Schoolgids Willibrordusschool Willibrordusweg 1 6917 AM Spijk Tel: 0316-541578 Mail:
[email protected] www.willibrordusspijk.nl
WELKOM OP ONZE SCHOOL Uw kind brengt een groot deel van zijn of haar jeugd door op school, de plek waar kinderen samen leren, spelen en zich voorbereiden op de toekomst. Acht jaar daarvan op een basisschool. Een belangrijke tijd dus. Wij zijn ons hiervan terdege bewust en vinden het van groot belang, dat wij in de periode samen met de ouders optrekken, er sprake is van ‘partnerschap’. Juist daarom is het zo belangrijk, dat ouders voor hun kind een school uitzoeken, die bij hen past. Want niet alleen het kind moet zich er goed voelen, ook de ouders moeten vertrouwen hebben in de school en het team. Om u in staat te stellen een goede schoolkeuze te maken, willen wij een zo volledig mogelijk beeld van de Willibrordus schetsen. Deze schoolgids probeert u een goede eerste indruk te geven. Wij komen graag in contact met u. Heeft u belangstelling voor onze school, maakt u dan een afspraak. Wij laten u graag de school zien en vertellen met veel plezier en enthousiasme over onze school. Voor de ouders die hun kind(eren) reeds bij ons op school hebben aangemeld, geldt natuurlijk hetzelfde. Zijn er vragen en/of opmerkingen, neemt ucontact met ons op. Zo kunnen we blijven werken aan het verbeteren van het onderwijs; de kinderen nog beter en leuker voorbereiden op een mooie toekomst. Namens alle betrokkenen, veel leerplezier- en een fijne tijd op onze school. op onze school. Gerard Peters (directeur)
OVER DE WILLIBRORDUS Onze school is de enige school gelegen in het midden van het mooie en rustige dorp Spijk. Het gebouw biedt veel ruimte om onderwijs op maat (zo goed mogelijk passend bij de ontwikkeling van uw kind) te verzorgen en is omgeven door een prachtig schoolplein. Een heerlijke en veilige plek voor onze kinderen om iedere dag naar toe te gaan. Wij maken voor de gymlessen gebruik van de naast de school gelegen gymzaal van het dorpshuis “De Spieker”. Het enthousiaste team bestaat uit vier leerkrachten, een onderwijsassistent, een intern begeleider en een directeur. De Willibrordus maakt onderdeel uit van de Stichting Proles (www.stichtingproles.nl).
WAAROM KIEZEN OUDERS VOOR ONZE SCHOOL? Naast de rustige, veilige en mooie omgeving spreekt ouders de kleinschaligheid, het aanbieden van onderwijs op maat, de aandacht voor het welzijn van de kinderen, onze kijk op onderwijs en de ouderbetrokkenheid erg aan. Het aanbieden van de Duitse taal en de aanpassingen in onze onderwijsorganisatie maken de school gezien de positieve reacties nog aantrekkelijker voor de ouders.
ONZE KIJK OP ONDERWIJS Kinderen, ouders, leerkrachten en alle andere betrokkenen moeten zich thuis, veilig voelen op onze school en het werken hieraan als een gezamenlijke verantwoordelijkheid ‘partnerschap’ zien en voelen. Wij proberen respect voor iedereen te hebben, rekening te houden met elkaar, ongeacht de culturele achtergrond, een andere mening, een beperking, of huidskleur en daar dagelijks aandacht voor te hebben. We streven naar een open, vriendschappelijke relatie, een positieve, maar ook kritische houding ten opzichte van onszelf, anderen en de samenleving. Open en kritisch betekent, dat wij open staan voor nieuwe ontwikkelingen en ideeën, deze niet op voorhand afwijzen, maar ook niet onmiddellijk omarmen. Steeds kijken we, of het een gewenste meerwaarde voor ons onderwijsaanbod kan zijn en of het past bij de ingezette koers. Vriendschappelijk en partnerschap betekent ook rekening houdend met ieders specifieke verantwoordelijkheid.
Het gaat ons niet alleen om het leren van feiten, de aandacht voor de cognitieve ontwikkeling. Wij helpen uw kind ook bij het ontwikkelen van sociale, culturele en motorische vaardigheden. Tevens schenken wij aandacht aan een goede werkhouding, het ontwikkelen van zelfvertrouwen, zelfstandig werken, informatie verwerven en verwerken, zelf problemen op te lossen en samen te werken en verantwoordelijkheid te dragen”. Onze kijk op onderwijs is samengevat in onze missie: “Samen op zoek naar en gebruik maken van onze talenten”.
HOE ORGANISEREN WIJ HET ONDERWIJS De visie en missie zijn de basis voor de organisatie van ons onderwijs. De kinderen worden in jaargroepen ingedeeld, verdeeld over de eerste bouw (groepen 1 en 2) en de tweede bouw (groepen 3 tot en met 8). De eerste bouw (10 tot 15 kinderen) zit bij elkaar in een mooi groot lokaal en hebben de hele week de beschikking over één leerkracht. De tweede bouw (25 tot 30 kinderen) heeft de beschikking over een mooie grote ruimte met daarbinnen diverse ‘nevenruimten’, of werkplekken en de hele week twee en twee dagdelen zelfs drie leerkrachten. Kinderen en leerkrachten werken samen in de bouw. Kinderen werken zelfstandig en/of samen, helpen elkaar daar waar het kan en gewenst is. Dit geldt ook voor de leerkrachten. Samen kijken waar ieders deskundigheid en inzet het meest gewenst is; samen verantwoordelijkheid voor het optimale leef- en leerklimaat in de groep. Wel heeft ieder kind een vaste leerkracht, die voor de ouders het eerste aanspreekpunt is.
HET ONDERWIJS AAN KLEUTERS Het onderwijs aan kleuters is vooral gericht op spelend en ontdekkend leren. In groep 1 ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan en het werken in de groep. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. We stimuleren kinderen ook zelfstandig te worden. Denkt u hierbij aan zelfstandig de jas aandoen, omkleden, naar het toilet gaan, enz. In groep 2 wordt meer nadruk gelegd op het verkrijgen van basisvaardigheden, die nodig zijn om naar groep 3 te kunnen gaan. Kinderen die er aan toe zijn, starten met het voorbereidend lezen en rekenen. Er wordt in de groepen 1 - 2 veel aandacht besteed aan de taalvorming (kring- en leergesprekken, verhalen, versjes, raadsels, spelletjes, drama, poppenkast enz. Voor een meer methodische aanpak werken we met Pyramide). De leerkracht begeleidt de kinderen in het met elkaar omgaan, praten, naar elkaar luisteren en het elkaar begrijpen en biedt materialen en activiteiten aan die hen verder helpen in hun leer- en ontwikkelingsproces. De leerkracht observeert en registreert hoe ver een kind is. We maken tevens gebruik van CITO toetsen. Deze geven ons naast de meer subjectieve registratie, de ervaringen van de leerkracht een objectieve registratie van de ontwikkeling van de kinderen. De gegevens worden gebruikt om kinderen de meest passende hulp te kunnen bieden.
Thematisch werken Het werken in groep 1 en 2 gebeurt vanuit thema’s. We kiezen hierbij thema’s die dicht bij de belevingswereld van de kinderen liggen. Er wordt onder andere aandacht geschonken aan de seizoenen en feesten/vieringen in het jaar. We werken ongeveer 3 á 4 weken aan één thema. Bij de meeste thema’s staat een prentenboek centraal. Dit boek wordt herhaaldelijk op verschillende manieren aangeboden, om de woordenschat van de kinderen zoveel mogelijk te vergroten. Vanuit het prentenboek worden aansluitende activiteiten op alle ontwikkelingsgebieden aangeboden. De motorische ontwikkeling krijgt specifiek aandacht bij het gebruik van materialen in de klas (fijne motoriek: scharen, potloden, prikpennen etc.), en tijdens de gymlessen en het buitenspelen.
