PTA en Examenreglement 3 vmbo-MiX Kaderberoepsgerichte leerweg 2015 - 2016
INHOUD 1. Voorwoord .............................................................................................................................. 3 2. Begripsbepalingen .................................................................................................................. 4 3. Wat leerlingen moeten weten ................................................................................................. 6 4. Het schoolexamen .................................................................................................................. 8 5. Periode van het schoolexamen ............................................................................................... 8 6. De schoolexamens ................................................................................................................ 10 7. Beoordeling .......................................................................................................................... 10 8. Mededeling cijfers schoolexamen ........................................................................................ 10 9. Bezwaar tegen cijfers schoolexamen.................................................................................... 11 10. Afsluiting schoolexamen .................................................................................................... 11 11. Examen op een hoger niveau .............................................................................................. 11 12. Verhindering ....................................................................................................................... 12 13. Onregelmatigheden............................................................................................................. 13 14. Samenvattend ..................................................................................................................... 14 15. Inhaalregeling ..................................................................................................................... 14 16. Herkansingsregeling ........................................................................................................... 14 17. Praktische regels ................................................................................................................. 14 18. Besluit ................................................................................................................................. 15 19. Indeling schooljaar ............................................................................................................. 15 Loopbaan oriëntatie .................................................................................................................. 16 Biologie .................................................................................................................................... 17 CKV/Kv 1 ................................................................................................................................. 18 Economie .................................................................................................................................. 19 Engels ....................................................................................................................................... 20 Intersectoraal ............................................................................................................................ 21 Lichamelijke opvoeding ........................................................................................................... 22 Nederlands ................................................................................................................................ 23 Maatschappijleer 1.................................................................................................................... 25 Rekenen .................................................................................................................................... 25 Wiskunde .................................................................................................................................. 27
2
1. Voorwoord In leerjaar 3 en 4 van het vmbo zijn alle leerlingen examenkandidaten. Het eindexamen bestaat voor ieder vak uit een schoolexamen en wordt voor een aantal vakken aangevuld met een centraal examen. Al in leerjaar 3 worden onderdelen van het schoolexamen afgenomen. In het eindexamenbesluit staan wettelijke regels van het eindexamen. Enkele belangrijke zaken hieruit staan in het examenreglement. Aanvullend hierop is er een schoolexamenregeling, het zogenaamde programma van toetsing en afsluiting (PTA). Hierin staan niet alleen regels en afspraken, maar ook wordt per vak aangegeven hoe het schoolexamen wordt afgenomen, wat de stof is en hoe het cijfer tot stand komt. Elke examenkandidaat dient op de hoogte te zijn van de voor hem of haar van belang zijnde zaken uit het examenbesluit. Bovendien behoort iedere examenkandidaat tijdig een exemplaar van het programma van toetsing en afsluiting (PTA) te ontvangen, hetzij een papieren versie of digitaal ter beschikking gesteld. In dit PTA zijn zowel het examenreglement als het programma van toetsing en afsluiting opgenomen. De tekst van het examenreglement komt voor een deel letterlijk uit wettelijke regelingen. Het taalgebruik is soms wat ingewikkeld, maar het geeft bij problemen wel een beter houvast. Neem toch de moeite alles een keer door te lezen. Dit voorkomt moeilijkheden. Het PTA staat uiterlijk per 1 oktober op de website van de school. Indien gewenst kan de kandidaat een papieren verzie krijgen. In alle gevallen waarin dit PTA niet voorziet, moet het examenbesluit worden geraadpleegd.
Dhr. H. Hupperetz Directeur SG Sophianum Voorzitter examencommissie
Mevr. M van der Schoot secr. Examencommissie
3
2. Begripsbepalingen Ten einde het lezen van het PTA en het examenreglement te vergemakkelijken hanteren we binnen onze school eenzelfde terminologie. Vandaar dat we hieronder de binnen onze school gebruikte en de te gebruiken begrippen opnemen en kort beschrijven. Examenreglement
Document met de formele regels van het examen
PTA
Programma van Toetsing en Afsluiting: overzicht van de te maken onderdelen van het schoolexamen
Examendossier [ED]
Het overzicht van het door de kandidaat in het kader van het schoolexamen gemaakte werk en uitgevoerde opdrachten.
Afronden cijfers:
Het eindcijfer voor alle vakken van het eindexamen wordt uitgedrukt in een geheel cijfer tussen 1 en 10. De examinator bepaalt het eindcijfer voor een vak op het rekenkundig gemiddelde van het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen. Is dit gemiddelde niet een heel getal, dan wordt het, indien de eerste twee cijfers achter de komma 49 of minder zijn, naar beneden afgerond en indien de eerste twee cijfers achter de komma 50 of meer zijn, naar boven afgerond. Indien in een vak alleen een schoolexamen is gehouden is het cijfer voor het schoolexamen tevens het eindcijfer.
Afvinken
Niet alle onderdelen van het schoolexamen worden met een cijfer beoordeeld; Indien het resultaat dat toelaat kan de beoordeling ‘naar behoren’ of ‘voldaan’ worden gegeven; dit is afvinken. In het PTA, in de kolom ‘beoordeling’, wordt dit aangegeven met V.O.T.G. (voldoende, onvoldoende, twijfelachtig, goed)
CE= centraal examen
Het gedeelte van het examen dat als zodanig in het examenprogramma is aangeduid; Het wordt gekenmerkt door landelijke standaardisering van opgaven, afnamecondities en beoordeling.
CSPE
Centraal schriftelijk en praktisch examen voor leerlingen in de basisberoepsgerichte leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg.
CSE
Centraal schriftelijk examen.
Digitale examens algemene vakken
Leerlingen in de basisberoepsgerichte leerweg nemen deel aan het digitale examen.
4
Correctievoorschrift
Een lijst met richtlijnen voor de correctoren.
Praktijktoets/ Praktijkopdracht/ praktische opdracht
Opdracht, waarbij het gaat om vaardigheden en/of het vervaardigen van een product. (zie hiervoor ook het PTA). De leerlingen moeten 2 grote praktische opdrachten maken van minimaal 10 uur per stuk. Het Sophianum heeft die geplaatst in leerjaar 3. Voor de theoretische leerweg zijn deze geplaatst in week 39 (werkweek). Voor de kader- en basisberoepsgerichte leerweg is de eerste grote praktische opdracht geplaatst tijdens de stage in de tweede periode van leerjaar 4. Daarnaast kan elk vak nog een kleine praktische opdracht laten maken. Deze kleine praktische opdrachten mogen echter niet meer tijd vragen van de leerlingen dan 2 lessen en bijbehorend huiswerk.
Handelingsdeel
Handelingsopdracht voor de leerling waarbij niet het niveau van presteren telt, maar het opdoen van ervaring. De opdracht wordt afgevinkt. De docent bepaalt of activiteit en reflectie naar tevredenheid, m.a.w. serieus zijn uitgevoerd. Zo niet dan volgt een herhalingsopdracht. De leerling zorgt ervoor dat de opdracht wordt afgevinkt door de docent. Aan het einde van het leerjaar wordt deze format opgeslagen in zijn examendossier.
