Samenwerkingsverband Holland Rijnland De heer D. Toet Schuttersveld 9 2316 XG LEIDEN
kenmerk contact nummer e-mail datum onderwerp
i30/3so/tn/jb M.E.jacobs 070 3371000
[email protected]
4 augustus 2011 'Monitor jeugdbeleid en jeugdzorg In de provincie Zuid-Holland: vervolgmeting 2009'
Geachte heer Toet, Met genoegen stuur ik u hierbij het rapport 'Monitor jeugdbeleid en jeugdzorg in de provincie Zuid-Holland: vervolgmeting 2oog'. Meer exemplaren zijn tegen betaling te bestellen. Hetrapport is gratis te downloaden via de website van het Tympaan Instituut http:/fwww.tympaan.nl. Cijfers over de situatie van de jeugd, het jeugdbeleid en de jeugdzorg in uw gemeente of regio kunt u vinden in het Regionaalinformatiesysteem Samenleving (RIS) http:ffwww.ris-zh.nl. Indien jeugdbeleid of jeugdzorg niet (meer) uw werkterrein is, wilt u er dan voor zorgen dat het rapport bij een collega terechtkomt die zich daarmee bezighoudt? Wilt u in dat geval de naam van die collega doorgeven aan mevrouw dr. M.E. jacobs op 070 3371000 of via e-mail info®tympaan.nl, zodat wij in het vervolg de juiste contactpersoon kunnen aanschrijven. Hartelijk dank voor uw bijdrage aan de monitor. Metvriendelijke groet,
mevrouw dr. M.E.Jacobs projectmanager
bijlage
BEZOE KAD RES
Ann a va n Sakse n laa n 51 25 9 3 HW De n Haag
PO STADRE S
Pos t b u s 93010 2 509 AA D e n Haag
voor beleidsontwil
tel 070 33 71 000 www. t y mp aan.n l info @tym paa n .n l
Monitor jeugdbeleid en jeugdzorg in de provincie Zuid-Holland Vervolgmeting 2009
juli 2011- j.W.K. Barns, A.M. van Essen, M.E. jacobs, T. Nienhuis, A.M. Plug ©Tympaan Instituut
Inhoud 1
1.1 1.2 2
2.1 2.2 2.3
3 3-1 3-2 3·3 3-4
3·5 3-6 4
4-1 4-2 4·3 44 4·5 4·6 5
5-1 5-2
Inleiding
Monitor in het kort Leeswijzer (Risico )jeugdigen
Kerncijfers Ontwikkeling aantal jeugdigen in Zuid-Holland Ontwikkelingen binnen de groep risicojeugdigen Licht pedagogisch hulpaanbod
Kerncijfers Totaal gebruik pedagogisch hulpaanbod Opvoedingsondersteuning Opgroeiondersteuning Gezinsondersteuning RAS-inzet jeugdzorg
Kerncijfers Aanmeldingen Indicatiebesluiten Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Jeugdbescherming en Jeugdreclassering Jeugdzorgaanbieders
blz
1 1 1 3 3 4 4 7 7
9 9 10 11 11 13 13 14 14 15 16 16
Aansluiting licht pedagogisch hulpaanbod en jeugdzorg
19
Kerncijfers Meer pedagogische hulp, stabilisatie instroom jeugdzorg
19 20
Literatuur Bijlagen
1
Inleiding
1.1
Monitor in het kort Het Tympaan Instituutmonitortin opdracht van de provincie Zuid-Holland de aansluiting tussen jeugdbeleid en jeugdzorg. Sinds 2004 maakt de provincie Zuid-Holland afspraken met gemeenten over een goede aansluiting tussen jeugdbeleid en jeugdzorg. Het achterliggende idee is, dat een goed jeugdbeleid de instroom in de jeugdzorg kan beperken. Een monitor is een instrument waarmee periodiek veranderingen worden beschreven op basis van verzamelde gegevens. Voorwaarde is dat deze gegevens in de tijd met elkaar zijn te vergelijken. Doel van monitoring is te bekijken of (beleids)doelstellingen zijn gehaald. Het is op basis van een monitor niet mogelijk de oorzaakvan een verandering aan te wijzen. De monitor is bedoeld voor de provincie, gemeenten en samenwerkingsverbanden van gemeenten in het kader van de Regionale Agenda Samenleving (RAS). RAS' en kunnen de informatie gebruiken om inzicht te krijgen in de situatie van jeugdigen in hun werkgebied. Zij kunnen dan gericht actie ondernemen om het preventieve jeugdbeleid (meer) vorm te geven of de instroom in de jeugdzorg tegen te gaan. Ook kunnen de achterliggende cijfers gebruikt worden als onderbouwing van onder meerbeleidsnota's jeugdbeleid of in RAS-afspraken.
1.2
Leeswijzer Deze rapportage is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 wordt de achtergrond geschetst van (risico)jeugdigen in Zuid-Holland'. Daarna wordt in hoofdstuk3 ingegaan op hetgebruikvan het pedagogische hulpaanbod in de provincie'. In hoofdstuk 4 worden de cijfers op het gebied van jeugdzorg gepresenteerd. Tot slot wordt in hoofdstuk 5 ingegaan op de aansluiting tussen het pedagogische hulpaanbod en de jeugdzorg. Per onderwerp worden eerst enkele kerncijfers gepresenteerd. Vervolgens worden de cijfers besproken. De opvallende uitkomsten per RAS-regio worden hierbij genoemd. Dit provinciale rapport schetst de uitkomsten van de meting 2009 op hoofdlijnen. Voor alle RAS-regio's zijn afzonderlijke rapportages verschenen, waarin ingegaan wordt op de uitkomsten per gemeente. Ook staat hier meer achtergrondinformatie in.
1
2
In deze notitie Is de stadsregio Rotterdam alleen meegenomen in de cijfers over (risko)jeugdigen. In Haaglanden zijn in 2009 merendeels op een andere manier gegevens opgevraagd dan in 2008. Om deze reden is Haaglanden niet opgenomen in de vergelijking met 2008.
2
2
(Risico )jeugdigen
2.1
Kerncijfers Tabel1
Aantal jeugdigen en percentage risicojeugdigen per RAS-regio in de provincie Zuid-Holland en Nederland op 1 januari 2010
ras-regio
totaal aantal
%niet-westerse
%jeugdigen in
0-17 -jarigen
allochtone jeugdigen
ultkeringsgezinnen1
%jeugdigen in eenoudergezinnen
halland rijnland
111.325
11,8
3,3
11,2
haaglanden
210.521
31,4
8,3
18,6
midden-hoiland
54.915
12,9
3,5
9,6
12,4
21,9
245.457
35,7
drechtsteden
57.577
18,3
5,5
14,2
alblasserwaard-
31.572
9,9
2,3
7,7
hoeksche waard
18.292
4,4
1,4
9,7
goeree-overflakkee
10.656
2,8
1,6
6,6
740.315
25,5
7,8
16,7
3.514.421
16,3
5,5
13,7
rotterdamseregio
vijfheerenlanden
zuid-hoiland nederland 1
Gegevens van jeugdigen in uitkeringsgezinnen zijn gebaseerd op Kinderen inTel. De gebruikte versie Kinderen in Tel 201 0 presenteert cijfers over 2008.
bron: CBS Statline, http://www.ris-zh.nl: Aantal jeugdigen naar leeftijd in Zuid-Holland in 2010, Aantal niet-westerse allochtone jeugdigen (0-17) jaar in Zuid-Holland, Aantal jeugdigen (0-17 jaar) in een uitkeringsgezin in Zuid-Holland, Aantal jeugdigen (0-17 jaar) in éénouderhuishoudens in Zuid-Holland
Tabel2
Ontwikkelingvan het aantal (risico)jeugdigen per RAS-regio in de provincie Zuid-Holland 2005-2009, in percentages
ras-regio
totaal aantal jeugdigen
niet-westerse allochtone jeugdigen
jeugdigen in uitkeringsgezinnen
jeugdigen in eenoudergezinnen
hotland rijntand
-3,4
2,4
-10,2
4,1
haaglanden
0,1
1,1
-19,1
-0,2
midden-halland
-5,2
1,1
-21,7
3,6
rotterdamseregio
-2,3
-2,6
-18,6
0,1
drechtsteden
-2,2
·1 ,4
-24,4
3,9
alblasserwaardvijfheerenlanden
·2,6
-0,4
-19,6
6,6
hoeksche waard
-4,9
-7,7
-23,5
16,0
goeree-overflakkee
-2,9
-0,3
-5,6
16,6
zuid-hoiland
-2,1
-0,8
-18,7
1,2
bron: CBS Statline, http:ffwww.ris-zh.nl: Aantal niet-westerse allochtone jeugdigen (0-17 jaar) in Zuid-Holland, Aantal jeugdigen (017 jaar) in een uitkeringsgezin in Zuid-Holland, Aantal jeugdigen (0-17 jaar) in éénouderhuishoudens in Zuid-Holland, Aantal jeugdigen (0-17 jaar) en gewogen jeugdigen in Zuid-Holland in 2006-2010
3
Figuur 1
Verhouding gewogen jeugdigen en jeugdigen in 2009
alblasserwaard-vijfheerenlanden
drechtsteden goeree-overflakkee
haaglanden hoeksche waard
halland rijnland midden-hoiland rotterdamseregio
0
2.2
0,2
0,4
0,6
0,8
1,2
1,4
1,6
1,8
Ontwikkeling aantal jeugdigen in Zuid-Holland In 2009 wonen in de provincie Zuid-Holland 2,1% minder jeugdigen (0-17 jaar) dan in 2005. De daling is het grootst in Midden-Holland en de Hoeksche Waard, waar het aantal jeugdigen met ongeveer s% is afgenomen. In Haaglanden is het aantal jeugdigen stabiel gebleven; het is de enige regio zonder daling.
