Raad Agendanr. Doc.nr
: 6 juli 2004 : 17 : B20405560
Afdeling:
: Bouwen en Wonen
RAADSVOORSTEL Onderwerp
: Vaststelling bestemmingsplan 'Elshout'
Toelichting Bijgevoegd treft u het ontwerpbestemmingsplan ‘Elshout’ aan. Het plan betreft het grootste deel van de kern Elshout. Het plangebied wordt globaal begrensd door de A59, de Zeedijk, de waterlopen Gorseweideloop oost en de Achterweidenloop, de Mariëndonkseloop en Donksesloot, langs de Dekkerseweg en de achtertuinen van de Wolfshoek tot aan de d’Oultremontweg. Binnen dit gebied zijn momenteel een achttal bestemmingsplannen en de bouwverordening van kracht. Het bestemmingsplan ‘Elshout’ heeft tot doel een actuele juridisch-planologische regeling te scheppen voor het bouwen en het gebruik van gronden en opstallen binnen dit gedeelte van Elshout. Het is hoog tijd dat dit bestemmingsplan wordt vastgesteld, want de bestaande regelingen bieden geen adequaat planologisch en juridisch kader meer om in te kunnen spelen op ontwikkelingen. Daarnaast heeft de Provincie Noord-Brabant de lijn ingezet om bij zelfstandige projectprocedures geen verklaringen van geen bezwaar meer af te geven indien de bestemmingsplannen ouder zijn dan 10 jaar. Het ontwerpbestemmingsplan “Elshout’ kent een beheersmatig karakter, wat wil zeggen dat het uitgaat van de bestaande situatie en het vastgestelde beleid, zoals dat is vastgelegd in de Beleidsnotitie ‘Herziening Kom Elshout’ en de StructuurvisiePlus: Heusden groene drieeenheid, en voor zover dat nu in het bestemmingsplan vertaald kan worden. Zo kunnen niet alle woningbouwlocaties die in de beleidsnotitie ‘Herziening Kom Elshout’ zijn aangegeven in dit bestemmingsplan positief bestemd worden omdat ze binnen een stankcirkel liggen. De bouw van deze woningen is alleen mogelijk nadat de stankcirkels opgeheven zijn en hier zal dan een aparte ZPP-procedure of bestemmingsplanherziening voor gevolgd moeten worden. Op dit moment stelt de provincie een Uitwerkingsplan Waalboss op. Daarnaast verschijnen er de komende tijd nog nieuwe beleidsdocumenten zoals de Woonvisie en de actualisatie Structuurvisie Heusden. In de toelichting van het bestemmingsplan ‘Elshout’ is aangegeven dat wanneer het beleid ten aanzien van het onderhavige plangebied als gevolg van de herziening van de Structuurvisieplus structureel zal wijzigen, dit nieuwe beleid middels een herziening c.q. vernieuwing van het ontwerpbestemmingsplan ‘Elshout’ alsnog een juridische vertaling zal krijgen. Het wordt gelet op de ouderdom van de vigerende bestemmingsplannen in Elshout echter niet verantwoord geacht de actualisatie van dit ontwerpbestemmingsplan nog langer uit te stellen door te wachten op de vaststelling van de herziening van de Structuurvisieplus. Inspraak Belanghebbenden zijn in het kader van de inspraak, overeenkomstig artikel 6a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, in de gelegenheid gesteld om te reageren. Hiervan is door een twintigtal personen gebruik gemaakt. Deze reacties hebben geleid tot een aantal aanpassingen in het ontwerpplan. 1/49
Vooroverleg De volgende instanties hebben in het kader van het vooroverleg gereageerd: - de Provinciale Planologische Commissie Noord-Brabant (PPC) - de gemeente Waalwijk; - Waterschap de Maaskant; - Rijksdienst voor de Monumentenzorg; - Directoraat-generaal Rijkswaterstaat; - Ministerie van Defensie: - Essent. Deze reacties zijn in het bestemmingsplan opgenomen als bijlage II. Rijkswaterstaat, de gemeente Waalwijk en de Rijksdienst voor de monumentenzorg hebben aangegeven geen opmerkingen te hebben ten aanzien van het voorontwerpbestemmingsplan. De overige gemaakte opmerkingen hebben geleid tot aanpassing van het plan op onderdelen. Tervisielegging Het ontwerpbestemmingsplan ‘Elshout’ heeft met ingang van 16 februari 2004 gedurende vier weken voor een ieder ter visie gelegen. Binnen die periode was een ieder gerechtigd om bij uw raad zijn of haar zienswijzen schriftelijk kenbaar te maken. Die tervisielegging is, zoals voorgeschreven, vooraf bekend gemaakt door middel van een publicatie in de Staatscourant en Heusdense Courant. Naar aanleiding van de terinzagelegging zijn 73 zienswijzen ingekomen, namelijk van: 1. Gebr. Klijn, Mariëndonkstraat 20 in Elshout 2. Aannemingsbedrijf Snijders, Kerkstraat 41b in Elshout 3. C. Brok, Kapelstraat 58 in Elshout 4. A.J.W.M. de Laat en C.A.J.M. de Laat-Verschure, Kerkstraat 65 in Elshout 5. W. van Balen, Kerkstraat 19 in Elshout 6. W.J.M. Brok, Kapelstraat 22 in Elshout 7. H.A.C. van Hulten, Heusdenseweg 10 in Elshout 8. C.A. Kolmans, Kapelstraat 72 in Elshout 9. A.W.C. Knippels, Van Altenastraat 4 in Elshout 10. A. Klijn, Kapelstraat 24 in Elshout 11. L.G.A.W. Pullens, Kerkstraat 26a in Elshout 12. L. van Delft, Kerkstraat 38 in Elshout 13. M.M.M. van Delft, Kapelstraat 57b in Elshout 14. M.A. Smits, Wolfshoek 58 in Elshout 15. J. Biekens, Kerkstraat 43 in Elshout 16. Fam. Van Logten-Van Delft, Mariëndonkstraat 24 in Elshout 17. A.M.A. Pelders, Mayweg 10a in Elshout 18. M. van Drunen, Kapelstraat 48 in Elshout 19. C.J.R. van Engelen, Mariëndonkstraat 17 in Elshout 20. M. Jansen-Brok, Kapelstraat 34 in Elshout 21. M.E.M. Pullens, Kerkstraat 18 in Elshout 22. M. Klijn, Mariëndonkstraat 4 in Elshout 23. Paardenhouderij Broeren Elshout BV, Nieuwkuijksestraat 152 in Nieuwkuijk 24. J. Muskens, Kapelstraat 64 in Elshout 25. Gebr. Jonkers Elshout BV, Wolfshoek 53 in Elshout 26. M. Muskens, Kapelstraat 8 in Elshout 27. L. Knippels, Mariëndonkstraat 37 in Elshout 28. A.J.M. van Son, Marijnenlaan 75 in Vlijmen 29. H. van Os, Zeedijk 1 in Elshout 30. H.J. Wolfs, Stadshaven 8 in Heusden 31. J. Knippels, Oosterseweg 1 in Elshout 2/49
32. 33. 34. 35. 36. 37. 38. 39. 40. 41. 42. 43. 44. 45. 46. 47. 48. 49. 50. 51. 52. 53. 54. 55. 56. 57. 58. 59. 60. 61. 62. 63. 64. 65. 66. 67. 68. 69. 70. 71. 72. 73.
A.M. van der Sanden, Mayweg 4 in Elshout J.C. Wolfs, Achterstraat 5 in Vlijmen H.P. Schoenmakers, Kapelstraat 35 in Elshout J. Inen, Kerkstraat 13 in Elshout J.H. van der Staak, Van Wassenaarstraat 20 in Elshout ZLTO Afdeling Oostelijke Langstraat, Tuinbouwweg 29 in Haarsteeg Stichting Herstructurering Tuinbouw Heusden, v. Hogendorpstraat 35 in Drunen H.A.C. van Hulten, Heusdenseweg 10 in Elshout W.J. de Kort en I. de Kort-Jehoel, Heusdenseweg 11 in Elshout A.G.M.M. Muskens, Kapelstraat 16 in Elshout L.M.A.M. Jehoel, Wolfshoek 68 in Elshout A. van Hulten, Mariëndonkstraat 7 in Elshout A.J.W.M. de Laat en C.A.J.M. de Laat-Verschure, Kerkstraat 65 in Elshout M.A.A. Aerts, Parallelweg 4 Drunen in Elshout H. Maas, Naulandseweg 48 in Elshout Brok, Kapelstraat 25 in Elshout J.H.P.M. Vermeer, Kapelstraat 38 in Elshout J. van Delft en J. van Drunen, Kapelstraat 47 en 42 in Elshout S. van Dongen, Scheidingstraat 5 in Elshout H.P.C.M. Schuurmans, Kerkstraat 27 in Elshout L.C.M. Rombouts, Scheidingstraat 31 in Elshout G.J. de Wit, Kapelstraat 55 in Elshout G.W. Klerks, Kerkstraat 16 in Elshout F.A.C.M. Pelders, Kapelstraat 28 in Elshout Pastorale eenheid Drunen-Elshout, Kerkstraat 44 in Elshout C.M.M. Klijn, Kerkstraat 44 in Elshout G. Vorstenbosch en J.M. Vorstenbosch-Schoenmakers, Schanswijk 31 in Elshout J.H. Pulles, Kerkstraat 66 in Elshout M.M.M. van Delft, Kapelstraat 57b in Elshout L. van der Lee, Kapelstraat 74 in Elshout A. Rombouts, Wolfshoek 73 in Elshout A.W.C. Knippels, Van Altenastraat 4 in Elshout Van Delft Handelsonderneming, Kapelstraat 56b in Elshout W. de Rouw, Adriaan Poorterstraat 37 in Vught Van Delft Handelsonderneming, Kapelstraat 56b in Elshout Waterschap Aa en Maas, Pettelaarpark 70 in ‘s-Hertogenbosch V.O.F. Gebr. Van Mook, Wolfshoek 62 in Elshout H.T.F. Bronkhorst, Wolfshoek 90 in Elshout C.W.M. Van Delft, Naulandseweg 25 in Elshout Rabobank Drunen, Grotestraat 149 in Drunen Th. A. van der Lee, Scheidingstraat 20 in Elshout C. Schreuder, Kerkstraat 30 in Elshout
Ontvankelijkheid van de zienswijzen Ingevolge artikel 23, eerste lid van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) kan een ieder gedurende de termijn van terinzagelegging schriftelijk zijn zienswijze omtrent het ontwerp bij de gemeente kenbaar maken. Deze termijn liep van 16 februari tot en met 14 maart 2004. De ingediende zienswijzen zijn op één na tijdig ingediend en ontvankelijk. De laatste zienswijze, nummer 73 van de heer Schreuder is te laat ingediend en daarom niet ontvankelijk. Hoorzitting De indieners van de zienswijzen zijn (volgens het bepaalde in artikel 23, eerste lid WRO) in de gelegenheid gesteld tot het geven van een nadere toelichting. Zij zijn uitgenodigd om tijdens de 3/49
hoorzitting voor de Commissie RZ op 14 april 2004 hun zienswijze mondeling ten overstaan van deze commissie uiteen te zetten. Zevenentwintig van de indieners hebben van deze mogelijkheid gebruik gemaakt. Beoordeling van de zienswijzen De ingediende zienswijzen zijn onderstaand samengevat weergegeven. Dit impliceert niet dat die onderdelen van de zienswijzen, die niet expliciet worden vermeld, niet worden meegewogen. In de uiteindelijke beoordeling worden de zienswijzen in hun totaliteit betrokken. Opgemerkt wordt dat in het kader van de beoordeling van zienswijzen uitsluitend planologische aspecten van belang zijn. 1.
Gebr. Klijn, Mariëndonkstraat 20 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 8 maart 2004 namens de gebroeders Klijn bezwaar tegen het toegekende agrarische bouwvlak. De recent vergunde nieuwe schuur valt namelijk deels buiten het geprojecteerde bouwvlak. Voorts biedt het bouwvlak geen ruimte meer voor uitbreiding van de bedrijfsbebouwing. Vergroting van het bouwvlak in noordelijke en/of oostelijke richting wordt dan ook wenselijk geacht. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven, waarvan de diepte overeenkomt met de diepte van het aangrenzende perceel Mariëndonkstraat 18, maar waarvan de breedte het totale gebied tussen het perceel Mariëndonkstraat 18 en het onbebouwde perceel met kadastraal nr. 285 beslaat. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo worden gewijzigd, dat het bouwvlak in overeenstemming wordt gebracht met het in het vigerend bestemmingsplan geprojecteerde bouwvlak. Uitbreiding van de bedrijfsbebouwing aan de voorzijde wordt echter, gelet op de ruimtelijke karakteristiek en het beeld van de straatwand, niet wenselijk geacht en zal derhalve niet meer worden toegestaan. Verdere uitbreiding van het bouwvlak in noordelijke richting, hetgeen wordt verzocht, conflicteert met het uitgangspunt van het bestemmingsplan om het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint te behouden. Aan dit verzoek kan dan ook niet tegemoet gekomen worden. 2.
Aannemingsbedrijf Snijders, Kerkstraat 41b in Elshout
De heer Snijders maakt bij brief van 10 maart 2004 namens aannemingsbedrijf Snijders bezwaar tegen de verlaging van het bebouwingspercentage op het perceel Kerkstraat 41b. Het thans geprojecteerde bebouwingspercentage van 35% komt overeen met het oppervlak van de aanwezige bebouwing, waardoor de voorgestane uitbreiding en nieuwbouw, welke door de Welstandscommissie positief is beoordeeld, niet meer mogelijk is. Voorts wordt verzocht het bouwvlak op te rekken. Ook wordt bezwaar gemaakt tegen de bouw van nieuwe woningen binnen een straal van 100 meter van het bedrijf. Beoordeling Het aannemersbedrijf op het perceel Kerkstraat 41b is middels de geprojecteerde bestemming “Bedrijfsdoeleinden” positief bestemd. Ook de aanwezige bedrijfsbebouwing is positief bestemd. Het bieden van mogelijkheden voor een structurele uitbreiding van de huidige bedrijfsbebouwing in zuidelijke richting, aansluitend bij het voornemen van het aannemersbedrijf, wordt, daar het een milieucategorie 3-activiteit betreft, echter niet wenselijk geacht. Dit conflicteert immers met het beleidsuitgangspunt, zoals vastgelegd in het vigerend bestemmingsplan “Elshout – Uitbreiding 4e fase”, wat in 1997 door 4/49
de gemeenteraad is vastgesteld en door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd, om het woongebied “Elshout”, af te ronden. Uitbreidingsmogelijkheden op het perceel zullen derhalve beperkt dienen te blijven tot de diepte van de reeds aanwezige bebouwing. Het bouwvlak zal echter zo worden aangepast, dat over de volledige breedte van het perceel bedrijfsbebouwing tot de huidige diepte kan worden gerealiseerd. Ook zal het bebouwingspercentage worden verhoogd van 35 naar 60, teneinde voldoende mogelijkheden voor de bedrijfsvoering te kunnen blijven bieden. Volledigheidshalve wordt daarbij opgemerkt, dat het feit dat het ingediende schetsplan door de Welstandscommissie is goedgekeurd, geenszins betekent dat daarmee door de gemeente is ingestemd met dit bouwplan. De welstandsbeoordeling staat immers los van de ruimtelijke ordeningstoets van het bouwplan. Ten aanzien van het bezwaar tegen de bouw van nieuwe woningen binnen een straat van 100 meter van het bedrijf, wordt het volgende opgemerkt. De nieuwe woningen aan de zuidzijde van het perceel, aan de Graaf Albrechtstraat, zijn in het vigerend bestemmingsplan “Elshout – Uitbreiding 4e fase”, reeds geprojecteerd. Ook in het onderhavige bestemmingsplan wordt ruimte geboden voor de realisatie van deze woningen, welke een afronding vormen van de kern. Nieuwe woningen mogen in het onderhavige bestemmingsplan uitsluitend gerealiseerd worden indien, onder andere, de nieuwe woningen geen onevenredige belemmeringen opleveren voor de bedrijfsvoering en/of ontwikkelingsmogelijkheden van de in de omgeving liggende bedrijven en de in de omgeving liggende bedrijven geen onevenredige belemmering opleveren voor de bouw van de nieuwe woningen. Het realiseren van de nieuwe woningen aan de Graaf Albrechtstraat kan derhalve uitsluitend wanneer de nieuwe woningen geen onevenredige belemmering vormen voor het bouwbedrijf. Er wordt dan ook geen aanleiding gezien het bestemmingsplan op dit punt aan te passen. 3.
C. Brok, Kapelstraat 58 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 8 maart 2004 namens de heer Brok bezwaar tegen de toegekende bestemming, het toegekende agrarische bouwvlak en de bijbehorende bestemming op het perceel Kapelstraat 58. De heer Brok is voornemens naast de bestaande hoofdactiviteit, intensieve veehouderij, paarden te gaan houden. Hiertoe zal gestopt worden met het houden van vleesvarkens. Het stallen van paarden van derden is binnen de geprojecteerde bestemming echter niet mogelijk. Het geprojecteerde bouwvlak sluit voorts niet aan bij het ingediende schetsplan voor de bouw van een nieuwe schuur voor het houden van paarden, welke komt op de plaats van de voormalige varkensstal. Ook de geplande sleufsilo’s vallen buiten het bouwvlak. De uitbreidingsmogelijkheden binnen het bouwvlak zijn derhalve niet toereikend. Omdat bij de nieuwbouwplannen wordt uitgegaan van een nokhoogte van 10 meter, wordt verzocht deze hoogte niet middels een vrijstellingsbevoegdheid, maar direct toe te staan. Beoordeling Het onderhavige perceel is bestemd tot “Agrarische doeleinden”. Binnen deze bestemming zijn de bestaande agrarische bedrijven positief bestemd. Een agrarisch bedrijf is ingevolge de begripsbepalingen een bedrijf dat geheel of overwegend gericht is op het bedrijfsmatig voortbrengen van producten door het telen van gewassen en het bedrijfsmatig voortbrengen van producten door het fokken en/of houden van dieren. Daar de bestaande hoofdactiviteit op het onderhavige perceel ongewijzigd blijft en het houden van dieren, zoals paarden, gelet op de begripsbepalingen binnen de bestemming “Agrarische doeleinden” positief is bestemd, wordt wijziging van de bestemming niet noodzakelijk geacht. Ook in het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter dieper en breder dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. 5/49
Het ontwerpbestemmingsplan zal zo worden gewijzigd, dat het bouwvlak in overeenstemming wordt gebracht met het in het vigerend bestemmingsplan geprojecteerde bouwvlak. Uitbreiding van de bedrijfsbebouwing aan de voorzijde wordt echter, gelet op de ruimtelijke karakteristiek en het beeld van de straatwand, niet wenselijk geacht en zal derhalve niet meer worden toegestaan. De gemeente Heusden streeft naar uniformering en standaardisering van voorschriften. Omdat de binnen de bestemming opgenomen nokhoogte uniform in alle bestemmingsplannen bij de bestemming “Agrarische doeleinden” wordt toegepast en middels de opgenomen vrijstellingsbevoegdheid het betreffende bouwplan kan worden ingepast, wordt geen aanleiding gezien de voorschriften op dit punt aan te passen. 4.
A.J.W.M. de Laat en C.A.J.M. de Laat-Verschure, Kerkstraat 65 in Elshout
De Stichting Rechtsbijstand maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer en mevrouw De Laat bezwaar tegen de geprojecteerde woondoeleinden bestemming op het perceel Kerkstraat 65. Op het betreffende perceel is vanaf 2002 een aannemersbedrijf gevestigd. De vestiging van dit bedrijf heeft destijds legaal binnen de mogelijkheden van de geldende bouwverordening plaatsgevonden en de Welstandscommissie heeft in 2002 ingestemd met de bouwplannen voor dit perceel. Mede gelet op de functies, welke in de directe nabijheid aanwezig zijn, wordt dan ook verzocht de bestemming te wijzigen, bij voorkeur in de bestemming Bedrijfsdoeleinden en ten minste in de bestemming Gemengde Doeleinden, waarbij tevens de toegestane bouwhoogte in overeenstemming wordt gebracht met de reeds aanwezige bebouwing. Beoordeling Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. De bedrijvenregistratie van de gemeente, welke gerelateerd is aan de verleende milieuvergunningen, wordt daarbij als basis gehanteerd. Hoewel op het perceel Kerkstraat 65 volgens de bedrijvenregistratie van de gemeente geen bedrijfsactiviteit geregistreerd is, blijkt uit de ingediende zienswijze dat ter plaatse wel recent legaal een bedrijfsactiviteit gevestigd is. Het ontwerpbestemmingsplan zal derhalve worden gewijzigd, waarbij de bestemming gewijzigd wordt in “Bedrijfsdoeleinden” en waarbij, overeenkomstig de bestemmingsmethodiek van het bestemmingsplan, op de plankaart een bouwvlak zal worden aangegeven, waarbinnen de bebouwing mag worden opgericht. De diepte van dit bouwvlak zal echter beperkt worden tot ca. 32 meter vanaf de huidige voorgevelrooilijn. Het bieden van mogelijkheden voor een structurele uitbreiding van de huidige bedrijfsbebouwing in zuidelijke richting, aansluitend bij het voornemen van het bedrijf, wordt, daar het een milieucategorie 3-activiteit betreft, namelijk niet wenselijk geacht, om conflicten met aangrenzende woningen te voorkomen. Volledigheidshalve wordt daarbij opgemerkt, dat het feit dat het ingediende schetsplan door de Welstandscommissie is goedgekeurd, geenszins betekent dat daarmee door de gemeente is ingestemd met dit bouwplan. De welstandsbeoordeling staat immers los van de ruimtelijke ordeningstoets van het bouwplan. 5.