SE= schoolexamen
Het deel van het examen dat als zodanig in het examenprogramma is opgenomen. De invulling en vaststelling van het schoolexamen behoort tot de verantwoordelijkheid van de school. De resultaten die een kandidaat scoort voor alle toetsen als onderdeel van het SE worden op de cijferlijst vermeld en één keer per periode ondertekend door leerling en ouders/verzorgers. Alle SE-werken tellen mee en vormen een voortschrijdend gemiddelde.
SE codering op SE lijst
De codering van de SE-werken is als volgt. B.v SE 1-1. Hierbij geeft het eerste cijfer de periode aan en het tweede cijfer de volgorde van het SE-werk volgens PTA. In leerjaar 4 lopen de periode nummers door en zijn dus respectievelijk periode 5, 6 en 7. Periode 8 is de examenperiode. SE 4-2 wil dus zeggen het tweede SE in periode 4.
Sectorwerkstuk
Door kandidaten in de theoretische en gemengde leerweg te maken werkstuk, dat vakoverstijgende thematiek behandelt, die past binnen de sector waarin de 5
kandidaat examen aflegt. Geplaatst in leerjaar 4. Het sectorwerkstuk omvat minimaal 20 uur. Leerlingen worden door 2 docenten op zowel het proces als het product beoordeeld. Dit gebeurt aan de hand van criteria die zijn vastgelegd in de handleiding sectorwerkstuk. Het geheel wordt afgesloten met de kwalificatie “voldoende” of “goed”. De leerlingen werken aan het sectorwerkstuk in de periode september – januari. Het sectorwerkstuk wordt afgesloten met een presentatie. Examinator
De docent die belast is met het geven van onderwijs in enig jaar waarover het schoolexamen zich uitstrekt is examinator in dat jaar.
Kandidaat
Iedere leerling die tot het 3e leerjaar toegelaten is.
3. Wat leerlingen moeten weten Een examen is voor alle betrokkenen een belangrijk moment, vooral voor de kandidaten. Een eerste voorwaarde voor een goed verloop van het examen is dat ook de leerlingen precies op de hoogte zijn van de regels en richtlijnen die bij het examen gelden. Hieronder zijn een aantal belangrijke regels en adviezen verzameld, die elke vmbo examenkandidaat moet weten.
Het PTA Dat is het “programma van toetsing en afsluiting”. Hierin worden alle toetsen en opdrachten genoemd die je voor het schoolexamen moet maken. Ook staat erin in welke periode je die toetsen moet maken. Dit PTA vormt een onverbrekelijk geheel met het examenreglement. Het examendossier/portfolio Tijdens het examen bouw je een “examendossier” op. Hierin worden alle beoordelingen van gemaakte opdrachten, verslagen en werkstukken bewaard. De bedoeling van het examendossier is dat het een soort verslag wordt van het hele schoolexamen. Hiermee kun je anderen laten zien wat je voor het examen hebt gedaan en waar je overal goed in bent. Het examendossier kun je meenemen bij sollicitatiegesprekken of gesprekken op andere scholen. Voorbereiden De meeste voorbereiding van een PTA-onderdeel vindt plaats tijdens de lessen en het maken van je huiswerk: dan leer en train je de stof die later gevraagd wordt bij een toets. Besteed aandacht en zorg aan die voorbereiding. Dus: zorg dat je de lessen bijwoont, let op tijdens de les, maak je huiswerk, enz. Belangrijk daarbij is dat je een schriftelijke planning maakt. Ook voor werkstukken, verslagen en andere opdrachten geldt: stel het niet uit tot het laatste moment! Het aantal toetsen Met de leerkrachten hebben we afgesproken, dat leerlingen per dag niet meer dan 2 en per week niet meer dan 4 toetsen krijgen die voorbereiding vragen. In een SE-week kun je natuurlijk meer toetsen per dag en per week hebben. Hulpmiddelen en andere materialen Zorg dat je bij een schriftelijke toets een goede pen bij je hebt. Soms heb je ook een potlood nodig, een rekenapparaat of een geodriehoek. Jassen hang je op de kapstok. Tassen, etuis, agenda’s enz. mogen tijdens een toets niet op je tafel liggen. Mobiele telefoons mogen in de examenruimte niet aanwezig zijn. Je mag alleen maar meenemen wat uitdrukkelijk is toegestaan. Voor het centraal examen ontvangt je een overzicht van de bij de examens 6
toegestane hulpmiddelen of de zaken die elke je bij een bepaald examen bij je moet te hebben. Eventueel met toestemming te gebruiken hulpmiddelen worden voor aanvang van de zitting gecontroleerd. Het meenemen van andere dan toegestane hulpmiddelen is verboden. Op tijd aanwezig zijn Zorg dat je altijd bij een toets aanwezig bent. Kom je te laat, dan mag je tot 30 minuten na het begin van een toets nog naar binnen. Je krijgt echter geen extra tijd. De tijd dat je te laat bent gaat af van de tijd dat je aan de toets mag werken. Het vervelendste is dat te laat komen je medeleerlingen stoort bij hun werk. Als je niet bij een toets aanwezig kunt zijn moet dit vooraf schriftelijk door je ouders worden gemeld. Zonder schriftelijk bewijs vooraf krijg je géén uitstel om de toets te maken. Onverwachte afwezigheid op de dag zelf moet vooraf telefonisch worden gemeld en later door je ouders schriftelijk worden bevestigd in een verklaring die ze op school moeten komen invullen. De examenopgaven mogen tijdens de zitting niet buiten de examenruimte worden gebracht. De examenopgaven worden met het gemaakte werk door de toezichthouder ingenomen en ingeleverd.
Lokaal verlaten Indien een kandidaat genoodzaakt is het lokaal te verlaten, onwel wordt, of indien zich andere bijzonderheden voordoen, handelt de toezichthouder naar eigen goeddunken.
Bijzonderheden Indien zich bijzonderheden hebben voorgedaan, stelt de toezichthouder hiervan een verslag op. Met name onregelmatigheden, alsmede de genomen maatregelen worden nauwkeurig door de toezichthouder in een verslag vastgelegd. Dit verslag wordt gezonden aan de secretaris van de examencommissie of diens plaatsvervanger.
Afwezig Afwezigen worden gemeld bij de teamleider.
Herkansing De werken die volgens het PTA recht geven op herkansing kunnen evt. in overleg met de vakdocent herkanst worden. Het tijdstip van herkansen wordt op tijd door de vakdocent bekend gemaakt. Je mag één werk per periode herkansen.
Exameneindcijfer Alvorens het exameneindcijfer wordt berekend wordt eerst het gemiddelde berekend van alle Centraal Examen vakken. Deze gemiddelde score dient minimaal een 5,5 te zijn. Daarna wordt per vak of programma wordt het cijfer voor het SE gecombineerd met het cijfer voor het CE. Het gemiddelde cijfer voor het SE en het cijfer voor het CE bepalen ieder voor de helft het exameneindcijfer. In formule: (Gem Se + Ce)/2=exameneindcijfer.
