Inhoud 1.
Het theoretisch kader ....................................................................................................................... 6 1.1
Op zoek naar een definitie ....................................................................................................... 6
1.2
Theoretische scholen ............................................................................................................... 8
1.2.1
Pluralistische visie ........................................................................................................... 8
1.2.2
Elitistische visie ............................................................................................................. 11
1.2.3
Neo-Marxistische visie .................................................................................................. 11
1.2.4
Neo-Gramsciaanse visie ................................................................................................ 12
1.2.5
De constructivistische benadering ................................................................................. 12
1.2.6
Theorie toepgepast op de Turkse denktanken ............................................................... 13
1.3 2.
3.
De rol van denktanken ........................................................................................................... 13
De groei van denktanken in de wereld en in Turkije ..................................................................... 16 2.1.
Het ontstaan van denktanken in de wereld ............................................................................ 16
2.2.
De groei in Turkije. ............................................................................................................... 17
2.2.1.
De eerste denktanken en hun eerste pasjes: vóór de jaren 1980. ................................... 19
2.2.2.
De moeilijke jaren 1980 ................................................................................................ 20
2.2.3.
De jaren 1990: euforische periode ook voor Turkse denktanken? ................................ 21
2.2.4.
Nieuw millennium, nieuw denktankenmomentum ........................................................ 21
Typologie van Turkse denktanken ................................................................................................ 25 3.1. Categorieën van denktanken....................................................................................................... 26 3.1.1.
Autonome en quasi autonome denktanken .................................................................... 27
3.1.2.
Denktanken gelinkt aan de overheid ............................................................................. 29
3.1.3.
Denktanken gelinkt aan universiteiten .......................................................................... 30
3.1.4.
Denktanken gelinkt aan politieke partijen ..................................................................... 30
3.1.5.
Buitenlandse denktanken met vertegenwoordiging in Turkije ...................................... 30
3.2.
4.
Wie doet wat: actoren en hun activiteiten ............................................................................. 31
3.2.1.
Statuut van denktanken.................................................................................................. 31
3.2.2.
Wie maakt deel uit van denktanken ............................................................................... 31
3.2.3.
Thema‟s waarop denktanken zich zich profileren ......................................................... 33
3.2.4.
De financiering van denktanken .................................................................................... 35
Denktanken en het gegeven “invloed” .......................................................................................... 38 4.1.
Invloed ................................................................................................................................... 38
4.2.
De doelgroep van S.E.T.A.V. ................................................................................................ 39
4.3.
De fasen van de besluitvorming ............................................................................................ 41
4.4.
Beïnvloeden van het publiek ................................................................................................. 43
1
4.4.1.
Publieke invloed: het beïnvloeden van het breder publiek ............................................ 43
4.4.2.
Private invloed: het beïnvloeden van de beleidsmakers ................................................ 54
4.5.
De kracht van het getal: netwerken ....................................................................................... 58
5.
Enkele conclusies .......................................................................................................................... 61
6.
Bijlagen ......................................................................................................................................... 63
7.
Bibliografie.................................................................................................................................... 66
2
ABSTRACT In dit werk schets ik eerst een algemeen beeld van denktanken over de wereld en in het bijzonder in Turkije, daarbij kijkend naar verschillende facetten die hun situatie bepalen. Hierbij begin ik met het geven van een kort historisch overzicht van de groei van denktanken, vergelijk ik Turkse denktanken met denktanken in andere landen, tracht ik een categorisering toe te passen om een aantal soorten denktanken van elkaar te kunnen onderscheiden, bekijk ik de financiering enz. Om dit te kunnen, beroep ik me hoofdzakelijk op bestaande literatuur over denktanken alsook op het verzamelde materiaal tijdens mijn interviews. Daarna licht ik er specifiek één Turkse denktank uit, zijnde S.E.T.A.V. (siyaset, ekonomi ve toplum araştırmaları vakfı), bekijk deze in detail, plaats die in het algemene kader dat het eerste deel schetst en ga ik na of die erin slaagt een bepaalde impact te hebben op het beleid. Om dit te kunnen bepalen, zoom ik in op een aantal maatstaven zoals hun aanwezigheid in netwerken, het aantal optredens in de media enz. Dit stuk stoelt op zowel bestaande literatuur als op informatie die ik verzamelde tijdens de afgenomen interviews van medewerkers van S.E.T.A.V. tijdens mijn studiereis naar Istanbul en Ankara. Op het einde formuleer ik een aantal conclusies in verband met denktanken in Turkije en in het bijzonder S.E.T.A.V..
3
INLEIDING Laat me beginnen met een dankwoord te richten naar enkele personen in het bijzonder die me op weg hielpen met het uitwerken van deze masterproef. Eerst en vooral gaat mijn dank uit naar Prof. Dr. Sami Zemni voor de hulp om van start te kunnen gaan en de bereidheid de taak als mijn promotor op zich te nemen. Daarnaast wil ik via deze weg Marlies Casier in het bijzonder bedanken voor de tijd die ze vrijmaakte om samen na te denken over het thema, de aanpak enz. en Rana Birden, Yılmaz Ensaroğlu en Taha Özhan om me in te wijden in de wereld van denktanken in Turkije en in het bijzonder in de interne keuken van S.E.T.A.V.. Ook bedank ik mijn echtgenote Hava Kara voor het eindeloze geduld dat ze weet op te brengen als haar wederhelft zich nog maar eens terugtrekt om aan deze scriptie te werken; Noah Meirhaeghe voor het afstaan van speeltijd met papa; Herman Meirhaeghe voor het nalezen en verfraaien van de tekst; mijn collega‟s op het werk om me af en toe van een aantal taken te ontlasten. Vooraleer ik besloot om een werk rond denktanken te maken, maakte ik heel wat omwegen langs andere thema‟s. Al deze thema‟s hadden wel telkens een link met Turkije. Door mijn persoonlijke interesse en mijn kennis van het Turks, wilde ik perse iets uitwerken over dit immense land dat balanceert tussen twee continenten. Uiteindelijk stootte ik per toeval op dit thema, na een stevige brainstorm met Marlies Casier. Voor mij was het onderzoeken van Turkse denktanken geen voor de hand liggend thema, dit was een hele nieuwe wereld voor me die zich opende. Ook de keuze om te trachten de invloed na te gaan van denktanken was een gewaagde keuze, alleen wist ik dat nog niet bij de aanvang, maar ontdekte ik de moeilijkheid van het meten van invloed gaandeweg. Bij de aanvang van mijn onderzoek stortte ik me op de zoektocht naar bestaande literatuur over denktanken. Daaruit bleek al snel dat er enerzijds een handvol academici toonaangevend zijn als het op dit onderwerp aankomt, zoals daar zijn Diane Stone en James McGann, en anderzijds dat de bestaande literatuur niet zo eenvoudig raadpleegbaar is. Los van een aantal waardevolle boeken die ter beschikking stond in de bibliotheek van de Universiteit Gent, deed ik ook pogingen om contacten te leggen met bijvoorbeeld de heer McGann om aan een van zijn werken te geraken, helaas zonder succes. Maar ook toeval komt soms een handje toesteken. Net toen ik op het punt stond na mijn studiereis Turkije te verlaten, kreeg ik een telefoontje van de heer Yılmaz Ensaroğlu die me aan een uiterst waardevol boekje hielp. Om niet teveel in de literatuur te blijven steken, nam ik me voor om deze te toetsen aan de praktijk. Na de websites van enkele Turkse denktanken geraadpleegd te hebben en e-mailcontacten met deze, viel mijn keuze op S.E.T.A.V., een Turkse denktank die in Ankara gevestigd is en die momenteel als succesvol wordt beschouwd in het veld van denktanken aldaar. Zonder hen echt te moeten overtuigen was men al snel bereid me te ontvangen voor een aantal gesprekken. Dus trok ik mijn stoute 4
reisschoenen aan en boekte in februari 2009 een vlucht naar Turkije. Het uiteindelijke resultaat van dit alles ligt in onderhavige paper vervat, maar ik kan nu reeds meegeven dat ik diverse facetten van de denktank heb geanalyseerd en als centrale vraag naar voren schuif of S.E.T.A.V. een bepaalde vorm van invloed heeft kunnen uitoefenen op het maatschappelijke debat of de beleidsvorming in Turkije. Wat volgt kan opgedeeld worden in vijf onderdelen. 1. Eerst en vooral schets ik een theoretisch kader. Daar ga ik onder andere op zoek naar een voor mij hanteerbare definitie van wat een denktank is. Dit moet me in staat stellen een duidelijk beeld te hebben van welk soort organisaties deel uitmaken van mijn onderzoek. Verder bekijk ik verschillende theoretische stromingen in verband met denktanken. 2. Eenmaal dit uitgeklaard, schets ik kort een beeld van de groei van denktanken over de wereld en sta ik wat langer stil bij de factoren die de aangroei van denktanken in Turkije mee in de hand werkten. 3. Daarna volgt een indeling van de bestaande denktanken in Turkije, wat neerkomt op het aanbrengen van een typologie, gevolgd door een algemeen beeld van welke actoren wat voor soort activiteiten doen om dan in het bijzonder in te zoomen op S.E.T.A.V.. 4. Als voorlaatste komt het gevoelige aspect “mate van invloed” aan bod, getoetst aan een aantal praktijkvoorbeelden waarop ik S.E.T.A.V.‟s werk toepas. 5. Tenslotte geef ik een aantal conclusies mee in verband met de denktankencultuur in Turkije en S.E.T.A.V..
5
1. 1.1
HET THEORETISCH KADER OP ZOEK NAAR EEN DEFINITIE
Wanneer ik het woordenboek Nederlands-Turks erop nasla en op zoek ga naar een correcte vertaling van het woord “denktank”, blijkt dat er niet in te staan. Ook uit de literatuur over denktanken in Turkije, blijkt dat er geen sluitende definitie en vertaling bestaat. Men gebruikt vaak verschillende termen dooreen zoals “düşünce kuruluş” (denkorganisatie), “düşünce grup” (denkgroep), ”düşünce küpü (denkkruik) enz.. Het valt op dat men in de praktijk en binnen de denktanken zelf, de Engelse term “think tank” prefereert. Het feit dat er geen eenduidige term bestaat om zoiets als een denktank te omschrijven, is op zich veelbetekenend voor de denktankencultuur in Turkije. Het zegt op zijn minst dat de denktankencultuur in haar geheel nog moet groeien naar volwassenheid en nog niet algemeen aanvaard is als partner, o.a. in het beleidsproces. Het is echter toch wel noodzakelijk om een hanteerbare definitie van wat een denktank precies is te formuleren. Alleen is dit dus niet zo eenvoudig. Tijdens mijn opzoekwerk werd ik al snel geconfronteerd met diverse omschrijvingen van denktanken, wat niet verwonderlijk is omdat er over de hele wereld zoveel verschillende soorten bestaan. Ook treffend is de overlapping van activiteiten van denktanken met andere types van organisaties. Dit zette me ertoe aan om flexibel om te gaan met de term denktank. Boucher omschrijft het als het verliezen van het organisatorisch onderscheid van denktanken in vergelijking met andere organisaties, door de overlapping van doelen en activiteiten (Boucher, 2004, p. 97). Dit zorgt ervoor dat denktanken in competitie treden met andere instellingen voor het verwerven van personeel, fondsen enz.. Hieronder haal ik een aantal voorbeelden aan van omschrijvingen. Een van de meest traditionele en vroegste omschrijvingen van wat een denktank is, valt terug te vinden in de Angelsaksische benadering. In deze benadering van denktanken is een zekere mate van onafhankelijkheid of autonomie ten aanzien van de staat cruciaal. Dit moet de denktanken in staat stellen om “vrij” denkwerk te kunnen verrichten (Stone D. , 2004, p. 2). Alleen is deze definiëring niet toepasbaar op denktanken in bepaalde landen zoals o.m. China en Frankrijk, waar men denktanken aantreft die hetzij deels hetzij geheel gelieerd zijn aan de overheid, tot zelfs denktanken die door de overheid zélf opgericht zijn. Het gaat hier dus om een sterk Westerse, meer specifiek Angelsaksisch liberale visie, op denktanken. Aangezien de eerste denktanken zich ontwikkelden in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk is dat niet heel verwonderlijk. Bij deze omschrijving zijn twee bedenkingen te maken. Eerlijkheidshalve moet ik hier toch vermelden dat ook in het Westen deze onafhankelijkheid van denktanken amper bereikt wordt. Dit is een belangrijke bedenking voor de definitie die ik wil 6
hanteren, want ook in Turkije -zoals je verderop zal lezen in de opdeling van denktanken in Turkije-, zijn er denktanken die door de overheid in het leven geroepen zijn om er zich op te kunnen beroepen. Daarnaast wijst Diane Stone er terecht op het belang van het adjectief “onafhankelijk” niet te strikt op te vatten. De meeste denktanken ontvangen immers op de een of andere wijze financiële ondersteuning vanuit de overheid en treden ook regelmatig in contact met de overheid, wat nodig is om het beleid te kunnen beïnvloeden. Denktanken zoeken dus naar een evenwicht tussen te nauw bij de overheid aanleunen en te veraf staan van de beleidsmakers (Stone D. , 2004, p. 4). Dat maakt dat ik de Angelsaksische definiëring laat voor wat ze is en me focus op andere omschrijvingen. Anderen zoals Weaver zien denktanken dan eerder als “universiteiten zonder studenten” (McGann & Weaver, 2002, p. 40). Ook al worden sommige denktanken opgericht in de schoot van universiteiten en bestaan er vaak hechte banden tussen beide instellingen, toch lijkt het mij niet efficiënt om deze omschrijving van denktanken te gebruiken. Dit zorgt namelijk voor de onduidelijkheid in de kernopdracht van een denktank. Deze concentreert zich, in tegenstelling tot universiteiten, niet hoofdzakelijk op het verschaffen van onderricht met als doel het behalen van een diploma. Stone wijst tevens op het ontstaan van competitie tussen enerzijds denktanken en anderzijds organen binnen universiteiten zoals onderzoekscentra. Laatstgenoemde voeren namelijk gelijkaardige activiteiten uit als denktanken. We denken daarbij aan beleidsbriefings, adviesverlening aan de overheid,… kortom het linken van de academische aan de beleidswereld (Stone D. , 2007, p. 264). Martin Thunert hanteert een heel brede definitie. Hij stelt het als volgt: “private en publieke non-profit organisaties, toegewijd aan het onderzoeken en analyseren van beleidsrelevante onderwerpen en het produceren van onderzoeksresultaten in termen van publicaties, rapporten, lezingen en workshops, meestal met een duidelijk doelpubliek voor ogen in de hoop dat ze de publieke opinie en beleidsmakers kunnen beïnvloeden” (Thunert, 2004, p. 71). Positief aan deze omschrijving is dat Thunert een duidelijk beeld geeft van de “producten” die denktanken afleveren en zich bewust is van de moeilijkheid van beïnvloeding. Ook geeft hij een brede omschrijving van wat er allemaal onder de term denktank kan ressorteren. Een minpunt van deze definitie, is dat men in twijfel kan trekken of denktanken zich hoofdzakelijk richten op het beïnvloeden van de publieke opinie. Vaak valt het op dat denktanken “eliteorganisaties” vormen die weinig tot geen voeling hebben met de massa en zich hoofdzakelijk richten tot de beleidsmakers of mensen die zich bewegen in hetzelfde academische milieu. Zoals ook Diane Stone aanhaalt, trachten denktanken het beleid te beïnvloeden of te informeren door middel van intellectuele argumentatie en analyse, en niet zozeer via direct lobbywerk. Ze stelt dat “een denktank informatie verzamelt, deze analyseert en een reeks van informatieproducten genereert voor 7
een hoofdzakelijk politiek en bureaucratisch publiek, maar daarnaast ook voor de media, belangengroepen, het bedrijfsleven, de internationale civiele samenleving en het brede publiek” (Stone D. , 2004, pp. 3-4). Deze definitie laat meer ruimte naar type denktanken, maar omschrijft tegelijk duidelijk de taken én het doelpubliek. Deze ruimere definitie van denktanken is van belang omdat er zoveel diversiteit bestaat onder denktanken. Hoe de denktank er precies uitziet in een land, wordt net bepaald door zaken die eigen zijn aan elk land, zoals de mate van stabiliteit, de politieke cultuur, de wetgeving, het regime dat aan de macht is enz.. Net omwille van deze diversiteit is het moeilijk om een strikte definitie te hanteren. Stone noemt de term “denktank” dan ook een elastische term (Stone D. , 2007, pp. 261-262). Op die manier komen o.m. ook denktankachtige organisaties in aanmerking die gelinkt zijn aan politieke partijen of aan overheidsinstellingen. Alleen schuilt hier het gevaar dat de term “denktank” op de duur aangezien wordt als een label dat maar al te graag door organisaties gebruikt wordt vanwege de goede bijklank die het met zich meebrengt. Dit zou ervoor kunnen zorgen dat deze term uitgehold wordt, kortom dat het een containerbegrip wordt. Stone brengt in haar definitie wél de nuance aan inzake doelpubliek door erop te wijzen dat men zich hoofdzakelijk richt op de politieke en bureaucratische doelgroep, en niet op het brede publiek. Verder maakt zij een onderscheid tussen het werk van denktanken en het werk van lobbygroepen. In tegenstelling tot lobbygroepen, doen denktanken niet aan publieke demonstraties of direct politiek lobbywerk, maar focussen zich vaak op meerdere thema‟s tegelijk. Zij proberen eerder via intellectuele argumentatie en analyse het beleid te informeren of te beïnvloeden (Stone D. , 2004, p. 3). In later werk nuanceert ze dit onderscheid wel voor een stuk. Ook NGO‟s zoals Greenpeace richtten hun eigen onderzoekscentra op om hun uitspraken met wetenschappelijke data te kunnen ondersteunen (Stone D. , 2007, p. 263). Dit wijst er opnieuw op dat we de nodige flexibiliteit moeten inbouwen wanneer we het hebben over denktanken en dat denktanken ook vanuit deze hoek concurrentie ondervinden. Doordat Diane Stone ‟s definitie tegelijk ruim en flexibel is, maar tevens duidelijk taken en doelpubliek afbakent, verkies ik deze te hanteren tijdens mijn verdere onderzoek. 1.2
THEORETISCHE SCHOLEN
Het fenomeen van denktanken kan theoretisch vanuit verschillende invalshoeken benaderd worden. Uit de bestaande literatuur haal ik vijf van deze invalshoeken aan. 1.2.1
PLURALISTISCHE VISIE
Volgens de pluralistische visie is macht gefragmenteerd, verspreid en ongelijk verdeeld door de vrijheid van verenigen en de open concurrentie om de aandacht van besluitvormers. Er is dus geen sprake van concentratie van macht. Er is geen enkele maatschappelijke groep die alle deelgebieden en 8
functies kan controleren. Om politieke invloed te hebben, moeten groepen zich verenigen ondermeer onder de vorm van denktanken en belangenorganisaties. Zij zien vele kleine piramides met elk hun leiders die in de regel specialisten zijn in één specifiek domein. Dit is het ideaaltype, alleen komt geen enkel concreet systeem overeen met dit ideaaltype, dus ook niet het Turkse besluitvormingssysteem. Omwille van dit ideaalbeeld dat nergens in zijn pure vorm terug te vinden is, krijgen de pluralisten veel kritiek. Zij zien evenwel niet een egalitaire samenleving; niet iedereen beschikt immers over gelijke macht. Sommige groepen hebben meer macht dan andere en makkelijker toegang tot het beleidsproces. Toch is deze ongelijkheid inzake macht niet structureel (Devos, 2005, pp. 159-160). Er is geen constante machtsdominantie van één of meerdere groepen.
Volgens Dahl, één van de bekendste auteurs binnen deze stroming, oefent noch een elite noch een klasse de macht uit. Volgens hem wordt de macht uitgeoefend door verschillende, met elkaar concurrerende groepen zonder monopolies (Dahl, 1961, pp. 8-9). Het ontbreekt niemand aan minstens één machtsbron en geen enkele bron is dominant om alle doorslaggevende beslissingen te beïnvloeden. Democratie is voor de pluralisten een open en competitief systeem. Besluitvorming zien zij als het resultaat van een complex geheel van interacties, overleg en onderhandelingen waarin alle belangen en visies aan bod komen en met elkaar concurreren. Elke groep kan op cruciale momenten van de besluitvorming zijn stem laten horen. Pluralisten geloven sterk in de capaciteiten van groepen om belangen te verdedigen en in de mogelijkheid van individuen om op vrij initiatief een groep te vormen om een doel te dienen. Deze groepen bewegen zich vrij en kunnen vele veranderlijke netwerken vormen. Deze georganiseerde groepen vormen het fundament van het politieke systeem. Hier suggereert men dat de bevolking grote inspraak krijgt in het politiek bestuur; alle groepen en belangen hebben immers het recht en de mogelijkheid zich te verenigen en zo toegang tot de politiek te verkrijgen. Pluralisten benaderen de staat als een neutrale scheidsrechter die reageert op inputs van concurrerende groepen (Devos, 2005, p. 160). Als we vanuit deze stroming naar denktanken kijken, komt de focus te liggen op de competitie tussen denktanken om toegang te verkrijgen tot het politieke systeem en op de openheid en de diversiteit van de markt van ideeën. Ze zijn in constante concurrentie met elkaar om de nodige middelen binnen de rijven, om hun aanzien te verhogen en om de media te halen, teneinde de nodige naambekendheid te krijgen en hun stempel te drukken op het beleidsvormingsproces. Denktanken verhogen de participatie en educatie van het volk en stellen alternatieven ten aanzien van de belangen van de bureaucratie, de bedrijfswereld en de media (Stone & Denham, 2004, p. 12). Weiss haalt aan dat een beter geïnformeerd en op kennis gebaseerd beleidsproces de besluitvorming kan verlichten (Weiss aangehaald in Stone D., 2004, P 12). De aangroei van denktanken en de grote
9
diversiteit ervan zien zij als een positieve evolutie. Dit zorgt immers voor meer ideeën en verschillende invalshoeken, wat het beleidsproces verrijkt (Stone D. , 1996, p. 28). Doordat er zoveel denktanken zijn, zorgen ze ervoor dat niet één stem de beleidsvorming gaat overheersen. Kortom, denktanken leveren in deze visie hun bijdrage tot een meer democratische samenleving.
Alleen stelt zich het probleem van de toegang tot het politieke systeem; niet alle denktanken hebben namelijk gelijke toegang tot het beleidsproces. Pluralisten houden volgens critici onvoldoende rekening met machtsstructuren en politieke voorkeuren, wat de competitie voor een stuk kan scheef trekken. Op het einde van de rit is de competitie niet zo vrij en de ideeënmarkt niet zo open. Toch hebben de pluralisten ook hier oog voor. Zij stellen dat niet iedereen over gelijke kansen of macht beschikt, ook al wordt de samenleving niet door één elite gedomineerd. Iedereen heeft minstens één machtsbron en geen enkele bron is dominant om alle belangrijke beslissingen te beïnvloeden. Zij spreken dus niet van een permanente machtselite door de mogelijkheid tot vrije concurrentie. Wanneer we het werkveld van denktanken in Turkije in ogenschouw nemen, zien we dat de bureaucratie een zeer gesloten geheel vormt en niet echt de gewoonte ontwikkeld heeft om zich te beroepen op de aanwezige expertise in denktanken, behalve dan de eigen denktanken (Bagci & Aydin, 2009, p. 117). Toegang verkrijgen tot het beleidsproces in Turkije is bijgevolg uiterst ingewikkeld. Daarnaast is er nog het fenomeen van denktanken die in het leven geroepen zijn door de staat zelf. Deze elementen doen sterke twijfels rijzen over de zogenaamde neutraliteit van de staat. Hier biedt het neo-corporatisme een welgekomen aanvulling. Ook zij zien in het politieke proces vele gefragmenteerde drukkingsgroepen die via onderlinge concurrentie mee het beleid vorm geven. Maar waar de pluralisten de staat onderbelicht laten, zoomt het neo-corporatisme in op wat die staat precies is. De staat is volgens hen immers geen neutrale actor die enkel reageert op impulsen van buitenaf en niet louter een uitvoerder van compromissen tussen drukkingsgroepen, zoals in het pluralisme of een instrument van de dominante klasse zoals in het marxisme. De staat komt volgens de neo-corporatisten ook actief tussen in de belangenstrijd in het staatsbestel en kan bepaalde belangen- en andere groepen erkennen, wat hen een operationeel voordeel oplevert ten aanzien van de anderen. Via deze geprivilegieerde relatie krijgen denktanken meer invloed en een soort van”insider status”. De staat vormt m. a. w. een afzonderlijke actor met een eigen elite (Devos, 2005, pp. 166-168). Deze staat als actor kan ook eigen groepen en denktanken oprichten. Verder wijst Diane Stone terecht op een ander knelpunt. Denktanken werken vaak samen in “policy networks”, een algemene term voor het geheel van “policy communities”, “epistemic communities” enz., waarin actoren van zowel binnen als buiten de overheid elkaar ontmoeten om besluitvorming en implementatie te vergemakkelijken. Dit is één van de manieren waarop denktanken betrokken worden en trachten hun invloed uit te oefenen. Pluralisten verwijzen naar de openheid van deze netwerken en 10
de mogelijkheid tot betrokkenheid bij de besluitvorming, maar zien wel het gevaar over het hoofd dat diezelfde netwerken alternatieven die een uitdaging kunnen vormen voor de dominante waarden kunnen tegenwerken. Ook in deze netwerken zijn structuren aanwezig onder de vorm van procedures. Dit zorgt ervoor dat sterk georganiseerde denktanken het makkelijker hebben om te wegen op het debat dan kleinere denktanken (Stone & Denham, 2004, p. 13). 1.2.2
ELITISTISCHE VISIE
De elitisten zien de maatschappij als één grote piramide. Voor hen bestaat één algemene wet die zegt dat iedere samenleving bestuurd wordt door een elite. Er is dus sprake van een beperkte groep die continu over macht beschikt, maar zij verwijzen, in tegenstelling tot de marxisten, niet enkel naar de kapitaalselite. Het is gewoonweg onvermijdelijk dat er een dominante klasse ontstaat die over onbeperkte en ongecontroleerde macht beschikt (Devos, 2005, p. 163). Deze theoretische stroming ziet denktanken in functie staan van de elite, om zowel de elite zelf als hun privileges mee te helpen in stand te houden. Denktanken werken in functie van de economische en politieke langetermijn-belangen van de leiders. Zij ruimen de politieke spanning en verschillen uit de weg, en maken de zoektocht naar een consensus aan de top mogelijk. Ze zitten verweven in het machtsnetwerk (Bagci & Aydin, 2009, p. 76). Wanneer men dit toepast op netwerken, is hun uitgangspunt dat van een gesloten netwerk, gedomineerd door een handvol centrale actoren die vooral in functie van de elite werken (Stone & Denham, 2004, p. 13). Hier dienen denktanken enkel de elite en zorgen daarmee voor een concentratie van macht in de handen van weinigen. 1.2.3
NEO -M ARXISTISCHE VISIE
Deze visie vertrekt van het punt dat denktanken consensusopbouwende organisaties zijn, die trachten de hegemonische controle in stand te houden (Desai aangehaald in Stone D., 2004, p12). Zij werken m.a.w. ondersteunend in functie van de hegemonie van de kapitalistische ideologie. De theoretici binnen deze stroming hebben oog voor de politieke economie en stellen dat denktanken werken aan lange-termijn-plannen om economische problemen om te zetten in handelbare objecten van het publiek beleid. Denktanken mobiliseren elites om de “terms of debate” te herdefiniëren met als doel de belangen van de elite te vertalen in een actie van de staat (Stefanec & Delgado aangehaald in Stone D., 2004, p12). Denktanken worden aangezien als centrale componenten voor de politieke mobilisering van de zakenwereld. Centraal staan de belangen van het kapitaal. Net als de elitistische visie zien de neo-marxisten de kapitalisten als een samenhangende groep die tracht de eigen privileges in stand te houden. Zij bekijken de netwerken dan ook als systemen die gedomineerd worden door de belangen van het kapitaal.
