REGLEMENTEN EN PRAKTISCHE RICHTLIJNEN BIJ HET INRICHTEN VAN WEDSTRIJDEN OBEDIENCE IN BELGIE
1. Algemene bepalingen Obedience is een internationaal FCI wedstrijdprogramma, waarvoor in België volgende afkortingen gebruikt worden: OB1; OB2; OB3. OB1, OB2 en OB3 zijn internationaal en worden volgens het FCI reglement gespeeld. Alle Belgische wedstrijden Obedience, behalve de CACIOB wedstrijden zijn toegankelijk voor rasloze honden. Om aan buitenlandse wedstrijden(OB1, OB2, OB3)deel te nemen, moet de Belgische deelnemer een FCI-OB attest aanvragen bij de sectie 4D. Dit attest is enkel geldig voor de vermelde graad(OB1 of OB2 of OB3) na reeds eenmaal met succes te hebben deelgenomen in deze graad in België (OB1 of OB2 of OB3) en indien ingevuld door de ambterende keurmeester. Bij het slagen in een hogere graad (mag enkel in België) dient dit attest door de ambterende keurmeester ondertekend te worden met vermelding van zijn volledige naam en handtekening+ de vermelding van de kwalificatie. Daartoe dient de geleider samen met de aanvraag een fotokopie van de eerste pagina van het werkboekje te sturen aan het secretariaat van de sectie 4D. ( prijs 2.5 € / kaart) Alle honden rasloos of met FCI stamboom of door het FCI erkende bijlage kunnen een internationaal FCI-OB attest aanvragen. Het FCI-OB attest moet steeds het werkboekje vergezellen. De OB wedstrijden worden volgens het FCI Obedience reglement georganiseerd. Jaarlijks worden er aan organiserende verenigingen CACIOB wedstrijden toegekend door de KMSH op voorstel van de Sectie 4D. Voorlopig worden er jaarlijks slechts 3 CACIOB wedstrijden toegekend, met een maximum van één wedstrijd per aanvragende club. 2. Algemeen reglement De wedstrijden vallen onder de algemene inrichtingsreglementen van de KKUSH op werkproeven en wedstrijden. Deze wedstrijden dienen aangevraagd bij middel van het officiële formulier voor de sportkalender (sectie 4D) met vermelding van de naam en het nummer van de inrichtende club, plaats, datum, en programma van de wedstrijd. Opgemerkt dient te worden dat de wedstrijden, zelfs al werden deze gepubliceerd in de sportkalender, nog officieel moeten aangevraagd worden bij de KMSH en dit ten laatste twee maanden voor de datum van de inrichting. 3. Inschrijvingen De inschrijvingen gebeuren, per deelnemer, schriftelijk en zijn steeds vergezeld van het inschrijvingsgeld. Inschrijven verplicht tot betaling van het inschrijvingsgeld.
Schriftelijk annuleren kan met geldige redenen gebeuren tot 4 weken voor de wedstrijd nochtans kunnen administratiekosten aangerekend worden (max. 40% van het inschrijvingsgeld). Nadien blijft het inschrijvingsgeld verschuldigd. Voor de officiële wedstrijden wordt het max. inschrijvingsbedrag bepaald door de sectie 4D. De inrichters hebben de mogelijkheid om wanbetalers op de forfait list te plaatsen, mits te voldoen aan de geldende reglementen. Zij hebben ook het recht om inschrijvingen te weigeren, zelfs zonder opgave van redenen.