W. van Balen, Kerkstraat 19 in Elshout
De heer Van Balen maakt bij brief van 5 maart 2004 bezwaar tegen het op het perceel Kerkstraat 19 geprojecteerde bouwvlak. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan, waardoor de rundveehouderij in de uitbreidingsmogelijkheden belemmerd wordt.
6/49
Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is in het verleden, met toepassing van de in het vigerend bestemmingsplan opgenomen wijzigingsbevoegdheid, gewijzigd. De diepte van het bouwvlak is daarbij teruggebracht tot de diepte van de huidige bebouwing en het aangrenzende perceel kadastraal nr. 635 is binnen het bouwvlak betrokken. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo worden gewijzigd, dat het bouwvlak in overeenstemming wordt gebracht met het thans vigerende bouwvlak. Verdere uitbreiding van het bouwvlak in zuidelijke richting wordt echter niet wenselijk geacht. In het Streekplan van de Provincie Noord-Brabant en in de Structuurvisieplus van de gemeente Heusden is het gebied tussen de Zeedijk, de Kapelstraat, de Kerkstraat, de Wolfshoek en de A59 immers als glastuinbouwontwikkelingsgebied aangewezen. Het middels een directe bestemming bieden van uitbreidingsmogelijkheden in zuidelijke richting voor de onderhavige rundveehouderij conflicteert met het beleidsuitgangspunt om in dit gebied primair ruimte te bieden voor ontwikkelingen in de glastuinbouwsector. Het bestemmingsplan voorziet overigens middels opgenomen vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden in de mogelijkheid om het bouwvlak eventueel te kunnen aanpassen, mocht daar in de toekomst aanleiding voor zijn. Voorts zal het ontwerpbestemmingsplan zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. 6.
W.J.M. Brok, Kapelstraat 22 in Elshout
De heer Brok verzoekt bij brief van 9 maart 2004 om de plankaart aan te passen, omdat niet alle aanwezige bebouwing op de kaart is ingetekend. Voorts wordt verzocht om het bouwvlak, gelet op de plannen die thans voor een verbouwing worden uitgewerkt, aan deze plannen aan te passen. Beoordeling Ondergrond voor de bestemmingsplankaart vormt de digitale kaart van het Kadaster. Hoewel deze kaart regelmatig door het Kadaster wordt geactualiseerd, kan het voorkomen dat aanwezige bebouwing niet op deze kaart is aangegeven. Voor een bestemmingsplan hoeft dit geen bezwaar te vormen, zolang de aanwezige bebouwing maar positief bestemd is. In de onderhavige situatie is dit, blijkens de luchtfoto het geval. Wijziging van de plankaart wordt op dit punt dan ook niet noodzakelijk geacht. Omdat de aanwezige woning op het perceel Kapelstraat 22 op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie als ‘Historische bouwkunst” is aangemerkt, is het bouwvlak strak om de woning gelegd. Daar de voorgestane uitbreiding plaats zal vinden achter het monumentale gedeelte van het pand, wordt echter geen aanleiding gezien om hieraan geen medewerking te verlenen. Het bouwvlak zal derhalve zo gewijzigd worden, dat ook de voorgestane uitbreiding positief bestemd zal worden. 7.
H.A.C. van Hulten, Heusdenseweg 10 in Elshout
De heer Van Hulten verzoekt bij brief van 8 maart 2004 om het perceel 2136 aan de Heusdenseweg ten behoeve van nieuwe woningbouw te bestemmen. Beoordeling De Structuurvisieplus “Heusden: groene drie-eenheid”, welke in 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld en de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom”, welke in maart 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld, vormen de basis voor het onderhavige bestemmingsplan. In de Structuurvisieplus en de beleidsnotitie is aangegeven, welke in- en uitbreidingslocatie in Elshout in de komende periode, tot 2015, voor nieuwe verstedelijkingsfuncties, waaronder 7/49
woningbouw, benut kunnen worden. Het genoemde perceel is niet als inbreidingslocatie voor woningbouw aangemerkt. Uitbreiding van de bebouwing in noordelijke richting, zoals wordt voorgestaan, conflicteert voorts met het uitgangspunt van het bestemmingsplan om het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint te behouden. Aan dit verzoek zal dan ook niet tegemoet gekomen worden. 8.
C.A. Kolmans, Kapelstraat 72 in Elshout
De heer Kolmans verzoekt bij brief van 4 maart 2004 om het bouwvlak waarbinnen de woningen Kapelstraat 68A, 70 en 72 gelegen zijn met 20 meter naar achteren te vergroten. Voorts wordt bezwaar gemaakt tegen de bestemming natuurgebied op het weiland achter het bouwvlak, omdat dit weiland agrarisch wordt gebruikt. Beoordeling De genoemde percelen maken onderdeel uit van de Groene Hoofdstructuur, zoals deze door de Provincie Noord-Brabant in het Streekplan is vastgelegd. Het planologisch beschermen van de (potentiële) natuurwaarden in gebieden, welke onderdeel uitmaken van de Groene Hoofdstructuur, is uitgangspunt van het provinciaal beleid en dient, zoals ook in het kader van het vooroverleg door de PPC is aangegeven, in gemeentelijke bestemmingsplannen een passende planologisch-juridische vertaling te krijgen. Het in deze Groene Hoofdstructuur wijzigen van de geprojecteerde bestemming “Natuurlandschappelijk waardevol gebied” in “Agrarische doeleinden” respectievelijk het bieden van uitbreidingsmogelijkheden voor bebouwing middels vergroting van het bouwvlak, is derhalve niet mogelijk. Aan dit verzoek kan dan ook niet tegemoet gekomen worden. Het huidige agrarische gebruik van het weiland mag overigens onder het overgangsrecht worden voortgezet. 9.
A.W.C. Knippels, Van Altenastraat 4 in Elshout
De heer Knippels verzoekt bij brieven van 18 februari 2004 medewerking te verlenen aan de realisatie van een aangepaste seniorenwoning aan de Kapelstraat 17a. Door de toenmalige wethouder is in 1994 toegezegd dat woningbouw op het perceel in het nieuwe bestemmingsplan zou worden toegestaan en ook in de beleidsvisie voor de kom Elshout is woningbouw ter plaatse mogelijk. Voorheen was op dit perceel een veehouderij met bijbehorend bouwvlak aanwezig. Beoordeling Aan het verzoek tot het bieden van een mogelijkheid voor het realiseren van een “burgerwoning” op het perceel Kapelstraat 17a kan niet tegemoetgekomen worden, omdat dit perceel is gelegen binnen de stankcirkels van agrarische bedrijven. Het realiseren van nieuwe woningen binnen stankcirkels kan, zoals ook in het vooroverleg door de PPC is aangegeven, niet worden toegestaan. 10.
A. Klijn, Kapelstraat 24 in Elshout
De heer Knippels maakt bij brief van 18 februari 2004 namens de heer Klijn bezwaar tegen de agrarische bestemming op het bouwperceel gelegen tussen Kapelstraat 22 en 24. Voor dit perceel zou een blanco bouwvergunning aanwezig zijn. In het vigerend bestemmingsplan staat een woning op dit perceel ingetekend en bij de ruilverkaveling is afgesproken dat de bouwlocatie voor deze woning in eigendom zou blijven.
8/49
Beoordeling Aan het verzoek tot het bieden van een mogelijkheid voor het realiseren van een “burgerwoning” op het perceel tussen Kapelstraat 22 en 24 kan niet tegemoetgekomen worden, omdat dit perceel is gelegen binnen de stankcirkels van agrarische bedrijven. Het realiseren van nieuwe woningen binnen stankcirkels kan, zoals ook in het vooroverleg door de PPC is aangegeven, niet worden toegestaan. Het betreffende perceel is bovendien als “doorzicht” aangemerkt.
11.
L.G.A.W. Pullens, Kerkstraat 26a in Elshout
De heer Pullens maakt bij brief van 3 maart 2004 bezwaar tegen het ontbreken van uitbreidingsmogelijkheden aan de noordzijde van het perceel Kerkstraat 26a. Ook is door de heer Pullens van de gemeente geen reactie ontvangen op een eerder verzoek betreffende enkele graven voor eigen familie. Beoordeling Het bieden van mogelijkheden voor uitbreiding van de bestaande bedrijfsbebouwing in noordelijke richting conflicteert met het uitgangspunt van het bestemmingsplan om het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint te behouden. Binnen het aangegeven bouwvlak blijft voorts enige uitbreidingsruimte gewaarborgd. Aan dit verzoek kan dan ook niet tegemoet gekomen worden. De opmerking met betrekking tot de graven, valt buiten het kader van het onderhavige bestemmingsplan. 12.
L. van Delft, Kerkstraat 38 in Elshout
De heer Van Delft maakt bij brief van 6 maart 2004 bezwaar tegen de geprojecteerde tuinbestemming op het perceel 548, omdat dit perceel grenst aan het in eigendom zijnde perceel 549 wat voor bedrijfsdoeleinden bestemd is en omdat uitbreiding van deze bedrijfsactiviteiten op het perceel 548 in de toekomst wordt voorgestaan. Beoordeling Voor het onderhavige perceel vigeert de bouwverordening. Ingevolgde de bouwverordening is uitbreiding van de huidige bedrijfsbebouwing in noordelijke richting toegestaan. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo worden gewijzigd, dat ook het aangrenzende perceel met kadastraal nr 548 tot “Bedrijfsdoeleinden B” zal worden bestemd, waarbij de bedrijfsbebouwing ter plaatse van dit perceel mag worden uitgebreid. 13.
M.M.M. van Delft, Kapelstraat 57b in Elshout
De heer Van Delft maakt bij brief van 3 maart 2004 bezwaar tegen de geprojecteerde bestemmingen “Natuurlandschappelijk waardevol gebied” en “Agrarische doeleinden met landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden” op het perceel 1561 aan de Kapelstraat 61. Beoordeling Het westelijk deel van het genoemde perceel maakt onderdeel uit van de Groene Hoofdstructuur, zoals deze door de Provincie Noord-Brabant in het Streekplan is vastgelegd. Het planologisch beschermen van de (potentiële) natuurwaarden in gebieden, welke onderdeel uitmaken van de Groene Hoofdstructuur, is uitgangspunt van het provinciaal beleid en dient, zoals ook in het kader van het vooroverleg door de PPC is aangegeven, in gemeentelijke bestemmingsplannen een passende planologisch juridische vertaling te krijgen. 9/49
Het wijzigen van de geprojecteerde bestemming “Natuurlandschappelijk waardevol gebied” in “Agrarische doeleinden” is derhalve niet mogelijk. Aan dit verzoek kan dan ook niet tegemoet gekomen worden. Het huidige agrarische gebruik mag overigens onder het overgangsrecht worden voortgezet. In het vigerend bestemmingsplan heeft het deel van het onderhavige perceel gelegen ten zuiden van de huidige bebouwing een agrarische bestemming met de aanduiding “pr + gl”. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo worden gewijzigd, dat dit deel van het perceel overeenkomstig het vigerend bestemmingsplan tot “Agrarische doeleinden” met de aanduiding “pr + k” zal worden bestemd. Tussen dit deel van het perceel en de bestemming “Natuurlandschappelijk waardevol gebied” zal de bestemming “Agrarische doeleinden” met de aanduiding “lk” worden gehandhaafd, teneinde een passende overgang naar de Groene Hoofdstructuur te kunnen blijven waarborgen. 14.
M.A. Smits, Wolfshoek 58 in Elshout
De heer Smits maakt bij brief van 29 februari 2004 bezwaar tegen het ontbreken van mogelijkheden om de kwekerij achter de woning Wolfshoek 58, op het perceel 2116, in de toekomst uit te breiden ter plaatse van het perceel 2117. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan is het genoemde perceel 2117 bestemd tot agrarisch gebied, waarbij middels het geprojecteerde bouwvlak de mogelijkheid wordt geboden om ter plaatse glastuinbouw te realiseren. Het ontwerpbestemmingsplan zal derhalve worden gewijzigd, waarbij het bouwvlak in overeenstemming wordt gebracht met het in het vigerend bestemmingsplan geprojecteerde bouwvlak. 15.
J. Biekens, Kerkstraat 43 in Elshout
De heer Biekens verzoekt bij brief van 4 maart 2004 de agrarische bestemming op het perceel K 872 te wijzigen, omdat dit perceel al meer dan 10 jaar niet voor agrarische doeleinden wordt gebruikt en zijn zoon het pand wil gebruiken voor tijdelijke opslag voor zijn bedrijfsactiviteiten. Beoordeling Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. De bedrijvenregistratie van de gemeente, welke gerelateerd is aan de verleende milieuvergunningen, wordt daarbij als basis gehanteerd. Hoewel op het perceel Kerkstraat 43 volgens de bedrijvenregistratie van de gemeente geen bedrijfsactiviteit geregistreerd is, blijkt uit de ingediende zienswijze dat ter plaatse wel recent legaal een bedrijfsactiviteit gevestigd is. Het ontwerpbestemmingsplan zal derhalve worden gewijzigd, waarbij de bestemming gewijzigd wordt in “Gemengde Doeleinden GD”. De bedrijfsactiviteit, reparatiebedrijf, betreft immers een milieucategorie 2-activiteit, welke, overeenkomstig de bestemmingsmethodiek van het bestemmingsplan, als “Gemengde Doeleinden” worden bestemd. Het thans op de plankaart aangegeven bouwvlak zal daarbij worden gehandhaafd. 16.
Fam. Van Logten-Van Delft, Mariëndonkstraat 24 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de familie Van Logten-Van Delft bezwaar tegen het toegekende agrarische bouwvlak en de goot- en nokhoogten op het perceel Mariëndonkstraat 24. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan, biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en dient derhalve uitgebreid te worden. Een deel van de bestaande, vergunde bebouwing is voorts buiten dit bouwvlak gelegen. Verhoging van de 10/49
goot- en nokhoogten tot 6 respectievelijk 12 meter wordt voorts voor moderne agrarische gebouwen noodzakelijk geacht. In de voorschriften zouden voorts mogelijkheden geboden moeten worden voor het realiseren van nieuwe woningen, bijvoorbeeld middels woningsplitsing. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo worden gewijzigd, dat het bouwvlak in overeenstemming zal zijn met de thans op het perceel aanwezige bebouwing. Verdere uitbreiding van het bouwvlak conflicteert echter met het uitgangspunt van het bestemmingsplan om het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint te behouden. Aan dit verzoek kan dan ook niet tegemoet gekomen worden. De gemeente Heusden streeft naar uniformering en standaardisering van voorschriften. De binnen de bestemming opgenomen goot- en nokhoogten worden uniform in alle bestemmingsplannen bij de bestemming “Agrarische doeleinden” toegepast en zijn afgestemd op de meest voorkomende situatie in de gemeente Heusden. Middels de opgenomen vrijstellingsbevoegdheid wordt daarbij de mogelijkheid geboden de goot- en nokhoogten voor individuele gevallen eventueel te kunnen verhogen. Naar aanleiding van de zienswijzen zal de vrijstellingsbevoegdheid zo gewijzigd worden, dat vrijstelling verleend kan worden tot een goothoogte van 7 meter en een nokhoogte van 12 meter. Bij bedrijfsbeëindiging biedt het bestemmingsplan, onder voorwaarden, de mogelijkheid tot het wijzigen van de bestemming in de bestemming woondoeleinden. Uitbreiding van de mogelijkheden voor het realiseren van nieuwe “gewone” woningen binnen de agrarische bestemming wordt echter niet wenselijk geacht. 17.
A.M.A. Pelders, Mayweg 10a in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer Pelders bezwaar tegen het toegekende agrarische bouwvlak op het perceel Mayweg 10a. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan, biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en niet alle aanwezige teeltondersteunende voorzieningen zijn binnen het bouwvlak gelegen. Verzocht wordt dan ook het bouwvlak uit te breiden. Opgemerkt wordt voorts dat geen begripsomschrijving van teeltondersteunende voorzieningen en hoge tijdelijke voorzieningen is opgenomen, waardoor een aantal teeltondersteunende voorzieningen, zoals containervelden, niet lijkt te zijn toegestaan, hetgeen afwijkt van de provinciale nota “Teeltondersteunende voorzieningen in de land- en tuinbouw”. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is in het verleden, met toepassing van de in het vigerend bestemmingsplan opgenomen wijzigingsbevoegdheid, gewijzigd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo worden gewijzigd, dat het bouwvlak in overeenstemming wordt gebracht met het thans vigerende bouwvlak. Het bestemmingsplan voorziet voorts middels opgenomen vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden in de mogelijkheid om het bouwvlak eventueel te kunnen aanpassen, mocht daar in de toekomst aanleiding voor zijn. Voorts zal het ontwerpbestemmingsplan zo worden aangepast, dat teeltondersteunende voorzieningen zoals teeltvloeren en waterbassins buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan.
11/49
In de doeleindenbeschrijving is aangegeven dat bouwwerken geen gebouw zijnde ten dienste van de bestemming binnen de bestemming mogen worden opgericht. Teeltondersteunende voorzieningen kunnen als bouwwerk geen gebouw zijnde behorende bij de bestemming worden aangemerkt. Daar een bouwwerk is gedefinieerd als “elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct steun vindt in of op de grond” mag geconcludeerd worden dat ook containers als bouwwerk aangemerkt kunnen worden. Uitbreiding van de begripsbepalingen wordt derhalve niet noodzakelijk geacht. Wel zal ter verduidelijking in de doeleindenomschrijving in lid b.5 worden aangegeven dat tot de aan de glastuinbouw verbonden (gemeenschappelijke) teeltondersteunende voorzieningen behoren: nutsvoorzieningen, energievoorzieningen, warmtebuffers, wateropslag, torensilo’s, sleufsilo’s, mestsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren, containers e.d.. 18.
M. van Drunen, Kapelstraat 48 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer Van Drunen bezwaar tegen het toegekende bouwvlak op het perceel Kapelstraat 48. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan, biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en de aanwezige sleufsilo‘s zijn niet binnen het bouwvlak gelegen. Verzocht wordt dan ook het bouwvlak uit te breiden en tevens in de voorschriften ruimte te bieden voor 25% extra uitbreidingsruimte van het bouwvlak, overeenkomstig het provinciale beleid voor bestaande agrarisch-technische hulpbedrijven, ten behoeve van het realiseren van een stallingruimte van werktuigen. Verzocht wordt voorts de staat van bedrijfsactiviteiten zo uit te breiden dat binnen de bedrijfsdoeleindenbestemming ook dienstverlening t.b.v. de landbouw (SBI-code 014) kan blijven plaatsvinden. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel de bestemming “Agrarisch Loonbedrijf”, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven, waarbinnen de bebouwing mag worden opgericht. De genoemde sleufsilo’s zijn buiten dit bouwvlak gelegen, waarmee sprake is van bebouwing in strijd met het vigerend bestemmingsplan. Het Streekplan biedt de mogelijkheid om uitbreiding van agrarisch verwante bedrijven toe te staan, mits dit passend is in de omgeving. Het bieden van mogelijkheden voor uitbreiding van de bestaande bedrijfsbebouwing in noordelijke richting conflicteert echter met het uitgangspunt van het bestemmingsplan om het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint te behouden. Het legaliseren van bebouwing, welke reeds in strijd was met het vigerend bestemmingsplan c.q. het bieden van uitbreidingsmogelijkheden in noordelijke richting, wordt dan ook niet wenselijk geacht. Aan het verzoek kan dan ook niet tegemoet gekomen worden. Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. In de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn de milieucategorie 1 en 2 bedrijven aangegeven, welke binnen de bestemming “Bedrijfsdoeleinden” gevestigd mogen worden. Daarnaast is in de voorschriften aangegeven dat vergunningsplichtige bedrijven in milieucategorie 3, welke aanwezig zijn en een vergunning hebben, binnen deze bestemming ook positief zijn bestemd. De onderhavige bedrijfsactiviteit, welke als milieucategorie 3-activiteit dient te worden aangemerkt, is daarmee positief bestemd. Aanpassing van de bij de voorschriften gevoegde Staat van Bedrijfsactiviteiten, waarin alleen milieucategorie 1 en 2 bedrijven worden aangegeven, is derhalve niet noodzakelijk c.q. wenselijk.
