SAMEN NAAR EEN SLIMMERE BEVOORRADING VAN DE BINNENSTAD
Initiatiefvoorstel
Inhoudsopgave Inleiding ................................................................................................................................................... 4
Hoofdstuk 1: Kansen voor Den Haag....................................................................................................... 5 § 1.1 Duurzaamheid ............................................................................................................................ 5 § 1.2 Leefbaarheid ............................................................................................................................... 6 § 1.3 Economische kosten ................................................................................................................... 6
Hoofdstuk 2: Waar staat Den Haag nu? .................................................................................................. 7 § 2.1 Bevoorradingsverkeer in de Haagse Binnenstad ....................................................................... 7 § 2.2 Den Haag schone stad ............................................................................................................... 9 § 2.3 Haagse nota mobiliteit ............................................................................................................... 9 § 2.4 Haagse nota zwaar verkeer ...................................................................................................... 10 § 2.5 VCP............................................................................................................................................ 10 § 2.6 Venstertijden ............................................................................................................................ 10 § 2.7 Milieuzones .............................................................................................................................. 11
Hoofdstuk 3: Initiatieven in de rest van het land / Europa .................................................................. 12 § 3.1 Lean and Green-award ............................................................................................................. 12 § 3.2 Binnenstadservice .................................................................................................................... 12 § 3.3 Delft .......................................................................................................................................... 12 § 3.4 Amsterdam ............................................................................................................................... 13 § 3.5 Zutphen .................................................................................................................................... 13 § 3.6 Arnhem / Nijmegen .................................................................................................................. 13 § 3.7 Groningen ................................................................................................................................. 14 § 3.8 Parijs ......................................................................................................................................... 14
Hoofdstuk 4 Ambitie voor Den Haag ..................................................................................................... 15 § 4.1 Ambitie .................................................................................................................................... 15 § 4.2 Bouwstenen voor een efficiëntere stadsdistributie ................................................................ 16 1.
Stadsranddistributie .............................................................................................................. 16
2.
Gezamenlijk voorraadbeheer ................................................................................................ 16
3.
Voorkeursbeleid venstertijden .............................................................................................. 16
4.
Milieuzones ........................................................................................................................... 17
5.
Last mile scan ........................................................................................................................ 17
6.
Uitvoeren maatregelen ‘Den Haag schone stad’................................................................... 17
7.
Regionale samenwerking ...................................................................................................... 17
8.
Distributie gemeentelijke dienst ........................................................................................... 17
§ 4.3 Planning ................................................................................................................................... 18
Hoofdstuk 5 Financiële paragraaf ......................................................................................................... 19
Dictum: .................................................................................................................................................. 20
Bijlage 1: Geraadpleegde literatuur ..................................................................................................... 21 Bijlage 2: Gevoerde gesprekken ........................................................................................................... 21
Colofon: ................................................................................................................................................. 21
Inleiding Voor u ligt het initiatiefvoorstel van GroenLinks Den Haag om de stedelijke distributie van de Haagse binnenstad efficiënter en schoner te maken, met positieve effecten voor onze bereikbaarheid en het winkelklimaat. De Haagse binnenstad vervult een belangrijke functie voor de inwoners van Den Haag en omgeving. Het is een gebied waar veel mensen hun woning hebben, een gebied waar mensen lekker een dagje uitgaan of waar een nieuwe outfit wordt aangeschaft. Het is ook een gebied dat constant in ontwikkeling is en waar elke dag nieuwe uitdagingen zijn om het aantrekkelijk en aangenaam te houden. Eén van de uitdagingen waar de Haagse binnenstad mee geconfronteerd wordt, is het vrachtverkeer dat elke dag de binnenstad in en uit gaat. Dit vrachtverkeer maakt het halen van onze klimaatdoelen lastiger, zet de leefbaarheid van de binnenstad onder druk en is een bedreiging voor de bereikbaarheid en daarmee economische vitaliteit van de binnenstad. Het is in Den Haag nog vaak de praktijk dat grote vrachtauto’s voor één pallet of een paar dozen de nauwe straten van de binnenstad inrijden. De bevoorrading van de binnenstad kan en moet dus slimmer wat GroenLinks betreft. We hadden als Den Haag een voorsprong op andere steden, maar het onderwerp binnenstaddistributie heeft de laatste jaren weinig aandacht meer gehad. We worden nu ingehaald door andere steden die laten zien dat er kansen liggen. Met dit initiatiefvoorstel nodigt de fractie van GroenLinks het college, de Raad en alle betrokkenen in de stad uit om deze handschoen op te pakken en doen wij ambitieuze voorstellen hiertoe.
