Goed Gelezen! 2 | Handig bij Goed Gelezen! |
Mijn Malmberg
Referentiekaders taal en Goed Gelezen! In het Referentiekader doorlopende leerlijnen taal en rekenen is vastgelegd wat leerlingen moeten kennen en kunnen als het gaat om Nederlandse taal en rekenen/wiskunde. Het gaat om basiskennis en basisvaardigheden die voor álle leerlingen van belang zijn. Doel van de overheid is om hiermee in brede zin een algemene niveauverhoging te bereiken. Basiskennis en basisvaardigheden kunnen kinderen op verschillende niveaus beheersen. In het referentiekader zijn voor taal vier domeinen of vier niveaus beschreven. ‘De niveaus geven een opklimmende moeilijkheidsgraad in basiskennis en -vaardigheden aan. Elk fundamenteel niveau (F) omvat het voorgaande niveau. En bij het behalen van een fundamenteel niveau kan het volgende niveau gezien worden als een streefniveau (S).’ Voor taal zijn er vier domeinen beschreven: 1. Mondelinge taalvaardigheid met de drie subdomeinen gespreksvaardigheid, luistervaardigheid en spreekvaardigheid. 2. Leesvaardigheid met de twee subdomeinen: lezen van zakelijke teksten en lezen van fictionele, narratieve en literaire teksten. 3. Schrijfvaardigheid. Schrijven wordt ruim opgevat, het gaat om het produceren van creatieve en zakelijke teksten. 4. Begrippenlijst en taalverzorging. In de begrippenlijst staan begrippen en concepten die leerlingen en docenten nodig hebben om over taalvaardigheid van gedachten te wisselen. Bij taalverzorging gaat het om zaken die in dienst staan van een verzorgde schriftelijke taalproductie. Van kinderen met een VMBO-advies wordt na de basisschool verwacht dat zij het Voortgezet Onderwijs (VO) instromen op 1F-niveau. Van kinderen met een havo- en vooral een vwo-advies wordt verwacht dat ze het VO instromen op 1S-niveau. Goed Gelezen! voldoet aan domein 2, niveau 1F en niveau 1S (= 2F). Voor kinderen die dit niveau niet aankunnen zijn er speciale materialen voor zwakkere lezers. Zo bevat de kopieermap bijvoorbeeld bij iedere tekst alternatieve (eenvoudiger) vragen, zijn er bakkaarten op een eenvoudiger niveau en kunnen de kinderen speciale voorinstructielessen krijgen.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch
blz. 1 van 8
Goed Gelezen! 2 | Handig bij Goed Gelezen! |
Mijn Malmberg
Zakelijke teksten
Niveau 1F
Niveau 2F
In Goed Gelezen!
Algemene
Kan eenvoudige teksten
Kan teksten lezen over
Door de afwisseling in
omschrijving lezen
lezen over alledaagse
alledaagse onderwerpen, ieder blok van teksten
zakelijke teksten
onderwerpen en
onderwerpen die
maken kinderen kennis
over onderwerpen
aansluiten bij de
met verschillende soorten
die aansluiten bij de
leefwereld van de
(zakelijke) teksten. Het
leefwereld.
leerling en over
gaat dan om teksten
onderwerpen die
over onderwerpen die
verder van de leerling
direct aansluiten bij de
af staan.
leefwereld van kinderen, bijvoorbeeld over pesten op school, en teksten die wat verder van hen afstaan, zoals een informatieve tekst over kunst of een handleiding bij een tandenborstel. Daarnaast biedt Goed Gelezen! tweewekelijks actuele teksten als aanvullend lesmateriaal. Het aandeel zakelijke teksten neemt toe van ongeveer 50% in groep 4 tot bijna 80% in groep 8. Goed Gelezen! maakt gebruik van uiteenlopende bronnen en biedt verschillende tekstsoorten (informatieve teksten, fictieve teksten, instructieve teksten, betogende teksten (mening- en reclameteksten)) en tekstvormen aan. De kinderen kunnen zo hun eigen leessmaak ontwikkelen.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch
blz. 2 van 8
Goed Gelezen! 2 | Handig bij Goed Gelezen! |
Mijn Malmberg
Teksten Tekstkenmerken
De teksten zijn
De teksten hebben
De teksten van Goed
eenvoudig van
een heldere structuur.
