Samenvatting ingekomen en afgehandelde verzoeken inzake Belastingen Q3 – 2015 KIM 26974 – dossier is afgesloten Een gepensioneerde man uit Amsterdam stelt dat hij in aanmerking komt voor kwijtschelding gemeentelijke en/of waterschapsbelasting. De man ontvangt een AOW-uitkering, zijn financiële situatie is jaarlijks hetzelfde. Om deze reden geeft hij Belastingen toestemming om zijn bestandsgegevens te koppelen, zodat de kwijtschelding automatisch loopt. De man zegt dat hij alsnog Belastingen elke keer moet wijzen op zijn ongewijzigde financiële situatie en zij hem vervolgens beloven om hem te registreren voor automatische verlening van kwijtschelding. De ombudsman doet navraag bij Belastingen en verneemt, dat de man in april 2015 niet door de automatische toetsing is gekomen, vandaar dat hij zelf opnieuw kwijtschelding moest aanvragen. Dit is hem door Belastingen uitgelegd. Belastingen laat tevens weten, dat zijn aanvraag om kwijtschelding nog in behandeling is. De ombudsman deelt dit nogmaals aan hem mee en adviseert hem de beslissing op zijn aanvraag af te wachten. Gedurende de aanvraag is de betalingsverplichting opgeschort. De ombudsman sluit het dossier. KIM 27059 – dossier is afgesloten Een man ontvangt van de gemeente Amsterdam een afwijzing op zijn kwijtscheldingsverzoek voor de gecombineerde aanslag en de waterschapsbelasting over de jaren 2013, 2014 en 2015. De reden is gelegen in het feit, dat hij een auto bezit met een hogere waarde dan is toegestaan voor de kwijtschelding. De man geeft aan, dat hij de auto om medische redenen nodig heeft en dat hij in de voorgaande jaren wel kwijtschelding ontving. De ombudsman vraagt aan de gemeente waarom er verschillende uitspraken zijn gedaan. De gemeente antwoordt, dat de waarde van de auto bij de aanvragen van de voorgaande jaren niet getoetst is. Bij de aanvragen over de laatste jaren is de waarde van zijn auto wel getoetst en komt hij daarom niet meer in aanmerking voor de kwijtschelding. Het nalaten van de toetsing van de auto in de voorgaande jaren betekent niet dat dit ook voor de volgende jaren geldt, aldus de gemeente. Op aanraden van de ombudsman heeft de man een aanvraag bij MO zaak gedaan om te bezien of de auto op grond van medische noodzaak buiten beschouwing kan worden gelaten voor de kwijtschelding. De aanvraag is echter
afgewezen. De man zal nog bezwaar maken tegen de afwijzing. Echter nu de gemeente op de juiste gronden tot zijn beslissing is gekomen is er geen rol meer voor de ombudsman weggelegd en sluit hij het dossier. KIM 27117 – dossier is afgesloten Een vrouw wendt zich tot de ombudsman met een beslaglegging op loon inzake een combiaanslag over 2014. Zij stelt nooit een aanslag of aanmaning etc. te hebben ontvangen van Belastingen. Wel ontving zij zogenaamde ‘ kennisgeving vordering op loon’ van Belastingen, waarin zij wordt uitgenodigd om spoedig langs te komen met een aantal gegevens zodat Belastingen de beslagvrije voet kan vaststellen. De vordering was toen echter al op haar loon ingehouden. Zij stuurt een klacht hierover toe met een aantal vragen. De ombudsman legt de klacht en de vragen voor aan Belastingen ter beantwoording. Belastingen informeert de ombudsman. De vrouw geeft aan geen probleem te hebben met de postbezorging en uit onderzoek blijkt dat de gemeente meerdere brieven heeft verstuurd, naar het juiste adres. De kennisgeving vordering op loon en de inhouding op loon hebben elkaar gekruist. Dit was niet de bedoeling en daarvoor biedt Belastingen excuses aan. De ombudsman ziet geen vermoeden van onbehoorlijk handelen in de klachtafhandeling door Belastingen en ook de vragen zijn voldoende beantwoord. Het probleem lijkt toch bij de postbezorging te liggen. De ombudsman informeert de vrouw en sluit het dossier. KIM 27242 – dossier is afgesloten