S C H I P H O L LOGISTICS P A R K E.O. BEELDKWALITEITPLAN
BDP.khandekar
18 mei
2015
Samenstelling en stedenbouwkundige supervisie:
BDP.khandekar Secr Runsinkbrink 1 2731 AG Benthuizen 079-3426728
[email protected] www.BDPkhandekar.com
In samenwerking met:
2
Schiphol Logistics Park B.V.
Gemeente Haarlemmermeer
P/a Schiphol Area Development Company N.V. (SADC) Postbus 75700 1118 ZT Luchthaven Schiphol T: 020 - 20 666 40
[email protected] www.schiphollogistics.nl
Raadhuisplein 1 - 2132 TZ Hoofddorp Postadres: Postbus 250 - 2130 AG Hoofddorp T: 0900 - 1852
[email protected] www.haarlemmermeer.nl
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
INHOUD
Inleiding
5
Informatie m.b.t. het plangebied en het ontwerp
7
plangebied inpassing in omgeving stedenbouwkundig ontwerp aansluiting en ontsluiting
Richtlijnen inzake beeldkwaliteit bedrijfsbebouwing algemeen, ontwerpprincipes bouwvlak en randvoorwaarden herkenbaarheid en presentatie bouwhoogte en massaopbouw kleur- en materiaalgebruik reclame uitingen
Richtlijnen inzake beeldkwaliteit kavelinrichting bedrijven algemeen, ontwerpprincipes parkeren & loading dock area’s erfafscheiding en beveiliging inritten
Richtlijnen inrichting openbare ruimte algemeen, ontwerpprincipes inrichting buitengebied wegen en routes overige inrichting en materialisatie beheer
Richtlijnen inzake beeldkwaliteit overige functies Beeldkwaliteit Aalsmeerderwegzone Beeldkwaliteit Middengebied
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
9 11 15 19
23 25 27 29 41 43 45
49 51 53 55 57
59 61 63 67 73 75
77 79 81
3
4
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
INLEIDING
De aanleiding voor het opstellen van een nieuw, overkoepelend beeldkwaliteitplan voor SLP e.o. is onder andere dat er een nieuw bestemmingsplan opgesteld wordt voor het gebied tussen de Kruisweg, Geniedijk, snelweg A4 en Aalsmeerderdijk. Er moet een nieuw bestemmingsplan opgesteld worden, omdat de geldende bestemmingsplannen verouderd zijn. De looptijd die is voorzien voor het huidige bestemmingsplan, de beheersverordening Haarlemmermeer BADTOBERO, is tot 1 januari 2015. Het nieuwe bestemmingplan draagt bij aan de opgave voor actualisering van bestemmingsplannen in de gemeente Haarlemmermeer en maakt de ontwikkeling van logistiek bedrijventerrein Schiphol Logistics Park (SLP) en overige ontwikkelingen in het plangebied mogelijk. Voorliggend beeldkwaliteitplan vormt de basis voor de bebouwingsvoorschriften in het gehele plangebied van het geactualiseerde bestemmingsplan. Voor SLP Oost was al een beeldkwaliteitplan van kracht, dat zal worden vervangen door het nieuwe, overkoepelende beeldkwaliteitplan. Dit nieuwe beeldkwaliteitplan voor SLP e.o. maakt tevens onderdeel uit van de Welstandsnota Haarlemmermeer. Daarom volgt dit beeldkwaliteitplan ook de opbouw en inhoud, zoals die is opgenomen in de Welstandsnota Haarlemmermeer. Het Beeldkwaliteitplan zal/heeft een zelfde besluitvormingstraject doorlopen als de Welstandsnota en na de vaststelling van dit beeldkwaliteitplan door de Gemeenteraad van de gemeente Haarlemmermeer dient het als toetsingskader voor een aanvraag voor een omgevingsvergunning. Wanneer er strijdigheid bestaat met de in de Welstandsnota opgenomen regels, prevaleren de eisen/regels in het beeldkwaliteitplan. Iedere aanvraag voor een omgevingsvergunning - voor zover deze gericht is op de activiteit bouwen - dient te worden getoetst aan redelijke eisen van welstand. Voordat een aanvraag voor een omgevingsvergunning binnen het plangebied SLP e.o. wordt ingediend, moeten de plannen altijd eerst worden voorgelegd aan de supervisor en het kwaliteitsteam. Doordat de supervisor/voorzitter van het kwaliteitsteam is benoemd als een gemandateerd welstandslid, kan deze de aanvraag toetsen aan redelijke eisen van welstand.
Het Definitief Ontwerp SLP uit maart 2001 en de ontwikkelingsvoorwaarden die middels een artikel 19 procedure zijn vastgelegd als juridisch-planologisch kader, waren door diverse wijzigingen in en rond het plangebied niet bruikbaar als ruimtelijk kader voor het op te stellen bestemmingsplan. Op de navolgende pagina’s is een korte toelichting opgenomen bij de geactualiseerde ruimtelijke kaders en het onderliggende stedenbouwkundig ontwerp voor het plangebied SLP e.o.. Voor een uitgebreidere toelichting wordt verwezen naar het Geactualiseerde Stedenbouwkundig Ontwerp SLP e.o. (nov. 2013). Dit document is opgesteld in opdracht van SLP en aangeboden aan de gemeente Haarlemmermeer als ruimtelijke toekomstvisie van SLP BV op de ontwikkelingen in het plangebied.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
5
Gemeente Haarlemmermeer Welstandsnota 2013
Figuur 1: Verbeelding 2013 De digitale welstandskaart is leidend (bron Verbeelding 2013. Digitale welstandskaart is leidend Welstandsnota, Haarlemmermeer 2013 p. 20).
20
Welstandsvrij Regime Regulier Welstandsregime Bijzonder Welstandsregime Beeldkwaliteitplan van toepassing Monumenten en beschermde dorpsgezichten Figuur 2: Uitsnede plangebied digitale welstandskaart (bron http://haarlemmermeer.welstandinbeeld.nl/kaart, oktober 2014)
6
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
INLEIDING
Relatie met de welstandsnota De gemeente Haarlemmermeer voert al jaren een actief architectuurbeleid en heeft ook een eigen stadsarchitect. De ervaring leert dat vooraf sturen betere resultaten geeft dan achteraf toetsen. Heldere beeldkwaliteitsplannen en strakke supervisie zijn zichtbaar geworden in opvallende nieuwe woonwijken en bedrijventerreinen. Het welstandsbeleid is bedoeld om de gerealiseerde ruimtelijke kwaliteit voor langere tijd te behouden. Dat is iets anders dan bevriezen, want bouwwerken zijn in de eerste plaats bedoeld om te gebruiken.
Welstandsbeleid In gemeente Haarlemmermeer heeft het welstandsbeleid een algemene onderbouwing op structuurniveau, het raamwerk van de polder, door middel van de (digitale) welstandskaart (zie Figuur 1). Het ruimtelijk raamwerk van de gemeente is bepalend voor het welstandsregime dat er geldt. In de gemeente Haarlemmermeer worden een welstandsvrij, regulier en bijzonder welstandsregime onderscheiden. Daarbij wordt als volgt getoetst: * Welstandsvrij regime: er wordt niet getoetst aan redelijke eisen van welstand. * Regulier welstandsregime: het gebouw in zijn omgeving maar ook als zelfstandig object, de architectonische benadering. * Bijzonder welstandsregime: het gebouw in zijn omgeving, als zelfstandig object en daarnaast ook nog bijzondere onderdelen en details van het gebouw, de esthetische benadering * Specifiek welstandsregime: in het gebied is een beeldkwaliteitsplan van toepassing. * Het verschil tussen de welstandsregimes is dus niet een kwestie van streng, strenger, strengst maar van een beoordeling op maximaal drie schaalniveaus: omgeving, gebouw en detail.
Welstandsregime SLP e.o. Hiernaast is de welstandskaart afgebeeld die geldt anno 2014 (zie Figuur 2). Daarop is zichtbaar dat voor SLP Oost een Beeldkwaliteitplan van toepassing is. Wanneer voorliggend Beeldkwaliteitplan wordt vastgesteld, dan zal voor het gehele gebied het regime beeldkwaliteitplan van toepassing gelden. Daarbij kan voor enkele functies, namelijk bestaande woningen langs de Aalsmeerderweg en bestaande bedrijven langs de Kruisweg verwezen worden naar het huidige reguliere welstandsregime, aangezien daar geen (grootschalige) ontwikkelingen zijn voorzien.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
7
INFORMATIE MET BETREKKING TOT PLANGEBIED EN ONTWERP
Kaagbaan Schiphol-Rijk
Aalsmeerderweg
Aals me
erde
rdijk
Kruisweg (N196)
Ringv
aart
A4
Geniedijk Fort Aalsmeer
0
100
200
300
400
500m
Figuur 3: De A4, Kruisweg (N196), Geniedijk en Aalsmeerderdijk begrenzen het plangebied.
10
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
PLANGEBIED
Het plangebied voor het bestemmingsplan ‘Rozenburg Schiphol Logistics Park’, dat tevens het plangebied voor het voorliggende beeldkwaliteitplan is, ligt aan de oostkant van de gemeente Haarlemmermeer, tegen de Ringvaart aan. Het plangebied is een voormalig agrarisch gebied tussen de kernen Hoofddorp (westzijde), Schiphol-Rijk (noordzijde), Aalsmeerderbrug en Aalsmeer (oostzijde) en Rijsenhout (zuidzijde) in (zie Figuur 3) . Aan de zuidzijde grenst het plangebied aan de Geniedijk en Fort Aalsmeer. Beiden maken deel uit van de Stelling van Amsterdam, die op de werelderfgoedlijst van Unesco staat.
De nabijheid van Schiphol Het plangebied, dat in totaal ca. 220 hectare groot is, ligt direct ten zuiden van Schiphol en is optimaal aangesloten op het rijkswegennet (A4) en openbaar vervoer voorzieningen (Rnet). Het plangebied zal door diverse ontwikkelende partijen grotendeels worden ontwikkeld tot een bedrijventerrein. Het grootste deel van de ontwikkeling is bestemd voor logistieke bedrijven. Door de goede bereikbaarheid via de A4 en de N201 en de ligging nabij het vrachtplatform van Schiphol is het plangebied één van de beste locaties in Nederland voor logistieke bedrijven met luchtvrachtafhandeling. Gezien de kwaliteitseisen die aan een dergelijke toplocatie kunnen worden gesteld en de geplande gefaseerde ontwikkeling van het terrein door verschillende ontwikkelende partijen, is het van belang om de ambities en richtlijnen vooraf goed vast te leggen. De nabijheid van Schiphol brengt ook enkele beperkingen met zich mee; als gevolg van de aanvliegroutes zijn er op diverse plekken binnen het plangebied strikte beperkingen ten aanzien van hoogte en bebouwbaar oppervlak. Deze beperkingen zijn vastgelegd in het Luchthaven Indelings Besluit (LIB). Daarnaast ligt midden in het plangebied een reserveringsgebied voor een nieuwe start- en landingsbaan, de Parallelle Kaagbaan.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
11
Schiphol
Hoofddorp
Plangebied Nieuw-Vennep
Figuur 4: Het plangebied ligt aan de oostkant van de Haarlemmermeerpolder.
Polderlint Aalsmeerderweg
12
De 500 el boom naast de N201
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
INPASSING IN OMGEVING
Het plangebied SLP e.o. ligt in de Haarlemmermeerpolder, aan de oostelijke rand (zie Figuur 4). De noordoostzijde van de polder is herkenbaar door zijn hoogwaardige dynamiek en biedt ruimte aan Luchthaven Schiphol en de daaromheen gelegen innovatieve werk- en kantoorgebieden en het glastuinbouwgebied PrimAviera. De zuidwestzijde van de polder is herkenbaar als aantrekkelijk gebied met recreatief groen, een duurzaam watersysteem en woningbouw die in deze context past.
Bedrijven Binnen het plangebied zal Schiphol Logistics Park (SLP) worden ontwikkeld, een bedrijventerrein voor grotendeels luchthaven gebonden bedrijven. In het ontwerp is tevens rekening gehouden met de reservering voor een nieuwe start- en landingsbaan van Schiphol, de Parallelle Kaagbaan. Door deze reservering blijft een brede strook van het plangebied (voorlopig) onbebouwd en worden de gebieden die buiten de reservering vallen ontwikkeld met voornamelijk bedrijfsfuncties. Daarmee zal het gebied transformeren van een voorheen grotendeels onbebouwd agrarisch en kassengebied tot een intensief bebouwd bedrijventerrein.. Het uitgangspunt van het stedenbouwkundig plan voor SLP is intensief en effectief ruimtegebruik. Dubbel grondgebruik wordt hierbij gestimuleerd en parkeren moet in, op of onder de bebouwing gerealiseerd worden. Intensief ruimtegebruik wordt bereikt door de gebruiksmogelijkheden van de kavels te optimaliseren (geen groeneisen op de kavels maar in de openbare ruimte aan de randen van het plangebied) en multifunctioneel gebruik te stimuleren. Concreet kan dit vorm krijgen door dubbel grondgebruik voor functies zoals parkeren,kantoren, ruimtes voor research & development, testing en value added logistics. Daarnaast wordt bebouwing bij voorkeur zoveel mogelijk aaneengeschakeld, waardoor het ontstaan van onbenutte restruimte wordt voorkomen. Het geheel resulteert in een efficiënte inrichting van het bebouwbare terrein, in een groene omgeving.