Gelezen! zijn speciaal
structuur; de informatie
Verbanden in de tekst
geselecteerd op de
is herkenbaar geordend.
worden duidelijk
aanwezige verbanden.
De teksten hebben een
aangegeven.
Kinderen krijgen eerst
lage informatiedichtheid; De teksten hebben
instructie over de
belangrijke informatie
overwegend een lage
structuur van teksten,
is gemarkeerd of wordt
informatiedichtheid en
en leren vervolgens dat
herhaald. Er wordt
zijn niet te lang.
steeds zelfstandiger
niet te veel (nieuwe)
toe te passen op
informatie gelijktijdig
teksten. Daarbij worden
geïntroduceerd.
ze geholpen door
De teksten bestaan
denkplaatjes, die hen
voornamelijk uit
stap voor stap begeleiden
frequent gebruikte (of
bij het vinden van de
voor de leerlingen)
juiste verbanden. Deze
alledaagse woorden.
denkplaatjes kunnen door de leerkracht en door de computer uitgelegd worden. De technische moeilijkheidsgraad van de teksten loopt op van AVI E3 (begin groep 4) tot AVI E7 (groep 8).
Taken 1. L ezen van
Kan eenvoudige
Kan informatieve teksten In Goed Gelezen! komen
informatieve
informatieve
lezen, waaronder
alle genoemde vormen
teksten
teksten lezen, zoals
schoolboek en
informatieve teksten
zaakvakteksten,
studieteksten (voor
voor, van eenvoudiger
naslagwerken,
taal- en zaakvakken),
tot complex, evenals
(eenvoudige)
standaardformulieren,
schematische tekeningen,
internetteksten,
populaire tijdschriften,
grafieken en tabellen
eenvoudige
teksten van internet,
waaruit ze informatie
schematische
notities en schematische
moeten halen.
overzichten.
informatie (waarin
Daarnaast oefenen de
verschillende dimensies
kinderen in het toepassen
gecombineerd worden)
van het geleerde op o.a.
en het alledaagse nieuws schoolboekteksten in de in de krant.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch
Stap-uit-je-boekles.
blz. 3 van 8
Goed Gelezen! 2 | Handig bij Goed Gelezen! |
Mijn Malmberg
Taken (vervolg) 2. L ezen van instructies
Kan eenvoudige
Kan instructieve teksten
Idem v.w.b. instructieve
instructieve
lezen, zoals recepten,
teksten.
teksten lezen,
veelvoorkomende
zoals (eenvoudige)
aanwijzingen en
routebeschrijvingen
gebruiksaanwijzingen en
en aanwijzingen bij
bijsluiters van
opdrachten (uit de
medicijnen.
methode). 3. L ezen van
Kan eenvoudige
Kan betogende, vaak
Idem v.w.b. betogende
betogende
betogende teksten
redundante teksten
teksten.
teksten
lezen, zoals voorkomend
lezen, zoals
in schoolboeken voor
reclameteksten,
taal- en zaakvakken,
advertenties, folders,
maar ook advertenties,
maar ook brochures
reclames, huis-aan
van formele instanties
huisbladen.
of licht opiniërende artikelen uit tijdschriften.
