacht besteed aan “leren leren”. Bovendien willen alle leerkrachten je helpen bij studieproblemen. 2. In geval van ziekte, langdurige afwezigheid, of ernstige studiemoeilijkheden kan je terecht bij de studiebegeleiding van de school. 3. Deze begeleiding voorziet in de organisatie van inhaallessen tijdens de middagpauze. De inhaalles wordt door leerkrachten verzorgd. De concrete regeling (plaats, uur) wordt elk jaar aan de leerlingen bekendgemaakt. De inhaallessen worden georganiseerd door de graadcoördinatoren. Zij vormen samen met de directie, de klasleraar, de CLB-begeleider en de leerlingenbegeleider de cel leerlingenbegeleiding. 4. De leerlingenbegeleider zorgt voor de individuele begeleiding van de leerling. Hij/zij kan een leerling bij zich roepen (vb. naar aanleiding van een klassenraad). Elke leerling kan een beroep doen op de leerlingenbegeleider van zijn/haar graad. 5. Specifieke leerstoornissen (dyslexie, dyspraxie...) krijgen de nodige aandacht. Mocht je één of andere leerstoornis ervaren, dan willen wij je op een aangepaste wijze helpen. De begeleidingsmaatregelen worden dan vervat in een gemotiveerd verslag.
3.5 De klassenraad en de klassenleraar De klassenraad heeft 3 functies. In sommige omstandigheden moet de toelatingsklassenraad beslissen of een leerling als regelmatige leerling kan toegelaten worden tot een bepaalde studierichting. De begeleidende klassenraad volgt in de loop van het schooljaar jou en je studies op. De delibererende klassenraad beslist op het einde van het schooljaar of je al dan niet geslaagd bent en welk oriënteringsattest/studiebewijs je krijgt. De klassenleraar is je eerste begeleider. Hij of zij volgt je studiehouding en –vorderingen op de voet en rapporteert daarover in de klassenraad. Je kan met allerlei moeilijkheden en vragen bij je klassenleraar terecht.
3.6 Evaluatie 1. Een schooljaar is ingedeeld in drie trimesters (eerste graad) of in twee semesters (tweede en derde graad). 2. In de loop van de lesweken word je geregeld mondeling of schriftelijk overhoord over de voorbije lessen. Daarvoor krijg je cijfers 'dagelijks werk'. Die overhoringen kunnen zonder voorafgaande verwittiging gegeven worden of op afgesproken tijdstippen. De verhouding tussen de cijfers dagelijks werk en proefwerk is als volgt geregeld: - eerste graad: dagelijks werk één derde van de punten, proefwerk twee derde. 13
- tweede en derde graad: dagelijks werk één vierde van de punten; proefwerk drie vierde. 3. De cijfers van je dagelijks werk worden ingeschreven in je rapport, dat jou en je ouders geregeld een beeld geeft van je prestaties. De leerlingen van de eerste graad krijgen om de veertien dagen een rapport, die van de tweede graad om de drie weken. In de derde graad zijn er twee rapporten per trimester. 4. Geregeld geven leerkrachten herhalingstoetsen. Datum en leerstof worden vooraf afgesproken. 5. In de tweede graad leg je halverwege het semester (d.w.z. voor Pasen) proefwerken af voor enkele majorvakken. Dit is een korte proefwerkenperiode. Je krijgt dan ook een beperkt rapport. 6. Naarmate je ouder wordt, leer je grotere leerstofgehelen te verwerken. Daarom krijg je in de derde graad voor Pasen slechts één of twee proefwerken. De resultaten worden bekendgemaakt na de paasvakantie. 7. Op het einde van een trimester/semester wordt een proefwerkenperiode georganiseerd. Tijdens die periode zijn er elke dag één of twee proefwerken in de voormiddag. In de namiddag is er studietijd thuis of in de studiezaal op school. Sommige klassen kunnen ook een proefwerk krijgen op een namiddag. 8. Voor sommige vakken geldt het systeem van permanente evaluatie. Dit wil zeggen dat de leerkracht geregeld kleine overhoringen geeft en op vastgestelde tijdstippen grote toetsen. Er wordt geen eindtest georganiseerd. 9. Seminaries en projecten maken integraal deel uit van je studiepakket. Daarom krijg je daarvoor elk semester een quotering op je rapport. Voor projecten in de zesdes krijg je een tussentijdse en een eindevaluatie. De delibererende klassenraad brengt dus ook deze resultaten in rekening. Het zonder duidelijk bronvermelding geheel of gedeeltelijk overnemen van gegevens bij schriftelijke opdrachten noemen we plagiaat, en valt onder de beschikkingen van punt 12. 10. Proefwerken worden schriftelijk gemaakt. In het vierde, vijfde en zesde jaar zal je evenwel voor enkele vakken mondeling overhoord worden. 11. In bijzondere omstandigheden (bv leerstoornis, handicap) kan de directie je toestaan proefwerken mondeling of schriftelijk af te leggen. Zij doet dit in overleg met de leerkrachten. 12.Wanneer een personeelslid van de school je betrapt op een onregelmatigheid bij de proefwerken, verzamelt het personeelslid de nodige bewijsstukken en treft hij een ordemaatregel die alleen tot doel heeft een verder normaal verloop van de proefwerken mogelijk te maken. Hij beslist zelf niet over de gevolgen van de vastgestelde onregelmatigheid. Proefwerken neem je ernstig: elk gedrag in het kader van de beoordeling van een vak waardoor je het vormen van een juist oordeel omtrent je kennis, inzicht en/of vaardigheden dan wel de kennis, het inzicht en/of de vaardigheden van andere leerlingen onmogelijk maakt of poogt te maken, wordt beschouwd als een onregelmatigheid. We denken bv. aan: spieken, het gebruik van niettoegelaten materialen, technieken en hulpmiddelen, … Na de vaststellingen van het personeelslid van de school, zal jij, eventueel bijgestaan door je ouders, steeds gehoord worden door de voorzitter van de delibererende klassenraad. Hij verzamelt de bewijsstukken en stelt een dossier op met daarin de verklaring van het personeelslid van toezicht, jouw verklaring en die van je ouders. Dit dossier wordt aan de klassenraad bezorgd. Indien de klassenraad oordeelt dat er effectief sprake is van fraude, dan worden je ouders hiervan op de hoogte gebracht. . De delibererende klassenraad kan uitgaan van de veronderstelling dat je gefraudeerd hebt omdat je de leerstof die werd getoetst niet kende. Hij kan ook beslissen je voor dit vak een bijkomende proef toe te kennen. Het plegen van fraude kan tot gevolg hebben dat het bewuste proefwerk nietig wordt verklaard. Deze nietigverklaring heeft tot gevolg dat je geen cijfer krijgt voor het proefwerk. Wanneer de onregelmatigheid pas aan het licht komt op het moment dat er reeds een getuigschrift of diploma werd uitgereikt, dan kan de school , ongeacht het moment waarop de onregelmatigheid wordt vastgesteld, de afgeleverde getuigschriften en diploma’s terugvorderen. Dit zal gebeuren wanneer de fraude zo ernstig is dat de behaalde resultaten nietig zijn en de genomen beslissing als juridisch onbestaande moet worden beschouwd. 14
Het vaststellen van ernstige vormen van fraude kan bovendien leiden tot het opstarten van een tuchtprocedure. 13. Wij controleren nauwgezet je aanwezigheid tijdens de proefwerkenperiode. Je kan in principe enkel afwezig zijn wegens ziekte. Daarom dien je voor elke afwezigheid tijdens de proefwerkenperiode een medisch attest voor te leggen. Dat bewijs geef je af aan de directeur of aan de adjunct-directeur ten laatste op de dag dat je naar school terugkomt. 14. Je ouders en jijzelf hebben het recht om je proefwerk in te kijken. Daartoe maken je ouders een afspraak met de directie.
