Werkgroep voor Bewegingsonderwijs, -therapie en -recreatie
www.hetweb.nl Penningmeester Chan Lutteke Amsterdamsestraatweg 506 3553 EM Utrecht 030-243l746 Gironr: 3.597.258 Ledenadministratie Nicole Oldemaat Van der Capellenstraat 3 8014 VT Zwolle 038-4652656 Redactie Niek Hofman Van der Capellenstraat 3 8014 VT Zwolle 038-4652656 Publicatiefonds G. H. Kappertstraat 41 7443 RB Nijverdal 0548-610816 fax: 0548-613953 Abonnement Het abonnement van het tijdschrift is gekoppeld aan het lidmaatschap van de Werkgroep Bewegings-onderwijs. Ondertekende stukken vallen onder de verantwoordelijkheid van de schrijver/-ster. Overname van de inhoud is toegestaan met bronvermelding. Graag toezending van bewijsnummer. Opzeggingen schriftelijk melden voor 1 januari van het aankomende jaar. Bij vragen of problemen t.a.v. de contributie of de bezorging van het tijdschrift, kunt u altijd bellen: 038-4652656. Opmaak/druk Threels & Partners,
't Web, nummer 1, 2002
Redactioneel Een nieuw jaar, 2002. Ik dacht nog bij me zelf, 2000 dat was zo bijzonder. Een nieuw millennium. Nu twee jaar later een nieuwe munt. Ach, het is ook zo weer gewend, net als het millennium twee jaar geleden. Voor de Werkgroep is 2002 ook een jaar van verandering. Nieuwe stappen richting professionaliteit en gericht op overdracht. U vindt in het eerste gedeelte van dit themanummer de notulen van de Bijzondere Algemene Ledenvergadering. Daarin staat beschreven wat er nu zo nieuw is aan dit jaar. Ik zou zeggen: lees ze aandachtig en reageer zonodig! Zoals gezegd wordt het voor de Werkgroep een jaar waarin nieuwe stappen gezet moeten worden. Naast professionalisering is in het bestuursweekend gebleken dat de 'therapiepoot' toch andere stappen te zetten heeft dan de 'onderwijspoot'. De onderwijspoot is de revolutie voorbij, overdracht is het nieuwe kernbegrip. De vraag rees: "is de therapie daar ook aan toe?" Het antwoord was moeilijk te geven, maar alles duidde erop dat de Calo-visie (de gevleugelde term voor vele [ex]Calo'ers) nog niet zo doorgedrongen is in de therapiewereld. Dit jaar willen we als Werkgroep een eerste poging doen daar wat helderheid in te creëren. In ieder geval op zoek gaan naar wat wijlen professor Gordijn heeft nagelaten en wat daarvan voor de betrokkenen binnen de therapiepoot van belang is in hun manier van werken. Dit eerste nummer van 2002 is een themanummer, dat zich beweegt rondom spelactiviteiten in de bewegingsagogie en psychomotorische therapie (BPT). In dit themanummer zijn 4 e jaars BPT-studenten aan de Calo op zoek gegaan naar hun manier van aanbieden en aanpassen van spelgerichte, bewegingsgeoriënteerde activiteiten aan een specifieke therapie doelgroep. Pauline Fellinger (docente op de Calo) daagde studenten uit hun denkwijze en overwegingen op papier te zetten en ook aan een breder publiek kenbaar te maken. De resultaten daarvan zijn te lezen in de artikelen met de titel 'Spelen binnen thema's uit de PMT'. Jacqueline Heezen heeft een korte inleiding geschreven op
2
In dit nummer: het onderwerp 'bewegingsgeoriënteerde methodiek" (BGM). Dit sluit nauw aan bij wat de studenten in praktische vorm hebben proberen weer te gegeven. In dit inleidende artikel probeert Jacqueline aan te geven wat BGM is en wat belangrijke uitgangspunten zijn voordat je tot werkelijke uitvoering komt van bewegingsactiviteiten.
Redactioneel
2
Bewegingsgeoriënteerde methodiek 4 - een manier vim werken binnen de PMT. Eell theoretische inleidillg Over bewegingsgeoriënteerde methodieken, door Jacqueline Heezen.
De bedoeling van dit themanummer ligt besloten in het wakker schudden van Web leden die werken in de verschillende werkvelden van de gezondheidszorg. Aan hen de taak bij zichzelf na te gaan hoe zij komen tot de praktische uitvoering van bewegingsgeoriënteerde activiteiten die tot doel hebben het gedrag van mensen te beïnvloeden, die op een of andere manier met hun huidige gedrag op problemen stuiten. De redactie vraagt hierop een reactie. De aanzet is dit themanummer. Veel leesplezier gewenst! Pieter Pols Pauline Fellinger Wilt u reageren? Graag via de mail:
[email protected] ofvia de website van 't Web: www.hetweb.nl.
Foto's De foto's in dit themanummer zijn niet van de beschreven personen
3
Eindopdracht spel Pauline Fellinger geeft toelichting over de spel-opdrachten in dit nummer.
6
Spelen binnen thema's uit de PMT Jeroen Hoeben
7
Spelen binnen thema's uit de PMT Natasja Hammink
12
Notulen BALV 16 november 2001
16
Publicatielijst 't Web
20
Spelen binnen thema's uit de PMT Marijke Kamping
21
Zonder woorden
24
Spelen binnen thema's uit de PMT Geerke Mateboer
26
'Rendez-vous' Annemieke Poot sprak met twee Webleden.
30
Spelen binnen thema's uit de PMT Caroline Berk
32
Mededelingen
36
Spelen binnen thema's uit de PMT Esther Geraedts en Ynke Faber
37
Procedure winstbesteding
41
Inhoudsopgave jaargang 2001
43
Samenstelling bestuur
46
't Web, nummer 1,2002
Bewegingsgeoriënteerde methodiek een manier van werken binnen de PMT Een theoretische inleiding Jacqueline Heezen Psychomotorische therapie als ervaringsgerichte behandeling beoogt gedrag en beleving te beïnvloeden. Om dit te doen maken we o.a. gebruik van bewegingsgeoriënteerde methodiek en lichaamsgeoriënteerde methodiek. Of dit onderscheid terecht is of niet laat ik in dit artikel buiten beschouwing. Voorlopig maken we er nog gebruik van. \],,'e hebb n het hier over methodiek, methocli h" erken betekent: E n zo go d mogelijke erbincling leggen tu n b do ling en ge olg. Kernelementen an methodisch handelen zlJn: • Do luerichtheid: .. eet hebben van doel en w I ' ffecten je \ ilt bereiken. • B ewu theid: b \VU tzijn wat er speelt in de ituatie. • .5) fematiek: een b paalde ordening, vanuit e nb paalde s stematiek kunnen werken. • Procesmat;uheid: zi ht hebben op ontwikk ling n in de tijd en het handelen m daarop baseren. (1 e sessie is anders dan 10 h werken is ni t
ze sessie wilt bereiken. Je maakt een keuze voor een activiteit. Er zijn vele activiteitsgebieden waar je uit kunt kiezen . Wat je kiest en hoe je het dan neerzet (arrangement) is gebaseerd op hetgeen je wilt bereiken met je cliënt. Ofwel: is hetgeen wat ik als therapeut aan de orde wi l stellen oproepbaar binnen deze activiteit?
Voorbeeld: Piet wil leren samen te werken. Het is dan belangrijk dat je als therapeut een activiteit kiest, waarbij dit aan de orde komt/ kan komen. Ik zal dan niet snel kiezen voor minitramp springen, maar eerder voor een of ander balspel. Binnen een balspel zal ik dan niet hezen voor kegel voetbal, waarbij ieder eigen kegel moet verdedigen en die van de ander omschieten. Ik zal eerder kiezen voor een spel in 2-tallen. Wanneer je een activiteit doet is het an belang dat je als therapeut bewust bent van at er speelt, en je afvraagt: hoe kan ik de situatie zo beïnvloeden dat hetgeen ik aan de orde wil hebben ook (meer) aan de orde komt Binnen be\- egingsgeoriënteerd werken maken v e dan o.a. gebruik an conle;rfmanipulatie. Al therapeut heb je vele mogelijkheden om te interveniër n maar onte 'tmanipulatie i m t name bum n b \I ging georiënte rd " erken z r go d te g brWk n. Conte 'tmanipulatie \, il z gg n dat j "ijziging n aanbrengt in h t aITan", m nt. Conte 'tmanipulati ge ft aan at d th rap ut de m g lijkhei 11 ft m ia d hikking an
,nummer I,
de situatie, en zijn eigen rol daarin, het probleemgedrag te lijf te gaan.
latie dit te beïnvloeden. Daarnaast is het van belang dat je als psychomotorisch therapeut weet hebt van verschillende uitbouwmogelijkheden van bewegingssituaties, opdat je ook daar mee kunt spelen en ordening in aan kan brengen gericht op het gestelde doel. Oproepbaarheid en uitbouwbaarheid zijn twee criteria waarop je verder kunt ordenen richting het gestelde doel.
Piet van der Klis maakt daarbij een onderscheidt tussen materiële contextmanipulatie en sociale contextmanipulatie en het onderscheid tussen directe manipulatie en indirecte manipulatie (P. van der Klis; Prikken of een scheut azijn, Tijdschrift Psychomotorische Therapie, 1980/2). Het gaat te ver om hier verder op in te gaan, het artikel blijft het lezen waard!
Jacqueline Heezen Psychomotorisch therapeute Docente opleiding VO-PMT, Hogeschool Windesheim
Als psychomotorisch therapeut kies je voor een bewegingssituatie, waarbij je een vooraf gesteld doel nastreeft. De keuze van de activiteit heeft te maken met: of hetgeen je aan de orde wilt stellen ook oproepbaar is binnen deze situatie. Je hebt als therapeut o.a. de mogelijkheid om middels contextmanipu5
't Web, nummer 1, 2002
Eindopdracht Spel Pauline Fellinger Hier ligt, denk ik, een mooi themanummer voor jullie klaar. Aanleiding ertoe was een moment dat ik me realiseerde dat er mij jaarlijks prachtige teksten worden toebedeeld in het kader van het afronden van de module 'Spelactiviteiten binnen de bewegingsagogie en Psychomotorische therapie' en dat 't Web bijna in elke uitgave een oproep doet om prachtige teksten aan te leveren. de methodieken. Zo kan ik je eveneens vragen om voor een vrouwengroep, binnen het thema 'leren grenzen aan te geven' een bewegingsgerichte PMT-activiteit te beschrijven. Er zullen 6 casussen gegeven worden, waar j e er een van dient te kiezen.
De teksten die ik binnen krijg worden leuk nagekeken, goed of terzijde geschoven ..... . Zonde eigenlijk, als je je realiseert dat deze eindopdrachten rondom spelactiviteiten die soms erg creatief, vernieuwend, praktisch, en/of boeiend zijn. Die in elk geval doelgericht zijn en door de hulpvraag gestuurde activiteiten-ontwerpen bevatten, welke gerelateerd zijn aan een gegeven cliënt(-engroep) met omschreven klachten, respectievelijk problematiek. Kortom een bron van ontwerpen voor in de rugzak van een ieder die nieuwsgierig is naar activiteiten, die bedacht zijn rondom een psychosociaal probleem, en die aangeboden worden in een afgebakende context van bewegen als middel om gedrag te beïnvloeden.
In het kort geef ik nog even aan hoe de opdracht naar de studenten toe geformuleerd wordt. Voor jullie nu een aantal geselecteerde "eindopdrachten spel", waarbij gehoopt wordt dat jullie het net zo de moeite van het lezen waard zullen vinden als ik (in de rol van docent) en de redactie (in de rol van eindselectie) dit hebben gevonden. Het is weer eens andere voeding dan de (gebruikelijke) kanten- klaar maaltijden.
De schriftelijke eindopdracht
Î
Dit betreft een opdracht waarbij je een activiteit (en mogelijke vervolgen) dient te beschrijven die ikje vraag te kiezen binnen een bepaald thema, bij een gegeven doelgroep. Bijvoorbeeld: Stel je hebt een groep van 8 personen die allen vanwege een vitaal depressief beeld een tiental keren met elkaar een dagprogramma volgen van 1 dag per week. Daarin is ook PMT opgenomen. Deze keer is de eerste bijeenkomst en behalve de start van de ochtend met een kopje koffie, heeft de groep elkaar nog niet ontmoet. Bedenk (en beargumenteer) een kennismakingsspel waar je met deze groep mee wilt beginnen. Ga na hoe het verloop zou kunnen zijn, beschrijf dit verloop en kies (plus beargumenteer) hierop mogelijke vervolgactiviteiten uit de hoek van de bewegingsgeoriënteer't
Web, nummer 1,2002
6
Spelen binnen thema's uit de PMT Jeroen Hoeben De zodadelijk gepresenteerde casus zal als uitgangspunt fungeren voor de beschreven spelactiviteiten. Via het intaketeam van het RIAGG, is jou als PMT'er een vrouwelijke cliënt verwezen. Haar hulpvraag bet"reft het Ieren aangeven van grenzen aan de ander. Ze vindt het moeilijk "nee" te zeggen, een verzoek te weigeren of aan te geven wat haar niet bevalt. Ook binnen de PMT-sessie werd duidelijk dat ze snel over zich heen laat lopen. Samen is afgesproken de komende sessies aandacht te besteden aan leren begrenzen/ afgrenzen. Wat zou je haar als aanbod kunnen doen? Inleiding
betekenisvolle momenten te bieden heeft. Afstemming, communicatie en respect voor de grenzen van de cliënten lijken mij voorwaarden binnen de behandeling.
