SCHOOL GIDS 2015/2016
SCHOOLGIDS 2015-2016
BREDE SCHOOL KWINTIJN Oude Molenweg 3 8101 EK Raalte tel. 0572-363606 18PJ http://www.nieuweschoolraalte.nl mail:
[email protected]
2
INHOUD HOOFDSTUK 1 – WAT WILLEN WE MET ONS ONDERWIJS? HOOFDSTUK 2 – WAT ZIJN BELANGRIJKE KENMERKEN VAN ONS ONDERWIJS? HOOFDSTUK 3 – PRAKTISCHE ZAKEN HOOFDSTUK 4 – ONTWIKKELING VAN KINDEREN HOOFDSTUK 5 – OUDERS EN SCHOOL HOOFDSTUK 6 - OPBRENGSTEN EN RESULTATEN BIJLAGE: VAKANTIEROOSTER INDEX
3
HOOFDSTUK 1 – WAT WILLEN WE MET ONS ONDERWIJS? Waar staan we voor? (missie) We willen kwalitatief goed basisonderwijs met een openbare identiteit verzorgen.. Waar gaan we voor? (visie) Vanuit gezamenlijke verantwoordelijkheid en betrokkenheid willen we blijvend op zoek naar een optimale en brede ontwikkeling van ieder kind, waarbij duidelijk rekening wordt gehouden met eigenheid en mogelijkheden van elk afzonderlijk kind. Naast het verzorgen van een gericht aanbod van kennis en vaardigheden, willen we kinderen opvoeden en begeleiden tot sterke, verantwoordelijke en zelfbewuste mensen, die vanuit een positief zelfbeeld willen werken aan hun eigen toekomst. Hoe willen we dit bereiken? (strategie) 1. We werken continue aan veiligheid en geborgenheid. 2. We bieden kinderen mogelijkheden om talenten te excelleren. 3. We nemen onderwijsbehoeften van kinderen als uitgangspunt voor ons aanbod. 4. We houden regelmatig kindgesprekken om vanuit zelfkennis en reflectie te werken aan eigen leerdoelen. 5. We laten kinderen leren in samenhang en vanuit werkelijke ervaringen. 6. We volgen de ontwikkeling van kinderen vanuit duidelijke leerlijnen. 7. We hebben eenduidige en doorgaande afspraken over de benadering van kinderen binnen alle activiteiten die we als brede school aanbieden. 8. We besteden expliciet aandacht aan strategieën en vaardigheden. 9. We vinden het verwerven van kennis belangrijk. 10. We begeleiden kinderen in de vaardigheid om eigen gedrag positief aan te sturen en te werken aan zelfvertrouwen en welbevinden. Hoe kijken we naar kinderen? (Kindbeelden) Na acht jaar onderwijs op onze school willen we onderstaande kindbeelden in het gedrag van de schoolverlaters kunnen herkennen. 1. Kinderen op Brede School Kwintijn laten in hun gedrag zien dat verschillen tussen mensen worden aangewend als kans en verrijking. 2. Kinderen op Brede School Kwintijn zijn zich vanuit een breed aanbod bewust van eigen kracht, eigen mogelijkheden en talenten en kunnen deze bewust aanwenden. 3. Kinderen op Brede School Kwintijn hebben zicht op de eigen ontwikkeling, kunnen dit verwoorden en op basis hiervan eigen leerdoelen formuleren. 4. Kinderen op Brede School Kwintijn voelen zich verantwoordelijk voor de eigen leerontwikkeling en leeromgeving.
4
5. Kinderen op Brede School Kwintijn kunnen strategieën toepassen op gebieden van (zelf ) reflectie, onderzoek, oplossingsgerichtheid in wisselende situaties (flexibiliteit), samenwerken en leren. 6. Kinderen op Brede School Kwintijn laten zien dat ze werk zelfstandig kunnen plannen, verwerken en evalueren. 7. Kinderen op Brede School Kwintijn hebben een open, nieuwsgierige en onderzoekende houding om een ‘leven lang te leren’. 8. Kinderen op Brede School Kwintijn waarderen elkaar niet alleen op opbrengsten, maar ook op inzet, persoonlijke groei en het doorlopen proces. 9. Kinderen op Brede School Kwintijn staan sociaal-emotioneel sterk in het leven, zijn mondig, beschikken over een positief zelfbeeld en voldoende zelfvertrouwen.
5
HOOFDSTUK 2 – WAT ZIJN BELANGRIJKE KENMERKEN VAN ONS ONDERWIJS? Openbaar onderwijs Brede School Kwintijn is een openbare school waar iedereen welkom is. Dit betekent dat de school open staat voor iedereen met respect voor ieders culturele en/of levensbeschouwelijke achtergrond. Hierbij zijn de volgende kenmerken belangrijk: Pluriformiteit, dat wil zeggen dat er ruimte dient te worden geboden aan de verschillende godsdienstige en levensbeschouwelijke opvattingen die er in onze samenleving bestaan. Emancipatie en tolerantie, dat wil zeggen dat in de openbare school de principiële gelijkwaardigheid van opvattingen wordt gegarandeerd. Algemene toegankelijkheid: de openbare school weigert geen leerlingen op grond van ras of overtuiging. Godsdienst- en vormingsonderwijs: de openbare school moet gelegenheid geven voor het volgen van godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk onderwijs. Basisgroepen Op de Brede School Kwintijn krijgen kinderen onderwijs in basisgroepen. Een basisgroep is meestal een jaargroep. Een basisgroep heeft een of twee vaste leerkrachten. De vaste leerkracht is – in afstemming met andere collega’s in de bouw - verantwoordelijk voor een doordacht en verantwoord onderwijsaanbod en tevens aanspreekpunt voor ouders en kinderen. Kleine groepen Op Brede School Kwintijn werken we in relatief kleine groepen. Dit is mogelijk omdat onze school nog fusiegelden ontvangt. Werken in bouwen Binnen de eigen basisgroepen krijgen de kinderen instructie over de leerstof. Tijdens het verwerken van de leerstof werken we ook in groepsoverstijgende samenstellingen. Hierdoor wordt op een gerichte manier gewerkt aan zelfstandigheid, coöperatief samenwerken en eigen verantwoordelijkheid van kinderen. Tijdens het groepsoverstijgend werken worden leermaterialen en onderwijzend personeel effectief ingezet op basis van onderwijsbehoeften van kinderen. We onderscheiden hierbij de volgende bouwen: Onderbouw (groep 1, 2, 3) Middenbouw (groep 4 en 5) Bovenbouw (groep 6, 7, 8) Ontwikkelingsgericht naar kinderen kijken Binnen Brede School Kwintijn stellen we de ontwikkeling van kinderen centraal door onderwijsbehoeften van kinderen als uitgangspunt van ons onderwijs te nemen. We vergelijken de ontwikkeling van kinderen met duidelijke doorgaande ontwikkelingslijnen, die per jaargroep zijn of worden vastgesteld.
6
Binnen gesprekken met kinderen bespreken we eigen leervragen en eigen leerdoelen. De ontwikkeling van kinderen wordt vastgelegd binnen een volgsysteem. Dit volgsysteem laat zien wat het kind al kan en waar het nog aan moet werken. Talentontwikkeling Op onze school geven we elk afzonderlijk kind de ruimte om zichzelf en de eigen mogelijkheden te ontdekken en te verdiepen. Hierbij zijn we gericht op de cognitieve, sociale en creatieve ontwikkeling van talenten van kinderen. Afwisselend werken kinderen alleen en samen aan hun persoonlijke ontwikkeling. Dit gebeurt aan de hand van de wettelijke kerndoelen. Ook worden kinderen uitgedaagd om eigen leervragen te bedenken, te ontwerpen en te onderzoeken. Talentontwikkeling gaat over de houding en veerkracht van kinderen en leerkrachten. Als je weet wat je kan, als je in staat bent om je kwaliteiten te benutten en deze kunt inzetten ten behoeve van anderen, dan sta je vol zelfvertrouwen in de wereld van vandaag en morgen. Deze wereld vraagt naast zelfvertrouwen ook een nieuwsgierige, kritische en ondernemende houding die je steeds weer wijzer maakt. Dit zijn dan ook stuk voor stuk belangrijke kwaliteiten en vaardigheden die wij kinderen willen leren ontwikkelen. Ieder kind heeft meerdere keren per jaar een persoonlijk talentgesprek met de leerkracht. In deze gesprekken onderzoeken we met kinderen wie ze zijn, wat ze kunnen en wat ze willen. Vanuit een kindgesprek wordt een kindleervraag geformuleerd. Wat wil het kind leren of weten? Wat wil het kind kunnen? Afspraken en doelen vanuit een kindgesprek worden in een kindleerplan vastgelegd. De moeilijkheid van de opdracht stellen we vast aan de hand van denkniveaus. Onthouden, begrijpen en toepassen zijn hierbij ‘lagere’ denkniveaus. Het kunnen analyseren, evalueren en creëren zijn ‘hogere’ denk- niveaus. Binnen de dag- of weektaak wordt er tijd vrijgemaakt voor het werken aan eigen leervragen. Het werken aan de eigen leervraag wordt door de leerkracht gecontroleerd en begeleid. Als we talenten bij kinderen ontdekken waar we zelf niet mee kunnen werken, zoeken we in onze omgeving naar mogelijkheden om die kinderen toch de mogelijkheid te geven die talenten te ontwikkelen. Kinderen op onze school worden gestimuleerd om bijvoorbeeld mee te doen met een wiskunde – of schrijfwedstrijd. Ook zoeken we aansluiting bij sportverenigingen of laten kinderen die extra uitdaging nodig hebben verdiepingslessen volgen op het voortgezet onderwijs. De verlengde schooldag biedt een kind dan ook mogelijkheden om zijn of haar talent ook na de reguliere schooltijd uit te bouwen. Kinderen worden uitgedaagd om dat wat ze kunnen of maken aan elkaar te laten zien. Het podium in onze centrale hal, de Kwint, heeft dan ook met recht de naam “Glunderpunt” gekregen. Aanvullende kenmerken van talentontwikkeling op onze school zijn - naast de hiervoor genoemde aspecten- dan ook jezelf presenteren, het ervaren van succes, ontvangen van waardering en erkenning ervaren. Leren in samenhang en vanuit werkelijke ervaringen Op Brede School Kwintijn leren kinderen niet alleen door goede instructies van een leerkracht, maar ook door zelf te doen, te ervaren en te beleven. Vanuit werkelijke ervaringen, het bewust toepassen van geleerde strategieën en zelfreflectie willen we kinderen ‘leren-leren’, om zo op te kunnen groeien tot een ‘evenwichtige persoonlijkheid’ en te kunnen functioneren in de maatschappij van morgen. Brede ontwikkeling van kinderen Op Brede School Kwintijn vinden we cognitieve ontwikkeling van kinderen belangrijk. Voor de cognitieve ontwikkeling gebruiken we dan ook moderne en verantwoorde methoden.
