Nooit de vuile was buiten hangen en dus niet praten over het geweld dat je wordt aangedaan. Schaamte omdat je zichtbaar mishandeld bent. Vrijwel iedereen is opgevoed met taboes die verhinderen dat vrouwen - die in huiselijke kring mishandeld worden - tijdig stappen durven ondernemen om daar een eind aan te maken. Vanwege die taboes zullen vrouwen – ook in hun directe omgeving – huiselijke geweld niet ter sprake brengen. Gevolg is dat veel vrouwen en hun kinderen, die lijden onder huiselijk geweld, in een volstrekt geïsoleerde positie binnen onze samenleving verkeren. De enige manier om deze situatie te doorbreken is door vanuit de basis de bewustwording rond huiselijk geweld op gang te brengen en vrouwen informatie en handvatten te bieden om verandering in hun situatie te brengen. Een eerste stap is dat de organisaties – waar zmvvrouwen deel van uit maken - zich methoden eigen maken, waardoor zij de signalen rond verschillende vormen van huiselijk geweld kunnen herkennen en weten hoe zij binnen hun eigen achterban huiselijk geweld bespreekbaar kunnen maken. De tweede stap is om samen met de achterban beleid te ontwikkelen om huiselijk geweld te voorkomen en te bestrijden. Van groot belang hierbij is om een voldoende veilige omgeving te bieden van waaruit vrouwen daadwerkelijk stappen kunnen en willen ondernemen om hun eigen situatie te veranderen. In 2001 werd door Tiye International binnen het Project ‘Breaking Through’ samengewerkt met ProJob en diverse organisaties uit Engeland, Ierland en Griekenland. Voor de uitvoering van dit project werd subsidie verkregen van de Europese Commissie in het kader van het Daphne programma.
Doel van het project ‘Breaking Through’ was om instrumenten te ontwikkelen om de stilte rond huiselijk geweld, te doorbreken. De resultaten van dit project werden tijdens een Europees Seminar op 22 november 2001 in Amsterdam gepresenteerd. Concrete producten zijn onder meer: * het trainingsprogramma ‘BreakThrough’ voor zwarte, migranten en vluchtelingenvrouwen. Dit trainingsprogramma beoogt organisaties de deskundigheid en de methoden te bieden voor bewustwording, signalering, preventie en bestrijding van huiselijk geweld; * het kader voor een handleiding voor betreffende organisaties om hier daadwerkelijk mee aan de slag te gaan; * een mobiele tentoonstelling, waarmee de bewustwording bij zowel organisaties als individuele vrouwen op gang kan worden gebracht. In 2002 volgde een bewerking van de handleiding in het Nederlands. Een groep zmv-vrouwen volgde een intensieve training om binnen organisaties zelfhulpgroepen ‘voorkomen huiselijk geweld’ op te zetten. In deze ‘Tiye Newsletter Special’ informatie over de resultaten en over de activiteiten van andere organisaties en de overheid om huiselijk geweld een halt toe te roepen en een verslag van de slotconferentie ‘Violence Alert’ op 26 november 2002. Rita Naloop, voorzitter Tiye International Ongeveer 200.000 vrouwen in Nederland hebben in huiselijk sfeer te maken met geweld, 50.000 vrouwen worden regelmatig mishandeld. Jaarlijks overlijden vijftig tot zeventig vrouwen aan de gevolgen daarvan.
Stichting Anu,
centrum vrouwenzelfhulp
Boven Vredenburg 65 3511 CW Utrecht T/F: 030 2382547 E:
[email protected] www.tiye-international.org
COLOFON Eindredactie: Rita Naloop Marianne Dauvellier Bijdragen: Marianne Cense Hellen Felter Hans Janssen Ann Mannen Yvonne Saro Audrey Vreugd Het project ‘Violence Alert’ is mede mogelijk gemaakt door subsidie van het Ministerie van Justitie
www.huiselijkgeweld.nl Het Ministerie van Justitie startte eind 2000 met het project ‘Voorkomen en bestrijden huiselijk geweld’, een project waarin vele bij de betrokken organisaties problematiek samenwerken. Doelstelling is: “Een efficiënte aanpak van huiselijk geweld in onze Nederlandse, multiculturele samen-leving te bevorderen.” Op de website van dit project www.huiselijkgeweld.nl is veel actuele informatie te vinden.
De Stichting Anu, landelijk centrum voor is een kritische vrouwenzelfhulp) patiënten/consumentenbeweging waarin een vijftal organisaties zijn gebundeld tot een slagvaardig expertisecentrum. Zelfhulp is het zelf oplossen van ervaren problemen. Vrouwenzelfhulp is een benaderingswijze die berust op de visie dat de invloed van maatschappelijke en geestelijke gezondheid bij het zorgverleningsproces moet worden betrokken. De kern van vrouwenzelfhulp is: systematische ontwikkeling en inzet van op sekseervaringsdeskundigheid specifieke thema’s. Vrouwen die een bepaalde problematiek aan den lijve ondervonden hebben en hun ervaringen een plaats hebben kunnen geven in hun leven, adviseren en begeleiden andere vrouwen bij het omgaan met hun problemen. Vrouwen, die bellen naar de hulptelefoons van de Vrouwenzelfhulp of die deel uitmaken van een zelfhulpgroep, maken ervaren geweld bespreekbaar. Naar aanleiding van deze confrontatie met vormen van geweld zijn er in samenmet TransAct trainingen werking georganiseerd en richtlijnen ontwikkeld voor de organisaties in de vrouwenzelfhulp hoe om te gaan met vormen van geweld tegen vrouwen. Medewerksters in de vrouwenzelfhulporganisaties zijn in staat geweld te signaleren, dit te bespreken en samen met de betrokkene te zoeken naar een goede doorverwijzing. De Stichting Vrouwenzelfhulp ondersteunt, adviseert en schoolt zelfhulpgroepen rond allerlei problematieken. De Stichting Vrouwenzelfhulp is dan ook bereid in de toekomst de vrouwen die zijn betrokken bij het project Violence Alert te ondersteunen bij het verspreiden van het scholingsmateriaal en de werkwijze. Yvonne Saro,
directeur Stichting Vrouwenzelfhulp
Foto: Roger Alwart uit: Molbiele Tentoonstelling ‘Violence Alert’
2
Meer informatie: Stichting Vrouwenzelfhulp Nieuwegracht 24 a, 3512 LR Utrecht T: 030 2368262 F: 030 2368242
TIYE INTERNATIONAL Boven Vredenburg 65 3511 GW Utrecht T: 030 2382547 E
[email protected]
Misschien wel de meest cruciale consequentie van geweld tegen vrouwen en meisjes is dat de fundamentele mensenrechten van vrouwen en meisjes worden geschonden. Internationale instrumenten betreffende de rechten van de mens - zoals de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens uit 1948, het Verdrag inzake Uitbanning van Alle Vormen van Discriminatie van Vrouwen uit 1979, het Verdrag inzake de Rechten van het Kind uit 1989 en het Internationaal Verdrag inzake de Uitbanning van Alle Vormen van Rassendiscriminatie uit 1965, bevestigen de fundamentele rechten en vrijheid van ieder mens.
