Schoolgids 2015–2016
Kath. Basisschool “De Sprong” In de Pollack 3 6438 GG Oirsbeek Telefoon 046-4421825 E-mail:
[email protected] Internet : www.basisschool-oirsbeek.nl
INHOUDSOPGAVE
EEN WOORD VOORAF 1. 1.1 1.2 1.3
DE SCHOOL Basisschool “De Sprong” Waar de school voor staat De identiteit van de school
2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.5.1 2.6
HET ONDERWIJS EN DE SCHOOLORGANISATIE Het onderwijs: de uitgangspunten De organisatie van het onderwijs De teamsamenstelling Huiswerk ICT ICT Protocol en het gebruik van mobiele telefoons Kinderpanel en ouderpanel
3. 3.1 3.2 3.3 3.4
DE LEERLINGACTIVITEITEN Groepsactiviteiten in 1 en 2 Groepsactiviteiten in 3 t/m 8 Bijzondere activiteiten De groepsindeling
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 4.13
DE ZORG VOOR DE LEERLING Nieuwe leerlingen Het volgen van de ontwikkeling van leerlingen Hoogbegaafde en meer begaafde kinderen Externe onderzoeken Het signaleren van leesproblemen en mogelijke dyslexie Handelingsgericht werken Opbrengstgericht werken Passend Onderwijs Onderwijs aan zieke leerlingen Verwijsindex Resultaten van het onderwijs Begeleiding van leerlingen naar het voortgezet onderwijs Kriebelbrigade
5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.6.1 5.7 5.7.1 5.7.2 5.7.3 5.7.4 5.7.5
DE OUDERS Hulp van ouders Verkeer De website Oudervereniging Oirsbeek (OVO) Overblijven Medezeggenschapsraad (MR) Structuur van de Medezeggenschapsraad bij het bestuur Kindante Financiële zaken Ouderbijdrage Verzekeringen Omgaan met materialen Aanschaf van een vulpen Sponsoring
Schoolgids 2015-2016
2
6. 6.1 6.2 6.3
REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN Schooltijden Vakanties en vrije dagen Gymrooster
7. 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
OVERIGE REGELINGEN Leerplichtinformatie Melden schoolverzuim Maatregelen ter voorkoming van lesuitval Regels voor toelating, schorsing en verwijdering Klachten en klachtenprocedure Informatieplicht van school aan ouders Kindertelefoon Vragen over onderwijs?
8. 8.1 8.2 8.3 8.3.1 8.3.2 8.3.3
EXTERNE CONTACTEN Jeugdgezondheidszorg Centrum voor Jeugd en Gezin Diversen Verkeers Educatie Basisonderwijs Preventie pesten Buitenschoolse opvang
9.
HET BESTUUR
10. 10.1 10.2 10.3 10.4
ADRESSENLIJST Medezeggenschapsraad Oudervereniging Oirsbeek Verkeer Overige
11.
LIJST VAN AFKORTINGEN
12.
Bijlage: SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL
13.
PROCEDURE SCHOOLGIDS Vaststelling schoolgids door MR Vaststelling schoolgids door bevoegd gezag
Schoolgids 2015-2016
3
EEN WOORD VOORAF
Hier kunt u de schoolgids van basisschool De Sprong lezen en/of downloaden. Met een aantal mensen hebben wij enthousiast gewerkt om een duidelijke en informatieve schoolgids voor u te maken. Wij hopen dat wij in deze opzet geslaagd zijn. De schoolgids is te vinden op onze website en bevat belangrijke informatie over het hele schooljaar. Mocht u toch behoefte hebben aan een papieren exemplaar dan kunt u die ophalen bij de administratie van de school. We raden u aan de schoolgids zorgvuldig door te lezen. Naast de schoolgids bestaat er ook een schoolplan. In het schoolplan is een meer jaren beleid opgenomen. Het schoolplan ligt ter inzage bij de directie. Heeft u na het lezen van de schoolgids nog vragen of opmerkingen of wilt u komen kijken op basisschool De Sprong, dan verzoeken wij u contact met ons op te nemen. U bent van harte welkom!
Namens het team van De Sprong,
Marga Ritzen, directeur
Schoolgids 2015-2016
4
1.
DE SCHOOL
1.1
BASISSCHOOL “DE SPRONG” “Met vertrouwen het nieuwe tegemoet is als de sprong van een kind gedragen door de wind die de toekomst bemint”
Wat willen we dat deze naam uitdrukt? Springen is loskomen op geheel eigen wijze en anderzijds weer landen op wat je vaste bodem is!
De basisschool "De Sprong" is een katholieke school. Zij is gehuisvest in het multifunctionele centrum “De Oirsprong” en is gelegen aan de rand van het dorp Oirsbeek. Binnen dit multifunctionele centrum is de basis voor een samenwerking binnen de zogenaamde “Brede school” (peuterspeelzaal, kinderdagverblijf en basisschool). Daarnaast bevindt zich er een sporthal, turnhal, creatief centrum en een gemeenschapshuis. “De Sprong” beschikt over groepslokalen, een kleuterspeelzaal, een ruimte voor de intern begeleider, een ruimte voor de administratie en een gemeenschappelijke ruimte met een podium waar activiteiten voor leerlingen of ouders kunnen plaatsvinden. Het schoolgebouw bestaat uit drie niveaus, waar, naast de groepslokalen in de ruime gangen, werkplekken zijn gecreëerd waar leerlingen zelfstandig kunnen werken of spelen.
1.2
WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT
Onze school staat voor boeiend onderwijs waarin ruim aandacht wordt geschonken aan de eigen mogelijkheden van het kind. Naast de schoolvakken krijgt de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen ruime aandacht. Leren samenwerken, maar ook zelfstandig werken en eigen verantwoordelijkheid dragen wordt geleerd. We bieden de kinderen veiligheid, maar we willen hen ook zo veel mogelijk zelfstandig, weerbaar en zelfredzaam maken. In het kader van kwaliteitszorg en Passend Onderwijs besteden wij veel aandacht aan die kinderen die extra begeleiding nodig hebben. Als school streven we adaptief onderwijs na. Dat wil zeggen: geef de leerling onderwijs op maat. We proberen de leerling vanuit zijn/ haar eigen mogelijkheden en wensen te helpen/begeleiden door onderwijs te geven dat bij de leerling past, gezien vanuit de mogelijkheden die ons binnen het klassikaal onderwijs via een jaarklassensysteem worden aangereikt. We willen voorwaarden scheppen, bewaken en waar nodig steeds bijstellen. Bij deze voorwaarden denken we o.a. aan een optimaal leef- en werkklimaat, vakkundige en professionele leerkrachten, een verzorgde en vriendelijke schoolomgeving en methodieken die aansluiten bij de belevings- en ervaringswereld van onze kinderen.
Schoolgids 2015-2016
5
1.3
DE IDENTITEIT VAN DE SCHOOL
Onze school is een katholieke basisschool. Zij behoort tot het bijzondere onderwijs. Dit houdt in dat de school medewerking verleent aan de activiteiten van de parochie, zoals de Eerste Heilige Communie en het H. Vormsel. Christelijke waarden en normen zijn uitgangspunten van ons handelen. We denken hierbij aan respect voor elkaar, de ander in zijn waarde laten, duidelijke omgangsregels, het kind groeikansen bieden tot een mens dat eerlijk en oprecht is naar anderen, die kan samenwerken en verantwoordelijkheid kan dragen en nemen. Onze godsdienstlessen en vieringen, zowel kerkelijk als niet-kerkelijke, waarbij ouders actief meedenken en meedoen, behoren tot onze schoolcultuur. Deze betrokkenheid van ouders wordt door de school erg op prijs gesteld en ze bevordert het contact tussen school en gezin.
Schoolgids 2015-2016
6
2.
HET ONDERWIJS EN DE SCHOOLORGANISATIE
2.1
HET ONDERWIJS: DE UITGANGSPUNTEN
Een van onze belangrijkste uitgangspunten in ons dagelijks werk is dat we vanuit een goede relatie met onze kinderen trachten te komen tot prestatie. Het welbevinden van ieder kind is bij ons het vertrekpunt van ons onderwijs. Daarnaast vinden we het wezenlijk dat kinderen vooral hun eigen identiteit kunnen en mogen behouden. In ons dagelijkse werken op school zijn we sterk gericht op de bevordering van de zelfstandigheid van kinderen en op vergroting van samenwerking tussen de kinderen. Naast samen leren willen we op school ook het samen leven stimuleren. Naast een leergemeenschap willen we ook een leefgemeenschap zijn. Naast vakinhoudelijke kennis (opleiden) trachten we de kinderen ook in sociaal opzicht te begeleiden (opvoeden). We vinden dat onze school voor uw kind een prettige leer- en leefomgeving moet zijn waarin alle kinderen zich veilig voelen en uitgedaagd worden tot leren. We willen dat de kinderen veel leren en met plezier naar school komen. We werken dan ook aan een fijne sfeer in alle groepen en de leerkrachten doen er alles aan om uit uw kind te halen wat erin zit. U, als ouder, speelt daarbij een belangrijke rol en samenwerking met ouders wordt door ons ruim gestimuleerd. Gelijkwaardigheid tussen mensen vinden we een ander zeer belangrijk uitgangspunt van onze school. Onze kinderen moeten respect kunnen opbrengen voor de waarden en normen van anderen, die zich onderscheiden in kleur, ras, handicap, cultuur of geloof. We zijn zeer alert op discriminatie en pesten en we werken vooral aan het voorkomen daarvan. We willen zoveel mogelijk kinderen de kans geven om hun eigen talenten tot ontwikkeling te brengen. Ze moeten leren om nu en straks zelfstandig, verantwoordelijk, creatief en kritisch te kunnen leven. We vertellen de kinderen dat er regels gelden op school en we leren hen die te hanteren. We steken veel energie in het belonen van positief en gewenst gedrag. Bewust willen we de kinderen ondersteunen in de ontwikkeling van hun normen en waarden. In ons onderwijs proberen wij een goed evenwicht te vinden tussen het aanleren van kennis, het stimuleren van de persoonlijke ontwikkeling en zelfstandigheid en het optimaliseren van de praktische vaardigheden. Wij houden rekening met de behoefte van ieder kind aan -
autonomie: zelf mee bepalen hoe het zich ontwikkelt.
-
relatie: vertrouwen in een ander is de basis voor het ontwikkelen van zelfvertrouwen.
-
competentie: ieder kind wil in de vergelijking met andere kinderen het gevoel hebben gewaardeerd te worden.
2.2 DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS Onze school werkt volgens het leerstofjaarklassensysteem. Dat wil zeggen dat leerlingen op basis van hun leeftijd verdeeld zijn over de groepen. Nochtans wordt er naar gestreefd om tegemoet te komen aan de persoonlijke verschillen van de leerlingen. Naast verrijkings-, verdiepings- en verbredingsstof wordt op onze school aandacht besteed aan het werken met dag- en weektaken, zelfstandig werken en coöperatief leren. Het werken met dag- en weektaken biedt de leerlingen de mogelijkheid om in hun eigen tempo leerstof te doorlopen. Doordat de leerling de leerstof in eigen tempo in zich kan opnemen en kan verwerken, loopt hij minder snel tegen grote problemen aan. De leerling is vaak met een kleine tip of een uitleg aan de instructietafel weer in staat verder te werken. Daarnaast stimuleert het werken met dag- en weektaken het zelfstandig werken en het zelfvertrouwen van de leerling.
Schoolgids 2015-2016
7
Coöperatief leren is groepswerk waarbij de kinderen echt samen werken en leren. Met "echt" bedoelen we dat de leerlingen als groepsleden op elkaar betrokken zijn en van elkaar afhankelijk zijn om een goed resultaat te behalen. Samenwerkend leren is een werkvorm die een gelijkwaardige plaats verdient naast individuele en klassikale werkvormen. Het is een werkvorm die in alle groepen gehanteerd kan worden. Naast de verstandelijke ontwikkeling bevordert samenwerken ook de sociale ontwikkeling. Gedurende de basisschoolperiode breiden de sociale vaardigheden van kinderen zich geleidelijk uit en vindt ook een verfijning plaats. Door de leerlingen op school de gelegenheid te bieden samen te werken, wordt de ontwikkeling van sociale vaardigheden en sociaal inzicht gestimuleerd. Samenwerken is een vaardigheid die van groot belang is om goed te functioneren in het maatschappelijk leven. De leerlingen doorlopen in 8 jaren gemiddeld 8 jaarklassen. Te beginnen bij groep 1 (op 4-jarige leeftijd) en eindigend in groep 8 (op 11, 12, of 13-jarige leeftijd). De school maakt een onderscheid tussen de onderbouw (groep 1 t/m 4) en de bovenbouw (groep 5 t/m 8). De Sprong streeft naar een onderwijsleersituatie met een onderwijsaanbod, waarbij de kinderen een continu ontwikkelingsproces op alle aspecten van de kinderlijke ontwikkeling doorlopen. Deze aspecten betreffen de ontwikkeling op de volgende gebieden: de verstandelijke (cognitieve), de sociale, de emotionele, de motorische en de creatieve ontwikkeling. Het onderwijsaanbod waaraan een basisschool moet voldoen is in grote lijnen beschreven in de kerndoelen, vastgesteld door het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen. De kerndoelen geven aan wat de school aan leerinhouden moet aanbieden in de 8 jaren basisonderwijs. De wijze waarop de school van kerndoelen onderwijs maakt is niet voorgeschreven, hierin hebben de scholen keuzevrijheid. De hoofdlijnen van het eigen beleid beschrijft de school één keer in de vier jaar in het schoolplan. Hiermee legt de school ook verantwoordelijkheid af aan de inspectie van het onderwijs over het gevoerde beleid. De hoofdlijnen worden elk schooljaar duidelijk uitgewerkt en eventueel bijgesteld in een jaarplan. Uitgebreidere documentatie met betrekking tot de diverse leer- en vormingsgebieden liggen op school ter inzage. Samenwerking tussen leerkrachten vinden wij zeer belangrijk. Naast het overleg dat dagelijks plaatsvindt tussen leerkrachten is er wekelijks een plenaire teamvergadering, bouwvergadering of themavergadering na school.
