Schoolplan 2011-2015 van
“Leren voor de toekomst”.
Schoolgegevens: Openbare Daltonschool i.o. “De Driesprong” Brinnummer: 12UA Directie: Hans Bierman Locatie 1: Openbare Daltonschool de Woudmees Prinsenweg 79 3921 DT Elst 0318-471788
[email protected] www.dalton-driesprong-rhenen.nl Locatie 2:
Openbare Daltonschool de Bantuin Bantuinweg 43 3911 MV Rhenen 0317-612161
[email protected] www.dalton-driesprong-rhenen.nl
Postadres:
Postbus 33 3920 DA Elst Stichting Partners Primair Onderwijs de Link drs. F. van Veen, algemeen directeur Bantuinweg 45 3911 MV Rhenen 0317-313132
[email protected] www.ppodelink.nl
Bevoegd gezag: Contactpersoon: Adres:
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
2
Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Doelen van ons schoolplan 1.2. Functies van ons schoolplan 1.3. Procedure voor het opstellen en vaststellen van het schoolplan 1.4. Verwijzingen 1.5. Status van het schoolplan 1.6. Evaluatie van het schoolplan 2. Onze school 2.1. Huidige situatie 2.2. Leerling en ouderpopulatie 2.3. Overige omstandigheden die beleidskeuzen beïnvloeden 3. De opdracht van de school 3.1. Waar we voor staan: De uitgangspunten van onze school 3.2. Wat er op ons afkomt. De externe ontwikkelingen 3.3. Wat wij kunnen. De interne sterkte/zwakteanalyse 3.4. Wat wij willen. De gewenste situatie 3.5. Beleidsvoornemens / plannen 4. 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7. 4.8 4.9. 4.10 5. 5.1. 5.2.
De onderwijskundige vormgeving van onze school De onderwijskundige doelen. Huidige situatie De ordening van de inhoud van het onderwijs De instrumenteel – cursorische vakken De wereldoriënterende vakken De muzisch - expressieve vakken Techniek Projectonderwijs in de onderbouw Sociale talenten van onze kinderen Zorg voor de leerlingen
6.2. 6.3.
Financiën, beheer en huisvesting. In- en externe communicatie
7. Onze zorg voor kwaliteit 7.1. Inleiding 7.1.1 Beginsituatie 7.1.2 Kwaliteit is doen wat je belooft 7.1.3 Wat betekent dat voor het bestuur en voor de scholen? 7.1.4 Kwaliteitszorg vraagt verder een professionele schoolcultuur 7.2 De inrichting van de kwaliteitszorg 7.2.1 Kader van kwaliteitszorg 7.2.2 Welke systematiek wordt gehanteerd? 7.2.3 Hanteren van instrumenten en documenten voor kwaliteitszorg 7.3 Beleidsvoornemens voor de komende vier jaar 7.4 Hoe heeft de school verbeterplannen verwerkt in het schoolplan 8. Onze beleidsvoornemens / plannen, totaaloverzicht en planning BIJLAGEN 1. Formulier ‘instemming met schoolplan’ 2. Formulier ‘vaststelling van schoolplan’
De inzet en ontwikkeling van ons personeel Doelen van het personeelsbeleid Huidige situatie en plannen voor de komende jaren
6. Overige beleidsterreinen 6.1. Algemeen strategisch beleid
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
3
1. Inleiding 1.1.
Doelen van ons plan.
Het nieuwe schoolplan voor de periode 2011-2015 heeft dezelfde opzet als het vorige schoolplan. Om te komen tot een kernachtige beschrijving van meerjarig strategisch beleid en om daarin een heldere samenhang aan te geven tussen de primaire en secundaire processen van de school is wederom gekozen voor een compact format. 1.2.
Functies van ons plan.
Ons schoolplan is in eerste instantie een intern instrument om onszelf houvast te bieden bij de gemaakte beleidskeuzes en bij de verdere planning van de uitvoering van ons beleid. In tweede instantie dient het schoolplan om verantwoording af te leggen naar het eigen bevoegd gezag en aan de inspectie van het onderwijs.
binnen het managementoverleg, in juni 2011 is de definitieve versie aan het bestuur aangeboden. 1.4.
Het schoolplan is de vertaling van het beleid op schoolniveau. Daarnaast is gebruik gemaakt van de uitkomsten van recent inspectiebezoek en een eigen sterkte-zwakte analyse (o.a. vragenlijst ouders / leerkrachten WMK-PO). De documenten op bestuursniveau worden als bijlagen aan dit schoolplan toegevoegd. 1.5.
Bij de totstandkoming van het schoolplan is onze medezeggenschapsraad betrokken geweest. Volgens planning (september 2010 – juni 2011) heeft het team van de school het voor u liggende schoolplan in goed overleg herschreven. In maart 2011 heeft er een evaluatie plaatsgevonden
Status van ons plan.
Dit schoolplan is een kwaliteitsdocument waarin onder woorden wordt gebracht, hoe wij vinden dat openbare Daltonschool de Driesprong moet zijn. 1.6.
1.3. Procedure voor het opstellen en vaststellen van ons plan.
Verwijzingen
Evaluatie van ons plan.
Vanaf deze plek wil ik iedereen die aan dit schoolplan zijn of haar medewerking heeft verleend, bedanken. Met name bedank ik de leerlingen, waar het allemaal om te doen is, hun ouders / verzorgers die ons van aandachtspunten voorzien en hierdoor een belangrijke rol hebben gespeeld in de totstandkoming van dit plan.
Namens het team van de Driesprong Hans Bierman directeur
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
4
2. Onze school 2.1.
Huidige situatie
Onze school is één van de scholen van stichting PPO de Link. De visie van de school, gerelateerd aan de visie van de stichting is als volgt onder woorden gebracht: PPO de Link, waaronder openbare Daltonschool de Driesprong valt, is er samen met de overige scholen op gericht om met vertrouwen in elkaar te bouwen aan de kwaliteit en positionering van het openbare onderwijs binnen deze regio. Voor de Driesprong vloeit hier het volgende uit voort: De Driesprong is een openbare Dalton school, waarbinnen alle betrokkenen samenwerken aan een veilige omgeving. Kinderen ontwikkelen zich hier op zelfstandige wijze en onder deskundige begeleiding. Hierbij staat plezier, verantwoordelijkheid, vertrouwen in jezelf en respect voor de ander centraal. Korter verwoord:
“Leren voor de toekomst”. 2.2.
Leerling- en ouderpopulatie.
De Driesprong is een openbare school waar kinderen uit alle geledingen van de bevolking uit Rhenen en Elst samenkomen. De Bantuinlocatie kent een weerspiegeling van de hedendaagse maatschappij. Naast autochtone zijn er ook enige allochtone kinderen. Respect voor iedereen staat ook hier hoog in het vaandel. De Woudmeeslocatie heeft hoofdzakelijk kinderen uit het dorp Elst die op betrekkelijk kleine afstand van de school wonen. Er is een grote onderlinge betrokkenheid met geborgenheid. Op de Woudmees staan we open voor alle culturen en bevolkingsgroepen en we proberen onze kinderen daarin op te voeden.
2.3.
Overige omstandigheden die beleidskeuzen beïnvloeden.
Door actief betrokken te zijn bij VVE (voor- en vroegschoolse educatie) is er binnen het team van de Driesprong kennis opgedaan en daarmee ingezet om alle kinderen de nodige ondersteuning te bieden bij een belangrijk onderdeel van onze Nederlandse taal, namelijk woordenschat. De huidige tutor op de Bantuin, krijgt ook in de komende jaren een ondersteunende functie in de onderbouw van de school. In de afgelopen jaren heeft de Driesprong laten zien, te staan voor kwalitatief goed onderwijs. Door op deze weg voort te gaan, zal de school een juiste plaats binnen Elst en Rhenen behouden en haar positie zeker verstevigen. In de toekomst zal een van de locaties, de Woudmees, ondergebracht worden in een Multi Functioneel Gebouw. De inrichting van het gedeelte dat bestemd is voor ons onderwijs zal nieuwe impulsen kunnen geven. Zo wordt gedacht aan het creëren van werkplekken en een ruimte waar verschillende activiteiten die een relatie hebben met Daltononderwijs, vorm gaan krijgen. Op het gebied van buitenschoolse opvang (BSO) wordt op beide locaties samengewerkt met aanbieders van deze opvang. Dat hiermee de mogelijkheid gecreëerd wordt om in de toekomst dagarrangementen te gaan verzorgen, is een positieve ontwikkeling.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
5
3. De opdracht van onze school De openbare Daltonschool “De Driesprong” streeft er naar voor alle kinderen die de school bezoeken, een veilige omgeving te zijn. Een omgeving waar vanaf groep 1 gestart wordt en die hen naar het einde van groep 8 brengt. Vanaf de eerste dag wordt geprobeerd hen te begeleiden, waardoor ze het predicaat “ echte Driespronger” verdienen en met trots mogen dragen. Dat daardoor verschillende ‘stormen’ overwonnen moeten worden, is duidelijk. Daarom zorgt het team er voor dat de ontwikkeling zo vloeiend mogelijk plaatsvindt. Om dit te bereiken heeft men in de afgelopen jaren methoden aangeschaft, ontwikkeld en veranderd om een ononderbroken leerlijn te verkrijgen. Een leerlijn, die als er ‘storingen’ optreden, wordt aangepast of aangescherpt. Vanuit goed observeren in groep 1 en 2 en het starten van activiteiten ter voorbereiding op het ‘ leren’ in groep 3 en hoger, wordt o.a. gebruik gemaakt van de methoden: Taalactiviteiten m.b.v. de methode Piramide. Pennenstreken In ieder volgend leerjaar wordt de ‘leerweg’ met behulp van verschillende methoden, waaronder de hieronder vermelde methoden vervolgd: Talrijk (W) / Wis en Reken (B) Taal Actief, Woordspel en Woordenschat. (W+B) Veilig Leren Lezen Lekker lezen Goed Gelezen + Baklessen (W) / Nieuwsbegrip (B) Real English (7 en 8) Early Start (5 en 6) Cross Roads (3 en 4) Very Young Learners, Tiny Talk (1 en 2) Het ei van Columbus, in vogelvlucht. Topondernemers. Het ei van Columbus, een zee van tijd.
Nieuws uit de natuur (WM) Pennenstreken. Sociale talenten Vier muziek met Wegwijs (groep 1 t/m 8) Het ei van Columbus, land in zicht.
W = locatie de Woudmees, B = locatie de Bantuin.
Het is de bedoeling dat in de toekomst op beide locaties, voor zover mogelijk, dezelfde methoden worden ingezet. Uiteraard kunnen er tijdens het doorlopen van de verschillende leerjaren problemen voordoen, waardoor het samenwerkingsverband Weer Samen Naar School (WSNS) ondersteunend ingezet wordt. In het zorgplan van de school staat omschreven langs welke weg gehandeld moet worden en hoe de ondersteuning vorm krijgt. Een van de collega’s heeft de intern begeleiders taken op zich genomen en heeft door het bijwonen van het netwerk ib-ers / netwerk WSNS veel kennis binnen de muren van onze school gebracht. De methoden die in alle groepen worden gehanteerd, voldoen aan de referentieniveaus en de kerndoelen van het basisonderwijs. Dat verbetering en dus vaak ook het aanschaffen van nieuwe methoden gewenst blijft, zal onze aandacht blijven houden. Immers het kan altijd nog beter.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
6
3.1. Waar we voor staan.
Evenals andere scholen zijn wij verplicht om onderwijs te geven zoals de wet ons dat voorschrijft. Elke school legt zo haar eigen accenten. Zo ook de Driesprong. In het schooljaar 2008-2009 hebben we definitief de keuze gemaakt om Daltonschool te worden. In het schooljaar 2009-2010 hebben alle leerkrachten het daltoncertificaat behaald. Wij werken volgens de drie pijlers van Dalton: Samenwerken, Zelfstandigheid, Vrijheid in gebondenheid. Wie voor de Driesprong kiest, kiest voor:
Goed onderwijs kleinschaligheid, iedereen kent elkaar, aan de referentieniveaus en kerndoelen gerelateerde methoden, saamhorigheid en zorg voor elkaar, iedereen mag zichzelf zijn, kunnen samenwerken. rekening houden met elkaar, een goede onderlinge sfeer, een veilige, warme omgeving voor kinderen, individuele hulp en aandacht voor kinderen, bevorderen van de zelfstandigheid, diversiteit in de wijze waarop het ook kan, juist kunnen omgaan met de aangeboden vrijheid in gebondenheid digitaal actief zijn.