De dagelijkse activiteiten Om 8.15 uur is de school open en kunnen de ouders hun kleuters naar binnen brengen. Om 8.30 uur starten de lessen. Wij vragen van u om de klas dan verlaten te hebben. In de kring wordt er bijvoorbeeld besproken welke dag en wat voor weer het is en wat we die dag gaan doen. Hierbij gebruiken we dagritmekaartjes. Dit wordt ondersteund met liedjes en versjes. Daarnaast vindt er iedere dag een specifieke taalactiviteit plaats. Tijdens de werkles werken de kinderen aan door de
leerkracht gekozen opdrachten. ’s Middags is er vaak vrije keuze van activiteiten. We hebben een ruim aanbod aan ontwikkelingsmaterialen. Natuurlijk wordt ook veel gespeeld en gewerkt in de speel-, bouw-, luister-, computer-, verf en leeshoeken. Elke dag is ruimte voor het ook zo belangrijke buitenspelen. De leerkracht kijkt naar de volgende ontwikkelingsgebieden:
Sociaal emotionele ontwikkeling Spelontwikkeling Motorische ontwikkeling (groot, klein en tekenontwikkeling) Zintuiglijke ontwikkeling (auditief, visueel, tactiel) Taalontwikkeling Ontwikkeling in lichaam, ruimte en tijd Beginnende geletterdheid Beginnende gecijferdheid Logisch denken
HET ONDERWIJS AAN DE GROEPEN 3 TOT EN MET 8 Wij kiezen er bewust voor om de leerlingen van de groepen 3 tot en met 8 bij elkaar in één bouw te plaatsen. Binnen de bouw zitten de kinderen van de groepen 3,4 en 5 in gemengde groepjes bij elkaar. Dit geldt ook voor de kinderen uit de groepen 6,7 en 8. De indeling van het lokaal laat dit uitstekend toe. Op deze wijze • gaan de kinderen elkaar vanzelf ondersteunen en rekening met elkaar houden; • kunnen we meer tegemoet komen aan de behoefte van kinderen om meer ruimte te krijgen om zich in hun eigen tempo te ontwikkelen en op hun eigen manier te leren; • geven we kinderen meer verantwoordelijkheid voor hun leer-proces en de kans om van de leerkracht hulp op maat te krijgen; • is optimale flexibele inzet (instructiemogelijkheden) van leer-krachten mogelijk; • is er een echte open cultuur; • ervaren de kinderen dat:j e een keer de jongste en een keer de oudste bent; je hulp krijgt van een oudere en je hulp geeft aan een jongere; je een keer de kleinste en een keer de grootste bent enzovoort. • leren de kinderen om te gaan met uitgestelde aandacht, zelfstandig te (ver)werken en je ook zelf, of samen met anderen ‘problemen’ kunt oplossen; • gaan we nog meer als team dan als autonome leerkrachten, nog meer van alleen verantwoordelijk naar gezamenlijk verantwoordelijk en van mijn klas naar onze kinderen.
Het lezen In groep 3 staat het leren lezen (aanvankelijk lezen) centraal. Wij gebruiken hiervoor de methode ‘Veilig Leren Lezen’. Kinderen die al geheel of gedeeltelijk kunnen lezen, gaan op hun eigen niveau verder. Op het einde van groep 6 moeten alle kinderen het technisch leesproces hebben afgerond. Als vervolg op Veilig Leren Lezen werken we met Pravoo om het technisch lezen op een voldoende hoog niveau te brengen. In de hogere groepen komt de nadruk steeds meer op het begrijpend en studerend lezen te liggen. Hiervoor wordt vanaf groep 4 de methode ‘Nieuwsbegrip’ gebruikt. We proberen de leerlingen ook het plezier voor lezen te bevorderen door gebruik te maken van boeken van de bibliotheek. Dit ondersteunt ook de woordenschatontwikkeling.
Taal De methode ‘Taalleesland’ is de basis voor ons taalonderwijs.Het is van belang, dat kinderen goed leren hun gedachten en gevoelens onder woorden te brengen. Kinderen zijn zo in staat om jou, maar wij ook hen te begrijpen. Naast de methode besteden we hier veel aandacht aan. De materialen zijn afgestemd op de behoefte van het individuele kind. Het blijkt, dat we met deze methode de kinderen bij kleine achterstanden goed individueel kunnen helpen, maar hen ook extra stof kunnen bieden als zij daar aan toe zijn. Tevens geeft de methode ook een extra impuls aan de woordenschatontwikkeling. Naast de Nederlandse taal bieden wij ook Duits en Engels aan.
Duits In het schooljaar 2012-2013 zijn we in alle groepen gestart met het aanbieden van Duits. Onze school bevindt zich in het grensgebied Nederland-Duitsland, ook wel de Euregio genoemd. De Nederlandse economie raakt steeds meer verweven met die van Duitsland. Uitkomsten van onderzoeken laten zien, dat het op jonge leeftijd in contact komen met de Duitse taal een goede basis vormt voor de latere taalontwikkeling en het wederzijdse begrip tussen beide landen versterkt. Voor ons voldoende redenen om met het aanbieden te beginnen.
Engels Naast de methode Real English gebruiken we Groove.me. Dit is een nieuwe digi(bord)methode, waarmee de kinderen uit de groepen 5,6,7 en 8 Engels leren door muziek.
Rekenen en Wiskunde We gebruiken de realistische rekenmethode ‘Pluspunt’. De realistische rekenmethode gaat uit van werkelijke situaties. De kinderen leren naast het inoefenen van de cijfersommen ook problemen in de werkelijke situatie op te lossen. Dit toe moeten passen in de praktijk bevordert het inzicht krijgen. Tijdens het samenwerken bij het zoeken naar een oplossing leren de kinderen ook argumenteren en accepteren dat er mogelijk meer dan één oplossingswijze is.
Schrijven Voor het schrijfonderwijs maken wij gebruik van de methode ‘Schrijftaal’.
Wereldoriëntatie Wereldoriëntatie bestaat uit de (zaak)vakken: aardrijkskunde (methode “Argus Clou) geschiedenis (methode “Argus Clou) verkeer (Uitgaven Veilig Verkeer Nederland: ‘Jeugdverkeerskrant’) kennis van natuur (Programma ‘Nieuws uit de natuur’) burgerschapskunde. Steeds gebeurt dit in aparte vakken aan de hand van methoden, maar ook door middel van klassengesprekken, spreekbeurten, presentaties m.b.v. PowerPoint, educatieve filmpjes, werkstukjes, en dergelijke. Het gaat hierbij niet alleen om de feitenkennis, maar vooral ook om het aanleren van een juiste houding ten opzichte van de natuur, de volkeren in andere landen en onze voorouders.
Burgerschapskunde Aangezien actiefburgerschap een wat onbekender onderwerp is, gaan we hier wat dieper op in. Onze maatschappij is sterk geïndividualiseerd en veelkleuriger geworden. Door de noodzaak/behoefte aan meer samenhang en betrokkenheid in de maatschappij is het ook een taak voor de school op te voeden tot een leven in de gemeenschap. We willen leerlingen voorbereiden op een actieve rol in de samenleving, hun vaardigheden leren die passen bij een actief en betrokken democratisch burgerschap. Burgerschapskunde helpt de kinderen zicht te krijgen op de grote buitenwereld, een mening te vormen over welke normen en waarden nodig zijn. Onderling overleg is een belangrijke vaardigheid, overleggen betekent samen zoeken naar een gezamenlijk oordeel. Hierbij maken we gebruik van argumenten om bij een verschil van mening elkaar te overtuigen. Onderling overleg is heel belangrijk om als wereldburgers vreedzaam naast elkaar te leven. Onze streefdoelen van actief burgerschap: Kinderen kennen sociale gedragscodes door op een respectvolle manier samen te leven in school. Kinderen maken deel uit van een eigen sociale omgeving en worden zich daar van bewust. Ze hebben zorg voor hun omgeving. Kinderen doen mee in school. Onze leerlingen zijn jonge burgers; onze school is een democratische gemeenschap. Leerlingen moeten een discussie kunnen voeren en onderlinge problemen zonder geweld kunnen oplossen. Kinderen weten hoe onze democratie werkt en vormen daar een mening over, ze vormen een eigen levensovertuiging. Ze weten wat het betekent om in een democratische rechtstaat te leven. Kinderen ontmoeten kinderen uit andere stromingen en overtuigingen en verwerven daar kennis over. Kinderen weten wat het betekent om Europees en wereldburger te zijn. Kinderen hebben kennis van aspecten van “Staten-Generaal” en regering, politie en justitie,” De Europese Unie”, gemeente en provincie. Kinderen kunnen omgaan met geld, hebben kennis van reclamedoeleinden, consumeren zonder het milieu te benadelen. Hoe geven we vorm aan onze doelen? Veel doelen krijgen aandacht in onze methoden, klassengesprekken, spreekbeurten enzovoort. Het schooltv-weekjournaal besteedt wekelijks aandacht aan burgerschapskunde. Daarnaast lezen en bespreken we het tijdschrift ‘Kidsweek junior’ en ‘Sam Sam’. Wij bieden een leer- en leefomgeving, waarin burgerschap en integratie zichtbaar zijn, brengen die zelf in de praktijk en bieden leerlingen de mogelijkheden om daarmee te oefenen.