2.3 DE TEAMSAMENSTELLING Ons team van De Sprong bestaat uit 15 enthousiaste leerkrachten, een managementassistente, een conciërge en de directie. Samen vormen wij een hecht team dat zich richt op het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs en het creëren van een prettige sfeer om te leren en te werken. Binnen ons team wordt ernaar gestreefd de gezamenlijke deskundigheid zoveel mogelijk te bevorderen. Nascholing gebeurt individueel en teamgericht en wordt jaarlijks vastgelegd in het nascholingsplan. Daarnaast hebben wij niet alleen een onderwijskundige taak maar zijn wij als onderwijsteam ook betrokken bij het overleg met de medezeggenschapsraad, de voorbereiding van projecten en feesten, overige schooltaken en contacten met de ouders. Deze taken zijn evenredig verdeeld over het gehele team. Naast hun taak als groepsleerkracht zijn verschillende leerkrachten vanuit hun opleiding en deskundigheid belast met speciale taken. De intern begeleider, Katinka Dormans, coördineert op onze school de leerlingenzorg. De twee ICT-ers, dhr. Theo Geurts en dhr. Enrico Marti coördineren de ontwikkeling van het computeronderwijs en ondersteunen leerkrachten en leerlingen in het computergebruik. Schoolgids 2015-2016
8
Mevr. Tiny Acampo, specialist hoogbegaafdheid, treedt op als coördinator voor schoolbeleid, als vraagbaak voor collega’s en als mentor voor de leerlingen. De gedragsspecialist, mevr. Ellen van Es, begeleidt kinderen met gedragsproblemen of ontwikkelingsstoornissen die thuis of op school problemen ervaren op sociaal-emotioneel gebied. Dhr. Donné van Roij, coördinator opbrengst gericht werken, leidt en begeleidt het team in het streven naar het verbeteren van de opbrengsten. De managementassistente, Miriam Bruls, ondersteunt het managementteam bij het uitvoeren van administratieve taken. Dit schooljaar is zij er wekelijks op de dinsdag. Aan onze school is ook een hulpconciërge, dhr. Becir Klepo, verbonden, die de telefoon beantwoordt, huishoudelijke taken en kleine reparaties uitvoert en zorgdraagt voor een opgeruimde speelplaats. De directeur is belast met de algehele leiding van de school en is daartoe vrijgesteld van lesgevende taken. De directeur is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken, het onderwijskundig management, het materieel en financieel beheer en het personeelsbeleid. Zij wordt in haar werk ondersteund door de managementassistente. Op de Sprong wordt gewerkt met een managementteam, bestaande uit de directeur, de interne begeleider, onderbouwcoördinator en bovenbouwcoördinator. Zij zijn belast met de met de leiding en organisatie van de school. Samen met het team bepalen zij welke richting uit wordt gegaan als het gaat over onderwijsinhoudelijke zaken: nieuwe methodes, aanpak zorgleerlingen, omgaan met pesten, schoolregels, waarden en normen, welke testen worden afgenomen, invoering ICT, enzovoorts. De coördinator onderbouw (1 tot en met 4) en de coördinator bovenbouw (5 tot en met 8) leiden de zogenaamde bouwvergaderingen, die voornamelijk onderwerpen behandelen die gerelateerd zijn aan het onderwijsleerproces.
2.4
HUISWERK
Op onze school vinden we dat met huiswerk de ontwikkeling van bepaalde vaardigheden en attitudes wordt nagestreefd. Huiswerk is een middel om het zelfstandig leren werken te bevorderen, waarvan de basis reeds is gelegd in de klas. Huiswerk is een voortzetting van het individuele zelfstandig werken in de groepen. Bovendien is huiswerk in de bovenbouw een goede voorbereiding op het voortgezet onderwijs. De meerwaarde van huiswerk is de brug die huiswerk legt tussen school en thuis. Huiswerk biedt de kans bij uitstek om ouders te betrekken bij het schoolgebeuren en biedt ouders de gelegenheid om in te gaan om in te gaan op wat het kind op school heeft ervaren. We streven naar huiswerk op maat waarbij rekening gehouden wordt met de problemen en niveauverschillen van leerlingen en dat van elk kind een gelijkwaardige inspanning vraagt. Huiswerk vraagt van ouders een rol als ondersteuners en maakt hen niet tot het verlengstuk van de leerkracht in het (opnieuw) geven van instructie. Op maandag- en donderdagmiddag na schooltijd (kwart over drie tot kwart over vier) is er in het computerlokaal van de school gelegenheid om huiswerk te maken onder professionele begeleiding. Leerlingen kunnen terecht voor het maken van o.a. rekenen/taal/spelling, maar ook voor het aanleren van de stof voor toetsen van de zaakvakken (aardrijkskunde/geschiedenis/biologie/verkeer). Hiervoor werken wij samen met Be Alert Educatie & Studiebegeleiding (kosten €4,- per keer, vooraf aanmelden niet nodig, voor meer informatie 06-30057022).
Schoolgids 2015-2016
9
2.5 ICT ICT (Informatie- en communicatietechnologie) heeft in het onderwijs op de Sprong een vaste plaats verworven. De computer is een hulpmiddel bij het leren. Hierbij valt te denken aan taal, lezen, rekenen en wereldoriëntatie, maar ook als hulp bij het maken van spreekbeurten en werkstukken. Binnen onze stichting Kindante hebben we afspraken gemaakt over hoe we met het gebruik van Internet en email omgaan. Leerlingen met dyslexie, maar uiteraard ook andere leerlingen, kunnen gebruik maken van het programma Kurzweil, een scan- en voorleesprogramma dat gedrukte tekst omzet naar spraak.
2.5.1
ICT Protocol en het gebruik van mobiele telefoons
Bij de GMR ligt een verzoek tot instemming van het ICT –protocol van Kindante. Het volledige protocol vindt u op onze website www.basisschool-oirsbeek.nl ( pad: informatie → documenten → protocollen). Het gebruik van mobiele telefoons door leerlingen: a) een mobiele telefoon van een leerling mag onder schooltijd niet gebruikt worden b) Het gebruik van een mobiele telefoon is in die gevallen van te voren, met opgaaf van reden(en) door de directie van school geautoriseerd c) Het niet gebruiken van een mobiele telefoon impliceert dus ook het verbod op opnemen van geluidsfragmenten, het nemen van foto’s of het maken van video-opnames binnen school, tenzij daarvoor toestemming is gegeven door de directie d) Zijn er al met toestemming bestanden zoals genoemd in artikel (8c) gemaakt, dan is het publiceren van deze bestanden middels internet of e-mail ten strengste verboden, tenzij daar door alle personen, voorkomend op die bestanden, toestemming is verleend. Mocht een leerling onder schooltijd zijn/haar mobiele telefoon toch gebruiken, wordt deze door de leerkracht of directie in beslag genomen. De ouders worden hiervan schriftelijk in kennis gesteld en zij kunnen de betreffende mobiele telefoon bij de directie afhalen.
2.6
KINDERPANEL EN OUDERPANEL
Kinderpanel Het kinderpanel bestaat uit leerlingen van groep 3 t/m 8 die hun groep vertegenwoordigen. Ze worden gekozen door hun klasgenootjes en hebben gedurende het hele schooljaar zitting in het panel. In de tweemaandelijkse bijeenkomsten doen zij voorstellen ter verbetering van het leefklimaat op school. Met hun inbreng streven wij ernaar om o.a. ongewenst gedrag te voorkomen. Ouderpanel Onze school werkt sinds schooljaar 08-09 met een ouderpanel. Dit panel is een groep ouders, die 5 keer per jaar met de directie een open gesprek voert over onderwerpen die zowel de school als de ouders raken. Uit zo’n gesprek kunnen verbeterpunten voortkomen. Deze worden besproken met het team en evt. met de MR. Dit kan vervolgens leiden tot veranderingen.
Schoolgids 2015-2016
10
3.
DE LEERLINGACTIVITEITEN
3.1
GROEPSACTIVITEITEN IN 1 EN 2
Taal Een kleuter is de hele dag met taal bezig. Wij proberen de taalvaardigheid te vergroten door met name in de kring veel gerichte taalactiviteiten aan te bieden: voorlezen, versjes aanleren, gesprekjes voeren, luisteroefeningen etc. Wij maken daarbij gebruik van ons uitgebreid assortiment lees- en prentenboeken en de methode “Kleuterplein”. Leerlingen die er aan toe zijn worden begeleid in de eerste beginselen van aanvankelijk lezen. Rekenen Tijdens kringactiviteiten wordt tevens aandacht besteed aan oriëntatie op reken- en wiskundig gebied. Leerlingen worden gestimuleerd zelfstandig of samen met anderen vraagstukjes op te lossen. Hiervoor maken wij ondermeer gebruik van de methode “Kleuterplein” en de hierbij behorende software. Ontwikkelingsmaterialen Het werken met ontwikkelingsmaterialen is erop gericht om de ontwikkeling van de kinderen te stimuleren zodat de voorwaarden die nodig zijn om te leren lezen en rekenen geoptimaliseerd worden. De oefeningen zijn aangepast aan het ontwikkelingsniveau van elk kind. Tijdens deze ‘werklessen’ zijn de kleuters alleen of in groepjes bezig. Het initiatief kan bij de leerkracht, maar ook bij het kind liggen. We onderscheiden kleur-, vorm-, bouw-, taal-, reken-, orden-, en constructiemateriaal. Daarnaast vinden er diverse hoekactiviteiten plaats: poppen-, bouw-, schilder-, luister-, taal-, lees-, computer-, zandtafel- en watertafelhoek. In deze hoeken wordt ook aandacht besteed aan het sociale aspect: de kleuters leren er samenwerken en spelen. Spel- en bewegingsactiviteiten Tijdens de gymlessen komen allerlei bewegingsvormen aan de orde: lopen, rennen, huppelen, hinkelen, kruipen, rollen, klauteren, springen, zwaaien, buitelen enz. Deze lessen worden met of zonder materialen gegeven. In de spellessen bestaat er een afwisseling van in- en ontspanning. Tijdens de gymlessen (binnen en buiten) is er ook ruimte voor vrij spelen met en zonder materiaal. Ook hierbij wordt aandacht besteed aan de sociaal emotionele ontwikkeling. Expressieactiviteiten vormen geen aparte categorie in de onderbouw. Deze activiteiten komen aan de orde tijdens bewegingslessen, rollenspelen, drama en beeldende vorming. Het onderwijs in de groepen 1 en 2 vindt plaats rondom diverse thema’s. Naast de seizoens- en kalendergebonden onderwerpen als herfst, lente, Kerst- en Paasfeest worden ook projecten gemaakt rondom onderwerpen die vanuit de belangstelling van de leerlingen aangedragen worden. De groepsleerkrachten houden u via een informatiestencil op de hoogte van lopende projecten en vragen desgewenst uw medewerking om een thema zo goed mogelijk vorm te geven.
Verkeer Vanaf groep 1 wordt er aandacht besteed aan veiligheid in het verkeer door middel van verkeersprojecten. De verkeerskalender van het ROVL met de bijbehorende lesopdrachten staan hierbij centraal.
3.2
GROEPSACTIVITEITEN IN 3 T/M 8
Nederlandse taal Schoolgids 2015-2016
11
In groep 3 wordt veel aandacht besteed aan het leren lezen. Hiervoor gebruiken wij de methode Veilig Leren Lezen. Naast aanvankelijk lezen wordt aandacht besteedt aan mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid, spelling, begrijpend lezen en taalbeschouwing. In de groepen 4 t/m 8 wordt structureel gewerkt aan vaardigheden
op het gebied van voortgezet technisch lezen en begrijpend lezen. Daarnaast maken we gebruik van de methode Taalleesland met betrekking tot spelling, stellen, taalbeschouwing en woordenschat. Schrijven In groep 3 leren de kinderen aanvankelijk de losse schrijfletters en gaan daarna over op het verbonden, rechtshellend schrift via de methode Handschrift. Deze methode wordt gebruikt t/m groep 8, waarbij in groep 7 en 8 het accent vooral ligt op het creatieve schrijven. Rekenen In het schooljaar 2013-2014 zijn we gestart met de invoer van de rekenmethode Wereld in Getallen. In de groepen 1 en 2 wordt gebruik gemaakt van de software m.b.t. voorbereidend rekenen. In de groepen 3 t/m 8 hanteren we diverse lesboeken met extra aanbod voor leerlingen die dit nodig hebben (remediërende- of verrijkingsstof). Verder wordt ook hier de software behorend bij de methode ingezet. Godsdienstige vorming De school heeft een katholieke identiteit, maar staat open voor leerlingen met andere levensovertuigingen. Voor inhoud van de lessen wordt gebruik gemaakt van “Projecten” voor de groepen 1 t/m 8. De methode gaat uit van de ervarings- en belevingswereld van de kinderen. De methode is zeer geschikt om te integreren bij andere vakgebieden. Engels In de groepen 7 en 8 starten we in het schooljaar 2014-2015 met de methode Take it easy, bestaande uit leerboeken, werkboeken en software voor digibordlessen. Wereldoriëntatie Dit omvat de volgende onderdelen: aardrijkskunde, geschiedenis, techniek, milieu, natuur, gezond en zelfredzaam gedrag. Wij gebruiken de methoden Wijzer door de wereld, Wijzer door de tijd en Wijzer door de natuur. Sociaal-emotionele ontwikkeling Hiervoor hanteren we op onze school de programma’s Amigo, Effectieve Conflicthantering, Gezonde School en Relaties en Seksualiteit. Expressievakken Wekelijks staat muziek, tekenen en handvaardigheid op het rooster. Voor muzieklessen wordt gebruik gemaakt van methode Muziek moet je doen. Dhr. Enrico Marti verzorgt als vakleerkracht de muzieklessen in de groepen 1 t/m 8. Voor tekenen en handvaardigheid maken de leerkrachten gebruik van de methodes Tekenvaardig en Handvaardig. De interne cultuur coördinator, mevr. Claudia Kattenberg, werkt samen met Ecsplore en Artamuse aan het realiseren van activiteiten op het gebied van cultuur. Lichamelijke oefening Bij het geven van gymlessen maken de leerkrachten van groep 1 t/m 8 gebruik van een handboek: Basislessen bewegingsonderwijs. De leerlingen van de groepen 3 t/m 8 maken gebruik van de sporthal.