Belastingen heeft beslag gelegd op het inkomen van een man. De man dient een klacht in bij de ombudsman, omdat belastingen niet reageert op zijn verzoeken de beslagvrije voet toe te passen. Door het niet toepassen van de beslagvrije voet dreigt de man in financiële problemen te komen. De ombudsman neemt contact op met belastingen en krijgt als informatie, dat zij op basis van ontbrekende gegevens geen correcte beslagvrije voet kunnen berekenen. De man zou naast zijn AOW uitkering nog een inkomensbron hebben. De gegevens van dit inkomen zijn niet bekend bij de belastingen. De man geeft alsnog de gegevens door en de beslagvrije voet kan worden vastgesteld. Het beslag wordt met terugwerkende kracht opgeheven en het reeds ingehouden bedrag wordt teruggestort op de man zijn rekening. Nu de gemeente aan de grieven van de man is tegemoetgekomen sluit de ombudsman het dossier. KIM 27261 – dossier is in behandeling In 2013 ontvangt een Amsterdammer nabetalingen uit 2012 van de toenmalige Dienst Werk en Inkomen. Als gevolg daarvan wijst de (eveneens toenmalige) Dienst Belastingen Gemeente Amsterdam zijn kwijtscheldingsverzoek af en vordert de Rijksbelastingdienst zorg- en huurtoeslag terug. De Dienst Werk en Inkomen verstrekt de man wel een verklaring over de nabetaling die hij aan beide instanties kan overleggen. Een belangenbehartiger van de ANGO (Algemene Nederlandse Gehandicapten Organisatie) stuurt op 25 februari 2015 een coulanceverzoek naar zowel de gemeentelijke afdeling Belastingen als de Rijksbelastingen, afdeling Amsterdam, met als bijlage de verklaring van de Dienst Werk en Inkomen. Wanneer zij drie maanden later nog niets heeft gehoord, stuurt zij per aangetekend schrijven een herinnering aan beide organisaties. Uit het volgsysteem van PostNL blijkt dat beide organisaties de stukken in ontvangst hebben genomen. Omdat zij begin juli nog steeds niets heeft vernomen, wendt zij zich tot de Gemeentelijke Ombudsman. De ombudsman heeft dit dossier nog in onderzoek.
KIM 27326 – dossier is afgesloten
Een vrouw wendt zich tot de ombudsman met een klacht over het verloop van een kwijtscheldingsprocedure. Het lijkt of de mail aan Belastingen gericht is. De ombudsman laat weten dat het zijn beleid is, dat Belastingen eerst zelf de gelegenheid moet krijgen om te reageren en adviseert haar de mail voor te leggen aan Belastingen, als zij dat nog niet gedaan heeft. Als zij niet tevreden is over de reactie van Belastingen, kan zij opnieuw contact opnemen met de ombudsman. KIM 27333 – dossier is afgesloten Een man wendt zich tot de ombudsman omdat hij voor de tweede keer volgens hem onterecht een aanmaning ontvangst van Belastingen met dreiging van dwangbevel en andere incassomaatregelen. Er wordt door Belastingen niet op zijn brieven gereageerd en ook niet op zijn kwijtscheldingsaanvraag. Telefonisch contact lukt ook niet. De ombudsman neemt telefonisch contact met hem op en verneemt dat het inmiddels toch gelukt is telefonisch contact te krijgen met Belastingen. Belastingen trekt de incasso in en voegt de aanslag toe aan het lopende kwijtscheldingsverzoek. Inhoudelijk lijkt de zaak te zijn opgelost. De ombudsman legt de man uit, dat hij desgewenst alsnog een klacht kan indienen over de gang van zaken. Mocht hij niet tevreden zijn over de reactie op zijn klacht, dan kan hij opnieuw contact opnemen met de ombudsman. KIM 27351 – dossier is afgesloten Een man wendt zich tot de ombudsman. Hij heeft een aanvraag kwijtschelding bij de gemeente Amsterdam, belastingen ingediend. De kwijtschelding betreft de gecombineerde aanslag alsmede de aanslag waterschapsbelasting. De man ontving desalniettemin aanmaningen van de waterschapsbelasting om tot betaling over te gaan. De ombudsman informeert bij de gemeente en krijgt als antwoord, dat de kwijtschelding