“Road book towards a nuclear-free Belgium. How to phase out nuclear electricity production in Belgium?” Belgium?” rapport door Alex Polfliet, Zero Emissions Solutions, in opdracht van Greenpeace Belgium
Samenvatting voor beleidsmakers De wet op de kernuitstap van 31 januari 2003 bepaalt dat de Belgische commerciële kernreactoren na 40 jaar uit dienst genomen worden. Dit betekent dat tussen 2015 en 2025 de zeven kernreactoren van Doel en Tihange geleidelijk aan zullen gesloten worden. In 2015 bereikt een eerste schijf van drie reactoren (Doel 1, Doel 2 en Tihange 1), met een gezamenlijk vermogen van 1.787,5 MW, de leeftijd van 40 jaar. Samen produceren ze op jaarbasis zo'n 14,46 TWh elektriciteit. Tussen oktober 2022 en september 2025 worden geleidelijk de vier overige reactoren uit dienst genomen. Het totale nucleair vermogen dat aldus tussen 2015 en 2025 moet vervangen worden bedraagt 5.824,5 MW wat een productie van 47,94 TWh elektriciteit per jaar vertegenwoordigt.
1. Eerste fase: Doel 1, Doel 2 en Tihange 1 sluiten in 2015 Hoewel verschillende officiële bronnen uiteenlopende cijfers publiceren, geven ze allen een duidelijke uniforme trend aan: vanaf 2006, dus reeds voor de economische crisis, is er een daling in het elektriciteitsverbruik. In 2009 werd België voor het eerst in zijn recente geschiedenis een netto uitvoerder van elektriciteit. De verhouding tussen invoer en uitvoer van stroom wordt evenwel in de eerste plaats bepaald door de markt en in mindere mate door een tekort of een overschot aan binnenlandse productie. Een aanwijzing hiervan is dat het niet-nucleaire productievermogen in België (aardgas- en kolencentrales) lang niet op volle capaciteit werkt. Sedert de kernuitstapwet van 2003 werd een totaal vermogen van 5.977 MW aan vervangcapaciteit op basis van zonne- en windenergie, biomassa en gas geïnstalleerd. Samen goed voor een theoretische jaarlijkse stroomproductie van 27,227 TWh. De reële productie van deze STEG-centrales (stoom- en aardgas), WKK-installaties (warmtekrachtkoppeling) en biomassacentrales hangt af van het aantal vollasturen dat deze installaties effectief worden ingezet, wat op zijn beurt afhangt van de prijs van de gebruikte primaire grondstof. Om de drie oudste kernreactoren te sluiten volgens de kalender die voorzien is in de wet op de kernuitstap, moet in 2015 14,46 TWh nucleair opgewekte stroom
1/5
vervangen worden. Sinds 2003 werd reeds voorzien in twee keer zoveel vervangcapaciteit, met name 27,227 TWh. Dit “overschot” laat toe om een eventuele stijging van de vraag en de sluiting van andere installaties op te vangen. Zo kan de geplande sluiting van de steenkoolcentrale van Mol in 2014 zonder probleem voor de bevoorradingszekerheid plaatsvinden.
2. Tweede fase: de overige 4 reactoren sluiten tussen 2022 en 2025 De eerste en belangrijkste maatregel die nodig is om de volledige kernuitstap tegen 2025 te realiseren, is een energiebesparingsbeleid te voeren en het elektriciteitsverbruik terug te dringen. De scenario's die in dit rapport werden uitgewerkt, gaan uit van een toename van de vraag met 1% tot 2015, gevolgd door een jaarlijkse vraagreductie van 0,3% in het BAU-scenario en een jaarlijkse reductie van 1% in een proactief scenario. Om dit mogelijk te maken, worden in het rapport verschillende beleidsmaatregelen voorgesteld om de vraag te beheersen. Indien zou blijken dat een doorgedreven energiebesparingsbeleid onvoldoende is, dan zal er extra productiecapaciteit moeten bijkomen. De eerste maatregel die nodig is om een markt voor investeerders in nieuwe productiecapaciteit te creëren, is de effectieve sluiting van de eerste drie kernreactoren in 2015. Hierdoor creëert de regering rechtszekerheid en een duidelijk kader, waardoor de markt zal reageren en in nieuwe energiecentrales zal investeren. Daarbovenop stelt dit rapport een aantal bijkomende realistische en haalbare maatregelen voor om de centrale en decentrale productiecapaciteit te stimuleren, waaronder het uitschrijven van een offertevraag voor een bijkomende STEGcentrale, in geval de geplande STEG in Visé omwille van juridische procedures definitief zou geannuleerd worden. Dit rapport toont verder aan dat als we er vanuit gaan dat tussen 2015 en 2020 een deel van de projecten voor nieuwe STEG-centrales die reeds door de CREG vergund zijn effectief in dienst komen, alle oude steenkoolcentrales vanaf 2015 kunnen gesloten worden (de steenkoolcentrale van Mol kan, zoals gepland, in 2014 al dicht). Ze worden dan vervangen door STEG's of omgebouwd tot biomassacentrales, zoals gepland door hun operatoren.