Schoolgids 2015-2016
12
Verkeer Groep 3 t/m 8 gebruikt de methode Wijzer door het verkeer. Voor klassikaal en individueel gebruik is een interactief (d.w.z. met vragen en opdrachten) computerprogramma continu beschikbaar over de veilige schoolthuisroute in Oirsbeek. In groep 7 doen de leerlingen schriftelijk verkeersexamen, gevolgd door een praktijktoets (fietsexamen). 3.3
BIJZONDERE ACTIVITEITEN
Excursies In het kader van projecten, onderwerpen uit lessen of de actualiteit worden uitstapjes gepland, waarover u via een brief door de groepsleerkracht geïnformeerd wordt. In de groepen 1 en 2 worden de excursies in de directe omgeving van de school gemaakt. In de overige groepen wordt onder meer gepland: een bezoek aan de bibliotheek, de bakker, de molen, de kerk, kasteel Hoensbroek, Thermenmuseum en de Ontdekhoek. Kinderboekenweek Elk jaar wordt er ruimschoots aandacht geschonken aan het thema van de Kinderboekenweek. De activiteiten vinden plaats in alle groepen. Sinterklaas Elk jaar weer bezoekt Sinterklaas onze school, vergezeld van enkele zwarte pieten. Vooral in de groepen 1 t/m 4 staat dit thema enkele weken centraal en bereiden de leerlingen zijn komst speciaal voor. In de groepen 5 t/m 8 wordt er een surprise middag gehouden met aandacht voor originele Sinterklaasgedichten. Kerstmis In elke groep wordt aandacht besteed aan het Kerstfeest. De school en de klaslokalen worden samen met de leerlingen en de ouders versierd. Kerstverhalen worden verteld en gelezen en de oudervereniging organiseert een sfeervol Kerst-limo-diner voor leerlingen en leerkrachten. Carnaval Als Limburgse school gaan wij uiteraard niet voorbij aan de traditie van carnaval vieren. In de muzieklessen wordt kennis gemaakt met de schlagers van onze eigen school en de plaatselijke carnavalsliedjes. Elk jaar wordt er een daverende revue gepresenteerd door leerlingen, leerkrachten en inwoners van Oirsbeek. E. H. Communie In groep 4 ontvangen de kinderen de E.H. Communie. De ouders van de communicanten verzorgen, in samenwerking met school en parochie, de diverse activiteiten die deel uitmaken van de voorbereiding. Schoolreisje Het schoolreisje voor groep 1 t/m 7 houden we aan het einde van het schooljaar. De kosten worden betaald vanuit de ouderbijdrage. Schoolverlatersdagen In groep 8 gaan de leerlingen enkele dagen op schoolkamp . De groepsleerkracht en een werkgroep begeleiden dit kamp en steken veel tijd en energie in de voorbereiding om deze dagen onvergetelijk te maken. De kosten worden voor een gedeelte betaald vanuit de ouderbijdrage. Vormsel De leerlingen van groep 7 en 8 ontvangen om het jaar het Sacrament van het Vormsel tijdens een dienst in de kerk. In het schooljaar 2016-2017 zal een volgend Vormsel plaatsvinden. Verkeer In het begin van het schooljaar vindt de verkeersweek plaats. De groepen 1 t/m 3 leren de belangrijke punten bij het oversteken door te oefenen in de speelzaal en op de wandelroute naar de Jumbo. Groep 4 speelt in de gymzaal de verkeersquiz. De groepen 5 t/m 8 bekwamen zich in behendigheid op de fiets met de Trapvaardigkist. De leerlingen fietsen dan over een uitdagend parcours en oefenen het sturen, remmen en achterom kijken. Voor Schoolgids 2015-2016
13
groep 8 wordt het parcours extra moeilijk gemaakt: Zij moeten de route afleggen met als extra handicap een zware rugzak. Mede hierdoor bereiden we de kinderen voor op het zelfstandig fietsen naar de middelbare school met een zware boekentas. De gezonde school Basisschool de Sprong werkt al jaren samen met de andere basisscholen binnen de gemeente Schinnen en de GGD Zuid-Limburg in het project Met Respect aan de slag. Het aandachtsgebied van dit netwerk heeft zich het afgelopen jaar uitgebreid van thema’s rondom Respect naar thema’s op gebied van de Gezonde School (bijv. gezonde voeding, bewegen, seksualiteit etc.). De gezamenlijke activiteiten rondom de Dag van Respect in november (met dit jaar als thema Respect voor ouderen), de gezamenlijke sportdagen in mei en afwisselend de Week van Nederland Schoon (dit schooljaar) en de Week van de Lentekriebels (afgelopen jaar) blijven gehandhaafd. Daarnaast zal er op alle scholen aandacht zijn voor het verkrijgen van een vignet Gezonde School. Gezien de inspanningen van de afgelopen jaren op het gebied van Respect voor elkaar zetten we in om het certificaat te verkrijgen op de thema’s Sociaal Emotionele Ontwikkeling en Relaties & Seksualiteit. Gezien de vorderingen om de werkwijze uit de methoden Amigo en Effectieve Conflicthantering in te bedden in de manier van werken moet dit haalbaar zijn. In eerste instantie richt het vignet zich op een gezond werkklimaat (organisatie, werkafspraken en documentatie) en daarna op de lesactiviteiten. Parallel aan het aanvragen van het vignet zal een afweging volgen evt. een andere methode voor het volgen van sociaal emotionele ontwikkeling en omgaan met pesten et introduceren.
3.4
DE GROEPSINDELING
Groep 1 / 2 A
Maandag t/m donderdag
Ine Hultzbeck
Groep 1 / 2 B
Maandag Dinsdag t/m donderdag
Margot Spätgens Annemie Roberts
Groep 1 / 2 C
Maandag t/m woensdag Donderdag
Claudia Kattenberg Margot Spätgens
Groep 3
Maandag t/m vrijdag
Enrico Marti
Groep 4
Maandag t/m vrijdag
Ellen van Es
Groep 5
Maandag, woensdag,donderdag en vrijdag Dinsdag
Louise van Roy Theo Geurts
Groep 6
Maandag en dinsdag Woensdag Donderdag en vrijdag
Donné van Roij Theo Geurts Tiny Acampo
Groep 7
Maandag t/m woensdag Donderdag en vrijdag
Maureen Zeegers Marianne van den Biggelaar
Groep 8 A
Maandag t/m vrijdag
Marc Debie
Schoolgids 2015-2016
14
4.
DE ZORG VOOR DE LEERLINGEN
4.1
NIEUWE LEERLINGEN
De ouders ontvangen, na een intakegesprek met de directie, een aanmeldingsformulier voor de inschrijving op onze school. Kleuters mogen op onze school instromen vanaf het moment waarop ze de leeftijd van 4 jaar bereikt hebben. Vanaf de leeftijd van 3 jaar en 11 maanden mogen de leerlingen 4 dagdelen komen oefenen. Wordt een leerling 4 jaar binnen de eerste 2 weken van het nieuwe schooljaar, volgt een regeling in overleg met de ouders. Zindelijkheid We hebben als school het beleid dat kinderen zindelijk moeten zijn als zij naar school komen. Hierbij maken we een uitzondering voor kinderen die wegens medische problemen nog niet zindelijk zijn en hiervoor externe hulp onder schooltijd krijgen t.a.v. verzorging en verschonen.
4.2
HET VOLGEN VAN DE ONTWIKKELING VAN DE LEERLINGEN
Om de ontwikkeling van elke leerling goed te kunnen volgen en het onderwijs hier zoveel mogelijk op af te stemmen is het voor ons belangrijk ieder kind regelmatig te observeren en te toetsen. Dit leerlingvolgsysteem begint reeds in de groepen 1 en 2, waar observatielijsten worden bijgehouden om te zien welke vaardigheden en begrippen het kind al beheerst. Naast de toetsen die bij de methodes horen, gebruiken wij het CITO LeerlingVolgSysteem om de behaalde resultaten te vergelijken met de gemiddelde resultaten van de leerlingen van andere basisscholen in ons land. We gebruiken LVS spelling-, lees- en rekentoetsen, toetsen voor kleuters, de CITO entree- toets in groep 7, de CITO eindtoets in groep 8. Voor het volgen van de sociaal- emotionele ontwikkeling wordt in groep 1 en 2 gebruik gemaakt van observatielijsten van Kleuterplein en PRAVOO en in de groepen 3 t/m 8 van het leerlingvolgsysteem van SCOL. Naast de gegevens die in de computer worden opgeslagen, worden alle relevante leerling-gegevens bewaard in een persoonsgebonden leerling-dossier. Hiertoe behoren ook de verslagen van oudergesprekken, mogelijke speciale onderzoeken of hulpverlening, extra begeleiding etc. De leerling dossiers zijn alleen toegankelijk voor directie, intern begeleider en groepsleerkracht. Ouders kunnen uiteraard altijd inzage krijgen in het dossier van hun kind. De gegevens van de leerlingen van elke groep worden op regelmatige basis besproken door de groepsleerkracht, intern begeleider en bouwcoördinator. Hierbij zijn niet alleen toetsresultaten van belang; ook de sociaal-emotionele ontwikkeling wordt besproken. Op deze wijze wordt de doorgaande lijn van de leerlingen zo goed mogelijk gevolgd en begeleid. Twee keer per jaar vindt een Cito-bespreking plaats. De intern begeleider bespreekt dan met het team de specifieke zorgleerlingen die in aanmerking komen voor speciale begeleiding of onderwijsaanbod. De intern begeleider houdt eveneens twee keer per jaar een groepsbespreking met elke leerkracht, waarin alle leerlingen van de groep besproken worden.
4.3
HOOGBEGAAFDE EN MEER BEGAAFDE LEERLINGEN
Ons onderwijs aan het (meer)begaafde kind Wij vinden het belangrijk om zo vroeg mogelijk te signaleren of een leerling eventueel hoog- of meer begaafd zou kunnen zijn. Dit om zo vroeg mogelijk adequaat te kunnen inspelen op zijn/haar onderwijsbehoeften. Hierdoor proberen we te voorkomen dat leerlingen allerlei problemen gaan ontwikkelen. Nadat leerlingen gesignaleerd zijn door ouders of leerkracht is het van belang om verder diagnostisch onderzoek te doen om het beeld dat ouders en/of leerkrachten schetsen al dan niet bevestigd te krijgen. Onze school zet hiervoor het instrument DHH (Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid) in. Zo zijn wij als school in staat om zelf alle informatie over een leerling te verzamelen om te kunnen bepalen of een aangepast onderwijsaanbod noodzakelijk is. Intelligentieonderzoek is dan slechts in een beperkt aantal gevallen noodzakelijk. Schoolgids 2015-2016
15
4.4
EXTERNE ONDERZOEKEN
Bij het doorlopen van meerdere niveaus van zorg wordt regelmatig de vraag gesteld of het kind voor verder onderzoek aangemeld dient te worden. Deze vraag kan zowel door ouders als door de leerkracht gesteld worden. Voordat er wordt overgegaan tot de aanvraag van een onderzoek door derden (bv. orthopedagoog of psycholoog), vinden er gesprekken plaats tussen ouders, leerkracht en intern begeleider, waarbij alle verzamelde gegevens uit toetsen en observaties worden bekeken samen met de ervaringen van ouders. Pas als de hulpvraag duidelijk is wordt de ouders geadviseerd een aanvraag in te dienen. Soms wordt de hulpvraag neergelegd bij de schoolarts, die na een gesprek met de ouders de jeugdhulpverlening kan inschakelen. Soms is er een medische indicatie, waarbij onderzoek of behandeling (gedeeltelijk) voor rekening van ziekenfonds of ziektekostenverzekering komt. De hulpverlening vanuit GGD, Jeugdzorg, RIAGG of maatschappelijk werk is gratis. Als de school geen hulpvraag heeft, kunnen ouders op eigen initiatief een onderzoek laten doen bij een onafhankelijk bureau, waarbij de kosten voor de ouders zijn.
4.5
HET SIGNALEREN VAN LEESPROBLEMEN EN MOGELIJKE DYSLEXIE
Door al in de groepen 1 en 2 gerichte aandacht te besteden aan beginnende geletterdheid en daarbij de ontwikkeling van elk kind te volgen en in kaart te brengen, kunnen leerlingen die mogelijk problemen krijgen met het leren lezen vroegtijdig gesignaleerd worden. Deze leerlingen krijgen extra aandacht, aparte instructie en specifiek ontwikkelingsmateriaal aangeboden. In groep 3 worden zij door de leerkracht extra ondersteund (soms preventief). De vorderingen worden vastgelegd en bij problemen met bijvoorbeeld de klank-tekenkoppeling of de samenvoeging van klanken tot woorden wordt door de leerkracht onmiddellijk extra actie ondernomen. Ouders worden hierover geïnformeerd. Mocht na een periode van goede en intensieve begeleiding nog steeds sprake zijn van automatiseringsproblemen en een hardnekkige achterstand bij een verder normaal ontwikkelingspatroon, kan er sprake zijn van dyslexie. Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen in de automatisering van de woordidentificatie (lezen) en/of schriftbeeldvorming (spellen). Dyslexie verdwijnt niet. Wel kan de basisschool ervoor zorgen dat de leerling met zijn leerstoornis leert om te gaan. De leerkracht van deze leerling begeleidt het kind bijvoorbeeld door teksten samen te lezen of thuis te laten voorbereiden. Bij toetsen krijgt het kind alle tijd die het nodig heeft. Mogelijk worden toetsen voorgelezen of mondeling afgenomen. Dit alles ook in overleg met de leerling zelf. Leesproblemen staan vaak in relatie tot spellingproblemen. Ter ondersteuning kan hulp gevraagd worden voor de leerkracht van de leerling van uit het speciaal basisonderwijs. Vroeger werden deze leerlingen verwezen naar het speciaal basisonderwijs. Nu kunnen deze leerlingen met de juiste hulp meestal op de reguliere basisschool blijven.
4.6 HANDELINGSGERICHT WERKEN (HGW) Handelingsgericht werken betekent vooral rekening houden in je onderwijs met de onderwijsbehoeften van kinderen, en is sterk gericht op samenwerking met de omgeving van het kind. (d.w.z. zowel vanuit school, als vanuit ouders en als kind bezien).We onderkennen dat er verschillen zijn tussen kinderen en dat het ene kind meer tijd nodig heeft om iets zich eigen te maken dan een ander kind. We proberen hier zoveel mogelijk rekening mee te houden in de instructie (uitleg) en in de verwerking. Er zijn bij handelingsgericht werken 7 uitgangspunten: Handelingsgericht werken probeert zoveel mogelijk rekening te houden met wat een kind nodig heeft (werken in 3 niveaugroepen). Handelingsgericht werken gaat uit van een transactioneel kader, dit betekent dat de omgeving, het gezin, de ouders, de club waar een kind naar toe gaat van invloed zijn op de ontwikkeling van dat kind. Samenwerken met ouders is hierbij dus erg belangrijk. Bij handelingsgericht werken doet de leerkracht er toe. De leerkrachtvaardigheden krijgen veel aandacht! Hierbij werken we aan: effectieve leertijd, effectieve instructie en klassenmanagement.
Schoolgids 2015-2016
16
Bij handelingsgericht werken benut je het positieve daar waar het kan. Je gaat uit van wat een kind al kan en gaat daar mee verder. Handelingsgericht werken is gericht op samenwerken. Handelingsgericht werken is doelgericht, je werkt met een duidelijke doelstelling voor een groep leerlingen. Handelingsgericht werken kent systematiek en is voor een ieder duidelijk. We verzamelen gegevens van de groep kinderen, waardoor we kunnen bekijken wat ze nodig hebben. Deze onderwijsbehoeften clusteren we zoveel mogelijk (3 groepen). We maken hier een groepsplan voor. We gaan hiermee aan het werk en het wordt geëvalueerd. Daarna kunnen we beginnen met het verzamelen van gegevens en begint de gehele cyclus weer opnieuw.
4.7 OPBRENGSTGERICHT WERKEN (OGW) Een belangrijk doel van de kwaliteitszorg is het verbeteren van het onderwijs. Het verbeteren van het onderwijs betekent op onze school dat we ook hebben ingezet op opbrengstgericht werken. Opbrengst Gericht Werken is een bewuste, systematische en cyclische werkwijze waarbij betrokkenen in en om de school (leerling, leerkracht, team, directeur, bestuurder en ouder) zich in het streven naar de kwaliteit van de totale ontwikkeling van de leerlingen, hun professioneel handelen mede laten sturen door de uitkomsten van metingen, toetsen en observaties van vooraf door hun zelf gestelde doelen. Een hele mond vol waarmee we simpel gezegd willen zeggen dat we elk kind willen stimuleren om optimale resultaten te halen in een optimaal ingerichte leerstof omgeving. Ook de goede leerlingen willen we uitdagen om nog beter te worden. Dit in tegenstelling tot Handelingsgericht werken waarbij een school zich vooral bezig houdt met de kinderen die problemen hebben. Opbrengst gericht werken is makkelijker gezegd dan concreet waarneembaar te realiseren. Aan onze school is een coördinator Opbrengst Gericht Werken verbonden die daarvoor een opleiding heeft gevolgd en die het team leidt en begeleidt in het streven naar het verbeteren van de resultaten van de prestaties van ALLE leerlingen bij rekenen en taal. Dit verbeteren vindt plaats op drie niveaus nl. leerling niveau, groepsniveau en schoolniveau. Spelling is al geoptimaliseerd en technisch lezen is nu actueel. Bij de aanschaf van de nieuwe rekenmethode zijn de uitgangspunten van OGW mede bepalend geweest. De inspectie van het onderwijs heeft nav het inspectiebezoek 2013 geconcludeerd dat de school op dit terrein een forse ontwikkeling heeft doorgemaakt hetgeen een stimulans is om op de ingeslagen weg door te gaan.