voor zowel de gecombineerde aanslag als voor de waterschapsbelasting gedeeltelijk is toegekend. Met betrekking tot het nog te betalen deel van de aanslagen kan de man met zowel de gemeente als met het Waternet een betalingsregeling treffen. De aanmaningen tot aan de datum uitspraak kwijtscheldingsverzoek zijn ten onrechte verstuurd en de eventuele extra kosten worden de man dan ook niet in rekening gebracht. Nu de gemeente het verzoek heeft afgehandeld is er geen rol meer weggelegd voor de ombudsman en sluit hij het dossier. KIM 27370 – dossier is afgesloten Een vrouw, tevens bewindvoerder van haar zoon, dient namens haar zoon een verzoek om kwijtschelding voor afvalstoffen en waterschapsbelasting in bij de gemeente Amsterdam, Belastingen. Het verzoek wordt afgewezen. De zoon zou teveel geld op zijn rekening hebben staan. Het saldo zou de norm met een bedrag van € 617,- hebben overschreden. De vrouw gaat in (administratief) beroep en geeft aan dat het (hoge) saldo op zijn rekening is veroorzaakt omdat hij recentelijk twee toeslagen heeft ontvangen. Namelijk € 484,- aan ATCG (aanvullende tegemoetkoming chronisch zieken – afkomstig van de gemeente Amsterdam) en € 70,- aan koopkrachtherstel. Ze stelt verder dat zijn inkomen net toereikend is om zijn vaste lasten te kunnen betalen en dat de toeslagen gebruikt worden om ‘van te leven’. Het beroep wordt afgewezen, Belastingen stelt dat bij de vermogenstoets geen rekening wordt gehouden met de totstandkoming en het persoonlijke doel van het saldo. De vrouw kan de redenering van de gemeente niet volgen. De eerder door de gemeente verstrekte tegemoetkoming wordt volgens haar nu weer (via belastingen) direct door de gemeente geïncasseerd. Zij wendt zich tot de Gemeentelijke ombudsman. De ombudsman vraagt Belastingen om het dossier, met het oog op de persoonlijke omstandigheden van de zoon, opnieuw te bestuderen. Belastingen bekijkt het dossier opnieuw en constateert dat de toeslagen ten tijde van de berekening van het saldo nog niet op de rekening van de zoon waren gestort. Wel is er een kleine rekenfout gemaakt: het
vermogen had € 20,- lager moeten zijn in de berekening. Voor de uitkomst maakt dit echter geen verschil, de zoon heeft ook na een tweede bestudering van het dossier geen recht op kwijtschelding. De ombudsman ziet in de toelichting van Belastingen, gemeente Amsterdam geen aanleiding om tot nader onderzoek over te gaan en sluit het dossier nadat hij de vrouw hiervan schriftelijk op de hoogte heeft gesteld. KIM 27386 – dossier is afgesloten Een mevrouw klaagt over de afwijzing van een verzoek om kwijtschelding inzake combinatieheffing van Waternet. De heffing wordt geïncasseerd door gemeente Amsterdam, Belasting – maar betreft een belasting die door het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht wordt geheven. De ombudsman is in beginsel niet bevoegd over het Hoogheemraadschap. Belastingen motiveert de afwijzing door te stellen dat mevrouw een zelfstandig ondernemer is. Voor zelfstandig ondernemers is het ten aanzien van belastingen die door het Hoogheemraadschap worden geheven geen kwijtschelding mogelijk. Dit is wel het geval voor gemeentebelastingen. De vrouw gaat in administratief beroep tegen de afwijzing en stelt zich op het standpunt dat zij niet als zelfstandig ondernemer aangemerkt dient te worden. Hoewel zij wel staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, stond haar onderneming gedurende het hele jaar 2013 op ‘inactief’. Dat wil volgens haar zeggen dat haar btw-nummer was gedeactiveerd. Ook zou de Rijksbelastingdienst de inkomsten uit de onderneming hebben weggeschreven onder ‘resultaat uit overige werkzaamheden’ en heeft zij geen recht meer op een ondernemersaftrek of zelfstandigenaftrek. Gemeente Amsterdam, Belastingen wijst haar administratief