2.3
Ontwikkelingen binnen de groep risicojeugdigen Risicojeugdigen zijn jeugdigen die een verhoogde kans hebben in te stromen in de jeugdzorg. Belangrijke risicofactoren zijn niet-westerse afkomst, woonachtig in een uitkeringsgezin en/of een eenoudergezin. Stevens et al (2009) laten zien, dat jeugdigen uit gezinnen met een laag inkomen zo'n So% meer kans hebben op behoefte aan jeugdzorg dan jeugdigen uit gezinnen met een betere financiële positie. Daarnaast is er een aantal andere factoren die samenhangen met een hogere instroom in de jeugdzorg, zoals sekse en opleidingsniveau. Jongens en jeugdigen met een lage opleiding komen vaker in de jeugdzorg terecht (Boekhoorn, De Jong 2008). Verder hebben jeugdigen uit de GGZ en jeugdigen met een licht verstandelijke beperking een groter risico. Risicojeugdigen wonen ook vaker in de stad dan op het platteland. Dat is duidelijk te zien in Zuid-Holland: de Rotterdamse regio heeft de meeste risico jeugdigen, gevolgd door Haaglanden en Drechtsteden. Figuur 1 toont de verhouding tussen gewogen jeugdigen en jeugdigen in 2009. Gewogen jeugdigen is een theoretische berekening van het aantal jeugdigen van 0-17 jaar, waarbij het aantal jeugdigen uit eenoudergezinnen en allochtone jeugdigen zwaarder worden meegeteld via een wegingsfactor. De verdeling wordt gebruikt bij de verdelingvan middelen voor jeugdzorg. Figuur 1 laat zien dat in Rotterdamse regio de vraag naar Jeugdzorg waarschijnlijk het hoogste zal zijn van alle regio's en op Goeree-Overflakkee het kleinst.
4
Afname niet-westerse allochtone jeugdigen in zuidelijk deel provincie
In 2009 is ruim een kwart van de jeugdigen in de provincie van niet-westerse allochtone afkomst. Dat is meer dan het Nederlandse gemiddelde (16%).ln de Rotterdamse regio en Haaglanden is het aandeel niet-westerse jeugdigen meer dan 30%. Goeree-Overflakkee heeft de minste niet-westerse allochtone jeugdigen (2,8%). Het aantal niet-westerse allochtone jeugdigen in de provincie daalt licht ten opzichte van 2005 met 0,8%. Per regio zijn er opvallende verschillen. Zo daalt in de Hoeksche Waard het aandeel met 7,7% en in de Rotterdamse regio, de regio met de meeste niet-westerse allochtone jeugdigen, met 2,6%.ln Holland Rijnland neemt het aandeel toe met 2,4%. Ook in Haaglanden en Midden-Holland is een kleine toename te zien. De totale afname van het aantal niet-westerse allochtone jeugdigen komt dus voor rekening van het zuidelijke deel van de provincie. Grote toename jeugdigen in een uitkeringsgezin
In 20083 woont y,8% van de 0-17-jarigen in een uitkeringsgezin. Dat is iets meer dan het Nederlandse gemiddelde (5,5%). In de Rotterdamse regio wonen de meeste (12.4%) en in de Hoeksche Waard de minste jeugdigen in een uitkeringsgezin (1.4%). Het aantal jeugdigen in een uitkeringsgezin is fors afgenomen tussen 2005 en 2008, namelijk met 18,7%. Door de gevolgen van de kredietcrisis is het aantal jeugdigen in een uitkeringsgezin waarschijnlijk weer gestegen. Toename jeugdigen in een eenoudergezin vooral in landelijke regio's
In 2009 woont 16,7% van de Zuid-Hollandse jeugd in een eenoudergezin. Dit is meer dan het Nederlandse gemiddelde (13,7%). Vooral in de stedelijke regio's wonen veel jeugdigen met één ouder samen. Het aantal jeugdigen in een eenoudergezin is licht gestegen ten opzichte van 2005 (1,2%). Op Goeree-Overflakkee neemt het aantal opvallend toe (16,6%), maar deze regio heeft nog steeds het laagste aandeel. Ook in de andere, voornamelijk landelijke regio's, AlblasserwaardVijfheerenlanden en de Hoeksche Waard, is een bovengemiddelde toename van het aantal jeugdigen in een eenoudergezin te zien.
3 Gegevens van jeugdigen in uitkeringsgezinnen zijn gebaseerd op Kinderen inTeL De gebruikte versie Kinderen in Tel2010 presen-
teert cijfers over 2008.
5
6
3
Licht pedagogisch hulpaanbod
3.1
Kerncijfers Tabel3
Aantal gebruikers van het pedagogische hulpaanbod per RAS-regio in Zuid-Holland in 2009 en verschil met 2008, in percentages
halland rijnland haaglanden
2
midden-halland
verschil2008 in %
4.955
33,4
12.942
-
1.931
-18,7
drechtsteden
3.153
-6,7
al bla sseiWa ard-vi jfheeren Ianden
1.545
-3,6
hoeksche waard
644
36,4
goeree-overflakkee
282
-18,9
25.579
6,9
totaaf' 3 1
1
aantal
ras-regio
Dit is exclusief Algemeen MaatschappelijkWerk (AMW). Doorwijzigingen in de registratie zijn gebruikscijfers van hetAMW van 2008 en 2009 niet vergelijkbaar.
2
Haaglanden is nietopgenomen in clevergelijking met 2008, omdat gegevens afwijken. 3 Totaal is hoger dan de optelling van de regio's doordatvan 127 gebruikers de woonplaats onbekend is. bron: diverse zorgaanbieders in Zuid-Holland
Tabel4
Gebruik opvoedingsondersteuning per RAS-regio in Zuid-Holland in 2009 en verschil met 2008, in percentages opvoedbureau
amw1
c&t
projecten
totaal
916
325
180
679
2.100
1.470
858
723
-
3.051
midden-halland
462
237
281
-
980
-32,1
drechtsteden
178
362
194
-
734
-48,6
alblasserwaardvijfheerenlanden
171
289
78
-
538
-50,1
hoeksche waard
332
32
-
-
364
+30,7
82
23
-
-
105
-24,1
3.611
2.126
1.456
679
7.872
-11,5
ras-regio helland rijnland haaglanden
2
goeree-overflakkee totaal
3
verschil 2008 2 in% +36,1 -
c&t =cursussen en themabijeenkomsten amw =Algemeen Maatschappelijk Werk 1
Bij Drechtsteden en Alblasserwaard-Vijfheerenlanden is dit inclusiefDiaconaal MaatschappelijkWerk (DMW) (respectievelijk2 en 5 gebruikers).
2
Dit is exclusief AMW. Doorwijzigingen in de registratie zijn gebruikscijfers van hetAMW van 2008 en 2009 niet vergelijkbaar. 3 Haaglanden is niet opgenomen in de vergelijking met 2008, omdat gegevens afwijken. bron: diverse zorgaanbieders in Zuid-Holland
7
TabeiS
Gebruik opgroeiondersteuning per RAS-regio in Zuid-Holland in 2009 en verschil met 2008, in percentages
ras-regio
smw
jpt
jl
jmw
amw'
c&t
totaal
verschil 2008in %'
hoiland rijnland haaglanden3 midden-hoiland
drechtsteden alblasserwaard-
149
-
6.929
-
19
-
730
-8,4
286
71
120
41
2.139
+6,9
143
-
231
1
122
816
+30,8
24
-
232
+62,5
57
-
156
-13,9
487
5
13.382
+19,8
455
643
843
195
117
4.684
1.030
725
341
433
278
-
1.231
390
319 122
2.253
+35,9
-
vijfheerenlanden hoeksche waard goeree-overflakkee
totaal'
86
-
83
16
-
7.327
2.601 4
1.854
838
275
smw:::: Schoolmaatschappelijk werk jpt =Jeugd Preventie Team (JPT), Pak je Kans (PJK), Jongeren Preventieproject (JPP) en jeugd InterventieTeam OIT) jl = Jongerenloket jmw = jeugdmaatschappelijk werk amw =Algemeen Maatschappelijk Werk dmw = Diaconaal Maatschappelijk Werk c&t= cursussen en themabijeenkomsten 1
2
Bij Drechtsteden en Alblasserwaard-Vijfheerenlanden is dit inclusief DMW (beide 1 gebruiker). Dlt is exclusief AMW. Doorwijzigingen in de registratie zijn gebruikscijfers van hetAMWvan 2008 en 2009 niet vergelijkbaar.
3
Haaglanden is niet opgenomen in de vergelijking met 2008, omdat gegevens afwijken.
4
Dit is inclusief15 gebruikers uit Zuid-Holland Zuid waarvan de woonplaats onbekend is.