Kenmerken van de taakuitvoering Techniek en
Kan teksten zodanig
Op dit niveau is de
Regelmatig wordt in
woordenschat
vloeiend lezen dat
woordenschat geen
Goed Gelezen
woordherkenning
onderscheidend kenmerk aandacht besteed aan
tekstbegrip niet in
van leerlingen meer. De
woordleerstrategieën en
de weg staat. Kent
woordenschat van de
woordraadstrategieën. De
de meest alledaagse
leerling is voldoende,
leerkracht biedt daarnaast
(frequente) woorden,
om teksten te lezen
aan de zwakker leerlingen
of kan de betekenis van
en wanneer nodig
in de voorinstructie
een enkel onbekend
kan de betekenis van
de moeilijke woorden
woord uit de context
onbekende woorden
in een woordstructuur
afleiden.
uit de vorm, de
aan, zodat ook voor
samenstelling of de
zwakkere leerlingen de
context afgeleid worden.
onbekende woorden geen belemmering zijn voor het lezen van de tekst.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch
blz. 4 van 8
Goed Gelezen! 2 | Handig bij Goed Gelezen! |
Mijn Malmberg
Kenmerken van de taakuitvoering (vervolg) Begrijpen
Herkent specifieke
Kan de hoofdgedachte
In Goed Gelezen!
informatie, wanneer
van de tekst weergeven
beginnen de kinderen
naar één expliciet
en maakt onderscheid
met het vinden van
genoemde informatie-
tussen hoofd- en
de antwoorden op
eenheid gevraagd wordt
bijzaken.
vragen naar letterlijk
(letterlijk begrip).
Legt relaties tussen
begrip. Stapsgewijs
Kan (in het kader van
tekstdelen (inleiding,
worden de verschillende
het leesdoel) belangrijke
kern, slot) en teksten.
leesmanieren aangeboden
informatie uit de tekst
Ordent informatie
en ingeoefend.
halen en kan zijn
(bijvoorbeeld
De vragen bij de
manier van lezen daarop
op basis van
verschillende tekstsoorten
afstemmen (bijvoorbeeld signaalwoorden) voor
helpen de kinderen
globaal, precies,
een beter begrip.
de hoofdgedachte te
selectief/gericht).
Herkent beeldspraak
herkennen, hoofd-
(letterlijk en figuurlijk
van bijzaken te
taalgebruik).
onderscheiden, de opbouw van een tekst te doorzien, tekstverbanden te herkennen en tussen de regels te lezen.
Interpreteren
Kan informatie en
Legt relaties tussen
Kinderen oefenen met
meningen interpreteren
tekstuele informatie en
het vinden van feiten en
voor zover deze dicht bij
meer algemene
meningen van eenvoudig
de leerling staan.
kennis.
tot wat complexer. Voor
Kan de bedoeling van
de zwakkere leerlingen
tekstgedeeltes en/of
blijft het bij herkennen
specifieke formuleringen
en interpreteren van
duiden.
feiten en meningen in de
Kan de bedoeling van de
tekst, voor het hogere
schrijver verwoorden.
niveau leren kinderen er ook de mening van de schrijver en hun eigen kennis van de wereld bij te betrekken. De vragen bij de verschillende tekstsoorten helpen de kinderen relaties te leggen tussen bestaande en nieuwe kennis, tekstgedeelten te duiden en het doel van de schrijver te benoemen.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch
blz. 5 van 8
Goed Gelezen! 2 | Handig bij Goed Gelezen! |
Mijn Malmberg
Kenmerken van de taakuitvoering (vervolg) Evalueren
Kan een oordeel
Kan relaties tussen
Overeenkomsten en
over een tekst(deel)
en binnen teksten
verschillen binnen en
verwoorden.
evalueren en
tussen teksten en het
beoordelen.
vormen van een oordeel over teksten worden bij Goed Gelezen! in de denkplaatjes aangeboden. De vragen bij de verschillende tekstsoorten helpen de kinderen teksten te vergelijken en hun mening te vormen dan wel aan te passen.
Samenvatten
Kan een eenvoudige
Het maken van een
tekst beknopt
samenvatting is een
samenvatten.
belangrijk onderdeel in groep 7 en 8 van Goed Gelezen!, waar uitgebreid aandacht aan besteed wordt. Zowel passief (het herkennen van een goede samenvatting) als actief (het aanvullen van de juiste informatie die nodig is voor het maken van een samenvatting). Het is een belangrijke voorbereiding op studerend lezen in het VO.
