reageren | bijlagen | attenderen | printversie
Recensie: Wat wij moeten weten over jongeren en hun digitale wereld Datum 01/02/2007 Auteur publicatie Guus Wijngaards, Jos Fransen, Pieter Swager (INHOLLAND) Titel publicatie "Jongeren en hun digitale wereld" Bijdrage van Frank Maessen (Hogeschool Domstad) (afb. Jongeren en hun digitale wereld)
Het lectoraat eLearning van HS InHolland deed een onderzoek onder jongeren en hun digitale wereld en bracht hierover een boekje uit, met tips voor ons, “ouderen”. In hoeverre biedt dit boek handreikingen voor lerarenopleidingen en voor andere HO-instellingen waar de jongeren straks als student zullen binnenstromen? De redactie vroeg het aan Frank Maessen, verbonden aan Hogeschool Domstad (PABO). "Ze chatten, gamen en wisselen informatie met duizenden tegelijk. Ze zijn daarin heel open en eerlijk naar elkaar en veel meer bereid om dingen over zichzelf prijs te geven dan ouderen.” Het boek probeert deze “ouderen”, vaak leraren, te informeren over wat jongeren met internet en nieuwe media doen en het belang
Recensie: Wat kunnen we leren van andere landen over duurzame innovatie? Recensie: Wat wij moeten weten over jongeren en hun digitale wereld HBO Kennisbank: een kapitaal aan kennis Video2Learn: een wiki over (online) video in het Onderwijs Learning Spaces, een helikoptervlucht over fysieke en virtuele leeromgevingen Recensie: "Generatie Einstein" en "Homo Zappiens" vergeleken Recensie: "Knowing Knowledge" Recensie: “De E3 Begeleider: Effectief, Enthousiast, Elektronisch” Recensie: "Leren (en) doceren met digitale leermiddelen in het hoger onderwijs" Recensie: "Blogs, Wikis, Podcasts, and Other Powerful Web Tools for Classrooms" Recensie: "Everything Bad Is Good For You" - Steven Johnson LOREnet, repositories van digitale leerobjecten
aandacht te brengen. Daarnaast geeft het boek ook tips aan ouders en leraren voor het omgaan met aspecten uit de digitale wereld van jongeren. Het boek is een verslag van eigen onderzoek van het lectoraat eLearning van Hogeschool INHOLLAND. De onderzoeksvraag is vooral gericht op wat jongeren leren in hun digitale wereld en hoe het onderwijs daarvan kan profiteren.
Naast enkele algemene hoofdstukken wordt in het boek verslag gedaan van de deelonderzoeken naar de virtuele wereld. In de verschillende hoofdstukken komen MSN’en, het leren van games, netwerken, cyberpesten en ICT en de relatie tussen thuis en school aan de orde.
Deelonderzoeken naar de virtuele wereld MSN’en
Dat MSN’en populair is hoeft niemand meer te verbazen. Het onderzoek uitgevoerd in Nederland onder zo’n 400 leerlingen in de leeftijdscategorie van 10 t/m 14 jaar maakt dat nog weer eens erg duidelijk. In het onderzoek wordt gevraagd naar waarom je het doet, hoe vaak en met wie en wat je ouders er van vinden. Het leren van games
De beschrijving van dit deelonderzoek is uitgebreider dan de andere vier. Het spelen van games krijgt bij jongeren, maar ook bij de onderzoekers veel aandacht. Deze keer bestaat de
onderzoeksgroep uit zo’n 190 jongeren in de leeftijdscategorie van 12 t/m 34 jaar. Opmerkelijk is dat de jongeren tot 18 jaar bijna allemaal game-ervaring hebben, daarboven is dat een stuk minder. In het onderzoek wordt duidelijk hoeveel tijd jongeren besteden aan het spelen van games, ook gerelateerd aan het type opleiding. Ook is gevraagd welke games er gespeeld worden en wat de educatieve waarde van die games is. Het geeft te denken als juist ook die categorie van jongeren 18 tot 20 jaar aangeeft dat games bruikbaar kunnen zijn in het onderwijs. Tenslotte zijn ook een drietal ontwikkelaars van games geïnterviewd. Hoewel zij een educatieve waarde bij games erkennen is dat niet de opzet geweest bij het ontwikkelen, dan staan ontspanning en vermaak voorop.
