School voor Christelijk Basisonderwijs in Stromenwijk en Griffioen. postadres: Mosselkreekstraat TG Middelburg tel:

School voor Christelijk Basisonderwijs in Stromenwijk en Griffioen

postadres:

Mosselkreekstraat 1 tel: 0118 650251

4335 TG Middelburg

dislocatie: (tijdelijk)

Beneluxlaan 14 tel: 0118 613871

4334 GJ Middelburg

email: [email protected] website: www.vco-cederhof.nl

cederhof

0

Inhoudsopgave Schoolgids 2013 / 2014 A. - Een woord vooraf. - De Vereniging Christelijk Onderwijs - de V.C.O. Missie en Visie - Algemene onderwijszaken - Adressen Bestuur-V.C.O

blz. 2 3 5 7 18

B. 1. De Cederhof.

blz

2. Waar de school voor staat.

blz. 23

3. De organisatie van het onderwijs

blz. 25

20

-Missie en visie -pedagogisch klimaat en didactisch handelen - groep 1 en 2 - teamsamenstelling - groepsorganisatie

.

4. De zorg voor de kinderen.

blz. 29

5. Contacten ouders – school

blz. 36

- Zorgtraject - Rapportage - uitstroom groep 8 naar Voortgezet Onderwijs - Schakelklas - Brede School Academie - Kindgerichte contacten - Schoolgerichte contacten - Medezeggenschapsraad

6. Algemene zaken:

blz. 39

- schooltijden en gymrooster - vakantierooster en studiedagen - Schoolreizen en overblijven - buitenschoolse opvang -JeugdGezondheidsZorg-team - Vrijwillige ouderbijdrage

7. Namen en adressen. 8. Kalender.

blz. 47

- aug. 2013 t/m sept.. 2014

1

een woord vooraf Waarom een schoolgids voor ouders? Voor u ligt de schoolgids van een van de scholen van de Vereniging voor Christelijk Onderwijs Middelburg (VCO). Met deze schoolgids willen wij u informeren over allerlei zaken die met onze scholen te maken hebben. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft aangegeven dat ouders recht hebben op informatie en stelt het uitgeven van een schoolgids voor iedere school verplicht. Bij deze informatie gaat het niet alleen om de belangrijke adressen of schooltijden, maar ook om welke uitgangspunten en doelstellingen de school hanteert, welke organisatie binnen de school daar uitvoering aan moet geven, hoe de resultaten van leerlingen worden vastgesteld en met ouders worden besproken en vooral hoe de school reageert op de resultaten van de leerlingen en welke hulp geboden kan worden als extra zorg noodzakelijk blijkt te zijn. Misschien dat deze schoolgids uw eerste kennismaking met de school wordt; misschien zit uw kind al op een VCO-school. In alle gevallen hopen wij dat deze gids u die informatie geeft die u wenst.

procedure schoolgids Bij de samenstelling van de schoolgids door het team van elke VCO-school zijn de aandachtspunten van de inspectie in acht genomen. Na de samenstelling is de schoolgids aan de medezeggenschapsraad van de school voorgelegd. De medezeggenschapsraad heeft instemmingbevoegdheid bij de vaststelling van de schoolgids. Tot slot heeft het bestuur de schoolgids vastgesteld en naar de inspectie verzonden ter goedkeuring. Ouders/verzorgers die hun kind willen laten inschrijven, ontvangen de schoolgids tijdens het intakegesprek. De overige ouders ontvangen de schoolgids vlak voor of direct na de zomervakantie.

2

de Vereniging voor Christelijk Onderwijs de VCO De Vereniging voor Christelijk Onderwijs Middelburg is opgericht in 1969. Het ontstaan vloeide voort uit een fusie van een aantal verenigingen tot instandhouding van christelijke scholen voor gewoon lager onderwijs in Middelburg. De VCO beheert momenteel vier scholen in Middelburg, een in Arnemuiden en een in Sint Laurens. De vereniging telt dus zes basisscholen: Acaciahof Cederhof Cypressenhof Oleanderhof Palmenhof Wilgenhof De scholen die de VCO beheert behoren tot het "bijzonder onderwijs". Het basisonderwijs kent twee hoofdrichtingen, welke beide worden bekostigd door het Rijk (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap): 1. het openbaar onderwijs, met algemene uitgangspunten 2. het bijzonder onderwijs, met eigen uitgangspunten, zoals bijvoorbeeld bij § christelijke scholen § joodse scholen § islamitische scholen § vrije scholen. De scholen in het bijzonder onderwijs vallen onder een stichting of vereniging (als de VCO). Overigens worden tegenwoordig ook vele openbare scholen niet meer rechtstreeks door de gemeente beheerd, maar door een daartoe in het leven geroepen bestuursorgaan. Het bijzonder onderwijs gaat altijd uit van een stichting of vereniging, met eigen, in statuten vastgelegde uitgangspunten. Door de verenigingsvorm van de VCO kan elk lid van deze vereniging mede invloed uitoefenen op een te voeren beleid, afgestemd op de statuten. Het uitgangspunt van de VCO is vastgelegd in artikel 2 van de statuten: De vereniging aanvaardt als richtsnoer voor haar handelen de Bijbel als Gods Woord naar het belijden van de Apostolische Geloofsbelijdenis. Het personeel van de VCO-scholen is in dienst van de vereniging en wordt door (of namens) het bestuur daarvan benoemd en ontslagen.

3

Wijzigingen VCO – bestuur / algemeen: Momenteel verkeren de fusieonderhandelingen met de vereniging PC/RK onderwijs Perspectief Vlissingen in een afrondingsfase en het streven is om met ingang van 1 januari 2014 samen verder te gaan als Stichting Christelijk Primair Onderwijs Middelburg/Vlissingen. Tot 1 januari 2014 heeft het bestuur de uitvoerende taken opgedragen aan de interim-manager de heer T.R. Landman. Het postadres van de vereniging wordt voorlopig: Alexander Gogelweg 65, 4384 EV Vlissingen telefoonnummer : 0118-650232. e-mailadres [email protected]

Bestuur Vereniging voor Christelijk Onderwijs Middelburg naam adres telefoon Mr. Drs. J.A. de Visser Noordweg 268 a 628923 4333 GP Middelburg Chr. Janse De Schone Waardin 17 602058 4341 LH Arnemuiden H. Kiel J. Brasserstraat 2 635200 4333 AM Middelburg Ir. T. Tuinhof mw. C Klooster

Punt 5 4332 AB Middelburg Nadorstweg 8a 4333 AM Middelburg

640126

functie voorzitter penningmeester secretaris, onderwijskundige zaken bouw- en onderhoud, wnd. voorzitter

0610983727

Lidmaatschap van de VCO Zijn ouders verplicht om lid te worden van de VCO? Nee, dat zijn ze niet! Toch is het goed om het lidmaatschap te overwegen. Bijzonder onderwijs staat of valt met de inbreng van de ouders, christelijk onderwijs in het bijzonder. Christelijk onderwijs is geen vanzelfsprekende zaak. We hebben daar met elkaar voor gekozen, we zullen daar met elkaar voor moeten zorgen. Mocht u lid willen worden, maakt u dan gebruik van het op school te verkrijgen aanmeldingsformulier. U kunt dit op school afgeven. De school zorgt voor verzending naar het bestuursbureau. U wordt dan automatisch uitgenodigd voor de (jaarlijkse) algemene ledenvergadering. Uw komst en meedenken wordt zeer op prijs gesteld. Ouders die geen lid willen worden, zullen benaderd worden met het verzoek of zij misschien begunstiger willen worden. Zij worden dan om een bijdrage gevraagd, gelijk aan de contributie voor het lidmaatschap. Voor alle duidelijkheid: § Het lidmaatschap van de VCO staat los van de medezeggenschapsraad van elke VCO-school. § De contributie voor de VCO (minimaal Є 20,00) staat los van het schoolfonds.

4

Missie en Visie van de VCO Missie De VCO Middelburg is een vereniging die primair onderwijs in de gemeente Middelburg verzorgt vanuit een christelijke identiteit.

Visie De missie is uitgewerkt in de visie op onderwijs, welke als volgt is beschreven: a. De Bijbel als het Woord van God is de basis voor de christelijke visie op de mens en de samenleving, samengevat in het grote gebod "God lief te hebben boven alles en de naaste als onszelf" (Matth. 22: 37 t/m 39). b. De leerling staat centraal in de school en wordt vanuit het christelijk perspectief begeleid in de ontwikkeling van de eigen kansen en mogelijkheden op cognitief, sociaal-emotioneel en creatief gebied. c. De school is de plaats waar leerlingen en personeelsleden samenwerken en samenleven, met respect en aandacht voor elkaar en de wereld om hen heen, als beelddragers van God. Uitgewerkt naar de dagelijkse onderwijspraktijk zijn missie en visie, vertaald in de kernkwaliteiten: 1. De leerling, de jonge mens tussen vier en twaalf jaar, staat in de school centraal. 2. In de omgang van personeelsleden met leerlingen en ouders zijn Bijbelse normen en waarden de inspiratiebron. 3. De school verbindt de christelijke identiteit aan een pedagogische visie. 4. Personeelsleden kennen de christelijke identiteit van de school en handelen daar naar uit persoonlijke overtuiging. De VCO hecht, vanuit de levensbeschouwelijke identiteit, belang aan het bieden van een veilig en positief klimaat, waarin respect en waardering voor elkaar van belang zijn, zonder onderscheid naar ras, geloof of sekse. De school kent, vanuit het perspectief van Gods liefde, waarin ieder uniek schepsel opgenomen mag worden, een open toelatingsbeleid van leerlingen. Dit leidt tot een verscheidenheid aan gezinnen en gezindten waaruit leerlingen afkomstig zijn. Toch is er, door het christelijke levensperspectief, eenheid in verscheidenheid. Op het aanmeldingsformulier, dat ouders/verzorgers bij de inschrijving van een leerling invullen, wordt de voorwaarde gesteld dat grondslag en doelstelling van de vereniging worden onderschreven of gerespecteerd.

5

Samen met de ouders/verzorgers heeft het personeel de taak de leerlingen te begeleiden in de ontwikkeling tot weerbare en mondige mensen. In het onderwijs wordt rekening gehouden met aard, aanleg, tempo en ontwikkelingsniveau van de leerling. Kennisoverdracht vindt plaats in vertellen en toelichten van Bijbelverhalen, het gebed en het aanleren van psalmen en liederen. Overdracht en naleving van waarden en normen krijgen aandacht in de verantwoordelijkheid van mensen - geschapen naar Gods beeld en gelijkenis (Gen. 1:27) - ten opzichte van zichzelf, de naaste en de wereld waarin zij wonen. De Bijbel die op school in de verschillende jaren door leerlingen wordt gebruikt krijgen zij aan het einde van het achtste leerjaar mee bij het verlaten van de school. Aan overleg op school over de christelijke identiteit wordt door personeelsleden actief deelgenomen. In de benoemingsprocedure is dit opgenomen en bij functioneringsgesprekken komt dit ter sprake. De onderwijskundige doelen, de organisatie van het onderwijs, het pedagogisch klimaat, de gevolgde methoden, de vieringen van christelijke feestdagen en de uitwerking van grondslag en doelstelling van de VCO staan in een school- en activiteitenplan omschreven. Eens in de vier jaar wordt er een nieuw schoolplan geschreven. In het personeelsbeleidsplan is een gedragscode opgenomen voor de contacten met leerlingen, collega's en ouders. In kwaliteitsonderzoeken hebben personeel, ouders en leerlingen de gelegenheid zich hierover uit te spreken.

