VW
Regeling opleiding en examen bevoegdverklaringen AML en JAR-66 AML 25 oktober 2001/Nr. DGL/01.421093 De Minister van Verkeer en Waterstaat, Gelet op de artikelen 13, eerste lid, 14, derde lid, 15, derde lid en 16 van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart; Besluit: Hoofdstuk 1. Registratie van opleidingsinstellingen Artikel 1 De minister kan een opleidingsinstelling voor het examen ten aanzien van de basiskennis of de typekennis registreren. Artikel 2 Een aanvraag voor registratie wordt ingediend door middel van een door de minister verstrekt aanvraagformulier, onder bijsluiting van de volgende bescheiden: a. een overzicht van het bij de opleiding betrokken leidinggevend en onderwijzend personeel; b. de curricula vitae van het personeel bedoeld onder a; c. een overzicht van de voor de opleiding gebruikte theorie- en praktijkruimten; d. een kruisverwijzing van het examen conform de eisen volgens JAR-66 of de bijlagen 70 tot en met 77 bij deze regeling, inzake basiskennis of typekennis, naar het leerplan en de leermiddelen van de opleiding; e. een beschrijving van het door de opleidingsinstelling gebruikte beoordelingsregistratiesysteem, en f. indien van toepassing, een overzicht en de curricula vitae van de personen die door en namens de opleidingsinstelling worden voorgedragen voor de examencommissie, bedoeld in het zesde artikel. Artikel 3 Een opleidingsinstelling wordt geregistreerd indien er opleidingen voor het examen conform de eisen van JAR-66 of de bijlagen 70 tot en met 77 bij
deze regeling, inzake basis- of typekennis worden verzorgd en nadat is aangetoond dat wordt voldaan aan de volgende voorwaarden: a. voldoende en geschikt personeel; b. voldoende en geschikte theorie- en praktijkruimten; c. een leerplan dat een duidelijk overzicht van de leerstof omvat, alsmede het vereiste aantal lesuren en de verdeling over de voor de opleiding beschikbare tijd; d. voldoende en geschikte leermiddelen, en e. een beoordelingsregistratiesysteem waarmee de resultaten van de cursisten op overzichtelijke wijze worden bijgehouden en bewaard tot tenminste 2 jaar na het door cursisten beëindigen van de opleiding.
Hoofdstuk 2. Examencommissie Artikel 6 De examencommissie voor onderhoudstechnici in de luchtvaart is bevoegd tot het afnemen van het examen waarmee wordt aangetoond dat wordt voldaan aan de eisen inzake basiskennis of typekennis voor afgifte van de bijzondere bevoegdverklaringen die kunnen worden vermeld op een AML of een JAR-66 AML.
Artikel 7 1. Tenminste eenmaal per twee jaar stelt de minister het aantal examinatoren vast en biedt gelegenheid aan erkende onderhoudsorganisaties en erkende en geregistreerde opleidingsinstellingen personen voor te dragen voor de ontstane vacatures. Artikel 4 2. De minister kan een voorgedragen 1. Van de registratie wordt aan de persoon voor ten hoogste twee jaren opleidingsinstelling een bewijs afgege- autoriseren als examinator, nadat is ven waarop de opleiding waarop de aangetoond, dat hij of zij beschikt registratie van toepassing is, is verover de kennis, ervaring en bekwaammeld. heid die voor het afnemen van het 2. Registratie van de opleidingsinstel- examen relevant is. ling vindt plaats voor één cohort deel- 3. Aan de examencommissie worden nemers en wordt vervolgens steeds door de minister ambtenaren toegestilzwijgend per cohort verlengd. voegd als voorzitter en secretaris. De secretaris vervangt de voorzitter bij Artikel 5 afwezigheid. 