5
Dit is inclusief112 gebruikers uit Zuid-Holland Zuid waarvan de woonplaats onbekend is. bron: diverse zorgaanbieders in Zuid-Holland
8
Tabel 6
Gebruik gezinsondersteuning per RAS-regio in Zuid-Holland in 2009 en verschil met 2008 in percentages
ras-regio
tjb
ge
so
rs
bkk
hs
sah
totaal
verschil 2008in%
-
191
87
52
150
76
-
602
+18,7
1.238
478
732
194
175
101
85
2.962
+43,8
midden-halland
-
107
20
67
-
-
45
221
+16,9
drechtsteden
-
41
27
122
-
96
-
280
+12,0
alblasserwaard-
-
88
11
42
-
25
-
191
+6,1
hoeksche waard
-
24
-
29
-
-
-
48
-2,0
goeree-
-
-
-
26
-
-
-
21
-19,2
1.238
929
877
528
325
298
130
4.325
+13,5
halland rijnland haaglanden'
vijfheerenlanden
Overflakkee . totaal
t/b =traceren/bemoeizorg
so = Stevig Ouderschap ge= gezinsecach rs =ReSet bkk =basiszorgcoördinatie kwetsbare kinderen hs = Home Start
sah =Spel aan Huis 1
Haaglanden is niet opgenomen in de vergelijking met 2008, omdat gegevens afwijken,
bron: diverse zorgaanbieders in Zuid-Holland
3.2
Totaal gebruik pedagogisch hulpaanbod In 2009 hebben 25.579 jeugdigen gebruikgemaakt van pedagogische hulp in de provincie. Dat is bijna 7% meer dan in 2008. Dit percentage is exclusief AMW. Door wijzigingen in de registratie zijn gebruikscijfers van het AMW van 2008 en 2009 niet vergelijkbaar. Alle vormen van pedagogische hulp zijn in 2009 ten opzichte van 2008 meer gebruikt. Per regio zijn echter grote verschillen. In Holland Rijnland en de Hoeksche Waard nam het gebruik met meer dan een derde toe. In Midden-Holland, Drechtsteden, Alblasserwaard-Vijfheerenlanden en op Goeree-Overflakkee is minder gebruikgemaaktvan pedagogische hulp. Vooral de daling in Midden-Holland is opvallend. Dit komt met name doordat hetlSO-project opvoedingsondersteuning aan ouders van reformatorische signatuur, uitgevoerd in Gouda en Nederlek, niet is gecontinueerd (bron: JSO). Het meestwordt gebruikgemaakt van opgroeiondersteuning, gevolgd dooropvoedings-en gezinsondersteuning.ln grote gemeenten wordt relatief meer gebruikgemaaktvan opgroeiondersteuning dan in kleine gemeenten, waar opvoedingsondersteuning meestal het meest gebruikte aanbod is. Dit heeft te maken met zowel het grotere aantal risicojeugdigen als de aanwezigheid van juist dit type aanbod in grote gemeenten.
3·3
Opvoedingsondersteuning Opvoedingsondersteuning bestaat uit alle vormen van (laagdrempelige) hulp, ondersteuning en begeleiding bij opvoedproblemen die op de eerste plaats gericht zijn op ouders. Hetgebruikvan opvoedingsondersteuning is met bijna 12% afgenomen ten opzichte van 2008. Dit gemiddelde
9
percentage zegt weinig over de situatie per RAS-regio. In de Hoeksche Waard steeg het gebruik met 31%, terwijl het gebruik in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden enDrechtsteden met ongeveer de helft afnam. De overige RAS-regio's zitten tussen deze uitersten. Bij opvoedingsondersteuning komt 46% van het gebruik voor rekening van de Opvoedbureaus4 • Dit is inclusief vergelijkbaar aanbod als opvoedsteunpunten, waarbij ouders naar een spreekuur kunnen komen met opvoedingsvragen.ln vergelijking met 2008 is 12% meer gebruikgemaakt van het Opvoedbureau. Alleen in Alblasserwaard-Vi~heerenlanden en op Goeree-Overflakkee is minder gebruikgemaakt van het Opvoedbureau. De grootste verwijzer naar het Opvoedbureau is het consultatiebureau, gevolgd door de huisarts. Het AMW is het op één na belangrijkste hulpaanbod (27%) binnen opvoedingsondersteuning. Het AMW ondersteunt ouders en verzorgt trainingen en cursussen die ouders helpen problemen te voorkomen. Doorwijzigingen in de registratie zijn cijfers van het gebruikvan het AMW in veel regio's helaas niet vergelijkbaar met voorgaande jaren. Cursussen en themabijeenkomsten maken 18% van het totaal uit. Denk hierbij aan bijeenkomsten gericht op een bepaalde ontwikkelingsfase van de jeugdige of opvoedthema waarbij ouders gezamenlijkvaardigheden oefenen en ervaringen delen. In Drechtsteden zijn cursussen en themabijeenkomsten het belangrijkste aanbod binnen opvoedingsondersteuning. Vaak zijn per jaar grote verschillen te zien in de deelname aan opvoedcursussen. De cursussen moeten soms vanwege gebrek aan aanmeldingen geannuleerd worden. Voor de monitor zijn alleen projecten opvoedingsondersteuning meegenomen die zijn ontwikkeld en aangeboden door JSO.In 2009 betreft het alleen projecten aangeboden in Alphen aan den Rijn, namelijk voor- en vroegschoolse educatie en Kom Erbij! De laatste is een project met als doel het realiseren van gelijke kansen en ontplooiingsmogelijkheden voor alle kinderen in het onderwijs. Dat gebeurt door ouders te betrekken bij de opvoeding van hun kind, kennis aan te reiken over de ontwikkeling van hun kind en opvoedingsvaardigheden ter voorkoming van opvoedingsproblemen te bieden.
3·4
Opgroeiondersteuning Opgroeiondersteuning is het ondersteunen van jeugdigen bij problemen, om zo de ontwikkeling zo goed mogelijk te laten verlopen. Het gebruik van opgroeiondersteuning is met bijna 20% toegenomen ten opzichte van 2008. Alleen in Midden-Holland en op Goeree-Overflakkee daalde het aanbod. Bij opgroeiondersteuning is het Schoolmaatschappelijk werk5 (SMW) het belangrijkste hulpaanbod, namelijk ss% van het totaal. Van de leerlingen die met SMW zijn geholpen, komt ongeveertwee derde uit het primaire onderwijs (PO) en een derde uit het voortgezet onderwijs (VO). Van het SMW zijn uit 2009 meer gebruikscijfers bekend dan uit 2008, waardoor geen goede vergelijking mogelijk is. Veel voorkomende problemen waarmee jeugdigen die gebruikmaken van het SMW kampen, zijn echtscheidingsproblematiek, het omgaan met verlies en pestgedrag.
4
http://www.ris-zh.nl:Aantal gebruikers van spreekuren opvoedbureau in Zuid-Holland
5
http://www.ris-zh.nl: Aantal begeleide leerlingen door het Schoolmaatschappelijk Werk in Zuid-Holland in 2009
10
Op de tweede plaats wat betreft gebruik staat hetjeugd Preventie Team' (JPT). Bijna een op de vijf van de jeugdigen die via opgroeiondersteuning zijn bereikt, hebben hulp gekregen van dit samenwerkingsverband tussen politie en Bureau Jeugdzorg (BJz). Provinciaal is het gebruik in vergelijking met 2008 stabiel. In de Hoeksche Waard is echter een opvallende daling te zien van 128 naar 86 gebruikers (-33%). Ook op Goeree-Overflakkee nam het gebruik af, maar minder sterk. Van hetjongerenloket is relatiefveel gebruikgemaakt; dit aanbod is maar in drie regio's aanwezig is (Holland Rijnland, Drechtsteden en Haaglanden).
3·5
Gezinsondersteuning Gezinsondersteuning helpt gezinnen met veel en zware problemen. De ondersteuning is op zowel de jeugdige als zijn of haar ouders gericht. Het gebruikvan gezinsondersteuning nam ten opzichte van 2008 met bijna 14% toe. Binnen gezinsondersteuning is traceren/bemoeizorg het meest gebruikte aanbod (29%). Deze vorm van ongevraagde hulp wordt alleen in Haaglanden aangeboden. Het is in september 2008 gestart; 2009 is dus het eerste volledige jaar. Ruim de helft van de trajecten is gestart omdat een gezin zorgmijdend is (Stadsgewest Haaglanden 2010). Stevig Ouderschap' wordt in alle regio's aangeboden, met uitzondering van Goeree-Overflakkee. In 2008 zijn 6% meer gezinnen begeleid dan in 2009. Vooral in Midden-Holland nam het gebruik sterktoe (+57%). Reden van deze toename is niet bekend. Gezinscoaching wordt aangeboden in Holland Rijnland, Haaglanden, Drechtsteden en Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Ten opzichte van 2008 is het gebruik toegenomen. De cijfers van 2008 en 2009 zijn echter niet goed vergelijkbaar omdat van 2008 niet al het gebruik bekend is. In alle regio's hebben in 2009 gezinnen gebruikgemaakt van aanbod begeleiding risicogezinnen/ReSet8. Ten opzichte van 2008 nam het gebruik toe met 11%. In Holland Rijnland was de toename het grootst, namelijk 89%. Dit komt omdat het nieuw aanbod in veel gemeenten was. In andere regio's, zoals Midden-Holland nam het gebruik af (27%). Andere producten van gezinsondersteuning in 2009 waren Spel aan Huis, Basiszorgcoördinatie kwetsbare kinderen en Home Start.