Den Haag, maart 2013 Arjen Kapteijns
Hoofdstuk 1: Kansen voor Den Haag “Een goede bereikbaarheid van Den Haag voor het goederenvervoer draagt bij aan een economisch vitale stad. Winkels, kantoren, horeca en bouwplaatsen kunnen alleen goed functioneren bij een adequate bevoorrading. Maar tegelijk kan goederenverkeer op gespannen voet staan met een goede milieukwaliteit, leefbaarheid en verkeersveiligheid. Het vrachtverkeer levert een onevenredig grote bijdrage aan de luchtverontreiniging in de stad, vooral wat betreft de uitstoot van stikstofdioxide.” Bovenstaande paragraaf komt uit de Haagse Nota Mobiliteit en geeft een dilemma aan waar we als Haagse binnenstad, net als alle andere steden, mee worden geconfronteerd. Dit heeft er mee te maken, dat de binnenstad een gebied is waar mensen wonen, waar mensen een hapje willen eten of lekker willen shoppen, kortom een gebied waar intensief geleefd en gerecreëerd wordt. Tegelijk moeten de winkels en restaurants ook worden bevoorraad. Dit gaat nu nog gepaard met veel vrachtwagens die de nauwe straatjes van onze binnenstad in moeten manoeuvreren, vaak om een beperkte hoeveelheid goederen af te leveren. Sommige bedrijven, bijvoorbeeld supermarkten en een aantal grootwinkelbedrijven, doen hun bevoorrading al behoorlijk effectief, andere ondernemers doen het kriskras en ongebundeld. Het landelijke gemiddelde is dat 75 procent van de voertuigen in de binnenstad verantwoordelijk is voor minder dan de helft van de leveringen. Wat GroenLinks betreft moet dit slimmer kunnen. Een slimmere bevoorrading van de binnenstad leidt tot bundeling van goederen die bij de winkels worden afgeleverd. Hierdoor gaan er minder, kleinere of minder vervuilende vrachtwagens de stad in. Dit heeft veel voordelen voor de stad.
§ 1.1 Duurzaamheid Uit de tussenrapportage van de ‘motie backcasting’ (zie RIS 252425) blijkt dat, als Den Haag zijn ambitie wil waarmaken om in 2040 klimaatneutraal te zijn op het gebied van het verminderen van de CO2-uitstoot, door het verkeer grote vooruitgang moet worden geboekt. Tegelijkertijd wordt geconstateerd dat het voor mobiliteit het meest lastig ligt. Vrachtverkeer is verantwoordelijk voor 1/3 van de CO2-uitstoot van het wegverkeer. Willen we als Den Haag onze klimaatdoelstellingen halen, dan zullen we ook wat moeten doen om het vrachtverkeer in en naar de Haagse binnenstad te verminderen. Daarnaast liggen er kansen voor het verbeteren van de luchtkwaliteit. We kennen in Den Haag nog steeds een aantal knelpunten waar overschrijding van de wettelijke norm voor NOx en fijn stof plaatsvindt. Zelfs als na 2015 (door uitvoering van het ‘Actieplan Luchtkwaliteit 2007-2015’) we overal aan de wettelijke normen voldoen, weten we dat mede als gevolg van het (vracht-)verkeer de luchtkwaliteit dermate slecht is dat dit nog steeds gezondheidseffecten heeft voor de mensen die in onze (binnen)stad verblijven. Met een efficiëntere bevoorrading van de Haagse binnenstad zetten we zowel ten aanzien van klimaatverandering als luchtkwaliteit een stevige stap in de goede richting.
§ 1.2 Leefbaarheid De binnenstad is echter ook een belangrijk leefgebied. Duizenden mensen hebben hier hun woning en het college van B&W wil het binnenstedelijk gebied aantrekkelijk houden voor de bewoners. De leefbaarheid is er na de invoering van het VCP al op vooruit gegaan, maar het vrachtverkeer zorgt (binnen de venstertijden) nog steeds voor potentieel onveilige verkeerssituaties, slecht bereikbare winkels en weinig aantrekkelijke straten. Met een efficiëntere bevoorrading van de Haagse binnenstad wordt de leefbaarheid van de binnenstad verder verbeterd. Dit vergroot het woon- en winkelplezier van de Haagse binnenstad.
§ 1.3 Economische kosten Tot slot, maar niet onbelangrijk: slimmere bevoorrading is efficiënter en leidt daardoor tot kostenbesparing, omdat er minder vrachtwagens nodig zullen zijn en kortere ritten kunnen worden gereden. Dit is goed nieuws voor onze Haagse bedrijven en burgers. Bovendien is de bereikbaarheid van de binnenstad een voortdurend punt van aandacht. De bereikbaarheid van de binnenstad staat onder druk. Verkeer dat van de Utrechtsebaan komt wurmt zich de massaal de stad in, dit gaat gepaard met lange rijen voor de stoplichten en veel tijdverlies met grote economische gevolgen voor de stad. In smallere straten als de Denneweg of de Boekhorststraat zorgen ladende- en lossende vrachtwagens voor veel opstoppingen. Een efficiëntere bevoorrading van de Haagse binnenstad levert een positieve bijdrage aan de bereikbaarheid van en de doorstroming in de Haagse binnenstad.
Hoofdstuk 2: Waar staat Den Haag nu? In dit hoofdstuk wordt de huidige verkeersituatie aangegeven in de Haagse binnenstad. Daarnaast geven we hier een overzicht van het bestaande beleid. Dit zal samen met hoofdstuk 3 dienen als basis voor het in hoofdstuk 4 geformuleerde voorstel.