4.8
PASSEND ONDERWIJS
Passend onderwijs en de ondersteuningsstructuur in het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO 31-02 Midden-Limburg Op 1 augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs van kracht geworden. In een nieuw gevormd Samenwerkingsverband (SWV) Passend Onderwijs Midden-Limburg hebben alle schoolbesturen de taak voor alle leerlingen die wonen binnen de regio van dit SWV een zo passend mogelijke plek in het onderwijs te bieden. Passend onderwijs is in principe bedoeld voor alle leerlingen op de basisscholen en scholen voor speciaal (basis)onderwijs, maar zoomt in op leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften. Belangrijkste doelstellingen van passend onderwijs zijn: Zo passend mogelijk onderwijs aanbieden en daarbij kijken naar de onderwijsbehoeften van de leerlingen en minder naar de beperkingen. Leraren beter toerusten: passend onderwijs en afstemmen op ondersteuningsbehoeften van een leerling in de klas staat of valt met de mogelijkheden en competenties van de leerkracht(en). Minder bureaucratie: het complexe systeem van toekenning van extra ondersteuning verdwijnt. Geen onnodige administratieve last, geen wachtlijsten, geen lange indicatieprocedures. Het financiële systeem dat bij de nieuwe regeling passend onderwijs hoort moet beheersbaar en transparant zijn. Geen thuiszitters: alle kinderen verdienen een plek in het onderwijs. Er moet afstemming zijn tussen onderwijs en jeugdhulp. Gemeenten worden Schoolgids 2015-2016
17
verantwoordelijk voor jeugdhulp. Daarmee moet er afstemming plaatsvinden tussen het ondersteuningsplan van het SWV en het jeugdbeleid van gemeenten. Het SWV Midden-Limburg bestaat uit de schoolbesturen voor regulier en speciaal onderwijs in de gemeenten Roermond, Roerdalen, Echt-Susteren, Maasgouw en Leudal. Het bestuur van het SWV heeft een ondersteuningsplan vastgesteld. In dit plan beschrijft men het ‘wat’ en het ‘hoe’ van het SWV voor de periode 2014-2018. Dit plan is na instemming van de ondersteuningsplanraad, samengesteld uit een afvaardiging van ouders en personeel, en met instemming van de betrokken gemeenten vastgesteld. De schoolbesturen en hun scholen werken samen aan de uitvoering van dit plan. Daarin staan zij niet alleen. Ze werken daarbij samen met bovengenoemde gemeenten en met organisaties als bijv. het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG), de Jeugd GezondheidsZorg (JGZ), enz. Voor alle scholen is een ambitieus niveau van de basisondersteuning vastgesteld. In hun schoolondersteuningsprofiel hebben alle scholen het niveau van de basisondersteuning op dit moment beschreven. Om het ambitieuze niveau van basisondersteuning te bereiken krijgen scholen begeleiding van ondersteuningsteams. Aan elke school of cluster van scholen is een ondersteuningsteam gekoppeld, dat de school adviseert, begeleidt en ondersteunt in het versterken van de kwaliteit van onderwijs en de leerlingondersteuning in het bijzonder. Een ondersteuningsteam bestaat tenminste uit een psycholoog of orthopedagoog, een specialist uit het speciaal (basis)onderwijs en een jeugd- en gezinswerker. Gesprekspartner vanuit de school is in elk geval de intern begeleider. Door het inzetten van ondersteuningsteams op alle scholen hopen we de vastgestelde ambities t.a.v. de kwaliteit van basisondersteuning te realiseren. Extra ondersteuning. Voor leerlingen met intensieve en/of specifieke ondersteuningsbehoeften geldt de volgende regeling. Indien de ondersteuningsvraag van een leerling de mogelijkheden van de school waar de leerling wordt aangemeld overstijgt, kan de school samen met ouders en het ondersteuningsteam een deskundigenadvies formuleren. Wanneer het deskundigenadvies een aanvraag voor plaatsing in het speciaal(basis)onderwijs inhoudt, wordt dit deskundigenadvies aan een bovenschools toetsingsorgaan (BTO) aangeboden. Het BTO geeft dan een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) af, op basis waarvan de leerling kan worden geplaatst in het SBO of het SO. In principe geeft het BTO altijd een tijdelijke TLV af, behalve voor die leerlingen waarvan door de complexiteit van de problematiek en intensiteit van ondersteuningsbehoeften duidelijk is dat opvang in een specialistische setting voor langere duur noodzakelijk is.
Informatie. Voor verdere informatie over het ondersteuningsteam of het BTO kunt u contact opnemen met de intern begeleider van de school. Het bestuursondersteuningsplan van het schoolbestuur staat op de website van …... Het ondersteuningsplan van het SWV Passend Onderwijs Midden-Limburg staat op de website van het SWV Midden-Limburg: www.swvpo3102ml.nl Algemene informatie over passend onderwijs kunt u vinden op de site : www.passendonderwijs.nl. Het adres van het SWV Passend Onderwijs Midden-Limburg is: SWV PO 31-02 Midden-Limburg Postbus 3043, 6093 ZG Heythuysen Tel. 0475-550449 E-mail:
[email protected]
4.9
ONDERWIJS AAN ZIEKE LEERLINGEN
Wanneer een leerling ziek is dient dit door de ouders/verzorgers bij de school te worden gemeld. Het is daarbij belangrijk om aan te geven hoe lang de ziekte waarschijnlijk gaat duren. Het is de verantwoordelijkheid van ouders en school samen om te zorgen dat de leerling ook tijdens de ziekte het onderwijsproces zoveel mogelijk blijft volgen. Het continueren van het onderwijs, aangepast aan de problematiek, is belangrijk om leerachterstanden zoveel mogelijk te voorkomen en sociale contacten in stand te houden. Schoolgids 2015-2016
18
Leerlingen die zijn opgenomen in een academisch ziekenhuis worden geholpen door de consulenten van de educatieve voorziening van het ziekenhuis. Wanneer u meer wilt weten over onderwijs aan zieke leerlingen, dan kunt u informatie vragen aan de leerkracht van uw zoon/dochter. Ook kunt u informatie vinden op de website van Ziezon, www.ziezon.nl, het landelijk netwerk Ziek Zijn en Onderwijs.
4.10
VERWIJSINDEX
Onze school is aangesloten bij de Verwijsindex. Met ingang van 1 augustus 2010 zijn de Nederlandse gemeenten wettelijk verplicht om aan te sluiten op de landelijke Verwijsindex risicojongeren (VIR). De VIR brengt risicosignalen van professionals, zowel binnen gemeenten als over gemeentegrenzen heen, bij elkaar en informeert meldende professionals onderling over hun betrokkenheid bij jeugdigen in de leeftijd van 0-23 jaar. Met behulp van de VIR blijft de jongere in beeld, kunnen professionals signalen afgeven en hun activiteiten op elkaar afstemmen. De VIR wordt gevoed door regionale Verwijsindexen. Alle basisscholen in de Westelijke Mijnstreek zijn sinds kort aangesloten. De Verwijsindex is een online hulpmiddel voor hulpverleners om snel met elkaar in contact te komen. Hulpverleners geven in de verwijsindex een signaal af wanneer zij vaststellen dat het opgroeien van het kind met enige zorg verloopt. Dit gebeurt aan de hand van landelijk bepaalde criteria. Het gaat enkel over het bericht DAT er zorgen zijn, in de verwijsindex staat niet WAT de zorg is. Als blijkt dat er minimaal nog een signaal over hetzelfde kind is afgegeven, dan ontstaat er een match tussen de meldende organisaties. Deze organisaties nemen contact met elkaar op ten behoeve van de gesignaleerde jeugdige. Doel van de Verwijsindex is door tijdig de hobbels in ontwikkeling naar volwassenheid te signaleren, eerder de betrokkenen in beeld te hebben en sneller eenduidigheid in handelen na te streven. Een sluitende aanpak, en niet langs elkaar heen werken, begint bij het van elkaar weten en vervolgens vooral samenwerken. De Verwijsindex is daarmee niets meer dan een ondersteunend instrument voor professionals om bij zorgen gemakkelijk met elkaar in contact te komen en onderling afspraken te maken betreffende de hulpverlening. Als de school een melding doet, wordt die altijd met de ouders besproken. In de Westelijke Mijnstreek is afgesproken dat de kinderen die in het ZAT (Zorg Advies Team) worden besproken zullen worden gemeld. De intern begeleider is voor onze school meldingsbevoegd. Er zullen pas gegevens worden uitgewisseld als de ouder daarmee instemt, dan wel wanneer er een situatie van dreiging ontstaat. Kinderen vanaf 12 jaar wordt ook om instemming gevraagd. Andere instanties die aan de Verwijsindex meedoen zijn o.a. de G.G.D. Orbis-JGZ, Huisartsen, Maatschappelijk Werk, het voortgezet onderwijs, de peuterspeelzalen, Bureau Jeugdzorg, het Centrum voor Jeugd en Gezin. Op de website www.verwijsindex.tv/ouders vindt u meer informatie.
4.11
RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS
Zoals eerder vermeld verzamelen wij de leerlingengegevens in een dossier. De resultaten worden mondeling besproken tijdens een oudergesprek. Vanaf groep 3, waarin de leerlingen hun eerste schriftelijke rapportje ontvangen, wordt er twee keer per jaar een rapport uitgereikt. Door het hanteren van het CITO leerlingvolgsysteem is het mogelijk de behaalde resultaten te vergelijken met de gemiddelde resultaten van de leerlingen van andere basisscholen in ons land.
Schoolgids 2015-2016
19
De toetsresultaten worden weergegeven in een I, II, III, IV en V niveau. De kinderen met een I score hebben het hoogste resultaat bereikt, met een V score het laagste. De methodegebonden toetsen worden gewaardeerd. De Eindtoets Basisonderwijs van het College voor Toetsen en Examens (CvTE) is een schoolvorderingentoets voor het hoogste leerjaar van het basisonderwijs. Elk jaar verschijnt er een nieuwe versie van deze toets. Naast informatie over de individuele leerling in verband met de overgang naar het voortgezet onderwijs, levert het tevens informatie t.b.v. de evaluatie van het onderwijsprogramma van de school.
Centrale Eindtoets PO Dit schooljaar wordt de Centrale Eindtoets PO afgenomen in de maand april: 19, 20, 21 april 2016. Vier weken na afname van de Centrale Eindtoets ontvangt de school voor iedere leerling een leerling rapport op papier. In het leerling rapport worden de resultaten per onderdeel weergegeven. Het rapport bevat ook de totaalscore van de leerling en een toelichting daarop t.b.v. het advies voor het best passende type voortgezet onderwijs. Elke leerling in groep 8 van de basisschool krijgt van zijn school voor 1 maart een schooladvies. Hierin staat welk type voortgezet onderwijs het beste bij de leerling past. De school kijkt daarvoor onder andere naar leerprestaties, aanleg en ontwikkeling tijdens de hele basisschoolperiode. Naast dit schooladvies komt er, door de invoering van de verplichte eindtoets PO, voor alle leerlingen in Nederland een zogenoemd ‘objectief tweede gegeven’ bij, in de vorm van een resultaat op de eindtoets of op een andere eindtoets PO. Het schooladvies is vanaf 2015 leidend bij de plaatsing van leerlingen in het voortgezet onderwijs. Basisscholen geven voor 1 maart een schriftelijk schooladvies aan de leerlingen; de centrale eindtoets wordt vanaf het schooljaar 2014-2015 in april afgenomen. Cito Entreetoets Aan het einde van groep 7 wordt de Cito Entreetoets afgenomen. Met deze toets worden de basisvaardigheden van leerlingen op de onderdelen Taal, Rekenen-Wiskunde en Studievaardigheden gemeten.
4.12
BEGELEIDING VAN LEERLINGEN NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS
De specifieke voorbereiding op het voortgezet onderwijs gebeurt in groep 8. De leerlingen krijgen van de leerkracht informatie over de verschillende mogelijkheden van voortgezet onderwijs die er zijn. Voor de ouders is er in januari een informatiebijeenkomst over de keuzemogelijkheden en de procedure van verwijzing. Het advies van de directeur, IB-er en de groepsleerkracht is belangrijk bij een schoolkeuze. Er wordt niet alleen gekeken naar de leerprestaties in de hele schoolloopbaan, maar ook de persoonlijkheid van de leerling, doorzettingsvermogen en behoefte aan hobby’s en vrije tijd. Het schooladvies wordt in een individueel gesprek met de ouders toegelicht. Vervolgens melden de ouders hun kind aan bij de school van hun keuze 70 60 Na plaatsing houden de scholen van voortgezet onderwijs de 50 basisschool op de hoogte van de resultaten van de leerlingen via 40 schriftelijke rapportages en gesprekken met de brugklascoördinatoren. 30 20 Onze school houdt eveneens bij naar welke scholen voor voortgezet onderwijs onze leerlingen na groep 8 gaan. 10 0 2007 2009 2011 2013 2015 18 leerlingen gaan naar HAVO/VWO; 17 leerlingen naar VMBO theoretisch; 6 leerlingen naar VMBO kader- en basisberoepsgerichte Havo/VWO VMBO/GT VMBO/KB leerweg.
4.13
KRIEBELBRIGADE
Schoolgids 2015-2016
20
Diverse malen per jaar komt op school de Kriebelbrigade in actie. In de tweede week na elke schoolvakantie bezoekt een team van ouders alle klassen. Ieder kind wordt gecontroleerd op de aanwezigheid van luizen. Bij constatering van luis in de klas, krijgen alle leerlingen in de klas een briefje mee naar huis met voorlichting over preventie en bestrijding van luizen. Twee weken later volgt een nacontrole, net zolang totdat in de klas bij alle kinderen de luizen zijn verdwenen. Om te komen tot een luizenvrije school krijgt ieder kind, dat in groep 1 instroomt op onze school een luizencape. Zo leren ze al vanaf het eerste begin hun jas beschermd op te hangen. De cape blijft persoonlijk eigendom en gaat mee naar de volgende klas. Over een aantal jaar hebben dan alle kinderen op school een cape en is het luizenrisico op school geminimaliseerd. De luizencape wordt betaald uit de ouderbijdrage.