Aan de hand van boven staande casus probeer ik een PMT aanbod te beschrijven. Binnen deze beschrijving ben ik gebonden aan tennisachtige activiteiten. Vele van de beschreven activiteiten kunnen echter ook prima binnen andere activiteitsgebieden aan bod komen. Interesse, voorkeur, mate van bedrevenheid maar vooral ook de keuze van de cliënt dient mijns inziens bij het de totstandkoming van de activiteitskeuze centraal te staan.
Werkpunten binnen de PMT Mijns inziens laat het thema 'grenzen' zich opdelen in een aantal subthema's te weten - (her)kennen van (eigen) grenzen, - aangeven van grenzen, - handelen naar deze grenzen.
Een interventie zou kunnen zijn om juist een activiteit aan te bieden die de cliënt niet ligt! leuk vindt of waar deze moeite mee heeft. Hoe gaat cliënt hiermee om, geeft deze dit aan? Tevens lijkt het mij van belang dat de therapeut zijn eigen mogelijkheden en beperkingen (grenzen) goed afweegt en meeneemt. Dit geldt ook in de totstandkoming van de activiteitskeuze. Ik heb gekozen voor een 'lage' en in mijn ogen veilige insteek waarbinnen de cliënt kan oefenen. Het werken met de in de casus beschreven persoon (problematiek) vergt mijns inziens zeer veel begrip en verfijnd waarnemingsvermogen om de cliënt niet te overvragen en daarmee over haar grens te gaan. De andere kant hiervan is het gevaar dat je als therapeut gaat 'onderbieden' en dat context te weinig
De eerste twee subthema's beschouw ik als voorwaarde om met het laatste subthema aan de slag te kunnen gaan. Waarschijnlijk is de bovenstaande volgorde van subthema's de meeste voor de hand liggende. Ik kies er echter in deze beschrijving voor om te beginnen met het aangeven van grenzen. Onderstaand zal ik mijn keuze motiveren. De driedeling van het thema 'grenzen' betekent ook een driedeling van het therapieproces waarin er aan de verschillende subdoelen gewerkt wordt. De driedeling is binnen het therapieproces duidelijk herkenbaar voor zowel de cliënt als de therapeut, maar is minder strikt als het op papier misschien lijkt.
Opbouw van het therapieproces Aan de hand van de genoemde driedeling ga ik het therapieproces beschrijven. Activiteits-
7
' t Web, nummer 1, 2002
Spreek samen met cliënt tijd af waarbinnen het herhaald tegen de muur spelen lukt. De cliënt begint met het spelen tegen de muur en na de afgesproken tijd, legt de therapeut het spel stop waarna de rollen wisselen. De cliënt komt nu in de positie dat hij! zij aan dient te geven wanneer de tijd voorbij is.
keuze, doel van de activiteit, therapievoorstel en arrangement zal ik daarbij steeds aangeven.
1. Subthema: aangeven van grenzen De cliënt heeft moeite met "nee" te zeggen, een verzoek te weigeren of aan te geven wanneer het haar niet bevalt. Tevens blijkt dat de vrouw binnen de PMT snel over zich heen laat lopen. In de eerste oefenvormen wordt het aangeven van 'meetbare' en van tevoren afgesproken grenzen geproblematiseerd. Stop zeggen en/of zelf actie gaan ondernemen op een afgesproken moment. Door de begrenzing in tijd, ruimte en duur te zoeken leert de cliënt "stop" te zeggen en grenzen aan te geven in een relatief veilige situatie.
Een mogelijk vervolg zou kunnen zijn dat de cliënt na de afgesproken tijd niet alleen "stop" zegt maar tevens een actie onderneemt door het spel over te nemen. Een stapje verder: wanneer het spel overgenomen wordt, speel je tien keer om en om samen waarna je de therapeut wegstuurt en weer alleen speelt. Actie therapeut De therapeut is deelnemer aan de activiteit en stuurt tevens de activiteit. Deze probeert een veilige situatie te creëren waarin de cliënt kan oefenen. De therapeut geeft een voorbeeld en stimuleert (verbaal dan wel non-verbaal) de cliënt om deel te nemen.
Arrangement 2 tennisrackets, een aantal ballen een blinde muur stopwatch/ horloge Speel de tennisbal tegen de muur en probeer het spel op gang te houden. Lukt het om de bal 1
' t Web, nummer 1,2002
8
Het aangeven van grenzen wordt beloond, maar voorkom dat dit overdreven wordt Navragen vindt plaats op wat en hoe.
lijke en concrete plaats afbakening.
2. Subthema: herkennen en aangeven van eigen grenzen
Opmerkingen Er zijn verschillende manieren op de tijd aan te geven: stop zeggen, een bel luiden, op een stoel gaan zitten of staan. De manier waarop kan het aangeven van een grens bemoeilijken/ vergemakkelijken en kan derhalve een uitbouw zijn. De gekozen werkwijze kan mogelijk al snel vervelen of kinderachtig worden. Mits je hiervoor bewust kiest zou het een "weinig transparante" werkwijze kunnen zijn. Mijns inziens is het raadzaam zorgvuldig na te gaan of boven beschreven werkwijze voor de cliënt een passende is. Het aangeven van regels , speelduur en afspraken kan ook geoefend worden door bijvoorbeeld de cliënt de leiding te geven over het therapie-uur. Het is dan aan de cliënt afspraken te maken, activiteiten te leiden, doordraaisysteem te verzorgen, enz.
Wanneer de cliënt in staat is binnen een activiteit afgesproken grenzen (tijd, ruimte, regels) aan te geven kan de stap gemaakt worden naar het herkennen van eigen grenzen. Hooghouden met ballonnen waarbij de cliënt steeds een extra ballon erbij krijgt. De cliënt geeft aan wanneer het er genoeg zijn. De therapeut gooit ballen aan die de cliënt vervolgens weg kan slaan. Het tempo van aan gooien neemt steeds toe. De cliënt dient aan te geven wanneer ze wil stoppen. Therapeut slaat bal tegen muur en cliënt probeert deze terug te spelen. Er hoeft geen rally te ontstaan. Therapeut speelt ballen steeds scherper, cliënt dient verderf harder te lopen. De cliënt dient haar grenzen aan te geven. (zie onderstaande tekening)
Vervolgen - De begrenzing in tijd kan veranderd worden naar het begrenzen van ruimte. Een vak op de grond en de muur maken de plaats zichtbaar waarbinnen gespeeld dient te worden. Wordt er buiten dit vak gespeeld dient de cliënt dit aan te geven . De cliënt zit op een stoel en probeert vanaf de stoel de aangespeelde ballen te retourneren. Ballen buiten het bereik laat de cliënt voorbij gaan. Hiermee hoop ik dat er een duidelijk besef ontstaat van 'tot hier en niet verder', zij het binnen een duide-
De therapeut speelt verschillende soorten ballen richting de cliënt. Het is aan de cliënt om aan te geven hoe hij! zij de ballen toegespeeld wil hebben
Arrangement - 2 tennisrackets, een groot aantal ballen een blinde muur Vast aanspeel punt Opmerking Indien de cliënt deze situatie te moeilijk vindt zou ze haar grenzen duidelijk kunnen maken door deze te visualiseren. Bijvoorbeeld door met een lijn de volgende grenzen aan te geven.
Î
ICliënt
9
't Web, nummer 1, 2002
Tevens zou je kunnen oefenen met het werken met verschillende intensiteiten, bijvoorbeeld slaan op 10, 40 of 60% en zo hard als je wilt. Nabespreking vindt plaats op wat, hoe. Tevens kunnen de verschillen! overeenkomsten tussen de verschillende activiteiten besproken worden. . Lichaamsgerichte interventies vinden tevens binnen de nabespreking plaats. Om dit te kunnen doen dien je ook binnen de activiteiten hier aandacht aan te besteden. Wat merk je in je lichaam, wat gebeurt er, wat maakt dat je stopt! niet stopt, waar voel je dat, welke intensiteit vind je het meest plezierige?
grens leuk! niet leuk, (spel plezier)? tot waar lukt het om een bal terug te spelen, grens van lukken/ niet lukken? vermoeidheid, waar treed deze op? Bij welke afstand! welke tijd? Actie therapeut De therapeut is minder sturend en bepalend en treedt daardoor minder op de voorgrond. Na een uitleg is het aan de cliënt om te oefenen met eigen grenzen en deze te ervaren. De therapeut houdt hierbij de cliënt goed in de gaten en maakt eventueel 'zichtbare grensoverschrijdingen' bespreekbaar.
' t Web, nummer 1, 2002
10
3. Subthema: handelen naar de grenzen
Afsluitende opmerking Bij het lezen van de casus heb ik mijn 'fantasie' de vrije loop gelaten en ben ik al denkende over het thema grenzen tot bovenstaande driedeling gekomen. De driedeling is echter minder strikt dat het mogelijk op papier lijkt. Ik heb geen idee of deze driedeling überhaupt handig of toepasbaar is. Ik merk dat ik moeite heb om van achter mijn bureau te komen tot een concrete invulling van de casus. Vooral opgeleid zijnde als doener-in-de-zaal maakt het me lastig om eerst iets op papier te zetten en vervolgens aan de slag te gaan. Misschien ontstaat hierdoor ook wel mijn twijfel over de praktische bruikbaarheid. Binnen het therapieproces zoals ik dat beschreven heb neemt de therapeut steeds minder een sturende/ structurerende rol in. Van de cliënt daarentegen wordt steeds meer eigen verantwoordelijkheid, inbreng en zelfstandigheid verwacht om vervolgens zonder hulp te kunnen leven met en binnen de voor haar passende grenzen. Gezien de beperkte informatie van de casus merk ik dat ik de casus zelf meer ingekleurd heb. De anonieme casus is een persoon geworden waarvoor ik een aanbod creëer. Hierdoor zijn er binnen dezelfde casus tientallen mogelijkheden om aan de slag te gaan. Dit is een pleidooi om steeds met een cliënt tot een passend aanbod te komen waarbinnen voor die persoon betekenisvolle zaken aan bod komen. De kracht van de activiteiten ligt niet in de activiteit zelf maar in de betekenisverlening van de cliënt. Het kunnen en durven puzzelen en je creativiteit gebruiken is vereist en dit maakt dat ik enigszins moeite heb met het feit dat alles in mijn beschrijving zwart op wit staat. Van de andere kant is het voor mij als vierde jaars student BPT een geruststelling terug te kunnen vallen op een zwart op wit staande activiteit.
Het aangeven en herkennen van eigen grenzen is voorwaarde om vervolgens te kunnen handelen naar eigen grenzen en daarmee leren afgrenzen! begrenzen. In de hieronder beschreven activiteit kan de cliënt zelf regels/ afspraken invoeren en daarmee actief invloed uitoefenen op haar omgeving door te begrenzen. Structureren van prettige activiteit. De cliënt bepaalt zelf duur en regels van zelf gekozen activiteit. Tennisspel met zelf aan te geven grenzen. Het is aan de cliënt om haar eigen tennisspel te ontwerpen waar ze zelf goed in kan spelen. Ze kan hierbij voor haar 'voordelige' regels/ afspraken maken. Het is geheel aan de cliënt te kiezen en aan te geven hoe dit spel eruit ziet. Tijdens het doen kunnen er regels/ veranderingen toegevoegd/ veranderd/ aangepast worden. Actie therapeut De therapeut creëert sfeer waarin cliënt kan experimenteren met zijn! haar activiteit. Afhankelijk van de activiteit speelt de therapeut mee. De therapeut laat het geheel zoveel mogelijk vrij en stelt zich op ten dienste van cliënt. De cliënt bepaalt en geeft aan. De cliënt leidt de nabespreking zelf, waarin ze aangeeft wat ze heeft gedaan en hoe ze dit vond. Tevens probeert ze aan te geven welke zaken ze goed vond en welke minder. Deze zouden aangrijpingspunt kunnen zijn voor een vervolg. De therapeut kan suggesties doen aan de hand van eigen ervaring/ beleving.
11
' t Web, nummer I, 2002
Spelen binnen thema's uit de PMT Natasja Hannink Als uitgangspunt voor deze beschrijving is de volgende casus genomen: Via het intaketeam van hét RIAGG, is jou als PMT'er een vrouwelijke cliënt verwezen. Haar hulpvraag betreft het Ieren aangeven van grenzen aan de ander. Ze vindt het moeilijk "nee" te zeggen, een verzoek te weigeren of aan te geven wat haar niet bevalt. Ook binnen de PMT-sessie .werd duidelijk dat ze snel over zich heen laat lopen. Samen IS afgesproken de komende sessies aandacht te besteden aan leren begrenzen/ afgrenzen. Wat zou je haar als aanbod kunnen doen? Assertiviteit te praten!" Het aanbod dat ik deze vrouw zou kiezen We maken hier een onderscheid tu ssen asheeft als thema assertiviteit. sertiviteit, sub-assertiviteit (niet-assertief) en Assertiviteit heeft te maken met de manier agressi viteit. an reageren op wensen en eisen van anderen en ook op verlangens van jezelf. Assertief Assertiviteit is het opkomen voor je persoongedrag is het op een goede manier omga~ lijke belangen, het uitdrukking geven aan (uimet het uiten van je gevoelens en van daaruIt ten van) je gevoelens, gedachten en wensen doeltreffend opkomen ~-______________..,..., op een gepaste manier voor je eigen wensen (het durven zeggen van en verlangen. Zeker wat je denkt, voelt en wanneer je datgene wilt). wat de ander wil beDit op basis van reslangrijker vindt dan peet. Respect voor je wat je zelf wilt, zul eigen belangen en resje geneigd zijn sub-aspeet voor de belangen sertief te reageren. Als van de ander. je te lang alleen maar In principe is assertividoet wat de ander wil, teit gericht op het openhouden van de commuzul je ook steeds minnicatie (omgang) met der weten wat en hoe je zelf eigenlijk wilt anderen en zal asserJe eigen grenzen vertiviteit (door de eervagen als het warel . lijkheid, directheid en openheid) de commuDe uitgangspositie om nicatie stimuleren. assertieftekunnen zijn Assertiviteit is wel: vrais de houding: ' Ik: heb gen om iets, waarbij je het recht om te voede mogelijkheid openlen denken en wenhoudt om tot een comsen at ik wil en om promis te komen als er hiero er met anderen twee belangen botsen. 't Web nummer 1 2002
12
Assertiviteit is niet: ten koste van alles krijgen wat je wilt of de ander overdonderen. Assertiviteit is dus wezenlijk iets anders dan egoïsme of agressie2 !