Infrastructuur Eveneens kenmerkend voor het plangebied is dat het wordt doorkruist en geflankeerd door infrastructuur. Hierdoor is het gebied zeer goed bereikbaar (A4, N201, Kruisweg (N196)), maar dit heeft ook effect op de ruimtelijke structuur en interne verbindingen. Een aanzienlijk deel van de infrastructuur ligt verhoogd ten opzichte van het maaiveld, op dijklichamen. Door de bebouwing aaneengesloten te ontwerpen en de representatieve (gebouwde) randen en/of representatieve gebouwen op herkenbare punten vormt te geven en door het landschap in te richten als een samenhangend geheel met een open karakter, ontstaat er ondanks de vele doorkruisingen een herkenbare eenheid.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
13
nie
dij
rw eg
Ge
ee lsm Aa
25
0m
zo
ne A4
rd e
k
Figuur 5: Visie Groenblauwe structuur Haarlemmermeer 2030 met uitsnede plangebied
14
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
INPASSING IN OMGEVING
Groenblauwe structuur Haarlemmermeer 2030 Binnen het plangebied en in de directe omgeving liggen enkele landschappelijke elementen die van belang zijn voor de ruimtelijke structuur van de Haarlemmermeerpolder. Deze zijn ondermeer verankerd in de Structuurvisie Haarlemmermeer 2030 en de Groenblauwe structuur Haarlemmermeer 2030 (zie Figuur 5). Voor SLP e.o. zijn met name de Geniedijk, polderstructuur en de groenblauwe structuur langs de A4 van belang.
Polderstructuur Het behouden en zichtbaar maken van de polderstructuur is een belangrijk uitgangspunt voor de ruimtelijke structuur van SLP e.o. Dit komt onder meer tot uiting in het behoud van het polderlint langs de Aalsmeerderweg en de 500 el boom. Waar mogelijk worden bestaande kavelsloten verbreed om de polderstructuur te benadrukken. Voor de onbebouwde gebieden, die worden ingekaderd door bebouwde gebieden en infrastructuur geldt dat zij elk een eigen karakter en gebruikswaarde hebben. Ook bij de inrichting van deze ‘groene’ gebieden geldt dat het herkenbaar maken van de polderstructuur uitgangspunt is.
Groenblauwe structuur langs de A4 Langs de A4 komt aan weerszijden een landschappelijk in te richten strook van 250 meter breed (gemeten vanaf de as van de A4). Deze zone maakt onderdeel uit van de Groenblauwe Hoofdstructuur Oostflank Haarlemmermeer (vastgesteld door gemeenteraad in 2010). Deze strook heeft meerdere functies en een landschappelijke en ecologische betekenis. Tegelijkertijd vormt de strook een reserveringsruimte voor toekomstige parallelle uitbreiding van de A4 en voor eventuele extra aansluitingen.
Geniedijk - Stelling van Amsterdam De Geniedijk in de Haarlemmermeer is onderdeel van de Stelling van Amsterdam, een historische verdedigingsring rond de hoofdstad. In 1996 is de Stelling van Amsterdam vanwege haar historische en culturele waarde geplaatst op de Lijst van het Werelderfgoed van de UNESCO. Om ervoor te zorgen dat de Geniedijk in de toekomst ervaarbaar blijft als belangrijk onderdeel van de Stelling van Amsterdam wordt het Geniepark aangelegd. De Geniedijk vormt de zuidelijke grens van het plangebied, waardoor een deel van het Geniepark binnen het plangebied komt te liggen.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
15
Figuur 6: Ruimtelijke structuur SLP e.o. LEGENDA Plangebied
Waterstructuur
Ten ontwikkelen gebied (bedrijfsfuncties)
N201
Opties truckparkeren
16
Interne ontsluitingswegen Interne ontsluitingswegen (profiel ca. 30m)
Middengebied (‘binnentuin’ SLP)
500 el boom
Ringdijkpark
Bomenrij t.b.v. herkenbaarheid polderlint
Geniepark (ca. 50m bomenweide)
Representatie bebouwing
Polderlint Aalsmeerderweg
Aandacht voor uitstraling naar Geniepark
Groengebieden agrarisch gebruik
Lagere bouwhoogte naar Aalsmeerderdijk
Zone A4: eenvoudig kijkgroen
Duidelijk vormgegeven rand SLP (locatie n.t.b.)
‘Inpassingszone’
Bomenrijen
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
STEDENBOUWKUNDIG ONTWERP
Schiphol Logistics Park (SLP) heeft al een lange ontwikkelingsgeschiedenis. Eind jaren ‘90 is reeds gestart met de ontwikkeling van het gebied. De belangrijkste doelstelling bij de ontwikkeling van SLP is om te zorgen voor een zo helder mogelijke opzet om de herkenbaarheid van en samenhang tussen de verschillende onderdelen en ontwikkelingen te optimaliseren. Daarom is voor het nieuw op te stellen bestemmingsplan en beeldkwaliteitplan hetzelfde plangebied gehanteerd, waarbij de A4, de Kruisweg, de sloot ten westen van de Aalsmeerderdijk en de sloot ten noorden van de Geniedijk als plangrenzen zijn vastgesteld (zie Figuur 3 op pagina 10). De principes van het stedenbouwkundig plan voor SLP uit 2001 en de richtlijnen vanuit de artikel 19 procedure voor SLP Oost zijn waar mogelijk overgenomen en verwerkt in deze plannen, waarbij met name de polderstructuur en de reservering voor de Parallelle Kaagbaan als structurerende kaders herkenbaar zijn. De kaders en richtlijnen in dit beeldkwaliteitplan zijn opgesteld om de herkenbaarheid en kwaliteit te waarborgen. Hieronder zijn enkele kernpunten van het onderliggende stedenbouwkundig ontwerp (zie ook Figuur 6) kort beschreven.
Bebouwing De meest opvallende bebouwing binnen het gebied zal de bedrijfsbebouwing van SLP zijn. Deze vormt zowel in omvang als in uitstraling een groot contrast met de bestaande woonbebouwing langs ondermeer de Aalsmeerderweg en de Aalsmeerderdijk. De bedrijfsbebouwing bestaat over het algemeen uit een bedrijfshal en expeditie, een verhoudingsgewijs qua omvang beperkt kantoorgedeelte en parkeren. De ontwikkeling van bedrijfsbebouwing is voorzien in een drietal deelgebieden; SLP Oost, SLP West en SLP Zuid. Daarnaast is een uitbreiding van het bebouwbaar gebied door andere partijen voorzien in een smalle strook ten noorden van SLP West. De Arendshoeve (kwekerij en evenementenlocatie) is een bijzondere schakel in de overgang van het logistieke bedrijventerrein naar het recreatieve Geniepark (en Fort Aalsmeer). De ontwikkeling van de bebouwing vindt plaats door de verschillende (grond)eigenaren. Voorliggend beeldkwaliteitplan geldt voor het hele gebied en alle verschillende ontwikkelingen. Hierdoor geldt voor iedereen hetzelfde toetstingskader en wordt de samenhang binnen het gebied gewaarborgd. De kaders voor de uitwerking van de bebouwing worden nader uitgewerkt in dit beeldkwaliteitplan in hoofdstuk 2, richtlijnen inzake beeldkwaliteit gebouwen.
Reservering Parallelle Kaagbaan De zone die is gereserveerd ten behoeve van de Parallelle Kaagbaan is als het ware uitgesneden uit de bouwvelden. Deze zone is duidelijk herkenbaar doordat deze voornamelijk als ‘agrarisch groen’ is ingericht en zich daarmee duidelijk onderscheidt van aangrenzende (groen)gebieden. Het deel van het reserveringsgebied waarin de N201 een bocht maakt, zal op langere termijn een functie kunnen krijgen als ‘binnentuin van SLP’ en water-retentiegebied. Bedrijven richten zich met de voorzijde naar dit gebied. Bomenrijen kaderen het middengebied in aan de noord- en zuidzijde. In het kader van duurzaam gebruik van het gebied kunnen ook tijdelijke activiteiten met kleinschalige gebouwde en/of ongebouwde functies worden toegestaan binnen het reserveringsgebied. Daarbij is het wel van belang om verrommeling tegen te gaan, aangezien deze zone goed zichtbaar is vanaf de N201 en er bij de ontwikkeling van SLP juist veel aandacht is voor het creëren van representatieve zijdes naar de N201. Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
17
De N201 doorsnijdt het gebied op grondlichamen
Gerealiseerde bebouwing in SLP Oost
Het Geniepark vormt de zuidgrens van SLP
Impressie Ringdijkpark (Delva Landscape Architects)
Figuur 7: Vogelvluchtimpressie bedrijfsontwikkeling SLP (conform plannen SLP, exclusief ontwikkelingen door anderen)
18
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
STEDENBOUWKUNDIG ONTWERP
N201 Het tracé van de N201 neemt een dominante positie in binnen het plangebied. De N201 draagt bij aan een goede bereikbaarheid van SLP door de directe op- en afrit die aansluit op de Naritaweg. Tegelijkertijd heeft de N201 een beperkend effect op de bereikbaarheid en de leesbaarheid van het deelgebied ten westen van de Aalsmeerderweg (SLP West). Aan de Westrand van SLP West zal een rand met naamsvermelding gerealiseerd worden, die vanaf de N201 (en A4) het visitekaartje vormt voor SLP. Direct na het kruisen van de Aalsmeerderweg buigt de N201 af in noordelijke richting en valt hierbij grotendeels binnen het reserveringsgebied voor de Parallelle Kaagbaan. Hierdoor ontstaat mooi zicht op de westelijke rand van SLP Oost. De N201 ligt vanaf de bocht in het middengebied verhoogd om de Naritaweg en (iets noordelijker) de Kruisweg en de busbaan ongelijkvloers te kunnen kruisen. Deze zone leent zich om (op maaiveldniveau) ofwel westelijk ofwel oostelijk van de N201 een truckparkeerplaats in te passen.
Polderstructuur: Aalsmeerderweg & 500 el boom De Aalsmeerderweg is één van de historische polderlinten binnen de Haarlemmermeer. De beleving van de Aalsmeerderweg ten noorden van de Geniedijk staat onder druk. Diverse onderbrekingen en omleidingen doen afbreuk aan de beleving van het lint. Daarbij komt dat veel van de oorspronkelijke (woon)bebouwing gesloopt is als gevolg van de ligging nabij Schiphol en de aanleg van de N201. Door binnen het plangebied in te zetten op behoud van een voor een polderlint herkenbaar wegprofiel (smalle rijbaan met een sloot aan één kant, begeleid door een bomenrij aan één kant) zal de Aalsmeerderweg ook ten noorden van de Geniedijk herkenbaar blijven als polderlint. De delen van het lint binnen het Middengebied (‘binnentuin’) hebben geen verkeersfunctie; hier geldt een (landschappelijke) herinrichtingsopgave waarbij wel het beeld van het historische lint (met bomenrij en sloot) zal worden gehandhaafd ,maar zonder de verkeersfunctie. De 500 el boom is een bestaande solitaire boom die herinnert aan de oorspronkelijke polderverkaveling en dan ook is ingepast in de ontwikkelingen (zie ook pagina 65).
Geniepark Het Geniepark wordt een recreatiegebied, dat wordt aangelegd om te waarborgen dat de Geniedijk in de toekomst ervaarbaar blijft als onderdeel van de Stelling van Amsterdam. Een groot deel van het Geniepark ligt buiten het plangebied van SLP e.o. Binnen het plangebied omvat het Geniepark een strook van ca. 50 meter ten noorden van de Geniedijk (gemeten vanaf de noordelijke oever van het Achterkanaal) die conform het ontwerp voor het Geniepark wordt ingericht als bomenweide.