4. Organisatie van wedstrijden Er kan maximum 6 uur per dag gekeurd worden à rato van +/-5 honden per uur(OB1) en +/- 4 honden per uur(OB2 en 3), per keurmeester. Tijdens het verloop van de wedstrijd dienen dezelfde oefeningen door dezelfde keurmeester beoordeeld te worden. De inrichters dienen ook rekening te houden met volgende punten: - De keuringen mogen niet aanvangen voor 10.00 uur, enkel tijdens het winteruur en bij deelname van+/- 20 honden mogen de keuringen een uur vroeger starten. - Passend in de volledige dagindeling wordt een middagpauze voorzien van tenminste één tot ander half uur. - Het einde van de wedstrijd wordt voorzien uiterlijk om 17.30 u. - De prijsuitreiking dient voorzien te worden uiterlijk om 18.00 uur. Het voorbrengen van honden tijdens de proeven geschiedt volgens catalogusnummer. Minimum één week voor de wedstrijd verwittigt de inrichtende club elke deelnemer individueel wanneer de hond aanwezig moet zijn, hoe laat de wedstrijd aanvangt en onder welk nummer zij werden ingeschreven. Honden die te laat aanwezig zijn, kunnen geweigerd worden. Wie met een loopse teef aan de wedstrijd wil deelnemen is verplicht de inrichters hiervan op de hoogte te brengen zodat deze honden na de andere honden kunnen deelnemen. De inrichters zijn ook verplicht om deze melding in het werkboekje van de hond te noteren. 5. Toelatingsvoorwaarden aan wedstrijden De honden die deel nemen aan de wedstrijden moeten tenminste, in OB1:12 maanden oud zijn. OB2:13 maanden oud zijn OB3:15 maanden oud zijn Elke geleider dient, alvorens het terrein te betreden, het werkboekje van de hond af te geven op het wedstrijd secretariaat. Indien dit niet gebeurt, wordt de hond geweigerd. Honden zonder erkende stamboom of bijlage spelen met een doorstreept werkboekje. Daarenboven verplichten deze eigenaars zich ertoe dat hun volgende hond raszuiver zal zijn met een door de FCI erkende stamboom. Buitenlandse deelnemers spelen met een werkboek, uitgereikt door hun Nationale Kynologische Organisatie. Alle attesten en prijzen, uitgereikt onder toezicht van de KMSH en de KKUSH, kunnen enkel ten goede komen aan honden met een stamboom of bijlage die erkend wordt door deze instanties. Ingeschreven spelers die niet hebben deelgenomen aan de wedstrijd of gediskwalificeerd werden, kunnen geen aanspraak maken op een prijs.
6. Administratieve verplichtingen De inrichtende club stelt een schrijver en een steward ter beschikking per keurder en zorgt ook voor de beoordelingsbladen. De inrichters zullen de behaalde uitslagen (ingevulde catalogi) doorsturen naar de KMSH (2 indien het een wedstrijd was met voorstel tot CACIOB), het alg. secretariaat van de V.d.A. en het secretariaat van de sectie 4D en indien bestaand naar het secretariaat van de Provinciale Federatie, en dit binnen de veertien dagen na de wedstrijd. Deze catalogi worden vóór de aanvang van de wedstrijd gecontroleerd en, per pagina, voorzien van een handtekening van minimum één van de ambterende keurmeesters. Het is verder verboden om in deze catalogi nog deelnemers te schrappen, te wijzigen of toe te voegen. Voor de aanvang van de wedstrijd ontvangen de ambterende keurmeesters een catalogus van de wedstrijd. Vóór de aanvang van de wedstrijd dient één catalogus voor het publiek gepubliceerd te worden. Vermeldingen in de catalogus: - Naam en aansluitingsnummer van de inrichtende club - Plaats en datum van de wedstrijd en de graden die ingericht worden - Namen van de fungerende keurmeester(s) - Volledige dagindeling en in numerieke volgorde: Naam van de eigenaar van de hond, naam van de geleider, naam van de club waarvan hij lid is, naam van de hond, geslacht, geboortedatum, stamboomnummer, werkboeknummer. - Alfabetische lijst van de deelnemers. 7. Geleiders Een hond kan voorgebracht worden door een andere persoon dan de eigenaar. Dit moet echter vermeld worden bij de inschrijving. Tijdens de wedstrijd mag de geleider niet vervangen worden. Elke geleider moet aangesloten zijn bij een club die erkend wordt door de KKUSH of een door buitenlandse FCI erkende organisatie en dient deze club ook te vermelden bij de inschrijving. Per "sportjaar" mag een combinatie (geleider met hond) slechts spelen onder één en dezelfde vereniging, tenzij met wederzijds en schriftelijk akkoord van de betrokken verenigingen. 8. Keurmeesters Enkel keurmeesters die voor dit programma benoemd zijn door de keurdersbenoemingscommissie van de KKUSH of door een buitenlandse kynologische organisatie erkend door het FCI, mogen deze wedstrijden keuren. Zij zullen zich daarbij houden aan de bestaande reglementen en het voorgestelde puntenstelsel. Zij hebben recht op de gebruikelijke vergoedingen (reglement KKUSH, of FCI). De keurmeester(s) dien(t)(en) door de inrichters schriftelijk te worden uitgenodigd gezien slechts een schriftelijke uitnodiging en de schriftelijke bevestiging ervan, bindend kan zijn. De keurder(s) dien(t)(en) nog minimum 1 week voor de wedstrijd verwittigd te worden met vermelding van de na(a)m(en) van de keurder(s) die op de wedstrijd fungeren, de indeling van de dag (graad + aantal deelnemers) en de plaats waar de wedstrijd doorgaat ( liggingsplan). 9. Beoordelingsblad Het beoordelingsblad wordt, op vraag van de deelnemers, afzonderlijk getoond door een verantwoordelijke die is aangesteld door de inrichters. Wanneer vermoed wordt dat er een vergissing is gebeurd, k(an)unnen de keurder(s) op een gepast ogenblik en op een behoorlijke wijze hierover geraadpleegd worden.