• Agressieve reactie bij opnieuw ongevraagd advies: "Je zit verdomme ook altijd te zeuren, je hebt nooit begrip voor mij, als je zo zit te zeiken ben ik weg!" en je loopt weg. • Sub-assertieve reactie: "Ja sorry, je hebt helemaal gelijk, had ik zelf moeten bedenken, stom van mij!", en je begint te sniffen of zielig te huilen. Assertieve reactie: "Goh pa, ik merk dat ik me niet prettig
Sub-assertiviteit is het opzij schuiven van je eigen belangen om het anderen naar de zin te maken, conflicten te vermijden, etc. Bij subassertiviteit doe je dit door je mond te houden, je onderdanig op te stellen, de ander naar de mond te praten, mee te praten terwijl
je weet datje het anders wilt. Agressiviteit is het opzij schuiven van het respect voor anderen. Dit doe je door je wensen en behoeften aan anderen op te leggen: je gaat in de aanval op ongepaste momenten, je eist, je overdondert, je domineert de ander, je walst de ander plat.
meer voel als je met goed bedoelde adviezen komt. Vroeger als kind heb ik altijd veel aan je adviezen gehad, maar nu ik op kamers woon wil ik proberen om mijn eigen leven op te bouwen. Ik weet dat je de adviezen geeft omdat je me wilt helpen, maar op dit moment help je me het beste als je me dingen zelf laat uitzoeken en uitproberen. Ik zou het fijn vinden als je probeert om met het advies te wachten tot het moment dat ik er zelf om vraag. Snap je wat ik bedoel? Zou je dat ook willen proberen zo te doen?
Voorbeeld: Een van je ouders blijft je steeds ongevraagd adviezen geven over hoe je je leven zou moeten inrichten. Je hebt er nog niet eerder iets over gezegd, maar je merkt dat het je niet bevalt.
13
't Web, nummer 1,2002
Wat ik vind en wat ik wil is wel belangrijk!
krijt zichtbaar zijn. Degene die in zijn gebied staat heeft de taak om er voor te zorgen dat die ander niet in zijn gebied komt. Opletten op duidelijke rolverdeling, wie waar verantwoordelijk voor is. Tweetallen wisselen van rol.
In de PMT-sessies gaat het er mijns inziens om dat de cliënt (weer) leert zien en geloven dat haar mening en haar wensen ook belangrijk zijn. Omdat ze sub-assertief gedrag langzaamaan heeft aangeleerd, misschien al wel van huis uit, zal er tijd en moeite nodig zijn om haar te leren zich assertiever te gedragen. Ze zal de onzekerheden die nieuw gedrag met zich meebrengt, moeten aandurven. Ze zal doorzettingsvermogen nodig hebben. Wel kan ze binnen de PMT oefenen met nieuw gedrag. Ze kan gaan ervaren hoe het is om wel nee te zeggen en om wel in staat te zijn haar grenzen aan te geven en te verdedigen.
Bij het nabespreken 1. Nagaan of en wat het verschil is tussen
hoe degene die het gebied in gedachten had en hoe het geworden is. Verschil bespreken, is de ruimte kleiner geworden of groter? Hoe komt dat? 2. Hoe was de samenwerki ng? Bij groot verschil of bij precies goed, aan wie lag dat? 3. Hoe groot is het gebied? Hoe is de vorm, moeilijk of eenvoudig? 4. Wanneer was het moeilijk om grenzen aan te geven? Wat waren verwarrende situaties?
Nee zeggen Wanneer je moeilijk nee kunt zeggen als een ander iets van je wil, dan kan dit misschien voortkomen uit de angst dat de ander boos wordt of je niet meer aardig vindt, of zal denken dat je alleen aan jezelf denkt. Op die manier word je soms een speelbal van de ander en zeg je toe dingen te doen tegen je eigen wil in. Je kunt zo je eigen grenzen niet meer goed bewaken. Je loopt het risico teveel hooi op je vork te nemen. Binnen de PMT zal getracht worden om de cliënt te laten inzien dat het opkomen voor jezelf niet iets slechts is.
Tweede activiteit: hoe krijg je de ander van de mat? Type oefening: themawerk in de zaal Aantal deelnemers: 2 Benodigdheden: mat Thema: grenzen, assertiviteit Beiden staan of zitten op de mat. Degene die werkt probeert diverse manieren uit om de ander van de mat te krijgen. De ander werkt wel mee. Mogelijkheden zijn o.a: duwen, vragen, iemand overtuigen (bijvoorbeeld van het voordeel van een grotere ruimte boven de kleine mat), commanderen, uitnodigend gebaar. Wat werkt goed, wat is prettig en waar ligt je kracht5 ?
Eerste activiteit: eigen ruimte bepalen en grenzen duidelijk maken 4 Type oefening: themawerk in de zaal Aantal deelnemers: 2 Benodigdheden: krijt Thema: ruimte, assertiviteit, grenzen
Waarom deze oefeningen?
Werken in tweetallen (aanwijzen of zelf laten vormen). Een persoon van het tweetal bepaalt in gedachten een gebied wat hem! haar toebehoort en waar hij/zij in gaat staan. Dit gebied moet binnen bepaalde van tevoren aangegeven buitengrenzen vallen. Bij meerdere tweetallen de zaal in gelijke ruimten verdelen. De ander van het tweetal weet dit gebied niet en gaat ontdekken waar de grens ligt. Een punt van de grens kan aangestipt worden met krijt en uiteindelijk ontstaat een figuur op de grond. Degene die gaat ontdekken is zelf verantwoordelijk om te weten te komen waar die wel of niet mag komen. Uiteindelijk moet dit gebied op de vloer met ' t Web, nummer 1,2002
Bij de eerste oefening is het ten eerste al van belang dat je voor jezelf een stuk grond toeeigent. Jij zelf bepaald hoe groot dit wel of niet wordt. Hiernaast is het de bedoeling dat jij je eigen stuk beschermt. Wanneer iemand probeert in jouw gebied binnen te dringen moet je dus sterk genoeg zijn om hemlhaar te zeggen dat je dat niet wilt. Nu heb je bij deze oefening als voordeel dat de grens ook voor de ander zichtbaar is. Je kunt de ander er dus op wijzen een grens over te zijn gegaan, want deze grens is zichtbaar. Het lijkt mij dat deze oefening heel goed geschikt is om te oefenen met het bewaken van je grenzen en het ervaren hoe het is als het 14
lukt om iemand te vertellen waar jouw grens ligt.
nieren. Hierdoor kan ze een manier tegenkomen waarvan zij ervaart dat deze voor haar prettig werkt. Door erachter te komen wat zij een prettige manier vind, kan ze hiermee ook verder aan de slag en kan ze in therapie en naar verloop van tijd ook thuis of op haar werk hiermee oefenen.
Bij de tweede oefening kan de vrouw ontdekken waar haar sterke en haar zwakke punten liggen met betrekking tot het aangeven van grenzen. Ze kan spelen, oefenen met het aangeven van haar grens op verschillende ma-
Internetsite over assertiviteit, door Gert Hardeman J. Haarbosch, studentenpsycholoog KV Brabant 5 Deze oefen vorm is aangeleverd door Lily Muster. 1.3&4
2
15
't Web, nummer 1, 2002
Notulen BALV 16 november 2001 Leden van de Werkgroep bewegingsonderwijs, therapie en recreatie. Notulen Bijzondere Algemene Leden Vergadering van de Werkgroep Bewegingsonderwijs, -therapie en -recreatie. Aanwezig: Karel Verweij, Chris Hazelebach, Gert van Driel, Bram Donkers, Marco van Berkel, Marcel Heuver, Loes Pieters, Ingeborg Boeve-Zegers, Simone van Dijk, Niek Hofman, Hardy Heijmen, Angela van Silfhout, Pieter Pols. Afgemeld: Tejo van de Berg, Jeantine Geleijnse, Wouter Oonk, Chan Lutteke, Remke Smeekens. Aan: Betreft:
1. Opening Ingeborg opent de vergadering en heet iedereen welkom. Van deze vergadering komt een uitgebreid verslag in een komend Webnummer.
2. Voorstel tot samenwerking met Fenom B.V. Tijdens de bestuursvergadering van 6 juli j.l. is de samenwerking tussen de Werkgroep en Fenom B.V. besproken. Het voorstel is om de totale verkoop van door de Werkgroep uitgegeven boeken door Fenom te laten doen. Zij coördineren de distributie van alle boeken van de Werkgroep. Het voorstel komt voort uit de last die de Werkgroep ervaart door de toegenomen vraag naar het boek Bewegingsonderwijs in het speellokaal. De vraag naar dit boek blijkt zo groot te zijn, dat dit voor een organisatie die drijft op vrijwilligers te complex aan het worden is. Deze complexiteit leidt tot problemen in de uitvoering van de verkoop en vergroten van de vraag in de markt. Daarnaast is de prijs van het boek door tussenkomst van boekhandelaren dusdanig opgedreven, dat deze niet overeenkomt met de ideologie van de Werkgroep. Fenom denkt deze problemen te kunnen ondervangen en doet het voorstel om de totale verkoop van de boeken voor haar rekening te nemen. Een eventuele samenwerking tussen Fenom en de Werkgroep is door de aanwezige bestuursleden positief ontvangen. Waarom is dit nodig? 1. De Werkgroep werd geconfronteerd met extreem hoge boekprijzen (= niet conform de ideologie van de Werkgroep) 2. Er is zo'n grote oplage dat het te arbeidsintensief voor vrijwilligers is (het bestuur heeft gekozen voor een andere weg.) 3. Vanuit onze doelstelling om een zo breed mogelijk publiek te bereiken, kunnen we de stagnatie in de omzet niet accepteren. Het doel van de samenwerking voor de werkgroep: • Lastenverlichting. • Handhaving, eventueel verbetering, van de service naar de leden (klant). • Duidelijke administratie. De samenwerking kan voor de werkgroep o.a. de volgende voordelen hebben: • Een toename van de afzet, met als uitgangspunt, producten kenbaar maken aan een breed publiek. • Werken met een korte lijn naar het bestuur. • Beter inzicht krijgen in de voorraad. • Verkoop studiedagen. • Ledengroei.
't Web, nummer 1,2002
16
Wat houdt Fenom B. V. in? Fenom B:y' is een tweemansbedrijf van Hardy Heijmen en Marcel Heuver, bestuur -en exbestuurshd van de Werkgroep. Ze hebben een onderwijsadviesbureau. Wat heeft Fenom B. V. te bieden? • Fysieke verkoop op Pabo's en ALO's. • Grote verzendingen. • Administratie. • Verkoop boeken op studiedagen. • Op tijd nieuwe druk laten drukken. De samenwerking moet voor de Werkgroep aan een aantal voorwaarden voldoen: • Er moet voldaan worden aan de doelstellingen van de Werkgroep. • Alle rechten blijven volledig bij de Werkgroep. • Op papier goede afspraken maken over de te volgen procedure wanneer de samenwerking niet naar genoegen is (proefperiode). • Met elkaar duidelijke afspraken maken m.b.t. het vaststellen van de hoogte van de verkoopprijzen. • De samenwerking moet opgaan voor alle huidige en toekomstige publicaties.
Er wordt gelegenheid gegeven tot het stellen van vragen: Marco: wat kosten ze (Fenom)? Hardy: er zijn prijsafspraken gemaakt per boek. Hardy wil prijzen niet direct noemen i.v.m. concurrentie. Hij wil eerst graag reactie op het plan.
Karel: wat vinden de huidige vrijwilligers van het plan samen te werken met een professioneel bedrijf? Corina heeft aangegeven dat het werk dat zij verzet veel is en dat ze het in de komende tijd wel wil overdragen. Annie Heuver lukt het om de individuele verzendingen te verzorgen. Ze heeft geen moeite met het voorstel. Karel: hoe kan een bestuurslid tegelijkertijd commerciële belangen hebben binnen dezelfde vereniging? Ingeborg legt uit dat dit geen bezwaar hoeft te zijn, wel een mogelijk gevaar. In goede afspraken worden gevaren uitgebannen. Karel is niet overtuigd. Gert: hoe zit het met het takenpakket van Fenom B.V.? Apart hierin staat de opmaak van publicaties. Marcel: dit blijft een taak van de redactieraad. Fenom signaleert wel en geeft aan wanneer er weer een nieuwe druk moet komen.