De methode ‘BreakThrough’ Huiselijk geweld – een vorm van geweld die zich binnen de intieme kring van familie, vrienden en bekenden afspeelt – lijkt een hedendaags thema. Dat is het niet. Huiselijk geweld bestaat al heel lang, maar was tot voor kort onzichtbaar. Pas zeer recent kreeg het de aandacht van publiek, overheid, politie, justitie, onderwijs- en gezondheidszorg. Door verschillende oorzaken lopen zwarte en migrantenvrouwen extra risico’s. De methode ‘BreakThrough’ is ontwikkeld om voor vrouwen uit alle etnische groepen met verschillende culturele en religieuze achtergronden, het recht op een veilig huis voor iedereen bespreekbaar te maken. De methode wil daarmee een bijdrage leveren aan het omvormen van op macht gebaseerde familierelaties tot familierelaties gebaseerd op dialoog en gelijkheid. Train de Trainers Tiye International organiseerde een trainde-trainings traject voor zmv-vrouwen, die steungroepen en cursussen voor de achterban van hun organisaties willen opzetten, waarbij zij ervaring op konden doen met de instrumenten van de methode ‘BreakThrough’. De vrouwen die deelnamen aan de training, kregen als opdracht mee om met z’n tweeën vanuit hun eigen organisaties een eerste bijeenkomst te houden. Impressies uit de cursussen In Rotterdam gaf de Filippijnse vrouwengroep een cursus in drie talen: Nederlands, Engels en Tagalog (dit is de taal uit de regio Manilla). Tijdens de cursus kwam het gevoel van bondgenootschap tussen de vrouwen
sterk naar voren. Geweld kenbaar maken is voor Filippijnse vrouwen heel moeilijk. Voor de rijkere vrouwen is de schaamte nog groter omdat zij hun status en prestige verliezen. De cursus sloot zeer goed aan bij de Filippijnse cultuur en de vrouwen wilden allemaal een vervolg. Het Dirty-Laundry instrument sprak erg aan, Dirty Laundry
Opdracht is om zonder woorden ‘Domestic Violence’ of ‘Thuisgeweld’ te definiëren. De deelnemers kunnen een kleur kiezen of een symbool en dit tekenen op een laken of een t-shirt (de vuile was). Tijdens de uitwisseling na deze opdracht kwam in de train-detrainerssessie ondermeer naar voren dat vrouwen sneller aan een vriendin dan aan een hulpverlener hun verhaal vertellen. Wat kun je als vriendin bieden aan iemand die met geweld thuis te maken heeft? In hoeverre moet degene die onderdrukt wordt liefde en geborgenheid blijven geven? Er lijkt geen ander alternatief dan die persoon te blijven steunen en in elk geval je nooit af te sluiten. De betreffende vrouw moet weten dat ze gerespecteerd wordt en altijd bij jou terug kan komen. Dit betekent niet dat alles dat er gebeurt met de mantel der liefde wordt bedekt. Laat zien dat je achter de vrouw staat maar dat haar man niet het recht heeft om haar te slaan. Als zij reageert met: “Maar hij houdt van mij” , zeg dan dat dit geen liefde is en dat het geweld niet door mag gaan.
Tiye International Newsletter Violence Alert Special
3
De cursus die de Afrikaanse groep vrouwen in Ede organiseerde was ook drietalig: Frans, Somalisch en Nederlands. Gestart werd met twaalf vrouwen en twee trainsters. Twee vrouwen gingen weg, juist op het moment dat de sfeer veilig was en iedereen open stond om naar elkaar te luisteren en te praten over huiselijk geweld. “Hoe herkennen we het geweld achter de voordeur?” Natuurlijk kwam hier ook vrouwenbesnijdenis als een vorm van geweld tegen vrouwen ter discussie. Hoe maak je dit thema breed bespreekbaar in onze gemeenschappen? Een suggestie was om oudere (wijze) vrouwen bij de discussie te betrekken. De cursus is goed ontvangen, er was ook veel belangstelling voor de andere onderdelen. Een ‘veilig huis’ is belangrijk. Noodzakelijk is wel dat bij iedere cursus goede kinderopvang is. Molukse vrouwen organiseerden een cursus in Maarssen. Het werd een gemengde groep. Qua gender omdat naast zeven vrouwen ook zes mannen deelnamen. Bovendien waren er twee witte Nederlandse vrouwen die getrouwd waren met Molukse mannen. In de Molukse gemeenschap leeft vaak het ‘KNIL-gevoel’. Dat is geen sfeer waarin een ‘Veilig Huis’ makkelijk bespreekbaar is. Toch ontstond die veilige sfeer nadat eerst samen was gezongen. Creativiteit speelt een heel belangrijke rol tijdens de bijeenkomsten. En spiritualiteit, want dat geeft de kracht om verder te gaan. Een deelneemster merkte op dat er nu eindelijk een thema aangeroerd werd waarop in de gemeenschap altijd een taboe rustte. Ook de pijn kwam naar voren die mensen in situaties als kamp Vught hebben ervaren. De vernederingen. Maar er kon nu wel over gepraat worden. Bij deze groep bleek de ‘Dirty Laundry’ niet echt aan te slaan wel de andere creatieve werkvormen. Aan
4
het eind was de sfeer heel warm en vond iedereen dat de tijd veel te kort was. De groep wil graag vaker bijeenkomen. Deze trainsters organiseren nog een tweede groep in Moordrecht. Chileense vrouwen die van deze training hoorden, bleken ook geïnteresseerd om hiermee aan de slag te gaan.