Bevorderingsrichtlijnen Om bevorderd te worden naar 4 VMBO basisberoepsgerichte leerweg moet een leerling voldoen aan de volgende punten; Het vakkenpakket waarin de leerling centraal examen [CE] doet; vanaf nu te noemen het examenpakket: 1.1. bevat geen onvoldoende of 1.2. één keer 5 en de rest voldoende of 1.3. één keer 4 of twee keer 5 en de rest voldoende. (Beroepsgericht programma telt 2 keer) 1.4. Kv1 (Ckv) en LO dienen met V of G beoordeeld te zijn. 1.5. Handelingsdelen/-opdrachten dienen met V of G beoordeeld te zijn. 7
Een leerling is bespreking wanneer hij meer verliespunten heeft. In de bespreking wordt gekeken naar het examenpakket van de leerling, inclusief de verplichte vakken Kv1 (Ckv) en LO. Op voorstel van de teamleider en de mentor tezamen kan een leerling “met bijzondere omstandigheden”, die volgens deze richtlijnen niet bevorderd kan worden, alsnog in bespreking worden gebracht. 4. Het schoolexamen Het schoolexamen vindt plaats onder de bepalingen dienaangaande in het examenreglement. Organisatie 4.1. De directeur VMBO en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van de centrale directie het examen af. 4.2. De centrale directie wijst de teamleider aan tot secretaris van het eindexamen. 4.3. De examencommissie bestaat uit: - De voorzitter: de directeur VMBO - De leden: de teamleiders van leerjaar 3-4 vmbo 4.4. Het schoolexamen heeft voor alle leerwegen de vorm van een examendossier. Het examendossier is het geheel van de onderdelen van het schoolexamen zoals gedocumenteerd in een door het bevoegd gezag gekozen vorm. Het examendossier voor het vmbo omvat tevens de resultaten die de leerling heeft behaald voor de vakken lichamelijke opvoeding, de kunstvakken en maatschappijleer. 4.5. De mentor is gedelegeerd verantwoordelijk voor het beheer van het examendossier. 4.6. De examinator voor het kunstvak is gedelegeerd verantwoordelijk voor het beheer van het kunstdossier. 4.7. De kandidaten beheren zelf de werkstukken. 4.8. Voor het afnemen van schriftelijke onderdelen van het schoolexamen worden toetsdagen georganiseerd. Daarnaast kunnen ook buiten deze periode onderdelen getoetst worden die deel uit maken van het schoolexamen. 4.9. De herkansingsregeling is opgenomen in het programma van toetsing en afsluiting. 4.10. Het schoolexamen kan bestaan uit de volgende toetsen: a. Mondelinge toetsen b. Schriftelijke toetsen met gesloten en/of open vragen c. Praktische opdrachten d. Handelingsopdrachten 4.11. Voor kandidaten in de theoretische- en gemengde leerweg geldt bovendien het maken van een sectorwerkstuk;1 4.12. Het sectorwerkstuk wordt beoordeeld door ten minste twee examinatoren die de kandidaat hebben begeleid bij de totstandkoming van het sectorwerkstuk. 4.13. Het schoolexamen wordt gehouden overeenkomstig het voor ieder vak geldend programma van toetsing en afsluiting. 5. Periode van het schoolexamen 5.1. In elke periode kunnen ook voortgangstoetsen worden afgenomen. Deze voortgangstoetsen maken geen onderdeel uit van het examendossier.
1
Voor kandidaten in de kader- en basisberoepsgerichte leerweg wordt het sectorwerkstuk vervangen door één of meerdere praktische opdrachten.
8
5.2. Het schoolexamen begint in het voorlaatste leerjaar van de opleiding met de opbouw van het examendossier. 5.3. Het schoolexamen wordt afgesloten voor de aanvang van het centrale schriftelijke of digitale examen ( eerste tijdvak). 5.4. De centrale directie en de directeur VMBO kunnen een kandidaat die ten gevolge van ziekte of een andere van zijn wil onafhankelijke omstandigheid het schoolexamen niet heeft kunnen afsluiten voor de aanvang van het centrale schriftelijke of digitale examen, in de gelegenheid stellen het schoolexamen in dat vak af te sluiten vóór het centraal of digitaal examen in dat vak, doch na aanvang van het eerste tijdvak; 5.5. In navolging van het onder 5.3. genoemde geldt voor het vmbo dat het schoolexamen voor de vakken waarin geen centraal examen wordt afgelegd en, voor zover van toepassing, het sectorwerkstuk uiterlijk moeten zijn afgesloten op een datum gelegen na de aanvang van het eerste tijdvak van het centraal of digitaal examen, doch uiterlijk een week voordat de uitslag wordt vastgesteld. Het bevoegd gezag (zie 4.1.) zendt bij afwijkingen van het gestelde onder 5.3. de met het schoolexamen en het sectorwerkstuk behaalde resultaten zo spoedig mogelijk aan de inspectie; 5.6. Het in 5.3. gestelde geldt eveneens indien een kandidaat het centraal of digitaal examen zal afleggen in het tweede tijdvak, doordat hij niet in staat geweest is het schoolexamen, om een geldige reden, tijdig voor het centraal of digitaal examen af te ronden; 5.7. Indien een kandidaat om een geldige reden, dit ter beoordeling van de examencommissie, is verhinderd het schoolexamen tijdig af te ronden zowel voor het eerste als voor het tweede tijdvak en hij het schriftelijk examen zal afleggen ten overstaan van de staatsexamencommissie, moet het schoolexamen tenminste vier weken voor aanvang van dit examen zijn afgesloten; 5.8. Het werken aan het sectorwerkstuk start aan het begin van het laatste examenjaar (leerjaar 4) en moet aan het einde van periode twee zijn afgerond. De herkansingsregeling is opgenomen in het PTA; 5.9. De kandidaten ontvangen voor de aanvang van het schoolexamen het examenreglement met het bijbehorende programma van toetsing en afsluiting, waarin vermeld staat: a. Een overzicht van de toetsen van het schoolexamen; b. Een planning van de toetsen; c. Een omschrijving van de te toetsen leerstof; d. Een omschrijving van de wijze van toetsing; e. De wijze waarop het eindcijfer schoolexamen wordt berekend. 5.10. Ruimschoots voor de aanvang van elke toets die onderdeel is van het schoolexamen ontvangen de kandidaten mededeling van: a. De plaats waar de toetsen worden afgenomen; b. Het tijdstip waarop de toetsen worden afgenomen; c. De duur van de toetsen. 5.11. Voor het vak maatschappijleer 1, behorende tot het gemeenschappelijk deel van de leerwegen, heeft de kandidaat de mogelijkheid tot herkansing indien het behaalde eindresultaat lager is dan 6.0. Het herexamen omvat de in het programma van toetsing en afsluiting aangegeven onderdelen van het schoolexamenprogramma. Het hoogste van de behaalde cijfers geldt als het definitieve cijfer. 5.12. Kandidaten dienen een verzoek tot herkansing binnen 5 dagen na de bekendmaking van het cijfer voor een herkansbare toets in te dienen; daarna kan de toets niet meer worden herkanst. 5.13. De teamleider maakt in overleg met de examinator en de kandidaat een afspraak over het tijdstip van de herkansing. Dit tijdstip wordt schriftelijk vastgelegd. 5.14. Het hoogste cijfer telt. 9
6. De schoolexamens 6.1. Het schoolexamen kan bestaan uit: a. toetsen met open en/of gesloten vragen b. praktische opdrachten c. het sectorwerkstuk 6.2. De opgaven voor de toetsen en de daarbij behorende normen worden door de vakgroepen vastgesteld. 6.3. Mondelinge toetsen worden afgenomen door de leraar-examinator. De wijze van afname is geregeld in het PTA. Ook de wijze waarop het cijfer tot stand komt is in het PTA geregeld. 6.4. Opgaven, normen, protocollen, evenals de cijfers en beoordelingen worden zo spoedig mogelijk bij de teamleider ingeleverd. 6.5. De criteria aan de hand waarvan de beoordeling van werkstukken, praktische opdrachten, handelingsopdrachten en sectorwerkstuk plaatsvindt, worden tijdens de lessen aan de kandidaat bekend gemaakt. 7. Beoordeling
1 2 3 4 5
= = = = =
7.1. Voor het beoordelen van de toetsen van het schoolexamen gebruikt de examinator de cijfer 1 t/m 10 met de daartussen gelegen cijfers met één decimaal; 7.2. De gehele cijfers voor het schoolexamen hebben de volgende betekenis: Zeer slecht 6 = Voldoende Slecht 7 = Ruimvoldoende Zeer onvoldoende 8 = Goed Onvoldoende 9 = Zeer goed Bijna voldoende 10 = Uitmuntend 7.3. De handelingsopdracht(en) word(t)en niet met een cijfer beoordeeld, maar met de beoordeling onvoldoende/voldoende. Indien naar het oordeel van de leraar-examinator deze opdracht niet met een voldoende beoordeeld kan worden, wordt de kandidaat één keer in de gelegenheid gesteld alsnog deze beoordeling te scoren. 7.4. Om tot het centraal examen toegelaten te worden dienen de handelingsopdrachten, zoals vermeld in het PTA, met een voldoende te zijn afgesloten. Voor de leerlingen in de theoretische en de gemengde leerweg dient het sectorwerkstuk met een “voldoende” of “goed” te zijn beoordeeld.