§ 2.1 Bevoorradingsverkeer in de Haagse Binnenstad In de Haagse binnenstad is veel verkeer aanwezig voor de bevoorrading. Onderstaande informatie over de samenstelling van het verkeer binnen het pollergebied in Den Haag, is aangeleverd door de Dienst Verkeer van DSO. Deze cijfers zijn gebaseerd op verkeerstellingen van september 2012. In het onderzoek waarop de gegevens zijn gebaseerd zijn niet alle in- en uitgangen waargenomen. De waarnemingen beperken zich tot de Kalvermarkt en het Spui. Dit betekent dat alle bussen in het onderzoek zijn opgenomen. Alle andere categorieën zijn niet volledig waargenomen. Om toch een beeld te schetsen van het hele gebied binnen de pollers zijn twee aannames gedaan: Andere ingangen en uitgangen worden ook gebruikt; Minstens de helft van alle bezoekers van het gebied maken gebruik van de twee waargenomen doorsneden: Spui en Kalvermarkt. In de waarneming zijn alle bussen opgenomen die door het gebied rijden. Voor de andere voertuigcategorieën geldt dat de Dienst Verkeer tussen 50% en 100% hebben waargenomen. Om een beeld te schetsen voor het hele gebied heeft de verkeersdienst het gemiddelde genomen hiervan. Dit leidt tot een indicatie van het gebruik van het gebied binnen de pollers zoals aangegeven in figuur 1.
Figuur 1: Motorvoertuigen binnen het pollergebied
Motorvoertuigen binnen het pollergebied
Etmaal werkdag
% etmaal
Bussen
330
17 %
Vracht
270
14 %
Bestel
230
12 %
Personen
1.170
59 %
Totaal
2.000
100 %
Indicatie van het aantal motorvoertuigen dat dagelijks gebruik maakt van het gebied binnen de pollers.
Enkele bevindingen op een rij: •Dagelijks maken 2.000 motorvoertuigen gebruik van de wegen binnen het pollergebied. •Een kwart van de motorvoertuigen is vracht- of bestelverkeer. Driekwart hiervan bezoekt het gebied tussen 05:00 uur en 11:30 uur. •Een zesde van alle voertuigen zijn bussen. •Het personenautoverkeer bestaat voor 40% uit taxi’s en ongeveer 7% politievoertuigen en ambulances. Ruim de helft zijn gewone personenauto’s.
§ 2.2 Den Haag schone stad Het project ‘Den Haag schone stad’ was een samenwerking tussen de gemeente en de ondernemers in de binnenstad om te komen tot een efficiëntere bevoorrading van de binnenstad. Het project ‘De Schone Stad’ is in 2003 gestart. Samen met de binnenstadsondernemers werden acties uitgevoerd om problemen bij bevoorrading, afvalinzameling en het vegen van de straten gezamenlijk aan te pakken. Dit initiatief heeft geleid tot een aantal spelregels en voorstellen op het gebied van afvalophaal, bundeling van distributie en praktische afspraken: - Vrachtwagens parkeren aan één kant van de straat zodat ander verkeer makkelijker kan passeren; - Afspraken tussen leveranciers en binnenstadondernemers over het bevoorradingstijdstip om de venstertijden zo efficiënt mogelijk te gebruiken; - Een pilot met modewinkels om hun bevoorrading te bundelen en gezamenlijk afval in te zamelen. Het initiatief leidt momenteel echter een slapend bestaan en er worden geen concrete acties ondernomen.
§ 2.3 Haagse nota mobiliteit In de Haagse Nota Mobiliteit uit 2011 is hoofdstuk 14 gewijd aan het stimuleren van schoon en efficiënt goederenvervoer. In dit hoofdstuk is de volgende ambitie neergelegd voor de stedelijke distributie: “De gemeente en marktpartijen hebben een gezamenlijk belang bij een efficiënte en schone bevoorrading van de stad, waarbij goederenstromen zoveel mogelijk gebundeld worden: het vrachtverkeer gebundeld op een beperkt aantal wegen en de goederen in een beperkt aantal vrachtwagens. Uitgangspunt is dat het goederenvervoer primair een verantwoordelijkheid is van marktpartijen en dat dus de markt het zelf naar behoefte organiseert. De rol van de gemeente is stimulerend en faciliterend, vooral ten aanzien van (grensverleggende) initiatieven voor schoner en efficiënter goederenvervoer. Het streefbeeld, is een stad waar het vrachtverkeer is geconcentreerd op een beperkt aantal goed ingerichte hoofdwegen, waar schone vrachtwagens rijden met een hoge beladingsgraad. Het goederenvervoerbeleid is uitgewerkt in vijf speerpunten:
bundelen van vrachtverkeer op stedelijke- en regionale hoofdwegen; bundelen van goederenstromen en het verder verhogen van de beladingsgraad; stimuleren van de inzet van schone voertuigen voor stedelijke distributie; handhaven van een binnenvaarthaven voor de aanvoer van bouwmaterialen en de afvoer van afval; vervoer van gevaarlijke stoffen.
Deze speerpunten met betrekking tot goederenvervoer uit de Haagse Nota Mobiliteit hebben tot op heden niet geleid tot concrete acties.
§ 2.4 Haagse nota zwaar verkeer In de Haagse Nota Zwaar Verkeer uit 2007 wordt uitgebreid ingegaan op de gevolgen van het zwaar verkeer, waaronder het vrachtverkeer, voor de stad Den Haag. Zowel de lusten als de lasten worden behandeld. In dit stuk wordt ook een ambitie neergelegd met betrekking tot de stedelijke distributie:
In projecten worden bedrijven die in Den Haag bevoorraden gestimuleerd meer bundeling van vracht te realiseren. Voorbeelden zijn: De Schone Stad en Stedinet; Er wordt geïnvesteerd in nieuwe ontwikkelingen die het gebruik van netwerken en de daarmee te realiseren bundeling tot stand kunnen brengen. Bijvoorbeeld in de ontwikkeling van de ‘stadsbox’.
