RJ-Uiting 2013-8: ‘Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector’ Algemeen RJ-Uiting 2013-8 is een gevolg van de op 1 januari 2013 in werking getreden ‘Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector’ (Staatsblad 2012, 583) en het besluit inzake de inwerkingtreding van de wet (Staatsblad 2012, 584). Deze Uiting bevat de voorstellen voor wijzigingen als gevolg van deze nieuwe wetgeving in de RJ-bundel voor grote en middelgrote rechtspersonen jaareditie 2013 en de RJ-bundel voor kleine rechtspersonen jaareditie 2013. Daarnaast wordt in deze Uiting voorgesteld de teksten inzake de in de toelichting op te nemen informatie over de bezoldiging van bestuurders en toezichthouders te uniformeren. Inhoud De Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) stelt eisen aan de toelichting in de jaarrekening van instellingen in de publieke en semipublieke sector over de bezoldiging van zogenoemde topfunctionarissen. In de hoofdstukken 271 Personeelsbeloningen, 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting, 655 Zorginstellingen en 660 Onderwijsinstellingen worden alinea’s opgenomen over de noodzakelijke toelichtingsvereisten op grond van de WNT. Voor de hoofdstukken 640 Organisaties-zonder-winststreven en 650 Fondsenwervende instellingen geldt dat de toelichtingsvereisten op grond van de WNT worden opgenomen indien en voor zover de WNT van toepassing is op desbetreffende organisatie of instelling. Artikel 4.2 lid 6 van de WNT vereist dat instellingen vergelijkende cijfers over het voorgaand boekjaar vermelden. In de jaarrekeningen over 2013 behoeven echter geen vergelijkende cijfers (over 2012) te worden opgenomen omdat de wet pas van toepassing is vanaf 1 januari 2013. De bepalingen over de toelichting op grond van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT) zullen vanwege de intrekking van de wet per
1
31 december 2012 worden geschrapt. Instellingen hoeven over het boekjaar 2012 de informatie op grond van de WOPT niet meer in de toelichting van de jaarrekening te vermelden. Uiteraard kan deze informatie wel op vrijwillige basis worden verstrekt. Ter gelegenheid van de op grond van de WNT benodigde wijzigingen, worden tevens de teksten over de in de toelichting op te nemen informatie over de bezoldiging van bestuurders en toezichthouders op grond van artikel 2:383 BW geüniformeerd. In de hoofdstukken 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting, 655 Zorginstellingen en 660 Onderwijsinstellingen wordt volstaan met een algemene verwijzing naar hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen, paragraaf 6, aangezien de desbetreffende instellingen vallen onder de reikwijdte van artikel 2:383BW. Organisaties-zonder-winststreven en fondsenwervende instellingen vallen wettelijk vaak buiten het toepassingsgebied van artikel 2:383 BW. In de hoofdstukken 640 Organisatieszonder-winststreven en 650 Fondsenwervende instellingen kan daarom niet worden volstaan met een verwijzing naar hoofdstuk 271, zodat daar een uniforme zelfstandige regeling wordt opgenomen Ingangsdatum De Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector is op 1 januari 2013 in werking getreden (Staatsblad 2012, 584, artikel 1). De nieuwe alinea’s zullen daarom van kracht zijn voor boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2013. Commentaarperiode De RJ nodigt u uit tot het inzenden van reacties en commentaren op deze RJ-Uiting. Deze ziet de RJ graag uiterlijk 15 mei 2013 tegemoet. Reacties en commentaren kunnen - bij voorkeur per email (
[email protected]) - worden ingediend bij het RJ-secretariaat. Ze zullen door de RJ als openbare informatie worden behandeld en op de RJ-website worden gepubliceerd, tenzij door respondenten is aangegeven dat het commentaar geheel of gedeeltelijk moet worden aangemerkt als vertrouwelijk. De nieuwe alinea’s zullen worden opgenomen in de RJ-bundel 2013 die in september 2013 wordt gepubliceerd.