8. Mededeling cijfers schoolexamen 8.1. Het cijfer van iedere toets wordt zo spoedig mogelijk aan de kandidaat bekend gemaakt. De docenten streven ernaar om de cijfers binnen 5 werkdagen bekend te maken. Tijdens deze bekendmaking hebben de kandidaten het recht het door hen gemaakte werk in te zien. 8.2. De kandidaat noteert de behaalde cijfers in het logboek. Het eindcijfer voor het schoolexamen wordt voor de aanvang van het centraal examen aan de kandidaat meegedeeld. 8.3. Schriftelijke rapportage aan de kandidaten, hun ouders of wettelijke vertegenwoordigers geschiedt periodiek op de door het bevoegd gezag vast gestelde momenten. 8.4. Voor aanvang van het centraal examen maakt de teamleider aan de kandidaat bekend, voor zover van toepassing: a. Een overzicht met de cijfers voor het schoolexamen; b. De beoordeling voor de vakken waarvoor geen cijfer wordt vastgesteld; 10
c.
De beoordeling voor het sectorwerkstuk. (Alleen van toepassing voor leerlingen in de theoretische/gemengde leerweg.)
9. Bezwaar tegen cijfers schoolexamen 9.1 Het schriftelijk werk van het schoolexamen en het centraal examen kan met toestemming van de secretaris van de eindexamencommissie door belanghebbenden worden ingezien. Toestemming wordt verleend indien: a. De kandidaat door ziekte of andere geldige reden afwezig was bij de bespreking van het gemaakte werk; b. Een van de ouders of wettelijke vertegenwoordiger(s) inzage wil hebben in het gemaakte werk; c. Indien naar het oordeel van de secretaris voldoende reden aanwezig is om nogmaals het gemaakte werk te mogen inzien; d. Het inzien vindt plaats op school onder toezicht en op een vooraf overeengekomen tijdstip; e. Het examenwerk mag niet worden gekopieerd. 9.2. Als een kandidaat van oordeel is dat een beoordeling van een onderdeel dat deel uitmaakt van het schoolexamen niet correct is deelt hij, binnen 24 uur nadat het resultaat bekend is gemaakt, zijn bezwaar mee aan de betreffende examinator. Vervolgens kan de kandidaat binnen drie dagen na het bekend worden van het cijfer een schriftelijk verzoek tot herziening van het cijfer indienen bij de secretaris van de examencommissie in de afdeling waartoe de kandidaat behoort. Dit verzoek dient mede ondertekend te zijn door zijn ouder of wettelijke vertegenwoordiger(s). 9.3. Indien getwijfeld wordt aan de juistheid van de berekening van het eindcijfer van het schoolexamen kan de kandidaat binnen 5 dagen na het bekend worden van dit cijfer een schriftelijk verzoek tot herziening van het eindcijfer indienen bij de secretaris van de afdeling waartoe de kandidaat behoort. Dit verzoek dient mede ondertekend te zijn door zijn ouders of wettelijke vertegenwoordiger(s). 9.4. Binnen 10 (werk)dagen na ontvangst van een verzoek om herziening van het cijfer beslist de examencommissie over het verzoek. In het geval het een verzoek betreft conform 9.2 treedt een collega-vakdocent op als adviseur van de examencommissie. 10. Afsluiting schoolexamen 10.1. Een kandidaat heeft het schoolexamen afgerond indien: 10.2. Voor kandidaten in de theoretische leerweg en de gemengde leerweg het sectorwerkstuk is beoordeeld met “voldoende” of “goed”. 10.3. De kunstvakken-1 en lichamelijke opvoeding zijn beoordeeld met “voldoende” of “goed”. 10.4. De praktische opdrachten en toetsen van de overige vakken uit het algemene gedeelte, het sectordeel en het vrije deel als aangegeven in het programma van toetsing en afsluiting zijn afgelegd en derhalve voor deze vakken een eindcijfer is verkregen. 10.5. De handelingsopdrachten van de door de kandidaat gevolgde vakken naar behoren zijn afgerond. 10.6. Een kandidaat kan niet aan het centraal examen deelnemen indien een of meer van de eerder genoemde onderdelen niet zijn afgerond. 11. Examen op een hoger niveau In het vmbo is het wettelijk mogelijk om examen te doen in een of meerdere vakken van een “hogere” leerweg. D.w.z. dat Basisberoepsgerichte leerlingen examen mogen afleggen op Kader of Theoretisch niveau. Leerlingen van de Kaderberoepsgerichte leerweg mogen examen afleggen op theoretisch niveau. Er gelden hiervoor de volgende voorwaarde. 11
11.1 Een vak kan slechts op een hoger niveau middels een examen worden afgesloten als de cijfers voor het schoolexamen ook op dit niveau zijn behaald. 11.2 De cijfers die zijn behaald na de overstap tellen voor 100% mee. De eerder behaalde cijfers op een “lager” niveau kunnen niet meegeteld worden. 11.3 In een vak kan slechts op één niveau centraal examen worden afgelegd. Op het moment dat de schoolexamencijfers worden ingeleverd bij de Informatie Beheer Groep ligt het niveau vast. 11.4 Het verzoek om een vak op een hoger niveau middels een examen af te sluiten wordt schriftelijk aan de examensecretaris uitgebracht. 11.5 Het examen dat op de laagste leerweg wordt afgelegd bepaalt automatisch het niveau van het diploma 11.6 Een herkansing vindt altijd plaats op hetzelfde niveau als waarop het examen is afgelegd. 12. Verhindering 12.1 Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van de directeur VMBO en de teamleider, is verhinderd het schoolexamen af te ronden voor aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen, stellen zij een nieuw tijdstip ter afronding van het schoolexamen vast. In laatstgenoemd geval mag de kandidaat geen centraal examen doen in het desbetreffende vak of de desbetreffende vakken gedurende het eerste tijdvak van het centraal examen, maar wel in de andere vakken of het andere vak. 12.2 Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van de examencommissie, is verhinderd het schoolexamen tijdig vóór de aanvang van het tweede tijdvak van het centraal af te sluiten, mag hij geen centraal examen doen in het betreffende vak of de desbetreffende vakken gedurende het tweede tijdvak van het centraal examen. 12.3 Alle kandidaten zijn verplicht, alle vastgestelde toetsen van het schoolexamen af te leggen. Op een kandidaat, die zich aan enig onderdeel van het schoolexamen onttrekt of zonder geldige reden bij een onderdeel van het schoolexamen afwezig is, zijn de bepalingen zoals opgesomd onder punt 8 van het examenreglement van toepassing. 