17
' t Web, nummer 1, 2002
Bram: vraagt zich af of signaalfunctie ook een opdracht wordt voor de Werkgroep om weer te produceren? Dit is een verschillend belang. Marcel legt uit dat het bestuur uiteindelijk de verantwoording heeft wel of niet opnieuw te drukken. Fenom heeft enkel een signaalfunctie. Karel: actieve acquisitie houdt ook in dat er meer boeken verkocht moeten worden. Gert: kunnen we het risico spreiden? Marcel: dat wordt een moeilijke constructie. Bram: je kan in percentages gaan werken per verkochte boeken. Hierdoor wordt de signaalfunctie aangedikt. Dit geldt met name voor de kleinere oplagen. Is hierover nagedacht? Karel: misschien moet er toch iemand tussen commercieel en ideëel. Dit is een verantwoordelijke taak. Actieve acquisitie blijft gevaarlijk, moeilijk in te schatten oplagen. Gert: wordt Fenom de enige die Webboeken gaat verspreiden? lngeborg: ja, voor wat betreft de grote oplagen. Het Jan Luiting Fonds heeft wel gereageerd; het is de vraag of zij een goed bod hebben. Bram: heeft Fenom zich ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en heeft ze belastingtechnische zaken afgedekt? lngeborg: dit is geregeld. Er is ook geld gereserveerd voor eventuele aanslagen van de belasting. Chris: hoeveel acquisitie wordt gedaan? Wordt vastgelegd hoeveel Pabo's actief worden bewerkt? Dit zou een optie kunnen zijn. Gert geeft aan dat dit niet direct van invloed is voor de Werkgroep. Chris: hoe zit het met de prijs van het kleuterboek? Deze wordt niet hoger dan de vaste prijs, naar het ideaal van de Werkgroep. Bram: het is jammer dat er niet zorgvuldig genoeg gehandeld is wat betreft het geven van accurate informatie. Belangrijk is dat mensen die de afgelopen tijd erg actief zijn geweest de eer te geven die ze toekomt! lngeborg beaamt dat er stappen zijn overgeslagen. Het bestuur heeft daarvan geleerd en zal ook zaken rechtzetten. Loes: de prijs vanf80,- is voor studenten nog hoog. Kan dit lager? Ja, maar met veel inspanning van de persoon (zelf verzending regelen) Dit is meer uitzondering dan regel. Marco: is er ook een overzicht van taken van de redactieraad (Corina)? Dit is ook erg veel. Ja, er is een overzicht. Het bestuur is ermee bezig. Het zelfde geldt voor de redactie van het tijdschrift (Niek). Marco: het blijft erg ingewikkeld, wanneer wel/niet een vergoeding? De tijd brengt dat met zich mee, dit is niet te beheersen. Je moet wel mee, maar tot welke grens? We moeten hier niet selectief mee omgaan, breed informeren. Kan er een tussenpersoon komen tussen het Webbestuur en Fenom? Risicospreiding moet nog worden uitgewerkt. Marco: wil Fenom de prijs openbaar maken? Marcel wil procedure hoe dit af te hameren helder hebben. Hoe ziet actieve marktbewerking eruit, wat is de waarde ervan? ' t Web, nummer 1, 2002
18
Hardy legt uit hoe de eventuele prijzen komen te liggen. Marco: wat als je alle boekhandels 30% korting geeft op de boeken? Dit kan niet gegarandeerd worden. Dus daarom ondernemen we daarop geen verdere actie. Na aanleiding van de vragen rondom prijsberekening merkt Bram op dat het niet correct is de vergelijking door te trekken van opbrengst boekverkoop en opbrengst nascholing. Dit omdat er nog andere voordelen voor Fenom zijn. Deze opmerking wordt meegenomen.
Besluit: Er wordt een commissie benoemd die opnieuw kijkt naar een contract met Fenom B.V. Alle vragen en opmerkingen van deze avond moeten worden meegenomen in de bespreking. De commissie zal bestaan uit: 2 bestuursleden, redactieraadleden en Fenom B.Y. Het bestuur neemt hiertoe het initiatief. De BALV mandateert de commissie. Op de komende ALV wordt de uitkomst gepresenteerd.
3. Bekendmaking procedure winstbesteding Tijdens de ALV op 23 maart hebben we winstbesteding op de agenda gehad. Daar is een commissie uit voortgekomen. Deze commissie heeft een voorstel gemaakt en dit voorstel is teruggekoppeld naar het bestuur. (zie pag. 41) Chris: hoeveel aanvragen magje doen als lid? Zoveel als je wilt, maar er zal wel gekeken worden naar categorieën. Gert: sluiten jullie uit dat vrijwilligers worden betaald? Bedoeld wordt dat de steunfondsleden geen onkosten vergoed krijgen. Gert: worden aanvragen eens per jaar behandeld? Nee, op de ALV wordt alleen gemeld welke aanvragen gehonoreerd zijn. Besluiten kunnen tussentijds genomen worden. Marcel: wat is het huidige bedrag? F 20.000, = Wat is de winst? Staat niet vast. ALV bepaalt budget wat jaarlijks in steunfonds gestort wordt. Marco: wat doe je met publicaties die al 4 jaar op de plank liggen of in de pen zitten, waarvan je niet weet hoe het verkoopt? Ook deze worden via de procedure getoetst.
4. Rondvraag Er zijn geen vragen.
5. Sluiting Chris zegt nog toe een Il y a te schrijven voor de internetsite over nieuwe versie van 'vos kom uitje hol'. Na deze laatste toezegging sluit Ingeborg de vergadering. Mocht u naar aanleiding van de notulen van de BALV nog vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met Ingeborg Boeve-Zegers: telefoon 0318-638466; e-mail:
[email protected].
19
't Web, nummer 1, 2002
Publicatielijst 't Web 1. Werkboek Bewegingsonderwijs voor het Voortgezet Onderwijs Janny Boers, Teus van Cappellen, Henk Krikke, Bob van de Pol en Reinaid Teune Uitverkocht
2. Bewegingsonderwijs in de Basisschool- integratie of isolement Bram Donkers Uitverkocht 3. Circus is een spel ( versie 1989) Dieuwke Westerbaan-Mellema en Chris Hazelebach Prijs 13,5 euro 4.
Schommelaktiviteiten Gert van Driel ledenprijs 11 euro niet leden 13,5 euro
5. Een bundel juweeltjes Harry Jansen Prijs 9 euro 6. Werkboek bewegingsonderwijs voor de basisvorming Hilde Bax, Gert van Driel, Henk van der Palen en Reinaid Teune Ledenprijs 38 euro Niet leden 44,5 euro 7. Bewegingsonderwijs in het speellokaal (inclusief CD) Chris Hazelebach, Loes Pieters, Jeantine Geleijnse Mieke van der Greft, Wilma Tjalsma Ledenprijs 32 euro Niet leden 37 euro 8.
Sterke Verhalen Redactie: Corina van Doodewaard, Peter Dooijeweerd Prijs 4,5 euro
Alle prijzen zijn inclusief de portokosten De publicaties zijn te bestellen bij:
Publicatiefonds 't Web t.n.v. Annie Heuver G. H. Kappertstraat 41 7443 RB Nijverdal 0548-610816 fax 0548-613953
't Web, nummer I, 2002
20
Spelen binnen thema's uit de PMT Marijke Kamping In een centrum voor specialistische psychotherapie is een afdeling voor cliënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis. Zij hebben een klinische behandeling. De leefgemeenschap bestaat uit ongeveer twintig cliënten in de leeftijd van twintig tot vijfentwintig jaar. De leefgemeenschap is onderverdeeld in drie groepen van ongeveer zeven personen. Beschrijving doelgroep
In het tweede blok wordt de mogelijkheid geboden om door middel van houding, gebaar, beweging en symbolen uit te zoeken hoe je overkomt, te ontdekken wat er komt kijken bij thema's als: afstand en nabijheid, steun, kracht en vertrouwen. Het is de bedoeling een nieuwe stap te zetten, te experimenteren met het loslaten van het oude patroon. De vraag wat het lichaam heeft en je manier van bewegen jezelf en anderen te vertellen, is de rode draad door de therapie.
Alhoewel bij een aantal cliënten de diagnose nog niet helemaal vastgesteld is, is de behandeling gericht op cliënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis. De cliënten zijn impulsief van aard, hebben vaak moeite met het hanteren van stress en hebben in de regel een onsamenhangend en negatief beeld van zichzelf. Deze problematiek lijdt tot: van het ene uiterste in het andere vallen, aan dingen beginnen zonder het af te maken en moeite hebben met het aangaan van een vertrouwensband. Mensen met Borderline hebben veel moeite met hun eigen grenzen, maar ook met die van anderen. Andere kenmerken kunnen zijn: Verlatings-/verbindingsangst, zelfdestructief gedrag, sternrningswisselingen, zwart-wit denken, gevoel van leegte en/ of verslavingsproblematiek. In het verleden zijn vaak dingen gebeurt die moeilijk te verwerken of moeilijk te hanteren waren, waardoor de cliënt in de knoei is gekomen. Elke groep heeft twee blokken PMT in het basisprogramma. In het eerste blok staat de groepsdynamiek centraal; in het tweede blok wordt met de groep individuele thema's uitgewerkt. De achtergrond wat er aan de orde kwam tijdens de andere sessies komt naar voren, maar ook wat er in het woonhuis afspeelt. In het eerste blok, wordt aandacht besteed hoe je in beweging kunt komen. Met de groep wordt een spelvorm gekozen. In beweging durven komen, controle, energie doseren, aangesproken worden op je speelstijl en leren omgaan met grenzen en of lichamelijkheid kan in samenspel met de groep tegengekomen worden.
Het doeV thema van de eerstvolgende therapiesessie is: samenwerken. Binnen het samenwerken gaat het erom dat de deelnemers in contact blijven met elkaar. Dit is de rationale.
Vooraf aan de eerste activiteit Voor een warming-up als voorbereiding op de hoofdactiviteit, gaan tweetallen (zelf te kiezen) tegenover elkaar staan met een 1 meter stok horizontaal in de handen. Het is de bedoeling dat elk de stok tegelijk naar de ander gooit. Daarbij is het contact met de ander belangrijk. Houdt contact met elkaar, spreek af wanneer de stok wordt gegooid. Variëren door van tweetal te wisselen, afstand vergroten, een x-aantal keren overgooien zonder dat de stok op de grond valt.
Startactiviteit De groep gaat in een kring staan. Iedereen heeft een 1 meter stok horizontaal in zijn of haar handen. Het is de bedoeling dat iedereen tegelijk de stok naar zijn rechterbuurman gooit en de stok daarna opvangt die zijn linkerbuurman gooit. 21
't Web, nummer 1,2002
In deze activiteit is het belangrijk dat de cliënten contact houden met elkaar. Dit kan erg moeilijk zijn voor borderline cliënten. Als iemand helemaal op zichzelf is of uit contact raakt zal de activiteit niet meer lopen. Je bent op je buurman gericht, maar de activiteit moet met de hele groep uitgevoerd worden om het tot een succes te laten zijn. Daarnaast is de controle over de stok en de controle over jezelf een belangrijk facet. De groep moet onderzoeken wat er komt kijken bij het samenwerken. Hoe pakken we de activiteit aan? Wie geeft het teken dat iedereen moet gooien? Hoe kom je tot een uitvoeringsplan? Welke regels gelden er? Sommige cliënten moeten zich zichtbaar maken om bepaalde regels in te voeren. Allemaal zaken die opgelost moeten worden.
9o
-
/0
o cliel\f
/" = 1 tn~1e.R St&
Doordat de cliënten in een kring staan is het contact makkelijker te behouden. Iemand kan zich niet snel afsluiten en op de achtergrond stellen. Iedereen zal altijd mee moeten doen om de activiteit goed te laten verlopen.
/7::
RJ"
tÁ~ ~ ~coieIl
Attitude therapeut Aangezien het ene inzichtgevende groep is Arrangement ga ik eerst aan de kant staan en kijk ik toe na• 6 tot 8 cliënten dat ik het voorstel heb gedaan. Ik observeer • 6 tot 8 1 meter stokken wie er de leiding neemt en wie welke regel • ruime zaal invoert. Als een iemand te overheersend de leiding neemt, benadruk ik dat het er om gaat Voorstel dat de groep samen een situatie moet creëren We gaan in een kring staan. Iedereen houdt waarbij iedereen zich prettig voelt. Als het een I-meter stok horizontaal in de handen. overleg erg stroef verloopt en de cliënten aan Het is de bedoeling dat iedereen samen, tegemij 'hangen', zal ik een voorstel of suggestie lijk de stok naar de rechter buurman gooit om doen. vervolgens de stok van de linker buurm~a::n=----_---,-_ Daarna laat ik het weer aan weer op te vangen. de groep over. Hoe pakken jullie dit aan?
' t Web, nummer 1, 2002
22
Tijdens de activiteit zal ik nog eens benadrukken waar het omgaat; "Het gaat erom dat je eerst goed iets afgeeft (in dit geval de stok) en daar contact mee houdt voordat je iets nieuws oppakt (de stok die aangegooid wordt)". Dit kan bijvoorbeeld in gevuld worden door een werksituatie of een opdracht die gedaan moet worden.
voor niet (manier van gooien, naar elkaar kijken, samenwerken). Het zal in het geheel waarschijnlijk even duren voordat de activiteit goed opgang komt. Maar door te oefenen en te overleggen kan het een echt succes worden waarin de cliënten echt samen bezig zijn en in contact blijven met elkaar.