6

Algemene onderwijszaken Toelatingsvoorwaarde leerlingen De ouders/verzorgers van leerlingen dienen persoonlijk in te stemmen met de grondslag en doelstelling van de school dan wel te verklaren deze beide te respecteren. Als een kind drie jaar en tien maanden is, mag het op school komen kennismaken. (Dit is de wettelijke regel). In overleg met de betreffende leerkracht mag dat maximaal vijf keer. Zodra een kind vier jaar is, mag het elke dag naar school. Er is op de VCO-scholen nog steeds een leeftijdgebonden systeem, waarbij de leeftijd bepaalt in welke groep een kind zit. De cruciale datum daarbij is 1 oktober. Alle vierjarigen, die op of na 1 oktober op school komen, zitten vanaf dat moment in groep 0. Mocht blijken dat een leerling zijn leeftijd ver vooruit is, dan wordt overleg gepleegd met de ouders. Nadat ouders/verzorgers blijk hebben gegeven belangstelling te tonen voor een VCOschool, worden zij uitgenodigd voor een gesprek. Tijdens dit gesprek mogen de ouders een kijkje nemen in de school, de sfeer proeven en ontvangen zij de volgende informatie: Schriftelijk:

- de schoolgids - één van de laatste ouderkranten

Mondeling:

- wat we verstaan onder christelijk onderwijs - onderwijskundige zaken * groepsindeling * methodes * onderwijstijden etc. - contacten ouders / school - informatie over de VCO

De directeur van de school ontvangt globale informatie over de aanstaande leerling. Tijdens het gesprek gaat het er voor de directeur vooral om met wat voor aanstaande leerling hij te maken heeft. Er wordt onderscheid gemaakt in zes categorieën: 1. Een broer of zus van een al ingeschreven leerling 2. Het oudste kind uit een gezin dat voor het eerst de basisschool gaat bezoeken 3. Een leerling die door verhuizing binnen de wijk is komen wonen 4. Een leerling die niet verhuist, al een andere school bezoekt en overgeplaatst wil of moet worden 5. Een leerling die teruggeplaatst wordt van een school voor speciaal onderwijs 6. Een kind dat aangemeld wordt in het kader van de Wet op Leerling-Gebonden Financiering (LGF) Bij de leerling uit de categorieën 1 en 2 wordt de informatie met de ouders verder uitgediept en wordt het aanmeldingsformulier doorgenomen. Bij twijfel kan er, met goedkeuring van de ouders, nog extra informatie bij derden ingewonnen worden (hulpinstanties, Medisch Kinderdagverblijf, etc.). Ouders dienen hiervoor wel een verklaring voor te ondertekenen. 7

Bij een leerling uit categorie 3 wordt, naast bovenstaande, ook contact gelegd met de vorige school. Bij een leerling uit categorie 4 wordt direct na het informatiegesprek contact gelegd met de directeur van de school die de leerling wil verlaten. Pas als dat een bevredigend antwoord oplevert kan het intakegesprek plaatsvinden. Bij een leerling uit categorie 5 zal de nodige voorzichtigheid in acht genomen worden en zal het schoolteam zich de volgende vragen moeten stellen: a. Is ons onderwijs de juiste vorm voor deze leerling? b. Hoe vangt het team, maar ook de groep de leerling op? c. Wat vinden wij van de argumentatie van de ouders? Een afwijzing is geen zaak van de directeur; hier dient het bevoegd gezag over te beslissen. De directeur verschaft het bestuur (c.q. de verenigingsdirecteur) in een afwijzing dan ook de nodige informatie, zodat een weloverwogen besluit genomen kan worden. Bij een afwijzing stelt de directeur van de school de ouders schriftelijk op de hoogte: § de reden van de afwijzing wordt vermeld § in de brief wordt tevens vermeld hoe de ouders bezwaar kunnen aantekenen. Bij een leerling uit categorie 6 zal nog grotere voorzichtigheid in acht worden genomen. Een VCO-school wil in principe elke leerling helpen en toelaten, maar er moet wel ook aan de andere leerlingen worden gedacht. Daartoe zullen eerst de stappen ondernomen worden welke hieronder beschreven staan.

8

Leerlinggebonden financiering Met ingang van 1 augustus 2003 is de wet "Regeling leerlinggebonden financiering" (LGF-wet) van kracht. Deze wet heeft drie hoofddoelstellingen: § Het invoeren van leerlinggebonden financiering. Ouders kunnen kiezen of hun kind (bij een indicatiestelling) naar het regulier of naar het speciaal onderwijs gaat. § Het werken met onafhankelijke criteria. Een Commissie van Indicatiestelling (CVI) bepaalt aan de hand van landelijke criteria of een kind in aanmerking komt voor leerlinggebonden financiering. § Het totstandkomen van Regionale Expertise Centra (REC's). De deskundigheid van de speciale scholen wordt hierbij geborgd en vanuit de REC is ambulante hulp beschikbaar voor de school die onderwijs verzorgt aan een leerling met leerlinggebonden financiering. Het beleid van de VCO-scholen is gericht op onderwijs aan kinderen met verschillende onderwijsbehoeftes. De scholen willen zoveel mogelijk rekening houden met verschillen tussen kinderen. Elk kind is uniek en heeft dus ook unieke onderwijsvragen, waar we rekening mee houden. Ons onderwijs is zoveel mogelijk afgestemd op de onderwijsbehoeften van de leerling. Dit houdt in dat we ons onderwijs ook willen afstemmen op de onderwijsbehoeften van een kind met een handicap. De uitgangspunten van ons onderwijs staan daarbij centraal, dat wil zeggen dat we de drie basisbehoeftes van leerlingen als centraal uitgangspunt in ons onderwijs opgenomen hebben, behoefte aan relaties, competentie en autonomie. Ouders die een kind met een handicap op een VCO-school aanmelden, zullen vanuit die positieve intentie benaderd worden. Dat wil zeggen dat zo nauwkeurig mogelijk zal worden nagegaan wat de mogelijkheden van elke school zijn voor het verzorgen van onderwijs aan het desbetreffende kind. Bij dit onderzoek naar de mogelijkheden wordt van de volgende punten uitgegaan: § een kind heeft recht op onderwijs in de thuisnabije situatie, samen met andere kinderen uit de omgeving § een kind met een handicap heeft recht op integratie in het reguliere onderwijs § ouders hebben keuzevrijheid bij het kiezen van een school voor hun kind § de afweging of de school wel of niet onderwijskundig in staat is om het kind op te vangen, vindt plaats aan de hand van zo objectief mogelijke criteria, waarbij het in eerste instantie niet gaat om wat niet kan, maar om de mogelijkheden die er wel zijn § alle afwegingen zullen in een open communicatie met de ouders van het kind worden besproken § voor elk kind met een handicap, dat wordt aangemeld bij een VCO-school, wordt afzonderlijk bepaald welke mogelijkheden we hebben om het onderwijs aan dit kind op de betreffende school te verzorgen c.q. aan te passen § de zwaarte van de handicap in combinatie met de mogelijkheden van de school spelen een rol bij deze afweging § er zal gebruik gemaakt worden van externe ondersteuning als advies bij de afweging gewenst wordt geacht § er wordt gebruik gemaakt van een draaiboek, waarin de stappen in het afwegingsproces zijn beschreven. Dit draaiboek ligt op school ter inzage.

9

Besluitvormingsproces leerlinggebonden financiering Bij het afwegen of we het kind met LGF-financiering kunnen opvangen op een VCOschool maken we gebruik van een draaiboek. Hieronder worden de te nemen stappen verkort weergegeven. Deze stappen zijn uitgebreid terug te vinden in het draaiboek. Daarbij wordt uitgegaan van een positieve beschikking van de CVI, waardoor de indicatiestelling helder is. Stap 1. Gesprek met de ouders door de directeur, waarin de volgende gesprekspunten aan bod komen: - motivatie van de ouders - toelichting van de visie van de school - toelichting procedure - schriftelijke toestemming om informatie bij derden op te vragen Stap 2. Gegevens opvragen: De school vraagt gegevens over het kind op bij de ouders, huidige school en andere instanties die relevante informatie over het kind beschikbaar hebben. Alleen die informatie wordt opgevraagd die een rol speelt bij het in kaart brengen van de onderwijsbehoefte van een kind. Stap 3. Informatie bestuderen door directie, intern begeleider, leerkracht: De onderwijsbehoefte van het kind wordt in kaart gebracht aan de hand van de volgende aandachtspunten: - pedagogisch klimaat - didactisch klimaat - kennis en vaardigheden leerkracht - organisatie in de klas - organisatie van de school (o.a. leerlingenzorg) - gebouw, materiaal - externe ondersteuningsmogelijkheden Stap 4. Onderzoek naar de mogelijkheden van de school: Op basis van de verzamelde informatie is de onderwijsbehoefte in kaart gebracht. In dit stadium wordt nagegaan welke mogelijkheden de school heeft om het onderwijs aan het kind te verzorgen. Stap 5. Besluitvorming: Op basis van alle gegevens van het kind en inzicht in de mogelijkheden van de school, afgezet tegen de visie van de school, rekening houdend met de ondersteuningsmogelijkheden en inzet van extra middelen wordt een besluit genomen. Het besluit wordt genomen met instemming van het team en het bestuur. Stap 6. Gesprek met de ouders, waarbij het besluit van de school wordt besproken. Stap 7. Uitvoering van het besluit: - bij plaatsing: afspraken met ouders en team over het opstellen van het handelingsplan (binnen een maand) met vervangende (kern)doelen, inzet middelen, externe ondersteuning, aanpassing gebouw, organisatie. Deze afspraken wordt schriftelijk vastgelegd (plaatsing kan ook voorlopig zijn voor de tijd die is afgesproken). - bij afwijzing: inhoudelijke onderbouwing door de school door middel van een gesprek. De afwijzing wordt schriftelijk vastgelegd, waarbij alle argumenten op een rij worden gezet. 10

Dyslexieconvenant Zowel het primair onderwijs als het voortgezet onderwijs gaat op professionele wijze om met leerlingen waarbij sprake is van ernstige lees- en/of spellingsproblemen en/of dyslexie. Dit betekent dat deze leerlingen niet worden afgerekend op hun “handicap”. Dit is geen gunst maar een recht ! In april 2006 ondertekenden het primair onderwijs en het voortgezet het zgn. dyslexieconvenant. Dit convenant regelt de overdracht van gegevens van leerlingen die dyslectisch zijn of ernstige lees- en/of spellingsproblemen kennen. Voor leerlingen waar in het PO is komen vast te staan dat er sprake is van ernstige lees- en/of spellingsproblemen en/of dyslexie, wordt een dossier samengesteld met daarin nader omschreven documenten. Dit dossier wordt overgedragen aan het VO en door middel van een mondelinge toelichting voorzien van onderbouwende gegevens. Voordat de leerling de overstap maakt naar het VO is er voor alle partijen (PO/VO scholen, ouders en leerling) bekend op welke wijze door het VO maatregelen genomen worden. In geval van een dyslexieverklaring worden daarin onderscheiden een onderkennende, verklarende en indicerende diagnose. Uitgegaan wordt van de definitie zoals die door de Stichting Dyslexie Nederland wordt gehanteerd: “Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of het spellen op woordniveau”. De dyslexieverklaring is onbeperkt geldig en geeft als zodanig de daaraan gerelateerde rechten. (Deze rechten bestaan onder andere uit langere tijd voor het maken van examens en toetsen in het voortgezet onderwijs) De handelingsgerichte adviezen zijn echter aan verandering onderhevig en zullen bij het verlaten van de basisschool en in de loop van het VO bijgesteld moeten worden. Het ondertekende convenant regelt daarom de manier van overdracht van gegevens van bedoelde leerlingen bij de overgang van primair onderwijs naar voortgezet onderwijs. Dit protocol ligt ter inzage in de scholen van de VCO. Algemeen De ouders worden door de school nadrukkelijk betrokken in het totale proces. Dat wil zeggen dat zij goed op de hoogte zijn van de inhoud van alle stappen en dat zij tussentijds mondeling op de hoogte worden gehouden van de vorderingen. De school heeft binnen acht weken een besluit genomen, gerekend vanaf de aanmelding tot en met de mededeling aan de ouders over het besluit. Bij de besluitvorming over plaatsing spelen ook de grenzen van integratie een rol: - weigering van de ouders om de grondslag van de school te respecteren - de orde en veiligheid wordt te veel verstoord (kan een rol spelen bij gedragsproblematiek) - de verzorging en behandeling interfereert te veel in het onderwijs - het leerproces van andere kinderen wordt verstoord - er is gebrek aan opnamecapaciteit (De eerste en laatste overwegingen gelden niet speciaal voor kinderen met een handicap.)

11

SCHOOLMAATSCHAPPELIJK WERK

Wat kan schoolmaatschappelijk werk betekenen? Het schoolmaatschappelijk werk maakt samen met leerlingen, hun ouders en leerkrachten problemen inzichtelijk en bespreekbaar. Indien nodig legt het schoolmaatschappelijk werk contact met gespecialiseerde hulp buiten school in overleg met de betrokkenen.

De positie De schoolmaatschappelijk werker is in dienst van Maatschappelijk Werk Walcheren en heeft een eigen, onafhankelijke positie en verantwoordelijkheid. Vanzelfsprekend wordt de hulp afgestemd op de zorgstructuur van de school en andere vormen van (jeugd)zorg. Er vindt regelmatig overleg plaats met de zorgcoördinator of interne begeleider.

De taken • • • • • •

De schoolmaatschappelijk werker: Geeft advies en informatie aan leerlingen, ouders en leerkrachten. Biedt kortdurende hulp aan leerlingen en ouders bij vragen over of problemen met opgroeien, opvoeden en/of school. Leidt ouders en kinderen toe naar speciale en geïndiceerde vormen van zorg (indien nodig) en verzorgt de coördinatie. Ondersteunt interne leerlingbegeleiders en leerkrachten wanneer er signalen van zorg zijn over leerlingen. Neemt deel aan het Zorg- en Adviesteam/SMT en brengt specifieke deskundigheid in bij het in kaart brengen van een probleem en de mogelijke oplossingen.