12.4 Indien een kandidaat door ziekte of een andere dwingende reden, niet veroorzaakt door onnauwkeurigheid, onachtzaamheid of nalatigheid van de kandidaat of zijn wettelijke vertegenwoordiger, absoluut verhinderd is aan een onderdeel van het schoolexamen deel te nemen, stelt hij of zijn wettelijke vertegenwoordiger schriftelijk, of telefonisch op de dag vóór aanvang van de toets, of ander onderdeel van het schoolexamen, de teamleider in kennis van deze verhindering onder vermelding van de reden. Een telefonisch bericht dient schriftelijk op school te worden bevestigd. 12.5 De eindexamencommissie onderzoekt de mogelijkheid de kandidaat volgens de geldende regels op de vastgestelde tijd, doch op een andere dan de vastgestelde plaats het onderdeel van het schoolexamen te laten afleggen; is naar oordeel deze mogelijkheid in redelijkheid aanwezig, dan wordt aan de kandidaat geen uitstel van bedoeld onderdeel van het schoolexamen verleend. 12.6 Indien de secretaris van de eindexamencommissie overtuigd is van de onmogelijkheid voor de kandidaat een onderdeel van het schoolexamen op de vastgestelde plaats en tijd af te leggen, dan verleent hij de kandidaat uitstel; hij stelt de betrokken examinator hiervan direct in kennis en deelt in overleg met de examinator de kandidaat of diens wettelijke vertegenwoordiger mee, wanneer en waar het uitgestelde onderdeel van het schoolexamen afgelegd dient te worden. 12.7 In geval van ziekmelding van een kandidaat heeft de eindexamencommissie het recht een controlerend geneesheer in te schakelen, dan wel zelf als school een huisbezoek bij de betreffende kandidaat af te (laten) leggen, dan wel een medische verklaring te verlangen. 12.8 Indien een bericht van verhindering als bedoeld in 8.4. niet vóór de aanvang van de toets of onderdeel van het schoolexamen wordt gegeven, dient de kandidaat of diens wettelijke vertegenwoordiger tevens genoegzame bewijzen te leveren van de onmogelijkheid vóór de 12
12.9
12.10
12.11
12.12
aanvang van de toets of het onderdeel van het schoolexamen bedoeld bericht te geven; zonder deze bewijzen wordt het verlangde uitstel niet verleend. Een kandidaat die tijdens een zitting onwel wordt, kan onder begeleiding het examenlokaal verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de toezichthouder of de kandidaat na enige tijd het werk kan hervatten. Indien de kandidaat na enige tijd het werk hervat, kan na overleg met een lid van de eindexamencommissie, de gemiste tijd aan het einde van de zitting worden ingehaald. Indien de kandidaat het werk niet kan hervatten behoudt het tot dan toe gemaakte werk zijn geldigheid. Uitsluitend in bijzondere gevallen kan het gemaakte werk ongeldig worden verklaard. Een kandidaat die vóór de zitting onwel is, dient altijd contact met de teamleider op te nemen over wel of geen deelname aan de zitting. Een kandidaat die tijdens de zitting onwel wordt dient dit altijd aan de toezichthouder te melden. Zonder deze melding kan achteraf geen beroep op onwel zijn worden geaccepteerd. Indien een kandidaat door ziekte of andere externe factoren niet in staat is een praktische opdracht op de uiterste datum in te leveren, kan een kandidaat in overleg met de betrokken docent en de teamleider een andere uiterste inleverdatum vaststellen. In bijzondere gevallen kan de eindexamencommissie besluiten een in de schoolexamenregeling vastgesteld onderdeel van het schoolexamen uit te stellen voor alle betrokken kandidaten.
13. Onregelmatigheden 13.1
Indien een kandidaat, zonder geldige redenen, niet aanwezig is bij een schoolexamen zal het cijfer 1(een) worden toegekend. 13.2 Het cijfer 0 (nul) zal worden toegekend bij afwezigheid met geldige reden. Het SE waar een cijfer 0 (nul) voor is toegekend komt in aanmerking voor inhalen. 13.3 Indien een kandidaat in strijdt handelt (of heeft gehandeld) met het examenreglement, of zich schuldig maakt (of zich schuldig heeft gemaakt) aan bedrog of enige andere onregelmatigheid zal de teamleider maatregelen treffen. Onder het “in strijdt handelen” wordt ook verstaan het zonder geldige redenen niet aanwezig zijn bij een toets, het niet tijdig inleveren van voorgeschreven handelingsopdrachten, het leesdossier of Reading file, kortom iedere afwijking van de in dit reglement of in het PTA vastgestelde regels, afspraken en termijnen. 13.4 Indien een kandidaat een praktische opdracht niet tijdig inlevert op de uiterste datum kan voor deze opdracht het cijfer 1 toegekend worden. 13.5 Indien een kandidaat ten behoeve van een mondeling examen op een daartoe afgesproken tijdstip geen leesdossier (Reading file) inlevert, zal het betrokken mondeling schoolexamen niet worden afgenomen en kan het betreffende onderdeel met het cijfer 1 beoordeeld worden. 13.6 Indien een kandidaat ten behoeve van een mondeling examen een definitieve lijst inlevert die niet aan de gestelde eisen voldoet, kan het betreffende onderdeel met het cijfer 1 beoordeeld worden. 13.7 Indien een kandidaat een handelingsdeel of het sectorwerkstuk (voor leerlingen in de theoretische en gemengde leerweg) op de vastgestelde data niet ‘naar behoren’ heeft afgerond moet de leerling na lestijd op school werken aan het handelingsdeel, of het sectorwerkstuk. 13.8 Indien de kandidaat niet binnen de opnieuw overeen gekomen termijn een handelingsdeel, praktische opdracht, stage, CKV1, LO of het sectorwerkstuk afgerond heeft, ontvangen de ouders/wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat een aangetekende brief met daarin de mededeling: 13.9 Als het een kandidaat betreft uit het voorlaatste leerjaar, hij geen overgangsbewijs krijgt naar het volgend leerjaar; 13.10 Als het een kandidaat betreft van het laatste leerjaar, de deelname aan het centraal eindexamen ontzegd wordt. 13
13.11 Een afschrift van de brief ontvangt ook de sector directeur. 13.12 Technische mankementen (privé computer/printer/Cd-rom enz.) of afwezigheid door ziekte op de dag dat het werk ten behoeve van onderdelen van het schoolexamen moeten worden ingeleverd, gelden in de regel niet als excuus voor het te laat inleveren. 13.13 Indien een kandidaat deelneemt aan een toets van het examen behoudt het resultaat dat de examinator voor die toets vaststelt zijn geldigheid.