1. Wanneer de opleiding wordt gewij- 4. De voorzitter roept de examencomzigd of beëindigd, alsmede ingeval van missie ten minste eenmaal per jaar bijwijzigingen ten aanzien van het perso- een. neel, de faciliteiten, het leerplan, de leermiddelen of het beoordelingsregis- Artikel 8 tratiesysteem ten behoeve van deze 1. Een examinator kan bij de minister opleiding, stelt de geregistreerde oplei- een vergoeding voor een afgenomen dingsinstelling de minister hiervan per examen declareren. omgaande in kennis. 2. De vergoeding bedoeld in het eerste 2. De registratie kan geheel of gedeel- lid bestaat uit: telijk worden ingetrokken ingeval de a. een honorarium van 23 Euro opleidingsinstelling verzuimt de minis- (f 50,68) per uur voor bij het examen ter in kennis te stellen van wijzigingen vereiste aanwezigheid en 4,50 Euro bedoeld in het eerste lid, alsmede in (f 9,92) per beoordeeld examenresulgeval deze wijzigingen tot gevolg heb- taat, met dien verstande dat dit honoben dat niet langer wordt voldaan aan rarium per examen tenminste 91 Euro artikel 3. (f 200,54) en ten hoogste 182 Euro 3. De gehele of gedeeltelijke intrek(f 401,08) bedraagt, en king van de registratie van de opleib. de voor het afnemen van het exadingsinstelling door de minister wordt men gemaakte reis- en verblijfskosten bij aangetekende brief aan de opleivolgens het Reisbesluit binnenland, dingsinstelling medegedeeld. met dien verstande dat voor de reis-
Uit: Staatscourant 26 oktober 2001, nr. 208 / pag. 26
1
en verblijfskosten per examen ten hoogste 182 Euro (f 401,08) wordt vergoed. 3. In afwijking van het eerste lid wordt aan examinatoren die door de minister zijn geautoriseerd op voordracht van een geregistreerde opleidingsinstelling, geen vergoeding verstrekt, wanneer het examen wordt afgenomen van deelnemers van die opleidingsinstelling. Artikel 9 De examinator is verplicht tot geheimhouding met betrekking tot de examenopgaven en de overige gegevens waarvan de vertrouwelijke aard is vastgesteld. Artikel 10 1. De autorisatie kan worden geschorst wanneer een ernstig vermoeden bestaat dat de examinator in strijd heeft gehandeld met het bepaalde in artikel 9, of het examenreglement. 2. De autorisatie kan worden ingetrokken wanneer de examinator in strijd heeft gehandeld met het bepaalde in artikel 9, of het examenreglement. 3. De minister informeert de examinator over schorsing of intrekking van de autorisatie per aangetekende brief. Hoofdstuk 3. Examenreglement Artikel 11 1. Ten behoeve van het examen wordt door de examencommissie een examenreglement opgesteld. 2. Het examenreglement wordt ter vaststelling voorgelegd aan de minister. Artikel 12 1. Het examen voor de volgende bevoegdverklaringen op een AML waarmee wordt aangetoond dat wordt voldaan aan de eisen inzake basiskennis voor afgifte van die bevoegdverklaringen, is vastgelegd in de bij deze regeling behorende bijlagen 70 tot en met 77 en tabellen 1 en 2, volgens het onderstaande schema: Bevoegdverklaring
Basiskennis
Examen
AB1Z/T AB2Z/T AB3Z/T C(E)F DG
bijlage 70 bijlage 71 bijlage 72 bijlage 73 bijlage 74
tabel 1 tabel 1 tabel 1 tabel 1 tabel 1
Bevoegdverklaring
Basiskennis
Examen
A B C
bijlage 75 bijlage 76 bijlage 77
tabel 2 tabel 2 tabel 2
