Reglement
Excedent Arbeidsongeschiktheidspensioen
Stichting Metro Pensioenfonds
Januari 2006
1
Inhoudsopgave pagina 2
Artikel 1
Begripsomschrijvingen
Artikel 2
Deelnemerschap
Artikel 3
Terhandstelling van bescheiden
3
Artikel 4
Excedent arbeidsongeschiktheidspensioen
3
Artikel 5
Uitbetaling
4
Artikel 6
Bijdragen deelnemers en werkgever
4
Artikel 7
Pensioenaanpassingen
4
Artikel 8
Tussentijdse beëindiging van het deelnemerschap
5
Artikel 9
Nieuwe wettelijke voorzieningen
5
Artikel 10
Algemene bepalingen
5
Artikel 11
Overgangsbepalingen
5
Artikel 12
Bijzondere aanspraken, onvoorziene gevallen
5
Artikel 13
Inwerkingtreding
5
2
s: 58029\0600717
Januari 2006 2 Artikel 1
Begripsomschrijvingen
Voor zover daarvan hierna in dit reglement niet wordt afgeweken, gelden in dit reglement de begripsomschrijvingen van de statuten van de stichting. Voorts wordt verstaan onder: Werkgever:
Metro, en de door de directie aangewezen verbonden ondernemingen, waarmee de stichting, onder goedkeuring van de directie een overeenkomst heeft gesloten als bedoeld in artikel 4 van de statuten;
WAO:
de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering;
WIA:
de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen;
pensioendatum:
de eerste van de maand waarin de 65ste verjaardag van de (gewezen) deelnemer valt;
pensioen:
het pensioen waarop ingevolge dit reglement recht kan ontstaan;
basisjaarloon:
12,96 maal het vaste maandsalaris zonder toevoeging van toeslagen, tantièmes of vergoedingen hoegenaamd;
mate van arbeidsongeschiktheid: het arbeidsongeschiktheidspercentage zoals dat door het UWV wordt vastgesteld en blijkt uit een WIA-beschikking. Ingeval het UWV geen arbeidsongeschiktheidspercentage vaststelt wordt de volgende formule gehanteerd om de mate van arbeidsongeschiktheid vast te stellen: Maatmansalaris -/- salaris dat volgens het UWV nog verdiend kan worden Maatmansalaris
x 100%
Als maatmansalaris wordt aangemerkt het salaris dat als zodanig door het UWV wordt opgegeven; arbeidsongeschiktheid:
arbeidsongeschiktheid in de zin van de WIA;
WIA-uitkeringsgrondslag:
dat deel van het salaris waarover recht kan ontstaan op een WIAuitkering.
Artikel 2 1.
Deelnemerschap
a. Met inachtneming van de bepalingen in dit reglement wordt het deelnemerschap toegekend aan alle werknemers van de werkgever met een basisjaarloon boven de maximale WIA-uitkeringsgrondslag, waarvoor het arbeidsongeschiktheidsrisico door de stichting is aanvaard.
s: 58029\0600717
Januari 2006 3 b. Daarnaast kan het bestuur, op voordracht van de werkgever, en op verzoek van de werknemer, instemmen met vrijwillige voortzetting van de deelname na beëindiging van het werknemerschap, op kosten van deze werknemer. Het bestuur kan nadere eisen stellen aan vrijwillige voortzetting. 2.
Het deelnemerschap vangt aan op de dag waarop de werknemer voor het eerst voldoet aan het bepaalde in artikel 2 lid 1.
3.
Het deelnemerschap eindigt: a. op de pensioendatum; b. door overlijden; c. door beëindiging van het dienstverband met de werkgever, tenzij sprake is van vrijwillige voortzetting in de zin van artikel 2 lid 1 onder b; d. indien niet langer wordt voldaan aan de in artikel 2 lid 1, eerste volzin, bedoelde voorwaarde.
Artikel 3
Terhandstelling van bescheiden
1.
Het bestuur draagt er zorg voor dat elke deelnemer zo spoedig mogelijk na de aanvang van het deelnemerschap in het bezit wordt gesteld van een bewijs van deelnemerschap met een opgave van het verzekerde arbeidsongeschiktheidspensioen en voorts van de statuten en dit reglement en van alle daarin aangebrachte wijzigingen.
2.
Het bestuur zorgt er tevens voor dat overige belanghebbenden op eenvoudige wijze kennis kunnen nemen van de inhoud van de geldende statuten en van dit reglement.
Artikel 4
Excedent arbeidsongeschiktheidspensioen
1. Met inachtneming van de bepalingen van dit reglement vloeien uit het deelnemerschap voor alle deelnemers aanspraken op excedent arbeidsongeschiktheidspensioen voort. 2.
