PROTOCOL GEDRAG, TIME-OUT, SCHORSING en VERWIJDERING
Van Asch van Wijck 2012 / 2013
[Geef tekst op]
Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Normen, waarden en gezag 2a. Gedragscode voor leerkrachten 2b. Gedragscode voor ouders 2c. Gedragscode voor leerlingen 3. Maatregelen 4. Sancties bij overtreding gedragsregels door leerlingen 5. Ontoelaatbaar gedrag 6. Aanpak en sancties bij onwerkbaar gedrag 7. Toelichting bij de maatregel van time-out, schorsing en verwijdering 7a. Time-out 7b. Schorsing 7c. Verwijdering
[Geef tekst op]
blz. 1 blz. 1 blz. 2 blz. 3 blz. 4 blz. 5 blz. 6 blz. 7 blz. 7 blz. 9 blz. 10 blz. 11 blz. 11
1. Inleiding Het pedagogische klimaat is een belangrijke voorwaarde voor het goed functioneren van leerlingen en leraren op school; voor het creëren van een omgeving waar goed onderwijs kan worden aangeboden en genoten. Een slecht pedagogisch klimaat gaat ten koste van het welbevinden van leerlingen en leraren en leidt tot minder goede leerresultaten en minder werkplezier. Onderwerpen hierbij zijn: groepsklimaat, omgang leerkracht en leerling, werken aan een vertrouwensrelatie, omgang leerlingen onderling, groepsvorming, sfeerbepalende activiteiten, inrichten van de klas, team functioneren enzovoorts. 2.
Normen, waarden en gedrag
Onderwijs wordt gezien als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van school en ouders. Om goed onderwijs te kunnen bieden is het belangrijk dat leraren, ouders en leerlingen respect voor elkaar hebben, open en eerlijk met elkaar communiceren en vertrouwen in elkaar hebben. Hiertoe hebben wij gedragsregels opgesteld, die de basis vormen voor een goed en veilig pedagogisch klimaat. Iedereen – leerlingen, teamleden, ouders en anderen die zich bewegen in de school – wordt geacht zich aan die gedragsregels te houden, zich er verantwoordelijk voor te voelen en elkaar erop aan te spreken. De gedragsregels worden aan het begin van het schooljaar in de groep met de leerlingen vastgesteld en zijn regelmatig onderwerp van gesprek in de groep. Deze gedragsregels hebben wij voor zowel leerkrachten, ouders als leerlingen vastgelegd in een drietal gedragscodes. In alle gevallen is het bespreken van de incidenten, het gedrag en de gevolgen van het gedrag een belangrijke stap in het voorkomen van herhaling.
1
2a. Gedragscode voor leerkrachten De leerkracht t.o.v. de leerling: -
behandelt de leerling met respect; draagt zorg voor een plezierige verstandhouding; zal de leerling altijd motiveren; zal zijn/haar invloed altijd ten positieve inzetten; zal de leerling de ruimte geven om zich te kunnen ontwikkelen; zal de leerling met zorg omgeven; draagt zorg voor een veilige omgeving.
De leerkracht t.o.v. collega’s: -
accepteert de ander en geeft vertrouwen; is eerlijk naar de ander; houdt zich verre van roddel en geeft daartoe geen gelegenheid; maakt zaken bespreekbaar wanneer hem/haar iets dwars zit; komt afspraken na; respecteert de mening van de collega; stelt zich lerend op t.o.v. de collega; stelt zich op als teamlid.
De leerkracht t.o.v. de ouders: -
2
is zich bewust dat ouders hem/haar hun ‘rijkdom’ toevertrouwen; ziet ouders als de eerstverantwoordelijke voor de leerling; behandelt ouders respectvol, blijft vriendelijk en correct; toont belangstelling zonder nieuwsgierig te zijn; praat respectvol over ouders en collega’s;
-
moedigt ouders aan problemen bespreekbaar te maken; streeft ernaar een goed visitekaartje van de school te zijn.