Een van de centrale effecten die de Nota Zwaar Verkeer wenste te hebben was: “Door bundelingsprojecten wordt ingezet om 5% van het aantal voertuigbewegingen voor de bevoorrading voor de binnenstad terug te dringen. Dit levert een besparing van minimaal 2% van de verkeersbijdrage van het vrachtverkeer aan NOx-concentraties. Ook zal het aantal bestelwagens verminderen (tot nu toe niet meegenomen in milieuberekeningen), wat een positieve bijdrage op de luchtkwaliteit zal hebben.” In de praktijk is echter gebleken dat er weinig concrete acties zijn voortgevloeid uit dit voorstel.
§ 2.5 VCP In 2007 is de eerste grote stap gezet in het selectief toegankelijk maken van de Haagse binnenstad. Hierdoor is een groot gedeelte van de binnenstad autoluw geworden. Dit beleid heeft goede effecten gehad voor de binnenstad, zoals is te lezen in de evaluatie ‘Er rijdt minder verkeer door de binnenstad, de luchtkwaliteit op de Veerkades is meetbaar verbeterd en de verblijfskwaliteit voor voetgangers en fietsers is erop vooruitgegaan’ (Effectmeting verkeerscirculatieplan 2011 RIS180590).
§ 2.6 Venstertijden Met de invoering van het VCP is een groot deel van de binnenstad afgesloten voor autoverkeer. Hiervoor worden flexibele afsluitingen gebruikt. Tijdens bepaalde tijden (venstertijden) zijn de afgesloten gebieden wel toegankelijk voor verkeer dat goederen komt laden en lossen. Leveranciers kunnen zo de winkels bereiken. Nood- en hulpdiensten hebben altijd toegang tot de gebieden. De venstertijden waarop verkeer door de flexibele afsluitingen kan:
maandag tot en met vrijdag: van 5.00 tot 11.30 uur zaterdag en zondag: van 6.00 tot 11.30 uur
Deze tijden kunnen wel per locatie afwijken. De venstertijden staan altijd bij de flexibele afsluiting aangegeven. Buiten deze tijden staan de pollers omhoog en gaan zij zonder ontheffing niet naar beneden.
§ 2.7 Milieuzones De gemeente Den Haag heeft een milieuzone aangewezen. Met deze maatregelen wil de gemeente de meest vervuilende vrachtwagens buiten het aangewezen (centrum)gebied houden. De Haagse binnenstad is toegankelijk voor:
Nieuwe en schone vrachtauto's (dieselvrachtauto's) met een euro-4-motor of hoger; Vrachtauto's met een euro-3-motor met een gecertificeerde roetfilter en die niet ouder zijn dan 8 jaar; Vrachtauto's met een dagontheffing of een langdurige ontheffing; Bijzondere voertuigen die niet ouder zijn dan 13 jaar.
Vanaf 1 juli 2013 mogen alleen nog vrachtwagens met een euro-4-motor en hoger de milieuzone in. Vrachtauto’s met een euro-3-motor mogen dan alleen nog met een ontheffing de milieuzone binnenrijden.
Hoofdstuk 3: Initiatieven in de rest van het land / Europa De laatste vijf jaren heeft men in andere steden niet stilgezeten. Tientallen steden hebben reeds verdergaande stappen gezet om haar binnenstad efficiënter te bevoorraden of hebben concrete stappen in voorbereiding. Ook zijn er enkele landelijke initiatieven die voor onze stad zeer interessant kunnen zijn. In dit hoofdstuk een aantal voorbeelden (zonder volledig te willen zijn).
§ 3.1 Lean and Green-award Lean and Green is een stimuleringsprogramma voor bedrijven en overheid, primair gericht op een efficiëntere logistiek. Het stimuleert organisaties om te groeien naar een hoger duurzaamheidsniveau, door maatregelen te nemen die niet alleen kostenbesparingen opleveren, maar gelijktijdig milieubelasting reduceren. Voor gemeenten is er een speciaal programma dat zich richt op het verbeteren van de distributie in de binnenstad. Een 10-tal gemeenten (zoals Amsterdam, Rotterdam en Delft) is deelnemer aan dit programma en hebben een Lean en Green-award behaald. Deze award krijg je door een plan te ontwikkelen dat zich richt op het behalen van 20% efficiëntiewinst (en daarmee dus ook 20% CO2-reductie) in vijf jaar tijd. Bijkomend voordeel van opteren voor een Lean and Green-award is, dat hiermee kennis en ervaring uitgewisseld wordt met de andere participerende steden. Zie ook www.connekt.nl
§ 3.2 Binnenstadservice Binnenstadservice biedt een concept aan van een milieuvriendelijke transportservice voor winkeliers, waarbij in een keer al hun leveringen van verschillende leveranciers bij de winkel bezorgd worden. Dit gebeurt door bundeling van goederenstromen op een locatie aan de rand van stad, zodat van daaruit de binnenstad veel efficiënter bevoorraad kan worden. Binnenstadservice is inmiddels met (franchise)vestigingen actief in 14 steden, waaronder Rotterdam, Gouda en Utrecht. Zie ook www.binnenstadservice.nl
§ 3.3 Delft In Delft is men gestart met het project maatwerkdistributie. Dit project bevat een aantal onderdelen. Eerst wordt er een zogenaamde ‘Last mile scan’ uitgevoerd, waarbij wordt geanalyseerd welke vervoerders voor welke winkeliers de stad ingaan. De volgende stap is het uitschrijven van een tender: de winnaar krijgt toegang tot alle gegevens uit de scan om winkeliers te kunnen benaderen met aanbod om hun orders over te nemen. Op deze manier kunnen de ladingen aan de rand van de stad gebundeld worden. Ook wordt voorzien in een regionale aanpak, door samen te werken met de gemeente Rotterdam. Zie ook www.maatwerkdistributie.nl
§ 3.4 Amsterdam Amsterdam heeft in 2010 het actieplan ‘Slimme en schone stedelijke distributie’ aangenomen. In dit actieplan heeft de gemeente Amsterdam de ambitie vastgesteld om door middel van slimmere bevoorrading (het bundelen van goederen en spreiding van vrachtverkeer) en schonere transportmiddelen de luchtkwaliteit, verkeersveiligheid en doorstroming in Amsterdam te verbeteren. Om deze ambitie te realiseren heeft Amsterdam een aantal concrete maatregelen voorgesteld: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Faciliteren van het structureel toepassen van dagranddistributie; Financieel ondersteunen van de aanschaf van schone voer- en vaartuigen; Stimuleren van gebundelde bevoorradingsconcepten; Stimuleren van slimme bevoorrading in winkelstraten; Effectiever maken van het gebruik van laad- en losplaatsen; Regisseren van de ontwikkeling van overslaglocaties.