Ringdijkpark Het Ringdijkpark vormt de overgang tussen de bedrijfskavels van SLP Oost en de bestaande woonbebouwing langs de Aalsmeerderdijk. Het park ligt in de luwte van het regionaal recreatief netwerk. Het park is ontworpen en ingericht als buurtpark voor de bewoners van de Aalsmeerderdijk. Het park krijgt een geaccidenteerd maaiveld met sierlijke grassen, parkbomen, wandelpaden en verblijfsplekken. Vanuit SLP zijn er twee toegangsmogelijkheden; ter hoogte van de Naritaweg en ter hoogte van de Incheonweg (via de fietsverbinding naar de Aalsmeerderdijk).
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
19
Figuur 8: Ontsluitingsstructuur SLP e.o. LEGENDA Plangrens Snelweg A4 Parallelstructuur A4 inclusief op- en afritten N201 Lokale ontsluitingsstructuur HOV (vrijliggende busbaan Rnet met halte) Mogelijkheid ontsluitingsweg op uitgeefbaar terrein Ontsluiting Arendshoeve Toekomstige mogelijkheden & optimalisaties Afgewaardeerd polderlint
20
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
AANSLUITING EN ONTSLUITING
Voor een logistiek bedrijventerrein is een optimale bereikbaarheid van groot belang. De verbreding van de A4 en aanleg van de parallelstructuur langs de A4, die in 2013 gerealiseerd is, dragen bij aan een goede bereikbaarheid van SLP.
Hoofdverkeersstructuur SLP is gelegen ten oosten van de A4, aan de afslag Hoofddorp en op slechts vijf minuten van Schiphol-Centrum en Schiphol-Zuidoost. De N201 sluit aan op de afslag Hoofddorp en het tracé van de N201 loopt als een stroomweg door SLP. De N201 is een belangrijke regionale ontsluitingsroute en vormt voor SLP de aansluiting met het regionale en landelijke verkeersnetwerk. Ter hoogte van SLP Oost krijgt de N201 een (ongelijkvloerse) op- en afrit die aansluit op de Naritaweg. De Pudongweg sluit middels een gelijkvloerse kruising aan op de Naritaweg en de Kruisweg (N196) en vormt daarmee de belangrijkste ontsluitingsweg van SLP Oost (zie Figuur 8). Ook SLP Zuid en West worden via deze route ontsloten. Hiervoor is de Incheonweg aangelegd als verbinding tussen de Pudongweg en de Aalsmeerderweg / SLP West. Het viaduct over de N201 sluit echter niet goed aan op de Incheonweg, waardoor een slinger gemaakt moet worden over de Aalsmeerderweg. Dit is een onoverzichtelijke en onwenselijke situatie, omdat vrachtverkeer over het oude polderlint rijdt en vrachtverkeer voor de bochten meer ruimte nodig heeft dan er beschikbaar is. Daarom is bij de planvorming een reservering opgenomen voor de aanleg van een nieuwe weg, parallel aan de Incheonweg (de Verlegde Incheonweg). Via deze Verlegde Incheonweg kunnen SLP Zuid en de Arendshoeve worden ontsloten. Afhankelijk van de verkaveling van SLP West ten zuiden van de N201 kan de Incheonweg hier doorgezet worden of uitgegeven worden als bedrijventerrein. In het verlengde van de Naritaweg is eveneens een reservering opgenomen, zodat het op de langere termijn mogelijk blijft om een directe verbinding te maken tussen het noordelijke deel van SLP West en de Naritaweg / N201 en ook richting de Kruisweg en Rijkerstreekweg.
HOV - Rnet In 2002 is in de provincie Noord-Holland Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) in de vorm van de Zuidtangent gestart. Kenmerkend voor HOV zijn de hoge frequentie, hoge betrouwbaarheid en snelheid. Daartoe maakt de Zuidtangent, die inmiddels onderdeel uitmaakt van R-net (Randstadnet), grotendeels gebruik van vrijliggende busbanen. Het eerste tracé van de Zuidtangent is de route Haarlem Schalkwijk – Schiphol. Deze route is uitgebreid in oostelijke (Amsterdam) en westelijke richting (station Haarlem). Daarnaast zijn er twee zijtakken, de zuidtak naar Nieuw Vennep en de oosttak naar Uithoorn. Het tracé van de oosttak loopt door het plangebied van SLP. De vrijliggende busbaan loopt binnen het plangebied van SLP min of meer parallel aan en ten westen van de N201, maar blijft op maaiveldniveau, zodat de busbaan de N201 ter hoogte van de Kruisweg (N196) ongelijkvloers kan kruisen. In 2014 is een halte aangelegd op de kruising van de Naritaweg en de busbaan. Buiten het plangebied zal Knooppunt Zuid (knooppunt van HOV buslijnen) gerealiseerd worden. De definitieve locatie staat nog niet vast.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
21
Figuur 9: Langzaam Verkeer SLP e.o. LEGENDA Plangrens
22
Regionale fietsroutes Regionale fietsroutes
Lokale fietsroutes Lokale fietsroutes
Toekomstige / Toekomstige / wenselijke fietsroute
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
AANSLUITING EN ONTSLUITING
OLV Het tracé van de Ongestoord Logistieke Verbinding (OLV) ligt nog niet vast. De uitwerking van het tracé vindt plaats in overleg met diverse stakeholders, waaronder ook SLP. Vanwege de onzekerheid over de ligging, is voor de OLV geen concrete ruimtereservering opgenomen binnen het plangebied SLP e.o. In de zone tussen SLP West en de A4 is echter voldoende ruimte beschikbaar om het tracé goed in te passen wanneer de OLV een uitwerking dient te krijgen ten oosten van de A4.
Langzaam verkeer In en rond SLP zijn verschillende fietspaden gelegen (zie Figuur 9). Bij deze fietspaden is onderscheid te maken in doorgaande recreatieve fietsroutes (hoofdfietsroutes) en fietsroutes voor bestemmingsverkeer (lokale fietsroutes). Grofweg bevinden de recreatieve fietsroutes zich langs de randen van het plangebied en zijn er binnen het plangebied alleen fietsroutes die ervoor zorgen dat SLP per fiets bereikbaar is voor bijvoorbeeld werknemers. Vanaf de Aalsmeerderweg is SLP Oost per fiets bereikbaar via het middengebied (fietspad ten zuiden van de N201) en via een fietspad langs de Verlegde Incheonweg. Wanneer de Verlegde Incheonweg eerder wordt aangelegd dan het fietspad door het middengebied, vervalt de noodzaak om dit fietspad alsnog aan te leggen. Vanaf de snelfietsroute langs de Kruisweg (N196) is SLP bereikbaar via de fietslift bij de Aalsmeerderweg of via de Aalsmeerderdijk en vervolgens via het fietspad door het Ringdijkpark naar de Incheonweg. Via de Geniedijk en vervolgens de Aalsmeerderweg is nog een alternatieve fietsroute mogelijk vanuit Hoofddorp naar SLP. De aansluiting van het fietspad langs de Pudongweg op de fietspaden ten noorden van de Kruisweg wordt nog nader uitgewerkt (en afgestemd met het HOV Knooppunt Zuid).
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
23
RICHTLIJNEN INZAKE BEELDKWALITEIT BEDRIJFSBEBOUWING
Figuur 10: Functiekaart Bedrijfsbebouwing LEGENDA Plangrens Logistiek/service Logistiek/service (niet bebouwbaar) Logistiek/service - kleinere korrelgrootte mogelijk Logistiek/service kleinere korrelgrootte (niet bebouwbaar) Inpassingszone Mogelijke locaties truckparkeren Woonkavels
26
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
ALGEMEEN, ONTWERPPRINCIPES
Voor SLP e.o. zijn de belangrijkste ontwerpprincipes dat de bebouwing zich representeert naar de omgeving en dat een deelgebied als geheel herkenbaar is. Door de reserveringszone voor de parallelle kaagbaan ontstaan automatisch twee deelgebieden: SLP West en SLP Oost. SLP Zuid is het derde deelgebied, dat ten zuiden van de Incheonweg ligt. Voor SLP Zuid geldt dat waar mogelijk de principes die voor SLP Oost en West gelden worden doorgezet bij SLP Zuid I en II. Zo is het bijvoorbeeld de intentie om langs het Geniepark zowel bij SLP West, als SLP Zuid en de Arendshoeve dezelfde ontwerpprincipes te hanteren. Wat betreft de uitgeefbare gebieden wordt in dit beeldkwaliteitplan uitgegaan van de situatie zoals deze wordt opgenomen in het Bestemmingsplan Rozenburg SLP e.o. Dit hoofdstuk gaat specifiek in op de richtlijnen voor de beeldkwaliteit van de bedrijfsbebouwing. Voor de Aalsmeerderwegzone (bestaande woningen en bestaande bedrijven) en tijdelijke kleinschalige bebouwing in het middengebied wordt verwezen naar het hoofdstuk richtlijnen inzake beeldkwaliteit overige functies.
Bedrijfskavels Voorwaarde bij de ontwikkeling van een bedrijfskavel is een compact bouwplan dat past binnen de kaders zoals die zijn uitgewerkt in voorliggend beeldkwaliteitplan en het bestemmingsplan. Individuele gebouwen zijn ondergeschikt aan het geheel. De vormgeving van de individuele gebouwen moet aansluiten bij de vormgeving van de gebouwen op de luchthaven Schiphol. Dit betekent dat er eisen worden gesteld aan materiaalgebruik, kleur en vormgeving. De bedrijfskavels zijn (door hun omvang en ligging) hoofdzakelijk gericht op logistieke bedrijvigheid. De gebouwen zullen vanwege de functie (opslag/logistiek) in de basis niet heel hoogwaardig van uitstraling zijn. Daarom is er extra aandacht nodig voor de uitstraling van de gebouwen naar de omgeving; de gebouwen zijn niet naar binnen gericht maar leveren een bijdrage aan de beleving van de omgeving. Omdat de uitgeefbare gebieden in het noordelijke deel van SLP West met meerdere beperkingen te maken hebben, is hier meer diversiteit (in functie en gebouwomvang) mogelijk en waarschijnlijk (zie ook Figuur 10). Gezien de beperkingen vanuit het LIB en de bebouwingsmogelijkheden, worden bij SLP West minder eisen gesteld aan de algemene uitstraling van de bebouwing. In plaats hiervan wordt de bebouwing grotendeels aan het directe zicht onttrokken door bomen en opgaande beplanting langs de randen. Binnen deze groene afscherming kunnen enkele openingen gemaakt worden waarin de bedrijven zich kunnen presenteren. Voor de deelgebieden langs het Geniepark is het van belang dat de bebouwing en kavelinrichting geen negatief effect heeft op de uitstraling en gebruiksmogelijkheden van het Geniepark. Langs deze rand wordt daarom gestreefd moeten naar een rustige, neutrale uitstraling.
Brandveiligheid Wat betreft brandbeveiliging wordt in eerste instantie verwezen naar de algemeen geldende voorschriften en richtlijnen. Ontwerpen moeten worden voorgelegd aan de bevoegde instanties, zoals de brandweer.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
27
min. 3,5m vrijhouden
unit ≥1.250m2
gebouw ≥5.000m2 kavel ≥7.500m2 Figuur 11: Overzichtskaart functies: Logistiek
Figuur 12: Kavel en bouwvlak - algemeen logistieke bedrijvigheid
kavel ≥3.000m2
geen minimale footprint of unitgrootte vastgelegd
min. 3,5m vrijhouden
KANTOOR
Figuur 13: Overzichtskaart functies: kleinschaliger logistiek / service
≤ 30%
Figuur 14: Kavel en bouwvlak - kleinschaliger logistiek / service
BEDRIJF ≥ 70%
Figuur 15: Verhouding bedrijfs- en kantooroppervlak
28
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
BOUWVLAK EN RANDVOORWAARDEN
Typerend voor de toekomstige bebouwing van SLP zijn de logistieke gebouwen op grote kavels. Hoewel getracht wordt het ruimtegebruik te optimaliseren, zijn (grote) expeditieterreinen onlosmakelijk verbonden aan logistieke bedrijvigheid. Door bebouwing, erfinrichting en erfscheiding in samenhang te ontwerpen en het aantal inritten bij kavels te beperken kan een hoogwaardige uitstraling worden bereikt, die bijdraagt aan de identiteit van het gebied.
Bereikbaarheid bij calamiteiten Behalve via de openbare weg dienen de kavels tevens ‘buitenom’ bereikbaar te zijn voor hulpdiensten. Hiervoor dient langs de zijden die niet grenzen aan een openbare weg (maar bijvoorbeeld aan een watergang) een zone met een breedte van minimaal 3,5 meter vrij te blijven van bebouwing. Bij de bepaling van het bebouwbaar gebied en de uiterste rooilijnen is hiermee rekening gehouden. De route moet altijd toegankelijk zijn voor hulpdiensten.
