Protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie informatie voor ouders
Inhoudsopgave Protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie _______________________________________ 3 Kaders/wetgeving; Masterplan Dyslexie __________________________________________________ 3 Wat is dyslexie? ______________________________________________________________________ 3 Dyslexie kenmerken ___________________________________________________________________ 4 Vergoedingsregeling___________________________________________________________________ 5
Procedurebeschrijving OBS de Rietpluim _____________________________________________ 6 Signalerings- en analyse-instrumenten ____________________________________________________ 7 Lees- en spellingbegeleiding van kinderen met lees- en spellingproblemen en dyslexie ____________ 10
Dyslexieverklaring en begeleiding vanuit de vergoedingsregeling _______________________ 11 Doel van de behandeling ______________________________________________________________________ 11 Samenwerking met ouders van kinderen met een vermoeden van dyslexie ______________________________ 12 Houvast bij dyslexie ___________________________________________________________________________ 12
Bijlage voor leerkrachten (in ontwikkeling): _______________ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Praktische tips, documenten en beschrijvingen van begeleidingsactiviteiten _____ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie Kaders/wetgeving; Masterplan Dyslexie Protocollen In 1995 werd het Ministerie van OCW door de Commissie Dyslexie van de Gezondheidsraad geadviseerd om een protocol op te stellen om de signalering van leesproblemen en dyslexie binnen de basisschool te systematiseren. Naar aanleiding hiervan gaf het Ministerie van OCW het Expertisecentrum Nederlands in 2000 de opdracht tot het schrijven van de Protocollen Leesproblemen en Dyslexie. Het Protocol Leesproblemen en Dyslexie voor groep 1 - 4 verscheen in 2001. Het Protocol Leesproblemen en Dyslexie voor groep 5 - 8 verscheen in 2004. De protocollen geven leerkrachten, docenten en dyslexiespecialisten in het onderwijs concrete handvatten voor beleid op het gebied van signalering en diagnose, begeleiding en behandeling, compenserende faciliteiten tot en met de inzet van computerhulpmiddelen. Op dit moment werkt het Expertisecentrum Nederlands aan een herziene versie van de protocollen. Deze herziene versie wordt aangeboden in jaargroepkaternen. De katernen zijn aangevuld met nieuwe inzichten en meer toegespitst op de rol van de leerkracht. De herziene versie van het Protocol Leesproblemen en Dyslexie voor groep 1 en 2 is verschenen in 2008-2009; de jaarkaternen voor groep 3 en 4 verschijnen in schooljaar (2011) en de katernen voor de andere groepen zullen de komende jaren gefaseerd worden uitgebracht. Toetskalender De protocollen vormen de basis voor het Masterplan Dyslexie. In de protocollen zijn toetskalenders voor de diverse jaargroepen opgenomen. De nieuwe toetskalenders bij de Protocollen Leesproblemen en Dyslexie zijn gebaseerd op de recent verschenen toetsen en de veranderingen in het volgsysteem van Cito. De nieuwe toetskalenders zijn te vinden op www.taalonderwijs.nl/dyslexie (zie Dossier; Herziene toetskalenders Protocollen Leesproblemen en Dyslexie). OBS de Rietpluim kijkt kritisch naar de geadviseerde toetsen en bepaalt in overleg met de onderwijsbegeleidingsdienst welke toetsen noodzakelijk zijn. Deze zijn opgenomen in de toetskalender (zie overzicht signalerings- en analyse-instrumenten). 1-zorgroute In het kader van Weer Samen Naar School en Passend Onderwijs is in 2007 de 1-zorgroute ontwikkeld (Clijsen, 2007). De 1-zorgroute beschrijft de stappen die in zorg aan leerlingen op groepsniveau, op schoolniveau en op het niveau van bovenschoolse zorg worden gezet. Hierbij wordt de cyclus van handelingsgericht werken als leidraad gehanteerd, zodat er een doorgaande lijn in leerlingenbegeleiding binnen de school en afstemming met externe zorg kan worden gerealiseerd. De stappen uit de cyclus van het handelingsgericht werken komen overeen met de stappen in de protocollen leesproblemen en dyslexie.
