gemeente
Haarlemmermeer
Raadsvoorstel 2015.0053399 onderwerp Uitzonderingen eigen bijdrage Wmo 2015 Portefeuillehouder
dr. T o m
Hom
steiier Tessa Kraemer Collegevergadering
17 n o v e m b e r 2 0 1 5
Raadsvergadering
1. Samenvatting Wat willen we bereiken? In 2015 is gebleken dat bij de overheveling van taken vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) niet voor alle maatwerkvoorzieningen een eigen bijdrage is gelegd, terwijl in de Verordening sociaal domein is vastgelegd dat voor alle maatwerkvoorzieningen Wmo (met uitzondering van rolstoelen) een eigen bijdrage betaald moet worden. Er is vooralsnog geen eigen bijdrage geheven voor: 1. landelijk ingekochte begeleiding voor zintuiglijk beperkten; 2. vervoer van en naar de dagbesteding; 3. persoonlijke verzorging (overgangsrecht) en 4. zorg in het kader van zorgcontinuïteitscontracten. Wat gaan we daarvoor doen? Wij moeten een besluit nemen over het al dan niet met terugwerkende kracht alsnog opleggen van de eigen bijdrage over heel 2015 voor de inwoners die dit betreft. In dit raadsvoorstel stelt het college stelt de raad voor om voor deze inwoners niet met terugwerkende kracht een eigen bijdrage op te leggen voor 2015. In 2016 zal wel voor alle maatwerkvoorzieningen (met uitzondering van rolstoelen), inclusief de voorzieningen waarbij het dit jaar niet goed is gegaan, een eigen bijdrage opleggen. Wat mag het kosten? We lopen in 2015 maximaal een bedrag van circa € 88.000 mis als we besluiten om niet met terugwerkende kracht voor deze groepen alsnog een eigen bijdrage op te leggen. Wie is daarvoor verantwoordelijk? Het college is verantwoordelijk voor het bepalen van de parameters voor het eigen bijdrage beleid, binnen de kaders van het landelijk Uitvoeringsbesluit Wmo. De raad is verantwoordelijk voor het vaststellen van de Verordening sociaal domein, waarin wordt vastgelegd voor welke maatwerkvoorzieningen een eigen bijdrage op basis van de Wmo wordt opgelegd. Daarnaast is de raad verantwoordelijk voor de financiële kaders. Wanneer en hoe zal de raad over de voortgang worden geïnformeerd? De raad zal middels de reguliere planning- en controlcyclus over de voortgang worden geïnformeerd.
onderwerp Volgvel
Uitzonderingen eigen bijdrage Wmo 2015 2
2. Voorstel Het college heeft besloten om: 1. kennis te nemen van het feit dat er voor landelijk ingekochte begeleiding voor zintuiglijk beperkten, vervoer van en naar de dagbesteding en persoonlijke verzorging met overgangsrecht in 2015 vooralsnog geen eigen bijdrage is opgelegd. Op grond van het voorgaande besluit het college de raad voor te stellen om: 1. voor landelijk ingekochte begeleiding voor zintuiglijk beperkten, vervoer van en naar de dagbesteding, persoonlijke verzorging met overgangsrecht en zorg in het kader van zorgcontinuïteitscontracten niet met terugwerkende kracht een eigen bijdrage op te leggen voor 2015.