12/49
19. C.J.R. van Engelen, Mariëndonkstraat 17 in Elshout De ZLTO verzoekt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer Van Engelen om de tweede bedrijfswoning op het perceel Mariëndonkstraat 17a, waarvoor in 1971 bouwvergunning is afgegeven, tezamen met de bedrijfswoning Mariëndonkstraat 17 positief te bestemmen en de huisnummers ook op de plankaart aan te geven. Beoordeling Uit dossieronderzoek is gebleken dat de bedrijfswoning Mariëndonkstraat 17 in 1971 is gesplitst in twee woningen. Op de plankaart zal ter plaatse van de bedrijfswoning Mariëndonkstraat 17a derhalve ook het huisnummer 17 worden aangegeven. Daar heden ten dage het realiseren van 2 bedrijfswoningen per (agrarisch) bedrijf niet meer kan en mag worden toegestaan, kan de 2e bedrijfswoning binnen de voorschriften van het bestemmingsplan echter niet positief bestemd worden, waarmee deze onder het overgangsrecht moet worden geplaatst.
20.
M. Jansen-Brok, Kapelstraat 34 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 namens mevrouw Jansen-Brok bezwaar tegen het toegekende bouwvlak op het perceel Kapelstraat 34. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan en biedt geen ruimte voor de uitbreidingsplannen, welke als schetsplan in december 2003 bij de gemeente zijn ingediend. Verzocht wordt om het bouwvlak, overeenkomstig het vigerend bestemmingsplan, uit te breiden. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter breder en dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Ook het aangrenzende perceel 498 is in het vigerend bestemmingsplan daarbij binnen het bouwvlak betrokken. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de breedte van het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met de breedte van het bouwvlak in het vigerend bestemmingsplan. Vergroting van de diepte van het bouwvlak wordt echter, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, niet wenselijk geacht. Bij de begrenzing van de bouwvlakken is, overeenkomstig het verzoek van de PPC in het kader van het vooroverleg, gestreefd om waar mogelijk de grens van de bebouwingsvlakken gelijk te trekken. Dit om het een rommelig karakter van de achterzijde van het straatlint te verminderen, zonder dat daarbij het open karakter van het open buitengebied aangetast wordt. Met een geringe verschuiving van de voorgestane nieuwe bebouwing, ca. 3 meter in zuidelijke richting, kan de voorgestane nieuwe bebouwing binnen de aangegeven diepte van het bouwvlak gerealiseerd worden en kan ook deze rechte bouwgrens gehandhaafd blijven. Wijziging van de diepte van het bouwvlak, overeenkomstig het verzoek, wordt dan ook niet wenselijk c.q. noodzakelijk geacht. De in de zienswijze genoemde paardenstal staat overigens ook in het vigerend bestemmingsplan buiten het bouwvlak. 21.
M.E.M. Pullens, Kerkstraat 18 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer Pullens bezwaar tegen het toegekende bouwvlak op het perceel Kerkstraat 18. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan en biedt geen ruimte voor de uitbreidingsplannen, welke als bouwaanvraag in januari 2004 bij de gemeente zijn ingediend en op basis van de vigerende 13/49
bestemmingsplanregeling gerealiseerd zouden kunnen worden. Verzocht wordt om het bouwvlak in noordelijke richting uit te breiden, rekeninghoudend met de nieuwbouw van de werktuigenloods en de aanwezige sleufsilo’s en tevens het bouwvlak in oostelijke richting, op het perceel 532 terug te leggen in verband met mogelijke uitbreiding van sleufsilo’s in de toekomst. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter breder en dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de diepte van het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met de aanwezige bebouwing alsook de nieuw te realiseren loods. De aanwezige sleufsilo’s zullen niet binnen het bouwvlak worden opgenomen, daar het ontwerpbestemmingsplan zo zal worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. Verder vergroting van de diepte van het bouwvlak wordt, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, niet wenselijk geacht. Ook vergroting van de breedte van het bouwvlak wordt niet wenselijk geacht. Het betreft immers een intensieve veehouderij, gelegen op korte afstand van aanwezige woonbebouwing. Door het bouwvlak aan de oostzijde uit te breiden, zou de afstand tot aanwezige woonbebouwing worden verkleind, hetgeen uit het oogpunt van milieu niet wenselijk is. 22.
M. Klijn, Mariëndonkstraat 4 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer Klijn bezwaar tegen het toegekende bouwvlak en de bestemming op het perceel Mariëndonkstraat 4. Aan de in 1994 vergunde schuur is weliswaar een bouwvlak toegekend, maar de bestemming agrarische doeleinden is niet in overeenstemming met de bedrijfsfunctie, zijnde een loonwerkbedrijf. Verzocht wordt derhalve het gehele bouwvlak tot bedrijfsdoeleinden te bestemmen. Tevens wordt verzocht om in de voorschriften ruimte te bieden voor 25% extra uitbreidingsruimte, overeenkomstig het provinciale beleid voor bestaande agrarisch-technische hulpbedrijven. Verzocht wordt voorts de staat van bedrijfsactiviteiten zo uit te breiden dat binnen de bedrijfsdoeleindenbestemming ook dienstverlening t.b.v. de landbouw (SBI-code 014) kan blijven plaatsvinden. Beoordeling Aan het verzoek om het deel van het perceel Mariëndonkstraat 4 binnen het bouwvlak als bedrijfsdoeleinden te bestemmen, zal tegemoetgekomen worden. Het bestemmingsplan zal op dit punt gewijzigd worden. Het Streekplan biedt de mogelijkheid om uitbreiding van agrarisch verwante bedrijven toe te staan, mits dit passend is in de omgeving. Het bieden van mogelijkheden voor uitbreiding van de bestaande bedrijfsbebouwing in noordelijke richting conflicteert echter met het uitgangspunt van het bestemmingsplan om het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint te behouden. Het middels vergroting van het bouwvlak bieden van uitbreidingsmogelijkheden in noordelijke richting, wordt dan ook niet wenselijk geacht. Aan dit verzoek kan dan ook niet tegemoet gekomen worden. Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. In de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn de milieucategorie 1 en 2 bedrijven aangegeven, welke binnen de bedrijfsdoeleindenbestemming gevestigd mogen worden. Daarnaast is in de voorschriften aangegeven dat vergunningsplichtige bedrijven in milieucategorie 3, welke aanwezig zijn en 14/49
een vergunning hebben, binnen deze bestemming ook positief zijn bestemd. De onderhavige bedrijfsactiviteit, welke als milieucategorie 3-activiteit dient te worden aangemerkt, is daarmee positief bestemd. Aanpassing van de bij de voorschriften gevoegde Staat van Bedrijfsactiviteiten, waarin alleen milieucategorie 1 en 2 bedrijven worden aangegeven, is derhalve niet noodzakelijk c.q. wenselijk. 23.
Paardenhouderij Broeren Elshout BV, Nieuwkuijksestraat 152 Nieuwkuijk
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 namens paardenhouderij Broeren Elshout BV bezwaar tegen de aan het perceel Kapelstraat 45 toegekende bestemming en de daarbij behorende voorschriften. Hoewel het bestemmingsplan de vestiging van een paardenhouderij toestaat en hierover door de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen positief is geoordeeld, is hiervoor volgens de voorschriften nog een vrijstellingsprocedure nodig. Verzocht wordt het in artikel 7 lid 4 e bepaalde te verwijderen. Beoordeling Binnen het bestemmingsplangebied “Elshout” is in het glastuinbouwconcentratiegebied, behoudens glastuinbouw, het vestigen van nieuwe niet-grondgebonden agrarische bedrijven niet toegestaan. Omdat voor de onderhavige paardenhouderij hierop, mede gelet op het positieve advies van de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen, een uitzondering wordt gemaakt, zal de voorgestane paardenhouderij op het perceel Kapelstraat 45 direct positief worden bestemd. Het ontwerpbestemmingsplan zal hierop worden aangepast. Overigens is geconstateerd dat het geprojecteerde bouwvlak groter is dan in het vigerend bestemmingsplan op het perceel was toegestaan. Het bouwvlak zal derhalve aangepast worden in overeenstemming met het vigerend bestemmingsplan. 24.
J. Muskens, Kapelstraat 64 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer J. Muskens bezwaar tegen het toegekende bouwvlak op het perceel Kapelstraat 64. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan, biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en de aanwezige sleufsilo’s en het mestbassin zijn niet binnen het bouwvlak gelegen. Verzocht wordt om het bouwvlak in noordelijke richting uit te breiden, rekeninghoudend met de aanwezige sleufsilo’s en het mestbassin en het tevens bieden van enige uitbreidingsruimte. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter breder en dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de breedte en diepte in overeenstemming zal worden gebracht met het bouwvlak in de vigerende bestemmingsplanregeling, waarmee de aanwezige bebouwing alsook de sleufsilo’s en het mestbassin binnen het bouwvlak zullen zijn gelegen. Uitbreiding van de bedrijfsbebouwing aan de voorzijde wordt echter, gelet op de ruimtelijke karakteristiek en het beeld van de straatwand, niet wenselijk geacht en zal derhalve niet meer worden toegestaan. Verder vergroting van de diepte van het bouwvlak wordt, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, eveneens niet wenselijk geacht. Het ontwerpbestemmingsplan zal overigens zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan, waarmee in de onderhavige situatie binnen het bouwvlak voldoende uitbreidingsruimte gewaarborgd kan blijven.
15/49
25. Gebr. Jonkers Elshout BV, Wolfshoek 53 in Elshout De heer Jonkers verzoekt bij brief van 11 maart 2004 namens Gebr. Jonkers Elshout BV het bouwvlak ter plaatse van de percelen K 2157 en K 1817 zo uit te breiden, dat de gerealiseerde betonnen teeltvloeren als bouwwerk positief zullen zijn bestemd. Beoordeling Het ontwerpbestemmingsplan zal zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en waterbassins buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan, waarmee de genoemde teeltvloeren positief zullen zijn bestemd. 26.
M. Muskens, Kapelstraat 8 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 8 maart 2004 namens de heer Muskens bezwaar tegen het toegekende bouwvlak op het perceel Kapelstraat 8. Het bouwvlak biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en de aanwezige sleufsilo en kuilplaat zijn niet binnen het bouwvlak gelegen. Verzocht wordt om het bouwvlak in noordelijke richting uit te breiden. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Vergroting van de diepte van het bouwvlak wordt echter, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, niet wenselijk geacht. Bij de begrenzing van de bouwvlakken is, overeenkomstig het verzoek van de PPC in het kader van het vooroverleg, gestreefd om waar mogelijk de grens van de bebouwingsvlakken gelijk te trekken. Dit om het een rommelig karakter van de achterzijde van het straatlint te verminderen, zonder dat daarbij het open karakter van het open buitengebied aangetast wordt. Wijziging van de diepte van het bouwvlak, overeenkomstig het verzoek, zou aan deze uitgangspunten afbreuk doen. Het ontwerpbestemmingsplan zal bovendien zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. Binnen het aangegeven bouwvlak blijft daarmee enige uitbreidingsruimte gewaarborgd. Bovendien voorziet het bestemmingsplan middels opgenomen vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden in de mogelijkheid om bouwvlakken eventueel te kunnen aanpassen. 27.
L. Knippels, Mariëndonkstraat 37 in Elshout
De heer Knippels merkt bij brief van 10 maart 2004 op dat de huidige situatie van zijn bedrijf niet juist op de plankaart zou zijn aangegeven. Voorts is een archeologische grens getrokken, die in het oude bestemmingsplan nooit heeft bestaan. In het bestemmingsplan wordt voorts geen rekening gehouden met de voorgestane vernieuwing van zijn bedrijfshal en wordt geen uitbreidingsmogelijkheid meer geboden, terwijl dat in het voorontwerpbestemmingsplan wel het geval was. Beoordeling In het voorontwerpbestemmingsplan was de archeologische vindplaats op de plankaart aangegeven op de locatie, zoals deze in het vigerend bestemmingsplan was aangeduid. Het onderhavige bedrijfsperceel was daarbij buiten deze aanduiding gelegen. In het kader van het vooroverleg is door de PPC echter aangegeven, dat deze archeologische vindplaats op een andere locatie gelegen zou zijn. Het ontwerpbestemmingsplan is in overeenstemming 16/49
gebracht met de locatie, zoals deze op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de Provincie NoordBrabant is aangegeven. Deze vindplaats blijkt daarbij op het onderhavige bedrijfsperceel gelegen te zijn. Met het bebouwen van gronden, welke als archeologische vindplaats zijn aangemerkt, dient zeer voorzichtig te worden omgegaan. Daar de voorgestane vernieuwing en uitbreiding van de bedrijfshal direct aansluitend op de bestaande bebouwing zal plaatsvinden en er slechts sprake is van een beperkte uitbreiding ten opzichte van de huidige situatie, zal het bouwvlak in overeenstemming worden gebracht met het bouwvlak zoals dit in het voorontwerpbestemmingsplan was aangegeven. Verdere vergroting van het bouwvlak is echter gelet op de archeologische vindplaats niet meer mogelijk. 28.
A.J.M. van Son, Marijnenlaan 75 in Vlijmen
De heer Van Son maakt bij brief van 10 maart 2004 bezwaar tegen het niet binnen het onderhavige bestemmingsplan betrekken van de percelen K 1738 en K 1877 aan d’Oultremontweg 4. Verzocht wordt de bestemmingsplangrens aan te passen en daarbij de mogelijkheid te bieden voor de realisatie van afrondende bebouwing (woningbouw) op deze percelen. Beoordeling De Structuurvisieplus “Heusden: groene drie-eenheid”, welke in 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld en de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom”, welke in maart 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld, vormen de basis voor het onderhavige bestemmingsplan. In de Structuurvisieplus en de beleidsnotitie is aangegeven, welke in- en uitbreidingslocatie in Elshout in de komende periode, tot 2015, voor nieuwe verstedelijkingsfuncties, waaronder woningbouw, benut kunnen worden. Het genoemde perceel is niet als inbreidingslocatie voor woningbouw aangemerkt. Daar wijziging van de functie van de percelen niet wordt voorgestaan, de vigerende bestemmingsplanregeling van recente datum is (2002) en voorziet in een passende regeling voor de huidige bebouwing respectievelijk het huidige gebruik, wordt uitbreiding van het bestemmingsplangebied niet noodzakelijk geacht. 29.
H. van Os, Zeedijk 1 in Elshout
De heer Van Os verzoekt bij brief van 8 maart 2004 om de bestemming woondoeleinden ter plaatse van het perceel Zeedijk 1 met 10 meter aan de achterzijde uit te breiden en tevens het bouwvlak aan de zuidzijde te vergroten om ruimte te bieden voor uitbreiding aan de zuidzijde respectievelijk het positief bestemmen van het bijstaande bijgebouw aan de zuidzijde. Beoordeling Aan het verzoek tot uitbreiding van de woonbestemming kan niet tegemoetgekomen worden daar, voorzover bekend, de heer van Os geen eigenaar is van dit perceel. Wel zal het bouwvlak, overeenkomstig het verzoek, worden aangepast. De bestemmingsplankaart zal op dit punt worden gewijzigd. 30.
H.J. Wolfs, Stadshaven 8 in Heusden
De heer Wolfs verzoekt bij brief van 12 maart 2004 om een woonbestemming op perceel 882 aan de T.J. Rijkenstraat, waar nu een Ag-bestemming op ligt. Niet alleen op dit perceel, maar op de gehele strook aan de oostzijde van de T.J. Rijkenstraat zou een woonbestemming geprojecteerd moeten worden.
17/49
Beoordeling De Structuurvisieplus “Heusden: groene drie-eenheid”, welke in 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld en de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom”, welke in maart 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld, vormen de basis voor het onderhavige bestemmingsplan. In de Structuurvisieplus is aangegeven, welke in- en uitbreidingslocatie in de komende periode, tot 2015, voor nieuwe verstedelijkingsfuncties, waaronder woningbouw, benut kunnen worden. Het gebied ten oosten van de T.J. Rijkenstraat is in de Structuurvisieplus niet als inbreidingslocatie voor woningbouw aangemerkt. In de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom” is aangegeven dat het verdichten van het gebied ten oosten van de T.J. Rijkenstraat vooralsnog niet wenselijk wordt geacht. In het bestemmingsplan is behoud van de huidige agrarische functie dan ook uitgangspunt. Uitbreiding c.q. wijziging van bebouwingsmogelijkheden ten opzichte van de in de Structuurvisieplus en beleidsnotitie aangegeven ontwikkelingsrichtingen, kan alleen verantwoord plaatsvinden, wanneer deze mogelijkheden integraal over de gehele gemeente worden afgewogen. Een afweging, welke in het kader van de op handen zijnde herziening van de Structuurvisieplus dient plaats te vinden. Het thans wijzigen van de agrarische bestemming van het genoemde perceel wordt in dit licht bezien dan ook niet wenselijk geacht. Aan dit verzoek zal dan ook niet tegemoet gekomen worden. 31.
J. Knippels, Oosterseweg 1 in Elshout
De heer Knippels maakt bij brief van 12 maart 2004 bezwaar tegen het aan het perceel Kapelstraat 46 toegekende bouwvlak. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan, biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en de aanwezige sleufsilo’s zijn niet binnen het bouwvlak gelegen. Behoud en bij voorkeur uitbreiding van het bouwvlak, zoals dat in het vigerend bestemmingsplan is opgenomen, wordt wenselijk geacht. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Vergroting van de diepte van het bouwvlak wordt echter, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, niet wenselijk geacht. Wel zal het ontwerpbestemmingsplan zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. Binnen het aangegeven bouwvlak blijft daarmee voldoende uitbreidingsruimte gewaarborgd. Voorts voorziet het bestemmingsplan middels opgenomen vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden in de mogelijkheid om bouwvlakken eventueel te kunnen aanpassen. De buiten het bouwvlak gelegen bedrijfsruimte kan overigens binnen het overgangsrecht gehandhaafd blijven. 32.
A.M. van der Sanden, Mayweg 4 in Elshout
De heer Van der Sanden maakt bij brief van 12 maart 2004 bezwaar tegen het verkleinde bouwvlak op het perceel Mayweg 4. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan en biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden. Ook komen de plannen voor de nieuwe bedrijfswoningen c.q. verbetering van de huidige bedrijfswoning hiermee in het nauw. Behoud van het bouwvlak, zoals dat in het vigerend bestemmingsplan is opgenomen, wordt wenselijk geacht.
18/49
Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel de bestemming bedrijfsdoeleinden, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter groter dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de breedte en diepte van het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met de diepte in het vigerend bestemmingsplan. Omdat uitbreiding aan de voorzijde van de bestaande bebouwing in het straatbeeld niet wenselijk geacht, zal het bouwvlak aan de voorzijde gelijk blijven lopen met de bestaande bebouwing. 33.
J.C. Wolfs, Achterstraat 5 in Vlijmen
Ing. J.P.M. van der Heijden Rentmeesterpraktijk verzoekt bij brief van 12 maart 2004 namens de heer Wolfs om een woonbestemming op perceel K 2265 aan de T.J. Rijkenstraat. Hiermee zou de uitbreiding van Elshout gecompleteerd kunnen worden en deze locatie zou in het kader van de “ruimte-voor-ruimte-regeling” benut kunnen worden. Uitbreiding van de glastuinbouwbedrijven aan de oostzijde van dit perceel, wordt gelet op het toekomstig gebruik voor woondoeleinden niet wenselijk geacht. Beoordeling De Structuurvisieplus “Heusden: groene drie-eenheid”, welke in 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld en de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom”, welke in maart 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld, vormen de basis voor het onderhavige bestemmingsplan. In de Structuurvisieplus is aangegeven, welke in- en uitbreidingslocatie in de komende periode, tot 2015, voor nieuwe verstedelijkingsfuncties, waaronder woningbouw, benut kunnen worden. Het gebied ten oosten van de T.J. Rijkenstraat is in de Structuurvisieplus niet als inbreidingslocatie voor woningbouw aangemerkt. In de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom” is aangegeven dat het verdichten van het gebied ten oosten van de T.J. Rijkenstraat vooralsnog niet wenselijk wordt geacht. In het bestemmingsplan is behoud van de huidige agrarische functie dan ook uitgangspunt. Uitbreiding c.q. wijziging van bebouwingsmogelijkheden ten opzichte van de in de Structuurvisieplus en beleidsnotitie aangegeven ontwikkelingsrichtingen, kan alleen verantwoord plaatsvinden, wanneer deze mogelijkheden integraal over de gehele gemeente worden afgewogen. Een afweging, welke in het kader van de op handen zijnde herziening van de Structuurvisieplus dient plaats te vinden. Het thans wijzigen van de agrarische bestemming van het genoemde perceel ten behoeve van de “ruimte-voor-ruimte-regeling” of anderszins wordt in dit licht bezien dan ook niet wenselijk geacht. Aan dit verzoek zal dan ook niet tegemoet gekomen worden. Het vigerend bestemmingsplan biedt reeds ruimte voor de uitbreiding van kassen op het aangrenzende perceel. Er wordt geen aanleiding gezien thans beperkingen op te leggen aan de gebruiksmogelijkheden van dit perceel. Dit temeer, daar wijziging van het bouwvlak ten behoeve van de realisatie van nieuwe kassen uitsluitend middels gebruikmaking van een wijzigingsbevoegdheid kan plaatsvinden en aan de gebruikmaking van de wijzigingsbevoegdheid de voorwaarde is verbonden, dat de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden niet onevenredig mogen worden aangetast. 34.