De Surinaamse trainsters organiseerden in Wageningen een cursus. De acht deelnemende vrouwen kwamen uit Rotterdam, Arnhem, Wageningen en Utrecht. Alle vrouwen waren jonger dan 35 jaar. Omdat de meeste vrouwen hun kleine kinderen meenamen was er kinderopvang. Er werd veel aandacht besteed aan het creëren van vertrouwen in de groep. De ‘Dirty Laundry’ methode bleek een goede start. Daarmee kunnen vrouwen eerst uitbeelden wat ze eigenlijk niet willen zeggen. Na de workshop was er een gezamenlijke maaltijd waarbij ook kinderen en partners konden aanschuiven. Er was bij deze groep veel belangstelling om zelf ook de training te gaan volgen.
TIYE INTERNATIONAL Boven Vredenburg 65 3511 GW Utrecht T: 030 2382547 E
[email protected]
OPROEP ZMV-hulpverleners Tiye International is bezig met het samenstellen van een adressenlijst van zmv-hulpverleners. Deze adressen kunnen de begeleidsters van zelfhulpgroepen gebruiken voor doorverwijzing van vrouwen en kinderen die met huiselijk geweld geconfronteerd worden. Het gaat om adressen uit het hele land. Uw reactie graag naar het nieuwe adres van Tiye International: Boven Vredenburg 65 3511 CW Utrecht T/F: 030 2382547 E:
[email protected]
Conclusies Het thema ‘Veilig Huis’ slaat aan bij de verschillende zmv-vrouwengroepen. Met hier en daar een aanpassing blijkt de methode ‘BreakThrough’ zeer bruikbaar en overdraagbaar voor andere doelgroepen. Over het algemeen komen etnische minderheden niet uit de lange praat-enpapieren cultuur. Dat is iets dat als gemeenschappelijk wordt ervaren. Creativiteit en spiritualiteit vormen een belangrijke ondersteuning bij de training. Het enthousiasme komt ook doordat het accent niet ligt op het op tafel leggen van je privé-zaken maar op het bewust worden van hoe je kunt komen tot een veilige sfeer thuis en op het voorkomen van geweld. Duidelijk is dat er middelen gezocht moeten worden om op wat nu in gang is gezet voort te kunnen bouwen. Zowel voor de groepen die gestart zijn en verder willen als voor nieuwe groepen.
De methode ‘BreakThrough’ is ontwikkeld door Ann Mannen in samenwerking met Helmut Swart. Ann Mannen was ook de coach van het Train-de-Trainers traject in het kader van het project ‘Violence Alert’. Reader en Handleiding ‘BreakThrough’ werden in 2001 in het Engels gepubliceerd. Binnenkort verschijnt ook een Nederlandse vertaling. Voor meer informatie over de trainingen en de handleiding :
www.tiye-international.org
Tiye International Newsletter Violence Alert Special
5
Aanpak Huiselijk Geweld H. Janssen, beleidsmedewerker Ministerie van Justitie
Huiselijk Geweld bespreekbaar maken tijdens Ramadan
Saida El Hantali is de initiatiefneemster van de Stichting Het Spiegelbeeld, een inloophuis voor Marokkaanse meisjes in Amsterdam-Oost. Zij ontving dit jaar de Joke Smit Emancipatieprijs. Saida El Hantali deed begin november een oproep om huiselijk geweld tijdens de ramadan bespreekbaar te maken. In een interview in de Volkskrant* noemt zij de ramadan de beste periode om het taboe op dergelijke onderwerpen te doorbreken. 'Het is een tijd van bezinning, verzoening en solidariteit met de zwakkeren in de samenleving', aldus El Hantali. Bij Het Spiegelbeeld kloppen veel moslimmeisjes en -vrouwen aan die zijn misbruikt, mishandeld of beide. 'Solidariteit met de zwakkeren in de samenleving zou verder moeten gaan dan het uitdelen van gratis maaltijden in de moskeeën tijdens de ramadan', vindt El Hantali. Met het huidige taboe op seksueel misbruik en vrouwenmishandeling, zwijgt de Marokkaanse gemeenschap 'haar eigen verloren dochters en zonen dood'. El Hantali roept de imams op de thema's te behandelen. Vice-voorzitter Driss Boujjoufi van de koepel van Marokkaanse moskeeën UMMON, steunt de oproep van Het Spiegelbeeld. *Volkskrant 6 november 2002, Janny Groen
6
In april 2002 werd de nota “Privé Geweld – Publieke Zaak” naar de Tweede Kamer gestuurd: een nota vol voornemens om de aanpak van huiselijk geweld te verbeteren. Verbetering van de samenwerking op lokaal vlak, meer mogelijkheden voor daderbehandeling, verzwaring van de strafrechtelijke aanpak, voorlichting over privacy en beroepsgeheim, meer mogelijkheden voor opleiding en deskundigheidsbevordering van verschillende beroepsgroepen, verbetering van de registratie bij de politie en bij het OM, onderzoek naar huiselijk geweld in zmvkring en de opzet van een publiekscampagne – het zijn slechts enkele krenten uit de pap. De vraag die onmiddellijk opkomt na het lezen van zoveel intenties en plannen: worden al die voornemens nu ook werkelijk uitgevoerd of hebben we misschien te maken met een