beroep alsnog af en handhaaft het eerder ingenomen standpunt. Zij kan zich niet vinden in de afwijzing en wendt zich daarom tot de Gemeentelijke Ombudsman. De Gemeentelijke Ombudsman concludeert na bestudering van het dossier het volgende. Er is geen sprake van een deactivering van het BTWnummer, er is sprake van een ontheffing van administratieve verplichtingen. Dit houdt in dat mevrouw geen btw-aangifte meer hoeft te doen en geen facturen hoeft te sturen (met daarop de vermelding van het btw-bedrag). Deze ontheffing is aan te vragen door kleine ondernemers die € 1.345 euro of minder aan btw per jaar betalen. Oftewel, ook voor de Rijksbelastingdienst is ze nog ondernemer. Dat de vrouw geen recht meer heeft op ondernemersaftrek of zelfstandigenaftrek zegt verder niets over de status van haar ondernemerschap. Immers de ondernemersaftrek is aan voorwaarden gebonden (urencriterium) en (de hoogte is) onder meer afhankelijk van de gemaakte winst. Uit niets blijkt dat ze geen ondernemer is – dat de winsten uit de onderneming uitermate beperkt zijn doen daar niets aan af. Ten aanzien van het gelijktrekken van de kwijtschelding voor ondernemers voor zowel gemeentebelastingen als belastingen geïnd door het Hoogheemraadschap heeft de ombudsman reeds eerder een brief gestuurd aan de gemeenteraad van Amsterdam om hierover in gesprek te treden met het Hoogheemraadschap. De ombudsman ziet in dit dossier geen concrete aanknopingspunten om tot nader onderzoek over te gaan en sluit het dossier. KIM 27399 – dossier is in behandeling Een man wendt zich tot de ombudsman vanwege het volgende. In het voorjaar van 2015 ontvangt hij een WOZ-waardebeschikking van de gemeente Amsterdam. De waarde is met ongeveer 19% gestegen ten opzichte van het voorgaande jaar. De man laat de ombudsman weten dat sinds 1982 niets is veranderd aan het pand. In 2007 is al eerder in beroep bij de rechtbank de WOZ-waarde gecorrigeerd. Dat de waarde met 19% is gestegen ten opzichte van het voorgaande jaar merkt de man echter pas op nadat de bezwaartermijn van zes weken is verstreken. De man klaagt erover dat er door het verlopen van deze termijn geen enkele rechtsgang meer mogelijk is. Hij vindt de termijn van zes weken bovendien te kort. Naar zijn mening zou zes maanden meer in de rede liggen. De ombudsman merkt op dat de termijnen wettelijk zijn vastgelegd. De ombudsman doet
naar dat aspect geen onderzoek. De ombudsman gaat wel onderzoek doen naar de plotselinge forse waardestijging en Belastingen hierover bevragen. Het dossier is nog in onderzoek bij de ombudsman. KIM 27446 – dossier is afgesloten Een vrouw wendt zich via haar gemachtigde tot de ombudsman. Belastingen heeft beslag gelegd op haar inkomen. De vrouw vindt dat de gemeente onvoldoende rekening houdt met haar vaste lasten en is bang dat ze de kosten voor het openbaar vervoer naar haar werk niet meer kan opbrengen als de vastgestelde beslagvrije voet gehandhaafd blijft. De ombudsman vraagt de gemeente om de mails van de vrouw vóór de volgende salarisbetaling te beantwoorden. De gemeente laat aanvankelijk weten verschillende stukken nodig te hebben om de beslagvrije voet eventueel te kunnen herrekenen. Daarover mailen de vrouw, de gemeente en de ombudsman veel over en weer. Uiteindelijk leidt dit tot een voorstel waar de vrouw zich in kan vinden. Daarmee is de zaak voor de ombudsman rond. KIM 27493 – dossier is afgesloten Een man wendt zich tot de Gemeentelijke Ombudsman omdat hij zich niet kan vinden in het feit dat de gemeente zijn verzoek om kwijtschelding van de gemeentebelastingen heeft afgewezen. De gemeente heeft het verzoek afgewezen op grond van het feit dat hij een eigen woning bezit en de waarde van deze woning de hypothecaire schuld overstijgt. Ook beklaagt hij zich in het algemeen over de lange