In het actieplan koppelt de gemeente Amsterdam hier een groot aantal concrete acties aan. Zo zijn er al in 2009 pilots geweest met dagranddistributie. De resultaten hiervan waren positief wat voor Amsterdam reden is er op grotere schaal mee door te gaan. Daarnaast wordt er onderzoek gedaan naar de mogelijkheid om elektrische voertuigen ruimere toegang te geven binnen de milieuzone. Tevens wordt er bijvoorbeeld per winkelstraat een bevoorradingsprofiel opgesteld. Amsterdam heeft voor de uitvoer van de maatregelen €725.000,- beschikbaar gesteld.
§ 3.5 Zutphen Sinds 2011 is in Zutphen, samen met de sociale werkvoorziening (Delta), een systeem van stadsdistributie gestart. Met zijn elektrovoertuigen, waarvan sommige op zonne-energie, is de stadsdistributie-onderneming de enige vervoerder die buiten de venstertijden in de binnenstad van Zutphen mag rijden om goederen bij ondernemers te bezorgen. Transporteurs en logistieke dienstverleners hoeven niet meer ‘s ochtends vroeg hun vracht af te leveren in de binnenstad, maar kunnen dit op ieder moment van de dag bij Delta doen. Die zorgt vervolgens met zijn elektrische auto’s ervoor dat de goederen worden afgeleverd bij de winkeliers in de Zutphense binnenstad. Ook haalt Delta pakketzendingen op bij winkeliers.
§ 3.6 Arnhem / Nijmegen Arnhem en Nijmegen zijn de eerste steden in Nederland die het beleid voor stedelijke distributie onderling afstemmen. Nijmegen heeft de start van haar ochtendvenster vervroegd naar 06.00 uur en sluit daarmee aan bij Arnhem. In Nijmegen krijgen schone en stille voertuigen bovenop haar nieuwe ochtendvenster (06.00 tot 12.00 uur) 's avonds extra tijd om het centrum te bevoorraden. Tussen 18.00 en 23.00 uur is er extra ruimte, wat ten goede komt aan de detailhandel en de horeca (dagranddistributie). Bovendien gaat Nijmegen met een geavanceerd toegangssysteem voor het
centrum inzicht krijgen in de voertuigbewegingen. Die worden geëvalueerd om te weten waar de kansen voor alle partijen liggen. Arnhem is begin dit jaar gestart met het belonen van gebundelde aanvoer. Daarbij krijgen vervoerders die met 1 voertuig minimaal 15 adressen per dag beleveren extra bevoorradingstijd tussen 11.00 en 13.00 uur. Deze extra twee uren bieden de mogelijkheid voor vernieuwende transporteurs om op een rendabele manier gebundeld de stad te beleveren. Hierdoor neemt het totaal aantal voertuigbewegingen in de stad af. Eind 2011 evalueert Arnhem de effecten van het huidige bundelingsbeleid.
§ 3.7 Groningen In Groningen is onlangs door de gemeenteraad een werkconferentie/hoorzitting georganiseerd over stadsdistributie. Tijdens deze werkconferentie zijn er verschillende experts uitgenodigd om het onderwerp stadsdistributie vanuit hun kant te belichten. Aan de hand van deze werkconferentie wordt er nu gezocht naar een passende follow-up voor lokale invulling en flexibiliteit om verschillende belangen de ruimte te geven.
§ 3.8 Parijs Parijs heeft de ambitie om het aantal dieselvoertuigen dat wordt ingezet voor het goederenvervoer in 2017 drastisch te verlagen. Het doel is om het aantal dieselvoertuigen met 50% te verlagen. De gemeente is daarom begonnen met het opstellen van een “Parijs handvest voor een duurzame stedelijke logistiek”, waarbij alle partijen (industrie, distributiesector, transport- en logistieke bedrijven, ondernemers, winkeliers, stedenbouwkundigen, ambtenaren) worden betrokken bij gezamenlijke oplossingen. Het “Parijse handvest” bestaat uit 16 projectbeschrijvingen. De meeste projecten hebben betrekking op infrastructuur (distributie van elektrische energie, nieuwe logistieke ‘hotels’, stedelijke logistieke ruimten, parkeer- en leveringsplaatsen), de overige zijn gericht op alternatieve transportmodaliteiten (kwaliteitslabel voor leveringen, gebruik van binnenvaart, e-commerce-diensten, proeven met vrachttrams). De gemeente Parijs verwacht dat de projectbeschrijvingen in april 2013 worden ondertekend door alle betrokken partijen.