Schoolgids 2015-2016
21
5.0
DE OUDERS
5.1
HULP VAN OUDERS
Een geregeld contact met de ouders is één van de zaken waar we veel aandacht aan schenken. We informeren u over allerlei schoolse zaken, maar ook over het wel en wee van uw kind. Wij stellen het op prijs wanneer u ons van belangrijke gebeurtenissen thuis op de hoogte houdt. Een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welbevinden van het kind en optimaliseert zo zijn ontwikkeling. Bij bepaalde activiteiten, binnen of buiten het groepsgebeuren, is ouderhulp vaak onontbeerlijk om geplande activiteiten goed te laten verlopen. Zo vragen wij hulp bij:
5.2
spelletjesmiddagen in de groepen 1 en 2, waarin kleine groepjes kinderen onder leiding van een ouder gezelschapsspelletjes spelen, lezen in kleine groepjes in de groepen 3 t/m 5, waarbij een (groot)ouder de kinderen begeleidt bij het technisch lezen, buitenschoolse activiteiten als excursies schoolreisjes en verkeersexamen voor toezicht en extra veiligheid, incidentele activiteiten in diverse groepen als bijvoorbeeld een spellendag, pepernoten bakken, knutselen, activiteiten georganiseerd door de OuderVereniging Oirsbeek (OVO), zoals herfstwandeling, Kerstlimo-diner, voorleesontbijt, buitenspeeldag en eindejaarsfeest (werkgroep Buitenschoolse activiteiten)
VERKEER
Binnen de school coördineert mevrouw Tiny Acampo (leerkracht) de verkeerseducatie en is contactpersoon voor Veilig Verkeer Nederland. Ze vertegenwoordigt samen met de verkeersouder de school in het overleg VerkeersEducatie Basis Onderwijs (VEBO-overleg) van de gemeente Schinnen. Tijdens de Buitenspeeldag (een landelijke actie van Veilig Verkeer Nederland en de TV-zender Nickelodeon) worden op de straten rond de school allerlei activiteiten georganiseerd om aandacht te vragen voor een veilige schoolomgeving. Ook de tweede week van het schooljaar staat altijd in het teken van verkeer (zie ook 3.3). Op het drukke kruispunt Oirsbekerweg - Beijlkensweg is voor en na schooltijd een verkeersbrigade actief om kinderen veilig te laten oversteken. Deze brigade bestaat uit ouders van de school en kinderen uit de groepen 7 en 8. Omdat we helaas niet voldoende ouders hebben voor de begeleiding, is niet op alle momenten een klaarover beschikbaar. Over de precieze momenten dat er geen brigade op het kruispunt staat ontvangt u in de eerste week van het schooljaar bericht. De verkeersbrigade kan dus nog hulp van ouders gebruiken. Wanneer u een kwartier per week van uw tijd ter beschikking wilt stellen aan de veiligheid van de kinderen, kunt u contact opnemen met de coördinator van de verkeersbrigade: Tiny Acampo, tel: 046-4421825
5.3
DE WEBSITE
De website van de Sprong , www.basisschool-oirsbeek.nl, en Isy schoolinfo zijn belangrijke communicatiemiddelen. Isy schoolinfo vervangt de nieuwsbrieven. U kunt op Isy vanaf elke locatie informatie opvragen over nieuwsberichten en activiteiten van de school. Op de website worden foto’s van schoolactiviteiten geplaatst en zijn beschikbaar voor ouders. (Overigens: Als ouders / verzorgers aangeven bezwaar te hebben tegen het plaatsen van foto’s waar hun zoon / dochter op voorkomt kan dit bij de directie worden aangegeven. Hier zal dan natuurlijk rekening mee worden gehouden).
Schoolgids 2015-2016
22
5.4
OUDERVERENIGING OIRSBEEK (OVO)
Op school is ook een oudervereniging actief: OuderVereniging Oirsbeek (OVO). Alle ouders/verzorgers met een kind op basisschool de Sprong zijn automatisch lid van de OVO. Onder een paraplu zijn de volgende werkgroepen actief: Bijzondere activiteiten (zie ook 3.3) Groepsouders Kriebelbrigade (zie ook 4.13) Ouderbijdrage (zie ook 5.7.1) Ouderpanel (zie ook 2.6) Verkeer (zie ook 5.2 en 3.2) Vieringen Iedere werkgroep vaardigt een ouder af in het bestuur van de OVO. Enige malen per jaar komt dit bestuur bijeen om onderling af te stemmen tussen de werkgroepen. De (sub)werkgroepen komen zo vaak bij elkaar, als voor hun activiteiten noodzakelijk is. Aan het lidmaatschap van de OVO zijn geen kosten verbonden. Ter financiering van alle activiteiten organiseert de OVO diverse acties, zoals de kledinginzamelactie van ReShare en de Speculaasactie, waarbij steeds een gedeelte van de opbrengst ten goede komt van de OVO. Het eindejaarsfeest wordt meestal afgesloten met een kleine winst, die voor andere activiteiten kan worden ingezet. Ook ontvangen wij van de lokale Rabobank een subsidie, omdat wij bij hen bankieren. Een maal per jaar leggen alle werkgroepen en het bestuur inhoudelijk en financieel verantwoording af aan de ouders op de Algemene Ledenvergadering. Hiervoor ontvangen alle ouders een uitnodiging. De doelen van onze vereniging volgens de statuten zijn: Betrokkenheid van de ouders bij de school te vergroten. De kwaliteit van het leefmilieu op deze school te bewaken en indien nodig actie te ondernemen om deze te verbeteren. Het bevorderen van de samenwerking tussen de ouder, het schoolbestuur en het personeel met betrekking tot onderwijs en vorming van de leerlingen binnen de school en in verband met de school. De OVO is er, met hulp van vele actieve ouders, de afgelopen jaren steeds weer in geslaagd om de doelstellingen te verwezenlijken en is daarom ook niet meer op onze school weg te denken. Toch zijn wij altijd op zoek naar ouders met allerlei kunnen, die ons ondersteunen bij alle activiteiten. U kunt voor meer informatie of aanmelding terecht bij een van de contactpersonen die achterin de gids bij de adressen zijn genoemd. Dat hoeft niet voor alle activiteiten van een werkgroep te zijn; u kunt zich ook voor een specifieke activiteit (bijv. herfstwandeling) aanmelden. Tot ziens op een van onze OVO activiteiten. Zie 5.7.1 voor ouderbijdrage.
5.5
OVERBLIJVEN (tussen schoolse opvang)
Overblijven valt niet onder de Wet kinderopvang. Ouders kunnen op grond van deze wet geen vergoeding voor het overblijven ontvangen. De school stelt iedere leerling in de gelegenheid om tijdens de middagpauze op school over te blijven. Kosten De kosten voor het overblijven bedragen € 1,00 per dag. Bij de administratie van de school kunnen ouders elke dinsdag tussen 15.00 uur en 15.30 uur en woensdag tussen 12.30 uur en 13.00 uur de zogenaamde
overblijfstrippenkaart kopen. Deze kaarten zijn verkrijgbaar met 10 of 20 strippen. Op de dag(en) dat uw kind overblijft, neemt hij/zij de strippenkaart mee naar school waar de overblijfmedewerker een strip zal aftekenen. Schoolgids 2015-2016
23
Hierdoor heeft u als ouder een duidelijk overzicht op het aantal dagen dat uw kind overblijft. Indien u dit als ouder wenst kan de kaart in de klas bewaard worden. Dagen waarop gezamenlijk wordt overgebleven i.v.m. een activiteit zoals bijvoorbeeld Kerstviering of carnaval, worden natuurlijk niet in rekening gebracht.
5.6 MEDEZEGGENSCHAPSRAAD (MR) Medezeggenschapsraad in onze school. Ouders en personeel kunnen via de medezeggenschapsraad (MR) invloed uitoefenen op het beleid van de school. Elke school heeft verplicht een medezeggenschapsraad. In de scholen van Kindante bestaat de medezeggenschapsraad alleen uit ouders en personeel. De omvang van de raad is afhankelijk van het aantal leerlingen op een school. Verkiezingen bepalen wie er mag meepraten en meebeslissen in de medezeggenschapsraad. Het bevoegd gezag stelt een medezeggenschapsreglement op. Hierin staat hoe de verkiezingen plaatsvinden. Taken medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad praat mee over alles wat met de school te maken heeft. Het schoolbestuur moet ieder belangrijk besluit voorleggen aan de raad. De medezeggenschapsraad kan ook ongevraagd een standpunt kenbaar maken aan het bestuur van de school. Alle rechten van de medezeggenschapsraad staan in de Wet medezeggenschap op scholen (WMS). De medezeggenschapsraad heeft zowel instemmingsrecht als adviesrecht; dit is vastgelegd in het MR-reglement van elke school. Instemmingsrecht onderwijs Zowel de vertegenwoordigers van de ouders als de vertegenwoordigers van het personeel hebben instemmingsrecht over zaken die voor hen van wezenlijk belang zijn. Ouders en personeel moeten bijvoorbeeld gezamenlijk instemmen met het schoolplan, de schoolgids en het schoolreglement. Ouders hebben ook instemmingsrecht over de besteding van de vrijwillige ouderbijdrage. Adviesrecht onderwijs In een aantal gevallen moeten het schoolbestuur en de directie advies vragen aan de medezeggenschapsraad over hun plannen met de school. Bijvoorbeeld over aanstelling van de schoolleiding of t.a.v. besluiten van het bestuur met betrekking tot personele aangelegenheden. Het schoolbestuur moet serieus reageren op ieder advies dat de medezeggenschapsraad geeft, maar hoeft de adviezen niet over te nemen. Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad en GMR-platform. Omdat een aantal zaken voor alle scholen van toepassing zijn hebben de afzonderlijke MR-en een aantal taken en bevoegdheden overgedragen aan de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De leden van de GMR worden gekozen door de leden van de afzonderlijke medezeggenschapsraden en zijn als personeelslid in dienst van Kindante of ouders die een kind hebben op één van onze Kindantescholen. Het aantal ouders en personeelsleden binnen de GMR is gelijk. Naast de formele Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad voor alle scholen bestaat er binnen Kindante ook een GMR-platform. De GMR voert overleg met het GMR-platform om zodoende de betrokkenheid en inspraakmogelijkheid vanuit alle MR-en te vergroten. Het GMR-platform bestaat uit afgevaardigden van de MR-en van de afzonderlijke scholen. In het GMR-platform zitten van elke school twee personen waarvan één namens de ouders en één namens het personeel.
De GMR is het formele overlegorgaan met het College van Bestuur.
Schoolgids 2015-2016
24
5.6.1
STRUCTUUR VAN DE MEDEZEGGENSCHAP BIJ HET BESTUUR KINDANTE
RAAD VAN TOEZICHT
“KINDANTE”
GMR
College van Bestuur
GMR- Platform
MR
Directeurenberaad
Directeur
Werkwijze: 1. Elke Medezeggenschapsraad (MR) geeft advies aan het GMR-Platform over nieuw of gewijzigd beleid. Dit is bovenschools beleid m.a.w. dit beleid geldt voor alle scholen van het bestuur KINDANTE. 2. Het GMR-Platform geeft advies aan de Gemeenschappelijke MedezeggenschapsRaad (GMR). 3. De GMR geeft advies of instemming aan het College van Bestuur (CvB). 4. Beleid wordt vastgesteld. 5. De MR gaat in overleg met de directeur bekijken hoe het vastgestelde bovenschoolse beleid in school verder wordt uitgewerkt en ingevoerd. Er is ook nog ruimte voor eigen schoolbeleid.
5.7
FINANCIËLE ZAKEN
5.7.1
OUDERBIJDRAGE
Op onze basisschool “De Sprong” worden door het jaar heen diverse activiteiten georganiseerd die niet uit het onderwijsbudget betaald kunnen worden. Het betreffen activiteiten die onder schooltijd plaatsvinden. U kunt hierbij denken aan een Sinterklaas-, Kerst- of Paasviering. Ook de schoolreisjes kunnen niet uit het onderwijsbudget worden betaald. Om deze activiteiten te kunnen organiseren, biedt de wet de mogelijkheid om aan de ouders/verzorgers van alle leerlingen van onze school een vrijwillige ouderbijdrage te vragen. De inning van de vrijwillige ouderbijdrage en de betaling van de activiteiten wordt georganiseerd door de OuderVereniging Oirsbeek (OVO).