3.7 De deliberatie op het einde van het schooljaar 3.7.1 Hoe functioneert een delibererende klassenraad? De delibererende klassenraad bestaat ten minste uit de leerkrachten die dit schooljaar bij je opleiding betrokken zijn, en wordt voorgezeten door de directeur of zijn afgevaardigde. Een leerkracht mag tijdens de delibererende klassenraad niet deelnemen aan de bespreking van een leerling waaraan hij privélessen of een schriftelijke cursus heeft gegeven of waarmee hij bloed- of aanverwant is tot en met de vierde graad (dit betekent dat een leerkracht niet mag delibereren over zijn kinderen (eerste graad), zijn kleinkinderen of broers en zussen (tweede graad), de kinderen van zijn broers en zussen (derde graad), zijn neven en nichten (vierde graad) en al hun aanverwanten). Op het einde van het schooljaar beslist deze vergadering volledig autonoom: - of je al dan niet geslaagd bent; - welk oriënteringsattest en/of studiebewijs je krijgt. De delibererende klassenraad zal je ook raad geven voor je verdere studieloopbaan. Hij steunt zich daarbij op: - het resultaat van je globale evaluatie (die betrekking heeft op de volledige wekelijkse lessentabel); - beslissingen, vaststellingen en adviezen van de begeleidende klassenraad doorheen het schooljaar; - je mogelijkheden i.v.m. verdere studies. De beraadslagingen van de delibererende klassenraad zijn geheim. Als de klassenraad van oordeel is dat je wel geslaagd bent, maar dat je best een onderdeel van de leerstof van één of ander vak tijdens de vakantie wat zou uitdiepen of op peil houden, dan kan hij je als studiehulp een vakantiewerk geven. Je wordt hiervan via het eindrapport of per brief verwittigd. De kwaliteit van het afgeleverde werk alsmede de ernst waarmee het werd uitgevoerd, kunnen reeds belangrijk zijn voor het volgende schooljaar. De klassenraad kan je via het eindrapport of per brief ook uitdrukkelijk een waarschuwing geven. Ondanks één of meer tekorten, wordt toch een positieve beslissing genomen. Je krijgt één jaar tijd om bij te werken. Onze school zal je hierbij helpen. Komt er echter geen merkbare positieve evolutie, dan kan men het volgend schooljaar onmogelijk even soepel zijn. 3.7.2 Mogelijke beslissingen -
Behalve op het einde van je secundaire studieloopbaan, spreekt de delibererende klassenraad zich, op basis van je prestaties in het voorbije schooljaar, op de eerste plaats uit over je slaagkansen in het volgende schooljaar: - krijg je een oriënteringsattest A, dan word je zonder beperkingen toegelaten tot het volgende leerjaar; ook met een oriënteringsattest B ben je nog geslaagd: je mag naar het volgende leerjaar overgaan, maar bepaalde onderwijsvorm(en) of basisopties/studierichting(en) waarin men je weinig kansen toemeet (bv. omdat bepaalde resultaten te zwak zijn), worden uitgesloten; als je niet geslaagd bent, dan krijg je oriëntering attest C (bv. omdat het globale resultaat zo zwak is dat je niet mag overgaan naar een volgend leerjaar)
Een oriënteringsattest is bindend.
15
-
Eindleerjaren van een graad worden bekrachtigd met een studiebewijs dat waardevol kan zijn voor je later functioneren in de maatschappij: - een getuigschrift van de eerste graad; - een getuigschrift van de tweede graad; - een diploma van secundair onderwijs (op het einde van het tweede leerjaar van de derde graad)
3.7.3 Geschreven adviezen De delibererende klassenraad kan, zowel bij een oriënteringsattest A, B of C, een advies formuleren en dit schriftelijk via je rapport of een brief aan je ouders meedelen. Dit advies kan o.a. omvatten: - raadgevingen m.b.t. je studie- en werkmethode; - concrete, individuele suggesties om vastgestelde tekorten of zwakke punten weg te werken; - suggesties rond het voortzetten van je studies (bijvoorbeeld het al dan niet overzitten). 3.7.4 Betwisting van de genomen beslissing door je ouders De beslissing die een delibererende klassenraad neemt, is steeds het resultaat van een weloverwogen evaluatie in het belang van de leerling. Het is uitzonderlijk dat dergelijke beslissingen door ouders worden aangevochten. Mocht dit bij jou toch het geval zijn, dan moeten je ouders de volgende procedure volgen. 1.