In de activiteit zal ik de groep aanmoedigen en stimuleren. Ik zal proberen het voor hen een uitdaging te maken om bijvoorbeeld te zeggen: "Kom op, probeer samen vijf keer achter elkaar te gooien zonder dat een van de stokken de grond raakt". Complimenten maken als het goed gaat.
Vervolg Het kan zijn dat iemand het eng vindt om een stok naar zich toegegooid te krijgen. Een andere of vervolgvorm kan zijn: De groep staat nog steeds in een kring, maar zet nu de een meter stok verticaal op de grond. De stok wordt vastgehouden door alleen de hand er bovenop te leggen. Het is de bedoeling dat je de stok van je rechterbuurman in dezelfde positie (verticaal) overneemt en dat je je eigen stok voor je linker buurman netjes achter laat. Dit gebeurd ook weer gezamenlijk en dus tegelijk.
Verloop van de activiteit Om de activiteit op te brengen zullen er verschillende voorstellen gedaan worden. Het kan zijn dat de groep in hevig beraad gaat, maar het komt ook voor dat de cliënten weinig initiatief tonen en zich afhankelijk van de therapeut gaan opstellen.
Er kunnen meerdere vormen voorafgaand aan de hoofdactiviteit gegeven worden. Eerst met tweetallen de stokken overgooien (zoals beschreven). Dit kan dan verder uitgebouwd worden met drietallen en eventueel viertallen. De posities van de cliënten kunnen veranderd worden, zodat iedereen een andere buurman of buurvrouw heeft waarna toe gegooid moet worden. Ook kan de stok de andere kant op gegooid worden (links om in plaats van rechtsom).
Er kan irritatie ontstaan als het samenwerken niet goed verloopt. Het zal dan met name om irritatie onderling gaan. Het is belangrijk dat deze uitgesproken worden en dat de groep daar iets mee doet. Daarnaast is de succeservaring een belangrijk onderdeel. Als het lukt om alle stokken van de grond te houden, wordt dit door de therapeut aangemoedigd. De therapeut kan benoemen waarom het nu wel lukt en daar-
23
' t Web, nummer 1, 2002
Zonder
't
Web, nummer 1,2002
24
Woorden
25
' t Web, nummer 1, 2002
Spelen binnen thema's uit de PMT Geerke Mateboer De opdracht die ik zal gaan beschrijven is gemaakt voor een groepje van zes tot acht personen met een borde-rline persoonlijkheidsstoornis. Ze komen voor therapie op de dagbehandeling van een grote GGZ instelling. Een terugkerend PMT-thema is het leren samenwerken binnen de groep. De groep is vaak anders van samenstelling, er zijn niet elke week evenveel cliënten en ook zijn er niet steeds dezelfde cliënten. Ook deze keer gaan we bezig met samenwerken en vooral het teamgevoel wil ik aangesproken hebben. Patiënten met borderline slagen er vaak niet in goede relaties op te bouwen, ze voelen zich dan ook vaak eenzaam en alleen. Het zou mooi zijn als ze een keer zouden ervaren ergens niet alleen voor te staan. De ervaring 'samen staan we sterk' is dus zeer gewenst. De activiteit die ik met de cliënten wil gaan doen is tsjoekbal. Dit is een activiteit waarbij er overgespeeld moet worden om te kunnen scoren. Je mag immers zelf niet lopen met de bal en ook moet iemand anders de bal vangen als jij hem in de tsjoek hebt gegooid. Tsjoekbal is naar mijn idee een spel dat niet snel verveelt en na enig oefenen kom je snel tot succeservaringen. De tsjoek is namelijk behoorlijk groot en dus niet gauw te missen. Verder vind ik het spelen met een tsjoek eens wat anders, niet iedereen zal het al eens gespeeld --""""-"-'hebben en zo zullen er dus niet veel negatieve herinneringen kunnen zijn aan het spel. Het gooien in zo'n tsjoek heeft ook nog wel iets extra's, het roept meer op dan het gooien
't Web, nummer 1,2002
in een basket, vind ik. Doordat je altijd met z'n tweeën gooit verstekt je het teamgevoel. Doordat je moet overspelen is het samenspelen eigenlijk ook gewoon een gegeven en vanzelfsprekend. Zo is iets samen doen ook veel makkelijker dan wanneer je het er zo dik bovenop legt. Ik zou de sessie willen beginnen met de cliënten in een hoekje van de zaal. Daar zou ik eerst een rondje doen. Zijn er nog dingen die de groep of ik moeten weten? Zijn er din-gen waar rekening mee moet worden gehouden? Zoals bijvoorbeeld: een rotdag gehad, de hele nacht niet geslapen, een verkoudheidje te pakken hebben, enz.
26
Als dit gedaan is zal ik globaal vertellen wat er die sessie gaat gebeuren en het thema samenwerken benadrukken. Als eerste geef ik de opdracht om tweetallen te maken. "Ik wil graag dat jullie nu tweetallen maken, doe maar even". Zo moeten ze initiatief tonen, want zonder initiatief kom je niet tot een tweetal. Wanneer het maken van een tweetal goed gaat vind ik dat het beloond moet worden, dus dan complimenteer ik ze. Als de tweetallen zijn gemaakt dan laat ik ze de tsjoek zien en geef ik ze het eerste leervoorstel.
Soort bal: ik wil beginnen met een echte tsjoekbal. Deze ballen zijn wel hard, maar komen daardoor ook mooi terug bij het ingooien in de tsjoek. Wanneer je deze ballen te bedreigend zijn in verband met hun hardheid, zou een volleybal ook gebruikt kunnen worden. Ook deze komt namelijk goed terug. Attitude van mij als therapeut Ik wil vooral sturend aanwezig zijn. Borderline cliënten hebben behoefte aan structuur, die zal ik proberen te waarborgen. Dit door middel van de regels zoveel mogelijk te geven. We gaan acht minuten spelen, in deze tsjoek, je start vanaf de pilon. Na het gooien sluit je achteraan en wissel je van functie.
Leervoorstel Pak als tweetal een bal en probeer te komen tot een score. Een score is dat de ene speler de bal in tsjoek gooit en dat de ander hem vangt. Voor de tsjoek heb je een cirkel, daar mag je niet binnen komen. Je loopt dus als tweetal in, vanaf de pion tot ergens voor de cirkel, de een gooit, de ander probeert te vangen. Daarna sluit je achteraan en wissel je van functie .
Ik zal proberen overzicht te houden en aanwijzingen te geven bij de tsjoek. Deze aanwijzingen kunnen technisch zijn, maar zullen vooral betrekking hebben op het samenwerken. Bijvoorbeeld: "het lijkt mij handig als je medespeler eerst een aankijkt voordat je gooit". Ik wil ze dingen zelf uit laten zoeken, maar kan me er ook niet te veel van distantiëren. Bij borderliners is het namelijk van belang om goed te laveren tussen betrokkenheid en distantie. Ze verwachten namelijk veel van hun hulpverlener, stellen daarmee ook hoge eisen aan je. Het is dus van belang dat ze het idee hebben dat je betrokken bent, datje ze respecteert en datje ze ook daadwerkelijk wilt helpen, maar dit moet niet eindigen in teveel betrokken zijn. Ze moeten ook vooral zelf werken aan hun probleem en niet hun lot in de handen van jou als therapeut leggen.
Arrangement • zaal • tsjoek • drie of vier tweetallen • ballen • pilon Ik vind het belangrijk om zo te beginnen. Zo kunnen de cliënten even rustig wennen aan de tsjoek een ook kunnen ze wennen aan het samenspelen. Om te kunnen komen tot een score zullen ze elkaar in de gaten moeten houden, er zal telkens contact moeten zijn tussen het tweetal. Als je niet weet waar de ander zich bevindt of als je niet weet dat hij wel naar jou kijkt, dan kun je niet komen tot een score. Naar mijn mening, moeten ze in deze oefening wel een 'samengevoel' kunnen bemerken. Borderliners identificeren zich met rol modellen, zelf meedoen, kan hier dus betekenisvol zijn. Wel is het dan belangrijk om niet steeds met dezelfde te spelen, want dan krijg je het gevaar van "voortrekkersbeleving" bij de rest. Je zou dan bijvoorbeeld om de zoveel minuten van tweetal kunnen wisselen. Het voordeel hiervan is dan ook gelijk weer dat er steeds opnieuw weer contact moet worden gelegd.
Omdat samenwerken al eerder aanbod is gekomen en omdat ze dit zelf ook als een belangrijk thema vinden, verwacht ik welwillendheid. De tsjoek lijkt mij uitnodigend genoeg om dit acht minuten vol te houden. Toch zal ik goed in de gaten moeten houd of het niet gaat vervelen. Als dit wel het geval is kan een goede stemming zo omslaan in negatief gedrag. Ik verwacht niet dat ze direct tot scoren komen, omdat het een eerste introductie in tsjoekbal is. Ik verwacht een uiting van negativisme. Borderliners hebben immers vaak last van een negatief zelfbeeld. Ook hebben 27
't Web, nummer 1, 2002
steeds zijnlhaar fout is dat het komen tot een score niet lukt. Dan komt het negatief zelfbeeld weer op de proppen.
ze regelmatig woede uitbarstingen die eigenlijk overdreven zijn gezien de situatie. Dit zal dus kunnen voorkomen na bijvoorbeeld twee keer niet kunnen scoren. Ik wil proberen ze mee te geven dat niet gelijk komen tot een score heel normaal is en ze te motiveren om door te gaan.
Bij het maken van tweetallen zouden er al problemen kunnen ontstaan zo verwacht ik dat er vast een paar zijn die het moeilijk vinden om initiatief te tonen en zo zou het lang kunnen duren voordat de tweetallen gevormd zijn. Ik zal in dit geval niet gaan pushen, ze moeten dat zelf uitzoeken. Maar ik zal het wel benoemen. Bijvoorbeeld: "Ik zag dat het maken van tweetallen voor sommigen nogal moeizaam ging; dat is niet erg, maar realiseer je wel dat initiatief tonen wel noodzakelijk is wil je iets doen. En binnen wat voor relatie dan ook is het van belang dat het initiatief niet telkens van dezelfde persoon uitgaat".
Succeservaringen zal ik proberen te versterken, ik zal ze complimenteren. Ik verwacht wel enthousiasme na een score. Een cliënt die een goede stemming heeft, zou uitzinnig kunnen reageren. Ik verwacht ook een beetje competitie van tweetallen onderling, ze hebben vast wel door hoe vaak een ander tweetal scoort en dat wil je dan verbeteren. Ik denk dat dit het samenwerken ten goede kan komen, maar het kan ook problemen geven. Zo kan de een het voelen alsof het
I
't Web, nummer 1, 2002
28
Als het eerste leervoorstel niet al te veel problemen oplevert zou een leuk vervolg hierop het spelen van een 'echte' partij kunnen zijn. Hiermee bedoel ik dus dat twee teams op een veld tegen elkaar gaan spelen. Bij tegengesteld belang gaat het teamgevoel vaak nog meer spelen en dat is alleen maar bevorderend voor het samenspel. Dus om de samenwerking meer naar voren te laten komen, laat ik in de vervolgactiviteit een tegengesteld belang naar voren komen, waardoor ik meer fanatisme en welwillendheid verwacht ten aanzien van deze samenwerking.
Regels • er mag niet meer dan twee passen met de bal gelopen worden • het scoren moet buiten de cirkel gebeuren • degene die de bal in de tsjoek gooit, mag niet degene zijn die de bal weer opvangt • je mag de bal niet echt afpakken, slechts onderscheppen • na een score begint de andere partij met de bal • komt de bal buiten de lijnen dan is dit een uitbal voor de tegenpartij Arrangement .speelveld, niet al te groot zodat ze niet te snel vermoeid raken • bal • lintjes voor een partij • teams van 3 of 4 spelers • 2 tsjoeks
Het leervoorstel zou dan zijn: Probeer met je team te komen tot zoveel mogelijk scores en houdt daarbij de regels in acht.
29
't Web, nummer 1, 2002
'Rendez-vous' Annemieke Poot Naam Woonplaats Geboortedatum
Corina Fonteijn IJmuiden 11 mei 1-970
Calo periode
September 1993 in het 2e jaar ingestroomd, 4 jaar later in 1997 afgestudeerd.
Studierichting
BAT.
Calo kampen
Eerst ben ik met skikamp van de eerstejaars mee gegaan, daarna in het 3 e jaar op zeilkamp en het 4e jaar fotografiekamp.
Meest interessante vakken?
Praktijk: turnen, dat komt vooral omdat ik zelf een turnster ben. En LGM (Lichaams Georiënteerde Methodieken, red.), dit vond ik spannend en ontdekkend.
Waarom gekozen voor BAT?
Omdat ik op het CIOS in Overveen al het hoofdkeuzevak Zorg en Hulpverlening (ZHV) had gedaan en echt nog geen zin had om te gaan werken. Ik ben toen naar de opendag van de Calo gegaan en merkte dat de BAT-richting mij enorm aantrok.
Waarom in de zorgsector?
Om mensen in therapie /behandeling een stapje vooruit te helpen. Het is prachtig om mensen die je hebt geholpen na enige tijd te zien 'opvrolijken', te zien genieten van bewegen. Met bewegen kun je de mensen zo goed uitnodigen, en door mijn enthousiasme gaan mensen vaak mee in die stemming.