Logistieke bedrijvigheid - kavel en bouwvlak * Toegestaan zijn gebouwen, bijgebouwen en kantoorruimten (uitgezonderd bedrijfswoningen) die nodig zijn voor de bedrijfsvoering, alsmede gebouwen voor parkeervoorziening. * Een kavel heeft een minimale omvang van 7.500 m2 (zie Figuur 12). * Een gebouw heeft een minimale footprint van 5.000 m2. * Indien een bouwplan opgedeeld wordt in (meerdere verhuurbare) units, heeft iedere unit een footprint van minimaal 1.250 m2. * Fietsenstallingen, portiersloges en technische installaties opnemen in de gebouwen.
Kleinschaliger logistiek / service - kavel en bouwvlak Voor enkele deelgebieden die als gevolg van kavelvorm en/of LIB hoogtebeperkingen beperkt zijn in de ontwikkelingsmogelijkheden is kleinschaliger logistieke bedrijvigheid en/of servicegerelateerde bedrijvigheid toegestaan (zie Figuur 13). * Voor een kavel voor kleinschaliger logistiek, servicebedrijven en overige gerelateerde bedrijvigheid is geen minimale kavelomvang vastgelegd. Gezien de omvang van het terrein lijkt over het algemeen een minimale omvang van 3.000 m2 logisch. * Op deze kavels is geen minimale footprint vastgelegd voor de bebouwing (zie Figuur 14).
Verhouding bedrijfs- en kantooroppervlak De omvang van het bruto vloeroppervlak van het kantoordeel is maximaal 30% van het totale bruto vloeroppervlak bedrijfsbebouwing. Daarnaast mag het kantooroppervlak maximaal 15% van de kaveloppervlakte van de totale ontwikkeling van de betreffende aanvrager bedragen. Het kantoorgedeelte van een bouwplan dient een functionele relatie te hebben met de bijbehorende bedrijfsruimte. Solitaire kantoorontwikkeling is niet mogelijk. Bij hoge uitzondering kan er, indien gebleken is dat extra kantooroppervlak functioneel noodzakelijk is, met de Gemeente gesproken worden om vrijstelling te verlenen voor een groter kantoor vloeroppervlak per bouwplan. Hiervoor is een separaat besluit van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Haarlemmermeer noodzakelijk. Zie voor de parkeernormen behorende bij het kantoor- en bedrijfsoppervlak het hoofdstuk richtlijnen inzake beeldkwaliteit kavelinrichting bedrijven.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
29
Figuur 16: Schema representatieve randen
30
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
HERKENBAARHEID EN PRESENTATIE
Uitgangspunt: representatieve randen Om de gewenste representatieve uitstraling naar buiten toe te waarborgen zijn richtlijnen opgesteld voor de buitenranden van de bebouwde deelgebieden. Per deelgebied kan de wijze waarop dit bereikt wordt - en dus ook de bijhorende richtlijnen - verschillend zijn. De uitstraling naar de ‘interne’ openbare ruimte binnen de bouwvelden is van ondergeschikt belang. Hier gelden dan ook minder stringente regels. Ook voor SLP West geldt dat de representatieve zijde van de bebouwing gericht is op de N201 en het middengebied. Vanwege de invloed van het LIB op dit gebied, kan op het westelijke deel van de kavels geen bebouwing gesitueerd worden en is voor de bebouwbare delen de bouwhoogte beperkt. Daarom worden langs deze rand extra middelen ingezet waarmee de herkenbaarheid en kwaliteit van SLP als geheel worden gewaarborgd. De afzonderlijke bedrijven kunnen zich presenteren richting de N201. Op de volgende pagina’s zijn voor de verschillende randen van SLP de geldende kaders en voorwaarden nader uitgewerkt.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
31
Figuur 17: De westrand vormt de entree naar SLP vanaf de afrit van de A4 en de N201
Referentiebeelden westzijde: uitstraling naar A4
Referentie rand met naamsvermelding
Impressie rand SLP Westzijde
Referentie rand met naamsvermelding
as A4
Onderzoeken of de rand herkenbaar kan zijn vanuit de lucht
A4
groen langs de A4
Inpassingszone
Uitgeefbaar terrein
Figuur 18: De westrand vormt de representatieve entree naar SLP vanaf de afrit van de A4 en de N201
32
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
Westzijde - ‘entree naar SLP’ Omdat aan de westzijde als gevolg van de LIB beperkingen weinig tot geen bebouwing is toegestaan, zal de rand van het uitgeefbaar gebied hier op een andere wijze een representatieve uitstraling moeten krijgen. Hiervoor zal een herkenbare ‘rand van SLP’ ontworpen en gerealiseerd worden, parallel aan de A4. Deze vormt vanaf de N201 als het ware de entree naar SLP. Hiervoor is een zoekgebied (‘inpassingszone’) aangeduid welke tevens is opgenomen in het bestemmingsplan (zie ook Figuur 18). De uitwerking van deze rand is voorzien als een afzonderlijke opgave die op grond van SLP bv zal worden gerealiseerd. * De exacte plaats van de rand is nog niet vastgelegd, maar deze dient wel binnen de inpassingszone gerealiseerd te worden. * Doelstelling is dat binnen de beperkingen van het LIB vorm wordt gegeven aan de uitstraling van SLP richting de A4 en N201, bij voorkeur maakt naamsvermelding onderdeel uit van de rand. * Aandacht voor de verhoogde ligging van de op/afrit en de N201; ook vanaf deze verhoogde ligging dient de rand herkenbaar te zijn. * Mogelijkheden voor herkenbaarheid vanuit de lucht onderzoeken. * Wanneer de rand wordt uitgewerkt als grondwal, mag deze niet concurreren met de Geniedijk. De rand moet ondergeschikt blijven aan de Geniedijk. * Ten westen van de rand wordt een brede waterpartij gerealiseerd (ca. 7-15m); deze is nodig voor het waterbergend vermogen binnen SLP West en daarnaast vergroot het de zichtbaarheid van de rand. * Ook ontwikkelingen door derden (al dan niet later in de planning) zoeken aansluiting bij de uitwerking van deze rand. * Parkeerterreinen / expeditieterreinen ten oosten van de rand van SLP worden aan het directe zicht vanaf de doorgaande wegen onttrokken door toepassing van opgaand groen. * (Verlichte) reclame uitingen van individuele bedrijven op of aan de rand van SLP zijn niet toegestaan (alleen naamsvermelding Schiphol Logistics Park zelf).
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
33
Figuur 19: De Noordrand; bestaande bedrijven aan de westzijde, voorgevelzone aan de oostzijde (SLP Oost)
Referentiebeelden noordzijde: uitstraling naar Kruisweg d.m.v. voorgevelzone
34
Groene uitstraling van strook tussen ‘voor’gevel en kavelgrens
Representatieve gevels langs de doorgaande wegen
Referentiebeeld representatieve ‘achtergevel’
Bebouwing representeert zich nadrukkelijk naar de Kruisweg
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
Noordzijde - uitstraling richting Kruisweg Noordzijde ten westen van N201: bestaande bedrijven Ten noorden van SLP West ligt een strook die agrarisch in gebruik is, en zijn twee bedrijven gevestigd langs de Kruisweg (N196), Plantasol en Griffin. Dit zijn gezien de ontwikkeling van SLP tot bedrijfslocatie én de beperkingen als gevolg van het LIB gebiedsvreemde objecten. Deze kunnen in de huidige situatie blijven bestaan, maar uitbreiding van deze functies is als gevolg van het LIB niet mogelijk. Nieuwe ontwikkelingen in deze strook zullen een bijdrage moeten leveren aan de gewenste representatieve uitstraling van het gebied als geheel en aan de herkenbaarheid van het achterliggende bedrijfsgebied SLP West. * Nieuwe ontwikkelingen moeten een bijdrage leveren aan de gewenste representatieve uitstraling van het gebied. * Indien een nieuwe ontwikkeling (met name) onbebouwde functies betreft, dan dient een representatieve uitstraling middels een groene inpassing vormgegeven te worden.
Noordzijde ten oosten van N201: bedrijfsbebouwing SLP Oost Een tweede deel van de noordzijde wordt bepaald door de bedrijfsbebouwing van SLP Oost. Voor deze rand is bepaald dat de bedrijfsbebouwing zich met een representatieve zijde naar de Kruisweg (N196) moet richten. Daarbij is bovendien een zone vastgelegd waarin de gevel gesitueerd moet worden. Functioneel is het waarschijnlijker dat de bedrijven met de achterzijde naar de Kruisweg gericht staan. Dit is mogelijk binnen de voorwaarden, mits deze (achter-)gevel een representatieve uitwerking krijgt, met een leesbare geleding en toepassing van gevelopeningen. * Ter voorkoming van een rommelig beeld is voor de bouwvelden langs de doorgaande wegen een zone vastgelegd, waarin de representatieve (voor)gevel van de bebouwing gesitueerd moet worden. * Ter plaatse van de voorgevelzone richt de bebouwing zich met een representatieve gevel naar de omgeving. * De breedte van de voorgevelzone kan per kwadrant iets afwijken, maar is als uitgangspunt vastgesteld op een breedte van 10 meter. Bij SLP Oost Kwadrant I is een bredere voorgevelzone vastgesteld, aangezien Kwadrant I en IV aan de noordkant niet in één lijn liggen. In het bestemmingsplan is de plaats en breedte van de voorgevelzone per kwadrant nauwkeurig bepaald en vastgelegd. * De bouwhoogte ter plaatse van de voorgevelzone is minimaal 10 en maximaal 20 meter. * Dichte, gesloten gevels zijn niet toegestaan in deze zone; geleding en/of perforatie van de gevels langs deze representatieve randen in de vorm van grote glasvlakken en/of vensters. * De zone tussen voorgevel(zone) en de kavelgrens krijgt een groene uitstraling. Parkeerplaatsen voor personenauto’s zijn mogelijk in deze zone, mits de groene uitstraling blijft gehandhaafd en de onderhouds- en calamiteitenroute beschikbaar blijft.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
35
Referentiebeelden oostzijde: rustige uitstraling richting woningen en Ringdijkpark
Neutrale uitstraling van bedrijfsbebouwing richting woningen
Eenheid per kwadrant bij licht- en geluidswerende middelen
Figuur 20: De Oostrand; neutrale uitstraling richting Aalsmeerderdijk. De zuidrand: overgang naar Geniepark
Referentiebeelden zuidzijde: neutrale uitstraling richting Geniepark
Water als natuurlijke grens tussen bedrijfskavels en Geniepark
Visuele afscherming van onbebouwde kaveldelen
Verbijzondering van hoekpunten richting middengebied bij SLP West
Verbijzondering van hoekpunten richting middengebied bij SLP West
5,5
Figuur 21: Principeprofiel overgang Geniepark - bedrijfskavels
36
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
Oostzijde - overgang naar Aalsmeerderdijk Direct ten oosten van de bedrijfsbebouwing van SLP Oost ligt de Aalsmeerderdijk met woonbebouwing. Het Ringdijkpark vormt de overgang tussen deze twee functies, waarbij een grondwal met beplanting langs de grens met SLP is gesitueerd. In het verlengde van de Naritaweg is een geluidswand opgenomen als onderdeel van het parkontwerp. * Vanwege de nabijheid van de bestaande bebouwing aan de Aalsmeerderdijk dient de bebouwing aan deze zijde een rustige / neutrale uitstraling te krijgen. * De maximale bouwhoogte aan deze zijde is 12,5 meter. De zone waarin de hoogte beperkt is heeft een breedte van 15 meter. Daarachter mag de bebouwing hoger zijn (max. 20m). * De bedrijfskavels dienen zodanig ingericht te worden dat (licht- en/of geluids-)overlast richting de omwonenden geminimaliseerd wordt en ten minste binnen de wettelijke normen blijft. Zonodig dienen hiervoor op eigen terrein extra geluidwerende middelen ingezet te worden. Hierbij is eenheid / samenhang per kwadrant noodzakelijk. * Het situeren van loading docks aan de zijde van de Aalsmeerderdijk / het Ringdijkpark is niet toegestaan in verband met de nabijheid van woningen en om te voorkomen dat grootschalige geluidswerende elementen het beeld van het gebied domineren.