De werkwijze De schoolmaatschappelijk werker zet signalen, problemen en eventuele eerdere hulp op een rij en inventariseert mogelijke invloeden op de leerling. In overleg met de leerling, de ouders en de school wordt een plan van aanpak opgesteld. De schoolmaatschappelijk werker heeft daarbij oog voor de omgeving en leefsituatie van de leerling en de ouders. Binnen de samenwerkingsrelatie tussen leerling, ouders en school is er aandacht voor de verschillende belangen en de privacy van de leerling en de ouders. De schoolmaatschappelijk werker van uw school is: Stephanie Huibregtse 06-24749669 [email protected]

12

Schorsing en verwijdering van leerlingen Schorsing van leerlingen wordt in het onderwijs gelukkig zelden toegepast. Een zeldzame keer wordt het gebruikt als ordemaatregel. De Wet op het Basisonderwijs geeft geen bijzondere voorschriften met betrekking tot schorsing. Schorsing kan gezien worden als een tijdelijke verwijdering. Een leerling kan van school verwijderd worden nadat het bevoegd gezag er voor zorg gedragen heeft dat een andere school bereid is het kind op te nemen. Alleen indien aantoonbaar gedurende acht weken zonder succes is gezocht naar een andere school voor basis- of speciaal onderwijs, kan tot definitieve verwijdering worden overgegaan. De procedure is als volgt: § Van een beslissing tot het verwijderen van een leerling worden de ouders/verzorgers schriftelijk op de hoogte gesteld, met vermelding van reden. § Tevens worden de ouders/verzorgers ervan op de hoogte gesteld binnen welke tijd en bij wie er bezwaar kan worden gemaakt. § Het bevoegd gezag dient, de ouders gehoord hebbende, binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift te reageren. Redenen tot verwijdering zijn: a. Voortdurend storend en/of agressief gedrag, waardoor de voortgang van het onderwijs wordt verstoord. b. De leerling vergt een onevenredig deel van de schoolorganisatie, waarbij niet of nauwelijks doelen worden bereikt. c. Bedreigend of agressief gedrag van de ouders/verzorgers van de leerling, waarbij herhaling niet is uitgesloten en waardoor gegronde vrees is ontstaan voor de veiligheid van het personeel en/of de leerlingen of voor de ongestoorde voortgang van het onderwijs.

Schoolverzuim 1. Ziek…., tandarts…., logopedist…. Als uw kind om welke reden dan ook niet (op tijd) naar school kan komen, ontvangen wij graag een berichtje. Dit kan ook in het belang van uw kind zijn! Horen wij niets, dan bellen wij u op. Wilt u verzoeken voor extra verzuim, bezoekjes aan specialisten onder schooltijd, zowel in het belang van uw kind als van de groep, zoveel mogelijk beperken?

13

2. Vakantieverlof Een verzoek voor vakantieverlof dient minimaal acht weken tevoren aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Vakantieverlof wordt alleen dan verleend, wanneer: wegens de specifieke aard van het beroep van één van de ouders, voogden of verzorgers het slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties om op vakantie te gaan. (Een werkgeversverklaring dient te worden overlegd waaruit blijkt dat geen verlof binnen de officiële schoolvakantie mogelijk is.) Dit verlof mag: - hooguit één maal per jaar worden verleend - niet langer duren dan tien schooldagen - niet plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar. 3. Verlof in verband met gewichtige omstandigheden Een verlof voor extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden voor maximaal tien schooldagen dient vooraf of binnen twee dagen na het ontstaan van de verhindering aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Onder gewichtige omstandigheden wordt verstaan: omstandigheden die buiten de wil van de leerling of ouders/verzorgers zijn gelegen. Enige voorbeelden van gewichtige omstandigheden zijn: a. het voldoen aan een wettelijke verplichting, voorzover die niet buiten de lesuren kan plaatsvinden. b. verhuizing (ten hoogste één dag) c. het bijwonen van een huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad (ten hoogste twee dagen) d. ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad (duur in overleg met de directeur) e. overlijden van bloed- of aanverwanten in de eerste graad (ten hoogste vier dagen); van bloed- of aanverwanten in de tweede graad (ten hoogste twee dagen); van bloed- of aanverwanten in de derde graad (ten hoogste één dag) f. bij 25-, 40- en 50-jarig ambtsjubileum en het 12 ½-, 25-, 40-, 50- en 60-jarig huwelijksjubileum van ouders en grootouders (één dag) g. andere, naar het oordeel van de directeur, belangrijke redenen. N.B. Extra vakantie wordt niet als gewichtige omstandigheid aangemerkt. 4. Meer dan tien dagen verlof per jaar in verband met gewichtige omstandigheden Een verzoek om extra verlof ingeval van gewichtige omstandigheden voor meer dan tien schooldagen per schooljaar dient minimaal vier weken tevoren via de directeur bij de leerplichtambtenaar van de gemeente te worden ingediend. Waarschuwing: De directeur is verplicht de leerplichtambtenaar mededeling te doen van ongeoorloofd schoolverzuim. Tegen ouders, die zonder toestemming hun kind(eren) van school houden, kan procesverbaal worden opgemaakt. Alle verzoeken in verband met extra verlof moeten schriftelijk bij de directeur ingediend worden. Formulieren hiervoor zijn op school verkrijgbaar.

14

Klachtenregeling Bij problemen met school van welke aard dan ook, kunt u contact opnemen met de betreffende leerkracht. Als u niet tevreden bent na afloop van dit gesprek, dan kunt u met de directeur praten. Ook de leerkracht kan een gesprek met de directeur aanvragen. Zo wordt het vertrouwen het minst geschaad. Als er tijdens deze gesprekken afspraken worden gemaakt, dan kijken we binnen drie weken of die afspraken zijn nagekomen. Klacht Als uw probleem niet is opgelost na gesprekken, kunt u een klacht indienen. Klachten kunnen bijvoorbeeld gaan over begeleiding van uw kind, toepassing van strafmaatregelen, beoordeling van uw kind, de inrichting van de schoolorganisatie, seksuele intimidatie, ongewenste intimiteiten, discriminerend gedrag, agressie, geweld of pesten. U kunt een klacht rechtstreeks of via een vertrouwenspersoon indienen. De vertrouwenspersoon kan goed inschatten of de gebeurtenis het karakter heeft van een klacht of dat er iets anders aan de hand is. De vertrouwenspersoon zal eerst kijken of er door bemiddeling nog een oplossing kan worden bereikt. Is dat niet zo, dan kan de vertrouwenspersoon u begeleiden bij de verdere procedure, als u dat wenst. Vertrouwenspersoon/Praatjuf Op elke locatie is er tenminste één vertrouwenspersoon. U vindt naam en telefoonnummer van de vertrouwenspersoon van de school van uw kind bij de adressen. Een vertrouwenspersoon is er voor al uw vragen over school en de beleefwereld van uw kind en uzelf. Vragen waarmee u misschien niet gemakkelijk naar de leerkracht of de directeur gaat. De vertrouwenspersoon zal uw verhaal horen en u zoveel mogelijk helpen. Als de hij of zij verwacht dat u erbij bent gebaat, zult u worden doorverwezen naar andere instanties die zijn gespecialiseerd in opvang en nazorg. Op elke VCO-locatie is er een aparte vertrouwenspersoon voor de kinderen: de ‘praatjuf’. Bij deze ‘praatjuf’ kunnen de leerlingen terecht met problemen die ze niet met hun eigen leerkracht kunnen of willen bespreken. Voor onze school is juf Nehalennia onze praatjuf. De vertrouwenspersonen zijn verplicht tot geheimhouding van alle zaken die hen worden toevertrouwd, of die zij horen. Deze plicht vervalt niet nadat de zij de taak als vertrouwenspersoon hebben neergelegd. U kunt ervan op aan dat de vertrouwenspersonen altijd heel zorgvuldig zullen handelen. Klachtencommissie U kunt een officiële klacht op twee manieren indienen: - bij het bestuur, Alexander Gogelweg 65, 4384 EV Vlissingen - bij de klachtencommissie, postbus 541, 4330 AM Middelbrug. Als u de klacht indient bij het bestuur, dan zal het bestuur u verwijzen naar de vertrouwenspersoon óf naar de klachtencommissie; afhankelijk van de aard en de inhoud van de klacht. De bestuursleden kunnen ook van mening zijn dat zij zélf de klacht op eenvoudige manier kunnen wegnemen. Als het bestuur de klacht doorverwijst naar de klachtencommissie, dan wordt de directie van de school hierover geïnformeerd. U kunt uw klacht zoals gezegd ook zelf direct naar de klachtencommissie sturen. 15

De klacht moet in beide gevallen binnen een jaar na de gebeurtenis worden ingediend, tenzij de klachtencommissie anders beslist. De klachtencommissie is onafhankelijk en bestaat uit zes personen: Voorzitter: dr. F Visscher Plv.voorzitter: drs. G.C.M. Rullens Secretaris: mr. A. Jobse Plv.secretaris: mr. B. van Leeuwen Lid: mevr. Drs. E.S. Groenwold Plv.lid: mevr. Drs. I. ter Horst Klachtenregeling De klachtenprocedure is binnen de VCO vastgelegd in een regeling. Deze klachtenregeling is overgenomen van de Besturenraad Protestants Christelijk Onderwijs. Op school en op het bestuurscentrum VCO ligt deze klachtenregeling ter inzage.

16

Vrijwillige ouderbijdrage De scholen van de Vereniging voor Christelijk Onderwijs Middelburg vragen van de ouders een jaarlijkse vrijwillige bijdrage. Deze bijdrage is vastgesteld op minimaal Є 20,00 per leerling. Over de wijze van betaling van de ouderbijdrage wordt u vanuit de school geïnformeerd. Voor de Cederhof wordt gebruik gemaakt van: girorekening 3485692, t.n.v. “Cederhof”, Joh. Postkwartier 98, 4333 EH Middelburg De ouderbijdragen worden gestort in het schoolfonds. Hieruit worden activiteiten bekostigd, die niet tot het gewone lesprogramma behoren en daarom niet door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap worden betaald. Zie voor meer informatie blz. 36.

Verzekering De kinderen zijn tegen ongevallen verzekerd. Deze verzekering loopt het hele schooljaar door, van een kwartier vóór schooltijd tot een kwartier na schooltijd. Deze verzekering moet gezien worden als een eventuele toevoeging aan de verzekering van de ouders. De verzekering geldt ook tijdens excursies en schoolreisjes.

Sponsoring De VCO-scholen kennen tot op heden geen sponsoring. Wel zijn er incidenteel sponsoracties geweest. Sponsoring van scholen behoort tegenwoordig tot de mogelijkheden. Er zijn hiervoor bepaalde richtlijnen, welke vermeld staan in de schoolplannen van de VCO-scholen.

Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) Behalve een medezeggenschapsraad per school is aan de scholen van de VCO ook een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) verbonden. De GMR bestaat uit 14 leden, waarvan de helft vertegenwoordigers zijn van de ouders van de scholen. De GMR vergadert gemiddeld vier maal per jaar, waarvan twee- of driemaal met de verenigingsdirecteur en stafmedewerkers. De bevoegdheden van de GMR betreffen bovenschoolse aangelegenheden. Afhankelijk van onderwerp en/of de geleding waaruit het lid afkomstig is, wordt ten aanzien van de aangedragen onderwerpen instemming dan wel advies gevraagd.

17

schoolgids 2013 / 2014

school voor christelijk basisonderwijs in Stromenwijk en Griffioen

website:www.vco-cederhof.nl e-mail: [email protected]

postadres:

Mosselkreekstraat 1 tel: 0118 650251

4335 TG Middelburg

dislocatie:

Beneluxlaan 14 tel: 0118 613871

4334 GJ Middelburg

18

1. de Cederhof Onze naam De Cederhof is één van de zes scholen die horen bij de Vereniging voor Christelijk Onderwijs te Middelburg, de VCO. Bij de fusiegolf rond 1995 is, voor de nieuw ontstane scholen, gezocht naar een betekenisvolle naamgeving. Voor de scholen die toen van de VCO uitgingen is gekozen voor de combinatie - “ bijbelse boomnaam + hof “ De boom verwijst naar Psalm 1:3: - Want Hij is als een boom geplant aan waterstromen, die zijn vrucht geeft op zijn tijd, waarvan het loof niet verwelkt, al wat hij onderneemt gelukt.Hof verwijst naar de “ Hof van Eden “, de Tuin waarin het verhaal van de mens begint. Zo wil de Cederhof een speelleertuin zijn, waar ook plaats is voor de verwondering, voor wat je niet ziet, maar waarin je gelooft.

cederhof

19

De Cederhof is een onderwijsvoorziening voor christelijk basisonderwijs voor de wijken: Stromenwijk - ‘t Zand - Griffioen. De school telt 2 locaties: Cederhof I - staat in de Stromenwijk: Mosselkreekstraat 1 Cederhof II - staat in de Griffioen: H. Dunantlaan 6 De Cederhof 1 is onderdeel van de nieuwe Brede School in de Stromenwijk. Getracht wordt op beide locaties de onderwijsvoorzieningen zo breed mogelijk te houden. De school moet daarbij uitgaan van het totaal aantal leerlingen en het totaal aantal lokalen dat beschikbaar gesteld wordt. Het totaal aantal leerlingen geeft recht op een bepaald aantal lokalen en leerkrachten. Met die middelen moet in een cursusjaar gewerkt worden. Niet wat wenselijk is bepaalt de ruimte en mankracht, maar het aantal leerlingen. Toch is het niet altijd te voorkomen dat kinderen van de ene wijk naar de andere wijk naar school moeten gaan. Hierbij gaat het uitsluitend om leerlingen van groep 8. Vanaf dit schooljaar zullen zij afwisselend om de twee jaar op de verschillende locaties gehuisvest zijn.

cederhof-2 H.Dunantlaan

cederhof-1 Mosselkreek straat

20

2. Waar de school voor staat Onze missie De Cederhof is een eigentijdse Christelijke school die onderwijs verzorgt aan kinderen van 4 tot en met 12 jaar, gebaseerd op de kerndoelen, zodat elk kind na 8 jaar basisonderwijs verder kan met de voor hem of haar geschikte vorm van voortgezet onderwijs. De school hanteert een open toelatingsbeleid. Van de ouders, verzorgers wordt verwacht dat men de Christelijke grondslag van de school respecteert. Onze uitgangspunten zijn: • onze school wil de leerling kennis en vaardigheden aanleren om volwaardig te kunnen functioneren naar leeftijd en vermogen • onze school wil de kinderen leren leren en begeleiden in hun ontwikkeling, vanuit het geloof in God • onze school streeft naar een goede relatie met de kinderen, zodat hun zelfvertrouwen (competentie) en hun eigenheid (autonomie) versterkt wordt.

