LVG-REGLEMENT
Landelijke Vendeliersgilde van de Katholieke Landelijke Jeugd
REGLEMENT
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
1
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
VOORWOORD
Het LVG-wedstrijdreglement is vastgelegd door de Hoge Gildenraad LVG en bekrachtigd door het Nationaal Bestuur van de Katholieke Landelijk Jeugd. Het heeft tot doel het verloop te regelen van alle activiteiten waarbij LVG’ers betrokken zijn. Net als eender welk ander reglement mag dit LVG-reglement niet gezien worden als een loutere opsomming van geboden met een beperkend karakter. Het wil daarentegen de ruimte creëren om op een jeugdige en sportieve manier de LVG-werking in de KLJ verder uit te bouwen, zonder evenwel de traditionele elementen uit een rijk verleden overboord te gooien. Dit houdt tevens in dat LVG-leden die deelnemen aan LVG-activiteiten de nodige waardering opbrengen en een gezonde dosis respect en begrip tonen, voor diegenen die toezien op de naleving van dit reglement. Door hun aansluiting zijn de LVG-leden gehouden dit reglement te kennen en toe te passen. Ook niet-leden welke, overeenkomstig de voorschriften terzake, deelnemen aan LVG-activiteiten zijn onderworpen aan de bepalingen van dit reglement. Wanneer in dit reglement sprake is van LVG’ers, worden hiermee vendeliers(ters) en/of wimpeliers(ters) bedoeld. Wanneer in dit reglement sprake is van LVG-groepen, worden hiermee de vendel- en wimpelgroepen binnen KLJ bedoeld.
Vlaggengroet,
Koen Vernimmen, nationaal sportverantwoordelijke. februari 2005
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
2
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
INHOUDSTAFEL 1.
De Keure
1.1. 1.1.1. 1.1.2. 1.1.3. 1.1.4. 1.2. 1.2.1. 1.2.1.1. 1.2.1.1.1. 1.2.1.1.2. 1.2.1.1.3. 1.2.2. 1.2.2.1. 1.2.2.1.1. 1.2.2.1.2. 1.2.2.1.3. 1.2.3. 1.2.3.1. 1.2.3.1.1. 1.2.3.1.2. 1.2.3.1.3. 1.2.4. 1.2.4.1. 1.2.4.1.1. 1.2.4.1.2. 1.2.4.1.3. 1.2.4.2. 1.2.5.
Algemeenheden Doel Wezen Organisatie Activiteiten Structuur Nationaal De Hoge Gildenraad Samenstelling Doel Vergaderfrequentie Provinciaal De Provinciale Sportmonitorenraad Samenstelling Doel Vergaderfrequentie Gewestelijk Het Gewestbestuur Samenstelling Doel Vergaderfrequentie De lokale en/of bovenlokale groep Het afdelingsbestuur Samenstelling Doel Vergaderfrequentie De LVG-verantwoordelijke De bovenlokale groep
2.
Reglement
2.1. 2.1.1. 2.1.2. 2.2. 2.2.1. 2.2.2. 2.2.2.1 2.2.2.1.1. 2.2.2.1.2. 2.2.2.2. 2.2.2.2.1. 2.2.2.2.2. 2.2.2.2.3. 2.2.2.3. 2.2.2.3.1. 2.2.1.3.2. 2.2.2.4. 2.2.2.5. 2.2.3 2.2.3.1. 2.2.3.1.1. 2.2.3.1.2. 2.2.3.1.3. 2.2.3.2. 2.2.3.2.1.
Algemene bepalingen LVG-initiatieven Deelname aan LVG-initiatieven en lidmaatschap Wedstrijdreglement Soorten wedstrijden Klasse-indeling Groepsvendelen Gilden Hoofdgilden Individueel vendelen Brechts (Klasse C) Brabants (Klasse B) Leermeesters (Klasse A) Wimpelen Basiswimpelen Keurwimpelen Tamboers Bijzondere beperkingen Uitrusting voor LVG-wedstrijden Het uniform Vendeliers Tamboers Wimpeliers De vlag en stok De vendelvlag
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
3
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
2.2.3.2.2. 2.2.4. 2.2.4.1. 2.2.4.2. 2.2.5. 2.2.5.1. 2.2.5.1.1. 2.2.5.1.2. 2.2.5.2. 2.2.5.2.1. 2.2.5.2.2. 2.2.5.3. 2.2.5.3.1. 2.2.5.3.2. 2.2.5.3.3. 2.2.6. 2.2.6.1. 2.2.6.2. 2.2.7. 2.2.7.1. 2.2.7.1.1. 2.2.7.1.2. 2.2.7.1.3. 2.2.7.1.4. 2.2.7.2. 2.2.7.3. 2.2.7.3.1. 2.2.7.3.2. 2.2.7.3.3. 2.2.8. 2.2.9. 2.2.10. 2.2.10.1. 2.2.10.2. 2.2.10.3. 2.2.10.4. 2.2.10.5. 2.2.10.6. 2.2.11. 2.2.12. 2.2.13.