3. Uitwerking Wat willen we bereiken? In de Wmo is vastgelegd dat gemeenten de mogelijkheid hebben om in hun verordening vast te leggen dat inwoners een eigen bijdrage voor voorzieningen in het kader van de Wmo betalen. In het landelijk uitvoeringsbesluit Wmo 2015 zijn de kaders voor deze eigen bijdrage-heffing vastgesteld. In de Verordening sociaal domein is opgenomen dat inwoners van 18 jaar of ouder een eigen bijdrage betalen voor alle maatwerkvoorzieningen Wmo (met uitzondering van rolstoelen). Wij leggen de eigen bijdrage op omdat wij vinden dat inwoners naar draagkracht moeten bijdragen aan de zorg en ondersteuning die zij in het kader van de Wmo ontvangen. Hierdoor blijft het mogelijk om de zorg en ondersteuning te kunnen blijven bieden aan de meest kwetsbaren in de samenleving. Er is vooralsnog geen eigen bijdrage geheven voor: 1. landelijk ingekochte begeleiding voor zintuiglijk beperkten; 2. vervoer van en naar de dagbesteding; 3. persoonlijke verzorging (overgangsrecht) en 4. zorg in het kader van zorgcontinuïteitscontracten. Landelijk ingekochte begeleiding voor zintuiglijk beperkten Bij een aantal aanbieders voor zintuiglijk beperkten is landelijk via de VNG zorg ingekocht. Wij hebben eind vorig jaar met de betreffende aanbieders geen afspraken gemaakt over aanlevering van cliënten aan het Centraal Administratiekantoor (CAK). Ook hebben wij de tarieven voor deze vormen van ondersteuning eind 2014 niet aangeleverd aan het CAK. Dit betreft slechts zeven cliënten (peildatum half september). Navraag bij het CAK wijst uit dat dit bij diverse andere gemeenten ook nog niet goed loopt. Vervoer van en naar de dagbesteding Er is in 2015 geen eigen bijdrage opgelegd voor vervoer van en naar de dagbesteding, terwijl je strikt genomen het vervoer als aparte maatwerkvoorziening zou moeten beschouwen. Wij hebben echter alleen een eigen bijdrage opgelegd voor de dagbesteding zelf. Ook onder de AWBZ betaalden cliënten niet apart een eigen bijdrage voor het vervoer. Als we kijken naar de nieuwe indicaties dagbesteding met vervoer in 2015, betreft dit 89 cliënten (peildatum half september).
onderwerp Volgvel
Uitzonderingen eigen bijdrage Wmo 2015 3
Persoonlijke verzorging overgangsrecht 61 personen (peildatum half september) hebben een indicatie met persoonlijke verzorging overgangsrecht vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Dit betreft de 5% persoonlijke verzorging die naar gemeenten is overgekomen en niet naar de Zorgverzekeringswet. Bij circa de helft van de cliënten zijn de indicaties inmiddels al afgelopen. Bij de overdracht van Rijk naar gemeente is niet voor alle cliënten uit deze groep informatie overgedragen met betrekking tot bij welke organisatie zij in zorg zijn. Wij hebben bij een aantal organisaties die wel op de lijst voorkwamen navraag gedaan, maar de betreffende organisaties gaven aan geen cliënten met overgangsrecht persoonlijke verzorging in zorg te hebben. Mogelijk is er verwarring is ontstaan omdat wij in 2015 persoonlijke verzorging niet apart hebben ingekocht, maar onder de noemer individuele begeleiding. Het blijkt nu in de praktijk niet meer te achterhalen wat er met deze cliënten is gebeurd voor wat betreft de aanlevering door de aanbieders aan het CAK. Zorg in het kader van zorgcontinuïteitscontracten In 2014 hebben wij er, in het kader van het bieden van continuïteit van zorg tijdens het overgangsjaar 2015, bij het contracteren van aanbieders voor de nieuwe Wmo-taken begeleiding, dagbesteding en kortdurend verblijf voor gekozen om contracten af te sluiten met alle AWBZ-aanbieders die in 2014 Haarlemmermeerse cliënten in zorg hadden. Echter zijn we na 1-1-2015 nog geconfronteerd met aanbieders die niet gecontracteerd waren, maar wel een enkele cliënt in zorg hadden. Met deze aanbieders zijn daarom zorgcontinuïteitscontracten afgesloten. Dit betreft 67 contracten met separate aanbieders. Met deze aanbieders hebben we eind 2014 geen afspraken kunnen maken over aanlevering van gegevens aan het CAK, omdat zij nog niet bij ons bekend waren. Er moet nu een keuze worden gemaakt over het al dan niet alsnog met terugwerkende kracht opleggen van de eigen bijdrage voor het jaar 2015 voor bovenstaande groepen. Wat gaan we daarvoor doen? In onze verordening hebben we opgenomen dat we voor alle maatwerkvoorzieningen (met uitzondering van rolstoelen) een eigen bijdrage heffen. Uit het voorgaande blijkt dat dat dit in 2015 niet voor