Onze visie Ons onderwijs gaat niet alleen ergens over, maar vaak ook ergens om: informatie en kennisoverdracht is nooit neutraal, er liggen altijd normen en waarden in besloten. In onze visie stelt God ons verantwoordelijk voor wat wij doen. Het gaat om de verantwoordelijkheid die wij hebben gekregen voor onszelf, de medemens en de aarde, onze leefgemeenschap. Die verantwoordelijkheid stelt eisen, moet leiden naar verantwoorde keuzes. Tal van mogelijkheden zijn er om kinderen te leren juiste keuzes te maken: Tussen echt of onecht Tussen waar of onwaar Tussen recht of onrecht Wij willen aan de kinderen doorgeven waardoor wij ons laten inspireren als het gaat om keuzes, nl. de Bijbel, als Gods Woord. Wij willen dat doen in een voor hun veilige omgeving, gesymboliseerd door de Hof van Eden. Een tuin waar het goed toeven is met bomen als de Ceder. Zo wil de Cederhof een speelleertuin zijn, waar ook plaats is voor de verwondering voor wat je niet ziet, maar waarin je gelooft.

Cederhof: Waar spelen en leren samenkomen Spelender-wijs

21

De kwaliteit van onze school willen we goed bewaken en hebben we daarom vastgelegd in zgn. kwaliteitskaarten. Hieronder vindt u drie van de belangrijkste:

Het pedagogisch klimaat Onze school zorgt voor een veilig en stimulerend pedagogisch klimaat zodat de kinderen kunnen uitgroeien tot volwassenen die later zelfstandig, kritisch, verantwoordelijk en sociaal kunnen deelnemen aan de maatschappij. Om dit te bereiken zorgen wij, leerkrachten van de Cederhof, ervoor dat: • de leerlingen zich veilig en geborgen weten • er een goede relatie en communicatie is met de kinderen, ouders en collega’s • er een sfeer is van rust, regelmaat en structuur • de kinderen positief benadert worden, zodanig dat hun zelfvertrouwen en zelfrespect wordt versterkt • er een kindvriendelijke en uitdagende leeromgeving is • zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid van de kinderen gestimuleerd wordt • er structureel sociaal-emotionele en bijbelse kernwoorden gebruikt worden om normen en waarden te verduidelijken

Ons didactisch handelen De wijze waarop wij kennis overdragen aan kinderen is overwegend klassikaal. Hierbij maken we gebruik van het zgn BHV-model : basisstof, en daarna( afhankelijk van de individuele resultaten, waaronder ook toets ) herhaling of verrijking. Gelet op de didactiek vinden we de volgende zaken van groot belang: • een duidelijke structuur en opbouw in de les • een kwaliteitsvolle instructie verzorgen, d.w.z. rekening houden met de verschillen tussen kinderen • differentiëren bij de verwerking en in tempo • interactief lesgeven; de leerlingen betrekken bij het onderwijs • gevarieerde werkvormen hanteren (variatie is motiverend) • kinderen zelfstandig (samen) laten werken : keuzemogelijkheden bieden • kinderen zelfstandig gebruik laten maken van informatiebronnen, waaronder de computer • rekening houden, daar waar nodig, met taalverschillen (NT2)

Onze beroepshouding De leerkrachten van de Cederhof hebben een professionele opstelling en handelen conform de visie van onze school. Belangrijke steekwoorden uit deze kwaliteitskaart zijn: medeverantwoordelijkheid, samenwerken, ontwikkeling, communicatief, overleg, betrokken, betrouwbaar, collegialiteit en aanspreekbaarheid. Kortom ze hebben ‘hart voor de zaak’. Deze drie belangrijke ‘kaarten’ vormen het hart van ons onderwijs. De samenhang moge duidelijk zijn: Goed onderwijs vindt plaats in een goede sfeer, met goede instructie en klassenmanagement door professionele leerkrachten.

22

3. De organisatie van het onderwijs Onze school heeft 2 gebouwen: Cederhof- Mosselkreekstraat 1 [in de Stromenwijk]                                                                                Cederhof- H.Dunantlaan 6 [in de Griffioenwijk ] Ons uitgangspunt bij de samenstelling van de groepen is de jaarklas, of homogene leeftijdsgroep, vanaf groep 3. Deze indeling gaat dus uit van leerlingen van ong. dezelfde leeftijd in een groep. Wij kiezen niet voor heterogene groepen, waarbij het leeren werkniveau van kinderen het uitgangspunt is. Onze school bestaat uit 2 bouwen: de onderbouw (groepen 1 t / m 4) en de bovenbouw (groepen 5 t/ m 8). Daarnaast hebben wij ook een deeltijdschakelklas op twee ochtenden. ( zie blz. 30) Afhankelijk van het leerlingaantal proberen we de leerlingen zo gunstig mogelijk te verdelen over beide gebouwen en de groepen. Elk jaar moet opnieuw bekeken worden hoe de samenstelling van de groepen voor het komende schooljaar eruit gaat zien. Ieder kind maakt binnen deze homogene groep zijn eigen ontwikkeling door. We streven ernaar voor alle kinderen van groep 1t/m 8 een doorgaande lijn in hun ontwikkeling te creëren en kwalitatief goed onderwijs te verzorgen. Deze ontwikkeling volgen we, naast de methodetoetsen, onder andere m.b.v. het CITO leerlingvolgsysteem voor wat betreft de onderdelen: ordenen, woordenschat, taal(schaal) , spelling, begrijpend lezen en rekenen. Het gedrag en sociaal emotionele ontwikkeling van het kind wordt gevolgd met de EGGO gedragskaart.

Lesuren Het onderwijs wordt in de groepen 1 t/m 4 verdeeld over 23 uur per week en in de groepen 5 t/m 8 over 25 ¾ uur per week. Deze lesuren gelden voor alle basisscholen. De verdeling over de week kan verschillend zijn. De lesuren bij ons op school zijn als volgt: lestijden groep 1 t/m 4 ma Di wo do vr 3½ uur 3 ½ 3 3½ 3½ 2 uur 2 2

ma 3½ 2

lestijden groep 5 t/m 8 di wo do vr 3½ 3¾ 3½ 3½ 2 2 2

De kinderen krijgen les m.b.v. moderne eigentijdse methodes, daarnaast is er ruimte voor extra instructie aan kinderen die dat nodig hebben. De methodes geven een houvast aan de leerkracht en garanderen een goede opbouw van de leerstof. Onze methodes geven vaak ook extra oefenstof (herhalingsstof) en stof die wat moeilijker is (verrijkingsstof). Bovendien beschikt de school over een goed uitgeruste orthotheek, waar de leerkracht kan kiezen uit allerhande extra herhaling- en verrijkingsstof. De leerkracht kan zo het onderwijs aanpassen aan de behoeftes van het kind en zorgen voor kwalitatief goed onderwijs

23

In het activiteitenplan wordt uitgewerkt, hoe de vakken over de week worden verdeeld. We onderscheiden daarbij de volgende activiteiten, die bijvoorbeeld voor groep 8, in procenten, er ongeveer zo uitzien. A

brede ontwikkelingsbevorderende activiteiten

B

instrumenteel-culturele vaardigheden

C

kennisgebieden / wereldoriëntatie

D

expressie-activiteiten

E

godsdienstonderwijs

o.a. - hele groepsactiviteiten (bewegingsonderwijs) - kleine groepsactiviteiten (individueel spel en werk) o.a. lezen; taal; rekenen o.a. aardrijkskunde; geschiedenis; natuuroriëntatie o.a. muziek, tekenen; handvaardigheid pauze totaal

15 %

46 % 17 % 10 % 6% 6% 100 %

Voor de onderbouwgroepen ligt die verdeling duidelijk anders. Daar ligt het accent veel meer op A- en D-activiteiten.

Groep 1 en 2 De aanpak in groep 1 en 2 verschilt van die in de andere groepen. Ook de inrichting van de lokalen en de manier van werken is anders. Het werken in groep 1 en 2 gebeurt vanuit de kring. In de kring begint de schooldag en hier keren de kinderen ook steeds weer terug. Daarnaast wordt gespeeld en gewerkt aan tafels, in de hoeken, in de speelzaal en op het schoolplein. Jongste en oudste kleuters zitten op de Cederhof in gecombineerde groepen 1 en 2. Wij doen dit om de volgende redenen: - Kinderen in deze leeftijd leren veel door imitatiegedrag. - Vijfjarigen zijn al taalvaardiger dan vierjarigen. - Het is gemakkelijker om evenwichtig samengestelde groepen te maken: jongens / meisjes ; teruggetrokken / opvallende leerlingen etc. - De aantallen kunnen gelijkelijk over de groepen 1 / 2 worden verdeeld. In groep 1 (4 en 5 jarigen) ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. Leren gebeurt vooral door spelen. Dit gaat in groep 2 (5 en 6 jarigen) door, maar hier heeft de leerkracht een meer sturende rol. De kinderen van groep 2 leren tevens zoveel mogelijk zelfstandig met een taak bezig te zijn. Concreet betekent dit dat de kinderen meedenken, meebeslissen en zelf keuzes maken. In een rustige sfeer wordt de samenwerking en zelfstandigheid van kinderen gestimuleerd.

24

De meeste vakken komen in samenhang aan de orde aan de hand van een bepaald thema (bijvoorbeeld ‘de winkel’, ‘voorjaar’ of ‘ziek zijn’). In de lessentabel worden verschillende leer- en vormingsgebieden onderscheiden. In de dagelijkse praktijk in de klas is dit nauwelijks merkbaar. Wie speelt in de poppenhoek is ook bezig met taalontwikkeling; wie speelt met een lotto leert ook getallen of kleuren en wie op een vel de golven van de zee tekent, is bezig met voorbereidend schrijven. Er is veel aandacht voor taalvorming, omdat dit de basis is voor heel veel ander leren. Met behulp van de methode Ik & Ko stimuleren wij de taalvaardigheid van kleuters ter voorkoming van taalachterstanden. Er wordt gewerkt in thema’s en wij sluiten aan bij de verschillende niveaus van de kinderen. Tijdens het taalaanbod is er veel interactie tussen kind en leerkracht en kinderen onderling. De pop Ko is altijd aanwezig en wordt gebruikt als intermediair tussen leerkracht en kind. Er is een logeerkoffer en een dagboek van Ko. Ouders worden ook regelmatig betrokken bij de taalmethode. Beginnende geletterdheid hoort ook bij het onderwijs aan jonge kinderen. De kinderen worden op een leuke en zinvolle manier in aanraking gebracht met gedrukte en geschreven taal en raken zo spelenderwijs bekend met letters. Er wordt ook gewerkt met Ik & Ko rekenen. De realistische rekenactiviteiten zijn speels van opzet en sluit aan bij de thema's van taal en de leefwereld van de kinderen. Bijvoorbeeld het naspelen van winkelsituaties uit de werkelijkheid leveren volop zinvolle rekenkundige en wiskundige leermomenten op. Vanaf groep 1 ontwikkelt het onderwijs zich van het werken in hoeken en rond een thema naar steeds meer methodegebonden onderwijs. We streven er wel naar dat het onderwijs via de gebruikte methoden geen keurslijf wordt. Kinderen moeten de mogelijkheid blijven houden zich zelfstandig te ontwikkelen, zelfontdekkend te leren.