Sociaal emotionele ontwikkeling Het werken aan de ontwikkeling van de sociale competentie krijgt bij ons dagelijks veel aandacht. We begeleiden de kinderen bij het leren nog beter met elkaar en zichzelf om te gaan. • Hoe los je een probleem zonder ruziemaken op? • Hoe kun je nog beter samenwerken? • Hoe kom je nog beter voor jezelf op? Naast de begeleiding in de dagelijkse praktijk werken we gestructureerd aan bepaalde doelen met de methode ‘Kinderen en hun sociale talenten’. Daarnaast gebruiken we de “Dit-kan-echt-niet-map’. In de map staat de bewustwording (en eventuele verbetering) van het eigen gedrag centraal. De map bezit o.a. gele en rode kaarten. Een gele kaart wordt gegeven als een ernstige waarschuwing en blijft een week staan. Krijgt het kind binnen die week nog een gele kaart, dan volgt een rode. De rode kaart met begeleidende brief wordt aan het kind voor de ouders meegegeven en moet ondertekend weer worden ingeleverd. Bij een tweede rode kaart volgt een gesprek met de ouders.
ONZE SCHOOLAFSPRAKEN Daar waar een grote groep mensen samen is, zijn bepaalde regels/ afspraken voor een goed pedagogisch klimaat en een veilige, schone omgeving belangrijk, dus ook op onze school. We willen ons prettige en veilige klimaat binnen de school bewaken. De volgende algemene omgangsvormen hebben we voor kinderen, maar ook voor de ouders en de leerkrachten geformuleerd: Iemand niet op uiterlijk beoordelen Iemand niet buitensluiten Niet aan spullen van anderen zitten Elkaar niet uitlachen Elkaar niet uitschelden/bijnamen Niet roddelen over elkaar Geen lichamelijke en/of geestelijke mishandeling plegen Elkaar met rust laten/niet met een ander bemoeien Geen partij kiezen bij ruzie Geen aandacht aan de pester schenken; blijft de pester doorgaan, ga dan naar de leerkracht Vertel de leerkracht wanneer jijzelf of iemand anders gepest word (dit is geen klikken) Eerst een ruzie zelf uitpraten. Zeg dat je het niet wilt: “Stop, houd daar mee op!’. Helpt dit niet, dan de vorige regel. Luister naar elkaar We gebruiken nette taal Word je gepest, praat er op school/thuis over; je moet het niet geheim houden Nieuwkomers op school goed ontvangen en opvangen We lachen samen en maken plezier We houden van een opgeruimde school We voelen ons met zijn allen verantwoordelijk Elke twee weken krijgt een bepaalde omgangsregel speciale aandacht. De omgangsregels komen onder andere uit het landelijk pestprotocol. Daarnaast zijn er specifieke regels en afspraken voor in de school, de klas en het schoolplein. Deze worden met de kinderen besproken.
Expressie Muziek, handvaardigheid en drama krijgen wekelijks onze aandacht tijdens de ateliers, feesten, vieringen en dagelijkse momenten.
Bewegingsonderwijs De afgelopen periode hebben we intensief deelgenomen aan het project ‘Be-fit’. Dit heeft o.a. geleid tot de aanschaf van de methode ‘Basislessen Bewegingsonderwijs’. De kinderen gymmen in de sportzaal van het buurthuis.
DE ZORG VOOR HET KIND In het onderstaande hoofdstuk geven wij aan hoe op onze school de zorg voor uw kind georganiseerd is. Wilt u meer lezen over leerlingenzorg in het basisonderwijs, kijk dan op de site www.leerlingbegeleiding.pagina.nl. Hierop ziet u naast informatie over leerlingenzorg in het basisonderwijs tal van links naar andere interessante onderwerpen uit het onderwijs. Ook de site van Cito, www.cito.nl, is een bron van informatie. De coördinatie van de zorg is in handen van de intern begeleider. Wij proberen het werken van uw kind zo goed mogelijk te volgen en het onderwijs indien nodig aan de ontwikkeling van uw kind aan te passen. De speciale zorg staat uitvoerig beschreven in ons zorgplan. U kunt het eventueel op school lezen. Een paar uitgangspunten uit het zorgplan: de leerlingbegeleiding wordt zoveel mogelijk door de groepsleerkracht zelf in de klas gegeven de speciale begeleiding geldt zowel voor het ‘begaafde’ als het ‘minderbegaafde’ kind het gaat steeds om een afweging op alle gebieden (sociaal - emotioneel, cognitief en motorisch) voor alle kinderen stel continu de vraag: “Is het verantwoord wat we doen?” nadat besloten is dat speciale leerlingbegeleiding voor een kind belangrijk is, worden de ouders ingelicht zittenblijven kan bij ons niet, een klas overslaan kan bij ons niet, maar de kinderen kunnen na uitvoerig overleg met de betrokkenen de leerstof in een langzamer of hoger tempo doorlopen en daardoor een jaar eerder of later het basisonderwijs afsluiten een advies, inhoudende een verwijzing naar de speciale school voor basisonderwijs of een andere basisschool, wordt normaal gesproken gegeven als het team denkt, dat de uiterste middelen, een jaar korter of langer op school, geen oplossing zullen zijn; het kind de minimumdoelen niet zal halen; de stappen voor het aanmelden bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (voor eventuele toelating op de speciale school voor basisonderwijs) min of meer uitgevoerd zijn.
Toetsen/leerlingvolgsysteem Om er zeker van te zijn dat het onderwijs op onze school op niveau is, toetsen we de kinderen met methoden gebonden (behorende bij de methoden) en objectieve landelijk genormeerde toetsen (niet methoden gebonden toetsen). De resultaten bewaren we in ons Leerlingen en Onderwijs Volg Systeem (LOVS). Het LOVS geeft leerkrachten en u betrouwbare informatie over de vorderingen van leerlingen en de hele groep. Verder geeft het LOVS inzicht in de kwaliteit van het onderwijs op onze school. Op deze wijze ‘meten’ wij het niveau van ons onderwijs en kunnen het vergelijken met het gemiddelde niveau van onderwijs op de andere scholen in Nederland. Ook kunnen we achterhalen of elk individueel kind op de goede weg is. Het LOVS is dus een belangrijke pijler van de kwaliteitsbewaking van ons onderwijsvolgsysteem. Onverwachte scores hebben een nadere analyse van ons aanbod tot gevolg. De analyses kunnen vervolgens leiden tot een aangepast aanbod op leerling, en/of groeps- en/of schoolniveau. De scores van de niet-methoden gebonden toetsen worden aangeduid met een letter M van midden en/of een E van eind, gevolgd door het nummer van de groep. E7 betekent bijvoorbeeld dat de toets afgenomen is op het eind van groep 7.
Niveau A: behaald door 25% van de hoogst scorende. Niveau B: de 25% die net boven tot ruim boven het landelijk gemiddelde scoren. Niveau C: de 25 % die net onder het landelijk gemiddelde zit. Niveau D: de 15% die ruim onder het landelijk gemiddelde scoren.
Niveau E: de 10 % zwakst scorende De kinderen van groep 8 doen mee aan de Cito-eindtoets.
De belangrijkste onderdelen van ons LOVS
observaties resultaten van toetsen behorende bij een ‘methode’ resultaten van toetsen niet behorende bij een methode (b.v. CITO) verslagen, rapportages van deskundigen buiten de school; handelingsplannen verslagen leerling besprekingen gesprekken met ouders rapporten
De intern begeleider ‘beheert’ het leerlingvolgsysteem. Buiten de toets momenten is de dagelijkse correctie (door kinderen en leerkrachten) van het gemaakte werk en observatie (o.a. de screeningslijsten bij kleuters) van de wijze hoe er gewerkt wordt een belangrijke informatiebron om de kwaliteit van het werken te kunnen beoordelen.
Tevredenheidspeilingen Eens in de twee jaar vragen we aan het personeel, de ouders, de leerlingen van de bovenbouw of zij tevreden zijn over de kwaliteit. De resultaten van de enquêtes koppelen wij schriftelijk naar u terug.
Onderzoek door Inspectie De inspectie van het onderwijs controleert de opbrengsten van de school. De inspecteur krijgt inzage in de resultaten van de toetsen die wij bij de kinderen afnemen. De inspecteur kijkt ook naar de wijze van lesgeven, de omgang van en met de kinderen, de kwaliteit van de methoden, relevante organisatiekenmerken en diverse beleidsdocumenten. Wij informeren u over de bevindingen en onze reactie in de nieuwsbrief. Tevens kunt u de resultaten van de onderzoeken op de site van de inspectie lezen: www.onderwijsinspectie.nl.