14. Samenvattend maatregelen die al dan niet in combinatie met elkaar genomen kunnen worden: a Het toekennen van het cijfer nul (0); b Het toekennen van het cijfer één (1); c Het ontzeggen van verdere deelneming; d Het ongeldig verklaren van de reeds afgenomen toetsen of geleverde prestatie(s); e Het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de teamleider aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwde examen betrekking heeft op een of meer onderdelen van het centraal examen legt de kandidaat dat examen af in het daartoe bedoelde tijdvak. 15. Inhaalregeling Indien een kandidaat, met geldige redenen, niet aanwezig is bij een schoolexamen mag dit schoolexamen ingehaald worden. Op de SE-lijst wordt het cijfer nul (0) vermeldt en komt dit schoolexamen in aanmerking voor inhalen. Het aanvragen van een inhaalwerk zal digitaal dienen te gebeuren. Het inhalen zal op een vooraf vastgesteld tijdstip plaatsvinden. Het inhalen van een gemist SE kan uiterlijk tot aan de herkansingen van de vorige periode. Is de kandidaat onreglementair afwezig tijdens het afgesproken inhaalmoment vervalt het recht op inhalen. 16. Herkansingsregeling De werken die volgens het PTA recht geven op herkansen mogen herkanst worden, ongeacht het cijfer dat is behaald. De kandidaat heeft elke periode recht op in totaal, dus niet per vak, één SEwerk dat voor herkansing in aanmerking komt. De leerling benadert zelf de vakdocent om een toets te herkansen. De herkansingen van periode 1-2-3 vinden steeds plaats in de tweede week van de volgende periode. De herkansing van periode 4 vindt in de laatste schoolweek plaats. Het aanvragen van een herkansing zal digitaal dienen te gebeuren. Het hoogst behaalde cijfer telt. Is de leerling onreglementair afwezig tijdens de herkansing vervalt het recht op herkansen. 17. Praktische regels In elke periode kunnen handelingsopdrachten en SE-werken gepland worden. Per periode minimaal 1, maximaal 3 SE-werken per vak. Aan het einde van elke periode ontvangen de leerlingen een SE-lijst met daarop vermeld het voortschrijdende gemiddelde per vak. Indien op de SE-lijst het cijfer één (1) is vermeld, dan geeft dit aan dat de leerling zonder geldige redenen, een schoolexamen niet heeft gemaakt. Dit schoolexamen komt in aanmerking voor een herkansing indien dit in het PTA is vermeld. 14
Wordt op de SE-lijst het cijfer nul (0) vermeld, dan komt dit schoolexamen in aanmerking voor inhalen. De leerling krijgt twee exemplaren van de SE-lijst mee naar huis, waarvan er één ondertekend retour komt. Daarna bergt de mentor de ondertekende SE-lijst op in het dossier van de leerling. Alle SE-cijfers zijn via een beveiligde persoonlijke internetverbinding in te zien voor een ieder die in het bezit is van de persoonlijke code, die door de school aan de ouders wordt verstrekt. 18. Besluit Indien een leerling het niet eens is met het uitvoeren van de regels opgenomen in dit PTA kan hij/zij dit kenbaar maken bij de teamleider. Voordat een beslissing wordt genomen, hoort de teamleider de kandidaat. De kandidaat kan zich door een door hem gekozen meerderjarige laten bijstaan. De teamleider deelt zijn beslissing mondeling en schriftelijk mede aan de kandidaat. In de schriftelijke mededeling wordt tevens gewezen op de mogelijkheden om tegen deze beslissing in beroep te gaan. 19. Indeling schooljaar 2015 - 2016. 3 vmbo-MIX krijgt m.i.v. schooljaar 2015 - 2016 vier periodes van nagenoeg gelijke lengte. Periode 1: week 36 t/m week 46 31 augustus t/m 13 november Periode 2: week 47 t/m week 05 16 november t/m 05 februari Periode 3: week 07 t/m week 16 15 februari t/m 22 april Periode 4: week 19 t/m week 29 09 mei t/m 22 juli 4 vmbo-MIX krijgt m.i.v. schooljaar 2015 - 2016 drie periodes van nagenoeg gelijke lengte. Periode 5: week 36 t/m week 46 31 augustus t/m 13 november Periode 6: week 47 t/m week 05 16 november t/m 05 februari Periode 7: week 07 t/m week 16 15 februari t/m 22 april Periode 8: Examenperiode Dhr. H. Hupperetz Directeur SG Sophianum Voorzitter examencommissie
Mevr. M van der Schoot secr. Examencommissie
15
Loopbaan oriëntatie Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
Periode 1 en Periode 2
Periode 3 en Periode 4
2015 - 2016 3 Intersectoraal Technologie, Dienstverlening & Commercie Leerstofomschrijving
Na het VMBO ga je een opleiding volgen. Het is dan goed om te weten wat die opleiding precies inhoud. Daarom organiseert de school voorlichtingsbijeenkomsten gegeven door docenten/voorlichters evt. met een (oud)student van MBO instellingen e.a. instellingen bijv. Landmacht. Vooraf ontvangen alle leerlingen de opdracht een verslag te maken van de gevolgde voorlichtingen. Dit vindt plaats in de praktijklessen. De leerling kiest een beroep of opleiding(eventueel vanuit de methode beroepsgericht programma) en maakt hiervan een kort verslag. Hij kan ook een bezoek brengen aan een Open Dag van een vervolgopleiding en maakt hiervan een Powerpointpresentatie.
Leerweg: Methode: Uitgever:
Kader Beroepsgericht n.v.t. n.v.t. Weging Herkansing in examendossier J/N
Magister code
Toetsvorm
Beoordeling
HO
V.O.
Nee
SE 2-3
HO
V.O.
Nee
SE 4-3
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Aan de handelingsopdracht is voldaan wanneer het verslag met een voldaan (V) of goed (G) wordt beoordeeld en het verslag op tijd, n.l. binnen een week na het bezoek aan de voorlichting, is ingeleverd bij de mentor. Bij afwezigheid is de handelingsopdracht onvoldaan (O) en volgt een vervangende opdracht.