2. Wanneer de examenkandidaat houder is van een AML, omvat het examen bedoeld in het eerste lid, de modules zoals opgenomen in de bij deze regeling behorende tabel 3. 3. Het examen bedoeld in het eerste lid is met goed gevolg afgelegd wanneer de examinandus in ten hoogste twee jaren voor iedere module ten minste het cijfer 6,0 heeft behaald. Artikel 13 1. Het examen voor de bevoegdverklaringen op een JAR-66 AML, waarmee wordt aangetoond dat wordt voldaan aan de eisen inzake basiskennis voor afgifte van die bevoegdverklaringen, is vastgelegd in JAR-66 Certifying Staff Maintenance, Section 2 - Acceptable Means of Compliance and Interpretative / Explanatory Material, Appendix 1 en JAA Administrative & Guidance Material, Section 2 - Maintenance, Part 2 Procedures, Chapter 23. 2. Wanneer de examenkandidaat houder is van een JAR-66 AML omvat het examen, bedoeld in het eerste lid, de modules opgenomen in de bij deze regeling behorende tabel 4. 3. De procedures overeenkomstig JAA Administrative & Guidance Material, Section 2: Maintenance, Part 2: Procedures, Chapter 23 zijn van overeenkomstige toepassing. Artikel 14 1. Als regel wordt tweemaal per jaar gelegenheid gegeven tot het afleggen van het examen. 2. In afwijking van het eerste lid kan, wanneer in een jaar het aantal examenkandidaten minder dan 10 bedraagt, de voorzitter besluiten dat in het daaropvolgende jaar slechts eenmaal gelegenheid wordt gegeven tot het afleggen van het examen. 3. De voorzitter stelt na consultatie van de examencommissie de plaats, datum en tijd van het examen vast en publiceert deze in een Aeronautical Information Circular Series B. 4. In afwijking van het derde lid kan een examinator die door de minister is geautoriseerd op voordracht van een geregistreerde opleidingsinstelling na
Uit: Staatscourant 26 oktober 2001, nr. 208 / pag. 26
instemming van de voorzitter het examen van de deelnemers van die opleidingsinstelling afnemen op een door hem vastgestelde plaats, datum en tijd. Artikel 15 1. Aanmelding voor het examen vindt plaats bij de secretaris van de examencommissie. 2. Een ieder, die daartoe een aanvraag indient, wordt met inachtneming van het derde lid tot het examen toegelaten. 3. Toelating vindt plaats nadat de kosten volgens de Regeling tarieven luchtvaart zijn vergoed en de examinandus een wettig en geldig legitimatiebewijs heeft overgelegd. 4. In afwijking van het eerste, tweede en derde lid behoeft geen aanvraag te worden ingediend en geen vergoeding van de kosten plaats te vinden wanneer sprake is van een examen bedoeld in artikel 14, vierde lid. Artikel 16 1. De examinandus kan door de examinator van verdere deelname aan het examen worden uitgesloten indien deze in strijd handelt met het reglement, bedoeld in artikel 11. 2. De voorzitter wordt door de examinator over een uitsluiting, bedoeld in het eerste lid, geïnformeerd. Artikel 17 1. Het examenresultaat wordt als regel beoordeeld door de examinator die het examen heeft afgenomen. De voorzitter is evenwel bevoegd een andere examinator voor de beoordeling van het examenresultaat aan te wijzen. 2. De uitslag van het examen wordt namens de minister vastgesteld door de beoordelende examinator met instemming van de voorzitter. Bij een uitsluiting bedoeld in artikel 16, het eerste lid, wordt als uitslag van het examen het cijfer 1,0 of 0% vastgesteld. 3. De uitslag van het examen wordt uiterlijk zes weken nadat het examen is afgelegd schriftelijk aan de examinandus bekend gemaakt. Hoofdstuk 4. Inwerkingtreding en slotbepalingen Artikel 18 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 november 2001 en werkt terug tot en met 1 oktober 2001.
2
Artikel 19 Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling opleiding en examen bevoegdverklaringen AML en JAR66 AML. Deze regeling zal met de tabellen en een toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De bijlagen liggen ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. De Minister van Verkeer en Waterstaat, T. Netelenbos.