geval van ‘Haagse bluf’ waarbij op papier mooie dingen worden gezegd die in de praktijk nooit tot uitvoering komen ? Voor na te gaan hoe het staat met realisering van al die voornemens is het misschien goed om even stil te staan bij de opzet van de nota “Privé Geweld Publieke Zaak”. Die nota had een dubbeldoel: aan de ene kant was het een nota met intenties en voornemens voor de toekomst, maar de nota markeerde ook het eind van het project ´Voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld’. Bij dat project waren vele tientallen organisaties en experts betrokken geraakt. Zij hadden gezamenlijk gedurende anderhalf jaar gezocht naar formules en instrumenten voor een effectieve aanpak van huiselijk geweld. Die formules werden vooral gevonden in begrippen als inzicht en deskundigheid, regie en verantwoordelijkheid , samenwerking en afstemming. Iedereen die bij het project betrokken was – politie, OM, de vrouwenopvang, de forensische psychiatrie en vele anderen – werd zich er geleidelijk aan steeds meer van bewust dat het onmogelijk was huiselijk geweld te doen stoppen zonder medewerking van anderen. Iedereen
TIYE INTERNATIONAL Boven Vredenburg 65 3511 GW Utrecht T: 030 2382547 E
[email protected]
realiseerde zich ook dat huiselijk geweld een specifiek probleem is, met specifieke kenmerken en dat de aanpak kennis van zaken en vakkundig optreden vraagt. Er kwamen processen op gang: lokale samenwerkingsprojecten gingen starten, landelijke organisaties begonnen elkaar te vinden in de samenwerking rond huiselijk geweld, via de site www.huiselijkgeweld.nl ontstond een actieve uitwisseling van informatie, door diverse onderzoeken kwam er meer inzicht in de aard en omvang van huiselijk geweld, diverse ondersteuningsorganisaties en beroepsgroepen startten met deskundigheidsbevordering. Er kwam van alles op gang, er ontstond een beweging. Toen de nota ”Privé Geweld – Publieke Zaak” verscheen, was eigenlijk het allerbelangrijkste: die beweging gaande houden. En liefst versterken. We zijn nu bijna driekwart jaar verder en hoewel sommigen misschien het idee hebben dat het na het verschijnen van de nota nogal stil is geworden, kan ik u melden dat er heel wat gaande is. De verantwoordelijkheid voor het realiseren van de voornemens uit de nota ligt uiteraard niet alleen bij de rijksoverheid, maar ook bij andere overheden en bij de vele organisaties die betrokken zijn bij de preventie en bestrijding van huiselijk geweld. De nota geeft richting, nu is het aan overheden en veld om verantwoordelijkheid te nemen. De rijksoverheid blijft betrokken en neemt verantwoordelijkheid rond een aantal concrete zaken. Een paar voorbeelden: * Er is een interdepartementaal overleg gevormd: diverse departementen en de VNG komen met een zekere regelmaat bijeen om een aantal gezamenlijke thema’s en voornemens te bespreken, zoals de vraag ‘hoe houden we zicht op de aanpak van huiselijk geweld?’ De aanwezigheid van de VNG is hierbij van groot belang vanwege de regierol van gemeenten bij de bestrijding van geweld achter de voordeur. Het interdepartementaal overleg heeft er op aangedrongen om het netwerk van instanties en deskundigen die betrokken waren bij het project ‘Voorkomen en
bestrijden huiselijk geweld’ ook in de toekomst te blijven betrekken bij de ontwikkelingen. Daarom vindt binnenkort een eerste bijeenkomst van het landelijk netwerk huiselijk geweld plaats. * Met de VNG wordt nagegaan hoe gemeenten ondersteund kunnen worden in hun regierol bij de aanpak van huiselijk geweld. Het antwoord op die vraag – en op een aantal andere vragen – hangt af van de beschikbare financiële middelen; wat de korte termijn betreft is daar nog niet voor 100% duidelijkheid over. * Het onderzoek naar aard en omvang van huiselijk geweld in zwv-kring is afgerond wordt (binnenkort) naar de Kamers gestuurd. Het onderzoek zal op korte termijn besproken worden met zmvorganisaties om gezamenlijk na te gaan of en welke specifieke maatregelen gewenst zijn om huiselijk geweld in zmv-kring bespreekbaar te maken en te bestrijden. * In de nota Privé Geweld – Publieke Zaak is aangekondigd dat de IND een dossieronderzoek zal verrichten om na te gaan waarom veel aanvragen voor een zelfstandige verblijfsstatus van slachtoffers van huiselijk geweld niet meteen worden toegekend. Minister Nawijn heeft toegezegd naar aanleiding van dit onderzoek, dat nagenoeg gereed is, een brief aan de Tweede Kamer te sturen over de afhankelijke verblijfsstatus. * Rond uithuisplaatsing van plegers van huiselijk geweld is een onderzoek gaande waarmee wordt nagegaan welke knelpunten politie, OM, rechters, advocaten, vrouwenopvang en hulpverleners ervaren bij crisissituaties rond huiselijk geweld en de uithuisplaatsing van plegers. Dit onderzoek moet met name ook zicht geven op de voorwaarden voor invoering van wet- en regelgeving op dit punt, zoals de benodigde infrastructurele voorzieningen (moet er bijvoorbeeld opvang voor uit huis gezette mannen komen ?). * Er zijn meer onderzoeken in gang gezet: zo wordt in 2003 onder meer een onderzoek uitgevoerd naar de profielen van plegers en slachtoffers van verschillende geweldsdelicten – huiselijk geweld, straatgeweld, seksueel geweld, geweld tegen beroepsgroepen. Dat moet het beter mogelijk maken om in te spelen