11
De pluralisten reageren hier o.a. terecht op door te wijzen op de verdeeldheid en de ongecoördineerdheid van het kapitaal, wat de sterke diversiteit onder de denktanken en hun ideologische standpunten verklaart (Himmelstein, 1990, p. 159). 1.2.4
NEO -GRAMSCIAANSE VISIE
Volgens de theorie van Gramsci heeft men in West-Europa en Turkije een civiele samenleving die sterk ontwikkeld en divers is. De staat in de enge zin van het woord, is ingebed in een breed netwerk met daarin vakbonden, sociale en culturele organisaties, religieuze bewegingen, politieke partijen, denktanken enz. Deze staat ziet Gramsci als de “extended state”, d.w.z de staat plus de civiele samenleving in een historisch blok, bestaande uit ideologieën, instituties en materiële krachten, die steunen op een alliantie van klassen. In een sterk ontwikkeld kapitalisme zoals in West-Europa en Turkije, steunt de macht van de bovenste klasse vooral op ideologische heerschappij door middel van consensus in de civiele samenleving. De heerschappij door de ideologische consensus domineert en uit zich in waarden, normen, gevestigde ideeën enz. Een snelle revolutie wordt onmogelijk omdat deze zou botsen op verzet uit de civiele samenleving. Organische intellectuelen uit de dominante klassen spelen een cruciale rol in het opbouwen van de ideologische consensus (Coolsaet, Lesage, Kleijsen, & Kerchove, 2006, pp. 202-203). De inzet van de klassenstrijd hier is de ideologische heerschappij of hegemonie. De bovenste klasse tracht haar ideeën voor te stellen als de universele waarheid, onderbouwd met analyses o.m. uit denktanken. In deze stroming beroept de dominante klasse zich o. a. op denktanken, die de opdracht krijgen om theorieën en academisch werk te leveren in functie van de ideologische consensus. Kennis is macht, kennis wordt als inzet gebruikt om de macht te veroveren of te behouden. Die kennis wordt ondermeer gereproduceerd door denktanken. 1.2.5
DE CONSTRUCTIVISTISCHE BENADERING
Het uitgangspunt van het constructivisme is dat de menselijke kennis wordt geconstrueerd; het gaat hier m.a.w. om mentale constructies. De aanhangers van deze benadering focussen op het taalgebruik of het discours en de politieke symboliek (Fisher aangehaald in Stone D., 2004, p13). Zij bekijken de manier waarop een beleidsprobleem gedefinieerd wordt en het discours dat errond geweven wordt. Dat discours bevat uiteindelijk macht, namelijk het taalgebruik geeft mee vorm aan de sociale structuren en bepaalt mee het gedrag van de actoren. Deze benadering leunt heel dicht aan bij de Gramsciaanse term consensus. Het discours bepaalt hoe de actoren zichzelf én hun belangen definiëren. Op de duur heeft dat discours een dusdanig effect dat men er in begint te geloven en zichzelf eraan aanpast (rethorical entrapment). Wat niet binnen dat discours past, wordt vaak niet gezien (Coolsaet et al., 2006, p. 229). 12
De ontwikkeling van het begrip “intersubjectiviteit” is hier van belang. Actoren, in dit geval denktanken, beschikken over ideeën en kennis die men onderling deelt. Dit bepaalt het handelen en de algemene sfeer of klimaat. Daarnaast stellen zij dat de structuur, in casu de beleidsstructuren, geen vaststaand iets is. Actoren kunnen situaties verschillend interpreteren en zo de structuren er anders doen uitzien. Er is m.a.w. geen sprake van determinisme. Ideeën geproduceerd door denktanken kunnen dus een impact hebben op het beleid, door de beleidsmakers te beïnvloeden, want het is het gedrag van de actoren dat het beleid bepaalt. Hoe ze zichzelf definiëren en wat zij als hun belangen zien, bepaalt hun gedrag (Coolsaet et al., 2006, pp. 230-231). 1.2.6
T HEORIE TOEPGEPAST OP DE T URKSE DENKTANKEN
Wanneer ik kijk naar de denktanken in Turkije, is het moeilijk om me te beperken tot een school of stroming. Zoals zo vele zaken in de wereld nogal grijs getint zijn, ligt ook hier bij de theoretische benadering de waarheid voor mij ergens in het midden. Om dat voor mezelf zo dicht mogelijk te benaderen, pleit ik voor een combinatie van elementen uit de verschillende scholen. Zoals de pluralisten stellen, is het inderdaad zo dat men in Turkije het recht en de vrijheid heeft om zich te verenigen en een denktank op te starten. Er is zeker ook sprake van een mate van competitie tussen de denktanken onderling, zowel om aandacht als om middelen. Van belang is wel dat niet iedere denktank over dezelfde macht en middelen beschikt en dat er dus niet één elite is die alles domineert. Alleen ga ik niet mee in hun verhaal over de staat als “neutrale arbiter”. De staat op zich heeft zijn belangen en zal deze trachten te realiseren en te verdedigen. Hij zal zich beroepen op denktanken die nauw aansluiten op zijn belangen, of gaat zo ver om zelf denktanken op te richten. Ook geloof ik niet dat deze “staat” een permanente dominantie geniet.
Persoonlijk vind ik de constructivistische benadering erg interessant. Er bestaat geen universele waarheid, iedere waarheid is een mentale constructie waarbij het discours van grote waarde is. Dit discours gaat na verloop van tijd de actoren sterk beïnvloeden. Hierbij zie ik denktanken een rol opnemen; zij kunnen mee de mentale constructies vorm geven, die hetzij uitdagend zijn, hetzij de bestaande verhoudingen bevestigen. Er is m.a.w. geen sprake van determinisme. 1.3
DE ROL VAN DENKTANKEN
Denktanken worden vaak omschreven als brug tussen de beleidsmakers enerzijds en de civil society, de academische wereld en de bevolking anderzijds. Ze verzamelen informatie, verwerken en analyseren deze en geven die daarna, via verschillende kanalen op een verstaanbare wijze, door aan het beleid om de besluitvorming te vergemakkelijken, want die heeft daar nood aan (Garnett & Stone, 1998, p. 16). Een mooi voorbeeld van deze omschrijving is terug te vinden in de definitie die de UNDP (United Nations Development Program) hanteert wanneer het over denktanken gaat. De UNDP omschrijft denktanken namelijk als organisaties die op regelmatige basis aan onderzoek en 13
pleitbezorging doen over eender welke thema dat aan de openbare orde gelinkt is. In moderne democratieën vormen zij de brug tussen kennis en macht (UNDP, 2003, p. 6). De UNDP is niet de enige die de brugfunctie van denktanken naar voor schuift als belangrijke taak. Bij het surfen naar de website van S.E.T.A.V. bvb, staan bij de omschrijving van de doelstelling en de missie van de organisatie zaken als “analyse verrichten en de resultaten overbrengen naar het brede publiek” en “ met haar rapporten een bijdrage leveren aan de Turkse besluitvormingsmechanismen” (Seta, 2010). Deze citaten verwijzen duidelijk naar de brugfunctie die zij voor zichzelf weggelegd ziet. Er kan evenwel een aantal bedenkingen gemaakt worden bij deze rolomschrijving. Zoals Halfmann en Hoppe terecht aanhalen, veronderstelt deze omschrijving een ondubbelzinnig onderscheid tussen wetenschap en beleid (Halfmann & Hoppe, 2004, p. 135). Dit onderscheid kan men niet overal aanhouden; denktanken opgericht binnen overheidsorganen zijn immers een voorbeeld waar symbiose optreedt tussen beide sferen. Stone heeft het over de organisatorische cultuur van denktanken die helemaal niet zo open en toegankelijk zijn voor eender wie (Stone D. , 2007, p. 269). Ze heeft het over zaken als de dresscode, het gebruikte vakjargon en de wetenschappelijke debatten die ervoor zorgen dat er een drempel is voor doorsnee stervelingen om toegang te vinden tot denktanken. Op die manier vormt men een soort van cordon rond de beleidsgemeenschap en houdt men het brede publiek op een veilige afstand. Dit staat dan weer diametraal tegenover de brugfunctie van denktanken. Yılmaz Ensaroğlu, medewerker van S.E.T.A.V., trekt ook de brugfunctie naar het brede publiek in twijfel (Ensaroglu, 2009). Het is niet omdat in de taakomschrijving van vele denktanken vermeld wordt dat men zich focust op het brede publiek, dat men hen ook daadwerkelijk als hun primaire doelgroep ziet, zegt hij. Hij wijst op het feit dat S.E.T.A.V. met haar boodschap moeilijk toegang vindt tot het brede publiek. Hoewel ik verder in dit werk dieper inga op het doelpubliek van S.E.T.A.V., haal ik hier al even aan dat volgens Yılmaz Ensaroğlu het werk van de denktanken nog teveel beperkt blijft tot de intellectuele kringen in Istanbul en Ankara, ook al staat in de missie van de denktank dat men zich richt op het brede publiek. Het is ook maar de vraag of het brede publiek zit te wachten op analysewerk van denktanken. In Turkije is er niet echt een breed publiek voor denktanken en hun boodschap, meent Yılmaz Ensaroğlu. Hierna volgt een kort overzicht van verschillende academici en hun visie op de rol van denktanken. McGann ziet zes soorten rollen weggelegd voor denktanken (McGann J. , 2002, p. 16): 1. Leveren van advies bij dringende politieke problemen; 2. Onderzoeken en analyseren van politieke problemen; 3. Beoordelen van overheidsprogramma‟s; 4. Becommentariëren van de politiek in functie van de media; 5. Het opzetten van een divers samengesteld netwerk rond een bepaald politiek probleem 14
vergemakkelijken; 6. De overheid voorzien van hoog opgeleid personeel. Weaver onderscheidt op zijn beurt vijf rollen (Weaver, 1998, pp. 568-569): 1. Bron zijn van politieke ideeën; 2. Bron zijn van als het becommentariëren van politieke voorstellen; 3. Het beoordelen van overheidsprogramma‟s; 4. Bron van hoog opgeleid personeel voor de hoogste regionen van de bureaucratie; 5. Bron zijn van kennis en achtergrondinformatie voor de media bij dagdagelijkse politieke gebeurtenissen. Voor James hebben denktanken dan weer 4 rollen op te nemen (James, 2000, pp. 4-6): 1. Het verbeteren van de kwaliteit inzake de politiek van de regering; 2. Functioneren als kanaal waarlangs diverse meningen kunnen doorstromen; 3. Het verbeteren van de kwaliteit van de maatschappelijke debatten over politieke kwesties; 4. Het bediscussieerbaar maken van regeringsvoorstellen. Wallace formuleert de rol van denktanken als volgt (Wallace aangehaald in Bagci & Aydin, 2009, p. 78): 1. Mee vorm geven aan de politieke agenda; 2. Beïnvloeden van de terminologie en de taal in de maatschappelijke debatten; 3. De geestesgesteldheid van politici mee bepalen. Zoals Bağcı en Aydın aanhalen leunt deze laatste omschrijving heel dicht aan bij wat Joseph Nye omschrijft als “soft power” (Bagci & Aydin, 2009, p. 78). Dit slaat op invloed die niet als dwingend wordt aangevoeld, maar het is veel meer dan enkel invloed. Het slaat met name op de capaciteit om waarden te incarneren die door anderen “spontaan” worden overgenomen en die aan de politieke klasse die ze incarneert als het ware automatisch de positie van leiderschap geeft. Het gaat erom de anderen te doen willen wat jij wil, zonder dat er dwang bij komt kijken. Bij soft power gaat het om immateriële factoren zoals waarden, ideeën en ideologie(Coolsaet et al., 2006, p. 94). Veel auteurs zijn de mening toegedaan dat denktanken als rol het democratische debat mee helpen ontwikkelen. Zij zien denktanken dan ook vaak als een markt van ideeën i. Deze visie is duidelijk geïnspireerd door de pluralistische school.
15
2.
DE GROEI VAN DENKTANKEN IN DE WERELD EN IN TURKIJE
In het eerste gedeelte wordt een algemeen beeld geschetst van het ontstaan en de verdere ontwikkeling van denktanken. Daarna ga ik dieper in op de Turkse situatie. 2.1.
HET ONTSTAAN VAN DENKTANKEN IN DE WERELD (BAGCI & AYDIN, 2009, P. 63 E.V.; STONE D.,
2005, P 3-4) Het ontwikkelen van denktanken is een fenomeen dat duidelijk naar voor treedt gedurende de 20ste eeuw en eenvoudig op te delen is in een aantal golven. De echte wereldwijde verspreiding ervan komt pas goed op gang eind jaren 1980 met het einde van de bipolaire wereldorde gekenmerkt door de Koude Oorlog. De eerste golf dateert van vóór de Tweede Wereldoorlog en was sterk staatcentrisch. Men leverde de nodige informatie aan onder druk van de vraag naar publiek debat. Al bij al bleef het aantal denktanken zeer beperkt (Stone D. , 2004, p. 35). Vóór de Tweede Wereldoorlog beperkt dit fenomeen zich geografisch nog sterk tot de Verenigde Staten en enkele West-Europese landen zoals GrootBrittannië en Duitsland, terwijl we vandaag overal ter wereld denktanken aantreffen, dit niet alleen binnen democratisch politieke stelsels of meerpartijsystemen, maar ook bijvoorbeeld in China waar niet echt sprake is van een meerpartijensysteem én in een aantal Afrikaanse landen. Na de Tweede Wereldoorlog komt de tweede golf op gang, al blijft deze beperkt tot de Europese OESO-landen. Door de Koude Oorlog die in alle hevigheid losbarst, de tweestrijd tussen de supermachten en de ontwikkelingen in de derde wereld, gaan de denktanken zich ook sterker toeleggen op buitenlandse en veiligheidsmateries. Toch blijven ook deze denktanken sterk nationaal gericht doordat het publiek waar men voor werkt en de financiën zich net in die staat bevinden. Er werken maar een handvol denktanken transnationaal. De wereldwijde verspreiding van denktanken kan gesitueerd worden begin jaren „70, wat we dan ook aanduiden als het begin van de derde golf. Het is pas met de derde golf dat denktanken sterk transnationaal werken, zowel in globale als regionale fora. McGann beweert zelfs dat 2/3de van de huidige denktanken ontstaan zijn met de komst van deze golf (McGann J. , 2002, p. 14). De sterke aangroei is eerst te merken in landen waar denktanken al een vruchtbare voedingsbodem hebben, maar naderhand verspreidt het zich snel over de hele wereld. Diane Stone ziet dit fenomeen als een soort van “politieke barometer”, waarmee ze bedoelt dat zowel de aangroei als de verschuiving van de focus gelinkt is aan een aantal gebeurtenissen zoals de oliecrisis, milieukwesties die hoger op de agenda komen, de val van een aantal autoritaire systemen, de verdieping en verbreding van het Europese project enz. (Stone D. , 2005, p. 3). Kortom, er is een window of opportunity aanwezig voor denktanken. Naar het einde van de jaren „80 merkt men dat een aantal Amerikaanse denktanken in het buitenland filialen opent, zoals bijvoorbeeld 16
de Urban Institute in Rusland. Toch blijven de denktanken zich eerder regionaal dan globaal opstellen, zoals o.a. binnen de Mercosur. In Centraal- en Oost-Europa is het wachten tot het einde van de bipolaire wereldorde, gekenmerkt door de Koude Oorlog, vooraleer ook daar de eerste denktanken opgericht worden. De verspreiding en de ongelijke ontwikkeling van denktanken over de wereld heeft verschillende oorzaken. In het algemeen zien we dat denktanken zowel eerder ontstaan als sterker gediversifieerd en meer aanwezig zijn in de Verenigde Staten dan in andere landen. Sommigen argumenteren dat denktanken minder kansen hebben in andere landen om in het beleidsproces betrokken te worden, doordat er sterkere partijsystemen, sterke en gesloten bureaucratieën of een zwakke filantropische cultuur aanwezig zijn (McGann & Weaver, 2002, p. 51 e.v.). Wat typerend is voor de Verenigde Staten - en wat in het voordeel speelt van denktanken - is enerzijds de zwakke partijdiscipline waardoor de senatoren vaak hun eigen lijn kunnen volgen en zich kunnen beroepen op denktanken, en anderzijds het belastingssysteem waarbij men als bedrijf vrijgesteld wordt van het betalen van belasting op geld dat men in denktanken investeert (Garnett & Stone, 1998, pp. 6-7). Daarnaast zou de federale structuur van de overheid in de Verenigde Staten een goede voedingsbodem bieden voor denktanken. Niettegenstaande deze argumentering vindt er toch een explosie plaats in het aantal denktanken in Centraal- en Oost-Europa en de rest van de wereld, ook in landen waar geen federale structuur aanwezig is of in staten met een één- of meerpartijensysteem. Maar om te weten hoe het komt dat precies in een bepaald land denktanken ontstaan, moet men kijken naar zaken zoals grondwetswijzigingen, bestuurshervormingen, de mate waarin het politiek debat gevoerd wordt, de politieke cultuur, de alfabetiseringsgraad, de mate van persvrijheid, de aanwezigheid van een intellectuele elite, de aanwezigheid van filantropie binnen de civiele maatschappij enz. (Thunert, 2004, p. 6). Ook impulsen en invloeden van buitenaf kunnen de ontwikkeling van denktanken mee in de hand werken. Stone wijst erop dat beleidsprogramma‟s van o.m. de Europese Unie, de Wereldbank, de Verenigde Naties en bilaterale ontwikkelingsprogramma‟s, de export van denktanken naar Westers model mee stimuleren (Stone D. , 2004, p. 6). 2.2.
DE GROEI IN TURKIJE
Net als in andere OESO-landen, ontstonden ook in Turkije in de jaren 1960-„70 de eerste denktanken. Volkan Ediger ontdekt een interessante link tussen enerzijds het ontstaan van denktanken in een aantal OESO-landen en anderzijds de H.D.I. (Human Development Index) van die landen. Landen die hoog scoren op de H.D.I. zijn vaak ook de landen waar denktanken zich vroeg ontwikkelden, met uitzondering van Turkije en Hongarije (Ediger, 2009, pp. 200-201). In totaal selecteerde hij 25 OESO-landen en keek naar hun H.D.I. en de datum van oprichting van de eerste denktank. Op basis van de gegevens van 2002 geeft dat de volgende resultaten: 17
Tabel 1: Land
Jaar van oprichting
HDI
Groot-Brittannië
1831
0.946
Verenigde Staten
1907
0.951
Duitsland
1908
0.935
Canada
1928
0.961
Australië
1933
0.962
Zweden
1938
0.956
Zwitserland
1943
0.955
Japan
1945
0.953
Nederland
1952
0.953
Hongarije
1954
0.874
Oostenrijk
1958
0.948
Denemarken
1958
0.949
Noorwegen
1959
0.968
Finland
1961
0.952
Italië
1964
0.941
Zuid-Korea
1965
0.921
Frankijk
1972
0.952
Turkije
1974
0.775
België
1978
0.946
Nieuw-Zeeland
1983
0.943
Polen
1985
0.870
18
Griekenland
1988
0.926
Tsjechië
1991
0.891
Spanje
1991
0.949
Slovakije
1997
0.863
Als we die gegevens omzetten in een grafiek, krijgen we het volgende resultaat: Grafiek 1
HDI 1 0,95
0,951 0,935
0,946
0,9 0,85
0,968 0,962 0,961 0,956 0,955 0,953 0,953 0,952 0,952 0,949 0,949 0,948 0,946 0,943 0,941 0,926 0,921 0,891 0,874 0,87 0,863 HDI
0,8 0,775
0,75 0,7 1810
1830
1850
1870
1890
1910
1930
1950
1970
1990
2010
Heel opvallend in deze grafiek is dat de meeste landen die er vroeg bij waren met het oprichten van denktanken, met z‟n allen rond de 0.95 zweven wat hun H.D.I. betreft. Er is maar één echt opvallende uitschieter, een land dat met zijn H.D.I. van ongeveer 0.77 een stuk lager scoort, en dat is Turkije. Ook al was Turkije er vroeg bij met de oprichting van de eerste denktanken, toch was dit toen nog geen algemeen gegeven. Men kan eerder spreken van een anomalie - een alleenstaand geval - en zeker nog niet van een algemene trend. Het was nog wachten tot de jaren 1990 en ook wel tot na 2000 voor een ware wildgroei. Laten we even inzoomen op een aantal oorzaken voor de aangroei van Turkse denktanken: 2.2.1. DE EERSTE DENKTANKEN EN HUN EERSTE PASJES : VÓÓR DE JAREN 1980 De aangroei van denktanken in Turkije vóór de jaren 1980 komt er niet toevallig, maar wordt in de hand gewerkt door een aantal binnenlandse oorzaken (Bagci & Aydin, 2009, p. 86 e.v.). Ten eerste is er de grondwetswijziging van 1961. Na de militaire staatsgreep van 1960 komt er een ruimere interpretatie in de grondwet over de vrijheid van vereniging en van meningsuiting. Dit zorgt 19
ervoor dat de stichters van denktanken zich zelfzekerder voelen om eigen organisaties op te richten en om kritischer naar het beleid te kijken. Ten tweede is er de oprichting van D.P.T. (Devlet Planlama Teşkilatı) en het gebruik van de planeconomie. Dit opent nieuwe perspectieven en opportuniteiten voor heel wat bedrijven om zaken te doen. De zakenwereld zoekt nieuwe kanalen om de overheid te beïnvloeden om zodoende de eigen visie en belangen door te drukken. Daarvoor doet men o. a. een beroep op denktanken. Ten derde speelt de ondertekening van het Verdrag van Ankara van 12 september 1963 een belangrijke rol. Het gaat om een verdrag getekend tussen twee partijen, enerzijds de Europese Economische Gemeenschap en anderzijds de republiek Turkije, wat zorgt voor een mogelijke toelating van Turkije tot de E.E.G.. Nu de samenwerking liep, onder druk van de zakenwereld en tevens met het oog op de mogelijkheid ooit volwaardig lid te kunnen worden, voert Turkije een reeks economische, sociale en technische hervormingen door. Men heeft evenwel nood aan de nodige expertise om dit te realiseren en dat werd opgevangen met de oprichting van de Iktisadi Kalkınma Vakfi (I.K.V.). Ten vierde zorgt de versoepeling in de Turkse politiek na de grondwetswijziging ervoor dat men intern het buitenlands beleid kritisch benadert. Zo wordt eind jaren 1960 - begin jaren 1970 het Westers georiënteerd beleid sterk in vraag gesteld door de linkse politieke partijen en groeperingen. Het is ook in die periode en vanuit deze hoek dat Turkijes eerste tijdschrift over het buitenlands beleid verschijnt, gevolgd door de eerste denktank omtrent dit thema, zijnde D.P.E. (Dış Politika Enstitüsü). Ten vijfde zorgt een verandering in de wet op de oprichting van stichtingen en verenigingen er in 1967 voor dat het eenvoudiger wordt voor denktanken om als stichting of fonds erkend te worden. 2.2.2. DE MOEILIJKE JAREN 1980
De staatsgreep van 1980 brengt een vertraging teweeg in de groei van denktanken en dit door de opgelegde beperkingen. Toch ziet men dat er zich een aantal binnenlandse denktanken ontwikkelt en dat buitenlandse denktanken - zoals de Duitse Konrad Adenauer Stiftung - zorgen voor vertegenwoordiging in Turkije. De weinige denktanken die in die periode opgericht worden, kunnen dit dankzij de steun die ze verwerven van de overheid. Meer nog, sommigen worden door de overheid in het leven geroepen om het beleid van de overheid te ondersteunen (Güvenç, 2007, pp. 164-165). Orta Doğu ve Balkan Incelemeleri Vakfı (O.B.I.V.) kan hier als voorbeeld dienen. Deze denktank wordt in 1984 opgericht op initiatief van de toenmalige minister van buitenlandse zaken Vahit Halefoğlu (O.B.I.V., 2006).