Ten alle tijde en in alle situaties dient de leerkracht zich bewust te zijn van de eigen professionaliteit en daar naar te handelen. 2b. Gedragscode voor ouders De ouder t.o.v. leerlingen: -
respecteert elke andere leerling ; spreekt geen kwaad en zonder vooroordelen over leerlingen tegenover hun eigen kind; spreekt respectvol over leerkrachten en ouders tegen hun kinderen; bemoeit zich niet met ruzies op school; gedraagt zich zorgzaam en verantwoordelijk voor leerlingen bij excursies schoolreisjes e.d.; is op de hoogte van het gedragsprotocol dat op school gehanteerd wordt.
De ouder t.o.v. leerkrachten: -
ziet de leerkracht als partner bij de begeleiding/opvoeding van de leerling; legt geen verantwoordelijkheid bij de leerkracht, die bij de ouder hoort; behandelt de leerkracht met respect; scheldwoorden en vloeken worden niet geaccepteerd; een dreigende houding wordt niet geaccepteerd; maakt problemen bespreekbaar; geeft leerkrachten vertrouwen en ruimte;
3
-
laat zich naar ouders en leerlingen respectvol uit over leerkrachten, ook als er sprake is van onenigheid.
De ouder t.o.v. andere ouders: -
gaat respectvol om met alle andere ouders;
-
is zich bewust dat ieder kind voor zijn/haar ouder(s) zeer dierbaar is;
-
neemt eigen verantwoording in het bespreekbaar maken van problemen en verschuilt zich daarbij niet achter anderen.
2c. Gedragscode voor leerlingen De leerlingen t.o.v. andere leerlingen: -
-
4
behandelt de andere leerling(en) met respect; scheldwoorden en vloeken worden niet geaccepteerd; spreekt positief over en met anderen; speelt gezellig met andere kinderen (zonder te duwen, trekken en schoppen; ook al is het maar een geintje want vaak begint pestgedrag en ruzie juist met zo´n geintje. Een geintje moet kunnen….maar dan zonder geduw, getrek en gesjor aan elkaar); lost ruzies op een goede manier op (met praten); werkt op een goede manier samen; helpt de ander als deze er om vraagt; is op de hoogte van het gedragsprotocol dat op school gehanteerd wordt.
De leerling t.o.v. leerkrachten: -
behandelt de leerkracht met respect; scheldwoorden en vloeken worden niet geaccepteerd; is beleefd (heeft geen brutale houding richting de leerkracht, spreekt met “twee” woorden en heeft geen weerwoord); luistert naar de leerkracht; spreekt de leerkracht aan met u en spreekt met twee woorden; doet zijn/haar best; maakt problemen bespreekbaar.
De leerling t.o.v. ouders en andere volwassenen: -
behandelt elke volwassene met respect; scheldwoorden en vloeken worden niet toegestaan;
-
is beleefd.
3. Maatregelen Wanneer leerlingen, teamleden, ouders en anderen zich niet aan de gedragsregels houden kunnen maatregelen worden genomen. In dit protocol staan de maatregelen naar leerlingen centraal. Teamleden dienen professioneel te werken en te handelen. Bij overtreding van de gedragsregels worden de teamleden aangesproken op hun verantwoordelijkheden in relatie tot hun taak en/of functie. Ouders/verzorgers die de gedragsregels (o.a. door fysiek en/of verbaal geweld) overtreden in en nabij de school, worden hierop aangesproken door de leerkracht en/of door de directeur van de school. Indien de communicatie met de ouders niet meer open en constructief kan plaatsvinden, wordt de communicatie
5
gestaakt (afkoelperiode) en uitgesteld tot een moment van maximaal een week na het incident. Wanneer er klaarblijkelijk geen vertrouwen, de basis voor een open en constructieve communicatie in de school is, dan adviseert de directie de ouders/verzorgers een andere school voor hun kind te kiezen. Dit is ook het geval als ouders communicatie weigeren over het grensoverschrijdend gedrag van hun kinderen of van henzelf. Dit laatste geldt ook wanneer ouders zich niet conformeren aan de maatregelen die de school treft met betrekking tot de leerlingen bij het overtreden van de algemene regels en de gedragsregels in het bijzonder. Als er bij herhaling sprake is van grensoverschrijdend en/of bedreigend gedrag naar leerkrachten of leerlingen kan de procedure van verwijdering ook worden ingezet. 4. Sancties bij overtreding gedragsregels door leerlingen Wanneer de gedragsregels worden overschreden, kunnen de volgende maatregelen worden getroffen, met als enig doel de leerling bewust te maken van zijn/haar ongewenste gedrag en/of ongewenst gedrag voor de toekomst te voorkomen; - de leerling wordt aangesproken op de overtreding - de leerling biedt afhankelijk van de overtreding zijn/haar verontschuldigingen aan - de leerling wordt tijdelijk (niet langer dan 1 uur) uit het leslokaal verwijderd - de leerling blijft tijdens een of meerdere pauzes binnen - de leerling blijft na De leerkracht bespreekt het incident altijd met de betrokken leerling en eventueel met de betrokken andere kinderen.