In de conclusie komen begrippen als “prosumer” en “co-creator” aan de orde waarmee actieve betrokkenheid bij het spelen van games centraal komt te staan. Doorgetrokken naar het onderwijs betekent dit volgens de onderzoekers dat we moeten proberen die actieve betrokkenheid en houding bij jongeren vast te houden en ze mede vormgevers laten zijn van de leeromgeving en de leerstof. En dat betekent ook een andere houding van ouders en leraren, die deelgenoot moeten worden van de leergemeenschap van jongeren. Netwerken
Het bestaan van netwerken wordt gezien als iets van alle tijden, in de digitale wereld komt daar een virtuele component bij. Het internet wordt door jongeren gezien als de digitale hangplek. Het onderzoek is uitgevoerd onder
een groep van 400 jongeren in de leeftijdscategorie van 13 t/m 15 jaar. In het onderzoek zijn vragen gesteld naar het hoe en het waarom van netwerken, met wie je dat doet, wat je dan doet en welke hulpmiddelen je gebruikt. Het onderzoek leert veel over hoe jongeren netwerken en welke waarde ze er aan toekennen. Soms lijkt netwerken in de digitale wereld wel makkelijker dan in de echte wereld, vooral meisjes raken hier enthousiast. Cyberpesten
Pesten is van alle tijden en digitaal pesten is in opkomst. Het onderzoek, gedaan onder ruim 600 scholieren (bovenbouw HAVO en VWO), probeert pestgedrag op internet in kaart te brengen. Daarbij wordt aan de jongeren ook gevraagd of de school of ouders er iets aan kunnen doen. Tenslotte worden tips gegeven hoe je cyperpesten kunt tegengaan en wat je er aan kunt doen.
ICT en de relatie tussen thuis en school In dit deelonderzoek is vooral gekeken naar wat internet kan betekenen voor de relatie tussen thuis en de school, welke vormen van communicatie bestaan er en welke daarvan worden door de verschillende scholen, leraren en ouders benut. Ook is gevraagd naar de mogelijkheden van ICT bij het leerproces. Het zijn vooral de ouders en de leraren die hier aan het woord komen, maar ook leerlingen zijn naar hun mening gevraagd.
Tenslotte Het boek eindigt met een hoofdstuk over ouders en een hoofdstuk over leraren en de digitale wereld van jongeren,
waarin een aantal tips voor beiden, ouders en leraren wordt gegeven.
“Jongeren en hun digitale wereld” is een plezierig leesbaar boekje, dat iedereen die met jongeren werkt op z’n minst gelezen zou moeten hebben. Voor e-learning professionals zullen er niet veel verrassingen in staan, maar juist voor alle collega’s die minder met ICT op hebben is het boekje laagdrempelig en verhelderend. In de lerarenopleidingen zou het kunnen bijdragen aan veranderende inzichten over leren en opleiden, wetende dat deze generatie jongeren straks de meesters en juffen zullen zijn voor de school van de toekomst.
Voor mijn gevoel ligt het accent soms wat te veel op de rol van de ouders en zou het onderwijs en de leerkrachten daarbinnen wat meer onder de aandacht mogen komen. Het is immers goed om onze lerenden (aankomende leraren) beter te leren kennen, en gevoel te krijgen voor de competenties zij elders hebben ontwikkeld. Het is ook duidelijk dat leren voor een groot deel juist buiten school plaats vindt en dat ICT daarbij een belangrijke rol speelt. Onderwijsen opleidingsinstellingen zullen daar rekening mee moeten houden en opnieuw positie bepalen. Personalia
Frank Maessen is coördinator van het Centrum voor ict-educatie van Hogeschool Domstad te Utrecht.
Relevante artikelen op deze site
Er is al eerder op deze site gepubliceerd over publicaties van het lectoraat eLearning van INHOLLAND: • Ken de student! Een onderzoek naar het ICT-gedrag van jonge mensen (01/09/2005)
Uitgever Van Gorcum ISBN nummer 90-232-4275-0 Meer info "Jongeren en hun digitale wereld" wordt uitgegeven onder redactie van het INHOLLAND lectoraat eLearning: • lector: dr. Guus Wijngaards • senior fellow: Jos Fransen M.Sc. • projectleider: drs. Pieter Swager
Bijlage(n) Jongeren en hun digitale wereld (9 KB)