reactietermijn van de gemeente ten aanzien van het verzoek. De ombudsman bekijkt de zaak en concludeert het volgende. Bij de beoordeling van het verzoek om kwijtschelding wordt niet alleen gekeken naar de hoogte van het inkomen, maar ook het vermogen. Ingevolge de Leidraad Invordering gemeente Amsterdam, gebaseerd op de Invorderingswet 1990, wordt de overwaarde op de woning ook als vermogen beschouwd. Dat het vermogen niet direct ten gelde gemaakt kan worden is daarbij irrelevant. De leidraad is vastgesteld door de gemeente Amsterdam binnen de kaders van de landelijke wetgeving. Het bepalen van de inhoud van de leidraad is verder onderdeel van de gemeentelijke beleidsvrijheid waarover de ombudsman ingevolge de Algemene wet bestuursrecht niet bevoegd is om te oordelen. Ten aanzien van de afwijzing ziet de ombudsman in het dossier geen feiten of omstandigheden die hem doen vermoeden dat er sprake is van onbehoorlijk handelen door de gemeente. De man heeft het verzoek om kwijtschelding medio maart 2015 bij de gemeente ingediend. Op 10 augustus jl. heeft hij pas een besluit hierop gekregen. De ombudsman merkt op dat er geen (wettelijke) uiterste termijn voor het afhandelen van kwijtscheldingsverzoeken is. Desalniettemin mag van de gemeente verwacht worden dat binnen een redelijke termijn gereageerd wordt. Onder een redelijke termijn wordt verstaan een termijn van acht weken. In casu heeft de gemeente er vijf maanden over gedaan en dat verdient zeker geen schoonheidsprijs. De ombudsman is voornemens om bij het eerstvolgende overleg Belastingen, gemeente Amsterdam nogmaals te wijzen op de (redelijke) afhandelingtermijnen. De ombudsman deelt de man verder mee dat hij in het dossier verder geen aanknopingspunten ziet om tot nader onderzoek over te gaan en sluit het dossier. KIM 27500 – dossier is afgesloten Een vrouw stuurt de ombudsman een klacht waarin zij schrijft altijd kwijtschelding te hebben gekregen van gemeente belastingen, maar dit jaar loopt het anders. Ze heeft tijdens een telefonisch contact te horen gekregen dat er fouten zijn gemaakt en dat ze de aanslagen 2015 niet
hoeft te betalen. Omdat ze dit niet op papier heeft gekregen, schrikt ze van de aanslag Waterschapsbelasting die ze ontvangt. Tegen beide aanslagen heeft ze bezwaar ingediend, maar omdat de vervaldatum met rasse schreden nadert en ze formeel niets heeft gehoord, stuurt ze een email aan de ombudsman. Een medewerkster van de ombudsman vraagt haar kopieën te sturen van alle relevante informatie. Na ontvangst wordt alle informatie doorgestuurd naar de belastingdienst van gemeente Amsterdam met het verzoek een en ander inhoudelijk te beoordelen en de vrouw te informeren over de vraag of ze kan wachten met betalen of niet. KIM 27525 – dossier is afgesloten Een studente vraagt in 2014 kwijtschelding aan voor waterschapsbelasting. Haar verzoek wordt afgewezen omdat ze zelfstandig ondernemer zou zijn. De studente dient een administratief beroepschrift in en laat opnieuw weten dat ze geen ondernemer is, maar een bijbaan heeft via een payroll constructie. In de zomer van 2015, een jaar later, reageert Belastingen hierop. De gemeente herhaalt dat de vrouw ondernemer is en dat de kwijtscheldingsregeling daarom niet op haar van toepassing is. Ook als zij telefonisch navraag doet, wordt het haar niet helder waarop men dit baseert en wat ze moet doen om aan te tonen dat ze geen ondernemer is. De vrouw wendt zich tot de ombudsman. De ombudsman vraagt Belastingen om nog eens naar de afwijzing te kijken. Kort daarop laat Belastingen weten dat sprake is van een vergissing. Het afdelingshoofd biedt excuses aan voor de gang van zaken en laat weten dat een herzieningsbesluit onderweg is. De ombudsman is van mening dat de zaak eerder opgelost had moeten worden, bijvoorbeeld naar aanleiding