3.6
RAS-inzet Een deel van het pedagogische hulpaanbod is bekostigd uit door de provincie beschikbaar gestelde subsidie, de zogenoemde RAS-subsidie (RAS= Regionale Agenda Samenleving). In totaal is 10% van de hulp van het pedagogische aanbod betaald uit de RAS-subsidie. Dit percentage is exclusief Midden-Holland. Van deze regio zijn geen gegevens bekend over de RAS-inzet. Per regio zijn er grote verschillen. Zo is in de Hoeksche Waard 23% en in de Alblasserwaard-
6
http:/fwww.ris-zh.nl: Aantal jeugdigen in JPT, JPP en JIT per regio in Zuid-Holland
7
http:ffwww.ris-zh.nl: Aantal deelnemende gezinnen Stevig Ouderschap per regio ln Zuid-Holland
8
http://www.ris-zh.nl: Aantal gezinnen in begeleiding risicogezinnen/ReSet in Zuid-Holland
11
Vijfheerenlanden 18% van het gebruik bekostigd uit RAS-middelen. In de Drechtsteden is dat met 4% veel minder (figuur 2). Figuur 2
Bekostiging pedagogischehulp per RAS-regio in Zuid- Holland in 2009
hol land rijnland
90%
haaglanden
90%
I
0%
10%
20%
30%
lil metras-middelen
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
met reguliere middelen
bron: Ras-regio's Zuid-Holland
De RAS-middelen zijn voor veel verschillende producten uit het pedagogische hulpaanbod ingezet, zoals Reset, SMW, coachingstrajecten, Opvoedbureau en opvoedingsondersteuning. In regio's met lage percentages zijn de middelen vaker ingezet op andere ondersteuning aan de jeugd, zoals jongerenwebsites en het Centrum voor jeugd en Gezin (CJG). De provincie zet de RAS-middelen onder andere in om minder instroom in en meer uitstroom uit de jeugdzorg te stimuleren. In hoeverre dit bevorderd is, is lastig aan te tonen. In paragraaf 5.2 staat beschreven dat in de meeste regio's niet is aangetoond dat een toename van gebruik van pedagogische hulp leidt tot minder instroom in de jeugdzorg. In de Hoeksche Waard, waar verhoudingsgewijs veel (23%) van het pedagogische hulpaanbod door RAS-middelen is bekostigd, is dit verband er wel. Voor een oorzakelijk verband zijn echter geen bewijzen. Daarnaast is onduidelijk of de RAS-subsidie het aanbod aan pedagogisch hulp heeft vergroot.
12
4
jeugdzorg
4.1
Kerncijfers Tabel7
Aantal instromers bij Bureau jeugdzorg Haaglanden/Zuid-Hoiland in 2009, uitgesplitst naar onderdeel
regio
jeugd-
aanmeldingen
indicatie-
onderzoeken
jeugd-
toegang(% geaccepteerde aanmeldingen)
besluiten'
amk
beschermlng
2
reclasseringl
halland rijnland
2.252 (86)
3.229
2.883
3.025
3.229
haaglanden
5.131(84)
6.728
1.107
900
1.230
midden-hoiland
1.497 (90)
1.756
390
151
59
drachtsteden
1.450 (90)
1.716
1.049
130
102
alblasserwaardVijfheerenlanden
498 (96)
667
201
31
34
hoeksche waard
434 (58)
383
143
14
14
goeree-overflakkee
163 (61)
138
67
9
3
15.058 (77)
14.954
11.162
1.813
1.065
63.482
77.917
59.760
13.071
9.624
zuid-holland
4
nederland5 1
2
Dit is hettotaal aantal indicatiebesluiten, inclusief jeugdbescherming en jeugd-GGZ. Dit is het aantal nieuwe cliënten dateen ondertoezichtstelling of een maatregel voor (voorlopige) voogdij heeft gekregen.
3 Dit is het aantal nieuwe cliënten dat een reguliere maatregel Jeugdredassering, een maatregelintensieve Traject Begeleiding (ITB) of ITB Harde Kern heeft gekregen. 4 Het totaal is hoger dan de optelling per regio, omdat dit inclusief jeugdigen is waarvan de woonplaats onbekend of geheim ls. 5 Dit zijn cijfers uit de Landelijkejeugdmonitor. Van aanmeldingen en indicatiebesluiten zijn de meest recente cijfers van 2006, van meldingen AMK en Jeugdbescherming van 2009 en van jeugdreclassering van 2007. bron: Bureau Jeugdzorg, Landelijke jeugdmonitor, http://www.ris~zh.nl: Aantal aanmeldingen bij Bureau Jeugdzorg in Zuid~Holland, Aantal indicatiebesluiten bij Bureau jeugdzorg in Zuid~Holland,Aantal meldingen kindermishandeling in Zuid~Holland, Aantal advle~ zen kindermishandeling per regio in Zuid-Holland, Aantal consulten kindermishandelingper regio in Zuid-Holland, Aantal jeugdigen in de Jeugdbescherming in Zuid~Holland in 2009, Aantal jeugdigen (12~17 jaar) in jeugdreclassering in Zuid~Holland in 2009
TabeiS
Ontwikkeling aantal indicatiebesluiten bij Bureau jeugdzorg Haaglanden/Zuid-Hoiland 2008-2009 per regio, in percentages
regio
indicatiebesluiten
hol land rijnland
6,7
haaglanden
-4,8
midden~holland
-1,1
drechtsteden
~ 1,6
alblasserwaard-vijfheerenlanden hoeksche waard
5,2 -13,5
goeree~overflakkee
11,3
zuid-hoiland
-1,2
bron: Bureau Jeugdzorg, http://www.ris~zh.nl: Aantal indicatiebesluiten bij Bureau Jeugdzorg in Zuid~Holland
13
Tabel9
Aandeel risicojeugdigen bij Bureau jeugdzorg Zuid-Hoiland/Haaglanden in 2009 aandeel risicogroepen jongens
niet-westerse allochtone jeugdigen
geaccepteerde aanmelding
61,4
23,0
eerste indicatiebesluit
64,1
27,4'
2
jeugdigen in eenoudergezin
27,5
1
26,2 -3
50,0
34,1
jeugdbescherming
51,9
41,3
30,3
jeugdreclassering
80,2
56,2
27,9
totaal 0-17-jarigen
51,2
25,5
16,7
amk
1 2
3
Dit is totaal aantal allochtonen. Dit is berekend over de totale instroom AMK. HetAMK registreert geen gegevens over gezinssamenstelling.
bron: Bureau jeugdzorg, http://www.ris-zh.nl: Achtergrond gebruikers Bureau Jeugdzorg
4.2
Aanmeldingen Bjz is de toegangspoort tot de jeugdzorg. Een aanmelding is het eerste contact met Bjz. De medewerkers van BJz beoordelen verzoeken om hulp. Ze stellen vast welke zorg nodig is en begeleiden kinderen, jongeren en oudersofverwijzen hen door naar andere hulpverleners. In 2009 is er voor15.058 jeugdigen contact geweest met Bjz9• Dat is 3,6% meer dan in 2008. Vooral de huisarts en in mindere mate BJz zelf, GGZ en onderwijs zijn belangrijke toeleiders (BJz 2010b). Het gaat hier over alle contacten, dus niet alleen over jeugdigen die doorgaan naar een indicatietraject, maar ook eenmalige vragen of vragen die onterecht bij BJz komen en worden terugverwezen naar een voorliggende voorziening. Landelijk is ook een stijgende lijn in het aantal aanmeldingen te zien, zo blijkt uit het Trendrapport 2010 Landelijke jeugdmonitor CBS 2010). Vanaf 2005 is het aantal aanmeldingen in Zuid-Holland sterk gestegen. Doordat tot 2008 cliënten van Bjz met een onbekend of geheim adres of van buiten Zuid-Holland niet zijn meegenomen, is er in de periode 2005-2009 wel een onderschatting van het daadwerkelijk aantal aanmeldingen. In totaal werd een derde na screening terugverwezen naar een lokale voorziening. In 2008" was dat met 30% iets minder. Per regio zijn er grote verschillen. In de Hoeksche Waard worden relatief weinig aanmeldingen geaccepteerd, in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden juist veel.
4·3
Indicatiebesluiten In 2009 zijn ruim 77.917 indicatiebesluiten voor geïndiceerde jeugdzorg" afgegeven. Dit is inclusief indicaties voor jeugd-GGZ en landelijk werkende instellingen.
9
http://www.ris-zh.nl: Aantal aanmeldingen bij BureauJeugdzorg in Zuid-Holland
10
http://www.ris-zh.nl: Vergelijking aanmeldingen en geaccepteerde aanmeldingen bij Bureau jeugdzorg in Zuid-Holland in 2008
11
http://www.ris-zh.nl: Aantal indicatiebesluiten bij Bureau jeugdzorg in Zuid-Holland
Vergeleken met 2008 zijn er in 2009 iets minder indicaties afgegeven. Per regio zijn er verschillen. Vooral in de Hoeksche Waard waren er in 2009 minder indicaties dan in 2009 (13,5%). In Holland Rijnland, Alblasserwaard-Vijfheerenlanden en op Goeree-Overflakkee zijn wel meer indicaties afgegeven. Vooral in de laatste regio steeg het aantal indicaties (11,3%). Ook landelijk is een afname van het aantal indicatiebesluiten te zien. Een mogelijke verklaring daarvoor is volgensjeugdzorg Nederland de verbeteringvan het voorliggende veld. Bureaus jeugdzorg kunnen daardoor kritischer zijn, omdat de mogelijkheid van terugverwijzing naar het voorliggende veld er is (CBS 2010). Van het aantal indicatiebesluiten in 2009 is bijna 64% een eerste indicatie": dit zijn nieuwe cliënten die instromen. De overige 35% zijn herindicaties. Dit betreft jeugdigen die al in zorg zitten en een indicatiebesluit voor dezelfde zorg of een andere soort zorg krijgen. Ook hier zijn weer grote regionale verschillen te zien. Zo was in Midden-Holland ruim een kwartvan de indicaties een herindicatie. Eerste indicatiebesluiten hebben relatief vaak betrekking op jongens, niet-westerse allochtone jeugdigen en jeugdigen uit een eenoudergezin. Onder de jeugdigen met een indicatiebesluit is hun aandeel aanzienlijk groter dan in de bevolking.