Rapportage over kinderen Omdat veel ouders hun kinderen naar school brengen, hebben de leerkrachten veel korte, informele gesprekjes. Vooral bij jonge kinderen is dit erg gebruikelijk. Naast informele contacten wordt er ook formeel over de leerlingen gesproken. Hierbij kunt u denken aan 10 minuten gesprekken naar aanleiding van de schriftelijke rapportage over het werk van uw kind. Bij het eerste rapport geven wij een toelichting mee, waarin beschreven staat wat exact onder de diverse leerstof- of ontwikkelingsonderdelen wordt verstaan. Deze toelichting is ook bij de directie te krijgen.
Rapportagemomenten Voor de ouders van de kinderen in groep 1 is de mondelinge rapportage in november en februari. Alleen voor de kinderen die tussen oktober en maart instromen is de mondelinge rapportage in juni. Voor de kinderen in de groepen 2 tot en met 8 wordt er in februari en juni/juli een rapport geschreven. Dit rapport wordt met het kind mee naar huis gegeven en enkele dagen later bestaat er de mogelijkheid om op school over het rapport en het werken van het kind een gesprek te voeren. Mochten school en/of ouders meerdere gesprekken van belang vinden, dan worden daar afspraken over gemaakt.
Hoe komen we tot het besluit tot het wel/niet geven van speciale begeleiding Landelijk gezien heeft ongeveer één op de vijf kinderen extra aandacht nodig. Soms is dit voor korte tijd, maar mogelijk heeft een kind ook langer extra aandacht of hulp nodig. In de praktijk geeft de leerkracht eerst instructie aan de hele groep en kinderen die de leerstof al kennen, krijgen meteen een werkopdracht. Als na de instructie de meeste kinderen aan de slag zijn, kan de leerkracht zich concentreren op die kinderen die extra uitleg nodig hebben. er zijn ook kinderen die de leerstof juist te eenvoudig vinden. Het is op onze school steeds meer de gewoonte om kinderen die verder zijn in hun ontwikkeling extra hulp te geven. Dat gebeurt door ‘compacten’ van de leerstof. Dat wil zeggen, dat we de leerstof ontdoen van franje, die andere leerlingen nodig hebben om tot een beter begrip te komen. Ook bieden we een kind verdiepingsstof aan. We bieden het kind dan extra uitdagingen over dezelfde leerstof. We noemen dit ook wel verrijken. Wij proberen leer- en gedragsproblemen zo snel mogelijk op te sporen: naar aanleiding van observaties, administratie van de groepsleerkracht en/of andere leerkrachten en/of school-, huisarts en/of logopediste vallen ons dingen op de leerkracht toetst regelmatig. Op basis van de resultaten van de toetsen, observaties en administratie wordt bekeken of een kind extra begeleiding nodig heeft. Mocht dit het geval zijn, dan worden de ouders op de hoogte gebracht en toestemming gevraagd om de resultaten samen met de andere leerkrachten in een leerlingbespreking te bespreken. Uiteindelijk kan het leiden tot het opstellen van een handelingsplan.
Het handelingsplan Hierin staat precies beschreven waaruit de extra begeleiding bestaat; wat, hoe, wanneer en door wie. Het handelingsplan wordt met de ouders besproken. Het kan ook zijn, dat er deskundigheid en hulp buiten de school gezocht moeten worden. Dit gebeurt altijd na overleg en toestemming van de ouders. Het handelingsplan wordt, na een van tevoren vastgelegde, periode geëvalueerd om vervolgens te kijken, hoe er verder gegaan wordt.
Externe ondersteuning bij leerlingenzorg Onze school neemt deel aan het Samenwerkingsverband WSNS ‘De Liemers’ (basisscholen uit de gemeenten Angerlo, Didam, Duiven, Rijnwaarden, Westervoort en Zevenaar en de school voor speciaal basisonderwijs ‘de Schilders poort’ in Zevenaar). In dit samenwerkingsverband wordt afgesproken onder welke voorwaarden leerlingen toelaatbaar zijn tot het speciaal basisonderwijs en hoe de zorgformatie van de basisscholen en de zorgmiddelen voor de speciale basisscholen worden ingezet. Dit wordt jaarlijks vastgelegd in het Zorgplan van het samenwerkingsverband. Door middel van dit Zorgplan leggen de scholen en besturen ook verantwoording af aan ouders en inspectie over het gevoerde beleid. Het adres is Mecurion 36, 6903PZ Zevenaar.
Passend onderwijs. De regio de Liemers start op 1 augustus 2014 met passend onderwijs. Passend onderwijs is de nieuwe manier waarop onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben wordt georganiseerd. Om dat mogelijk te maken, werken alle gewone en speciale scholen in onze regio samen in het Samenwerkingsverband De Liemers po. Ook De Willibrordus valt onder dit samenwerkingsverband. Zorgplicht Vanaf 1 augustus 2014 is de school ervoor verantwoordelijk om leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben een passende onderwijsplek te bieden. Dit noemen we de zorgplicht. Als ouder hoeft u dus niet meer zelf op zoek naar een passende onderwijsplek voor uw kind. Ouders melden hun kind aan bij de school die hun voorkeur heeft. Binnen 6 tot 10 weken moet de school een zo passend mogelijk aanbod regelen. Kan de school waar de leerling is aangemeld niet zelf in de benodigde onderwijsondersteuning voorzien, dan is het de verantwoordelijkheid van de school om (binnen het samenwerkingsverband) een school te vinden die wel een passend aanbod kan doen. Is het niet haalbaar om de leerling binnen het regulier onderwijs te plaatsen, dan kan een aanbod op het (voortgezet)speciaal onderwijs worden gedaan. Het Samenwerkingsverband De Liemers po is verantwoordelijk voor het toewijzen en het betalen van de (extra) ondersteuning aan leerlingen. Er is dus meer ruimte voor maatwerk. School ondersteuningsprofiel Het accent verschuift van het medisch labelen van kinderen, naar wat zij daadwerkelijk nodig hebben om onderwijs te kunnen volgen. De onderwijsbehoefte is vanaf nu het uitgangspunt. In de Wet passend onderwijs wordt expliciet gesproken over onderwijsondersteuning van leerlingen’. Elke school in het Samenwerkingsverband De Liemers po maakt een plan waarin wordt beschreven welke ondersteuning de school kan aanbieden. Informatie over dit profiel vindt u in deze schoolgids. De medezeggenschapsraad van de school heeft adviesrecht over het school ondersteuningsprofiel. Passend onderwijs in de klas. Leraren kunnen omgaan met verschillende soorten leerlingen in de klas. Hierdoor kunnen leerlingen zo veel mogelijk extra ondersteuning in de klas krijgen, in plaats van daarbuiten. Indien een leerling extra ondersteuning nodig heeft bespreekt de school dit met de ouders. Het samenwerkingsverband en de school. Er zijn mogelijkheden om deskundigheid vanuit het samenwerkingsverband naar de school te halen. Dat kan ondersteuning zijn op verschillende gebieden. Bijvoorbeeld vragen op het gebied van gedragsproblemen, hoogbegaafdheid, lezen/spelling, rekenen en combinaties daarvan. Indien de school zo’n aanvraag doet wordt u als ouder vooraf hierin gekend. Als na enige tijd blijkt dat de school niet zelf meer het goede onderwijsaanbod kan realiseren van uw zoon of dochter kan een Toelaatbaarheidsverklaring door de school worden aangevraagd bij het samenwerkingsverband. Dit kan gaan om een plaatsing op het speciaal basisonderwijs of om een plaatsing op het speciaal onderwijs van cluster 3 of cluster 4. Als zo’n toelaatbaarheidsverklaring is afgegeven kan uw zoon of dochter worden geplaatst op de betreffende school. Daarvoor zijn een aantal vaste instroomomenten afgesproken: direct na de zomervakantie, na de kerstvakantie en per 1 april.
Inspraak. Ouders en leraren hebben via de ondersteuningsplanraad instemmingsrecht op het beleid en de verdeling van het budget van het samenwerkingsverband. Op schoolniveau is de MR betrokken bij het opstellen van het ondersteuningsprofiel van de school. Als u en de school het niet eens worden over de toelating of verwijdering van uw kind, kunt u naast de bestaande mogelijkheden een geschil laten voorleggen aan de landelijke geschillencommissie passend onderwijs. Verzoeken hiertoe lopen via het secretariaat van het samenwerkingsverband, CLO de Liemers, Mercurion 36, 6903 PZ Zevenaar.