In één zin samen te vatten:
“Leren voor de toekomst”.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
7
3.2. Wat er op ons afkomt. De externe ontwikkeling In de afgelopen jaren heeft de Driesprong bewezen bestaansrecht te hebben. De bestuursvorm van het Openbaar Onderwijs in de gemeente Rhenen is sinds 1 augustus 2004 in een openbare stichtingsvorm ondergebracht, te weten stichting P.P.O. de Link (Partners Primair Onderwijs de Link). Daarnaast participeert de Driesprong ook nog in een ander verband, namelijk Veluwe-Rijn-Vallei, een samenwerkingsverband actief op het terrein van WSNS. Het zorgplan, wat ter inzage ligt op de scholen, vermeldt hoe en welke stappen er ondernomen worden, als een leerling extra zorg behoeft, of indien de aangeboden zorg onvoldoende blijkt te zijn. Het overstappen naar de school voor speciaal onderwijs (SBO de Dijk te Wageningen) of een andere basisschool binnen het verband kan dan een alternatief zijn. (passend onderwijs) Onderwerpen waar wij als school vanuit de samenleving en of vanuit het Ministerie van Onderwijs mee geconfronteerd worden zijn bijvoorbeeld:
Aanleren basisvaardigheden Aansluiting bij maatschappelijke ontwikkelingen Achterstandenbeleid Arbo-beleid Cultuureducatie Huisvesting Identiteitsbewaking Informatie Communicatie Technologie Inspraak/Democratie/Communicatie Invoering Techniek in het basisonderwijs Kwaliteitsbeleid Kwaliteitsbewaking Kwaliteitszorg Medezeggenschap Multiculturele samenleving Na- en voorschoolse opvang (BSO). Natuur- en Milieueducatie Openheid en inspraak Opvoedingsondersteuning Opvoedkundige kwaliteiten Personeelsbeleid. Peutergroepen Profilering en innovatie
Sponsorbeleid Tussen schoolse opvang (TSO). Veiligheid en geborgenheid
Het team van de Driesprong gaat hier kritisch positief mee om. Dat betekent dat indien een activiteit het onderwijsaanbod verbetert, daar uiteraard op ingegaan wordt. Door het opnemen van niet-Nederlands sprekende kinderen is het NT-2 onderwijs een noodzakelijk gegeven en deze vorm krijgt zeker in de komende jaren meer aandacht. Op dit moment heeft het team ervaring opgedaan in het opvangen en begeleiden van allochtone kinderen en zijn er methoden aangeschaft die ingezet kunnen worden. Omdat het in deze school gaat om een klein team en daarnaast om een schoolweek van 25,75 uur, is het creatief omgaan met mensen en tijd een vereiste. Binnen onze school is de interesse en aandacht voor informatica groeiende. Het inzetten van de computer neemt in elke groep steeds vastere vormen aan. Het bewandelen van deze digitale weg krijgt ook in de komende jaren alle aandacht. De digitale school is in ontwikkeling. De wijze waarop binnen de school gewerkt wordt met de mogelijkheden van het digitale schoolbord en de manier waarop digitaal gecorrespondeerd wordt met bijvoorbeeld ouders, is daar een goed voorbeeld van.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
8
3.3.
Wat wij kunnen
Als basisschool De Driesprong hebben we er behoefte aan om een beeld te geven van wat er goed gaat op onze school en welke punten een verbeteringen behoeven, dit omdat we een lerende school willen zijn. We streven dan ook altijd verbeteringen op alle gebieden, na. Aan de hand van de kwaliteitskaarten WMK-PO (Werken met kwaliteitskaarten in het primair onderwijs”.) zal het kwaliteitsbeleid op school in de komende jaren verder worden vorm gegeven. Aan de hand van interne gesprekken tussen teamleden en teamleden met de directie en in het overleg met verschillende oudergroepen zijn de sterke en zwakke punten aan de hand van kwaliteitskaarten tot en met 2010 in kaart gebracht. Daarnaast worden ook de bevindingen vanuit de inspectie naar aanleiding van bezoeken aan de twee scholen, meegenomen in de planning voor de komende vier jaren. Om inzage te hebben in de uitkomsten en de verbeterplannen die daaraan ten grondslag liggen, wordt verwezen naar de map Kwaliteitskaarten, die op beide locaties ter inzage liggen. 3.3.1.1 Beleidsvormend vermogen Binnen de Driesprong is in de vorige periode (2007-2011) veel geïnvesteerd in het komen tot een Daltonschool. Het uit te voeren beleid op dit terrein zal dan ook bestaan uit het voortzetten van de ingeslagen weg. Het certificeren van de school zal daarbij een van de acties zijn. Op het gebied van de zorg, wordt afstemming verder ingevoerd. De wijze waarop de zorg voor kinderen in beeld gebracht wordt, zal verder uitgewerkt moeten worden. Passend onderwijs, een ontwikkeling mede door het Ministerie aanbevolen, zal ook invloed hebben op het te voeren beleid. Deelname aan het taalproject zal in de periode 2011-2015
afgesloten worden. Het komen tot aanschaf van een begrijpend lees- en taalmethode is in de planning meegenomen. 3.3.1.2 Coördinerend vermogen Binnen de Driesprong is op elke locatie een locatievertegenwoordiger aanwezig. Beiden zijn op die dagen, dat de directie niet op een locatie aanwezig is, verantwoordelijk voor het reilen en zeilen. Om een en ander goed te laten verlopen, worden maandelijks momenten gepland, waarop belangrijke onderwerpen, ook beleidsonderwerpen, besproken worden. Dankzij deze mt-vergaderingen is iedereen op de hoogte van wat er speelt binnen de twee locaties. Daarnaast bieden deze overlegmomenten gelegenheid om de verschillende beleidsterreinen voor te bereiden en praktisch gezien, vorm te geven. Naast deze overlegvorm, zijn er ook teamvergaderingen en vergaderingen met leerlingen (leerlingenraad) en ouders (ouder- en medezeggenschapsraad). 3.3.1.3 Basisvaardigheden De onderwijsinzet voor de basisvaardigheden voor de cognitieve vakken op de Driesprong functioneert goed. Er is een vroegtijdige signalering van risicoleerlingen, zoals kinderen met een lagere (deel)score volgens het leerling volgsysteem. Met behulp van de gegevens van het leerlingvolgsysteem en de leerlingbesprekingen met de teamleden en de interne begeleider en de uitgebreide signalering in de onderbouw wordt de individuele en groepsontwikkeling gevolgd. De intern begeleidster speelt hierbij een belangrijke, ondersteunende en coördinerende rol. 3.3.1.4 Onderwijs aan het jonge kind de kleutergroepen De betrokkenheid van de kinderen op hun werk is voor de leerkrachten een belangrijk richtsnoer voor hun handelen. De
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
9
aansluiting van het onderwijs bij de kenmerken van jonge kinderen is voldoende. Het onderwijsaanbod van de school is voldoende gericht op een veelzijdige ontwikkeling van de kinderen. Het gebruik van de verzamelde leerling-gegevens bij de planning van het onderwijs is doelmatig. De school geeft voldoende ruimte voor eigen initiatief en inbreng van de kinderen. De inrichting van de hoeken is door voldoende kwaliteit uitdagend genoeg voor de kinderen om tot gevarieerde spelactiviteiten te komen. De opstelling van het ontwikkeling- en speelleermateriaal is qua toegankelijkheid en ordelijkheid voldoende. Er worden voldoende maatregelen getroffen die de ontwikkelingskansen van kinderen uit risicogroepen verbeteren. De overgang van de basisvaardigheden verloopt vloeiend. 3.3.1.5 Evaluerend vermogen Het nakijken en corrigeren van de leerresultaten vindt regelmatig plaats. Het bijhouden van de voortgang in de leerresultaten met behulp van methodegebonden toetsen is voldoende. Het evalueren van de leerling-prestaties met behulp van een leerlingvolgsysteem vindt regelmatig plaats. De registratie van de ontwikkeling en vordering van de leerlingen vindt voldoende plaats. 3.3.1.6 Werkklimaat Het is vanzelfsprekend dat een goed werkklimaat bevorderlijk is voor alles en iedereen die met school te maken heeft. Hier wordt professioneel mee omgegaan. Zorgstructuur Om de kinderen goed te kunnen volgen maken we gebruik van methode gebonden en niet – methode gebonden toetsen. Voor kinderen die op basis van de resultaten in aanmerking komen voor extra
hulp wordt een plan gemaakt. Ouders worden hier altijd van op de hoogte gebracht. Voor een uitgebreide omschrijving van de zorg zie hoofdstuk 4. . 3.3.1.7 Zelfstandig werken (dag- en weektaken) Een van de pijlers van het Daltononderwijs is zelfstandig werken. Om onze leerlingen beter te leren omgaan met hun verantwoordelijkheid is gekozen voor een werkwijze waarbij de kinderen hun werk zelfstandig of in samenwerking met andere leerlingen kunnen plannen binnen dag- en weektaken. De leerkracht heeft hierbij een coachende rol. 3.3.1.8 Projectonderwijs( groep 1 en 2) Kinderen uit de eerste groepen volgen, naast het onderwijspakket dat voor de kleuters is bedoeld een extra door het CITO ontwikkeld projectonderwijsprogramma, Piramide. Schoolklimaat, sociaal emotionele ontwikkeling, kom op voor jezelf, Burgerschap. Op de Driesprong wordt op beide locaties de sociaal emotionele ontwikkeling gestimuleerd. Als richtlijn hiervoor worden onder andere de materialen van het programma “Kinderen en hun sociale talenten” gebruikt. De teams maken een jaarplanning waarbij de verschillende thema’s aan de orde komen. De kinderen uit de bovenbouw volgen een extra programma “Kom op voor jezelf” waarbij ze naast een zekere assertiviteit ook het beter leren omgaan met anderen kunnen toepassen. Aan de hand van onder andere schooltelevisieprogramma’s, het school TV weekjournaal en schoolprojecten leren de kinderen de aspecten die bij burgerschap horen thuis te brengen en toe te passen.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
10
3.3.1.9 Ouderbetrokkenheid De Driesprong is een school waarbij met ouders samengewerkt wordt. Dit kan gebeuren bij de vele projecten en activiteiten die op school plaatsvinden. Ouders helpen hierbij op verschillende manieren: projecten, feestavonden, sporten spelactiviteiten. Ook helpen ouders bij verschillende onderwijsondersteunende situaties. De ouderbetrokkenheid bij de onderwijssituaties wordt versterkt door een goed contact te hebben met de ouders als het om de directe onderwijssituaties van hun kind gaat. Dit gebeurt onder andere bij het opstellen en bespreken van handelingsplannen (die een relatie hebben met Ontikkelings PersPectief (OPP)) maar ook bij het bespreken van het schoolrapport waaraan kind, (vanaf groep 3 Bantuin / groep 5 Woudmees) leerkracht én ouders deelnemen. Naast de activiteitencommissies vormen ook de vergaderingen van de twee ouderraden op de locaties een bron voor ouderparticipatie In de Medezeggenschapsraadvergaderingen ligt de basis voor de ouderparticipatie van de Driesprong op een beleidsmatig niveau. 3.3.1.10 Onderwijskundige innovatieve ontwikkelingen Engels, Cultuureducatie, ICT, video taal project, techniek. Op de Driesprong wordt naast consolidatie van bestaande projecten ook gezocht naar gebieden waarop het onderwijs een vernieuwende stimulans kan opdoen. In de afgelopen jaren is gekozen om het Engels aan alle kinderen van de school aan te bieden, een cultuurstimulerend project is gestart met inhoudelijke onderwijsprojecten. Op het ICT-vlak is gestart met een project waarbij de kinderen vanaf groep vier beginnen met een programma Word. De kinderen zullen naast tekstverwerken (Word) ook leren hoe ze een Power Point presentatie en een website moeten maken.
Voor de komende periode geldt, dat de hier eerder benoemde onderwerpen ook Dalton gerelateerd moeten zijn. Het samenwerken, het zelfstandig werken en het zelf plannen worden hierbij ingezet.