7
Om kennis te kunnen toepassen en te gebruiken is er echter binnen de ontwikkeling van kinderen meer nodig. Daarom maken we een bewust onderscheid tussen verschillende soorten kennis: verwerven van inzichten, kunnen handelen in routines en weten van feiten. De samenhang tussen de cognitieve ontwikkeling en andere ontwikkelingsgebieden is voor ons een belangrijk uitgangspunt. Onze inhouden rondom vaardigheden en competenties, sociaal-emotionele ontwikkeling, creativiteit en spel en beweging worden dan ook evenwichtig binnen het lesrooster ingepland. (Ver)Brede school De Brede School Kwintijn wil een brede school zijn. Dit betekent dat de school niet alleen onderwijs verzorgd, maar ook verantwoordelijk is voor aspecten van opvang, ontspanning, opvoeding en ontmoeting. Binnen de schoolorganisatie vormt peuterwerk een belangrijk onderdeel van de onderbouw. Daarnaast bieden we een verlengde schooldag aan voor kinderen die dat willen. Kindgesprekken Op Brede School Kwintijn voert de leerkracht regelmatig een gesprek met elk kind. Tijdens dit gesprek reflecteert het kind samen met de eigen leerkracht op het eigen functioneren. Tijdens dit gesprek worden afspraken gemaakt over eigen leerdoelen voor de komende periode. Bij jongere kinderen heeft de leerkracht vaker een gesprek en zijn doelen nog concreter en kleiner. Bij oudere kinderen worden de perioden waarin de doelen centraal staan langer en de doelen omvangrijker. Kennis en vaardigheden Brede School Kwintijn is van mening dat ook binnen de huidige maatschappij kennis belangrijk is. We hechten dan ook veel waarde aan kennisoverdracht. Dit doen we met behulp van moderne lesmethoden. Kennis wordt regelmatig op verschillende niveaus getoetst. Naast kennis worden vaardigheden en strategieën steeds belangrijker. In een steeds sneller veranderende wereld is het immers belangrijk om snel te kunnen inspelen op ontwikkelingen. Vaardigheden als samenvatten, aantekeningen maken, vragen stellen, verschillende soorten teksten kunnen hanteren, studievaardigheden, computervaardigheden, een werkstuk maken, grafieken kunnen lezen e.d. komen dan ook planmatig terug binnen ons onderwijs. Gedrag van kinderen Op veel scholen wordt gedrag van kinderen vaak vertaald in regels die beschrijven wat er niet mag. Menig pestprotocol is een opsomming van regels. Naast duidelijke schoolregels willen we kinderen helpen om met anderen op een positieve en goede manier om te leren gaan. Deze ‘conatieve’ vaardigheden worden tevens in leerlijnen weggezet. Door met kinderen gesprekken te voeren en gerichte groepsoefeningen proberen we vanuit leerervaringen kinderen sociaal sterker te maken. Werken in de bouw Binnen onze schoolorganisatie werken we met basisgroepen en bouwen. Een basisgroep is in principe een jaargroep. De basisgroep heeft een (of twee) vaste leerkrachten en een eigen groepsruimte. Binnen de eigen groepsruimte zijn veiligheid en geborgenheid belangrijke uitgangspunten om toe te komen aan kwaliteit van instructies, inhoud van gesprekken, ontmoetingen en oefeningen rondom sociaal-emotionele ontwikkeling.
8
Vanuit de basisgroep gaan kinderen ook werken in de bouwruimte. In deze ruimte ontmoeten kinderen uit verschillende basisgroepen elkaar. Kinderen verwerken binnen de bouwruimte de geïnstrueerde leerstof en aan eigen doelen vanuit kindgesprekken. Binnen de bouwruimte leren kinderen eigen keuzen te maken, zelfstandig te verwerken en samen te werken met andere kinderen. Binnen een bouw komt een kind als jongste binnen en zal dan relatief vaak nog om hulp vragen. In de daarop volgende jaren wordt het kind middelste en oudste in een bouw en zal steeds vaker hulp bieden aan andere kinderen. Bij het werken in de bouw worden leerkrachten effectief ingezet. De leerkrachten van een bouw bereiden samen het aanbod binnen een bouw voor. Hierdoor wordt voorkomen dat meerdere leerkrachten hetzelfde uitleggen, waardoor kostbare leertijd verloren gaat. Leerkrachten met specifieke talenten of voorkeuren worden effectief voor een specifiek vakgebied ingezet. Door gezamenlijke voorbereiding en gedeelde verantwoordelijkheid leerkrachten sterker uitgedaagd om goed onderwijs te verzorgen. De leerkrachten maken ook kinderen van andere basisgroepen mee. Hierdoor kunnen leerkrachten beter met elkaar nadenken en afstemmen over de onderwijsbehoeften van kinderen en het aanbod wat daar passend bij is.
Onze schoolnaam Een Kwintijn is een dichtvorm van vijf regels. De eerste regel begint met ‘Ik zou’ of ‘Ik ben’. De laatste regel geeft een samenvatting of conclusie weer. Kwintijn verwijst naar ontwikkeling van kinderen. Deze begint immers bij weten wat je wilt (‘ik zou’),wie je bent (‘ik ben’) en het overzien van mogelijkheden en kansen. Kwintijn verwijst naar de buurt van de school, waar meerdere straten vernoemd zijn naar schrijvers en dichters. Kwintijn verwijst naar het getal vijf en maakt zo een koppeling naar de vijf zintuigen. Door gebruik te maken van alle zintuigen kunnen kinderen beter presteren en zich evenwichtiger ontwikkelen. De ‘Boemerangen’ laten zien dat we ontwikkeling van kinderen in beweging willen krijgen en houden. Het onderschrift ‘glunderproof’ laat onze overtuiging zien dat kinderen met veel enthousiasme en plezier kunnen werken aan hun eigen ontwikkeling, mits er goed afgestemd wordt op de mogelijkheden van kinderen. 