H.P. Schoenmakers, Kapelstraat 35 in Elshout
De heer Schoenmakers maakt bij brief van 11 maart 2004 bezwaar tegen het toegekende bouwvlak aan het perceel Kapelstraat 35. Verzocht wordt het bouwvlak zo uit te breiden, dat het aanwezige schuilhok en de kuilvoederplaten binnen het bouwvlak zullen zijn opgenomen.
19/49
Beoordeling Naar aanleiding van het verzoek zal het op de bestemmingsplankaart geprojecteerde bouwvlak worden aangepast. De breedte van het bouwvlak zal uitgebreid worden tot de westelijke perceelsgrens. Verdere uitbreiding van het bouwvlak, teneinde het schuilhok en de kuilvoederplaten binnen het bouwvlak te betrekken, worden niet noodzakelijk geacht. Het ontwerpbestemmingsplan zal namelijk zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren, wateropslag en schuilhokken buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. 35.
J. Inen, Kerkstraat 13 in Elshout
De heer Inen verzoekt bij brief van 8 maart 2004 om een woonbestemming tussen de panden Kerkstraat 11 en 13. Beoordeling Aan de verzoeken tot het bieden van mogelijkheden tot het realiseren van een woning op het perceel Kerkstraat 13 kan niet tegemoetgekomen worden, ook al zou dit uit stedenbouwkundig oogpunt een gewenste ontwikkeling zijn. Het perceel is echter gelegen binnen de stankcirkels van agrarische bedrijven. Het realiseren van nieuwe woningen binnen stankcirkels kan, zoals ook in het vooroverleg door de PPC is aangegeven, niet worden toegestaan. 36.
J.H. van der Staak, Van Wassenaarstraat 20 in Elshout
De heer Van der Staak geeft bij brief van 11 maart 2004 aan dat het bestemmingsplan in strijd is met de bouwvergunning voor het perceel Van Wassenaarstraat 20. Er is maar 1 inrit naar het perceel mogelijk, terwijl bij de aanvraag van de bouwvergunning is uitgegaan van 2 inritten. In het bestaande bestemmingsplan, uitgereikt bij de verkoop van de kavels, is aangegeven dat naast het perceel een trottoir komt van 3 meter, terwijl er nu maar een trottoir komt van 1,5 meter. Hierdoor wordt het onmogelijk het trottoir te gebruiken als achterom voor een auto, caravan of aanhanger. In het nieuwe bestemmingsplan is voorts niet aangegeven waar lichtmasten of bomen naast het perceel komen te staan. Ook staat niet aangegeven waar voorzieningen zijn om honden uit te laten. Beoordeling De bezwaren zijn gericht tegen de inrichting van de openbare ruimte in de 4e fase van de nieuwe woonbuurt van Elshout. Deze vallen echter buiten het kader van het bestemmingsplan. Een bestemmingsplan is immers een juridisch-planologisch plan, waarin uitsluitend voorschriften worden gegeven over het gebruik en het bebouwen van gronden. Een bestemmingsplan is geen inrichtings- en/of uitwerkingsplan. 37.
ZLTO Afdeling Oostelijke Langstraat, Tuinbouwweg 29 in Haarsteeg
De ZLTO maakt bij brief van 11 maart 2004 bezwaar tegen de beperkingen die in het bestemmingsplan worden opgelegd aan het realiseren van agrarische bebouwing. Het bouwvlak kan ingevolge het bestemmingsplan nooit groter zijn dan 1,5 ha. Verzocht wordt dit te vergroten tot 2 ha. Teeltondersteunende voorzieningen, sleufsilo’s, waterbassins e.d. dienen bovendien binnen het bouwvlak te worden gesitueerd, terwijl in de provinciale nota teeltondersteunende voorzieningen in de land- en tuinbouw wordt aangegeven, dat het mogelijk is om dergelijke voorzieningen ook aansluitend aan het bouwvlak te realiseren. Voor niet alle bedrijven worden hiermee voldoende ontwikkelingsmogelijkheden gewaarborgd. Onduidelijk is waartoe voorzieningen als warmtebuffers, torensilo’s, permanente teeltondersteunende voorzieningen, nutsvoorzieningen e.d. behoren. Een duidelijke omschrijving van deze begrippen ontbreekt in begripsbepalingen en voorschriften van het 20/49
bestemmingsplan. Warmtebuffers zouden voorts moeten worden toegestaan tot een hoogte gelijk aan die van torensilo’s. Daar bepaald is dat niet-grondgebonden bedrijfsactiviteiten uitsluitend zijn toegestaan voorzover aanwezig op het moment van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan, worden voor glastuinbouwbedrijven en intensieve veehouderijen beperkingen opgelegd. Uitbreiding is hierdoor immers niet mogelijk. Moderne agrarische bedrijven kunnen hoger zijn, dan in de voorschriften is aangegeven. Verzocht wordt de goot- en nokhoogte te bepalen op 7 respectievelijk 10 meter en een vrijstellingsbevoegdheid op te nemen voor een nokhoogte van 12 meter. In het bestemmingsplan is geen wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor het vergroten van het bouwvlak voor bestaande glastuinbouwbedrijven. De ZLTO is van mening dat de in de wijzigingsbevoegdheid nieuwe bouwvlakken tbv glastuinbouwbedrijven aangegeven in acht te nemen afstand van 40 meter tot de A59 niet nodig is. Het aangegeven maximum oppervlak van 10% aan bedrijfsgebouwen wordt voorts te beperkt geacht. Het voldoen aan de opgenomen voorwaarde dat moet worden aangetoond, dat geen gebruik gemaakt kan worden van vrijkomende, leegstaande of voormalige bebouwing wordt voorts in een vestigingsgebied glastuinbouw niet opportuun geacht. Dit geldt ook voor de opgenomen zekerheidsstelling bij bedrijfsverplaatsing. Het wordt voorts gewenst geacht om de criteria, welke vermeld zijn in de intentieverklaring tussen gemeente, provincie, Stichting Herstructurering Tuinbouw Heusden en de ZLTO in het bestemmingsplan te verankeren. Verzocht wordt de opgenomen vrijstellingsbevoegdheid m.b.t. kamperen van toepassing te verklaren op bedrijven met een omvang van 27 NGE ipv 27 MVE, zodat niet alleen de intensieve veehouders van deze regeling gebruik kunnen maken. Verzocht wordt niet alleen standplaatsen toe te staan binnen het bouwvlak maar ook in een strook van 50 meter aansluitend aan het bouwvlak. Verzocht wordt om aan de voorwaarde, die wordt verbonden aan de toepassing van vrijstellingsbevoegdheden, dat getoetst moet worden aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken, toe te voegen dat ook getoetst moet worden aan aangrenzende gebouwen of bedrijven. Verzocht wordt om bij werken en werkzaamheden alleen voor verhardingen groter dan 200 m² een aanlegvergunning op te nemen. In het agrarisch gebied wordt voorts voor wat betreft waterhuishouding geen toets aan het keur van de gemeente nodig geacht. Om misverstanden te voorkomen zou bij het vellen en/of rooien van bomen voorts aangegeven dienen te worden, dat de aanlegvergunning alleen betrekking heeft op landschapselementen bestaande uit beplanting en niet op gewassen in de boom- en sierteelt. Bij de vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden met betrekking tot nieuwe woningen is niet aangegeven dat de woning niet binnen de minimale afstand vanuit de AMvB-Glastuinbouw en andere AMvB’s mag worden opgericht. Bij de voorschriften van de bestemming “Natuurlandschappelijk waardevol gebied” is aangegeven dat het gebruik voor agrarische doeleinden verboden is. Dit is in strijd met het huidig gebruik van een aantal landbouwgronden, welke hiertoe bestemd is. Beoordeling De gemeente Heusden streeft naar uniformering en standaardisering van voorschriften. De bestemmingsmethodiek alsook de voorschriften behorende bij de bestemmingen zijn derhalve afgestemd op de bestemmingsmethodiek in reeds vigerende respectievelijk recent vastgestelde bestemmingsplannen. Uit het oogpunt van rechtsgelijkheid voor alle burgers en bedrijven binnen de gemeente, wordt het passend geacht dat in de hele gemeente in beginsel dezelfde gebruiks- en bouwmogelijkheden worden gewaarborgd. De planopzet van het onderhavige bestemmingsplan is voornamelijk gericht op beheer en instandhouding van de bestaande situatie. Behoud van de bestaande functies is het primaire doel van de planopzet waarbij uitbreiding van bestaande bebouwing, voorzover er geen belemmeringen zijn ten aanzien van de ruimtelijke aspecten, functionele aspecten en natuurwaarden van het buitengebied, blijft gewaarborgd. Het onderhavige 21/49
bestemmingsplangebied moet echter worden gekenmerkt als een gemengd gebied, waar naast (agrarische) bedrijvigheid ook, en niet in de laatste plaats, gewoond wordt. Er moet derhalve gezocht worden naar een verantwoorde balans tussen de woonfunctie enerzijds en het bieden van mogelijkheden voor de bestaande (agrarische) bedrijvigheid anderzijds. Het plangebied kent voorts ook een aantal belangrijke landschappelijke kenmerken, zoals de landschapselementen aan de westzijde van het plangebied, welke onderdeel uitmaken van de Groene Hoofdstructuur en de karakteristiek het open, onbebouwde gebied aan de noordzijde van het straatlint, waarvan uitgangspunt is dat deze behouden dienen te blijven. Voorts moet binnen het plangebied ruimte geboden worden voor de realisatie van het glastuinbouwconcentratiegebied, wat zowel in de Structuurvisieplus als het Streekplan in het gebied tussen de A59 en het straatlint is aangewezen. Voor niet glastuinbouwbedrijven wordt, gelet op het voorgaande, een bouwvlak van ten hoogste 1,5 ha binnen het kader van het onderhavige bestemmingsplan dan ook maximaal verantwoord inpasbaar geacht. Grotere agrarische bedrijven zijn in de visie van de gemeente langs de dorpslinten niet verantwoord inpasbaar in combinatie met kleinschalige functies als wonen e.d.. Voor dergelijke grootschalige bedrijven wordt een locatie in het buitengebied meer geëigend geacht. Het bestemmingsplan zal op dit punt dan ook niet worden aangepast. Om enige flexibiliteit ten aanzien de bebouwingsmogelijkheden binnen de bouwvlakken te kunnen waarborgen zal het ontwerpbestemmingsplan zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren, wandelkappen, stellingen en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. In de doeleindenbeschrijving is aangegeven dat bouwwerken geen gebouw zijnde ten dienste van de bestemming binnen de bestemming mogen worden opgericht. Teeltondersteunende voorzieningen, zoals warmtebuffers, torensilo’s, nutsvoorzieningen e.d. bij en ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering kunnen als bouwwerk geen gebouw zijnde behorende bij de bestemming worden aangemerkt. Daar een bouwwerk is gedefinieerd als “elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct steun vindt in of op de grond” mag geconcludeerd worden dat dergelijke voorzieningen als bouwwerk aangemerkt kunnen worden. Uitbreiding van de begripsbepalingen wordt derhalve niet noodzakelijk geacht. Wel zal ter verduidelijking in de doeleindenomschrijving in lid b.5 worden aangegeven dat tot de aan de glastuinbouw verbonden (gemeenschappelijke) teeltondersteunende voorzieningen behoren: nutsvoorzieningen, energievoorzieningen, warmtebuffers, wateropslag, torensilo’s, sleufsilo’s, mestsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren, wandelkappen, stelingen e.d.. Aansluitend bij het verzoek zullen naast torensilo’s ook warmtebuffers tot een grotere hoogte worden toegestaan. Het bestemmingsplan zal op dit punt worden aangepast. Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. Nieuwvestiging van niet-grondgebonden agrarische bedrijven, waarmee met name bedoeld wordt de (intensieve) veehouderij, wordt binnen het plangebied echter niet wenselijk geacht. Dit conflicteert immers met de aanwezige woonfunctie in het gebied. Zoals ook in het vooroverleg door de PPC is aangegeven, dient voorkomen te worden dat binnen de stankcirkels van bestaande bedrijven nieuwe woningen worden opgericht c.q. dat (nieuwe) stankcirkels worden geprojecteerd op bestaande woningen. Het bestemmingsplan heeft echter uitdrukkelijk tot doel wel ruimte te bieden voor de uitbreiding en nieuwvestiging van glastuinbouwbedrijven in het als glastuinbouwconcentratiegebied aangewezen gebied. Om misverstanden te voorkomen, zal in de voorschriften worden aangegeven dat niet-grondgebonden bedrijven, behoudens glastuinbouwbedrijven, uitsluitend zijn toegestaan voorzover aanwezig op het moment van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan. De binnen de bestemming opgenomen goot- en nokhoogten worden uniform in alle bestemmingsplannen bij de bestemming “Agrarische doeleinden” toegepast en zijn afgestemd op de meest voorkomende situatie in de gemeente Heusden. Middels de opgenomen 22/49
vrijstellingsbevoegdheid wordt daarbij de mogelijkheid geboden de goot- en nokhoogten voor individuele gevallen eventueel te kunnen verhogen. Mede gelet op de zienswijzen zal de vrijstellingsbevoegdheid zo gewijzigd worden, dat vrijstelling verleend kan worden tot een goothoogte van 7 meter en een nokhoogte van 12 meter. Abusievelijk voorziet het bestemmingsplan niet in de mogelijkheid om bouwvlakken van bestaande glastuinbouwbedrijven te vergroten. Er zal derhalve een vrijstellingsbevoegdheid opgenomen worden ten behoeve van het uitbreiden van bestaande kassen en het samenvoegen van bestaande kassen in het glastuinbouwconcentratiegebied, zijnde de gebieden die met (p+k), (kr+k) en (k) op de plankaart zijn aangegeven. Voor nieuwe glastuinbouwbedrijven en derhalve nieuwe bouwvlakken is een wijzigingsbevoegdheid nodig, omdat de plankaart hiertoe gewijzigd dient te worden. Voor wat betreft de in de wijzigingsbevoegdheid voor nieuwe bouwvlakken tbv glastuinbouwbedrijven opgenomen voorwaarde dat een afstand van 40 meter vanaf de A59 gewaarborgd dient te blijven, geldt dat dit een voorwaarde is die door Rijkswaterstaat als wegbeheerder van de A59 wordt gesteld. Wijziging van het bestemmingsplan is op dit punt derhalve niet mogelijk. In het glastuinbouwconcentratiegebied, waarop de wijzigingsbevoegdheid van toepassing is, wordt ruimte geboden voor de nieuwvestiging van glastuinbouwbedrijven. Overeenkomstig het verzoek zal voor gebouwen behorende bij deze kassen het toegestane oppervlakte worden verhoogd tot 20%. Efficiënt ruimtegebruik is uitgangspunt van het beleid van de gemeente. Om te voorkomen dat nieuwe kassen gerealiseerd worden, terwijl elders bestaande kassen leegstaan of vrijkomen, is aan de toepassing van de wijzigingsbevoegdheid de voorwaarde verbonden, dat aangetoond wordt dat voor het specifieke bedrijf elders geen mogelijkheden aanwezig zijn. Een dergelijke voorwaarde wordt uit het oogpunt van efficiënt ruimtegebruik legitiem geacht. Voorkomen dient te worden dat de bedrijfsbebouwing van bestaande glastuinbouwbedrijven, die elders gevestigd zijn en verplaatst worden omdat deze bedrijfsactiviteit ter plaatse niet meer passend wordt geacht, door nieuwe glastuinbouwbedrijven worden benut. Dit is ook de achterliggende gedachte bij de opgenomen bepaling dat bij bedrijfsverplaatsing zekerheid moet worden gegeven omtrent de beëindiging van de agrarische bedrijfsactiviteiten op de bestaande locatie. De huidige zinsnede sluit echter niet volledig op dit uitgangspunt aan en zal derhalve gewijzigd worden in “bij bedrijfsverplaatsing, waarbij uitgangspunt is dat de bestaande bedrijfsactiviteiten ter plaatse beëindigd dienen te worden, dient zekerheid te worden gesteld omtrent de beëindiging van de agrarische bedrijfsactiviteiten op de bestaande locatie”. Aan toepassing van de wijzigingsbevoegdheid is de voorwaarde verbonden dat stedenbouwkundige en ruimtelijke kwaliteiten en archeologische, cultuurhistorische, landschappelijke en/of natuurwaarden niet onevenredig worden aangetast. Het spreekt voor zich, dat wanneer door de gemeente afspraken c.q. beleidsuitgangspunten zijn vastgelegd in andere documenten, deze door Burgemeester en Wethouders bij de beoordeling betrokken dienen te worden. Een juridische koppeling, door dergelijke uitvoeringsdocumenten in de voorschriften op te nemen, is echter niet noodzakelijk. Volledigheidshalve dient daarbij wel te worden opgemerkt dat het genoemde Uitvoeringsplan van de Stichting Herstructurering Tuinbouw Heusden, door de Stichting ter kennisname aan de gemeente is aangeboden, waarmee het geen plan is, wat door de gemeenteraad als beleidskader is vastgesteld. Dit Uitvoeringsplan zal dan ook niet als “beleidskader” in de toelichting van het bestemmingsplan worden opgenomen. Overeenkomstig het verzoek, zal in de vrijstellingsbevoegdheid met betrekking tot kamperen worden aangegeven dat de vrijstelling uitsluitend wordt verleend aan bedrijven met een omvang van 27 NGE ipv MVE. Het bieden van mogelijkheden voor het oprichten van 23/49
standplaatsen buiten het bebouwingsvlak, wordt echter uit ruimtelijk oogpunt niet wenselijk geacht. Aan toepassing van de in het bestemmingsplan opgenomen vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden is de voorwaarde verbonden dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig mag worden aangetast. Daar gebruik verwijst naar de activiteiten op de aangrenzende gronden, bijvoorbeeld bedrijfsactiviteiten, en bouwwerken in de begripsbepalingen zijn gedefinieerd als “elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct steun vindt in of op de grond” en derhalve ook gebouwen als bouwwerk zijn aangemerkt, wordt wijziging van deze bepaling niet noodzakelijk geacht. Ten aanzien van werken en werkzaamheden, de aanlegvergunning, wordt naar aanleiding van de zienswijze het volgende opgemerkt. Voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden die het normale onderhoud en beheer betreffen is, zoals in de voorschriften is aangegeven, geen aanlegvergunning noodzakelijk. Er wordt dan ook geen aanleiding gezien om overeenkomstig het verzoek een toegestaan oppervlakte op te nemen ten aanzien van verhardingen respectievelijk te bepalen dat deze aanlegvergunning uiteraard niet noodzakelijk is voor het vellen en/of rooien van gewassen in de boom- en sierteelt. Voor wat betreft de toetsing aan de Keur van het Waterschap geldt, dat dit een voorwaarde is die door het Waterschap als waterbeheerder wordt gesteld. Wijziging van het bestemmingsplan is op dit punt derhalve niet mogelijk. Uitsluitend middels toepassing van vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden is het realiseren van nieuwe woningen binnen het onderhavige bestemmingsplan mogelijk. Voorwaarde voor de toepassing van deze vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden is dat aangetoond wordt, dat nieuwe woningen geen onevenredige belemmeringen opleveren voor de bedrijfsvoering en/of ontwikkelingsmogelijkheden van de in de omgeving liggende bedrijven en dat de in de omgeving liggende bedrijven geen onevenredige belemmering opleveren voor de bouw van de nieuwe woningen. Nieuwe woningen kunnen derhalve uitsluitend worden gerealiseerd, wanneer de nieuwe woningen geen onevenredige belemmering vormen voor bestaande bedrijven, en derhalve ook bestaande glastuinbouwbedrijven. De afstandscriteria tussen woningen en bedrijfsactiviteiten, zoals vastgelegd in AMvB’s, de publicatie “Bedrijven en milieuzonering” e.d., worden door Burgemeester en Wethouders bij de boordeling van deze voorwaarde betrokken. Een juridische koppeling, door dergelijke documenten in de voorschriften op te nemen, is echter niet noodzakelijk. De percelen die tot “Natuurlandschappelijk waardevol gebied” zijn bestemd maken onderdeel uit van de Groene Hoofdstructuur, zoals deze door de Provincie Noord-Brabant in het Streekplan is vastgelegd. Het planologisch beschermen van de (potentiële) natuurwaarden in gebieden, welke onderdeel uitmaken van de Groene Hoofdstructuur, is uitgangspunt van het provinciaal beleid en dient, zoals ook in het kader van het vooroverleg door de PPC is aangegeven, in gemeentelijke bestemmingsplannen een passende planologisch juridische vertaling te krijgen. Het wijzigen van de geprojecteerde bestemming “Natuurlandschappelijk waardevol gebied” respectievelijk het bieden van gebruiksmogelijkheden, die strijdig kunnen zijn met (potentiële) natuurwaarden, zoals bijvoorbeeld agrarische activiteiten, in deze Groene Hoofdstructuur is niet mogelijk. Voorzover op dit moment agrarisch gebruik van de gronden plaatsvindt, zal dit binnen het overgangsrecht vallen, wat betekent dat het huidige gebruik mag worden voortgezet. 38.
