PROJECTPLAN ONDERGRONDSE CONTAINERS VOOR RESTAFVAL UITWERKING VAN HET AFVALPLAN 2009-2014 GEMEENTE DEVENTER
Datum:
27 augustus 2009 Versie: 3.0
opgesteld door:
Afdeling Beleid & Communicatie, Circulus BV
INHOUD
1
Inleiding .................................................................................................................................................. 4
2
Uitgangssituatie en context..................................................................................................................... 4 Overzicht................................................................................................................................................... 4
2.2
Mini-containers en ondergrondse containers .......................................................................................... 4
2.3
Bovengrondse verzamelcocons ................................................................................................................ 5
2.4
Inpandige containerruimten ..................................................................................................................... 5
2.5
Stadsemmers binnenstad ......................................................................................................................... 5
2.6
Ondergrondse containers en tariefdifferentatie (diftar) .......................................................................... 6
Doelstellingen, randvoorwaarden en resultaat ....................................................................................... 6 3.1
3.1.1
Verbetering van het straatbeeld ..................................................................................................... 6
3.1.2
Op orde brengen van de opslagcapaciteit....................................................................................... 7
3.1.3
Vermindering van de arbeidsbelasting............................................................................................ 7
3.2 4
Effecten ondergrondse containers ........................................................................................................... 6
Randvoorwaarden .................................................................................................................................... 7
Projectorganisatie en betrokken partijen................................................................................................ 8 4.1
rolverdeling opdrachtgever ...................................................................................................................... 8
4.2
projectorganisatie..................................................................................................................................... 8
4.3
betrokken partijen .................................................................................................................................... 9
5
Financien............................................................................................................................................... 10
6
Aanpak.................................................................................................................................................. 11 6.1
planvorming............................................................................................................................................ 11
6.2
vooronderzoek/locatiekeuze .................................................................................................................. 11
6.3
bouwvergunningprocedure .................................................................................................................... 12
6.4
europese aanbesteding .......................................................................................................................... 13
7
Planning ................................................................................................................................................ 13
8
Risicoanalyse......................................................................................................................................... 14
9
Communicatie....................................................................................................................................... 14 9.1
Hoofdstuk: Inleiding
3
2.1
externe communicatie............................................................................................................................ 14
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
2
9.2
uitvoering communicatie........................................................................................................................ 15
9.3
interne communicatie............................................................................................................................. 16
9.4
Afstemming met aannemers .................................................................................................................. 16
Bijlage 1: plaatsingscriteria voor ondergrondse containers ............................................................................ 17 Bijlage 2: Investeringskosten en eenmalige projectkosten ............................................................................. 20
Hoofdstuk: Inleiding
Bijlage 3: Exploitatiekosten OUD en nieuw .................................................................................................... 21
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
3
1
INLEIDING
In het afvalplan van de gemeente Deventer (‘Afvalplan Deventer 2009-2014, Van afval naar grondstof’) wordt gesteld dat er een substantiële reductie van het (ongescheiden) afval moet worden bewerkstelligd. Deventer kent reeds een groot aantal jaren een (beperkt) systeem van containermanagement. Dit deelplan heeft tot doel de bestaande bovengrondse afval verzamelcocons en de inzameling met behulp van stadsemmers te vervangen door ondergrondse containers met toegangspas. Voor de binnenstad moet bovendien een gecombineerde voorziening voor bedrijfsafval worden gerealiseerd. Hiermee zal in het programma van eisen rekening worden gehouden. Dit plan beperkt zich tot de ondergrondse verzameling van restafval en niet voor andere deelstromen. De invloed van de gescheiden inzameling van andere deelstromen zal op de benodigde hoeveelheid ondergrondse voorzieningen nauwelijks effect hebben. Dit aantal wordt namelijk met name bepaald door de vereiste nabijheid van de ondegrondse voorziening bij huishoudens. 2
2.1
UITGANGSSITUATIE EN CONTEXT
OVERZICHT
2.2
Hoofdstuk: Inleiding
In onderstaand overzicht is de huidige verdeling per wijk en in aantallen van de bestaande inzamelmiddelen weergegeven. Dit plan beoogt de cocons (kolom 1) en de stadsemmers (kolom 3) te vervangen door ondergrondse voorzieningen.