Het jaarlijkse excedent arbeidsongeschiktheidspensioen is gelijk aan a. een percentage van 10% van de op dat moment van toepassing zijnde maximale WIA uitkeringsgrondslag en b. een percentage van het verschil tussen 80% van het per de 1ste januari volgend op de eerste ziektedag geldende basisjaarloon en de op dat moment van toepassing zijnde maximale uitkeringsgrondslag ingevolge de WIA voor een zodanig gedeelte als de graad van zijn arbeidsongeschiktheid bedraagt.
Het totale maximale jaarlijkse excedent arbeidsongeschiktheidspensioen op grond van a. en b. bedraagt € 130.000 (2006) bruto per jaar en zal elk jaar worden geïndexeerd.
s: 58029\0600717
Januari 2006 4 3.
Het percentage als genoemd in lid 2 bedraagt: bij een arbeidsongeschiktheid van 0 tot 35 %: 0 bij een arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45 %: 40 bij een arbeidsongeschiktheid van 45 tot 55 %: 50 bij een arbeidsongeschiktheid van 55 tot 65 %: 60 bij een arbeidsongeschiktheid van 65 tot 80 %: 72,5 bij een arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100 %: 100
4.
Het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen gaat in op het moment dat de deelnemer arbeidsongeschikt is in de zin van dit reglement, maar niet eerder dan a. twee jaar na de eerste ziektedag, en b. dat de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever is geëindigd.
5.
Bij wijziging van de mate van arbeidsongeschiktheid van een pensioengerechtigde, zal de uitkering van het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen aan de gewijzigde mate van arbeidsongeschiktheid worden aangepast, tenzij de mate van arbeidsongeschiktheid daalt beneden de 35%, want dan stopt de uitkering van het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen. Indien na ingang van het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen de mate van arbeidsongeschiktheid stijgt na beëindiging van het deelnemerschap, dan zal deze stijging niet leiden tot een hoger excedent arbeidsongeschiktheidspensioen.
6.
Het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen eindigt: a. op de pensioendatum; b. door overlijden; c. indien de mate van arbeidsongeschiktheid daalt onder de 35%.
Artikel 5
Uitbetaling
1.
De pensioenen worden achteraf uitbetaald in maandelijkse termijnen per het einde van iedere maand. Elke termijn bedraagt 1/12e deel van het jaarlijks pensioenbedrag.
2.
De uitbetaling van een pensioentermijn kan afhankelijk worden gesteld van de overlegging van die bescheiden, die het bestuur verlangt om het recht op uitbetaling vast te stellen.
Artikel 6
Bijdragen deelnemers en werkgever
1.
De deelnemers dragen bij in de kosten van de in dit reglement omschreven regeling. Deze bijdrage wordt jaarlijks vastgesteld. Per 1 januari 2006 bedraagt de deelnemersbijdrage 1,25% van het verzekerde pensioen.
2.
De deelnemersbijdragen worden in maandelijkse termijnen door de werkgever op het maandsalaris van de deelnemer ingehouden.
s: 58029\0600717
Januari 2006 3.
5 Alle overige kosten verbonden aan de in dit reglement omschreven regeling komen voor rekening van de werkgever, met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in de overeenkomst tussen de werkgever en de stichting.
Artikel 7
Pensioenaanpassingen
1.
Het bestuur zal ernaar streven de koopkracht van de ingegane pensioenen jaarlijks zoveel mogelijk te handhaven.
2.
De aanpassing zal niet verder kunnen gaan dan de daarvoor beschikbare middelen van de stichting dit, naar het oordeel van het bestuur en gehoord de actuaris van de stichting, toelaten.
3. Een door het bestuur beoogde aanpassing behoeft de goedkeuring van de directie.
Artikel 8 1.
Bij beëindiging van het deelnemerschap anders dan wegens de ingang van enige uitkering krachtens de WIA vervallen de aanspraken op excedent arbeidsongeschiktheidspensioen.
Artikel 9 1.
Tussentijdse beëindiging van het deelnemerschap
Nieuwe wettelijke voorzieningen
Het bestuur behoudt zich het recht voor, na de goedkeuring van de werkgever, de pensioenregelingen te verlagen, te beperken of te beëindigen, onder andere in de volgende gevallen: - sociale wetten of publiekrechtelijk of privaatrechtelijk verplichtgestelde regelingen met betrekking tot pensioenvoorzieningen worden ingevoerd of gewijzigd. - de financiële positie van de werkgever de uitgaven ter zake van de pensioenregeling niet meer toelaat. 2. Door de wijzigingen als bedoeld in het vorige lid, mogen eenmaal ingegane uitkeringen niet minder worden dan die volgens dit reglement en bedoelde wetten of regelingen golden onmiddellijk voorafgaand aan het tijdstip van bedoelde wijzigingen. 3. Indien het bestuur van het recht als bedoeld in het eerste lid gebruik maakt, zal het de deelnemers onverwijld in kennis stellen van de herziening of beëindiging van de pensioenregeling.