Amsterdam, 15 april 2013
2
Commentaarperiode tot en met 15 mei 2013
271
PERSONEELSBELONINGEN
271.1
Bezoldiging publieke en semipublieke sector
701 Naast de vereisten van artikel 2:383 BW (zie paragraaf 6) gelden voor de instelling in de publieke en semipublieke sector de toelichtingsvereisten van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector. Voor de in deze paragraaf gehanteerde begrippen wordt verwezen naar artikel 1.1 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector. 702 Op grond van artikel 4.1 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector vermeldt de instelling in de toelichting van de jaarrekening de volgende gegevens van iedere topfunctionaris en gewezen topfunctionaris: - de naam; - de beloning; - de sociale verzekeringspremies; - de belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen; - de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn; - de functie of functies; en - de duur en omvang van het dienstverband in het boekjaar. De instelling vermeldt daarnaast van iedere topfunctionaris en gewezen topfunctionaris de volgende gegevens in de toelichting van de jaarrekening: - de in het boekjaar verrichte uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband; - de naam en functie of functies die tijdens het dienstverband zijn bekleed; en - het jaar waarin het dienstverband is geëindigd. 703 Op grond van artikel 4.2 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector vermeldt de instelling van iedere andere medewerker, niet zijnde topfunctionaris of gewezen topfunctionaris, waarvan de bezoldiging de maximale bezoldiging te boven gaat, de volgende gegevens: - de beloning; - de sociale verzekeringspremies; - de belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen; - de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn; - de functie of functies; en - de duur en omvang van het dienstverband in het boekjaar. De instelling vermeldt in de toelichting van de jaarrekening de in het boekjaar verrichte uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband, alsmede de functie of functies die tijdens het dienstverband zijn bekleed en het jaar waarin het dienstverband is geëindigd van personen: - van wie de gegevens in enig voorgaand boekjaar op grond van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens in de toelichting van de jaarrekening waren opgenomen of hadden moeten worden opgenomen; en - van wie het totaal van de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband meer bedraagt of zal bedragen dan de maximale bezoldiging.
3
Commentaarperiode tot en met 15 mei 2013
704 Op grond van artikel 4.2 lid 6 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector vermeldt de instelling in de jaarrekening vergelijkende cijfers over het voorgaand boekjaar. De instelling hoeft in de jaarrekening over het eerste jaar waarin de wet van toepassing is (2013), geen vergelijkende cijfers over 2012 op te nemen.
640
Organisaties-zonder-winststreven
Personeelsbeloningen 425 De Organisatie-zonder-winststreven dient het bedrag van de bezoldiging met inbegrip van de pensioenlasten van de bestuurders, gewezen bestuurders, toezichthouders en gewezen toezichthouders in de toelichting te vermelden. Tevens dient de organisatie de bedragen te vermelden van verstrekte leningen, voorschotten en garanties aan (gewezen) bestuurders en (gewezen) toezichthouders. Indien van toepassing vermeldt de organisatie de nog openstaande bedragen, de rentevoet, de belangrijkste overige bepalingen, en de aflossingen gedurende het boekjaar. Informatie over bovenstaande bezoldiging hoeft niet te worden vermeld als het bedrag tot een enkele natuurlijke persoon kan worden herleid. De organisatie vermeldt de gegevens over de bezoldiging en dergelijke van (gewezen) bestuurders en van (gewezen) toezichthouders in overeenstemming met paragraaf 6 Bezoldiging van bestuurders en commissarissen van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen. Indien de organisatie de financiële gegevens van andere rechtspersonen of vennootschappen consolideert, worden de bedragen die ten laste van deze rechtspersonen of vennootschappen zijn gekomen in de opgave begrepen. Naast het hiervoor in deze alinea vermelde gelden voor de organisatie, voor zover van toepassing, de toelichtingsvereisten van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector. In paragraaf 7 van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen zijn deze toelichtingsvereisten nader uiteengezet. Voor de organisatie die onder het toepassingsgebied van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector valt, is deze paragraaf van overeenkomstige toepassing.
645
Toegelaten instellingen volkshuisvesting
Personeelsbeloningen 606 De toegelaten instelling vermeldt de gegevens over de bezoldiging en dergelijke van (gewezen) bestuurders en van (gewezen) toezichthouders in overeenstemming met artikel 2:383 BW en paragraaf 6 Bezoldiging van bestuurders en commissarissen van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen. Naast de vereisten van artikel 2:383 BW gelden voor de instelling de toelichtingsvereisten van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector. In paragraaf 7 van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen zijn deze toelichtingsvereisten nader uiteengezet. Deze paragraaf is van overeenkomstige toepassing.