20
2.2.3.
DE JAREN 1990: EUFORISCHE PERIODE OOK VOOR T URKSE DENKTANKEN ?
Met het einde van de bipolaire wereldorde gekenmerkt door de Koude Oorlog, is er een nieuw momentum voor opkomende denktanken merkbaar. Dit niet alleen in Centraal- en Oost-Europa, maar ook in Turkije. Met de val van de Sovjet Unie wordt Turkije in Centraal-Azië, de Kaukasus en de Balkan geconfronteerd met een reeks nieuwe onafhankelijke staten met elk hun eigen uitdagingen. Met de eerste Golfoorlog wordt het buitenlands beleid onder premier Turgut Özal sterk onder vuur genomen en Turkije stapt in die periode samen met Europa in de Douane-Unie (Bagci & Aydin, 2009, p. 90). Deze wendingen zorgen voor nieuwe uitdagingen en verplichten Turkije om zijn buitenlandsen veiligheidsbeleid te herzien. Dit is de perfecte voedingsbodem voor denktanken om zich te kunnen mengen in dit debat. Het resultaat daarvan is dat in deze periode heel wat nieuwe denktanken het levenslicht zien: o.m. Avrasya Stratejik Araştırmalar Merkezi (A.S.A.M.) en Ulusal Politika Araştırmaları Vakfı (U.P.A.V.).
Maar er zijn nog redenen waarom nieuwe denktanken opgericht worden. Opvallend in deze periode is de oprichting van nieuwe denktanken binnen overheidsdiensten en dat in functie van de beleidsvorming. Zo wordt Stratejik Araştırmalar Merkezi (S.A.M.) opgericht in de schoot van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Dit is een opvallend verschil met Amerikaanse denktanken, waar men een duidelijke scheiding voorstaat tussen overheidsinstellingen en denktanken. Uniek is deze situatie in Turkije evenwel niet. Wanneer men kijkt naar de denktankencultuur in Frankrijk of China, merken we ditzelfde fenomeen op. Dit zijn eveneens niet toevallig landen met een groot overheidsapparaat en een gesloten bureaucratisch systeem.
Nog in deze periode constateren we dat heel wat buitenlandse denktanken een bureau openen in Turkije en dat hun interesse in dat land in kwestie stijgt. Zo opent o.a. de Duitse Friedrich Naumann Stiftung en het Amerikaanse National Democratic Institute for International Affairs er een bureau (Turkey, 2006). Ook de zakenwereld zit niet stil; ze bestelt onderzoeken omtrent sociale, economische en buitenlandpolitieke onderwerpen. Vooral Türkiye Ekonomik ve Sosyal Etütler Vakfı (T.E.S.E.V.) zet hierin de toon.
2.2.4. NIEUW MILLENNIUM , NIEUW DENKTANKENMOMENTUM
Het blijft echter wachten tot na 2000 voor een ware explosie van denktanken in Turkije. McGann somt in zijn werk “Globalisation and the growth of think tanks” negen redenen op waarom het aantal denktanken groeit (McGann J. , 2006). Laten we er daarvan een zevental toepassen op de situatie in Turkije nà het jaar 2000.
21
1. Grotere erkenning van het belang van de civiele maatschappij in de promotie van democratie Wanneer Turkije in 1999 het statuut van “kandidaat-lidstaat” voor de E.U. krijgt, heeft dit een enorm effect op het land. Om de E.U.-standaarden te halen zet Turkije een aantal veranderingen in gang, zeker in het licht van de Kopenhagencriteria waar democratische waarden centraal staan. Het is opvallend dat in deze periode de vrijheid van vereniging zeer ruim wordt geïnterpreteerd, zodat zo goed als alle obstakels verdwijnen (Bagci & Aydin, 2009, p. 92). Dit zorgt ervoor dat het middenveld zich erkend voelt, zich makkelijker en sneller verenigt onder de vorm van denktanken en zodoende zorgt voor een kritische stem binnen de eigen samenleving. Niet alleen het middenveld richt dergelijke organisaties op, ook diverse overheidsdiensten en andere drukkingsgroepen stappen mee in die trend, zoals o.m. het Ministerie van Binnenlandse Zaken met de oprichting van S.A.R.E.M. en de oprichting van T.E.P.A.V. door de Türkiye Odalar ve Borsalar Birliği (T.O.B.B.).
2. Verhoogde vraag naar informatie en analyse
Het einde van de bipolaire wereldorde en de veranderingen die dit voor Turkije met zich meebrengt, de broeihaard in de Balkan, Rusland dat zich opnieuw affirmeert als grootmacht, de toetredingsonderhandelingen met de E.U., de Irakoorlog van 2003, de weer oplaaiende Koerdische kwestie, de energiecrisis enz. zijn stuk voor stuk ontwikkelingen die vragen om gekaderd en ondersteund te worden met extra informatie. De overheid wordt vanuit verschillende hoeken geconfronteerd met deze nieuwe wendingen, maar men beschikt over onvoldoende tijd en over onvoldoende geschoold personeel, om al deze evoluties en gebeurtenissen te kunnen analyseren of om al de binnenkomende informatie te kunnen verwerken en analyseren. De vraag om extra informatie, achtergrond en omkadering komt niet alleen vanuit de officiële overheidsinstanties maar ook vanuit de media. Op deze manier krijgt men een opmerkelijke relatie tussen de media en denktanken op basis van wederzijdse noden. In Turkije zijn er ontelbaar veel duidingprogramma‟s op t.v. en radio, de ene al van betere kwaliteit dan de andere. Zowat ieder televisiekanaal dat zichzelf serieus neemt, heeft zo een programma. En dat zijn er heel wat als je weet dat er ongeveer honderd kanalen beschikbaar zijn... Deze programma‟s moeten de zendtijd kunnen vullen en doen dan vaak een beroep op onderzoekers uit denktanken om de achtergrond van een bepaald probleem te schetsen. De denktanken van hun kant gaan met veel plezier in op de vraag van de media. Zij zitten namelijk met een boodschap die ze moeilijk tot bij de man in de straat krijgen. Dit soort programma‟s is dan ook voor hen een uitgelezen kans om de eigen organisatie in de verf te zetten en de eigen analyses breed bekend te maken, in de hoop op de een of andere manier invloed te kunnen uitoefenen. Dezelfde dynamiek is terug te vinden tussen denktanken en de geschreven pers.
22
3. De globalisering van de fondsen voor denktanken, vooral stromen vanuit de geïndustrialiseerde wereld voor het steunen van de civiele maatschappij Waar men niet omheen kan in Turkije is het gebrek aan voldoende nationale fondsen voor denktanken. Hierdoor ontwikkelen denktanken zich moeilijker en beroept men zich regelmatig op buitenlandse geldelijke middelen en dan vooral op E.U.-projectgeld. Daarnaast is het opvallend dat in deze periode opnieuw een aantal hoofdzakelijk Amerikaanse denktanken de deuren opent in Turkije, zoals o.a. het gekende German Marshall Fund en de Open Society Institute. Dit resulteert enerzijds in een groei van het aantal denktanken en anderzijds in een stijging van de buitenlandse budgetten die in Turkije aangewend kunnen worden. I.M.F. (Internationaal Monetair Fonds), Wereldbank, Verenigde Naties e.a. zijn eveneens actoren die zorgen voor een instroom van financiële middelen, alleen heeft ook dit zijn gevolgen op de activiteiten én op de structuur van denktanken. Met het geven van financiële middelen gaat inhoudelijke bemoeienis en het opleggen van externe voorwaarden gepaard. S.E.T.AV. voelt ook deze trend, zo ontvangt men geld van de Europese Unie, van de Saoedische overheid via een projectopdracht (Özhan, 2009), van buitenlandse denktanken actief in Turkije via een samenwerking (Seta, 2010) enz.. 4. Intern politieke veranderingen en de nieuwe wereldorde Als we vandaag denken aan de recente veranderingen in het politieke landschap van Turkije, springt de opkomst van de AK-partij in het oog. Deze partij wordt in 2001 gesticht, net in een periode dat het aantal denktanken sterk aangroeit. Stilaan barst de strijd los tussen het Kemalistische establishment en de toenmalige uitdagers van de AK-partij. Deze omwenteling zorgt voor een nieuwe dynamiek in het Turkse politieke leven, een situatie waar denktanken mee aan de slag konden. Het biedt m.a.w. een “window of opportunity” aan denktanken. De onzekerheid in het beleid en de proliferatie van denktanken zijn volgens Diane Stone nauw met elkaar verbonden. Die onzekerheid biedt namelijk net die “window of opportunity” (Stone D. , 2005, p. 3). Yılmaz Ensaroğlu bevestigt dat het aan de macht komen van de AK-partij veranderingen met zich meebracht voor denktanken. De AK-partij is meer vragende partij voor rapporten en analyses van denktanken (Ensaroglu, 2009), het is een jonge politieke partij die open staat voor nieuwe ideeën (Birden, 2009). S.E.T.A.V., een denktank die vaak aangezien wordt als een bondgenoot van de regerende AK-partij (Birand, 2009), wordt momenteel beschouwd als de toonaangevende denktank. Na de verkiezingsoverwinning van de AK-partij in 2007 versterkt S.E.T.A.V. nog haar positie ten aanzien van andere denktanken. Dit is geen toeval volgens Rana Birden. Er is, volgens haar, wel degelijk een verband tussen beide (Birden, 2009). Ik vermeldde al een paar keren dat het einde van de bipolaire wereldorde, gekenmerkt door de Koude Oorlog, net zoals in heel wat andere landen ook in Turkije voor heel wat nieuwe uitdagingen zorgde, 23
zoals de focus op de opwarming van de aarde en de zoektocht naar een nieuw evenwicht in Centraalen Oost-Europa, uitdagingen waar men niet goed van wist hoe er mee om te gaan, maar wel moesten van antwoord gediend worden. Deze nood werd ingevuld door de denktanken. Ook hier speelt die “window of opportunity”. In de nieuwe wereldorde primeert het neoliberale systeem, zeker na het ineenstorten van de SovjetUnie en het wegvallen van het alternatief van een socialistische economie. Donoren zijn, conform de nieuwe heersende ideologische consensus, minder geneigd om regimes met een inefficiënt beleid financieel te steunen. De overheden moeten dus orde op zaken stellen, alleen worstelen ze met vragen over hoe zo‟n economisch systeem ingevoerd kan worden en wat de potentiële gevolgen kunnen zijn. Een manier om hierop antwoorden te formuleren, is door beroep te doen op de kennis van denktanken. 5. Verbeterde communicatietechnieken Eind jaren 1990 worden heel wat individuen geconfronteerd met het dagelijkse gebruik van het “wereldwijde web”, beter bekend onder de afkorting www. Het was en is nog steeds dé manier om snel en eenvoudig heel grote groepen te bereiken - ook al is het maar virtueel - en ervoor te zorgen zelf zichtbaar te blijven. Het duurt niet lang vooraleer de Turkse denktanken op deze golf mee surfen. Elk van hen heeft nu zijn eigen stekje op het web waar men met een muisklik alle publicaties en studiewerk kan terugvinden. Al kan men zich vragen stellen bij het aantal bezoekers van de websites, m.a.w. over het bereik ervan. Maar het blijft niet bij het internet alleen. Sommige Turkse denktanken slagen erin eigen televisie- en radioprogramma‟s te verzorgen; ook via deze media trachten ze hun boodschap te verspreiden. Zo heeft S.E.T.A.V. een eigen duidingprogramma uitgezonden op de gerenommeerde staatszender TRT 1 genoemd “Enine Boyuna”. 6. De diversifiëring onder denktanken McGann heeft het over de vrijemarktkrachten om een deel van de aangroei van denktanken te begrijpen. Vandaag de dag zijn er heel wat denktanken actief, elk in hun eigen domein en via eigen kanalen en methodieken. De denktanken die er nieuw bijkomen, gaan op zoek naar niches in methodiek of thema om zich te kunnen profileren. Door het dichte netwerk van denktanken is het namelijk niet zo eenvoudig om nog de aandacht te kunnen trekken van financierders, media en beleidsmakers. Deze competitieve druk zorgt voor innovaties, zoals meer toegankelijke en gefocuste publicaties die makkelijker tot bij de beleidsmakers geraken, medewerkers die zich enkel bezig houden met public relations enz.. Nur Özbay is bvb binnen S.E.T.A.V. verantwoordelijk voor de public relations en het mediabeleid (Seta, 2010). Sommige gaan nauw samenwerken met onderzoekers aan de universiteiten om zelf de kosten te drukken en toch kwalitatief hoogstaand resultaat af te leveren (McGann J. , 2001, p. 9).
24
7. Nieuwe vehikels voor internationale uitwisseling Turkse denktanken houden zich niet enkel bezig met binnenlandse aangelegenheden, zelfs niet in hoofdzaak. Veel denktanken richten hun pijlen op internationale thema‟s of op andere landen, zoals het beleid van Obama, de oorlog in Irak, de crisis in het Midden-Oosten, de relatie met de Europese Unie enz.. Op regelmatige basis organiseren ze zelf of nemen ze deel aan internationale infomomenten en bijeenkomsten. Men merkt dat de netwerken zich sterk verspreiden tot ver buiten de eigen landsgrenzen. Zo organiseerde S.E.T.A.V. bvb een conferentie te Washinton D.C. “Turkish Politics at the Crossroads”en een seminarie te Japan "Should Turkey Join East Asian Summit by 2010? (Seta, 2010) ". Onderstaande grafiek biedt een overzicht van de groei van Turkse denktanken afgezet op een tijdsbalk. Het valt meteen op dat de groei vanaf de jaren 1980 op gang komt en dat er bijna een verdubbeling optreedt vanaf het jaar 2000. Grafiek 2 bron
aangroei denktanken 20 15 10 groei
5 0 jaren '60
3.
jaren '70
jaren '80
jaren '90
vanaf 2000
TYPOLOGIE VAN TURKSE DENKTANKEN
Volgens een onderzoek uitgevoerd door McGann in 2007 (McGann J. , 2007, p. 8) kwamen 19 organisaties in aanmerking voor de titel van denktank, maar volgens recent onderzoek uitgevoerd door Bağcı en Aydın bestaan er 71 denktanken in Turkije (Bagci & Aydin, 2009, p. 94 e.v.). Turkije kent vandaag een breed gamma aan denktanken, ieder gespecialiseerd op eigen terrein en verdiept in eigen thema‟s. Om evenwel het bos nog door de bomen te zien, lijkt het me noodzakelijk om een categorisering toe te passen. De moeilijkheid zit evenwel in de vraag naar de criteria die hierbij toegepast moeten worden. Heel wat academici trachten een bepaalde categorisering door te voeren, de ene al meer toepasbaar dan de andere.
25
McGann maakt volgende onderverdeling (McGann & Johnson, 2005, p. 14): Tabel 2 1. autonome denktank:
significant onafhankelijk van eender welke belangenorganisatie of donor en autonoom in zijn werking en in de financiering van de overheid
2. quasi autonome denktank :
autonoom t.a.v. de overheid maar gecontroleerd door een belangengroep, donor of contractant die in het grootste deel van de financiering voorziet en een invloed uitoefent op de werking.
3. overheidsdenktank:
maakt deel uit van de overheidsstructuur.
4. quasi overheidsdenktank:
gefinancierd vanuit de overheid maar maakt geen deel uit van de overheidsstructuur.
5. denktank gelinkt aan universiteiten :
een beleidsonderzoekscentrum aan een universiteit
6. denktank gelinkt aan politieke partijen:
formeel gelinkt aan politieke partijen
Deze manier van werken levert een aantal moeilijkheden op. Eerst en vooral wijzen Bağcı en Aydın op de onduidelijkheid in de financiering van Turkse denktanken (Bagci & Aydin, 2009, p. 94). Het is een onbegonnen werk om de financiële bronnen allemaal af te lijnen en dat maakt het op zich moeilijk om de graad van autonomie te bepalen. Ze stellen zo de mogelijkheid in vraag om de categorie autonome denktank en de categorie quasi autonome denktank van elkaar te onderscheiden. De autonome denktank staat volgens de definitie van McGann onafhankelijk ten opzichte van belangengroepen, donoren of overheidsfinanciering. Quasi autonome denktanken daarentegen staan onafhankelijk ten aanzien van de overheid, maar worden via financiering toch gecontroleerd door een belangengroep of donor die op die wijze een grote inspraak hebben in de werking van de denktank in kwestie. Toch ziet men vaak dat denktanken opgericht zijn door drukkings- of belangengroepen of hun geld slechts via één kanaal verkrijgen. Daarom is het makkelijker werken wanneer deze twee groepen samengevoegd worden. Verder maakt McGann geen onderscheid tussen Turkse en buitenlandse denktanken. Dit is naar mijn aanvoelen toch een gemis om een totaalbeeld te krijgen van het denktankenlandschap. 3.1.
CATEGORIEËN VAN DENKTANKEN
Om het hanteerbaar en overzichtelijk te houden hanteer ik de vijf categorieën van Bağcı en Aydın (Bagci & Aydin, 2009, p. 94 e.v.), deels geïnspireerd door McGann: 26
3.1.1. AUTONOME EN QUASI AUTONOME DENKTANKEN Tabel 3 nr
Naam
Jaar van
locatie
oprichting 1
Ankara Dış Siyaset Araştırmaları Merkezi | A.N.K.A.M.
2003
Ankara
2
Ankara Global Araştırmaları Merkezi | A.G.A.M.
2006
Ankara
3
A.R.I.-Hareket
1994
Istanbul
4
Avrasya Stratejik Araştırmaları Merkezi | A.S.A.M.
1999
Ankara
5
Bilim ve Sanat Vakfı | B.S.V.
1986
Istanbul
6
Dış Politika Enstitüsü | D.P.E.
1974
Ankara
7
Dış Politika Forumu | D.I.F.
2003
Istanbul
8
Ekonomi ve Dış Politika Araştırmaları Merkezi | E.D.A.M.
2005
Istanbul
9
Ekonomik Araştırma Forumu | E.A.F.
2004
Istanbul
10
Ekonomistler Platforumu
2000
Istanbul
11
Global Strateji Enstitüsü | G.S.E.
2003
Ankara
12
Iktidasi Araştırmalar Vakfı | I.A.V.
1962
Istanbul
13
Iktisadi Kalkınma Vakfı | I.K.V.
1965
Istanbul
14
Islam Araştırmaları Merkezi | I.S.A.M.
1988
Istanbul
15
KÖK Sosyal ve Stratejik Araştırmalar Vakfı | K.Ö.K.S.A.V.
1991
Ankara
16
Liberal Düşünce Topluluğu | L.D.T.
1994
Ankara
17
Marmara Grubu Stratejik ve Sosyal Araştırmalar Vakfı |
1985
Istanbul
M.G.V. 18
Orta Doğu ve Balkan Incelemeleri Vakfı |O.B.I.V.
1984
Istanbul
19
Siyaset, Ekonomi ve Toplum Araştırmaları Vakfı | S.E.T.A.V.
2006
Ankara
27
20
Siyasi ve Sosyal Araştırmalar Vakfı | S.I.S.A.V.
1980
Istanbul
21
Sosyal Araştırmalar Vakfı | S.A.V.
2000
Istanbul
22
Stratejik Araştırmalar Enstitüsü | S.A.E.
2003
Istanbul
23
Toplumsal Ekonomik Siyasal Araştırmalar Vakfı |T.E.S.A.V.
1993
Ankara
24
Türk Demokrasi Vakfı | T.D.V.
1987
Ankara
25
Türkasya Stratejik Araştırmalar Merkezi | T.A.S.A.M.
2003
Istanbul
26
Türkiye Ekonomi Politikaları Araştırma Vakfı | T.E.P.A.V.
2004
Ankara
27
Türkiye Ekonomik ve Sosyal Etüdler Vakfı | T.E.S.E.V.
1994
Istanbul
28
Türkiye Sosyal Ekonomik Siyasal Araştırmalar Vakfı |
1989
Istanbul
T.Ü.S.E.S. 29
Ulusal Güvenlik Stratejileri Araştırma Merkezi | T.U.S.A.M.
2004
Ankara
30
Ulusal Politika Araştırmaları Vakfı | U.P.A.V.
1995
Ankara
31
Uluslararası Stratejik Araştırmalar Kurumu | U.S.A.K.
2004
Ankara
32
Yükseliş Iktisadi ve Stratejik Araştırmalar Vakfı | Y.I.S.A.V.
1995
Ankara
Deze eerste categorie omvat met haar 32 eenheden veruit de grootste groep van Turkse denktanken. Tot deze categorie behoren ook de denktanken A.R.I.-Hareket en S.E.T.A.V., die ik contacteerde en ter plekke bezocht. Zoals de auteurs opmerken valt ook mij spontaan een aantal zaken op wanneer ik deze lijst van naderbij bekijk. Op de eerste plaats springt het in het oog dat alle denktanken van deze categorie hun zetel hebben in de twee grootsteden van Turkije, namelijk in Istanbul en Ankara. Zij zitten dus sterk gecentraliseerd. Dat bevestigt deels de uitspraak van James McGann. Hij stelt dat denktanken per definitie elite instituties zijn die een stem claimen in het proces van beleidsvorming op basis van expertise, eerder dan het vertegenwoordigen van de vox populi (McGann J. , 2006, p. 3). Door zich te vestigen in de grootsteden sluit men zich bijna op in de elitaire kringen die elders in mindere mate te vinden zijn. Een tweede opvallend gegeven is dat het overgrote deel van de denktanken die hoofdzakelijk werken rond economische thema‟s (o.a. zij met de adjectieven “ekonomik” of “iktisadi” in hun benaming)
28
duidelijk kiezen voor Istanbul, het kloppende economische hart van Turkije. Op die manier zitten ze ook letterlijk dicht bij de mensen waar zij voor werken. Denktanken die in hun werking de nadruk leggen op het buitenlands- en veiligheidsbeleid (o.a. zij met de adjectieven “dış”, “global” , “ulusal” of “güvenlik” in hun benaming), verkiezen op hun beurt hoofdzakelijk de bureaucratische hoofdstad Ankara, dicht bij de beleidsmakers die zij trachten te beïnvloeden. Het gaat soms zo ver dat S.E.T.A.V. haar kantoor heeft middenin de diplomatieke wijk van Ankara. Daarnaast speelt hun relatie met de media hier ook mee. Zoals eerder vermeld, trachten denktanken hun werk in de media te krijgen. De overgrote meerderheid van de kranten én van de televisiekanalen, hebben hun hoofdkantoor in Istanbul en/of Ankara (Turkish media, 2009). Dat maakt het voor denktanken extra aantrekkelijk om zich in de omgeving van deze mediaconcerns te vestigen. Dit maakt het immers mogelijk om de boodschap snel in de media te brengen. Ten derde ziet men hier de eerder besproken golven van denktanken aan het werk. Een blik op de derde kolom van de tabel wijst uit dat ongeveer de helft van de opgesomde organisaties na 1999 opgericht zijn. Dat bevestigt de eerder beschreven explosie van denktanken vanaf de laatste eeuwwisseling. 3.1.2. DENKTANKEN GELINKT AAN DE OVERHEID (BAGCI & AYDIN, 2009, P . 97) Al deze denktanken hangen samen met een overheidsorgaan, zoals het Turkse parlement (T.B.M.M. Araştırma Merkezi), het Ministerie van Buitenlandse Zaken (Strateji Araştırma Merkezi), het Turkse leger (Strateji Merkezi), het Ministerie van Binnenlandse Zaken (Stratejik Araştırma ve Etüt Merkezi | S.A.R.E.M.) en de Raad voor het Hoger Onderwijs (Stratejik Araştırma ve Etütler Milli Komitesi | S.A.E.M.K.). Het wekt dus geen verbazing dat al deze denktanken kiezen voor een kantoor in Ankara. De overheidsorganen waar ze mee zijn verbonden zijn namelijk allemaal gevestigd in Ankara. Een concreet overzicht vindt u in de bijlagen onder tabel 4. De explosie eind jaren 1990 van autonome en quasi autonome denktanken die zich profileerden op thema‟s zoals buitenlands en veiligheidsbeleid, en alternatieven begonnen te formuleren, geven Kanbolat en Karasar, twee onderzoekers actief op dit thema, aan als reden voor de oprichting van deze aan de overheidsorganen gelinkte denktanken. Er werd namelijk vanuit verschillende hoeken los van de overheid gewerkt omtrent die thema‟s en alternatieven geformuleerd. De overheid voelde zich genoodzaakt om daarop te anticiperen door zelf denktanken op te richten (Bagci & Aydin, 2009, p. 97). In deze groep kan er een onderscheid gemaakt worden tussen “organisaties binnen de staat” (diegene die hierboven opgelijst staan) en “organisaties buiten de staat” (de andere lijsten). Volgens Yılmaz Ensaroğlu houdt het bestaan van organisaties binnen de overheid - en in het bijzonder denktanken gelinkt aan de overheid - initiatieven genomen vanuit het maatschappelijk middenveld tegen. De 29
overheid beroept zich namelijk hoofdzakelijk, zoniet uitsluitend, op deze organisaties en denktanken; deze sluiten immers nauw aan bij de door de overheid gewenste visie (Ensaroglu, 2009). 3.1.3. DENKTANKEN GELINKT AAN UNIVERSITEITEN (BAGCI & AYDIN, 2009, P . 101) De lijst zoals die terug te vinden is in bijlage als tabel 5 betreft de universiteiten in Turkije waar denktanken actief zijn. Volgens informatie verstrekt door Bağcı en Aydın, focussen deze denktanken zich vaak op thema‟s als de relatie met de E.U, de binnenlandse sociaal-economische situatie en op regio‟s zoals de Balkan, het Midden-Oosten, de Kaukasus en Centraal-Azië. Kortom, de buurregio‟s van Turkije zelf. Opnieuw bevestigt dit overzicht de eerder vermelde sterke aangroei van denktanken na 2000. Alleen zijn deze denktanken evenwichtiger verspreid over het land, wat niet verwonderlijk is gezien deze gelinkt zijn aan de respectieve universiteiten. 3.1.4. DENKTANKEN GELINKT AAN POLITIEKE PARTIJEN (BAGCI & AYDIN, 2009, P . 101) In Turkije is er niet direct sprake van denktanken met rechtstreekse banden met politieke partijen zoals je die wel in andere landen - zoals o.a. Duitsland - aantreft. Bağcı en Aydın hebben het wel over beweringen die regelmatig in de media komen over banden tussen T.D.V. en A.R.I.-Hareket met A.N.A.P. (Anavatan Parti), T.Ü.S.E.S. met S.H.P. (Sosyaldemokrat Halk Parti), S.I.S.A.V. met D.Y.P. (Doğru Yol Parti) en M.G.V. en T.E.S.E.V. met M.H.P. (Milliyetçi Hareket Parti), maar ook tussen S.E.T.A.V. en de AK-partij. (Adalet ve Kalkınma Parti). Ook Rana Birden bevestigt de banden tussen S.E.T.A.V. en de AK-partij (Birden, 2009) zoals eerder vermeld. Het blijft moeilijk deze banden bloot te leggen, zeker omdat bovenvermelde denktanken in alle talen ontkennen banden te hebben met politieke partijen (Güvenç, 2007, p. 166). Toch lees je verderop in dit werk een aantal argumenten waaruit ik kan afleiden dat de relaties tussen de denktank en de regerende partij zacht uitgedrukt hartelijk zijn. Ook al zijn er denktanken die dicht bij een bepaalde politieke partij staan, toch zijn er geen rechtstreekse banden terug te vinden (Bagci & Aydin, 2009, p. 101). 3.1.5.