Tabel 1. Examen voor de bevoegdverklaringen AB1Z, AB1T AB2Z, AB2T, AB3Z, AB3T, CEF en DG (behorende bij de Regeling opleiding en examen AML en JAR-66 AML, artikel 12, eerste lid Examenmodule Voorschriften Vliegtuigen Zuigermotoren Turbinemotoren Instrumenten Elektrische installaties Elektriciteitsleer Klimaatregeling Automatische vluchtgeleidingssystemen Communicatie-, navigatieen identificatie-installaties
Examen (schriftelijk) in minuten AB1Z AB1T AB2Z AB2T
AB3Z
AB3T
CEF
DG
60 60 60
60 90 60
60 90
60 60
60 60
60 60
60 60
60 90 60
60 60 60
60 90 60 60 60
60 60
60 60
60 60 60
90 60 60 90
60
90 90
Tabel 2. Examen voor de bevoegdverklaring A (behorende bij de Regeling opleiding en examen AML en JAR-66 AML, artikel 12, eerste lid
Examenmodule Voorschriften Vliegtuigen Motoren Vliegtuiginstrumenten Motorinstrumenten Elektrische installaties Elektrische en elektronische installaties
Examen (schriftelijk) in minuten A B
C
60 60
60 45
60 45 90
45 30
30 45 60
Uit: Staatscourant 26 oktober 2001, nr. 208 / pag. 26
3
Tabel 3 Examen voor deelnemers die houder zijn van een AML (behorende bij de Regeling opleiding en examen AML en JAR-66 AML, artikel 12, derde lid
* = examenmodule die deel uitmaakt van het examen
Uit: Staatscourant 26 oktober 2001, nr. 208 / pag. 26
4
Tabel 4 Examen voor deelnemers die houder zijn van een JAR-66 AML (behorende bij de Regeling opleiding en examen AML en JAR-66 AML, artikel 12, derde lid
* = examenmodule die deel uitmaakt van het examen
Uit: Staatscourant 26 oktober 2001, nr. 208 / pag. 26
5
Toelichting Algemeen Als gevolg van de inwerkingtreding van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart voor onderhoudstechnici en de introductie van JAR 66, ‘certificeringspersoneel voor luchtvaartonderhoudsbedrijven’ in de Nederlandse regelgeving zijn de examens voor het verkrijgen van deze bewijzen van bevoegdheid opnieuw vastgesteld. Daarnaast zijn ook de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de examencommissie opnieuw gedefinieerd. De belangrijkste wijziging ligt in het feit dat nu de examencommissie zelf verantwoordelijk is voor het opstellen van het huishoudelijk reglement, dat door de minister wordt getoetst, in plaats van een door de minister opgesteld examenreglement. Omdat is vastgesteld dat niet alle opleidingsinstellingen in Nederland
die opleidingen verzorgen voor onderhoudstechnici kunnen voldoen aan de eisen van JAR 147, (erkende opleidingsinstellingen voor onderhoudstechnici), is de mogelijkheid gecreëerd een opleiding te laten registreren om kenbaar te maken dat wordt opgeleid voor het examen ter verkrijging van de bevoegdheden. Artikelgewijs Artikel 7 en 8 De eisen die aan een opleidingsinstelling worden gesteld om geregistreerd te worden komen overeen met de eisen die in het verleden bij of krachtens artikel 39 van de Regeling toezicht luchtvaart werden gesteld. Als basis moet worden aangetoond dat de opleiding alle aspecten van JAR 66 dekt. Artikel 9 Onder een cohort deelnemers wordt verstaan de totale groep deelnemers
Uit: Staatscourant 26 oktober 2001, nr. 208 / pag. 26
die in hetzelfde jaar de opleiding beginnen en deze gezamenlijk doorlopen. Artikel 13 In het door de JAA uitgegeven materiaal waar in dit artikel naar wordt verwezen is de inhoud en de wijze van examineren voor het verkrijgen van een JAR 66 ALM beschreven. Deze informatie is bij het de Divisie Luchtvaart van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Saturnusstraat 50, Hoofddorp verkrijgbaar. Artikel 19 De bijlagen bij deze regeling liggen ter inzage en zijn verkrijgbaar bij de Divisie Luchtvaart van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Saturnusstraat 50 Hoofddorp. De Minister van Verkeer en Waterstaat, T. Netelenbos.
6