Instroom groep 1 Kleuters die 4 jaar geworden zijn in de periode tussen de zomervakantie en de herfstvakantie mogen in het nieuwe schooljaar gelijk na de zomervakantie meedraaien in groep 1/2. Op deze manier raken zij gelijk gewend aan regels en routines, waar juist in het begin van het schooljaar veel aandacht aan wordt besteed. De toekomstige juf neemt hierover contact op met de ouders.

Samenstelling van het team Op onze school is een team van ongeveer 20 mensen werkzaam, waarbinnen ieder zijn eigen functie en de daarbij behorende taken heeft. Het team wordt aangestuurd door het MT (managementteam), hierin zitten de directeur , een coördinator van de onderbouw, een coördinator van de bovenbouw en de intern begeleider (IB-er). De groepsleerkrachten zijn verantwoordelijk voor het begeleiden van de kinderen in hun groep en het onderhouden van contacten met ouders. Daarnaast zitten zij in een aantal taak- en interessegroepen die zich bezig houden met de organisatie van bepaalde activiteiten zoals de vieringen, Kinderboekenweek, schoolreis en de kwaliteitsbewaking van bepaalde vakgebieden. De intern begeleider coördineert de zorg voor leerlingen binnen onze school, coacht de remedial teachers en leerkrachten en draagt zorg voor de begeleiding van stagiaires. De remedial teacher heeft de zorg voor individuele en groepjes leerlingen zowel in als buiten de groep, die wat extra ondersteuning behoeven. De klassenassistent ondersteunt de leerkracht in de groep met klaarzetten en opruimen van allerlei materiaal, het begeleiden van individuele of groepjes kinderen en met administratieve activiteiten. 25

Cederhof: Beneluxlaan 14 Gr

Leerl.

1/ 2

14C+14B

3

8C+ 9B

4+5

6 /7

9 + 14

11 + 11

groepsorganisatie per 12-08-2013

WTF

Leerkracht

Ma

ma

di

Di

Wo

do

do

Vr

Katinka v.d. Dool Marleen Scheermeijer Karin Adriaanse

-

-

-

-

-

-

-

-

0,4731 0,5161

-

-

-

-

0,4605 0,6346

Tine Pouwer Jeannet Brasser

-

-

-

0,6346

Janneke Alllewijn

-

0,5263

Willie Schout

14x

-

-

-

5

1,0

Liesbeth v.d. Plas

-

-

6

-

-

0,6346 0,2365 0,4731

Nehalennia de Bruine Johanneke Baaijens Nina Bolkenbaas

0,8975

Marius v.d. Velde

-

-

-

-

Vr

-

-

-

-

-

-

-

-

Intern begeleider RT rugzakken 1 morgen zorgtaken

adv 2x

directeur

Cederhof: Mosselkreekstraat 1 Gr

Aant. Leerl.

1/ 2

18

3

25

Leerkracht

ma

Ma

di

di

Wo

do

0,7951 0,2365

Annelies de Buck Eline Aerts

-

-

-

-

-

-

0,5263 0,7527

Annemarie v.d. Broeke Rianne v.Eenennaam

-

-

do

Vr

-

-

Vr

Z

TR

16x -

-

-

-

-

4/ 5

10+ 10

1,0000

Sigrid Haak

-

-

-

-

-

-

-

-

5

5/6

8+9

0,8975 0,6346

Ineke Habers Mirjam Kroese

-

-

-

-

SK -

SK -

6 5

-

-

21

0,6346

Daniëlle Gerstel

-

-

-

-

-

-

-

-

-

21 + 13g

0,8710 0,6346

Lia Kerkhof Henk Theune

-

-

-

-

TR

TR

-

-

7g -

-

-

7 8

RT = Remedial teaching / TR =Taakrealisatie / ADV = Arbeidsduurverkorting / IB =Intern begeleider / Sk = Schakelklas Nina Bolkenbaas neemt de ADV’s voor haar rekening en zal ingezet worden voor RT-taken

26

4. De zorg voor kinderen We streven ernaar dat ieder kind bij ons op school zich ononderbroken kan ontwikkelen en ontplooien. Deze ontwikkeling is niet bij ieder kind hetzelfde, daarom hebben we ons onderwijs zo ingericht, dat wij aan deze verschillen tegemoet komen. Op onze school werken we voornamelijk met het zgn. BHV model ( basisstof, herhaling, verrijking). Daar waar nodig passen we onze instructie aan op de mogelijkheden van het kind ( instructie onafhankelijk, -gevoelig of -afhankelijk) en bij sommige vakken werken we in niveaugroepen. Om de leerlingen in hun ontwikkeling goed te kunnen volgen, gebruiken we observatieschema’s ( bij de kleuters en voor de sociaal emotionele ontwikkeling), toetsen die horen bij de methode en methode-onafhankelijke toetsen, zoals de CITO toetsen voor taal, spelling, rekenen, lezen en begrijpend lezen en de CITO entreetoets groep 7. Daar waar nodig volgt extra zorg en begeleiding in samenspraak met onze intern begeleider (IB-er). De IB-er coördineert de leerlingenzorg op onze school. Zij organiseert de voortgangsbesprekingen, coacht de remedial teachers, controleert de handelingsplannen, schakelt indien nodig externe hulp in en is voorzitter van de zorgvergadering. Hoe en op welke wijze de extra zorg plaatsvindt, hebben we vastgelegd in het document “zorgstructuur van de Cederhof”.

Opzet zorgtraject binnen onze school. Binnen ons zorgtraject onderscheiden we drie niveaus: - Zorgniveau 1: zorg op groepsniveau - Zorgniveau 2: zorg op schoolniveau - Zorgniveau 3: bovenschoolse zorg De bedoeling van ons zorgtraject is om zo snel mogelijk kinderen met onderwijsproblemen op te sporen en hen die hulp te bieden die nodig is. De leerkracht houdt het ontwikkelingsniveau van de leerling bij. Dit gebeurt door gegevens uit het leerlingvolgsysteem te vergelijken met de vastgestelde streef-en/of minimumdoelen. De uitkomst daarvan geeft een beeld van een (mogelijke) achterstand of stagnatie. Wanneer dit het geval blijkt te zijn, neemt de groepsleerkracht de volgende stappen om het probleem aan te pakken en op te lossen: Zorgniveau 1: Zorg op groepsniveau ( hulpplan binnen de klas). De groepsleerkracht gaat na wat het probleem van kind is, analyseert dit en probeert dit probleem in de klas op te lossen. Dit wordt vastgelegd in een Hp (hulpplan), hierin wordt beschreven hoe en wanneer en met welke materialen het kind geholpen gaat worden. Hierna volgt een evaluatie en beslismoment: is het probleem opgelost, dan kan de leerling gewoon verder, is het probleem nog niet helemaal opgelost dan kan het plan worden bijgesteld, is het probleem nog helemaal niet opgelost dan overlegt de groepsleerkracht met de IB-er over de vervolgstappen: a. hulp buiten de klas of b. aanmelding SBD(schoolbegeleidingsdienst) Op het moment dat een leerling voor ‘hulp buiten de klas’ wordt aangemeld, zijn we aangekomen op zorgniveau 2.

27

Zorgniveau 2: Zorg op schoolniveau (hulpplan voor buiten de klas) Als de extra zorg binnen de klas niet afdoende is wordt een handelingsplan opgesteld voor het kind voor hulp buiten de klas. Dit plan wordt o.l.v. de IB-er met de RT-er ( die de uitvoering op zich zal nemen) en de groepsleerkracht besproken en vastgesteld. De tussentijdse resultaten van deze hulp wordt vastgelegd in een logboek en aan het eind van een vooraf vastgestelde periode geëvalueerd en gerapporteerd. Hierna volgt weer een beslismoment zoals beschreven bij zorgniveau 1. Indien het probleem nog niet is opgelost zal het kind worden aangemeld voor externe ondersteuning bij de SBD of het ZPF (zorgplatform) Op het moment dat een leerling aangemeld wordt bij de SBD of ZPF, zijn we aangekomen op zorgniveau 3. Zorgniveau3: Bovenschoolse zorg ( aanmelding voor HGPD of ZPF) Het aanmelden van leerlingen bij ‘bovenschoolse zorg’ wordt gedaan door de IB-er in samenwerking met de groepsleerkracht. Bij aanmelding voor HGPD (Handelings Gericht Proces Diagnostiek) geeft een orthopedagoog van het RPCZ adviezen aan de leerkracht en de IB-er. Deze werkwijze is concreet en handelingsgericht en direct te gebruiken binnen de groep en de school. Binnen het HGPD is onderzoek door deze orthopedagoog mogelijk. Als begeleiding binnen school niet meer lukt, kan een hulpvraag gesteld worden aan het ZorgPlatForm. Een groep IB-ers, een vertegenwoordiger van het RPCZ en een Preventief Ambulant Begeleider bespreken met elkaar de hulpvraag en formuleren een zorgbesluit. Mogelijkheden zijn: - Verder acties op de betreffende school - Aanmelding voor onderzoek via de zorgcommissie van (WSNS)Weer Samen Naar School Walcheren - Aanvraag indienen voor een beschikking speciaal onderwijs. Tot slot: - Zodra een kind bij ons op school voor extra zorg in aanmerking komt, worden de ouders/verzorgers op de hoogte gebracht. - Voor problemen op sociaal emotioneel vlak kunnen wij een beroep doen op een sociaal maatschappelijk werkster die verbonden is aan onze school ( zie blz. 11 alg. gedeelte VCO). - Een vakleerkracht bewegingsonderwijs verzorgt de MRT ( motorische remedial teaching). - We hebben protocollen voor pesten, kindermishandeling en rouwverwerking. - We beschikken over procedures voor zittenblijven en/of versnellen. - Onze leerlingvolgsysteem wordt geregistreerd m.b.v. Parnassys.

28

Vergoeding diagnose en behandeling van dyslexie Sinds 1 januari 2009 is de vergoeding van diagnostiek en behandeling van ernstige, enkelvoudige dyslexie in het basispakket van de zorgverzekering opgenomen. Het woord 'enkelvoudig' wil zeggen dat er géén sprake mag zijn van bijkomende stoornissen. Om te voorkomen dat alle kinderen met leesproblemen worden aangemeld voor een dyslexieonderzoek heeft de school de functie van poortwachter. De basisschool stelt een leerlingdossier samen om het vermoeden van ernstige dyslexie bij een leerling te onderbouwen. Aan de volgende criteria moet worden voldaan om in aanmerking te komen voor de vergoeding: - De leerling moet behoren bij de 10 % laagst scorende kinderen bij lezen en spelling Op drie achtereenvolgende meetmomenten ( minstens drie maanden tussen elk meetmoment) op de DMT van CITO behoren tot de laagste 10 % scorende leerlingen (E niveau) Bij spelling: op Cito-spelling drie keer E scores behalen -De leerling moet behoren bij de 10% laagst scorende kinderen bij spelling en 16 % bij lezen. Op drie achtereenvolgende momenten op Cito spelling E scores behalen. Op de DMT op drie achtereenvolgende momneten minimaal D scores behalen. Naast bovenstaande is het ook noodzakelijk dat er sprake is van minimaal een half jaar extra handelingsplanmatige begeleiding bij lezen/spelling. De begeleiding moet boven op de methode komen. Uitgegaan is van 1 uur extra begeleiding ( 3x20 minuten) in de week. Deze extra begeleiding dient opgeschreven te zijn in een handelingsplan met daarin in ieder geval doelen en activiteiten en evaluaties van de plannen.

Passend Onderwijs Momenteel zijn er van overheidswege ontwikkelingen gaande die scholen vanaf 2011 verplichten om ‘passend onderwijs’ te bieden aan elke leerling die aangemeld wordt. Het gaat hier met name om leerlingen met één of meer beperkingen. Dat kan zijn op lichamelijk of geestelijk gebied. Al langer kennen wij in het basisonderwijs de ‘rugzakleerlingen’ of wel de leerling met een persoonsgebonden budget (PGB). Een onafhankelijke commissie bepaalt de soort en hoogte van het budget. De basisschool beoordeelde zelf in hoeverre zij in staat is om deze kinderen op te vangen en onderwijs te bieden. Vanaf 2011 wordt van de basisschool in principe verwacht dat zij elk kind kan opnemen, uitzonderingen daar gelaten en dat is dan ook ons streven.