Opzoeken
Kan informatie opzoeken
Kan systematisch
Regelmatig is er in Goed
in duidelijk geordende
informatie zoeken (op
Gelezen! aandacht voor
naslagwerken, zoals
bijvoorbeeld het
opzoekvaardigheden,
woordenboeken,
internet of de
zowel in teksten in Goed
telefoongids e.d.
schoolbibliotheek)
Gelezen! als in teksten
Kan schematische
bijvoorbeeld op basis
en bronnen buiten Goed
informatie lezen en
van trefwoorden.
Gelezen!
relaties met de tekst expliciteren.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch
blz. 6 van 8
Goed Gelezen! 2 | Handig bij Goed Gelezen! |
Fictionele,
Mijn Malmberg
Niveau 1F
Niveau 2F
In Goed Gelezen!
Algemene
Kan jeugdliteratuur
Kan eenvoudige
De kinderen lezen naast
omschrijving
belevend lezen.
adolescentenliteratuur
informatieve, instructieve,
herkennend lezen.
en betogende teksten
narratieve en literaire teksten
Lezen fictionele, narratieve en
ook fictieteksten. Daarbij
literaire teksten
wordt gekozen voor verschillende verhalen (verhaalgenres) en is er veel aandacht voor andere tekstvormen zoals mop, lied en gedicht. Binnen het onderdeel ‘Stap in je rol’ wordt speciaal aandacht besteed aan belevend lezen: het inleven in de hoofdpersoon, het verwoorden van je eigen mening over de tekst en het herkennen van verhaalstructuren.
Teksten Tekstkenmerken
De structuur is
De structuur is helder.
Er is een aparte opbouw
eenvoudig. Het tempo
Het verhaal heeft een
in het maken van een
waarin de spannende
dramatische verhaallijn
samenvatting van een
of dramatische
waarin de spanning af en verhalende tekst. Daarin
gebeurtenissen elkaar
toe wordt onderbroken
wordt steeds meer
opvolgen is hoog.
door gedachten of
aandacht besteed aan de
beschrijvingen.
structuur van de tekst,
Poëzie en liedjes
en aan de verschillende
hebben meestal een
tekstkenmerken die
verhalende inhoud en
bijdragen aan het verhaal.
een emotionele lading.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch
blz. 7 van 8
Goed Gelezen! 2 | Handig bij Goed Gelezen! |
Mijn Malmberg
Kenmerken van de taakuitvoering Begrijpen
Herkent basale
Herkent het genre.
structuurelementen,
Herkent letterlijk en
zoals wisselingen van
figuurlijk taalgebruik.
tijd en plaats, rijm en
Kan situaties en
versvorm.
verwikkelingen in de
Kan meeleven met een
tekst beschrijven.
personage en uitleggen
Kan het denken, voelen
hoe een personage zich
en handelen van
voelt.
personages beschrijven.
Kan gedichten en
Kan de ontwikkeling
verhaalfragmenten
van de hoofdpersoon
parafraseren of
beschrijven.
samenvatten.
Kan de geschiedenis
Idem
chronologisch navertellen. Interpreteren
Kan relaties leggen
Kan bepalen in welke
tussen de tekst en
mate de personages en
de werkelijkheid.
gebeurtenissen
Kan spannende,
herkenbaar en realistisch
humoristische of
zijn.
dramatische passages in
Kan personages typeren,
de tekst aanwijzen.
zowel innerlijk als
Herkent verschillende
uiterlijk.
emoties in de tekst,
Kan het onderwerp van
zoals verdriet, boosheid
de tekst benoemen.
Idem
en blijdschap. Evalueren
Evalueert de tekst met
Evalueert de tekst
emotieve argumenten.
ook met realistische
Kan met medeleerlingen
argumenten en kan
leeservaringen
persoonlijke reacties
uitwisselen.
toelichten met
Kan interesse in
voorbeelden uit de tekst.
bepaalde fictievormen
Kan met medeleerlingen
aangeven.
leeservaringen
Idem
uitwisselen en kan de interesse in bepaalde genres of onderwerpen motiveren.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch
blz. 8 van 8