Afgestudeerd en toen?
Kwam ik een hele leuke jongen tegen die uit IJmuiden kwam . . . Daar ben ik toen ook gaan wonen en voor ± 3 maanden gaan werken, in een psychiatrisch zorgcentrum. Al snel werkte ik parttime in Den Bosch als PMT'er en na 1 jaar kon ik hier fulltime werken als agoog.
Huidige baan?
RCV psychiatrie afdeling van Duin & Bos (PZC in Castericum) als agoog. Hier geef ik o.a. sportinstuif, therapie voor resocialisatie, zwemmen aan de drie verschillende afdelingen: de open opname afdeling, resocialisatie en de dagbehandeling.
Invloed van de Calo?
Ik was gewend vanuit het CIOS heel presterend bezig te zijn, sporten was om te winnen. Op de Calo heb ik ervaren dat juist het meedoen,het plezier beleven en' betrokken zijn belangrijker is dan winnen.
Terugblik op Calo tijd?
De gezelligheid, het steeds meer uitgaan, de sociëteit en de sociale contacten.
' t Web, nummer 1, 2002
30
Naam Woonplaats Geboortedatum
Arie de Kreij Goes _ 9 januari 1956
Calo periode
September 1974 tot 1978.
Studierichting
LO er waren nog geen andere richtingen in die tijd.
Calo kampen
Zeilkamp, een hele mooie herinnering. We hadden zeilinstructeurs uit ons eigen jaar die een beetje ervaring met zeilen hadden, dat was soms wel spannend met vrachtboten en niet al te best materiaal. Het record 'boei staan' is ook daar tot stand gekomen.
Meest interessante vakken?
Theorie: LMZB van Jan Tamboer, die toen nog met zijn eigen promotiesyllabus lesgaf (oranje kaft en groen randje). Praktijk: turnen van Gijs van de Berg. Dit hadden we een jaar op het laatste uur van 18.30 tot 19.30 uur. In mijn beleving hebben we weinig geturnd maar enorm veel ontworpen.
Actief betrokken geweest bij?
Studentenvereniging, ik zat in het bestuur als penningmeester. Dit was een hele ervaring, helemaal toen we een brief van de gemeente kregen met de mededeling "de sociëteit gaat plat". In die tijd hebben we toen drie maanden vrij gekregen van school om aan een nieuwe sociëteit te "bouwen" De school en het studentenleven stonden toen best dicht bij elkaar, vooral omdat vrijwel iedereen lid was van de vereniging.
Afgestudeerd en toen?
Eerst een jaar gewerkt op een huishoudschool. Een jaar daarna parttime bij een verstandelijk gehandicapten dagverblijf in Zeist. In 1981 ben ik fulltime in Limburg met verstandelijk gehandicapte kinderen gaan werken, dit gecombineerd met het lesgeven aan een Z-opleiding (verpleegkundigen in opleiding) .zeven jaar later in Middelharnis als hoofd bewegingsagogie gaan begonnen op een instituut voor verstandelijk gehandicapten, waar ik ook aan de interne Z-opleiding lesgaf. In 1995 ben ik parttime begonnen op het CIOS in Goes waar ik na een jaar fulltime ben gaan werken.
Huidige baan?
Ik ben nog steeds werkzaam op het CIOS in Goes waar ik het kleinkeuzevak Aangepast Sporten doceer en het hoofdkeuzevak Bewegen en Hulpverlenen. Daarbij ben ik verantwoordelijk voor het groepshospiteren en het begeleiden van de nieuwe collega's
Invloed van de Calo?
Mensen zijn uniek en daar moet en kun je iets mee doen.Daarnaast het activiteitsdenken: altijd de fout leggen bij de lesgever. Nooit opgeven, maar blijven zoeken naar de juiste oplossing in de situatie (het arrangement). In de Caloperiode heb ik ervaren dat mensen elkaar kunnen vormen. Ik had geweldige medestudenten, waar ik veel van geleerd heb.
31
't Web, nummer 1,2002
Spelen binnen thema's uit de PMT Caroline Berk In dit artikel gaat het over een poliklinische vrouwengroep, waarbij sprake is van seksueel misbruik binnen het gezin (incest). Deze mensen komen in therapie na langdurig herhaalde traumatische gebeurtenissen uit hun verleden, in dit geval seksueel misbruik. De therapie zal bestaan uit 20 sessies en vindt plaats in groepsverband. Gekozen wordt voor groepsverband, omdat werken in een groep heel ondersteunend kan zijn, omdat men er lotgenoten treft. lotgenoten kunnen elkaar goed begrijpen en steunen. Probleemomschrijving
kinderjaren. De persoon was toen niet in staat fysiek te ontsnappen, waardoor mentaal ontsnappen een oplossing was. Bij deze cliënten is er sprake van een vervormde identiteit door langdurig herhaalde traumatische ervaringen.
Getraumatiseerde mensen ervaren periodes waarin zich ongewenst opdringerige en angstige herinneringen of dromen voordoen. Kenmerkend voor getraumatiseerden is dus het herbeleven van gebeurtenissen. Het trauma blijft zich steeds weer afspelen, in beelden, in nachtmerries, in flashbacks en gedrag. Ze kunnen details van gebeurtenissen niet uit het hoofd zetten. Een ander kenmerk is het vermijden van situaties die hen aan het trauma kunnen herinneren, dit zijn prikkels die in verband gebracht kunnen worden met de gebeurtenis. Deze mensen reageren vaak, verdoofd op hun omgeving. Een derde belangrijk kenmerk is de verhoogde prikkelbaarheid, overdreven werkzaamheden en woede uitbarstingen. Deze cliënten zijn vaak erg schrikachtig, ze slapen slecht of durven niet meer te slapen uit angst voor de optredende nachtmerries. Bij deze getraumatiseerde cliënten is het belevingsvermogen zeer ernstig beperkt, waardoor velen van hen geen relaties meer kunnen aangaan of seksualiteit kunnen beleven.
Wat deze cliënten nooit ervaren hebben is een basisvertrouwen, dat zich ontwikkelt tijdens de socialisatie van het kind. Als kind heeft het nooit een verbondenheid ervaren met haar ouders. Het kind had geen veilige plek thuis. Het kind voelde zich hulpeloos, omdat het kind geen invloed had op de traumatische situatie waarin ze verkeerde. Doelen - In het hier en nu meer grip krijgen op hun leven. Opbouwen van een basisvertrouwen. Opdoen van ervaringen zoals rust en ontspanning d.m.V. bewegingsactiviteiten. Verminderen van een gevoel van machteloosheid en de cliënt laten merken dat het wel invloed heeft op de situatie; thema: grenzen aangeven. Oefenen om gedragsverandering op gang te brengen en in stand te houden.
Bij deze cliënten is er sprake van dissociatie, dat is een manier van vermijden. Omdat de schokkende gebeurtenissen onverdraaglijk zijn, verdringen ze deze door de emoties niet te willen voelen; dit is een beschermingsmechanisme, een overlevingsstrategie. Bij deze vrouwengroep was er sprake van seksueel misbruik binnen het gezin in hun 't Web, nummer 1,2002
Fase 1 Verschaffen van veiligheid door veel structuur te bieden. Doel van deze fase is het evenwicht vinden tussen vertrouwen en zelfbescherming in relaties met anderen, in eerste instantie met de groepsgenoten en de the-
32
rapeut. Het is van belang dat de cliënten een verbondenheid (basis vertrouwen) ervaren in relaties tot de therapeut en groepsgenoten. Als de persoon zich veilig voelt is ze sterker en durft ze de situatie onder ogen te komen en daarin veranderingen aan te brengen.
ke afstand de volger moet mikken, hoe er gegooid moet worden, hoeveel blikken er minstens moeten worden omgegooid of hoeveel ballen er minstens raak of erin moeten worden gegooid. De volger volgt alle eisen van de leider op. Wat ik ze mee wil geven is: 'hoe ervaar jij je positie ten opzichte van de ander'
Het is belangrijk dat de cliënt inzicht krijgt in de wijze waarop haar huidige situatie beïnvloed wordt door het trauma. Het durven verstrekken van informatie hierover; hoe kan de cliënt daarmee omgaan in het hier en nu. Doel: Leren voor zichzelf te zorgen. Stoppen van zelfdestructief gedrag Werken aan de autonomie van de cliënt Leren omgaan met extreme spanningen.
Activiteiten ballen in de korf mikken ringwerpen om pionnen kranten van de waslijn mikken ballen in de hoepel rollen blikgooien ballen in de kast mikken Keuze uit materiaal • grote ballen • pittenzakjes • tennisballen • ringen • zachte en harde ballen
Thema: volgen en leiden Werkpunt Deze groep komt in therapie om in het hier en nu meer grip op hun leven te krijgen. In de activiteit gaat het om; "hoe ervaar jij je positie ten opzichte van de ander".
Waarom deze activiteit?
Activiteit/ therapievoorstel Er zijn verschillende miksituaties uitgezet in de zaal. Er worden tweetallen gemaakt, waarbij een de taak vervult van leider en de ander de taak vervult als volger. Na enige tijd zal er gewisseld worden van taak. Degene die de taak als leider vervult, mag bepalen van wel-
Ik heb voor deze activiteit gekozen, omdat ik deze cliënten graag inzicht wil geven, in welke rol ze zich herkennen in hun dagelijks leven. Ben ik iemand die kan zeggen wat ik wil of ben ik juist iemand die altijd maar toegeeft en doet wat de ander wil? Door de trau-
33
't Web, nummer 1, 2002
matische ervaring uit hun jeugd hebben ze nooit geleerd om te handelen uit hun eigen zelfstandige wil. Ze hebben geen autonomie kunnen opbouwen, omdat ze nooit geleerd hebben om voor zichzelf op te komen. Uiteindelijk hebben ze het voor lief genomen, hebben ze het laten gebeuren. In het dagelijks leven speelt een tekort aan eigenwaarde ook een grote rol, waardoor ze altijd maar weer over zich heen laten lopen en niet hun grens aan anderen durven te laten horen. Hierdoor zullen ze alleen dat hulpeloze gevoel telkens weer ervaren. Ik wil ze binnen deze activiteit laten ervaren hoe het is om grip op de situatie te hebben. In de evaluatie zou ik graag aan de orde willen brengen hoe de cliënten denken dat ze zich zouden moeten opstellen om in het dagelijks leven meer van zich te laten horen. Hoe zorg ik ervoor dat mensen ook rekening houden met mij, zodat ik ook meer grip kan uitoefenen op de situatie. Het experimenteren met het aangeven van je grens en het ervaren wat voor effect dat vervolgens heeft zal ik graag aan de orde willen laten komen in de vervolgactiviteit.
Verloop Degene die de taak van leider vervult zal veel moeite hebben met ook echt een leider te zijn. Vanuit hun traumatische ervaringen hebben ze ook nooit macht gehad op de situaties. Ze zullen eerder in het dagelijks leven volger zijn. Het voelt slecht om iets van een ander te willen, terwijl ze niet weten of de volger dat wil. Dit zou kunnen leiden tot emoties, omdat het tot een associatie kan leiden van de dader. Het zou ook kunnen zijn dat degene die de taak als leider vervult juist meer rekening houdt met de ander en juist niet met wat zij zelf wil. Dit door toch de vragen of de volger de opdracht niet erg vindt. Dan zal het verschil tussen leider zijn of volger zijn niet of in mindere mate ervaren wor-
Attitude therapeut
Web, nummer 1,2002
Evaluatie Hoe heb jij je positie ervaren ten opzichte van de ander? Welke positie vond je het prettigst? In welke positie herken jij jezelf in andere situaties van het dagelijks leven?
Welk gedrag leidt bij jou tot deze positie, hoe is dat ontstaan? Zou jij er verandering in willen aanbrengen, op welke manier? Wat zal die verandering ten gevolge hebben?
Ik zal de activiteit zoveel mogelijk overlaten aan de cliënten. Ik probeer vooral de cliënten die een leidende taak hebben te stimuleren in het uitoefenen van hun macht. Ook zal ik een aantal maal zeggen: "ga eens na hoe jij je positie ervaart". Mijn positie in de ruimte is dat ik me zal opstellen op verschillende plaatsen in de zaal, om observaties te kunnen den, hoe de cliënt omgaat met haar taak. Om hier uiteindelijk na de activiteit op terug te kunnen komen. Op die manier kan ik ze helpen inzicht te krijgen in zichzelf. Tijdens de acti't
viteit zal ik niets zeggen, ik zal alleen een teken geven als er van taak gewisseld moet worden en wanneer de activiteit ten einde is.
34
den. Wat juist wel het doel is van deze activiteiten Degene die de taak als volger hebben, zullen misschien door de leider overvraagt worden. Omdat deze mensen moeilijk voor zichzelf kunnen opkomen, zullen ze het toelaten. Ze zullen over hun grens gaan, wat niet plezierig is. Daarnaast zou het ook heel confronterend kunnen zijn. Als ze overvraagt worden ervaren ze het gevoel van hulpeloosheid weer, wat een associatie is met hun traumatische verleden. Dit kan lieden tot emoties en het vermijden van de activiteit. Bijvoorbeeld door weg te lopen, omdat het niet veilig is. Dat is toch immers een overlevingsstrategie.
activiteit handelen vanuit haar gevoel en dat is juist waar deze cliënten in tekort schieten. Op welke manier moet ik mijn grens aangeven, zodat het duidelijk is voor de ander. Ik denk dat de volger niet sterk genoeg overkomt bij het aangeven van haar grens binnen deze activiteit. De leider zal wel rekening houden met de volger, omdat zij er vast van schrikt als de volger haar grens aangeeft. De leider kan zich hierdoor zelfs schuldig gaan voelen. Het kan zijn dat de leider voorzichtiger wordt in haar eisen. Maar desondanks de leider de grens die de volger aangeeft wel aal respecteren, ook al komt de volger niet zo sterk naar voren. Wel moet de volger leren bij het aangeven van haar grens sterk over te komen om ook in het dagelijks leven gerespecteerd te worden.