4·4
Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Beroepskrachten of mensen uit de privéomgeving van een gezin kunnen advies vragen bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK). Een advies kan leiden tot een vervolgcontact, waarin de medewerker van het AMK de adviesvrager ondersteunt bij het uitvoeren van een eerder gegeven advies (consult). De verantwoordelijkheid blijft in deze gevallen bij de adviesvrager. Mensen kunnen ook hun zorgen melden bij het AMK, waarna hetAMK onderzoekt of er inderdaad sprake is van kindermishandeling (onderzoek). In 2009 zijn 11.162 onderzoeken'' uitgevoerd bij het AMK om na te gaan of er sprake is van mishandeling. Tussen 200S en 2009 is het aantal onderzoeken'• sterk toegenomen. Ten opzichte van 2008 met bijna 19%. De sterkste toenamen doen zich in 2009 voor in Midden-Holland (38,5%). Ook lande· lijk neemt het aantal onderzoeken toe (CBS 2010). Het aantal adviezen bij het AMK'' en consulten'' (vervolg op een advies) zijn ook toegenomen in 2009. De verhouding tussen jongens en meisjes bij meldingen bij het AMK is gelijk. De meeste onderzoeken bij hetAMK gaan over de leeftijdsgroep tot 12 jaar. Relatief veel onderzoeken hebben betrekking op niet-westerse allochtone jeugdigen.
12
13
http://www.ris-zh.nl: Indicatiebesluiten bij Bureau Jeugdzorg in Zuid-Holland in zoog naar eerste besluiten en herindicaties http:/fwww.ris-zh.nl: Totale instroom bij het AMK per regio in Zuid-Holland
14
http:/fwww.riNh.nl: Aantal onderzoeken naar kindermishandeling in Zuid-Holland
15
http://www.ris-zh.nl: Aantal adviezen kindermishandeling per regio in Zuid-Holland
16
http://www.ris-zh.nl: Aantal consulten kindermishandeling per regio in Zuid-Holland
15
4·5
jeugdbescherming en jeugdreclassering In 2009 hebben in Zuid-Holland 1.813 jeugdigen een maatregel voor jeugdbescherming gekregen. Dat is 7% minder dan in 2008. Landelijk neemt het aantal jeugdbeschermingsmaatregelen juist toe (CBS 2010). Niet-westerse allochtone jeugdigen en jeugdigen uit een eenoudergezin zijn oververtegenwoordigd in de Jeugdbescherm ing. Het aantal jeugdigen is in 2009 in de Jeugdreclassering sterk gedaald. De daling geldt voor alle regio's. In 2008' 7 waren er 2.206 jeugdigen met een maatregel, in 2009 zijn dit er nog 1.o6s.ln de jeugdreclassering zijn jongens en niet-westerse allochtonen oververtegenwoordigd.
4.6
jeugdzorgaanbieders Figuur3
Ontwikkeling aantal wachtende cliënten bij Cardea jeugdzorg, Stek jeugdhulp, Triviumlindenhof en Horizon 2007-2009, per kwartaal
1.000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0 07-01
07-02 07-03
-cardea
07-04 08-01
-=-stek
08-02 08-03 08-04 09-01
triviumlindenhof
-horizon
09-02 09-03 09-04 ~"""'""'"""""'totaal
bron: Kwartaalrapportages kwaliteitsinformatie Cardea, Stek, Triviumlindenhof en Horizon
17
16
http://www.ris~zh.nl: Aantal jeugdigen (12-17 jaar) in Jeugdreclassering in Zuid-Holland in zoog, uitgesplitst naar maatregel
Figuur4
Instroom in aantallen bij Cardea jeugdzorg,Stekjeugdhulp, Triviumlindenhof en Horizon 2007-2009, per kwartaal
1.000 900 800
/
- "'
-
700 600
/
500 400
--
300 200 ·-
100
..
---
-
..
0
07-01
07-02
07-03
-cardea
07-04
08-01
-stek
~
08-02
08-03
triviumlindenhof
08-04
09-01
-horizon
~~.,~~
..
09-02
- -
-
..
09-03
--
09-04
-totaal
bron: Kwartaalrapportages kwaliteitsinformatie Cardea, Stek, Triviumlindenhof en Horizon
Figuur 5 Uitstroom in aantanen bij Cardeajeugdzorg, Stekjeugdhulp, Triviumlindenhof en Horizon 2007-2009, per kwartaal 800
~' 700 +-------------~-----------,------------~--~""----"'<-,,-------------/---;;~""·"',-----,·_-600 500 400 300
-- - -
-
200 100 0
07-01
07-02
07-03
07-04
08-01
08-02
08-03
08-04
09-01
09-02
09-03
09-04
triviumlindenhof -horizon ""~totaal bron: Kwartaalrapportages kwaliteitsinformatie Cardea, Stek, Triviumlindenhof en Horizon
De provincie subsidieert vier jeugdzorgaanbieders in Zuid-Holland: Cardea Jeugdzorg. Stek jeugdhulp, Triviumlindenhof en Horizon. In het eerste kwartaal van 2009 steeg het aantal wachtende cliënten bij de jeugdzorgaanbieders, waarna een sterke daling intrad. Eind 2009 staan nog 386 jeugdigen op een wachtlijst. Over 2008 is eenzelfde trend te zien. Wel was in dat jaar de daling minder groot. De daling gaat over de netto- én brutowachtlijst Op de nettowachtlijst staan jeugdigen die, terwijl ze wachten op de uitvoering van hun hoofdtaak, al een vorm van geïnd i-
17
ceerde jeugdzorg krijgen. De brutowachtlijst bestaat uit jeugdigen die wachten op de uitvoering van hun hoofdaanspraak Stadsgewest Haaglanden subsidieert geïndiceerde zorg bij jeugdformaat. Hiervan zijn geen kwartaalgegevens, maarwel jaarcijfers bekend. Eind 2009 staan bij deze jeugdzorgaanbieder nog 14 jeugdigen op de wachtlijst, in 2008 waren dit er nog 64 Oeugdformaat 2010). De dalingvan het aantal wachtende cliënten is te danken aan een overeenkomst die het Rijk en het IPO in 2009 hebben gesloten voor het wegwerken van de wachtlijsten. Hierdoor zijn veel extra plaatsen in de jeugdzorg gerealiseerd. De instroom neemt in het tweede kwartaal van 2009 toe, om vervolgens in het derde kwartaal weer af te nemen. Over 2008 is eenzelfde trend te zien. De uitstroom laat eenzelfde beweging zien. Al met al is over 2009 zowel de instroom als de uitstroom bij de jeugdzorgaanbieders gestegen, waardoor de kans dat de wachtlijsten weer sterk zullen oplopen niet groot is. Wachtlijsten nemen over het algemeen toe als gevolg van onvoldoende doorstroming. Ook bij jeugdformaat (Haaglanden) nam de uitstroom ten opzichte van 2008 af. De instroom was echter groter dan in 2008.
5
Aansluiting licht pedagogisch hulpaanbod en jeugdzorg
5.1
Kerncijfers Figuur 6
Percentage gewogen jeugdigen dat gebruik heeft gemaaktvan pedagogische hulp per RAS-regio in 2008 en 2009
0,0%
2,5%
3,0%
3,5%
4,0%
2008 111 2009
* exclusief Haaglanden
Figuur 7
Percentage gewogen jeugdigen dat de jeugdzorg instroomde per RAS-regio in 2008 en 2009
halland rijnland
"!