De teamsituaties op de locaties Op beide locaties wordt de situatie door teamleden als goed/prettig en veilig ervaren. (Uitkomst vragenlijst leerkrachten WMK-PO) Dit komt mede door de gemaakte afspraken rond de teamvergaderingen. De afsprakenlijst (taakbeleid) die aan het begin van het schooljaar wordt opgesteld functioneert goed. De waardering omtrent elkaars functioneren en ideeën worden positief gewaardeerd. Men maakt wederzijds gebruik van elkaars competenties. De ingeslagen weg op het gebied van personeelsbeleid met klassenconsultaties en jaargesprekken moet worden vervolgd opdat de directie de leerkrachten nog meer en beter kan informeren over hoe het gaat met hun werk. Er wordt voldoende aandacht besteed aan het oplossen en verbeteren van de onderlinge verhoudingen bij conflicten/problemen. 3.3.1.11 Schoolklimaat Op beide locaties is de wens geuit om meer duidelijkheid te hebben over regels en normen en waarden op de school. Extra aandacht zal worden besteed aan het terugdringen van het “pestgedrag”. Hiervoor is een speciaal “Vriendschapsprotocol” opgezet. Jaarlijks wordt door elke leerkracht vanaf groep drie een sociogram gemaakt met behulp van een speciaal hiervoor aangeschaft computerprogramma. Dit om zo snel mogelijk inzicht te krijgen in de sociale interacties in de groepen. Aan het begin van het schooljaar worden de algemene schoolregels en klassenregels
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
11
nogmaals onder de aandacht van de kinderen gebracht. Ouderbetrokkenheid Er is een goede digitale en schriftelijke informatie-uitwisseling tussen de school en de ouders. Naast de schoolgids zijn er de nieuwsbrieven met school- en locatieinformatie en uiteraard de website van de school www.dalton-driesprong-rhenen.nl De ouders krijgen aanwijzingen van de leerkrachten met betrekking tot de ondersteuning van leer- en ontwikkelingsmogelijkheden voor hun kinderen. Er worden drie keer per schooljaar oudergesprekken gehouden over de vorderingen van de kinderen. De contacten tussen de ouders en school zijn geregeld middels de Ouderraden, de MR en de activiteitencommissies. 3.3.2 Aandachtspunten. 3.3.2.1 Communicatie De communicatie binnen school kan beter. Uitkomsten van de vragenlijst ouders WMK-PO wijzen daar helaas nog steeds op, ook al zijn er op dit gebied positieve veranderingen te melden. Zo blijken de nieuwsbrief en de herziene website de communicatie met onze ouders verbeterd te hebben. Op teamniveau moet de verbetering van de afsprakenlijsten en jaarplanning worden gecontinueerd. 3.3.2.2 Zelfstandig werken De Driesprong is al vergevorderd met het invoeringstraject van het zelfstandig werken van leerlingen. (Daltontraject) Het streven is om voor de gehele school te komen tot een format dag-weektaak, het hanteren van omgangsvormen en schoolbrede Dalton afspraken. Mede door de Daltoncoördinatoren i.s.m. het management, zijn dit onderwerpen die verder uitgewerkt gaan worden.
3.3.2.3 P.R. (Public Relations) De Driesprong is een openbare school. De onderwijskundige identiteit moet herkenbaar worden opdat de instroom van leerlingen toeneemt. Bovenstaande heeft een relatie met het komen tot een Daltonschool. Door duidelijk aan leerlingen en ouders te laten zien, waar de Driesprong als Daltonschool voor staat, zal de huidige beeldvorming positief beïnvloed worden. 3.3.2.4 Inspectierapporten Aan de hand van de inspectierapporten zal worden nagegaan welke prioriteiten de school c.q. de locaties moeten stellen. Op het gebied van de zorg en het realiseren van ontwikkelingsperspectieven, zal in de komende periode aandacht nodig zijn. 3.4 Wat wij willen: de gewenste situatie In de komende vier jaren zal aan de hand van het voortschrijdend inzicht door bijvoorbeeld de uitkomsten van enquêtes bepaald worden wat de wensen van verschillende participanten (ouders, leerlingen, team, directie en bestuur) van de school zijn. Aan de hand van op te stellen kwaliteitskaarten zullen gesprekken worden gevoerd en de beleidsplannen worden aangepast. Vooruitlopend op deze situatie is zoals in voorgaand hoofdstuk naar aanleiding van overleggen en gesprekken al een stramien van beleidsvoornemens en plannen opgesteld. Het komen tot een gecertificeerde Daltonschool staat nu op nummer één. De terugkerende visitaties voor het behouden van de certificering zijn momenten waarop geëvalueerd wordt en daar waar nodig bijstellingen plaats vinden, om de gewenste situatie te behalen en te bewaken.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
12
3.5 Beleidsvoornemens / plannen De komende vier jaar zijn het komen tot een Daltonschool, de opzet en uitvoering van het kwaliteitsbeleid van evident belang. Aan de hand van de onderzoeksuitkomsten zal het beleidsaspect van dit schoolplan geëvalueerd en aangepast worden. Bijeenkomsten ter verbetering van het Daltongehalte, worden door het gehele team bijgewoond en beleidsafspraken die daaruit voortvloeien, zullen teambreed gerealiseerd worden. Het behouden van het Utrechts Verkeers label (verkeersonderwijs), het implementeren van het wereldoriëntatie traject (“Topondernemers”), de uitwerking van het cultuureducatie project, het verder uitbouwen van het techniekproject met techniekkisten en het verbeteren van muzikale vorming zijn in de planningstabel opgenomen. Het invoeringstraject van zorg voor leerlingen “Afstemming” is reeds gestart en in 2009 afgerond. Nu moet ‘afstemming’ binnen de school haar vaste plek krijgen. en worden voortgezet. De invoering van digitale schoolborden en de realisatie van de nieuwbouw in het MFG te Elst worden in de planning opgenomen. De eindevaluatie van het schoolplan en de opzet van de nieuwe cyclus van dit plan staan aan het eind van de schoolplancyclus gepland. In hoofdstuk 8 wordt deze planning verder toegelicht.
4. De onderwijskundige vormgeving van onze school 4.1 De onderwijskundige doelen De Driesprong wil bereiken dat ieder kind via een ononderbroken leer- en ontwikkelingsproces, die kennis en vaardigheden kan verwerven die het nodig heeft om een zelfstandig, sociaal en kritisch denkend mens te worden in een multiculturele samenleving. Dit gaat het beste in een omgeving waar de leerlingen zich thuis voelen en met plezier en enthousiasme op een boeiende wijze onderwijs krijgen. We zetten ons in op het versterken en verbeteren van het klassenen schoolklimaat. De in gebruik zijnde methoden en onderwijsleerpakketten waarborgen het bovengenoemde leerproces en de wettelijke plicht om aan de kerndoelen en aan de in augustus 2010 ingevoerde referentieniveaus voor taal en rekenen te voldoen. In de paragrafen 4.4 tot en met 4.9 worden per vak/vormingsgebied de specifieke doelen aangegeven. In paragraaf 4.10 wordt genoemd welke doelen we nastreven met betrekking tot leerlingen met specifieke behoeften. De beleidsvoornemens voor de vak- en vormingsgebieden worden in hoofdstuk 8 aangegeven. 4.2 Huidige situatie Op beide locaties zijn met ingang van het schooljaar 2010-2011 gecertificeerde Daltonleerkrachten werkzaam. De eerder ingezette weg waarbij vrijheid in gebondenheid, zelfstandigheid en samenwerking, uitgangspunten van het Daltononderwijs, zal ook in de komende jaren gevolgd blijven worden. In de onderbouw werken de kinderen in de zogenaamde hoeken en leren ze kiezen met het keuzebord. Vanaf groep 2 wordt er gewerkt met dag- of weektaken.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
13
4.3 De ordening van de inhoud van het onderwijs Voor het activiteitenplan en de verdeling van de lesuren verwijzen wij naar onze kwaliteitsmap. De verdeling van de lesuren is een aanduiding van de verdeling van de vakgebieden over de lesuren. Door de invoering van de dag- en weektaken geldt deze verdeling als waarborg voor de te geven lessen en als richtlijn binnen het flexibele onderwijssysteem met deze leerling-taken, deze verdeling geeft de benodigde waarborg vanwege de invoering van de flexibele dag- en weektaken. 4.4 De instrumenteel - cursorische vakken 4.4.1 Rekenen/Wiskunde Doelstelling: het onderwijs in rekenen en wiskunde is erop gericht, dat de leerlingen: • verbanden kunnen leggen tussen het onderwijs in rekenen/wiskunde en hun dagelijkse leefwereld • basisvaardigheden verwerven, eenvoudige wiskundetaal begrijpen en toepassen in praktische situaties; • reflecteren op eigen wiskundigactiviteiten en resultaten daarvan op juistheid controleren; • eenvoudige verbanden, regels, patronen en structuren opsporen; • onderzoek- en redeneerstrategieën in eigen woorden beschrijven en gebruiken. Methoden die volgens de aanwijzingen van de handleiding worden gebruikt: Locatie Woudmees: Talrijk Locatie Bantuin: Wis en Reken Beide locaties: Rekentijger. 4.4.2 Nederlandse taal Doelstelling: het onderwijs in Nederlandse taal is erop gericht, dat de leerlingen: • vaardigheden ontwikkelen waarmee ze deze taal doelmatig gebruiken in situaties die zich in het dagelijks leven voordoen;
• kennis en inzicht verwerven omtrent betekenis, gebruik en vorm van taal; • plezier hebben en houden in het gebruiken en beschouwen van taal. Methoden die volgens de aanwijzingen van de handleiding worden gebruikt: Alle locaties: Taal Actief , Woordspel en Woordenschat Aanvankelijk lezen: Woudmees en Bantuin locatie: Veilig leren lezen. Op beide locaties wordt in de kleutergroepen gewerkt met het CITO Piramide materiaal. In dit project komen verschillende taal aspecten aan de orde. Locatie Woudmees: Goed Gelezen vanaf groep 4. Locatie Bantuin: Nieuwsbegrip vanaf groep 4. 4.4.3 Engelse taal Doelstelling: het onderwijs in de Engelse taal is erop gericht dat alle leerlingen: • vaardigheden ontwikkelen waarmee ze deze taal op een eenvoudig niveau gebruiken als communicatiemiddel in contact met mensen die zich van deze taal bedienen • kennis hebben van de rol die de Engelse taal speelt in de Nederlandse samenleving en als internationaal communicatiemiddel. Kinderen zijn op jonge leeftijd zeer gevoelig voor taal. Dit geldt voor zowel de eigen als een “vreemde” taal. Daarnaast komen kinderen tegenwoordig dagelijks in contact met Engels: televisie, computer, muziek etc. De totale lestijd voor Engels staat vermeld in ons activiteitenplan. De nadruk ligt op communicatieve aspecten. We willen de kinderen de vaardigheid laten opdoen om Engels te verstaan en te spreken. We zingen liedjes, doen spelletjes, lezen voor uit prentenboeken en maken gebruik van dvd’s en cd-roms. De lessen worden door de eigen leerkracht gegeven. De lessen in de bovenbouw worden gegeven volgens een methode. Vanaf groep 5 komt de nadruk meer te liggen op de uitbreiding van de
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
14
woordenschat, de zinsopbouw en de grammatica. Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt op beide locaties: Groep 5 en 6: Early English Groep 7 en 8: Lets do it Methode die volgens de aanwijzingen van de handleiding worden gebruikt: vernieuwde versie van Real English voor 7 en 8, voor groep 5 en 6: Early Start Groep 1 en 2: Very Young learners en Tiny talk. Groep 3 en 4: Cross roads en zelf ontwikkeld materiaal. 4.4.4 Lezen Voor het technisch lezen zijn er voor alle groepen een serie boeken op verschillende niveaus aanwezig. De kinderen vanaf groep drie worden volgens LVS Cito getoetst. Aan de hand van de verkregen scores worden de kinderen dan ingedeeld in niveau duo’s of groepjes De indeling is afhankelijk van het leesniveau en de groepsgrootte. Voor elke groep zijn er op de Woudmees in de klas bibliotheekboeken aanwezig. Op de Bantuin zijn de boeken centraal opgesteld en alle kinderen (van groep 1 tot en met 8) maken gebruik van deze boeken. Op beide locaties is een leescoördinator aanwezig die zorg draagt voor contacten met de bibliotheek. Er wordt door beide locaties met grote regelmaat gebruik gemaakt van de materialenbank van de bibliotheek. Ook doen beide scholen elk jaar mee met de Kinderboekenweek en de activiteiten die rond deze week plaatsvinden. Tevens worden er ook bezoekjes aan de bibliotheek gebracht. Voortgezet technisch lezen: Lekker lezen Methode voor begrijpend lezen die volgens de aanwijzingen van de handleiding worden gebruikt: De Bantuin groep 4 t/m 8: Nieuwsbegrip De Woudmees groep 4 t/m 8: Goed Gelezen en de Baklessen
De kinderen houden meerdere keren per jaar een presentatie. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van boeken die aanwezig zijn in de Mediatheek, beschikbare informatie op Kennisnet.