Binnen een termijn van drie dagen (zaterdag, zondag en wettelijke feestdagen niet meegerekend) volgend op de dag van de uitdeling van de rapporten, kunnen zij een persoonlijk onderhoud aanvragen met de afgevaardigde van het schoolbestuur of de voorzitter van de delibererende klassenraad (meestal de directeur) of zijn afgevaardigde. Dit gebeurt ofwel telefonisch op het nummer 09 225 11 47 (tussen 9 en 17 uur), ofwel schriftelijk bij de directeur. Tijdens dit overleg maken je ouders hun bezwaren kenbaar. De afgevaardigde van het schoolbestuur of de voorzitter van de delibererende klassenraad (meestal de directeur) of zijn afgevaardigde toont, aan de hand van je dossier, aan dat de genomen beslissing gegrond is. Dit overleg, waarvan het resultaat per aangetekende brief aan je ouders wordt meegedeeld, leidt tot één van de drie volgende conclusies: men heeft je ouders er inderdaad kunnen van overtuigen dat de genomen beslissing gegrond is: er is geen betwisting meer; men oordeelt dat de door je ouders aangebrachte elementen geen nieuwe bijeenkomst van de delibererende klassenraad rechtvaardigen, maar je ouders zijn het daar niet mee eens; de betwisting blijft bestaan; men is van oordeel dat de redenen die je ouders bij hun betwisting aandragen, het overwegen waard zijn. In dit geval roept men zo spoedig mogelijk de delibererende klassenraad opnieuw samen; de betwiste beslissing wordt opnieuw overwogen. Afhankelijk van het resultaat van deze bijeenkomst, die aan je ouders ook schriftelijk wordt meegedeeld, blijft de betwisting al dan niet bestaan.
2.
Als de betwisting blijft bestaan, dan kunnen je ouders per aangetekende brief beroep instellen bij: Mr. Jacques De Decker Voorzitter Interne Beroepscommissie Zilverenberg 1 9000 Gent Dit moet gebeuren binnen een termijn van drie dagen (zaterdag, zondag en wettelijke en reglementaire feestdagen niet meegerekend) nadat het resultaat werd meegedeeld van: hetzij het overleg waarbij de betwiste beslissing bevestigd werd; hetzij de nieuwe klassenraad, bijeengeroepen op basis van elementen van het overleg, waarmee je ouders echter nog niet akkoord kunnen gaan. De beroepscommissie onderzoekt je klacht grondig en deelt het resultaat mee aan het schoolbestuur.
Als het beroep niet tijdig wordt ingesteld of niet aangetekend wordt verzonden, zal dat tot de onontvankelijkheid van het beroep leiden. Dat betekent dat de interne beroepscommissie het beroep inhoudelijk niet zal kunnen behandelen. 16
De beroepscommissie onderzoekt je klacht grondig en deelt het resultaat mee aan het schoolbestuur. 3.
Het schoolbestuur beslist op grond van het door de beroepscommissie uitgevoerde onderzoek of de delibererende klassenraad wel of niet opnieuw moet samenkomen: indien de delibererende klassenraad niet opnieuw moet samenkomen, deelt het schoolbestuur deze beslissing binnen een redelijke termijn bij aangetekend schrijven aan je ouders mee en motiveert ze; indien de delibererende klassenraad wél opnieuw moet samenkomen, gebeurt dit ten laatste op 15 september van het daaropvolgende schooljaar. Het schoolbestuur deelt de gemotiveerde beslissing van de delibererende klassenraad onmiddellijk bij aangetekend schrijven aan je ouders mee.
4.
Maar hopelijk komt het allemaal zo ver niet en slaag je erin op 30 juni het schooljaar succesvol af te sluiten zodat jezelf en je ouders best tevreden zijn met je resultaat. Dat succes wensen wij je ook van ganser harte toe!
4. Orde- en tuchtreglement 4.1 Leefregels 4.1.1. Rustig en stijlvol De leerlingen van onze school vormen een grote groep. Om alles ordelijk te laten verlopen, dien je enkele regels te respecteren. 1. Bij het belteken gaan de leerlingen van de eerste graad in de rij staan. Zij volgen rustig de leraar naar de klas. In principe gaan leerlingen van de eerste graad niet zonder leraar naar de klas. Leerlingen van de tweede en de derde graad gaan rechtstreeks naar het lokaal. 2. Leerlingen van het eerste jaar hebben een eigen klaslokaal en vaklokalen. Vanaf het tweede jaar krijg je les in vaklokalen. Bij de leswisseling blijf je steeds rustig. De verplaatsing naar de lokalen gebeurt rustig, maar zonder slenteren. 3. In sommige lokalen, zoals laboratoria, geldt een bijzonder reglement dat de veiligheid en de goede orde op het oog heeft. Iedereen draagt er zorg voor uitrusting en toebehoren. 4. Wanneer je uit de klas gestuurd wordt, moet je je melden bij de directeur. Als hij afwezig is, ga je naar het onthaal. 5. Van jou wordt verwacht dat je je op weg naar en van de school stijlvol gedraagt. Daarom en ook om niemand te hinderen, worden in de buurt van de school (Volmolenstraat, kruispunt Nieuwpoort-Tussen ’t Pas – Kalvermarkt, Zilverenberg) en aan de uitgang geen dralende groepen gevormd. 6. Op school verkoop je geen producten aan medeleerlingen (drank, snoep, CD's,...) 7. Je brengt naar school alleen boeken en voorwerpen mee die je op school kunt gebruiken. Snijmessen, scharen, aanstekers, ... laat je thuis. 8. Een GSM-toestel, mp3-speler, i-pod, … gebruik je niet op het terrein van de school. Je bent er zelf verantwoordelijk voor. Waardevolle voorwerpen berg je op op een veilige plaats. De school is niet aansprakelijk voor verlies van deze voorwerpen. 9. Als er sneeuw ligt mag je om veiligheidsredenen niet met sneeuwballen gooien.