van het administratief beroepschrift of de telefoontjes die de vrouw aan de zaak heeft gewijd. Vooralsnog gaat de ombudsman ervan uit dat de vergissing een incident is dat nu correct is opgepakt. Hij sluit het dossier. KIM 27546 – dossier is afgesloten Een vrouw ontvangt sinds 2013 aanslagen reclamebelasting van de gemeente Amsterdam. De vrouw heeft een huisnaam laten schilderen op wat in vroegere tijden een winkelruit / etalage moet zijn geweest. Nu is het echter een woning, achter de winkelruit bevindt zich een berging. Met enige regelmaat hangt de vrouw een gedicht of literaire tekst in de etalage. De vrouw doet dit om het straatje waar ze woont aantrekkelijker te maken voor de voorbijgangers. Zij ontplooit verder geen commerciële activiteiten. De vrouw heeft met deze argumenten ook bezwaar gemaakt tegen de aanslagen, maar zonder succes. De gemeente stelt dat de reclamebelasting wordt geheven ter zake van openbare aankondigingen in letters en symbolen zichtbaar vanaf de openbare weg. Ook zou de vrouw de tekst gebruiken op haar eigen website. De ombudsman heeft het dossier van de vrouw in behandeling genomen en wenst een schouw te organiseren. Hij legt de situatie voor aan Belastingen. Belastingen bestudeert het dossier opnieuw en komt tot de conclusie dat er in dit geval aanleiding bestaat om de openbare aankondiging toch niet onder de reclamebelasting te laten vallen. Belastingen vindt dat er geen reclamebelasting geheven moet worden wanneer er geen verband is tussen de tekst en het aanbieden van producten of diensten. De vraag die gesteld moet worden is of iemand die het pand voorbij loopt en de tekst op het raam ziet, een verband zal leggen met door mevrouw aangeboden producten of diensten. Belastingen stelt dat het in casu niet het geval is en concludeert dat het heffen van reclamebelasting in dit geval niet als rechtvaardig kan worden beschouwd. Belastingen zal de betaalde aanslagen reclamebelastingen terugstorten en rechtstreeks contact opnemen met mevrouw om het standpunt uit te leggen. De ombudsman vindt bij deze stand van zaken een schouw niet noodzakelijk en sluit, na deze positieve uitkomst voor mevrouw, het dossier.
KIM 27619 – dossier is afgesloten
Op 5 augustus 2015 ontvangt een vrouw van de SVB bericht dat Belastingen, gemeente Amsterdam met ingang van augustus maandelijks € 99,98 van haar AOW inhoudt. De inhouding hangt samen met de invordering van gemeentebelastingen. De vrouw is het hier niet mee eens, ze zou namelijk op grond van de hoogte van haar inkomen (nagenoeg op bijstandsniveau) recht hebben op kwijtschelding. In de jaren 2010, 2011 en 2012 heeft zij altijd automatisch kwijtschelding gekregen. De jaren daaropvolgend niet. In 2013 zou haar totale inkomen (bruto) € 4093,- bedragen. Zij begrijpt dan ook niet dat ze met een dergelijk laag inkomen nog gemeentebelastingen a € 115,69 moet betalen. In het jaar 2014 was haar inkomen € 2109 (bijstand) en €946 AOW. De jaarbedragen zijn zo laag omdat de vrouw in beide jaren lange tijd niet stond ingeschreven door een gebrek aan een vaste woon- of verblijfplaats. De vrouw belt met Belastingen over de kwestie. Een week na het telefoontje krijgt mevrouw bericht van haar pensioenfonds. Belastingen zou op het kleine pensioen eveneens een totaalbeslag hebben gelegd van € 189,65. Tijdens het telefoongesprek een week eerder heeft Belastingen daar niets over gezegd. De vrouw wil dat beide beslagleggingen (op haar AOW en pensioen) stopgezet worden. Zij dient per brief van 15 augustus 2015 een formele klacht hierover in bij Belastingen. De ombudsman intervenieert in deze zaak en verzoekt Belastingen om opnieuw naar de zaak te kijken. Belastingen laat weten dat uit het registratiesysteem blijkt dat mevrouw in 2013 en 2014 meermaals verhuisd is en daarom waarschijnlijk niet