elke maatwerkvoorziening is gebeurd. Vanuit het perspectief van rechtmatigheid kan gesteld worden dat het niet innen van de eigen bijdrage in strijd is met de Verordening sociaal domein en daarmee onrechtmatig is. De onrechtmatigheid is zo groot als de niet geinde eigen bijdrage. Echter, we zitten nu al in CAK-periode 12 (van de 13) van het jaar 2015. Vanuit het perspectief van de cliënt is het een enorme belasting om alle facturen voor 2015 in een keer van het CAK te ontvangen. Dit zal zeker voor veel ophef zorgen en een aantal mensen zal hierdoor mogelijk in financiële problemen komen. Uitvoeringstechnisch speelt daarnaast het probleem dat als we nu nog nieuwe producten moeten opvoeren bij het CAK (wanneer we kiezen voor het met terugwerkende kracht innen van een eigen bijdrage voor vervoer van en naar de dagbesteding en voor landelijke ingekochte begeleiding), we te maken krijgen met een hele trage verwerkingstijd bij het CAK. De ervaring leert dat er minimaal twee perioden overheen gaan voordat het CAK dit heeft verwerkt en dat er ook een aantal perioden overheen gaan voordat alle gegevens vervolgens door de aanbieders zijn aangeleverd bij het CAK. Effectief betekent het met terugwerkende kracht opleggen van de eigen bijdrage dat cliënten in het eerste kwartaal van 2016 in één keer alle facturen voor 2015 ontvangen. Wij vinden dit een onwenselijke situatie.
onderwerp Volgvel
Uitzonderingen eigen bijdrage Wmo 2015 4
Vanuit financieel perspectief levert het met terugwerkende kracht opleggen van de eigen bijdrage maximaal een bedrag van circa € 88.000 op. De inkomsten eigen bijdrage voor nieuwe Wmo-voorzieningen waren niet begroot. Wel is in de Najaarsrapportage een raming gedaan voor de Wmo inclusief de nieuwe taken. Het niet heffen van de eigen bijdrage voor een aantal groepen, zoals voorgesteld in deze nota, heeft invloed op deze raming. Op basis van het bovenstaande stellen wij de raad voor om inwoners niet te belasten met het met terugwerkende kracht innen van de bijdrage voor deze voorzieningen. In 2016 zullen wij wel een bijdrage opleggen voor zowel landelijk ingekochte zorg als voor vervoer van en naar de dagbesteding. Een eigen bijdrage voor persoonlijke verzorging overgangsrecht is volgend jaar niet meer aan de orde, aangezien het overgangsrecht eindigt op 31-12-2015 en nieuwe indicaties onder de noemer individuele begeleiding vallen. Wat mag het kosten? In de Najaarsrapportage 2015 hebben wij een eerste inschatting gegeven van de verwachte inkomsten voor de eigen bijdrage voor de nieuwe Wmo. Dit betreft zowel hulp bij het huishouden, hulpmiddelen en de nieuwe taken. Wij verwachten hiervoor in 2015 een bedrag van circa € 0,5 miljoen aan extra inkomsten. Het niet heffen van een klein gedeelte van de eigen bijdrage heeft invloed op dit bedrag. Bij het ramen van de inkomsten die we mislopen, doen we een aantal aannamen op basis van gegevensbestanden uit 2014 van het CAK en het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ): 1. 60% van de cliënten heeft een minimuminkomen en betaald dus een minimale eigen bijdrage (= alleen het inkomensonafhankelijk deel); 40% betaald een bedrag hoger dan de minimale eigen bijdrage; 2. Voor de groep klanten die een bedrag hoger dan de minimale eigen bijdrage betaald, hebben wij een gemiddeld inkomen van € 35.000 genomen voor de berekening van de eigen bijdrage. Een deel van de groep zit hier dus boven en een deel hieronder; 3. 83% van de klanten heeft een eenpersoons huishouden en 17% een meerpersoonshuishouden; 4. We gaan uit van een gemiddelde omvang van zorg van klasse 2 uit de AWBZ (gemiddeld 3 uur per week zorg). NB: de berekeningen hieronder laten een raming zien van wat we maximaal aan inkomsten mislopen in 2015. Het werkelijke bedrag kan veel lager liggen, omdat: we niet voor elke inwoner inzichtelijk hebben van welke andere voorzieningen men al gebruik maakt. Indien men al andere voorzieningen heeft, is de kans groot dat al de maximale periodebijdrage wordt betaald en dat het opleggen van een eigen bijdrage voor deze voorzieningen niet tot extra inning leidt. er geen rekening is gehouden met (overgangs)indicaties die inmiddels al zijn afgelopen. Begeleiding landelijke inkoop Aantal: 5-10 overgangscliënten, waarvoor de eigen bijdrage wordt berekend op basis van het lage AWBZ-uurtarief van € 14,20. Uitgaand van bovenstaande aannames lopen we daarmee in 2015 maximaal een bedrag van circa € 10.000 mis.