17
4.1.2. Elkaar respecteren In een school leef je niet alleen. Er zijn medeleerlingen, opvoeders en leerkrachten, schoonmaaksters en keukenpersoneel, bezoekers aan de school. Een respectvolle omgang met de mensen die je ontmoet, maakt het leven aangenamer. 1. Je medeleerlingen zijn evenveel waard als jijzelf. Je behandelt hen dus zoals jezelf verwacht van hen. Je zorgt ervoor dat zij ruimte en kansen krijgen om te leren en te leven. Je wordt zelf niet graag uitgelachen of gepest. Pesten wordt niet getolereerd; we verwachten bovendien dat je pestgedrag signaleert als je er getuige van bent. Uitspraken of daden, o.a. ook via het internet, die schade toebrengen aan je medeleerlingen of hen in opspraak brengen, kunnen aanleiding geven tot een tuchtprocedure. 2. Wij verwachten dat je respect hebt voor mensen uit andere culturen. We leven in een grote wereld met intense interculturele contacten. We beschouwen dit als een rijkdom. 3. Racisme in woorden en gedragingen vinden wij onaanvaardbaar. Wij roepen je op om niet in slogans over mensen van andere culturen te spreken. 4. Wij verwachten dat je meewerkt aan projecten die interculturele samenwerking bevorderen. Hierbij valt te denken aan lessen en infodagen waarin deze problematiek ter sprake komt.
5. Conflicten los je nooit op met geweld. Als je er zelf niet in slaagt om een probleem uit te praten, kan je steeds een beroep doen op leerkrachten, directie en CLB-begeleider. 6. Schooltassen, pennen, rekenmachines en allerhande schoolgerei van jezelf en van je medeleerlingen dien je zorgzaam te behandelen. 7. Directie, leerkrachten en opvoeders, alle personeelsleden van de school spreek je aan en behandel je op een beleefde en correcte wijze. Uitspraken of daden, o.a. ook via het internet, die schade toebrengen aan deze personeelsleden of hen in opspraak brengen, kunnen aanleiding geven tot een tuchtprocedure. 8. In teksten en in beeldmateriaal respecteer je steeds de betrokken personen: leerlingen, leerkrachten en andere personeelsleden, ouders. We denken hierbij aan publicaties als schoolkrant, foto en film, website. 9. Op school kan je het internet gebruiken in en buiten de lessen. Dit is bedoeld voor schoolwerk. De directie heeft het recht om surfgedrag te controleren en, indien nodig, maatregelen te treffen. Het zal ook gebeuren in geval van cyberpesten, het plaatsen van filmpjes en foto’s op het web, schending van de privacy. 10. Zoals op alle privédomeinen is het op onze school niet toegestaan – op welke wijze dan ook – foto’s te nemen of filmopnamen te maken zonder voorafgaande toestemming van de betrokken persoon. Volgens de privacywet mag je foto’s of filmopnamen waarop medeleerlingen, personeelsleden van de school of andere personen herkenbaar weergegeven zijn, niet publiceren tenzij je uitdrukkelijk de toestemming hebt van alle betrokkenen. 11. Nette en verzorgde kledij getuigt van respect voor jezelf en je medeleerlingen. Buitensporige en opvallende klederdracht (bv. een uitgerafelde, gescheurde of besmeurde broek, T-shirts met ongepaste teksten), oorringen (jongens), opvallende haartooi, piercings, en vrijetijdskledij passen niet op school. In het schoolgebouw draag je geen hoofddeksel. 12. Taal is het beste communicatiemiddel: je gebruikt steeds een verzorgde taal. Krachttermen en schuttingwoorden laat je achterwege. De school is een uitgelezen oefenplaats voor het gebruik van het algemeen Nederlands. 4.1.3 Een schone school In onze school is een hele schoonmaakploeg aan het werk. Het werk van de schoonmaakploeg kan maar echt doeltreffend zijn wanneer iedereen meewerkt aan de netheid van gebouwen, speelplaats en toiletten.
18
1. Je houdt de lokalen schoon: papier gooi je in de papierbak. Je plaatst je stoel onder de tafel als je het lokaal verlaat. 2. Je zorgt voor een fraaie klasdecoratie. Schreeuwerige prenten maken je onrustig. Klasversiering houdt trouwens best verband met lesonderwerpen. Je bespreekt de klasdecoratie met je klasleraar. 3. Lesmateriaal zoals meetlatten, passers, kaartenhangers, bordenvegers en krijt dien je zorgzaam te behandelen. Je gooit niet met krijt of bordenvegers. Je klopt geregeld het stof uit de bordenvegers door het raam met een lat, en niet op de buitenmuur. 4. Je eet nooit in leslokalen en gangen. 5. Op de speelplaats staan voldoende vuilnisbakjes om papier en ander afval te deponeren. Blikjes gooi je in de rode blikbakken. Je knoeit niet met de bloemen en de planten. 6. Wie zelf een schoon toilet wil, laat het ook net achter voor anderen. 7. Om je spullen net en ordelijk op te bergen, kan je gebruik maken van kluisjes. Je vraagt ze aan via het inschrijvingsformulier, of in de loop van het schooljaar op het leerlingensecretariaat. 4.1.4. Een gezond leven In onze samenleving zijn er vele kansen en mogelijkheden. Jongeren worden in de media bijzonder aangesproken om veel te consumeren. Bij deze overvloedige consumptiedrang hebben we zo onze bedenkingen, niet in het minst omdat niet alle producten en gedragingen goed zijn. 1. Leerkrachten en opvoeders hebben de opdracht je te helpen bij gezonde eetgewoontes. Zij zullen je aanmerkingen geven als je overdadig snoept, als je om de haverklap gaat eten. De keuken van het college zorgt voor een gezond en evenwichtig menu. In de eetzaal wordt erop toegezien dat je voldoende eet. Om 10 uur kan je een gezond tussendoortje gebruik in de eetzaal. 2. Overdadig alcoholgebruik is schadelijk voor je fysieke en geestelijke toestand. Je brengt er ook geen mee, ook niet op extra-muros-activiteiten. 3. Tabak schaadt de gezondheid. Daarom rook je niet binnen de muren van het college en ook niet in de Volmolenstraat. Op die manier zet je anderen niet aan om te roken. Je rookt evenmin bij excursies, sporten bezinningsdagen en schoolreizen. 4. We willen ingaan tegen de trend om wat achteloos om te gaan met je eigen lichaamsverzorging. Jijzelf en je omgeving zijn het meest gebaat met een goede hygiëne. 5. Sommige genotmiddelen, en meer bepaald de illegale drugs - verder kortweg “drugs” genoemd -, zijn door de wet verboden. Ze kunnen een ernstig gevaar zijn voor je gezondheid en die van je medeleerlingen. Op onze school zijn het bezit, het gebruik, het onder invloed zijn en het verhandelen van dergelijke drugs dan ook strikt verboden. Vanuit haar opvoedende opdracht voert onze school terzake een preventiebeleid. Wij nodigen alle schoolbetrokken partners uit aan dit beleid mee te werken. Als je in moeilijkheden geraakt of dreigt te geraken met drugs, dan zal onze school op de eerste plaats een hulpverleningsaanbod doen. Dit neemt echter niet weg dat we conform het orde- en tuchtreglement sancties kunnen nemen. Dit zal o.m. het geval zijn wanneer je niet meewerkt met dit hulpverleningsaanbod, wanneer je het begeleidingsplan niet naleeft of wanneer je medeleerlingen bij drugsgebruik betrekt.