Jaarlijks zal de OVO, tijdens de algemene ledenvergadering, verantwoording afleggen omtrent de inning en besteding van de ouderbijdragen. Tevens wordt op die vergadering de hoogte van de ouderbijdrage voor het nieuwe schooljaar vastgesteld. De vrijwillige ouderbijdrage voor het schooljaar 2015-2016 bedraagt € 30 per leerling. Indien leerlingen later in het schooljaar instromen, wordt het tarief aangepast. Schoolgids 2015-2016
25
U ontvangt na de Algemene ledenvergadering óf, indien uw kind in het schooljaar instroomt, daarna een brief met antwoordformulier en machtigingskaart waarop u kunt aangeven hoe u de ouderbijdrage wilt betalen. Gehele schooljaar Vanaf 1 januari Vanaf 1 april
€ 30 € 22,50 € 15
Om de administratieve lasten te beperken en onze bankkosten laag te houden, willen we u verzoeken om gebruik te maken van een machtiging voor de betaling van de ouderbijdrage. Bij betaling met machtiging kunt u kiezen of de ouderbijdrage ineens of in drie termijnen van uw rekening zal worden afgeschreven. U mag uiteraard ook uw bijdrage zelf overmaken naar onze bankrekening 1517.79.058 t.n.v. OuderVereniging Oirsbeek o.v.v. naam en klas leerling. Indien u nog vragen heeft over de vrijwillige ouderbijdrage kunt u contact opnemen met Raymond Wijnands (penningmeester) of Kirsten Offermans (voorzitter). Raymond Wijnands
[email protected] 06-51516890 Kirsten Offermanns
[email protected] 06-31044928
5.7.2
VERZEKERINGEN
Stichting Kindante heeft voor alle leerlingen van al haar scholen een aantal Collectieve verzekeringen afgesloten, die we hieronder graag nader toelichten. De Aansprakelijkheidsverzekering: Stichting Kindante heeft een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten voor die situaties dat zij verantwoordelijk wordt gehouden voor het doen of laten van haar leerlingen en personeelsleden (*), zolang zij onder toezicht staan van de school. Onder toezicht staan van de school betekent dus, tijdens schooluren, schoolreizen en excursies. Maar bijv. niet op weg van huis naar school en terug. Omdat deze polis dus de aansprakelijkheid van Stichting Kindante dekt in de zin van nalatig handelen dan wel verwijtbaar handelen voor het doen of laten van haar leerlingen en personeelsleden (*), kan het onder bepaalde omstandigheden voorkomen dat een schade niet onder de schoolpolis thuishoort, maar gemeld moet worden bij de eigen aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren van de leerling c.q. van zijn/haar ouders. In die gevallen zal door de verzekeraar van Stichting Kindante e.e.a. met de ouders verder worden afgestemd. (*) Leerlingen en personeelsleden zijn alle bij Kindante ingeschreven studerenden, personeel van Kindante alsmede vrijwilligers en stagiaires gedurende de tijd dat zij werkzaamheden uitvoeren t.b.v. Kindante. De Collectieve Ongevallenverzekering: Alle leerlingen en personeelsleden (*) van de scholen zoals deze vallen onder Stichting Kindante zijn automatisch verzekerd tegen de gevolgen van ongevallen. Deze Ongevallen polis is geldig gedurende alle schoolactiviteiten, dus ook tijdens reizen en excursies en ook tijdens het stagelopen, maar ook tijdens het gaan van school naar huis en omgekeerd gedurende ten hoogste één uur vóór en één uur ná het verlaten van de school. Voor zover deze afstand niet binnen één uur af te leggen is, geldt de verzekering gedurende de tijdsduur, waarbinnen de afstand redelijkerwijze wel af te leggen is. De verzekering ziet er verder als volgt uit: 1) Blijvende invaliditeit als gevolg van een ongeval 2) Bij overlijden als gevolg van een ongeval
3) Geneeskundige kosten als gevolg van een ongeval in aanvulling op de eigen zorgverzekering 4) Tandheelkundige kosten als gevolg van een ongeval in aanvulling op de eigen zorgverzekering 5) Materiële dekking schade aan bril, kleding, eigen studiemateriaal als gevolg van een ongeval Schoolgids 2015-2016
€ 50.000,€ 5.000,-
€ 2.500,€ 2.500,€
125,-
26
De rubriek "Ongevallen met blijvende invaliditeit" is voor iedere leerling heel belangrijk omdat jongeren bij een blijvende invaliditeit alleen maar aanspraak kunnen maken op de (beperkte) voorzieningen uit hoofde van de WAJONG regeling (WAO voor Jongeren) Rubriek 3), 4) en 5) Hierbij gaat het om een aanvullende dekking, wat betekent dat geen vergoeding wordt verleend wanneer deze schade op een andere polis verhaald kan worden. Vanzelfsprekend is onze verzekeringsmakelaar, Meeús Assurantiën BV, bereid hierbij de helpende hand te bieden. Essentieel bij alle genoemde elementen is de definitie wanneer er sprake is van een ongeval: “een gebeurtenis waarbij een verzekerde plotseling wordt getroffen door een van buiten af op hem inwerkend geweld, waardoor hem in één ogenblik lichamelijk letsel wordt toegebracht, mits aard en plaats van het letsel geneeskundig zijn vast te stellen.” Ouders die deze verzekerde bedragen te laag vinden of de voorkeur geven aan een 24 uurs dekking gedurende 7 dagen per week, kunnen tegen een speciaal tarief bij onze schoolverzekeraar een aanvullende verzekering afsluiten. Daarvoor zijn op school speciale aanvraagformulieren te verkrijgen. *) Leerlingen en personeelsleden zijn bij Stichting Kindante ingeschreven studerenden, personeel van Stichting Kindante alsmede vrijwilligers en stagiaires gedurende de tijd dat zij onder autoriteit resp. verantwoordelijkheid van de directie van Kindante op reis resp. met excursie gaan. Naast deze Collectieve Ongevallen en aansprakelijkheidsverzekering heeft Stichting Kindante ook gezorgd voor een verzekering van de bagage tijdens door school georganiseerde reizen en excursies. Onder die verzekering is de bagage van iedere deelnemer verzekerd, alsmede een extra dekking voor ziektekosten en kosten van repatriëring. Ook terugreiskosten voor de leerling bij een onverhoopt ernstige situatie thuis, zijn eveneens onder deze polis meeverzekerd. Tussenschoolse opvang Scholen die tussenschoolse opvang onder eigen beheer hebben georganiseerd: In die gevallen dat het overblijven wordt verzorgd (toezicht en begeleiding) door de school, berust de verantwoordelijkheid alsdan ook bij de school. De genoemde Kindanteverzekeringen Aansprakelijkheid en collectieve ongevallenverzekering zijn dan van toepassing. Scholen die tussenschoolse opvang hebben uitbesteed aan derden: Bij scholen die het toezicht en de begeleiding bij overblijven hebben uitbesteed aan een andere vereniging of stichting, ligt voor de gebeurtenissen -waarbij sprake is van enig verwijtbaar handelen dan wel nalaten van de personeelsleden van de stichting- tijdens dit overblijven de verantwoordelijkheid bij die betreffende vereniging of stichting. De aansprakelijkheidsverzekering van Kindante is derhalve in deze situatie niet van toepassing. De toelichting in dit schrijven is natuurlijk een uittreksel van de belangrijkste gegevens en hier kunnen dan ook geen rechten aan worden ontleend. Wie precies de voorwaarden en verdere regels wil weten kan daarvoor binnen de school inzage krijgen in de betreffende polisvoorwaarden maar bellen met de schoolverzekeraar kan natuurlijk ook. Dat is Meeús Assurantiën te Den Haag. Het telefoonnummer is 070-3028544. U kunt dan vragen naar de relatiebeheerder Robert Jan Donker of de accountmanager Saskia Knegtmans.
5.7.3
OMGAAN MET MATERIALEN
Gedurende het schooljaar gebruiken de kinderen diverse materialen. Er is een duidelijk verschil in de omgang met materialen te zien. Waar de ene leerling jaren mee kan werken, heeft een ander binnen enkele maanden niets meer over. Zijn de door de school beschikbaar gestelde materialen door onzorgvuldig gedrag niet meer bruikbaar, dan kan voor eigen rekening nieuw materiaal worden gekocht. Door deze maatregel hopen wij te bereiken dat de kinderen leren zorgvuldig met hun materialen om te gaan. Schoolgids 2015-2016
27
5.7.4
AANSCHAF VAN EEN VULPEN
In groep 3 wordt aan alle leerlingen door school een vulpen verstrekt die bekostigd wordt vanuit de ouderbijdrage. Mocht in de loop van de jaren het noodzakelijk zijn een nieuwe vulpen aan te schaffen, bestaat de mogelijkheid dit via school te doen.
5.7.5
SPONSORING
Voor het bedrijfsleven is een school aantrekkelijk voor sponsoractiviteiten. De jeugd is immers een boeiende doelgroep, maar vormt tevens een beïnvloedbare en kwetsbare groep. De leerlingen hebben dus recht op bescherming tegen ongewenste invloeden van buiten de school. Alle landelijke onderwijsorganisaties van besturen, personeel, ouders en leerlingen en een aantal andere organisaties hebben daarom afspraken gemaakt over sponsoring. Die afspraken zijn vastgelegd in een convenant. Aan dit convenant liggen drie belangrijke uitgangspunten ten grondslag: Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen. Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen. Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. Het primaire onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen. Het ouderdeel van de Medezeggenschapsraad heeft instemmingsrecht op beslissingen van het schoolbestuur over sponsoring. Dit houdt in dat het ouderdeel van de Medezeggenschapsraad moet instemmen met sponsoring als daaruit voor de school verplichtingen voortvloeien waarmee de leerlingen worden geconfronteerd.
Schoolgids 2015-2016
28
6. 6.1
REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN SCHOOLTIJDEN
Groep 1 en 2
maandag, dinsdag, donderdag
woensdag
8.30 – 12.00 u. 13.00 – 15.00 u. vrijdag vrij.
8.30 – 12.30
De ochtendpauze is van 10.15 – 10.30 u. voor de groepen 3 t/m 8. De middagpauze is voor alle groepen van 12.00 – 13.00 uur. De groepen 1 en 2 plannen hun ochtendpauze zelf in hun rooster in. Wij verzoeken de ouders hun kinderen op tijd naar school te sturen, echter niet eerder dan vijftien minuten voor aanvang van de lessen. Over eventueel afwijkende schooltijden wordt u nog geïnformeerd.
Groep 3 t/m 8
Maandag, dinsdag, donderdag,vrijdag 8.30-12.00 u 13.00 -15.00 u
Woensdag 8.30 – 12.30 u
6..2 VAKANTIES EN VRIJE DAGEN Herfstvakantie: Kerstvakantie: Carnaval: Meivakantie: Zomervakantie: Vrije dagen: Pasen : Pinksteren: Studiedagen:
Schoolgids 2015-2016
26 oktober t/m 30 oktober 2015 21 december 2015 t/m 01 januari 2016 08 t/m 12 februari 2016 25 april t/m 06 mei 2016 25 juli t/m 02 september 2016
25 maart t/m 29 maart 2016 16 mei t/m 17 mei 2016 06 april 2016 (Kindante) Studiedag PBS Studiedag 30 mei 2016
29
6.3
GYMROOSTER
De voorschriften van de gemeente verbieden het gebruik van sportschoenen met zwarte zolen in de sportaccommodaties, zij veroorzaken zwarte strepen op de vloeren. Neem bij aanschaf dus bij voorkeur schoenen met witte zool.
Tijd
Maandag
Dinsdag
Woensdag
3
08.45 - 09.30 09.30 - 10.15
OSA OSA
10.30 - 11.15 11.15 - 12.00
OSA OSA
5 4
13.00 - 14.00 14.00 - 15.00
8
6 7
Schoolgids 2015-2016
Donderdag
Vrijdag
6
7 3
4 5
8
30
7. 7.1
OVERIGE REGELINGEN LEERPLICHTINFORMATIE
Het doel van de leerplicht is om zoveel mogelijk kinderen gebruik te laten maken van hun recht op onderwijs. Omdat deze leerplicht zo belangrijk wordt gevonden is dat in een wet vastgelegd namelijk de leerplichtwet. In de leerplichtwet zijn regels opgenomen waaraan ouders, leerlingen maar ook scholen aan moeten voldoen. De leerplichtwet kent dus een aantal verplichtingen. In de eerste plaats richt de wet zich tot de ouders/verzorgers en legt aan iedere ouder/verzorger twee verplichtingen op : 1. De verplichting om te zorgen, dat een jongere als leerling van een school is ingeschreven; deze begint op de eerste schooldag van de maand volgend op die waarin de jongere de leeftijd van vijf jaar bereikt. 2. De verplichting, er na inschrijving voor te zorgen dat de leerling de school ook geregeld bezoekt, deze begint op de dag waarop de leerling op die school kan plaats nemen. De leerplichtwet richt zich ook tot de jongeren. Jongeren vanaf 12 jaar zijn ook zelf verplicht zorg te dragen voor een correct schoolbezoek. Volledige leerplicht Het kind is volledig leerplichtig tot aan het einde van het schooljaar na afloop waarvan het kind ten minste twaalf volledige schooljaren een of meer scholen heeft bezocht. Indien dit niet kan worden vastgesteld dan geldt als regel dat het kind geen volledige leerplicht meer heeft na het einde van het schooljaar waarin het kind de leeftijd van zestien jaar heeft bereikt. Voor een leerling die een groep op de basisschool overslaat telt zijn basisschooltijd voor de berekening van de leerplichtperiode toch voor acht jaar. Kwalificatieplicht Na de volledige leerplicht geldt de kwalificatieplicht. Dit betekent, dat het kind naar school moet tot zijn/haar 18e verjaardag. Het kind hoeft dan niet meer alle dagen naar school, maar kan ook gedeeltelijk werken en gedeeltelijk naar school gaan. Als het kind eerder dan zijn/haar 18e verjaardag een diploma HAVO, VWO of MBO niveau 2 haalt, heeft hij/zij een startkwalificatie en is hij/zij niet meer verplicht om naar school te gaan. Het mag natuurlijk nog wel. Het kan voorkomen dat een kind de school niet kan bezoeken, dat is b.v. het geval bij ziekte, schoolsluiting of het vervullen van plichten die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging. Ook kent de wet vrijstelling wegens gewichtige omstandigheden en bestaan er duidelijke regels voor extra vakantieverlof. Verlof wegens gewichtige omstandigheden: In geval van gewichtige omstandigheden kan verlof worden verleend. Ouders moeten hiervoor een aanvraag indienen bij de directeur van de school. Onder gewichtige omstandigheden worden omstandigheden verstaan waarop leerling en ouders geen invloed hebben, zoals bijvoorbeeld: Het voldoen aan een wettelijke verplichting; Begrafenis; Huwelijk; Een 25-,40- en 50-jarig ambtsjubileum van ouders; Een aanvraag om verlof wegens gewichtige omstandigheden tot en met 10 dagen is ter beoordeling van de directeur. Een aanvraag om verlof wegens gewichtige omstandigheden langer dan 10 schooldagen is ter beoordeling van de leerplichtambtenaar. Extra vakantie wordt niet als gewichtige omstandigheid aangemerkt. Indien geen verlof wordt verleend door de directeur of de leerplichtambtenaar kunt u een bezwaarschrift indienen. Schoolgids 2015-2016
31
Vakantieverlof: Buiten de schoolvakantie mag geen (extra) vakantieverlof verleend worden, tenzij de specifieke aard van het beroep ouders ertoe dwingt buiten alle schoolvakanties op vakantie te gaan. Deze specifieke aard van het beroep moet kunnen worden aangetoond. Daarnaast gelden de volgende voorwaarden: Het verlof mag niet vallen in de eerste twee weken van het schooljaar en mag niet langer duren dan 10 schooldagen; Het verlof kan slecht één keer per schooljaar worden verleend; De aanvraag moet ten minste acht weken van te voren bij de directeur worden ingediend. Ook hierbij geldt dat indien geen verlof wordt verleend door de locatiedirecteur u een bezwaarschrift kunt indienen. Ouders/verzorgers kunnen hun vierjarig kind op een basisschool laten inschrijven. Zij zijn dan vervolgens verplicht ervoor te zorgen dat het kind de school regelmatig bezoekt zodra het op de basisschool kan plaats nemen. M.a.w. ze zijn niet verplicht het kind te laten inschrijven maar als het kind voor het vijfde jaar is ingeschreven is het wel de bedoeling dat ze ervoor zorgen dat het de school ook regelmatig bezoekt. De directeur van de school is verplicht ongeoorloofd schoolverzuim te melden aan de leerplichtambtenaar. Ook als een kind de school voortijdig verlaat dient de leerplichtambtenaar daarvan in kennis gesteld te worden. Het toezicht op de naleving van de leerplichtwet door ouders/verzorgers en leerlingen is opgedragen aan Burgemeesters en Wethouders. Zij wijzen één of meerdere leerplichtambtenaren aan die dit toezicht uitvoeren. Wanneer ouders/verzorgers en jongeren vanaf 12 jaar, de leerplichtwet niet naleven, kan de leerplichtambtenaar vanuit zijn bevoegdheid als buitengewoon opsporingsambtenaar een proces-verbaal opmaken. Het niet nakomen van de verplichtingen is strafbaar gesteld. Het toezicht op de naleving van de leerplichtwet door de scholen is opgedragen aan de Inspectie voor het Onderwijs, die hierin vaak samenwerken met leerplichtambtenaren. Melding afwezigheid: Ouders hebben de plicht om afwezigheid van hun kind te melden bij de school. Indien ouders hierbij in gebreke blijven wordt dit aangemerkt als ongeoorloofd schoolverzuim.
7.2
MELDEN SCHOOLVERZUIM
Indien uw kind de school door welke omstandigheden dan ook niet kan bezoeken, meldt dit dan (liefst) telefonisch op school met opgaaf van reden. Doet u dit tussen 8.15 en 8.30 uur. Er is dan altijd iemand aanwezig om uw boodschap in ontvangst te nemen.
7.3
MAATREGELEN TER VOORKOMING VAN LESUITVAL
Bij afwezigheid van een leerkracht in verband met ziekte of verlof zal in eerste instantie getracht worden dit intern op te lossen. Daarna wordt gebruik gemaakt van de vervangerslijst van het schoolbestuur of het arbeidsbureau om vervanging aan te trekken. Als dit niet mogelijk blijkt zal er alles gedaan worden om de leerlingen van de groep van de afwezige leerkracht de eerste dag binnen de school op te vangen, bijvoorbeeld door leerlingen over verschillende groepen te verdelen. Als in de loop van de dag blijkt dat er nog geen vervanging beschikbaar is kunnen de ouders schriftelijk ervan in kennis gesteld worden dat de betreffende leerlingen tot nader order thuis moeten blijven.
