WANDELGIDS
Provinciedomein Raversijde
geologie geschiedenis flora fauna recreatie
geologie Strand, duin en polder In Raversijde liggen het strand en de polder relatief dicht bijeen. De tussengelegen duinen zijn er smal en gedeeltelijk als auto- en tramweg ingericht. Ze vormen een soort strandwal van nog relatief recente duinen met een lage begroeiing.
2
geschiedenis Romeinse zoutzieders Het strand van Raversijde is bij archeologen goed bekend als plaats waar men veel Romeinse en middeleeuwse vondsten kan ontdekken. Voordat er in de jaren zeventig nieuwe golfbrekers werden gebouwd, kwamen o.m. laatmiddeleeuwse uitveningsputten en ploegsporen van een Romeins akkerland van onder het strand te voorschijn. In de volksmond was er ook sprake van een “Caesarsdijk”. In 2005 werd achter de duinengordel, haaks op de
3
geschiedenis
kustlijn, een stuk van een Romeinse dijk, met een breedte van 12,5 m. opgegraven. Tijdens de Romeinse tijd waren er zoutzieders aan het werk in Raversijde. De toenmalige duinenrij lag zo’n 2 km verder in de zee. Achter deze oude duinen stroomde het zeewater, via een systeem van kanalen en grachten in de zoutpannen, waar het verdampte. Het gewonnen zout diende voor de bevoorrading van de NoordGallische steden en van het Romeinse leger langs de Rijn.
H e t e i l a n d Te s t e r e p Dit eiland, ook Ter Streepe genoemd, was een langgerekt kusteiland dat zich tussen het IJzerestuarium en een verdwenen zeegeul bij Bredene bevond en door de Testerepgeul van het vasteland gescheiden was. In de vroege middeleeuwen was het nog een soort wadgebied, doorsneden door diverse geulen. Vanaf de 10e tot de 12e eeuw werd het ingedijkt en ontwaterd. Op het oostpunt van het eiland Testerep ontstond Oostende, in het westen Westende, en de kerk van het middendorp werd Middelkerke genoemd. Walraversijde lag tussen Middelkerke en Oostende op een plaats waar de vissers hun boten aan land trokken.
4
geschiedenis
D e v i ss e rs va n Wa l ra ve rs i j d e In 1357 is er voor het eerst sprake van Walraversijde als “Walrafsijde”. Het Oud-Saksiche woord “ijde” betekent landingsplaats, dus hier de landingsplaats van een zekere Walraf. Deze kleine gemeenschap leefde vooral van de visserij maar ook van handel, strandjutterij, loodsen van schepen en zelfs zeeroverij. De Sint-Vincentiusstorm van 22 januari 1394 doorbrak de duinenrij, overspoelde Testerep en ook het oorspronkelijk Walraversijde. In 1399 liet hertog Jan zonder Vrees de Graaf Jansdijk aanleggen. Achter deze dijk verrees een nieuw Walraversijde. De kleine gemeenschap groeide spoedig uit tot een welstellend dorp van een 100-tal huisjes, een molen, een brouwerij en een kerk. De toren van de gotische kerk had een plat dak, dat als uitkijktoren en baken voor de scheepvaart dienst deed. Omstreeks 1465 bereikte Walraversijde zijn hoogtepunt. Oorlogsgeweld leidde vanaf 1489 het verval van Walraversijde in. Tegen halfweg de volgende eeuw restte er niet veel meer dan een klein gehucht met kerk en molen.
Het beleg van Oostende Na de slag van Nieuwpoort op 2 juli 1600 trok het leger van Maurits, prins van Oranje, zich terug naar Oostende. Hierbij passeerde zijn leger ook Walraversijde, met alle gevolgen van dien.
5
geschiedenis Kort daarop begon het beleg van Oostende, (1601-1604) een van de bloedigste episoden uit de 80-jarige oorlog. De Spaanse cavalerie vestigde zich in de nog resterende huizen van Walraversijde. Dit betekende het definitieve einde van deze eens zo welvarende nederzetting. Op een kaart uit 1628 vinden we enkel nog de kerk, die als schuur gebruikt wordt, terug. De kerktoren hield het langst stand; pas in 1860 werd hij afgebroken.