4.1.5. Een veilige school: ieders verantwoordelijkheid 1. De school treft maatregelen m.b.t. brandpreventie, brandbestrijding en evacuatie. Onder leiding van de veiligheidscoördinator en de preventieadviseur worden elektrische installaties, de stookinstallatie en toestellen gecontroleerd en worden inspanningen gedaan om defecten op te sporen en te herstellen. Het
19
brandpreventieprogramma wordt geregeld bijgestuurd. Geregelde evacuatieoefeningen staan op het programma. 2. De school vraagt van de leerlingen respect voor de vele inspanningen terzake, en verantwoordelijkheidszin: je speelt niet met vuur, je knoeit niet met toestellen en installaties, je laat de noodsignalisatie onbeschadigd op haar plaats. Door de veiligheidsmaatregelen te eerbiedigen en defecten, storingen en gevaren te signaleren bij de directie werk je mee aan de veiligheid op school. 3. Om je (waardevolle) bezittingen veilig te bewaren, kan je een kluisje huren. De directe behoudt zich het recht voor om, in geval van een ernstig vermoeden van overtreding van het schoolreglement, de inhoud van de kluisjes te controleren in het bijzijn van de gebruiker.
4.2. Eerste hulp en het gebruik van geneesmiddelen op school 4.2.1 Eerste hulp De school beschikt over een verzorgingslokaal waar je de eerste zorgen kan krijgen als je het slachtoffer wordt van een ongeval of als je je onwel voelt. De school beschikt ook over enkele personeelsleden die geregeld opleiding volgen om eerste hulp te verstrekken. Als je eerste hulp nodig hebt, laat je dat meteen weten aan één van onze personeelsleden. Zo nodig zal de school de hulp van gespecialiseerde diensten inroepen of jou zelf naar het ziekenhuis laten voeren. De school zal je ouders of een andere contactpersoon zo snel mogelijk verwittigen. Als je een beroep doet op eerste hulp, dan wordt dat in een register genoteerd. De bedoeling is zo na te gaan welke ongevallen op school zoal gebeuren, zodat we maatregelen kunnen nemen om die te voorkomen. Op het einde van het jaar worden de gegevens in dit register vernietigd. 4.2.2 Toezien op het gebruik van geneesmiddelen Als je minderjarig bent en je moet tijdens de schooluren geneesmiddelen nemen, kunnen je ouders de school vragen om er op toe te zien dat dit stipt gebeurt. Je ouders vragen dan een formulier aan dat zij en de behandelende arts vooraf moeten invullen en ondertekenen. De school zal dan instaan voor de bewaring van de geneesmiddelen en een personeelslid zal erop toezien dat je je geneesmiddelen stipt neemt. Dat wordt telkens genoteerd in een register. Op het einde van het schooljaar worden de gegevens in dat register vernietigd. De geneesmiddelen worden uitsluitend in het verzorgingslokaal ter beschikking gesteld. Zo nodig zal het toeziend personeelslid je helpen (bijvoorbeeld voor het indruppelen), maar in geen geval zal het personeelslid andere medische handelingen stellen (bijvoorbeeld een inspuiting), want dat is strikt verboden. Neem je het geneesmiddel om een of andere redenen niet, dan worden je ouders daarvan op de hoogte gesteld. 4.2.3 Je wordt ziek op school De school mag geen medische handelingen stellen en zal in geen geval geneesmiddelen ter beschikking stellen, ook geen pijnstillers.
4.3.
Privacy
De school verwerkt persoonsgegevens van alle ingeschreven leerlingen met behulp van de computer. Dat is nodig om de leerlingenadministratie en de leerlingenbegeleiding efficiënt te organiseren. Wat de leerlingenadministratie betreft, heeft de school een wettelijke basis om je gegevens te verwerken. Jouw uitdrukkelijke instemming is dan ook niet vereist. Wat de gegevensverwerking in het kader van de schoolinterne leerlingbegeleiding betreft, heeft de school jouw instemming wél nodig. Meer informatie over onze schoolinterne leerlingbegeleiding vind je in punt (deel III.2 ). De verwerking van deze gegevens is ingeschreven in het openbaar register onder het nummer 001627125 (leerlingenadministratie) en onder het nummer 001627026 (leerlingenbegeleiding). Je kan dit dossier raadplegen bij de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, Regentschapsstraat 61 1000 Brussel (02 542 72 00).
20
Om gepast te kunnen optreden bij risicosituaties, verwerkt de school ook gegevens betreffende de gezondheidstoestand van sommige leerlingen, maar dat gebeurt enkel met de schriftelijke toestemming van de leerlingen of hun ouders. De school publiceert geregeld beeldopnamen van leerlingen op haar website, in Contact “Flits” en dergelijke. De bedoeling van deze beelden is geïnteresseerden op school en daarbuiten op een leuke wijze te informeren over de schoolse activiteiten. Leraren en andere personeelsleden van de school zullen beeldopnamen met respect voor de afgebeelde personen maken. Ze worden steeds genomen in een normale schoolcontext. De school waakt erover dat de beeldopnamen niet aanstootgevend kunnen zijn. Bij twijfel zal de school zich steeds tot de betrokkenen wenden en hun toestemming vragen. We gaan ervan uit dat je geen bezwaar hebt tegen de publicatie van beeldopnamen die in een schoolse context worden genomen. Mocht je daar toch bezwaar tegen hebben, dan kan je dat ten allen tijde (bij de ondertekening van het schoolreglement of elk later tijdstip) melden aan de directie. We zullen je bezwaar respecteren en geen beelden van jou publiceren.