Wat is dyslexie? "Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau." (Stichting Dyslexie Nederland 2008) Bij leerlingen met dyslexie is er sprake van een flinke lees- en/of spellingachterstand, die blijkt uit een onvolledige en/of moeizame automatisering van het lees- en/of spellingproces. Bij kinderen met dyslexie blijft de achterstand bestaan, ook na systematische hulp. Dit noemen we dan “didactische resistentie”. Didactische resistentie kan worden aangetoond wanneer een leerling niet of nauwelijks vooruitgang boekt na een half jaar intensieve leesbegeleiding (bijvoorbeeld ten minste drie keer per week gedurende 20 minuten). De problemen op het gebied van lezen en/of spellen mogen niet te herleiden zijn tot andere stoornissen. Kinderen met leesproblemen lopen de achterstand in na een periode van systematische hulp. De Protocollen Leesproblemen en Dyslexie geven adviezen over hoe de school kinderen met leesproblemen kan begeleiden en ondersteunen. Het is van belang dat signalen van dyslexie bij een kind zo vroeg mogelijk worden herkend. Hoe eerder een gerichte aanpak van lees- en spellingproblemen kan starten, hoe groter de kans op succes.
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
3
OBS de Rietpluim heeft het dyslexieprotocol toegespitst op de werkwijze en de visie ontwikkelingsgericht onderwijs. In het kader van vroegsignalering dyslexie is er ook een stappenplan voor de groepen 1-2, waarbij een signaleringsinstrument gehanteerd wordt. De oorzaken van dyslexie Dyslexie uit zich niet bij elk kind hetzelfde. De precieze oorzaak van dyslexie is nog onduidelijk. Wel staat vast dat bij dyslexie sprake is van een erfelijke factor. Een kind dat één ouder heeft met dyslexie, heeft 40 tot 50% kans er ook aanleg voor te hebben. Bij twee dyslectische ouders ligt dit percentage rond de 80%.
Dyslexie kenmerken Dyslexie indicatoren zijn kenmerken die bij de meeste kinderen met dyslexie voorkomen; * een aantal daarvan komt ook voor bij kinderen met een zwakkere lees-/spelling ontwikkeling en/of een lagere intelligentie. Het gaat om de volgende kenmerken: zwakke prestaties (D en E scores) bij lezen en spellen * het moeizame leerproces doet zich alleen voor bij lezen en spellen de leesproblemen doen zich voor bij het lezen van woorden en lettercombinaties * de verwerking van spraakklanken is verstoord/vertraagd het snel achter elkaar benoemen van letters en cijfers is verstoord/vertraagd visueel orthografische woordherkenning is onnauwkeurig/vertraagd het koppelen van visueel auditieve letter-/woordverwerking is verstoord/vertraagd er kunnen problemen zijn met het verbale werkgeheugen.* Hieronder volgen een aantal algemene kenmerken van dyslexie. Meer specifieke signalen zijn te vinden op www.steunpuntdyslexie.nl onder signalen per leeftijdsgroep. Problemen bij algemene lesactiviteiten Trage verwerking van talige informatie als gevolg van een algemeen automatiseringsprobleem. Prestaties nemen af bij dubbeltaken en werken onder tijdsdruk. Niet begrijpen van complexe vragen, terwijl de leerlingen het antwoord wel weten. Dit komt omdat ze moeite hebben met het plannen en vasthouden van de volgorde van denkstappen. Moeite met onthouden van meervoudige instructies, terwijl ze de afzonderlijke taken wel kunnen uitvoeren. Dyslectici hebben vaak een beperkt korte termijngeheugen. Moeite met het onthouden of ophalen van namen uit het geheugen. Woordvindingsproblemen. Problemen bij het lezen De leesproblemen van kinderen met dyslexie vallen het meest op bij hardop lezen. Sommige kinderen hebben een traag leestempo en lezen de woorden hardnekkig spellend. Andere kinderen hebben een hoog leestempo, maar maken daarbij veel fouten door te raden. Er kan ook sprake zijn van een combinatie van beide. Problemen bij de spelling Kinderen met dyslexie maken langdurig veel spellingfouten en hebben, om dat te voorkomen, veel steun nodig van spellingsregels. Het kan zijn dat ze één bepaald woord op een bladzijde op verschillende manieren spellen. Kinderen met dyslexie proberen vaak de spelling van specifieke woorden te onthouden. Dit is een enorme belasting voor het geheugen. Bovendien beklijft de kennis meestal niet, omdat ze het op een ongestructureerde manier in het geheugen opslaan. Problemen bij het schrijven / fijnmotorische vaardigheden Kinderen met dyslexie schrijven vaak onleesbaar en maken veel doorhalingen. Bij leerlingen die wel leesbaar schrijven, valt het trage schrijftempo op. Vaak hebben deze kinderen moeite met de bladindeling.
