Vzw Ondersteuningsstructuur Bijzondere Jeugdzorg
[email protected] - www.osbj.be
Cognitieve ontwikkeling/schoolfunctioneren en dagbesteding Definitie In deze dimensie wordt bijzondere aandacht gegeven aan de schoolse vaardigheden en de problemen die zich hier kunnen voordoen. Voor adolescenten komen hier ook werkvaardigheden bij. Ook het invullen van vrije tijd komt aan bod. Voor jonge kinderen gaat het om de senso-motorische en de cognitieve ontwikkeling. (dit is o.a. ontwikkeling van communicatie, spraak en taal).
Indicatoren Cognitieve ontwikkeling/onderwijs en dagbesteding heeft betrekking op: • Voor de heel jonge kinderen handelt dit domein over: o de senso-motorische en cognitieve ontwikkeling van het kind o interesse kind in omgeving (zowel beeld als klank) • Voor jonge kinderen: o spel en samenspel (variatie, afspraken kunnen naleven&) o taal en spraak (verstaanbaarheid van het kind buiten het gezin, voldoende woorden kennen en uitspreken,&) o concentratie (voor het uitvoeren van verschillende taken&) o motoriek • Vanaf schoolleeftijd - De schoolse vaardigheden van de minderjarige en de mogelijke moeilijkheden hierbij o geen schoolachterstand (dubbelen) o schoolprestaties o geen leermoeilijkheden of –stoornissen o voor adolescente minderjarigen komt hier nog mogelijks de werkvaardigheden bij -
De inzet van de minderjarige voor de schoolse taken o regelmatig naar school gaan o graag naar school gaan door kind (relatie met andere klasgenootjes, sterktes en zwaktes van het kind) o positieve sociale relaties op school (zelden klas uit, geen conflicten...) o tevredenheid over schoolprestaties o deelname schoolactiviteiten (ook na schooluren)
-
Aantal schoolwisselingen
-
De vrije tijdsbesteding o zinvolle invulling (geen verveling, clubverband, vrije tijd kunnen invullen...) o gezamenlijke vrije tijdsinvulling met opvoedingsverantwoordelijken o speciale vaardigheden of interesses
Band met gezin van herkomst en ruimere sociale omgeving (vanaf 10j: gezin en sociale relaties) Definitie Deze dimensie geeft aandacht aan de emotionele band met het gezin van herkomst en de ruimere sociale omgeving alsook aan beschermende versus risicofactoren voor de ontwikkeling van de kinderen/jongeren op dit terrein. 1
Indicatoren • Voor alle leeftijden o Continuïteit in de zorg voor het kind - het kind heeft minstens 1 continue relatie (een blijvende steun ook in stresssituaties) met een volwassene. - er zijn geen frequente onderbrekingen in de zorg (scheidingen tussen kind en ouderfiguren) door plaatsingen langer dan 1 week van kind bij bv verwanten, vrienden, ziekenhuis, instelling. - er zijn een beperkt aantal verschillende zorgfiguren voor het kind over zijn levensloop heen. o
Het kind heeft de mogelijkheid om een hechte emotionele band met op zijn minst één volwassene (ouder/ouderfiguur/opvoeder) te ontwikkelen
o
Het kind heeft regelmatig contact met familie
• Vanaf 10 jaar: bijkomend: o Vriendschapsrelaties: aanwezigheid en kwaliteit ervan? • Vanaf 14 jaar: bijkomend: o Vriendschaps- én (evt) partnerrelatie: aanwezigheid en kwaliteit ervan?
Emotionele en Gedragsontwikkeling Definitie Deze dimensie peilt naar de aspecten van interne ontwikkeling van de jongere en of het gedrag van de jongere overeenstemt met de ontwikkelingstaken.