9
HOOFDSTUK 3 – PRAKTISCHE ZAKEN Aanmelding Wanneer u uw kind wilt aanmelden, nodigen wij u uit voor een kennismakingsgesprek met de directeur van de school. Wij geven u graag een rondleiding door onze school. Als uw kind jonger is dan vier jaar, kunt u uw kind inschrijven door het invullen van een inschrijfformulier en ouderverklaring. Wanneer er geen bijzondere factoren zijn, wordt het kind voorlopig ingeschreven. Wij kennen geen wachtlijsten. Wel stellen we het op prijs als u uw kind rond zijn of haar derde verjaardag bij ons inschrijft, zodat we weten op hoeveel kinderen we de komende jaren kunnen rekenen. Vier tot zes weken voordat uw kind vier jaar wordt, maakt de groepsleerkracht van de kleutergroep een afspraak met u. Continurooster Op onze school werken we met een continurooster. Dit betekent dat alle kinderen ‘verplicht’ overblijven. Het overblijven gebeurt in de eigen basisgroep en wordt begeleid door de eigen leerkracht. Protocol vervanging bij ziekte Binnen de Mare is een protocol opgesteld om afspraken en verantwoordelijkheden rondom vervanging bij ziekte vast te leggen. Als een leerkracht ziek is, doen wij onze uiterste best om zelf of via de invalpool van Stichting de Mare, vervanging te regelen. Lukt dit echter niet, dan kan een groep in het uiterste geval naar huis worden gestuurd, met daarbij de afspraak dat ouders schriftelijk op de hoogte worden gesteld en dat voor leerlingen, die geen opvang hebben, binnen de school opvang wordt geregeld. In de afgelopen jaren hebben we altijd voldoende invallers kunnen vinden en hebben we kinderen niet naar huis hoeven te sturen. Schooltijden Dagelijks van 08.30 uur – 12.00 uur en van 12.00 uur – 14.15 uur Op woensdag gaan alle groepen door tot 12.30 uur. Op woensdagmiddag zijn alle kinderen vrij. De schooltijden zijn voor alle kinderen gelijk. Ziekmelding en verzuim Wanneer uw kind door ziekte niet op school kan komen verzoeken wij u dat vóór 8.15 uur aan ons te melden. Hebben wij om negen uur geen bericht van verhindering ontvangen, dan neemt de groepsleerkracht contact op met de betreffende ouders. Het verzuim van leerlingen wordt door de leerkracht geregistreerd en bewaard binnen de schooladministratie. Veelvuldig verzuim en ongeoorloofd verzuim moet door ons aan de leerplichtambtenaar van de gemeente Raalte worden gemeld. Richtlijnen verlof In verband met de leerplichtwet moet bijzonder verlof of extra vakantie schriftelijk worden aangevraagd bij de directeur. Deze mag uw leerplichtig(e) kind(eren) toestemming geven de school te verzuimen. Er kan een beroep gedaan worden op “gewichtige omstandigheden” om vakantie op te nemen buiten de vastgestelde periode.
10
Valt het verlof binnen de voorwaarden, dan mag het één maal per schooljaar worden toegekend. Het moet de enige gezinsvakantie van dat schooljaar zijn, het mag niet langer dan tien schooldagen duren en niet in de eerste twee weken van het schooljaar plaatsvinden. Aanvragen dienen vier weken van tevoren schriftelijk te worden ingediend. Het aanvraagformulier kunt u downloaden vanaf onze website en kunt u tevens achter in de jaarkalender vinden. Als uw aanvraag om een periode langer dan tien dagen gaat, wordt uw verzoek doorgezonden naar de leerplichtambtenaar van de gemeente Raalte. Ieder verzoek zal van geval tot geval beoordeeld worden. De uiteindelijke beslissing verneemt u via de schoolleiding. Voor kort verlof vanwege onder andere verhuizing of een huwelijksfeest, dient u, indien mogelijk, twee weken van tevoren een schriftelijk verzoek bij de directie in. Waardevolle spullen De schoolorganisatie kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor beschadiging of verlies van meegebrachte materialen, tenzij hierover met de schooldirecteur schriftelijke afspraken zijn gemaakt. Foto en film Regelmatig worden er tijdens activiteiten en festiviteiten foto’s gemaakt. Deze foto’s worden soms gebruikt tijdens het onderwijsaanbod, maar ook plaatsing op de website behoort tot de mogelijkheden. Bij plaatsing op de website moet er sprake zijn van een passende context en houden we rekening met gevoeligheden en privacy. Voor onderzoek van gedrag van kinderen, maar ook ten behoeve van de persoonlijke ontwikkeling van leerkrachten is het tevens mogelijk dat er filmopnamen in groepen worden gemaakt. Deze opnamen worden volgens een protocol gebruikt en na gebruik vernietigd. Ouders die principiële bezwaren hebben tegen het gebruik van foto- en filmmateriaal kunnen dit schriftelijk bij de schooldirecteur aangeven. Jaarkalender Deze schoolgids kent een jaarkalender als bijlage. In deze kalender vindt u de planning van het komende schooljaar, de vakanties en vrije dagen, de contactgegevens van leerkrachten, externe contacten en adresgegevens van kinderen. Stage Meerdere studenten van opleidingen voor leerkracht, onderwijsassistent of vakleerkracht bieden we de mogelijkheid tot stage op onze school. In de nieuwsbrieven wordt u hierover nader geïnformeerd. Binnen onze school zijn twee leerkrachten, die een specifieke opleiding volgen om studenten ‘in de school’ te begeleiden. Regels voor toelating, schorsing en verwijdering Voor de scholen voor openbaar basisonderwijs in Raalte is een protocol schorsing en verwijdering van kracht. Dit protocol treedt in werking als er sprake is van zodanig ernstig ongewenst gedrag door een leerling en/of zijn ouders dat de directie van de school ertoe genoodzaakt is direct op te treden. Het belang van de leerling, maar zeker ook dat van de groepsgenoten en de leerkracht, staat voorop. Het protocol voorziet in voorkomende gevallen in een adempauze voor de rest van de schooldag of, in een schorsing van de leerling voor drie tot maximaal vijf dagen of definitieve verwijdering.
11
Regels met betrekking tot sponsoring Sponsoring is mogelijk binnen de volgende uitgangspunten: Sponsoring mag de objectiviteit, geloofwaardigheid, betrouwbaarheid en onafhankelijkheid van het onderwijs, van de school en de daarbij betrokkenen niet in gevaar brengen. Sponsoring mag de onderwijsinhoud en/of de continuïteit niet beïnvloeden en niet in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. De school mag in geen enkel opzicht afhankelijk zijn of worden van sponsormiddelen. Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische- en onderwijskundige taak- en doelstelling van de school. Regels met betrekking tot de veiligheid Wat betreft bedrijfshulpverlening en veiligheid, zijn de volgende maatregelen getroffen: Een aantal leerkrachten van de school zijn gediplomeerde bedrijfshulpverleners. De bedrijfshulpverleners (BHV’ers) worden jaarlijks bijgeschoold om hun kennis op peil te houden. In het gebouw is vluchtwegsignalering en verlichting aangebracht. In het gebouw is een beveiligingsinstallatie aanwezig. De brandveiligheid van het gebouw wordt jaarlijks gecontroleerd door de brandweer. De brandblusmiddelen worden jaarlijks gecontroleerd. In ieder lokaal en iedere ruimte in school is een ontruimingsplan aanwezig. De school houdt minstens eens per jaar een ontruimingsoefening. Op school is een veiligheidsplan vastgesteld, met daarin het beleid rondom veiligheid. Klachtenregeling Overal waar gewerkt wordt, zijn weleens misverstanden of worden fouten gemaakt. Ook op onze school kan dat voorkomen. U bent altijd welkom om onderwijskundige zaken en daarmee samenhangende problemen te bespreken of een klacht in te dienen. Wij streven ernaar om samen met u een goede oplossing te vinden. Komen we er niet uit, dan bespreken we welke persoon of instantie ingeschakeld kan worden om het probleem op te lossen. De procedure is in zulke situaties als volgt: De ouder(s) neemt/nemen contact op met de betreffende leerkracht voor het maken van een afspraak. Wanneer er in dat gesprek geen oplossing wordt gevonden, wordt contact opgenomen met de schooldirecteur. In overleg met de schooldirecteur wordt besproken hoe we tot een voor beide partijen bevredigende oplossing kunnen komen.
12
Vertrouwenspersoon Op school is een vertrouwenspersoon aangesteld, waar u een afspraak mee kunt maken als u een probleem hebt, waar u in vertrouwen over wilt praten, of waar u (nog) niet met de leerkracht of de directie over wilt spreken. Dit is Diny Kappers, coördinator interne zorg. In overleg met de betrokkene kan het probleem besproken worden met interne of externe deskundigen, de externe vertrouwenspersoon en/of andere hulpverlenende instanties.
13
HOOFDSTUK 4 – ONTWIKKELING VAN KINDEREN
HOOFDSTUK 4 – ONTWIKKELING VAN KINDEREN
Bij de jongste kinderen de nadruk op het wennen aan het naarschool school gaan. gaan. Er Bij de jongste kinderen ligt deligt nadruk op het wennen aan het naar Er isisveel veelaandacht aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. Leren gebeurt vooral doorspelen. spelen.Dit Dit gaat gaat bij voor gewoontevorming en regelmaat. Leren gebeurt vooral door bijde deoudste oudste kinderen door, maar hier stelt de leerkracht hogere eisen. Bovendien wordt hier steeds meer kinderen door, maar hier stelt de leerkracht hogere eisen. Bovendien wordt hier steeds meer aanaandacht besteed aan het aanvankelijk en voorbereidend rekenen. Inkomend het komend schooljaar dacht besteed aan het aanvankelijk lezen enlezen voorbereidend rekenen. In het schooljaar zullen we dit ‘doordachte aanbod’ met behulp onder andere methode‘Schatkist’ ‘Schatkist’ verder verder gaan zullen we dit ‘doordachte aanbod’ met behulp van van onder andere dedemethode gaan aanscherpen, zodat de aansluiting met het aanbod in groep drie nog verder wordt verbeterd. Hierbij aanscherpen, zodat de aansluiting met het aanbod in groep drie nog verder wordt verbeterd. worden ontwikkelingslijnen door observatie en toetsing in kaart gebracht. Hierbij worden ontwikkelingslijnen door observatie en toetsing in kaart gebracht. Opvan advies de inspectie is de doorstroomgrens groep eennaar naargroep groep twee twee vastgesteld. Op advies de van inspectie is de doorstroomgrens vanvan groep een vastgesteld. Kinderen, die vóór 1 januari zijn geboren en op school komen op hun vierde, gaan in inin Kinderen, die vóór 1 januari zijn geboren en op school komen op hun vierde, gaan inprincipe principe van hetzelfde jaar door groep twee. Kinderen geborenzijn zijnna na11 januari januari blijven augustusaugustus van hetzelfde jaar door naar naar groep twee. Kinderen diedie geboren blijveninin augustus van datzelfde jaar in groep 1. Kinderen die in het najaar (september-december) geboren augustus van datzelfde jaar in groep 1. Kinderen die in het najaar (september-december) geboren zijn, doorlopen op deze manier in minder dan twee jaar de kleuterperiode. Niet voor ieder kind is zijn, doorlopen op deze manier in minder dan twee jaar de kleuterperiode. Niet voor ieder kind is deze versnelling geschikt. Per leerling wordt al halverwege het schooljaar bekeken hoe de deze versnelling geschikt. Per leerling wordt al halverwege het schooljaar bekeken hoe de werkwerkhouding, spelontwikkeling, taal- en rekenontwikkeling en sociaal-emotionele ontwikkeling houding,verloopt. spelontwikkeling, taal- en rekenontwikkeling en sociaal-emotionele ontwikkeling verloopt. Als het verstandig lijkt om de kleuterperiode te verlengen, wordt dit in maart-april met u Als het verstandig besproken. lijkt om de kleuterperiode te verlengen, wordt dit in maart-april met u besproken.