6
De ernst van de overtreding bepaalt of de ouders/verzorgers hiervan in kennis worden gesteld. Bij nablijven (langer dan 15 minuten) volgt structureel een melding aan de ouders/verzorgers. 5. Ontoelaatbaar gedrag Gedragsregels kunnen zodanig worden overtreden dat er direct sprake is van onwerkbaar gedrag. Wij verstaan onder onwerkbaar gedrag dat een leerling; - al dan niet met aanleiding (extreem) fysiek geweld gebruikt naar anderen, verbale agressie, agressie naar goederen en voorwerpen, agressie naar zichzelf - in redelijkheid niet meer luistert naar zijn/haar leerkracht, de overblijfouders, de hulpouders of de directie van de school. De onderstaande procedure is van toepassing op al deze vormen van onwerkbaar/grensoverschrijdend gedrag. 6. Aanpak en sancties bij onwerkbaar gedrag Eerste incident De leerkracht verwijdert de leerling uit het leslokaal (max. 1 uur) naar bijv. de gang (de leerkracht houdt zelf toezicht) of een andere ruimte in de school (waar een collega toezicht houdt op de leerling). De leerling blijft onder toezicht van een volwassene. De leerkracht vraagt na schooltijd de ouders binnen en maakt afspraken met de leerling en ouders/verzorgers om het onwerkbare gedrag voor de toekomst te voorkomen. De leerkracht maakt in het leerlingendossier een notitie van het incident, het onwerkbare gedrag en de gemaakte afspraken.
7
Tweede incident Wanneer een leerling een tweede keer wederom ontoelaatbaar gedrag vertoont, wordt de leerling verwezen naar de directie. De directie verneemt de toedracht van het incident en krijgt van de leerkracht een incidentmelding. De leerling blijft gedurende max. 1 uur onder toezicht van de directeur. De leerkracht neemt direct contact op met de ouders en verzoekt hen na schooltijd het gedrag te bespreken. De sancties worden met de leerling en de ouders besproken. Van dit gesprek en de gemaakte afspraken maakt de leerkracht een bevestigingsbrief. Deze bindende afspraken, die dus ook met de ouders zijn gemaakt (contract), worden toegevoegd aan het leerlingendossier. Het formulier wordt door de leerkracht, ouders/verzorgers en evt. door de leerling (vanaf groep 5) voor kennisgeving ondertekend. Derde incident De directeur ziet erop toe dat de leerkracht dit (zo mogelijk direct) telefonisch meldt aan de ouders met het verzoek per direct hun kind in overleg met de directie van school op te halen. De directie beslist over een time-out voor de rest van de schooldag. De directie bevestigt het incident, het onwerkbare gedrag en de time-out maatregel aan de ouders/verzorgers. Bij een derde incident wordt dezelfde werkwijze gevolgd zoals beschreven onder het tweede incident. De directie beslist over een tweede time-out en informeert het bestuur van de stichting over de beslissing de leerling te schorsen. Ook de leerplichtambtenaar wordt dezelfde dag geïnformeerd over de schorsing. Wanneer de leerling na schorsing wederom onwerkbaar gedrag toont, kan de directie het bevoegd gezag adviseren de leerling van school te verwijderen. Verwijdering van de school gebeurt volgens de richtlijnen van de WPO. De leerplichtambtenaar wordt hiervan op de hoogte gesteld.