Zuidzijde - overgang naar Geniepark Direct ten zuiden van de bedrijfskavels van SLP Zuid en West ligt de Geniedijk met het Geniepark. In de ca. 50 meter brede zone tussen de Geniedijk en de bedrijfskavels van SLP wordt het Geniepark ingericht als bomenweide, met vier rijen bomen. De overgang tussen het park en de kavels wordt gevormd door een sloot (zie Figuur 21). De bedrijfsfunctie mag niet storend zijn voor het (recreatieve) gebruik van het Geniepark, daarom richt de bebouwing (en de bijbehorende bedrijfsactiviteiten) zich naar de ontsluitingswegen en niet naar het Geniepark. * Neutrale uitstraling richting Geniepark; bebouwing (en bijbehorende bedrijfsactiviteiten) richt zich naar ontsluitende wegen. * Geen opvallend kleur- of materiaalgebruik voor de gevels langs het Geniepark. * Visuele afscherming van onbebouwde (parkeer)terreinen vanaf Geniepark. Dit kan bijvoorbeeld d.m.v. een wand en/of opgaande beplanting. * Sloot (breedte van ca 5,5m) als natuurlijke grens tussen Geniepark en (bedrijfs)kavels. * Geen hekwerken parallel aan het Geniepark toegestaan tussen het gebouw en het water langs het Geniepark. Wel is een afsluiting (hekwerk haaks op het water) mogelijk, mits deze geopend kunnen worden door de hulpdiensten en voor de uitvoering van onderhoud. * Geen reclameuitingen richting het Geniepark.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
37
Figuur 22: Ook de randen van het middengebied krijgen een representatieve uitstraling
Referentiebeelden middengebied: representatieve gevels / hoekpunten
38
Bebouwing richt zich met representatieve gevel naar middengebied
Bij hoger gelegen N201 reageert de bebouwing hierop
Verbijzondering op de hoekpunten
Verbijzondering op de hoekpunten
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
Randen Middengebied - representatieve uitstraling Binnenrand SLP Oost - representatieve gevel en voorgevelzone Ter voorkoming van een rommelig beeld langs de schuine rand van het middengebied is ook voor deze bouwvelden een voorgevelzone vastgelegd waarin de bebouwing gesitueerd moet worden. * Ter plaatse van de voorgevelzone richt de bebouwing zich met een representatieve gevel naar de omgeving. * De breedte van de voorgevelzone is 10m. Binnen deze zone dient een representatieve gevel gerealiseerd te worden. * De bouwhoogte ter plaatse van de voorgevelzone is minimaal 10 en maximaal 20 meter. * Dichte, gesloten gevels zijn niet toegestaan in deze zone; geleding en/of perforatie van de gevels langs deze representatieve randen in de vorm van grote glasvlakken en/of vensters. * Ter plaatse van het deel van de N201 dat verhoogd ligt (tussen de aansluiting Naritaweg en de Kruisweg) zal de bebouwing hierop moeten reageren. * Expeditie en opslag dienen uit het zicht van de N201 gesitueerd te worden. * De zone tussen voorgevel(zone) en de kavelgrens krijgt een groene uitstraling. Parkeerplaatsen voor personenauto’s zijn mogelijk in deze zone, mits de groene uitstraling en de groene uitstraling en toegang tot calamiteiten- en beheerstrook gewaarborgd zijn.
Binnenrand SLP Zuid - representatieve gevel * Voor de bebouwing van SLP zuid langs het middengebied is geen verplichte gevelzone vastgesteld. Wel zal de bebouwing zich met een representatieve gevel moeten richten naar het middengebied en de N201. Deze gevels zullen samen met een bomenrij langs de Verlegde Incheonweg het beeld naar het middengebied bepalen. Deze bomenrij kan doorgezet worden aan de westkant van de Aalsmeerderweg (waar geen bedrijfsbebouwing is voorzien) om het middengebied duidelijk in te kaderen. * Voor deze bebouwing is het toegestaan om de docks in het zicht te situeren (noordgevel). * De bebouwing staat in principe met de rug naar het Geniepark en het gezicht naar het middengebied van SLP.
Binnenrand SLP West - aandacht voor hoekpunten * De bebouwing van SLP West is slechts in beperkte mate zichtbaar vanaf het middengebied, door de (soms) beperkte bouwhoogte, maar vooral door de ligging van het viaduct over de N201. Voor de bebouwing van SLP West geldt daarom slechts dat de hoekpunten van de bebouwing langs de entrees naar de betreffende gebieden verbijzonderd dienen te worden (sterretjes in de afbeelding hiernaast).
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
39
Figuur 23: Ook de randen van het middengebied krijgen een representatieve uitstraling
Figuur 24: In SLP West liggen onbebouwde terreinen achter beplanting. Bebouwing presenteert zich naar N201 door openingen in de beplanting.
kavelgrens
variabel
Figuur 25: Principedoorsnede N201 ter hoogte van bebouwbaar gebied SLP West
40
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
Zichtlocaties SLP West langs N201- beplanting met openingen De N201 doorsnijdt SLP West. Gezien de beperkingen vanuit het LIB op de bebouwingsmogelijkheden, worden bij SLP West minder eisen gesteld aan de algemene uitstraling van de bebouwing. In plaats hiervan wordt de bebouwing grotendeels aan het directe zicht onttrokken door bomen en opgaande beplanting langs de randen in openbaar gebied. Bomenschermen (waarin de 500 el boom als solitaire boom herkenbaar blijft) onttrekken ter plaatse van de doorsnijding van de N201 achterzijdes en parkeren aan het zicht, terwijl de bedrijven zich ter plaatse van enkele openingen in het bomenscherm kunnen presenteren naar de weg (zie Figuur 24). Zodoende wordt de uitstraling en herkenbaarheid gewaarborgd zonder te veel beperkingen op te leggen aan de ontwikkeling van de kavels en de bebouwing. * Beplanting neemt gedeeltelijk het zicht op onbebouwde (parkeer)terreinen en bebouwde terreinen van SLP West weg; bebouwing kan zich op bepaalde plekken presenteren richting de N201 door openingen in de beplanting. * Verbijzondering in de gevel is wenselijk ter plaatse van openingen in het bomenscherm. De verbijzondering kan vorm krijgen door openingen in de gevel, afwijkend kleur- of materiaalgebruik, etc. Op deze plaatsen kan ook de naamsvermelding worden opgenomen, mits dit een afgewogen onderdeel vormt binnen het totaalontwerp en geen schreeuwerig beeld oplevert vanaf de N201. * Het bomenscherm zal aan beide zijden van de N201 uit dezelfde boomtypes en beplanting bestaan, zodat de samenhang is gewaarborgd. Het boomtype is in elk geval sterk afwijkend van de 500 el boom en zorgt bij voorkeur in alle jaargetijden voor een groen beeld. * Het aantal en de grootte van de openingen in het scherm is afhankelijk van de te realiseren functies, maar mag in elk geval de schermwerking van het bomenscherm niet ondermijnen. * Het is mogelijk om een erfscheiding te plaatsen op de erfgrens, conform de richtlijnen die hiervoor opgenomen zijn in de paragraaf ‘Erfafscheiding en beveiliging’.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
41
Één architectonisch concept voor het gebouw
Verbijzondering van kantoorgedeeltes
Figuur 26: Schema bouwhoogtes kavelgrens bouwhoogte max. 20m
bouwhoogte max. 20m bouwhoogte max. 12,5m
bouwhoogte min. 10m
15m N201
Ringdijkpark
Figuur 27: Bouwhoogtes SLP Oost, zijde N201
Figuur 28: Bouwhoogtes SLP Oost, zijde Ringdijkpark
aflopende bouwhoogte i.v.m. LIB bouwhoogte ca 15m
Geniedijk
bouwhoogte ca 10m
bouwhoogte ca 7,5m
N201
richting Kruisweg
Figuur 29: Bouwhoogtes SLP Zuid en West: aflopende bouwhoogte van Geniedijk naar Kruisweg als gevolg van LIB beperkingen.
42
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
MASSAOPBOUW EN BOUWHOOGTE
Massaopbouw * De bebouwing is functioneel en eenduidig in presentatie. * De verschillende gebouwde functies dienen in één gebouwontwerp uitgewerkt te worden; één architectonisch concept voor het gebouw. * Verbijzondering van entreepartijen en/of kantoorgedeeltes. * In het geval van meerdere gebruikers binnen één gebouw, mogen Individuele bedrijven herkenbaar zijn, mits dit geen afbreuk doet aan de leesbaarheid van het gebouwontwerp als geheel. * Zorgvuldige detaillering * Géén vrijstaande fietsenstallingen, portiersloges of technische installaties.
Bouwhoogte * De bouwhoogte is gemaximeerd op 20 meter voor SLP Oost en 15 meter voor SLP West, of lager wanneer de bouwhoogte wordt beperkt door de LIB-richtlijnen (zie Figuur 26). * Wanneer de richtlijnen van het LIB worden aangepast, gelden deze als leidend (tot een maximale bouwhoogte van 20 meter voor SLP Oost en 15 meter voor SLP West). * Richting N201 en Kruisweg geldt binnen de ‘voorgevelzone’ voor de bebouwing van SLP Oost tevens een minimale bouwhoogte van 10 meter (zie Figuur 27). * Als de omliggende infrastructuur (N201) verhoogd is gesitueerd op een grondlichaam dient de bebouwing hier op een passende wijze op te reageren (representatieve functies niet in de plint maar verhoogd en in het zicht).
Beperkte bouwhoogte aan de oostzijde van SLP Oost (max 12,5 meter) Aan de oostkant van SLP Oost (langs het Ringdijkpark) is een zone met een breedte van 15 meter ingesteld met een bouwhoogtebeperking (hoogte maximaal 12,5 m) om de overgang tussen de grootschalige bedrijfsbebouwing en de kleinschalige woonbebouwing langs de Aalsmeerderdijk te verzachten. Deze hoogtebeperking geldt voor de eerste 15 meter van het bebouwbaar gebied langs de oostrand (zie Figuur 28).
Aflopende bouwhoogte in noordelijke richting in SLP West In SLP West geldt een maximale bouwhoogte van 15 meter. Echter als gevolg van beperkingen uit het LIB worden de bouwhoogtes en toegestane functies voor een deel van SLP West verder beperkt. Deze beperkingen komen voort uit de ligging onder de aanvliegroutes naar de Kaagbaan. Met name het gebied ten noorden van de N201 heeft te maken met hoogtebeperkingen als gevolg van het LIB (op basis van het LIB 2004 loopt de hoogte af van ca. 10m net ten noorden van de N201 tot ca. 3m bij de Kruisweg, zie Figuur 29). Als het LIB wijzigt, kunnen ook de toegestane bouwhoogtes wijzigen.
Beperkte bouwhoogte langs de Geniedijk Voor de uitgeefbare gebieden langs de Geniedijk (SLP West en Zuid) geldt, wanneer er geen sprake is van een bouwhoogtebeperking vanuit het LIB, een maximale bouwhoogte van 15m. Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
43
Bovenstaande referentiebeelden laten zien dat de beeldkwaliteitrichtlijnen voldoende vrijheid bieden om afzonderlijke bedrijven een eigen gezicht te geven en toch de samenhang van het geheel te waarborgen.
44
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
KLEUR- EN MATERIAALGEBRUIK
Bij een bedrijventerrein als SLP is het belangrijk om een evenwicht te vinden in functionele en esthetische doelstellingen. Daarnaast is ook de mate van samenhang tussen de verschillende gebruikers op het terrein van invloed op de uitstraling en herkenbaarheid van het terrein. Ook daarbij is het streven naar evenwicht tussen functionele en esthetische doelstellingen aan de orde. De verschillende bedrijven op het terrein willen afzonderlijk herkenbaar zijn (functionele doelstelling), zonder dat dit ten koste gaat van een samenhangend totaalbeeld (esthetische doelstelling). Met beide invalshoeken in gedachten zijn richtlijnen opgesteld voor het kleur- en materiaalgebruik en de reclame-uitingen. Binnen deze richtlijnen blijft voor de afzonderlijke bedrijven voldoende vrijheid om een eigen ‘gezicht’ aan hun bedrijf / gebouw te geven en kan tevens de samenhang van het totaalgebied gegarandeerd worden.
Algemeen * Kwaliteit door middel van materiaalkeuze en detaillering. * Het kleur- en materiaalgebruik van de bebouwing dient terughoudend te zijn. * Er kunnen subtiele kleuraccenten gebruikt worden. Accenten in kleur- en materiaalgebruik dienen te liggen in het kantoorgedeelte of in de voorgevelzone van grote bedrijfsgebouwen. Grote bedrijfsvolumes zijn qua vormgeving en kleurgebruik ondergeschikt.