BUITENLANDSE DENKTANKEN MET VERTEGENWOORDIGING IN T URKIJE (Bagci & Aydin, 2009, p. 101 e.v.)
Eerder dan zelf mensen tewerk te stellen, sponsoren deze organisaties andere denktanken en niet gouvernementele organisaties. Daarnaast organiseren ze conferenties en vergaderingen en publiceren regelmatig het resultaat van hun onderzoek onder de vorm van publicaties. Opvallend hier is dat buitenlandse denktanken met een kantoor in Turkije zich beperken tot organisaties met hun hoofdkantoor in hetzij Duitsland hetzij de Verenigde Staten. De Duitse denktanken zijn al een hele tijd in Turkije aanwezig, de Amerikaanse kwamen er pas later bij. 30
Ook hier wijzen Bağcı en Aydın erop dat de kantoren enkel terug te vinden zijn te Istanbul en Ankara. Daarbuiten worden er geen aangetroffen. Waar zij echter geen melding van maken is het feit dat veel van deze Duitse denktanken partijgelinkte denktanken zijn, zij het dan met een politieke partij in Duitsland. Zo hangt F.E.S. vast aan de S.P.D., K.A.S. aan C.D.U., F.N.S. aan de F.D.P. en H.B.S. aan de Bündis 90 (Thunert, 2004, p. 79). 3.2. WIE DOET WAT: ACTOREN EN HUN ACTIVITEITEN In onderhavig hoofdstuk wil ik een aantal elementen binnen de Turkse denktankencultuur van naderbij bekijken, zoals de financiering, het soort activiteiten dat ontwikkeld wordt, het personeelsbestand enz. 3.2.1. STATUUT VAN DENKTANKEN Veel hedendaagse denktanken bestaan onder de vorm van een vereniging of een stichting. Dit is het resultaat van een proces dat Turkije intern doormaakte en waarbij de beperkingen op de vrijheid van verenigen almaar meer opgeheven werden, tot op het punt waar we vandaag beland zijn waar zo goed als geen obstakels meer zijn. De meeste denktanken bestaan trouwens als vereniging, hoewel sommige - zoals bv T.A.S.A.M. - zelfs het statuut van een bedrijf hebben (Bagci & Aydin, 2009, p. 102). 3.2.2. WIE MAAKT DEEL UIT VAN DENKTANKEN
De idee van het opstarten van denktanken dook voor het eerst op in de zakenwereld van Istanbul. Hierbij zijn twee namen vermeldenswaard: enerzijds Bülent Eczacıbaşı, die aan het hoofd stond van T.E.S.E.V., en anderzijds Ümit Özdağ die A.S.A.M. naar ongekende hoogten bracht. Maar niet alleen de zakenwereld zag het nut in van denktanken, ook de academische wereld bleef niet achter. A.S.A.M., L.D.T. en S.I.S.A.V. zijn enkele voorbeelden van denktanken opgericht door academici. Nog andere zoals T.D.V. en T.Ü.S.E.S. werden in het leven geroepen door politici of door mensen die vroeger in het overheidsapparaat actief waren zoals O.B.I.V. (Bagci & Aydin, 2009, p. 103). Wie maakt nu deel uit van of werkt voor Turkse denktanken? Wanneer we de denktanken bekijken valt op dat er twee grote groepen van werknemers te onderscheiden vallen: zij met een academische carrière en zij die een carrière bij de overheid achter de rug hebben zoals voormalige diplomaten en legerofficieren (Bagci & Aydin, 2009, p. 104). Het tewerkstellen van mensen uit de bureaucratie kan voordelen opleveren voor denktanken. Deze mensen hebben immers doorheen hun jarenlange ervaring contacten kunnen opbouwen binnen de politieke wereld, zowel nationaal als internationaal. Deze contacten kunnen van grote waarde zijn om de boodschap op de juiste plaats te krijgen. Maar Taha Özhan, coördinator van S.E.T.A.V., blijkt dat laatste niet echt als een positieve evolutie te ervaren, ook al erkent hij de potentiële voordelen (Özhan, 2009). Hij vreest voor een aantal zaken. Eerst en vooral ziet hij de inmenging van deze personen als 31
een bedreiging voor de vernieuwing van ideeën in een denktank. Deze individuen zijn gepokt en gemazeld in het bureaucratisch bestel en brengen deze bagage met zich mee. Dit bedreigt de kwaliteit van het afgeleverde werk volgens hem. Veel ruimte voor nieuwe invalshoeken en alternatieven laten zij echter niet. Ook vreest hij voor de onafhankelijkheid van de denktank en hij stelt de vraag of deze personen in hun handelen wel het belang van de denktank voorop plaatsen. Verder is het opvallend dat velen in het buitenland studeerden - meestal in de Verenigde Staten - en er een doctoraat behaalden. Vaak kent men elkaar nog uit de studententijd en trekt men elkaar aan om samen in een denktank aan de slag te gaan. Doordat men studies in het buitenland - meestal het Westen - deed, is men geschoold in een bepaalde richting en importeert men vaak ook het beeld van Westerse denktanken in eigen land (Stone D. , 2004, p. 8). Dit is ook van toepassing op S.E.T.A.V.. Zoals vermeld op hun website, heeft de meerderheid een hoge academische voorgeschiedenis met daar bovenop vaak hetzij een doctoraat, hetzij werkervaring in de Verenigde Staten (Seta, 2010). Uit mijn interview met Taha Özhan bleek dat de stichters van S.E.T.A.V. elkaar kenden van op de schoolbanken. Dit zorgt voor het gevaar van de vorming van een groep gelijkdenkenden waar weinig nieuwe ideeën binnenstromen en waar men zich al snel vastrijdt in een vastgeroest denkpatroon. Yılmaz Ensaroğlu vindt het gezond wanneer in een denktank tegengestelde meningen aan bod kunnen komen. Dit kan een kritische dynamiek op gang brengen waarbij alles steeds weer in vraag wordt gesteld (Özhan, 2009). S.E.T.A.V. heeft echter oog voor dat gevaar en stelt regelmatig mensen freelance tewerk, zodat er op tijd en stond een nieuwe wind doorheen de organisatie waait (Ensaroglu, 2009). Een andere belangrijke keuze die denktanken moeten maken is het al dan niet werken met een vast personeelskader. De keuze voor een vast kader heeft zijn voordelen. Zo kan de staf het personeel goed leiden en vormen. Daarnaast zorgt het ook voor een gezicht naar de media en de politieke wereld toe én voor continuïteit in de werking (Bagci & Aydin, 2009, p. 104). Toch is er een trend naar meer projectgericht werken. Mensen worden dan in dienst genomen op basis van de binnengehaalde projectmiddelen. Dit werkt op zijn beurt de free-lance-tewerkstelling in de hand. Deze manier van werken komt op korte termijn goedkoper uit voor de denktank in kwestie. Zo bestaan er in Turkije denktanken - zoals bij S.A.M. en T.E.S.A.V. waar geen vast personeel aanwezig is en waar men louter projectmatig werkt (Bagci & Aydin, 2009, p. 104). Buitenlandse denktanken met een kantoor in Turkije stellen zelf geen personeel tewerk. Ze maken eerder afspraken met Turkse denktanken voor het opzetten van gezamenlijke projecten. De inbreng verdeelt men dan als volgt: de Turkse denktank zet het personeel in, terwijl de buitenlandse denktank het geheel financiert. Op het einde van de rit gebruiken beide denktanken de resultaten van het onderzoek (Bagci & Aydin, 2009, p. 104).
Binnen S.E.T.A.V. werkt men zowel met een vast kader als met freelance medewerkers. Het zwaartepunt ligt evenwel bij het vaste kader en het aantal freelancers blijft beperkt. 32
Het vaste kader van S.E.T.A.V. telt 25 medewerkers, vaak met een academisch verleden of die nog steeds actief zijn binnen die wereld. Daarnaast kan de denktank rekenen op heel wat freelance medewerkers. Een laatste punt dat ik wil aanstippen i.v.m. het personeelsbeleid, is het fenomeen van het “revolving door effect”. Deze term slaat op het feit dat er in sommige landen een sterk verloop van personeel is tussen de overheid en de denktanken. Het gaat hier dus wel degelijk om tweerichtingsverkeer. Men gebruikt dus denktanken als een opstapje voor een carrière op een hoger niveau binnen de bureaucratie of in de politiek. Dit is een bekend fenomeen in de Verenigde Staten en in een aantal Centraal- en Oost-Europese landen (Stone D. , 2004, pp. 7-8). Denktanken worden aangezien als wachtkamer of een kweekvijver waar talentvol personeel uit gerekruteerd kan worden. Volgens Taha Özhan kan men in Turkije niet echt spreken van het “revolving door effect”, vooral omwille van de geslotenheid van de bureaucratische en politieke wereld en doordat de overheid denktanken als een bedreiging ervaart. Hij heeft het over eenrichtingsverkeer waarbij mensen op het einde van hun carrière vanuit de bureaucratische instellingen neerstrijken in het landschap van de denktanken. Ofwel sluiten zij zich aan bij een bestaande denktank, ofwel richten zij zelf een denktank op (Özhan, 2009). Yılmaz Ensaroğlu ziet wel, zij het wel in beperkte mate, dit effect spelen tussen sommige denktanken en politieke partijen waar zij dicht bij aanleunen. Als voorbeeld haalt hij A.S.A.M. aan, een denktank die aanleunt bij de Milliyetçi Hareket Parti (M.H.P.) (Ensaroglu, 2009). Dit geldt trouwens evenzeer voor S.E.T.A.V.. Ibrahim Kalın, de vroegere directeur van S.E.T.A.V., werd onlangs hoofdadviseur buitenladse zaken van de Turkse eerste minister Recep Tayyip Erdoğan, een positie die daarvoor ingevuld werd door de huidige minister van buitenlandse zaken Ahmet Davutoğlu (Yaman & Aydemir, 2009). Dit toont de nauwe band tussen de regerende AK-partij en de denktank. 3.2.3. T HEMA‟S WAAROP DENKTANKEN ZICH PROFILEREN Wanneer men denktanken over de staten heen vergelijkt, valt al snel een verschil op tussen de zogenaamde “single-issue”, “multiple issue” en “full service”-denktanken. Single-issue-denktanken zijn organisaties die zich specialiseren in één thema of domein, terwijl full service-denktanken actief zijn op diverse terreinen. Multiple-issue-denktanken focussen zich op welbepaalde thema‟s zonder de neiging te hebben om zo breed mogelijk te werken (Rich, 2004, p. 23 e.v.). Wanneer we kijken naar het denktankenveld in de Verenigde Staten valt het op dat heel wat denktanken zich specialiseren op één thema of terrein (Aydinli, 2009, p. 42). Dat kan gaan om binnenlandse of buitenlandse thema‟s of regio‟s. Hier is duidelijk sprake van single-issue-denktanken. Wanneer we echter naar de Turkse denktanken kijken, is het opmerkelijk dat er zich heel wat trachten te profileren op verschillende thema‟s en regio‟s. Dat kan de kwaliteit van de werking hypothekeren, zeker wanneer dit gegeven gecombineerd wordt met de bovenstaande resultaten over het aantal 33
personen die er tewerkgesteld zijn. Dat weinig mensen op vele terreinen werken, leidt op zijn beurt tot het fenomeen dat een aantal mensen zich aan sneltempo moet inwerken in heel uiteenlopende thema‟s. Dit is allesbehalve bevorderlijk voor de kwaliteit van het geleverde werk. Ook S.E.T.A.V. wordt geconfronteerd met dit fenomeen. In mijn gesprek met Taha Özhan stelde hij dat de keuze van thema‟s afhankelijk is en parallel loopt met de dagelijkse gebeurtenissen (Özhan, 2009). Toch onderneemt men binnen de organisatie pogingen om dit alles te verfijnen door thema‟s en regio‟s af te bakenen (Seta, 2010). Op deze manier creeërt men een kader waarbinnen al een keuze gemaakt wordt om met een nieuwsfeit al dan niet aan de slag te gaan. Ook heeft elke medewerker zijn/haar domein waar hij/zij voldoende scholing en/of ervaring in heeft. Wanneer we de thema‟s bekijken waarmee de Turkse denktanken actief zijn, merken we dat heel wat van hen op uiteenlopende thema‟s actief zijn, zoals socio-economische zaken, veiligheidskwesties, mensenrechten, enz.. Verder is het opvallend dat heel wat denktanken zich profileren op buitenlandse regio‟s of thema‟s. Dit heeft te maken met het moeilijk te bereiken doelpubliek in Turkije zelf of met de gestelde eisen van geldschieters zoals de E.U., de Wereldbank, buitenlandse denktanken enz.. Op de website van S.E.T.A.V. staat te lezen dat ze werken op 4 thema‟s zijnde politiek, buitenlandse politiek, samenleving en economie en justitie en mensenrechten (Seta, 2010). Dit zijn werkvelden die overeen komen met de afkorting in de benaming van de organisatie. Hier kan men gerust spreken van een multiple-issue-denktank. S.E.T.A.V. focust zich op 4 brede thema‟s waarin men telkens nog strikter werkvelden afbakent zoals bijvoorbeeld bij buitenlandse politiek men kiest om te werken rond de E.U., energie, internationale organisaties, het Turkse buitenlandse beleid en beschavingen. Binnen het thema samenleving en economie focust men zich op onderwijs, gemeenschappen, media en ontwikkeling en economie. Ik heb tevens de lijst van de door S.E.T.A.V. tot februari 2010 geproduceerde beleidsanalyses en magazines bekeken. Het gaat hier over een totaal van 76 werken (Seta, 2010). Ook bij S.E.T.A.V. vind ik de focus die hoofdzakelijk op buitenlands nieuws ligt. 28 van de 76 artikels handelen uitsluitend over binnenlandse thema‟s terwijl 48 artikels over de relatie tussen Turkije en een ander land, Turkije en een internationale organisatie of integraal over een ander land gaan. S.E.T.A.V. wijkt daarin dus niet af van de algemene trend. In de artikels over binnenlandse thema‟s komen vaak de onderwerpen vrijheid van meningsuiting en de minderhedenproblematiek terug. Men focust daarbij vaak op het proces dat tegen de AK-partij was aangespannen, het religieuze karakter van de politieke partij en de rechten van Koerden. De artikels over buitenlandse thema‟s staan vaak in het licht van de relaties tussen Turkije en één van zijn buurlanden of landen in de regio, alsook de relaties tussen Turkije en de Verenigde Staten.
34
3.2.4. DE FINANCIERING VAN DENKTANKEN Wanneer men het over denktanken heeft, is de financiering ervan een cruciaal onderwerp. Dit bepaalt immers in hoeverre een denktank onafhankelijk zijn werk kan doen en hoe uitgebreid men te werk kan gaan. Een diversifiëren van financieringsbronnen is van groot belang. Hoe afhankelijker van één geldschieter, des te moeilijker het wordt om onafhankelijk werk te leveren en hoe kleiner de overlevingskansen worden op langere termijn. A.S.A.M, een van de toonaangevende Turkse denktanken die in 2008 ophield te bestaan, is daar een voorbeeld van. Doordat men voor de financiering voor 90 % afhankelijk was van één bedrijf - zijnde Ülker - ging A.S.A.M. kopje onder toen het bedrijf in kwestie besloot de geldkraan dicht te draaien (Stratejik boyut, 2008). De sluiting van A.S.AM. zorgde voor een stroomversnelling in het denken rond de mate van onafhankelijkheid en de financiering van denktanken. Er bestaan verschillende systemen en bronnen van financiering. Het Amerikaanse systeem is daarin uniek. Bedrijven krijgen namelijk een belastingvermindering wanneer zij investeren in denktanken. Dat zorgt uiteraard voor een aanzienlijke bron van financiering. In Turkije is dit veel minder het geval. Daar heeft men nog niet die reflex om te investeren in denktanken, al komt dat stilaan toch op gang. Bağcı en Aydın gaan zelfs zover te stellen dat de financiering van denktanken het grootste probleem is voor de denktanken in Turkije. De filantropische cultuur is er nog op een andere leest geschoeid. Men heeft eerder de gewoonte om geld te doneren aan scholen, religieuze inrichtingen en internaten en men is minder geneigd om denktanken, die minder tastbaar resultaat opleveren, te financieren (Bagci & Aydin, 2009, p. 106). Ook Stone bevestigt dit gegeven en stelt dat kennis niet gezien wordt als een publiek goed waar men geld voor wenst neer te tellen(Stone D.aangehaald in Bagci en Aydin, 2009, p 107). De onduidelijkheid over de financieringsbronnen en de bedragen vormen een ander obstakel. Het is erg moeilijk te achterhalen met welk budget een denktank aan de slag gaat. Tijdens het interview met Taha Özhan ontweek hij die vraag en bleef hij opmerkelijk vaag en oppervlakkig in de formulering van zijn antwoord (Özhan, 2009). S.E.T.A.V. haalt eveneens zijn financiering uit verschillende bronnen. Taha Özhan somt volgende bronnen op waarop de denktank zich beroept: bijdrage van leden, verkoop van publicaties, sponsoring vanuit de zakenwereld via contract research, projectgelden vanuit internationale organisaties zoals de Europese Unie en TÜBITAK (Özhan, 2009). In dit opzicht wijkt de wijze van financiering van S.E.T.A.V. niet af van andere denktanken in Turkije.Mijn vraag naar concrete bedragen bleef echter onbeantwoord.. Bağcı en Aydın halen een aantal redenen aan waarom het moeilijk is om een duidelijk zicht te krijgen op de budgetten van denktanken (Bagci & Aydin, 2009, p. 110). Ten eerste zeggen ze dat denktanken geheimzinnig doen over de juiste bedragen omdat het net gaat 35
om kleine sommen en men daar niet graag mee te koop loopt. Op de tweede plaats wijzen zij op het gevaar dat denktanken die buitenlandse financiering ontvangen lopen om als “ongeloofwaardig” of “gekleurd” te worden aangezien. Dan houdt men liever de financieringsbronnen binnenskamers. Dit geldt tevens voor denktanken die een groot deel van de financiering vanuit de overheid ontvangen. Op indirecte wijze kan men wel een aantal zaken achterhalen. Als men bijvoorbeeld kijkt naar het aantal tewerkgestelde personen, kan al iets afgeleid worden. Een grote tewerkstelling impliceert immers een hoog budget. Uiteindelijk heeft ook een organisatie als een denktank zowel personeels- als werkingsmiddelen nodig. Daarnaast is het van belang te kijken wie er op projectmatige basis werkt en wie deel uitmaakt van het vaste kader. Hoe meer vast kader, hoe hoger het werkingsbudget. Hoe meer personeelsleden projectmatig werken, hoe onzekerder het budget, wat een impact heeft op het verloop van het personeel.
Recent zijn er ook binnenlandse fondsen opgericht ter financiering van denktanken op projectmatige basis, genoemd TÜBITAK (Türkiye Bilimsel ve Teknolojik Araştırma Kurumu) (Özhan, 2009) en TÜBA (Türkiye Bilimler Akademisi) (Bagci & Aydin, 2009, p. 107). Dit is een stap in de goede richting, alleen schiet die tekort en dat om twee redenen. Ten eerste blijft deze financiering steken op het projectmatige niveau. Dit zorgt nog steeds voor onzekerheid om op lange termijn te kunnen werken. Ten tweede is het voor het merendeel van de Turkse denktanken nog geen ingeburgerde gewoonte om projecten te schrijven (Bagci & Aydin, 2009, p. 107). Dat zorgt ervoor dat sterke denktanken nog sterker worden en de zwakkere nog meer in de marge verdwijnen. Door het gebrek aan binnenlandse financieringsbronnen worden denktanken vaak op projectmatige wijze gefinancierd met geld uit het buitenland, o.m. door de Europese Unie. Dat fenomeen wekt veel argwaan in Turkije, want meteen verdenkt men de betrokken denktanken ervan mee te spelen in de poging van de buitenlandse instanties om zich intern te mengen. Een van de belangrijkste bronnen van externe financiering is de Europese Unie. In samenwerking met A.R.I.-Hareket steunt de E.U. allerlei projecten, zoals het bevorderen van de positie van de Turkse vrouw (Birden, 2009). Daarnaast is er nog de financiële steun vanuit buitenlandse denktanken aan lokale denktanken om gezamenlijke projecten op te zetten, zoals eerder vermeld. Een voorbeeld hiervan is de steun van de Amerikaanse denktank N.D.I. (NDI, 2008) en van Open Society Institute (SOROS, 2009) aan T.E.S.E.V. Laatstgenoemde denktank kreeg heel wat binnenlandse kritiek door de samenwerking met SOROS. Er werd met heel veel achterdocht gekeken naar die samenwerking vanwege de betrokkenheid van SOROS bij een aantal kleurenrevoluties in Centraal-Azië en Oost-Europa en de vrees dat zij ook in Turkije plannen in die richting zouden hebben (Birden, 2009). Zowel Taha als Yılmaz halen ook het probleem van de buitenlandse financiering aan. Door aan de slag te gaan met projectgeld van buiten Turkije, wordt men snel bestempeld als de stroman van die internationale organisatie of sponsor in 36
kwestie. Men kijkt met veel argwaan naar dergelijke samenwerkingsverbanden en zoekt al snel naar complottheorieën (Ensaroglu, 2009; Özhan, 2009). Het punt dat Bağcı en Aydın hierbij terecht maken is dat deze projecten geen zekerheid bieden en dus niet zorgen voor een degelijke basis voor de ontwikkeling van een blijvende denktankencultuur. Naast projectmatige steun vanuit binnen- en buitenland, ontwikkelden denktanken nog andere bronnen om financieel te overleven. Vaak doet men een beroep op de aangesloten leden om een financiële bijdrage te leveren, al kan men zich voorstellen dat lidgeld alleen niet zorgt voor een grote pot werkingsmiddelen. Verder verkoopt men eigen uitgaven en studiewerk, krijgt men donaties en schenkingen of werkt men contractueel met bedrijven. Ook hier valt direct op dat het niet gaat om grote sommen geld en dat het niet zeker is dat deze bronnen permanent voorhanden zijn. Het gevaar van projectmatig “contract-onderzoek” is dat men zich als non-profit denktank begeeft op het terrein van profit-organisaties die doorgaans beter georganiseerd zijn en dus een grotere kans maken om contracten binnen te halen (Thunert, 2004, p. 76). Nog een risico bij de projectmatige manier van werken is dat men afhankelijk is van de goodwill van de sponsor of de geldschieter (Thunert, 2004, p. 79). Niks garandeert dus dat men in de toekomst nog kan beroep doen op die bron. Om zekerheid te kunnen bieden aan denktanken, moet men eerst de waarde van hun werk leren inschatten. Wanneer erkend wordt dat denktanken waardige partners kunnen zijn in een proces van beleidsvorming, zal men eerder bereid zijn om een stabiele vorm van financiering uit te werken. Zelf pleit ik ervoor om vanuit de staat op een structurele wijze financiële steun te bieden en te garanderen. Als mogelijk model baseer ik me daarbij op de manier waarop de Vlaamse overheid ondermeer omgaat met de erkenning en financiering van sociaal-culturele verenigingen. Men zou vanuit de overheid een aantal kwaliteitscriteria kunnen hanteren waaraan een denktank zou moeten voldoen, zoals bijvoorbeeld een welbepaald aantal wetenschappelijke onderzoeken produceren en publiceren over een afgesproken tijdspanne, een vastgelegd aantal conferenties organiseren, een duidelijk afgebakende visie- en missieomschrijving hebben, zich profileren op één of meerdere duidelijk omschreven thema‟s enz.. Op die manier zouden denktanken voor hun kernopdracht gefinancierd kunnen worden vanuit de overheid. Niets belet hen om daarnaast op zoek te gaan naar extra middelen hetzij op projectmatige of op contractuele basis.