Aanmelding leerlingen (met speciale zorg) De visie op differentiatie, onze grenzen aan praktische haalbaarheid Leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte stellen extra eisen aan de school (het gebouw), de leerkrachten, de IB-er en de medeleerlingen. Het uitgangspunt is dat elke leerkracht in principe ruimte heeft voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Dat betekent echter niet dat elke leerling met een specifieke onderwijsbehoefte kan worden geplaatst op onze school. Elke aanmelding wordt expliciet beoordeeld (zie procedure toelating). Bij ieder verzoek tot plaatsing zal opnieuw een afweging gemaakt worden. Kern van deze afweging is de vraag of de combinatie van specifieke onderwijsbehoeften en de extra ondersteuning die noodzakelijk is, past binnen de mogelijkheden van onze school. Het gaat daarbij om de balans tussen de hulpvraag van het kind en de (on)mogelijkheden van onze school. Ook moeten we daarbij kijken of externe hulp ingeschakeld kan worden. Bij aanmelding van een kind op onze school kijken we naar een aantal aspecten. Wat vraagt het kind met betrekking tot: Pedagogische aanpak Didactische aanpak Kennis en vaardigheden van de leerkracht en het hele team Organisatie binnen de school en binnen de klas De positie van de medeleerlingen De rol van de ouders De externe ondersteuning Materiële aspecten
Er kunnen zich situaties voordoen, waarin de grenzen aan de zorg voor de kinderen worden bereikt:
Verstoring van rust en veiligheid. Indien er sprake is van een onderwijsbehoefte gericht op ernstige gedragsproblematiek, die leidt tot ernstige verstoring van de rust en de veiligheid in de groep(en), dan is voor ons de grens bereikt als wordt beoordeeld dat het niet meer mogelijk is om kwalitatief en goed onderwijs in een veilige leeromgeving aan de groep en aan de betreffende leerling te kunnen bieden.
Onbalans tussen verzorging/behandeling en onderwijs. Indien een leerling een handicap heeft die een zodanige behandeling/verzorging vraagt dat daardoor zowel de zorg en de behandeling voor de betreffende leerling, als het onderwijs aan deze leerling onvoldoende aan zijn recht kan komen, dan is voor ons de grens bereikt als het hierdoor niet meer mogelijk is om kwalitatief goed onderwijs aan het betreffende kind met een handicap te bieden.
Verstoring van het leerproces voor andere kinderen, medeleerlingen. Indien het onderwijs aan de leerling met specifieke onderwijsbehoeften een zodanig beslag legt op de tijd en de aandacht van de leerkracht dat daardoor de tijd en de aandacht voor de overige (zorg)leerlingen in de groep onvoldoende of in het geheel niet kan worden geboden, dan is voor ons de grens bereikt als het hierdoor niet meer mogelijk is om kwalitatief goed onderwijs te bieden aan de (zorg)leerlingen in de groep.
Gebrek aan zorgcapaciteit. In het verlengde van hierboven beschreven situatie is de school niet in staat een leerling met een specifieke onderwijsbehoefte op te nemen vanwege de zwaarte en het aantal zorgleerlingen dat al in een groep voor komt. Er zal bij aanmelding gekeken worden of er voldoende zorgruimte aanwezig is in de betreffende groep.
Gebrek aan leerbaarheid van kinderen. Kinderen met de volgende kenmerken kunnen door ons worden opgevangen: *kinderen met een IQ tussen 80 en 140 en kinderen met een IQ tussen 70 en 80 zonder ernstige gedragsproblematiek. *kinderen met (beperkte)leerproblemen op één of meer vakgebieden van taal, lezen en rekenen met als ontwikkelingsperspectief eind groep 6 *kinderen met (beperkte)leerproblemen op één of meer vakgebieden van taal, lezen en rekenen met als ontwikkelingsperspectiefbegin groep 7, eind groep 6, LWOO of praktijk onderwijs. *kinderen met een vertraagde lees-taalontwikkeling. *kinderen met dyslexie. *Kinderen met dyscalculie *kinderen met beperkte problemen in hun sociaal-emotioneel functioneren. Hieronder vallen ook kinderen met ADHD, lichte autistische stoornissen. *kinderen met faalangst. *kinderen met zwak ontwikkelde sociale vaardigheden.
Voor kinderen met de volgende kenmerken staan wij in principe ook open, tenzij uit aanvullend onderzoek blijkt dat deze kinderen onze zorgbreedte en of zorgzwaarte te boven gaan: *kinderen met ernstig vertraagde taal- en of rekenontwikkeling en een ontwikkelingsperspectief van eind Groep 6. *kinderen met problemen in hun sociaal-emotioneel functioneren. *kinderen met gedragsproblemen en of werkhoudingsproblemen. *kinderen met behoefte aan specialistische didactische- en of pedagogische hulp. (NLD, PDDNOS, , hechtingsstoornissen, syndroom van Down enz.)
Aanmeldingen van deze kinderen worden uitgebreid in het hele team besproken en bij twijfel met externe specialisten alvorens de directie een besluit neemt tot toelating. Een belangrijk beslissingscriterium is de vraag: “Is de school in staat dit kind dagelijks adequaat op te vangen en hem of haar te bieden wat het nodig heeft?” Toelatingsprocedure U kiest de school die u voor uw kind geschikt vindt en u meldt uw kind minimaal 10 weken van te voren schriftelijk aan. Hierboven heeft u kunnen lezen in hoeverre de school in staat is extra ondersteuning te bieden. Binnen 6 tot 10 weken laat de school weten of uw kind wordt toegelaten of komt de school met een voorstel voor een beter passende plek voor uw kind, op een andere school.
Onderwijs tijdens langdurige ziekte Onze school blijft verantwoordelijk voor het onderwijs aan het betreffende kind. Wij kunnen begeleiding krijgen van de Consulent Onderwijs aan Zieke Leerlingen (C.O.Z.L.). Ouders, consulent en school maken samen afspraken over de inhoud, de wijze en plaats van de begeleiding.
Hoe kunnen wij onze kinderen thuis helpen? Bewust kinderen leren lezen en rekenen vinden wij niet nodig. De kinderen geven zelf aan wanneer ze eraan toe zijn. De kans, dat u het verkeerd aanleert, is aanwezig, waardoor u het leesproces juist tegenwerkt in plaats van bevordert.
RESULTATEN VAN ONS ONDERWIJS We zijn tevreden als de kinderen resultaten behalen die passen bij de mogelijkheden van ieder kind. Dit peilen we op vele momenten tijdens het schooljaar. Een belangrijk meetpunt is, of de kinderen op de voor hen meest passende voortgezet onderwijsvorm komen. Naast de bevindingen van de school zijn de resultaten van de Cito eindtoets belangrijk om te kijken naar welke school voor voortgezet onderwijs kinderen gaan. Als het goed is, sluiten de scores aan bij de bevindingen van de ouders en de school. Het maakt ons niet uit, of dit VMBO of VWO is. Als het maar de vorm is, die overeenstemt bij de ontwikkeling van het kind. We hechten dan ook geen specifieke waarde aan het percentage kinderen dat naar een bepaalde vorm van voortgezet onderwijs gaat. Onze scores van de Cito eindtoets van de afgelopen jaren staan ook in de jaarlijkse kalender vermeld, die de ouders ontvangen. Het nadeel van een klein aantal kinderen in een groep 8 is, dat één kind de score zowel in positieve, als negatieve zin erg kan beïnvloeden. We kijken dus kritisch naar een relatief hoge, of lage score. In de kalender word ook vermeld naar welke vormen van voortgezet onderwijs de kinderen van groep 8 zijn gegaan. Naast ‘cognitieve’ opbrengsten zijn voor ons de minder of niet-meetbare resultaten ook van groot belang: hoe en met welk plezier werkt een kind hoe is de sociaal emotionele en motorische ontwikkeling wat zijn de resultaten bij de expressie vakken In de schooljaren 2012-2013 en 2013-2014 was de cito eindscore 536. We scoren hiermee prima!
Verplichte onderwijstijd De overheid schrijft een minimale hoeveelheid lesuren voor. Wij houden ons daar elk jaar aan. De onderwijsinspectie en ons bestuur controleren jaarlijks de hoeveelheid onderwijstijd.
OVERIGE INSTANTIES Leerlingen en docenten kunnen voor advies ook terecht bij of direct bellen voor een persoonlijk gesprek naar de hulplijn Pestweb, tel.:0800- 28 28 280. www.pestweb.nl is een interactieve website gericht op leerlingen, ouders en leerkrachten. Op de site is informatie te vinden en worden aan de hand van tests adviezen gegeven over omgaan met pesten op school.