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
4
Vergoedingsregeling Vanaf 1 januari 2009 komen diagnostiek en behandeling van ernstige dyslexie in het basispakket van de zorgverzekering. De vergoedingsregeling wordt stapsgewijs ingevoerd in de periode t/m 2013 totdat in 2013 de zorg wordt vergoed voor alle leerlingen in het primair onderwijs van 7 jaar en ouder en leerlingen in het speciaal onderwijs van 7 t/m 13 jaar. Het moment waarop de zorg inclusief diagnostiek in relatie tot de leeftijd start is belangrijk. In 2009 geldt dat voor 7 of 8-jarige kinderen. Jaarlijks komt daar een leeftijd bij. In 2013 is invoeringsfase afgerond en komen alle kinderen binnen de basisschoolleeftijd in aanmerking voor de vergoedingsregeling mits aan de criteria voldaan wordt. Meer informatie hierover is te vinden op www.masterplandyslexie.nl en www.steunpuntdyslexie.nl. Het ideale uitgangspunt is dat de uitvoering van diagnostiek en behandeling plaatsvindt door één instelling. De effecten van deze regeling zien wij met vertrouwen tegemoet. De hulp onder schooltijd wordt vanuit deze regeling vergoed indien diagnose leidt tot vaststelling van ernstige, enkelvoudige dyslexie. Verzekeringen geven een vergoeding voor het onderzoek op basis van het leesdossier. School heeft een z.g. Poortwachterfunctie en dient d.m.v. een leesdossier haar vermoeden te ondersteunen. Het onderzoek kan alleen plaatsvinden wanneer de problemen alleen betrekking hebben op lezen. Er mag geen andere diagnose zijn vastgesteld om voor de dyslexievergoeding in aanmerking te komen. Met andere woorden, er mag geen sprake zijn van comorbiditeit. Jaar 2009 2010 2011 2012 2013
Leeftijd bij aanvang van de zorg (en diagnosestelling) 7 of 8 jaar 7, 8 of 9 jaar 7 t/m 10 jaar 7 t/m 11 jaar 7 jaar of ouder
In het kader van de vergoedingsregeling voor diagnostiek en behandeling van ernstige dyslexie bij kinderen in het basisonderwijs, wordt op OBS de Rietpluim een leesdossier bijgehouden van kinderen die problemen hebben met het onder de knie krijgen van het lees- en spellingproces. Het leesdossier Als we bij een kind signaleren dat we een gegronde reden hebben om te denken dat er sprake is van dyslexie, tonen we dat aan met een leesdossier. Uit dat dossier moet blijken dat de school: minimaal 3x opeenvolgend heeft vastgesteld dat de leerling behoort tot de groep van 10% zwaksten, (= E niveau) lezers of 16% (= D of E) bij lezen tegelijk met 10% (=E) bij spellen. (de achterstand is hardnekkig). meetmomenten en interventies heeft vastgelegd binnen verschillende zorgniveaus. (er is specifieke instructie geboden). een achterstand heeft vastgesteld in geëvalueerde handelingsplannen. het vermoeden heeft geuit dat het gaat om dyslexie. Ook vanuit ouders wordt verwacht dat zij thuis aandacht besteed hebben aan het lezen (voorlezen, preteaching, samen lezen, …, ) en/of spelling. Gemaakte afspraken hierover moeten ook opgenomen worden in het leesdossier. OBS de Rietpluim heeft een format waarin deze gegevens opgenomen worden. Deze format voldoet aan de wettelijke eisen en is gebaseerd op de format vanuit Masterplan Dyslexie. Wanneer er signalen zijn van dyslexie kan het zijn dat een kind niet voldoet aan de gestelde criteria voor de vergoedingsregeling. In dat geval vergoeden de zorgverzekeringen onder bepaalde voorwaarden wel de diagnose, niet de behandeling; het is raadzaam uw eigen zorgverzekering hier op na te slaan. Voor OBS de Rietpluim is een diagnose dyslexie c.q. een dyslexieverklaring niet nodig om de kinderen vanuit school de begeleiding te geven die zij nodig hebben. De signalering en analysegegevens bieden voldoende handvatten om de begeleiding af te stemmen op eventuele lees- en spellingproblemen.