Tiye International Newsletter Violence Alert Special
7
op risicofactoren en beschermende factoren bij het ontstaan van geweld. * Samenwerking kan op gespannen voet staan met privacy en beroepsgeheim. Er is door het NIZW, met subsidie van Justitie, een brochure over privacy en beroepsgeheim samengesteld en er zijn enkele regionale bijeenkomsten gehouden waaraan ook de VNG heeft meegewerkt. Binnenkort organiseert het NIZW een bijeenkomst van mensen uit de praktijk en wetgevers, waarin gefocused wordt op de vraag waar exact de knelpunten liggen en of het wenselijk is in de privacywetgeving wijzigingen aan te brengen om samenwerking beter mogelijk te maken. Naast al die nieuwe ontwikkelingen gaan lopende zaken gewoon door: de site wordt door een nog steeds toenemend aantal mensen bezocht, de kwartaalkrant Huiselijkgeweld.nl wordt inmiddels met een oplage van meer dan 6.000 exemplaren verspreid. Een paar voornemens uit de nota zijn nog niet gerealiseerd. Zo is er bijvoorbeeld, vanwege budgettaire redenen, nog geen begin gemaakt met de voorbereiding van een publiekscampagne, hoewel er van verschillende kanten op gewezen is dat een dergelijke campagne van groot belang is – zeker als die op regionale basis wordt uitgevoerd, zodat de regio’s zelf kunnen uitmaken of het hulpapparaat voldoende is toegerust om de hulpvraag aan te kunnen die door zo’n campagne naar boven kan komen. Geen Haagse Bluf Huiselijk geweld stopt uiteraard niet door één kabinetsnota. Daar is meer voor nodig: met name de aandacht en de niet aflatende inzet van velen in de omgeving van slachtoffers, plegers en kinderen die getuigen zijn van het geweld dat zich achter de voordeur afspeelt. Maar een voorwaarde is zeker ook dat we van voornemens en intenties en plannen geen ‘Haagse bluf’ maken. Dat gebeurt nu niet, dat blijkt wel uit de voorbeelden die ik u gaf. Maar het mag ook niet gaan gebeuren. Het is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid om dàt te voorkomen. Hans Janssen
8
Aanpak huiselijk geweld:
Apart of integraal? Marianne Cense, TransAct In de evaluatie van het VWS beleid bestrijding seksueel geweld 1991-1995 staat te lezen: “Zowel uit de inventarisatie als uit de gevoerde gesprekken met velddeskundigen blijkt dat de reguliere hulpverlening onvoldoende toegankelijk is voor slachtoffers van seksueel geweld uit specifieke groepen (met name migranten, lichamelijk gehandicapten en verslaafde vrouwen)”. We zijn inmiddels zeven jaar verder. Er zijn echter signalen dat er nog steeds grote knelpunten liggen op het hulpaanbod. Dit blijkt bijvoorbeeld uit onderzoek dat TransAct deed voor Sociaal Cultureel planbureau. Wat zijn de problemen? Toegankelijkheid - vertrouwen en kennis van Nederlandse hulpverlening - bereikbaarheid en zichtbaarheid hulp - taal - manier van werken die aansluit Kwaliteit - kennis van sociale gevolgen seksueel geweld, opvattingen over aanpak geweld - houding ten aanzien van migranten en vluchtelingen - handelingsverlegenheid - methodieken die aansluiten: systeembenadering, non-verbaal, aandacht sociale netwerk
Wat is nodig? • Toegankelijkheid zorg • Signaalgevoeligheid • Respectvolle, open houding van hulpverlener • Ontwikkeling en implementatie van methodieken die aansluiten • Goede randvoorwaarden: regionale samenwerking, financiering etc. • Registratie, in kader van beleidsontwikkeling Wat blijkt te werken? laagdrempelige tussenvoorzieningen, zoals Vrouwenopvang Amsterdam in de wijken steunpunten huiselijk geweld ontwikkeld heeft, waar veel zmvvrouwen heen gaan
TIYE INTERNATIONAL Boven Vredenburg 65 3511 GW Utrecht T: 030 2382547 E
[email protected]
de signaalgevoeligheid van hulpverleners vergroten bijscholing van hulpverleners in nieuwe methodieken bredere aanpak van interculturalisatie van de instelling zoals altijd……betrokken mensen binnen en buiten de instellingen, bevlogenheid. Richtlijn aanpak: integraal mogelijk, apart waar nodig.