37
4.
DENKTANKEN EN HET GEGEVEN “INVLOED”
4.1.
INVLOED
Wanneer men het heeft over denktanken komt steevast de vraag over hun invloed naar boven. Alleen is het heel moeilijk om na te gaan in welke mate denktanken invloed uitoefenen. Vaak wordt de mate van invloed die een denktank al dan niet heeft ofwel overschat ofwel onderschat. De waarheid ligt zoals zo vaak het geval is ergens in het midden. Stone heeft haar bedenkingen bij het meten van invloed en zegt dat ieder politiek systeem zeer ingewikkeld is en dat het onbegonnen werk is om een zaak te vinden waarbij er een directe correlatie bestaat tussen een rapport van een denktank en een aanpassing van het beleid (Thunert, 2004, p. 11). In de loop van het besluitvorminsgproces kunnen nog heel wat andere factoren de keuze beïnvloeden. Vandaar dat zij, samen met de andere onderzoekers die meewerkten aan haar boek “Think tank traditions policy research and the politics of ideas”, opteert voor wat James de “atmosferische invloed” noemt (James, 2000, p. 163). Hij houdt er een brede benadering over het begrip invloed op na, waarbij hij focust op hun rol als agendasetter, d.w.z. het debat kunnen bepalen, problemen definiëren en het mee vorm geven aan de perceptie ten aanzien van het beleid. Deze visie ligt in het verlengde van de constructivistische benadering. Het is dus een moeilijke zaak om heel concreet de mate van invloed te meten. Vanuit Stone haar vaststelling dat het moeilijk is om een direct verband te vinden tussen de actie en het resultaat van deze actie, is het interessanter te kijken naar welke zaken het voor een denktank gemakkelijker maakt om de eigen boodschap over te brengen, in de hoop op deze manier een zekere mate van invloed te hebben. Abelson onderneemt een poging om een aantal parameters te bepalen om de invloed van denktanken meetbaar te maken: de grootte van een denktank, het profiel van de personeelsleden, de financiële middelen waarover men beschikt, het aantal seminaries dat men organiseert, het aantal publicaties, het aantal bezoekers op de website enz. (Abelson, 1998, pp. 119-120). Niettegenstaande deze parameters geen sluitend middel opleveren voor het meten van de mate van invloed, gebruik ik ze toch als basis om na te gaan of S.E.T.A.V. enig gewicht in de schaal kan leggen (zie 4.3.). Indien een denktank hoog scoort op een combinatie van een aantal parameters, ga ik ervan uit dat er aan de randvoorwaarden om invloed te kunnen uitoefenen op zo‟n manier voldaan is, dat het plausibel is aan te nemen dat de denktank in kwestie een bepaalde mate van invloed heeft uitgeoefend. Ik verduidelijk mezelf even met een voorbeeld. Hoe meer men er in slaagt om conferenties te organiseren waarbij men sprekers kan strikken die binnen het besluitvormingssysteem zitten, des te groter is de kans dat men die personen met de eigen boodschap bereikt en beïnvloedt.
38
Naast de parameters vooropgesteld door Abelson zijn er ook andere manieren om criteria te omschrijven. Raymond Struyk zoomt bijvoorbeeld in op acht managementprincipes waaraan moet voldaan worden opdat de denktank kwalitatief werk kan leveren, om op die manier de mogelijkheid tot het uitoefenen van invloed te verhogen (Struyk aangehaald in Stone D. , 2005, pp12-15). Hij heeft het over zaken zoals kwaliteitscontrole, organisatorische innovatie, communicatie over de resultaten e.d.. 4.2.
DE DOELGROEP VAN S.E.T.A.V.
Daarnaast heb je nog de vraag op wie men invloed tracht uit te oefenen, m.a.w.: de vraag naar het doelpubliek. Vaak moet de denktank zowel de eigen leden als de media en de donoren overtuigen van zijn invloed, om zo zijn gewicht en geloofwaardigheid te vergroten. Dit verhoogt het risico dat men invloed op het beleid claimt waar dat helemaal niet het geval is (Stone & Denham, 2004, p. 10 e.v.). Stone heeft het over een hiërarchie van drie groepen tot wie denktanken zich kunnen richten (Stone D. , 2007, p. 268):
1. Ten eerste kan men zich richten tot het brede publiek. Het gaat hier om een topdown benadering waarbij de beleidsanalyses en andere resultaten van bovenaf overgebracht worden op het grote publiek dat wordt beschouwd als passieve ontvanger die geïnformeerd moet worden. Er wordt niet verwacht dat het nieuwe ideeën of kennis bezorgt aan de denktanken. Het gaat dus om éénrichtingsverkeer. Om dit publiek te bereiken, spelen de media een grote rol. Hier maakt men gebruik van radio- en televisieoptredens en van de geschreven pers. Uit mijn gesprek met Yılmaz Ensaroğlu blijkt dat denktanken in Turkije nog heel wat moeite hebben om met hun werk aansluiting te vinden bij het brede publiek. Vaak blijft hun werk letterlijk nog te veel circuleren in de elitaire kringen van Ankara en Istanbul. In verband hiermee wijst hij op zaken als de mate van democratie binnen denktanken en aan wie zij verantwoording verschuldigd zijn. Als men geen voeling heeft met het volk, is er ook weinig kans dat men verantwoording moet afleggen ten aanzien van dat publiek. Dit geldt volgens hem even goed voor S.E.T.A.V. (Ensaroglu, 2009). Toch valt op te merken dat S.E.T.A.V. zaken onderneemt om toch het brede publiek te bereiken. Zo heeft men een eigen televisieprogramma - “Enine boyuna” op TRT 1 - en verschijnen regelmatig stukken in nationale kranten als Zaman en Yeni Şafak en in internationale kranten als Financial Times en Reuters (Seta, 2010). Het overzicht van een aantal artikels van S.E.T.A.V.-medewerkers vindt u verderop.
2. Een tweede groep die men tracht te bereiken noemt Stone de beleidsgemeenschap. Hier is sprake van een horizontale relatie waarbij de denktank in dialoog treedt met andere stakeholders, zoals NGO‟s, politieke partijen, bureaucraten, academici enz., eventueel in netwerken al dan niet transnationaal. Hier vindt wel uitwisseling van informatie plaats in beide richtingen. Voorbeelden van activiteiten van S.E.T.A.V. in die richting zijn o.m. de vele seminaries die georganiseerd worden over 39
zeer uiteenlopende thema‟s (Seta, 2010). Daarnaast verzorgt men regelmatig publicaties met daarin de resultaten van analysewerk, gepresenteerd op een aantrekkelijke en vlotte manier zoals “Iran Nükleer Programı ve Orta Doğu Siyaseti” en “Aşk ile Nefret Arasında Türkiye‟de Toplumun Batı Algısı”. Ook hiervan volgt een overzicht verderop. 3. Een derde doelgroep bestaat uit de besluitvormers zelf. Denktanken nemen hier de taak op zich om deze doelgroep te voorzien van informatie, analyse en alternatieven. Hier is eerder sprake van een bottom-up relatie waarbij denktanken er alles aan doen om eigen analyses en ideeën dieper de beleidscirkels binnen te duwen. S.E.T.A.V. onderneemt ook hier stappen om hun alternatieven aan de beleidsmakers en besluitvormers voor te stellen, o.a. via persoonlijke contacten met beleidsmakers (Ensaroglu, 2009) waarbij men eigen publicaties, analyses en policy briefs bekend maakt. Hieronder staan een aantal interessante voorbeelden van hoe S.E.T.A.V. tot bij de besluitvormers geraakt en betrokken wordt.
Voorbeeld 1: Op 7 december 2009 legde de eerste minister van Turkije, Recep Tayyip Erdoğan, een officieel staatsbezoek af aan de Verenigde Staten. Tijdens zijn verblijf in Washington bezocht hij de zetel van S.E.T.A.V. D.C. te Washington (Seta, 2010).
Voorbeeld 2: Een van de hete hangijzers in de Turkse politiek is de “Koerdische kwestie”. Het gaat hier om een proces dat door de AK-partij in gang is gezet om een opening te maken naar meer rechten voor de Koerdische minderheid in Turkije. Om dit proces goed onderbouwd te kunnen realiseren, maakt de AK-partij gebruik van het geleverde werk van S.E.T.A.V. (Kaya, 2010).
Voorbeeld 3: In 2007 slaagde S.E.T.A.V. D.C. er in om in samenwerking met het German Marshall Fund de toenmalige Minister van Buitenlandse Zaken Abdullah Gül te strikken om een uiteenzetting te geven over de relaties tussen Turkije en Irak (Gündem, 2007). Ze slaagden er in 2009 opnieuw in om de Minister van Buitenlandse Zaken Ahmet Davutoğlu als gastspreker uit te nodigen om het te hebben over de rol die Turkije kan spelen in het Midden-Oosten (Zaman, 2009). Het hierboven geschetste onderscheid betekent echter niet dat de methoden om een bepaald doelpubliek te bereiken zich beperkten tot enkel deze doelgroep. Ook seminaries kunnen immers dienen om het brede publiek te bereiken, alleen is dit niet het primaire doelpubliek dat men met die communicatiemethode voor ogen heeft.
40
4.3.
DE FASEN VAN DE BESLUITVORMING
Verder kan een denktank invloed uitoefenen op verschillende momenten of in diverse stadia van de besluitvorming. Ik onderscheid, net als Tine Boucké, vijf stadia in het besluitvormingsproces, vijf momenten dus waarop denktanken kunnen betrokken worden en invloed kunnen uitoefenen op het beleidsproces. Tine haalt in “Politicologie, inleiding tot de politieke wetenschappen” het begrip “policy cycle” (beleidsproces) aan, een vereenvoudigde benadering van de studie van het beleidsproces. In deze benadering haalt men het beleidsproces uiteen in verschillende fasen (Boucké, 2005, p. 409). Algemeen stelt de policy-cycle-benadering dat er vijf fasen te onderscheiden zijn in het beleidsproces: agendasetting, beleidsformulering, besluitvorming, beleidsimplementatie en beleidsevaluatie en feedback (Godwin & Wahlke, 1997, p. 242). 1. Agendasetting: dit is het proces waarbij besluitvormers beslissen welke problemen en thema‟s ze zullen aanpakken. In deze fase kunnen heel wat actoren aan bod komen, waaronder de denktanken. Hier ziet men dat denktanken via diverse kanalen eigen thema‟s proberen op de politieke kaart te zetten. 2. Beleidsformulering: dit is het proces waarbij men beleidsopties gaat formuleren. Hier gaat men voorstellen omzetten in aanbevelingen en filtert men de voorstellen. In deze fase wordt meestal maar een select groepje actoren betrokken, de “insiders” genoemd. De invloed van ambtenaren, maar ook van een aantal sterke belangengroepen, halen hier de bovenhand. Denktanken krijgen het hier al een stuk moeilijker om betrokken te worden, maar kunnen toch op basis van studiewerk eigen voorstellen formuleren. 3. Besluitvorming: dit is het proces waarbij de regering wél voor het ene en niet voor het andere kiest. In deze fase komen denktanken zo goed als niet aan bod. 4. Beleidsimplementatie: hier gaat het om de fase waarin het beleid door de administratie omgezet wordt in de praktijk. 5. Beleidsevaluatie en feedback: in deze fase evalueert men de resultaten van de implementatie van het beleid. Hier weegt men de doelstellingen af tegen de resultaten. In deze fase komen de denktanken opnieuw in beeld. Ze onderzoeken de resultaten en formuleren alternatieve wegen om dan opnieuw bij fase 1 en/of 2 terecht te komen. In deze fasen kunnen nog onderverdelingen aangebracht worden. Een voorbeeld daarvan zijn de vier niveaus in het proces van agenda-setting omschreven door Thomas Birkland (Birkland, 2006, p. 63 e.v.). Hij onderscheidt volgende niveaus: agenda universe, systemic agenda, institutional agenda en decision agenda.
41
Agenda universe: Dit is het hoogste niveau dat alle ideeën omvat die ook maar kunnen opgeworpen worden, in principe door eender wie. Toch worden bepaalde ideeën door wettelijke bepalingen, sociale druk en culturele normen al van bij de start geweerd van de agenda.
Systemic agenda: Cobb en Elder omschrijven dit niveau als het geheel van ideeën dat door politieke gemeenschappen beschouwd wordt als waardig om er de publieke aandacht op te trekken en legitiem en passend in de autoriteit van de overheid. Het onderscheid tussen systemic agenda en agenda universe zit in de legitieme jurisdictie van de autoriteit van de overheid (Cobb & Elder, 1983, p. 85).
Institutional agenda: wanneer een idee succesvol wordt opgewerkt, verplaatst het zich naar het niveau van de institutional agenda. Het maakt dan deel uit van de items die een grote kans maken om in aanmerking te komen bij de besluitvormers (Cobb & Elder, 1983, pp. 85-86).
Decision agenda: dit is het hart van de besluitvorming, deze agendapunten worden omgezet in acties.
Hoe dieper een idee in de agendasettingscirkel geraakt, des te meer het kans maakt de fase van de besluitvorming en de beleidsimplementatie te bereiken. Het is er denktanken dus om te doen om zaken dieper naar het centrum te duwen of net zaken uit dat centrum weg te houden, afhankelijk van het eigen belang. Er is dus sprake van competitie tussen verschillende thema‟s en ideeën om zo hoog mogelijk op de agenda te belanden. Stone wijst er ook op dat het realistischer is aan te nemen dat denktanken als instrumenten worden gebruikt door beleidsmakers, dan te denken dat zij een impact zouden hebben op het beleid. Zij hanteert dan ook een breder en meer genuanceerde benadering van het begrip invloed (Stone &
42
Denham, 2004, p. 11 e.v.). James noemt dit “atmosferische invloed”, d.w.z. een rol spelen als agendasetter, het debat opstarten, problemen definiëren en beleidspercepties creëren (James, 2000, p. 163). Tijdens ons gesprek haalde Yılmaz Ensaroğlu tevens aan dat op dit moment S.E.T.A.V. nog niet stevig genoeg in haar schoenen staat en vaak gebruikt wordt door beleidsmakers zoals leden van de AKpartij. Dat zorgt voor een sterk pro-AK-partij-imago dat we dringend moeten van ons afwerpen, zegt hij. Daarnaast schakelt de overheid vaak denktanken in om het overheidsbeleid te promoten, haalt hij verder aan. Dat verklaart voor hem voor een groot stuk waarom Turkse denktanken zich hoofdzakelijk op buitenlandse thema‟s focussen (Ensaroglu, 2009). Dit werd dan weer in mijn later gesprek met Taha Özhan tegengesproken. Hij hamerde erop dat S.E.T.A.V. onafhankelijk werkt (Özhan, 2009). 4.4.
BEÏNVLOEDEN VAN HET PUBLIEK
Hoe gaat men nu als denktank tewerk om de boodschap bij het gewenste publiek te krijgen? Op deze vraag somt Abelson een aantal mogelijkheden op, vertrekkende vanuit de pluralistische visie. Dit stuk borduurt verder op de parameters waar ik het in punt 4.2. over had. Hij maakt onderscheid tussen publieke invloed en private invloed (Abelson D. , 2004, p. 226). 4.4.1. PUBLIEKE INVLOED : HET BEÏNVLOEDEN VAN HET BREDER PUBLIEK Abelson heeft het in zijn werk over de Amerikaanse denktanken die uit hun ivoren toren nederdaalden en minder elitistische organisaties waren dan ze werden voorgesteld. Ze proberen op verschillende manieren de publieke opinie te beïnvloeden en vorm te geven. Turkse denktanken trachten deze strategieën ook toe te passen, maar vinden over het algemeen moeilijker toegang tot het brede publiek (Ensaroglu, 2009). Hierna volgt een opsomming van mogelijke strategieën geformuleerd door Abelson om aan publieke invloed te doen, daarbij haal ik voorbeelden aan van S.E.T.A.V. die betrekking hebben op de werkjaren 2008-2009-2010 (Seta, 2010): Wat ik opsom is het resultaat van een zoektocht waarbij ik verschillende bronnen raadpleeg gaande van de website van S.E.T.A.V. tot websites van kranten en dergelijke. Waar S.E.T.A.V. D.C. bij vermeld staat, betekent dat die activiteit plaats vond in het bureau van S.E.T.A.V. te Washingon D.C.. 1ste Het houden van publieke fora en conferenties (Seta, 2010): Titel
Datum
Plaats
Iran‟s Nuclear Program: Contending Perspectives
22 maart 2010
Ankara
The U.S. and Shifting Dynamics in the Middle East
12 maart 2010
Ankara
Güncel Gelişmeler Işığında Türkiye-Ermenistan
10 maart 2010
Ankara
Normalleşme Süreci 43
2000'li Yıllarda Asker ve Siyaset
19 februari 2010
Ankara
'Model Partnership: Creative Approaches To US-Turkey
17 februari 2010
Washington
Relations'
D.C.
Türkiye'de Öğretmen Yetiştirme Sisteminin Sorunları
11 februari 2010
Ankara
EAD – SETA iktisat seminerleri
26 januari 2010
Ankara
Fırsatlar ve Korkular Arasında GDO'lar
21 januari 2010
Ankara
Turkey's Emerging Role in the Middle East
14 januari 2010
Ankara
'Conference Call: Turkey-Israel Imbroglio':
14 januari 2010
Washington D.C.
Turkey's Changing Internal And International Dynamics:
6 januari 2010
From "Where" To "What' Islamic Politics and the Problem of Official Secularism
Washington D.C.
5 januari 2010
Ankara
Emerging New Foreign Policy of China
14 december 2009
Ankara
Public Perception of the Kurdish Question in Turkey
9 december 2009
Washington D.C.
Principles Of Turkish Foreign Policy By Turkish Foreign
8 december 2009
Minister H.E. Ahmet Davutoğlu 'Turkey In World Politics By Prime Minister Of Turkey
D.C. 7 december 2009
H.E. Recep Tayyip Erdoğan' Türkiye'nin İsrail ile Suriye arasında arabuluculuğu
Washington
Washington D.C.
19 november 2009
konusunun masaya yatırıldığı panel
Washington D.C.
The Istanbul Forum
19 november 2009
Istanbul
Türkiye'de Milli Eğitim Sistemi
18 november 2009
Ankara
22 oktober 2009
Ankara
12-14 oktober 2009
Ankara
The World We Live in: The Role of Turkey
3 augustus 2009
Ankara
Türkiye - Azerbaycan İlişkileri Çalıştayı
25-27 juni 2009
Ankara
23 juni 2009
Ankara
Rethinking Secularism across the Islam-West Divide
8 juni 2009
Ankara
Cari açık ve petrol fiyatlarının kısa dönem analizi
2 juni 2009
Ankara
26-27 mei 2009
Ankara
28 april 2009
Ankara
31 maart 2009
Ankara
SETA etkinlik Türkiye - Rusya İlişkileri Çalıştayı
Putting the Outcome of the 29 March 2009 Election in Perspective
Türkiye-Ermenistan İlişkileri Çalıştayı Global Kredi Krizi ve Gelişmekte olan Piyasa Ekonomilerine Etkileri Türkiye'de Hizmet Sektörü ve Mal Sektörü Enflasyon Farklarının Belirleyicileri
44
22 Temmuz'dan 29 Mart'a Siyaset: DTP
19 maart 2009
Ankara
İşgalin 6. Yılında Kuzey Irak
17 maart 2009
Ankara
22 Temmuz'dan 29 Mart'a Siyaset: AK Parti
12 maart 2009
Ankara
22 Temmuz'dan 29 Mart'a Siyaset: MHP
3 maart 2009
Ankara
İşgalin 6. Yılında Irak
10 februari 2009
Ankara
Facing the Gaza Crisis: The EU and The Arab
22 januari 2009
Ankara
Gazze‟de katliam Türkiye, Ortadoğu ve Filistin Sorunu
20 januari 2009
Ankara
Seyyid Hüseyin Nasr, İstanbul'da
21 januari 2009
Ankara
22 Temmuz'dan 29 Mart'a Siyaset: CHP
25 december 2009
Ankara
On the Importance of Verifying Forecasting Results
24 december 2008
Ankara
Barack Obama's Foreign Policy Agenda: The First Year
28 november 2008
Ankara
Kürt Meselesi: Problemler ve Çözüm Önerileri
18 november 2008
Ankara
T-istatistiğinin Kullanımında Ortaya Çıkan Problemler
21 oktober 2008
Ankara
Kafkasya'da Kriz ve Yeni Soğuk Savaş
4 september 2008
Ankara
Amerikan Seçimleri ve Türkiye Amerika İlişkileri
14 augustus 2008
Ankara
Osmanlı'da ve Japonya'da Uluslararası Düzen Arayışları
26 juni 2008
Ankara
Şirketlerin Uzun Vadeli Maliyetleri Üzerine Bir Oyun
3 juni 2008
Ankara
Aşk ile Nefret Arasında Türkiye'de Toplumun Batı Algısı
8 mei 2008
Ankara
One Market, 27 States, 25 Million Outsiders?