Ook het onderwijs van groep drie tot en met acht voldoet aan de door de overheid opgestelde Ook het onderwijs groep drie enhet metgebruik acht voldoet aan de door de overheid opgestelde kerndoelen. Deze doelenvan bereiken wij, tot door van goede, moderne lesmethodes voor alle kerndoelen. Deze doelen bereiken wij, door het gebruik van goede, moderne lesmethodes voor alle vakken. Bij onze methodes worden ondersteunende en aanvullende computerprogramma’s gebruikt vakken. Bij onze methodes worden ondersteunende en aanvullende computerprogramma’s gebruikt en ingezet. De vorderingen van de leerlingen worden bijgehouden door het afnemen van methode en ingezet. De vorderingen van de leerlingen worden bijgehouden door het afnemen van methode gebonden toetsen en door toetsen uit het CITO-leerlingvolgsysteem. Zo krijgen de leerkrachten een gebonden toetsen en door toetsen uit het CITO-leerlingvolgsysteem. Zo krijgen de leerkrachten een goed beeld devan prestaties van de en kan tijdig wordenals alsdat dat nodig goedvan beeld de prestaties vanleerlingen de leerlingen en kan tijdigextra extraondersteund ondersteund worden nodig is. is. In het onderstaande overzicht kunt u zien welke methoden wij gebruiken voor de verschillende vakIn het onderstaande ziende welke methoden wij gebruiken de met verschillende gebieden. Deze methodes overzicht voldoen kunt allenuaan door de inspectie gesteldevoor eisen betrekking tot vakgebieden. Deze methodes voldoen allen aan de door de inspectie gestelde eisen met betrekking de kerndoelen voor het primair onderwijs. 
tot de kerndoelen voor het primair onderwijs. Rekenen en wiskunde Nederlandse taal Spelling Begrijpend lezen Technisch lezen Schrijven Wereldoriëntatie en techniek Engels Creatieve vakken Bewegingsonderwijs Sociaal-emotionele vorming
De wereld in getallen (nieuwste versie) Leerlijnen van Staal Spellingsmappen IJsselgroep (Jose Schraven) LeesLink Veilig leren lezen/Lekker Lezen Pennenstreken Naut, Brandaan en Meander, aangevuld met eigen thema’s. Groove me! Moet je doen Planmatig bewegingsonderwijs Kanjertraining
Burgerschap Veiligheid, burgerschap en sociale cohesie zijn nieuwe termen die binnen het onderwijs onder de noemer “burgerschap” hun invulling krijgen. De kinderraad, de schoolthema’s, aandacht voor de multiculturele samenleving en de Kanjertraining zijn hier concrete uitwerkingen van.
14
Burgerschap Veiligheid, burgerschap en sociale cohesie zijn nieuwe termen die binnen het onderwijs onder de noemer “burgerschap” hun invulling krijgen. De kinderraad, de schoolthema’s, aandacht voor de multiculturele samenleving en de Kanjertraining zijn hier concrete uitwerkingen van. Kinderraad Wij betrekken de leerlingen actief bij de school en de maatschappij, door ze via de “kinderraad’ een actieve stem te geven. Iedere maand komt een afvaardiging van de kinderen onder leiding van de directeur bij elkaar. Daaraan voorafgaand zijn er in de groepen klassenvergaderingen gehouden. In de groepen wordt het wel en wee in de groep besproken. Er wordt gekeken naar wat goed gaat, wat anders moet, er worden ideeën geopperd en oplossingen voor problemen gezocht. Een aantal van de besproken punten zal alleen de klas aangaan. De punten die schoolbreed van belang zijn, worden meegenomen naar de kinderraad. Vanuit de bespreking in de kinderraad komen onderwerpen terug binnen vergaderingen van het team, de medezeggenschapsraad of oudervereniging. Ook kan de kinderraad contact opnemen met externen zoals het schoolbestuur of de gemeente. In de loop van het schooljaar zal de kinderraad zich op onze website voorstellen. Kanjertraining Door het geven van de Kanjertraining in alle groepen, leren de kinderen positief over zichzelf en anderen te denken. Tevens krijgen kinderen inzicht in eigen gedrag, het aansturen van eigen gedrag en gevolgen van gedrag. De kinderen leren hierdoor hoe zij goed om kunnen gaan met anderen. Ze leren vol zelfvertrouwen, als een Kanjer, in de wereld te staan. Het belangrijkste doel is dat een kind positief over zichzelf en een ander leert denken. Als gevolg hiervan heeft het kind minder last van sociale stress. Ook op langere termijn is dit effect merkbaar. Het blijkt dat veel kinderen na het volgen van de Kanjertraining zich beter kunnen concentreren op school en betere leerresultaten behalen. De verklaring hiervoor is eenvoudig: de Kanjertraining geeft kinderen handvatten insocialesituatiesendaardoorkomt tijdenenergievrij. Binnen de Kanjertraining worden kinderen geconfronteerd met de gevolgen van hun gedrag. Deze informatie krijgen ze van hun klasgenoten en indien nodig van de leerkrachten. Het principe van de Kanjertraining bestaat uit het bewust worden van vier manieren van reageren. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van vier typetjes: Konijn (gele pet): bang, vermijdend, faalangstig en stil. Het konijn denkt slecht over zichzelf en goed over een ander. Tijger (witte pet): Zichzelf, gewoon, normaal, te vertrouwen, aanspreekbaar op gedrag. De tijger denkt goed over zichzelf en de ander. Aap (rode pet): Grapjurk, uitslover, meeloper, aansteller, malloot. De aap denkt niet goed over zichzelf, maar ook niet goed over een ander. Pestvogel (zwarte pet): Uitdager, bazig, oester. De pestvogel denkt goed over zichzelf, maar niet goed over een ander.
15
Tijdens de Kanjertraining staan vijf afspraken centraal: We vertrouwen elkaar. We helpen elkaar. Niemand speelt de baas. Niemand lacht uit. Niemand doet zielig. De basis van de Kanjertraining bestaat uit twee boeken, te weten het Kleine Kanjerboek voor de groepen 1-4 en het Grote Kanjerboek (Max en de Zwerver) voor de groepen 5-8. De interventies en onderwerpen van de lessen zijn: Jezelf voorstellen. Iets aardigs zeggen. Weet jij hoe jij je voelt? Kun jij nee zeggen? Vertellen en vragen. Luisteren en samenwerken. Vriendschap. Vragen stellen. Je mening vertellen, maar... niet altijd. Het is goed dat jij er bent Multiculturele samenleving Als openbare school besteden wij aandacht aan de multiculturele samenleving. Doordat onze school door kinderen van diverse culturen bezocht wordt, vindt als vanzelf kennismaking en uitwisseling tussen de kinderen plaats. De kinderen leren van jongs af aan respect te hebben voor ieders mening of overtuiging. Daarnaast is het vieren van feesten een belangrijk item binnen de school. De kinderen vieren Carnaval, Pasen, Kerst en het Suikerfeest. Sport en beweging Op onze school krijgen de kinderen gymles van een gespecialiseerde gymleerkracht. Elke donderdag verzorgt een vakleerkracht de gymlessen. In de kleutergroep staat het bewegingsonderwijs dagelijks op het rooster. Er wordt gespeeld in de klas, op het plein en gegymd in de gymzaal. De kinderen van de kleutergroep gymmen op stevige gymschoentjes, liefst zonder veters. Deze schoenen blijven voorzien van naam in een stevige stoffen tas op school. Vanaf groep drie zijn gymkleren (T-shirt en broekje of gympakje) en schoenen met een stevige lichtgekleurde zool nodig (geen schoenen met zwarte zolen of balletschoentjes). Vanaf groep vijf douchen de kinderen na de les. Zij moeten daarvoor een handdoek meenemen.