29

Rapportage. De rapportage over de vorderingen van de leerlingen aan de ouders/verzorgers verloopt langs twee lijnen: - rapport - huisbezoek Het rapport De groepen 1 en 2 krijgen geen schriftelijk rapport. Hier zijn de registratie- en observatiegegevens basis voor de rapportage aan de ouders. Twee maal per jaar, in februari en juni/juli ontvangen de kinderen van groep 3-8 hun rapport. Het rapport is zodanig uitgevoerd dat ook het kind zicht heeft op zijn / haar eigen prestaties en deelname wat betreft werkhouding, sociaal-emotionele vorming, godsdienstige vorming en de vorderingen gericht op de vakgebieden. Ook wordt in het rapport de scores van de Cito-toetsen vermeld. De rapportbespreking In november zal u worden uitgenodigd voor een eerste gesprek om de vorderingen van uw kind te bespreken. Dit gebeurt in de vorm van een 10- minutengesprek. Nadat het eerste rapport is uitgereikt in februari, volgt ook weer een uitnodiging voor gesprek, dit keer gericht op de gegevens uit het rapport van uw kind. Eind april, begin mei wordt nog een derde mogelijkheid geboden om de ontwikkeling van uw kind te bespreken. Het is de bedoeling dat deze mogelijkheid uitsluitend wordt gebruikt als ouders daarom vragen of als de leerkracht dit nodig acht. Na de uitreiking van het tweede rapport in juni/juli krijgt u nogmaals een uitnodiging voor een 10-minutengesprek. In de groepen 1 en 2 zijn er 10-minutengesprekken gepland in november. Aan de hand van de registratie- en observatiegegevens worden de kinderen besproken. Ouders van kleuters die in oktober, november, december 4 jaar zijn geworden, krijgen een uitnodiging voor een gesprekje in maart. Ouders van kleuters die na de zomervakantie naar groep 2 gaan, krijgen een huisbezoekje. Ouders van kleuters in groep 2 krijgen een uitnodiging voor een gesprekje in maart. Ouders van kleuters die tussen januari en juli 4 jaar worden, krijgen een uitnodiging voor een gesprekje in november, volgend cursusjaar. Huisbezoek Het huisbezoek vindt plaats in het eerste half jaar dat uw kind in groep 1 op school zit. Er zal in deze periode geen voortgangsgesprek (10-minuten gesprek) plaatsvinden. De huisbezoeken hebben ten doel: - Het kind en zijn / haar ontwikkeling te bespreken - De thuissituatie van het kind te leren kennen. De leerkracht van uw kind maakt hierover met u een afspraak.

30

Dossiervorming Van elk kind wordt tijdens de schoolloopbaan een dossier opgebouwd, dat terug te vinden is in de groepsordner. Hierin worden slechts relevante gegevens van het kind bewaard. Te denken valt aan gegevens over het gezin, gesprekken met ouders, verslagen van andere instanties, handelingsplannen, toets- en rapportgegevens. In geval van een onrustige ontwikkeling wordt het dossier uitgebreider: Hierbij onderscheiden we - dossiervorming tijdens het cursusjaar en - dossiervorming einde cursusjaar Dit valt onder de verantwoordelijkheid van de Interne Begeleider, die de verzamelde gegevens beheert en opbergt in de dossierkast op naam van het kind. Aan het einde van het cursusjaar bepaalt de Interne Begeleider, in overleg met de groepsleerkracht, wat er van deze gegevens wordt opgenomen in de groepsordner. Wanneer het kind verwezen wordt naar het SBAO [ of een andere basisschool ] dan wordt in overleg met de ouders beslist wat er uit het dossier meegaat naar de andere school.

Onderwijskundig rapport Als een kind tijdens de basisschoolperiode van school verwisselt, dan wel aan het eind van de basisschool naar het Voortgezet Onderwijs [ V.O.] gaat, wordt een onderwijskundig rapport opgesteld van het kind. Een kopie hiervan ligt op school. Het origineel wordt met toestemming van de ouders/verzorgers opgestuurd of meegegeven naar de nieuwe school. Dit rapport is een standaard formulier dat een globaal beeld geeft van de ontwikkeling en vorderingen van het kind in termen van onvoldoende-matig-voldoende-goed. Ook wordt erin aangegeven welke methodes er op de leverende school gehanteerd zijn en waar eventueel extra aandacht aan besteedt moet worden. Doel van dit rapport is om de ontvangende school goed te informeren over de leerling en zoveel mogelijk te voorkomen dat er een breuk ontstaat in het onderwijsleerproces. Indien nodig wordt, met toestemming van de ouders, extra informatie over het kind toegevoegd.

Eindadvies De zorg voor alle kinderen mondt uit in een eindadvies in groep 8: welke richting in het voortgezet onderwijs past het beste bij het kind. Aan het eind van groep 7 wordt de Cito-entreetoets afgenomen. Aan deze toets kan geen schooladvies ontleend worden. Het geeft een tussenstand aan van de sterke en zwakke kanten van een leerling, met name bij de B-vakken. In groep 8 moet een leerling naast een schooladvies nog een tweede advies hebben. Met ingang van 2008 maken alle scholen behorende bij het VCO gebruik van het schooleindonderzoek (het SEO), ontwikkelt door Driestar. Deze nieuwe eindtoets meet zowel intelligentie als schoolvorderingen. Daarnaast wordt er een vragenlijst afgenomen m.b.t. het gedrag en werkhouding van het kind. In overleg met de ouders en met behulp van school- en testadvies wordt voor een richting gekozen in het voortgezet onderwijs. Dit gesprek vindt meestal plaats in de maand maart. Kinderen en ouders van groep 8 krijgen in het laatste jaar uitgebreide informatie over het voortgezet onderwijs in Middelburg en omgeving. De ervaring heeft geleerd dat deze manier van werken ervoor zorg draagt dat leerlingen op een voor hun passende vervolgopleiding terechtkomen.

31

uitstroom groep 8: schooljaar studierichting

vmbo-b / lwoo vmbo-b vmbo-t vmbo-t / havo havo / vwo gymnasium totaal

2009-2010 aantal leerl. leerl. 1 1 9 1 8 1 21

4.8 4.8 42.8 4.8 38.0 4.8 100.0

2010-2011 aantal leerl. leerl. 1 2 14 0 13 2 32

3.1 6.2 43.8 0 40.7 6.2 100

2011-2012 aantal leerl. % 1 7 4 11 6 29

3.4 24 14 38 20.6 100

2012-2013 aantal leerl. % 2 1 7 4 4 5 23

8.7 4.3 30.4 17.4 17.4 21.8 100

Schakelklassen In schooljaar 2013-2014 gaan wij een samenwerking aan met de Beverburch voor wat betreft de schakelklassen. Voor de kinderen uit groep 5 is er een schakelklas op de Cederhof, locatie Mosselkreekstraat o.l.v. juf Ineke op woensdag- en donderdagmorgen. Voor de kinderen uit groep 1/2 is er een schakelklas o.l.v. juf Loes op de Beverburch op dinsdag- en donderdagmorgen. Op deze ochtenden wordt er extra veel aandacht besteed aan Taal.

32

5. Contacten ouders - school Goede contacten met ouders vinden wij van groot belang. We zien u dan ook als gelijkwaardige gesprekspartner(s). De contacten zijn erop gericht u zo goed mogelijk te informeren over de vorderingen en ontwikkelingen van uw kind en om u tevens te betrekken bij de school in algemene zin.

Kindgerichte contacten rapportavonden: Na de uitreiking van de rapporten in februari en juni krijgt u de gelegenheid om de vorderingen van uw kind door te nemen., de zgn 10minutengesprekken. contactavonden: In november worden alle ouders uitgenodigd voor een eerste gesprek over de vorderingen van uw kind. Eind april, begin mei wordt nog een derde mogelijkheid geboden om de ontwikkeling van uw kind te bespreken. Het is de bedoeling dat deze mogelijkheid uitsluitend wordt gebruikt als ouders daarom vragen of als de leerkracht dit nodig acht. huisbezoeken: Deze vinden plaats in de groepen 1 bij die kinderen die naar groep 2 gaan. Het initiatief gaat van school uit, maar u kunt ook om een huisbezoek vragen. Dit laatste geldt overigens voor alle groepen van de Cederhof. incidentele contacten: het gaat hier om tussentijdse afspraken tussen ouders en leerkrachten, op initiatief van één van beide partijen, bijvoorbeeld na schooltijd. ( liever niet vóór schooltijd, tenzij er dringende zaken zijn.) advisering voortgezet onderwijs: dit wordt gedaan door de leerkracht(en) van groep 8 in februari/maart ( zie eindadvies blz. 30) extra zorg: wanneer een kind extra zorg nodig heeft worden de contacten tussen school en ouders intensiever. Een goede communicatie is dan des te belangrijker. Toestemming en medewerking van de ouders zijn voorwaarde voor succes. Informatie aan gescheiden ouders: Er zijn kinderen bij ons op school, waarvan de ouders niet bij elkaar leven of wonen. Wij vinden het belangrijk om beide ouders goed te informeren over de ontwikkeling van hun kind of kinderen. Voorwaarde is natuurlijk wel dat beide ouders zelf hun verschillende adressen kenbaar maken aan de directeur. Aan beide ouders wordt de volgende informatie verstrekt: de schoolgids, het rapport en de uitnodiging voor de ouderavonden. Deze informatie wordt in tweevoud aan het kind meegegeven. Hierbij wordt aangetekend dat voor het 10 minutengesprek over het rapport beide ouders worden uitgenodigd voor een gezamenlijk gesprek. Alleen in bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken. Het originele rapport wordt altijd aan het kind meegegeven voor het ‘thuisadres’. Een kopie wordt meegegeven als ouders niet meer op hetzelfde adres wonen. Indien een van de ouders dit anders wil, kan hij of zij contact opnemen met de directeur. Als het belang van het kind zich tegen informatieverstrekking verzet dan heeft de ouder ook geen recht op informatie ( dit op advies van een rechter of psycholoog)

33

Schoolgerichte contacten Groepsinformatieavond Aan het begin van het cursusjaar wordt een informatieavond per groep georganiseerd. Op deze avond wordt informatie gegeven over aanpak, afspraken, leerstof e.d. van het komende schooljaar. Kijkmomenten In de maand maart worden ouders in de gelegenheid gesteld om een kijkje te nemen in de groep. Op een inschrijflijst kunt u aangeven wanneer u wil ‘meedraaien’. Ouderavond Jaarlijks wordt er een ouderavond georganiseerd voor alle ouders rondom een bepaald thema. Afwisselend bepalen MR en de school het onderwerp van deze ouderavond. Klassenouder Aan het begin van het schooljaar vraagt de leerkracht tijdens de eerste informatieavond of een ouder bereid is om op te treden als klassenouder. Deze ouder zal, in overleg met de leerkracht, andere ouders benaderen om allerlei praktische werkzaamheden die betrekking hebben op de groep te regelen/organiseren. Activiteiten waar we aan denken zijn: hulp bij lezen in niveaugroepjes, excursies, ontdekkasteel etc. Activiteitencommissie Vorig jaar is er een activiteitencommissie opgestart. Op beide locaties bestaat deze groep uit vier ouders. Deze groep ouders ondersteunen de leerkrachten bij activiteiten die schoolbreed plaats vinden zoals Kinderboekenweek, Sinterklaas, Kerst, Pasen enz. Hun activiteiten zijn vooral praktisch van aard en nemen veel werk uit handen van de leerkrachten. Nieuwsbrief en website Maandelijks krijgen de kinderen een nieuwsbrief mee naar huis, waarin actuele schoolse zaken worden vermeld of aangekondigd. Daarnaast wordt u hiermee op de hoogte gesteld van belangrijke personele aangelegenheden. Op onze website wordt de laatste nieuwsbrief ook gepubliceerd, net als actuele zaken uit de groepen. Spreekuur directeur Aan het begin van het schooljaar wordt in de nieuwsbrief aangegeven wanneer onze directeur zijn spreekuur op beide locaties heeft. Voor al uw vragen of opmerkingen kunt u op dat moment bij hem terecht. Vanzelfsprekend kunt u ook altijd tussentijds een afspraak maken. Op vrijdag is hij niet op school. Koffie/thee-uurtje Zo’n drie maal per jaar organiseren wij een koffie/thee-uurtje op beide locaties. Deze zijn bedoeld om een gezellig en informeel contact met de directeur en ouders onderling tot stand te brengen. Tot slot: Een optimale basisschooltijd kan alleen dan tot stand komen als school en ouders/verzorgers nauw samenwerken op een basis van vertrouwen. De uitwisseling van wederzijdse informatie is hierbij onmisbaar. Voor en na schooltijd kunt u altijd terecht bij de leerkracht van uw kind voor een korte mededeling of vraag. Wilt u wat uitgebreider met de leerkracht iets bespreken, schroom dan niet om met hem of haar contact op te nemen en een afspraak te maken. 34

De MedezeggenschapsRaad [ M.R. ] De M.R. is bij Wet geregeld en bestaat voor onze school uit 3 ouders (oudergeleding) en 3 leerkrachten (personeelsgeleding). In een M.R.-regelement zijn bevoegdheden van de M.R. vastgelegd. De MR heeft twee soorten rechten: instemmingsrecht en adviesrecht. Deze hebben direct te maken met schoolinhoudelijke- en schoolorganisatorische zaken.