Tw e e v u u r t o re n s In de 19e eeuw werden er voor tuiniers, mandenvlechters- en vissers opnieuw enkele bescheiden woningen gebouwd in de nabijheid van de Duinenstraat te Walraversijde. In 1894 werden in dit nieuwe gehucht twee stalen torens met geleidingslichten voor de scheepvaart opgetrokken ter vervanging van de ingestorte kerktoren. Het laagste licht bevond zich in de duinen, het hoogste licht net na de duinengordel. Het betrof hier geen echte vuurtorens, maar vaste lichten die door hun opstelling het midden van het Westervaarwater van de Stroombank aanduiden. Tegenaan de hoogste toren werd een woning voor de torenwachter gebouwd. Enkele jaren later, in 1897, reed voor het eerst een tram op de wandeldijk tussen Oostende en Middelkerke. In 1904 werd de autoweg aangelegd. De twee lichttorens werden door de Duitsers in de lente van 1915 omvergetrokken; ze vormden immers een richtpunt voor de geallieerde schepen.
Een koninklijk domein Koning Leopold II kocht in 1902 en 1903 diverse eigendommen aan in het landelijke Raversijde. Op dit nieuwe domein werden drie houten gebouwen opgetrokken naar plannen van de Noorse architect Finn Knudsen: het koninklijk chalet, een klein tuinpaviljoen en het Noorse huis voor het dienstpersoneel, het zgn. “Vagtmarksbolig”. Het koninklijk chalet was mooi gelegen aan de Zeedijk, de koninklijke familie en gasten kwamen er enkel voor “een dagje uit” en keerden ’s avonds terug naar Oostende. De
6
geschiedenis omgeving tussen de Nieuwpoortse steenweg en de Duinenstraat werd tot siertuin met twee vijvers omgevormd. Tegenaan de Duinenstraat werden paardenstallen en een brug over de Duinenstraat gebouwd. Na het overlijden van Leopold II in 1909, kwam ook zijn neef koning Albert I regelmatig naar Raversijde. In 1914 kocht hij nog gronden en woningen van tuiniers ten westen
van het koninklijk domein aan. De woningen liet hij nog voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog slopen.
Batterij Aachen Het Duitse Marinekorps bouwde tijdens de Eerste Wereldoorlog de batterij Aachen uit in de duinen van het koninklijk domein. Als deel van de kustverdediging werd ze uitgerust met twee observatiebunkers; een bomvrije schuilplaats, een waterput “Barbara Brunner” en diverse, later afgebroken, houten constructies. Wat hinderlijk
7
Plan
NOOR Tramhalte 32
Koninklijke Baa
A Memoriaal Prins Karel
Walraversijde
O
INGANG
V
C
P1
N318 Nieuwp Middelkerke De Lijn bus 60-69
8
RDZEE
an
strand
Zeedijk
Atlantikwall
t
Recreatiezone
P2
Westlaan
Duinenstraa
poortsesteenweg Oostende beplanting water
Luchthaven
gazon hooiland duinen
O C V
onthaalgebouw cafetaria Walrave vogelopvangcentrum grens provinciedomein
9
geschiedenis was voor de oorlogsvoering werd verwijderd. Het Koninklijk chalet werd in december 1914 in brand gestoken en ook het nabijgelegen tuinpaviljoen onderging hetzelfde lot. De twee lichttorens werden in het voorjaar van 1915 omgetrokken. Enkel het Noorse huis overleefde de oorlog, maar was zwaar beschadigd. Het bleef onaangeroerd staan tot het in 1934 werd afgebroken.
Het interbellum Vanaf 1930 toonde de 27-jarige prins Karel belangstelling voor het domein; persoonlijk kocht hij er enkele percelen aan. Ook zijn vriend, baron Goffinet, verwierf er een aantal percelen. Na het overlijden van zijn vader Albert I, kon prins Karel het volledige Koninklijke eigendom te Raversijde verwerven.