i
haag! ande n ~~lllllllllllliiiiiiiiiiiiiii!IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIJI!IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIJI!IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIjll!lllll
midden-halland
drechtsteden alblasserwaard-vijfheerenlanden
1
hoeksche waard \
goeree-overflakkee totaal
i
i
I I
-J~.IIIIIIIIIIIilllllllllll'!l/_lllllllllllilli!___JII_I!I_,_IIIIIIIIIIIil l l l l l"'+i l-lll__ll!__l l l_l l l l l j_ - ··--·---J-----~-t
0,0%
0,5%
1,0% 2008
1,5%
2,0%
2,5%
3,0%
.. 2009
19
5.2
Meer pedagogische hulp, stabilisatie instroom jeugdzorg Figuren 6 en 7 geven respectievelijk weer hoeveel procentvan de gewogen jeugdigen per regio gebruik heeft gemaaktvan het pedagogische hulpaanbod en is ingestroomd in de jeugdzorg in 2oo8 en 2009. Hettotale gebruikvan het pedagogische hulpaanbod in de provincie is, rekening houdende met het aantal risicojeugdigen, iets toegenomen. In 2008 maakte 2,9% van de gewogen jeugdigen gebruikvan het aanbod, in 2009 3,1%. De toename komt voor rekening van Holland Rijnland en de Hoeksche Waard. In de overige regio's daalde het aanbod iets. Voor de vergelijking is het AMW niet meegerekend. Zoals in hoofdstuk 3 is aangegeven, zijn door wijzigingen in de registratie gebruikscijfers van het AMW in sommige regio's van 2008 en 2009 niet vergelijkbaar. In Alblasserwaard-Vijfheerenlanden is het AMW wel vergelijkbaar. Indien het AMW in deze regio wordt meegerekend, dan neemt het gebruikwat toe. De instroom in de jeugdzorg is gestabiliseerd in 2oog.ln zowel2oo8 als 2009 stroomt 2% van de gewogen jeugdigen de jeugdzorg in. Het beeld per regio varieert weinig. In de Hoeksche Waard daalt de instroom het meest en in Haaglanden neemt de instroom het meest toe. Er is op provinciaal niveau geen verband gevonden tussen het gebruikvan het pedagogische hulpaanbod en instroom in de jeugdzorg. Vanuit het idee dat een sterk pedagogisch hulpaanbod instroom in de jeugdzorg kan voorkomen, zou verwacht worden dat een toename van gebruik van pedagogische hulp leidt tot minder instroom in de jeugdzorg. Dat beeld is in Holland Rijnland en de Hoeksche Waard te zien. Daarnaast zijn er regio's waar: • het gebruikvan pedagogische hulp afneemt en de instroom in de jeugdzorg toeneemt; dat is in de regio's Alblasserwaard-Vijfheerenlanden en Goeree-Overflakkee waarneembaar; het gebruik van pedagogische hulp afneemt en de instroom in de jeugdzorg stabiliseert; dat is het geval in de regio's Midden-Holland en Drechtsteden.
20
Literatuur Schriftelijke documentatie ActiVite. jaarverslag 2009 Opvoedbureau Gemeente Alphen aan den Rijn. Leiderdorp: ActiVite, 201oa. ActiVite. Jaarverslag 2009 Opvoedbureau Gemeente Kaag & Braassem. Leiderdorp: ActiVite, 201ob. ActNite. jaarverslag 2009 Opvoedbureau Gemeente Leiden. Leiderdorp: ActiVite, 2010c. ActiVite. Jaarverslag 2009 Opvoedbureau Gemeente Zoeterwoude. Leiderdorp: ActiVite, 201od. ActiVite. Jaarverslag 2009 Opvoedbureau Rijnstreek Leiderdorp: ActiVite, 201oe. Boekhoorn P, JongT de. Gezinnen van de Toekomst: cijfers en trends. Den Haag: E~quality, 2008.
Bureau jeugdzorg Zuid~Holland (BJz). Kwaliteitsrapportage 2009~1. Den Haag: BJz, 2ooga. Bureau jeugdzorg Zuid-Holland (BJz). Kwaliteitsrapportage 2009-2. Den Haag: BJz, 2oogb. Bureau jeugdzorg Zuid-Holland (BJz). Kwaliteitsrapportage 2009-3. Den Haag: BJz, 2oogc. Bureau jeugdzorg Zuid-Holland (BJz). Kwaliteitsrapportage 2009-4. Den Haag: Bjz, 2009d. Bureau Jeugdzorg Zuid-Holland (BJz). jaarverslag SMW Gouda 2009. Den Haag: BJz, 2010a. Bureau Jeugdzorg Zuid-Holland (Bjz). jaarverslag 2009. Den Haag: BJz, 201ob. Bureau jeugdzorg Zuid-Holland (BJz). Jaarwerkplan 2009. Den Haag: Bjz, 2010c. Bureau jeugdzorg Zuid-Holland (BJz). Schoolmaatschappelijk werk Dordrecht, jaarverslag 2009, teamplan 2010. Den Haag: BJz, 2010d. Bureau jeugdzorg Zuid-Holland (BJz). jaarrapportage 2009 JPT Leiden-Voorschoten. Den Haag: BJz, 2010e. Bureau jeugdzorg Zuid-Holland (BJz). Jaarrapportage 2009 JPT Rijn- en Veenstreek Den Haag: BJz, 201of. Cardea jeugdzorg. Jaarverslag 2009. Leiden: Cardea jeugdzorg, 2010. Careyn. Rapportage begeleiding risicogezinnen.lnhoudelijk Verslag Begeleiding risicogezinnen Careyn 2009 regio Goeree-Overflakkee. Schiedam: Careyn, 2010a. Careyn. Jaarverslag 2009 jeugd en Gezin van Careyn in de gebieden Delft Westland Oostland, Nieuwe Waterweg Noord, Zuid-Hollandse Eilanden. Delft: Careyn, 2010b. Careyn.jaarverslag 2009 Maatschappelijk Werk Goeree-Overflakkee. Middelharnis: Careyn, 2010c. Careyn. jaarverslag 2009-2010 School Maatschappelijk Werk Basisonderwijs Goeree-Overflakkee. Middelharnis: Careyn, 201od. Careyn. Jaarverslag 2008-2009 School Maatschappelijk Werk Voortgezet Onderwijs Goeree-Overflakkee. Middelharnis: Careyn, 201oe. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Trendrapport 2010 Landelijke jeugdmonitor. Den Haag: CBS, 2010. De Stromen Opmaat Groep. Dordrecht, jaaroverzicht 2009 Algemeen maatschappelijk werk. Zwijndrecht De Stromen Opmaat Groep, 201oa. De Stromen Opmaat Groep. Hendrik-Ida-Ambacht, jaaroverzicht 2009 Algemeen maatschappelijk werk. Zwijndrecht: De Stromen Opmaat Groep, 201ob. De Stromen Opmaat Groep. Zwijndrecht, jaaroverzicht Algemeen maatschappelijk werk. Zwijndrecht: De Stromen Opmaat Groep, 201oc. Oe Stromen Opmaat Groep. Registratiecijfers Hendrik-Ida-Ambacht 2009 Schoolmaatschappelijk Werk. Zwijndrecht: De Stromen Opmaat Groep, 201od. De Stromen Opmaat Groep. Registratiecijfers Zwijndrecht 2009 Schoolmaatschappelijk Werk. Zwijndrecht: De Stromen Opmaat Groep, 201oe. De Stromen Opmaat Groep. JaarverslagJGZ Dordrecht. Zwijndrecht De Stromen Opmaat Groep, 2010f.
De Stromen Opmaat Groep. jaarverslagJGZ Hendrik-Ida-Ambacht. Zwijndrecht: De Stromen Opmaat Groep, 201og. De Stromen Opmaat Groep. jaarverslagJGZ Zwijndrecht Zwijndrecht: De Stromen Opmaat Groep, 201oh. Drechstedenbestuur. Brief: Aanvraag tot subsidievaststelling Regionale Agenda Samenleving Drechtsteden 2009. Dordrecht: Drechtstedenbestuur, 2010. Flexusjeugdplein.jaarverslag 200g. Rotterdam: Flexusjeugdplein, 2010. Florence Ypenburg en Leidschenveen. Rapportage ten behoeve van de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg 0-4-jarigen 2oog. Den Haag: Florence jeugdgezondheidszorg, 2010. Florence. jaarverslag Florence AMW 2oog. Rijswijk: Florence, 2010. Gemeenschappelijke regeling Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Aanvraag subsidievaststelling Regionaal Agenda Samenleving 2009 Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Gorinchem, 2010. Gemeente Den Haag. Staat van de jeugd 2oog: Een inventarisatie van gegevens over kinderen en jongeren in Den Haag. Den Haag: Gemeente Den Haag, 2009. Gemeente Den Haag. Factsheetjongeren in Den Haag. Den Haag: Gemeente Den Haag, 2010. Gemeente Midden-Delfland. Kadernota lokaal gezondheidsbeleid Midden-Delfland 2008-2012. Midden-Delfland: Gemeente Midden-Delfland, 2009. Gemeente Zoetermeer. jeugdmonitor Zoetermeer 2010. Kerncijfers met toelichting. Zoetermeer: Gemeente Zoetermeer, 2010. GGD Hollands Midden. (Kwaliteits)jaarverslag 2009 GGD Hollands Midden. Gouda/Leiden: GGD Hollands Midden, 2010. GGD Zuid-Holland Zuid. In de basis ligt de toekomst.jaarbericht 2009 GGD Zuid-Holland Zuid. Dordrecht: GGD Zuid-Holland Zuid, 2010. GGD Zuid-Holland West. Subsidieaanvraag voor de middelen ten behoeve van de niet-geïndiceerde zorg. Kenmerk 1129. Zoetermeer: GGD Zuid-Holland West. 2oo8. Hoeksche Waard. VerantwoordingActiviteiten Regionale Agenda Samenleving Hoeksche Waard 20og. OudBeijerland: Hoeksche Waard, 2010. Humanitas.jaarverslag Home-Alphen aan den Rijn 2oog. Den Haag: Home-Start, 2ooga. Humanitas. jaarverslag Home-Duin- en Bollenstreek 2009. Den Haag: Home-Start, 2oogb. Humanitas. jaarverslag Home-Leiden 2009. Den Haag: Home-Start, 2oogc. Humanitas. jaarverslag Home-Start Leidse Regio 2oog. Den Haag: Home-Start, 2009d. Humanitas. Jaarverslag Home-Start 2oog: Den Haag. Den Haag: Humanitas, 201oa. Humanitas. jaarverslag Home-Start 2009: Zoetermeer. Zoetermeer: Humanitas, 2o1ob. Humanitas. jaarverslag Home-Start Rijnstreek 2009. JSO. Opvoedbureau Voorschoten. Jaarverslag 2009. Gouda: JSO, 2010. ISGO. Brief Aanvraag subsidievaststelling RAS 2009 (inclusief bijlagen). Middelharnis: ISGO, 2010. ISMH.lnhoudeHjke verantwoording subsidie Regionale Agenda Samenleving Midden-Holland 2009. Gouda: ISMH, 2010. jeugdformaat.jaarverslag 2009. Rijswijk: jeugdformaat, 2010. jeugd Preventie Team (JPT). Jaarverslag 2009 Jeugd Preventie Team Zuid-Holland Zuid. Dordrecht/Gorinchem: JPT, 2010. JIT Haaglanden.Jaarverslag 2009. Den Haag: JJT Haaglanden, 2010. jong Florence. Verantwoording van activiteiten 2009. Den Haag: Jong Florence, 2010. JPT Gouwe ljssel. jaarrapportage 2oog. Gouda: JPT Gouwe ljssel, 2010. JSO.jaarverslag2oog. Opvoedsteunpunten Den Haag. Gouda:JSO, 2010a. JSO. Eindrapportage evaluatie jeugd Maatschappelijk Werk Delft. Gouda: JSO, 2010b.