Vervolgactiviteit/ therapievoorstelI Ik wil weer gebruik maken van de verschillende miksituaties die opgesteld staan in de zaal. Er zullen weer tweetallen worden gemaakt, waarvan een de leider en de ander de volger zal zijn. Na enige tijd wordt er weer gewisseld. De taak van de leider is weer het bepalen hoe de volger moet deelnemen in de miksituatie. De volger krijgt er een functie bij, namelijk zij mag nu "halt" roepen (grens aangeven) als de volger ergens niet eens is of als de volger overvraagt wordt. Zij heeft de macht om daar invloed op uit te oefenen. De leider moet de grens die de volger op dat moment aangeeft respecteren en verandering aanbrengen. Wat ik wil meegeven is: "hoe ervaar jij je positie ten opzichte van de ander?"
Vervolgactiviteit/ therapievoorstel 2 . Ik wil weer gebruik maken van de verschillende miksituaties. Er zullen weer tweetallen worden gemaakt, waarvan een de leider en de ander volger zal zijn. Na enige tijd wordt er weer gewisseld. De taak van de leider is weer het bepalen hoe de volger deel moet nemen aan de miksituatie. De volger krijgt weer de functie, als ze overvraagt wordt, 'halt' te roepen (grens aangeven). Maar de leider hoeft de grens die de volger aangeeft alleen maar te respecteren als zij zich ertoe gedwongen voelt. De volger moet sterk genoeg overkomen, waardoor zij de grip op de situatie verdient. Vindt de leider dat de volger niet sterk genoeg overkomt, mag de leider de grens die de volger aangeeft negeren. Wat ik de cliënten in deze activiteit wil meegeven is: "op welke manier moet ik mijn grens aangeven om grip op de situatie te krijgen?"
Evaluatie Hoe is het om je grens aan te geven? Hoe gaat het je af om je grens aan te geven? Hoe is het voor de leider dat de volger haar grens aangeeft? Wat voor indruk maakt de volger op de leider als zij haar grens aangeeft? Wat voor gevoel geeft dat jou als je in staat bent je grens aan te geven? Geeft het grip op de situatie? Hoe heb je dat ervaren als je grens gerespecteerd werd? Op welke manier moet jij je grens aangeven, zodat het duidelijk is voor de ander en zich gedwongen voelt om daar rekening mee te moeten houden? Verloop Ik denk dat naast het verloop onder activiteit 1 hier vooral de moeilijkheid ligt bij de cliënt die de taak als volger vervult. Zij moet immers haar grens aangeven. Zij moet bij deze 35
' t Web, nummer 1,2002
Mededelingen Webjaargangen eindelijk compleet!
Zo blijft de geschiedenis van o.a. de Calo en de Werkgroep, maar ook van andere zaken die in het verlengde van het fundamentele gedachtegoed van het bewegingsonderwijs liggen, voor de toekomst bewaard.
De redactie was bezig om de jaargangen tussen 1990 en 2000 bijeen te krijgen om ze ingebonden onder te kunnen brengen in de Stichting CCF (zie ook redactioneel van nummer 1 2000).
In het kader hiervan bestaat er ook een ingebonden verzameling van de jaargangen van het tijdschrift van de Werkgroep, 't Web. Aangezien er vanaf 1990 om een of andere reden dit niet meer is bijgehouden, hebben we nu een inhaalslag gemaakt. Waarbij alle leden dus enorm geholpen hebben!
Met grote voldoening kunnen we jullie melden dat dat gelukt is! Daarvoor willen we alle leden ontzettend bedanken! Veel mensen hebben gereageerd en hun spullen afgestaan. Dank daarvoor!
Wat is de Stichting CCF? Er is ook een website waarop dit en meer over de Stichting CCF te vinden is. Het adres is: www.stichtingccf.nl (in ontwikkeling).
In de zomer van 1999 is de Stichting CCF tot stand gekomen in een samenwerking tussen de Calo en de Werkgroep. De aanleiding was de constatering dat de nalatenschap van C. C. F. Gordijn, oprichter van de Calo, niet systematisch bewaard werd. Vanwege het belang dat de Calo en de Werkgroep hechten aan dit gedachtegoed, is een stichti ng in het leven geroepen. Daarin wordt het materiële en ideële gedachtegoed van Gordijn, alsmede van anderen in het verlengde daarvan, verder ontwikkeld, verzameld, bewaard en voor onderzoek toegankelijk gemaakt.
't Web, nummer 1, 2002
Aankondiging lustrum Calo Eind dit jaar bestaat de Calo 55 jaar. Daartoe zullen er verschillende lustru mactiviteiten plaats vinden. De activiteiten vinden vooral plaats van 13 tot 16 november 2002. De vrijdagavond en de zaterdag is voor reünisten (de lS e en 16e). Binnenkort openen we een website waarop je je kunt aanmelden en kunt zien wie zich al aangemeld heeft. Later meer informatie hierover !
36
Spelen binnen thema's uit de PMT Esther Geraedts en Ynke Faber In dit artikel lezen we over een poliklinische vrouwengroep met zes vrouwen die allen vanwege een traumatisch verleden in therapie zijn en 20 keer samenkomen in een PMTgroep. Het doel van de PMT voor deze vrouwen is in het hier en nu meer grip op hun leven krijgen. Beschrijving van de cliënten groep
haar reden is om deel te nemen aan deze groep. Op deze manier wordt de eerste stap gezet voor het vormen van een basis van de groep. Om de situatie zo veilig mogelijk te maken denken we eraan om de cliënten letterlijk wat grip te bieden tijdens de kennismakingsronde. Het lijkt ons toepasselijk om een tennisbal als grip te kiezen, omdat we na de kennismakingsronde verder willen gaan met een tennisvorm. Een tennisbal vinden we geschikt, omdat de bal kan rollen van de ene naar de andere persoon. Op deze manier kunje voorkomen dat er volgens de volgorde van de kring wordt gewerkt, wat extra spanning zou kunnen opleveren en misschien vermindering van veiligheid. De therapeut spreekt met de groep een teken af, bijvoorbeeld je handen open voor je houden. Dit teken kun je geven als je de bal wilt ontvangen. Op deze manier heeft iedereen keuzevrijheid en wordt de veiligheid gewaarborgd.
In de eerste sessie staat kennismaking centraalom op deze manier een basis van veiligheid en vertrouwen te kunnen opbouwen. Deze basis is binnen de vrouwenhulpverlening aan getraumatiseerde cliënten van groot belang, omdat in hun levensgeschiedenis grensoverschrijding heeft plaatsgevonden. Het belang van de genoemde basis ligt met name in de groepsdynamiek, waarbinnen de cliënten hun problematiek kunnen verkennen, herkennen en erkennen. Binnen de therapie wordt de kracht van de groep gebruikt om individuele processen van de cliënten positief te beïnvloeden. We kiezen ervoor de therapeut als vrouwelijk te beschouwen, omdat deze casus binnen de vrouwenhulpverlening valt. We willen hiermee niet uitsluiten dat een manlijke therapeut niet in de vrouwenhulpverlening zou kunnen werken. De attitude van de therapeut speelt ook een belangrijke rol wat betreft het waarborgen van de veiligheid. Zij dient zich steunend en transparant op te stellen. Deze attitude wordt bijvoorbeeld zichtbaar in de afspraak dat wat binnen de therapie gebeurt nooit zonder toestemming van ieder groepslid naar buiten wordt gebracht. Doel van deze sessie: kennismaken met groepsgenoten. Rationale van deze sessie: namen leren kennen en een eerste indruk van groepsgenoten krijgen.
In de tennis vorm gaat het er vooral om dat de cliënten een indruk krijgen van de groep binnen een spelvorm. We denken hierbij aan een tennisvorm waarbij aan weerszijden van een net twee teams van drie personen staan opgesteld. De activiteit hoort volgens ons laagdrempelig te zijn, zodat iedereen kan deelnemen op haar eigen manier. Bij laagdrempeligheid denken we aan: de bal mag stuiten, de bal hoeft niet in een keer over het net, er mag onbeperkt worden samengespeeld op je eigen speelhelft. Tennis spreekt ons aan, omdat het geen contactsport is. Doordat ieder op zijn eigen helft blijft, is er een bepaalde mate van veiligheid. Ook kan er bij veiligheid gedacht worden aan zelfgemaakte afspraken van teamge-
Keuze van de activiteiten In deze sessie staat kennismaken met groepsgenoten centraal. Het lijkt ons hierbij belangrijk, dat iedereen elkaars naam leert kennen en dat iedereen in eigen woorden vertelt wat 37
't Web, nummer 1,2002
teriaal een kring. Onze voorkeur gaat uit naar zitten op de grond, omdat er op deze manier contact gemaakt wordt met de grond en iedereen op gelijke hoogte zit. Voor aanvang van de kennismakingsronde maakt de therapeut met alle groepsleden de afspraak, dat wat er binnen de therapie gebeurt nooit zonder toestemming van ieder groepslid naar buiten wordt gebracht. Dit waarborgt de veiligheid binnen de groep. De therapeut heeft een tennisbal in haar hand. Ze legt uit wat de bedoeling is van deze kennismaki ngsronde.
noten over hun posities in de ruimte, bijvoorbeeld: voor, achter, aan de zijkant of in het midden. De grip van het tennisracket is een ander aspect dat ons aanspreekt. Deze grip kan symbool staan voor grip krijgen op het hier en nu, wat het doel is van de behandeling. Deze grip kan ook veiligheid bieden, doordat je wat in je hand hebt. Grip kan je steun geven. In de afsluiting is er ruimte om de eerste bijeenkomst te evalueren. Ieder groepslid krijgt de mogelijkheid om iets in te brengen. Belangrijk hierbij lijkt ons een positieve benadering van de therapeut, bijvoorbeeld vragen naar wat iemand aansprak of leuk vond. Hierdoor kan iedereen de eerste sessie op een positieve manier afsluiten.
x X· . . .
x.
X
'" , , '"
>\ X
Uitleg "We beginnen vandaag met een rondje om elkaar te leren kennen. Degene met de tennisbal in haar hand heeft het woord. Deze persoon noemt haar naam en vertelt in eigen woorden wat haar reden is van deelname aan deze groep. Ook heb je de gelegenheid om iets te vertellen over een eventuele hobby, of iets wat je leuk lijkt om te vertellen aan de groep. Als je klaar bent met vertellen, dan mag je de bal naar iemand toe rollen die haar handen open voor zich heeft als teken om de bal te ontvangen. Je kunt dus zelf bepalen wanneer je de bal wilt ontvangen. Ik begin zo met vertellen, zodat jullie een voorbeeld hebben van hoe het zou kunnen gaan. Voor we hiermee beginnen, wil ik met jullie afspreken dat het woord ' stop' altijd gebruikt kan worden. 'Stop' betekent altijd dat datgene waar we mee bezig zijn wordt stilgelegd. Hierna wordt met de persoon die "stop" heeft gezegd en met de rest van de groep bekeken hoe we hier een vervolg aan kunnen geven. Hebben jullie nog vragen?"
X
X " ...~
)x
)\
We vervolgen met de uitwerking van de kennismakingsronde. Het tennis-introductiespel en de afsluiting zien we als mogelijke vervolgactiviteiten en worden niet uitgebreid beschreven.
Aanbod van de activiteit Voor de kennismakingsronde willen we gaan zitten in een kring. In een kring is iedereen goed te zien en iedereen zit naast elkaar. Als er een kring is aangegeven door de lijnen in de zaal, kunnen we die gebruiken. Is dit niet het geval, dan maken we met matjes, kussens, kubussen of ander ma-
't Web, nummer 1, 2002
38
Na het beantwoorden van eventuele vragen, begint de therapeut met de kennismakingsronde. Wij denken dat de therapeut een persoonlijke keuze moet maken wat betreft haar inbreng. Binnen deze inbreng denken we aan: benoemen van werkervaring, hobby(s), leeftijd of andere onderwerpen die de therapeut van belang vindt. Wanneer iedereen de bal heeft ontvangen, wordt de bal terug gerold naar de therapeut. "Als je nog iets wilt vragen aan iemand naar aanleiding van de kennismakingsronde, dan is daar gelegenheid voor". Na eventuele vragen sluiten we deze kennismakingsronde af.
Ook hier is een keuzemogelijkheid voor de cliënt(en) en kan de therapeut voorstellen doen.