D e Tw e e d e We re l d o o r lo g Het domein Raversijde werd vanaf 1940 opnieuw door de Duitse Marine bezet en uitgebouwd; eerst als verdediging van de Oostendse haven, later als onderdeel van de Atlantikwall. Ze legden er kilometers lange onderaardse gemetselde gangen aan die personeelsbunkers met zware artilleriebunkers verbonden. Ze gebruikten ook de, vooral achter de duinengordel gelegen, bestaande gebouwen en trokken tevens heel wat houten barakken op.
Prins Karel Na de bevrijding werd het terrein van het domein op korte termijn ontmijnd en de diverse gebouwen werden hersteld. Op verzoek van prins Karel werden de Duitse verdedigingswerken behouden. Tijdens het regentschap (1944-1950) breidde de prins zijn eigendom uit en sloot hij een akkoord met de Koninklijke Schenking waardoor hij ook het oorspronkelijke domein van Leopold II als persoonlijk bezit verwierf. De diverse gebouwen werden opgeknapt en van steunberen voorzien; ze kregen diverse bestemmingen: als woonhuis voor de
10
geschiedenis prins, als “Vlaamse zaal”, als duinpaviljoen, als gastenverblijf, … Zowel de buitenbeschildering als de inrichting van de huizen was merkwaardig. Van het gastenverblijf bv. waren zowel de muren als het dak in diverse kleuren geschilderd. In het woonhuis leken de kamers op scheepskajuiten in een boot: klein en overvol. Met patrijspoorten, schuifdeuren als hangkastjes verwezen ze naar de Britse Royal Navy waar de prins na de Eerste Wereldoorlog jarenlang diende. Elke beschikbare plaats aan de muur werd ingenomen door schilderijen, foto’s, gravuren … Het plafond hing vol met een collectie van sabels en vuurwapens en op de grond lagen delen van een modelspoorweg. Tegen de wanden stonden zijn eigen schilderijen gestapeld. Daartussen leefde en werkte de 1,87m grote prins. Hij overleed op 1 juni 1983.
Provinciedomein “Raversijde” Al op 12 december 1981 werd het domein verkocht aan het toenmalige Ministerie van Openbare Werken. De prins behield het vruchtgebruik tot zijn overlijden. Het federale overheid zorgde daarna voor de bescherming en het herstel van de civiele gebouwen, de Vlaamse voor deze van de militaire gebouwen. Zo ontstond het “Memoriaal Prins Karel” en het “Openluchtmuseum Atlantikwall. Op 7 juli 1992 werd het eerste deel, het memoriaal, geopend in aanwezigheid van prins Albert. Het West-Vlaamse provinciebestuur profileerde zich als initiatiefnemer voor de verdere uitbouw van het toeristische recreatiepark Domein Raversijde. Hiertoe werden bijkomende eigendommen aan weerszijden van het bestaande park verworven door het Vlaamse Gewest en ingericht. Twee ruime parkings, een cafetaria en een onthaalgebouw werden voorzien. Recent werd hieraan een vogelopvangcentrum toegevoegd. De archeologische site werd grondig onderzocht en drie laatmiddeleeuwse vissershuisjes heropgebouwd. De Atlantikwall werd heruitgerust met allerhande militaire materialen en de open ruimten werden landschappelijk ingericht.
11
flora Helm Helm is zo algemeen aanwezig in de eerste duinen tegenaan het strand dat men van helmduinen spreekt. In deze zeereepduinen is hij de grote zandvanger en –vasthouder. In extreme omstandigheden heeft hij het naar zijn zin. Op overstuiven reageert hij door nieuwe, vitale scheuten te vormen. Zijn diep en vertakt wortelnetwerk zorgt voor een vlotte toevoer van zoetwater en voor een goede verankering van het zand. Tussen de helm in de zeereep groeien nog andere planten. Een van de opvallendste is de blauwe zeedistel; dit is evenwel geen echte distel want hij behoort tot de schermbloemigen.