Nummer 0800-5010 Ouders en verzorgers kunnen eveneens terecht op nummer 0800-5010. Ze krijgen bij 0800- 5010 antwoord op bijna elke vraag over onderwijs en wat ermee te maken heeft. Telefonische vragen stellen aan 0800-5010 is op werkdagen mogelijk van 10.00 tot 15.00 uur, vakanties uitgezonderd. Ook zullen ouders en verzorgers informatie kunnen vinden op de website www.50tien.nl
Jeugdgezondheidszorg op school De afdeling Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden onderzoekt alle kinderen op 5/6 jarige en 10/11 jarige leeftijd. Voordat de kinderen onderzocht worden, krijgt u een brief, waarin het geheel uit- en toegelicht wordt. Naast de vaste onderzoeken kunt u voor vragen ook gebruik maken van de spreekuren. Deze zijn iedere werkdag van 16.00 tot 17.00 uur. Het telefoonnummer is 088-3556000. U kunt alle vragen die met de opvoeding van uw kind te maken hebben stellen. Kijk ook op de site www.vggm.nl
Logopedie De logopediste kijkt in groep 2 of er kinderen met spraak- en/of stemstoornissen zijn. Bij een kind in een andere groepen gebeurt dit alleen op verzoek van ouders en school. Hier zijn geen kosten aan verbonden. Indien logopedie voor uw kind gewenst is, wordt er contact met u opgenomen. De behandeling geschiedt via een verwijzing van de huisarts naar een praktijk van een logopedist.
Begeleiding naar het voortgezet onderwijs Tijdens de informatieavond in september worden de ouders van de leerlingen in groep 8 op de hoogte gebracht van de procedure en alle andere zaken die met de aanmelding te maken hebben. Globaal ziet de planning er zo uit: September: eerste algemene voorlichting November: gesprek over de wensen van de ouders en het voorlopige advies van de school Maart: Na bekend zijn van resultaat Cito-Eindtoets wordt de definitieve keuze door de ouders gemaakt April: De school coördineert de aanmelding die voor 1 april binnen moet zijn.
OUDERCONTACTEN Algemeen Per week zijn de kinderen gemiddeld 25 uur bij ons op school. Dit is een enorme verantwoordelijkheid waar we de ouders graag bij betrekken. Wij hopen, dat u actief bij de school betrokken wilt en zult zijn.
Informatie naar ouders Om goed deel te kunnen nemen, partnerschap inhoud te kunnen geven, is een goede informatie-uitwisseling van groot belang. Heeft u een vraag of opmerking blijft u er dan niet mee rond lopen, maar neem contact met ons op. Geeft u zoveel mogelijk gehoor aan onze oproepen voor ouderhulp en uitnodigingen voor contactmomenten. Dit geldt natuurlijk ook voor ons. U moet er op kunnen rekenen, dat wij indien nodig buiten de ‘vaste’ contactmomenten, spoedig contact met u opnemen.
De nieuwsbrief Iedere twee weken ontvangt u per mail of van uw kind een nieuwsbrief. of er moet helemaal niets te melden zijn. Wij proberen de hoeveelheid andere briefjes tot een minimum te beperken. De nieuwsbrief kunt u ook van de website downloaden.
Onze schoolgids Deze bevat een samenvatting van alle belangrijke schoolse zaken. De schoolgids staat vermeld op de website, zodat u hem altijd kunt raadplegen. Laat het ons even weten als u ook graag een gedrukt exemplaar wilt?
De website www.willibrordusspijk.nl Dit schooljaar gaan we de website actualiseren. Naast de vele algemene informatie, komen er ook verslagen, foto’s etc. van de gebeurtenissen in de groepen op te staan.
Leerstofbrieven Voor een aantal leerstofonderdelen is het prettig voor ons en waarschijnlijk ook voor u, dat u weet, hoe wij deze aanbieden. Tijdens de informatieavond aan het begin van het schooljaar worden deze besproken en uitgedeeld.
Ouderavonden Er zijn verschillende momenten, dat u voor ‘informatie-uitwisseling‘ op school uitgenodigd wordt: • De informatieavond begin schooljaar. U krijgt algemene informatie over het onderwijs in de groep • Jaarvergadering ouderraad. De ouderraad laat zien wat ze het vorige schooljaar allemaal hebben gedaan en wat ze dit jaar gaan doen • De rapportbesprekingen • Voorlichting vervolgonderwijs • Informatieavonden bij nieuwe ontwikkelingen
Ouderactiviteiten Bij het organiseren van activiteiten kan de ouderraad en het team uw hulp goed gebruiken. Daarnaast is extra hulp bij bijvoorbeeld excursies, lezen en handvaardigheid erg prettig. Tevens biedt het u de kans om het onderwijs van nabij te volgen. De leerkracht /directeur blijft wel eindverantwoordelijk.
De vrijwillige ouderbijdrage Voor activiteiten als de sinterklaas- en kerstviering, schoolreizen, excursies en dergelijke ontvangen wij van de overheid geen vergoeding. Wij vinden echter, dat een school niet zonder deze activiteiten kan. Om deze toch te kunnen bekostigen vragen wij een bijdrage van de ouders. Deze bijdrage houden wij zo laag mogelijk. Het komende jaar is deze vrijwillige bijdrage €15,00. De ouderbijdrage wordt beheerd door de ouderraad. Soms zijn er gezinnen die door omstandigheden deze bijdrage moeilijk kunnen betalen. De gemeente en/of de stichting leergeld kunnen deze gezinnen eventueel financieel ondersteunen. Leergeld zet zich in voor schoolgaande kinderen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar uit gezinnen met minimale financiële middelen, die vanwege gebrek aan financiële middelen niet mee kunnen doen met hun leeftijdgenootjes. Ouders of verzorgers van deze kinderen kunnen een beroep doen op hulp van een lokale stichting Leergeld indien zij bepaalde binnen- of buitenschoolse activiteiten voor hun kinderen niet kunnen betalen en een aantoonbaar inkomen hebben dat beneden 120% van het bijstandsniveau ligt. Sommige Leergeld Stichtingen wijken, noodgedwongen, af van de aantoonbare 120% van het bijstandsniveau omdat zij minder financiële middelen hebben om alle kinderen te kunnen helpen.
Klassenouder Klassenouders ondersteunen de leerkracht bij activiteiten in de klas, welke in overleg met en onder verantwoordelijkheid van de leerkracht plaatsvinden. In iedere klas kunnen ouders zich in het begin van het nieuwe schooljaar opgeven als klassenouder. Dit kan tot aan de kennismakingsavond. De leerkracht zal bij meer dan één aanmeldingen zelf een keuze maken.
Medezeggenschapsraad (MR) De Medezeggenschapsraad is voor ons de belangrijkste sparringpartner als het gaat om het beleid van de school. Naast de ‘informele klankbordrol’ is er ook een formele rol die vastgelegd is in het medezeggenschapsreglement. De medezeggenschapsraad heeft over een aantal ‘Willibrorduszaken’ advies- of instemmingsrecht. In de raad zitten twee ouders en twee leerkrachten. De vergaderingen en notulen zijn (in principe) openbaar. De contactgegevens staan achter in de schoolgids. De vergaderdata worden vermeld in de nieuwsbrief. Wilt u een keer aanwezig zijn, neemt u dan contact op met één der leden.
Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) De GMR heeft bij het nemen van besluiten op Stichtingsniveau een belangrijke rol en is voor de bestuursmanager de belangrijkste sparringpartner als het gaat om het beleid van de stichting Proles. Naast de ‘informele klankbordrol’ is er ook een formele rol die vastgelegd is in het Gemeenschappelijke medezeggenschapsreglement. De GMR heeft over een aantal ‘Proleszaken ’ advies- of instemmingsrecht. In de GMR is onze school door één MR-lid vertegenwoordigd.
Klachtenregeling/Kindermishandeling Hoe goed we ook ons best doen, ook op onze school gaat er wel eens wat niet goed. Neemt u dan onmiddellijk contact met ons op. Gaat het om het onderwijs aan uw kind, neemt u dan contact op met de leerkracht. Gaat het om het beleid van de school, dan is de directeur voor u de eerste contactpersoon. We hopen en verwachten, dat het probleem snel opgelost zal worden. Mocht u ondanks alle inspanningen nog niet tevreden zijn en een oplossing willen, dan kunt u een beroep doen op de wettelijk verplichte klachtenregeling. U kunt dan contact opnemen met de vertrouwenspersoon van onze school, Ursula Lukassen. Het gesprek is vertrouwelijk. Klachten kunnen heel divers zijn: seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld en pesten. De interne vertrouwenspersoon begeleidt u bij het eventueel moeten nemen van de vervolgstappen. Uiteindelijk komt de klacht terecht bij de onafhankelijke klachtencommissie waar de school verplicht bij aangesloten is. Voor onze school is deze gevestigd in Zevenaar.