7 mei 2008
Ankara
Unit Roots or Structural Breaks?: Making a Sense of It All
2 mei 2008
Ankara
İfade Özgürlüğü ve 301. Madde
29 april 2008
Ankara
Hukuk Devleti ve Siyasi Partilerin Kapatılması
9 april 2008
Ankara
Time Varying Preferences of the Federal Reserve
1 april 2008
Ankara
Türkiye'de Kimliklerin Sosyolojisi
25 maart 2008
Ankara
Güneş Operasyonu Sonrasında Türkiye, Kuzey Irak ve Irak
10 maart 2008
Ankara
26 februari 2008
Ankara
Governments
Teorisi Modeli
Bağımsız Kosova: Bölge ve Dünya Siyasetinin Yeni Dinamikleri
2de Publieke lezingen aan universiteiten, diverse clubs en organisaties Titel
Datum
Plaats
16–18 mei 2010
Amman
Medialog Platform (Zeynalov, 2010)
11 maart 2010
Istanbul
The Fourth Al Jazeera Forum (Al Jazeera, 2009)
14 maart 2009
Onbekend
Wana forum (Wana Forum, 2010)
45
Turkey, the Region and US-Turkish Relations: Assessing
28 oktober 2008
Californië
the Challenges and Prospects 3de Getuigen voor commissies Ik heb geen gegevens gevonden waaruit ik kan afleiden dat men getuigde voor een commissie. 4de Publiceren van artikels of resultaten van onderzoeken in kranten, verschijnen in duidingprogramma‟s en radioprogramma‟s Uit de vele kranten die zowel in Turkije als daarbuiten iedere dag van de pers rollen, koos ik een aantal toonaangevende kranten uit. Niet Turkse kranten
Reuters :
Titel artikel Turkish party faces court battle for survival (Bendern, 2008); Turkish government and opposition agree to ease scarf ban (Jones &
Datum 30 juni 2008 24 januari 2008
Göktas, 2008);
Financial Times:
Titel artikel
Datum
Objection overruled (Bolant V. , 2008)
28 juli 2008
Turkish political Islam fights for survival in court (Bolant V. , 2008)
27 juli 2008
Turkish MPs open debate on headscarf (Bolant V. , 2008)
6 februari 2008
Turkey debates easing headscarf ban (Bolant V. , 2008)
5 februari 2008
Pact to drop headscarf ban leaves Turks uneasy (Bolant V. , 2008)
25 januari 2008
Spotlight: Abdullah Gul – Outsider smooths US relations (Bolant V. ,
6 januari 2008
2008)
Le Monde Diplomatique
Titel artikel Foreign policy bridge over the Bosphorus Turkey‟s growth industry
Datum februari 2010
(Kristianasen, 2010); 46
Ni Orient ni Occident, les choix audacieux d‟Ankara : Les think tanks turcs,
februari 2010
agents du changement (Kristianasen, 2010)
Turkse kranten :
Cumhuriyet
Titel artikel Türkiye-Ermenistan Protokolleri'ne Kıbrıs formülü (Cumhuriyet, 2010)
Datum 18 januari 2010
Türklerin ve Kürtlerin benzerliği (Cumhuriyet, 2009)
27 augustus 2009
Atalay'ın STK temsilcileri ile görüşmesi sona erdi (Cumhuriyet, 2009)
15 augustus 2009
"Türkiye-Azerbaycan ilişkilerinin en büyük göstergesi..." (Cumhuriyet,
26 juni 2009
2009) "Kısa dönemde sınırların açılmasını beklemiyoruz" (Cumhuriyet, 2009)
26 mei 2009
Türkiye-Ermenistan ilişkileri masaya yatırılıyor (Cumhuriyet, 2009)
24 mei 2009
Türkiye-Ermenistan İlişkileri Çayıştayı İstanbul'da (Cumhuriyet, 2009)
22 mei 2009
"İsrail, Hamas'ı bitirmek istemiyor" (Cumhuriyet, 2009) Bush,Türkiye-ABD ilişkilerini kötü hale getirdi (Cumhuriyet, 2008)
9 januari 2009 27 oktober 2008
Taraf
Titel artikel
Datum
IMF‟den mezun olduk –II (Taraf, 2010)
25 april 2010
Dış politika açılımları sürmeli... (Küçükcan, 2009)
22 juli 2009
Açılıma destek yüzde 45‟ten fazla (Taraf, 2009) İslam AB‟ye girmeye engel midir? (Bülbül, 2008)
1 november 2009 23 mei 2008
Menüde Kürt sorunu var (Taraf, 2009)
16 augustus 2009
DTP, sokak ve siyasete dair cevapsız sorular (Ete, 2009)
10 december 2009
DTP çözüme nasıl katkıda bulunabilir? (Ete, 2009)
2 augustus 2009
Ortadogu‟nun gelecegi araniyor (Taraf, 2009)
16 februari 2009
Sabah :
Titel artikel
Datum
Başbakan'ın Gazze tepkisi (Aras, 2009)
16 december 2009
Washington notları (Aras, 2009)
9 december 2009 47
Türkiye fırsatı (Aras, 2009)
21 oktober 2009
'Bedeli ne olursa olsun' (Kalin, 2009)
19 september 2009
Yakın mıyız uzak mı? (Kalin, 2009)
29 augustus 2009
SETA'dan Kürt sorunu algısı (Sabah, 2009)
28 augustus 2009
Türk gözlemci: Seçimden çok ölüm kalım savaşı (Bostan, 2009)
21 augustus 2009
Gürcistan'a dikkat (Aras, 2009)
29 juli 2009
Azerbaycan ile yeniden (Aras, 2009)
1 juli 2009
'Türkiye, ilk kez özgüveni yüksek bölgesel güç oldu‟ (Aydemir, 2009)
13 juni 2009
Çözümde Türkiye anahtar' (Ciçek, 2009)
27 mei 2009
Bülent Aras: Dış politika yeni vizyon (Kireklo, 2009)
17 mei 2009
Barış yolu uzundur (Özel, 2008)
25 mei 2008
Milliyet
Titel artikel TAGEM: GDO'lu ürün ithalatında AB kriterlerine uyulacak (Milliyet,
Datum 22 januari 2010
2010) Meridor: Yapılmamalıydı (Keles, 2010)
16 januari 2010
“Türkiye, gelecek 10 yıl içinde ‟bölgeler arası bir süper güç‟ olacak”
7 januari 2010
(Milliyet, 2010) Ayrıştıranlar ve ayrışanlar aslında kimlerdir? (Gürsel, 2009) Yeni açılımlar nasıl karşılanıyor? (Kohen, 2009) Baykal‟la „Kürt‟ sohbeti (Akyol, 2009) Açılım konusunda kafalar çok karışık (Milliyet, 2009)
16 november 2009 27 oktober 2009 19 september 2009 29 augustus 2009
Gürcistan gerçeği (Kohen, 2009)
25 juli 2009
Erivan ile sürecin geleceği (Kohen, 2009)
27 mei 2009
Türkiye-Ermenistan ilişkileri çalıştayı (Milliyet, 2009)
22 mei 2009
Davutoğlu‟ndan Obama‟ya uyarı (Özyurt, 2008)
30 oktober 2008
Kınıklıoğlu: Ermeni tasarısı ABD'de geçerse ortaklığı unutun (Milliyet,
28 oktober 2008
2008)
Zaman
Titel artikel 'Yargının Çıkmazı' rapor oldu: Hâkimler ideolojik davranıyor (Özçınar,
Datum 19 april 2010
2010) 48
Yeni bir siyasal sisteme doğru (Ete, 2010)
27 maart 2010
Filler ve çimen (Ete, 2009)
17 december 2009
İsrail, 'daha demokratik' Türkiye ile ilişki kurabilmeli (Aslan, 2009)
19 november 2009
Şimdi somut adımlar zamanı (Ete, 2009)
15 november 2009
Eğitimdeki kalite sorununun ana sebebi, kolay sınıf geçilmesi (Asalioglu,
27 oktober 2009
2009); Kürtler mi 'ayrılıkçı', yoksa? (Dagi, 2009)
8 september 2009
Türkler ve Kürtler birbirlerine ne kadar yakın, ne kadar uzak? (Küçükcan,
5 september 2009
2009) Kürtler, Türkleri ayrı bir devlet kurmak istemediklerine ikna edemiyor
4 september 2009
(Aydin & Ete, 2009) Ez jı te hez dıkım (Dagi, 2009)
1 september 2009
Kürt açılımına halk ne diyor? (Dagi, 2009)
28 augustus 2009
Türkler ve Kürtler birbirine ne kadar yakın? (Zaman, 2009)
27 augustus 2009
Kürt sorununun çözümü, DTP ve MHP'nin tutumuna bağlı (Ete, 2009)
4 augustus 2009
Yükseköğretimde reform talebi (Asalioglu, 2009)
8 juli 2009
İki maddelik reform, Türk demokrasisi için büyük bir sıçrama (Zaman,
4 juli 2009
2009) Çözüm AB sürecini hızlandırmakta... (Küçükcan, 2009) Türkiye-Azerbaycan ilişkileri Kafkasya'da güvenliğin teminatıdır (Eksi,
3 juli 2009 30 juni 2009
2009) SETA‟nin Ermenistan açılımı (Dagi, 2009)
29 mei 2009
Kürt sorununda devlet ne düşünüyor? (Ete, 2009)
18 mei 2009
Ortak bir bölgesel vizyon mümkün mü? (Kalin, 2009)
6 april 2009
Vatandaş siyaseti normalleştirdi (Kalin, 2009)
2 april 2009
Değişim ve süreklilik ekseninde MHP (Yayman, 2009)
21 maart 2009
Örgüt ile parti olma geriliminde DTP (Ete, 2009)
21 maart 2009
Kürt Raporu güzel de, yazarı kim? (Dagi, 2009)
27 februari 2009
Arap Birliği Genel Sekreteri Musa: Erdoğan haklı (Zaman, 2009)
29 januari 2009
Nasr, İstanbul'da İslâm dünyasını anlatacak (Zaman, 2009)
16 januari 2009
Türk-Amerikan ilişkilerini Washington yönetimi bozdu (Zaman, 2008)
28 oktober 2008
Gül, Köşk'teki fikir sofrasında Obama'yı sordu (Kurt, 2008)
24 juni 2008
Türkiye'de bir Hıristiyanofobi var mı? (Bülbül, 2008)
19 mei 2008
Euro-Türklerin birlikte yaşam tecrübeleri (Küçükcan, 2008)
28 april 2008
Enerjide 'yapan' ile 'bilen'in ortak raporu (Zaman, 2008)
8 januari 2008
FT: ABD-Türkiye ilişkileri rayına oturdu (Cihan, 2008)
7 januari 2008 49
Duidingsprogramma‟s op de televisie (Seta, 2010) :
Programma
Gastspreker
Onderwerp
Datum
de overeenkomst tussen Iran en
20 mei 2010
S.E.T.A.V. Ankara Gündemi |
Taha Özhan
Ülke tv
Turkije omtrent het verrijken van uranium
Enine Boyuna | TRT 1
Nuh Yılmaz
het Turkse buitenlands beleid
17 mei 2010
Enine Boyuna | TRT 1
Hatem Ete
het schandaal waar Deniz
10 mei 2010
Baykal bij betrokken is Ihsan Dağı en
de grondwetswijziging in
Taha Özhan
Turkije en Barzani
Enine Boyuna | TRT 1
Yılmaz Ensaroğlu
mishandeling in Turkije
26 april 2010
Enine Boyuna | TRT 1
Nuh Yılmaz
de Nuclaire top
12 april 2010
TRT Haber | TRT
Gökhan Çetinsaya
de problemen waarmee
1 april 2010
Enine Boyuna | TRT 1
3 mei 2010
universiteitsstudenten mee kampen Ankara Masası | 24
Hatem Ete
de visie van MHP op de
28 maart 2010
grondwetswijziging Enine Boyuna | TRT 1
Ihsan Dağı
het pakket voor een
22 maart 2010
grondwetswijziging Enine Boyuna | TRT 1
Bülent Aras
Irak
15 maart 2010
Haber | Ses tv
Fatih Özbay
de Turks-Armeense toenadering
10 maart 2010
Moderatör gece | 24
Bülent Aras
de gesprekken tussen Turkije,
9 maart 2010
Syrië en Israel Haber | 24
Nuh Yılmaz
de stemming in de Amerikaanse
4 maart 2010
senaat van de Armeense Genocide Enine Boyuna | TRT 1
Hatem Ete
civiele voogdijgeschiedenis
25 januari 2010
Kamera Vizyon | TRT
Selin Bölme
het hoger onderwijssysteem
7 januari 2010
Hatem Été
de poging tot aanslag op Bülent
30 december 2009
2 TGRT Haber | TGRT
Arinç Enine Boyuna | TRT 1
Hatem Ete, Ihsan
Turkije‟s buitenlands beleid,
Dağı, Bülent Aras
binnenlands beleid
27 december 2009
en Yılmaz 50
Ensaroğlu Enine Boyuna | TRT 1
Hatem Ete
de opening naar de Koerdische
21 december 2009
gemeenschap Enine Boyuna | TRT 1
Bülent Aras
Turkijes regionale politiek en de
14 december 2009
V.S. Enine Boyuna | TRT 1
Yılmaz Ensaroğlu
de mensenrechten in Turkije
7 december 2009
anno 2009 Gündem | TRT Türk
Editör | 24
Ihsan Dağı en
de relaties met het Midden-
Bülent Aras
Oosten
Taha Özhan
de Turkse regionale politiek en
2 december 2009
29 oktober 2009
Noord-Irak Enine Boyuna | TRT 1
Nuh Yılmaz
het Turkse politieke systeem
19 oktober 2009
Enine Boyuna | TRT 1
Bülent Aras
de Armeense kwestie en de
12 oktober 2009
Kaukasus Gündem | TRT Türk
Taha Özha, Bülent
de Koerdische kwestie
7 oktober 2009
de Koerdische kwestie
20 september
Aras en Ihsan Dağı Ayrıntı | TRT 2
Taha Özhan
2009 Düşüne Taşına | TV
Hatem Éte
de Koerdische kwestie
12 augustus 2009
Talip Küçükcan
de sociologische veranderingen
26 juni 2009
Net Enine Boyuna | TRT 1
in de E.U Enine Boyuna | TRT 1
Bülent Aras
de verkiezingen in Iran
19 juni 2009
Enine Boyuna | TRT 1
Fatih Özbay
de rol van Rusland in het
24 april 2009
Armeens-Azebeidjaans conflict Enine Boyuna | TRT 1
Bülent Aras
de relaties tussen Turkije en
24 april 2009
Armenië Detay | TRT Türk
Ibrahim Kalın
post Koude Oorlog relaties
23 januari 2009
tussen Turkije en Rusland
5de Uitgeven van magazines, nieuwsbrieven, beleidsanalyses (Seta, 2010)
Titel 2000‟li yıllarda asker ve siyaset kontorllü değişim ile statüko arasında Türk
Datum februari 2010
ordusu
51
Türkiye‟de örğretmen yetiştirme sisteminin sorunları
februari 2010
Türkiye dış politikasında “eksen” tartışmaları: çok kutuplu dünya için yeni
januari 2010
bir vizyon Fırsatlar ve korkular arasında GDO‟lar
januari 2010
Turkey-Israel: a fluctuating alliance
januari 2010
Türk dış politikasında “eksen” tartışmaları:küresel kargaşa çağında realist
januari 2010
proaktivizm Turkey and China: Seeking a Sustainable Partnership
december 2009
Turkey‟s Changing Internal and International Dynamics: From “Where” to
december 2009
“What” Turkey‟s “Soft Power” Strategy: A New Vision for a Multi-Polar World
december 2009
Turkish Foreign Policy in the Era of Global Turmoil
december 2009
Turkey and the Cyprus Dispute: Pitfalls and Opportunities
november 2009
Turkish-Iranian Relations: A Wider Perspective
november 2009
Türkiye'de Millî Eğitim Sistemi: Yapısal Sorunlar ve Öneriler
oktober 2009
Reclaiming Israeli-Syrian Talks
oktober 2009
IMF ve `küresel misyon` arayişi
oktober 2009
Public Perception of the Kurdish Question in Turkey
oktober 2009
Türkiye ve Ermenistan: statüko ve normalleşme arasında kafkasya siyaseti
oktober 2009
ABD'nin af-pak stratejisi ekseninde afganistan seçimleri
september 2009
Askeri yargı ve askeri vesayet
september 2009
Türkiye ve Rusya Federasyonu: çok boyutlu ortaklık
augustus 2009
The Nabucco Natural Gas Pipeline: From Opera to Reality
juli 2009
Turkey and the Transformation of NATO
juli 2009
Enine Boyuna Türkiye: Siyaset, Toplum, Kültür
juni 2009
Türkiye‟de yükseköğretim Karşılaştırmalı Bir Analiz
juni 2009
Turkey‟s Local Elections of 2009: Results, Trends and the Future
mei 2009
Davutoğlu Era in Turkish Foreign Policy
mei 2009
Obama Dönemi Türk- Amerikan İlişkileri
april 2009
22 Temmuz'dan 29 Mart'a Siyasal Partiler: örgüt ile parti olma geriliminde
maart 2009
DTP 22 Temmuz'dan 29 Mart'a Siyasal Partiler: değişim ve statüko kıskacında AK
maart 2009
PARTİ 22 Temmuz'dan 29 Mart'a Siyasal Partiler: değişim ve süreklilik ekseninde
maart 2009
MHP 22 temmuz‟dan 29 mart‟a siyasal partiler:statüko ile değişim arasında CHP
februari 2009 52
The 2009 Israeli Elections and Turkish-Israeli Relations
februari 2009
Gazze‟de katliam: Türkiye, Ortadoğu ve Filistin Sorunu
januari 2009
aşörtüsü, Ak parti ve laiklik: anayasa mahkemesinden iki karar bir gerekçe B
januari 2009
Isgalin 6. Yilinda Irak
januari 2009
The Hillary Clinton Impact on Turkish-American Relations
januari 2009
The Obama Presidency: A View from Turkey
januari 2009
Turkey in the United Nations Security Council
januari 2009
Turkey and the Palestinian Question
januari 2009
The Impact of EU Reform Process on Civil-Military Relations in Turkey
november 2008
Kürt meselesi: Problemler ve Çözüm Önerileri
november 2008
Turkish-Syrian Relations: The Erdoğan Legacy
oktober 2008
Turkish-Armenian Relations: Will Football Diplomacy Work?
september 2008
Ahmedinejad‟s Visit to Turkey: Two Neighbors Oscillate between Threat
september 2008
and Friendship Turkey Discovers Africa: Implications and Prospects
september 2008
Joe Biden:A Realist Cold War liberal
september 2008
Saakashvili Pulled the Trigger: Turkey between Russia and Georgia
augustus 2008
AK Party Survives Closure Case: What Is Next?
augustus 2008
İran Nükleer Programı ve Orta Doğu Siyaseti: Güç Dengeleri ve
augustus 2008
Diplomasinin İmkanları New Action Plan for Southeastern Turkey
juli 2008
Turkey and Northern Iraq on the Course of Raprochement
juni 2008
The Turkish Constitutional Court and Civil Liberties: Question of Ideology
juni 2008
and Accountability Turkey between Syria and Israel: Turkey‟s Rising Soft Power
mei 2008
The AKP and the Kurdish Issue: What Went Wrong?
mei 2008
Constitutional Court and the Closure of Political Parties in Turkey
mei 2008
Turkish Policy toward Central Asia
april 2008
Kosovo Independence: An Albanian Perspective
april 2008
The AK Party Closure Case: Domestic Situation and International Reactions
april 2008
Güvenlik, Demokrasi ve İstikrar Sarmalında Suriye ve Afganistan
april 2008
Does Turkey Need a New Standby Agreement?
maart 2008
The Headscarf Ban: A Quest for Solutions
maart 2008
Iran‟s Nuclear Ambitions and Turkey
februari 2008
Aşk ile Nefret Arasında Türkiye‟de Toplumun Batı Algısı
februari 2008
Turkey: Energy Status and Expectations
januari 2008 53
6de Verkopen van audio-opnames met een bespreking van cruciale beleidsthema‟s S.E.T.A.V. verkoopt niet zozeer audio-opnames, wel biedt men vele publicaties ter betaling aan, waaronder een deel van de hierboven vermelde publicaties. 7de Een eigen webstek openhouden www.setav.org en www.setadc.be 8ste Publiek aanspreken tijdens campagnes voor fund-raising Uit het gesprek met Taha Özhan blijkt dat S.E.T.A.V. zich met bovenvermelde activiteit inlaat, het vormt immers een belangrijke inkomensbron voor de organisatie (Özhan, 2009). 4.4.2. PRIVATE INVLOED: HET BEÏNVLOEDEN VAN DE BELEIDSMAKERS Het is een stuk moeilijker om deze kanalen te ontdekken. Toch somt Abelson ook hier een aantal voorbeelden op. 1ste Aanvaarden en innemen van posities in de administratie en bureaucratie Niettegenstaande ik eerder aanhaalde dat men in Turkije worstelt met een gesloten bureaucratie waarbij het fenomeen van “revolving door” vooral in de richting van bureaucratie naar denktank werkt, slaagt S.E.T.A.V. er in om hun medewerkers te plaatsen op cruciale posities. -
Ibrahim Kalın werd hoofdadviseur van de Turkse eerste minister. Deze plaats kwam vrij nadat Ahmet Davutoğlu de nieuwe minister van buitenlandse zaken werd (Yaman & Aydemir, 2009). Hij komt tevens voor in de lijst van de 500 meest invloedrijke moslims ter wereld (Sabah, 2009)
-
Muharrem Ekşi is momenteel tewerk gesteld in het Turkse parlement (Seta, 2010).
-
Mücahit Küçükyılmaz werkt bij de president van de republiek Turkije (Seta, 2010).
2de Zetelen in politieke adviesorganen Op 15 augustus 2009 nodigde Beşir Atalay, minister van binnenlandse zaken, vertegenwoordigers van middenveldorganisaties uit om van gedachten te wisselen over het democratiseringsproces en de Koerdische kwestie. Onder hen waren tevens vertegenwoordigers van denktanken, waaronder het hoofd van S.E.T.A.V., Taha Özhan, vergezeld door Yılmaz Ensaroğlu en Hatem Ete (Zaman, 2009). Het gaat hier niet over een officieel adviesorgaan, maar deze ontmoeting had wel tot doel het geven van advies.
54
Op 24 juni 2008 nodigde Abdullah Gül, president van de Turkse republiek, vertegenwoordigers van Turkse denktanken uit om het over Turkijes buitenlands beleid te hebben. Ibrahim Kalın vertegenwoordigde er S.E.T.A.V. (Kurt, 2008). 3de Openhouden van contactbureaus met het parlement S.E.T.A.V. houdt geen contactbureau open met het parlement; wel heeft men contacten intern via Muharrem Ekşi, voormalig onderzoeker van S.E.T.A.V. (Özhan, 2009). 4de Beleidsmakers uitnodigen om deel te nemen aan conferenties, seminaries en workshops (Seta, 2010) Titel
Spreker(s)
Datum
Fırsatlar ve Korkular Arasında
hoofd van ministerie van landbouw
21 januari 2010
Principles Of Turkish Foreign
Minister van buitenlandse zaken Ahmet
8 december 2009
Policy
Davutoğlu
Dünya Siyasetinde Türkiye
eerste minister van de Turkse republiek
GDO‟lar
7 december 2009
Recep Tayyip Erdoğan The Istanbul Forum
Recep Tayyip Erdoğan, Ibrahim Kalın
19 oktober 2009
(adviseur van de eertse minister), Suat Kınıklıoğlu (parlementslid van de AKpartij), Burak Akçapar (ministerie van buitenlandse zaken), Ruprecht Polenz ( Duits federaal parlementslid) en Erşad Hürmüzlü (presidentieel adviseur inzake het Midden-Oosten) Türkiye-Rusya İlişkileri Çalıştayı
Savaş Şafak Barkçin (kabinetchef van de
13 oktober 2009
eerste minister) Türkiye-Gürcistan İlişkileri
Savaş Şafak Barkçin, Zurab Davitashivili
Çalıştayı
(hoofdadviseur van de president), Tea
22 juli 2009
Basadze (ministerie van buitenlandse zaken) en Irakli Nikoleishvili (ministerie van economie) Türkiye-Azerbaycan İlişkileri
Savaş Şafak Barkçin en Rabiyyat
van 25 tot 27 juni
Çalıştayı
Aslanova (voorzitster van de
2009
parlementaire mensenrechtencommissie) Türkiye-Ermenistan İlişkileri
Ibrahim Kalın (adviseur van de eerste
26 en 27 mei
55
Çalıştayı
minister) en Suat Kınıklıoğlu
2009
(parlementslid van de AK-partij) The War on Gaza and the Future of
Nabil Maaruf (Palestijnse ambassadeur)
9 januari 2009
Turkey, the Region and US-Turkish
Ahmet Davutoğlu (voormalig
28 oktober 2008
Relations: Assessing the Challenges
hoofdadviseur van de Turkse eerste
and Prospects
minister) en Suat Kınıklıoğlu
Palestine
(parlementslid van de AK-partij)
5de Opnemen van voormalige beleidsmakers in denktanken (Seta, 2010) S.E.T.A.V. heeft geen beleidsmakers opgenomen in de denktank. Dit is een bewuste keuze omdat men vindt dat mensen uit de bureaucratie te sterk hun stempel zetten op de werking van denktanken. Ook verhoogt het binnenhalen van voormalige beleidsmakers het risico om de “neutraliteit” te verliezen (Özhan, 2009). 6de Opnemen van werknemers uit de bureaucratie S.E.T.A.V. heeft geen werknemers uit de bureaucratie in haar kader opgenomen. Dit gaat in tegen de algemene trend bij andere Turkse denktanken waarbij voormalige diplomaten en andere mensen uit de bureaucratie op het einde van de loopbaan opgenomen worden. Ook hier geldt dezelfde motivering als bij de vraag waarom S.E.T.A.V. geen voormalige beleidsmakers opneemt in de organisatie.
Het personeel binnen S.E.T.A.V. heeft daarentegen vooral in de academische wereld carrière gemaakt of combineert het werk binnen de denktank met het doceren aan een universiteit. Ook dit is volgens mij een bron van macht. Men bouwt via deze weg een breed netwerk uit binnen de academische wereld en men kan als docent eigen accenten leggen in de opleiding van toekomstige beleidsmakers. Men kan hen via het doceren als het ware vormen.