Medezeggenschapsraad Cederhof oudergeleding: Dhr. Bastian Jansen

0620969764

voorzitter gekozen in 2011

Mevr. Ineke Flipse secretaris

623019

gekozen in 2013

Dhr. Bram Hardenberg lid

466509

gekozen in 2013

Personeelsgeleding: Mevr. Marleen Scheermeijer

604683

gekozen in 2012

Mevr. Mirjam Kroese

620469

gekozen in 2012

Mevr. Annemarie vd Broeke

593330

gekozen in 2013

Volgens een rooster van aftreden ontstaat elk jaar een vacature. Alle ouders krijgen de gelegenheid om zich kandidaat te stellen voor ontstane vacatures in de oudergeleding en deel te nemen aan M.R.-verkiezingen. Dit geldt zowel voor regulier ontstane vacatures als vacatures die door tussentijdse omstandigheden zijn ontstaan. U wordt daarvan tijdig op de hoogte gesteld door de MR zelf. Via een korte nieuwsbrief zullen zij u op de hoogte stellen van genomen besluiten en onderwerpen die besproken zijn. Daarnaast willen zij graag door u geïnformeerd worden over zaken die u bezighouden, zorgen, suggesties etc. U kunt uw berichten sturen naar: [email protected]

35

6. Algemene zaken Schooltijden Met ingang van schooljaar 2013-2014 zijn onze schooltijden veranderd. Hiermee zijn de schooltijden gelijk aan die van de Bijenburch en Beverburch en is er ook een goede aansluiting op de naschoolse activiteiten. Kinderen met ouders kunnen 10 minuten voor aanvang van de lessen naar binnen om een kijkje te nemen in de klas , alle andere kinderen blijven buiten, omdat alle leerkrachten gezamenlijk pleinwacht houden en per groep naar binnen gaan. Dit geldt niet voor de kinderen van groep 1/2 , daar zijn de ouders met hun kind vanaf 8.35u van harte welkom. Wij verzoeken u vriendelijk uw kind niet te vroeg naar school te sturen. Wij bellen 5 minuten voor aanvang van de lessen, zodat we geen lestijd verliezen en op tijd kunnen beginnen groep 1 t/m 4: ma - di - do - vr: 13.15 - 15.15 u woensdag

groep 5 t/m 8: ma - di - do - vr: 8.45 - 12.15 u 13.15 - 15.15 woensdag 8.45 - 12.00u

8.45 - 12.15 u 8.45 - 12.00u

vrijdagmiddag vrij

Gymnastiek Vanaf groep 3 hebben alle groepen 2x per week gymles. Met ingang van dit schooljaar kunnen wij geen beroep meer doen op de vakleerkracht gymnastiek, dat betekent dat de leerkrachten zelf de gymlessen voor hun rekening nemen. In de even weken krijgen wij ondersteuning van David v.d. Sterre, combinatie functionaris vanuit Brede School, gem. Middelburg; op maandag aan de locatie HD en op dinsdag op de locatie MK. Voor de gymlessen in de gymzaal zijn gymschoenen - waarmee NIET mag worden buiten gelopen - verplicht, evenals gymkleding. Deze kleding kan bestaan uit een gymbroek + T-shirt, een gym- of balletpak. Dringend verzoek: Wilt u alle gymkleding merken s.v.p.? Wilt u er bovendien op letten dat de kinderen op de aangegeven dagen hun gymnastiekkleding bij zich hebben en geen waardevolle spullen meenemen. Onze school maakt gebruik van de gymzalen: - Brede school, Mosselkreekstraat (voor de Stromenwijklocatie) - H. Dunantlaan ( voor de Griffioenlocatie)

Cederhof: H. Dunantlaan

ma 3 4/5 6/7

do

13.30-14.15

Cederhof: Mosselkreekstraat

vr 11.00-11.45

10.45-11.30

10.45-11.30

11.30-12.15

11.30-12.15

ma 3 4/5 5/6 7

di

do

14.45-15.15

11.30-12.15

vr

10.45-11.30

10.15-11.00

11.30-12.15

9.30-10.15 14.00-14.45

8

13.15-14.00

36

10.4511.30 8.45-9.30

Vakanties De vakanties van schooljaar 2013-2014 zien er als volgt uit: Herfstvakantie: Kerstvakantie: Voorjaarsvakantie: Pasen: Meivakantie: Hemelvaartsdag: Pinkstervakantie: Zomervakantie:

maandag 14 oktober 2013 maandag 23 december 2013 maandag 3 maart 2014 vrijdag 18 april 2014 maandag 28 april 2014 donderdag 29 mei maandag 9 juni 2014 maandag 14 juli 2014

t/m vrijdag 18 oktober 2013 t/m vrijdag 3 januari 2014 t/m vrijdag 7 maart 2014 t/m maandag 21 april 2014 t/m vrijdag 9 mei 2014 t/m vrijdag 30 mei t/m

vrijdag 22 augustus 2014

Studiedagen De ontwikkelingen binnen het onderwijs en de realisering van onze streefbeelden vragen om een lerende houding en actieve betrokkenheid van alle collega’s binnen onze school. Daarom volgen we als team een aantal cursussen met elkaar of in groepen. Soms maken we gebruik van het R.P.C.Z om ons hierbij te begeleiden, andere keren organiseren we de bijeenkomsten zelf. Dit alles komt de kwaliteit van ons onderwijs ten goede. Dit schooljaar gaan we verder met ‘werken groepsplannen’ op basis van HGW ( handelingsgericht werken). Ook zullen wij ons dit schooljaar richten op oriëntatie nieuwe rekenmethode en nieuwe leesmethode. Daarnaast zal er regelmatig overleg plaatsvinden rondom het nieuwe Kindcentrum de Aventurijn. Dit betekent dat we tijd en ruimte inbouwen in ons jaarrooster om dit te realiseren, de zgn. studie (mid)dagen, de kinderen zijn dan vrij. Aan het begin van het nieuwe schooljaar krijgt u in de nieuwsbrief een overzicht van de ingeplande studiedagen.

Schoolreizen Eén maal per jaar gaan de groepen op stap naar een bestemming die op de groep is afgestemd: - de groepen 1 t/m 7 gaan 1 dag; - groep 8 gaat meerdere dagen op schoolkamp Deze uitstapjes zijn niet gratis. Er wordt een extra schoolreisbijdrage gevraagd voor de schoolreizen in ± mei / juni. Met ingang van schooljaar 2011-2012 zullen wij i.v.m. de hoge kosten de schoolreizen afwisselen, d.w.z. het ene jaar dichtbij ( zonder busreis) en het andere jaar wat verder weg. Alleen gewichtige redenen kunnen er de oorzaak van zijn dat een kind niet meegaat, maar pas nà overleg met de school.

Fietsen Dringend verzoek om kinderen die dicht bij de school wonen, niet op de fiets naar school te laten komen. Er is onvoldoende ruimte om alle fietsen te stallen. Wilt u bij het brengen van uw kind(eren) uw eigen fiets zoveel mogelijk uit de ‘looproute’ van het schoolplein zetten?

37

Maandagmorgengeld Elk jaar wordt er aan het begin van de nieuwe cursus gevraagd wie mee wil sparen voor hulpprojecten en ontwikkelingshulp. Tegelijkertijd wordt er ook gevraagd hoe groot uw wekelijkse bijdrage zal zijn. Wij vragen om die toezegging om een heel jaar te kunnen rekenen op het toegezegde bedrag. (U mag tijdens de vakantie ook gewoon doorgaan met sparen) Elke leerling die meedoet krijgt een spaarkaart waar elke maandagmorgen de meegebrachte bijdrage op wordt bijgeschreven/afgestempeld. Onze school heeft 3 adoptiekinderen via de stichting “Wereldkinderen”. We ondersteunen deze kinderen en hun familie maandelijks. Daarnaast ondersteunen we ook nog projecten via Edukans. Dit schooljaar sparen we voor een kleinschalig schoolprogramma voor arme kinderen in Haiti. De fam. Lako is hier nauw bij betrokken. Op deze manier kunnen we daadwerkelijk iets doen voor andere mensen. Op de website van de school kunt U altijd zien welke doelen we de laatste tijd gesteund hebben.

Eten op school Tijdens de lesuren mag er op school niet worden gesnoept. Vlak voor de ochtendpauze kunnen de kinderen meegebracht eten en drinken nuttigen. Vanzelfsprekend gaat het hier om een gezond tussendoortje en niet om een hele maaltijd. Wilt u a.u.b. geen snoep of priklimonade meegeven? Ook wat betreft de verjaardagstraktatie zouden we u willen vragen om tandbedervend en dikmakend snoepgoed zo veel mogelijk te weren. We willen liever niet dat broertjes, zusjes en vriendjes in andere groepen getrakteerd worden omdat sommige kinderen dan nooit in aanmerking komen.

Overblijven Het overblijven op onze school wordt m.i.v. het nieuwe schooljaar in samenwerking met het KOW geregeld. Dit betekent dat een pedagogisch medewerkster samen met ouders verantwoordelijk is bij het overblijven. De kinderen eten gezamenlijk in een daarvoor beschikbare ruimte en spelen daarna buiten op het plein onder toezicht, tenzij het slecht weer is. De kosten van het overblijven zijn €2,20 per keer. Onze school maakt hierbij gebruik van de diensten van Murlen voor de administratie en financiën. Inschrijven is mogelijk d.m.v. een aanmeldingsformulier, te verkrijgen op school.

38

Buitenschoolse opvang Buitenschoolse opvang, wat is dat eigenlijk? Na schooltijd is de buitenschoolse opvang (BSO) geopend tot 18.00 uur, sommige locaties zelfs tot 19.30 uur. BSO wordt geleid door professionele medewerkers met allemaal een kindgerichte opleiding. Per 10 kinderen is 1 medewerker aanwezig. Wat doet mijn kind op de BSO? Allereerst zorgen we ervoor dat ieder kind zich thuis voelt bij de BSO. Als de kinderen uit school komen kunnen ze even lekker bijkletsen met wat te drinken en fruit of een koekje. Na een hele dag op school zijn er kinderen die eens lekker willen rennen en vliegen, anderen hebben meer behoefte om even op de bank te liggen of gaan direct weer aan de slag met knutsel en frutsel materiaal. Dat kan allemaal bij de BSO. Er worden ook leuke activiteiten aangeboden. Zo gaan de kinderen koekjes bakken, schminken, op pad naar speeltuin, bos of strand, speurtochten, kleien, schilderen, sporten, enz. enz. Tijdens de zomervakantie werkt KOW met een thema, waarin veel leuke en uitdagende activiteiten worden aangeboden. We zijn dan open van 8.00 tot 18.00 uur. Veilig van school naar opvang? • De BSO medewerker haalt de kinderen op en loopt naar de opvang, of; • De BSO medewerker haalt uw kind met de fiets op, of; • Uw kind is oud genoeg om zelfstandig naar de opvang te fietsen of te lopen, of; • Er rijdt een KOW busje of een taxi om de kinderen op te halen, of; • De opvang is in de school en de kinderen komen zelf. Veiligheid heeft de hoogste prioriteit! Wat moet ik betalen? Kinderopvang wordt betaald door de overheid (kinderopvangtoeslag), de werkgever(s) (middels kinderopvangtoeslag) en de ouders. Op onze website www.kinderopvangwalcheren.nl kunt u de actuele prijzen bekijken en uw kosten berekenen middels het rekenmodel. Medewerkers van onze afdeling Advies & Planning helpen u graag om uw bijdrage te berekenen en om de kinderopvangtoeslag aan te vragen: 0118-627716. Naast BSO biedt KOW op diverse locaties ook voorschoolse opvang aan: opvang van 7.30 uur tot de school begint. Uw kind wordt naar school gebracht. Ook voor deze opvangvorm kunt u kinderopvangtoeslag aanvragen. BSO op de Cederhof Voor de kinderen van onze school wordt de BSO, zowel voor- als naschoolse opvang, verzorgd op beide locaties. Aan de Henri Dunantlaan is de BSO gehuisvest in het ‘oude’ kleutergebouw , aan de Mosselkreekstraat in een van de ruimtes van het Getij. Interesse? Voor de actuele locaties en prijzen kunt u kijken op onze website www.kinderopvangwalcheren.nl . Ook een berekening maken en/ of inschrijven kan via deze website. Het is tevens mogelijk om te bellen, de medewerkers van de afdeling Advies & Planning helpen u graag. Het telefoonnummer is: 0118 - 627716.