16
Biologie Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
Periode 1
Periode 2
Periode 3
Periode 4
2015 - 2016 3 Intersectoraal Technologie, Dienstverlening & Commercie
Leerstofomschrijving
Leerweg: Methode: Uitgever:
Kader Beroepsgericht Biologie Voor Jou 3 Vmbo KGT Deel 1 & 2 Malmberg
Weging Herkansing in examendossier J/N
Toetsvorm
Beoordeling
Thema 1: Organen en Cellen Schriftelijke overhoringen
S S
Cijfer Cijfer
1 1
Ja Nee
Thema 2: Ordening Thema 3: Voortplanting en Ontwikkeling Schriftelijke overhoringen Thema 4: Regeling Schriftelijke overhoringen
S S S S S
Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer
1 1 1 1 1
Ja Nee Nee Ja Nee
Thema 5: Zintuiglijke Waarnemingen Thema 6: Stevigheid en Beweging Schriftelijke overhoringen
S S S
Cijfer Cijfer Cijfer
1 1 1
Ja Nee Nee
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 G=goed V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Magister code
SE 1-1 SE 1-2 SE 1-3 SE 2-1 SE 2-2 SE 2-3 SE 3-1 SE 3-2 SE 3-3 SE 4-1 SE 4-2 SE 4-3
17
CKV/Kv 1 Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
Periode 1
Periode 2
Periode 3
Periode 4
2015 - 2016 3 Intersectoraal Technologie, Dienstverlening & Commercie
Leerstofomschrijving
- Introduktie/oriëntatie CKV, Opdrachten Kunstdossier, Werkstuk:projectweek. - 1e Culturele Activiteit: Theoretisch/reflectief/praktisch Afronding eind november - Opdrachten Kunstdossier, Project: Presentatie-technieken, 25 Culturele items - 2e Culturele Activiteit: Theoretisch/reflectief/praktisch Inleveren begin februari - Opdrachten Kunstdossier, 25 Culturele items. - 3e Culturele Activiteit: Theoretisch/reflectief/praktisch Inleveren begin april. - Afronding kunstdossier voorgaande perioden - 4e Culturele Activiteit: Theoretisch/reflectief/praktisch Inleveren begin juni
Leerweg: Methode: Uitgever:
Kader Beroepsgericht eigen ThiemenMeulenhoff
Weging Herkansing in examendossier J/N
Magister code
Toetsvorm
Beoordeling
S+P S+P
V.O. V.O.
Ja Ja
SE 1-1 SE 1-2
S+P S+P
V.O. V.O.
Ja Ja
SE 2-1 SE 2-2
S+P S+P
V.O. V.O.
Ja Ja
SE 3-1 SE 3-2
S+P S+P
V.O. V.O.
Ja Ja
SE 4-1 SE 4-2
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Het vak CKV is een schoolexamenvak dat in het derde leerjaar wordt afgesloten . De leerling ontvangt aan het einde van klas 3 een CKV certificaat indien alle onderdelen naar behoren = voldoende zijn afgewerkt . Het vak CKV heeft een aparte status binnen de schoolexamens en telt derhalve niet mee als compensatiecijfer in de zak-slaagregeling . ( zie examenreglement) LET OP: Voor het niet op tijd inleveren of in orde hebben van je CKV Opdrachten en Culturele Activiteiten kunnen jullie verplicht worden een en ander na lestijd in orde te maken. Dit in overleg met de docent.
18
Economie Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
Periode 1
Periode 2
Periode 3
Periode 4
2015 - 2016 3 Economie Intersectoraal
Leerweg: Methode: Uitgever:
Leerstofomschrijving
Hoofdstuk 1: Geld en welvaart Hoofdstuk 2: De bank en jouw geld Overhoringen Hoofdstuk 3: Weet jij wat je koopt? Hoofdstuk 4: Zekerheid voor alles? Overhoringen Hoofdstuk 5: Werk voor jou? Hoofdstuk 6: Goede tijden, slechte tijden? Overhoringen Se H7: Is de overheid nodig? Se H8: Over de grens Overhoringen
Kader Beroepsgericht Pincode Wolters/Noordhoff Toetsvorm
Beoordeling
S S S S S S S S S S S S
Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Weging Herkansing in examendossier J/N
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
Nee Ja Nee Ja Nee Nee Ja Nee Nee Ja Nee Nee
Magister code
SE 1-1 SE 1-2 SE 1-3 SE 2-1 SE 2-2 SE 2-3 SE 3-1 SE 3-2 SE 3-3 SE 4-1 SE 4-2
Eventuele opmerkingen. Het S.E. cijfer van de overhoringen bestaat uit het gemiddelde van alle overhoringen uit een bepaalde periode
19
Engels Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
Periode 1
2015 - 2016 3 n.v.t. n.v.t.
Leerweg: Methode: Uitgever:
Leerstofomschrijving
Kader Beroepsgericht All Right 3 Malmberg Weging Herkansing in examendossier J/N
Toetsvorm
Beoordeling
Proefwerk Hoofdstuk 1 + so's Proefwerk Hoofdstuk 2 + so's
S S
Cijfer Cijfer
1 1
Nee Ja
Proefwerk Hoofdstuk 3 + so's
S
Cijfer
1
Nee
Proefwerk Hoofdstuk 4 + so's Leesvaardigheid
S S
Cijfer Cijfer
1 1
Ja Nee
Proefwerk Hoofdstuk 5 + so's Spreekvaardigheid
S M S
Cijfer Cijfer Cijfer
1 1 1
Ja Nee Nee
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Periode 2
Periode 3
Periode 4
Overige opdrachten en overhoringen
Magister code
SE 1-1 SE 1-2 SE 1-3 SE 2-1 SE 2-2 SE 2-3 SE 3-1 SE 3-2 SE 3-3 SE 4-1 SE 4-2 SE 4-3
20
Intersectoraal Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling: Periode
1
2
3
4
2015 – 2016 3 Intersectoraal Technologie, Dienstverlening & Commercie Leerstofomschrijving
Module Sportschool: - Basiskennis - Opdrachten Technologie - Opdrachten Dienstverlening - Opdrachten Commercie Module Tuincentrum: - Basiskennis - Opdrachten Technologie - Opdrachten Dienstverlening - Opdrachten Commercie Module Spoorwegen: - Basiskennis - Opdrachten Technologie - Opdrachten Dienstverlening - Opdrachten Commercie Module Vakantiepark: - Basiskennis - Opdrachten Technologie - Opdrachten Dienstverlening - Opdrachten Commercie
Leerweg: Methode: Uitgever:
KADER Beroepsgericht Dubbelklik / Sophianum Eduklik / Sophianum
Toetsvorm
Beoordeling
Weging in examendossier
Herkansing J/N
S+P+D+V S+P+D+V S+P+D+V S+P+D+V
Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer
1 1 1 1
J J J J
S+P+D+V S+P+D+V S+P+D+V S+P+D+V
Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer
1 1 1 1
J J J J
S+P+D+V S+P+D+V S+P+D+V S+P+D+V
Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer
1 1 1 1
J J J J
S+P+D+V S+P+D+V S+P+D+V S+P+D+V
Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer
1 1 1 1
J J J J
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht D=digitaal, V=verrijkingsopdrachten
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Alleen de digitale toetsen
Per module krijgt de leerling een punt voor de basiskennis en moet de leerling 2 van de 3 uitstroomvarianten (Technologie, Dienstverlening of Commercie) afgerond hebben. Het uiteindelijke cijfer van die periode bestaat uit het gemiddelde van deze 3 cijfers. (basiskennis + uitstroomvariant 1 + uitstroomvariant 2).
21
22
Lichamelijke opvoeding Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
Periode 1
Periode 2
Periode 3
Periode 4
2015 - 2016 3 Allen Allen
Leerweg: Methode: Uitgever:
Leerstofomschrijving
duurlooptraining\coopertest * softbal *; basketbal minitrampoline; ringenzwaai; hoogspringen shuttle-run circuit; acrogym; trapezezwaai; volleybal(techniek); unihockey vormen van zelfverdediging tafeltennis; bewegen en muziek kast\bok; volleybal(spel) sprint * softbal *; handbal * badminton
Alle leerwegen n.v.t. n.v.t. Weging Herkansing in examendossier J/N
Magister code
Toetsvorm
Beoordeling
P P P P P P
G.V.O. G.V.O. G.V.O. G.V.O. G.V.O. G.V.O.