De wimpelvlag Terreinen Individueel vendelen Groepsvendelen en wimpelen Leiden van een LVG-wedstrijd Hoofdjury Samenstelling Taken Wedstrijdleiding Samenstelling Taken Jury Samenstelling Wie mag jurylid zijn? Taken Jureren Jureren van schiftingen en finales Jureren van finales Hoofdgilden en Keurwimpelen op het KLJ-Landjuweel Wedstrijdverloop Aantreden Terrein betreden De opstelling De aankondiging De vlag in de houding brengen De uitvoering van de reeks Aftreden De afkondiging De vlag klaarmaken voor aftreden Terrein verlaten Onvoorziene omstandigheden Hulp van derden Beoordeling Het vallen van de stok Raken van de grond met de stok Tegen elkaar tikken van de stokken Problemen met vlag en stok Het vergeten van een oefening Fouten in de volgorde Klachten Sancties Prijzen
3.
Wijziging van het reglement
4. 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7. 4.8. 4.9. 4.10. 4.11. 4.12.
Bijlagen Jurystaat Individueel Vendelen - Brechtse Reeks Jurystaat Individueel Vendelen - Brabantse Reeks Jurystaat Individueel Vendelen - Reeks voor Leermeesters Jurystaat Tamboer - Brechtse Reeks Jurystaat Individueel Vendelen - Dubbel Vandelspel Brechtse Reeks Jurystaat Groepsvendelen - Brechts korpsvendelen Jurystaat Groepsvendelen - Muziekreeks Gilden & Hoofdgilden Jurystaat Groepsvendelen - Vrije reeks Gilden & Hoofdgilden Jurystaat Wimpelen - Basisreeks & Muziekreeks Basiswimpelen Jurystaat Wimpelen - Muziekreeks Keurwimpelen Jurystaat Wimpelen - Vrije Reeks Basiswimpelen Jurystaat Wimpelen - Vrije Reeks Keurwimpelen
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
4
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
HOOFDSTUK 1: DE KEURE 1.1.
Algemeenheden
1.1.1.
Doel
De Landelijke Vendeliersgilde heeft tot doel: • het vendel- en wimpelzwaaien uit te bouwen als specifiek onderdeel van de KLJ-sportwerking; • een waardevolle en vormende ontspanning te geven aan haar leden door het vendelen en wimpelen; • alle vendeliersgilden en wimpelgroepen te bundelen en hun werking te coördineren; • ontmoetingen te organiseren waar de verschillende gilden en groepen kunnen optreden. 1.1.2.
Wezen
De Landelijke Vendeliersgilde is een feitelijke vereniging actief binnen de KLJ. Alle activiteiten worden georganiseerd in overleg met de provinciale en/of nationale leiding van de KLJ. 1.1.3.
Organisatie
De vendeliersgilden en wimpelgroepen worden lokaal en/of bovenlokaal georganiseerd. Ze worden provinciaal gecoördineerd door de provinciale monitorenraden en nationaal door de Hoge Gildenraad. 1.1.4.
Activiteiten
Tot de LVG-werking behoren vendelen, wimpelen en trommelen. 1.2.
Structuur
1.2.1.
Nationaal
1.2.1.1.
De Hoge Gildenraad
1.2.1.1.1. Samenstelling De Hoge Gildenraad is samengesteld uit: • een afvaardigde van de Nationale Leiding van de KLJ; • de sportverantwoordelijke KLJ; • de provinciale LVG-monitoren; • één vrijgestelde per provincie. 1.2.1.1.2. Doel Algemene leiding over het LVG-gebeuren in KLJ zoals omschreven in punt 1.1.1. ‘Doel’. Dit houdt onder meer in dat de Hoge Gildenraad verantwoordelijk is voor: • de keuze, het opstellen en het aanleren van de vendel- en wimpelreeksen; • opstellen van het wedstrijdreglement; • behandelen van klachten op nationaal niveau • advies geven aan het Nationaal Bestuur omtrent de uitbouw van de sportwerking in de KLJ; De beslissingen van de Hoge Gildenraad dienen te worden bekrachtigd door het Nationaal Bestuur. 1.2.1.1.3. Vergaderfrequentie De Hoge Gildenraad vergadert minstens drie maal per jaar. 1.2.2.
Provinciaal
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
5
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
1.2.2.1.
De provinciale sportmonitorenraad
1.2.2.1.1. Samenstelling De provinciale sportmonitorenraad is samengesteld uit: • de provinciale sportmonitoren; • de vrijgestelde verantwoordelijk voor de provinciale sportwerking; 1.2.2.1.2. Doel Voor wat betreft de LVG: algemene leiding over het LVG-gebeuren in de KLJ op provinciaal niveau, zoals omschreven in punt 1.1.1. ‘Doel’. Dit houdt onder meer in dat de provinciale sportmonitorenraad verantwoordelijk is voor: • het organiseren van de provinciale oefendagen; • coördinatie van de sportfeesten; • actieve promotie van de LVG-activiteiten en prospectie van nieuwe groepen; • behandelen van klachten op provinciaal niveau • advies geven aan het Provinciaal Bestuur omtrent de uitbouw van de sportwerking in de KLJ in de provincie. De beslissingen van de provinciale sportmonitorenraad dienen te worden bekrachtigd door het Provinciaal Bestuur. 1.2.2.1.3. Vergaderfrequentie De provinciale sportmonitorenraad vergadert naar gelang de noodwendigheid. 1.2.3.
Gewestelijk
1.2.3.1.