4.4. Orde- en tuchtmaatregelen Het orde- en tuchtreglement is een middel om de goede gang van zaken in onze opvoedingsgemeenschap te vrijwaren. 4.4.1. Begeleidende maatregelen Wanneer je gedrag het onderwijs- of vormingsgebeuren op school hindert of in gevaar brengt, kan de school in overleg met jou en je ouders maatregelen voorstellen. In een begeleidingscontract kunnen er bindende gedragsregels worden vastgelegd. Deze moeten ertoe bijdragen dat je je gedrag zo aanpast dat een goede samenwerking met personeelsleden en/of leerlingen opnieuw mogelijk wordt. 4.4.2. Ordemaatregelen 1
Als je het onderwijs- of vormingsgebeuren op school hindert, kan er een ordemaatregel worden genomen.
2
Mogelijke ordemaatregelen zijn: • een verwittiging; • strafwerk; • de tijdelijke verwijdering uit de les; je meldt je dan onmiddellijk bij de directie of op het onthaal; • een alternatieve ordemaatregel; • een strafstudie Deze ordemaatregelen kunnen worden genomen door het bestuurs-, onderwijzend en ondersteunend personeel van het schoolbestuur.
3
Tegen een ordemaatregel is geen beroep mogelijk.
4.4.3. Tuchtmaatregelen 1
Als je gedragingen stelt die een gevaar vormen voor het onderwijs- en vormingsgebeuren, kan er een tuchtmaatregel opgelegd worden. Dit zal bv. het geval zijn: • als ordemaatregelen tot niets hebben geleid; • als je ernstige of wettelijk strafbare feiten stelt; • als je de realisatie van het pedagogisch project in gevaar brengt.
2
Mogelijke tuchtmaatregelen zijn: • een tijdelijke verwijdering uit de lessen van één of meer vakken; • een tijdelijke uitsluiting uit de school voor de maximale duur van 10 schooldagen; • een definitieve uitsluiting uit de school. 21
3
Tuchtmaatregelen kunnen alleen genomen worden door de directeur of een afgevaardigde van het schoolbestuur. Als hij de definitieve uitsluiting overweegt, wint hij eerst het advies van de begeleidende klassenraad in.
4
In afwachting van een eventuele tuchtmaatregel, kan je als bewarende maatregel enige tijd de toegang tot de school worden ontzegd. Je wordt preventief geschorst. Uiteraard kan een dergelijke preventieve schorsing enkel genomen worden in uiterst dringende omstandigheden: • voor zware gedragsmoeilijkheden die kunnen leiden tot je definitieve uitsluiting; • wanneer je aanwezigheid op school een gevaar vormt voor jezelf, medeleerlingen of personeelsleden van de school. Alleen de directeur of een afgevaardigde van het schoolbestuur kan beslissen tot een dergelijke preventieve schorsing. Deze maatregel wordt schriftelijk en kort gemotiveerd meegedeeld aan je ouders. Hij gaat onmiddellijk in. Deze maatregel wordt bevestigd en zo nodig nader gemotiveerd in de brief waarmee de tuchtprocedure wordt opgestart. De preventieve schorsing duurt dus tot wanneer er een tuchtmaatregel wordt uitgesproken of de tuchtprocedure wordt stopgezet.
5
Als de directeur of de afgevaardigde van het schoolbestuur van mening is dat er reden is om een tuchtmaatregel uit te spreken, dan word je per aangetekende brief opgeroepen voor een onderhoud. Je wordt samen met je ouders en eventueel een raadsman gehoord over de vastgestelde feiten. Deze raadsman is niet noodzakelijk een advocaat. Dit onderhoud vindt ten vroegste plaats op de zesde werkdag na verzending van de brief (poststempel). Je ouders, eventueel je raadsman, en jijzelf krijgen vooraf inzage in je tuchtdossier.
6
De directeur of de afgevaardigde van het schoolbestuur brengt je ouders binnen drie werkdagen per aangetekende brief op de hoogte van zijn gemotiveerde beslissing. Pas na deze mededeling wordt de tuchtmaatregel van kracht.
7
Tegen tuchtmaatregelen is er geen beroep mogelijk, behalve tegen de definitieve uitsluiting. Uiterlijk de zesde werkdag na verzending van de beslissing tot definitieve uitsluiting (poststempel), kunnen je ouders per aangetekende brief beroep indienen bij de voorzitter van de interne beroepscommissie: Sint-Lievenscollege Mr J. De Decker Zilverenberg 1 9000 Gent Het beroep schort de uitvoering van de eerder genomen tuchtbeslissing niet op. Je wordt per brief opgeroepen om samen met je ouders en eventueel een raadsman, voor deze interne beroepscommissie te verschijnen. Uiterlijk tien werkdagen na ontvangst van het beroep komt deze beroepscommissie dan samen. Als het beroep niet tijdig wordt ingesteld of niet aangetekend wordt verzonden, zal dat tot de onontvankelijkheid van het beroep leiden. Dat betekent dat de interne beroepscommissie het beroep inhoudelijk niet zal kunnen behandelen. Je ouders, eventueel je raadsman, en jijzelf krijgen voorafgaandelijk inzage in je tuchtdossier. De interne beroepscommissie kan de straf bevestigen, vernietigen, of vervangen door een lichtere straf. De interne beroepscommissie brengt je ouders binnen een redelijke termijn per aangetekende brief op de hoogte van haar gemotiveerde beslissing. Deze beslissing is bindend voor alle partijen.
8
Een personeelslid van de school of van het CLB kan bij de toepassing van dit tuchtreglement niet optreden als raadsman van jezelf en/of je ouders.
22
9 10
Bij de uiteindelijke beslissing kan geen rekening worden gehouden met gegevens die je niet vooraf zijn bekendgemaakt en/of die geen deel uit maken van je tuchtdossier. Buitenstaanders mogen je tuchtdossier niet inzien, behalve wanneer je ouders er schriftelijk toestemming voor geven.
11
Bij definitieve uitsluiting word je door de directeur of zijn afgevaardigde en door het begeleidend CLB actief bijgestaan bij het zoeken naar een andere school.