Wanneer twee of meer deelnemers met gelijke punten eindigen, worden deze gerangschikt volgens de door het reglement voorziene regels. Alle niet voorziene gevallen tijdens wedstrijden worden opgelost door de keurmeesters. Bij eventuele sancties die worden genomen buiten het puntenstelsel dienen de ambterende keurmeester(s) een beknopt verslag te sturen naar sectie 4D. 10. Resultaten en overgangen De vermelding van de resultaten gebeurt in het werkboekje van de deelnemende hond. De genoteerde resultaten worden persoonlijk door de keurmeester ondertekend. Geleiders dewelke met hun hond “zeer goed” spelen (OB1 of OB2) zijn vrij om over te gaan naar een hogere graad. Nochtans, wanneer deze 3 maal uitmuntend spelen in dezelfde graad in België moeten ze over naar een hogere graad. Wanneer men eenmaal heeft deelgenomen aan een hogere graad, is teruggaan niet meer mogelijk. Het overgaan naar een volgende graad wordt uiteraard per hond beschouwd. Geleiders die met meer dan één hond deelnemen aan wedstrijden, mogen dus geen resultaten van meerdere honden samenvoegen. De hond moet (OB1, OB2 en OB3) eerst slagen in eigen land voor hij internationaal in dezelfde klasse kan spelen. Enkel voor honden met een FCI stamboom of door het FCI erkende bijlage kan een CACIOB attest worden aangevraagd.
Honden die in de loop van een sportjaar, via tentoonstellingen, in het RISH worden ingeschreven, worden pas als dusdanig erkend vanaf het ogenblik dat zij hiervan een officieel bewijs kunnen voorleggen. Dit wil zeggen dat, voor het overgaan naar een volgende graad, alle reeds behaalde resultaten voor hen behouden blijven. Voor eventuele deelname aan de wedstrijd voor de "Beker van België" en / of de "Grote Prijs van België", gelden de behaalde uitslagen pas vanaf het ogenblik dat de hond in het RISH werd ingeschreven. Een sportief jaar loopt van 16 augustus t. e. m. 15 augustus daaropvolgend. Een sportief jaar voor deelname aan de WK selectie loopt van 1 april t.e.m. 31 maart daaropvolgend.
Sectie 4D
1 september ’12
Règlement et lignes directrices pratiques pour l’organisation des concours d’obédience en Belgique. 1.