Duindoorn Meer landinwaarts, waar de stormdynamiek afneemt, doet de duindoorn zijn intrede. Net als de helm leeft hij met ondergrondse uitlopers. Zo vormt hij uitgebreide, gedoornde en moeilijk doordringbare struwelen. Er bestaan mannelijke en vrouwelijke duindoorns. Hun wortelstekken groeien op vele plaatsen door elkaar zodat we in het najaar struikjes met en zonder bessen naast elkaar vinden. De oranje bessen zijn een lekkernij voor de trekvogels, die in de herfst de kustlijn volgen.
Jakobskruiskruid en grote teunisbloem Deze twee zomerbloeiers zijn geliefd bij vlinders. Het jakobskruiskruid is de gastheer van de geel en zwart gestreepte zebrarups. De plant is licht giftig en zo ook de rupsen. Hun kleurenpatroon is een waarschuwing voor insectenetende vogels: “Ik lijk op een wesp en ben giftig en gevaarlijk”. De in de lente vliegende St-Jakobsvlinder is rood en zwart gekleurd. Voor bloemenbezoek heeft hij weinig interesse, wel voor de jonge bladkrans van het jakobskruiskruid, na bevruchting worden hierop een aantal eieren afgezet.
12
flora
Muurpeper
De grote teunisbloem is een zwoele nachtbloeier en speciaal speci ec a ec aa aal a uitgerust om langtongige nachtvlinders te verleiden. Hiervoor pakt hij uit met een schitterende gele kroonbloem en een doordringend parfum. Zijn boetiek gaat maar tegen valavond open en na een drukke nacht, verwelkt de teunis de volgende morgen. Met wat geduld kun je de bloem zien ontluiken; het duurt maar enkele minuten voor een knop een bloem wordt. Als één-nacht-bloeier is hij goed voor weken bloeien, op zijn stengel staan tientallen knoppen die voor evenzoveel nectarrijke nachten zorgen. Niet enkel nachtvlinders drinken van de teunisbloem; in de vroege morgen bijten hongerige hommels een opening in de kroonbuis en laven zich aan het resterende zoet.
Muurpeper Dit bescheiden plantje voelt zich goed thuis op zonnige zuidhellingen waar hij grote oppervlakten kan bedekken. Als vetplant is hij ideaal geschikt om te overleven in een warm en droog milieu. Zijn uitbundige gele zomerbloei maakt hem geliefd ook voor in de tuin. De muurpeper verlangt weinig maar houdt wel van de zon. Op
13
flora
een kale bodem langs verharde wandelwegen, op muren of daken overal ziet hij het zitten.
Riet Riet is opvallend aanwezig langs de oevers van de waterlopen in Raversijde. In de rijke poldergrond kan het in één seizoen een aanzienlijke hoogte bereiken. Vroeger werd dit riet als dakbedekking voor woningen en stallen gewonnen. Zo zijn al de herbouwde middeleeuwse huisjes van Walraversijde met een rieten dak bedekt. De rietstengel is buigzaam en sterk, dus duurzaam als dakbedekking. Een rietgordel vormt een geschikt biotoop voor vogels en insecten. In Raversijde is de kleine karekiet een typische rietbewoner, die met zijn opgewekt gezang de aandacht trekt. Kenmerkende insecten die in en rond het riet leven zijn rietstengelboorder, rietspinner, rietkever en de sigaargalvlieg.
14
flora Deze vlieg laat zich niet gemakkelijk zien, maar de verdikking van de rietstengel tot een soort sigaar kun je in de winter vinden.
Heggenrank, een komkommerachtige De heggenrank is een typische soort van duin en polder. Zij klimt in haag en struik, niet al slingerend maar met speciale klimranken hecht zij zich schroefvormig vast aan twijg en tak. Er zijn mannelijke en vrouwelijke heggenranken; hun groenwitte bloempjes bestaan of uit 5 meeldraden of uit een driedelige stijl met vergroeide, vijfdelige kroon- en kelkblaadjes. Met wat geluk zie je er de heggenrankbij, die nectar en stuifmeel verzamelt en ondertussen voor de bevruchting zorgt. Deze solitair levende bij is ongeveer even groot als een honingbij, maar is ervan j roodachtig g achte onderscheiden door zijn ijf. terlijf. e herfst krijgen de vrouwelijke In de nten rode bolletjes, die giftig zijn. planten genranken hebben een dikke, Heggenranken nvormige wortel, die een zekere peenvormige m heeft als laxeermiddel. faam Hij iss echter ook giftig.