Stichting Herstructurering Tuinbouw Heusden, v. Hogendorpstraat 35 in Drunen
De Stichting Herstructurering Tuinbouw Heusden geeft bij brief van 10 maart 2004 aan, dat zij zich aansluit bij de zienswijze, welke door de ZLTO is ingediend. 24/49
Aanvullend op deze zienswijze wordt verzocht in het bestemmingsplan melding te maken van de intentieverklaring en het uitvoeringsplan betreffende het herstructureringsproces tuinbouw Heusden. De uitgangspunten van het uitvoeringsplan zouden in het bestemmingsplan verwerkt dienen te worden. In artikel 4 lid 8 zouden de afstandscriteria uit het Besluit Glastuinbouw (AMvB) gehanteerd moeten worden. Verzocht wordt middels een vrijstellingsbevoegdheid vergroting van het bouwvlak voor bestaande glastuinbouwbedrijven toe te staan. Ook nieuwe bouwvlakken ten behoeve van nieuwe glastuinbouwbedrijven zouden bij voorkeur via een vrijstellingsbevoegdheid toegestaan moeten worden. Bij de doeleinden van artikel 7 zouden ook (solitaire) gebouwen en bouwwerken voor gemeenschappelijke energievoorziening, energieopslag (warmtebuffers) en wateropslag genoemd moeten worden. Verzocht wordt de goot- en nokhoogte te bepalen op 7 respectievelijk 10 meter en een vrijstellingsbevoegdheid op te nemen voor een nokhoogte van 12 meter. Warmtebuffers zouden voorts moeten worden toegestaan tot een hoogte gelijk aan die van torensilo’s. Het in de wijzigingsbevoegdheid nieuwe bouwvlakken ten behoeve van glastuinbouwbedrijven aangegeven aangegeven maximum oppervlak van 10% aan bedrijfsgebouwen wordt te beperkt geacht. Het voldoen aan de opgenomen voorwaarde ten aanzien van de opgenomen zekerheidsstelling bij bedrijfsverplaatsing wordt in een vestigingsgebied glastuinbouw niet opportuun geacht. Verzocht wordt voorts in de voorschriften aan te geven dat onder onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden wordt verstaan het blokkeren van voldoende mogelijkheden om een levensvatbaar glastuinbouwbedrijf van voldoende omvang (minimaal 3 ha) op te richten op de aangrenzende gronden alsook het beperken van de bereikbaarheid ten behoeve van de waterhuishouding. Beoordeling Het spreekt voor zich, dat wanneer door de gemeente afspraken zijn gemaakt c.q. beleidsuitgangspunten zijn vastgelegd in andere documenten, deze bij (de uitvoering van) een bestemmingsplan betrokken dienen te worden. Een juridische koppeling, door dergelijke uitvoeringsdocumenten in de voorschriften op te nemen, is echter niet noodzakelijk. Ten aanzien van het genoemde Uitvoeringsplan van de Stichting Herstructurering Tuinbouw Heusden dient daarbij echter te worden opgemerkt dat dit plan door de Stichting ter kennisname aan de gemeente is aangeboden, waarmee het geen plan is, wat door de gemeenteraad als beleidskader is vastgesteld. Dit Uitvoeringsplan zal dan ook niet als “beleidskader” in de toelichting van het bestemmingsplan worden opgenomen. Binnen de bestemming “Agrarische doeleinden” zijn overigens ook verkeers- en waterdoeleinden positief bestemd, waarmee ruimte gewaarborgd blijft voor de realisatie en/of aanpassing van wegen en waterlopen, mocht dit in de toekomst als gevolg van het Uitvoeringsplan of anderszins wenselijk worden geacht. Uitsluitend middels toepassing van vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden is het realiseren van nieuwe woningen binnen het onderhavige bestemmingsplan mogelijk. Voorwaarde voor de toepassing van deze vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden is dat aangetoond wordt, dat nieuwe woningen geen onevenredige belemmeringen opleveren voor de bedrijfsvoering en/of ontwikkelingsmogelijkheden van de in de omgeving liggende bedrijven en dat de in de omgeving liggende bedrijven geen onevenredige belemmering opleveren voor de bouw van de nieuwe woningen. Nieuwe woningen kunnen derhalve uitsluitend worden gerealiseerd, wanneer de nieuwe woningen geen onevenredige belemmering vormen voor bestaande bedrijven, en derhalve ook bestaande glastuinbouwbedrijven. De afstandscriteria tussen woningen en bedrijfsactiviteiten, zoals vastgelegd in AMvB’s, de publicatie “Bedrijven en milieuzonering” e.d., worden door Burgemeester en Wethouders bij de boordeling van deze voorwaarde betrokken. 25/49
Een juridische koppeling, door dergelijke documenten in de voorschriften op te nemen, is echter niet noodzakelijk. Abusievelijk voorziet het bestemmingsplan niet in de mogelijkheid om bouwvlakken van bestaande glastuinbouwbedrijven te vergroten. Er zal derhalve een vrijstellingsbevoegdheid opgenomen worden ten behoeve van het uitbreiden van bestaande kassen en het samenvoegen van bestaande kassen in het glastuinbouwconcentratiegebied, zijnde de gebieden die met (p+k), (kr+k) en (k) op de plankaart zijn aangegeven. Voor nieuwe glastuinbouwbedrijven en derhalve nieuwe bouwvlakken is een wijzigingsbevoegdheid nodig, omdat de plankaart hiertoe gewijzigd dient te worden. Ter verduidelijking zal in de doeleindenomschrijving in lid b.5 worden aangegeven dat tot de aan de glastuinbouw verbonden (gemeenschappelijke) teeltondersteunende voorzieningen behoren: nutsvoorzieningen, energievoorzieningen, warmtebuffers, wateropslag, torensilo’s, sleufsilo’s, mestsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren, wandelkappen, stellingen e.d. De binnen de bestemming opgenomen goot- en nokhoogten worden uniform in alle bestemmingsplannen bij de bestemming “Agrarische doeleinden” toegepast en zijn afgestemd op de meest voorkomende situatie in de gemeente Heusden. Middels de opgenomen vrijstellingsbevoegdheid wordt daarbij de mogelijkheid geboden de goot- en nokhoogten voor individuele gevallen eventueel te kunnen verhogen. Mede gelet op deze zienswijze zal de vrijstellingsbevoegdheid zo gewijzigd worden, dat vrijstelling verleend kan worden tot een goothoogte van 7 meter en een nokhoogte van 12 meter. Aansluitend bij het verzoek zullen naast torensilo’s ook warmtebuffers tot eenzelfde hoogte worden toegestaan. Het bestemmingsplan zal op dit punt aangepast worden. In het glastuinbouwconcentratiegebied, waarop de wijzigingsbevoegdheid van toepassing is, wordt ruimte geboden voor de nieuwvestiging van glastuinbouwbedrijven. Overeenkomstig het verzoek zal voor gebouwen behorende bij deze kassen het toegestane oppervlakte worden verhoogd tot 20%. Voorkomen dient te worden dat de bedrijfsbebouwing van bestaande glastuinbouwbedrijven, die elders gevestigd zijn en verplaatst worden omdat deze bedrijfsactiviteit ter plaatse niet meer passend wordt geacht, door nieuwe glastuinbouwbedrijven worden benut. Dit is ook de achterliggende gedachte bij de opgenomen bepaling dat bij bedrijfsverplaatsing zekerheid moet worden gegeven omtrent de beëindiging van de agrarische bedrijfsactiviteiten op de bestaande locatie. De huidige zinsnede sluit echter niet volledig op dit uitgangspunt aan en zal derhalve gewijzigd worden in “bij bedrijfsverplaatsing, waarbij uitgangspunt is dat de bestaande bedrijfsactiviteiten ter plaatse beëindigd dienen te worden, dient zekerheid te worden gesteld omtrent de beëindiging van de agrarische bedrijfsactiviteiten op de bestaande locatie”. Aan toepassing van de in het bestemmingsplan opgenomen vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden is de voorwaarde verbonden dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig mag worden aangetast. Gebruik verwijst daarbij naar de activiteiten op de aangrenzende gronden, bijvoorbeeld bedrijfsactiviteiten maar ook naar waterhuishouding e.d.. Aspecten op het gebied van gebruik en bebouwing zullen door Burgemeester en Wethouders in de breedste zin bij de boordeling van deze voorwaarde betrokken. Een juridische koppeling, door bepaalde gebruiksaspecten meer specifiek te noemen in de voorschriften, is echter niet noodzakelijk.
26/49
39.
H.A.C. van Hulten, Heusdenseweg 10 in Elshout
De heer Van Hulten verzoekt bij brief van 11 maart 2004 om het perceel aan de Heusdenseweg 10 ten behoeve van nieuwe woningbouw te bestemmen. Door de gemeente is namelijk toegezegd dat medewerking verleend zou worden aan de realisatie van 2 nieuwe woningen met garage op het perceel Heusdenseweg 10 in ruil voor beëindiging van het agrarisch bedrijf en de sloop van de bedrijfsruimten, wanneer uit een planschaderisicoanalyse zou blijken dat geen dan wel beperkte planschade zal optreden. Beoordeling Aan het verzoek tot het bieden van mogelijkheden tot het realiseren van twee woningen op het perceel Heusdenseweg 10 kan niet tegemoetgekomen worden, omdat dit perceel is gelegen binnen de stankcirkel van het aangrenzende agrarische bedrijf Heusdenseweg 8. Het realiseren van nieuwe woningen binnen stankcirkels kan, zoals ook in het vooroverleg door de PPC is aangegeven, niet worden toegestaan. Hoewel de gemeente positief staat ten opzichte van de beëindiging van de huidige agrarische activiteit ten gunste van het realiseren van een tweetal woningen kan zolang op het aangrenzende perceel een milieuvergunning aanwezig is voor intensieve veehouderij, aan dit verzoek geen medewerking worden verleend. Overigens moet worden opgemerkt dat dit aspect in de uitgevoerde planschaderisicoanalyse niet is meegenomen. 40.
W.J. de Kort en I. de Kort-Jehoel, Heusdenseweg 11 in Elshout
De heer en mevrouw De Kort Van Hulten maken bij brief van 11 maart 2004 bezwaar tegen de bestemming agrarisch gebied zonder bebouwing op het perceel 2221, omdat de voorgestane realisatie van een nieuw agrarisch bedrijf hierdoor wordt belemmerd. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel de bestemming agrarisch gebied met de nadere aanduiding kernrandgebied kr en glastuinbouw gl. Op de plankaart is ter plaatse van een deel van het perceel 2221 een bouwvlak aangegeven tot aan de kadastrale grens met het perceel 2117. Op het overig deel van het perceel 2221 is in het vigerend bestemmingsplan geen bouwvlak geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met het vigerend bestemmingsplan. Verdere vergroting van het bouwvlak wordt echter niet wenselijk geacht. De StructuurvisiePlus “Heusden: groene drie-eenheid”, welke in 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld vormt immers de basis voor het onderhavige bestemmingsplan. In de StructuurvisiePlus is aangegeven, dat het gebied ten noorden van de Dekkerseweg als toekomstig bedrijventerrein in beeld is. Omdat concrete plannen voor de realisatie van dit bedrijventerrein nog niet zijn uitgewerkt, is in het bestemmingsplan op het resterende deel van het perceel 2221 behoud van de huidige agrarische functie vooralsnog uitgangspunt. Om toekomstige ontwikkelingen te kunnen waarborgen, wordt in het onderhavige bestemmingsplan echter uitgesloten dat ter plaatse nog bebouwing gerealiseerd zou kunnen worden. Dit zou toekomstige ontwikkelingen immers kunnen frustreren. 41.
A.G.M.M. Muskens, Kapelstraat 16 in Elshout
De Stichting Rechtsbijstand maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer Muskens bezwaar tegen het aan het perceel Kapelstraat 16 toegekende bouwvlak. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan en biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden. Behoud van het bouwvlak, zoals dat in het vigerend bestemmingsplan is opgenomen, wordt wenselijk geacht. 27/49
Voorts wordt bezwaar gemaakt tegen de aanduiding gemeentelijk monument ter plaatse van het pand Kapelstraat 16. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een bestemming als agrarische loonbedrijf, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter breder en dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de breedte van het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met de breedte van het bouwvlak in het vigerend bestemmingsplan, waardoor uitbreidingsmogelijkheden gewaarborgd kunnen blijven. Uitbreiding van de bedrijfsbebouwing aan de voorzijde wordt echter, gelet op de ruimtelijke karakteristiek en het beeld van de straatwand, niet wenselijk geacht en zal derhalve niet meer worden toegestaan. Vergroting van de diepte van het bouwvlak wordt, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, eveneens niet wenselijk geacht. Bij de begrenzing van de bouwvlakken is, overeenkomstig het verzoek van de PPC in het kader van het vooroverleg, immers gestreefd om waar mogelijk de grens van de bebouwingsvlakken gelijk te trekken. Dit om het een rommelig karakter van de achterzijde van het straatlint te verminderen, zonder dat daarbij het open karakter van het open buitengebied aangetast wordt. Vergroting van de diepte van het bouwvlak zou aan dit uitgangspunt afbreuk doen. Op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de Provincie Noord-Brabant, welke als basis voor het onderhavige bestemmingsplan is gehanteerd, is een aantal panden aan het historische straatlint als beeldbepalend pand aangemerkt. In het kader van het vooroverleg is door de Provinciale Planologische Commissie aangegeven, dat voor deze panden in het bestemmingsplan een regeling dient te worden opgenomen, waarmee gewaarborgd wordt, dat het aangezicht van het cultuurhistorisch waardevolle lint Elshout behouden blijft. In het bestemmingsplan zijn deze panden dan ook als “gemeentelijk monument/beeldbepalend pand” op de plankaart aangeduid, waarbij in de toelichting is aangegeven dat behoud van deze beeldbepalende panden uitgangspunt is van het beleid. Concreet betekent deze aanduiding dat bij bouwinitiatieven door de Welstandscommissie expliciet wordt gekeken naar een zorgvuldige inpassing. Dit geldt overigens in zijn algemeenheid voor bouwinitiatieven langs het historische lint. In het bestemmingsplan is immers aangegeven dat het handhaven van de lintbebouwing langs de Kapelstraat. Kerkstraat, Heusdenseweg en Mariëndonkstraat, als onderdeel van het historische straatlint, in zijn algemeenheid uitgangspunt is van het gemeentelijk beleid. Binnen het onderhavige bestemmingsplan gelden voor de op de plankaart aangeduide “gemeentelijk monumenten/beeldbepalend panden” langs het historische lint dezelfde eisen van welstand, mogelijkheden en restricties als voor de overige panden langs het historische lint. Ook verandert er met betrekking tot welstand door dit bestemmingsplan niets ten opzichte van de huidige situatie. Van het opleggen van onevenredige beperkingen zal als gevolg van de geprojecteerde aanduiding dan ook geen sprake zijn. 42.
L.M.A.M. Jehoel, Wolfshoek 68 in Elshout
De Stichting Rechtsbijstand maakt bij brief van 11 maart 2004 namens de heer Jehoel bezwaar tegen de bestemming agrarisch gebied zonder bebouwing op de percelen 2221 en 2222, omdat het hierdoor niet meer mogelijk is om zijn bedrijf met kassen uit te breiden. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan hebben de onderhavige percelen de bestemming agrarisch gebied met de nadere aanduiding kernrandgebied kr en glastuinbouw gl. Op de plankaart is ter plaatse van de percelen 2221 en 2222 is een bouwvlak aangegeven tot aan de kadastrale grens met het perceel 2117. Op het overig deel van het perceel 2221 is in het vigerend bestemmingsplan geen bouwvlak geprojecteerd. 28/49
Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met het vigerend bestemmingsplan, waarbij ook de bestaande bedrijfsgebouwen aan de voorzijde binnen het bouwvlak zullen worden opgenomen. Verdere vergroting van het bouwvlak wordt echter niet wenselijk geacht. De StructuurvisiePlus “Heusden: groene drie-eenheid”, welke in 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld vormt immers de basis voor het onderhavige bestemmingsplan. In de StructuurvisiePlus is aangegeven, dat het gebied ten noorden van de Dekkerseweg als toekomstig bedrijventerrein in beeld is. Omdat concrete plannen voor de realisatie van dit bedrijventerrein nog niet zijn uitgewerkt, is in het bestemmingsplan op het resterende deel van het perceel 2221 behoud van de huidige agrarische functie vooralsnog uitgangspunt. Om toekomstige ontwikkelingen te kunnen waarborgen, wordt in het onderhavige bestemmingsplan echter uitgesloten dat ter plaatse nog bebouwing gerealiseerd zou kunnen worden. Dit zou toekomstige ontwikkelingen immers kunnen frustreren. 43.
A. van Hulten, Mariëndonkstraat 7 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 8 maart 2004 namens de heer Van Hulten bezwaar tegen het toegekende bouwvlak op het perceel Mariëndonkstraat 6. Het bouwvlak biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en de aanwezige kuilplaten zijn niet binnen het bouwvlak gelegen. Verzocht wordt om het bouwvlak in noordelijke richting uit te breiden. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter zowel aan de voor- als aan de achterzijde dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat ruimte geboden zal worden voor uitbreiding van de bebouwing aan de voorzijde. Vergroting van de diepte van het bouwvlak in noordelijke richting wordt echter, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, niet wenselijk geacht. Bij de begrenzing van de bouwvlakken is voorts, overeenkomstig het verzoek van de PPC in het kader van het vooroverleg, gestreefd om waar mogelijk de grens van de bebouwingsvlakken gelijk te trekken. Dit om het een rommelig karakter van de achterzijde van het straatlint te verminderen, zonder dat daarbij het open karakter van het open buitengebied aangetast wordt. Vergroting van diepte van het bouwvlak zou ook aan dit uitgangspunt afbreuk doen. Het ontwerpbestemmingsplan zal overigens zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. 44.
A.J.W.M. de Laat en C.A.J.M. de Laat-Verschure, Kerkstraat 65 in Elshout
Heijltjes Advocaten maken bij brief van 10 maart 2004 namens de heer en mevrouw De Laat bezwaar tegen de geprojecteerde woondoeleinden bestemming op het perceel Kerkstraat 65. Op het betreffende perceel is vanaf 2002 een service- en onderhoudsbedrijf gevestigd. De vestiging van dit bedrijf heeft destijds legaal binnen de mogelijkheden van de geldende bouwverordening plaatsgevonden. Mede gelet op de functies, welke in de directe nabijheid aanwezig zijn, wordt dan ook verzocht de bestemming te wijzigen, bij voorkeur in de bestemming Gemengde Doeleinden en indien dit niet mogelijk is in de bestemming Bedrijfsdoeleinden. Beoordeling Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. De bedrijvenregistratie van de gemeente, welke gerelateerd is aan de verleende milieuvergunningen, wordt daarbij als basis gehanteerd. Hoewel op het perceel Kerkstraat 65 29/49
volgens de bedrijvenregistratie van de gemeente geen bedrijfsactiviteit geregistreerd is, blijkt uit de ingediende zienswijze dat ter plaatse wel recent legaal een bedrijfsactiviteit gevestigd is. Het ontwerpbestemmingsplan zal derhalve worden gewijzigd, waarbij de bestemming gewijzigd wordt in “Bedrijfsdoeleinden” en waarbij, overeenkomstig de bestemmingsmethodiek van het bestemmingsplan, op de plankaart een bouwvlak zal worden aangegeven, waarbinnen de bebouwing mag worden opgericht. De diepte van dit bouwvlak zal echter beperkt worden tot ca. 32 meter vanaf de huidige voorgevelrooilijn. Het bieden van mogelijkheden voor een structurele uitbreiding van de huidige bedrijfsbebouwing in zuidelijke richting, aansluitend bij het voornemen van het bedrijf, wordt, daar het een milieucategorie 3-activiteit betreft, namelijk niet wenselijk geacht, om conflicten met aangrenzende woningen te voorkomen. 45.
M.A.A. Aerts, Parallelweg 4 in Drunen
De heer Aerts maakt bij brief van 9 maart 2004 bezwaar tegen het toegekende bouwvlak op het perceel Naulandseweg 53. Verzocht wordt de westelijke grens van het bouwvlak te verleggen, zodat de voorgestane nieuwe werktuigenloods op een voor het bedrijf meer passende locatie kan worden gerealiseerd. Beoordeling Aan dit verzoek zal tegemoet gekomen worden. 46.