Indicatoren We kijken naar aspecten van positieve ontwikkeling op gedragsmatig en emotioneel vlak m.n. mogelijke gebieden: slaap- en voedingspatronen, activiteitsniveau, fitheid, frustratie-tolerantie, concentratie, aanpassingsvermogen, sociale interactie (oogcontact, bevestiging zoeken, vertrouwen in volwassenen, fysiek contact), emoties van anderen afleiden, morele ontwikkeling, niet voorkomen van fysieke mishandeling, emotionele verwaarlozing noch seksueel misbruik, geen agressie (noch naar zichzelf noch naar anderen), geen angsten noch zorgen, geen impulsief / oppositioneel / normoverschrijdend / antisociaal gedrag.
Identiteitsontwikkeling Definitie In deze dimensie wordt aandacht gegeven aan de zelfwaardering door kind of jongere. Speciale aandacht dient te gaan naar de bijzondere situatie van het 'in begeleiding zijn' en indien de jongere niet meer thuis woont de relaties met de familie van herkomst.
2
Indicatoren • Voor alle leeftijden Voorwaarden om een zelfbewustzijn en een eigen identiteit te ontwikkelen zijn voldoende aanwezig: o mate van bewustzijn van eigen invloed o mate dat er persoonlijke gegevens worden bijgehouden (fotoboek, levensboek,&) o mate waarin een link is met gezin van herkomst (taal, cultuur,&.) o aanwezigheid van positieve rolmodellen • Vanaf 5 jaar: o kind/jongere ontwikkeld voldoende zelfbewustzijn en eigen identiteit - mate waarin hij zijn persoonlijke gegevens kent (naam, leeftijd, geslacht, adres, familiegegevens,&) o het kind/jongere staat positief tov huidige en of toekomstige leefsituatie - mate waarin hij positief en realistisch staat tegenover zijn huidige situatie - mate waarin hij positief en realistisch staat tegenover zijn persoonlijke toekomst - mate waarin hij positief over zichzelf praat tegen anderen - mater waarin hij plannen heeft over de toekomst o het kind/jongere heeft een positief zelfbeeld - mate waarin hij positief zichzelf beschrijft - mate waarin hij tevreden is over zichzelf (school, relaties, lichaam, fysieke mogelijkheden,&) • Vanaf 10 jaar: Kind/Jongere begrijpt huidige leefsituatie en kan deze verwoorden o mate waarin hij de gegevens kent van de omgeving (familie) o mate waarin hij begrijpt waarom hij gevolgd wordt door comité of JRB • Enkel als kind niet bij biologische ouder woont: Het kind/jongere weet waar hij vandaan komt o mate van openheid bij jongere over gezin van herkomst (kan erover gesproken worden, reden van niet bij biologische ouders wonen) o mate waarin een link is met gezin van herkomst (taal, cultuur, godsdienst,&) o mate waarin er kennis is over het gezin van herkomst (taal, cultuur, godsdienst,&)
Gezondheid en lichamelijke ontwikkeling Definitie Centraal staat qua gezondheid: de groei en de ontwikkeling van het kind/de jongere, de behandeling van eventuele gezondheidsproblemen en handicaps, de bescherming van het kind/jongere tegen gebeurlijke ongevallen en informatie naar de kind/jongere toe over hoe hij gezond kan blijven. Binnen deze topic is het tevens belangrijk aandacht te schenken aan voeding, tandverzorging, persoonlijke hygiëne, lichaamsbeweging en sport bij kinderen; aangevuld met roken, alcoholgebruik, bescherming tegen zwangerschap en seksueel overdraagbare ziekte bij adolescenten en jongvolwassenen.
Indicatoren o
o
o
Het kind / de jongere heeft een goede gezondheid. - geen problemen met zicht en gehoor - geen chronische gezondheidsproblemen Er is tevredenheid over het gewicht/de grootte van het kind / de jongere. - zijn lengte, gewicht en seksuele groei min of meer in overeenstemming met wat je mag verwachten voor die leeftijd Het kind / de jongere heeft een veilige gezonde levensstijl (is zich bewust van het belang en neemt de nodige voorzorgen) 3
-
goede voedingsgewoontes goede slaapgewoontes tandhygiëne frequente lichaamsbeweging geen verslaving (alcohol, drugs, roken) voldoende veiligheid in en om de thuisomgeving 10-18j seksuele voorlichting en Soa-preventie
Sociaal voorkomen Definitie Sociaal voorkomen heeft betrekking op zowel de fysieke verschijning als de sociale vaardigheden van de jongere.