Heggenrank
15
flora De gulden sleutelbloem De gulden sleutelbloem is een prachtige voorjaarsbloeier die het centrale parkgedeelte van Raversijde opvrolijkt. In de grasachtige terreinen van dit park vindt hij een ideale biotoop: een magere, kalkhoudende bodem. Zijn bloemen hebben een dooiergele kleur en staan in een afhangend scherm bijeen, zo lijken ze op een “sleutelbos”. De gulden sleutelbloem is geen algemene plant en de schrale biotopen waar hij voorkomt nemen voortdurend af.
Gaspeldoorn 16
flora Gaspeldoorn en boksdoorn Beide struiksoorten behoren tot de aangeplante soorten van Raversijde. De gaspeldoorn groeit in groep in de recentste aanplantingen. Het is een struik zonder bladeren maar met groene doorns, die in het vroege voorjaar uitbundig bloeit met gele vlinderbloemen. Als wilde plant heeft hij een Atlantische verspreiding; bij voorkeur dicht bij de kust waar het weinig vriest. Hij houdt ook van droge en lichte grond. De boksdoorn is een Aziatische exoot, die het goed doet in de duinen en zich soms spontaan verspreidt. Hij behoort tot de nachtschaden en dus zijn aardappel en tomaat dichte familie. Als struik heeft hij een wat slordige indruk; zijn tot 3m lange, gedoornde takken hangen willekeurig door elkaar. Zijn kleine bloempjes zijn lichtpaars en zijn bessen kleuren rood.
Boksdoorn 17
fauna
Pimpelmees
Cetti’s zanger
Een zuidelijke gast: C e t t i ’s z a n g e r Deze vogel van de Waterkant ziet het wel zitten in Raversijde nu de winters er minder streng zijn. Gemakkelijk krijg je deze uit de kluiten gewassen “winterkoning”, want daar lijkt hij op met zijn opgerichte staart, niet te zien. Zijn typisch en explosief geluid verraadt hem en als je het eenmaal gehoord hebt, vergeet je het niet.
18
fauna Zijn biotoop is gelijk aan die van de kleine karekiet, ook zo’n enthousiaste zanger, die zich gemakkelijker laat zien dan de Cetti’s zanger.
Bleshoenders De bleshoenders bezitten een voorhoofdplaat, bij het waterhoentje is ze rood, bij de meerkoet wit. Allebei zijn het algemene soorten van de waterkant. In Raversijde broeden ze en tijdens de winter zijn ze eveneens van de partij. De meerkoeten zijn sociaal ingesteld, buiten het broedseizoen foerageren ze in groep. Zo voelen ze zich veiliger en bij gevaar vluchten ze naar het water. Ze duiken ook op zoek naar waterplanten en als het hard vriest hou-
Sijsje
Koperwiek
19
fauna
Zanglijster
Spreeuw
20
fauna den ze met zijn allen een wak open. Het waterhoentje leeft solitair en verlaat zelden de veilige beschutting van de oeverplanten.
Tre k v o g e l s Van eind september tot eind november kan het druk zijn in de duinen van Raversijde. Voornamelijk ’s morgens en in de voormiddag passeren er honderden tot duizenden trekvogels van allerhande pluimage. Tot het kleine grut behoren veldleeuweriken, graspiepers, diverse mezensoorten met de kleine pimpel als topper, vinken, ringmussen, kneutjes, sijsjes en vele andere. Spreeuwen, kramsvogels, koperwieken en zanglijsters vertegenwoordigen de middenmoot; houtduif, sperwer, torenvalk en kieviet zijn de grotere jongens. Allen volgen ze de oost-west verlopende kustlijn om de winter te ontvluchten. De ene dag is het al drukker dan de andere. Plotse weersveranderingen in bv Nederland merken we vrij vlug op door de soms grote aantallen van een bepaalde vogelsoort die in Raversijde passeert.