H. Maas, Naulandseweg 48 in Elshout
Drs. H.E. Winkelman Juridisch Adviesbureau BV maakt bij brief van 10 maart 2004 namens de heer Maas bezwaar tegen het niet opnemen van de bedrijfsactiviteit “hoefsmederij” in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, waardoor betwijfeld wordt of de huidige bedrijfsactiviteit wel positief bestemd is. Voorts wordt verzocht ruimte te bieden voor het realiseren van een bedrijfswoning. Beoordeling Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. In de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn de milieucategorie 1 en 2 bedrijven aangegeven, welke binnen de bedrijfsdoeleindenbestemming gevestigd mogen worden. Daarnaast is in de voorschriften aangegeven dat vergunningsplichtige bedrijven in milieucategorie 3, welke aanwezig zijn en een vergunning hebben, binnen deze bestemming ook positief zijn bestemd. De onderhavige bedrijfsactiviteit, welke als milieucategorie 3-activiteit dient te worden aangemerkt, is daarmee positief bestemd. Aanpassing van de bij de voorschriften gevoegde Staat van Bedrijfsactiviteiten, waarin alleen milieucategorie 1 en 2 bedrijven worden aangegeven, is derhalve niet noodzakelijk c.q. wenselijk. Binnen de bestemming “Bedrijfsdoeleinden” wordt middels de opgenomen vrijstellingsbevoegdheid en met in acht name van de daaraan verbonden voorwaarden, de mogelijkheid geboden voor het realiseren van maximaal één bedrijfswoning per bedrijf, wanneer deze op dit moment nog niet aanwezig is. 47.
Brok, Kapelstraat 25 in Elshout
De ZLTO maakt bij brief van 8 maart 2004 namens de heer Brok bezwaar tegen het toegekende bouwvlak op het perceel Kapelstraat 25. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan, biedt onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en de aanwezige buitenopslag is niet binnen het bouwvlak gelegen. 30/49
Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is echter dieper dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de diepte van het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met het vigerend bestemmingsplan. Het ontwerpbestemmingsplan zal voorts zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. 48.
J.H.P.M. Vermeer, Kapelstraat 38 in Elshout
De heer Vermeer maakt bij brief van 4 maart 2004 bezwaar tegen de toegekende bouwvlak op de percelen 1385, 1386, 1387, 1388, 494 en 1610 aan de Kapelstraat. De bouwvlakken zijn kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan, bieden onvoldoende uitbreidingsmogelijkheden en de aanwezige kuilvoedersilo’s zijn niet binnen de bouwvlakken gelegen. Voorts wordt bezwaar gemaakt tegen de wijziging van de bedrijfsbestemming naar een woonbestemming ter plaatse van de bedrijfswoning Kapelstraat 38. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan hebben de onderhavige percelen een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart bouwvlakken zijn aangegeven. De bouwvlakken zijn daarbij breder dan de bouwvlakken, die in het ontwerpbestemmingsplan zijn geprojecteerd. Voor het perceel met kadastrale nr 1388 geldt dat het bouwvlak thans dieper is dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het bouwvlak op het perceel met kadastrale nr 494 geldt echter dat het bouwvlak thans ondieper is dan het bouwvlak, dat in het ontwerpbestemmingsplan is geprojecteerd. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de breedte van de bouwvlakken op de percelen 494 en 1388 in overeenstemming zullen worden gebracht met het vigerend bestemmingsplan. Uitbreiding van de bedrijfsbebouwing aan de voorzijde wordt echter, gelet op de ruimtelijke karakteristiek en het beeld van de straatwand, niet wenselijk geacht en zal derhalve niet meer worden toegestaan. Verdere vergroting van de diepte van het bouwvlak in noordelijke richting wordt eveneens, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, niet wenselijk geacht. Bij de begrenzing van de bouwvlakken is voorts, overeenkomstig het verzoek van de PPC in het kader van het vooroverleg, gestreefd om waar mogelijk de grens van de bebouwingsvlakken gelijk te trekken. Dit om het een rommelig karakter van de achterzijde van het straatlint te verminderen, zonder dat daarbij het open karakter van het open buitengebied aangetast wordt. Vergroting van diepte van het bouwvlak zou ook aan dit uitgangspunt afbreuk doen. Het ontwerpbestemmingsplan zal overigens zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. Het opnieuw projecteren van een bouwvlak op het perceel 1610, is, nu de voormalige agrarische bebouwing op dit perceel als “burgerwoning” in gebruik genomen is, niet meer mogelijk. Hierdoor zou deze woning immers op kortere afstand van intensieve veehouderij met stankcirkel komen te liggen, wat, zoals ook in het vooroverleg door de PPC is aangegeven, niet kan worden toegestaan. Der aanwezige bedrijfswoning op het perceel Kapelstraat 38 zal, overeenkomstig het verzoek, tot “Agrarische Doeleinden” worden bestemd.
31/49
49. J. van Delft en J. van Drunen, Kapelstraat 47 en 42 in Elshout De heren Van Delft en Van Drunen maken bij brief van 8 maart 2004 bezwaar tegen de in het bestemmingsplan opgenomen voorwaarde dat bij uitbreiding van het bestaande glastuinbouwbedrijf aan de Kapelstraat, de ontsluiting via de Naulandseweg moet plaatsvinden. Ook wordt verzocht ruimte te bieden voor het realiseren van buffertanks met een hoogte van 11 meter. Beoordeling De voorwaarde dat glastuinbouwbedrijven dienen te worden ontsloten vanaf de Naulandseweg geldt alleen voor nieuwe glastuinbouwbedrijven. Bij uitbreiding van bestaande glastuinbouwbedrijven, zoals in de onderhavige situatie het geval is, mag de huidige ontsluiting via de Kapelstraat gehandhaafd blijven. Aansluitend bij het verzoek zullen naast torensilo’s ook buffertanks tot een grotere hoogte worden toegestaan. Het bestemmingsplan zal op dit punt aangepast worden. 50.
S. van Dongen, Scheidingstraat 5 in Elshout
De heer Van Dongen maakt bij brief ontvangen 12 maart 2004 bezwaar tegen het bieden van mogelijkheden voor het realiseren van nieuwe woningen naast het perceel Scheidingstraat 5, omdat zij dan ingesloten komen te zitten. Beoordeling Het pad langs de woning Scheidingstraat 5 kan ingevolge het bestemmingsplan niet bebouwd worden, waarmee de toegang tot de woning Scheidingstraat 5 gewaarborgd blijft. Nieuwe woningen aan de Scheidingstraat dienen ingevolge het bestemmingsplan voorts op ten minste 3 meter van de zijdelingse perceelsgrens te worden gesitueerd, waarmee in de onderhavige situatie een afstand van ten minste ca. 5 meter tot aan de woning Scheidingstraat 5 gewaarborgd blijft. Van een “ingesloten” situatie zal derhalve geen sprake zijn. Er wordt dan ook geen aanleiding gezien om het bestemmingsplan op dit punt aan te passen. 51.
H.P.C.M. Schuurmans, Kerkstraat 27 in Elshout
De heer Schuurmans verzoekt bij bief van 10 maart 2004 de panden Kerkstraat 27 en 27a voor woon- en werkdoeleinden te bestemmen, daar in deze panden een fotostudio met kantoor en twee woningen zijn gevestigd. Voorts wordt verzocht ruimte te bieden voor bebouwing van het achterterrein voor woon- en werkdoeleinden. Beoordeling Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. De bedrijvenregistratie van de gemeente, welke gerelateerd is aan de verleende milieuvergunningen, wordt daarbij als basis gehanteerd. Hoewel op het perceel Kerkstraat 27 volgens de bedrijvenregistratie van de gemeente geen bedrijfsactiviteit geregistreerd is, blijkt uit de ingediende zienswijze dat ter plaatse wel legaal een bedrijfsactiviteit gevestigd is. Het ontwerpbestemmingsplan zal derhalve worden gewijzigd, waarbij de bestemming gewijzigd wordt in “Gemengde Doeleinden”. Het betreft hier immers een bedrijf, welke als milieucategorie 2-activiteit dient te worden aangemerkt, activiteiten welke, overeenkomstig de bestemmingsmethodiek van het bestemmingsplan, tot “Gemengde Doeleinden“ worden bestemd. Omdat geen ruimtelijke of functionele bezwaren bestaan tegen beperkte uitbreiding van de bestaande bebouwing, zal het op de plankaart aangegeven bouwvlak, overeenkomstig het verzoek aan de achterzijde, tot aan de bestaande bebouwing, worden uitgebreid. 32/49
52.
L.C.M. Rombouts, Scheidingstraat 31 in Elshout
De heer Rombouts verzoekt bij bief van 9 maart 2004 ruimte te bieden voor het realiseren van een woning op het achterste deel van het perceel Scheidingstraat 31. Beoordeling Hoewel er uit ruimtelijk oogpunt geen bezwaren zijn tegen het realiseren van een woning aan de Veilingstraat, op de achterzijde van het perceel Scheidingstraat 31, kan het realiseren van een nieuwe woning uit het oogpunt van luchtkwaliteit niet worden toegestaan. Uit het in het bestemmingsplan opgenomen onderzoek naar luchtkwaliteit blijkt namelijk dat de grenswaarde NO2 ter plaatse wordt overschreden. Ook is voor de onderhavige situatie geen zogenaamde “procedure hogere grenswaarden” in het kader van de Wet geluidhinder gevoerd, een procedure, welke voor terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan dient te hebben plaatsgevonden. Aan dit verzoek kan derhalve om milieutechnische redenen derhalve niet tegemoet gekomen worden. 53.
G.J. de Wit, Kapelstraat 55 in Elshout
De heer De Wit merkt bij brief van 10 maart 2004 op dat het toegekende bouwvlak op het perceel Kapelstraat 55 niet is afgestemd op de recent verleende vergunning voor de bouw van een machineberging en de aanwezige sleufsilo en voederopslag. Beoordeling Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de diepte en breedte van het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met de aanwezige bebouwing en de recent verleende vergunning, derhalve tot en met de aanwezige sleufsilo en voederopslag. 54.
G.W. Klerks, Kerkstraat 16 in Elshout
De heer Klerks verzoekt bij brief van 10 maart 2004 ruimte te bieden voor de realisatie van een paardenpension, fok- en handelsstal op de percelen 1227 en 1631 aan de Mariëndonkstraat, zodat het bestaande bedrijf aan de Kerkstraat 16 uit de kom van Elshout verplaatst kan worden. Beoordeling Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. De bedrijvenregistratie van de gemeente, welke gerelateerd is aan de verleende milieuvergunningen, wordt daarbij als basis gehanteerd. Op het perceel Kerkstraat 16 is volgens de bedrijvenregistratie van de gemeente een bouwbedrijf gevestigd. Tevens is vergunning verleend voor het hobbymatig houden van een aantal paarden en koeien. Er is echter geen sprake van een agrarisch bedrijf. Hoewel de gemeente positief staat tegenover het opheffen van de bestaande bedrijfsactiviteiten ter plaatse, een bouwbedrijf betreft immers een milieucategorie 3-activiteit, kan zij geen ruimte bieden voor het realiseren van nieuwe niet-grondgebonden agrarische bedrijfsactiviteiten op de percelen aan de Mariëndonkstraat, welke in de huidige situatie onbebouwd zijn. Uitgangspunt van het bestemmingsplan is immers dat de schaarse doorzichten vanaf het straatlint Elshout-Haarsteeg behouden blijven. Nieuwvestiging van nietgrondgebonden agrarische bedrijfsactiviteiten mag voorts ingevolge het Streekplan niet op onbebouwde locaties worden toegestaan, om verstening van het buitengebied te voorkomen. Tenslotte kan een dergelijk ontwikkeling, gelet op de geringe afstand tot nabijgelegen woningen, ook uit het oogpunt van milieu (stankcirkels) niet worden toegestaan. Aan dit verzoek kan derhalve niet tegemoetgekomen worden. 33/49
55.
F.A.C.M. Pelders, Kapelstraat 28 in Elshout
De heer Pelders verzoekt bij brief van 11 maart 2004 het deel van het aan het perceel Kapelstraat 28 grenzende perceel 1915 en de daarop aanwezige materieelloods tot woondoeleinden te bestemmen. De heer Pelders is namelijk voornemens dit deel van het perceel in eigendom te verwerven. De materieelloods is al vele jaren bij de heer Pelders in gebruik en niet te missen. Beoordeling Er wordt op zich geen bezwaar gezien om het aangegeven deel van het perceel 1915, wanneer dit bij de woning betrokken zou worden, als tuin bij de woning te bestemmen. Het positief bestemmen van het voormalige agrarische bedrijfsgebouw als bijgebouw bij de woning en daarmee als onderdeel van de woondoeleindenbestemming, wordt echter niet wenselijk geacht. Behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint is immers uitgangspunt van het bestemmingsplan. Er wordt geen aanleiding gezien om gebruik, wat thans blijkbaar in strijd met de vigerende bestemmingsplanregeling plaatsvindt, middels dit bestemmingsplan te legaliseren. Daar uit de zienswijze blijkt, dat de heer Pelders nog geen eigenaar is van het perceel en onduidelijk is of deze het perceel daadwerkelijk in eigendom zal verwerven, zal de huidige agrarische bestemming vooralsnog gehandhaafd blijven. 56.
Pastorale eenheid Drunen-Elshout, Kerkstraat 44 in Elshout
De heer Klijn verzoekt bij brief van 11 maart 2004 namens het bestuur van de Pastorale eenheid Drunen-Elshout de percelen ten zuiden en westen van de parochie tot “Bijzondere Doeleinden” te bestemmen, daar deze gronden in de toekomst nodig zijn voor de uitbreiding van het huidige kerkhof. Om de uitstraling van de kapel aan de Kapelstraat te kunnen waarborgen, wordt verzocht bebouwing op een afstand van ten minste 20 meter ten zuiden en westen van het parkje uit te sluiten. Beoordeling In het onderhavige bestemmingsplan worden begraafplaatsen tot “Begraafplaats Bg” bestemd. De bestemming “Bijzondere Doeleinden BD” biedt geen ruimte voor het realiseren van begraafplaatsen. Omdat , voorzover bij de gemeente bekend, nog geen concrete plannen voor de uitbreiding van de bestaande begraafplaats aanwezig zijn, welke in het onderhavige bestemmingsplan als zodanig positief kunnen worden bestemd, wordt voorgesteld binnen de bestemming “Agrarische doeleinden” een wijzigingsbevoegdheid op te nemen, om ter plaatse van het deel van het perceel, wat direct grenst aan de bestaande begraafplaats, de bestemming “Agrarische doeleinden” te zijner tijd te kunnen wijzigen in de bestemming “Begraafplaats”. Omdat binnen de genoemde afstand van 20 meter rondom het “parkje” in de huidige situatie reeds bebouwing aanwezig is, wordt geen cultuurhistorische en/of ruimtelijke aanleiding gezien voor wat betreft nieuwe bebouwing rond het parkje afstandsbeperkingen op te leggen. De vrije ligging van de kapel wordt voorts binnen het bestemmingsplan gewaarborgd. Aan dit verzoek zal dan ook niet tegemoetgekomen worden. 57.
C.M.M. Klijn, Kerkstraat 44 in Elshout
De heer Klijn maakt bij brief van 11 maart 2004 bezwaar tegen de woondoeleindenbestemming ter plaatse van het perceel Kerkstraat 44. Dit, omdat de heer Klijn plannen heeft om op termijn ter plaatse een kleine huisnijverheid, motorrijwielzaak, reparatiewerkplaats e.d. te vestigen. 34/49
Beoordeling Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. De bedrijvenregistratie van de gemeente, welke gerelateerd is aan de verleende milieuvergunningen, wordt daarbij als basis gehanteerd. Op het perceel Kerkstraat 44 is volgens de bedrijvenregistratie geen bedrijfsactiviteit geregistreerd. Het beleid van de gemeente is gericht op het concentreren van nieuwe bedrijven op bedrijventerreinen teneinde conflicten tussen de bedrijvenfunctie en de woonfunctie in de kernen te vermijden. In het bestemmingsplan wordt dan ook geen mogelijkheid geboden voor het realiseren van nieuwe locaties voor bedrijven. Wel voorziet het bestemmingsplan in de mogelijkheid voor aan-huis-gebonden beroepen en ambachtelijke bedrijfsactiviteiten bij de woning. 58. G. Vorstenbosch en J.M. Vorstenbosch-Schoenmakers, Schanswijk 31 in Elshout De heer en mevrouw Vorstenbosch geven bij brief van 11 maart 2004 aan dat wanneer het juist is, dat wanneer op de bestemmingsplankaart voor de percelen Schanswijk 31 en 33 geen afzonderlijk kadastraal nummer is aangegeven, er geen woning gerealiseerd kan worden, zij hiertegen bezwaar maken. Beoordeling Het onderhavige perceel is bestemd tot “Woondoeleinden W(o.2)”. Middels de in het bestemmingsplan opgenomen vrijstellingsbevoegdheid en met in acht name van de daarbij behorende voorwaarden wordt binnen deze bestemming ruimte geboden voor het realiseren van nieuwe woningen. Omdat per bouwperceel maximaal één woning is toegestaan, dient het perceel wel kadastraal gespitst te worden. 59.
J.H. Pulles, Kerkstraat 66 in Elshout
De heer Pulles wil bij brief van 12 maart 2004 de rechten, welke hij kan ontlenen aan de brief van de gemeente uit 1998, tot het realiseren van een woning naast het pand Kerkstraat 66 veiligstellen. Beoordeling Het onderhavige perceel is bestemd tot “Woondoeleinden W(o.1)”. Middels de in het bestemmingsplan opgenomen vrijstellingsbevoegdheid en met in acht name van de daarbij behorende voorwaarden wordt binnen deze bestemming ruimte geboden voor het realiseren van nieuwe woningen. Omdat per bouwperceel maximaal één woning is toegestaan, dient het perceel wel kadastraal gespitst te worden. 60.
M.M.M. van Delft, Kapelstraat 57b in Elshout
De heer Van Delft maakt bij brief van 3 maart 2004 bezwaar tegen het toegekende bouwvlak aan het perceel Kapelstraat 57b, omdat de uitbreidingsmogelijkheden hierdoor beperkt worden. Verzocht wordt het bouwvlak 75 meter te verlengen. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel een agrarische bestemming, waarbij op de plankaart een bouwvlak is aangegeven. Dit bouwvlak is in het verleden, met toepassing van de in het vigerend bestemmingsplan opgenomen wijzigingsbevoegdheid, gewijzigd, waarbij het bouwvlak is verdiept. 35/49
Het in het ontwerpbestemmingsplan geprojecteerde bouwvlak komt overeen met het thans vigerende bouwvlak. Verdere uitbreiding van het bouwvlak in zuidelijke richting wordt niet wenselijk geacht. In het Streekplan van de Provincie Noord-Brabant en in de StructuurvisiePlus van de gemeente Heusden is het gebied tussen de Zeedijk, de Kapelstraat, de Kerkstraat, de Wolfshoek en de A59 immers als glastuinbouwontwikkelingsgebied aangewezen. Het middels een directe bestemming bieden van uitbreidingsmogelijkheden in zuidelijke richting voor de onderhavige rundveehouderij conflicteert met het beleidsuitgangspunt om in dit gebied primair ruimte te bieden voor ontwikkelingen in de glastuinbouwsector. Het bestemmingsplan voorziet overigens middels opgenomen vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden in de mogelijkheid om het bouwvlak eventueel te kunnen aanpassen, mocht daar in de toekomst aanleiding voor zijn. Voorts zal het ontwerpbestemmingsplan zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. 61.