8
Volgend incident Als een volgend incident plaatsheeft waarbij extreem verbaal of fysiek geweld wordt gebruikt meldt de leerkracht dit (zo mogelijk direct) telefonisch aan de ouders met het verzoek per direct hun kind van school op te halen. De directie ziet toe op de berichtgeving aan de ouders. De directie beslist uiterlijk binnen 1 dag over een schorsing tot maximaal 5 dagen. De directie legt het voorstel tot schorsing voor aan de voorzitter van het schoolbestuur. Hiervan wordt ook de leerplichtambtenaar geïnformeerd. Wanneer de leerling na schorsing wederom onwerkbaar gedrag toont, kan de directie het bevoegd gezag adviseren de leerling van school te verwijderen. Verwijdering van de school gebeurt volgens de richtlijnen van de WPO. De leerplichtambtenaar wordt hiervan op de hoogte gesteld. De bevestiging van de schorsing wordt altijd opgenomen in het leerling-dossier. Afschriften van de bevestiging worden gestuurd naar de ouders, de voorzitter van het bestuur en de leerplichtambtenaar. De bevestiging informeert in ieder geval over: - de reden en de duur van de schorsing - de mogelijkheid tot bezwaar en de wijze waarop dit kenbaar kan worden gemaakt 7. Toelichting bij de maatregel van time out, schorsing en verwijdering Binnen de stichting Kind en Onderwijs Rotterdam zijn drie vormen van maatregelen te nemen; - time-out - schorsing - verwijdering De school zorgt bij individuele gevallen voor dossiervorming. Op deze wijze worden afspraken vastgelegd en kunnen onduidelijkheden voorkomen worden. Dossiervorming
9
draagt bij aan een correcte afhandeling van eventuele problemen: een beslissing tot time-out, schorsing en verwijdering wordt met de uiterste zorgvuldigheid genomen. Time-out is een maatregel die genomen wordt bij een ernstig incident. Schorsing is aan de orde wanneer de directie of het bevoegd gezag bij terugkerend ernstig wangedrag van leerling en/of ouders onmiddellijk moeten optreden en er tijd nodig is voor het zoeken naar een oplossing. Verwijdering is een maatregel bij zodanig terugkerend, ernstig wangedrag dat het bevoegd gezag concludeert dat de relatie tussen school en leerling (ouders) onherstelbaar is verstoord. 7a. Time-out Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: - Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het incident en de time-out gemotiveerd op de hoogte gebracht. - De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met 1 dag. Daarna kan de leerling worden geschorst voor maximaal 3 schooldagen. In beide gevallen dient de school vooraf of – indien dat niet mogelijk is – zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact op te nemen met de ouders. - De ouders/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. - Van het incident en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. - De time-out maatregel, langer dan de duur van de lopende schooldag kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de school.
10
7b. Schorsing Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen incident zo ernstig is, kan worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke regeling is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: - Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd. - Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden. - De schorsing bedraagt maximaal 3 schooldagen. De leerling dient daarna weer toegelaten te worden op school. De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school aan de orde komen. - Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. - Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: Het bevoegd gezag De ambtenaar leerplichtzaken 7c. Verwijdering Wanneer zich meermaals ernstige incidenten voordoen (en een formele schorsing reeds heeft plaatsgevonden) met ingrijpende gevolgen voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering.
11
De wettelijke regeling is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: - Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag. - Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders ter kennis worden gesteld en door de ouders voor gezien wordt getekend. - Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar De ambtenaar leerplichtzaken De inspectie onderwijs - Het bevoegd gezag informeert de ouders schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift. - De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen (Algemene Wet Bestuursrecht). - Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift. - Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. - Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen.
12
13