Schoolgids 2015-2016
32
Voor ouders die beslist geen opvang kunnen regelen biedt de school weer noodopvang als op de eerste dag. De directeur blijft proberen vervanging te regelen. Is dit gelukt, dan worden de ouders hiervan op de hoogte gesteld en komen de leerlingen weer naar school. Dit protocol geldt voor alle scholen van Kindante en is voorgelegd aan de Inspecteur van het Primair Onderwijs en de Inspectie Roermond. Het is ons nog steeds gelukt de vervanging van afwezige leerkrachten te regelen en we vertrouwen erop, dat dit zo zal blijven.
7.4
REGELS VOOR TOELATING, SCHORSING EN VERWIJDERING
Uitgangspunt van de scholen van Kindante is de keuzevrijheid van de ouders. Zij zoeken de school die het beste aansluit bij hun kind en bij hun eigen opvattingen. Onze school behoort tot Stichting Kindante en is een katholieke school waarbij de katholieke geloofsovertuiging ten grondslag ligt aan het aangeboden onderwijs. Bij de toelating van leerlingen zal in principe geen onderscheid worden gemaakt op grond van godsdienst of levensbeschouwing. Onze school voert een open toelatingsbeleid ten aanzien van de richting. M.a.w. zowel katholieke kinderen als kinderen met een andere godsdienstige of levensbeschouwelijke achtergrond worden toegelaten. Voorwaarde is wel dat ouders bij toelating aangeven dat zij de grondslag zullen respecteren. Indien ouders de grondslag van de school niet kunnen respecteren heeft de school het recht om een leerling te weigeren op grond van godsdienstige gezindheid of levensbeschouwing, indien binnen redelijke afstand van de woning van de leerling gelegenheid bestaat tot het volgen van openbaar onderwijs. Ook zal de school in andere gevallen de toelating van leerlingen kunnen weigeren, wanneer dat in het belang van de school, van de andere leerlingen en het personeel is. Dit is bijvoorbeeld het geval als: bij toelating blijkt dat de school onvoldoende zorg kan bieden op basis van de hulpvragen van het kind; ouders niet akkoord gaan met het opvragen van informatie aan derden voorafgaande aan de toelating of als blijkt dat relevante informatie is achtergehouden; ouders weigeren om toestemming te verlenen aan de school om ten behoeve van het vaststellen van de onderwijsbehoeften van het kind onderzoek te laten verrichten door medewerkers van de externe WSNS zorgstructuur; Het niet toelaten van leerlingen zal tot een minimum beperkt worden. Voorkomen moet worden, dat de leerling nergens terecht kan. De school zal alles in het werk stellen om de leerling elders onder te brengen. De toelating mag niet afhankelijk worden gesteld van een geldelijke bijdrage van de ouders. (zie elders in deze schoolgids). De school dient het besluit om een leerling niet toe te laten schriftelijk met redenen omkleed aan de ouders mee te delen. De ouders kunnen tegen dat besluit bij het bevoegd gezag schriftelijk bezwaar indienen, binnen zes weken na de beslissing. Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen en moet binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift beslissen. Daarna zouden de ouders nog een beroep kunnen doen op de burgerlijke rechter. Verwijdering van de basisschool Het bevoegd gezag kan overgaan tot verwijdering als: de school niet aan de zorgbehoefte van de leerling kan voldoen er sprake is van ernstig wangedrag van de leerling en/of de ouders
Schoolgids 2015-2016
33
De beslissing over verwijdering van leerlingen berust bij het bevoegd gezag. Voordat tot verwijdering wordt besloten hoort het bevoegd gezag de betrokken groepsleerkracht en directeur van de school. De school heeft de plicht gedurende 8 weken te zoeken naar een andere school, die bereid is de leerling toe te laten.
Onderstaande procedureregels zijn van toepassing: 2. De ouders worden gehoord over het voornemen tot verwijdering; 3. Er moet een gemotiveerd schriftelijk besluit zijn waarbij wordt gewezen op de mogelijkheid om bezwaar in te dienen bij het bevoegd gezag; 4. De ouders kunnen binnen 6 weken een bezwaarschrift indienen; 5. Het bevoegd gezag is verplicht om de ouders te horen over het bezwaarschrift; 6. Het bevoegd gezag moet binnen 4 weken na de ontvangst van het bezwaarschrift beslissen; 7. Het bevoegd gezag meldt het besluit tot verwijdering van de leerling terstond aan de Inspectie van het onderwijs en de leerplichtambtenaar. Schorsing van leerlingen. Schorsing valt onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag. De volgende zorgvuldigheidseisen zijn belangrijk : 1. Het bevoegd gezag kan de leerling voor een beperkte periode schorsen, nooit voor onbepaalde tijd (maximaal 5 dagen); 2. De schorsing vindt eerst plaats na overleg met de leerling, ouders en groepsleerkracht; 3. Het bevoegd gezag deelt het besluit tot schorsing schriftelijk aan de ouders mee, alsook eventuele andere maatregelen; 4. De school stelt de leerling in staat, door het opgeven van huiswerk, de leerstof bij te houden en zo te voorkomen dat deze achterstand oploopt; 5. Het bevoegd gezag stelt de inspectie van het onderwijs en de leerplichtambtenaar in kennis van de schorsing en de redenen daarvoor.
7.5
KLACHTEN EN KLACHTENPROCEDURE
In het kader van de Kwaliteitswet heeft stichting Kindante een klachtenregeling vastgesteld, die op iedere school ter inzage ligt. Op basis van deze regeling kunnen ouders en leerlingen klachten indienen over gedragingen en beslissingen – of het nalaten daarvan – van bijvoorbeeld het bestuur en het personeel. Het klachtrecht heeft een belangrijke signaalfunctie met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs, inclusief de randvoorwaarden. Door de klachtenregeling ontvangt het College van Bestuur van Kindante en de school signalen die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Interne klachtenprocedure Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze kunnen worden afgehandeld. Over het algemeen is het wenselijk dat men een probleem eerst bespreekt met de eigen leerkracht. Als dit niet mogelijk is of onvoldoende oplossing heeft gegeven, is een gesprek met de directie bij voorkeur de volgende stap. Indien dat echter, gelet op de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan met een beroep doen op de klachtenregeling. Dit houdt in dat men de klacht in eerste instantie ter sprake kan brengen bij de interne vertrouwenspersoon van de school en als dit niet lukt bij een van de externe vertrouwenspersonen die door Kindante zijn aangesteld. De interne vertrouwenspersonen zijn op de hoogte van de mogelijke stappen die ondernomen kunnen worden om de ouder of leerling met een klacht te ondersteunen bij het zoeken naar een oplossing.
Schoolgids 2015-2016
34
De interne vertrouwenspersonen beschikken over contactadressen en kunnen desgewenst begeleiding bieden of doorverwijzen naar de externe vertrouwenspersoon. De klachten worden vertrouwelijk en zorgvuldig behandeld. Elke school van Kindante heeft een eigen vertrouwenspersoon, ook kent Kindante een bovenschoolse interne vertrouwenspersoon. Deze is bereikbaar via het bureau van Kindante: tel. 046-4363366.
Externe klachtenprocedure Indien de klager dit wenst, begeleidt de externe vertrouwenspersoon hem/haar bij het indienen van de op schrift gestelde klacht bij het College van Bestuur van Kindante of bij de Landelijke Klachtencommissie. Wordt een klacht ingediend bij de Landelijke Klachtencommissie dan ontvangt Kindante hiervan altijd een kopie. De interne vertrouwenspersonen van onze school is: Mevr. Maureen Zeegers De externe vertrouwenspersonen voor onze school is: Mevr. Elian Gorissen Bereikbaarheid externe vertrouwenspersonen Indien een vertrouwenspersoon gedurende meerdere dagen telefonisch niet bereikbaar is, verzoeken wij u contact op te nemen met het bureau van Kindante, tel. 046-4363366, waar u wordt doorverwezen naar een van de andere vertrouwenspersonen, die de waarneming op zich heeft genomen.
1.
Adres Landelijke Klachtencommissie:
Kindante heeft zich voor alle geschillenregelingen aangesloten bij de Stichting Onderwijsgeschillen. Hieronder valt ook de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs. Het adres van de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs is: Landelijke Klachtencommissie Onderwijs Postbus 85191 3508 AD Utrecht Tel: (030) 280 95 90 E-mail:
[email protected] Website: www.onderwijsgeschillen.nl
Adressen Externe vertrouwenspersonen: Dhr. Math Haenen Burgemeester Luytenstraat 38, 6151 GG Munstergeleen Tel 06 – 55182856 e-mail:
[email protected] Dhr. Paul Baggen Poolsterstraat 19, 6133 VP Sittard Telefoon: 046-4431020 Email:
[email protected] Meldpunt Vertrouwensinspecteur: Bij de onderwijsinspectie zijn eveneens vertrouwensinspecteurs aangesteld. De vertrouwensinspecteur vervult een klankbordfunctie voor leerlingen en personeelsleden die slachtoffer zijn van seksuele intimidatie of die worden geconfronteerd met seksuele intimidatie jegens andere leerlingen of personeelsleden. De vertrouwensinspecteur is te bereiken bij het Landelijk Meldpunt Vertrouwensinspectie. Landelijk Meldpunt Vertrouwensinspectie tel. 0900-1113111
Schoolgids 2015-2016
35
7.6 INFORMATIEPLICHT VAN SCHOOL AAN OUDERS Onze school wil graag alle ouders goed informeren over hun kind(eren). Ouders hebben in principe recht op informatie over hun kind op school; dat is ook het uitgangspunt van onze school. Dit geldt ook voor ouders die gescheiden zijn. Welke informatie beide ouders ontvangen is afhankelijk van de wettelijke hoedanigheid waarin de ouders verkeren. Ouders die met elkaar getrouwd zijn of samenwonen en die het gezag over hun kinderen hebben krijgen steeds alle informatie over hun kind. Deze verstrekte informatie is in alle gevallen voor beide ouders bestemd. Voor ouders die gescheiden zijn, die niet meer bij elkaar wonen en die wel het gezag hebben, ligt het niet anders. Zij hebben allebei recht op alle informatie over hun kind. De informatie wordt aan één van hen of aan beide ouders gegeven maar is in alle gevallen voor beide ouders bestemd.
Voorwaarde is wel dat beide ouders zelf hun verschillende adressen kenbaar maken aan de directeur. Aan beide ouders wordt dan in elk geval de volgende informatie verstrekt: de schoolgids, het rapport en de uitnodiging voor de ouderavonden. Deze informatie wordt in tweevoud aan het kind meegegeven. Als één van de ouders dit anders wil, kan hij of zij contact opnemen met de directeur. Hierbij wordt aangetekend, dat voor een ouderavond beide ouders worden uitgenodigd voor een gezamenlijk gesprek. Alleen in bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken. Alle informatie die redelijkerwijs alleen praktisch belang heeft voor de ouder bij wie het kind woont, wordt aan het kind in enkelvoud meegegeven. Op verzoek wordt de overige informatie ook aan de ouder verstrekt waar het kind op dat moment niet woont. Een verzoek om gegevens over het kind te verstrekken aan derden wordt altijd aan beide ouders gedaan.
Ouders die geen gezag (meer) hebben over het kind, hebben ook recht op informatie over hun kind. De ouder zal daar echter wel zelf om moeten vragen. De school hoeft uit zichzelf geen informatie te geven aan deze ouders.
De ouder die geen gezag meer heeft over het kind heeft een beperkt recht op informatie over hun kind. Het betreft alleen belangrijke feiten en omstandigheden, dus informatie over schoolvorderingen en eventueel sociaalpedagogische ontwikkelingen op school. En als het belang van het kind zich tegen informatieverstrekking verzet, dan hebben deze ouders ook geen recht op informatie. Dit kan het geval zijn indien een rechter of psycholoog heeft geoordeeld dat het geven van informatie aan een ouder het kind zal schaden.
7.7 KINDERTELEFOON Er is een telefoonnummer speciaal voor kinderen die willen praten of iets willen vragen. Dit kan zonder de naam te noemen. Het nummer is 0800-0432, bereikbaar elke dag tussen 14.00 u en 20.00 u.
7.8 VRAGEN OVER ONDERWIJS? Als ouder of verzorger van een kind op school heeft u ongetwijfeld wel eens vragen over het onderwijs. Soms zijn die vragen eenvoudig te beantwoorden door de leerkracht of de schoolleiding. En soms ook niet. Daarom is er nu 5010, waar u terecht kunt voor al uw vragen. U krijgt alle informatie die u hebben wilt. En een eerlijk advies. Hoe kunt u uw vragen stellen? 1. telefonisch, via het gratis nummer 0800-5010 2. via de internetsite www.50tien.nl
Schoolgids 2015-2016
36
8. 8.1
EXTERNE CONTACTEN JEUGDGEZONDHEIDSZORG
De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Zuid Limburg volgt de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van alle kinderen van 4 tot 19 jaar. Wij nodigen uw kind regelmatig uit voor een gezondheidsonderzoek of een inenting. Ook met vragen over opgroeien en opvoeden of zorgen om uw kind kunt u altijd bij ons terecht. Het team JGZ werkt nauw samen school en met andere organisaties in het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Gezondheidsonderzoek Uw kind wordt uitgenodigd voor een onderzoek rond de leeftijd van 5 en 10 jaar. Tijdens het onderzoek kijken we bijvoorbeeld naar groei, motoriek, spraak en sociaal-emotionele ontwikkeling. Door uw kind goed te volgen probeert de GGD eventuele problemen op tijd op te sporen en te helpen voorkomen. Als blijkt dat uw kind extra hulp of zorg nodig heeft, kijken we samen wat daarvoor nodig is. We werken hierin nauw samen met andere organisaties binnen het CJG. De onderzoeken vinden plaats in het CJG, op school of bij de GGD Zuid Limburg. Uw informatie is erg belangrijk U als ouder/verzorger kent uw kind vaak het beste. Om te weten of er dingen zijn waar we extra op moeten letten, vragen we u om van tevoren een vragenlijst in te vullen. Hierin komen allerlei gezondheidsaspecten aan bod. Uiteraard gaan we zorgvuldig om met alle persoonsgegevens van u en uw kind. Inentingen In het kalenderjaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt het de laatste twee inentingen tegen DTP (difterie, tetanus, polio) en BMR (bof, mazelen, rodehond). Meisjes krijgen in het jaar dat ze 13 jaar worden bovendien de HPVvaccinatie tegen baarmoederhalskanker. U ontvangt een oproep voor de gratis prikken. Deelname is niet verplicht. Vragen of zorgen? Heeft u vragen over de ontwikkeling of het gedrag van uw kind. Is er sprake van leerproblemen of andere problemen. Maakt u zich zorgen? Neem dan contact op met het Team JGZ. Wij helpen u graag! T 046 - 8506644 E
[email protected] I www.jeugdgezondheidszorg.ggdzl.nl
8.2
CENTRUM VOOR JEUGD EN GEZIN
Onzekerheid, pesten, problemen op school of met vriendjes, belonen en straffen… Vragen over opgroeien of opvoeden? Kom naar het Centrum voor Jeugd en Gezin! Je kindertijd is de mooiste tijd van je leven zeggen ze. Dat kan best waar zijn, maar toch is het zelfs voor kinderen niet altijd rozengeur en maneschijn. En ook ouders komen onvermijdelijk te staan voor vragen die te maken hebben met het opgroeien en opvoeden van hun kinderen. Bij het Centrum voor Jeugd en Gezin Westelijke Mijnstreek kunnen jongeren en ouders terecht met alle kleine en grote vragen die spelen in een gezin
Schoolgids 2015-2016
37
Kinderen en jongeren tot en met 23 jaar Volwassenen lijken soms te vergeten dat je als kind onzeker kunt zijn over je uiterlijk, over je gedrag, over verliefdheid of pesten en noem maar op. Dat je met vragen zit die je aan vriendjes, ouders of onderwijzers niet durft te stellen. Dat je ook heel praktische vragen kunt hebben, bijvoorbeeld over de regels thuis of over zakgeld. Met al die vragen kun je terecht in het CJG bij jou in de buurt. Er is ook een wisselend programma van trainingen en cursussen waar je iets aan kunt hebben, bijvoorbeeld Weerbaarheid of Sociale Vaardigheden.