L. van der Lee, Kapelstraat 74 in Elshout
Mevrouw van der Lee geeft bij brief van 14 maart 2004 aan dat de bestaande bebouwing en de bestaande wiel op het perceel Kapelstraat 74 niet juist op de plankaart zijn aangegeven. Ook zouden mondelinge afspraken met de bewoners van Kapelstraat 72 niet zijn aangegeven. Zonder overleg is de woning Kapelstraat 74 als beeldbepalend pand aangemerkt. Tenslotte is aangegeven dat de bestaande wielen vervuild zijn. Verzocht wordt aan te geven welke wielen het betreft en wanneer de onderzoeken van start gaan. Beoordeling Ondergrond voor de bestemmingsplankaart vormt de digitale kaart van het Kadaster. Hoewel deze kaart regelmatig door het Kadaster wordt geactualiseerd, kan het voorkomen dat aanwezige bebouwing en topografische gegevens als wielen e.d. niet of niet juist op deze kaart zijn aangegeven. Voor een bestemmingsplan hoeft dit geen bezwaar te vormen, zolang de aanwezige bebouwing en het gebruik maar positief bestemd zijn. In de onderhavige situatie is dit het geval. Wijziging van de plankaart wordt op dit punt dan ook niet noodzakelijk geacht. Omdat onduidelijk is op welke mondelinge afspraken met de bewoners van Kapelstraat 72 gedoeld wordt, is het niet mogelijk dit deel van de zienswijze te boordelen. Op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de Provincie Noord-Brabant, welke als basis voor het onderhavige bestemmingsplan is gehanteerd, is een aantal panden aan het historische straatlint als beeldbepalend pand aangemerkt. In het kader van het vooroverleg is door de Provinciale Planologische Commissie aangegeven, dat voor deze panden in het bestemmingsplan een regeling dient te worden opgenomen, waarmee gewaarborgd wordt, dat het aangezicht van het cultuurhistorisch waardevolle lint Elshout behouden blijft. In het bestemmingsplan zijn deze panden dan ook als “gemeentelijk monument/beeldbepalend pand” op de plankaart aangeduid, waarbij in de toelichting is aangegeven dat behoud van deze beeldbepalende panden uitgangspunt is van het beleid. Concreet betekent deze aanduiding dat bij bouwinitiatieven door de Welstandscommissie expliciet wordt gekeken naar een zorgvuldige inpassing. Dit geldt overigens in zijn algemeenheid voor bouwinitiatieven langs het historische lint. In het bestemmingsplan is immers aangegeven dat het handhaven van de lintbebouwing langs de Kapelstraat. Kerkstraat, Heusdenseweg en Mariëndonkstraat, als onderdeel van het historische straatlint, in zijn algemeenheid uitgangspunt is van het gemeentelijk beleid. Binnen het onderhavige bestemmingsplan gelden voor de op de plankaart aangeduide “gemeentelijk monumenten/beeldbepalend panden” langs het historische lint dezelfde eisen van welstand, mogelijkheden en restricties als voor de overige panden langs het historische lint. Ook verandert er met betrekking tot welstand door dit bestemmingsplan niets ten opzichte van de huidige situatie. Van het opleggen van onevenredige beperkingen zal als gevolg van de geprojecteerde aanduiding dan ook geen sprake zijn. 36/49
In het bestemmingsplan wordt geen melding gemaakt van het feit dat de wielen al dan niet vervuild zouden zijn. Dit valt ook buiten het kader van het bestemmingsplan. Een bestemmingsplan is immers een juridisch-planologisch plan, waarin uitsluitend voorschriften worden gegeven over het gebruik en het bebouwen van gronden. Voor de wielen geldt dat geen wijziging van de functie en/of het gebruik wordt voorgestaan. Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat bekend is dat één van de wielen met olie is vervuild. Wanneer in deze wiel gebaggerd zou moeten worden, dient hiermee rekening gehouden te worden. Voor het overige legt deze vervuiling geen beperkingen op de wiel of de omliggende percelen en functies. 62.
A. Rombouts, Wolfshoek 73 in Elshout
De heer Rombouts maakt bij brief van 12 maart 2004 bezwaar tegen het feit dat het perceel 1927 niet ook tot “Gemengde Doeleinden” is bestemd, terwijl in 1994 wel vergunning is verleend voor een loods. Voorts wordt betwijfeld of de bestemming “Gemengde Doeleinden” wel gepast is, gelet op de SBI-codes die bij het bedrijf horen (156101, 51217 en 524933). Beoordeling Het perceel 1927 zal, nu uit de zienswijze blijkt dat dit perceel behoort bij het perceel Wolfshoek 71, overeenkomstig het verzoek dezelfde bestemming krijgen als het perceel Wolfshoek 71. Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is, dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. De bedrijvenregistratie van de gemeente, welke gerelateerd is aan de verleende milieuvergunningen, wordt daarbij als basis gehanteerd. Op het perceel Wolfshoek 71 is volgens de bedrijvenregistratie een handel in graan, meel, kunstmest en kleindiervoeder gevestigd, welke activiteit als milieucategorie 2-activiteit kan worden aangemerkt. Binnen de methodiek van het onderhavige bestemmingsplan zijn bedrijfsactiviteiten in milieucategorie 2 als “gemengde Doeleinden GD” bestemd. 63.
A.W.C. Knippels, Van Altenastraat 4 in Elshout
De heer Knippels maakt bij brief van 12 maart 2004 bezwaar tegen het toegekende bouwvlak aan het perceel Kapelstraat 17a. Het bouwvlak is kleiner dan in het vigerend bestemmingsplan en is ongeschikt voor de paardenhouderij. Verzocht wordt voorts medewerking te verlenen aan de bouw van een bedrijfswoning op het perceel bij de paardenhouderij. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan behoorde het bedoelde perceel tot het bouwvlak van Kapelstraat 19 en het bouwvlak achter het perceel Kapelstraat 21. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat de diepte van het bouwvlak in overeenstemming zal worden gebracht met de diepte van de bouwvlak op het aangrenzende perceel Kapelstraat 21 en dat de breedte van het bouwvlak gelijk zal zijn aan de breedte van het perceel Kapelstraat 17a. Binnen het bouwvlak zal ruimte worden geboden voor het realiseren van bebouwing aan de Kapelstraat, tussen de panden Kapelstraat 17 en 19. De bestemming “Agrarische doeleinden” waartoe het perceel is bestemd biedt de mogelijkheid voor het realiseren van een bedrijfswoning binnen het op de plankaart aangegeven bebouwingsvlak, wanneer op dit moment nog geen bedrijfswoning aanwezig is. Het realiseren van een “burgerwoning” is en blijft echter niet mogelijk, omdat dit perceel is gelegen binnen de stankcirkels van agrarische bedrijven. Het realiseren van nieuwe burgerwoningen binnen stankcirkels kan, zoals ook in het vooroverleg door de PPC is aangegeven, niet worden toegestaan. 37/49
64. Van Delft Handelsonderneming, Kapelstraat 56b in Elshout Van Delft Handelsonderneming verzoekt bij brief van 10 maart 2004 het bebouwingspercentage op het perceel Kapelstraat 56b af te stemmen op de nieuwbouwplannen voor de kantoorruimte. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan is het perceel bestemd tot Bedrijfsdoeleinden BD, waarbij op de plankaart een bouwvlak en in de voorschriften een bebouwingspercentage is aangegeven. Het bouwvlak en bebouwingspercentage in het nieuwe bestemmingsplan zijn naadloos afgestemd op de vigerende bestemmingsplanregeling. Omdat in ruimtelijk opzicht geen bezwaar bestaat tegen de voorgestane nieuwbouw van de kantoorruimte zal het bebouwingspercentage verhoogd worden tot 90%, teneinde ook deze kantoorruimte positief te kunnen bestemmen. Uitbreiding van het bebouwingsvlak in noordelijke richting om de portaalkraan binnen het bouwvlak te kunnen betrekken wordt echter, daar behoud van het open karakter van het gebied ten noorden van het historische straatlint uitgangspunt is van het bestemmingsplan, niet wenselijk geacht. Deze ook binnen het vigerend bestemmingsplan buiten het bouwvlak gelegen portaalkraan kan overigens binnen het overgangsrecht wel gehandhaafd blijven. 65.
W. de Rouw, Adriaan Poorterstraat 37 in Vught
De heer De Rouw verzoekt bij brief van 10 maart 2004 om een woonbestemming op perceel 884 aan de T.J. Rijkenstraat. Beoordeling De StructuurvisiePlus “Heusden: groene drie-eenheid”, welke in 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld en de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom”, welke in maart 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld, vormen de basis voor het onderhavige bestemmingsplan. In de StructuurvisiePlus is aangegeven, welke in- en uitbreidingslocatie in de komende periode, tot 2015, voor nieuwe verstedelijkingsfuncties, waaronder woningbouw, benut kunnen worden. Het gebied ten oosten van de T.J. Rijkenstraat is in de StructuurvisiePlus niet als inbreidingslocatie voor woningbouw aangemerkt. In de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom” is aangegeven dat het verdichten van het gebied ten oosten van de T.J. Rijkenstraat vooralsnog niet wenselijk wordt geacht. In het bestemmingsplan is behoud van de huidige agrarische functie dan ook uitgangspunt. Uitbreiding c.q. wijziging van bebouwingsmogelijkheden ten opzichte van de in de StructuurvisiePlus en beleidsnotitie aangegeven ontwikkelingsrichtingen, kan alleen verantwoord plaatsvinden, wanneer deze mogelijkheden integraal over de gehele gemeente worden afgewogen. Een afweging, welke in het kader van de op handen zijnde herziening van de StructuurvisiePlus dient plaats te vinden. Het thans wijzigen van de agrarische bestemming van het genoemde perceel wordt in dit licht bezien dan ook niet wenselijk geacht. Aan dit verzoek zal dan ook niet tegemoet gekomen worden. 66.
Van Delft Handelsonderneming, Kapelstraat 56b in Elshout
Van Delft Handelsonderneming verzoekt bij brief van 10 maart 2004 op het perceel Kapelstraat 54 een woonbestemming te projecteren, omdat deze in het verleden aan de voormalige eigenaar de heer Vermeulen in het kader van de ruilverkaveling is toegezegd. Voorts wordt bezwaar gemaakt tegen de stankcirkel van 100 meter op het perceel Kapelstraat 38/49
52 omdat ter plaatse maar 30 stuks rundvee aanwezig zijn en er derhalve geen sprake is van een stankcirkel. Beoordeling Aan het verzoek tot het bieden van mogelijkheden tot het realiseren van een woning op het perceel Kapelstraat 54 kan niet tegemoetgekomen worden, omdat dit perceel is gelegen binnen de stankcirkels van agrarische bedrijven. Het realiseren van nieuwe woningen binnen stankcirkels kan, zoals ook in het vooroverleg door de PPC is aangegeven, niet worden toegestaan. Voorts is dit perceel in de beleidsnotitie “Elshout – Herziening Kom” als doorzicht aangemerkt en is ook om deze reden verdichting van dit perceel niet wenselijk. Uitgangspunt van het onderhavige bestemmingsplan is dat alle bedrijven, welke als bedrijf bij de gemeente Heusden geregistreerd staan, als zodanig positief worden bestemd. De bedrijvenregistratie van de gemeente, welke gerelateerd is aan de verleende milieuvergunningen, wordt daarbij als basis gehanteerd. Op het perceel Kapelstraat 52 is volgens de bedrijvenregistratie een melkveehouderij geregistreerd, waarvan de stankcirkel blijkens de verleende milieuvergunning 100 meter bedraagt. Dat op dit moment mogelijk minder dieren aanwezig zijn, dan op basis van de milieuvergunning is toegestaan, doet hieraan niets af. Zonder wijziging van de bestaande milieuvergunning kan de stankcirkel niet verkleind worden. 67.
Waterschap Aa en Maas, Pettelaarpark 70 in ‘s-Hertogenbosch
Het Waterschap verzoekt bij brief van 8 maart 2004 een aantal aanvullingen in het bestemmingsplan op te nemen. In paragraaf 4.3 duurzaam bouwen/waterhuishouding dient aangegeven te worden dat bij nieuwe plannen binnen de glastuinbouwsector voldaan moet worden aan het principe van hydrologisch neutraal bouwen, waarbij de hydrologische situatie minimaal gelijk moet blijven aan de oorspronkelijke situatie. Deze voorwaarde dient ook opgenomen te worden bij de bestemming “Agrarische doeleinden”. Binnen de bestemming “Water” dient voor het overkluizen van watergangen of andere activiteiten ter plaatse of in de directe nabijheid van een watergang als eis te worden opgenomen dat vooraf een ontheffing van de Keur oppervlaktewateren van het Waterschap vereist is. Beoordeling Paragraaf 4.3 zal, overeenkomstig het verzoek van het Waterschap, worden aangevuld. Bij de opgenomen vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden voor het uitbreiden van bestaande glastuinbouwbedrijven c.q. het vestigen van nieuwe glastuinbouwbedrijven zal de voorwaarde worden opgenomen dat hydrologisch neutraal gebouwd dient te worden. Bij bestemming “Water” is reeds aangegeven dat voor het overkluizen van een watergang vooraf schriftelijk advies bij de waterbeheerder dient te worden ingewonnen en dat werken en werkzaamheden aan watergangen conform de Keur van het Waterschap dienen plaats te vinden. Wijziging van deze voorschriften lijkt dan ook niet nodig. 68.
V.O.F. Gebr. Van Mook, Wolfshoek 62 in Elshout
De V.O.F. Gebr. Van Mook maakt bij brief van 24 februari 2004 bezwaar tegen het, ondanks gedane toezeggingen, niet positief bestemmen van een bedrijfswoning aan de Dekkerseweg 1. Tevens wordt verzocht op dit perceel ruimte te bieden voor de realisatie van een bedrijfsruimte. Beoordeling In het vigerend bestemmingsplan heeft het onderhavige perceel de bestemming agrarisch gebied met de nadere aanduiding kernrandgebied kr en glastuinbouw gl. Op de plankaart in het vigerend bestemmingsplan is ter plaatse van perceel 2117 een agrarisch bouwvlak aangegeven. Het ontwerpbestemmingsplan zal zo gewijzigd worden, dat het bouwvlak in 39/49
overeenstemming zal worden gebracht met het vigerend bestemmingsplan. Hierdoor biedt het bestemmingsplan de mogelijkheid om op dit perceel kassen op te richten. Het agrarische bouwvlak in het vigerende plan behoort bij de bedrijfswoning die op Wolfshoek 58 is gelegen. Ondanks splitsing van het perceel in het verleden rechtvaardigt dit niet de bouw van een tweede bedrijfswoning op het perceel. Het realiseren van een bedrijfswoning op perceel 2117 is dan ook niet toegestaan. Verdere vergroting van het bouwvlak wordt echter niet wenselijk geacht. De StructuurvisiePlus “Heusden: groene drie-eenheid”, welke in 1998 door de gemeenteraad is vastgesteld vormt immers de basis voor het onderhavige bestemmingsplan. In de StructuurvisiePlus is aangegeven, dat het gebied ten noorden van de Dekkerseweg als toekomstig bedrijventerrein in beeld is. Omdat concrete plannen voor de realisatie van dit bedrijventerrein nog niet zijn uitgewerkt, is in het bestemmingsplan voor dit deel van het plangebied behoud van de huidige agrarische functie vooralsnog uitgangspunt. Om toekomstige ontwikkelingen te kunnen waarborgen, wordt in het onderhavige bestemmingsplan echter uitgesloten dat ter plaatse nog bebouwing gerealiseerd zou kunnen worden. Dit zou toekomstige ontwikkelingen immers kunnen frustreren. 69.
H.T.F. Bronkhorst, Wolfshoek 90 in Elshout
De heer Bronkhorst verzoekt bij brief van 25 februari 2004 ruimte te bieden voor de uitbreiding van de woning aan de Wolfshoek 90 met een uitbouw aan de voorzijde van ca. 3 meter en een uitbouw aan de linkerzijde van ca. 3 meter. Beoordeling Aan het verzoek tot het bieden van uitbreidingsmogelijkheden aan de voorzijde, aan de Wolfshoek, kan tegemoetgekomen worden. Dit geldt niet voor de gevraagde uitbreidingsmogelijkheden aan de linkerzijde, aan de Mariëndonkstraat, omdat hiermee de bebouwing voor de voorgevelrooilijn van de aangrenzende woningen zou kunnen worden gesitueerd, hetgeen uit stedenbouwkundig oogpunt niet wenselijk wordt geacht. 70.
C.W.M. Van Delft, Naulandseweg 25 in Elshout
Accon Accountants en adviseurs verzoekt bij brief van 10 maart 2004 namens de heer Van Delft ruimte te bieden voor de voorgestane uitbreiding het bestaande glastuinbouwbedrijf aan de Naulandseweg 25. Voorts wordt bezwaar gemaakt tegen de opgenomen bepaling dat aan weerszijden van een watergang een strook van 5 meter in achtgenomen dient te worden. Verzocht wordt de begripsbepaling van “kas” zodanig uit te breiden dat ook bijbehorende ruimten tot een kas worden gerekend. Ook zouden begripsbepalingen opgenomen moeten worden voor waterbassin, wateropslagsilo, warmtebuffertank en warmtekrachtkoppelinginstallaties. Dergelijke voorzieningen zouden voorts buiten het bouwvlak gerealiseerd moeten kunnen worden. De voorgeschreven goot- en nokhoogten voor bedrijfsgebouwen en warmtebuffers worden te beperkt geacht. De afstandsbepaling van 40 meter ten opzichte van de A59 komt niet overeen met de feitelijke situatie en wordt in combinatie met de eis dat de wateropslagvoorzieningen binnen het bouwvlak moeten liggen, als onredelijk geacht. Voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden binnen het bouwvlak zou geen aanlegvergunning nodig moeten zijn. Tenslotte wordt aangegeven dat de verwijzing in lid 12 en 13 naar verboden gebruik in lid 10, lid 11 zou moeten zijn. Beoordeling Abusievelijk voorziet het bestemmingsplan niet in de mogelijkheid om bouwvlakken van bestaande glastuinbouwbedrijven te vergroten. Er zal derhalve een vrijstellingsbevoegdheid opgenomen worden ten behoeve van het uitbreiden van bestaande kassen en het 40/49
samenvoegen van bestaande kassen in het glastuinbouwconcentratiegebied, zijnde de gebieden die met (p+k), (kr+k) en (k) op de plankaart zijn aangegeven. De opgenomen bepaling dat een strook van 5 meter aan weerszijden van een watergang in acht moet worden genomen, vloeit voort uit de eisen die het Waterschap, als waterbeheerder, in het kader van onderhoud stelt. Deze bepaling kan derhalve niet gewijzigd worden. Binnen de bestemming “Agrarische doeleinden” is in de doeleindenbeschrijving aangegeven dat bouwwerken geen gebouw zijnde ten dienste van de bestemming binnen de bestemming mogen worden opgericht. Teeltondersteunende voorzieningen, zoals warmtebuffers, torensilo’s nutsvoorzieningen e.d. bij en ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering kunnen als bouwwerk geen gebouw zijnde behorende bij de bestemming worden aangemerkt. Daar een bouwwerk is gedefinieerd als “elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct steun vindt in of op de grond” mag geconcludeerd worden dat dergelijke voorzieningen als bouwwerk aangemerkt kunnen worden. Aanpassing van het begrip “kas” is derhalve niet noodzakelijk. Uitbreiding van de begripsbepalingen wordt eveneens niet noodzakelijk geacht. Wel zal ter verduidelijking in de doeleindenomschrijving in lid b.5 worden aangegeven dat tot de aan de glastuinbouw verbonden (gemeenschappelijke) teeltondersteunende voorzieningen behoren: nutsvoorzieningen, energievoorzieningen, warmtebuffers, wateropslag, torensilo’s, sleufsilo’s, mestsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren, containers e.d.. Om enige flexibiliteit ten aanzien de bebouwingsmogelijkheden binnen de bouwvlakken te kunnen waarborgen zal het ontwerpbestemmingsplan zo worden aangepast, dat sleufsilo’s, kuilvoederplaten, teeltvloeren, en wateropslag buiten het bouwvlak zullen worden toegestaan. De binnen de bestemming opgenomen goot- en nokhoogten worden uniform in alle bestemmingsplannen bij de bestemming “Agrarische doeleinden” toegepast en zijn afgestemd op de meest voorkomende situatie in de gemeente Heusden. Middels de opgenomen vrijstellingsbevoegdheid wordt daarbij de mogelijkheid geboden de goot- en nokhoogten voor individuele gevallen eventueel te kunnen verhogen. Mede gelet op ingebrachte zienswijzen zal de vrijstellingsbevoegdheid zo gewijzigd worden, dat vrijstelling verleend kan worden tot een goothoogte van 7 meter en een nokhoogte van 12 meter. Aansluitend bij het verzoek zullen naast torensilo’s ook warmtebuffers tot een grotere hoogte worden toegestaan. Het bestemmingsplan zal op dit punt aangepast worden. Voor wat betreft de in de wijzigingsbevoegdheid voor nieuwe bouwvlakken tbv glastuinbouwbedrijven opgenomen voorwaarde dat een afstand van 40 meter vanaf de A59 gewaarborgd dient te blijven, geldt dat dit een voorwaarde is die door Rijkswaterstaat als wegbeheerder van de A59 wordt gesteld. Wijziging van het bestemmingsplan is op dit punt derhalve niet mogelijk. Zoals uit lid 12 blijkt is geen aanlegvergunning noodzakelijk voor werken en werkzaamheden binnen de bestemming “Agrarische doeleinden” die het normale onderhoud en beheer betreffen. Aanpassing van deze voorschriften wordt dan ook niet noodzakelijk geacht. Wel is in lid 12 en 13 abusievelijk een verwijzing naar lid 10 opgenomen, wat, zoals aangegeven, een verwijzing naar lid 11 behoort te zijn. Dit zal aangepast worden. 71.
Rabobank Drunen, Grotestraat 149 in Drunen
De Rabobank verzoekt bij brief van 15 maart 2004 ruimte te bieden voor het realiseren van woningen met bedrijfsactiviteiten op het perceel Kerkstraat 71 in Elshout. Dit, omdat overwogen wordt ter plaatse een aantal eenpersoonsappartementen met een geldautomaat te realiseren. 41/49
Beoordeling Het onderhavige bestemmingsplan betreft een conserverend bestemmingsplan. Binnen het onderhavige bestemmingsplan zijn, mede op verzoek van de PPC, alleen de woningen, welke op dit moment aanwezig zijn direct positief bestemd. Wijziging van een bedrijfsbestemming in een woondoeleindenbestemming, waarbij tevens ruimte geboden wordt voor uitbreiding van het aantal woningen, wordt binnen de methodiek van het onderhavige bestemmingsplan niet toegestaan. 72.