onderwerp Volgvel
Uitzonderingen eigen bijdrage Wmo 2015 5
Vervoer van en naar de dagbesteding Betreft: 89 nieuwe cliënten en 290 overgangscliënten vanuit de AWBZ. Onder de AWBZ werd geen eigen bijdrage betaald voor vervoer van en naar de dagbesteding. De 290 overgangsclienten betalen dus geen eigen bijdrage tot hun indicatie in 2015 afloopt (of maximaal tot en met 31 -12-2015). Voor de 89 nieuwe cliënten geldt een vervoerstarief van circa € 6 (afhankelijk van de aanbieder). Circa 60% van hen betaalt überhaupt geen eigen bijdrage vanwege een laag inkomen; de overige 40% betaalt sowieso al een eigen bijdrage voor de dagbesteding zelf. Bij een gemiddelde afname van 3 dagdelen per week, betaalt deze groep al de maximale eigen bijdrage. Aangezien we van dit gemiddelde uitgaan, zal gezien het zeer lage uurtarief voor vervoer het apart heffen van een eigen bijdrage voor dat deel geen extra inkomsten opleveren. Persoonlijke verzorging overgangsrecht Dit betreft 61 personen met overgangsrecht vanuit de AWBZ. Voor deze groep wordt de eigen bijdrage gedurende het overgangsrecht berekend op basis van het lage AWBZuurtarief van € 14,20. 41 van hen hebben naast persoonlijke verzorging ook nog een of meerdere andere Wmo-voorzieningen. Zij betalen daarmee vermoedelijk al hun maximale periodebijdrage. 20 personen hebben alleen persoonlijke verzorging. Naar verwachting betaalt 60% van deze groep een minimale eigen bijdrage van € 350, - per jaar; de overige 40% betaalt een hogere eigen bijdrage. Maximaal kan dit in 2015 een bedrag van ruim € 20.000 opleveren. Zorg in het kader van zorgcontinuïteitscontracten 67 inwoners hebben een zorgcontinuïteitscontract. Het betreft overgangsclienten die het lage AWBZ-tarief voor de eigen bijdrage betalen. Naar verwachting betaalt 60% van deze groep een minimale eigen bijdrage van € 350, - per jaar; de overige 40% betaalt een hogere eigen bijdrage. Maximaal kan dit een bedrag van € 58.000 opleveren in 2015. Gezien het bovenstaande lopen we in 2015 maximaal een bedrag van circa € 88.000 mis als we besluiten niet met terugwerkende kracht de eigen bijdrage voor deze groepen op te leggen. Wie is daarvoor verantwoordelijk? Het college is verantwoordelijk voor het bepalen van de parameters voor het eigen bijdrage beleid, binnen de kaders van het landelijk Uitvoeringsbesluit Wmo. De raad is verantwoordelijk voor het vaststellen van de Verordening sociaal domein, waarin wordt vastgelegd voor welke maatwerkvoorzieningen een eigen bijdrage op basis van de Wmo wordt opgelegd. Daarnaast is de raad verantwoordelijk voor de financiële kaders. Wanneer en hoe zal de raad over de voortgang worden geïnformeerd? De raad zal middels de reguliere planning- en controlcyclus over de voortgang worden geïnformeerd. 4. Ondertekening