Daarnaast kunnen en moeten maatregelen genomen worden voor de invoering
2/5
van meer hernieuwbare energiebronnen dan tot hiertoe is voorzien in het officiële Belgische Plan voor Hernieuwbare Energie. Het gaat onder andere over het invoeren van ambitieuze langetermijnquota voor hernieuwbare energie, de invoering van een vereenvoudigde vergunningsprocedure in Vlaanderen, de inwerkingstelling van het nieuwe referentiekader voor windenergie in Wallonië, enz. Ook worden maatregelen voorgesteld om het elektriciteitsnet te verbeteren, waardoor de integratie in het net van bijkomende decentraal opgwekte stroom uit hernieuwbare energiebronnen en WKK-installaties vergemakkelijkt wordt. Hoe dan ook zullen investeerders in nieuwe productiecapaciteit nog tot 2025 op de vrijgemaakte elektriciteitsmarkt de concurrentie moeten aangaan met afgeschreven kerncentrales. Daarom worden in dit rapport voorstellen geformuleerd om een evenwichtige marktwerking te bevorderen. Talrijke van de in dit rapport voorgestelde beleidsmaatregelen situeren zich op de grens tussen de federale en gewestelijke bevoegdheidsniveaus. Het bijsturen van de Belgische energiemarkt wordt vaak bemoeilijkt door een incoherent beleid als gevolg van de bevoegdheidsversnippering.
3. Scenario's voor een België zonder kerncentrales In dit rapport worden energiescenario's ontwikkeld met een verschillende brandstofmix voor 2016 (na de sluiting van de eerste drie kernreactoren in 2015) en 2026 (na de sluiting van de overige 4 reactoren in 2025). Alle scenario's geven aan dat de sluiting van de zeven commerciële kernreactoren mogelijk is zoals voorzien in de wet op de kernuitstap.
3/5
4. Besluit De sluiting van de oudste drie kernreactoren in 2015 brengt onze bevoorradingszekerheid niet in gevaar. Vandaag is er reeds voldoende vervangcapaciteit om de uitdienstname van deze reactoren op te vangen. De bestaande gas- en kolencentrales hoeven hiervoor zelfs niet op vol vermogen te draaien. Indien de elektriciteitsvraag opnieuw zou toenemen, zoals in de periode voor 2006, volstaat het om de productie van de STEG-centrales op te voeren.
4/5
Of de markt al dan niet voldoende zal anticiperen op de vooropgestelde sluiting in 2025 van de overige vier kernreactoren en van de steenkoolcentrales, zal afhangen van het beleid dat gevoerd wordt: Een beleid om de elektriciteitsconsumptie te beperken moet leiden tot een vraagreductie van 0,3 tot 1% per jaar. Dit streefcijfer is realistisch en verre van ambitieus. Een snelle en ondubbelzinnige beslissing om de drie oudste reactoren in 2025 effectief te sluiten, zal een impuls geven om de reeds geplande en vergunde nieuwe productiecapaciteit te verwezenlijken. De daadwerkelijke uitvoering van het officiële Belgische Plan voor Hernieuwbare Energie zal leiden tot een hernieuwbare productiecapaciteit die overeenkomt met de helft van deze van de te vervangen kerncentrales. Het Belgische plan onderschat hierbij het potentieel van sommige hernieuwbare energiebronnen. Door een aantal gerichte beleidsmaatregelen kunnen bijkomende stimulansen gegeven worden aan de ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen, WWK-installaties en STEG-centrales en kan het elektriciteitsnet versterkt worden. De ontwikkelde scenario's in dit rapport tonen aan dat de tegen 2025 geplande kernuitstap in België mogelijk is en de bevoorradingszekerheid niet in gevraar brengt, zelfs als in dezelfde periode ook de steenkoolcentrales uit dienst genomen worden.
Contactgegevens: Alex Polfliet, directeur Zero Emission Solutions, bvba Waverstraat 1, 9310 Aalst 053-41.66.66 0499-71.69.90
[email protected] Eloi Glorieux, Energy Campaigner Greenpeace Belgium Haachtsesteenweg 159, 1030 Brussel 02-274.02.12 0475-98.20.93
[email protected] Joëlle Hérin, Energy Campaigner Greenpeace Belgium Haachtsesteenweg 159, 1030 Brussel 02-274.02.34 0491-56.24.37
[email protected]
5/5