waar
Wat doet TransAct Meenemen van aandacht voor migranten en vluchtelingen in algemene projecten gericht op kwaliteitsverbetering van de zorg, door training, advies, beleidsbeïnvloeding en informatievoorziening; Het project Mozaïek: ontwikkelen van handboek met methodieken gericht op preventie en opvang van zmvvrouwen met seksueel en huiselijk geweldservaringen, in samenwerking met NIGZ en Forum; Onderzoek veiligheid op asielzoekerscentra in samenwerking met. Pharos. Meer informatie: TransAct (Landelijk expertisecentrum seksespecifieke zorg en seksueel geweld) contactpersonen: Marianne Cense en Henna Goeptar, E-mail:
[email protected], tel 030 2326500 NIGZ (Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie) contactpersonen: Tamara Baert en Iris Luijendijk , tel. 0348 437600 FORUM (Instituut voor multiculturele ontwikkeling) contactpersoon: Petra van Mechelen, tel. 030 2974321
Emancipatiemonitor 2002: Geweld tegen vrouwen Gegevens uit verschillende bronnen wijzen uit dat geweld tegen vrouwen nog altijd veelvuldig voorkomt in de Nederlandse samenleving. In hoeverre er in de afgelopen tijd een verandering is geweest in de mate waarin vrouwen het slachtoffer van geweld zijn geworden, is op grond van de gegevens niet met zekerheid te zeggen. Het aantal vrouwen dat zich meldt bij de vrouwenopvang is opnieuw toegenomen. In 2001 waren dit er ruim 32.000 vrouwen (met eventuele kinderen), ruim 5.000 meer dan een jaar daarvoor. De cliënten van de vrouwenopvang zijn in overgrote meerderheid slachtoffer van een of andere vorm van geweld. Dit geldt voor 94% van de cliënten van Blijf-van-m’n-lijfhuizen en iets minder dan 60% van de cliënten van FIOM-huizen en vrouwenopvangcentra. Ongeveer 6 van de 10 cliënten van de vrouwenopvang zijn zmv-vrouwen. In deze monitor is extra aandacht besteed aan het beleid gericht op preventie van geweld en de verbetering van de hulp aan slachtoffers. In 1999 hadden vier van de tien werkgevers geen enkele maatregel getroffen ter preventie van, opvang van en nazorg bij seksuele intimidatie. Bij de politie kende het overgrote deel van de regiokorpsen begin 2001 geen protocol of gestructureerde aanpak van huiselijk geweld. Meer dan een derde van de instellingen voor de geestelijke gezondheidszorg had in 2002 geen kwaliteitsbeleid dat specifiek gericht is op hulp na seksueel geweld. Persbericht SCP, november 2002
Het recht op bescherming van de onaantastbaarheid van het menselijk lichaam van het slachtoffer en het recht van de dader op respect voor zijn woning kunnen beide afgeleid worden uit artikel 8 lid 1 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM). Uit de rechtspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens volgde dat indien een vrouw aannemelijk weet te maken dat zij het reële en onmiddellijke risico loopt mishandeld te worden door haar partner, zij in beginsel recht heeft op bescherming door de staat.
Tiye International Newsletter Violence Alert Special
9
Conferentie ‘Violence Alert’ “De eerste stap hebben wij als Tiye nu gezet. De tweede stap is dat we samen met de achterban hier verder aan werken in follow-up activiteiten (waarvoor Tiye de faciliteiten hoop te krijgen). Derde stap is het op nationaal niveau komen tot samenhangend beleid om vrouwen en kinderen tegen geweld te beschermen. Zowel binnen het gezin, op de werkplek als in het sociale leven.” Hiermee besloot Rita Naloop, voorzitter van Tiye International de presentatie van de resultaten van het project Violence Alert tijdens een conferentie op 26 november in zalencentrum Vredenburg 19 te Utrecht. Voorafgaand daaraan lichtte Rita Naloop toe dat het project in 2000 is ontstaan als een Europees project ‘Breaking Through’. Doel was het ontwikkelen van een methode om alle (culturele) taboes rond het bespreekbaar maken van huiselijk geweld te doorbreken. Ann Mannen en Helmut Swart schreven de trainershandleiding naar aanleiding van de ontwikkelde methodiek in het project ‘Breaking Through’. In 2002 organiseerde Tiye International voor vrouwen uit de aangesloten organisaties een training om steungroepen rond huiselijk geweld op te zetten en te begeleiden. Twaalf vrouwen uit verschillende organisatie (met Molukse, Surinaamse, Filipijnse, Kongolese en Somalische achtergrond) namen deel aan de training. In koppels van twee hielden zij voor vrouwen (en soms ook mannen) uit hun eigen organisaties bijeenkomsten om huiselijk geweld in eigen achterban bespreekbaar te maken. Rita Naloop noemde drie belangrijke punten die tijdens de training en de bijeenkomsten naar voren kwamen: 1. de angst die wij als vrouwen hebben om de ‘vuile was’ buiten te hangen en de schaamte en taboes die eigenlijk vanuit iedere culturele achtergrond en voor vrouwen ongeacht opleidingsniveaus, sociale positie of leeftijd gelden. 2. het feit dat vrouwen die geconfronteerd worden met huiselijk geweld in een geïsoleerde positie raken. Vrouwen hebben een luisterend oor in een vertrouwde omgeving nodig om zich te kunnen uiten. Daarvoor zijn bewustwording en empowerment nodig.