4.4.5 Schrijven Doelstelling: het onderwijs in het schrijven is erop gericht, dat de leerlingen uiteindelijk teksten kunnen schrijven in een acceptabel tempo en in een goed leesbaar handschrift. Om dit te bereiken zijn er door de methode tussendoelen geformuleerd die aan de volgende drie verschillende fasen zijn gekoppeld: • voortgezet schrijven (vanaf groep 5) Methode die volgens de aanwijzingen van de handleiding wordt gebruikt: Op beide locaties van groep 2 tot en met 6: Pennenstreken. 4.5 De wereldoriënterende vakken In groep 1 en 2 wordt gewerkt met projectonderwijs ontwikkeld door Cito. Zie punt 4.8 . Uitgangspunt daarbij is de eigen belevingswereld, de ervaringen en de waarnemingen die bij voorkeur niet uitsluitend kijken betekenen maar ook voelen, tillen, ruiken, bewegen, aanraken, betasten, luisteren, proeven. De leerlingen leren stap voor stap de wereld om zich heen kennen en kunnen relaties leggen met ruimte en tijd, met menselijk gedrag, met de natuur en het natuurkundig gebeuren, en met de kijk van het kind op zichzelf, bij het leren zien van oorzaak en gevolg en bij het verkrijgen van taal als communicatiemiddel. We gebruiken zoveel mogelijk realistisch materiaal en daarnaast gebruiken we materiaal van de bibliotheek wat per project geleend wordt. Bij al deze vakgebieden maken wij elk jaar een keuze uit het aanbod van de
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
15
schooltelevisie, zodat wij kunnen werken met materiaal dat “up to date” is. 4.5.1 Aardrijkskunde Doelstelling: het aardrijkskundeonderwijs is erop gericht, dat de leerlingen: • zich een beeld vormen van de aarde en haar belangrijkste regio’s; • inzicht verwerven in de manier waarop de natuur en het menselijk handelen de ruimtelijke inrichting beïnvloeden; • zich geografische kennis en vaardigheden (zoals het gebruik van de atlas) eigen maken. Methoden die volgens aanwijzingen van de handleiding worden gebruikt: Op beide locaties Het ei van Columbus, Land in zicht, Topondernemers. 4.5.2 Geschiedenis Doelstelling: het geschiedenisonderwijs is erop gericht, dat de leerlingen: • zich beelden vormen van in tijd geordende verschijnselen en ontwikkelingen; • besef krijgen van continuïteit en verandering in het leven en in de geschiedenis van de samenleving; • zich historische basisvaardigheden eigen maken; • kennis en inzicht verwerven omtrent inrichting en structuur van de maatschappij; • kennis en inzicht verwerven omtrent hoofdzaken van en kenmerkende verschillen tussen geestelijke stromingen in de samenleving. Methoden die volgens de aanwijzingen van de handleiding worden gebruikt: Beide locaties: Het ei van Columbus, een zee van tijd. Tevens streven we er naar alle onderwerpen uit de “Canon”aan te bieden (http://entoen.nu/).
4.5.3 Cultuur De Driesprong is een school die zich ruimschoots bezig houdt met de culturele aspecten in de samenleving. Een aantal aspecten van onze cultuur worden in projectvorm aangeboden. Uit ervaring met het projectonderwijs kunnen wij vaststellen dat kinderen de geleerde onderdelen goed kunnen gebruiken in het dagelijks leven. Binnen ons cultuuronderwijs is er elk jaar ruimte voor een projectweek, waarin wij elke dag een van te voren vastgesteld cultureel onderwerp uitlichten. Dit kan bij alle vakgebieden. In deze week is er ruimte voor excursies en samenwerking met bijvoorbeeld de P.O.R. (een plaatselijke organisatie die projecten presenteert en organiseert). Tot slot van onze projectweek wordt er soms een kijkavond georganiseerd om belangstellenden een kijkje op school te laten nemen om de behandelde onderdelen te bekijken. Op de locatie de Woudmees wordt gewerkt met het schoolvideo-project. Leerlingen uit groep 7/8 verzamelen culturele onderwerpen binnen de belevingswereld van de kinderen en maken hier opnamen van. Deze tv opnamen worden aan alle leerlingen op school getoond en later besproken. Verder is er binnen ons onderwijs ook ruimschoots aandacht voor culturele feesten zoals Pasen, Kerst en Ramadan. Daarnaast wordt er in groep 1 tot en met 8 Engelse les gegeven. Daarmee wordt de afstand om te leren over culturen van mensen uit andere landen verkleind. 4.5.4 Natuuronderwijs en gezond gedrag Doelstelling: het natuuronderwijs is erop gericht, dat de leerlingen: • plezier beleven aan het verkennen van de natuur vanuit een kritische en vragende houding en zorg hebben voor een gezond leefmilieu; • kennis, inzicht en vaardigheden verwerven die mensen nodig hebben om op juiste wijze met de levende en niet
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
16
levende natuur om te gaan; • een onderzoekende en waarderende houding ten opzichte van de natuur en een gezond leefmilieu ontwikkelen; • kennis, inzicht en vaardigheden verwerven ten aanzien van een gezond gedragspatroon dat past bij henzelf en bij de omgeving waarin ze opgroeien. Methoden die volgens de aanduidingen van de handleiding worden gebruikt: Op beide locaties Het ei van Columbus: In vogelvlucht. Op beide locaties kijken de kinderen vanaf groep 3 naar het Schooltelevisie programma’s: Huisje, boompje, beestje (groep 3 en 4) Nieuws uit de Natuur (groep 5 t/m 8) en wordt er gebruik gemaakt van bijbehorend materiaal. Vanaf groep 5 maken de leerlingen werkstukken over onderwerpen van uiteenlopende aard. De basisinformatie wordt gezocht in Informatie Junior (groep 5/6) en Informatie (groep 7/8). Daarnaast leren de leerlingen op welke andere manieren je aan informatie zou kunnen komen (internet). Vanaf groep 4 wordt er gewerkt met het materiaal van Topondernemers, een methode die een wereld oriënterend karakter heeft en waarbij samenwerken tussen leerlingen een belangrijke werkvorm is. Deze werkstukken worden besproken, waar in de bovenbouw vaardigheden ontwikkeld worden als: het maken van uittreksels en het maken van een schematische opzet met kernwoorden 4.5.5 Bevordering van sociale redzaamheid waaronder gedrag in het verkeer Doelstelling: het onderwijs in sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer is erop gericht, dat de leerlingen kennis, inzicht en vaardigheden verwerven als deelnemer aan het verkeer. Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Beide locaties: Wegwijs en daarnaast informatie verkregen via het Internet en
lesideeën die door de leerkrachten zelf ingevuld worden. 4.5.6 Computergebruik E-mail en internet zijn uitstekende middelen om afstanden te overbruggen en kinderen in staat te stellen de uiterste grenzen van Europa te verkennen. Het culturele bewustzijn van de leerlingen krijgt een enorme impuls door ervaringen te delen met leerlingen uit verschillende culturen en verschillende omgevingen. We hebben voor het mailen op de een aantal regels voor de kinderen opgesteld, zoals die ook voor de dagelijkse omgang, het gewone e-mail en internetverkeer gelden. De leerkracht heeft altijd toezicht en verantwoordelijkheid voor de te verzenden e-mailberichten. Dat kinderen veilig (zonder risico’s van het internet gebruik) en goed met computers en programma’s om kunnen gaan vinden wij als school erg belangrijk. Vandaar dat op beide locaties de kinderen al vanaf groep 1 met computers vertrouwd gemaakt worden. Als leidraad worden de programma’s Winpak en Tijgerpakket gebruikt. In de groepen 1 en 2 gebeurt dat uiteraard op een speelse wijze door het gebruiken van speelse doch educatieve spelletjes en programma’s die we proberen zoveel mogelijk up to date te houden. Zo wordt er o.a. gebruik gemaakt van spelletjes die we op Kennisnet kunnen vinden. In groep 3 wordt er bij de leervakken als bijvoorbeeld Veilig Leren Lezen ook gebruik gemaakt van verwerking van de lesstof op de computer. Vanaf groep 4 wordt de leerlijn Word gestart, dit werd gefaseerd ingevoerd zodat uiteindelijk alle leerlingen van groep 4 t/m 8 deze leerlijn volgen. Vanaf groep 6 wordt, vanaf schooljaar 2008, gestart met het programma PowerPoint, zodat de kinderen hun werkstukken op een eigentijdse manier vorm kunnen geven.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
17
Vanaf groep 7 wordt, vanaf schooljaar 2008, gestart met het programma Websitemaker. Op deze manier willen wij onze leerlingen een goede aanzet geven voor het vervolgonderwijs. 4.5.7 Integratie, sociaal emotionele ontwikkeling, kom op voor jezelf, burgerschap In hoofdstuk 3.2.1.11 over het schoolklimaat wordt ook verwezen naar de thema’s van burgerschap en integratie. Het openbare karakter van de Driesprong impliceert al onze integratiegedachte: “niet Apart maar Samen”. In veel onderwijssituaties maar expliciet in projecten en festiviteiten wordt wederzijds respect en integratie benadrukt. Op de Driesprong wordt op beide locaties de sociaal emotionele ontwikkeling gestimuleerd, als richtlijn hiervoor worden onder andere de materialen van het programma “Kinderen en hun sociale talenten” gebruikt, meer informatie over dit aspect staat verderop in dit hoofdstuk onder 4.9 . De teams maken een jaarplanning waarbij de verschillende thema’s aan de orde komen. De kinderen uit de bovenbouw volgen het programma “Kom op voor jezelf” waarbij ze naast een zekere assertiviteit ook het beter leren omgaan met anderen kunnen toepassen. Aan de hand van onder andere schooltelevisieprogramma’s, het blad voor ontwikkelingssamenwerking Samsam, het school TV journaal en schoolprojecten leren de kinderen aspecten van burgerschap thuis te brengen en toe te passen. 4.6 De muzisch - expressieve vakken 4.6.1 Muziek Doelstelling: het muziekonderwijs is erop gericht, dat de leerlingen kennis, inzicht en vaardigheden verwerven om muziek te beluisteren, te beoefenen en om met elkaar
over muziek te kunnen praten en op muziek te bewegen. We gebruiken de volgende materialen: muziek en lied op cd, verschillende liedboeken, en schooltelevisielessen. We hebben de mogelijkheid om verschillende instrumenten bij de lessen te gebruiken. Met ingang van het schooljaar 2009-2010 wordt op beide locaties de muziekmethode Vier Muziek Daarnaast worden in projectvorm, 8 lessen muziek oriëntatie voor groep 3 t/ m 6 door een vakleerkracht aangeboden. 4.6.2 Bewegingsonderwijs Doelstelling: het bewegingsonderwijs is erop gericht, dat de leerlingen: • kennis, inzicht en vaardigheden verwerven om hun bewegingsmogelijkheden te vergroten; • enige kenmerkende hulpmiddelen en bijbehorende begrippen kunnen gebruiken; • een positieve houding ontwikkelen, dan wel behouden, met betrekking tot deelname aan de bewegingscultuur; • omgaan met elementen als spanning, verlies en winst. Aan de orde komen: gymnastiek, atletiek, en spel. Voor de doorgaande lijn van de lessen in de gehele school gebruiken we de volgende methodes: Op de Bantuin: Bewegen: dit is het bronnenboek voor de jaarlijkse cyclus. Op de Woudmees: Basislessen bewegingsonderwijs. Deel “Schoolwerkplan in de praktijk. Zwemonderwijs Voor het zwemonderwijs is een deelschoolwerkplan op school aanwezig. De zwemlessen voor de kinderen uit groep 5 en 6 worden uitgevoerd door professionele zweminstructeurs van het zwembad. De eindverantwoordelijkheid ligt bij de begeleidende leerkracht. 4.6.2.1 Schoolsportclinics Onze school neemt deel aan het sportproject van de gemeente Rhenen
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
18