2
JSO. Jaarlijkse rapportage Opvoedbureau Midden~Holland. Goud: JSO, 201oc. JSO. Jaarlijkse rapportage Spel aan Huis Gouda. Gouda: JSO, 201od. JSO. jaarverslag 2009 Opvoedbureau Voorschoten. Gouda: JSO, 201oe. JSO. jaarverslag 2oog. Opvoedbureau
Leidschendam~Voorburg.
Gouda; JSO, 201of.
JSO. jaarverslag 2009. Opvoedbureau Rijswijk. Gouda: JSO, 201og. JSO. jaarverslag 2oog. Spel aan Huis Oen Haag. Gouda: JSO, 201oh. JSO. jaarverslag Home Start 2009 Dordrecht. JSO: Gouda, 2010L JSO. jaarverslag Home Start 2009
Hendrik~ldo~Ambacht. JSO:
Gouda, 201oj.
JSO. jaarverslag Home Start 2009 Sliedrecht. JSO: Gouda, 201ok. JSO. jaarverslag Home Start 2009 Zwijndrecht. JSO: Gouda, 20101. JSO. jaarverslag JSO 2009 basistaken provincie Zuid-Holland. Gouda:JSO, 201om. JSO. jaarverslag 2009. Spel op Maat Rijswijk. Gouda: JSO, 2010n. JSO. Opvoedbureau Zoetermeer+ ZAT. Gouda: JSO, 20100. JSO. Spel aan Huis Boskoop. Goud: jSO, 2010p. jSO. Reset en de gevolgen van de AWBZ-pakketmaatregelen in de regio AlblasserwaardNijfheerenlanden. Gouda, JSO, 201oq. JSO. Nieuwsbrief Opvoedbureau Midden-Holland. Resultaten Opvoedbureau Midden-Holland 2010;1. Loeven M. Tussenevaluatie gezinscoaching Zuid~Holland. Gouda: JSO, 2007. MEE Zuid-Holland Noord. Schoolmaatschappelijk werk Pijnacker Nootdorp. Verslag schooljaar 2008-2009. PijnackerNootdorp: MEE Zuid-Holland Noord, 2010. Opvoedadviespunt jaarverslag 2009. Activiteitenplan 2011. Katwijk: Val ent, 2010. Provincie Zuid-Holland. Inhoudelijke verslagleggingsformulier jeugd 2009 Holland Rijnland. Den Haag; provincie Zuid~Holland, 2010. Rivas. jaarcijfers van het Algemeen Maatschappelijk Werk 2009 Alblasserdam. Gorinchem: Rivas, 201oa. Rivas. jaarcijfers van het Algemeen Maatschappelijk Werk 2009 Papendrecht. Gorinchem: Rivas, 2010b. Rivas. jaarcijfers van het Algemeen Maatschappelijk Werk 2009. Gorinchem: Rivas, 201oc. Rivas. jaarcijfers van het Algemeen Maatschappelijk Werk 2009 Sliedrecht. Gorinchem: Rivas, 2010d. Schooladviesdienst Wassenaar. Spreekuur Opvoedingsondersteuning. Meerjarenoverzicht 2004-2010. Jaarverslag 2008-2009. Wassenaar: Schooladviesdienst Wassenaar, 2010. Stadsgewest Haaglanden. Verantwoording RAS Haaglanden 2009. Den Haag: Stadsgewest Haaglanden, 2010. Stekjeugdhulp. Kwartaalrapportage kwaliteitsinformatie Stekjeugdhulp kwartaal1. Gouda: Stekjeugdhulp, 2ooga. Stekjeugdhulp. Kwartaalrapportage kwaliteitsinformatie Stekjeugdhulp kwartaal 2. Gouda: Stek jeugdhulp, 2oogb. Stekjeugdhulp. Kwartaalrapportage kwaliteitsinformatie Stekjeugdhulp kwartaal3. Gouda: Stekjeugdhulp, 2oogc. Stek jeugdhulp. Kwartaalrapportage kwaliteitsinformatie Stekjeugdhulp kwartaal4. Gouda: Stekjeugdhulp, 2oogd. Stevens] et al. De jeugd een Zorg. Ramings-en verdeelmodel jeugdzorg2007. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, 2009. Stichting jeugdformaat jaarverslag 2009. Rijswijk Stichting Jeugdformaat, 2010. Triviumlinden hof. Kwartaalrapportage kwaliteitsinformatie Triviumlindenhof kwartaal1. Dordrecht: Triviumlindenhof, 2009a. Trîviumlindenhof. Kwartaalrapportage kwaliteitsinformatie Triviumlindenhof kwartaal2. Dordrecht: Triviumlindenhof, 2oogb.
3
Trlviumlindenhof. Kwartaalrapportage kwaliteitsinformatie TriviumLindenhof kwartaal3. Dordrecht: TriviumLindenhof, 2oogc. Triviumlindenhof. Kwartaalrapportage kwaliteitsinformatie Triviumlindenhof kwartaal4. Dordrecht: Triviumlindenhof, 2oogd. Triviumlindenhof. Jaarverslag Triviumlindenhof 2oog. Dordrecht: TriviumLindenhof, 2010. Valent Maatschappelijk Werk. Jaarverslag 2oog: Verantwoording en cijfers Duin- en Bollenstreek totaal en afzonderlijk per deelnemende gemeente. Jongeren Preventie Project. Katwijk: Valent, 2010. Vierstroom. Brief d.d.1 juli 2010 subsidie 2009 ReSet. Gouda: Vierstroom, 2010.
Websites http:/fstatline.cbs.nl http:ffwww.ggdkennisnet.nl http:jjwww.humanitashulpverlening.nl
http://www.jso.nl http:/fwww.kwadraad.nl http:/fwww.mogroep.nl http:/fwww.nji.nl http:/fwww.politie.nl http:/fwww.rijksoverheid.nl http:/fwww.ris-zh.nl http:/jwww.servicepuntsmw.nl
http://www.stevigouderschap.nl http:ffwww.vng.nl
Centraal Bureau voor de Statistiek GGD Kennisnet Humanitas
JSO Kwadraad
MOGroep Nederlands Jeugdinstituut Politie Rijksoverheid Regionaalinformatiesysteem Samenleving Servicepunt SMW Stevig Ouderschap
VNG
Overige bronnen ActiVite Bureau Jeugdzorg Da Vind College Diaconaal Maatschappelijk Werk Al biasserwaard & Vijfheerenlanden Florence Gemeente Katw'1jk Gemeenten Goeree-Overflakkee
GGD Hollands Midden GGDZHZ GGD Zuid-Holland West ISMH Jongerenloket Holland Rijnland
JSO Kwadraad PKN Diaconie RAS-regio's Zuid-Holland Rivas (Centrale Toegang, MW. Jeugdgezondheidszorg)
UWV Werkbedrijf Valent Vierstroomzorgring
4
Bijlage Toelichting gebruiksgegevens pedagogisch hulpaanbod In deze bijlage staan de gebruiksgegevens die voor alle RAS-regio zijn opgevraagd over het pedagogische hulpaanbod. jeugdigen
• aantal jeugdigen in zorg bij basiszorgcoördinatie; • aantal jeugdigen in zorg bij de gezinscoach; • aantal jeugdigen dat begeleid wordt door schoolmaatschappelijk werk in het primair en voortgezet onderwijs; • aantal jeugdigen dat begeleid wordt door jeugdmaatschappelijk werk; • aantal jeugdigen dat begeleid wordt door het (algemeen en diaconaal) maatschappelijk werk; • aantal jeugdigen dat begeleid wordt door hetjeugd Preventie Team/Jeugd Preventie Project/ Pakje Kans/Jeugd Interventie Team; • aantal jeugdigen dat begeleid wordt door hetjongerenloket; • aantal jeugdigen waarover vragen zijn gesteld bij het Opvoed bureau; • aantal jeugdigen in zorg bij begeleiding risiciogezinnen/ReSet; • aantal jeugdigen dat een sociale vaardigheidstrainingen heeft gevolgd; • gebruikers uitgesplitst naar kenmerken, zoals etniciteit, gezinssamenstelling et cetera. Ouders
• aantal ouders dat voor opvoedingsvragen begeleid wordt door het (algemeen en diaconaal) maatschappelijk werk; • aantal ouders dat begeleid is door het Opvoedbureau; aantal ouders dat een opvoedcursus of themabijeenkomst heeft gevolgd; • aantal ouders dat begeleid is in lSO-projecten gericht op opvoedingsondersteuning: Kom Erbij en VVE Alphen aan den Rijn (alleen Alphen aan den Rijn); • gebruikers uitgesplitst naar kenmerken, zoals etniciteit, gezinssamenstelling et cetera. Gezinnen
• • • • • • •
aantal gezinnen in zorg bij de gezinscoach; aantal gezinnen in zorg bij begeleiding risicogezinnen/ReSet; aantal deelnemende gezinnen in Stevig Ouderschap (Plus); aantal gezinnen begeleid in Home Start; aantal gezinnen in zorg bij basiszorgcoördinatie; aantal begeleide gezinnen Spel aan Huis; aantal gezinnen in traceren/bemoeizorg (alleen in stadsregio Haaglanden); gebruikers uitgesplitst naar kenmerken, zoals etniciteit, gezinssamenstelling et cetera.