Informatie aan niet - samenlevende partners Natuurlijk hopen wij voor u en de kinderen, dat er nooit sprake van zal zijn. Helaas is dit niet altijd het geval. U zult begrijpen, dat het een leerkracht erg veel tijd kost als gescheiden ouders of ouders die hun kinderen in co-ouderschap opvoeden afzonderlijk voor informatie op gesprek komen. Voor een formeel gesprek vinden wij het wenselijk dat beide ouders komen. Als dit niet mogelijk is, bent u zelf verantwoordelijk om elkaar op de hoogte te brengen van de vorderingen van uw kind. (artikel 1:377b Burgerlijk wetboek). Wij richten ons op de ouder, die de dagelijkse verantwoordelijkheid voor de opvoeding heeft. Op verzoek willen wij één van de ouders een kopie van het rapport sturen.
Ouderraad De ouderraad is eigenlijk voor ons bij de organisatie van allerlei extra activiteiten onmisbaar. Wij worden o.a. geholpen bij Sinterklaas, Kerst, Pasen, carnaval, spelletjes- en sportdag, schoolreisjes, afscheid van groep 8, luizencontrole en frietdag. De taken en verantwoordelijkheden staan vermeld in een protocol. Naast het organiseren van activiteiten is de ouderraad ook een belangrijk klankbord voor het team.
DE LEERKRACHTEN Wij werken met veel plezier op onze school en willen ons werk zo goed mogelijk doen. We hopen, dat de kinderen elke dag enthousiast naar school gaan en u tevreden bent.
De kerntaak van de leerkrachten Tijdens de aanwezigheid van de kinderen proberen we de beschikbare tijd van de leerkracht zoveel mogelijk voor instructie aan kinderen, die het echt nodig hebben in te zetten. Dit is zoals u gelezen hebt ook één van de redenen om de groepen 3 tot en met 8 in één bouw te plaatsen en de inzet van een onderwijsassistent. Kinderen kunnen elkaar vaak net zo goed, of zelfs beter helpen dan een leerkracht. De onderwijsassistent kan heel goed bepaalde taken van de leerkracht overnemen.
Vervanging bij ziekte Bij ziekte of verlof van een leerkracht proberen wij een vervanger te vinden. We hebben daarvoor een contract afgesloten bij het Personeel cluster Oost Nederland (PON). Gelukkig lukt dat bijna altijd. Mocht het een keer niet lukken, dan vangen wij de eerste ziektedag de kinderen op een zo goed mogelijke wijze op. De tweede dag geven wij de kinderen vrij. Mocht de leerkracht een langere periode ziek blijven en er geen vervanging mogelijk zijn, dan krijgt een andere groep een keer vrij en vervangt de leerkracht de zieke collega. Dit is echter nog nooit nodig geweest.
EEN AANTAL AFSPRAKEN/REGELINGEN De leerplicht/extra vrije dag(en) De school mag jaarlijks buiten de reguliere vakanties voor ‘belangrijke omstandigheden of geldige redenen’ tot een maximum van 10 dagen extra verlof geven. In de leerplichtwet staat precies omschreven wat die omstandigheden en redenen zijn. U mag terecht van ons verwachten, dat de school het goede voorbeeld geeft en zich houdt aan de wet. Wij vragen u om ons hierbij te ondersteunen door alleen verlof te vragen als u weet, dat u er mogelijk recht op heeft. De overheid hecht de afgelopen jaren veel waarde aan naleving van de leerplichtwet. De directeur kan controle krijgen en erop aangesproken worden. Bij twijfel aan de juiste interpretatie kunt u altijd contact opnemen met de leerplichtambtenaar van de gemeente.
Er kan extra vrij worden verleend: voor het bezoeken van een arts, alleen als dit niet buiten de lesuren kan bij verhuizing binnen de gemeente bij huwelijk van bloed- of aanverwanten van de leerling tot en met de vierde graad bij overlijden van bloed- en aanverwanten van de leerling in de eerste graad bij ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten van de leerling voor leerlingen, woonachtig buiten de bebouwde kom, bij zeer extreme weersomstandigheden waardoor zij de school niet kunnen bereiken bij een besmettelijke ziekte in het gezin bij 12½ -, 25-, 40-, 50- en 60 jarig ambts- of huwelijksjubileum van bloed- of aanverwanten voor leerlingen uit minderheidsgroepen in verband met de viering van nationale of godsdienstige feest- en gedenkdagen
leerlingen die vanwege geloofsovertuiging niet aanwezig mogen zijn, kunnen na een schriftelijk verzoek van de ouders/verzorgers worden vrijgesteld van deelname aan deze viering. Zij worden elders op school gedurende deze tijd opgevangen als de werkgever de kostwinner van het gezin verplicht buiten de schoolvakantie vrij te nemen (overlegging van een werkgeversverklaring is dan vereist); het verlof mag niet opgenomen worden in de eerste twee weken van het schooljaar als de kostwinner van het gezin zijn functie vervult in een eenpersoons/gezinsbedrijf, waarvan de inkomsten in belangrijke mate afhankelijk zijn van arbeid tijdens de schoolvakanties en redelijkerwijs geen andere oplossing voorhanden is; het verlof mag niet opgenomen worden in de eerste twee weken van het schooljaar bij zeer ernstige sociale en/of medische problemen, zoals in de gevallen dat het gezin op medische of sociale indicatie op vakantie moet (overlegging van een verklaring van arts c.q. maatschappelijk werker is dan vereist) een gezinslid gehandicapt is en op grond daarvan afhankelijk is van aangepaste accommodaties buiten de vakantieperiode.
Een verzoek om verlof moet door de ouders/verzorgers van het kind uiterlijk vier weken van tevoren schriftelijk worden ingediend bij de directie van de school. Alle verzoeken dienen van een goede motivering te zijn voorzien. Wanneer het om verlof gaat binnen het aantal van tien dagen en onder ‘de gewichtige omstandigheden’ valt, dan beslist de directie eventueel na advies te hebben ingewonnen bij de leerplichtambtenaar. Als vrij wordt gevraagd voor meer dan tien dagen per schooljaar, beslist de leerplichtambtenaar. De directie is wettelijk verplicht om ongeoorloofd verzuim of vermoeden daarvan te melden bij de leerplichtambtenaar. Wij mogen dus geen vrij geven voor aangeboden lang weekends, eerder willen vertrekken naar de vakantiebestemmingen in verband met files, of vertrektijden vliegtuigen. Als ouders of directie zich niet houden aan de verplichtingen, kan door de rechter een boete worden opgelegd. Bovenstaande regels gelden voor alle leerplichtige kinderen, dus voor alle kinderen die 5 jaar zijn of ouder. Voor de volledigheid wijzen wij u erop, dat ook herhaaldelijk te laat komen aangemerkt wordt als ongeoorloofd verzuim. Wanneer dit voorkomt, dan melden wij dit bij de leerplichtambtenaar. Bij twijfel aan ziekte van een afwezige is de directie ook verplicht een melding te doen aan de leerplichtambtenaar. U kunt de wet eens nalezen op Klik dan op onderwerpen en typ ‘leerplicht’ in.
Kennismaking/aanmelding inschrijving Acht jaar basisschool is voor u en uw kind een lange en belangrijke periode. Wij vinden het daarom van groot belang, dat u met een goed gevoel uw kind bij op onze school aanmeldt. Natuurlijk vinden wij, dat wij een goede, fijne, leerrijke en veilige school voor uw kind zijn, maar u moet dat gevoel ook hebben. Hebt u belangstelling voor onze school, bezoekt u dan de open dag en maakt u een afspraak voor een kennismakingsgesprek en een rondleiding. U ontvangt dan ook onze schoolgids. Mocht u besluiten om uw kind bij ons op school aan te melden, dan ontvangt u van ons een inschrijfformulier. Uw kind mag naar school als het vier jaar is. Ongeveer zes weken voordat de spannende verjaardag eraan komt, ontvangt uw kind een uitnodiging om zes dagdelen te komen ‘proefdraaien’. Tijdens een kennismakingsgesprek met de leerkracht maakt u daar afspraken over.
Ziekte van uw kind Mocht het zo zijn dat uw kind ziek is, dan vragen wij u tussen 8.00 uur en 8.30 uur contact op te nemen met de school. Probeert u eventuele bezoeken aan de dokter of tandarts buiten de schooluren te plannen.