16
Onze school neemt deel aan de spel- en sporttoernooien die door de Schoolsportraad voor basisschoolleerlingen worden georganiseerd (schoolvoetbal, schoolvolleybal, schoolhandbal en de wintercrossloop). Bij deze toernooien gaat altijd een leerkracht mee met de teams. Deelname aan deze activiteiten is op eigen verantwoordelijkheid en voor eigen risico. De data van de sportactiviteiten kunt u in de jaarkalender vinden. Humanistisch vormingsonderwijs In de Wet Primair Onderwijs is vastgelegd dat het openbaar onderwijs aan ouders en leerlingen de ruimte moet bieden om binnen schooltijd levensbeschouwelijk vormingsonderwijs te volgen. De openbare school treedt hiervoor als gastheer op. De school is voor deze vorm van onderwijs ook niet inhoudelijk verantwoordelijk. Het volgen van de lessen humanistisch vormingsonderwijs (HVO) is niet verplicht. De lessen worden vanaf groep 5 gegeven, als ouders hierin belang stellen. De school biedt de kinderen die niet aan GVO of HVO meedoen andere activiteiten aan. Voor meer informatie kunt u kijken op www.gvoenhvo.nl. GVO en HVO worden georganiseerd vanuit het landelijk diensten-centrum GVO en HVO. Onze school heeft subsidie toegekend gekregen voor HVO. Deze lessen worden gegeven in de groepen vijf tot en met acht. Schoolreizen en schoolkampen Jaarlijks vinden er schoolreizen en schoolkampen plaats. Tijdens het kamp wordt gewerkt aan doelen die te maken hebben met zelfstandigheid, samenwerken en talenten. Urentabellen en lesroosters De urentabellen en lesroosters worden jaarlijks vastgesteld op basis van leerlingenpopulatie, onderwijsvisie en gerealiseerde opbrengsten en resultaten. De actuele urentabellen en lesroosters kunt u op school inzien. Procedure Voortgezet Onderwijs De meeste leerlingen van onze school gaan naar het voortgezet onderwijs in Raalte (Carmel College Salland). Er zijn ook leerlingen die kiezen voor een school buiten de gemeente. Dat kan bijvoorbeeld de Capellenborg in Wijhe zijn of De Groene Welle in Zwolle. Met de scholen voor voortgezet onderwijs hebben wij r egelmatig contact over de vorderingen van oud-leerlingen van onze school. Zo horen wij hoe de aansluiting is verlopen en hoe het hen in het voortgezet onderwijs vergaat. In principe volgen wij de ontwikkeling van oud-leerlingen in de eerste drie jaren na het verlaten van de school. De voorbereiding op het voortgezet onderwijs begint al aan het eind van groep zeven. De leerlingen doen dan mee aan de (CITO-) entree-toets. Deze toets biedt een eerste indicatie van de vervolgopleiding van het kind. De uitslag van de toets wordt met de ouders besproken. Tijdens de groepsinformatieavond van groep acht krijgt u informatie over het schooladviestraject.
17
Eind januari krijgen de ouders in een gesprek een advies met betrekking tot de keuze voor een vervolgschool. Dit advies wordt bepaald door de resultaten van het kind gedurende acht jaren basisschool. De CITO eindtoets levert een tweede advies. Deze CITO-eindtoets vindt in april plaats. De uiteindelijke verantwoordelijkheid van de schoolkeuze ligt bij de ouders. U vult het aanmeldingsformulier in voor het voortgezet onderwijs. De leerkracht van groep acht schrijft een onderwijskundig rapport voor het voortgezet onderwijs en stuurt een kopie van de CITO-score mee. Het percentage leerlingen dat naar de diverse vormen van voortgezet onderwijs gaat, wisselt van jaar tot jaar. De schoolkeuze voor het voorgezet onderwijs is afhankelijk van de capaciteiten van het kind, omgevingsfactoren en de kwaliteit van de school.
18
HOOFDSTUK 5 – OUDERS EN SCHOOL Contacten tussen ouders en school Goed contact tussen ouders en de school vinden wij heel belangrijk. Wilt u iets weten of heeft u een vraag, komt u dan vooral even bij ons langs. De leerkrachten hebben na schooltijd de gelegenheid om een afspraak met u te maken voor een gesprek. Aan het begin van elk schooljaar krijgt u een schoolgids, waarin alle informatie staat over de school. Daarbij krijgt het oudste kind van het gezin regelmatig een nieuwsbrief mee naar huis met mededelingen die op dat moment van belang zijn. De nieuwsbrieven kunt u nalezen op onze website. Tevens kunt u de nieuwsbrief digitaal per mail ontvangen. Jaarlijks zijn er momenten, waarop we u uitnodigen om op school te komen. Zo is er aan het begin van het schooljaar een informatieavond per groep en is er gelegenheid om tijdens een kennismakingsgesprek uw beeld van uw kind(eren) met de nieuwe leerkracht te delen. De planning van de contact- en informatieavonden kunt u in de jaarkalender vinden. Gedurende het schooljaar zijn er contactavonden, inloopavonden en andere momenten waarop we ouders graag verwelkomen! Rapporten en contactavonden Er zijn per schooljaar drie contactavonden. Deze contactavonden zijn binnen de jaarkalender opgenomen. Tijdens een contactavond bespreken we de (brede) ontwikkeling van uw kind(eren). De onderbouw is begonnen met ‘ontwikkelgesprekken’ te voeren. Deze worden gevoerd in de maand waarin het kind zijn/haar verjaardag viert en een half jaar later. De onderbouw doet dan ook niet mee aan de gepland contactavonden. In de komende jaren zullen we aan de hand van een kind portfolio ook in midden- en bovenbouw ‘ontwikkelgesprekken’ gaan invoeren. Informatieavonden Aan het begin van het schooljaar worden per groep informatieavonden georganiseerd. Op deze avond kunt u kennismaken met de groepsleerkracht(en) van uw kind. De leerkracht geeft informatie over de groep specifieke zaken en er is gelegenheid tot het stellen van vragen. Oudervereniging Aan onze school is een actieve oudervereniging verbonden. Elke ouder is hiervan lid. Het bestuur van deze vereniging bestaat uit ouders die gekozen zijn op de jaarlijkse algemene vergadering, die gehouden wordt in oktober. De oudervereniging helpt en ondersteunt tijdens festiviteiten en activiteiten gedurende het schooljaar. Daarnaast is de oudervereniging een gesprekspartner van de medezeggenschapsraad. De oudervereniging kan in voorkomende gevallen gevraagd en ongevraagd advies geven aan de medezeggenschapraad. Ouderbijdrage Met instemming van de MR vraagt de oudervereniging u jaarlijks om een vrijwillige ouderbijdrage. De hoogte van deze ouderbijdrage wordt tijdens de zakelijke ouderavond vastgesteld. Hiervan betaalt de vereniging diverse activiteiten. Toelating van de leerlingen aan deze activiteiten is niet afhankelijk gesteld van het betalen van de ouderbijdrage.