Het gewestbestuur
1.2.3.1.1. Samenstelling Het gewestbestuur is samengesteld uit: • twee afgevaardigden per KLJ-afdeling uit het gewest; • het provinciaal bestuurslid van het gewest, indien deze geen vertegenwoordiger is vanuit een plaatselijke KLJafdeling; • de gewestproost; • de provinciaal vrijgestelde verantwoordelijk voor het gewest. 1.2.3.1.2. Doel Voor wat betreft de LVG: algemene leiding over het LVG-gebeuren in de KLJ in het gewest zoals omschreven in punt 1.1.1. ‘Doel’. Dit houdt onder meer in dat het gewestbestuur verantwoordelijk is voor: • de organisatie gewestelijke oefendagen, onder begeleiding van een sportmonitor. 1.2.3.1.3. Vergaderfrequentie Het gewestbestuur vergadert naar gelang de noodwendigheid. 1.2.4.
De lokale en/of bovenlokale groep
1.2.4.1.
Het afdelingsbestuur
1.2.4.1.1. Samenstelling Het afdelingsbestuur is samengesteld uit: • de bestuursleden, aangeduid volgens de interne afspraken; • de proost en/of pastoraal begeleider; Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
6
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT • eventueel aangevuld met de provinciaal vrijgestelde verantwoordelijk voor de opvolging van de afdeling.
1.2.4.1.2. Doel Voor wat betreft de LVG: algemene leiding over het LVG-gebeuren in KLJ in de afdeling zoals omschreven in punt 1.1.1. ‘Doel’. Op plaatselijk vlak is de LVG-werking geïntegreerd in de ganse KLJ-werking van de afdeling. 1.2.4.1.3. Vergaderfrequentie Het afdelingsbestuur vergadert naar gelang de noodwendigheid of zoals bepaald in de interne afspraken. 1.2.4.2.
De LVG-verantwoordelijke
Elke lokale of bovenlokale LVG-groep duidt een LVG-verantwoordelijke aan. Deze persoon is onder meer verantwoordelijk voor: • het aanleren van de nieuwe reeksen; • het opvolgen van de LVG-administratie als correspondent; • optreden als vertegenwoordiger/woordvoerder ten overstaan van de hoofdjury tijdens een LVG-wedstrijd; • het doorgeven van de informatie betreffende de LVG-werking aan de groep. 1.2.5.
De bovenlokale groep
Wanneer een plaatselijke KLJ-afdeling er niet in slaagt een eigen LVG-groep op te richten of in stand te houden, kan ze een gemotiveerde aanvraag indienen bij de provinciale sportmonitorenraad om voor de duur van één seizoen als bovenlokale LVG-groep deel te nemen aan het LVG-gebeuren in de KLJ. Indien een afdeling er niet in slaagt een eigen LVG-groep op te richten of in stand te houden; dienen KLJ’ers de kans te krijgen om deel te nemen aan het LVG-gebeuren in een andere afdeling. Is dit het geval, dan spreken we eveneens over een ‘bovenlokale groep’. In deze gevallen gelden volgende bepalingen: • Een afdeling kan niet als afdeling én als deel van een bovenlokale groep deelnemen. Deelname met de ene groep, sluit deelname met de andere groep uit. Een afdeling die zich inschrijft als bovenlokale groep neemt gedurende de ganse duur van de wedstrijd en gedurende het volledige seizoen in die hoedanigheid deel. • Als lid van een bovenlokale groep dient men voor te komen op de LVG-ledenlijst van de afdeling/groep waarin men aantreedt. • KLJ’ers die lid zijn van een afdeling met een eigen LVG-werking, treden steeds aan met de eigen afdeling. • De LVG-verantwoordelijken van de betrokken afdelingen maken de nodige afspraken om hun samenwerking praktisch in orde te maken.
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
7
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
HOOFDSTUK 2: REGLEMENT 2.1.
Algemene bepalingen
2.1.1.
LVG-initiatieven
Ter realisatie van de algemene doelstellingen van de LVG worden de volgende initiatieven georganiseerd: sportfeesten, sportdoedagen, vendel- en wimpelfeesten, Landjuweel, vendel- en wimpeloefendagen, informatie- en kalendervergaderingen, vendel- en wimpelseminaries,... 2.1.2.
Deelname aan LVG-initiatieven & lidmaatschap
In principe staan de LVG-initiatieven open voor alle aangesloten leden van de KLJ. Oud-LVG’ers, KLJ’ers uit andere landen, en vendel- en/of wimpelgroepen die niet aangesloten zijn bij de LVG, kunnen deelnemen aan LVG-initiatieven mits toestemming van de provinciale sportmonitorenraad voor provinciale LVG-activiteiten en van de Hoge Gildenraad voor interprovinciale en nationale LVG-initiatieven. In wedstrijdverband gelden bijzondere voorwaarden, zoals hierna omschreven: Om deel te nemen aan de LVG-wedstrijden, dient men LVG-lid te zijn. Men wordt LVG-lid door jaarlijks het KLJ-lidgeld te betalen en door opgenomen te worden in de LVG-ledenlijst van de afdeling. Hiervoor wordt er geen aparte bijdrage gevraagd. De LVG-ledenlijst wordt samen met de algemene ledenlijst van de afdeling opgestuurd naar het nationaal secretariaat van de KLJ. Het lid ontvangt dan, naast de KLJ-lidkaart, een aparte LVG-lidkaart. Men kan LVG-lid zijn tot en met het jaar waarin men 35 wordt. Leden van de Landelijke Gilden en het KVLV die jonger zijn dan 35 jaar kunnen LVG-lid worden. Zij dienen in dit geval opgenomen te worden in de LVG-ledenlijst, met vermelding van hun lidnummer van LG of KVLV. 2.2.
Wedstrijdreglement
2.2.1.