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
5
Procedurebeschrijving OBS de Rietpluim Het is van belang dat signalen van dyslexie bij een kind zo vroeg mogelijk worden herkend. Hoe eerder een gerichte aanpak van lees- en spellingproblemen kan starten, hoe groter de kans op succes. Op OBS de Rietpluim hanteren wij de 5 niveaus van zorg, een zorgstructuur om de doorgaande lijn in onderwijs en zorg voor de leerlingen te waarborgen. OBS de Rietpluim neemt de protocollen Leesproblemen en dyslexie als uitgangspunt bij het signaleren van mogelijke dyslexie. Van groep 1 tot en met groep 8 worden alle kinderen d.m.v. dit protocol gevolgd op het gebied van lezen en spelling. Extra zorg vindt plaats middels verlengde instructie, herhaling en inoefening en individuele instructie binnen het groepsgebeuren. De leerkracht brengt (en houdt) ouders op de hoogte van het proces en ontwikkelingen. Deze basiszorg, zorgniveau 1 en 2, heeft een preventieve functie. Deze zorg is ook opgenomen in het groepsplan. Kinderen die uitvallen volgens dit protocol, methodetoetsen, objectieve toetsen en observaties (D en E scores op het gebied van lezen en spelling) krijgen extra zorg middels de in het protocol aangegeven methoden en materialen en aanwezige methoden op school (zie pagina 11). In het groepsplan, opgesteld door de leerkracht, is terug te vinden hoe de hulp binnen de groep is georganiseerd. Op basis van toetsgegevens, toetsanalyses en observaties wordt er een groepsplan opgesteld waarin wordt geformuleerd: wat het kind precies moet leren en oefenen waar de hulp moet beginnen wat het doel is waar naartoe gewerkt wordt op welke wijze er te werk moet worden gegaan welke oefeningen het kind nodig heeft en welke leermiddelen daarbij nodig zijn Kinderen worden op basis van gelijksoortige behoefte gekoppeld om begeleiding binnen de groep te kunnen realiseren. De leerkracht voert het groepsplan uit in de groep. Evaluatie vindt plaats d.m.v. toetsing en observaties. In geval van een leesdossier worden de activiteiten en evaluaties vanuit het groepsplan vertaald naar een individueel handelingsplan. De leerkracht brengt (en houdt) ouders op de hoogte van het proces en ontwikkelingen. We kijken niet alleen naar kinderen die uitvallen met een E en D-score. Er kunnen ook kinderen zijn die vallen binnen de signaallijn lees/spellingproblemen die we bij het interpreteren van toetsresultaten hanteren: o zwakke DMT en AVI (waarbij AVI mogelijk beter scoort dan de DMT) o zwakke spellingresultaten o discrepantie tussen DMT/AVI/spelling t.o.v. rekenen en begrijpend lezen (evt. technisch lezen gecompenseerd) Het gaat hierbij om een combinatie van gegevens die maken of een kind binnen de signaallijn valt. Kinderen die hier binnen vallen worden over het algemeen meegenomen in het groepsplan om te zorgen dat zij zich voldoende blijven ontwikkelen op het gebied van technisch lezen en/of spelling. De leerkracht brengt (en houdt) ouders op de hoogte van het proces en ontwikkelingen. Het is belangrijk om te kijken of een diagnose echt noodzakelijk is. De begeleiding van het kind is op school niet wezenlijk anders. Een diagnose kan soms vanuit sociaal-emotioneel oogpunt een meerwaarde hebben. Soms komen pas in de loop van de schoolloopbaan signalen van dyslexie naar voren en kan een diagnose pas in het voortgezet onderwijs gesteld worden, wanneer de vreemde talen problemen opleveren. De leerkracht bespreekt met ouders de ontwikkelingen. Indien noodzakelijk wordt compensatie en dispensatie afgesproken. Dit wordt vastgelegd in het voortgangsplan. Wanneer eerder geboden hulp niet tot het gewenste resultaat heeft geleid kan mogelijk gesproken worden over signalen van ernstige, enkelvoudige dyslexie. In dat geval kan er geadviseerd worden een beroep te doen op de vergoedingsregeling dyslexie in het kader van diagnose en het realiseren van extra hulp vanuit de vergoedingsregeling. De school gaat door met de begeleiding vanuit haar mogelijkheden binnen het groepsgebeuren, gebaseerd op de adviezen vanuit het dyslexieprotocol. Daarbij is OBS de Rietpluim niet afhankelijk van een diagnose dyslexie. Ingeschakelde externe begeleiding in het kader van de vergoedingsregeling (medebehandelaar) is wel afhankelijk van de diagnose. Tevens kan met ouders afgesproken worden om compensatie en dispensatie in te zetten. Dit wordt opgenomen in een voortgangsplan lees- en/of spellingproblemen of dyslexie. We spreken van zorg op niveau 4.