Ook is de inzetvan de RAS-middelen voor niet -geïndiceerde ambulante zorg in kaart gebracht. De projecten die vanuit de RAS-middelen zijn ingezet verschillen per regio.
Omschrijving aanbod Basiszorgcoördinatie
Basiszorgcoördinatie is gericht op hetvoorkomen van ernstige problematiek bij kinderen (o tot 19 jaar) van ouders met psychiatrische problemen en/of verslavingsproblematiek. Basiszorgcoordinatie biedt (opvoedings)ondersteuning aan ouders en zorgt ervoor dat de kinderen basiszorg krijgen (http://www.ggdkennisnet.nl). Thuisbegeleiding
Dit aanbod is gericht op begeleiding van risicogezinnen, ookwel ReSet genoemd. Het gaat om praktische en pedagogische thuisbegeleiding aan gezinnen met een opeenstapeling van pedagogische, psychosociale en/of psychiatrische problemen. Doel is het voorkomen van en vroegtijdig aanpakken van die problemen, waardoor instroom in de jeugdzorg voorkomen wordt. Kenmerkend is de snelle inzet van hulp en het ontbreken van een indicatieprocedure (http:/fwww.jso.nl). Ciazinscoach
Gezinscoaching gaat om de coördinatie van zorg: het coördineren van hulp aan gezinnen met meervoudige problematiek, die de greep kwijt zijn op de eigen situatie waarbij meerdere hulpverleningsorganisaties betrokken zijn. Een van de betrokken organisaties coördineert de hulp rond het gezin als gezinscoach. De gezinsecach heeft een dubbelrol: ondersteuning en begeleiding van het gezin, zodat dit weer de regie over de eigen situatie kan gaan voeren én waar nodig fungeren als schakel tussen het gezin en de verschillende hulpverleners (Loeven 2007). HomeStart
Home-Start is een programma voor opvoedingsondersteuning aan gezinnen met jonge kinderen. Getrainde vrijwilligers bieden ondersteuning, vriendschap en praktische hulp (http://www.home-start.nl). Jeugdmaatschappelijk werk (JMW)
Dit is een vorm van maatschappelijk werk gericht op jeugdigen van 12 tot 18 jaar. Het jeugdmaat· schappelijk werk bestaat uit gesprekken met de jeugdige of groepsactiviteiten, bijvoorbeeld een sociale vaardigheidstraining (http:/fwww.kwadraad.nl). Jeugd Preventie Team (JPT), Pak je Kans (PJK), Jongeren Preventie Project (JPP) en Jeugd Interventie Team (JIT)
• Hetjeugd Preventie Team (JPT) en Pak je Kans (PjK) bieden hulp aan jongeren tot18 jaardie in aanraking zijn gekomen met de politie. Het is een samenwerkingsverband tussen de politie en Bureau jeugdzorg (http://www.politie.nl, http://www.humanitashulpverlening.nl). • Hetjongeren Preventie Project (JPP) is een onderdeel van het algemeen maatschappelijk werk. Het richt zich op jongeren van 12 tot 25 jaar waarover zorgen bestaan, bijvoorbeeld over de ontwikkelingvan de jongeren, de thuissituatie, problemen op school of werk, of buiten op straat. • Hetjongeren Interventie Team (JIT) begeleidt en ondersteunt risico- en probleemjongeren van 12 tot 24 jaar. In drie maanden tijd worden deze jongeren geactiveerd, zodat ze zelfweer verder kunnen. Dit gebeurt vooral door het netwerk in de directe leefomgeving van de jongeren aan te spreken (http:/fwww.jit.nl). Jongerenloket
Het jongerenloket is een samenwerking tussen gemeente, Centrum voor Werk en Inkomen (CWI), Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en werkgevers. Doel van het
2
Jongerenloket is: jongeren tot 23 jaar zonder startkwalificatie weer aan scholing of werkte helpen (bron: jongerenloket). Maatschappelijk werk Het maatschappelijk werk biedt professionele hulp aan mensen met psychosociale problemen. Deze problemen betreffen vooral relatieproblemen, eenzaamheid, opvoedingsproblemen, zingeving/vrijetijdsbesteding en financiën. Het ontbreekt de cliënten aan het vermogen zelfstandig hun problemen op te lossen. Het doel van de hulp is om de zelfredzaamheid van de hulpvrager te vergroten (http:/fwww.mogroep.nl). Er is onderscheid te maken in Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) en Diaconaal Maatschappelijk Werk (DMW). Opvoedbureau Een Opvoedbureau is een laagdrempelige voorzieningwaar ouders met kinderen van o tot 18 jaar met hun vragen en problemen rondom opvoeden terechtkunnen (http://www.jso.nl). Opvoedcursussen en themabijeenkomsten Bij opvoedcursussen gaat het om deelnemers aan Opvoeden en zo, Beter omgaan met pubers, Drukke kinderen en Gorden-cursussen. Bij themabijeenkomsten gaat het om bijeenkomsten met een opvoedkundig aspect, zoals grenzen stellen. themabijeenkomsten gericht op gezondheid of voeding zijn buiten beschouwing gelaten. Schoolmaatschappelijk werk (SMW) Schoolmaatschappelijkwerk is gericht op problemen die zich binnen de school kunnen voordoen. Daar kan ook de thuissituatie een rol bij spelen. Binnen het primair onderwijs hebben schoolmaatschappelijk werkers vooral contact met de ouders, in hetvoortgezet onderwijs is er met name contact met de jeugdige. De schoolmaatschappelijkwerker heeft spreekuur binnen de school (http://www.servicepuntsmw.nl). Spel aan Huis Spel aan Huis is gezinsgericht preventieprogramma gericht op moeilijk bereikbare gezinnen met jonge (allochtone) kinderen (van 1 tot 6 à 8 jaar). De gezinnen komen niet gemakkelijk met opvoedingsvragen bij reguliere voorzieningen en worden tegelijkertijd het minst bereiktvia de gebruikelijke voorlichtingskanalen. Een stagiair van een pedagogische opleiding gaat wekelijks een dagdeel op huisbezoek bij een gezin om te spelen met het kind/de kinderen en de ouders te ondersteunen bij hun opvoedingsvragen (http:/fwww.jso.nl). Stevig Ouderschap (Plus) Stevig Ouderschap is gericht op het signaleren van gezinnen met een verhoogd risico op opvoedingsproblematiek en kindermishandeling direct na de geboorte van het kind. Geselecteerde gezinnen krijgen ondersteuning via huisbezoeken van een ]GZ-verpleegkundige (http://www.stevigouderschap.nl). Bij Stevig Ouderschap Plus wordt de systematische signalering bij de doelgroep 4+van de ]GZ bij de GGD voortgezet. Stevig Ouderschap is als effectieve interventie opgenomen in de Databank Effectieve jeugdinterventies van het Nederlands jeugdinstituut (N]i) (http:/fwww.nji.nl). Traceren/bemoeizorg Dit zijn twee verschillende producten binnen de jeugdgezondheidszorg die dicht bij elkaar liggen. Doelgroep van het aanbod zijn ouders van kinderen van o tot 19 jaar. Traceren is gericht op zorgmijders. Op het moment dat ouders meerdere keren niet reageren op een oproep vindt een huisbezoek plaats. Doel is; dat bekeken wordt welke stappen nodig zijn om het gezin vanuit de jeugdgezondheidszorg te begeleiden of toe te leiden naar andere vormen van zorg.
3
Bemoeizorg is een vorm van ongevraagde zorg, die wordt ingezet als er signalen zijn over bedreigingvan de gezondheid van het kind. Doel hiervan is: dat ouders (h)erkennen dat er een probleem voor de gezondheid van het kind is, zonder dat gedwongen hulp nodig is. Bemoeizorg is als effectieve interventie opgenomen in de Databank Effectieve jeugdinterventies van het Nji (http:/fwww.nji.nl). (GGD Zuid-Holland West 2008)
4
BEZOEKADRES
Anna van Saksenlaan 51 2593 HW Den Haag POSTADRES
Postbus 93010 2509 AA Den Haag tel 070 3371000
info®tympaan.nl
Monitor jeugdbeleid en jeugdzorg in de provincie Zuid-Holland kost € B,go en is onder vermeldingvan 0416 te bestellen bij het Tympaan Instituut