19
Eind oktober ontvangt u een brief met een ouderovereenkomst waarin u gevraagd wordt deze vrijwillige bijdrage te betalen. U kunt uw bijdrage overmaken op het rekeningnummer: NL72 RABO 0354 5578 15 o.v.v. ouderbijdrage en de namen van uw kinderen. Voor gezinnen met een minimuminkomen is het mogelijk Bijzondere Bijstand Schoolkosten aan te vragen. Hierover vindt u op onze website meer informatie. Voor het overblijven en de schoolreizen of –kampen wordt ook een bijdrage gevraagd. Hierover ontvangt u na vaststelling op de zakelijke ouderavond in oktober nadere informatie. Schoolongevallenverzekering Onze school heeft samen met de oudervereniging een ongevallenverzekering afgesloten voor alle leerlingen, hulpouders, stagiaires en leerkrachten. Deze verzekering keert geld uit bij overlijden of blijvende invaliditeit. Deze verzekering is van kracht tijdens schooluren, tijdens het van huis naar school gaan en omgekeerd, van maximaal één uur voor schooltijd tot één uur na schooltijd. De verzekering is ook van kracht tijdens schoolreizen, kampen, excursies en sportdagen. Schade aan brillen, kleding, fietsen, enzovoort vallen niet onder deze verzekering. De verzekering geldt alleen voor lichamelijk letsel. Omdat de wettelijke aansprakelijkheid (WA) van de ouders voor hun kinderen door een ongevallenverzekering niet vervalt, is het verstandig een gezins-WA-verzekering af te sluiten. Dit moet u uiteraard zelf doen! Medezeggenschapsraad In de MR zitten drie leerkrachten en drie ouders die willen meebeslissen en mee willen praten over de toekomst van de school. De MR vergadert met de directeur van de school en met de algemeen directeur van Stichting de Mare ongeveer zes keer per jaar. Ze hebben het recht van initiatief, instemming- en adviesrecht. Meestal moeten de leerkrachten met de plannen instemmen en mogen de ouders advies geven. Als het gaat om belangrijke besluiten hebben de ouders ook vaak instemmingsrecht. Op die manier hebben de ouders invloed op de veranderingen binnen de school. De vergaderingen zijn openbaar; iedereen is welkom om te kijken en vragen te stellen tijdens deze vergaderingen. De vergaderplanning kunt u in de jaarkalender vinden. Meer informatie over de medezeggenschapsraad kunt u lezen op onze website. Om ervoor te zorgen dat de mening, kennis en ervaring van ouders zo goed mogelijk wordt gebruikt bij het maken van plannen en nemen van beslissingen staat er in de statuten van de MR en in de statuten van de oudervereniging dat ze samen moeten werken. Daarom is besloten dat zij ieder jaar aan het begin van het schooljaar samen een vergaderschema met de gesprekpunten vaststellen. Zo kan er eerst gezamenlijk en daarna als aparte commissies met elkaar gesproken worden. Op deze manier worden nog meer ouders betrokken. Vooral ook omdat ouders hun vragen nu ook via de oudervereniging kunnen stellen. Kijk voor meer informatie op de site: www.infowms.nl
20
Ouderhulp Wij vinden het belangrijk om ouders te betrekken bij ons onderwijs. Daarom maken wij graag gebruik van ouderhulp. Natuurlijk zijn er wel enkele regels bij ouderhulp. De belangrijkste regel is dat de groepsleerkracht altijd verantwoordelijk blijft voor de ondersteunende werkzaamheid. De hulpverlenende ouder mag geen informatie over leerlingen aan anderen verstrekken. Dit gaat altijd via de verantwoordelijke leerkracht. Website Op onze website ‘www.bskwintijn.nl ’ vindt u actuele informatie, achtergronden en foto’s van activiteiten. Jaarverslagen De schooldirecteur, de oudervereniging en medezeggenschapsraad verantwoorden het beleid en ontwikkeling binnen jaarverslagen. Deze jaarverslagen worden in september uitgereikt aan alle ouders en toegelicht tijdens de zakelijke ouderavond in oktober.  Kwaliteitszorg Op onze school werken we cyclisch aan het verbeteren van kwaliteit. Dit begint met het in kaart brengen van kwaliteit. Dit doen we met vragenlijsten van WMK (Werken met Kwaliteitskaarten). Na afname van kwaliteitskaarten worden verbeterpunten geformuleerd en opgenomen in de jaarplanningen. De planning van de afname van de WMK-kaarten en de resultaten van reeds afgenomen kaarten kunt u op school inzien. De opbrengsten en resultaten van toetsen worden regelmatig in kaart gebracht en geanalyseerd. Binnen verbeterplannen wordt vervolgens gewerkt aan het verbeteren van opbrengsten en resultaten. Deze verbeterplannen noemen we groepsplannen. Binnen groepsplannen wordt op basis van onderwijsbehoeften van kinderen en gerealiseerde opbrengsten tenminste tweemaal per schooljaar een specifiek onderwijsaanbod geformuleerd voor drie niveaugroepen voor de vakgebieden lezen, rekenen en spelling. In de kleutergroep wordt vijf keer per jaar de inhoud van de groepsplannen aangepast aan de ontwikkeling van kinderen. Leerlingvolgsysteem Om de ontwikkeling en de vorderingen van kinderen te volgen beschikt de school over: a. een ontwikkelingsvolgsysteem voor kleuters, genaamd ‘KIJK’. (Uitgave CED/Bazalt) b. het CITO-leerlingvolgsysteem voor groep 1 t/m 8 (CITO-LVS). De toetsen van het CITO-LVS worden in ieder geval vanaf groep twee afgenomen. De toetsen van het CITO zijn gestandaardiseerd. Dit houdt in dat ze landelijk genormeerd zijn. We gebruiken de CITOtoetsen in de kleutergroepen om de taal- en rekenontwikkeling van kinderen te meten. Vanaf groep drie geven de CITO-toetsen informatie over de vorderingen van uw kind op het gebied van technisch en begrijpend lezen, spelling, rekenen/wiskunde en woordenschat. In groep zeven wordt de entreetoets van het CITO gedaan. De kinderen van groep acht doen mee aan de CITO-eindtoets. De entreetoets en de eindtoets worden vooral gebruikt als ondersteuning bij de advisering voor het voortgezet onderwijs.
21
Naast de toetsen binnen het leerlingvolgsysteem zijn ook andere gegevens van belang. Gesprekken met kinderen, oudergesprekken, observaties van kinderen, analyse sociaal-emotionele ontwikkeling, en ontwikkelingen binnen de thuissituatie kunnen aanleiding zijn om de begeleiding van kinderen aan te passen. Leerlingengegevens en de Wet Persoonsregistratie De wet schrijft voor dat wij een aantal gegevens van leerlingen bijhouden. Naast de leervorderingen moeten wij ook de Burgerservicenummers (voorheen sofinummers) van leerlingen archiveren. Ook registreren wij de opleidingsgegevens van ouders om het zogenaamde leerling-gewicht te bepalen. Op basis van de leerlingengewichten ontvangen wij onze financiering. Wilt u wijzigingen in de bij inschrijving verstrekte gegevens aan de schooldirecteur doorgeven? Ouders hebben recht op inzage in het deel van de leerlingenadministratie, dat op hun kind betrekking heeft en hebben recht op correctie van onjuiste gegevens. De school mag niet zonder instemming van ouders gegevens doorgeven aan anderen dan degenen, die als gevolg van de wet bevoegd zijn inlichtingen over de school en het onderwijs te ontvangen. Zonder toestemming van de ouders mogen er dus geen gegevens naar de schoolbegeleidingsdienst, de school voor speciaal onderwijs of de regionale verwijzingscommissie worden gestuurd. Zorgstructuur De zorgstructuur op onze school is beschreven in een zorgdocument. Leerlingen kunnen specifieke onderwijsbehoeften hebben op het gebied van leren of gedrag. Het kan ook een combinatie van beiden zijn. In eerste instantie zal de school in overleg met ouders proberen de problemen op te lossen. Extra zorg of verbreding van de zorg binnen groepsplannen De leerkracht besteedt, eventueel na overleg met de intern begeleider, extra zorg aan één of meerdere zorgkinderen. Deze zorg vindt in principe in de groep plaats en wordt vastgelegd in een groepsplan. In het groepsplan wordt op basis van onderwijsbehoeften een aangepast aanbod beschreven. Naast een specifiek aanbod voor de zwakkere zorgleerlingen, wordt ook aandacht besteed aan extra verdieping binnen het aanbod van de meer begaafde leerlingen. In de kleutergroep wordt gewerkt met groepsplannen op basis van de analyse van de resultaten binnen het volgsysteem ‘KIJK’. Vanaf groep drie wordt gewerkt met groepsplannen voor lezen, rekenen en spelling. De groepsplannen worden twee maal per jaar opnieuw vastgesteld op basis van gesignaleerde onderwijsbehoeften en opbrengsten en resultaten. Speciale zorg of verdieping van de zorg Speciale zorg wordt geboden na pedagogisch/didactisch onderzoek. Dergelijk onderzoek wordt uitgevoerd door de groepsleerkracht, de intern begeleider of de remedial teacher. Naar aanleiding van dit onderzoek stelt de groepsleerkracht in overleg met de intern begeleider een handelingsplan op. Als het mogelijk is, wordt dit plan binnen de groep door de eigen leerkracht uitgevoerd. Eventueel vindt hulp buiten de groep plaats. De ouders worden voorafgaand aan dit traject geïnformeerd over de inhoud van het handelingsplan.