4
Commentaarperiode tot en met 15 mei 2013
650
Fondsenwervende instellingen
Personeelsbeloningen 432 De fondsenwervende instelling dient het bedrag van de bezoldiging met inbegrip van de pensioenlasten, de omvang van het dienstverband in uren en het parttimepercentage van individuele bestuurders en gewezen bestuurders en van individuele toezichthouders en gewezen toezichthouders in de toelichting te vermelden. Tevens dient de instelling de bedragen te vermelden van verstrekte leningen, voorschotten en garanties aan (gewezen) bestuurders en (gewezen) toezichthouders. Indien van toepassing vermeldt de organisatie de nog openstaande bedragen, de rentevoet, de belangrijkste overige bepalingen, en de aflossingen gedurende het boekjaar. Informatie over bovenstaande bezoldiging hoeft niet te worden vermeld als het bedrag tot een enkele natuurlijke persoon kan worden herleid. De instelling vermeldt de gegevens over de bezoldiging en dergelijke van (gewezen) bestuurders en van (gewezen) toezichthouders in overeenstemming met paragraaf 6 Bezoldiging van bestuurders en commissarissen van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen. Met bestuurders wordt gedoeld op de personen die deel uitmaken van het bestuur, dus van het statutaire bestuursorgaan (zie artikel 2:44 lid 1 en artikel 2:291 lid 1 BW). Voorts worden hieronder begrepen degenen die bij de statuten algemene bevoegdheden hebben verkregen of aangemerkt kunnen worden als feitelijk leidinggevende (bijvoorbeeld de titulaire directeur die geen statutaire bestuurder is). Als toezichthouders gelden in dit kader de personen die krachtens de statuten met het toezicht op de bestuurders zijn belast. Indien de instelling de financiële gegevens van andere rechtspersonen of vennootschappen consolideert, worden de bedragen die ten laste van deze rechtspersonen of vennootschappen zijn gekomen in de opgave begrepen. Naast het hiervoor in deze alinea vermelde gelden voor de instelling, voor zover van toepassing, de toelichtingsvereisten van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector. In paragraaf 7 van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen zijn deze toelichtingsvereisten nader uiteengezet. Voor de instelling die onder het toepassingsgebied van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector valt, is deze paragraaf van overeenkomstige toepassing.
655
Zorginstellingen
Personeelsbeloningen 411 De zorginstelling vermeldt de gegevens over de bezoldiging en dergelijke van (gewezen) bestuurders en van (gewezen) toezichthouders in overeenstemming met artikel 2:383 BW en paragraaf 6 Bezoldiging van bestuurders en commissarissen van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen. Naast de vereisten van artikel 2:383 BW gelden voor de zorginstelling de toelichtingsvereisten van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector. In paragraaf 7 van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen zijn deze toelichtingsvereisten nader uiteengezet. Deze paragraaf is van overeenkomstige toepassing.
5
Commentaarperiode tot en met 15 mei 2013
660
Onderwijsinstellingen
Personeelsbeloningen 305 De onderwijsinstelling vermeldt de gegevens over de bezoldiging en dergelijke van (gewezen) bestuurders en van (gewezen) toezichthouders in overeenstemming met artikel 2:383 BW en paragraaf 6 Bezoldiging van bestuurders en commissarissen van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen. Naast deze vereisten gelden voor de onderwijsinstelling de toelichtingsvereisten van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector. In paragraaf 7 van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen zijn deze toelichtingsvereisten nader uiteengezet. Deze paragraaf is van overeenkomstige toepassing. 306
(vervallen)
Bijlage
Modellen voor de balans, staat van baten en lasten, kasstroomoverzicht en toelichting
Model F ‘Vermelding op basis van de WOPT’ in de bijlage van hoofdstuk 660 Onderwijsinstellingen wordt ingetrokken.
940
Begrippen
Topfunctionaris
C1
Artikel 1.1 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector: De leden van de hoogste uitvoerende en toezichthoudende organen van een rechtspersoon alsmede de hoogste onderschikte of de leden van de groep hoogste onderschikten aan dat orgaan en degene of degenen belast met de dagelijkse leiding.
Kleine organisaties-zonder-winststreven
Personeelsbeloningen 412 Het verdient aanbeveling dat de kleine Organisatie-zonder-winststreven de bezoldiging met inbegrip van de pensioenlasten van de bestuurders, gewezen bestuurders, toezichthouders en gewezen toezichthouders per categorie in de toelichting vermeldt. Informatie over de bezoldiging hoeft niet te worden vermeld als het bedrag tot een enkele natuurlijke persoon kan worden herleid. De bedragen van verstrekte leningen, voorschotten en garanties aan deze categorieën van personen worden in de toelichting vermeld. Naast deze bepalingen gelden voor de kleine Organisatie-zonder-winstreven, voor zover van toepassing, de toelichtingsvereisten van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector.
6