12
Je tuchtdossier kan niet worden overgedragen naar een andere school.
4.4.4. Recht op opvang Als je, na de voorziene procedure, preventief bent geschorst en/of tijdelijk of definitief bent uitgesloten, kunnen je ouders vragen om je op te vangen. Dit gebeurt door een gemotiveerde aanvraag. Als de school op deze vraag niet ingaat, zullen zij dit schriftelijk en gemotiveerd meedelen aan je ouders. Als de school op deze vraag wel ingaat, dan worden er afspraken gemaakt met jou en je ouders.
DEEL III – INFORMATIE De bepalingen opgenomen in dit deel zijn meer van informatieve aard. Ze maken strikt genomen geen deel uit van het schoolreglement. De school heeft het recht de informatie opgenomen in dit deel in de loop van het schooljaar te wijzigen, indien nodig na consultatie van de participatieorganen.
1. Wie is wie ? Bij het begin van het schooljaar krijg je een brochure met namen van klasleraren, ondersteunend personeel en verantwoordelijken van werkgroepen en activiteiten. Het is een nuttig ‘wie-is-wie-boekje’. 1. Het schoolbestuur (Inrichtende Macht) Vzw Katholiek Onderwijs Gent-agglomeratie (KOGA) De inrichtende macht bestuurt humaniora en handelsschool Sint-Lievenscollege, eerste graad en bovenbouw Sint-Janscollege. De zetel is Zilverenberg 1, 9000 Gent. Voorzitter: dhr. Rony Schelfout Secretaris: E.H. Norbert Coorevits Leden: E.H. Hubert Van den Braembussche, dhr. Jacques De Decker, dhr. Luc Peelman, dhr. Jozef Maenhout, dhr. Roger de Sutter, dhr. Vincent Ongenaet, dhr. Etienne Scherpereel, dhr. Ronny Verhoeven. Het Sint-Lievenscollege behoort tot de scholengemeenschap Edith Stein 2. De directie Algemeen directeur: dhr. Johan Boesman Directeur 1e graad: dhr. Steven Ronsijn Adjunct-directeur 2e + 3e graad: dhr. Hans Boussery Internaatsbeheerder: dhr. Dirk Braet Logistiek beheerder: dhr. Dirk Verbeke 3. Graadcoördinatoren Eerste graad: dhr. Steven Lasseel Tweede graad: dhr. Koen Vandamme Derde graad: dhr. Koen Vandamme
23
4.Leerlingenbegeleiders Mevr. Hilde Deproost, mevr. Cathy Van Damme, dhr. Dirk Maes, dhr. Wouter Vlerick, dhr. Kris Mattheeuws.
5. CLB-begeleider Mevr. Goedele D’heu 6. Schoolarts Dokter Hilde Desmidt
7. De interne beroepscommissie Voorzitter: dhr. Jacques De Decker
2. Het Centrum voor Leerlingenbegeleiding Het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) heeft als opdracht bij te dragen tot het welbevinden van leerlingen, en situeert de begeleiding van leerlingen op vier domeinen: • het leren en studeren; • de onderwijsloopbaan; • de preventieve gezondheidszorg; • het psychisch en sociaal functioneren. De school en het CLB hebben een gezamenlijk beleidscontract opgesteld dat de afspraken en aandachtspunten voor de leerlingenbegeleiding vastlegt. De ouders zijn hierover geconsulteerd via de schoolraad. Niet alleen de school, maar ook de leerlingen en ouders kunnen het CLB om hulp vragen. Het CLB werkt gratis en discreet. Als de school aan het CLB vraagt om een leerling te begeleiden, zal het CLB een begeleidingsvoorstel doen. Als je 12 jaar bent, de leeftijd waarvan de regelgever vermoedt dat jij voldoende competent bent om dit recht zelfstandig uit te oefenen, zet het CLB de begeleiding slechts voort als je hiermee instemt. In het andere geval of als je jonger bent dan 12 jaar wordt de begeleiding alleen voortgezet na instemming van je ouders. Onze school wordt begeleid door het Vrij CLB regio Gent, Holstraat 95, 9000 Gent Indien je van een school komt die begeleid wordt door een ander CLB, zal het multidisciplinair leerlingendossier na verloop van 10 dagen na de inschrijving bezorgd worden aan het Vrij CLB regio Gent. Jij of je ouders hoeven daar zelf niets voor te doen. Bij een inschrijving voor een volgend schooljaar wordt dit dossier pas na 1 september overgedragen. "Als de leerling dit niet wenst, moet hij/zij – of de ouders als hij/zij nog geen 12 jaar is of niet competent geacht wordt om dit recht zelfstandig uit te oefenen – binnen een termijn van 10 dagen na de inschrijving schriftelijk verzet aantekenen bij het CLB dat de vorige school begeleidt". Ken je het adres van dit CLB niet, dan kan dit worden bekomen in de hoofdzetel of in één van de vestigingen van het Vrij CLB regio Gent, Holstraat 95, 9000 Gent. De identificatiegegevens, de vaccinatiegegevens en de gegevens in het kader van de verplichte CLB-opdrachten (medische onderzoeken – leerplichtproblemen) worden in elk geval aan het nieuwe CLB bezorgd. Hiertegen is geen verzet mogelijk. Jij en je ouders zijn verplicht hun medewerking te verlenen aan: • de begeleiding van leerplichtproblemen; • collectieve medische onderzoeken en/of preventieve gezondheidsmaatregelen i.v.m. besmettelijke ziekten. Je ouders of jijzelf vanaf 12 jaar kunnen, via een aangetekend schrijven aan de directeur van het CLB, verzet aantekenen tegen het uitvoeren van een verplicht consult door een bepaalde arts van het CLB. Binnen een termijn van negentig dagen dient de persoon die verzet aantekent, het verplichte consult te laten uitvoeren door een andere arts van hetzelfde CLB, een arts van een ander CLB of een andere arts buiten het CLB die beschikt over het nodige bekwaamheidsbewijs. In dat laatste geval zijn de kosten ten laste van je ouders. Het CLB is bereikbaar op het nummer 09 277 83 00 of via de school.