Artikel 10 1.
Algemene bepalingen
De deelnemer of pensioengerechtigde dient op verzoek van de stichting alle gegevens te overleggen, die de stichting nodig acht voor een juiste uitvoering van dit reglement.
s: 58029\0600717
Januari 2006 2.
6 Het niet, niet goed of niet tijdig voldoen aan de hiervóór in (artikel 10) lid 1 omschreven verplichtingen kan, voor zover daardoor voor de stichting schade is ontstaan, voor de desbetreffende deelnemer leiden tot het niet tot stand komen, verminderen of vernietigen van pensioenaanspraken, één en ander ter beoordeling van het bestuur.
Artikel 11
Overgangsbepalingen
1.
Op de (oud) werknemers voor wie op 31 december 2005 recht bestaat op een excedent arbeidsongeschiktheidspensioen en die volledig arbeidsongeschikt zijn in de zin van de WAO, blijft het reglement van toepassing zoals dat gold op het moment van arbeidsongeschikt worden. Deze werknemers worden geen deelnemer in deze regeling.
2.
De werknemers die op 31 december 2005 gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn in de zin van de WAO en die deelnemer zijn in een tot 1 januari 2006 geldende Metro pensioenregeling, worden volledig deelnemer in deze regeling. In afwijking van het bepaalde in artikel 4 lid 2 tot en met 6 geldt voor de gedeeltelijke arbeidsongeschikte deelnemers die vóór 1 januari 2004 ziek zijn geworden en gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn in de zin van de WAO het volgende. Het jaarlijks excedent arbeidsongeschiktheidspensioen is gelijk aan a. een percentage van 10% van de op dat moment van toepassing zijnde maximale WAOuitkeringsgrondslag en b. een percentage van het verschil tussen 80% van het per de 1ste januari volgend op de eerste ziektedag geldende basisjaarloon en de op dat moment van toepassing zijnde maximale uitkeringsgrondslag ingevolge de WAO voor een zodanig gedeelte als de graad van zijn arbeidsongeschiktheid bedraagt. Het totale maximale jaarlijkse excedent arbeidsongeschiktheidspensioen op grond van a. en b. bedraagt € 130.000 (2006) bruto per jaar en zal elk jaar worden geïndexeerd. Het percentage als hiervoor genoemd in lid 2 a en b bedraagt: Bij een arbeidsongeschiktheidsgraad volgens de WAO van: 80% - of meer 65% - 80% 55% - 65% 45% - 55% 35% - 45% 25% - 35% 15% - 25% minder dan 15%
bedraagt de mate van voortzetting: 100% 72,5% 60% 50% 40% 30% 20% 0%
s: 58029\0600717
Januari 2006 7 De graad van arbeidsongeschiktheid wordt door het UWV vastgesteld en blijkt uit een WAObeschikking. Het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen gaat in op het moment dat de deelnemer arbeidsongeschikt is in de zin van dit reglement, maar niet eerder dan a. twee jaar na de eerste ziektedag; b. dat de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever is geëindigd. Bij wijziging van de mate van arbeidsongeschiktheid van een pensioengerechtigde, zal de uitkering van het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen aan de gewijzigde mate van arbeidsongeschiktheid worden aangepast, tenzij de mate van arbeidsongeschiktheid daalt beneden de 25%, want dan stopt de uitkering van het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen. Indien na ingang van het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen de mate van arbeidsongeschiktheid stijgt na beëindiging van het deelnemerschap, dan zal deze stijging niet leiden tot een hoger excedent arbeidsongeschiktheidspensioen. Het excedent arbeidsongeschiktheidspensioen eindigt: a. op de pensioendatum; b. door overlijden; c. indien de mate van arbeidsongeschiktheid daalt onder de 25%. De pensioengerechtigde betaalt dezelfde deelnemersbijdrage als genoemd in artikel 6 lid 1.
Artikel 12
Bijzondere aanspraken, onvoorziene gevallen
1.
Het bestuur is, onder goedkeuring van de werkgever, bevoegd ten gunste van een deelnemer af te wijken van de bepalingen van dit reglement, mits daardoor de belangen van de overige deelnemers niet worden geschaad.
2.
In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist het bestuur, tenzij een besluit de financiële belangen van de werkgever beïnvloedt, in welk geval het bestuur beslist onder goedkeuring van de werkgever.
Artikel 13 1.
Inwerkingtreding
Dit reglement wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 januari 2006.
s: 58029\0600717