Hoofdstuk 4 Ambitie voor Den Haag In de vorige hoofdstukken is de achtergrond beschreven van de stadsdistributie in Den Haag en in het land. Daarnaast is uitgebreid besproken hoe een efficiëntere stadsdistributie kan bijdragen aan een duurzamer, leefbaarder en bereikbaarder Den Haag. In dit hoofdstuk zal de ambitie voor de toekomst nader worden uitgewerkt. Waar willen we heen met de stadsdistributie in Den Haag en hoe kunnen we daar komen? Dit hoofdstuk geeft de ambitie weer en reikt bouwstenen aan die kunnen bijdragen aan het realiseren van deze ambitie.
§ 4.1 Ambitie Een efficiëntere stadsdistributie kan veel voordelen hebben voor de Haagse binnenstad. Deze liggen op het gebied van de duurzaamheid, leefbaarheid en bereikbaarheid, zoals we ook eerder in dit voorstel hebben besproken. Om de kansen en voordelen ook te benutten, is het van belang om duidelijke doelen te stellen. Door de doelstelling SMART1 te formuleren kan aan deze duidelijkheid worden bijgedragen. De gemeente Den Haag heeft zich in het Klimaatplan en de Energievisie tot doel gesteld om in 2040 klimaatneutraal te zijn. Dit is een ambitieuze doelstelling. Uit de ‘Voortgangsrapportage over de motie backcasting’, waarin de wijze waarop wij onze klimaatdoelstellingen kunnen behalen wordt behandeld, kan worden afgeleid dat met name op het gebied van de mobiliteit nog een knelpunt zit. Daarom sluit dit initiatiefvoorstel aan bij de doelen zoals neergelegd in de klimaatvisie en de energievisie. Zo kan er een synergie worden gecreëerd, waarbij de acties die voortvloeien uit dit initiatiefvoorstel ook bijdragen aan de duurzaamheidsdoelstellingen. Daarnaast kan er zo een realistisch tijdpad worden ingesteld voor de te nemen maatregelen. Met de invoering van het VCP en de milieuzones zijn de eerste stappen naar een bereikbare, leefbare en duurzame binnenstad al gezet. Daarom kunnen en moeten er nu extra stappen worden gezet. De ambitie van dit voorstel is dan ook dat, in lijn met het klimaatplan, in 2040 de bevoorrading van de binnenstad volledig duurzaam en klimaatneutraal is. Dit houdt in dat de voertuigen die de binnenstad bevoorraden in 2040 niet meer op fossiele brandstoffen mogen rijden. Als eerste tussenstap stelt GroenLinks voor, om in 2020 tot een reductie van 50% van het aantal fossiele vrachtwagens en bestelbusjes in onze binnenstad te komen ten opzichte van de verkeerstellingen uit 2011.
1
Specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdsgebonden
§ 4.2 Bouwstenen voor een efficiëntere stadsdistributie Andere steden hebben al laten zien dat er veel mogelijk is. GroenLinks stelt voor om in Den Haag samen met de bewoners, ondernemers en transporteurs te kijken welke verdere stappen mogelijk zijn om de bevoorrading van de binnenstad efficiënter te maken. Ambities zijn mooi op papier, maar moeten in acties worden omgezet om effect te hebben. Deze paragraaf zal de bouwstenen bespreken die kunnen worden ingezet om de ambities uit dit voorstel te realiseren. Deze maatregelen kunnen leiden tot een effectievere bevoorrading van de binnenstad. 1. Stadsranddistributie De meest effectieve manier om de bevoorrading van de binnenstad efficiënter te maken is door het invoeren van de stadsranddistributie. Dit houdt in dat de goederenstromen voor de binnenstad worden gebundeld aan de rand van de stad of een andere strategische plek (bijvoorbeeld in leegstaande gebouwen van de Binckhorst). Van daaruit worden de goederen vervolgens met schone vervoersmiddelen naar het stadscentrum gebracht. Hierdoor kan de distributie efficiënter en schoner worden. Deze maatregel vereist afstemming en coördinatie tussen gemeente en ondernemers, ook onderling. 2. Gezamenlijk voorraadbeheer Stadsranddistributie is een grote stap om in één keer te nemen. Maar het leent zich prima om door middel van gerichte pilots mee te beginnen. Een pilot voor gezamenlijk voorraadbeheer en distributie met een aantal winkeliers in een kleiner gebied (bijvoorbeeld de Denneweg of de Boekhorststraat) kan de eerste stap zijn. Een pilot op winkelstraatniveau kan zeker bij de genoemde straten bijdragen aan een betere bereikbaarheid. Deze straten hebben regelmatig last van laad- en losverkeer, waardoor het verkeer in die straten vaak vaststaat. Enkele ondernemers aan het begin van de straten fungeren nu al als centraal afleverpunt voor pakketjes in de rest van de straat. Door dit structureel aan te pakken kunnen de bereikbaarheidsproblemen van de straten worden aangepakt. 3. Voorkeursbeleid venstertijden Een deel van het centrumgebied is beperkt toegankelijk door flexibele afsluitingen zoals de pollers. Distributeurs mogen op bepaalde tijden dit gebied in om de winkels en restaurants te bevoorraden. Door deze venstertijden te verkorten of juist te verruimen voor voertuigen die milieuvriendelijk zijn, wordt gestimuleerd om duurzamere voertuigen in te zetten voor de bevoorrading in de Haagse binnenstad. Daarnaast heeft ook vanuit logistiek oogpunt het aanpassen van de venstertijden invloed op de leefbaarheid van het centrum. Het voordeel van verkorten van de venstertijden is evident: de vrachtwagens zijn eerder de stad uit. De vraag daarbij is, of dit leidt tot minder vrachtwagenbewegingen; er zijn ook voorbeelden bekend waaruit blijkt dat verruimen van venstertijden logistieke optimalisatie beter mogelijk maakt.