MINI-CONTAINERS EN ONDERGRONDSE CONTAINERS
Containermanagement in Deventer (waarvoor Circulus de registratie en beheer activiteiten uitvoert) geldt voor de inzameling met minicontainers (rest en gft) en voor een aantal oudere ondergrondse inzamelvoorzieningen. De minicontainers zijn gekoppeld aan een adres dat afkomstig is van de Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
4
gemeentelijke belastingadministratie. De ondergrondse voorzieningen zijn afgesloten en kunnen alleen gebruikt worden door houders van een toegangspas. Deze pas is ook gekoppeld aan een adres dat afkomstig is van de gemeentelijke belastingadministratie. Er zijn inmiddels drie soorten ondergrondse restafval containers in bedrijf. 2.3
BOVENGRONDSE VERZAMELCOCONS
Bovengrondse verzamelcocons worden momenteel toegepast bij hoogbouw en gestapelde bouw. Ook in de binnenstad wordt het afval behalve in stadsemmers ook aangeboden in verzamelcocons. Bij deze wijze van afvalinzameling wordt geen gebruik gemaakt van een toegangspas. Dat betekent dat iedereen ( ook bedrijven en overige niet afvalheffingverschuldigden) gebruik kunnen maken van deze voorzieningen. De cocons staan theoretisch op een dichtheid van 1 op 20 woonaansluitingen, en op een loopafstand van maximaal 75 meter van iedere voordeur. De inhoud van een verzamelcocon is 1300 liter. Met een ledigingfrequentie van 2 keer per week bieden de cocons een opslagcapaciteit van 140 liter per woonaansluiting per week: voldoende voor een wekelijkse aanbieding van ongeveer 2,5 huisvuilzakken per huishouden. In de praktijk blijkt echter een gemiddelde opslagcapaciteit die veel lager ligt dan de 140 liter per aansluiting, doordat ook bewoners uit de laagbouw en bedrijven gebruik maken van de verzamelcontainers. In het afvalplan is toegelicht dat in 2007 ca 1100 ton ongeoorloofd aanbod van restafval bij cocons in Deventer plaatsvond. Een ander nadeel van de bovengrondse verzamelcontainers is dat ze niet positief gewaardeerd worden door bewoners. De containers ontsieren de buurt, staan in dichtbebouwde wijken soms pal voor iemands voordeur, veroorzaken stankoverlast en trekken ongedierte aan. Ook komt het veel voor dat afval naast de container wordt geplaatst vanwege onvoldoende opslagcapaciteit (met name door het gebruik door onbevoegden) of vanuit gemaksoverwegingen. Bij invoering van ondergrondse containers moet er in ieder geval op gelet worden dat er voldoende opslagcapaciteit wordt geplaatst en/of dat de ledigingfrequentie wordt opgevoerd. Daarnaast zal adequate voorlichting en handhaving nodig zijn om het bijplaatsen van (grof)afval tegen te gaan. 2.4
INPANDIGE CONTAINERRUIMTEN
2.5
Hoofdstuk: Uitgangssituatie en context
Bij een aantal hoogbouwflats in Deventer wordt afval ingezameld via inpandige containerruimtes. Dit zijn afvalcontainers die in een containerruimte binnen de flat staan opgesteld. De containers hebben een opslagcapaciteit van 1300 liter. Ook bij deze wijze van afvalinzameling doen zich de nodige problemen voor zoals vervuiling, stank, overloop en het bijplaatsen van grofvuil. In de praktijk voelt niemand zich verantwoordelijk voor de vervuiling die ontstaat, beschadigingen die optreden aan de ruimtes, en grofvuil dat bij wordt geplaatst.