22
Als het plan onvoldoende effect heeft of als er anderszins aanleiding is, kan besloten worden het kind in te brengen in de consultatie met een orthopedagoog / psycholoog. Indien nodig wordt over gegaan tot aanmelding bij het Zorgplatform van het WSNS (“Weer Samen Naar School”) Salland. Ouders dienen hiervoor toestemming te geven. Aanmelding bij WSNS: Onze school maakt deel uit van het samenwerkingsverband WSNS. In dit samenwerkingsverband werken scholen en een speciale basisschool samen. Het WSNS heeft een Zorgplatform opgericht met het doel om voor iedere leerling in het basisonderwijs zo goed mogelijke en passende hulp te bieden. Aanmelding kan onder andere leiden tot: 1. (aanvullend) psychologisch/didactisch onderzoek 2. inschakeling van het team Jonge Risico Kind 3. inschakeling van een gespecialiseerde groepsleerkracht (van een andere school) 4. aanvraag voor advies van het breed zorgteam 5. advisering over een beschikking inzake plaatsing op een speciale basisschool). Ouders worden geïnformeerd over het advies tot begeleiding of onderzoek. Als ouders, school en eventuele andere organisaties het eens zijn over het advies, kan dat advies worden uitgevoerd. Er zijn soms kinderen op school die vrij ernstige leer- en/of gedragsproblemen hebben. Het is niet altijd mogelijk zo’n kind goed aangepast onderwijs te geven. We zoeken dan samen met de ouders de beste begeleiding of oplossing. Aanmelding bij de permanente commissie l eerlingenzorg is nodig wanneer sprake is van een mogelijke plaatsing op een school voor speciaal basisonderwijs. Binnen ons samenwerkingsverband is dat De Horizon. Passend Onderwijs Binnen de wet Passend Onderwijs zijn scholen, door de zorgplicht, verantwoordelijk om elk kind een goede onderwijsplek te bieden. Bij voorkeur op de eigen school, eventueel met extra ondersteuning in de klas, op een andere reguliere school in de regio of in het speciaal (basis)onderwijs. Er wordt hierbij gewerkt vanuit een kader, waarbinnen de leraar, IB-er, ouders/verzorgers, kind en externe partners constructief samenwerken. Alle scholen in de gemeenten Raalte en Olst-Wijhe maken deel uit van het samenwerkingsverband Passend Onderwijs 23-05 Primair Onderwijs. Naast dit samenwerkingsverband zijn er nog 74 andere verbanden binnen het primair onderwijs in Nederland. Binnen het grote SWV Passend Onderwijs 23-05 PO is afgesproken om het arrangeren en toedelen van extra ondersteuning zoveel mogelijk in de 6 deelregio’s (4 in Zwolle, 1 in Kampen en 1 in Salland) te laten plaatsvinden. In dit deel wordt beschreven hoe dit binnen de Sallandse deelregio vorm en inhoud krijgt. De missie van de Sallandse deelregio, binnen het samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO 23- 05, is gebaseerd op het motto: “Voor iedere leerling uit Salland is er onderwijs in Salland” en luidt als volgt:
23
Binnen de Sallandse deelregio werken leerkrachten, ib-ers, directeuren, bestuurders en vele andere professionals, in goed overleg met ouders/verzorgers aan één centrale opdracht: “Het inrichten van een ondersteuningsstructuur waarbij elke leerling die ondersteuning krijgt die hij/ zij nodig heeft om, thuisnabij, een ononderbroken ontwikkelingsproces te kunnen doorlopen.” Elke school heeft op dit gebied haar eigen autonomie, maar zoekt om zich verder te versterken samenwerking met andere partners binnen en buiten de Sallandse deelregio. Een ander uitgangspunt binnen onze visie op onderwijs is dat we accepteren dat leerlingen verschillen. De leerling staat centraal binnen ons onderwijs. De onderwijsbehoeften van de leerling vormen het startpunt voor het handelen van leraar. Door handelingsgericht te werken worden onderwijsbehoeften en het handelen van de leraar op elkaar afgestemd. Hierbij wordt ook nadrukkelijk de stem van de leerling en de ouders/verzorgers gehoord. De leraar is hierbij de belangrijkste schakel. Deze gaat uit van de mogelijkheden van de leerling. Ondersteuning is vooral gericht op het dagelijks handelen van de leraar en het primaire proces. Door zo te kijken en te werken worden ook de mogelijkheden en grenzen van Passend Onderwijs duidelijk. De Sallandse deelregio kan hierop anticiperen door bijv. gerichte ondersteuning te bieden of passende professionalisering aan te bieden. Het uiteindelijke doel is het opvangen van zo veel mogelijk leerlingen in de reguliere basisschool. Met uitzondering van die leerlingen die een speciale onderwijsbehoefte hebben. Voor deze leerlingen biedt het speciaal (basis) onderwijs een passende plek. Uit het schoolondersteuningsprofiel (SOP) van de school blijkt waar de mogelijkheden en grenzen w.b. de ondersteuning binnen de school liggen. Wanneer de vraag m.b.t. de onderwijsbehoefte van de leerling de mogelijkheden van de school overstijgt kan er een beroep worden gedaan op het Expertisecentrum Passend Onderwijs Salland (EPOS). Het EPOS organiseert via de “Commissie Arrangeren en Toedelen” (CAT) de toedeling van ‘zware’ ondersteuningsarrangementen. Bij ‘zware’ ondersteuning spreken we over arrangementen die intensief en langdurend of structureel zijn. Bij deze arrangementen wordt er gewerkt vanuit een “ontwikkelingsperspectief” waarin wordt verantwoord op welk niveau de leerling zal uitkomen. De CAT werkt volgens de principes van handelingsgericht werken, waarbij het accent ligt op het komen tot passende arrangementen. Onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van de leerling en de handelingsverlegenheid van de school worden door de CAT besproken, gewogen en afgezet tegen het schoolondersteuningsprofiel (SOP) van de betreffende school. Het EPOS organiseert vervolgens begeleiding en ondersteuning, in de vorm van een arrangement binnen of voor de school. Hierbij wordt beschikbare expertise (o.a. team Jonge Kind, collegiale consulenten en Ambulant Begeleiders) ingezet. Wanneer duidelijk wordt dat een leerling beter op zijn plek is binnen het speciaal (basis) onderwijs verzoekt de CAT het samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO 23-05 een toelaatbaarheidsverklaring voor het speciaal (basis) onderwijs af te geven. De toedeling van ‘lichte’ ondersteuningsarrangementen gaat rechtstreeks via het EPOS. Bij ‘lichte’ ondersteuning gaan we uit van arrangementen die licht curatief en/of van korte duur zijn. Binnen de Sallandse deelregio wordt gewerkt met transparante procedures en vanuit een heldere communicatie. De lijnen zijn kort en er is zo weinig mogelijk bureaucratie. Verder zijn er duidelijke afspraken gemaakt met de scholen hoe ouders/verzorgers betrokken worden bij het vinden van de juiste ondersteuning van hun kind. Iedere school heeft een eigen schoolondersteuningsteam (SOT). Bij de bespreking over hun kind worden ouders/verzorgers als gesprekspartner betrokken.
24
Het vaststellen van het gewenste arrangement en de uitvoering ervan vindt zo veel mogelijk op schoolniveau plaats, in constructieve samenwerking met ouders/verzorgers, orthopedagoog en betrokken ketenpartners: één kind, één plan. Het “groeidocument arrangeren” is tijdens dit proces het centrale document. Bij de bespreking binnen het schoolondersteuningsteam vormt dit groeidocument de gespreksleidraad. Als uw kind al onderwijs volgt op een basisschool? De school of ouders/verzorgers constateren dat mogelijk extra ondersteuning nodig is. De school organiseert overleg met het schoolondersteuningsteam. Ouders/verzorgers worden hierbij uitgenodigd en denken mee over mogelijkheden. Ook zijn zo nodig andere relevante betrokkenen uitgenodigd. De school bekijkt of de benodigde extra ondersteuning in de eigen school te regelen is. Lukt dit niet dan zoekt de school samen met ouders/verzorgers naar een andere geschikte school. Om dit goed te bespreken en te organiseren, vraagt de school een bespreking aan binnen de CAT. Ouders/verzorgers kunnen overigens ook zelf een overleg bij het EPOS of de CAT aanvragen. Uit dit overleg binnen de CAT volgt een besluit over de toedeling van een arrangement of een advies w.b. de toelating tot de meest geschikte school. Soms is dit een andere basisschool. Vaak een speciale (basis) school. Het samenwerkingsverband ondersteunt ouders/verzorgers zonodig bij de keuze van en kennismaking op de andere school. Schoolondersteuningsprofiel Het schoolondersteuningsprofiel beschrijft mogelijkheden, expertise en belemmeringen bij de uitvoering van specifieke zorg aan kinderen met een specifieke zorgbehoefte. Het meest actuele schoolondersteuningsprofiel kunt u op school inzien. Toelatingsbeleid Op onze school geldt een toelatingsbeleid. In principe is ieder kind welkom op school. Met ouders van kinderen met een handicap of met een rugzak die hun kind op school willen aanmelden, bespreken wij in een persoonlijk gesprek wat de mogelijkheden zijn. Verstrekken van onderwijskundige rapporten Wanneer een leerling de school verlaat en naar een andere school voor basisonderwijs gaat of doorstroomt naar een school voor voortgezet onderwijs, wordt aan de ontvangende school een onderwijskundig rapport verstrekt. In dit rapport staan de gegevens vanuit het leerlingvolgsysteem, de vorderingen bij de gebruikte methoden en de ervaringen van de (laatste) leerkracht. Ook bijzonderheden t.a.v. werkhouding en sociaal – emotionele ontwikkeling worden in het onderwijskundig rapport vermeld. De rapport is voor ouders altijd in te zien. Indien ouders wensen dat specifieke informatie niet wordt doorgegeven, dan kunnen ze dat schriftelijk aangeven bij de schooldirecteur. 