10
3. belangrijk is te herkennen dat in geen enkele traditie geweld tegen vrouwen en kinderen past of mag. Er moet een proces in gang gezet worden om dat bespreekbaar te maken. Ann Mannen, één van de auteurs van de handleiding en degene die het train-detrainerstraject begeleidde, gaf vervolgens in haar inleiding de achtergrond en inhoud van de training aan. “Thuisgeweld is een thema dat ons allemaal raak, witte, zwarte, migranten en vluchtelingenvrouwen. Alleen praten we er niet over. Er is mondiaal een cultuur van taboe op dit onderwerp, dat moet losgekoppeld worden van alleen zmv-vrouwen. Bij het tegengaan van thuisgeweld hebben we alle actoren nodig. Politie, justitie, onderwijs, politiek, ambtenaren van gemeentes en de hulpverlening. Als NGO’s zijn wij mede hun opdrachtgevers. Maar wij kunnen ook iets aan primaire preventie doen. Die preventie stopt waar de hulpverlening begint.” “Voor ons gaat het om de factoren die thuisgeweld veroorzaken, maar ook om empowerment. Je moet kunnen zeggen: ‘Tot hier toe en niet verder’. Wat kunnen wij doen en hoe kunnen wij anderen helpen zodat zij zich waardiger voelen. Niet alleen vrouwen, ook kinderen. Kinderen kunnen ook dader of slachtoffer zijn van huiselijk geweld.” Ann Mannen citeerde uit een gedicht van Kahlil Gibran: “Je kinderen zijn je kinderen niet. Zij zijn de zonen en dochters van ’s levens hunkering naar zichzelf. Zij komen door je, maar zijn niet van je, en hoewel ze bij je zijn, behoren ze je niet toe.“ “Wij moeten ook veel aandacht aan de kinderen geven. We moeten de spiraal van geweld doorbreken.” Ann Mannen schetste vervolgens kort de inhoud van het train-de-trainers traject. “Wij hebben ons bezig gehouden met alle factoren die een bijdrage leveren aan een geweldloze samenleving, zoals: - stimuleren economische zelfstandigheid van vrouwen; - leren omgaan met conflicten; - doorbreken van de mannelijke dominantie; - realiseren van non discriminatie Bijdragen aan veilige huizen zijn: een einde maken aan de onmacht van vrouwen buitenshuis (zowel economisch als politiek);
TIYE INTERNATIONAL Boven Vredenburg 65 3511 GW Utrecht T: 030 2382547 E
[email protected]
een actieve bemoeienis van de gemeenschap en waardigheid en wederzijds respect voor verschillen in denken en voelen. De handleiding voor de trainers bestaat uit vier delen: 1. Achtergronden 2. Reader met informatie over thuisgeweld, oorzaken, preventie en juridische aspecten met aandacht voor religie en geweldloze communicatie 3. Richtlijnen voor de trainers 4. Zeven modulen voor de training: - bewustwording - patronen van huiselijk geweld - socialisatie - empowerment - conflicthantering - geweldloze communicatie - mensenrechten “De methodiek bevat veel creatieve onderdelen, we hebben gezongen, getekend, gedanst en samen gegeten. In juni 2002 zijn we begonnen met de eerste training en sindsdien zijn al 55 vrouwen bereikt tijdens diverse bijeenkomsten. ‘Zelfhulpgroepen’ is voor deze bijeenkomsten geen goed woord, dat verwijst immers naar problemen die mensen hebben. Het gaat om steungroepen, om solidariteit en social empowerment.” Twee van de trainsters, Barbara Esseboom en Virgie Tonogan presenteerden vervolgens enkele onderdelen van de training. De ‘Dirty Laundry’ methode: de doeken waarop deelneemsters aan de steungroepen hun tekening of symbool van een veilig of onveilig huis hebben gezet zijn in de zaal opgehangen. Barbara Esseboom licht toe dat door deze methode juist dingen die je normaal niet in een discussie naar voren brengt toch naar boven komen. Belangrijk is wel dat er eerst een sfeer van veiligheid in de groep gecreëerd is. Een tweede onderdeel van de training ‘Mythen en feiten’ wordt samen met de deelneemsters aan de conferentie uitgevoerd. Virgie Tonagan benadrukt dat het door deze methodiek mogelijk is om het onderwerp positief over te brengen naar een groep. “De bewustwording is ontzettend belangrijk en dat je er over mag praten. Veel Filippijnse vrouwen hebben vroeger vanuit de opvatting van de rooms-katholieke kerk geleerd dat ze onderdanig horen te zijn aan de man en geweld maar moeten accepteren. Door de training is er meer begrip waarom dit zo is en kunnen vrouwen ook hun gevoelens beter uiten. Het is een grote stap.” Tijdens de trainingen zijn onder meer de volgende knelpunten gesignaleerd:
- de drempel voor vrouwen om aangifte te doen is ontzettend hoog; -de afhankelijke verblijfstatus vormt ook een drempel. Veel vrouwen weten niet dat ze als slachtoffer van geweld recht hebben op bescherming; -als er wel aangifte wordt gedaan is de opvang door de politie vaak niet adekwaat: “Mevrouw doet u maar liever geen aangifte.” Vanuit de zaal wordt door een politiemedewerkster aangegeven dat er bij veel politiekcorpsen al veel is veranderd. Na deze presentatie volgde een paneldiscussie onder leiding van dagvoorzitter Rietje Kok (directeur Vrouwenopvang Groningen) waaraan deelnamen: Yvonne Saro (directeur van de Federatie Vrouwenzelfhulp en GroenLinks gemeenteraadslid in Amersfoort), Marianne Cense (beleidsmedewerkster Transact) Hans Jansen, (Ministerie van Justitie) en Philo Weijenborg (CDA vrouwenberaad). De inleidingen van de panelleden zijn elders in deze nieuwsbrief weergegeven. Vastgesteld werd dat er geen enkele vorm van geweld of criminaliteit is die zoveel slachtoffers kent als huiselijk geweld. Toch staat dit onderwerp nog maar net op de politieke agenda. Er ligt nu ook een nota ‘Privé geweld, publieke zaak’, die in december 2002 tijdens een Algemeen Overleg wordt behandeld. Naar verwachting zal dan ook het onderzoek naar huiselijk geweld in zmv-gezinnen openbaar worden. De panelleden zijn het erover eens dat de voornemens in de nota op zich positief zijn. Met name de voornemens ten