Kleuren en materialen Gevels en erfafrasteringen kunnen uit de volgende materialen en kleuren worden samengesteld: * Metalen oppervlakken; metaal-eigen of neutrale kleuren * Houten oppervlakken: blank gelakt of onbehandeld; * Betonnen oppervlakken: naturel grijs of zandkleurig; * Glazen oppervlakken: naturel of translucent; * Er mogen subtiele kleuraccenten gebruikt worden; * Als steunkleuren zijn wit, grijstinten en zwart toegestaan.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
45
46
Reclame-uitingen in terughoudende kleuren
Reclame-uitingen in samenhang met de gevelindeling
Reclame-uitingen zijn ondergeschikt
Reclame-uitingen zijn verwerkt in het gevelvlak
Geen reclame op het dak / boven de gevel
Geen lichtbakken of lichtgevende letters
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
RECLAME UITINGEN
In de Welstandsnota is het gemeentelijk beleid en toetsingskader met betrekking tot reclame-uitingen op bedrijventerreinen beschreven. Doordat SLP ruimte biedt aan grootschalige logistieke bedrijvigheid, is de omvang van de kavels, de bebouwing en eventuele deelunits groter dan gemiddeld. Daarom is het belangrijk dat de reclameuitingen in verhouding staan tot de bebouwing, zonder het totaalbeeld te domineren. Voor SLP zijn dan ook, gebaseerd op de richtlijnen in de Welstandsnota enkele aanvullende/afwijkende richtlijnen opgesteld die de samenhang en herkenbaarheid van het terrein versterken.
Algemeen * De reclameborden / namen / logo’s van bedrijven of gebouwen dienen in samenhang met de gevelindeling te worden ontworpen. Deze zijn ondergeschikt aan het ontwerp van het gebouw en mogen niet worden uitgevoerd in felle kleuren of als neonreclame. * Uitsluitend reclame-uitingen voor diensten en bedrijven, die in het pand zijn gevestigd, zijn toegestaan. * Geen lichtbakken * Geen mechanisch bewegende delen * Geen lichtcouranten of knipperende lichtreclame met veranderlijk licht (qua kleur en intensiteit)
Plaatsing en aantal * Reclame-uitingen dienen in het gevelvlak verwerkt te worden (dus niet haaks op de gevel). * Maximaal één reclame-uiting per gevel, met uitzondering van gebouwen waarin meerdere gebruikers gehuisvest zijn. Er kan een uitzondering gemaakt worden wanneer één ervan de naam van het gebouw betreft. * Reclame-uitingen niet breder dan 25% van de gevelbreedte. * Reclame-uitingen niet hoger dan 25% van de gevelhoogte. * Bij voorkeur wordt gebruik gemaakt van open letters / losse letters en tekens * Het is niet toegestaan om reclames en naamsaanduidingen boven de gevels of aan/op een hek te plaatsen. Ook zijn losse reclameborden op het dak, aan de erfafscheiding of in het maaiveld niet toegestaan. * Het is wel mogelijk om naamsaanduiding op te nemen als onderdeel van de erfafscheiding wanneer deze in onderlinge samenhang ontworpen worden. * Bij gebouwen waarin meerdere gebruikers gehuisvest zijn, is in het geval van één gezamenlijk entree maximaal één verzamelbord toegestaan met eventueel de naam van het gebouw. * Bij gebouwen waarin meerdere gebruikers gehuisvest zijn, is in het geval van separate entrees per bedrijf bij/boven de entree maximaal één reclame-uiting van het betreffende bedrijf toegestaan. * Bij gebouwen waarin meerdere gebruikers gehuisvest zijn waardoor er meerdere reclameuitingen mogelijk zijn, dienen deze reclame-uitingen in een eenduidige vormgeving qua positie en afmeting op het pand te worden aangebracht.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
47
Per gebouw zijn maximaal drie vrijstaande vlaggenmasten toegestaan
48
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
Vlaggen of banieren * * * *
Maximaal 1 gevelvlag of banier aan de gevel van het gebouw. Lengte van banieren niet langer dan 40% van de gevelhoogte en niet breder dan 1,50 m. Maximaal 3 vrijstaande vlaggenmasten of banieren per gebouw Afwijkingen van bovenstaande zijn ter beoordeling aan de supervisor. Daarbij zal bekeken worden of het aantal vlaggen en banieren in goede verhouding staat tot de grootte van het gebouw.
Overig * Maximaal één vrijstaande reclame-uiting per erf, anders dan vlaggen of banieren * Reclamezuilen niet hoger dan 2,50 m en niet breder dan 1,25 m * Logistieke aanwijsborden ten behoeve van verzamelbedrijfsgebouwen niet hoger dan 4 m en niet breder dan 1,50 m * Géén reclame-uitingen richting de Geniedijk * Géén reclame-uitingen richting het Ringdijkpark * Géén verlichte individuele reclame-uitingen richting de snelweg
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
49
RICHTLIJNEN INZAKE BEELDKWALITEIT KAVELINRICHTING BEDRIJVEN
52
Aandacht voor terreininrichting geeft hoogwaardige uitstraling
Toepassing van groen kan grote schaal van voorterrein verzachten
Aandacht voor overgangen tussen verschillend gebruik
Intensief ruimtegebruik; beperkt parkeren op voorterrein
parkeervakken kunnen omzoomd worden met beplanting
Gebruik van grijstinten voor bestrating; parkeervakken herkenbaar
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
ALGEMEEN, ONTWERPPRINCIPES
Ontwerpprincipes * Het uitgangspunt van het stedenbouwkundig plan voor SLP is intensief ruimtegebruik en maximale bebouwingsdichtheid op de kavels. Dubbel grondgebruik wordt hierbij gestimuleerd en parkeren moet in principe op of onder de bebouwing gerealiseerd worden. * Doordat SLP met name gericht is op logistieke bedrijven, zullen expeditieterreinen een belangrijk onderdeel vormen in het totaalbeeld. * Op de plaatsen waar loading dock area’s grenzen aan de openbare ruimte is wel extra aandacht nodig voor de samenhang tussen voorterrein en gebouw en de wijze waarop het gebouw zich presenteert naar de openbare ruimte. * De inrichting van de private terreinen wordt onderling, maar ook op de inrichting van het openbaar gebied afgestemd. Met name bij de entree van de terreinen, waar openbaar en privé aan elkaar grenzen, zal een goede afstemming van materiaalgebruik en inrichtingsprincipes de kwaliteit van het ruimtelijk beeld ten goede komen. Bij de kavelinrichting zijn de volgende terreininvullingen toegestaan: * Gebouwen, bijgebouwen en kantoorruimten (uitgezonderd bedrijfswoningen) die nodig zijn voor de bedrijfsvoering. Fietsenstallingen, portiersloges en technische installaties moeten in de gebouwen zijn opgenomen; * De omvang van het bruto vloeroppervlak van het kantoordeel is maximaal 30% van het totale bruto vloeroppervlak bedrijfsbebouwing. Daarnaast mag het kantooroppervlak maximaal 15% van de kaveloppervlakte van de totale ontwikkeling van de betreffende aanvrager bedragen. * Gebouwen voor parkeervoorziening; * Verhardingen, groenvoorziening, water en hekwerken. Niet toegestaan zijn: * Vrijstaande fietsenstallingen; * Vrijstaande portiersloges; * Vrijstaande technische installaties. * Buitenopslag (opslag van materialen zichtbaar vanaf de openbare weg).
Onderhoudsstrook Langs de watergangen die grenzen aan de kavels moet rekening gehouden worden met de aanleg van een onderhoudsstrook. Deze onderhoudsstrook is minimaal 3,50 meter breed en mag niet worden bebouwd. De strook wordt minimaal verhard met grasbetonkeien. De onderhoudsstrook dient ook als aanvalsroute voor de brandweer en dient dus permanent toegankelijk te zijn. * Onderhoudsstrook en calamiteitenroute minimaal 3,5m breed * Onderhoudsstrook minimaal verhard met graskeien. Onderhoudsstroken van aangrenzende kavels dienen wat betreft type verharding op elkaar afgestemd te zijn.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
53
54
Parkeren bovenop het gebouw
Parkeren onder het gebouw
Parkeren in parkeergarage
Kantoorgedeelte boven loadingdocks, verharding in grijs of zwart
Manoevreren van vrachtwagens vindt plaats op eigen terrein
Parkeerplaatsen ingepast in het groen
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
PARKEREN & LOADING DOCK AREA’S
Loading docks Loading dock area’s kunnen worden uitgevoerd als een private court of een shared court. De loading dock area’s zijn uitsluitend bedoeld voor het overslaan van goederen, het manoeuvreren met en het parkeren van enkele vrachtwagens. * De verharding van de loading dock area’s dient in zwart of grijs te worden uitgevoerd. * Parkeren en manoeuvreren vindt plaats op eigen terrein en is verboden op het openbare terrein. Dit geldt ook voor trucks en opleggers.
Parkeren Parkeren van personenauto’s dient in, onder of op een gebouwde voorziening plaats te vinden: * Parkeren in of onder bebouwing, onder een overstek van een gebouw, op het dak van een gebouw of in een gebouwde garage. Hellingbanen en trappen voor het ontsluiten van parkeervoorzieningen moeten binnen de individuele kavels blijven. * Voor kavels in SLP West die gedeeltelijk binnen een ‘niet bebouwbare zone’liggen geldt een uitzondering: deze kavels mogen parkeerplaatsen op maaiveld situeren binnen de niet-bebouwbare zone, mits deze in samenhang met de kavelinrichting zijn ingepast en een groene uitstraling is gewaarborgd (bijvoorbeeld door het beeld van geparkeerde auto’s met hagen en/of bomen te doorbreken). * Op eigen terrein mogen per 10.000m2 kavel maximaal 10 ‘vrije parkeerplaatsen’ voor bezoekers en leveranciers vrij op de kavel gesitueerd worden. Het aantal ‘vrije parkeerplaatsen’ per kavel mag groter zijn, mits deze gerealiseerd worden binnen de voorgevelzones in SLP Oost of de onbebouwde terreinen van SLP West. Voorwaarde voor deze verruiming is wel dat de parkeerplaatsen ingepast dienen te worden in het groen (bijvoorbeeld door het beeld van geparkeerde auto’s met hagen en/of bomen te doorbreken).
Parkeren vrachtwagens * Wanneer gekozen wordt voor een ontwerp of inrichting waarbij vrachtwagens op het terrein moeten draaien dan zal op eigen terrein voldoende ruimte vrij gemaakt te worden voor de benodigde manoeuvreerruimte. * Vrachtwagens parkeren op eigen terrein (ook mogelijk bij de loading docks). * Daarnaast voorziet SLP in een overloopparkeerterrein: Voor SLP Oost wordt een truckparkeerplaats voor vrachtwagens aangelegd ten behoeve van de bedrijven op SLP. Deze parkeerplaats kan, voor vrachtwagens naar het gebied SLP, de eerste kortdurende opvang verzorgen. Congestie op de openbare weg als gevolg van wachtende vrachtauto’s voor de poort van de bedrijven kan op deze manier worden vermeden.
Parkeernormen De parkeernorm voor personenauto’s is: * 1 parkeerplaats per 125m2 b.v.o. voor value added logistics en cross dock activiteiten. * 1 parkeerplaats per 425m2 bruto vloeroppervlak voor hal (opslag). * 1 parkeerplaats per 50m2 bruto vloeroppervlak voor kantoorruimte. * Voor de inrichting van de parkeervoorzieningen zelf gelden de gangbare richtlijnen en voorschriften.
Fietsparkeren Binnen het ontwerp moet tevens ruimte gereserveerd worden voor de stalling van fietsen, brommers, etc. Daarbij is uiteraard de (veilige) bereikbaarheid van deze voorzieningen van belang; de verschillende vervoersvormen dienen zoveel mogelijk gescheiden te worden. Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
55
Hekwerken hebben ronde spijlen en zijn uitgevoerd in de kleur antraciet.
56
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
ERFAFSCHEIDING EN BEVEILIGING
De positionering van het gebouw, de erfafscheiding en de poort dienen in samenhang ontworpen te worden.
Erfafscheiding Hekwerken en toegangsbeveiliging bij de private terreinen is toegestaan. Wanneer een erfafscheiding noodzakelijk is, dient deze vorm te krijgen in samenhang met de terreininrichting en als integraal onderdeel van het gebouwontwerp. Hierbij vormt de plaats en aansluiting van de toegang (poort) naar het terrein een belangrijk aandachtspunt, doordat voldoende ruimte gegeven moet worden aan wachtende vrachtauto’s. Wachtende vrachtauto’s mogen immers de doorstroming van het overige verkeer niet belemmeren. Hekwerken dienen transparant uitgevoerd te worden en doorgevoerde, ronde spijlen en onzichtbare verbindingen te krijgen (zoals bijvoorbeeld het type Rondissade van de firma B&G). Om een te rommelig totaalbeeld te voorkomen dienen hekwerken gecoat te worden in de kleur RAL 7016 (antraciet).