Soorten wedstrijden
Op basis van de organisator, onderscheiden we volgende soorten wedstrijden: • Nationaal Een nationale wedstrijd wordt georganiseerd onder de verantwoordelijkheid van het nationaal bestuur. • Provinciaal Een provinciale wedstrijd wordt georganiseerd onder de verantwoordelijkheid van het provinciaal bestuur. • Gewestelijk Een gewestelijke wedstrijd wordt georganiseerd onder de verantwoordelijkheid van het gewestbestuur. • Plaatselijk Een plaatselijke wedstrijd wordt georganiseerd onder de verantwoordelijkheid van het afdelingsbestuur. Een organiserend bestuur dat een wedstrijd houdt, is verplicht zich te houden aan de bepalingen van dit reglement. Het programma van de wedstrijd wordt bepaald door de wedstrijdleiding, hierbij de richtlijnen volgend van de Hoge Gildenraad. 2.2.2.
Klasse-indeling
De vendeliers worden individueel of in groep ingedeeld, de wimpeliers treden enkel in groep aan. 2.2.2.1.
Groepsvendelen
In het groepsvendelen onderscheiden we twee klassen: gilden en hoofdgilden. Bij het doorsturen van de LVG-ledenlijst opteren de groepen voor welke klasse zij dat jaar wensen te vendelen. Wij dringen erop aan dat meer gevorderde groepen voor hoofdgilden zouden opteren, zonder daarbij het belang van een gilde uit het oog te verliezen. Een vendelier kan slechts in 1 gilde of in 1 hoofdgilde aantreden. Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
8
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
2.2.2.1.1. Gilden Gilden vendelen het Brechts korpsvendelen en/of de opgelegde muziekreeks en/of een vrije reeks (enkel in het jaar dat er een KLJ-Landjuweel doorgaat). Aantallen: • Een gilde bestaat minimaal uit twee vendeliers. • Het maximaal aantal vendeliers per gilde bedraagt 9. • Het maximaal aantal gilden per afdeling staat in verhouding tot het aantal vendeliers dat gilden vendelt: - 10 vendeliers: maximaal 2 gilden - 18 vendeliers: maximaal 3 gilden, maar in dit geval moet ook een hoofdgilde aantreden. - 26 vendeliers: maximaal 4 gilden, maar in dit geval moet ook een hoofdgilde aantreden. - ... 2.2.2.1.2. Hoofdgilden Hoofdgilden vendelen de opgelegde muziekreeks en/of een vrije reeks. Aantallen: • De reeksen worden gemaakt voor een Hoofdgilde van 8 vendeliers. 2.2.2.2.
Individueel vendelen:
In het individueel onderscheiden we 3 klassen op basis van het geboortejaar: Brechts, Brabants en Leermeesters. Vendeliers mogen in een hogere reeks vendelen, maar dan is dit een heel jaar geldig. Wanneer een individuele vendelier geselecteerd is voor een Landjuweel, dient ook zijn Gilde op het Landjuweel aan te treden. 2.2.2.2.1. Brechts (Klasse C) Vendeliers tot en met het jaar waarin men 17 jaar wordt en eerstejaarsvendeliers vendelen de Brechtse figurenreeks en/of de dubbel-Brechtse reeks. Men is eerstejaarsvendelier in het jaar waarin men voor het eerst LVG-lid wordt; ongeacht het feit of men reeds al of niet deelneemt aan LVG-wedstrijden. 2.2.2.2.2. Brabants (Klasse B) In het jaar waarin men 18 jaar wordt tot en met het jaar waarin men 20 jaar wordt, vendelen de vendeliers de Brabantse figurenreeks en/of de dubbel-Brechtse reeks. 2.2.2.2.3. Leermeesters (Klasse A) Vanaf het jaar waarin men 21 jaar wordt, vendelen de vendeliers de reeks voor Leermeersters en/of de dubbelBrechtse reeks. 2.2.2.3. Wimpelen Wimpeliers worden ingedeeld in twee klassen: Basiswimpelen en Keurwimpelen. Bij het opsturen van de LVG-ledenlijst opteren de wimpelgroepen voor welke klasse zij dat jaar wensen te wimpelen. Wij dringen erop aan dat meer gevorderde groepen voor keurwimpelen zouden opteren, zonder daarbij het belang van een basisgroep uit het oog te verliezen. Een wimpelier kan slechts in 1 basiswimpelgroep of in 1 keurwimpelgroep aantreden. 2.2.2.3.1. Basiswimpelen De wimpeliers in deze klasse wimpelen de basisreeks en/of de opgelegde muziekreeks en/of een vrije reeks (enkel in het jaar dat er een KLJ-Landjuweel doorgaat). Aantallen: • Een wimpelgroep bestaat minimaal uit twee wimpeliers. Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
9
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT • Het maximaal aantal wimpeliers per groep bedraagt 15. • Het maximaal aantal wimpelgroepen per afdeling staat in verhouding tot het aantal wimpeliers dat aan basiswimpelen doet: - 16 wimpeliers: maximaal 2 wimpelgroepen - 28 wimpeliers: maximaal 3 wimpelgroepen, maar in dit geval moet ook een keurwimpelgroep aantreden. - 40 wimpeliers: maximaal 4 wimpelgroepen, maar in dit geval moet ook een keurwimpelgroep aantreden. - ...
2.2.2.3.2. Keurwimpelen De wimpeliers in deze klasse wimpelen de opgelegde muziekreeks en/of een vrije reeks. Aantallen: • De reeksen worden gemaakt voor een keurwimpelgroep van 8 wimpeliers. 2.2.2.4.