Het kan zich voordoen dat niemand zich aanbiedt om de bal te ontvangen, of dat meerdere zich tegelijk aanbieden. In het eerste geval kan de therapeut de cliënt stimuleren of uitnodigen om wat in te brengen, door oogcontact te maken met degenen die nog niet aan het woord zijn geweest. Een volgende stap van de therapeut kan zijn iemand of meerdere personen bij de naam te noemen, om op deze manier te stimuleren tot inbreng in de groep. In het tweede geval kan een afspraak worden Mogelijk verloop van de activiteit gemaakt als de persoon met bal niet kan kieTijdens de kennismakingsronde kan er van zen. Bijvoorbeeld dat je de bal rolt naar de alles gebeuren. Het zou bijvoorbeeld zo kun- . persoon die het meest rechts van je zit. Aangezien dit ons de meest voor de hand lignen zijn dat een groepslid angstig wordt van de rollende bal. De therapeut kan de cliënt gende situaties tijdens het verloop van de vragen een voorstel te doen, zodat ze de bal kennismakingsronde lijken, laten we het hierwel kan ontvangen. Ook kan de therapeut albij. ternatieven aanreiken, zoals dat haar de bal toegegooid wordt in plaats van toegerold of Mogelij ke vervolgactiviteiten dat de bal wordt doorgegeven. Wij denken dat de kennismakingsronde zo Ook kan de cliënt een negatieve ervaring zal verlopen, dat iedereen elkaars naam kent hebben met tennisballen. Er zou dan gedacht en weet van elkaar waarom ze in deze groep kunnen worden aan gebruik van zijn. Met deze kennismakingsander materiaal. ronde is dan de basis gevormd voor een vervolgactiviteit.
39
' t Web, nummer I, 2002
In een veld staan drie cliënten, ze kunnen onderling proberen afspraken te maken over verdeling van de ruimte. Kennismaken staat binnen deze sessie centraal en niet het kiezen van je plek in de ruimte, of het bewaken van je grenzen. De therapeut kan er daarom voor kiezen elke speelhelft in drie vaste vakken te verdelen, bijvoorbeeld door middel van lijnen of krijtstrepen. Ook kan de therapeut kiezen elke cliënt in een hoepel te laten staan . Door deze interventies blijft de aandacht waarschijnlijk meer bij het doel van het spel. Het spel kan hierdoor minder dynamisch worden. Het nadeel van het gebruik van hoepels is dat het jongleren moeilijker wordt, omdat je weinig bewegingsvrijheid hebt. Wanneer blijkt dat door de motorische vaardigheden van de cliënten de foamtennisbal te snel is om mee te jongleren, kan gekozen worden voor ander materiaal zoals een ballon.
Binnen PMT kan er gebruik gemaakt worden van zowel bewegings- als lichaamsgeoriënteerde vormen. In deze eerste sessie kiezen we voor een bewegingsgeoriënteerde vorm, omdat dit naar ons idee meer mogelijkheden biedt tot kennismaken met de groep. Bij gebruik van lichaamsgeoriënteerde vormen kan de aandacht meer verschuiven naar de individuele cliënt in plaats van de groep. Een mogelijke vervolgactiviteit op de kennismakingsronde zou het tennis-introductiespel kunnen zijn. Deze activiteit is zowel een introductie op tennis als een introductie van de groepsleden op elkaar. Voor het tennis-introductiespel heeft iedere deelnemer een racket nodig. Er wordt een net of touw opgehangen, zodat het veld in tweeën wordt gedeeld. Aan beide zijden van het net staan drie personen. Er wordt gebruik gemaakt van een foamtennisbal. Dit spel kan op verschillende manieren vorm worden ~~~tl gegeven. Wij kiezen voor de volgende vorm. Er wordt getennist met een foamtennisbal. De bal mag één keer stuiten en niet twee keer door dezelfde persoon achter elkaar worden gespeeld. Het doel is de bal als groep zo lang mogelijk in het spel te houden Uongleren). We maken deze keuze, omdat we denken dat binnen deze vorm de groepsleden een eerste indruk kunnen krijgen van elkaar. Dit sluit aan bij het eerder genoemde doel van deze sessie. Binnen deze eerste sessie proberen we zoals genoemd een begin te maken met het vormen van een basis voor de groep. Naar ons idee sluit jongleren hier goed bij aan, omdat het de bedoeling is de bal als groep in het spel te houden. Zo kan misschien de kracht van de groep al ervaren worden.
Eerder hebben we al genoemd dat de therapeut steunend en transparant dient te zijn. Een invulling hiervan zien we in deze vorm als volgt. Door het even aantal cliënten neemt de therapeut niet actief deel aan de vorm. De therapeut staat bij het net en heeft een steunende attitude. Zij kiest geen partij voor één van de teams, maar steunt beide partijen. Ze kan er eventueel voor kiezen om het aantal keren te tellen dat de bal wordt hooggehouden. We zijn ons ervan bewust dat er nog meer aanpassingen mogelijk zijn. Bij elke aanpassing staat volgens ons centraal dat de therapeut bewuste keuzes maakt in interventies en woordkeuze, om zich op die manier te kunnen blijven richten op de doelen van de cliënten en het doel van de betreffende sessie. Na deze spel vorm sluiten we de sessie af met een evaluatieronde die reeds is beschreven.
Er zijn verschillende aanpassingen mogelijk binnen dit spel. We kiezen ervoor enkele aanpassingen toe te lichten.
't Web, nummer 1,2002
40
Procedure winstbesteding Naar aanleiding van de AlV op vrijdag 23 maart 2001, heeft het bestuur van de Werkgroep Bewegingsonderwijs, -Therapie en -Recreatie een commissie procedure winstbesteding benoemd. Deze commissie heeft nagedacht over een procedure om de winst die de vereniging de afgelopen jaren heeft opgebouwd, op een verantwoorde wijze te besteden. Een ieder die lid is van de vereniging kan aanspraak maken op deze procedure. Dus heeft u een goed plan dat binnen de doelstellingen van de vereniging valt, maar u heeft niet de mogelijkheden om het te bekostigen? Lees dan de procedure door en doe een voorstel aan het bestuur! De Werkgroep richt een steunfonds op.
Steunfonds Dit wordt gevuld met 't huidige bedrag en de winst die geboekt wordt op toekomstige publicaties.
Doelstelling Financiële ondersteuning geven aan kansrijke initiatieven die uiteindelijk de doelstelling van de vereniging ondersteunen.
41
't Web, nummer 1,2002
Voorwaarden •
Realisering van de doelstelling door 1/3 deel van de jaarlijkse overschotten te reserveren voor nieuwe publicaties. • Het fonds maakt geen kosten. (NB: vrijwi ll igers worden niet uit het fonds betaald). • De totale omvang van de kas (inclusief spaarrekeningen) mag de f 50.000,- niet overschrijden.
Welke categorieën komen in aanmerking voor geld? • • • •
Onderzoek & research. Steunen van campagnes (bijvoorbeeld: campagne MRT-ontwikkeling). Goede doelen - dit mag maximaal 15 % van het jaarlijks te besteden bedrag zijn. Risicovolle publicaties (waarvan niet zeker is of er ook een product komt of dat het product kostendekkend is).
Procedure voorwaarden • De aanvraag moet schriftelijk ingediend worden. • De aanvraag moet ondersteund worden door minimaal 5 mensen uit de vereniging. • De aanvraag moet duidelijk gemotiveerd worden. • Het stuk moet openbaar gemaakt worden, voordat de besluitvorming plaatsvindt (bijvoorbeeld op de Website www.hetweb.nl of in het tijdschrift 't Web).
Besluitvorming De ALV kan, indien als voorstel schriftelijk geagendeerd: • De omvang bepalen van het budget dat jaarlijks in het Steunfonds wordt gestort. • Beslissen over extra dan wel tussentijdse uitgaven voor noodgevallen groter dan 1/3 van de omvang van het totale bedrag wat in kas zit (incl. spaarrekeningen).
Bestuur Wordt door de commissie gemandateerd voor de overige besluitvorming.
Aanvullende informatie •
De doelstellingen van de vereniging zijn te vinden op de website van de Werkgroep www.hetweb.nl. • De aanvraag kan ingediend worden bij Simone van Dijk, dit kan via de e-mail (bij voorkeur) ofvia de post: Simone van Dijk Sportstraat 40-3 1076 TX Amsterdam e-mail:
[email protected]
't Web, nummer 1, 2002
42
Inhoudsopgave jaargang 2001 Auteurs
Nummer
Annemieke Poot 'Rendez-vous'
4,5&6
Bruno Oldeboom Opvoeden door de burger in het publieke domein
3
Claudia Emck Knipseltje
3
Corina van Doodewaard "Die zetten we gewoon vooraan ... "
3
Corine Hamming Een lessenserie in het SBO geordend op 'lol'
5
De juf is adaptief
6
Gerben Bakker In wat voor wereld leven wij?
6
Gerie ten Brinke Inleiding op de startactiviteiten
4
Gerie ten Brinke en Hugo Doornhof Volleybal hooghouden en volleybalmiksituaties Beachbal individueel jongleren Diagonaal tikspel Cirkelbal 4-3 Tikkend en daarna hockey/basketbal/voetbal dribbelend 2 op 1 overlooptikspel Voetbal/hockey/frisbee 3-1 naar 3-2 lummelen Voetbal/hockey/handbal chaosdoelenspel Frisbee jongleren en eindvakfrisbee Schommelen in zit met opduwen vanaf 3 kastdelen Trapezesteunzwaaien vanaf verhoogd vlak, tweede keer vóór landen Rollen op verhoogd vlak Hurkwendsprong Toniopen Paardrijden (acrobatiek) Inventarisatieloop Hoogspringen m. b. v. minitramp (hurksprong of skatesprong) Balwerpen Eenvoudig motief binnen jazz Stoeispelen
4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4
Gert-Jan Baas Schoolzwemmen in het basisonderwijs
5
Gert Vermeer De Sherborne bewegingspedagogiek, een impressie
6
43
' t Web, nummer 1, 2002
Nummer
Auteurs Hardy Heijmen Reactie: klassikaal slagbal op de basisschool Fontys en Piet Mondriaan
2
Henrieke Bressers Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst - Piet Mondriaan
2
Hugo Doornhof Beginnend lesgeven?
4
Jelle Everhardus Reflectief leren in de stage
2
Jeroen Koekoek IJ y a: ringen prikken (ringhockey)
6
Jesse Bussemaker en Hardy Heijmen "Ik zie niks want ik heb overzicht"
3
1
Karel Verweij Korfbal: in twee vakken of toch maar gewoon in drie vakken? Kevin Bachus Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst - Piet Mondriaan
2
Leon Stoffels en Thea Tiemersma Intervisiegroep psychomotore therapeuten
3
Maartje Verbeek Een ongewone bewegingsactiviteit: gehandicaptensport
6
Mariëtte van Wessel Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst - Piet Mondriaan
2
Mark Verhees Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst - Piet Mondriaan
2
M . Waal Beginnend lesnemen? Een reactie op 'Beginnend lesgeven?' in 't Web nummer 42001 5 Nico Schaddelee Een stage basisonderwijs binnen de RSGN
3
Niek Hofman "Bij andere gymmen was het veel moeilijker, dat deden we dus niet bij Club Extra Pieter Pols Notulen Algemene Ledenvergadering ' t Web, nummer 1, 2002
5
44
Auteurs
Nummer
Rob Maassen 'Rendez- VOllS'
1,2 & 3
Ruben Keuiers Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst - Piet Mondriaan
2
Sander Penders "Even niets hoeven doen"
5
Sandra Verstegen Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst - Piet Mondriaan
2
Tirza Bosland LIO stagiaire over brugklas VBO
Ton Pille en Annemieke Poot 6
Ontwerp avond rugbyen softbal
Willemijn Houben Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst - Piet Mondriaan
2
Willian Dirx Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst - Piet Mondriaan
2
Wouter Oonk Van studerende naar werkende: de praktijk
45
't Web, nummer 1, 2002
Samenstelling bestuur Schrijfwijzer
Het bestuur lngeborg Boeve-Zegers Simone van Dijk Hardy Heijmen Niek HofmllIl Chan Lutteke Pieter Pols Angela Vll1l Silfhout Remke Smeekens
0318-638466 020-4702440 06-22241832 038-4652656 030-2431746 038-4222125 035-7723944 024-3660200
[email protected] as.
[email protected] [email protected] N .E.Hoflllll1\@students.fss.uu.nl
[email protected] [email protected] [email protected] renike_
[email protected]
Artikelen dienen zowel digitaal aaIlgeleverd te worden (op diskette of via email) als op papier.
Publicatiefonds 't Web G.H. Kappertstraat 41 7443 RB Nijverdal 0548-610816 Fax 0548-613953 Gironummer 4498263
De tekst in de digitale versie dient zo kaal mogelijk te zijn (zonder toepassingen als vet of cursief) De tekst op papier dient wel alle toepassingen te hebben. Er wordt zo veel mogelijk rekening gehouden met de all1lgeleverde lay-out.
Redactie 't Web T.a.v. Niek Hofman V lI1l der Capellenstraat 3 8014 VT Zwolle 038-4652656
Ledenadministratie 't Web T .a.v. Nicole Oldemaat VlI1l der Capellenstraat 3 8014 VT Zwolle 038-4652656
Bijzondere wensen qua lay-out dienen apart venneld te worden. Foto's en andere illustraties dienen los te worden bijgevoegd (vooral niet in de digitale versie!). Wanneer geen foto's zijn bijgevoegd, houdt de redactie het recht naar eigen inzicht foto's te plaatsen.
Penningmeester 't Web T.a.v. Chan Lutteke AmsterdllInsestraatweg 506 3553 EM Utrecht 030-2431746
WWW.hetweb.nl
't Web, nummer 1,2002
Vermeld bij aanleveren van een artikel uw naam, adres, telefoonmunmer en rekeningnummer.
46
De redactie houdt het recht een korte inleiding te schrijven bij het artikel.