Hierna volgt een korte opsomming van huidige werknemers bij S.E.T.A.V. die ook als docent of als doctoraatsstudent aan een universiteit verbonden zijn (Seta, 2010): -
Bülent Aras: verbonden aan Istanbul Teknik Üniversite;
-
Hatem Ete: verbonden aan Orta Doğu Teknik Üniversite via doctoraat;
-
Talip Küçükcan: verbonden aan Marmara Üniversite;
-
Selin Bölme: verbonden aan Hacettepe Üniversite via doctoraat;
-
Ihsan Dağı: verbonden aan Orta Doğu Teknik Üniversite;
-
Bekir S. Gür: verbonden aan Karabük Üniversite; 56
-
Erdal Karagöl: verbonden aan Balıkesir Üniversite;
-
Fatih Özbay: verbonden aan Istanbul Teknik Üniversite;
-
Mehmet Özkan: verbonden aan de universiteit van Sevilla;
-
Murat Özoğlu: verbonden Ondokuz Mayıs Üniversite;
-
Muhammet Sakıroğlu: verbonden aan Kafkas Üniversite;
-
Hüseyin Yayman: verbonden aan Gazi Üniversite;
-
Nuh Yılmaz: verbonden aan George Mason universiteit;
-
Ufuk Ulutaş: verbonden aan Ohio State university via doctoraat;
7de Voorbereiden van studiewerk en beleidsanalyse voor beleidsmakers Eén van de hete hangijzers in de Turkse politiek is de “Koerdische kwestie”. Het gaat hier om een proces dat door de AK-partij in gang is gezet om een opening te maken naar meer rechten voor de Koerdische minderheid in Turkije. Om dit proces goed onderbouwd te kunnen realiseren, maakt de AK-partij gebruik van het geleverde werk van S.E.T.A.V. (Türköne, 2009) (Kaya, 2010). Hun rapport werd voor 80% overgenomen (Ensaroglu, 2009). S.E.T.A.V. onderzocht samen met Pollmark hoe de publieke opinie in Turkije aankijkt tegen de Koerdische kwestie (Pollmark, 2010). Dit zorgde voor een kwantitatieve en kwalitatieve basis om een beleid te kunnen ontwikkelen in functie van de Koerdische kwestie. 8ste Ontwikkelen van gespecialiseerde programma‟s voor beleidsmakers Op vraag van de Saoedische overheid maakte S.E.T.A.V. een rapport op over hoe men de civiele gemeenschap kan betrekken bij de politieke besluitvorming en hoe men initiatieven vanuit de civiele samenleving kan stimuleren (Özhan, 2009). 9de Onderhouden van directe contacten met beleidsmakers S.E.T.A.V. onderhoudt op formele en informele wijze directe contacten met beleidsmakers. Zoals eerder vermeld worden de medewerkers van de denktank regelmatig uitgenodigd om mee aan te schuiven bij overlegmomenten met beleidsmakers zoals onder andere over de Koerdische kwestie, het Turkse buitenlandse beleid enz. Ook het feit dat president Abdullah Gül op 27 november 2008 bij het bijeenroepen van vertegenwoordigers van een aantal Turkse denktanken slechts drie vertegenwoordigers persoonlijk verwelkomde, waaronder de vertegenwoordiger van S.E.T.A.V., wijst op directe en warme contacten tussen beide partijen (Yilmaz, 2008). Ibrahim Kalın, de vroegere directeur van S.E.T.A.V. en momenteel hoofdadviseur van de Turkse eerste minister, kan tevens beschouwd worden als een zeer belangrijk contactpunt voor de organisatie.
57
Uiteindelijk slaagt S.E.T.A.V. er tevens in om heel wat beleidsmakers te betrekken bij hun lezingen en conferenties. Daar treden ze in directe interactie met beleidsmakers. 4.5.
DE KRACHT VAN HET GETAL: NETWERKEN
Als de literatuur over denktanken erop wordt nageslagen, komt men ongetwijfeld een hoofdstuk over netwerken tegen. Elke denktank heeft een eigen missie, eigen doelstellingen en thema‟s waarop hij zich profileert. Dit probeert de denktank op zoveel mogelijke manieren te realiseren. Enerzijds onderneemt hij velerlei activiteiten op eigen houtje om zijn invloed te maximaliseren. Maar al te snel botst hij op zijn eigen financiële beperkingen, beperkingen in de staf, beperkingen in kennis van een thema enz. Dan kan de kracht van het getal zeker een meerwaarde bieden. Via netwerken kunnen de betrokken partijen immers de krachten bundelen om visies en knelpunten hoger op de agenda te duwen en als urgenter te laten ervaren. Ook wanneer denktanken internationale thema‟s aankaarten, grijpt men vaak naar netwerken die transnationaal werken. Vaak ontwikkelen zich een “epistemic community”. Dit is een netwerk van als professionelen erkende experten met competenties in een bepaald domein en een autoritaire claim op beleidsrelevante kennis in dat domein. De leden van dit netwerk delen principiële overtuigingen, wat ze voor een op waarden gebaseerde ratio zorgt ter ondersteuning van hun sociale actie. Ze delen oorzakelijke overtuigingen ontleend aan hun analyse van de praktijk, leidend naar of bijbrengend tot een probleemstelling in hun domein die dan dient als basis voor de verduidelijking van de linken tussen mogelijke beleidsacties en gewenste resultaten. Ze delen ook een gelijke visie over geldigheid en over gemeenschappelijke beleidsondernemingen (Haas, 1997, p. 3). Netwerken hebben het potentieel om de efficiëntie en effectiviteit van projecten te verhogen door het opnemen van een breder gamma van kennis en expertise. Dit geldt ook voor hun werk ten aanzien van beleidsaanbevelingen (Stone D. , 2004, p. 38). Pluralisten leggen de nadruk op de openheid en het informele karakter van deze netwerken, terwijl andere invalshoeken – zoals die van de elitisten - net wijzen op het feit dat netwerken helpen te voorkomen dat er uitdagingen opkomen die de dominante waarden en de belangen in een samenleving in vraag stellen en bedreigen. Eén van de meest efficiënte mechanismen via dewelke denktanken transnationaal gingen werken, is via netwerken (Stone D. , 2004, pp. 38-39). Turkse denktanken en netwerken. Er is duidelijk een trend waarneembaar die wijst op een ontdekking van het nut van netwerken door Turkse denktanken. Zij worden almaar meer gevraagd en ontdekken zelf ook relevante netwerken. Hierna volgen een aantal voorbeelden. S.A.M., A.S.A.M., T.E.S.E.V. en O.B.I.V. zetelen samen met denktanken uit de Balkan in “The Balkan Communication Network”. In het netwerk “European Mediterranean Study Commission” (EuroMeSCo) zetelen D.P.E. en T.E.S.E.V.. L.T.D. zetelt dan weer in het “Stockholm Network”, een netwerk dat zich bezighoudt met 58
het samenbrengen van liberale denktanken voor het verdedigen van de liberalisering van de Europese markt. D.P.E., T.E.S.E.V. en A.N.K.A.M. zetelen in het “Global Development Network”, een door de Wereldbank gesponsord netwerk met als doel vakgebiedoverschrijdend onderzoek en kennis te delen in functie van ontwikkeling. Zij gaan ervan uit dat goed beleidsonderzoek en de juiste toepassing ervan bijdraagt tot een betere ontwikkeling (Bagci & Aydin, 2009, p. 114).
Ook binnen S.E.T.A.V. groeit het besef dat het zetelen in netwerken de draagkracht van de denktank kan verruimen, alleen zie ik dat tot op heden nog niet vertaald in een duidelijke strategie om zich te laten opnemen in netwerken. Los van het discours dat Taha Özhan erop nahoudt in verband met het belang van netwerken (Özhan, 2009), vind ik maar weinig sporen terug van het effectief zetelen van S.E.T.A.V.-mandatarissen in netwerken. Ik zocht naar mogelijke netwerken waarin S.E.T.A.V. zetelde, zowel op de naam van de denktank, als op naam van de medewerkers, maar dat leverde slechts een beperkt resultaat op.
Hieronder vindt u het door mij gevonden materiaal terug: -
Interreligious and Intercultural Dialogue in Youth Work (Kilic, 2007);
-
Eurosphere (Eurosphere, 2010);
-
Network for European Muslim Research Organisations: een initiatief van S.E.T.A.V. en Association of Muslim Social Scientists uit het Verenigd Koninkrijk (AMSSUK, 2010);
-
Abant Platform: netwerk van intellectuelen, academici enz die geregeld samenkomen om van gedachten te wisselen over nationale en internationale onderwerpen. Zo discussieerde men op 16 februari 2009 onder andere over de Koerdische kwestie in Turkije en Noord-Irak (DuvakliErbil, 2009).
-
Bülent Aras zetelt in Eurasian studies network (Eurasian Studies Network, 2010) en in Euroturk Group (Euro Turk Network, 2010)
-
Ihsan Daği zetelt in The Turkish Fulbright Commission, een organisatie die uitwisselingskansen voor studenten biedt (Fullbright, 2010).
-
Ibrahim Kalın zetelde in het network Foundation for the Future (Foundation for the Future, 2005)
Los van deze officiële netwerken, kan ik zeggen dat de medewerkers beschikken over een sterk informeel netwerk, dit zeker in de academische wereld gezien zij bijna allemaal gelinkt zijn aan een bepaalde binnenlandse of buitenlandse universiteit (Seta, 2010). Ook het feit dat bepaalde medewerkers rechtstreeks verbonden zijn aan een bepaalde krant, zoals onder andere Ihsan Dağı aan de krant Zaman, kan ervoor zorgen dat deze personen over een bepaald netwerk beschikken. 59
Verder kan het feit dat Ibrahim Kalın de enige aanwezige was op het dialoogplatform opgezet door de Paus in 2008 wijzen op een bepaald informeel netwerk (Zaman, 2008) Maar ook de personen die vanuit S.E.T.A.V. een positie zijn gaan bekleden binnen de besluitvormings- of beleidsorganen zorgen voor een breed netwerk soms tot op de hoogste regionen. Het was dan wel moeilijk om concrete netwerken te ontdekken, toch bundelt S.E.T.A.V. haar krachten met andere denktanken om conferenties en dergelijke te organiseren. Dit wijst zowel op contacten tussen de betrokken partijen als het besef dat deze coöperatie voor de partijen voordelen oplevert. Samenwerking met andere organisaties omtrent conferenties:
-
The Istanbul Forum: 19 november 2009 i.s.m. S.T.R.A.T.I.M. (Stratejik İletişim Merkezi) en het German Mashall Fund (Seta, 2010)
-
Facing the Gaza Crisis: The EU and The Arab Governments : 22 januari 2009 i.s.m. CIDOB Foundation Mediterranean Programme (Seta, 2010)
-
Turkey, the Region and US-Turkish Relations: Assessing the Challenges and Prospects : 28 oktober 2008 i.s.m. het Brookings instituut;
60
5.
ENKELE CONCLUSIES
Een artikel in le monde diplomatique vat het als volgt samen: “Ils (denktanken) sont devenus un élément de plus du „soft power‟ en Turquie.…. L‟un des plus influents, la Fondation pour la recherche politique économique et sociale (S.E.T.A.V.)… “(Kristianasen, 2010). Deze paar zinnen vatten kort samen wat ook volgens mij een duidelijk waarneembare evolutie is in Turkije. Door een aantal hierboven beschreven ontwikkelingen is men in Turkije niet-statelijke actoren, in casu denktanken, serieuzer gaan nemen en meer gaan betrekken bij het maken van beleid. Daar droeg het aantreden van de AK-partij in belangrijke mate toe bij, het gaat wel om een jonge evolutie waarin alle actoren nog moeten groeien.
Uit mijn research en uit de interviews die ik afnam van medewerkers van S.E.T.A.V., durf ik te concluderen dat deze denktank genoeg kaarten in handen heeft om op het beleid in te kunnen spelen. Er is aan de randvoorwaarden voldoende voldaan, de ruimte is gecreëerd en zij spelen daarop in door verschillende paden te bewandelen. Ook buitenstaanders zoals journalisten e.a. erkennen dat S.E.T.A.V. op bepaalde dossiers toch hun stempel weten te drukken, zoals in de aanpak van de opening die de regerende partij maakt naar de Koerdische minderheid in Turkije (Türkone, 2009).
Daarnaast slaagt S.E.T.A.V. er als een van de weinige Turkse denktanken in om eigen personen op sleutelposities te plaatsen. Dit is voor de organisatie van onschatbare waarde. Verder lukt het hen ook vaak om grote namen te strikken als sprekers op conferenties, alsook nationale en internationale beleidsmakers. Dat is iets waarmee deze denktank media-aandacht oogst en mee kan uitpakken. Ook het personeel dat men tewerk stelt heeft hoofdzakelijk een academische carrière. Vaak is men opgeleid in een bepaald vakgebied en focust men het werk binnen S.E.T.A.V. daar ook op. Waar men binnen S.E.T.A.V. tekort schiet, gaat men met freelancers aan de slag. Dat wijst er op dat de organisatie bewust omgaat met het personeelsbeleid. Naast de beleidsmakers onderneemt men stappen om het brede geïnteresseerde publiek te bereiken. Daarbij speelt het hebben van een eigen televisieprogramma een belangrijke rol in. De contacten met andere media zoals de geschreven pers wordt tevens goed onderhouden. Het gaat soms zo ver dat bepaalde medewerkers vaste journalisten zijn bij bepaalde kranten. Opnieuw heeft S.E.T.A.V. hier omtrent een eigen strategie uitgebouwd o.l.v. één mediaverantwoordelijke. Veel van het geschreven werken of conferenties hebben als voertaal het Engels, wat er voor mij op wijst dat men op een breder en internationaal publiek mikt. Hun aanwezigheid in Washington o.v.v. een bureau, de internationale thema‟s die men aankaart, de sprekers die men uitnodigt enz. zijn daar eveneens enkele voorbeelden van. 61
Toch laat S.E.T.A.V. nog mogelijkheden onbenut om nog meer invloed uit te oefenen. Zo kan S.E.T.A.V. nog méér inzetten op aanwezigheid in netwerken, al moet men bij de keuze van het al dan niet zetelen in een netwerk een goede kosten-baten analyse maken. Het vergt namelijk veel tijd en middelen van een organisatie om in een netwerk te actief te zijn. Daarnaast kan men tevens een beleid opzetten voor het opnemen in de organisatiestructuur van mensen met ervaring in de bureaucratie. Dit brengt ervaring, kennis en contacten mee die van grote waarde kunnen zijn. Er resten echter een aantal uitdagingen waar S.E.T.A.V. - maar ook andere denktanken - mee geconfronteerd blijven.
Zo is er de vraag wat de politieke toekomst van Turkije zal brengen. De regerende AK-partij opende het beleid om niet-statelijk actoren te betrekken, maar zal de volgende regeringspartij deze manier van werken aanhouden of komt er een terugval? Waarin mondt de oplopende spanning tussen het leger en de AK-partij in uit? Wat zal de impact daarvan zijn op het democratisch gestel van Turkije? Deze kwesties kunnen een serieuze invloed kunnen hebben op S.E.T.A.V., gezien deze denktank momenteel waardevolle contacten heeft binnen de kringen van de regerende partij. S.E.T.A.V. worstelt nog steeds met de perceptie en het imago dat zij een pro-AK-partij zijn. Dit kan in hun nadeel spelen eens die partij niet meer deel uitmaakt van de meerderheid in het land. Het zou volgens mij gezonder zijn mochten de medewerkers werk maken van een objectiever imago. Dit kan ondermeer door naast hun nauwe contacten binnen de AK-partij ook een informatienetwerk en contacten uit te bouwen met andere politieke families. Daarnaast blijft de financiering voor denktanken van cruciaal belang. Ook Taha Özhan, directeur van S.E.T.A.V., erkent de nood aan een structurele vorm van financiering (Özhan, 2009). Wil men dat denktanken degelijk werk levert en zich kunnen ontplooien op lange termijn, dan moet men in Turkije nadenken over een nieuw systeem van financiering. Momenteel verloopt een groot stuk van de financiering hoofdzakelijk via buitenlandse, maar ook via binnenlandse projectmiddelen. Dit brengt onzekerheid en afhankelijkheid met zich mee. Mocht men vanuit de overheid werken aan een basisfinanciering van de denktanken op basis van een aantal vooropgestelde criteria, zou dit stabiliteit brengen in de denktankenwereld. Dit zou ook betekenen dat men de denktanken als volwaardige gesprekspartner gaat aanzien wat hun kans om invloed uit te oefenen op het beleid vergroot.
62
6.
BIJLAGEN
Achtergrondinformatie over de personen die ik interviewde voor dit werk: Rana Birden (Birden, 2009): Rana is momenteel lid van de raad van bestuur van A.R.I.-Hareket, waar ze vroeger de algemeen directeur was. Ze geeft tevens les aan de Bahçeşsehir universiteit te Istanbul. In 1998 studeerde af aan de Galatasaray universiteit in de richting internationale politiek, daar studeerde ze E.U.-studies. Sindsdien werkte ze onder andere bij Iktisadi ve Kalkınma Vakfı (I.K.V.) Ze heeft heel wat praktijkervaring wat E.U.-projecten betreft dankzij haar werk bij bovengenoemde organisaties. Het gaat vooral om projecten ter ondersteuning en ontwikkeling van de civiele samenleving in Turkije. Yılmaz Ensaroğlu (Seta, 2010): Hij studeerde af aan de universiteit van Ankara aan de Ilahiyat Faculteit. Al tijdens zijn studentenjaren was hij een zeer sociaal bewogen persoon die onder andere actief was binnen het bestuur van studentenverenigingen. In 1992 werd hij verkozen tot lid van de algemene vergadering van Mazlumder, een vereniging die opkomt voor de mensenrechten in Turkije. Tussen 2005 en 2009 zetelde hij in het bestuur van Insan Hakları Ortak Platformu en is nu nog steeds actief in Mazlumder, Insan Hakları Gündemi Derneği (I.H.G.D.), Insan Hakları Araştırmaları Derneği (I.H.A.D.) en is hij de algemene uitgever van het mensenrechtenblad Insan Hakları için Diyalog. In S.E.T.A.V. werkt hij rond thema‟s als recht en mensenrechten.
Taha Özhan (Seta, 2010): Hij is de coördinator binnen S.E.T.A.V.. Hij studeerde aan de New York Institute of Technology, waarna hij zijn master internationale economie en politiek behaalde aan de New School for Social Research. Hij doctoreerde tevens aan deze universiteit. Hij behoort tot de oprichters van S.E.T.A.V. en zijn werkterrein focust zich op internationale politiek en politieke economie. Tabel 4. (Bagci & Aydin, 2009, p. 97) nr
Naam
Jaar van
Locatie
oprichting 1
Strateji Merkezi
2000
Ankara
2
Stratejik Araştırma ve Etüt Merkezi | S.A.R.E.M.
2002
Ankara
3
Stratejik Araştırma ve Etütler Milli Komitesi &S.A.E.M.K.
1997
Ankara
4
Strateji Araştırma Merkezi
1995
Ankara
63
5
T.B.M.M. Araştırma Merkezi
2006
Ankara
Tabel 5 uit het boek (Bagci & Aydin, 2009, p. 98) van Bağcı en Aydın aangevuld met eigen informatie. nr
Naam
Jaar van
Locatie
oprichting 1
Akdeniz üniversitesi
2002
Antalya
2
Anadolu üniversitesi
2005
Eskişehir
3
Ankara üniversitesi
2003
Ankara
4
Atatürk üniversitesi
2003
Erzurum
5
Bahçeşehir üniversitesi
Onbekend
Istanbul
6
Başkent üniversitesi
2003
Ankara
7
Beykent üniversitesi
2004
Istanbul
8
Çanakkale on sekiz Mart üniversitesi
2005
Çanakkale
9
Çukurova üniversitesi
Onbekend
Çukurova
10
Dokuz Eylül üniversitesi
Onbekend
Izmir
11
Ege üniversitesi
2002
Izmir
12
Erceyis üniversitesi
2005
Kayseri
13
Galatasaray üniversitesi
1998
Istanbul
14
Gazi üniversitesi
2004
Ankara
15
Hacettepe üniversitesi
2004
Ankara
16
Harran üniversitesi
1997
Şanlıurfa
17
Inönü üniversitesi
2003
Istanbul
18
Istanbul üniversitesi
Onbekend
Istanbul
64
19
Kafkas üniversitesi
2003
Kars
20
Karadeniz Teknik üniversitesi
2007
Trabzon
21
Marmara üniversitesi
1987
Istanbul
22
Mersin üniversitesi
2002
Mersin
23
Mustafa Kemal üniversitesi
2006
Antakya
24
Pamukkale üniversitesi
2007
Denizli
25
Selçuk üniversitesi
2005
Konya
26
Süleyman Demirel üniversitesi
1994
Isparta
27
Yıldız Teknik üniversitesi
2000
Istanbul
Jaar van
Locatie
Tabel 6 (Bagci & Aydin, 2009, p. 102) nr
Naam
oprichting 1
Açık Toplum Enstitüsü (O.S.I.A.F.) / Open Society Institute
2001
Istanbul
2
Friedrich Ebert Vakfı (F.E.S.)
1988
Istanbul
3
Friedrich Nauman Vakfı (F.N.S.)
1991
Istanbul
4
German Marshall Fund (G.M.F.)
2005
Ankara
5
Heinreich Böll Vakfı (H.B.S.)
1994
Istanbul
6
Konrad Adenauer Vakfı (K.A.S.)
1984
Ankara
7
Orient Enstitüsü
1987
Istanbul
65
7.