Tamboers
De tamboer of het trommelkorps - dat maximaal uit drie personen bestaat - begeleiden de gilde met muziek. Zij zijn volwaardige LVG-leden. Indien een tamboer trommelt voor twee korpsen, wordt deze slechts voor één van beide wedstrijden beoordeeld. De tamboer kan dit vrij kiezen voor de wedstrijd. Voor de tweede wedstrijd wordt de tamboer niet beoordeeld en ontvangt de gilde 0 punten op de rubriek ‘Tamboer’. 2.2.2.5.
Bijzondere beperkingen
• LVG-monitoren kunnen enkel deelnemen aan groepsnummers. • Men mag tegelijkertijd vendelier en wimpelier zijn. • Vendeliers kunnen enkel aantreden bij de gilden ofwel bij de hoofdgilden, dit in overeenstemming met de lidkaart. • Wimpeliers kunnen enkel aantreden bij de bij het basiswimpelen ofwel bij het keurwimpelen, dit in overeenstemming met de lidkaart. 2.2.3.
Uitrusting voor LVG-wedstrijden
2.2.3.1.
Het uniform
2.2.3.1.1. Vendeliers Het verplichte uniform voor vendeliers tijdens LVG-wedstrijden bestaat uit: • een wit hemd met opgerolde mouwen tot boven de elleboog; • een witte lange broek; • witte kousen; • integraal witte schoenen (deze hoeven voor de leden van een vendel- of wimpelgroep niet noodzakelijk van hetzelfde model te zijn); • een rode vendelgordel: een band van 13 cm. breed, met twee afhangende stroken van respectievelijk 32 en 38,5 centimeter (lang onder kort). De strook wordt links gedragen, met de afhangende punt naar voor. • LVG-kenteken op de linkermouw en KLJ-kenteken op de linkerborst 2.2.3.1.2. Tamboers Het verplichte uniform voor tamboers tijdens LVG-wedstrijden is hetzelfde als de vendeliers. De tamboers dragen echter een groene gordel. 2.2.3.1.3. Wimpeliers Bij de wimpeliers bepaalt elke groep zelf haar uniform. Dit dient wel éénvormig te zijn voor de gehele groep. Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
10
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
Ook het schoeisel behoort tot het uniform. 2.2.3.2.
De vlag en stok
2.2.3.2.1. De vendelvlag • • • •
Een vendelvlag meet minimum 160 cm. aan de stok x 180cm, lussen niet meegerekend. De vendelstok meet ongeveer 245 cm. en heeft een loden tegengewicht. Iedere afdeling bepaalt zelf de structuur van de vlag. Commerciële vlaggen zijn niet toegelaten.
2.2.3.2.2. De wimpelvlag • • • • •
Een wimpelvlag meet minimum 100 cm. x 100 cm, lussen niet meegerekend. Wimpelen gebeurt met een lichte stok van ongeveer 125 cm. lang. De wimpelstok mag niet voorzien zijn van een tegengewicht. Iedere afdeling bepaalt zelf de structuur van de vlag. Commerciële vlaggen zijn niet toegelaten.
2.2.4.
Terreinen
2.2.4.1.
Individueel vendelen
Voor het individueel Brechts, Brabants en Leermeesters dient het terrein een oppervlakte te hebben van 10 x 10m. Voor het Dubbel Brechts dient het terrein een oppervlakte te hebben van 15 x 15m. De jurytafels dienen buiten het terrein geplaatst te worden. De jurytafel moet gecentreerd buiten de ring opgesteld worden. 2.2.4.2. Groepsvendelen en wimpelen Voor Gilden en Basiswimpelen dient het terrein een oppervlakte te hebben van 25 x 25m, behalve voor de terreinen waar een vrije reeks Gilden of vrije reeks Basiswimpelen doorgaat: deze terreinen dienen een oppervlakte te hebben van 35m x 35m. Voor Hoofdgilden en Keurwimpelen dient het terrein een oppervlakte te hebben van 35 x 35m. De jurytafels dienen buiten het terrein geplaatst te worden. De jurytafel moet gecentreerd buiten de ring opgesteld worden. 2.2.5.
Leiden van een LVG-wedstrijd
2.2.5.1.
Hoofdjury
2.2.5.1.1. Samenstelling De hoofdjury bestaat uit de door de provinciale sportmonitorenraad of Hoge Gildenraad aangeduide LVGmonitoren(en) 2.2.5.1.2. Taken De taak van de hoofdjury bestaat uit: • de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor het nemen van beslissingen, in het geval er geen consensus is in de wedstrijdleiding; • de hoofdjury houdt hierbij rekening met de geest van het reglement; • de opvang van de jury; • de briefing van de jury voor aanvang van de wedstrijd • het behandelen van klachten: ofwel door de klacht op het moment zelf af te handelen, ofwel door de klacht mee te nemen naar de bevoegde vergadering. Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
11
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
2.2.5.2.
Wedstrijdleiding
2.2.5.2.1. Samenstelling Onder wedstrijdleiding dient men te verstaan: De hoofdjury, in overleg met de andere aanwezige LVG-monitoren van de provinciale sportmonitorenraad en/of de Hoge Gildenraad. 2.2.5.2.2. Taken De taak van de wedstrijdleiding bestaat uit: • in samenwerking met de juryleden, erover waken dat het wedstrijdreglement strikt wordt nageleefd; • passende maatregelen treffen voor een vlot verloop, rekening houdend met de geest van dit reglement; • het begeleiden van de jury. 2.2.5.3.