4. Milieuzones Den Haag kent een actief beleid op het gebied van milieuzones zoals eerder in dit stuk is aangegeven. Met de milieuzones kan de gemeente bepalen wat voor soort type voertuigen wel en welke niet in een bepaald gebied van de stad mogen komen. Zoals eerder in het stuk aangeven, worden de voorwaarden voor de milieuzones binnenkort aangescherpt. Dit beleid kan in Den Haag verder worden uitgebreid en/of verder worden aangescherpt. Dit kan door bijvoorbeeld alleen bestelauto’s onder de milieuzone te laten vallen of (op termijn) alleen emissieloos vervoer toe te staan in de binnenstad. 5. Last mile scan Voor Den Haag is in 2008 een bevoorradingsprofiel voor het kernwinkelgebied doorgevoerd. Dit kan als basis dienen voor een specifieker onderzoek naar de goederenstromen van de ondernemers in de binnenstad. Door een ‘last mile scan’ uit toe voeren zoals nu ook in Delft gebeurt, kan exact in beeld worden gebracht hoe de goederenstromen per ondernemer lopen en kan een distributeur een voorstel doen aan elke individuele ondernemer om het transport efficiënter te maken. Dit levert voordelen op voor de ondernemer en de stad. 6. Uitvoeren maatregelen ‘Den Haag schone stad’ Den Haag heeft al eerder geprobeerd stappen te zetten om de stadsdistributie efficiënter te maken. Hiertoe is in het actieplan ‘Den Haag schone stad’ al een aantal maatregelen opgesomd die nog op uitvoering wachten. Daarnaast kunnen sommige afspraken die wel zijn uitgevoerd verder worden uitgewerkt of op een hoger ambitieniveau worden gebracht. 7. Regionale samenwerking Arnhem en Nijmegen vormen het voorbeeld waarbij regionale samenwerking leidt tot efficiëntere distributie. Er wordt niet met elkaar geconcurreerd, maar juist samengewerkt. Den Haag kan het initiatief nemen om in Haaglanden-verband de distributie van de winkelgebieden in onze regio te optimaliseren. Maar ook de samenwerking met de regio Rotterdam zou kunnen worden opgepakt. Een belangrijke pijler in de op te richten metropoolregio is gereserveerd voor mobiliteit: stadsdistributie kan hier een belangrijk onderdeel van uit maken. 8. Distributie gemeentelijke dienst De gemeente kan ook zelf de handschoen oppakken door haar eigen bevoorrading efficiënter te maken. In dit kader kan het Lean and Green-programma een mooie stimulans zijn voor de gemeente. Lean and Green stimuleert organisaties om te groeien naar een hoger duurzaamheidsniveau, door maatregelen te nemen die niet alleen kostenbesparingen opleveren, maar gelijktijdig milieubelasting reduceren. Door het actief in te zetten op het behalen van de Lean and Green-award kan de gemeente een goed en positief signaal naar de stad afgeven. Met de Lean and Green-award laten organisaties zien dat zij zich actief inspannen om hun logistieke- en mobiliteitsproces duurzamer te maken.
§ 4.3 Planning Met dit stuk legt de gemeenteraad van Den Haag een duidelijke ambitie vast op het gebied van stadsdistributie in Den Haag. Het blijkt, dat er vele bouwstenen zijn die kunnen bijdragen aan het realiseren van deze ambitie. Het is echter van groot belang om niet top-down als gemeente maatregelen te bedenken en op te leggen. Voor het realiseren van de ambities, is het daarom van groot belang om de bewoners en organisaties in de stad in een zo vroeg mogelijk stadium te betrekken. Dit voorstel stelt dus een ambitie vast en stelt voor om een stedelijke discussie op te starten over hoe we die ambitie het beste kunnen realiseren. Om te komen tot een goed pakket van maatregelen, wordt met dit voorstel dan ook een werkconferentie georganiseerd op basis waarvan snel tot vervolgstappen kan worden gekomen. Mede op basis van deze werkconferentie zal vervolgens een uitwerkingsplan moeten worden opgesteld. In dit uitwerkingsplan zullen de concrete stappen moeten worden geïdentificeerd. De gespecialiseerde kennis van de gemeente en maatschappelijke organisaties is hiervoor essentieel. Dit voorstel richt zich echter ook op het concreet zetten van de eerste stappen naar een efficiëntere stadsdistributie. De gemeente is een belangrijke opdrachtgever en afnemer en kan dus vanuit die rol zelf direct invloed uitoefenen op het vrachtverkeer van en naar de gemeentelijke gebouwen in de stad. Daarom stelt dit voorstel voor om als gemeente Den Haag de voorbeeldrol op te pakken door te streven naar de Lean and Green-award.