aanzien van betere afstemming tussen verschillende actoren. Vraag is wel wat hier in de praktijk van gerealiseerd zal worden. Hierbij speelt ook de relatie tot de nieuwe privacy-wetgeving een rol. In de nota komt de positie van zmvvrouwen nauwelijks aan de orde. Volgens Marianne Cense moet er zoveel mogelijk geintegreerd beleid worden opgezet en waar nodig specifiek beleid. Dat geldt niet alleen voor witte en zmv-vrouwen maar ook voor verschillende regio’s. In Friesland ligt het anders dan bijvoorbeeld in de Randstad. Transact is bezig om methodieken die goed werken te verzamelen in een handboek. Het idee van steungroepen is nieuw voor Nederland. Philo Weijenborg geeft aan dat het CDAV drie punten van belang vindt: 1. in een nieuwe grondwet wijziging dat vrouwen en mannen gelijk gehandeld worden (omdat de omstandigheden niet gelijk zijn); 2. gender mainstreaming op alle tereinen;
Tiye International Newsletter Violence Alert Special
11
3. haast maken met bestrijding van vrouwenhandel. Hans Jansen licht toe dat er rond uitzetting en uithuisplaatsing zoals aangekondigd door Minister Nawijn nog veel (juridische) haken en ogen zitten. Uithuisplaatsing van de dader komt binnenkort aan de orde in de Tweede Kamer in relatie tot de rechtspositie van het slachtoffer. Vanuit de zaal wordt opgemerkt dat deze plannen wel heel sterk beïnvloed zijn door ‘11 september’. Vanuit Den Haag wordt ineens gedaan alsof huiselijk geweld een zmvprobleem is, terwijl het bij alle bevolkingsgroepen in even sterke mate voor komt. Yvonne Saro benadrukt dat politieke partijen – ook lokaal – best meer initiatief kunnen tonen. Landelijk en plaatselijk moet huiselijk geweld hoog op de agenda. Een gemeente moet daar ook geld voor uittrekken. Van groot belang is dat groepen die iets willen ondernemen daar ondersteuning bij krijgen. Voorlichtingscampagne “Moet er een voorlichtingscampagne als vervolg op de campagne tegen zinloos geweld komen ?”, vraagt Rietje Kok. Volgens Marianne Cense moet zo’n campagne zowel voorlichting over huiselijk geweld als over wat mensen kunnen doen inhouden. “Als je bij je buren klappen hoort vallen, wat doe je dan? Er moeten ook folders komen voor intermediairen (huisartsen, politie etc).” Hans Jansen vraagt zich af wat je oproept met zo’n campagne. Niemand kan het alleen oplossen en je weet niet of je de hulpvragen die je losmaakt ook kunt beantwoorden (als de hulpverlening daar niet op toegerust is). Alle panelleden zijn het erover eens dat opvang en hulpverlening op dit moment lang niet toereikend zijn om alle vrouwen en kinderen die slachtoffer zijn van huiselijk geweld te ondersteunen.
Aanbevelingen n.a.v de Conferentie 1. Vrouwen die slachtoffer zijn van huiselijk geweld dienen recht te hebben op een zelfstandige verblijfsvergunning; 2. Bij al het onderzoek naar huiselijk geweld en het formuleren van beleid ter bestrijding en voorkoming van huiselijk geweld moeten zmvvrouwen betrokken worden; 3. Er moeten maatregelen worden genomen waardoor in plaats van slachtoffers de daders van huiselijk geweld uit huis geplaatst worden;
landelijk als lokaal ondersteund worden. Dit geldt in het bijzonder voor het oprichting van steungroepen (of andere initiatieven) van zwarte, migranten en/of vluchtelingenvrouwen; 5. Alle actoren en instellingen die betrokken zijn bij bestrijding van huiselijk geweld (politie, justitie, hulpverlening) moeten getraind worden ten aanzien van de methodieken die gezien de regionale of etnische achtergrond van slachtoffers effectief blijken. 6. De methodiek ‘Break Through’ is overdraagbaar naar groepen met zeer diverse achtergrond (witte, zwarte, migranten en vluchtelingenvrouwen) en blijkt een effectief voor bewustwording, bespreekbaarheid, zichtbaarheid en empowerment ten aanzien van huiselijk geweld. Belangrijk is dat de trainsterspool uitgebreid wordt ten gunste van zoveel mogelijk groepen binnen de samenleving. De conferentie ‘Violence Alert’ werd afgesloten met een indrukwekkend optreden van het Molukse koor onder leiding van Magdalena Pattianakotta.
Tiye International is een samenwerkingsverband van 21 landelijke organisaties van zwarte, migranten en vluchtelingen (zmv) vrouwen dat in 1994 werd geformaliseerd bij de Kamer van Koophandel en geregistreerd onder nummer S186.653. Tiye heeft sinds 1998 consultatieve status bij de Economische Sociale Raad (ECOSOC) van de Verenigde Naties. Doelstelling van Tiye International is: 1. Bevorderen van gelijke en reële kansen voor de effectieve participatie voor zwarte en migranten vrouwen in alle sferen van het leven met name in de economische-, sociale-, juridische- en politieke besluitvorming. 2. Het bevorderen van solidariteit tussen vrouwen en mannen wereldwijd. 3. Het verbeteren en vergroten van effectieve deelname van zmvvrouwen aan maatschappelijke participatie, zodat vrouwen en mannen samen kunnen werken aan gelijkwaardigheid, ontwikkeling en vrede. 4. Het bestrijden van racisme en alle andere vormen van discriminatie voor het voorzien van toegang tot werkgelegenheid, geschikte arbeidsvoorwaarden en controle over economische hulpmiddelen. Het bestrijden van sociaal economische uitsluiting van zmv- vrouwen. 5. Het bevorderen van gezamenlijke acties op landelijk, Europees en internationaal niveau, zonder de diversiteit tussen vrouwen, gebaseerd op hun economisch en politiek milieu, ras, leeftijd en religie, te ontkennen. 6. Het bevorderen van de interactie tussen vrouwen uit het Zuiden die in het Noorden wonen en vrouwen in het Zuiden.
4. Groepen en netwerken die initiatieven rond bewustwording en preventie van huiselijk geweld ontwikkelen moeten daarbij zowel
12
TIYE INTERNATIONAL Boven Vredenburg 65 3511 GW Utrecht T: 030 2382547 E
[email protected]