(Sportservice Rhenen). De doelstelling van Sportservice Rhenen is: kinderen op jonge leeftijd laten kennismaken met diverse takken van sport en ze in contact te brengen met de sportverenigingen. Om dit te bereiken is een structurele samenwerking tussen scholen en sportorganisaties noodzakelijk. Tijdens de schooluren maken de leerlingen door middel van clinics kennis met diverse sporten. Deze clinics worden aangeboden door de sportverenigingen. 4.6.3 Tekenen en handvaardigheid Doelstelling: Het onderwijs in tekenen en handvaardigheid is erop gericht, dat de leerlingen: • kennis, inzicht en vaardigheden verwerven waarmee ze hun gedachten, gevoelens, waarnemingen en ervaringen op persoonlijke wijze kunnen vormgeven in beeldendewerkstukken, • leren reflecteren op beeldende producten en inzicht verwerven in de wereld om ons heen: de gebouwde omgeving, interieurs, mode en kleding, alledaagse gebruiksvoorwerpen en beeldende kunst, • kennis en inzicht verwerven dat uitbeelden en vormgeven gebonden zijn aan tijd en aan cultuurgebied. Er worden geen vaste methoden gebruikt, wel wordt gewerkt aan de hand van ideeënboeken. Binnen de kleutergroepen wordt muzische vorming geïntegreerd met drama en expressie met expressiemateriaal volgens de volgende werkwijze ontwikkeld: a. exploratie - wat is dit? b. experiment - wat kan ik ermee doen? c. expressie - uiting van datgene wat in het kind leeft of naar aanleiding van indrukken van buitenaf d. technische aanwijzingen en materiaalkennis/omgang e. toepassingen
4.7 Techniek Op de Driesprong willen we dat de kinderen de wereld van de techniek zelfstandig kunnen ontdekken, waarbij ze leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uitvoeren en evalueren. We stimuleren dat de kinderen leren bij producten uit hun directe belevingswereld relaties te leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik. Op de Driesprong zijn door de leerkrachten techniekkisten ontwikkeld. Kinderen werken zelfstandig met deze kisten. Wij willen hiermee bereiken dat: • Niet cognitief ingestelde kinderen meer mogelijkheden krijgen om te laten zien waar ze goed in zijn. • Kinderen een breder beeld krijgen van techniek en de rol van techniek in hun leven. • De school door de invoering van techniek meer mogelijkheid krijgt om ervaring op te doen met vernieuwende onderwijsvormen • De leerkracht meer mogelijkheden krijgt om competenties van de kinderen te onderscheiden door de diversiteit aan werkvormen. • Het onderwijs aantrekkelijker wordt omdat verschillende intelligenties van kinderen worden aangesproken • De ouderbetrokkenheid vergroot wordt omdat “Techniekonderwijs” zoals wij het vormgeven de ouders aanspreekt en dat ze kunnen participeren in de vormgeving. Na een tussentijdse evaluatie kan bekeken worden welke thema’s/domeinen nog ontbreken. Leerkrachten en de techniekcoördinator maken dan een afspraak wie een volgende kist ontwerpt/samenstelt. Bij de verdere realisatie van techniekkisten zal geput worden uit informatiebronnen zoals de suggesties van VTB, Kennisnet en reeds bestaande techniekkisten. Ook zal het aanbod van PABO’s aangewend worden.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
19
4.8 Projectonderwijs in de onderbouw In groep 1 en 2 wordt op beide locaties met Piramide projectonderwijs gewerkt dat is ontwikkeld door het Cito. Dit project onderwijs omvat een totaalprogramma, wat inhoudt dat alle ontwikkelingsgebieden de aandacht krijgen, met een grotere nadruk op taal. Er wordt dus niet alleen gelet of de leerlingen goed leren tellen of dat ze de taal goed beheersen, maar o.a. ook of de leerlingen prettig met andere leerlingen om kunnen gaan. Op de beide locaties krijgen kinderen die hierbij extra ondersteuning nodig hebben individuele hulp, “tutoring” genoemd. Het zelfstandig leren en spelen vindt m.b.v. projecten plaats. Er wordt ongeveer 2 à 3 weken aan een project gewerkt. De leerkracht zorgt voor een rijke leeromgeving en een planbord of kiesbord is aanwezig, zodat leerlingen ook zelf keuzes kunnen maken. De projecten/thema’s gaan over vertrouwde dingen als bijv. huis, verkeer, Sinterklaas. De projecten komen voor groep 2 op een hoger niveau terug. Om ouderbetrokkenheid te vergroten gaat er elk project een projectbrief uit, waarin de ouders kunnen lezen wat er staat te gebeuren, waar de leerlingen mee bezig zijn en hoe ze er eventueel thuis ook mee aan de slag kunnen. 4.9 Sociale talenten van onze kinderen Wij willen onze leerlingen voorbereiden op deelname aan de maatschappij door ze inzicht laten krijgen in de sociale structuren van de maatschappij. Dit doen wij door op de hele school aandacht aan sociale competentie te besteden. Voor deze schoolbrede aanpak gebruiken wij de methode “Kinderen en … hun sociale talenten”. Het hoofddoel van deze methode is de sociale competentie te bevorderen zodat ze uitgroeien tot sociaal competente personen. Personen die overweg kunnen met de eisen
die de maatschappij in deze tijd aan ze stelt, en uiteindelijk volwaardig kunnen deelnemen in onze maatschappij. Deze methode werkt met acht gedragscategorieën: • Ervaringen delen • Aardig doen • Samen spelen en werken • Een taak uitvoeren • Jezelf presenteren • Een keuze maken • Opkomen voor jezelf • Omgaan met ruzie De methode gebruikt verschillende werkvormen: • Klassengesprek • Interview • Enquête • Presentatie geven • Rollenspel • Poppenspel • Voorlezen • Creatief schrijven • Tekenen • Handvaardigheid • Op de informatieavonden bespreken wij dit onderwerp met de ouders. • In de tien minutengesprekken besteden wij aandacht aan de ontwikkeling van leerlingen op dit gebied. • Regelmatig ontvangen de ouders brieven waarin wij laten weten met welk onderwerp van sociale competentie we bezig zijn. Tevens vullen leerkrachten twee maal per jaar de vragenlijst van SCOL in. Resultaten van de SCOL worden gebruikt in de klassensituatie.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
20
4.10 Zorg voor de leerlingen De scholen van PPO de Link werken samen in het Samenwerkingsverband Veluwe Rijn Vallei met 16 andere basisscholen en financieren gezamenlijk de school voor speciaal basisonderwijs (SBO) De Dijk. Het Samenwerkingsverband Veluwe Rijn Vallei (SWV-VRV) beschrijft in haar meerjarige Zorgplan het beleid dat zij voert voor het realiseren van zorg op maat voor alle leerlingen. Jaarlijks wordt dit plan geactualiseerd in het activiteitenplan voor dat schooljaar. De centrale doelstellingen van het SWV zijn: - De participerende basisscholen beter toerusten om gezamenlijk leerlingen die onderwijsleerproblemen ondervinden om zoveel mogelijk binnen de basisschool te komen tot een passend onderwijsaanbod. - Het in stand houden van SBO De Dijk die antwoord geeft op hulpvragen van leerlingen van 4 tot 13 jaar met een complexe problematiek; - Het ontwikkelen van een bovenschoolse zorgstructuur die recht doet aan de specifieke onderwijsbehoeften van alle zorg-/ en risicoleerlingen binnen de bij het SWV aangesloten scholen. . Passend Onderwijs zal in de nabije toekomst zorgen voor de nodige veranderingen binnen het SWV en ook binnen de scholen. De scholen moeten gaan beschikken over een zorgprofiel en moeten die regelmatig actualiseren. Dit staat niet los van de opdracht van het SWV. Het SWV zal zich gaan buigen over de wijze van indiceren en over hoe gelden de zorgleerlingen gaan volgen. Ook moet het SWV met de aangesloten besturen en scholen en andere partners in de regio, zorgen voor een dekkend aanbod voor zorgleerlingen in die regio. Het krachtenveld waarbinnen wordt geopereerd wordt daarbij ingewikkelder. Bij verwijzing van leerlingen naar het speciaal onderwijs
verschuift de verantwoordelijkheid bijvoorbeeld niet meer. Vanwege de controversieel verklaring van Passend Onderwijs begin 2010, is nog veel onduidelijk en is de ontwikkeling van plannen vertraagd. Er is sprake van een wisselwerking tussen het Zorgplan van het SWV en dit schoolplan. Enerzijds beïnvloedt het Zorgplan het schoolbeleid; anderzijds dragen de schoolplannen van de scholen bouwstenen aan voor het zorgplan van het SWV. In de jaarlijkse actualisatie van het zorgplan van het SWV en het schoolplan zal de komende jaren ongetwijfeld aandacht worden besteed aan passend onderwijs. Het directeurenoverleg en het netwerk van interne begeleiders op SWV-niveau vormen samen met een de zorgcoördinatoren de voornaamste pijlers voor deze wisselwerking. Er is een vastgesteld zorgplan voor de periode 2011-2014. Daarnaast wordt jaarlijks een activiteitenzorgplan opgesteld. De leerling-zorg op onze school wordt voor een belangrijk deel bepaald door het zorgbeleid van het Samenwerkingsverband Veluwe – Rijn Vallei. Het zorgplan van basisschool De Driesprong ziet er daarom als volgt uit: Inhoud: 1. Doelstellingen en beleid van het samenwerkingsverband Veluwe- RijnVallei. 2. zorgplan basisschool “de Driesprong”. a. wat verstaan wij onder zorgleerlingen b. niveaus van zorg c. stappenplan zorgleerlingen a. signalering b. analyseren c. diagnosticeren d. besluiten n.a.v. diagnosticeren e. verwijzing naar de school voor speciaal basisonderwijs f. schema stappenplan 3. contacten met ouders
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
21
4. handelingsplannen en groepsplannen 5. registratie. 4.10.1 Doelstellingen en beleid van het samenwerkingsverband Veluwe- RijnVallei Onze school is aangesloten bij het samenwerkingsverband Veluwe – Rijn Vallei. Kern van het beleid van het samenwerkingsverband is dat voor elke zorgleerling de kansen op de beste ontwikkeling centraal staan. Beleid van het samenwerkingsverband: Scholen voor basisonderwijs en de school voor speciaal basisonderwijs dienen gezamenlijk verantwoordelijkheid te dragen voor de zorg van alle leerlingen binnen het samenwerkingsverband. Het beleid is er op gericht om meer kinderen adequaat van onderwijs te voorzien binnen het regulier onderwijs. Dit houdt in dat er meer samenhang aangebracht moet worden tussen de activiteiten op groep- school- en bovenschoolniveau.
samenwerkingsverband is gekozen voor handelingsgericht werken (Afstemming). - de besluitvorming en de werkwijze zijn schoolspecifiek helder omschreven. - scholen werken permanent aan de verbetering van de effectiviteit van het onderwijs. (professionalisering, deskundigheidsbevordering van de individuele leerkrachten en het team) - scholen ontwikkelen een systeem van extra zorg t.b.v. het onderwijs aan leerlingen met (meer) specifieke onderwijsbehoeften. - het schoolspecifieke actieplan is uitgangspunt voor het tweejaarlijkse gesprek tussen directies en IB-ers van de scholen en een afvaardiging vanuit de bovenschoolse zorgstructuur. tot zover het beleid van het samenwerkingsverband Veluwe-RijnVallei -
Integrale leerlingenzorg. De kern van integrale leerlingenzorg is adaptief onderwijs, waarbij het uitgangspunt bij het geven van onderwijs is, het centraal stellen van de mogelijkheden van het individuele kind. Uitgangspunt hierbij is, dat er vanuit gegaan wordt, dat leerlingen verschillend leren; dat er verschillen zijn in leercapaciteiten, verschillen in leerstijlen en verschillen in leertempo. Ieder kind heeft dus een eigen onderwijs –en begeleidingsbehoefte. Uitgangspunten van het strategisch beleid van het samenwerkingsverband die belangrijk zijn: - scholen dienen een systematiek te kennen voor wat betreft de signalering, aanpak en werkwijze in het kader van de integrale leerlingenzorg. Binnen het
(overgenomen uit zorgplan Veluwe-Rijn-Vallei 2006-2007. Het zorgplan van basisschool de Driesprong is mede op grond van de uitgangspunten van het samenwerkingsverband tot stand gekomen.)