Jury
2.2.5.3.1. Samenstelling De juryleden voor de LVG-wedstrijden worden aangeduid door de Hoge Gildenraad. Bij provinciale en gewestelijke LVG-initiatieven wordt deze bevoegdheid overgedragen aan de betreffende provinciale sportmonitorenraad, die eventueel verder zijn bevoegdheid kan overdragen aan het gewestelijk of plaatselijk bestuur. Behoudens ernstige redenen is elk LVG-lid verplicht zich minstens 1 maal als jury beschikbaar te stellen. Een LVG-groep kan nooit op eenzelfde moment jury en deelnemer zijn. 2.2.5.3.2. Wie mag jurylid zijn De minimumleeftijd van een jurylid is 16jaar. De juryleden kennen de te jureren reeks heel goed. De juryleden worden geacht het reglement te kennen. 2.2.5.3.3. Taken De taak van de jury bestaat uit: • samen met de wedstrijdleiding waken over de stipte naleving van het reglement; • tijdig aanwezig zijn bij een wedstrijd, zodat zij de briefing voor het wedstrijdgebeuren kunnen bijwonen; • opvolgen van de timing binnen de ring; • tonen dat men aandacht schenkt aan de groep die uitvoert. Men volgt aandachtig de uitvoering van de reeks, vanaf het ogenblik dat de groep of de individuele vendelier het terrein betreedt, tot het moment waarop zij het terrein opnieuw verlaat; • de jury geeft geen enkel commentaar, noch tegen omstaanders, noch tegen andere juryleden; • alle groepen of individuele vendeliers op dezelfde manier beoordelen, de elementen voor het jureren staan op de jurystaten; • de jury beantwoordt geen enkele opmerking of uitlating, wanneer bepaalde deelnemers zich niet behoorlijk gedragen, worden hiervoor punten afgetrokken bij ‘voorkomen’; • de jury mag geen uitslagen meedelen; • het optellen van de punten per ring en het invullen van de verzamelstaat; • de jury dient alleen verantwoording af te leggen aan de wedstrijdleiding. 2.2.6.
Jureren
2.2.6.1.
Jureren van schiftingen en finales
Elk jurylid jureert op een aparte jurystaat. Het oordeel van elk individueel jurylid wordt hierbij niet in twijfel getrokken en integraal aanvaard. Uiteraard moeten wel alle velden op de jurystaat ingevuld worden. Bij vergetelheid wordt dit door hetzelfde jurylid rechtgezet. Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
12
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
De juryleden kunnen achteraf gezamenlijk beraadslagen over de uitgereikte of uit te reiken punten. Daarna tellen de juryleden hun respectievelijke punten samen en maken het gemiddelde, dat op de verzamelstaat genoteerd wordt. Deze score bepaalt uiteindelijk het resultaat of het klassement van de schiftingen. In geval van ex aequo bij de eerste drie wordt beslist op basis van de afzonderlijke scores op de te jureren punten en dit volgens de rangorde vermeld op de jurystaat. Bij volledig gelijke punten beslist de jury in onderling overleg over de volgorde. 2.2.6.2.
Jureren van finales Hoofdgilden en Keurwimpelen op het KLJ-Landjuweel
Tijdens de finales Hoofdgilden en Keurwimpelen op het KLJ-Landjuweel gaat men op dezelfde manier te werk, met dit verschil dat geen onderling overleg tussen de juryleden toegestaan is. De hoofdjury ziet hierop toe. De individuele jurystaten, die anoniem blijven, worden ingeleverd bij de hoofdjury. In geval van ex aequo wordt beslist op basis van de afzonderlijke scores op de te jureren punten en dit volgens de rangorde vermeld op de jurystaat. Bij volledig gelijke punten beslist de jury in onderling overleg over de volgorde. 2.2.7.
Wedstrijdverloop
2.2.7.1.
Aantreden
Het aantreden omvat volgende onderdelen: • het betreden van het terrein; • de opstelling; • de aankondiging; • de vlag in de houding brengen. Het aantreden moet kort zijn. 2.2.7.1.1. Terrein betreden Het betreden van het terrein kan op verschillende manieren gebeuren: • onder begeleiding van trommels (maximaal 3); • op commando van één van de deelnemers opmarcheren; • enkele bij het wimpelen kan gebruik gemaakt worden van een muziekje, de afdeling is dan zelf verantwoordelijke voor de muziek; • bij het individueel vendelen wordt er opgemarcheerd. 2.2.7.1.2. De opstelling De opstelling gebeurt: • voor de jury; • in de ring; • niet te dicht bij de jury, zorg dat de jury een goed overzicht heeft op de volledige groep of de individuele vendelier; • op een manier die van je groep een geheel maakt, een symmetrische en overzichtelijke opstelling is de basis van een geslaagde uitvoering. 2.2.7.1.3. De aankondiging Vooraleer de reeks wordt aangevat, wordt bij de jury gemeld welke afdeling/vendelier opgesteld staat en welke reeks er gevendeld of gewimpeld wordt. Indien dit niet gebeurt wordt 1 punt afgetrokken bij ‘aantreden’. 2.2.7.1.4. De vlag in de houding brengen De groep/de vendelier brengt gezamenlijk, op een eigen manier de vlag in de beginhouding van de reeks. Ook hier geldt het principe dat dit kort moet zijn. Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
13
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
2.2.7.2.