39

Het JeugdGezondheidsZorg-team (JGZ-team): Dit team heeft o.a. tot taak de ouders de gelegenheid te geven gezondheid, groei en ontwikkeling van hun kinderen te laten beoordelen. Het JGZ-team voor onze school bestaat uit: Dhr. Ab Kok – jeugdarts Mevr. W. Schletterer - jeugdverpleegkundige Mevr. I. Schaafsma- logopediste Mevr. C. Verdonk - jeugdartsassistente Met vragen kunt u terecht op kantoortijden van de GGD-Zeeland afd. Jeugdgezondheidszorg: tel:0113 249420 of op de website: www.ggdzeeland.nl De medische zorg voor uw kind, door de GGD, verloopt langs onderstaande lijn: 1. overdracht van de consultatiebureaukaarten door de jeugdarts en jeugdartsassistente; 2. preventieve logopedische screening in groep 2 van het basisonderwijs; n.a.v. de vragenlijst en de bevindingen van de leerkracht wordt bepaald welk kind in de leeftijd van 4;9-5;9 in aanmerking komt voor een logopedische screening. 3. preventief gezondheidsonderzoek door jeugdarts en assistente van de kinderen op 5 jarige leeftijd, ± groep 2 bao; op het GGD servicepunt in M’burg (PGO-5jr.) 4. preventief gezondheidsonderzoek door jeugdverpleegkundige van de kinderen van 10 jaar op het GGD servicepunt of op school(PGO-10 jr.) 5. Extra zorg: de mogelijk bestaat om de GGD ook tussentijds in te schakelen bij problemen of zorgen omtrent een kind (bijv. twijfel over gehoor of slecht slapen). Dit geldt zowel voor ouders/verzorgers als voor leerkrachten.

Infectieziektewet Het doormaken van een aantal veel voorkomende infectieziekten behoort tot de normale ontwikkeling van een kind. Deze ziekten zijn over het algemeen eenvoudig van mens op mens overdraagbaar. Op plaatsen waar veel kinderen samenkomen, zoals de school, is er daarom een grote kans op verspreiding van dergelijke veel voorkomende ziekten. Maar ook een aantal meer zeldzame en ernstige infectieziekten kunnen via scholen verspreid worden. Op 1 april 1999 is in Nederland de nieuwe infectiewet in werking getreden. Deze wet bepaalt onder meer dat de directeur van de school een ongewoon aantal ziekten onder de kinderen en leerkrachten moet melden bij de GGD. Het gaat dan bijvoorbeeld om een ongewoon aantal ziekten met diarree, geelzucht, huidaandoeningen of andere ernstige [ mogelijk ] besmettelijke aandoeningen. In het belang van de kinderen, maar ook het personeel, kunnen dan in overleg met de GGD maatregelen genomen worden om verdere verspreiding van de ziekte te helpen voorkomen. Wanneer bij uw kind door de huisarts of specialist een besmettelijke aandoening is vastgesteld, stellen wij het op prijs dat u dit meldt aan de leerkracht of de directeur van de school. Deze informatie zal vanzelfsprekend door onze school vertrouwelijk worden behandeld. Op de school is een G.G.D. Klapper aanwezig met alle informatie die van belang.

40

Hoofdluis Op onze school is er een werkgroep luizencontrole ingesteld, die alle kinderen na de grotere vakanties preventief controleert op hoofdluis. De werkwijze en afspraken hier omtrent zijn vastgelegd in een luizenprotocol. Toch kan hoofdluis ook onverwachts tussentijds optreden en daarom doen wij een dringend beroep op u: Indien u hoofdluis bij uw kind ontdekt, wilt u dit dan aan ons meedelen? De kinderen van de school krijgen dan een briefje mee en het luizenprotocol wordt in werking gesteld. Op school zijn er voor de prijs van 2 euro luizencapes te koop.

Privacy Verschillende malen per jaar wordt onze website geactualiseerd, hierop staan ook foto’s van kinderen van onze school. Als u niet wilt dat uw kind(eren) op onze website wordt afgebeeld, wilt u dit dan in de eerste week van het nieuwe cursusjaar schriftelijk aan de school meedelen?

Schoolfotograaf Ieder jaar bezoekt een fotograaf onze school om de kinderen te ‘vereeuwigen’. U krijgt bericht d.m.v. een briefje of de nieuwsbrief wanneer dit zal plaatsvinden. Naast individuele portretten worden ook foto’s van broertjes en zusjes die op school zitten gemaakt alsmede klassenfoto’s. Het afnemen van de foto’s geschiedt op vrijwillige basis. Wat u niet wilt, hoeft u ook niet te betalen. Eventuele bijbestellingen zijn mogelijk.

Mobiele telefoons, MP3 spelers e.d Het gebruik onder schooltijd van mobiele telefoons, MP3 spelers en Ipods e.d. door de kinderen is op onze school niet toegestaan, tenzij er in bijzondere gevallen met de leerkracht een afspraak over is gemaakt (bijv. omdat kinderen verder weg wonen). De school kan niet aansprakelijk worden gesteld bij eventuele vermissing of beschadiging

Sociaal Culturele bijdrage Eenmaal per jaar kan een inwoner van de gemeente Middelburg met een minimuminkomen een aanvraag indienen voor een vergoeding voor sociale, culturele en sportieve activiteiten. Deze bijdrage is bedoeld om bijvoorbeeld de volgende kosten te declareren: vrijwillige (ouder)bijdrage basisschool, schoolreisjes/excursies, schoolgeld/boekengeld en sportcontributies. Het gaat hierbij om een bedrag van 140 euro voor basisschoolkinderen. Wilt u meer informatie kijk dan op de website van de gemeente: www.middelburg.nl onder het kopje ‘werk en inkomen’.

41

Vrijwillige ouderbijdrage Enkele zaken die niet meer weg te denken zijn uit het onderwijs, kunnen niet door het bestuur worden betaald. Zij zullen zelf door de ouders bekostigd moeten worden. Het beste middel hiertoe is het in stand houden van een schoolfonds. Hiervoor wordt van alle ouders een jaarlijkse vrijwillige bijdrage gevraagd. Uit dit schoolfonds worden onder meer betaald: - reiskosten excursies, projecten, thema’s - kosten ouderavonden - kosten van feesten (bv. Sinterklaas, Kerstviering, Paasviering en afscheid gr 8) - buitenspelmateriaal - bezoek aan filmvoorstelling en museum In bovenstaande opsomming zijn niet genoemd het jaarlijkse schoolreisje of het schoolkamp van groep 8, evenmin het overblijven. Voor deze activiteiten wordt een aparte vergoeding gevraagd. Mocht u nadere informatie wensen over de besteding van de ouderbijdrage, dan kunt u altijd terecht bij leden van de medezeggenschapsraad van de school. Alle scholen van de Vereniging voor Christelijk Onderwijs Middelburg vragen van de ouders een jaarlijkse vrijwillige bijdrage. Deze bijdrage is vastgesteld op minimaal Є 20,00 per leerling. Onze MR heeft hierop onderstaande verdeelsleutel gemaakt. Vrijwillige ouderbijdrage per kind: september – eind schooljaar € 20,00 januari – april € 10,00 april – eind schooljaar € 5,00

Over de wijze van betaling van de ouderbijdrage wordt u vanuit de school aan het begin van het schooljaar geïnformeerd. Voor de Cederhof wordt gebruik gemaakt van: girorekening 3485692, t.n.v. Cederhof, Middelburg Bovenstaande regeling is gemaakt met instemming van de medezeggenschapsraad van de school. De boekhouding van het schoolfonds wordt (één maal per jaar) gecontroleerd.

42

Gronden voor vrijstelling van onderwijs. Bij intakegesprekken wordt met de ouders duidelijk de identiteit van de school besproken en de daaruit voortvloeiende consequenties. In principe nemen alle leerlingen deel aan de in het school- en activiteitenplan genoemde activiteiten. Het bevoegd gezag kan op verzoek van de ouders in zeer bijzondere gevallen, de identiteit betreffende, een leerling vrijstellen van het deelnemen aan bepaalde activiteiten. Wordt dit verzoek ingewilligd dan zal de school verzocht worden andere activiteiten op cognitief gebied aan te bieden.

Maatregelen ter voorkoming en bestrijding van lesuitval Kinderen zijn gebaat bij een zo groot mogelijke regelmaat, rust en continuïteit. Ze moeten zich veilig en vertrouwd voelen, het liefst altijd met de eigen leerkracht. Heel belangrijk vinden wij: • Zo weinig mogelijk verschillende gezichten voor de klas. • Zoveel mogelijk dezelfde personen als vervanger. In geval van ziekte of verlof van een leerkracht streeft de directie ernaar om een vertrouwd gezicht voor de kinderen in te schakelen. Zodoende putten wij uit ons eigen bestand om lesuitval te voorkomen. Indien wij de vervanging niet op deze manier kunnen regelen doen wij een beroep op het bestand van vervangers dat centraal geregistreerd staat (een vervangerspool). Lesuitval kan plaatsvinden indien: • Met alle mogelijke moeite geen regeling getroffen kan worden (extreem veel ziektegevallen). • Er sprake is van calamiteiten zoals waterschade of brand. Voor de opvang van de leerlingen worden er maatregelen getroffen om te voorkomen dat kinderen aan hun lot worden overgelaten.

Maatregelen in geval geen vervanging mogelijk is • •

•

•

De ouders, verzorgers van jonge kinderen uit de groepen 1 t/m 2, worden in kennis gesteld van de situatie en verzocht hun kind weer mee naar huis te nemen. Indien, voor de groepen 3 t/m 8, vóór 8 uur ’s morgens bekend is dat geen vervanging mogelijk is, wordt de ouders telefonisch gemeld dat hun kind niet kan komen. Doet zo’n situatie zich voor onder schooltijd dan krijgen de kinderen een brief mee, waarin wordt medegedeeld dat zij ’s middags of de volgende dag niet kunnen worden opgevangen. Onder schooltijd worden geen kinderen naar huis gestuurd.

43

7. Namen en telefoonnummers Directeur

dhr. M.P.W. van de Velde

Marius

615013

gr. 1/2a

mw. T.E. de Buck – Caljouw

Annelies

636828

Mw. E. Aerts

Eline

0648146233

gr. 1/2b

mw. K. van de Dool

Katinka

loc. Grif

( leerkracht Bijenburch)

gr. 3

mw. M.M. van den Broeke - Pouwer Annemarie

593330

mw. A.C. van Eenennaam - Dekker

Rianne

639458

mw. M. Scheermeijer

Marleen

604683

mw. K. Adriaanse

Karin

642262

mw. S. Haak

Sigrid

616153

mw. J. Allewijn

Janneke

638106

mw. W.M. Schout-Baaijens

Willy

634216

mw. M. Kroese

Mirjam

620469

mw. J.M.A Habers – Rottier

Ineke

0113 613314

mw. L. v.d. Plas

Liesbeth

629686

Mw. D. Gerstel

Danielle

06 27092086

mw. A. van Dijk

Annemarie

06 11107580

mw. N.W. de Bruine mw. L. Kerkhof – Vinke

Nehalennia Lia

414968 635069

dhr. H.J. Theune

Henk

623897

mw. N. Bolkenbaas

Nina

06 18030761

Jeannet

594939

Johanneke

614078

Tine

637361

loc. Str

gr. 1/2a loc. Str

loc. Str

gr. 3 loc. Str

gr. 3 loc. Grif

gr. 3 loc. Grif

gr. 4/5 loc. Str

gr. 4/5 loc. Grif

gr. 4/5 loc. Grif

gr. 5/6 loc.S

gr. 5/6 Schakelkl Loc. Str

gr.6/7 loc. Grif

gr. 7 loc. Str

gr. 7 loc. Str

IB taken gr. 8 loc. Str

gr. 8 loc. Str

ADV en zorg Beide loc.

Klassenmw. J. Brasser - de Ridder assistente Klassenmw. J. Baaijens assistente Klassenmw. T. Pouwer assistente

44

vertrouwenspersoon voor de Cederhof: Mw. U. Schreuder IJsselstraat 120 (locatie Stromenwijk) Middelburg vacature

4335 KE

851800

schoolschoonmaak: Schoonmaakbedrijf Bleijenberg Schoonmaakbedrijf Asito

Lokatie H. Dunantlaan Lokatie Mosselkreekstr

Scheldestraat 98 Vlissingen

4380 AE

417500

andere instanties RPCZ -

Hoofdkantoor

Inspectie van het onderwijs

[email protected]

vragen over het onderwijs: Postbus 51

0800-0851 (gratis)

www.onderwijsinspectie.nl

meldpunt vertrouwensinspecteurs Klachtmelding over: sexuele intimidatie, sexueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld, discriminatie,onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, extremisme Postbus 6000 4330 LA Middelburg Postbus 570 4330 AN Middelburg Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer

09001113111

Gemeente

Wethouder van Onderwijs

Gemeente

Dienst Maatschappelijke Zaken - afd. Onderwijs Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

Ministerie

628851

nuttige internet adressen Website Cederhof

www.vco-cederhof.nl

vereniging christelijk onderwijs info VCO-scholen hoofdluisproblemen ? nuttige adviezen ouderinformatie primair onderwijs

www.vco-middelburg.nl

alle informatie over Cito primair onderwijs

www.citogroep.nl

inspectie van het onderwijs w.o.inspectie rapporten basisscholen Kind op Maandag godsdienstmethode Cederhof handige site voor dagjes uit

www.onderwijsinspectie.nl

www.hoofdluizen.nl www.kennisnet.nl

www.kindopmaandag.nl www.uitmetkinderen.nl

45

(lokaal tarief)

675000 675666 079 3531911