Dispositions générales
Obédience est un programme international FCI, les abréviations utilisées en Belgique sont OB1 – OB2 – OB3. OB1 – OB2 – OB3 sont des programmes internationaux et sont donc jugés selon les programmes internationaux. Pour participer à un concours à l’étranger (OB1 – OB2 – OB3), les participants belges doivent demander une attestation à la section 4D. Cette attestation ne sera valable que pour le grade demandé après réussite de ce même grade en Belgique et après remplissage de la carte par le juge officiant lors du concours. Le juge qui a officié pendant le concours doit attester de la réussite en signant le document et en y mentionnant son nom ainsi que la qualification obtenue. Cette démarche sera à effectuer lors de chaque passage de classe. Afin de demander cette carte, le conducteur doit envoyer une photocopie de la 1ère page de son carnet de travail. (Prix de la carte 2,5€). Tous les chiens sans race ayant un pedigree LOSH ou reconnu par la FCI peuvent demander une carte d’admission OB international. Cette carte d’admission OB international doit toujours accompagner le carnet de travail. Les concours d’obédience seront organisés en respect du règlement FCI. Annuellement, des concours seront organisés pour l’attribution du CACIOB, ces concours seront approuvés par la SRSH sur proposition de la section 4D. Seulement 3 concours à CACIOB seront attribués par an et un seul par club organisateur. 2. Règlement général Les concours sont soumis aux règlementations de la SRSH pour les épreuves de travail et concours. Ces concours doivent être demandés par voie du formulaire du calendrier sportif (section 4D) en mentionnant le numéro, le nom du club organisateur ainsi que le lieux du concours, la date et les programmes du concours. Ces concours seront publiés dans le calendrier sportif, une demande officielle doit être demandée à la SRSH minimum 2 mois avant la date du concours.
3.
Inscriptions
Les inscriptions doivent être envoyées par écrit et payées par le participant. Toute inscription doit être payée. Une inscription peut être annulée par écrit pour des raisons valables 4 semaines avant le concours, le club peut cependant conserver une partie du montant de l’inscription pour frais administratifs (max 40% du montant de l’inscription). Au-delà de ces 4 semaines, le montant intégral de l’inscription reste dû. Pour les concours officiels, le montant maximum des inscriptions est déterminé par la section 4D. Les organisateurs ont la possibilité de placer les mauvais payeurs sur la forfait List, en suivant la procédure réglementaire. Ils ont aussi le droit de refuser une inscription, et ce, sans en motiver les raisons.
4.
Organisation des concours
Il peut y avoir maximum 6 heures de concours par jour. On compte +/- 5 chiens par heure (OB1) et 4 chiens par heure (OB2 – OB3) par juge. Pendant le déroulement du concours, les mêmes exercices doivent être jugés par les mêmes juges. Les organisateurs doivent respecter les points suivants : - Le début du jugement ne peut commencer avant 10H sauf pendant les heures hivernales pour les concours de plus de 20 chiens, le concours peut alors commencer une heure plus tôt (9H). - Quand les jugements prennent toute la journée, une pause de midi est prévue d’une durée de 1H à 1H30. - La fin du concours est prévue vers 17H30 - La remise des prix doit avoir lieu vers 18H L’ordre de passage sera respecté tel que précisé dans le catalogue. Les organisateurs doivent prévenir les participants au minimum 1 semaine avant le concours de leur heure de passage, quand ils doivent être présents, à quelle heure commence le concours et sous quel numéro ils vont concourir. Les chiens qui arrivent en retard pourront être refusés. Celui qui concourt avec une femelle en chaleur est obligé de prévenir les organisateurs. Il pourra concourir après les autres chiens. Les organisateurs sont obligés de le signaler dans le carnet de travail du chien.
5. Les obligations liées au concours Les chiens qui prennent part aux concours doivent être âgés de : 12 mois en OB1 13 mois en OB2 15 mois en OB3 Le concurrent doit fournir son carnet de travail au secrétariat du club avant de monter sur le terrain. Si ce n’est pas le cas, le chien peut être refusé. Les chiens sans pédigrée reconnu par la FCI ou sans race déterminée doivent jouer avec un carnet barré. Les propriétaires de tels chiens sont obligés de prendre leur chien suivant avec un pédigrée reconnu par la FCI. Les concurrents étrangers jouent avec un carnet de travail reconnu par leur fédération cynologique nationale. Toutes les attestations et les prix, reconnus par la SRSH et l’URCSH ne peuvent être attribués qu’à un chien ayant un pédigrée reconnu par ces instances. Les participants qui n’ont pas participé ou qui ont été disqualifiés ne peuvent prétendre à un prix.
6.