Ouders Als je vragen hebt over het opgroeien en opvoeden van je kind kan het CJG helpen. Denk aan vragen over problemen op school of met vriendjes, pesten, belonen en straffen, zakgeld, pubergedrag en àlle andere onderwerpen (relatie, financiën, etc.)waar gezinnen mee te maken kunnen krijgen. Het is de normaalste zaak van de wereld dat je met zulke vragen naar het CJG gaat. Je wilt immers dat je kind opgroeit tot een gezonde en evenwichtige volwassene en het CJG kan je daarbij ondersteunen. Het CJG is de spil in het uitgebreide netwerk van instellingen die zich bezighouden met de opvoeding, de gezondheid en het welzijn van je kind. Er is bovendien een uitgebreid programma van activiteiten als themabijeenkomsten en cursussen. Goed advies en snelle hulp In het CJG Westelijke Mijnstreek bundelen we de krachten van deskundigen op het gebied van opvoeden en opgroeien in jeugdgebiedsteams bestaande uit professionals als de jeugdarts. Sociaal pedagogisch medewerker, maatschappelijk werk en MEE consulent. (De andere functies kunt u op onze website terugvinden onder gebiedsteams) Het gebiedsgericht werken is een methodiek waarbij we gezamenlijk willen zorgen voor korte lijnen en snelle antwoorden op uw hulpvraag. U als gezin bent leidend in uw eigen hulpvraag en onze professionals gaan u ondersteunen hier zelf en eventueel met behulp van uw omgeving mee om te gaan. Het CJG Westelijke Mijnstreek is een netwerkorganisatie waarin de GGD Zuid-Limburg, Partners in Welzijn, MEE Zuid-Limburg, Bureau Jeugdzorg Limburg en Orbis Jeugdgezondheidszorg samenwerken. Verder werkt het CJG samen met het onderwijs, Veiligheidshuis, specialiseerde zorg, zelfstandige zorgaanbieders, de gemeente en andere netwerkpartners. Door de intensieve samenwerking is het mogelijk om snel gepaste en samenhangende hulp te bieden. Er is altijd een CJG in de buurt. Ouders, verzorgers, kinderen en jongeren tot en met 23 jaar kunnen zonder afspraak binnen lopen. Daarnaast is het CJG ook een adviescentrum voor alle professionals en vrijwilligers die betrokken zijn bij opvoeden, opgroeien en ontplooien. Je bent welkom zonder afspraak, (zie voor adressen www.cjg-wm.nl) maar wil je zeker zijn dat er iemand is die je direct te woord kan staan, neem dan eerst even telefonisch of via de mail contact op. Vanaf nu kun je ook voor al je vragen terecht op onze website (www.cjg-wm.nl) waar onze digitale assistente je helpt met je vragen, je direct je vraag kunt opzoeken en contact kunt leggen met de juiste hulpverlener. Ook kun je onze gratis opvoedapp op de gsm installeren (zoek op CJG Westelijke Mijnstreek in de store) Wij kijken samen mee naar de beste aanpak voor je vraag. 8.3
DIVERSEN
8.3.1
VERKEERS EDUCATIE BASISONDERWIJS (VEBO)
Samen met de verkeersouder mevr. B. Smit (zie 5.2) houdt de verkeerscoördinator, mevr. Tiny Acampo, zich bezig met een verkeersveilige schoolomgeving, de ontwikkeling van verkeersveilig gedrag bij leerlingen en afstemming van activiteiten op gebied van verkeer binnen en buiten school. De leskist Trapvaardig waarin leerlingen hun fiets leren beheersen, staat elk schooljaar op het programma. (zie 3.3. BIJZONDERE ACTIVITEITEN) Na afronding van de bouwactiviteiten bij de school vanwege de uitbreiding van de sporthal zal de veilige schoolthuisroute worden geactualiseerd en opnieuw onder de aandacht worden gebracht van de leerlingen en ouders.
Schoolgids 2015-2016
38
De verkeerscoördinator en verkeersouder nemen ook deel in het gemeentelijk overleg VerkeersEducatie BasisOnderwijs (VEBO- overleg, 3 x keer per jaar). Binnen deze samenwerking met gemeente, de andere basisscholen in de gemeente, het ROVL (Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Limburg), VVN en de politie
worden oplossingen gezocht voor verkeersknelpunten in de gemeente. Mevr. Tiny Acampo is betrokken bij de organisatie van de ouder- kind verkeersbrigade (zie 5.2 VERKEER)
8.3.2
PREVENTIE PESTEN
Op school besteden wij aandacht aan een goed pedagogisch klimaat. Respect hebben voor elkaar en op een goede manier omgaan met conflicten vinden wij belangrijk. Hieraan wordt wekelijks in alle groepen aandacht besteed in de sociokring. Verder maken wij gebruik van het aanbod van de GGD m.b.t. begeleiding, lenen van materialen en inwinnen van adviezen. Behalve de eigen groepsleerkracht kunnen ook andere leerkrachten zich in voorkomende gevallen met deze problematiek bezig houden. Met name de interne vertrouwenspersoon, intern begeleider of gedragsspecialist zijn hierover de aanspreekpunten (zie 7.5: klachtenprocedure). De Sprong hanteert Positive Be School hanteert een pestprotocol dat door de MR is goedgekeurd (onderdeel van het Veiligheidsplan). Ouders worden bij mogelijke problemen door de school geïnformeerd. Samen kunnen we dan naar een oplossing zoeken. Andersom horen wij ook graag tijdig iets van ouders als er zich voor hun kind op school problemen voordoen.
8.3.3
BUITENSCHOOLSE OPVANG
In twee lokalen van de school is BSO ’t Trollehol gehuisvest. Na school (tot 18.00 uur) en in de vakanties kunnen kinderen hier spelen, knutselen, eten/drinken etc. recent is het spellenaanbod weer uitgebreid, zodat ook de wat oudere kinderen voldoende van hun gading vinden. Voor het maken van het huiswerk of gewoon lekker een boek lezen is een rustige hoek ingericht incl. computer. Naast de buitenspeelmogelijkheden van de school wordt ook vaak elders vertier gezocht (bijv. in de speeltuin van Oirsbeek). In de vakanties worden de activiteiten (incl. excursies) gepland rond een thema. Bij de keuze van de thema’s hebben de kinderen een belangrijke stem. Bij voldoende interesse is de BSO ook geopend op studiedagen van school e.d.
Op verzoek is ook voorschoolse opvang mogelijk. Voor meer informatie en evt. aanmelding: Kinderopvang Humanitas regiokantoor Limburg Zuid, 045-5711254
Schoolgids 2015-2016
39
9.
HET BESTUUR
Stichting Kindante Stichting Kindante bestuurt 40 scholen voor basisonderwijs in de gemeenten Beek, Echt-Susteren, SittardGeleen, Schinnen, Stein en Maasgouw. Verder ressorteren onder het bestuur 3 SBO scholen en 2 SO scholen (ZMOK en ZMLK). De scholen van stichting Kindante zijn katholiek, protestants-christelijk, algemeen bijzonder of openbaar op een manier die bij onze tijd past. Binnen de scholen van Kindante staat het kind voorop. Ieder kind is uniek en heeft talenten. Kindante is een onderwijskundige organisatie waar alle talenten in onze scholen kansen krijgen, groot kunnen en mogen worden, waar een ieder ongeacht achtergrond of afkomst zich welkom, gekend en erkend weet in authenticiteit en autonomie. We bieden een omgeving die zich kenmerkt door veiligheid, uitdaging, plezier en transparantie en onderwijs dat boeit en uitdaagt en uit kinderen wil halen wat er in zit. Daar waar het moet en waar het ook kan, bieden we onderwijs op maat. Binnen ons onderwijs wordt het kind in staat gesteld zich te ontwikkelen tot een kansrijke medeburger welke zelfbewust en maatschappelijk betrokken deelneemt aan de samenleving. Leren ‘leren’ en leren ‘leven’ is hierbij het motto. We willen niet alleen de kinderen maar ook hun ouders leren kennen omdat ze onze belangrijkste educatieve partners zijn. Binnen het bestuurlijk concept van Kindante is het belangrijk dat iedere school binnen de wijk waarin de school gelegen is, tezamen met ouders vorm geeft aan het eigen schoolprofiel. Naast dat eigen gezicht van iedere school worden binnen Kindante onderwijskundige ontwikkelingen in gang gezet, waaraan alle scholen op een eigen manier en kijkend naar de schoolpopulatie vormgeven. Kindante-scholen willen kwaliteitsscholen zijn, waar de kinderen geprikkeld worden zich optimaal te ontwikkelen en nadrukkelijk ook de mogelijkheid krijgen zich veelzijdig en harmonisch te ontwikkelen. Over de bereikte resultaten en de mate waarin we hierin succesvol zijn leggen we intern en extern verantwoording af. Het College van Bestuur van Kindante bestaat uit: drs. Y. Prince en dhr. M. van den Eijnden De voorzitter van de Raad van Toezicht is: mevr. C. Langen Het college van bestuur en het bureau Kindante zijn gehuisvest op onderstaand adres: Arendstraat 10 6135 KT Sittard tel. 046 – 4363366 Het postadres is: Stichting Kindante, Postbus 5156, 6130 PD Sittard
Schoolgids 2015-2016
40
10. ADRESSENLIJST 10.1
MEDEZEGGENSCHAPSRAAD
Correspondentieadres: MR Basisschool “De Sprong” In de Pollack 3 6438 GG Oirsbeek
[email protected] Ouderdeel: Mevr. E. Ruijters Mevr. J. Claessen Dhr. J. Mertens Secretaris Personeelsdeel: Dhr. D. van Roij Voorzitter Vertegenwoordiger personeel in GMR-Platform en vicevoorzitter GMR. Mevr. M. Zeegers Mevr. I. Hultzbeck Penningmeester
10.2
06-53531928 046-4397747 046-4421489
046-4421825 046-4421825
OUDERVERENIGING
Bestuur (contactpersoon werkgroepen): Voorzitter: Secretaris: Penningmeester: Lid: Lid:
10.3
Mevr. K. Offermanns Vacature Dhr. R. Wijnands Mevr. C. Pruijn (vieringen) Mevr. M. Mertens (kriebelbrigade en coördinator groepsouders)
06-50747774 06-46880346 046-4397002 046-4421489
VERKEER
Verkeerscoördinator: mevr. Tiny Acampo Verkeersouder en coördinatie verkeersbrigade: Mevr. Berna Smit Praktisch verkeersexamen: Mevr. Tiny Acampo Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Limburg (ROVL): Postbus 5700, 6202 MA, Maastricht, tel. 043-3897782
Schoolgids 2015-2016
41
10.4
OVERIGEN
Inspectie Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800 - 8051 (gratis)
Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 - 11 3 111 (lokaal tarief)
Schoolbestuur Stg. Kindante Postbus 5156 6130 PD Sittard Tel. 046 – 4363366
[email protected] Schoolarts Mevr. S. Vader GGD Zuid-Limburg Geleenbeeklaan 2 6166 GR Sittard-Geleen Tel. nr.: 046-8505411
[email protected] www.ggdzl.nl Overblijfcommissie Marga Ritzen Marc Debie Petra Schmitz Nicole Peulen
tel: 046-4421825 tel: 046-4421825 tel: 046-4425689 tel: 06-29240563
Peuterspeelzaal ’t Hummelhöfke Tel: 046-4423757 (Loes Verbiesen of Kim Duyzings)
[email protected] openingstijden: 08:45 – 11:45 12:55 – 14:55 (ma en do) Humanitas Kinderopvang Humanitas Regiokantoor Limburg Zuid Dr. Jaegerstraat 35 6417 CJ Heerlen Tel: 045-5711254
Schoolgids 2015-2016
42
11. LIJST VAN AFKORTINGEN
BAPO CITO GMR GOVK IB ICT LIO LVS MR OMC OVO PABO PRAVOO PCL SBO SBD VEBO WEC WMS WPO WSNS ZAT ZMLK ZMOK
Bevordering arbeidsparticipatie ouderen Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad Gouds Ontwikkelings Volgsysteem voor Kleuters Intern begeleider Informatie- en Communicatie Technologie Leerkracht in Opleiding Leerling volgsysteem Medezeggenschapsraad Onderwijsmediacentrum Oudervereniging Oirsbeek Pedagogische Academie voor Basisonderwijs Praktijk Voor Orthopedagogische en Orthodidactische activiteiten Permanente Commissie Leerlingenzorg Speciale school voor basisonderwijs Schoolbegeleidingsdienst Verkeers Educatie Basis Onderwijs Wet op de Expertisecentra Wet Medezeggenschap Scholen Wet Primair Onderwijs Weer Samen Naar School Zorg Advies Team Zeer Moeilijk Lerende Kinderen Zeer Moeilijk Opvoedbare Kinderen
Schoolgids 2015-2016
43
12. Bijlage: SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL 13. PROCEDURE SCHOOLGIDS
Deze schoolgids wordt jaarlijks uitgebracht en heeft de instemming van de Medezeggenschapsraad. Opmerkingen die deze gids beter leesbaar maken zijn van harte welkom.
Schoolgids 2015-2016
44
School
:
Basisschool De Sprong – Oirsbeek
Brinnummer
:
08QN
Vaststelling schoolplan 2015-2019
Instemming schoolgids schooljaar 2015-2016
Hierbij verleent de medezeggenschapsraad haar instemming aan de schoolgids 2015-2016.
Namens de Medezeggenschapsraad van: Basisschool De Sprong – Oirsbeek
Naam
:
Donné van Roij
Functie
:
Voorzitter
Schoolgids 2015-2016
45
School
:
Basisschool De Sprong – Oirsbeek
Brinnummer
:
08QN
Vaststelling schoolgids 2015-2016
Hierbij verklaart het bevoegd gezag de schoolgids voor het schooljaar 2015-2016 te hebben vastgesteld.
Namens Stichting Kindante (bevoegd gezag)
Naam
:
drs. Y.L.M. Prince / P. Lemmens
Functie
:
College van Bestuur
Schoolgids 2015-2016
46