Quickscan Manager handel FM (93492) Medewerker Doorstroom Traject Next Plus Leidinggeven
Naam deelnemer: Naam praktijkopleider:
Leidinggeven Proces Het doel van de functie van de Assistent Bouwmarktmanager is zorg dragen voor de dagelijkse gang van zaken binnen zijn segment van de bouwmarkt. Daarbij laat hij zich leiden door de doelstellingen welke samen met hem zijn opgesteld door de Bouwmarktmanager en beweegt hij zich binnen de kaders van de winkelformule (GAMMA of KARWEI). In Leidinggeven wordt gefocust op de resultaatgebieden: Planning en Beheer en Personeelsprestaties, zoals beschreven in het competentieprofiel van de functie van Assistent Bouwmarktmanager. Concreet houdt dit het volgende in: Planning en beheer: - Weekplanning personeel (voortgang werkzaamheden) Personeelsprestaties: - Coaching en begeleiding - Beoordeling - Ontwikkeling en introductie - Teameffectiviteit - Communicatie Proces Quickscan De quickscan is een nulmeting. Aan het begin van elk opleidingsonderdeel vul jij deze als eerste in en daarna je praktijkopleider. Dit gebeurt vóór de eerste trainingsdag van de training Algemeen Leidinggeven door Schouten en Nelissen. Er zijn een aantal prestatie-indicatoren (wat je moet kunnen) opgesteld. Per item zijn er één of meerdere prestatie-indicatoren (wat je moet kunnen) opgesteld. Per prestatie-indicator vul je op een 4-puntsschaal in welk niveau jij denkt te hebben. Vervolgens hebben zowel jij als de praktijkopleider de gelegenheid om hier een toelichting bij te geven. Leg hierin je keuzes en opvallende zaken of verschillen in jullie beoordeling uit. De meerwaarde van de quickscan is dat het voor jou vooraf duidelijk is wat je moet gaan leren. Overleg met de praktijkopleider over wat je al kunt en wat je nog moet leren, is van groot belang. Het maken van het persoonlijk ontwikkelplan (POP) is dan gemakkelijker. Na het invullen en bespreken van de quickscan ga je namelijk je persoonlijk ontwikkelplan (POP) en persoonlijk activiteitenplan (PAP) maken. Dit doe je in een apart document. De quickscan wordt een week voorafgaande aan dag 1 van de training Algemeen Leidinggeven gemaild naar Jan Kuipers (in plaats van intakeformulier). TIP: Gebruik de quickscan ook als tussenmeting, door halverwege de training de quickscan nog eens in te vullen met een ander kleur pen/potlood. Zo kun je mooi zien wat je ontwikkeling is geweest en waar je nog aandachtspunten hebt liggen.
2
Leidinggeven
Legenda beheersingsniveau: Onvoldoende: Bijna Voldoende: Voldoende: Goed:
Je laat het succesvolle gedrag helemaal niet zien Je laat het succesvolle gedrag in sommige gevallen wel zien Je laat het succesvolle gedrag in de meeste gevallen zien Je laat het succesvolle gedrag zien
NB Overal waar hij staat kan zij gelezen worden! De Quickscan dient ingevuld te worden vanuit de huidige situatie van de deelnemer!
3
Leidinggeven
Goed
Voldoende
Bijna voldoende
Onvoldoende
Goed
Voldoende
Onvoldoende
Geeft leiding aan en begeleidt het team (Aansturen/Begeleiden)
Bijna voldoende
Beheersingsniveau deelnemer praktijkopleider
Planning en voortgang De deelnemer… 1. heeft overzicht over prioriteiten van de clusteractiviteiten 2. maakt een werkverdeling op basis van prioriteiten en capaciteiten van medewerkers 3. communiceert de planning/ werkverdeling naar de medewerkers 4. houdt tussentijds zicht op het werk van de medewerkers 5. signaleert onregelmatigheden Coaching en begeleiding De deelnemer… 6. schept de juiste voorwaarden voor de medewerkers om optimaal te presteren 7. stuurt bij als het niet goed gaat 8. kan oplossingsgericht meedenken 9. adviseert de medewerkers bij het uitvoeren van de werkzaamheden 10. geeft heldere en constructieve feedback 11. staat open voor het ontvangen van feedback 12. toont betrokkenheid bij de medewerkers
4
Leidinggeven
Goed
Voldoende
Bijna voldoende
Onvoldoende
Goed
Voldoende
Bijna voldoende
Onvoldoende
Beheersingsniveau deelnemer praktijkopleider
13. maakt medewerkers enthousiast voor de werkzaamheden 14. is bekend met stijl 1 van Situationeel Leidinggeven en past deze waar nodig toe 15. is bekend met stijl 2 van Situationeel Leidinggeven en past deze waar nodig toe 16. is bekend met stijl 3 van Situationeel Leidinggeven en past deze waar nodig toe 17. is bekend met stijl 4 van Situationeel Leidinggeven en past deze waar nodig toe 18. is bekend met de systematiek rondom functionering en beoordeling en kan werken volgens deze systematiek 19. kan verschillende gesprekstechnieken toepassen om functionerings-, ontwikkel- en beoordelingsgesprekken te voeren Ontwikkeling en Introductie De deelnemer… 20. introduceert een nieuwe medewerker op een correcte manier Teameffectiviteit De deelnemer… 21. verandert ineffectief gedrag van een medewerker of team door deze (individueel) aan te spreken of aan te sturen 22. bereidt het werkoverleg voor
5
Leidinggeven
Goed
Voldoende
Bijna voldoende
Onvoldoende
Goed
Voldoende
Bijna voldoende
Onvoldoende
Beheersingsniveau deelnemer praktijkopleider
23. leidt een werkoverleg op een correcte manier 24. leidt medewerkers op bij Prima KLUS Communicatie De deelnemer… 25. instrueert medewerkers over de wijze waarop werkzaamheden uitgevoerd dienen te worden, zodat de werkzaamheden volgens de richtlijnen van de organisatie en binnen de tijd uitgevoerd kunnen worden 26. maakt SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijd) afspraken 27. past de STAR (Situatie, Taak, Actie, Reactie) techniek toe 28. weet hoe hij in zijn rol medewerkers en collega’s kan beïnvloeden en is zich daar bewust van 29. hanteert de LSD (Luisteren, Samenvatten Doorvragen) methode in zijn gesprekvoering met medewerkers/ collega’s Toelichting: in te vullen door deelnemer en praktijkopleider
6