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
6
Signalerings- en analyse-instrumenten Groep 1-2
Signalering Analyse/diagnose Observaties Auditieve en visuele Taal voor kleuters leesvoorwaarden Signaleringslijsten dyslexieprotocol Informatieoverdracht vanuit groep 1-2
3 oktober / november
1
januari/ februari
2
april
2a
mei/juni
3
Herfstsignalering: Letterkennis (benoemen, aanwijzen en dictee) Woorden lezen (bekende, wisselwoorden, onbekende) Tekstlezen Auditieve analyse en synthese leesanalyse Februarimeting Letterkennis (benoemen en dictee) Woorden lezen o Toets Leestechniek M3 o DMT kaart 1 en 2 Tekstlezen o AVI M3 Spellingtoets M3 Lees- en spellinganalyse Bij uitval op herfstsignalering: Auditieve analyse en synthese
Onderdelen van het deelvaardighedenonderzoek (DTLAS)
Interventies gericht op Fonologisch bewustzijn Fonemisch bewustzijn
Interventie gericht op fonemisch bewustzijn Automatiseren en verder uitbreiden letterkennis. Versterking van woordherkenning mkm-woorden.
Onderdelen van het deelvaardighedenonderzoek (DTLAS)
Automatiseren en verder uitbreiden letterkennis. Versterking van woordherkenning mkm-woorden. Versterking van woordherkenning clusterwoorden. Vloeiend lezen (van spellend naar zingend naar directe woordherkenning) Bij uitval op februarimeting (en op “gevoel”; lln. Automatiseren en verder uitbreiden die onverwachts lijken te stagneren, vanuit letterkennis. observaties) Versterking van woordherkenning Letterkennis (benoemen en dictee) mkm-woorden. Woorden lezen (methodetoets) Versterking van woordherkenning Tekst lezen (methodetoets) clusterwoorden. Woorddictee (reguliere toetsing) Vloeiend lezen (van spellend naar Lees- en spellinganalyse zingend naar directe Onderdelen van het deelvaardighedenonderzoek woordherkenning) Mei/juni Onderdelen van het Blijven onderhouden Woorden lezen deelvaardighedenonderzoek / automatiseren o Toets (DTLAS) letterkennis. Leestechniek/leestempo Invullen leesobservatielijst Versterking van E3 woordherkenning o DMT kaart 1, 2 en 3 mkm- en Tekstlezen clusterwoorden. o AVI M3/E3 Versterking van Spellingtoets E3 woordherkenning Begrijpend lezen E3 meerlettergrepige Lees- en spellinganalyse woorden Vloeiend lezen (van spellend naar zingend naar directe woordherkenning) Automatisering van spellingcategorieën en spellingregels
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
7
Signalerings- en analyse-instrumenten Groep 4
3a
oktober / november
januari/ februari
1
april
1a
mei/juni
2
Signalering Analyse/diagnose Interventies gericht op Informatieoverdracht vanuit groep 3 Opgenomen in groepsplan Herfstsignalering: bij zorgleerlingen vanuit Blijven onderhouden / automatiseren mei/juni groep 3 (uitval DMT kaart 1, 2 en 3en letterkennis. kinderen vanuit “gevoel”/summerloss Versterking van woordherkenning Onderdelen deelvaardighedenonderzoek mkm- en clusterwoorden. (DTLAS) Versterking van woordherkenning Letters benoemen meerlettergrepige woorden Letterdictee Vloeiend lezen (van spellend naar DMT kaart 1, 2 en 3 zingend naar directe Spellinganalyse (m.b.v. groepsdictees) woordherkenning) Leesanalyse (m.b.v. (thema-)tekst / Automatisering van leesboek spellingcategorieën en spellingregels Februarimeting Toets leestempo M4 DMT kaart 1, 2 en 3 AVI M3/E3/M4/E4 Spellingtoets M4 Begrijpend lezen M4 Spellinganalyse Leesanalyse
Onderdelen deelvaardighedenonderzoek (DTLAS) Letters benoemen Letterdictee
Blijven onderhouden / automatiseren letterkennis. Versterking van woordherkenning. Vloeiend lezen (van spellend naar zingend naar directe woordherkenning) Automatisering van spellingcategorieën en spellingregels Bij uitval op februarimeting of vanuit Blijven onderhouden / automatiseren observaties/”gevoel” letterkennis. Spellinganalyse (m.b.v. groepsdictees) Versterking van woordherkenning. Leesanalyse (m.b.v. (thema-)tekst / Vloeiend lezen (van spellend naar leesboek zingend naar directe Onderdelen van het woordherkenning) deelvaardighedenonderzoek Automatisering van spellingcategorieën en spellingregels Mei/juni Onderdelen van het Blijven onderhouden / Toets leestempo E4 deelvaardighedenonderzoek automatiseren DMT kaart 1, 2 en 3 (DTLAS) letterkennis. AVI M3/E3/M4/E4/M5 Invullen leesobservatielijst Versterking van Spellingtoets E4 Voortgangsplan voor woordherkenning. Begrijpend lezen E4 kinderen met vastgestelde Versterking Spellinganalyse (m.b.v. dyslexie. aanpakgedrag van groepsdictees) voor kinderen lastig te Leesanalyse (m.b.v. lezen woorden. (thema-)tekst /leesboek Nauwkeurig lezen Vloeiend lezen/lezen in woordgroepen. Automatisering van spellingcategorieën en spellingregels