Ekster en scholekster Twee vogels in zwart-wit, allebei cultuurvolgers, die in verschillende biotopen thuishoren, maar in Raversijde dicht bij elkaar te zien zijn. De ekster profiteert van de nieuw aangelegde beplantingen en bosgedeelten om en zijn rommelig takkennest te bouwen. Veel kleur heeft hij niet, maar in de zon kunnen zijn veren wel schitteren met een groene en blauwe glans. Met zijn lange staart stapt hij door het gazon op zoek naar wormen, insecten, afval of aas. ’s Winters eet hij vooral zaden en bessen. De scholekster is een steltloper die op strand, slik en schor leeft, maar ook weiden en akkers in het binnenland opzoekt. Zijn verenkleed is zwart-wit, maar zijn lange bek is rood en zijn steltpoten roze. De nieuw aangelegde vijver in Raversijde is zijn vaste stek als het hoog water is of te druk op het strand.
21
recreatie
De geschiedenis ontdekken In het bezoekerscentrum van Raversijde valt een en ander te ontdekken over het 15e-eeuwse Walraversijde, zijn bewoners, zijn bloei en langzaam verval. Net erbuiten kun je dit middeleeuws vissersdorp ontdekken en beleven; een drietal huisjes werden er heropgebouwd. Wat verder tussen de duinen word je met de oorlogen van de vorige eeuw geconfronteerd. De batterij Aachen getuigt er van de kustbescherming tijdens de Eerste Wereldoorlog. Imposanter zijn de getuigen van de Atlantikwall uit de Tweede Wereldoorlog: diverse types bunkers, artilleriestukken en zoeklichten. Het memoriaal Prins Karel verwijst naar de Prins-Regent, die na de Tweede Wereldoorlog de afwezige koning verving. Je kunt er zijn woning en een biografische tentoonstelling bezoeken; Voor openingstijden en toegangsprijzen kun je best www.west-vlaanderen.be/raversijde raadplegen of telefoneren naar het nummer 059/702285.
22
recreatie
Een nieuw vogelopvangcentrum Aan de bouw van het vogelopvangcentrum hebben diverse overheden meegewerkt: de provincie West-Vlaanderen, de stad Oostende, Europa, de Vlaamse overheid, de Federale overheid en de nationale loterij. Het is een modern en professioneel opvangcentrum voor vogels en wilde dieren met specialisatie in zeevogels. VOC Oostende heeft immers een kwarteeuw ervaring in het verzorgen van zeevogels na olierampen. Het nieuwe gebouw herbergt een educatief bezoekerscentrum waar de bezoeker een kijk krijgt op het revalidatiewerk. Rationeel energiegebruik en alternatieve energie zijn in de dagelijkse werking verweven.
Wa n d e le n e n g e n i e t e n Een afwisselend landschap van water, rietvelden, graspartijen, hooilanden, beplantingen en bossen nodigt uit tot een verkennende wandeling. In elk jaargetijde is er iets nieuws te ontdekken: lentebloeiers, zomerse hooilanden, trekkers in de herfst en overwinteraars vullen er de jaarkalender. Een gezellige restaurantcafetaria Walrave biedt er voor elk wat wils. (tel.059/306244)
23
Provinciedomein Raversijde Mercator jachthaven
OOSTENDE
NOORDZEE
MARIAKERKE
E40 Brussel
Provinciedomein Raversijde
Luchthaven
MIDDELKERKE Gistel
info: Provinciehuis Boeverbos Minawa K. Leopold III-laan 41 8200 St-Andries T 050/40 32 57 tekst: J. Mahieu fotos: K. De Langhe layout en illustraties: To the point (Zwevezele) druk: Communicatie-Grafische dienst Provincie dep.: D/2008/0248/48