Obligations administratives
Le club organisateur doit prévoir un secrétaire et un steward par juge ainsi que les feuilles de pointage. Les organisateurs doivent envoyer un catalogue à la SRSH (2 en cas de CACIOB), un au secrétariat général de l’AdD, dans certains cas au secrétariat de la fédération provinciale et cela dans les 15 jours qui suivent l’organisation.
Ces catalogues seront contrôlés avant le début du concours par les juges présents, au moins un des juges signera chaque page. Il est interdit d’ajouter des participants le jour du concours. Les juges présents reçoivent un catalogue avant le début des jugements. Un catalogue sera publié pour le public avant le début du concours. Obligations dans le catalogue : - Nom et numéro d’affiliation du club organisateur - Lieu, date du concours et grades organisés - Noms des juges - Déroulement de la journée dans l’ordre numérique : Nom du propriétaire – nom du conducteur – nom du club dans lequel le conducteur est membre – nom du chien – sexe – date de naissance – numéro de pedigree – numéro de carnet de travail. - Liste alphabétique des participants
7.
Conducteurs
Un chien peut être présenté par une autre personne que le propriétaire. Cela doit être précisé lors de l’inscription. Pendant le concours, il ne peut y avoir de changements de conducteur. Chaque conducteur doit être membre d’un club reconnu par l’URCSH ou par une organisation nationale reconnue par la FCI et cela doit aussi être mentionné dans l’inscription. Par année sportive, une équipe conducteur-chien ne peuvent jouer que pour un seul et même club, excepté lors d’un accord écrit entre les parties concernées.
8.
Juges
Seuls les juges nommés par la commission de qualification des juges de l’URCSH ou d’une commission étrangère reconnue par la FCI peuvent juger les concours. Ils adhèreront au règlement et système de points proposés. Ils ont droit au paiement de leur prestation tel que défini par la SRSH et la FCI. Le juge sera invité par écrit par les organisateurs et il donnera une réponse écrite rapidement. Il sera averti au minimum une semaine avant le concours de l’endroit exact du concours (adresse + plan), du nombre de participants et des grades à juger et du nom des autres juges.
9.
Feuille de pointage :
La feuille de pointage peut, sur demande du conducteur, être montrée par le responsable du concours qui a été désigné par les organisateurs. Quand une erreur a été constatée, le(s) juge(s) peut (vent) être consulté à un moment et d’une façon appropriés à la situation. Lorsque deux concurrents terminent avec le même pointage, ils seront départagés selon les règles établies par le règlement. Tout ce qui n’a pas été prévu dans le règlement reste à l’appréciation du (des) juge(s). Les sanctions qui devraient être prises en dehors des feuilles de pointage, doivent être prises par les juges présents et doivent faire l’objet d’un rapport à la section 4D. 10. Résultats et passage de classe Les résultats du concours sont notés dans le carnet de travail du chien participant. Les résultats seront signés personnellement par le juge présent.
Les participants qui ont obtenu un « très bon » avec leur chien en OB1 et OB2 sont libres de jouer dans la classe supérieure. Cependant, quand une équipe conducteur-chien a obtenu 3 fois excellent dans le même grade en Belgique, elle doit changer de classe. Quand un conducteur a joué dans une classe supérieure, il est impossible de revenir en arrière et de jouer dans un grade inférieur. Le passage dans le grade suivant correspond donc bien à un chien donné. Les conducteurs qui jouent avec plus d’un chien ne peuvent échanger les résultats de leurs chiens. Les chiens (OB1 – OB2 – OB3) doivent d’abord réussir dans leur classe en Belgique avant de jouer dans ce même grade à l’étranger. Seuls les chiens avec pedigree reconnu par la FCI peuvent prétendre à l’obtention d’un CACIOB. Les chiens, qui dans le courant de l’année sportive, ont été inscrit au RISH via les expositions, seront reconnus avec pedigree, à partir de ce moment. Ce qui signifie que pour le passage dans un grade supérieur, les résultats restent acquis. Pour une participation éventuelle au Grand Prix ou Coupe de Belgique, les résultats pris en compte, seront ceux acquis à partir du moment de l’inscription au RISH. Une année sportive commence le 16 août et se termine le 15 août de l’année suivante. Une année sportive pour le Championnat du monde commence le 1er avril et se termine le 31 mars de l’année suivante.
Section 4D
Le 1er septembre 2012