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
8
Signalerings- en analyse-instrumenten Groep 5, 6, 7
2a
oktober / november
Signalering Analyse/diagnose Informatieoverdracht vanuit groep 4/5/6 Herfstsignalering: bij zorgleerlingen vanuit mei/juni groep 4/5/6 Spellinganalyse (m.b.v. groepsdictees) Leesanalyse (m.b.v. (thema-)tekst / leesboek
januari/ februari
1
Februarimeting Toets leestempo M5/6/7 DMT kaart 3 (+2+1) Spellingtoets M5/6/7 Begrijpend lezen M5/6/7 Groep 5: AVI M3/E3/M4/E4/M5/E5
april
1a
mei/juni
2
Bij uitval op februarimeting voor groep 5: Spellinganalyse (m.b.v. groepsdictees) Leesanalyse (m.b.v. (thema-)tekst / leesboek Groepen 6 en 7 hebben in deze periode de entreetoets. Mei/juni AVI tot M6/M7/P Toets leestempo Invullen leesobservatielijst E5/E6/E7 Voortgangsplan voor DMT kaart 3 (+2+1) kinderen met compensatie/ Spellingtoets E5/6/7 dispensatieafspraken/vastge Spellinganalyse stelde dyslexie Leesanalyse Groep 5: AVI M3/E3/M4/E4/M5/E5/M6
Groep 8
2a
oktober/ november
1
april
1a
Bij kinderen die uitvallen op de februarimeting AVI tot E5/E6/E7
Signalering Analyse/diagnose Informatieoverdracht vanuit groep 7 Toets leestempo B8 AVI tot P DMT kaart 3 (+2+1) Spellingtoets B8 Begrijpend lezen B8 Spellinganalyse Leesanalyse Bij uitval in oktober/november DMT kaart 3 (+2+1) Spellinganalyse (m.b.v. groepsdictees) Leesanalyse (m.b.v. (thema-)tekst / leesboek Uitwerken overdracht voor voortgezet onderwijs o Overzicht geboden begeleiding in het basisonderwijs o Leesobservatielijst en beschrijving leesproblemen o Beschrijving spellingproblematiek o Uitdraai LOVS o Voortgangsplan indien van toepassing
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
Interventies gericht op Versterking van woordherkenning. Versterking aanpakgedrag van voor kinderen lastig te lezen woorden. Nauwkeurig lezen Vloeiend lezen/lezen in woordgroepen. Automatisering van spellingcategorieën en spellingregels Leren hanteren van ondersteunende materialen in het kader van een goede spelling; wegenplan en wegwijzer, werkwoordwijzer, opzoekboekje, woordenboek, spellingcontrole computer, ….. Leren omgaan met compenserende maatregelen m.b.t. het lezen
Interventies gericht op Versterking van woordherkenning. Versterking aanpakgedrag van voor kinderen lastig te lezen woorden. Nauwkeurig lezen Vloeiend lezen/lezen in woordgroepen. Automatisering van spellingcategorieën en spellingregels Leren hanteren van ondersteunende materialen in het kader van een goede spelling; wegenplan en wegwijzer, werkwoordwijzer, opzoekboekje, woordenboek, spellingcontrole computer, ….. Leren omgaan met compenserende maatregelen m.b.t. het lezen 9
Lees- en spellingbegeleiding van kinderen met lees- en spellingproblemen en dyslexie Het reguliere leesaanbod staat beschreven in de stukken lezen op OBS de Rietpluim, groep 3, groep 4, lezen voor de groepen 5 t/m 8 op OBS de Rietpluim schooljaar 2008-2009. Het reguliere spellingaanbod staat beschreven in het spellingplan voor groep 3 en 4 en vindt in de hogere groepen plaats vanuit de taal/spellingmethode Taaljournaal. Bij de begeleiding van kinderen die vallen binnen de signaallijn dyslexie, lees- en spellingproblemen of waarbij dyslexie vastgesteld is worden aspecten van zowel de verdiepingsaanpak (vanuit Ontwikkelingsgericht Onderwijs) als het RALFI-lezen gehanteerd. Tevens maken we gebruik van aspecten van het connectprogramma. Daarnaast zijn er werkvormen als tutorlezen/duolezen en wordt vooral aangesloten bij hetgeen in de groep aan bod komt door gebruik te maken van themateksten, teksten en/of boeken die kinderen zelf inbrengen en incidenteel remediërend materiaal uit de orthotheek. Tevens worden (op dit moment nog beperkt) ICT-middelen ingezet, waaronder Leesladder. We kijken welke begeleidingsvorm het beste bij de problematiek en de betreffende kinderen past. De groepsleerkracht verzorgt de begeleiding binnen het groepsgebeuren. Zij kan daarbij ondersteund worden door de onderwijsassistente en/of interne expertise. Het lees- en spellingaanbod binnen de groep en de organisatievormen bieden ruimte om met hulpgroepen te werken. Hiervoor zijn het groepsplan en de logboekplanning ondersteunend ten aanzien van de organisatie en inhoud voor de groepsleerkracht.