Beveiliging Voor de beveiligingen gelden de volgende eisen: * De beveiligingsmaatregelen moeten op het eigen terrein worden toegepast; * Hekwerken moeten binnen de erfgrenzen gesitueerd worden en zijn 2,5 m hoog; * De vormgeving van de erfafscheiding is een integraal onderdeel van de ontwerpopgave. * Dit is ter beoordeling van de supervisor; * Toegangsbeveiliging door een beweegbaar hek of slagboom is toegestaan; * Een eventuele portiersloge moet worden opgenomen als integraal onderdeel van het totale gebouw-/kavelontwerp (losstaande portiersloges zijn niet toegestaan); * De loading docks moeten direct bereikbaar zijn voor hulpdiensten; * Om te voorkomen dat beveiligingsmaatregelen opstopping geven op de openbare wegen moeten (vracht)auto’s op eigen terrein kunnen wachten op doorgang.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
57
Figuur 30: Principe ontwerp Inrit
58
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
INRITTEN
Het aantal en de locatie van de inritten dient te worden bepaald in overleg met SLP en de gemeente. Vanwege het doorgaande karakter van de wegen is het aantal inritten dat wordt toegestaan beperkt. Het combineren van inritten voor aangrenzende kavels, wordt daarom aangemoedigd. Voor de inritten gelden de volgende richtlijnen: * Inritten langs doorgaande wegen, zoals de Pudongweg, hebben een minimale onderlinge afstand van 200m. Langs de doorgaande weg is slechts één inrit per kavel toegestaan. * Bij het situeren van een inrit dient rekening gehouden te worden met randvoorwaarden ten behoeve van verkeersveiligheid en aanwezige elementen in het openbaar gebied, zoals lichtmasten, riolerings-putten, brandhydranten * De kavel dient zo te worden ingericht dat de vrachtwagens en personenauto’s die het expeditieterrein op willen rijden, niet op de openbare weg hoeven te wachten. Dit betekent dat bij de toegang naar het expeditieterrein minimaal 20 meter ruimte moet worden vrij gehouden (één vrachtautolengte) en bij de toegang naar de parkeervoorzieningen minimaal 15 meter (de lengte van drie personenauto’s). * De inritten hebben een standaardontwerp. Zie Figuur 30 voor hetprincipe-ontwerp van de inrit aan de PUdongweg. De breedte van de inritten (voor vrachtwagens )mag, op de grens tussen kavel en openbaar gebied, maximaal 12 meter zijn. * Indien vanwege de functionaliteit van grote kavels (en grote gebouwen) bredere inritten noodzakelijk zijn, dan dienen extra maatregelen ten behoeve van de veiligheid van voetgangers en fietsers te worden genomen. * Indien de inritten voor personenauto’s gescheiden wordt van de inrit voor vrachtverkeer, dan is voor de inrit van personenauto’s een maximale breedte van 6m toegestaan.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
59
RICHTLIJNEN INRICHTING OPENBARE RUIMTE
Figuur 31: Rondom de bebouwde deelgebieden liggen verschillende groengebieden met een eigen karakter LEGENDA Plangrens Middengebied (‘binnentuin’) SLP Groen langs de A4 Geniepark (met binnen plangebied bomenweide ca. 50m breed) Ringdijkpark Agrarisch groen Polderlint Aalsmeerderweg (100m zone) Bomen polderlint 500EL boom Bomenrijen
Verspreide boomgroepen Verspreide boomgroepen in wegprofielen Water Watergang (locatie n.t.b.)
62
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
ALGEMEEN, ONTWERPPRINCIPES
Rondom de bebouwde deelgebieden in SLP liggen verschillende groengebieden met een eigen karakter (zie Figuur 31). Gemeenschappelijk voor deze groengebieden geldt dat waar mogelijk de bestaande polderstructuur wordt benadrukt, bijvoorbeeld door de poldersloten te verbreden. De waterstructuur vormt zo een ruimtelijke drager van SLP. Daarnaast blijft de 500el boom behouden en is er een zone van 100m aan weerszijden van de Aalsmeerderweg om de herkenbaarheid van het polderlint te waarborgen. Voor de uitstraling en identiteit van SLP is ook een passende begeleiding van de openbare ruimte ‘binnen’ de bebouwde gebieden van belang. De openbare ruimte vormt een bindende factor tussen de bebouwing die onderling verschillend kan zijn binnen de vastgestelde kaders. Om de kwaliteit van SLP nu en in de toekomst te garanderen is een parkmanagementvereniging opgericht die zorg draagt voor collectieve veiligheid, vervoersmanagement en het beheer van de openbare ruimte.
Uitgangspunten / ontwerpprincipes landschap & water * Herkenbare uitwerking van de verschillende groengebieden binnen het gebied (Ringdijkpark als buurtpark en groenbuffer, middengebied als ‘binnentuin’ SLP, met ook tijdelijk agrarisch gebruik reserveringsgebied parallelle Kaagbaan, bestaand agrarisch gebruik zone Kruisweg, eenvoudig groen met kruidenmengsels in zone A4). * Middengebied tussen (Verlegde) Incheonweg, Verlengde Naritaweg en bebouwing van SLP uitwerken als ‘binnentuin’ van SLP. Hierbinnen (ten zuiden van de N201) bevindt zich ook het retentiegebied dat onderdeel vormt van de waterbergingsopgave. * Behouden van 500el boom. Nieuwe beplanting mag geen afbreuk doen aan de herkenbaarheid van de 500el boom. * Bestaande sloten polderstructuur daar waar mogelijk verbreden tot ca 10 meter. * Sloot (breedte ca 5,5m) als natuurlijke grens tussen Geniepark en bedrijfskavels SLP.
Uitgangspunten / ontwerpprincipes wegen en routes * Wegen zijn in samenhang ontworpen. Zij krijgen een groene uitstraling door het toepassen van groene bermen en boomgroepen en een eenduidige materialisatie. Het onderhouds- en inrichtingsniveau is functioneel en berekend op vrachtverkeer. * Profiel Pudongweg (breedte totaal 30 meter) gebruiken als standaardprofiel voor nieuwe wegen, tenzij dit om verkeerskundige redenen onwenselijk is. * Doortrekken van de Naritaweg in westelijke richting tot aan de A4 niet onmogelijk maken (gezien de wenselijke koppeling tussen SLP West en Oost en om doortrekken tot Rijkerstreekweg (parallelweg langs de A4 naar Schiphol) niet onmogelijk te maken). * Er wordt gestreefd naar een rechte aansluiting van de Incheonweg ter hoogte van de Aalsmeerderweg en het viaduct over de N201 door de aanleg van de Verlegde Incheonweg. Het westelijke deel van de huidige Incheonweg kan na aanleg van de Verlegde Incheonweg vervallen. * Handhaven en aanhelen profiel Aalsmeerderweg i.v.m. herkenbaarheid Aalsmeerderweg als oud lint Haarlemmermeerpolder. Ontwikkelingen in de 100 meter aan beide zijden van de Aalsmeerderweg mogen geen afbreuk doen aan de herkenbaarheid / identiteit van het polderlint. * De doodlopende delen van de Aalsmeerderweg ter hoogte van het viaduct vover de N201 afwaarderen; geen verkeersfunctie maar wel gebruik voor langzaam verkeer mogelijk.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
63
Referentiebeeld inrichting zone langs de A4
Referentiebeeld inrichting zone langs de A4
De 500el boom moet bij aanplant nieuwe bomen herkenbaar blijven Referentiebeeld bomenschermen bij SLP West
Retentiegebied SLP Oost
64
Referentiebeeld wandelvlonders door retentiegebieden
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
INRICHTING BUITENGEBIED
Het behouden en zichtbaar maken van de polderstructuur is een belangrijk uitgangspunt voor de ruimtelijke structuur van SLP e.o. Dit komt onder meer tot uiting in het behoud van het polderlint langs de Aalsmeerderweg en de 500 el boom. Waar mogelijk worden bestaande kavelsloten verbreed om de polderstructuur te benadrukken. Op het Ringdijkpark en Geniepark wordt hier niet nader ingegaan, aangezien voor beide parken al een ontwerp is gemaakt,
500el Boom Binnen SLP West is er een grote solitaire boom aanwezig in de open polder, een zogenaamde 500 el boom. Deze bomen ontlenen hun naam aan het feit dat zij van origine midden op de verkavelingsstroken, zo’n 500 el vanaf het begin van de kavel geplant zijn. Voor de landarbeiders vormde deze boom een rustplek (schaftplek) en een schuilplek in de regen. Vroeger had bijna elke boer een 500 el boom, maar in verband met modernere productiemethoden zijn veel bomen verdwenen. De nog aanwezige 500 el boom tussen de A4 en de Aalsmeerderweg is daardoor redelijk uniek en een waardevol referentiepunt in het open polderlandschap. * De 500 EL boom blijft als solitair element herkenbaar
Groen langs de A4 De groenzone langs de A4 krijgt een (eenvoudige) groene inrichting met veel gras en kruidenmengsels, zodat deze zich onderscheidt van een agrarische inrichting. Tevens zal de polderstructuur hier benadrukt worden door de poldersloten te verbreden. Voor de inrichting van deze zone is het van belang dat deze in samenhang met de overige groene zones langs de A4 (ten zuiden van de Geniedijk) ontworpen wordt.
Inpassingszone SLP Tussen de groenzone en het uitgeefbaar gebied van SLP West ligt de zogenaamde ‘inpassingszone’. Aan de westzijde zal de inpassingszone aansluiting zoeken bij het groen langs de A4 en aan de oostzijde bij het uitgeefbaar gebied van SLP West. Binnen de inpassingszone dient de rand van SLP uitgewerkt te worden. De positie van deze rand is nader te bepalen. Voor de ontwerpopgave in dit gebied geldt: * De rand is duidelijk zichtbaar vanaf de afrit van de A4 en de N201 en vormt het visitekaartje van Schiphol Logistics Park (bijvoorbeeld een grondwal met aan de westzijde de gebiedsnaam / signing). De rand mag niet concurrerend zijn met en moet altijd ondergeschikt blijven aan de Geniedijk. Zie voor de richtlijnen voor deze rand pagina 33. * Ten westen van de rand heeft het gebied een open karakter met een brede waterpartij waardoor het zicht vanaf de N201 op de rand vrij wordt gehouden. Ten oosten van de rand kan beplanting het zicht op de achterliggende parkeer- en expeditieterreinen beperken.
Reserveringsgebied + ‘binnentuin’ SLP De zone die is gereserveerd ten behoeve van de Parallelle Kaagbaan is als het ware uitgesneden uit het landschap. Deze zone zal duidelijk herkenbaar zijn doordat deze als ‘agrarisch groen’ is ingericht (en gebruikt) en zich daarmee duidelijk onderscheidt van aangrenzende (groen)gebieden.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
65
66
Watergang oostzijde SLP Oost
Varend onderhoud met een maaiboot is mogelijk
Retentiegebied SLP Oost gemaaid
Retentiegebied SLP Oost met begroeiing
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
INRICHTING BUITENGEBIED
In het kader van duurzaam gebruik van het gebied kunnen ook tijdelijke activiteiten worden toegestaan (bijvoorbeeld landart, truck- of langparkeren). Daarbij is het wel van belang om verrommeling tegen te gaan, aangezien grote delen van deze zone goed zichtbaar zijn vanaf de N201 en er bij de ontwikkeling van SLP juist veel aandacht is voor het creëren van representatieve zijdes naar de N201.
‘Binnentuin’ SLP (Middengebied) Het middengebied binnen de reserveringszone wordt doorsneden door de N201. Bedrijven richten zich met de voorzijde naar dit gebied, dat op langere termijn een functie zal krijgen als ‘binnentuin van SLP’ en retentiegebied. Bomenrijen kaderen het middengebied in aan de noord- en zuidzijde. Daarmee wordt ook het zicht op eventuele expeditieterreinen of truckparkeerplaatsen aan de noord- en zuidzijde vanuit het middengebied voorkomen. In het middengebied is een waterretentiegebied aangelegd tussen de Incheonweg en de N201 om pieken in watertoevoer (hevige regenval) op te vangen voor SLP Oost. Het retentiegebied kan worden uitgebreid tot het gehele middengebied, zodat het middengebied een eenduidige uitstraling kan krijgen. In het middengebied kunnen wandelpaden worden aangelegd, mogelijk in de vorm van vlonders in verband met de natte ondergrond en identiteit. Ook kleinschalige (tijdelijke) bebouwing (bijv. horeca, reclameobjecten) behoren tot de mogelijkheden (zie hoofdstuk richtlijnen inzake beeldkwaliteit overige functies). Zo ontstaat een binnentuin met verblijfskwaliteit, waar de N201 als neutraal element doorheen snijdt.