4.10.2 Zorgplan openbare Daltonschool De Driesprong Basisschool de Driesprong, bestaande uit twee locaties ieder met 4 combinatiegroepen, is op iedere locatie een kleine school. Binnen de groepen streven wij er naar om binnen het jaarklassensysteem rekening te houden met de individuele leerbehoeften van kinderen. Dit houdt in: verschillende weektaken met aangepaste leerstof, werken met het verlengde instructie model, aanpassingen in leerstof, werken met handelingsplannen en groepsplannen. Kortom, daar waar mogelijk is adaptief onderwijs geven.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
22
4.10.2a. Wat verstaan we onder zorgleerlingen: Zorgleerlingen zijn alle leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Nader omschreven: leerlingen met specifieke behoeften op leergebied (E en D scores en ook A scores binnen L.V.S.). leerlingen waarvoor het Nederlands de tweede taal is en die daardoor belemmerd worden bij het volgen van het onderwijs. leerlingen met behoeften aan een specifieke aanpak op grond van hun gedrag. 4.10.2b. Niveaus van zorg: Binnen de zorg voor leerlingen onderscheiden we 4 niveaus: 1. de reguliere zorg die in de klas aan alle leerlingen geboden wordt. 2. extra zorg in de groep d.m.v. verlengde instructie, individuele hulp. 3. aanpassingen in de leerstof en tempo. 4. zorg voor de leerling buiten de groep in de vorm van r.t. 2c. stappenplan zorgleerlingen: 2.c.a. signalering: problemen met een leerling worden in eerste instantie gesignaleerd door de leerkracht of de ouders. de leerkracht beschrijft het probleem en maakt een handelingsplan / groepsplan. Hierbij wordt gewerkt volgens een handelingsgerichte aanpak. het kind wordt besproken in de leerling-bespreking (deze vindt eens in de acht weken plaats of eerder op verzoek). 2.c.b. analyseren: alle teamleden buigen zich over de hulpvraag en kunnen vragen ter verduidelijking stellen. Hierna worden er een aantal afspraken gemaakt, zie formulier.
Afspraken kunnen inhouden: 4.10.2.c.c. diagnosticeren: Observaties door ib’er en/of leerkracht. Vaak is er dan sprake van werkhouding- of motivatieproblemen. het analyseren van toetsgegevens van het L.V.S. het afnemen van pedagogisch didactisch onderzoek. 4.10.2.d. Besluiten naar aanleiding van diagnosticeren. Naar aanleiding van diagnose kunnen volgende besluiten genomen worden: het probleem kan binnen de groep opgelost worden: klassenorganisatie (gedragsproblemen) verlengde instructie aanpassing in leerstof / tempo werken met een handelingsplan / groepsplan binnen de groep het kind krijgt individuele hulp buiten de groep in de vorm van een rt- er indien de formatie dit toelaat., handelingsplan. De diagnose geeft aanleiding om specialistische hulp in te roepen: De consultatie wordt gecoördineerd door de IB-er. Zij draagt er zorg voor, dat de hulpvraag bij de juiste mensen kan worden neergelegd. Onze school maakt gebruik van meerdere mogelijkheden. Zorgteams op school (drie keer per jaar met deskundigen) Zorgcoordinator, GGD en SMW zijn daarbij aanwezig. CJG – Centrum voor jeugd en gezin. SMW- Schoolmaatschappelijk werk. GGD- Jeudggezondheidsdienst. SWR-VRV- advies van de zorgcoördinator. Cluster 2,3,4 Schooladviesdiensten Bijv. Giralis of Marant.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
23
Hoe de school om gaat met leerling gebonden financiering (lgf) staat elders beschreven in de schoolgids van de school (blz. 25). Na inroepen specialistische hulp volgen de beslissingsmomenten: 1. een capaciteitenonderzoek 2. een gedragsonderzoek het kind krijgt speciale zorg binnen de groep het kind krijgt individuele hulp buiten de groep in de vorm van r.t. het kind wordt voor hulp doorverwezen naar instanties buiten de school (advies aan ouders) het kind wordt doorverwezen naar een andere school voor basisonderwijs (advies aan ouders) het kind wordt doorverwezen naar de school voor speciaal basisonderwijs (advies aan ouders) 4.10.2.e. Verwijzing naar de school voor speciaal basisonderwijs. o Wanneer ouders het advies hebben gekregen om hun kind aan te melden voor een school voor speciaal basisonderwijs moet het kind voor toetsing aangemeld worden bij het P.C.L. (criteria voor het verstrekken van een beschikking voor het SBO zijn bijgevoegd uit zorgplan Veluwe - Rijn – Vallei). o Is de onderwijsbehoefte van het kind specifieker, dan kan er gekozen worden voor een traject aanvraag lgf (leerlinggebonden financiering) in de volksmond bekend als een rugzak. Deze kinderen worden dan aangemeld bij een REC (regionale verwijzingscommissie. Deze commissie beoordeelt dan of het kind in aanmerking komt voor speciaal onderwijs. Cluster 2, 3, 4.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
24
2.f. Schema stappenplan
1 Signalering door ouders en/of leerkrachten
2 Probleemomschrijving en hulpvraag
3 Analyse probleemomschrijving In leerling-bespreking of met intern begeleidster. Afspraken
4 Diagnosticeren: Openbare Daltonschoolerveren Analyse toetsgegevens Pedagogisch didactisch onderzoek
5 Extra zorg binnen de groep Extra zorg buiten de groep, indien de formatie dat toelaat. Speciale hulp instantie buiten school
6 Nader onderzoek specialisten buiten de school Advisering:zorg binnen/buiten groep, andere basisschool, instanties buiten de school Verwijzing speciaal basisonderwijs
7 Verwijzing speciaal basisonderwijs Aanmelding bij de PCL
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
25
4.10.3. Contacten met ouders De contacten met ouders zijn ook samen te vatten in een stappenplan: 1 signalering door de leerkracht: de leerkracht meldt aan de ouders wat hij gesignaleerd heeft, omgekeerd melden ouders dit aan de leerkracht. Kind wordt aangemeld voor de leerlingbespreking. 2 Afspraken gemaakt in de leerlingbespreking worden aan de ouders meegedeeld. 3 Diagnosticeren en het aanbieden van extra zorg: handelingsplannen worden met de ouders besproken, ook worden er vervolgafspraken gemaakt. ( evaluatie) 4 Aanmelden voor consultatie bij externe instanties kan alleen na toestemming van de ouders. 5 Adviezen, gegeven door externe instanties worden met de ouders besproken. 6 Aanmelden bij de PCL kan alleen met toestemming van de ouders.
Ook wordt er gewerkt met een groepsplan, wanneer na analyse van gedrags- en werkhoudingproblemen is gebleken, dat de groep en/of de leerkracht het gedragsprobleem negatief beinvloedt.
4.10.4. Handelingsplannen en groepsplannen en ontwikkelingsperspectief (OPP): Handelingsplannen: in een handelingsplan is de doelstelling duidelijk omschreven, evenals de tussendoelen en de beginsituatie, waarbij de referentieniveaus (rekenen en taal) uitgangspunt zijn. er staat omschreven welke materialen ingezet worden. organisatorische aspecten: tijd waarop, waar, wie en wat het kind eventueel voor aanpassingen in de groep nodig heeft. evaluatie na ongeveer 8 weken en een duidelijke omschrijving van het vervolg. voor evaluatie worden de leerlingbesprekingen gebruikt, hierna wordt het handelingsplan geëvalueerd met de ouders en bij oudere kinderen ook met het kind zelf.
Groepsplannen: Groepsplannen worden gemaakt, na analyse van de uitslagen van de toetsen van het LVS In een groepsplan moeten de doelstelling en de tussendoelen duidelijk vermeld worden. Verder de organisatorische aspecten: materiaal, tijd en wat de kinderen gaan doen die niet met het groepsplan meedoen. Evaluatie vindt plaats tijdens de groepsbespreking. Deze is twee keer per jaar.
Ontwikkelingsperspectief: Als een kind een ontwikkelachterstand heeft opgelopen op een vakgebied: taal, lezen, begrijpend lezen, spelling, rekenen van minimaal een jaar, dan kiest onze school voor het werken met een OPP. Het OPP wordt opgesteld vanaf groep 5. Het OPP wordt halfjaarlijks geëvalueerd met de leerkracht en de ouders. Bij het OPP hoort een individueel handelingsplan. De toetsinstrumenten van het LVS zijn uitgangspunt om de ontwikkeling van een leerling te volgen.
4.10.5. Registratie vorderingen In het registratiesysteem zijn opgenomen de methodegebonden toetsen (zorgmap) Uitslagen van toetsen niet methode gebonden zoals LVS worden opgeslagen in de computer, tevens worden de resultaten via een uitdraai voor de leerkrachten in de toetsmappen bewaard
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
26
5. De inzet en ontwikkeling van ons personeel
5.1. Doelen van het personeelsbeleid Ten aanzien van integrale personeelsbeleid (IPB) heeft PPO de Link de afgelopen jaren de volgende doelen geformuleerd: Het vormgeven van een zodanige organisatie en gezagsverhoudingen, dat de medewerkers kunnen en willen bijdragen aan het goed functioneren van de scholen; Het realiseren van zinvolle arbeid met zo groot mogelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden, die passen bij ieders aanleg, capaciteit en ambitie; Het betrekken van de medewerkers bij het inrichten van de werksituatie en bij de beleidsvorming binnen de instelling; Het scheppen van voorwaarden die de medewerker in staat stellen zich verder te ontplooien; Het bevorderen van het welzijn, de gezondheid en de veiligheid van de medewerkers; Het binnen de mogelijkheden van de scholen realiseren van goede materiële voorzieningen, volgens inzichtelijke en zo objectief mogelijke criteria. 5.2. Huidige situatie De wijze waarop de in de vorige paragraaf genoemde doelen worden gerealiseerd, is beschreven in de Kadernotitie IPB en de verschillende procedures. Al deze stukken zijn terug te vinden in het Handboek van PPO de Link op de site van de stichting. Feit is dat het personeelsbeleid van PPO De Link aansluit bij de CAO afspraken voor het Primair Onderwijs. In het Strategisch Beleidsplan 2010-14 “Dynamisch in Balans” van de stichting
zijn voor de komende jaren de volgende onderwerpen benoemd in het personeelsbeleid die aandacht gaan krijgen: Uitvoeren van het geformuleerde beleid rond de functiemix. Realiseren van een welzijns/tevredenheidenquête voor het voltallige personeel van de stichting; Het realiseren van de vierjaarlijkse Risico-inventarisaties en –evaluaties (RIE’s) en de jaarlijkse bijstelling van de plannen van aanpak ten aanzien van arbozaken op schoolniveau; Het realiseren van opleidingsscholen; Het beschrijven van medezeggenschap op schoolniveau; Het realiseren van bekwaamheidsdossiers waarbij de privacy van medewerkers wordt geborgd; Het realiseren van de functiebouwwerken van de scholen en het doordenken van de consequenties hiervan voor de gehele stichting; Het in kaart brengen van de vergrijzing en het formuleren van benodigde acties; Het realiseren van het regelmatig bezoeken van andere scholen door de collega’s; Het evalueren van de Kadernotitie IPB en de daaruit voortvloeiende beleidsdocumenten en procedures; 5.3. Beleidsvoornemens / plannen In het kader van IPB is er een projectgroep die zich bezighoudt met het stroomlijnen van het personeelsbeleid binnen de diverse geledingen van PPO de Link en het ontwikkelen van nieuw beleid.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
27
6. Overige beleidsterreinen 6.1. Ons algemeen strategisch beleid Als vervolg op het eerste strategische beleidsplan van de stichting is eind 2009 het tweede Strategische Beleidsplan 20102014 “Dynamisch in Balans” vastgesteld. Het plan dient als basis voor de afzonderlijke bovenschoolse jaarplannen en de schooldocumenten van elke afzonderlijke school. Implementatie, borging en evaluatie van wat is bereikt in voorgaande jaren is naast een aantal nieuwe ontwikkelingen een stevige opdracht voor de komende jaren. Het volledige plan is terug te vinden op de site van de stichting. 6.2. Financiën, beheer en huisvesting De stichting heeft een viertal jaren geleden haar financiële beleid geformuleerd in de Financiële Kadernotitie. Deze Kadernotitie zal in schooljaar 2010- 2011 worden geëvalueerd en mogelijk worden bijgesteld. Voorts staan in het Strategisch beleidsplan 2010-2014 voor de beleidsterreinen financiën, beheer en huisvesting de volgende activiteiten benoemd: Evalueren van het fpe-systeem dat gebruikt wordt bij de formatieve begroting; Het uitvoeren van een financiële risicoinventarisatie; Het evalueren en bijstellen van het beleidskader huisvesting; Het opstellen van een meerjarenbegroting en daarbij het jaarlijks kritisch bekijken van de
consequenties van de ontwikkelingen van de leerlingaantallen; Het realiseren van centrale inkoop voor ICT en waar mogelijk het realiseren van mantelcontracten.