De uitvoering van de reeks
De uitvoering van de reeks start op het moment dat de tamboer, de muziek of de beweging van de vendelier dit aangeeft. De uitvoering van de reeks eindigt op het moment dat de tamboer, de muziek of de beweging van de vendelier dit aangeeft. 2.2.7.3.
Aftreden
Het aftreden omvat volgende onderdelen: • de afkondiging; • de vlag klaarmaken voor aftreden; • het verlaten van het terrein. Het aftreden moet kort zijn. 2.2.7.3.1. De afkondiging Als de reeks gezwaaid is wordt er afgemeld, hetzij mondeling, hetzij door middel van een vlaggegroet. Indien dit niet gebeurt wordt 1 punt afgetrokken bij ‘aftreden’. 2.2.7.3.2. De vlag klaarmaken voor aftreden De groep/de vendelier brengt gezamenlijk, op een eigen manier de vlag in de houding voor het aftreden. Ook hier geldt het principe dat dit kort moet zijn. 2.2.7.3.3. Terrein verlaten Het verlaten van het terrein kan op verschillende manieren gebeuren: • onder begeleiding van trommels (maximaal 3); • op commando van één van de deelnemers afmarcheren; • enkele bij het wimpelen kan gebruik gemaakt worden van een muziekje, de afdeling is dan zelf verantwoordelijke voor de muziek; • bij het individueel vendelen wordt er afgemarcheerd. 2.2.8.
Onvoorziene omstandigheden
Onder ‘onvoorziene omstandigheden’ verstaan we externe factoren die de vlotte uitvoering van een reeks onmogelijk maken. Voorbeelden hiervan zijn: • de verkeerde muziek wordt gestart; • de muziek is te stil; • de muziek valt stil; • storende elementen buiten de ring (muziek van andere ringen); • extreme weersomstandigheden; • ... Vallen hier niet onder: • het breken van een stok; • het loskomen van de vlag; • het vallen van een vendelier/wimpelier; • ... De groep/de vendelier wordt geacht in alle omstandigheden door te gaan met wimpelen of vendelen. Enkel de jury kan beslissen om de wedstrijd te staken omwille van onvoorziene omstandigheden. De jury wordt geacht actie te ondernemen afhankelijk van de ernst van de situatie. Dit houdt in dat de jury aangeeft dat men mag stoppen met de uitvoering van de reeks en even later terug het begin Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
14
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
van de muziek/het begin van de reeks aangeeft. De jury moet iedere groep/vendelier de kans geven om onder dezelfde technische omstandigheden te kunnen optreden. 2.2.9.
Hulp van derden
Tijdens het uitvoeren van een vendel- of wimpelreeks is de groep of de individuele vendelier volledig op zichzelf aangewezen. Hulp van buiten de ring is niet toegelaten. Per opmerking (bv. bij het vaststellen van het aangeven van bewegingen, ‘voor’-vendelen of -wimpelen) wordt 1 punt afgetrokken. Uitzonderingen: • De jury, wanneer zij een actie onderneemt in het kader van een ‘onvoorziene omstandigheid’. • Bij het loskomen van de vlag of de stok en bij het breken van de stok, mag een andere vlag aangereikt worden. Dit geldt zowel bij individuele nummers, als bij groepsnummers. In dit geval worden geen extra punten afgetrokken. 2.2.10.
Beoordeling
2.2.10.1.
Het vallen van de stok
We spreken van een gevallen vendel- of wimpelstok wanneer de stok de grond raakt terwijl de beide handen van de vendelier/wimpelier de stok niet meer raken. Voor deze fout worden 5 punten afgetrokken. Een uitzondering op deze regel is voorzien wanneer deze beweging van de vlag geïntegreerd is in de oefening en er alsdusdanig ook deel van uitmaakt. In dit geval worden geen punten afgetrokken. 2.2.10.2.
Raken van de grond met de stok
We spreken van het raken van de grond wanneer de stok de grond raakt, waardoor de vloeiende beweging van de oefening onderbroken wordt, terwijl één of beide handen de stok vasthouden. Voor deze fout worden 2 punten afgetrokken. 2.2.10.3.
Tegen elkaar tikken van de stokken
We spreken van het tegen elkaar tikken van de stokken wanneer twee of meerdere vendel- of wimpelstokken elkaar aantikken. Voor deze fout wordt 1 punt afgetrokken. Een uitzondering op deze regel is voorzien wanneer dit aantikken geïntegreerd is in de oefening en er alsdusdanig ook deel van uitmaakt. In dit geval worden geen punten afgetrokken. 2.2.10.4.
Problemen met vlag en stok
Hieronder verstaan we alle problemen die kunnen voorkomen waardoor de vendelier(s)/wimpeliers hun oefeningen niet op een normale wijze kunnen verder zetten. Voorbeelden hiervan zijn: • het loskomen van de stok; • het breken van de stok; • het loskomen van de vlag; • ... Voor deze fout worden 5 punten afgetrokken. Er worden dan geen andere punten meer afgetrokken. 2.2.10.5.