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
10
Dyslexieverklaring en begeleiding vanuit de vergoedingsregeling Behandeling van dyslexie is gericht op het vergroten van de leesvaardigheid, het opheffen of verminderen van de beperking, het omgaan met de beperking en het voorkomen van nadelige gevolgen ervan. In de praktijk komt dit neer op het: zo snel mogelijk bereiken van een zo hoog mogelijk niveau van technisch lezen (woordherkenning) en spellen (schriftbeeldvorming) kunnen omgaan met een laag niveau van technisch lezen door compensatie en gebruik van hulpmiddelen voorkomen van intellectuele achterstand in verhouding tot de individuele mogelijkheden van het kind voorkomen of verminderen van emotionele en sociale gevolgen
Doel van de behandeling Doel van de behandeling is het kind minimaal een niveau van lees- en schrijfvaardigheid te laten halen, dat past bij de leeftijd en levensomstandigheden van een kind. Dit niveau noemen we functionele geletterdheid. ('kennis en vaardigheden die een persoon in staat stellen om geschreven taal te gebruiken als middel voor communicatie en informatieverwerking'.) De GZ psycholoog stelt een behandelplan op. De duur is afhankelijk van de ernst van de problemen en de inzet van ouders en kind. De medebehandelaar stelt een handelingsplan op voor steeds een periode van 12 weken. Kinderen met ernstige leesproblemen of dyslexie hebben vaak moeite met het niveau en de grote hoeveelheid van de teksten, die zij qua intelligentie wel aan kunnen. Ook in het voortgezet onderwijs blijft dit een probleem. Om hun autonomie te vergroten, zijn vaak speciale aanpassingen en hulpmiddelen noodzakelijk. Deze bevorderen de zelfredzaamheid binnen en buiten school, versterken het gevoel van eigenwaarde en motiveren de leerling om te blijven lezen en/of schrijven. Onder speciale aanpassingen vallen: Aanpassingen die de gevolgen van lees- en spellingsproblemen bij het lezen en schrijven verminderen ('compensatie') Ontheffing van bepaalde opdrachten ('dispensatie'). OBS de Rietpluim hanteert hiervoor een voortgangsplan, dat jaarlijks bekeken wordt m.b.t. de noodzaak van inzet van bepaalde middelen/aanpassingen. Mogelijke aanpassingen bij oefeningen en taken waarbij gelezen moet worden: Boeken lezen die qua inhoud aansluiten bij de leeftijd en interesses van de leerling, maar die qua technisch niveau vereenvoudigd zijn . De luisterversie gebruiken van kinderboeken waarin de leerling geïnteresseerd is. Leerlingen met een dyslexieverklaring mogen in de klas gebruikmaken van een daisyspeler. De leerling extra leestijd geven bij bijvoorbeeld zaakvakteksten. De leestaken voor zaakvakken verlichten, bijvoorbeeld minder pagina's of laten lezen of teksten van een makkelijker technisch niveau. Verwerkingsopdrachten op band of (daisy)-cd beschikbaar stellen. Begrijpend leestoetsen en de Entree- en Eindtoets op cd beschikbaar stellen. Het vergroot aanbieden van teksten en/of toetsen. Het voorlezen van teksten door een leesmaatje of leerkracht. Mogelijke aanpassingen bij oefeningen en taken waarbij geschreven moet worden: Extra hulp in de klas geven bij het schrijven van verhalen, verslagen en werkstukken. Het werk van de leerling door een klasgenoot laten corrigeren. Spellingfouten zoveel mogelijk negeren, onder voorwaarde dat de leerling woorden waarvan hij de spelling niet kent zoveel mogelijk klankzuiver schrijft. Een gedifferentieerde beoordeling van dictees (bijvoorbeeld alleen fouten met een bepaalde spellingregel meetellen). De schrijftaak verlichten (minder pagina's). protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
11
Het aantal oefeningen beperken (ook minder oefeningen als huiswerk meegeven). Extra tijd geven voor schrijftaken. Gebruik laten maken van hulpmiddelen zoals een woordenboek, regelkaart en tekstverwerker met spellingcontrole. Waar mogelijk mondeling overhoren in plaats van schriftelijk, bijvoorbeeld bij topografie. Geen dictees laten maken waarbij van te voren al vaststaat dat de leerling veel fouten gaat maken. Eventueel krijgt de leerling daarvoor in de plaats een dictee dat is afgestemd op zijn niveau. Voor kinderen met leesproblemen en dyslexie kunnen ICT-hulpmiddelen erg belangrijk zijn als ondersteuning bij het (leren) lezen, schrijven en spellen en om de problemen te compenseren die zij bij het leren ondervinden. Kinderen zonder verklaring maar met een vermoeden tot dyslexie of kinderen met (ernstige) leesproblemen krijgen op OBS de Rietpluim dezelfde zorg aangeboden als kinderen met een dyslexieverklaring. Ook in dit geval hanteren we een voortgangsplan. Indien we met ouders afspreken dat compensatie in het belang van het kind is, doen we dit. Het voortgezet onderwijs wordt op de hoogte gesteld van gehanteerde compensatie en/of dispensatie.