6.3. In- en externe communicatie Het hiernavolgende organogram toont hoe de formele communicatielijnen binnen de stichting lopen. De onderlegger voor de formele lijnen zijn: Bestuur- en managementstatuut; GMR- en MR-reglementen. Binnen het bestuur van PPO de Link is een discussie gaande over Good Governance en de Code Goed Bestuur. De uitkomst van de discussie zal worden verwerkt in een nieuw bestuurs- en managementstatuut dat in de loop van schooljaar 2010-2011 zal worden gerealiseerd. Naast de formele overleggen zijn er meer overlegorganen en overlegmomenten te benoemen. Komend jaar worden deze op stichtings- en schoolniveau beschreven.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
28
7. Onze zorg voor kwaliteit 7.1 Inleiding Vanaf eind 2006 zijn de scholen van PPO de Link actief aan de slag gegaan met het realiseren van een systeem van kwaliteitszorg. Dit vanuit de gedachte dat de kwaliteit van een school hoger is naarmate deze school beter in staat is om de doelstellingen waar te maken in de schoolpraktijk. Onder kwaliteitszorg verstaan we het proces waarin de school (en de stichting als geheel) haar doelstellingen bepaalt, weet te realiseren, de kwaliteit ervan weet te bewaken, vast te houden en waar nodig te verbeteren. Het bevoegd gezag van PPO de Link, draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs op de scholen. Zij bewaakt hoe de scholen de kwaliteit van het onderwijs realiseren en verbeteren. Voor iedere school geldt dan ook dat de directie en het team moeten weten of het onderwijs – of onderdelen van onderwijsgebieden – goed is. Wat goed verloopt moet goed blijven en wat beter kan moet verbeterd worden Er is hier sprake van een individuele en een gezamenlijke verantwoordelijkheid.
7.2 De inrichting van de kwaliteitszorg Een aantal jaren geleden is gekozen voor het instrument Werken Met Kwaliteitskaarten voor Primair Onderwijs (WMK-PO). Uitgangspunten van WMKPO is dat kwaliteitszorg cyclisch, systematisch en permanent moet zijn. Daarnaast wordt het principe van Plan – Do – Check – Act gehanteerd (plannen, doen, controleren en borgen). Scholen stellen zich dus voortdurend de volgende vragen: Doet de school de goede dingen?
Doet de school de dingen goed? Hoe weet de school dat? Vinden anderen dat ook?
WMK-PO biedt de scholen een aantal instrumenten, Met de quick scan (een snel onderzoek) kan nagegaan worden of een schooldiagnose (een diepgaander onderzoek) wenselijk is. Het gaat in beide gevallen om standaard vragenlijsten, die geordend naar beleidsterrein en desgewenst aangevuld met schoolspecifieke vragen, aan een bepaalde groep worden aangeboden ter beantwoording. Naast de quick scan en de schooldiagnoses is er ook een viertal enquêtes die bij medewerkers, ouders of leerlingen (desgewenst aangevuld met schoolspecifieke vragen) worden uitgezet. Daarnaast gebruiken de scholen een rapportagesystematiek van WMK-PO. Met name wordt jaarlijks het Katern Opbrengsten opgesteld. De analyse van de opbrengsten uit het katern en het resultaat verkregen uit de quick scan, schooldiagnoses en de enquêtes wordt uiteindelijk verwerkt in verbeterplannen. De verbeterplannen op hun beurt krijgen een plek in het schoolplan 7.3 Beleidsvoornemens voor de komende vier jaar WMK-PO is de laatste vier jaar op een gedegen wijze geïmplementeerd. In de inspectie bezoeken die bij de helft van de scholen van PPO de Link in 2009/10 plaatsvonden heeft het systeem zich bewezen. De uitdaging voor de komende jaar is voortgaan op de gekozen weg. In praktisch opzicht hebben de scholen een aantal problemen ervaren met WMK-PO: a) de vergaderlast voor de teams is hoog als het systeem exact volgens de regels wordt gevolgd; b) het personeel ervaart maar beperkte meerwaarde van kwaliteitszorg voor het eigen werk;
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
29
c) soms is het moeilijk om anonimiteit bij het invullen van de quick scan en schooldiagnoses te waarborgen. Aangegeven wordt dat de scholen behoefte hebben aan: 1. een praktische aanpak die aansluit bij het dagelijkse werk; 2. het vermijden van inhoudelijk te abstracte kaarten; 3. het logisch samenvoegen van kaarten zodat er tijdwinst behaald wordt; 4. het zich concentreren op de QS zodat er niet onnodig veel vragenlijsten ingevuld hoeven te worden. Alleen als de QS hiertoe aanleiding geeft wordt een schooldiagnose opgepakt; 5. ruimte om eigen kaarten toe te voegen aan het geheel van kaarten. De directeuren van PPO de Link hebben gezamenlijk afgesproken een en ander wat pragmatischer aan te pakken. Ook is afgesproken dat het zinvol is om de werkzaamheden enigszins op elkaar af te
stemmen. Zo kan nagegaan worden of er onderwerpen zijn die bovenschools zouden kunnen worden aangepakt. Afgesproken is dat: - er wordt één enquête per jaar afgenomen; - het katern opbrengsten wordt jaarlijks opgesteld. Andere katernen worden bovenschools gezamenlijk kritisch bekeken op nut en noodzaak waarna een besluit wordt genomen of aan het Katern Opbrengsten andere katernen worden toegevoegd; - Elk jaar wordt één quick scan afgenomen over gecombineerde gebieden; - Een school kan als de quick scan hiertoe aanleiding geeft een schooldiagnose uitvoeren of een extra onderwerp oppakken als daar behoefte aan is. - Er wordt serieus gewerkt aan de uitvoering van de verbeterplannen.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
30
De volgende planning is afgesproken voor de quick scans: . Combinaties Schooljaar (start QS in voorjaar) Taal, Didactisch Handelen, 2010/11 Aanbod, Tijd ICT, Techniek, 2011/12 Schooladministratie, Inzet van middelen Rekenen/Wiskunde, 2012/13 Pedagogisch handelen, Actieve rol leerlingen, Burgerschap IPB, Beroepshouding, 2013/14 De volgende planning is afgesproken voor de enquêtes: Doelgroep Schooljaar Medewerkers 2010 Ouders (bovenschools) 2011 Bij het enquêteren van de medewerkers zal gezocht worden naar een combinatie van de welzijnstevredenheidenquête (in het kader van de Arbowetgeving) en meer algemene schoolrelevante vragen. Bij het
Schoolleiding, Identiteit (levensbeschouwing), Interne communicatie Zorg en Begeleiding, Contacten met ouders, Schoolklimaat Externe contacten, Afstemming
Leerlingen Ouders (desgewenst schoolspecifiek)
2014/15
2012 2013
enquêteren van de ouders wordt eens in de vier jaar een bovenschoolse enquête uitgezet en eens in de vier jaar een schoolspecifieke enquête.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
31
7.4 Hoe heeft de school verbeterplannen verwerkt in het schoolplan. Door daar waar mogelijk de verbeterplannen in het Daltontraject op te nemen, is getracht de aandachtspunten die uit het WMK-PO naar voren kwamen, op te pakken. Ter illustratie: Verbeterplannen: Beroepshouding: Beroepshouding Leraren zijn in staat te reflecteren op eigen handelen. Dit onderdeel is meegenomen in het Daltontraject reflecteren, immers om met kinderen te kunnen reflecteren is weten wat en zelf kunnen omgaan met deze competentie een vereiste. Het leerkrachtgedrag, een onderwerp dat ook tijdens het bezoek van de inspectie van het onderwijs (mei / juni 2010) alle aandacht kreeg, gaf aan, dat de leerkrachten van de Driespong zicht hebben op eigen handelen en daar over het algemeen naar handelen. Kwaliteitszorg 2010: De schoolleiding betrekt leerlingen bij het vaststellen, beoordelen en verbeteren van de kwaliteit van de school. Leerlingen geven feedback en krijgen invloed bij het vaststellen, beoordelen en verbeteren van de kwaliteit van de school. Dit onderdeel krijgt vorm door de leerlingenraad die in het schooljaar 20102011 is opgestart op beide locaties. Contacten met ouders: De leraren stimuleren onderwijsondersteunend gedrag van ouders in de thuissituatie. Ouders zijn betrokken bij onderwijssituaties die thuis vorm gegeven worden. Hierbij is de samenwerking met de leerkracht die de eindverantwoordelijkheid draagt een uitgangspunt.
Dit onderdeel behoeft zeker nog alle aandacht. Toch zijn, daar waar ouders ingezet konden worden bij het traject leerlingenzorg, successen geboekt. Binnen de lessen van Piramide (groep 1 en 2) worden ouders betrokken bij de thema’s die aangeboden worden, middels info’s. Zij kunnen daardoor inspelen op de opmerkingen die door de kinderen gemaakt worden n.a.v. de aangeboden lessen. Het zingen van liedjes e.d. is daar ook een onderdeel van. Externe contacten: De school onderhoudt contacten met toeleverende instellingen (peuterspeelzalen, kinderdagverblijven)
Komen tot een functionerend overdrachtsformulier. En waar wenselijk gekoppeld aan gesprekken.