Onze ‘huisregels’ Daar waar een grote groep mensen samen is, zijn bepaalde regels/ afspraken voor een goed pedagogisch klimaat en een veilige, schone omgeving belangrijk, dus ook op onze school. Ze zijn gericht op het beschermen van ons prettige en veilige klimaat binnen de school. Onze huisregels zijn gebaseerd op gewone fatsoens- en gedragsregels, zoals elkaar groeten, niet storen als anderen aan het werk zijn, rommel opruimen e.d. Daarnaast besteden we met diverse activiteiten op meerder momenten de nodige aandacht aan sociaal gedrag en goed burgerschap. De school is nooit verantwoordelijk voor spullen van thuis. Mobieltjes, iphones, MP3 spelers, iPod e.d. In principe geldt de regel dat mobiele telefoons, camera’s, MP3/4 spelers, iPods, iPhones en combinatieapparatuur niet mee naar school mogen. Er kunnen heel legitieme redenen zijn waarom een leerling wel een mobiele telefoon bij zich heeft. Als een leerling dat mee naar school wil nemen, moet daarvoor een briefje van de ouder/verzorger aan de leerkracht meegegeven worden. De leerkracht neemt het mobieltje of ander apparaat in bewaring, maar het blijft de verantwoordelijkheid van de ouders. Overigens blijft voor ons de belangrijkste stelregel: Kinderen kunnen in noodsituaties altijd met hun ouders bellen via de schooltelefoon en natuurlijk is in dringende situaties een kind via de reguliere schoollijn bereikbaar.
Hoofddeksels Kinderen mogen in de klas geen hoofddeksel zoals petjes of hoedjes dragen.
Verjaardagen en snoepen Deze belangrijke dag vieren ook wij graag met uw kind. Wij verzoeken u om een ‘gezonde’ traktatie uit te delen. Op www.voedingscentrum.nl vindt u suggesties over gezonde voeding en traktaties. De ouders/verzorgers van de kleuters kunnen de verjaardagen van hun kind op school in overleg met de leerkracht meevieren. Vanaf groep 3 viert de leerkracht de verjaardag in de klas zonder ouder. Wij begrijpen, dat u niet alle kinderen van de groep op het verjaardagsfeestje kunt uitnodigen. Het uitdelen van de uitnodigingen op school geeft echter vaak teleurstelling bij de kinderen die geen uitnodigingen ontvangen. Wilt u de uitnodiging daarom niet op school uitdelen?
Wenskaarten op school De laatste jaren merken we rond de kerstdagen, dat steeds meer kinderen wenskaarten op school aan klasgenootjes uit gaan delen. Dat is natuurlijk heel lief bedoeld, maar het is voor de kinderen die geen kaart krijgen minder leuk. Wilt u de kaarten daarom buiten de school verspreiden?
Fruitpauze ’s Ochtends krijgen de kinderen de tijd om tijdens de ‘fruitpauze’ even iets gezonds (fruit, een cracker, een boterham) te eten en te drinken. Dus a.u.b. geen energiedrankjes, chips enzovoort. Voor suggesties kunt u de websites en www.gezonderwijs.nl raadplegen.
Schoolfruit Dit schooljaar doen wij mee met het EU-schoolfruit programma. Het is een Europees voorlichtingsprogramma dat de nadruk legt op het eten van voldoende groenten en fruit. De kinderen leren spelenderwijs om verschillende soorten groenten en fruit te eten. Dat is niet alleen gezond, maar ook nog eens gezellig. Het project loopt tot 15 februari 2013. U kunt er meer over lezen op de website www.euschoolfruit.nl.
Gymles De kleuters hebben een turnpakje of shirtje, sportbroek en gymschoenen nodig. Kinderen van de groepen 3 t/m 8 hebben een shirt, sportbroek, gymschoenen (liefst geen zwarte en graag met stevige zolen) en een handdoek nodig. Een paar extra sokken is ook erg wenselijk.
Foto’s Ieder jaar komt de schoolfotograaf groeps- en portretfoto’s maken. De datum wordt in de nieuwsbrief gemeld. Wij maken zelf ook vaak foto’s bij groepsactiviteiten, Sinterklaas, vieringen, feesten, sportdag etc. en plaatsen die bijvoorbeeld in de nieuwsbrief, schoolgids, of op de website. Hebt u hier bezwaar tegen, meldt u dat dan bij de groepsleerkracht.
Huiswerk In groep 4 starten wij met het meegeven van huiswerk. Dit enerzijds ter verrijking van kennis en vaardigheden, anderzijds om bij kinderen studievaardigheden (als planning en verantwoordelijkheid nemen voor de eigen ontwikkeling) te ontwikkelen. Daarnaast kan het voor enkele kinderen goed zijn, dat er thuis extra geoefend wordt. Dit gaat altijd in overleg met u. Wij spreken dan ook af, hoe u uw kind het beste kunt helpen.
School en commercie Zeer regelmatig wordt de school door diverse instanties benaderd om allerlei dingen te promoten of om mee te geven. Wij vinden, dat de kinderen of de school hiervoor niet ‘gebruikt’ mogen worden en geven alleen ‘niet-commerciële’ informatie mee.
Overblijven Er bestaat de mogelijkheid uw kind te laten overblijven. U kunt hierover afspraken maken met de leerkracht van uw kind.
Aansprakelijkheid Noch de directie noch de leerkrachten kunnen aansprakelijk gesteld worden voor het verloren gaan of beschadigd raken van spullen van kinderen.
DIVERSEN Veilig verkeer Eens in de twee jaar nemen wij deel aan het praktische en theoretische verkeersexamen van Veilig Verkeer Nederland. In 2013 staat de verkeersproef weer op de agenda.
Sport Jaarlijks doen wij mee aan het trefbal, basketbal, het slagbaltoernooi en de sportdag.
Culturele activiteiten De culturele commissie organiseert voor de scholen in de regio een aantal culturele activiteiten. In een aantal gevallen vragen wij uw hulp bij het rijden.
Arbo-beleid Wij willen alle betrokkenen een veilige werk- en speelomgeving bieden. Ons beleid op de diverse beleidsterreinen laat zien, dat we dit mooie uitgangspunt echt in de praktijk willen brengen. Onze school heeft ook twee bedrijfshulpverleners (BHV- ers), leerkrachten die een aantal cursussen hebben gehad in het omgaan met calamiteiten. De school beschikt ook over een schoolnoodplan. Ontruimingsoefeningen vinden twee keer per jaar plaats.
Schoolverzekering De school heeft een collectieve ongevallenverzekering afgesloten. Gedurende de periode dat de kinderen op school zijn, inclusief de ‘reis’ van en naar school (maximaal 1 uur), schoolreisjes, excursies, schoolkamp, kortom tijdens alle gebeurtenissen die in schoolverband worden georganiseerd, zijn ze verzekerd tegen de gevolgen van een ongeval. Schade aan goederen wordt niet vergoed. Wanneer kan worden aangetoond dat de schade wordt veroorzaakt door de nalatigheid van een leerkracht, dan wordt deze wel vergoed. Voor medische kosten moeten ouders/verzorgers in eerste instantie de eigen verzekeringsmaatschappij aanspreken. Als bepaalde kosten niet worden vergoed, zorgt de schoolverzekering mogelijk voor een uitkering.
Aansprakelijkheidsschade Met aansprakelijkheidsschade bedoelen we de schade die toegebracht wordt door leerlingen aan anderen. Indien het schoolbestuur, of de leerkrachten, of de vrijwillige schoolmedewerkers te kort zijn geschoten in hun toezicht op de leerlingen, wordt bovengenoemde schade vergoed door een aansprakelijkheidsverzekering van de school. In andere gevallen zult u een beroep moeten doen op uw eigen particuliere aansprakelijkheidsverzekering.
Hoofdluis Op elke school, of liever gezegd, overal waar mensen en dan nog vooral kinderen bij elkaar zijn, is er ‘gevaar’ voor hoofdluis. Na ieder vakantie kijken ‘luizenouders’ of er kinderen zijn die last van luizen hebben. Mocht dit bij uw kind het geval zijn, dan wordt er contact met u opgenomen. U hoeft uzelf geen verwijten te maken als uw kind hoofdluis heeft opgelopen. Het krijgen van hoofdluis heeft helemaal niets te maken met lichamelijke hygiëne: hoofdluis komt niet alleen voor op vuile, ongewassen hoofden, maar juist op schone haren. Hoofdluis is betrekkelijk onschadelijk. Het geeft alleen veel jeuk en door krabben kunnen er infecties ontstaan.
SCHOOLTIJDEN
Dagen
ochtend
middag
Maandag
8.30 – 12.00
13.00 – 15.00
Dinsdag
8.30 – 12.00
13.00 – 15.00
Woensdag
8.30 – 12.30
Donderdag
8.30 – 12.00
13.00 – 15.00
Vrijdag
8.30 – 12.00
13.00 – 15.00
opmerkingen
’s middags vrij
Kleuters vrij
* De groepsindeling, alle contactgegevens en het vakantierooster staan in de kalender vermeld.