Het vergeten van een oefening
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
15
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
Wanneer een oefening vergeten wordt (en dus niet wordt uitgevoerd) kunnen hier geen punten voor gegeven worden. Bovendien is er hierdoor een fout gemaakt in de volgorde, waarvoor 1 punt extra wordt afgetrokken. 2.2.10.6. Fouten in de volgorde Wanneer er een fout gemaakt wordt tegen de volgorde van de oefeningen wordt hiervoor 1 punt per fout in de volgorde afgetrokken, zonder dat hiervoor extra punten worden afgetrokken (de oefening wordt uitgevoerd en kan dus beoordeeld worden). Een voorbeeld maakt dit duidelijk: • De normale volgorde van de oefeningen is A - B - C - D - E. • De uitvoering is A - B - D - E - C; dus foute volgorde tussen B & D, tussen E & C en tussen C & einde. Hiervoor worden drie punten afgetrokken. • De uitvoering is A - B - D - C - E; dus foute volgorde tussen B & D, tussen D & C en tussen C & E. Hiervoor worden drie punten afgetrokken. • De uitvoering is A - B - D - C - D - E; dus foute volgorde tussen B & D, tussen D & C en het twee maal uitvoeren van oefening D. Hiervoor worden drie punten afgetrokken. 2.2.11.
Klachten
Over de foutieve toepassing van het reglement kan door de LVG-verantwoordelijke van een afdeling klacht worden neergelegd: • op het wedstrijdgebeuren zelf, bij de hoofdjury: de behandeling van de klacht gebeurt door de hoofdjury: ofwel door de klacht op het moment zelf af te handelen, ofwel door de klacht mee te nemen naar de bevoegde vergadering; • na de wedstrijd, schriftelijk binnen de 10 dagen bij de Hoge Gildenraad: (KLJ, t.a.v. de nationale sportverantwoordelijke, Waversebaan 99, 3050 Oud-Heverlee) de behandeling van de klacht gebeurt door de Hoge Gildenraad, volgens de besluitvormingsprocedures zoals ze in het huishoudelijk reglement zijn opgenomen. 2.2.12.
Sancties
De hoofdjury kan na mededeling van de motivatie, een LVG’er verbieden aan een wedstrijd deel te nemen, wanneer niet voldaan is aan één van de gestelde bepalingen van het reglement en eveneens bij wangedrag. Bij overtreding van bepalingen van het wedstrijdreglement is de Hoge Gildenraad bevoegd om eveneens sancties op te leggen. Tegen de opgelegde sanctie kan, binnen de 10 dagen na het opleggen van de sanctie, schriftelijk beroep worden aangetekend bij het Nationaal Bestuur (KLJ, t.a.v. de nationaal voorzitter, Waversebaan 99, 3050 OudHeverlee). Een sanctie kan bestaan uit: • een blaam; • schrapping van de bekomen uitslag(en) en/of het afnemen van de gewonnen prijzen; • een schorsing voor een bepaalde tijd of voor bepaalde wedstrijden of voor bepaalde proeven; • uitsluiting uit de LVG. 2.2.13.
Prijzen
De organisator van een LVG-wedstrijd staat in voor de prijzentafel. Verwacht wordt dat de aard van de prijzen een zekere klasse en degelijkheid uitstraalt, die een uitstekende prestatie naar waarde beloont. Geldprijzen zijn uitgesloten. Sport-, spel- en knutselartikelen als naturaprijs zijn toegelaten maar moeten eenzelfde klasse en degelijkheid uitstralen.
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
16
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
HOOFDSTUK 3: WIJZIGING VAN HET REGLEMENT Het LVG-reglement kan aangepast worden door de Hoge Gildenraad; op eigen initiatief of op vraag van het Nationaal Bestuur. Bij deze princiepsbeslissing, dient aan een quorum van een vertegenwoordiging vanuit elke provincie, te worden voldaan. Een nieuw reglement wordt door de Hoge gildenraad goedgekeurd bij gewone meerderheid. Bij deze beslissing dient eveneens aan een quorum van een vertegenwoordiging vanuit elke provincie, te worden voldaan. Deze beslissing dient bekrachtigd te worden door het Nationaal Bestuur. Het nieuwe LVG-reglement wordt van kracht na het doorsturen van de aangepaste tekst aan iedere afdeling. Afwijking van dit reglement zijn alleen mogelijk indien hiertoe een schriftelijke aanvraag wordt ingediend bij de Hoge Gildenraad (KLJ, t.a.v. de nationale sportverantwoordelijke, Waversebaan 99, 3050 Oud-Heverlee). De Hoge Gildenraad wint, vooraleer te beslissen, steeds provinciaal advies in.
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
17
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100
LVG-REGLEMENT
HOOFDSTUK 4: BIJLAGEN 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7. 4.8. 4.9. 4.10. 4.11. 4.12.
Jurystaat Individueel Vendelen - Brechtse Reeks Jurystaat Individueel Vendelen - Brabantse Reeks Jurystaat Individueel Vendelen - Reeks voor Leermeesters Jurystaat Tamboer - Brechtse Reeks Jurystaat Individueel Vendelen - Dubbel Vandelspel Brechtse Reeks Jurystaat Groepsvendelen - Brechts korpsvendelen Jurystaat Groepsvendelen - Muziekreeks Gilden & Hoofdgilden Jurystaat Groepsvendelen - Vrije reeks Gilden & Hoofdgilden Jurystaat Wimpelen - Basisreeks & Muziekreeks Basiswimpelen Jurystaat Wimpelen - Muziekreeks Keurwimpelen Jurystaat Wimpelen - Vrije Reeks Basiswimpelen Jurystaat Wimpelen - Vrije Reeks Keurwimpelen
Koen Vernimmen 016/47.99.54
18/04/2005
18
vijftig duizend tweehonderd één en NO/100