alle correspondentie van de gemeente heeft ontvangen (met betrekking tot de aanslagen gemeentebelastingen) aangezien de adreswijzigingen niet direct verwerkt zijn. Via loonbeslag is door Belastingen in juli 2015 een bedrag van € 115,69 ontvangen (inhoudingen via de SVB en pensioen). Na intern overleg zijn zowel het loonbeslag als de invorderingskosten ingetrokken. Het teveel ontvangen bedrag (€ 39,-) wordt teruggestort op de rekening van de SVB. Belastingen stelt de mevrouw schriftelijk hiervan op de hoogte. Belastingen heeft verder geconstateerd dat de aanslagen voor de belastingjaren 2013 en 2014 correct zijn opgelegd. Mevrouw is hiervan inmiddels telefonisch op de hoogte gebracht. Tevens is aan mevrouw uitgelegd waarom automatische kwijtschelding niet van toepassing is geweest in haar situatie. Met mevrouw is verder afgesproken dat per e-mail alsnog een verzoek om kwijtschelding ingediend kan worden voor wat betreft de gemeentelijke belastingen over 2013 en 2014. KIM 27556 – dossier is in behandeling Een man krijgt normaliter automatisch kwijtschelding van de gemeentelijke belastingen. Dit jaar echter niet. Op 25 augustus 2015 ontvangt de man een brief van de Belastingen, gemeente Amsterdam. Daarin wordt hem kenbaar gemaakt dat de automatische kwijtschelding is komen te vervallen omdat Belastingen reeds in een eerder stadium de man om bepaalde stukken heeft gevraagd. Belastingen stelt dat de man deze gegevens niet heeft geleverd en dus niet kan beoordelen of de man voor kwijtschelding in aanmerking komt. Hij krijgt daarom alsnog een aanslag gemeente- en waterschapsbelastingen. De man stelt echter nimmer de desbetreffende brief, waarin om bepaalde informatie wordt gevraagd, te hebben ontvangen. Hij wendt zich daarom tot de Gemeentelijke Ombudsman. De ombudsman heeft dit dossier nog in behandeling. KIM 27560 – dossier is in behandeling Een man klaagt over het feit dat zijn verzoek om kwijtschelding voor de gemeentebelastingen is afgewezen. Ook zijn administratief beroep tegen de afwijzing was weinig succesvol. Het verzoek is door de gemeente afgewezen omdat de gemeente heeft geconstateerd dat de man twee auto’s in zijn bezit heeft. Eentje uit 1995 en een uit 1999. De waarde van de voertuigen zouden de kwijtscheldingsnorm van € 2.269 te boven gaan. De man kan zich hier niet in vinden. De auto’s zouden volgens hem amper wat waard zijn. De auto uit 1999 is al drie jaar geschorst en staat al die
tijd in de stalling. Het betreft een auto die vervallen is en die hij bovendien niet uit de stalling kan halen vanwege de schuld die hij heeft bij de eigenaar van de stalling. De andere auto is klein en een lange tijd geleden gekocht voor slechts een paar honderd euro. Die auto gebruikt hij voornamelijk om familie in Alkmaar te bezoeken. De man is chronisch ziek en kan zonder zijn auto naar zijn eigen zeggen niet buiten de stad komen. Ook heeft hij de beschikking over een Canta, aangeschaft via PGB van de gemeente. De ombudsman heeft dit dossier nog in behandeling. KIM 276636 – dossier is in behandeling Een man dient op 23 augustus jl. een klacht in bij Belastingen over schending van de privacy. Hij stelt dat Belastingen een ex-huurder heeft laten zien hoe de WOZ-waarde van zijn woning is vastgesteld. Dit terwijl de ex-huurder al vier jaar geleden de kamerhuur had opgezegd. Op 2 september jl. dient hij bij Belastingen opnieuw een klacht in, omdat Belastingen zich niet houdt aan de klachtenprocedure. Er zou binnen een week contact met hem worden opgenomen, maar dat is niet gebeurd. Omdat hij op beide klachten geen reactie ontvangt, wendt hij zich tot de Gemeentelijke Ombudsman. Heeft u vragen of opmerkingen over deze kwartaalrapportage? Dan kunt u contact opnemen met de heer Z. el Yandouzi via
[email protected] of telefonisch via 020 625 99 99.