Samenwerking met ouders van kinderen met een vermoeden van dyslexie Op www.steunpuntdyslexie.nl, onder de koppen dyslexie op school en dyslexie thuis wordt uitgebreid ingegaan op de handvatten die de protocollen geven, zowel voor de school als voor de ouders. Als een kind leesproblemen of mogelijk dyslexie heeft, heeft dat ook consequenties voor de ouders. Voor ouders is het de belangrijkste taak om het kind te blijven bemoedigen en ondersteunen bij het leren omgaan met dyslexie. Daarnaast kan de ouder een rol spelen bij het oefenen en trainen. Juist kinderen met dyslexie hebben veel extra oefening nodig met lezen en spellen om een minimaal technisch leesniveau te bereiken waar ze verder mee kunnen komen in het onderwijs. Een voorbeeld van effectieve ouderhulp Volgens het protocol is de hulp van ouders het meest effectief als: u regelmatig extra oefent met uw kind. Liever vier keer in de week 10 à 15 minuten met volle aandacht lezen, dan één keer per week een uur. u probeert zoveel mogelijk aan te sluiten bij wat er op school gebeurt. Bijvoorbeeld door boekjes op hetzelfde AVI-niveau te lezen. Leerkrachten kunnen ook boekjes meegeven die u thuis samen kunt lezen. de extra hulp altijd op een leuke en ontspannen manier gebeurt, zodat het kind gemotiveerd blijft. het kind zelf meedenkt over de extra oefeningen. Bijvoorbeeld door samen naar de bibliotheek te gaan om nieuwe boeken uit te kiezen. er voldoende afwisseling is in de oefeningen, bijvoorbeeld door af en toe stripboeken, dichtbundels, korte verhalen en informatieve boeken te kiezen. Omgaan met leesfouten Geadviseerd wordt om leesfouten niet voordurend te corrigeren, omdat een kind daardoor ontmoedigd kan raken. In het protocol staat voor leerkrachten een schema voor het omgaan met leesfouten. Dit komt neer op eerst even wachten (ongeveer 5 seconden), als een kind bij een woord aarzelt. Komt het kind er niet uit, dan zegt u het woord voor en herhaalt u samen het woord of de zin nog een keer hardop. Als een kind een woord of zin fout leest, wacht u tot het einde van de zin en geeft dan een aanwijzing door te zeggen: "Kijk nog eens naar dit woord". Vervolgens wacht u weer even. Komt het kind er niet uit, dan leest u het woord of de zin weer voor en herhaalt u dit samen nog een keer hardop. Geef veel complimenten!
Houvast bij dyslexie Om ouders van een kind met dyslexie te ondersteunen, heeft Balans Houvast bij dyslexie uitgebracht. Dit boekje maakt het ouders makkelijker om samen te werken met de school als er bij hun kind sprake is van leesproblemen en dyslexie. OBS de Rietpluim heeft een exemplaar van dit boek. Bronnen www.expertisecentrumnederlands.nl www.steunpuntdyslexie.nl www.masterplandyslexie.nl www.taalonderwijs.nl/dyslexie
leesinformatie voor ouders.doc
leidraad voor ouders, digitale samenvatting van Houvast bij dyslexie.pdf
protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie, versie oktober 2010
12