Waterstructuur en oeverbehandeling De bestaande structuur van poldersloten is/wordt waar mogelijk gehandhaafd, zo consequent mogelijk doorgezet en aangepast aan de diverse eisen. De breedte van de waterspiegel is/zal waar mogelijk worden verbreed tot bij voorkeur 7 tot 10 meter, waardoor de polderstructuur beter zichtbaar is en er meer water kan worden gerealiseerd. Oevers hebben standaard een talud van 1:3. Er is in overleg met Rijnland voor verschillende watergangen binnen het plangebied overeengekomen dat een talud van 1:2 is toegestaan. In het middengebied, tussen de Incheonweg en de N201 is een retentiegebied aangelegd om pieken in watertoevoer (hevige regenval) op te vangen. Het retentiegebied kan worden uitgebreid tot het gehele middengebied (zie ook hierboven bij ‘Binnentuin’SLP).
Maaien, schouwen en onderhoud Maaien, schouwen en onderhoud vinden vooral plaats vanaf het land. Als er geen weg direct langs de watergang aanwezig is wordt er een onderhoudsstrook van minimaal 2,5 (bij voorkeur 3,5) meter vrijgehouden. Daar waar schouwen, onderhoud en maaien vanaf het land om wat voor reden dan ook niet mogelijk zijn, kan vanaf het water worden beheerd. In het deelgebied SLP Oost zijn alle duikers al doorvaarbaar voor een maaiboot. Om varend onderhoud niet onmogelijk te maken, gelden de volgende inrichtingseisen: * minimale breedte oppervlaktewater: 6 meter (op de waterlijn); * minimale waterdiepte: 0,75 meter; * voldoende plaatsen waar een onderhoudsboot in en uit het water kan worden gehaald in situaties met hindernissen (kunstwerken). Hiervoor wordt verwezen naar de keur van het Hoogheemraadschap Rijnland.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
67
Figuur 32: Basisprofiel voor nieuwe wegen en voor de Pudongweg
68
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
WEGEN EN ROUTES
Voor een bedrijventerrein gericht op logistiek is het van groot belang dat de wegen wat betreft profielbreedte en materialisatie zijn afgestemd op vrachtverkeer. Binnen SLP e.o. kan een aantal verschillende wegprofielen onderscheiden worden. Kenmerkend voor de wegprofielen is de groene uitstraling door de groene bermen en boomgroepen die erin zijn opgenomen. De Pudongweg vormt de hoofdas van SLP Oost. Met een profiel van 30m heeft deze weg een toekomstvast profiel, dat tevens het basisprofiel vormt voor nieuwe wegen in SLP (zie Figuur 32). Door deze wegen met hetzelfde profiel te ontwerpen, ontstaat de gewenste samenhang in het ontwerp van de openbare ruimte. De Naritaweg vormt de entree vanaf de N201 en heeft om die reden een afwijkend profiel; een groene middenberm met boomgroepen. De Aalsmeerderweg is een van de polderlinten en heeft om die reden ook een bijzonder profiel.
Basisprofiel nieuwe wegen & Pudongweg * Totale profielbreedte ca. 30m * Verharding en wegbreedte zijn berekend op vrachtverkeer: wegbreedte is ca. 8m, de rijbaan is uitgevoerd in asfalt met in het midden een rammelstrook. * Aan weerzijden brede groene bermen met verspreide boomgroepen * Vrijliggend fietspad aan één zijde (in verband met de verkeersveiligheid). Doordat in veel gevallen kabels en leidingen onder de fietspaden liggen, worden deze uitgevoerd in (rode) tegels. Indien mogelijk is ook rood asfalt toegestaan. * Aan beide zijden van het profiel een trottoir
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
69
Figuur 33: Profiel Naritaweg
Figuur 34: Profiel Naritaweg Oost
Figuur 35: Profiel huidige Incheonweg
70
Profiel Aalsmeerderweg: smalle rijbaan, sloot en bomenrij
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
WEGEN EN ROUTES
Profiel Naritaweg * Rijbaan aan weerszijden van groene middenberm ca. 3,5m breed (zie Figuur 33 en Figuur 34). * Brede groene middenberm met boomgroepen markeert de entree tot het gebied vanaf N201 * Materialisatie overeenkomstig Pudongweg
Profiel huidige Incheonweg * Profiel met beperkte breedte en watergang aan de zuidzijde (zie Figuur 35) * Materialisatie overeenkomstig Pudongweg
Fietspaden * Fietspaden zijn vrijliggend in verband met de verkeersveiligheid. * Doordat in veel gevallen kabels en leidingen onder de fietspaden liggen, worden deze uitgevoerd in (rode) tegels. Indien mogelijk is ook rood asfalt toegestaan.
Aalsmeerderwegzone Door binnen het plangebied in te zetten op behoud van een voor een polderlint herkenbaar wegprofiel (smalle rijbaan met een sloot aan één kant, begeleid door een bomenrij aan één kant) zal de Aalsmeerderweg ook ten noorden van de Geniedijk herkenbaar blijven als polderlint. Daarbij is een zone van 100m aan weerszijden ingesteld, waarbinnen alleen ontwikkelingen mogelijk zijn die de beleving van het polderlint versterken (zie hoofdstuk richtlijnen beeldkwaliteit overige functies). Delen van de Aalsmeerderweg binnen het Middengebied (‘binnentuin’) hebben geen verkeersfunctie meer; in deze delen zal wel het beeld van het historische lint worden gehandhaafd, maar zonder de verkeersfunctie. De smalle rijbaan kan hier worden uitgewerkt als fietspad of geheel komen te vervallen.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
71
ONTWERP BLUSWATERVOORZIENING 29 juni 2011
Figuur 36: Alle nutsvoorzieningen binnen SLP worden familie van de bluswatervoorziening SLP Oost (afbeelding Ontwerp bluswatervoorziening SLP Oost ONX architecten)
72
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
OVERIGE INRICHTING EN MATERIALISATIE
Straatmeubilair en verlichting * Voor SLP Oost is reeds een inrichtingsplan gemaakt. Vanwege de gewenste samenhang zal de in SLP Oost toegepaste verlichting en straatmeubilair zoveel mogelijk in het gehele plangebied terugkomen. * Verbijzonderingen in straatmeubilair en verlichting zijn mogelijk in gebieden met een recreatieve functie zoals het Geniepark, het Ringdijkpark en de binnentuin SLP.
Nutsvoorzieningen Nutsvoorzieningen zoals rioolgemalen, trafo’s en bluswatervoorzieningen dienen een plek te krijgen op verschillende plekken in SLP. In verband met de gewenste samenhang worden vormgeving en materialisatie van alle nutsvoorzieningen op elkaar afgestemd. * Nutsvoorzieningen worden zoveel mogelijk geclusterd gesitueerd. * Nutsvoorzieningen kunnen in de openbare ruimte (niet binnen wegprofielen of recreatieve gebieden) of op onbebouwde delen van uitgeefbaar terrein worden gesitueerd. * Alle nutsvoorzieningen vormen een familie wat betreft materialisatie, kleurstelling en vormgeving. De bluswatervoorziening voor SLP Oost vormt daarbij de basis (zie Figuur 36).
Truckparkeren * De truckparkeerplaats krijgt een verharding met markering ten behoeve van het gebruik. Daarbij dient aangesloten te worden bij de voor SLP gangbare verhardingen. * Bij voorkeur geen opstelplekken (maar rijbaan) direct langs de watergangen * Indien beveiliging en/of afsluiting van de truckparkeerplaats gewenst is gelden hiervoor dezelfde richtlijnen als voor de kavelinrichting van de bedrijfsbebouwing op SLP (bijv. voorgeschreven type hekwerk en kleur) * Daar waar de truckparkeerplaats in het zicht ligt vanaf de openbare weg wordt het zicht hierop beperkt door het toepassen van groen (beplanting of bomen). Dit groen dient een passende plek te krijgen binnen de polderstructuur. In elk geval langs de Kruisweg wordt door middel van beplanting het zicht op de truckparkeerplaats beperkt. * Indien er kleine gebouwde voorzieningen op de truckparkeerplaats wenselijk zijn, dan dienen deze wat betreft materialisatie, kleurstelling en vormgeving familie te zijn van de nutsvoorzieningen.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
73
74
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
BEHEER
Parkmanagementvereniging (VSLP) Er is een parkmanagement organisatie opgezet, die tot doel heeft om op lange termijn een hoog kwaliteitsniveau ten aanzien van ondermeer veiligheid en bewaking van zicht- en beeldkwaliteit op het bedrijventerrein. Deze parkmanagement organisatie is opgericht door SLP onder de naam Vereniging Schiphol Logistics Park (VSLP). Deze vereniging zal een basispakket aanbieden aan bedrijven die zich vestigen op het bedrijvenpark. Uiteindelijk bepalen de leden van de vereniging ofwel de gevestigde bedrijven, op welke manier zij verder invulling willen geven aan parkmanagement. Deelname aan het basispakket is een voorwaarde voor bedrijven om zich te vestigen op het bedrijventerrein. Met de oprichting van de parkmanagementvereniging zijn het beheer van de openbare ruimte, collectieve veiligheid en vervoersmanagement nu en in de toekomst gewaarborgd.
Beheer en onderhoud buitengebied Binnen het plangebied van SLP e.o. zullen, nadat de ontwikkeling tot bedrijventerrein is voltooid, de verschillende eigenaren van de onbebouwde (openbare) ruimte verantwoordelijk zijn voor het onderhoud en beheer van de betreffende onbebouwde ruimtes. Het streven is dat het beheer van deze gebieden zoveel mogelijk wordt ondergebracht bij de parkmanagementvereniging (VSLP).
Beheer en onderhoud water en oevers Voor goed waterbeheer is het van belang dat alle watergangen goed worden onderhouden. Daarom controleert het Hoogheemraadschap ieder jaar of de (primaire) watergangen en hun oevers goed zijn onderhouden. * De eigenaren van (de percelen langs) de watergangen zijn verantwoordelijk voor het onderhouden van de oevers. Het streven is dat alle eigenaren dit onderhoud onderbrengen bij de parkmanagementvereniging (VLSP). Voor SLP Oost en SLP West I en West II zijn de eigenaren al lid van de parkmanagementverweniging. Het streven is dit uit te breiden naar SLP Zuid en SLP West III na de vereiste herontwikkeling van deze gebieden. * De oevers langs het water in het buitengebied en het retentiegebied worden onderhouden door de parkmanagementvereniging.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
75
RICHTLIJNEN INZAKE BEELDKWALITEIT OVERIGE FUNCTIES
erderweg 561 (schuur)
Aalsmeerderweg 617
Aalsmeerderweg 547
Aalsmeerderweg 547
Bestaande bebouwing langs de Aalsmeerderweg
Aalsmeerderweg 549
78
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
BEELDKWALITEIT AALSMEERDERWEGZONE
De Aalsmeerderweg is polderlint waarlangs nog enkele bestaande woningen en bedrijven aanwezig zijn. Nieuwe Woningen zijn in het plangebied niet toegestaan in verband met de ligging nabij Schiphol.
Bestaande woningen Aalsmeerderweg * Voor de bestaande woningen geldt het reguliere welstandsregime (zie welstandsnota) en daarnaast ook de sneltoetscriteria voor kleine bouwplannen (zie welstandsnota).
Bestaande bedrijven Aalsmeerderweg en Kruisweg * Voor de bestaande bedrijven langs de Kruisweg en Aalsmeerderweg wordt de Welstandsnota als uitgangspunt gehanteerd. Deze bedrijven vallen binnen het reguliere welstandsregime.
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
79
80
Bijzondere kunstobjecten met een tijdelijk karakter
Bijzondere reclameobjecten
Paviljoen (horeca) met een tijdelijk karakter
Tijdelijke paviljoens
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
BEELDKWALITEIT MIDDENGEBIED
Op termijn zijn enkele kleine paviljoens mogelijk, ter ondersteuning van de (recreatieve) gebruiksmogelijkheden van het middengebied als binnentuin van SLP. Deze paviljoens kunnen vooralsnog slechts tijdelijk van aard zijn, gezien de reservering voor de parallelle Kaagbaan. Ook zijn bijzonder vormgegeven (tijdelijke) reclame en/of kunstobjecten mogelijk ter verlevendiging van het gebied. * Paviljoens hebben een tijdelijk karakter en versterken de gebruiksmogelijkheden van de binnentuin * De reclame-uitingen en/of kunstobjecten in het middengebied kunnen alleen van tijdelijke aard zijn en moeten bijzonder vorm gegeven worden (ter beoordeling aan het kwaliteitsteam/supervisor). * Reclame-uitingen, kunstobjecten en paviljoens dienen te voldoen aan de (hoogte)bepekringen vanuit het LIB. * Aan elke kant van de N201is maximaal één reclame-uiting toegestaan in het middengebied (in totaal dus maximaal twee).
Beeldkwaliteitplan Schiphol Logistics Park e.o.
81