De school voert structureel overleg met toeleverende instellingen. De warme overdracht van kinderen is binnen Rhenen en Elst gewaarborgd. Omdat op beide locaties kinderopvang de Regenboog ruimten binnen de schoolgebouwen gebruikt, is daarmee structureel contact met deze instelling gewaarborgd. Door deel te nemen aan bijeenkomsten Lokaal Educatieve Agenda (LEA) door de directie van de school, wordt regelmatig overleg gevoerd met verschillende (ook gemeentelijke) instellingen. Didactisch handelen: Interactieve houding leerkracht. Leerkracht weet interactie in te zetten ter verbetering van het didactisch handelen. Dit item is binnen het traject Dalton, onderdeel klassenmanagement, opgepakt. Zorg en begeleiding: Leerlingenzorg: werkwijze afstemming. Onderwijsbehoefte wordt voor elke zorgleerling in kaart gebracht door de eigen groepsleerkracht.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
32
Het traject afstemming gaat zijn vruchten afwerpen. Leerkrachten zijn steeds beter toegerust in het schrijven van groepsplannen en eventueel handelingsplannen. De OPP’s worden door de IB-er opgemaakt. Uiteraard daar waar nodig ondersteunt de IB-er de leerkracht. Actieve en zelfstandige rol van de leerlingen. De leerlingen leren op doelmatige wijze samen te werken. Kinderen werken samen op de manier die binnen Dalton noodzakelijk is. Binnen het traject Dalton hebben de daltoncoördinatoren door het plannen en realiseren van momenten waarbinnen collega’s met elkaar over bepaalde onderwerpen discussiëren, formats geschreven waar o.a. samenwerkingsactiviteiten aan moeten voldoen. Bovenstaande verbeteronderwerpen behoeven nog steeds aandacht en worden daarom in de planning van activiteiten voor de komende vier jaar, meegenomen. Daarnaast zal de uitkomst van de ouderenquête onderwerpen aandragen die ook in de planning weggezet worden. De oudervragenlijst heeft helaas te weinig reacties opgeleverd, waardoor de betrouwbaarheid onvoldoende is. Toch zijn de volgende punten van belang: Locatie de Bantuin: De tien sterkste punten - De school begint goed op tijd (3.60) - Op school wordt voldoende aandacht besteed aan projecten (3.56) - De school probeert op een goede manier verzuim te voorkomen (3.50) - Ik ben tevreden over de schooltijden (3.50) - Op school wordt voldoende aandacht besteed aan buitenschoolse activiteiten (3.44)
- De school zorgt ervoor, dat er weinig lesuitval is (3.44) - De leraar van mijn zoon/dochter laat voldoende samenwerken binnen de groep. (3.44) - De school begeleidt ouders goed bij de keuze van het vervolgonderwijs (3.43) - De school geeft goede adviezen met betrekking tot de (vervolg)schoolkeuze (3.43) - Mijn kind(eren) voelt (voelen) zich veilig op school (3.40) Mogelijke verbeterpunten - De leraren geven (te) veel huiswerk (1.88) - De huisbezoeken zijn zinvol (2.00) - Ik heb de school gekozen, omdat anderen dat hebben aanbevolen (2.00) - Er wordt regelmatig aan mij gevraagd of ik tevreden ben met de school (2.20) - De school staat goed bekend (2.22) - De leraren geven (te) weinig huiswerk (2.25) - Ik heb de school gekozen, omdat de school dichtbij is (2.33) - Het is mij duidelijk, in welke gevallen een leerling blijft zitten (2.56) - Ik ontvang informatie over de effecten van verbeteractiviteiten schriftelijk (2.60) - De school stelt zich in voldoende mate op de hoogte van de verwachtingen van de ouders (2.60) Locatie de Woudmees: De tien sterkste punten - De leraar laat je uitspreken (3.75) - De leraar doet aardig en vriendelijk tegen de leerlingen (3.75) - De leraar van mijn zoon/dochter kan goed uitleggen (3.73) - De leraar van mijn zoon/dochter laat voldoende samenwerken binnen de groep. (3.70) - Mijn kind(eren) voelt (voelen) zich veilig op school (3.67) - De leraar zorgt ervoor, dat de leerlingen goed (respectvol) met elkaar omgaan (3.67)
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
33
- De leraar kan goed luisteren (3.67) - De leraar toont respect voor mijn zoon/dochter (3.67) - De leraar stelt zich positief op naar mijn zoon/dochter (3.67) - De leraar van mijn zoon/dochter is gemotiveerd (3.67) Mogelijke verbeterpunten - Ik heb de school gekozen, omdat anderen dat hebben aanbevolen (2.10) - De leraren geven (te) veel huiswerk (2.36) - Ik heb de school gekozen, omdat de resultaten goed zijn (2.45) - Er wordt regelmatig aan mij gevraagd of ik tevreden ben met de school (2.50) - De school staat goed bekend (2.58) - Ik ontvang informatie over de effecten van verbeteractiviteiten schriftelijk (2.67) - De school ziet er verzorgd uit (2.67) - Het is mij duidelijk, in welke gevallen een leerling een groep kan overslaan (2.73) - De school informeert ouders regelmatig over de effecten van verbeteractiviteiten (2.75) - De school vraagt in voldoende mate naar de mening van ouders over de school (2.83)
Daarnaast heeft de directie en de internbegeleidster gezamenlijk de katern opbrengsten gescoord, een katern waarin de school de opbrengsten richting de inspectie verantwoord. De uitslag van de gescoorde items geeft geen aanleiding tot verbeterpunten. Het geeft aan dat de ingeslagen weg, wat betreft deze items, voorgezet kan worden. Uitzondering hierop is de kwaliteitskaart interne communicatie. De uitslag geeft aan dat aan dit onderwerp aandacht gegeven moet worden, hetgeen ook al zichtbaar werd in de uitslag van de oudervragenlijsten van de beide locaties.
Uit bovenstaande mag geconcludeerd worden dat op het gebied van communicatie de school nog stappen te maken heeft. De wijze van informeren en betrokken zijn bij kinderen en ouders, zijn aandachtspunten. Dat het openbaar onderwijs zich nog meer moet gaan profileren, is een activiteit die mede door het komen tot Daltononderwijs opgestart is. De punten die sterk genoemd worden, zijn items waar we zeker alert op blijven. In de maand mei 2011 heeft het team de volgende kwaliteitskaarten gescoord: tijd aanbod taal didactisch handelen interne communicatie
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
34
8.Onze beleidsvoornemens / plannen, totaaloverzicht en planning. 2011-2012
Profilering: Pr activiteiten op de kaart zetten openbaar onderwijs Activiteiten MFG Contacten Kwaliteitsbeleid: Schoolgids 2012-2013 Aanbod scholing mede n.a.v. gesprekkencyclus (Scholingsplan) o Communicatie o HD (voorstel) Evalueren / interpreteren lvs cito BHV Planning klassenconsultatie Inzetten INK-model en werken volgens PDCA-cyclus Inzetten kwaliteitskaarten / actie volgens planning PPO Onderwijskundig beleid: Oriëntatie methoden (zie MIP) Referentieniveaus Dalton: o Evalueren gemaakte afspraken; keuzewerk/reflecteren/weektaak/samenwerken o Leerlijn keuzewerk o Adviezen visite oppakken o Visitatie o Evalueren leerlingenraad BT o Opzetten leerlingenraad WM Passend Onderwijs Inzetten werkplekken MFG Invoeren methode begrijpend lezen Methodenstudie: o Schrijven o Geschiedenis o Aardrijkunde o Natuurkunde Leerlingenzorg: Zie zorgplan WSNS Invoeringstraject en inzetten ParnasSys. Referentieniveaus (tussen doelen) Evalueren afstemming Groepsplannen rekenen evalueren. Groepsplannen taal en spelling opstarten OPP ontwikkelen en inzetten. Personeelsbeleid en organisatie ontwikkeling: Personeelsbeleid i.r.t. PPO De Link, gesprekscyclus beoordeling- jaarpopgesprek Activiteiten PPO de Link Informatie- communicatie technologie: Evalueren /verder invoeren gebruik smartboards / ict / intranet / netwerkbeheer Scool Huisvesting, inrichting en financiën: MFG-traject WM Tuinonderhoud school BT Overige onderwerpen: Klassenmanagement i.r.t. Dalton Inzetten werkvormen n.a.v. studiebijeenkomsten Evalueren schoolplan 2011 – 2012 Hoe verder met Piramide
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
35
2012-2013
Profilering: Samenwerking MFG te Elst. Samenwerking Kinderopvang Elst te Rhenen en Elst o Kinderopvang Rhenen / Kinderopvang de Regenboog Kwaliteitsbeleid: Schoolgids 2013-2014 Aanbod scholing mede n.a.v. gesprekkencyclus (Scholingsplan) Evalueren en implementeren begrijpend leesmethode. BHV Klassenconsultatie collega’s implementeren Inzetten INK-model en werken volgens PDCA-cyclus Inzetten kwaliteitskaarten / actie volgens planning PPO. Onderwijskundig beleid: Referentieniveaus Dalton: o Evalueren gemaakte afspraken; keuzewerk/reflecteren/weektaak/samenwerken o Adviezen visitatie oppakken, maken plan van aanpak. o Samenwerken verdiepen o Leerlijn samenwerken uitwerken Passend Onderwijs evalueren topondernemers evalueren werkplekken MFG invoeren methoden: o Schrijven o Geschiedenis o Aardrijkunde o Natuurkunde Methodenstudie: o Nederlandse Taal Leerlingenzorg: Zie zorgplan WSNS OPP evalueren en bijstellen Groepsplannen rekenen, taal en spelling evalueren en bijstellen. Groepsplannen wereld oriënterende methoden opstarten Traject ParnasSys Personeelsbeleid en organisatie ontwikkeling: Personeelsbeleid i.r.t. PPO De Link, gesprekscyclus beoordeling- jaarpopgesprek Activiteiten PPO de Link Informatie- communicatie technologie: Evalueren /verder invoeren gebruik smartboards / ict / intranet / Scool Huisvesting, inrichting en financiën: Creëren werkplekken BT / WM Tuinonderhoud school BT Overige onderwerpen: Doorgaande lijn adaptief onderwijs verder uitzetten, veilig stellen, piramide (mede n.a.v. personeelsmutaties) Evalueren schoolplan2012 - 2013
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
36
2013-2014
Profilering: Samenwerkiing en evalueren MFG te Elst. Samenwerking Kinderopvang Elst te Rhenen en Elst uitbreiden en implementeren Dalton activiteiten ondernemen ter versteviging van de beeldvorming in beide gemeenschappen. Kwaliteitsbeleid: Schoolgids 2014-2015 Aanbod scholing mede n.a.v. gesprekkencyclus (Scholingsplan) Evalueren / interpreteren lvs cito Evalueren Scoll BHV Klassenconsultatie evalueren Inzetten INK-model en werken volgens PDCA-cyclus Inzetten kwaliteitskaarten / actie volgens rooster PPO Onderwijskundig beleid: Referentieniveaus Evalueren UVL / methode verkeer. Topondernemers groep 3 t/m 8 evalueren Techniek VTB evalueren Evaluatie muziek Dalton: o Evalueren gemaakte afspraken; keuzewerk/reflecteren/weektaak/samenwerken o Groepsoverstijgend werken o Leerlijn reflecteren uitwerken o Werkhouding/ kijken naar je werk en omgaan met correctiewerk. Invoeren methode Nederlandse taal Evalueren methoden: o Schrijven o Geschiedenis o Aardrijkunde o Natuurkunde Leerlingenzorg: Zie zorgplan WSNS Passend Onderwijs ParnasSys Personeelsbeleid en organisatieontwikkeling: Gesprekkencyclus personeelsbeleid i.r.t. PPO De Link pop-gesprek. Activiteiten PPO de Link Informatie- en communicatie technoloie: Wens komen tot eigen digitale werkplek Evaluatie netwerkbeheer Scool Huisvesting, inrichting en financiën: Aanpassen, realiseren wensen schoolgebouw Overige onderwerpen: Doorgaande lijn verder uitzetten, veilig stellen Evalueren schoolplan 2013 – 2014
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
37
2014-2015
Profilering: MFG in bedrijf en optimaliseren. Kwaliteitsbeleid: Schoolgids 2015-2016. Schoolplan 2015-2019. Aanbod scholing mede n.a.v. gesprekkencyclus (Scholingsplan). Evalueren / interpreteren lvs cito. BHV. Klassenconsultatie evalueren. Inzetten INK-model en werken volgens PDCA-cyclus zie planning vanuit PPO geregisseerd. Inzetten kwaliteitskaarten / actie n.a.v. verbeterplannen. Onderwijskundig beleid: Implementeren methode Nederlandse taal. Doorlichten ict-beleidsplan – ook i.r.t. ontwikkelingen PPO. Evalueren en plannen UVL – activiteiten. Referentieniveaus Dalton: o Evalueren gemaakte afspraken; keuzewerk/reflecteren/weektaak/samenwerken o Voorbereiden nieuwe visitatie o Leerstijlen Evalueren methode Nederlandse taal Methodenstudie: o Aanvankelijk lezen o Rekenen en Wiskunde o Engels Leerlingenzorg: Zie zorgplan WSNS. Personeelsbeleid en organisatieontwikkeling: Gesprekkencyclus personeelsbeleid i.r.t. PPO De Link ronde popgesprek / beoordelingsgesprek. Activiteiten PPO de Link. Informatie- en communicatie technoloie: Komen tot digitale werkplek. Overige onderwerpen: Evalueren schoolplan 2014 – 2015. Doorgaande lijn verder uitzetten, veilig stellen.
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
38
9.
Overige onderwerpen De school hanteert de door PPO de Link vastgestelde klachtenregeling en is aangesloten bij de landelijke geschillencommissie. De scholen van PPO de Link hanteren het landelijke protocol t.a.v. sponsoring. Een preventiemedewerker is binnen het team aangezocht.. De BSO (Buitenschoolse Opvang) wordt zowel in Elst als in Rhenen i.s.m. Kinderopvang De Regenboog gerealiseerd. .
[email protected] / www.dalton-driesprong-rhenen.nl
39
10.
Instemming medezeggenschap en vaststelling bevoegd gezag
De medezeggenschapsraad van openbare Daltonschool De Driesprong heeft haar instemming verleend aan het schoolplan 2011-2015.
Voorzitter naam:
secretaris naam:
Elst, juli 2011
Het bevoegd gezag van de school heeft het schoolplan 2011-2015 vastgesteld. Namens het bestuur van de Stichting Partners Primair Onderwijs de Link, Drs. F. van Veen, algemeen directeur Elst, juli 2011
Prinsenweg 79 – 3921 DT – Elst - 0318 – 471788
[email protected] / www.driesprong-rhenen.nl
Prinsenweg 79 – 3921 DT – Elst - 0318 – 471788
[email protected] / www.driesprong-rhenen.nl