24
3. Jaarkalender Tweemaal per jaar verschijnt een kalender met activiteiten en vrije dagen.
4. Administratief dossier De controle of je aan de wettelijke toelatingsvoorwaarden voldoet, gebeurt aan de hand van je administratief dossier. Het is dan ook van het allergrootste belang dat we zo vlug mogelijk over de juiste gegevens beschikken. Als nieuwe leerling van het eerste leerjaar, breng je volgende documenten binnen op het secretariaat: -
het getuigschrift van basisonderwijs of een kopie, indien je dit niet hebt behaald, het bewijs van het gevolgde leerjaar; je identiteitskaart of je SIS-kaart, waarvan een fotokopie in je dossier blijft bewaard.
Nieuwe leerlingen in een hoger leerjaar, brengen hun documenten of een kopie daarvan binnen in afspraak met de directie.
5. Schoolkosten 1. Verplichte uitgaven voor benodigdheden • • • • • • • • • • • •
Schoolagenda Rapportmap Examenpapier Huiswerkpapier Turntruitje Turnbroek Kopieën Vervoer naar sportveld Onderhoud fietsen 3de graad Gebruik sportveld Digitaal leerplatform Schoolboeken
€ 8,00 € 6,00 (kan verscheidene jaren gebruikt worden) € 1,00 € 1,70 per blok € 12,00 € 12,00 € 0,05 € 2,50 per beurt € 1,50 per trimester € 3,00 per trimester € 5,00 per trimester Zie boekenlijst per leerjaar
(Schoolboeken kunnen op school besteld worden; ze kunnen ook in de boekhandel worden aangekocht).
2. Verplichte uitgaven voor activiteiten Om de eindtermen te kunnen realiseren organiseert de school verscheidene activiteiten. De prijs van deze activiteiten wordt vooraf per brief meegedeeld. • Culturele programma’s zoals toneel, film en muziek • Sportdag • Bezoek aan tentoonstelling • Educatieve uitstappen • Klas- en bezinningsdagen
3. Facultatieve uitgaven • • • • • • • •
Warme maaltijden € 5,00 Broodje € 2,50 Ontbijt € 2,00 Vieruurtje € 1,00 Frisdrank € 0,80 (€ 1,00 - € 0,20 leeggoed) Kluisje huur € 4,00 per trimester + € 10,00 waarborg Lidmaatschap oudervereniging € 8,00 Kopieën/prints op vraag van leerling € 0,10 (10 prints gratis) 25
• •
Schoolfoto’s Schoolreizen tijdens de vakantie
6.Participatie Leerlingen van elk leerjaar zijn vertegenwoordigd in de leerlingenraad. De leerlingenraden komt geregeld bijeen met de ondersteuning van de graadcoördinatoren. Samen met de personeelsleden, ouders en lokale gemeenschap zetelen de leerlingen in de schoolraad, het hoogste advies- en overlegorgaan van de school.
7.Waarvoor ben je verzekerd? De school heeft voor alle leerlingen een ongevallenverzekering afgesloten. Je bent verzekerd tijdens het “schoolleven”. Onder “schoolleven” worden de activiteiten verstaan die worden georganiseerd onder de verantwoordelijkheid van de school: de schooldag, binnen- en buitenschoolse activiteiten, in binnen- en buitenland, ook de vakantiereizen. Je bent ook verzekerd voor ongevallen op weg van en naar school. Onder de weg van en naar school verstaat de verzekering het normale traject dat je dient af te leggen tussen school (of de plaats van een activiteit die de school organiseert) en thuis en omgekeerd. De verzekeringspolis is bemiddeld door het Interdiocesaan Centrum, Guimardstraat 1, Brussel en draagt het nummer 99052211006.
8.Vrijwilligers 8.1 Vrijwilligers - organisatienota De wet betreffende de rechten van de vrijwilligers legt een aantal verplichtingen op aan de organisaties die vrijwilligers te werk stellen. Ook onze school maakt bij de organisatie van verschillende activiteiten gebruik van vrijwilligers. Wij kunnen rekenen op vele ouders, leerlingen, oud-leerlingen en nog vele anderen. De wet verplicht o.m. de scholen om aan de vrijwilligers een organisatienota voor te leggen. Omdat elke leerling en elke ouder een schoolreglement ontvangt en voor akkoord ondertekent, kiest de school ervoor om de organisatienota in het schoolreglement op te nemen. Op die manier is iedereen op de hoogte. Deze nota is ook te lezen op de website van de school. Organisatie VZW KOGA Sint-Lievenscollege Zilverenberg 1 9000 Gent Maatschappelijk doel: onderwijs
8.2 Verzekering Verplichte verzekering De organisatie heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de burgerlijke aansprakelijkheid, met uitzondering van de contractuele aansprakelijkheid, van de organisatie en de vrijwilliger. Het verzekeringscontract werd afgesloten bij FORTIS AG (Ba Onderwijsinstellingen) onder het polisnummer 99052211105. De polis ligt ter inzage op het schoolsecretariaat. Vrije verzekering De organisatie heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de lichamelijke schade die geleden is door vrijwilligers bij ongevallen tijdens de uitvoering van het vrijwilligerswerk of op weg naar- en van de activiteiten. Het verzekeringscontract werd afgesloten bij FORTIS AG (Ba Onderwijsinstellingen) onder het polisnummer 99052211105. De polis ligt ter inzage op het schoolsecretariaat. Vergoedingen De activiteit wordt onbezoldigd en onverplicht verricht. De school voorziet in geen enkele vergoeding voor de vrijwilligersactiviteiten.
26
1 e TRIMESTER 2 e TRIMESTER
di
do
vr
ma
di
do
vr
16 – 27 sept ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
30 – 11 okt ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
14 – 25 okt ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
4 – 15 nov ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
18 – 29 nov ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
2 –6 dec ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
6 – 17 jan ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
20 – 31 jan ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
3 – 14 febr ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
17 – 28 febr ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
di
do
vr
ma
di
do
vr
di
do
vr
ma
di
do
vr
21 – 2 mei ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
5 – 16 mei ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
19 – 30 mei ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
2 – 13 juni ma
di
do
vr
ma
di
do
vr
10 – 21 maa ma 24 – 4 apr ma
3 e TRIMESTER
SCHOOLJAAR 2013- 2014
2 – 13 sept ma
27