BIBLIOGRAFIE
Abelson. (2004). The business of ideas: the think tank industry in the USA. In Stone, & Denham, Think tank traditions Policy research and the politics of ideas (p. 317). Manchester: Manchester University Press. Abelson. (1998). Think tanks in the United States. In Stone, Denham, & Garnett, Think tanks across nations a comparative approach (p. 234). Manchester: Manchester University Press. Açılımda bugün söz STK'ların. (2009, 08 15). Opgeroepen op 04 14, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=880904&keyfield=73657461: Akyol, T. (2009, 09 19). Baykal‟la „Kürt‟ sohbeti. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/baykal-la--kurt--sohbeti/tahaakyol/siyaset/yazardetayarsiv/27.05.2010/1141017/default.htm Al Jazeera. (2009, 03 12). About us. Opgeroepen op 02 16, 2010, van http://english.aljazeera.net: http://english.aljazeera.net/aboutus/2009/03/20093411448677961.html AMSSUK. (2010). News. Opgeroepen op 06 12, 2010, van http://www.amssuk.com: http://www.amssuk.com/news.html Aras, B. (2009, 07 01). Azerbaycan ile yeniden. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Yazarlar/bulent_aras/2009/07/01/azerbaycan_ile_yeniden Aras, B. (2009, 12 16). Başbakan'ın Gazze tepkisi . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Yazarlar/bulent_aras/2009/12/16/basbakanin_gazze_tepkisi Aras, B. (2009, 07 29). Gürcistan'a dikkat. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Yazarlar/bulent_aras/2009/07/29/gurcistana_dikkat Aras, B. (2009, 10 21). Türkiye fırsatı. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Yazarlar/bulent_aras/2009/10/21/turkiye_firsati Aras, B. (2009, 12 09). Washington notları. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Yazarlar/bulent_aras/2009/12/09/washington_notlari Asalioglu, I. (2009, 10 27). Eğitimdeki kalite sorununun ana sebebi, kolay sınıf geçilmesi . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=908151&keyfield=73657461 Asalioglu, I. (2009, 07 08). Yükseköğretimde reform talebi. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=867166&keyfield=73657461 Aslan, A. H. (2009, 11 19). İsrail, 'daha demokratik' Türkiye ile ilişki kurabilmeli . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=917554&keyfield=73657461 Aydemir, B. (2009, 06 13). 'Türkiye, ilk kez özgüveni yüksek bölgesel güç oldu'. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Gundem/2009/06/13/turkiye_ilk_kez_ozguveni_yuksek_bolgesel_guc_oldu 66
Aydin, E., & Ete, H. (2009, 09 04). Kürtler, Türkleri ayrı bir devlet kurmak istemediklerine ikna edemiyor. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=888210&keyfield=73657461 Aydinli, E. (2009). Türkiye'de stratejik düsünce kültürü ve stratejik arastirma merkezleri: baslangicindan bugüne türk düsünce kuruluslari. Ankara: Nobel. Bagci, & Aydin. (2009). Türkiye'de stratejik düsünce kültürü ve stratejik arastirma merkezi: baslangicindan bugüne Türk düsünce kuruluslari. Ankara: Nobel. Balkan Communicaton Network. (2006, 07 03). Opgeroepen op 07 01, 2009, van http://www.balkannet.info: http://www.balkannet.info/index.php?option=com_content&task=view&id=22&Itemid=50 Bendern, P. d. (2008, 06 30). Turkish party faces court battle for survival. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.reuters.com: http://www.reuters.com/article/idUSL3014755420080630 Birand, M. A. (2009, 12 08). http://www.milliyet.com.tr/oval-ofis-te--baskan-konusurken-elmayiyenler---/mehmet-ali-birand/guncel/yazardetayarsiv/02.06.2010/1171345/default.htm. Opgeroepen op 01 16, 2010, van www.milliyet.com.tr. Birden, R. (2009, 02 21). (A. Meirhaeghe, Interviewer) Birkland, T. (2006). Agenda setting in public policy. In Fisher, Miller, & Sindey, Handbook of public policy analysis theory, politics and methods (p. 642). CRC Press. Bolant, V. (2008, 06 28). Objection overruled. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.ft.com: www.ft.com/cms/f9250-cf6-8375-11de-a24c-00144feabdc0.html Bolant, V. (2008, 01 25). Pact to drop headscarf ban leaves Turks uneasy . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.ft.com: www.ft.be/cms/e0db61f42-cae8-11dc-a960-000077b07658.html Bolant, V. (2008, 01 08). Spotlight: Abdullah Gul – Outsider smooths US relations. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.ft.com: www.ft.com/cms/3c9d43f4-bae6-11dc-9fbc-0000779fd2ac.html Bolant, V. (2008, 02 05). Turkey debates easing headscarf ban . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.ft.com: www.ft.com/cms/3bd35410-d3f8-11dc-a8c6-0000779fd2ac.html Bolant, V. (2008, 02 06). Turkish MPs open debate on headscarf . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.ft.com: www.ft.com/cms/ce3886c6-d458-11dc-a8c6-0000779fd2ac.html Bolant, V. (2008, 07 27). Turkish political Islam fights for survival in court . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.ft.com: www.ft.com/cms/e6f9c1fe-5c05-11dd-9e99-000077b07658.html Bostan, Y. (2009, 08 21). Türk gözlemci: Seçimden çok ölüm kalım savaşı. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Dunya/2009/08/21/turk_gozlemci_secimden_cok_olum_kalim_savasi Boucher. (2004). Europe and Its Think Tanks: A Promise to be Fulfilled : an Analysis of Think Tanks Specialised in European Policy Issues in the Enlarged European Union. Parijs: Notre Europe. Boucké, T. (2005). Uitvoerende macht en beleid. In C. Devos, Politicologie, inleiding tot de politieke wetenschappen (p. 496). Gent: Academia Press. 67
Bülbül, K. (2008, 05 23). İslam AB‟ye girmeye engel midir? . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/islam-abye-girmeye-engel-midir.htm Bülbül, K. (2008, 05 19). Türkiye'de bir Hıristiyanofobi var mı? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=691286&keyfield=73657461 Ciçek, N. (2009, 05 27). 'Çözümde Türkiye anahtar'. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Dunya/2009/05/27/cozumde_turkiye_anahtar Cihan. (2008, 01 07). FT: ABD-Türkiye ilişkileri rayına oturdu. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=634499&keyfield=73657461 Cobb, & Elder. (1983). conference program. (2007). Opgeroepen op 05 24, 2010, van http://www.islamophobiaconference.org/index.php?page=symposium_program: http://www.islamophobiaconference.org/index.php?page=symposium_program Coolsaet, Lesage, Kleijsen, & Kerchove, V. (2006). Anarchie, orde, dominantie inleiding tot de theorie van de internationale betrekkingen. Gent: Academia Press. Cumhuriyet. (2009, 01 09). "İsrail, Hamas'ı bitirmek istemiyor". Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=28684 Cumhuriyet. (2009, 05 26). "Kısa dönemde sınırların açılmasını beklemiyoruz". Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=58812 Cumhuriyet. (2009, 06 26). "Türkiye-Azerbaycan ilişkilerinin en büyük göstergesi...". Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=64788 Cumhuriyet. (2009, 08 15). Atalay'ın STK temsilcileri ile görüşmesi sona erdi. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=75620 Cumhuriyet. (2008, 10 27). Bush,Türkiye-ABD ilişkilerini kötü hale getirdi. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=13402 Cumhuriyet. (2009, 05 22). Türkiye-Ermenistan İlişkileri Çayıştayı İstanbul'da. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=58170 Cumhuriyet. (2009, 05 24). Türkiye-Ermenistan ilişkileri masaya yatırılıyor. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=58812 Cumhuriyet. (2010, 01 18). Türkiye-Ermenistan Protokolleri'ne Kıbrıs formülü. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=115726 Cumhuriyet. (2009, 08 27). Türklerin ve Kürtlerin benzerliği. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.cumhuriyet.com.tr: http://www.cumhuriyet.com.tr/?hn=78048 Dagi, I. (2009, 09 01). Ez jı te hez dıkım. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/yazar.do?yazino=887029&keyfield=73657461 Dagi, I. (2009, 08 28). Kürt açılımına halk ne diyor? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/yazar.do?yazino=885454&keyfield=73657461 68
Dagi, I. (2009, 02 27). Kürt Raporu güzel de, yazarı kim? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/yazar.do?yazino=819724&keyfield=73657461 Dagi, I. (2009, 09 08). Kürtler mi 'ayrılıkçı', yoksa? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/yazar.do?yazino=889580&keyfield=73657461 Dagi, I. (2009, 05 29). SETA‟nin Ermenistan açilimi. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/yazar.do?yazino=852897&keyfield=73657461 Dahl, R. (1961). Who governs? Democracy and power in an American city. . New Haven: Yale University Press. Devos. (2005). Elites De macht in weinig handen. In Devos, Politicologie Inleiding tot de politieke wetenschappen (p. 496). Gent: Academia press. Duvakli-Erbil, M. (2009, 02 16). Geçmişte yaşananlar geleceğimize ipotek koyamaz. Opgeroepen op 05 30, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=815776&keyfield=73657461 Ediger, V. (2009). Türk think tanki'nin olgunlasma dönemine dogru. In Kanbolat, & Karasar, Türkye'de stratejik düsünce Kültürü ve stratejik arastirma merkezleri: baslangicindan bugüne türk düsünce kuruluslari (p. 544). Ankara: Nobel. Eksi, M. (2009, 06 30). Türkiye-Azerbaycan ilişkileri Kafkasya'da güvenliğin teminatıdır. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=864350&keyfield=73657461 Ensaroglu, Y. (2009, 02 27). (A. Meirhaeghe, Interviewer) Ete, H. (2009, 12 17). Filler ve çimen . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=928363&keyfield=73657461 Ete, H. (2009, 08 04). Kürt sorununun çözümü, DTP ve MHP'nin tutumuna bağlı. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=876515&keyfield=73657461 Ete, H. (2009, 11 15). Şimdi somut adımlar zamanı . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=915899&keyfield=C59E696D646920736F6D757420616 4C4B16D6C6172207A616D616EC4B120 Ete, H. (2009, 08 02). DTP çözüme nasıl katkıda bulunabilir? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/dtp-cozume-nasil-katkida-bulunabilir.htm Ete, H. (2009, 12 10). DTP, sokak ve siyasete dair cevapsız sorular. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/dtp-sokak-ve-siyasete-dair-cevapsiz-sorular.htm Ete, H. (2009, 05 18). Kürt sorununda devlet ne düşünüyor? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zama.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=849131&keyfield=73657461 Ete, H. (2009, 03 21). Örgüt ile parti olma geriliminde DTP . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=828308&keyfield=73657461 69
Ete, H. (2010, 03 27). Yeni bir siyasal sisteme dogru . Opgeroepen op 05 01, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=966245&keyfield=73657461 Eurasian Studies Network. (2010). EurasianStudiesNetwork. Opgeroepen op 06 12, 2010, van www.keele.ac.uk: http://www.keele.ac.uk/depts/spire/research/ESN/ESN_home.htm Euro Turk Network. (sd). Euro Turk network bulletin. Opgeroepen op 06 12, 2010, van www.euroturk.org: www.euroturk.org/en/?s=haber Eurosphere. (2010). Network >> Ngo/Civil Society. Opgeroepen op 05 26, 2010, van http://www.eurosphere.uib.no: http://www.eurosphere.uib.no/network/ngoCivilSociety.htm Foundation for the Future. (2005, november). Board of the Foundation for the Future. Opgeroepen op 05 26, 2010, van www.um.dk: www.um.dk/NR/rdonlyres/.../060717BoardofDirectors.doc Fullbright. (sd). The commission board. Opgeroepen op 06 12, 2010, van www.fullbright.org.tr: http://www.fulbright.org.tr/en/the-turkish-fulbright-commission/the-commission-board Garnett, & Stone. (1998). Think tanks across nations: a comparative approach. Global Development Network. (sd). GDN Partners Regional and global support. Opgeroepen op 07 02, 2009, van www.gdnet.org: www.gdnet.org/cms.php?id=gdn_partners Godwin, & Wahlke. (1997). Introduction to political science: reason, reflection ans analysis. Harcourt brace college publishers. Gürsel, K. (2009, 11 16). Ayrıştıranlar ve ayrışanlar aslında kimlerdir? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/ayristiranlar-ve-ayrisanlar-aslinda-kimlerdir/kadri-gursel/dunya/yazardetayarsiv/27.05.2010/1162428/default.htm Güvenç. (2007). Türkiye'nin dis politikasi ve düsünce kuruluslari. Haas. (1997). introduction: epistemic communities and international policy coordination. In Haas, Knowlegde, power and international policy coordination (p. 390). South Carolina: University of South Carolina Press. Halfmann, & Hoppe. (2004). science/policy boundaries: a changing division of labour in dutch expert policy advice. In Maasen, & Weingart, Democratization of Expertise? Exploring Novel Forms of Scientific Advice in Political Decision-Making. Dordrecht: Kluwer. Himmelstein. (1990). To the right: the transformation of American conservatism . Berkeley: University of California press. http://www.keele.ac.uk/depts/spire/research/ESN/ESN_home.htm. (sd). Opgeroepen op 06 12, 2010, van www.keele.ac.uk. http://www.setav.org/lang_en/index.php?option=com_content&task=blogsection&id=1&Itemid=16. (sd). Opgeroepen op 06 08, 2009, van www.setav.org. http://www.setav.org/lang_en/index.php?option=com_content&task=view&id=147&Itemid=30. (sd). Opgeroepen op 06 14, 2009, van www.setav.org.
70
http://www.setav.org/public/VideoDetay.aspx?Dil=tr&vid=27444. (2009, 04 24). Opgeroepen op 05 27, 2010, van www.setav.org. http://www.setav.org/public/VideoDetay.aspx?Dil=tr&vid=34161. (2010, 05 20). Opgeroepen op 02 27, 2010, van www.setav.org. http://www.setav.org/public/VideoDetay.aspx?Dil=tr&vid=8892. (2009, 06 19). Opgeroepen op 05 27, 2010, van www.setav.org. http://www.setav.org/public/VideoDetay.aspx?Dil=tr&vid=9115. (2009, 01 23). Opgeroepen op 05 27, 2010, van www.setav.org. James. (2000). Influencing governance policymaking. In Stone, Banking on knowledge: the genesis of the global development network. London: Routledge. James, S. (2000, 04 10-13). http://www.psa.ac.uk/journals/pdf/5/2000/james%20Simon.pdf. Opgeroepen op 06 19, 2009, van www.psa.ac.uk. Jones, G., & Göktas, H. (2008, 01 24). Turkish government and opposition agree to ease scarf ban. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.reuters.com: http://www.reuters.com/article/idUSL2490400120080124 Kalin, I. (2009, 08 29). 'Bedeli ne olursa olsun'. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Yazarlar/ibrahim__kalin/2009/09/19/bedeli_ne_olursa_olsun Kalin, I. (2009, 04 06). Ortak bir bölgesel vizyon mümkün mü? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=834209&keyfield=73657461 Kalin, I. (2009, 04 02). Vatandaş siyaseti normalleştirdi. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=832691&keyfield=73657461 Kalin, I. (2009, 08 29). Yakın mıyız uzak mı? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Yazarlar/ibrahim__kalin/2009/08/29/yakin_miyiz_uzak_mi Kaya, N. (2010, 02 02). Muhatap arayışı -2. Opgeroepen op 04 14, 2010, van www.gundemonline.net: http://www.gundem-online.net/yazdir.asp?haberid=86319 Keles, Z. (2010, 01 16). Meridor: Yapılmamalıydı. Opgeroepen op 02 20, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/meridoryapilmamaliydi/siyaset/haberdetayarsiv/27.05.2010/1186724/default.htm Kilic, S. (2007, 04 12). Symposium Interrelliigiious and Intercultural Dialogue In Youth Work . Opgeroepen op 04 15, 2010, van www.serdarkilic.be: http://www.serdarkilic.be/communal/3hcpkxxp65-List%20of%20pax%20final.pdf Kireklo, G. (2009, 05 17). Bülent Aras: Dış politika yeni vizyon. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Gundem/2009/05/17/bulent_aras_dis_politika_yeni_vizyon Kohen, S. (2009, 05 27). Erivan ile sürecin geleceği. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com: http://www.milliyet.com.tr/erivan-ile-surecin-gelecegi/samikohen/dunya/yazardetayarsiv/27.05.2010/1099431/default.htm 71
Kohen, S. (2009, 07 25). Gürcistan gerçeği. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/gurcistan-gercegi/samikohen/dunya/yazardetayarsiv/27.05.2010/1121231/default.htm Kohen, S. (2009, 10 27). Yeni açılımlar nasıl karşılanıyor? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/yeni-acilimlar-nasil-karsilaniyor-/samikohen/dunya/yazardetayarsiv/27.05.2010/1155024/default.htm Kristianasen, W. (2010, 02). Foreign policy bridge over the Bosphorus Turkey‟s growth industry. Opgeroepen op 01 15, 2010, van http://mondediplo.com/: http://mondediplo.com/2010/02/07turkeygrowth Kristianasen, W. (2010, 02 11). Ni Orient ni Occident, les choix audacieux d‟Ankara . Opgeroepen op 02 2010, van www.monde-diplomatique.fr: www.mondediplomatique.fr/2010/02/KRISTIANASSEN/18786 Kristianasen, W. (2010, 02). Ni Orient ni Occident, les choix audacieux d‟Ankara : Les think tanks turcs, agents du changement. Opgeroepen op 02 11, 2010, van www.monde-diplomatique.fr: http://www.monde-diplomatique.fr/2010/02/KRISTIANASEN/18786 Küçükcan, T. (2009, 07 03). Çözüm AB sürecini hızlandırmakta... Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=865455&keyfield=73657461 Küçükcan, T. (2009, 07 22). Dış politika açılımları sürmeli... Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/dis-politika-acilimlari-surmeli.htm Küçükcan, T. (2008, 04 28). Euro-Türklerin birlikte yaşam tecrübeleri. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=682333&keyfield=73657461 Küçükcan, T. (2009, 09 05). Türkler ve Kürtler birbirlerine ne kadar yakın, ne kadar uzak? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=888627&keyfield=73657461 Kurt, S. (2008, 06 24). Gül, Köşk'teki fikir sofrasında Obama'yı sordu. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zamen.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=705971&keyfield=73657461 Kurt, S. (2008, 06 24). Gül, Köşk'teki fikir sofrasında Obama'yı sordu. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=705971&keyfield=73657461 McGann. (2001). Globalisation and the growth of think tanks. Philadelphia: McGann Associates. McGann. (2002). Think tanks and the transnationalisation of foreign policy. McGann, & Johnson. (2005). Comparative Think Tanks, Politics and Public Policy. McGann, & Weaver. (2002). Think Tanks and civil societies catalysts for ideas and actions. Transaction publishers. McGann, J. (2007). 2007 survey of think tanks a summary report. McGann, J. (2006, 01 23). Globalization and the Growth of Think Tanks. Opgeroepen op 05 29, 2009, van www.eldis.org: http://www.eldis.org/fulltext/globtt.pdf
72
McGann, J. (2007). The think tanks and civil societies. Opgeroepen op 04 21, 2009, van www.fpri.org: http://www.fpri.org/research/thinktanks/mcgann.globalgotothinktanks.pdf Menüde Kûrt sorunu var . (2009, 08 16). Opgeroepen op 05 25, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/menude-kurt-sorunu-var.htm Milliyet. (2010, 01 07). “Türkiye, gelecek 10 yıl içinde ‟bölgeler arası bir süper güç‟ olacak”. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/-turkiye-gelecek10-yil-icinde-bolgeler-arasi-bir-super-guc-olacak/dunya/sondakikaarsiv/27.05.2010/1183040/default.htm Milliyet. (2009, 08 29). Açılım konusunda kafalar çok karışık. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/acilim-konusunda-kafalar-cokkarisik/siyaset/haberdetayarsiv/27.05.2010/1133304/default.htm Milliyet. (2008, 10 28). Kınıklıoğlu: Ermeni tasarısı ABD'de geçerse ortaklığı unutun. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/kiniklioglu--ermeni-tasarisi-abdde-gecerse-ortakligi-unutun/siyaset/sondakikaarsiv/27.05.2010/1009068/default.htm Milliyet. (2010, 02 22). TAGEM: GDO'lu ürün ithalatında AB kriterlerine uyulacak. Opgeroepen op 05 25, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/tagem-gdo-lu-urun-ithalatinda-abkriterlerine-uyulacak/ekonomi/sondakikaarsiv/18.06.2010/1189359/default.htm Milliyet. (2009, 05 22). Türkiye-Ermenistan ilişkileri çalıştayı. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/turkiye-ermenistan-iliskilericalistayi/dunya/sondakikaarsiv/27.05.2010/1097817/default.htm NDI. (2008). Turkey. Opgeroepen op 05 05, 2008, van www.ndi.org: http://www.ndi.org/worldwide/eurasia/turkey/turkey_pdf.asp O.B.I.V. (2006, 05 03). Tarih. Opgeroepen op 04 10, 2009, van www.obiv.org.tr: http://www.obiv.org.tr/tarih.html Özçınar, Z. (2010, 04 19). 'Yargının Çıkmazı' rapor oldu: Hâkimler ideolojik davranıyor. Opgeroepen op 05 01, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=974705&keyfield=73657461 Özel, S. (2008, 05 25). Barış yolu uzundur. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Yazarlar/ozel/2008/05/25/Baris_yolu_uzundur Özhan, T. (2009, 02 27). (A. Meirhaeghe, Interviewer) Özyurt, A. (2008, 10 30). Davutoğlu‟ndan Obama‟ya uyarı. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/davutoglu-ndan-obama-yauyari/dunya/haberdetayarsiv/27.05.2010/1009510/default.htm Pollmark. (2010). PUBLIC PERCEPTION of the KURDISH QUESTION in TURKEY. Opgeroepen op 02 17, 2010, van www.pollmark.com.tr: http://www.pollmark.com.tr/Arastirma-Detayi.aspx?ID=37 Rich, A. (2004). Think tanks, public policy and the politics of expertise. Cambridge: Cambridge university press.
73
Sabah. (2009, 11 21). En etkili 500 müslüman. Opgeroepen op 05 25, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Dunya/2009/11/21/en_etkili_500_musluman Sabah. (2009, 08 28). SETA'dan Kürt sorunu algısı. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Gundem/2009/08/28/setadan_kurt_sorunu_algisi Seta. (2010). Opgeroepen op 05 26, 2010, van http://www.setav.org: http://www.setav.org/Default.aspx?Dil=tr Seta. (2010). An International Conference on Citizenship, Security and Democracy. Opgehaald van www.setav.org: 16 Seta. (2010). Arastirmacilar. Opgeroepen op 05 28, 2010, van www.setav.org: http://www.setav.org/public/UzmanListe.aspx?Dil=tr Seta. (2010). Etkinlikler. Opgeroepen op 05 25, 2010, van www.setav.org: http://www.setav.org/public/EtkinlikListe.aspx?Dil=tr Seta. (2010). Facing the Gaza Crisis: The EU and The Arab Governments. Opgeroepen op 02 17, 2010, van www.setav.org: http://www.setav.org/public/HaberDetay.aspx?Dil=tr&hid=13357 Seta. (2010). Multimedya. Opgeroepen op 05 27, 2010, van www.setav.org: http://www.setav.org/public/TumVideolar.aspx?Dil=tr Seta. (2010). Seta yayinlari. Opgeroepen op 05 25, 2010, van www.setav.org: http://www.setav.org/public/YayinListe.aspx?Dil=tr Seta. (2010). The Istanbul Forum. Opgeroepen op 02 17, 2010, van www.setav.org: http://www.setav.org/public/HaberDetay.aspx?Dil=tr&hid=13268 Seta. (2010). Turkish politics at the crossroads. Opgeroepen op 02 16, 2010, van www.setav.org: http://www.setav.org/public/HaberDetay.aspx?Dil=tr&hid=13527 Stefanec, & Delgado. (1996). No mercy: how conservative think tanks and foundations changed America's social agenda. Philadelphia: Temple university press. Stockholm network. (sd). Think tank details. Opgeroepen op 07 02, 2009, van www.stockholmnetwork.org: www.stockholm-network.org/details.php?id=6 Stone. (1996). Capturing the political imagination; think tanks and the policy process. Stone. (2004). Introduction: think tanks, policy advise and governance. In Stone, & Denham, Think tank traditions Policy research and the politics of ideas (p. 317). UK: Manchester university press. Stone. (2007). Recycling bins, garbage cans or think tanks? Three myths regarding policy analysis institutes. The Author , 259-278. Stone. (2000). Think tank transnationalisation and non-profit analysis, advice and advocacy. Stone. (2005, 08 31). Think tanks and policy advise in coutries in transition. Opgeroepen op 07 01, 2009, van http://www.adbi.org/discussion-paper/2005/09/09/1356.think.tanks/: http://www.adbi.org
74
Stone. (2004). Think tanks beyond nation-states. In Stone, & Denham, Think tank traditions policy research and the politics of ideas (p. 317). UK: Manchester University Press. Stone, & Denham. (2004). Think Tank Traditions Policy research and the politics of ideas. Manchester university press. Stratejik boyut. (2008, 11 18). Ve ASAM kapaniyor. Opgeroepen op 06 18, 2009, van www.stratejikboyut.com: www.stratejikboyut.com/news_detail.php?id=13655 Struyk. (2002). Transnational think tank networks: purpose, membership and cohesion. Taraf. (2009, 11 01). Açilima destek yüzde 45‟ten fazla. Opgeroepen op 05 25, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/acilima-destek-yuzde-45ten-fazla.htm Taraf. (2010, 04 25). IMF‟den mezun olduk –II. Opgeroepen op 05 25, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/imfden-mezun-olduk.htm Taraf. (2009, 08 16). Menüde Kürt sorunu var. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/menude-kurt-sorunu-var.htm Taraf. (2009, 02 16). Ortadogu‟nun gelecegi araniyor. Opgeroepen op 05 25, 2010, van www.taraf.com.tr: http://www.taraf.com.tr/haber/ortadogunun-gelecegi-araniyor.htm Thunert. (2004). Think tanks in Germany. In Stone, & Denham, Think tank traditions: policy research and the politics of ideas (p. 317). UK: Manchester University Press. Turkey. (2006, 06 08). Opgehaald van www.ndi.org: http://www.ndi.org/turkey Turkey's Accession to the European Union. (sd). Opgeroepen op 07 02, 2009, van www.soros.org: www.soros.org/initiatives/cep/events/forum_20041117/event_biography_folder_initiative_view Turkish media. (2009). Turkish media. Opgeroepen op 06 12, 2009, van http://turkishmedia.net/: http://turkishmedia.net/ Türkone, M. (2009, 02 27). http://www.zaman.com.tr/yazar.do?yazino=819725&keyfield=73657461. Opgeroepen op 02 15, 2010, van www.zaman.com.tr. Türköne, M. (2009, 02 27). Kürt sorununun siyasallaşması . Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/yazar.do?yazino=819725&keyfield=73657461 Ullrich, H. (2004). European union think tanks: generating ideas, analysis and debate. In Stone, & Denham, Think tank traditions policy research and the politics of ideas (p. 321). Manchester: Manchester university press. UNDP. (2003). Thinking the unthinkable. Bratislava: UNDP Regional Bureau for Europe and the Commonwealth of Independent States. Ve ASAM kapaniyor. (2008, 11 18). Opgeroepen op 06 18, 2009, van www.stratejikboyut.com: www.stratejikboyut.com/news_detail.php?id=13655 Wana Forum. (2010). Wanaforum 2010. Opgeroepen op 02 14, 2010, van www.wanaforum.org: http://www.wanaforum.org/documents/may2010/WANA%20Forum%202010%20List%20of%20Parti cipants.pdf 75
Weaver. (1998). The changing world of think tanks. In Garnett, Denham, & Stone, Think tanks across nations: a comparative approach (p. 234). Manchester: Manchester university press. Yaman, Z., & Aydemir, B. (2009, 05 21). Davutoğlu'nun yerine Kalın geldi. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.sabah.com.tr: http://www.sabah.com.tr/Siyaset/2009/05/19/davutoglunun_yerine_kalin_geldi Yayman, H. (2009, 03 21). Değişim ve süreklilik ekseninde MHP. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=828310&keyfield=73657461 Yilmaz, S. (2008, 11 27). Desteklemeyi sürdüreceğim. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.milliyet.com.tr: http://www.milliyet.com.tr/Yazar.aspx?aType=YazarDetay&ArticleID=1021334&AuthorID=103&Da te=27.11.2008&b=Desteklemeyi surdurecegim&a=Serpil Yilmaz&ver=64 Zaman. (2009, 08 15). Açılımda bugün söz STK'ların. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=880904&keyfield=73657461: Zaman. (2009, 01 29). Arap Birliği Genel Sekreteri Musa: Erdoğan haklı. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=809610&keyfield=73657461 Zaman. (2009, 12 09). Davutoğlu'ndan İsrail'e ağır eleştiri. Opgeroepen op 04 14, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=925130&keyfield=73657461 Zaman. (2008, 01 08). Enerjide 'yapan' ile 'bilen'in ortak raporu. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=635073&keyfield=73657461 Zaman. (2009, 07 04). İki maddelik reform, Türk demokrasisi için büyük bir sıçrama. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=865800&keyfield=73657461 Zaman. (2008, 11 05). Katolik ve Müslüman din adamları diyalog için bu kez Vatikan'da buluştu. Opgeroepen op 01 16, 2010, van www.zaman.com.tr: http://zaman.com.tr/haber.do?haberno=756916 Zaman. (2009, 01 16). Nasr, İstanbul'da İslâm dünyasını anlatacak. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=804085&keyfield=73657461 Zaman. (2008, 10 28). Türk-Amerikan ilişkilerini Washington yönetimi bozdu. Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=754106&keyfield=73657461 Zaman. (2009, 08 27). Türkler ve Kürtler birbirine ne kadar yakın? Opgeroepen op 01 15, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=885370&keyfield=73657461 Zeynalov, M. (2010, 03 12). İki ülke siyasetçileri vizeyi kaldırdı medya ise halka kapıları açacak. Opgeroepen op 05 01, 2010, van www.zaman.com.tr: http://www.zaman.com.tr/haber.do?haberno=960784&keyfield=73657461
76
77
78