Nee Nee Nee Nee Nee Nee
SE 1-1 SE 1-2 SE 1-3 SE 2-1 SE 2-2 SE 2-3
P P P P P P
G.V.O. G.V.O. G.V.O. G.V.O. G.V.O. G.V.O.
Nee Nee Nee Nee Nee Nee
SE 3-1 SE 3-2 SE 3-3 SE 4-1 SE 4-2 SE 4-3
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 G=goed, V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
* Betreft bewegingsactiviteiten die weersafhankelijk zijn, primair zullen deze buiten plaatsvinden indien onmogelijk verschuiven deze in de tijd danwel worden ze in aangepaste vorm binnen aangeboden.
23
Nederlands Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
Periode 1
Periode 2
Periode 3
Periode 4
2015 - 2016 3 n.v.t. n.v.t.
Leerweg: Methode: Uitgever:
Leerstofomschrijving
Hoofdstuk 1 Zakelijke e-mail Overige opdrachten en overhoringen Fictie Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Overige opdrachten en overhoringen Fictie Hoofdstuk 4 Leesvaardig Overige opdrachten en overhoringen Fictie Hoofdstuk 5 Spelling en grammatica Overige opdrachten en overhoringen Fictie
Kader Beroepsgericht Nieuw Nederlands Noordhoff Toetsvorm
Beoordeling
S S S HO S S S HO S S S HO S S S HO
Cijfer Cijfer Cijfer V.O. Cijfer Cijfer Cijfer V.O. Cijfer Cijfer Cijfer V.O. Cijfer Cijfer Cijfer V.O.
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Weging Herkansing in examendossier J/N
Magister code
1 1 1
Ja Ja Nee
SE 1-1 SE 1-2 SE 1-3
1 1 1
Ja Ja Nee
SE 2-1 SE 2-2 SE 2-3
1 1 1
Ja Ja Nee
SE 3-1 SE 3-2 SE 3-3
1 1 1
Ja Nee Nee
SE 4-1 SE 4-2 SE 4-3
De opdrachten die gemaakt moeten worden voor het fictiedossier, worden evenredig verdeeld over het aantal periodes. Leerlingen die het fictiedossier niet op tijd af hebben (bekeken per periode), kunnen verplicht worden om op bepaalde momenten in het jaar aan het fictiedossier te werken.
24
Maatschappijleer 1
Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
2015 - 2016 3 Intersectoraal Technologie, Dienstverlening & Commercie Leerstofomschrijving
Leerweg: Methode: Uitgever:
Kader Beroepsgericht Seneca Seneca Weging Herkansing in examendossier J/N
Magister code
Toetsvorm
Beoordeling
Periode 1
Seneca hoofdstuk 1 en 2 Seneca hoofdstuk 3 en 4
S S
Cijfer Cijfer
1 1
Ja Ja
SE 1-1 SE 1-2
Periode 2
Seneca hoofdstuk 5 en 6 Seneca hoofdstuk 7 en 8
S S
Cijfer Cijfer
1 1
Ja Ja
SE 2-1 SE 2-2
Periode 3
Thema politiek eigen politieke partij Diversiteit: Homosexualiteit
P P
Cijfer Cijfer
Nee Nee
Periode 4
Thema Alcohol en Drugs Presentatie alcohol en drugs
S P
Cijfer Cijfer
1 1 1 1 1
SE 3-1 SE 3-2 SE 3-3 SE 4-1 SE 4-2
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Nee Nee
25
Rekenen Schooljaar: Leerjaar: Sector:
2015 - 2016 3 n.v.t.
Leerweg: Methode:
Afdeling:
n.v.t.
Uitgever:
De voortgangstoetsen lopen over alle perioden, derhalve worden deze niet ingedeeld in perioden
Periode
Leerstofomschrijving
Referentietoets niveau 1F Rekentoets blok 1: Rekenen Rekentoets blok 2: Meten en meetkunde 1 Rekentoets blok 3:Verbanden 1 Rekentoets blok 4: Verhoudingen Referentietoets niveau 2F Rekentoets blok 5: Meten en meetkunde 2 Rekentoets blok 6: Verbanden 2. Officiële digitale Referentietoets niveau 2F Referentietoets niveau 2F
Kader Beroepsgericht Getal & Ruimte rekenboek 3/4 vmbo kgt deel 1 Wolters Noordhoff. Toetsvorm
Beoordeling
S S S S S S S S S S
Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer Cijfer
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
Weging Herkansing in examendossier J/N
Nee Nee Nee Nee Nee Ja Nee Nee Nee Nee
Magister code
SE 1-1 SE 1-2 SE-1-3 SE 2-1 SE 2-2 SE 2-3 SE 3-1 SE 3-2 SE 3-3 SE 4-1 SE 4-2 SE 4-3
De schriftelijke toetsen voor rekenen zijn voortgangstoetsen. Deze lopen op in moeilijkheidsgraad van 1F (basisschoolniveau) tot 2F (eindexamenniveau vmbo). De behaalde cijfers zijn om de voortgang te bewaken. Voor de overgang dient een leerling voldoende deel te hebben genomen aan de rekenlessen en voldoende oefenmateriaal te hebben gemaakt.
26
Wiskunde Schooljaar: Leerjaar: Sector: Afdeling:
Periode
Periode 1
Periode 2
Periode 3
Periode 4
2015 - 2016 3 Intersectoraal Technologie, Dienstverlening & Commercie Leerstofomschrijving
Hoofdstuk 1: Procenten Hoofdstuk 2: Kaart en doorsnede Hoofdstuk 7: Oppervlakte en inhoud Hoofdstuk 3: Lineaire verbanden Hoofdstuk 4: Statistiek Geïntegreerde Wiskundige Activiteit (GWA) Hoofdstuk 5: Goniometrie Hoofdstuk 6: Verschillende verbanden Hoofdstuk 8: Rekenen Hoofdstuk 9: Goniometrie 2 Hele leerstof
Leerweg: Methode: Uitgever:
Kader Beroepsgericht Getal en Ruimte 2010 EPN Weging Herkansing in examendossier J/N
Magister code
Toetsvorm
Beoordeling
S S
Cijfer Cijfer
1 1
Ja Ja
SE 1-1 SE 1-2
S S S HO S S
Cijfer Cijfer Cijfer V.O. Cijfer Cijfer
1 1 1
SE 2-1 SE 2-2 SE 2-3
1 1
Ja Ja Ja Ja Ja Ja
S S S
Cijfer Cijfer Cijfer
1 1 1
Ja Ja Nee
SE 4-1 SE 4-2 SE 4-3
S=schriftelijk, M=mondeling, P=praktijk, HO=handelingsopdracht
Cijfer=1t/m10 V=voldoende, O=onvoldoende T=twijfelachtig
SE 3-1 SE 3-2
De Geïntegreerde Wiskundige Activiteit (GWA) is gepland in periode 2. De GWA-opdracht moet met een voldoende worden afgesloten.
27