Th. A. van der Lee, Scheidingstraat 20 in Elshout
De heer van der Lee wil bij brief van 27 februari 2004 de rechten, welke hij kan ontlenen aan een brief van de gemeente uit 1992, tot het herbouwen van een woning op adres Scheidingstraat 18 veiligstellen. Tevens verzoekt hij de bestaande schuren/kassen binnen het agrarisch bouwvlak op te nemen. Beoordeling In het verleden heeft op de plek van Scheidingstraat 18 een woning gestaan en het vigerende plan geeft hier ook een bouwvlak aan. Om deze bouwmogelijkheid te behouden zal het gedeelte van het perceel waar voorheen nummer 18 gesitueerd was, bestemd worden tot “Woondoeleinden W(o.1)”. Middels de in het bestemmingsplan opgenomen vrijstellingsbevoegdheid en met in acht name van de daarbij behorende voorwaarden wordt binnen deze bestemming ruimte geboden voor het realiseren van nieuwe woningen. Omdat per bouwperceel maximaal één woning is toegestaan, dient het perceel wel kadastraal gespitst te worden. De bestaande schuren en kas, die met een bouwvergunning gebouwd zijn, zullen binnen het agrarisch bouwvlak opgenomen worden. 73.
C. Schreuder, Kerkstraat 30 in Elshout
De heer Schreuder maakt bij brief van 18 maart 2004 bezwaar tegen het positief bestemmen van de bedrijfsactiviteiten op het perceel Kerkstraat 26a. Dit bedrijf zou niet beschikken over rechtsgeldige vergunningen. Voorts zouden de bodem en het grondwater ter plaatse van dit perceel mogelijk vervuild kunnen zijn. Bezwaar wordt voorts gemaakt tegen de aanduiding beeldbepalend pand op het pand Kerkstraat 30. Beoordeling Deze zienswijze is te laat ingediend en daardoor niet ontvankelijk. Voorstel wijzigingen ontwerpbestemmingsplan ambtshalve Het beleid van de gemeente is er op gericht bestemmingen en bijbehorende voorschriften zoveel mogelijk te standaardiseren en uniformeren. In dit kader wordt een aantal voorstellen voor aanpassing van de voorschriften gedaan. Artikel 3 “Beschermingszone (dubbelbestemming)” In artikel 3 “Beschermingszone (dubbelbestemming)” dient lid 7 gewijzigd te worden in: 7. De onder 5 bedoelde werken en werkzaamheden zijn toelaatbaar, indien door die werken en werkzaamheden dan wel door de daarvan direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, de veiligheid niet kan worden geschaad, de continuïteit van de 42/49
energievoorziening niet in gevaar kan worden gebracht, het onderhoud van de watergang niet wordt belemmerd c.q. de archeologische waarden niet kunnen worden geschaad. Artikel 4 “Woondoeleinden” In artikel 4 “Woondoeleinden” dient de volgende bepaling aan de doeleindenomschrijving te worden toegevoegd: g. de uitoefening van een aan-huis-gebonden-beroep in een hoofdgebouw en/of bijgebouw. Als gevolg van deze toevoeging dient de volgende bepaling te worden toegevoegd bij de voorschriften omtrent bebouwing: 5. de uitoefening van een aan-huis-gebonden-beroep in een hoofdgebouw en/of bijgebouw is alleen toegestaan.met inachtneming van de volgende eisen: a. de woning die voor de uitoefening nodig is, in overwegende mate de woonfunctie behoudt; b. de bedrijfsactiviteit geen publieksgericht karakter heeft en er geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd verkoop als ondergeschikte nevenactiviteit die verband houdt met dat aan huis gebonden beroep alsmede goederen die ter plaatse in het kader van het aan huis gebonden beroep zijn vervaardigd; c. er aan het woonkarakter van de buurt geen afbreuk wordt gedaan en geen verkeersaantrekkende activiteiten plaatsvinden of een onaanvaardbare parkeerdruk wordt veroorzaakt, zodat extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeervoorzieningen, noodzakelijk worden; d. er geen ernstige of onevenredige hinder voor het woonmilieu ontstaat en geen activiteiten plaatsvinden, welke vermeld staan in het Inrichtingen en vergunningenbesluit, zoals dat van kracht is op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan; e. de bedrijfsactiviteit voorkomt in de milieucategorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zoals bijgevoegd bij de voorschriften; f. degene die de activiteiten uitoefent tevens bewoner van de woning is. Als gevolg van deze toevoeging dient de aanhef van de “Vrijstelling met betrekking tot aanhuis-gebonden beroepen en/of aan-huis-gebonden ambachtelijke bedrijfsactiviteiten” en de daarbij behorende bepalingen in lid 11 zo te worden gewijzigd, dat het aan-huis-gebondenberoep wordt verwijderd en deze bepalingen alleen betrekking hebben op aan-huis-gebonden ambachtelijke bedrijfsactiviteiten. Als gevolg van het voorgaande dient tevens de lidnummering in artikel 4 te worden aangepast. De aanduiding W(o.2) op de plankaart ter plaatse van de hoek Van Altenastraat – Norbertijnerstraat zal gewijzigd worden in W(g.2) om aansluitend bij de woonvisie ruimte te bieden voor het realiseren van starterswoningen. Artikel 7 “Agrarische doeleinden” In Artikel 7 “Agrarische doeleinden” dient lid 1 sub a gewijzigd te worden in: a. er mogen uitsluitend agrarische bedrijfsgebouwen ten behoeve van de bestaande agrarische bedrijven worden gebouwd, met uitzondering in de gebieden met de aanduiding (pr+k), (kr+k) en (k) waar nieuwvestiging van glastuinbouwbedrijven is toegestaan, waarbij tevens geldt dat in deze gebieden het glastuinbouwbedrijven niet is toegestaan om te schakelen naar een niet-glastuinbouwbedrijf, dat in deze gebieden, behoudens glastuinbouw, niet-grondgebonden-bedrijfsactiviteiten uitsluitend zijn toegestaan voorzover aanwezig op het moment van terinzagelegging van het 43/49
ontwerpbestemmingsplan, met uitzondering van het perceel Kapelstraat 45 waar een paardenhouderij mag worden gevestigd; In Artikel 7 “Agrarische doeleinden” dient lid 1 sub b gewijzigd te worden in: b. situering van bebouwing, met uitzondering van erfafscheidingen, uitsluitend binnen het op de plankaart aangegeven bouwvlak, waarbij de afstand tussen gebouwen onderling niet minder mag bedragen dan 2 meter tenzij de gebouwen aaneengesloten worden gebouwd, met dien verstande dat kassen en overige aan de glastuinbouw verbonden (gemeenschappelijke) teeltondersteunende voorzieningen uitsluitend zijn toegestaan ter plaatse van de aanduidingen (pr+k), (kr+k) en (k), waarbij geldt dat het oppervlak van de bij glastuinbouwbedrijven behorende gebouwen, niet zijnde kassen en exclusief eventuele bedrijfswoning, niet meer mag bedragen dan 20% van het totale oppervlak van de bij het bedrijf behorende kassen; In artikel 7 “Agrarische doeleinden” dient lid 1 sub j gewijzigd te worden in: j. de inhoud van een bedrijfswoning ten hoogste 750 m² en het oppervlak van bij de bedrijfswoning behorende bijgebouwen ten hoogste 60 m²; In artikel 7 “Agrarische doeleinden” dient lid 4 sub d gewijzigd te worden in: d. lid 1 sub b voor overschrijding van het bebouwingsvlak ten behoeve van het situeren van bebouwing in de zijdelingse perceelsgrens; In artikel 7 “Agrarische doeleinden” dient lid 4 sub e gewijzigd te worden in: e. lid 1 sub b voor overschrijding van het bebouwingsvlak ten behoeve van het uitbreiden van respectievelijk het samenvoegen van bestaande kassen in de gebieden met de aanduiding (pr+k), (kr+k) en (k); In artikel 7 “Agrarische doeleinden” dient lid 8 sub b gewijzigd te worden in: b. het bebouwingsvlak ten minste 10 meter uit de bestemming “Verkeersdoeleinden V” en ten minste 40 meter vanaf de rand van de verharding van de A59 wordt gesitueerd en het bebouwingsvlak zo wordt gesitueerd en georiënteerd dat deze het in het landschap aanwezige slagenpatroon volgt; In artikel 7 “Agrarische doeleinden” dient lid 8 sub c te vervallen, als gevolg waarvan de nummering in lid 8 dient te worden aangepast. In artikel 7 “Agrarische doeleinden” dient lid 15 sub b gewijzigd te worden in: b. dient in verband met het aantonen van de noodzaak voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering, voor het bepaalde in lid 4 sub a, b, i en in lid 8 en lid 9; vooraf advies te worden ingewonnen van de “Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen”. Artikel 8 “Bedrijfsdoeleinden” In artikel 8 “Bedrijfsdoeleinden” dient bepaling b in de doeleindenomschrijving gewijzigd te worden in: b. bedrijven welke vallen onder de werking van de Wet milieubeheer in categorie 3, voor zover daartoe op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan een vergunning of melding in het kader van de Wet milieubeheer aanwezig is; In artikel 8 “Bedrijfsdoeleinden” dient aan lid 2 “Vrijstellingen met betrekking tot het bouwen” te worden toegevoegd: c. lid 1. sub f tot het bouwen in de perceelsgrens, mits de goothoogte niet meer bedraagt dan 4 meter en de nokhoogte niet meer bedraagt dan 4 meter.
44/49
Aanvullende informatie Woensdag 2 juni 2004 heeft de gemeente het ontwerpbesluit van GS ontvangen met betrekking tot de goedkeuring van het bestemmingsplan Haarsteeg. Hierin heeft zij aangegeven dat aan het bestemmingsplan Haarsteeg op enkele aspecten goedkeuring zal worden onthouden. Om te voorkomen dat bij het goedkeuringsbesluit van het bestemmingsplan Elshout op dezelfde aspecten goedkeuring zal worden onthouden, zijn enkele wijzigingen nodig ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan Elshout. Het gaat om de volgende wijzigingen: -
de doeleindenomschrijving bij artikel 4 Woondoeleinden, artikel 5 Gemengde doeleinden, artikel 6 Bijzondere doeleinden, artikel 7 Agrarische doeleinden en artikel 8 Bedrijfsdoeleinden aanvullen met de omschrijving: “voor zover de aanduiding historisch waardevol pand op de plankaart is aangegeven de bescherming van de cultuurhistorische waarden”;
-
de voorschriften in artikel 4 Woondoeleinden, lid 2 aanvullen met de bepaling: “Vervangende nieuwbouw van historisch waardevolle panden is niet toegestaan”. Via artikel 4, lid 8 Vrijstelling met betrekking tot het bouwen van nieuwe woningen dit toch mogelijk maken door toevoeging van de bepaling: “in geval van vervangende nieuwbouw van historisch waardevolle panden indien de Monumentencommissie hierover positief heeft geadviseerd”;
-
de bepaling in artikel 4 Woondoeleinden, lid 9, h over vergroting van het gezamenlijk oppervlak van bijgebouwen, sub 1 “deze vrijstelling niet mag worden toegepast voor gronden buiten de bebouwde kom” verwijderen;
-
de bepaling in artikel 4 Woondoeleinden, lid 10 over vrijstelling met betrekking tot het splitsen van woningen, sub a “deze vrijstellingsbevoegdheid geldt alleen voor het buitengebied en de kleine kernen indien de agrarisch bestemming niet kan worden gehandhaafd omdat het voormalige agrarische bedrijf ongeschikt is voor blijvend agrarisch gebruik” verwijderen.
Advies raadscommissie De commissie Ruimtelijke Zaken heeft in de vergadering van 7 juni 2004 advies uitgebracht over dit voorstel. De fractie Gemeentebelangen adviseert overwegend positief. De overige fracties adviseren positief. Het stuk wordt op de B-lijst geplaatst. Voorstel Wij stellen u voor om bijgaand conceptbesluit vast te stellen, Het college van Heusden, de secretaris, mr J.T.A.J. van der Ven
de burgemeester, drs. H.P.T.M. Willems
45/49
BIJLAGEN: TER INZAGE:
Conceptbesluit -
ontwerpbestemmingsplan ‘Elshout’
-
de 73 zienswijzen die in dit raadsvoorstel zijn beschreven en beoordeeld
De stukken liggen ter inzage in de leeskamer, locatie Vlijmen. Steller: Yvonne Vos
46/49
CONCEPTBESLUIT
De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 6 juli 2004; gezien het voorstel van het college van 11 mei 2004,doc.nr. B20405560; overwegende: dat een ontwerp van het bestemmingsplan ‘Elshout’ met ingang van 16 februari 2004 gedurende vier weken ter inzage heeft gelegen; dat met betrekking tot dit onderwerp zienswijzen zijn ingediend door: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 21. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33. 34.
Gebr. Klijn, Mariëndonkstraat 20 in Elshout Aannemingsbedrijf Snijders, Kerkstraat 41b in Elshout C. Brok, Kapelstraat 58 in Elshout A.J.W.M. de Laat en C.A.J.M. de Laat-Verschure, Kerkstraat 65 in Elshout W. van Balen, Kerkstraat 19 in Elshout W.J.M. Brok, Kapelstraat 22 in Elshout H.A.C. van Hulten, Heusdenseweg 10 in Elshout C.A. Kolmans, Kapelstraat 72 in Elshout A.W.C. Knippels, Van Altenastraat 4 in Elshout A. Klijn, Kapelstraat 24 in Elshout L.G.A.W. Pullens, Kerkstraat 26a in Elshout L. van Delft, Kerkstraat 38 in Elshout M.M.M. van Delft, Kapelstraat 57b in Elshout M.A. Smits, Wolfshoek 58 in Elshout J. Biekens, Kerkstraat 43 in Elshout Fam. Van Logten-Van Delft, Mariëndonkstraat 24 in Elshout A.M.A. Pelders, Mayweg 10a in Elshout M. van Drunen, Kapelstraat 48 in Elshout C.J.R. van Engelen, Mariëndonkstraat 17 in Elshout M. Jansen-Brok, Kapelstraat 34 in Elshout M.E.M. Pullens, Kerkstraat 18 in Elshout M. Klijn, Mariëndonkstraat 4 in Elshout Paardenhouderij Broeren Elshout BV, Nieuwkuijksestraat 152 in Nieuwkuijk J. Muskens, Kapelstraat 64 in Elshout Gebr. Jonkers Elshout BV, Wolfshoek 53 in Elshout M. Muskens, Kapelstraat 8 in Elshout L. Knippels, Mariëndonkstraat 37 in Elshout A.J.M. van Son, Marijnenlaan 75 in Vlijmen H. van Os, Zeedijk 1 in Elshout H.J. Wolfs, Stadshaven 8 in Heusden J. Knippels, Oosterseweg 1 in Elshout A.M. van der Sanden, Mayweg 4 in Elshout J.C. Wolfs, Achterstraat 5 in Vlijmen H.P. Schoenmakers, Kapelstraat 35 in Elshout 47/49
35. J. Inen, Kerkstraat 13 in Elshout 36. J.H. van der Staak, Van Wassenaarstraat 20 in Elshout 37. ZLTO Afdeling Oostelijke Langstraat, Tuinbouwweg 29 in Haarsteeg 38. Stichting Herstructurering Tuinbouw Heusden, v. Hogendorpstraat 35 in Drunen 39. H.A.C. van Hulten, Heusdenseweg 10 in Elshout 40. W.J. de Kort en I. de Kort-Jehoel, Heusdenseweg 11 in Elshout 41. A.G.M.M. Muskens, Kapelstraat 16 in Elshout 42. L.M.A.M. Jehoel, Wolfshoek 68 in Elshout 43. A. van Hulten, Mariëndonkstraat 7 in Elshout 44. A.J.W.M. de Laat en C.A.J.M. de Laat-Verschure, Kerkstraat 65 in Elshout 45. M.A.A. Aerts, Parallelweg 4 Drunen in Elshout 46. H. Maas, Naulandseweg 48 in Elshout 47. Brok, Kapelstraat 25 in Elshout 48. J.H.P.M. Vermeer, Kapelstraat 38 in Elshout 49. J. van Delft en J. van Drunen, Kapelstraat 47 en 42 in Elshout 50. S. van Dongen, Scheidingstraat 5 in Elshout 52. H.P.C.M. Schuurmans, Kerkstraat 27 in Elshout 52. L.C.M. Rombouts, Scheidingstraat 31 in Elshout 53. G.J. de Wit, Kapelstraat 55 in Elshout 54. G.W. Klerks, Kerkstraat 16 in Elshout 55. F.A.C.M. Pelders, Kapelstraat 28 in Elshout 56. Pastorale eenheid Drunen-Elshout, Kerkstraat 44 in Elshout 57. C.M.M. Klijn, Kerkstraat 44 in Elshout 58. G. Vorstenbosch en J.M. Vorstenbosch-Schoenmakers, Schanswijk 31 in Elshout 59. J.H. Pulles, Kerkstraat 66 in Elshout 60. M.M.M. van Delft, Kapelstraat 57b in Elshout 61. L. van der Lee, Kapelstraat 74 in Elshout 62. A. Rombouts, Wolfshoek 73 in Elshout 63. A.W.C. Knippels, Van Altenastraat 4 in Elshout 64. Van Delft Handelsonderneming, Kapelstraat 56b in Elshout 65. W. de Rouw, Adriaan Poorterstraat 37 in Vught 66. Van Delft Handelsonderneming, Kapelstraat 56b in Elshout 67. Waterschap Aa en Maas, Pettelaarpark 70 in ‘s-Hertogenbosch 68. V.O.F. Gebr. Van Mook, Wolfshoek 62 in Elshout 69. H.T.F. Bronkhorst, Wolfshoek 90 in Elshout 70. C.W.M. Van Delft, Naulandseweg 25 in Elshout 71. Rabobank Drunen, Grotestraat 149 in Drunen 72. Th. A. van der ee, Scheidingstraat 20 in Elshout 73. C. Schreuder, Kerkstraat 30 in Elshout dat de zienswijzen 1 tot en met 72 tijdig zijn ingediend en ontvankelijk zijn; dat zienswijze 73 te laat is ingediend en daardoor niet ontvankelijk is; dat de indieners van zienswijzen in de gelegenheid zijn gesteld hun zienswijzen nader toe te lichten tijdens een hoorzitting voor de adviescommissie RZ van 14 april 2004. Dat van deze gelegenheid gebruik is gemaakt door 27 indieners van zienswijzen; dat ten aanzien van de ingediende zienswijzen en anderszins de overwegingen zoals weergegeven in raadsvoorstel B200405560 van het college van 18 mei 2004 tot vaststelling van het bestemmingsplan worden beschouwd als zijnde onverkort in dit besluit te zijn opgenomen; dat de adviescommissie RZ in de vergadering van 7 juni 2004 advies heeft uitgebracht over dit voorstel. De fractie Gemeentebelangen adviseert overwegend positief. De overige fracties adviseren positief. Het stuk wordt op de B-lijst geplaatst. 48/49
……………
besluit: 1.
naar aanleiding van de ingediende zienswijzen: -
de zienswijzen met de nummers 3, 4, 5, 6, 12, 14, 15, 17, 23, 24, 25, 27, 32, 34, 44, 45, 46, 47, 49, 51, 53, 58, 59, 62, 63, 64, 67 en 72, zoals in het bijbehorende raadsvoorstel B200405560 opgenomen, gegrond te verklaren;
-
de zienswijzen met de nummers 1, 2, 13, 16, 19, 20, 21, 22, 29, 37, 38, 40, 41, 42, 43, 48, 56, 68, 69 en 70, zoals in het bijbehorende raadsvoorstel B200405560 opgenomen, deels gegrond en deels ongegrond te verklaren;
-
de zienswijzen met de nummers 7, 8, 9, 10, 11, 18, 26, 28, 30, 31, 33, 35, 36, 39, 50, 52, 54, 55, 57, 60, 61, 65, 66 en 71, zoals in het bijbehorende raadsvoorstel B200405560 opgenomen, ongegrond te verklaren;
-
de zienswijze met nummer 73, zoals in het bijbehorende raadsvoorstel B200405560 opgenomen, niet ontvankelijk te verklaren;
2.
tot ambthalve wijziging van het ontwerpplan betrekking hebbende op diverse onderdelen van het plan zoals beschreven in raadsvoorstel B200405560 van het college d.d. 18 mei 2004;
3.
het bestemmingsplan ‘Elshout’ gewijzigd vast te stellen overeenkomstig de bij dit besluit behorende voorschriften met toelichting en kaart.
Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 6 juli 2004; De raad voornoemd, de griffier, de voorzitter,
A.J. Emmen
drs. H.P.T.M. Willems
49/49