Respiratoir Syncytieel Virus bij kinderen
Inleiding Bij uw kind is de diagnose Respiratoir Syncytieel (RS) virus gesteld. Het RS virus is een verwekker van luchtweginfecties bij kinderen. Vóór het derde levensjaar hebben de meeste kinderen een eerste infectie met dit virus doorgemaakt. De infectie treedt meestal op tussen oktober en april, in jaarlijks terugkerende epidemieën. Bij oudere kinderen en volwassenen veroorzaakt het RS virus niet meer dan een flinke verkoudheid of hooguit een griepje. Bij zuigelingen, bejaarden en patiënten uit bepaalde risicogroepen (bijvoorbeeld als sprake is van de taaislijmziekte of van een aangeboren hartafwijking) kan het virus een ontsteking van de fijnere luchtpijpvertakkingen in de longen (ook wel genoemd bronchiolitis) en zelfs een longontsteking veroorzaken. Oorzaak Het RS virus is een heel besmettelijk virus dat doorgaans via ‘aanhoesten’ en via de handen wordt overgebracht. Als een groter kind of een volwassene het RS virus heeft, kom je daar meestal niet achter. Want zoals beschreven, merken deze mensen zelf niet zo veel van dit virus. Is er dan in de omgeving een klein kind, dan kan deze er vervolgens wel flink ziek van worden. Dit kun je niet voorkomen, want je weet niet dat er een RS virus in de omgeving is! Wanneer dan bij het kind het RS virus wordt geconstateerd, kun je achteraf zeggen dat bijvoorbeeld broertje, zusje, vader of moeder het RS virus heeft gehad. De medisch specialist heeft besloten uw zoon/dochter die met het RS virus is besmet, op te nemen op de kinderafdeling. Op deze afdeling wordt uw kind in verband met het besmettingsgevaar geïsoleerd verpleegd. Dat wil zeggen dat het alleen in een speciale kamer komt te liggen. Er geldt ook een andere bezoekregeling: de verpleegkundigen kunnen u hierover informeren. Verpleegkundigen en artsen treffen voorzorgsmaatregelen, zoals een mondmasker voor en een schort aan. Dit is om te voorkomen dat andere kinderen op de afdeling ook het RS virus krijgen. Zij zijn al ziek en hebben dus minder weerstand; daardoor zijn zij nog vatbaarder voor dit virus. 2
Verschijnselen In het begin is er sprake van een ‘normale’ verkoudheid: snotneus, hoesten en weinig of geen koorts. Vervolgens kan het beeld overgaan in meer hoesten en kortademigheid: een snelle ademhaling en eventueel ‘piepen’ bij het ademhalen. Vaak heeft uw kind een bleke gelaatskleur en soms wat blauwe lipjes. Er ontstaan dan ook problemen met drinken: uw kind is te moe en te benauwd om zelf het flesje leeg te drinken. Daarnaast moet uw kind na de fles vaak veel hoesten, waardoor er gemakkelijk gebraakt wordt. Dit is vaak het stadium waarop een ziekenhuisopname nodig is. Bij zuigelingen in de eerste levensmaand en bij te vroeg geborenen heeft het ziektebeeld vaak een ander verloop. Niet de specifieke luchtwegproblemen staan op de voorgrond, maar meer algemene symptomen van ziek zijn zoals slecht drinken. Onderzoek Er zijn verschillende manieren om na te gaan of bij uw kind sprake is van het RS virus: • RS-sneltest Er wordt een beetje slijm uit de neus gezogen. Dit slijm wordt op het laboratorium onderzocht om aan te tonen of het RS virus aanwezig is of niet. • bloedonderzoek Er wordt bloed geprikt om te kijken of er ontstekingsreacties te zien zijn en of er uitdrogingsverschijnselen zijn. • longfoto Soms wordt een foto van de longen gemaakt om te kijken of er een longontsteking te zien is. Behandeling Het RS virus is een infectie, waarvoor in principe geen echt medicijn bestaat. Bij het RS virus richt de behandeling van uw kind zich op het behandelen van de verschijnselen: • als uw kind erg benauwd is, wordt het aan de monitor gelegd om hartslag en zuurstofgehalte in het bloed continue te meten. Als het zuurstofgehalte te laag is, krijgt uw kind extra zuurstof met een kapje of een brilletje op de neus; • omdat het drinken meestal niet goed meer gaat, krijgt uw zoon/ dochter een infuus. In principe kan dan alle vocht via het infuus gegeven worden; soms drinkt uw kind nog een 3
gedeelte zelf. Als uw kind niet braakt, wordt ook nog wel eens geprobeerd de voeding via een sonde in de neus (slangetje naar de maag) te geven; dan kun je eventueel een infuus voorkomen; • om de neus open te houden en de ademhaling gemakkelijker te maken, wordt de neus regelmatig gedruppeld met zoutdruppels. Tegen het ‘piepen’ bij de ademhaling krijgt uw kind medicatie in de vorm van een spray, maar dit helpt niet altijd. Dit is in het algemeen het behandelplan voor een kind dat is opgenomen met het RS virus. Afhankelijk van de toestand van uw kind worden er eventueel nog andere onderzoeken gedaan of worden andere medicijnen gegeven. Soms wordt er antibiotica gegeven: dit heeft geen effect op het RS virus zelf, maar wordt dan gegeven tegen bijvoorbeeld een longontsteking. Het hangt van het verloop van de behandeling af hoelang uw zoon/dochter op de kinderafdeling blijft.
4
Tot slot Het RS virus kan een vrij ernstig verloop hebben, soms is het nodig om kinderen tijdelijk te beademen omdat ze uitgeput zijn en steeds meer moeite krijgen met ademhalen. Hiervoor worden ze dan overgeplaatst naar een academisch ziekenhuis. Als kinderen na een RS virusinfectie weer thuis zijn, kunnen ze vaak nog maanden blijven hoesten. Het virus is vaak nog enkele weken aanwezig in met name het neusslijm. Dit maakt voor uw kind zelf in principe niet zoveel uit, maar voorzichtigheid is wel geboden bij contact met andere, kleine kinderen! Heeft mijn kind nu ook astma? Deze vraag krijgen we regelmatig van ouders. In principe kunnen alle kinderen een RS virusinfectie oplopen. Het lijkt wel zo dat kinderen die in aanleg astma hebben, vaak zieker worden van een RS virusinfectie.
5
Vragen Mochten er verder nog vragen of onduidelijkheden zijn, stelt u deze dan gerust! U kunt altijd contact met ons opnemen: kinderafdeling telefoonnummer 0596 – 644 418.
6
7
Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht Jachtlaan 50 - 9934 JD Delfzijl Postbus 30.000 - 9930 RA Delfzijl Telefoon 0596 - 644 444 E-mail:
[email protected] Web: www.ozg.eu
(12.08-032) © OZG, locatie Delfzicht 8