Hoofdstuk 5 Financiële paragraaf Met dit voorstel stelt de gemeenteraad een ambitie vast met betrekking tot de stadsdistributie in Den Haag. Voor de realisatie van de ambitie is een specifiek uitwerkingsplan noodzakelijk. De financiering van dit raadsvoorstel heeft dan ook specifiek betrekking op de eerste stappen om tot een uitwerkingsplan te komen. GroenLinks stelt voor om met de werkconferentie de eerste stap voor het uitwerken van de ambitie te zetten. Daarnaast dienen enkele door de gemeente als organisatie te nemen stappen te worden gefinancierd, zoals het aanmelden voor de Lean and Green-award en het plan om de eigen distributie te optimaliseren. Voor het opstellen van het uitwerkingsplan is een breed consultatietraject met de stad noodzakelijk. Daarnaast zal het opstellen van het plan de nodige tijd en inzet vergen. Om de ambitie goed neer te zetten is hiervoor 0,5 fte aan ambtelijke inzet noodzakelijk. Het opstellen van een plan om de distributie van de eigen gemeentelijke organisatie te optimaliseren vergt intern de nodige afstemming. Hier wordt in dit voorstel 0,1 fte aan ambtelijke inzet voor gereserveerd. Het organiseren van de werkconferentie en de inzet voor de Lean and Green-award vergt een beperktere inzet. De taken voor deze twee activiteiten zullen binnen de huidige personele bezetting kunnen worden uitgevoerd. De kosten bedragen hier een beperkte personele inzet en mogelijke organisatiekosten. Daarmee komt de financiering van het voorstel er als volgt uit te zien.
Uitwerkingsplan
€ 50.0000,-
Organiseren werkconferentie
€ 5.000,-
Inzet voor de Lean and Green-award
€ 2.500,-
Plan om eigen distributie te optimaliseren
€ 10.000,------------- +
Totaal:
€ 67.500,-
Dictum:
De gemeenteraad van Den Haag, bijeen te….. Gezien het initiatiefvoorstel ‘Samen naar een slimmere bevoorrading van de binnenstad’ van Arjen Kapteijns, Besluit: I.
Het college op te roepen tot het uitwerken van een voorstel dat leidt tot minimaal een reductie van 50% van het aantal fossiele vrachtwagens en bestelbusjes in onze binnenstad voor 2020, oplopend tot een volledige fossielvrije bevoorrading van de binnenstad in 2040; II. Hiertoe als eerste binnen drie maanden een werkconferentie te organiseren met winkeliers, vervoerders, verladers, bewoners en andere belanghebbenden, met als doel te komen tot een evenwichtig pakket van concrete maatregelen tot verdere verbetering van de wijze van bevoorrading van onze binnenstad, gericht op het onder I. beschreven doel; III. Het college op te roepen alle nodige stappen te zetten die nodig zijn voor het behalen van een Lean and Green-award voor de gemeente Den Haag; IV. Het college op te roepen tot het actief invullen van onze voorbeeldrol: het komen met een plan hoe de eigen distributie (aan- en afvoer van onze gemeentelijke organisatie) geoptimaliseerd kan worden, in samenhang met de overige distributie van de stad.
Bijlage 1: Geraadpleegde literatuur Nicoline de Bruin, DSO/ Verkeer (2006), Nota zwaar verkeer in Den Haag, Den Haag Dienst Stedelijke ontwikkeling /Verkeer (2013), Haagse nota mobiliteit, Gemeente Den Haag Erik-Jan Blook, Jochem Brons, DHV (2008) Zicht op bevoorrading, bevoorradingsprofiel kernwinkelgebied Den Haag, Gemeente Den Haag Hans Lodder, DSO Den Haag (2013), 365 Verkeer VCP gebied, Gemeente Den Haag C. Swankhuisen, L de Vrij (2011), effectmeting verkeerscirculatieplan 2011, Gemeente Den Haag C.E.P. Dönszelman, G.M. verbraak, CE Delft (2010), Samen werken aan schone stedelijke distributie, kansen door het wegnemen van knelpunten tussen ondernemers en overheden Erik Regterschot (2010), Een integrale stedelijke distributieaanpak, een hogere stedelijke kwaliteit, Ambassadeur Stedelijke Distributie Buck Consultants International (2011); Opzet privilegebeleid stedelijke bevoorrading Arnhem en Nijmegen, Stadsregio Arnhem Nijmegen Dienst infrastructuur Verkeer en Vervoer Amsterdam (2010), Actieplan slimme en schone stedelijke distributie Amsterdam, Programmabureau luchtkwaliteit
Bijlage 2: Gevoerde gesprekken Rogier Bakker
Binnenstad Ondernemers Federatie (BOF)
Nicoline de Bruin
Gemeente Den Haag DSO/ Verkeer
Erik-Jan Blook
Transport en Logistiek Nederland
Peter Colon
Buck Consultants International
Freek van Duuren
Fietsxpress
Kamil Górak
EVO Logistiek
Kees de Leeuw
Gemeente Den Haag
Colofon: Dit is een uitgave van: Auteurs: Datum:
GroenLinks Den Haag Arjen Kapteijns, Bastiaan de Jong 04-03-2013