25
Logopedie Alle jongste kleuters die naar groep twee gaan, worden in mei of juni onderzocht door de schoollogopediste van de gemeente Raalte. Ook kinderen uit de groepen 2, 3 en 4 die op de lijst voor controle staan, worden in die periode door haar gecontroleerd. U krijgt altijd schriftelijke informatie over het onderzoek met, indien nodig, verwijzing naar particuliere logopedie. Jeugdgezondheidszorg De Jeugdgezondheidszorg is een voortzetting van de zorg op het consultatiebureau. De Jeugdgezondheidszorg richt zich op het bevorderen van een gezonde groei en ontwikkeling van kinderen. Een jeugdgezondheidsteam bestaat uit een jeugdarts, doktersassistente, jeugdverpleegkundige en een tandheelkundig preventief medewerker. Op de basisschool wordt uw kind in groep twee en in groep zeven onderzocht. Wanneer u vragen heeft of wanneer u advies of meer informatie over de Jeugdgezondheidszorg wilt, dan kunt u contact opnemen met de GGD, ook als uw kind niet “aan de beurt” is voor een onderzoek. (zie ook www.rijv.nl) Op onze school houdt jeugdverpleegkundige Anneke Deuling maandelijks een inloopspreekuur waarop u haar kunt spreken . Zie voor meer informatie en data de schoolwebsite. Centrum Jeugd en Gezin (CJG) Met uw zorgen en/of vragen rond opvoeding en gezin of andere zorgen in de gezinssituatie, zoals geld- of relatieproblemen kunt u terecht bij het Centrum voor Jeugd en Gezin. Er is elke donderdagmiddag een inloopspreekuur. Zie voor contactgegevens de schoolkalender. Zorg in de kleuterklas Bij de kleuters hanteren we het volgsysteem KIJK. Binnen dit volgsysteem worden de volgende ontwikkelingslijnen gevolgd: Zelfbeeld Relatie met volwassen Relatie met andere kinderen Speel - en werkgedrag Taakgerichtheid en zelfstandigheid Grote motoriek Kleine motoriek Tekenontwikkeling Visuele waarneming Auditieve waarneming Mondelinge taalontwikkeling Beginnende geletterdheid Lichaamsoriëntatie Ruimtelijke oriëntatie
26
Tijdsoriëntatie Beginnende gecijferdheid Logisch denken We werken op de volgende manier met KIJK: Vanuit observaties van gedrag en het resultaat van opdrachten en werkjes worden deze ontwikkelingslijnen bijgehouden per kind. Vanuit een analyse van deze administratie wordt vijf keer per jaar consequenties voor het aanbod bepaald. Hierdoor ontstaat een rijk en doordacht aanbod, passend bij de ontwikkeling van de kinderen. Dit aanbod bestaat uit instructie en werkjes ‘ op maat’ op drie verschillende niveaus: basisgroep, risicogroep en een plusgroep. Per groep wordt binnen groepsplannen gewerkt aan specifieke doelen. Voor elke vakantie worden de plannen per subgroep geëvalueerd. Na elke vakantie worden nieuwe groepsplannen, nieuwe subgroepen en nieuwe doelen vastgesteld.
27
HOOFDSTUK 6 – OPBRENGSTEN EN RESULTATEN De opbrengsten van het onderwijs meten we met behulp van methode gebonden toetsen. De toetsen worden in eerste instantie door de leerkracht geanalyseerd. Op basis van de gerealiseerde opbrengst worden vervolgactiviteiten ingepland voor kinderen die nog niet kunnen voldoen aan normering van de toets. Eens per zes weken wordt een overzicht van alle gemaakte methodetoetsen besproken door de internbegeleider en leerkracht. Vanuit deze analyse worden oorzaken van tegenvallende opbrengsten in kaart gebracht en eventuele consequenties bepaald voor het verdere onderwijsaanbod. De opbrengsten van het onderwijs meten we tevens met behulp van methode onafhankelijke toetsen LVS-Cito voor de vakgebieden taal, spelling, rekenen en lezen. We vergelijken de opbrengsten van onze school binnen analyses met het landelijk gemiddelde, Cito-normeringen en het inspectiekader. Deze toetsen worden binnen de jaarkalender ingepland en de afname wordt door de internbegeleider bewaakt. Het groepsresultaat wordt binnen een vergadering besproken. De consequenties voor het aanbod op groepsniveau worden schriftelijk vastgelegd door de leerkracht in een groepsplan. (zie hoofdstuk 7). Aanpassingen binnen het aanbod op groepsniveau worden geëvalueerd tijdens de reguliere besprekingen tussen groepsleerkracht en internbegeleider. Voor risicokinderen worden de effecten van zorg wekelijks schriftelijk vastgelegd. Op schoolniveau wordt in groep 7 jaarlijks een entreetoets afgenomen. De resultaten van deze toetsen worden tijdens een teamvergadering besproken en vergeleken met de eigen opbrengstdoelen en landelijke gemiddelden. Op basis van deze bespreking worden conclusies voor het aanbod nader vastgesteld. Hierbij wordt een verschil gemaakt tussen structurele aanpassingen (hiaten binnen methode of aanbod) en tijdelijke aanpassingen (hiaten bij deze kinderen door bijzondere omstandigheden). In groep acht wordt jaarlijks de Cito-eindtoets afgenomen. De analyse van de eindtoets gebeurt tijdens een teamvergadering. De opbrengsten worden vergeleken met de eigen opbrengstdoelen en landelijke gemiddelden. Hierbij wordt geëvalueerd of aanpassingen binnen het aanbod naar aanleiding van de besprekingen van de entreetoetsen voldoende effect hebben gehad. Tevens vindt nadere analyse plaats van onderdelen die niet volgens verwachting scoren. De opbrengsten van de Cito-eind toets moeten tenminste gemiddeld scoren in relatie tot andere scholen in de scholengroep. Tijdens overleg tussen leerkracht, schooldirecteur en internbegeleider worden tenminste tweemaal per jaar de groepsscores van de methodeonafhankelijke toetsen en de behaalde streefdoelen (tussendoelen) besproken. Hierbij worden overzichten van trendanalyses bij betrokken. Op basis van de analyse worden nieuwe groepsplannen inhoudelijk vastgesteld. Afspraken die voortvloeien uit het bespreken van opbrengsten van toetsen (op leerkracht-niveau en teamniveau) worden door de internbegeleider schriftelijk vastgelegd en gecontroleerd.  In de afgelopen drie jaar – sinds de fusie van Hartkamp en Ieme – hebben we hard gewerkt aan het verbeteren van opbrengsten. In onderstaand overzicht kunt u zien dat dit is gelukt. Onze tussen- en eindopbrengsten voldoen (meer dan) aan de eisen van de onderwijs. Tijdens het laatste schoolbezoek van de onderwijsinspectie is dit tevens bevestigd. Zie hiervoor het verslag op www.onderwijsinspectie.nl groen = boven de inspectienorm oranje = op of net boven de ondergrens inspectienorm rood = onder de inspectienorm
28
groen = boven de inspectienorm oranje = op of net boven de ondergrens inspectienorm rood = onder de inspectienorm
groep 2 taal rekenen
2011-2012 2012-2013
2013-2014
2014-2015
groep 3 rekenen spelling DMT leestempo leestechniek woordenschat
2011-2012 2012-2013
2013-2014
2014-2015
groep 4 begrijpend lezen rekenen spelling DMT leestempo leestechniek woordenschat
2011-2012 2012-2013
2013-2014
2014-2015
groep 4 begrijpend lezen rekenen spelling DMT leestempo woordenschat
2011-2012 2012-2013
2013-2014
2014-2015
29
DMT leestempo woordenschat groep 6 begrijpend lezen rekenen spelling leestempo woordenschat
2011-2012 2012-2013
2013-2014
2014-2015
groep 7 begrijpend lezen rekenen spelling leestempo woordenschat
2011-2012 2012-2013
2013-2014
2014-2015
groep 8 begrijpend lezen rekenen spelling leestempo woordenschat
2011-2012 2012-2013
2013-2014
2014-2015
eindtoets groep 8
2011-2012 2012-2013
2013-2014
2014-2015
Uitstroomgegevens groep acht naar Voortgezet Onderwijs – juli 2015 Aantal kinderen
VMBO BB VMBO KB VMBO-GT--HAVO HAVO -VWO
4 3 6 6
30
VAKANTIEROOSTER
Eerste schooldag: maandag 17-08-2015 Groep 1-4 Groep 5-8
Berekening totaal aantal uren uren totaal bijtelling ma 29 februari (alleen in schrikkeljaar) bijtelling wo 30 sept 15 (indien op werkdag) Totaal beschikbare uren Herfstvakantie Kerstvakantie Krokusvakantie
ma 19-10-2015
t/m
vr 23-10-2015
ma 21-12-2015
t/m
vr 01-01-2016
ma 29-02-2016
t/m
vr 04-03-2016
25x52 1300,00
25x52 1300,00
5,25 4,00 1309,25
5,25 4,00 1309,25
25,00 50,00 25,00
25,00 50,00 25,00
10,50 4,00 50,00 5,25 125,00 7,00 1,75 21,25 1,75 5,25 1,75 333,50 1309,25 333,50 975,75
10,50 4,00 50,00 5,25 125,00 7,00 1,75 21,25 1,75 5,25 1,75 333,50 1309,25 333,50 975,75
carnaval is weekend 06 + 07-02-2016
Pasen Koningsdag Meivakantie Pinksteren Zomervakantie Stoppelheane vrije vr. middag voor kerstvak. studiedagen foekepotten na Carnaval studiedag De Mare 11 april vrije middag voor zomervak.
vr 25-03-2016
t/m
ma 28-03-2016
t/m
vr 13-05-2016
t/m
vr 26-08-2016
wo 27-04-2016 ma 02-05-2016 ma 16-05-2016 ma 18-07-2016
alleen donderdagochtend naar school 16/9, 18/11, 20/1, 22/6, 29/3
Totaal uren vakantie Totaal aantal uren Totaal uren vakantie Resteert
31
32