Indicatoren • Voor alle leeftijden Het kind / de jongere ziet er verzorgd uit o mate waarin kledij ververst en verzorgd wordt o voldoende tijd voor verzorgingsmomenten • Vanaf 3 jaar: Het kind leert elementaire beleefdheidsregels • Vanaf 5 jaar: o mate waarin het kind doeltreffend leert om beleefd te zijn/beleefd is o het kind/de jongere kan zich goed verstaanbaar maken naar andere (binnen en buiten familiekring) o het kind kan zich, rekening houdend met zijn/haar leeftijd, passend gedragen in verschillende contexten, in een toenemende waaier van situaties.
Zelfzorgvaardigheden Definitie Zelfzorg verwijst naar de maatschappelijke gebieden waarop het kind of de jongere competent handelt.
Indicatoren Het kind wordt aangemoedigd zelfstandig te zijn (vanaf 1 jaar) en is voldoende zelfstandig voor zijn leeftijd op verschillende terreinen. Er is een juist evenwicht tussen leeftijd en zorgtaken (geen parentificatie).
• Vanaf 2 jaar: o zeggen natte of vuile broek/ droog-zindelijk zijn o eten met lepel/ uit tas drinken o helpen opruimen speelgoed • Vanaf 3 jaar: o op potje of toilet plassen/ontlasting doen o eten met vork/lepel, drinken zonder morsen 4
o o
kleren uitdoen bezittingen herkennen
• Vanaf 6 jaar: o begrijpen dat hete voorwerpen, elektrische fittingen, stopcontacten gevaarlijk zijn o begrijpen dat het onveilig is om lift of eten/geld van vreemde aan te nemen • Vanaf 7 jaar: o telefoon beantwoorden / zelf andere mensen opbellen o veilig de straat oversteken /zich aan verkeerslichten houden • Vanaf 8 jaar: o met kleine hoeveelheden geld omgaan o het onderscheid tussen links en rechts kennen • Vanaf 10 jaar: o Lichaamsverzorging - kleine schrammetjes verzorgen/medicatie op juiste manier innemen/thermometer gebruiken - tanden poetsen zonder dat iemand dat zegt - vanaf 14 jaar: uiterlijk verzorgen zonder dat iemand zegt o Huishouden - tafel dekken en afruimen - fornuis, keukenapparaten gebruiken - vanaf 12 jaar: bed opmaken en verschonen - vanaf 14 jaar: - vaat doen, maaltijd bereiden, boodschappen doen - kamer schoon maken - kledij wassen, strijken - klusjes opknappen (een lekke band herstellen) o Andere dingen - geld omgaan/geld sparen/plannen van kleine uitgaven / klusjes doen voor zakgeld - brandweer, ziekenwagen, politie bellen in noodsituaties - telefoonboek / computer gebruiken - vanaf 14 jaar: - ontvangen post doorlezen en begrijpen - bankverrichtingen doen/ rekeninguittreksel lezen, klasseren - met openbaar vervoer reizen - actualiteit volgen - afspraak met arts maken - naar bioscoop/ theater/ optreden/ restaurant gaan • Voor jongeren die werk zoeken: o werk zoeken /aanbiedingen bekijken/ interim bureau contacteren/ arbeidsbemiddelaar bezoeken o sollicitatiebrief schrijven/ firma binnen stappen en naar werk vragen / telefonisch solliciteren • Voor jongeren die zelfstandig gaan wonen: o weten hoe je jezelf kan beschermen tegen diefstal o weten hoe je info over leefloon kan krijgen o weten waar je hulp kan krijgen als je voor de rechtbank moet komen o weten waar je voorbehoedsmiddelen of info daarover (of over zwangerschap) kan krijgen o weten waar je documenten zoals geboorteakte uittreksel van bevolkingsregister en rijksnummer kan verkrijgen
5