STADSEMMERS BINNENSTAD
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
5
In de binnenstad van Deventer wordt, naast de cocons en de ondergrondse containers, gebruik gemaakt van stadsemmers. Deze wijze van inzamelen leidt weliswaar niet tot een disproportionele hoeveelheid restafval per inwoner, maar ontmoet wel veel problemen bij omwonenden en winkeliers. Veel van het afval wordt namelijk niet in de emmers aangeboden, maar los in vuilniszakken. Zwerfafval is hiervan gemakkelijk het gevolg. De overlast heeft regelmatig tot negatieve publiciteit geleid. Handhaving op het gebruik van de emmers blijkt onvoldoende effectief of te beperkt.
2.6
ONDERGRONDSE CONTAINERS EN TARIEFDIFFERENTATIE (DIFTAR)
Ondergrondse containers zijn de afgelopen jaren sterk ontwikkeld. Dit geldt zowel voor de kwalitatieve uitvoering als electronische betrouwbaarheid( storingsgevoeligheid). Doordat de containers elektronisch af te sluiten zijn, zijn ze ook alleen toegankelijk te maken voor geautoriseerde gebruikers. Hierdoor wordt het afvalbeheer voor bewoners beter gewaarborgd. Ongeautoriseerd gebruik wordt tegen gegaan en het gebruiksgemak neemt toe. Een andere toepassing betreft elektronische volmelding. Als de container voor 80% gevuld is kan deze automatisch worden afgesloten, en op de routeplanning worden geplaatst. Op deze wijze ontstaat de mogelijkheid alleen volle containers te ledigen, wat de inzamelefficiëntie en – kosten ten goede komt. Door het aantal keer dat de container wordt gebruikt te registreren ontstaat technisch ook de mogelijkheid om op basis daarvan af te rekenen met de gebruiker (diftar).
3
DOELSTELLINGEN, RANDVOORWAARDEN EN RESULTAAT
3.1
Hoofdstuk: Doelstellingen, randvoorwaarden en resultaat
Het is de ambitie van de gemeente Deventer om het ongescheiden afval (grof en fijn) in absolute zin terug te dringen. Vergeleken met Apeldoorn wordt in Deventer 8% meer ongescheiden afval per inwoner aangeboden, en vergeleken met Zutphen zelfs 16% meer. Momenteel realiseert Deventer, in vergelijking met andere gemeenten, een gemiddelde milieuprestatie bij een relatief hoge heffing en een vergelijkbaar service niveau. De gemeente wil op den duur helemaal geen ongescheiden afvalstromen meer.
EFFECTEN ONDERGRONDSE CONTAINERS
3.1.1 VERBETERING VAN HET STRAATBEELD De huidige bovengrondse cocons ontsieren in grote mate de openbare ruimte. In compacte wijken staan in sommige gevallen 4 cocons binnen een straal van 25 meter voor het leveren van voldoende opslagcapaciteit aan de direct omwonenden.
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
6
Invoering van ondergrondse containers betekent een verbetering van het straatbeeld. Het zichtbare gedeelte van een ondergrondse container is aanzienlijk kleiner en fraaier vormgegeven dan een bovengrondse verzamelcocon. Het beslag op de openbare ruimte neemt af. Bovendien neemt door de lagere inwerpzuil het gebruikerscomfort toe. 3.1.2 OP ORDE BRENGEN VAN DE OPSLAGCAPACITEIT De opslagcapaciteit van de bestaande bovengrondse verzamelcontainers schiet op tal van aanbiedlocaties tekort, waardoor containers overlopen en staatvervuiling veroorzaken. Door bij de invoering van ondergrondse containers hiermee rekening te houden en op de zogeheten overlooplocaties meer opslagcapaciteit terug te plaatsen, kan dit probleem worden opgelost. Bij ondergrondse afvalcontainers vindt de opslag van afval plaats in een uitneembare container met een inhoud van 3 tot 5 m3. De opslagcapaciteit van 1 ondergrondse container is hiermee meer dan 3 keer groter dan die van een verzamelcocon. 3.1.3 VERMINDERING VAN DE ARBEIDSBELASTING Invoering van ondergrondse containers betekent een aanzienlijke vermindering van de arbeidsbelasting van het personeel van Circulus dat zorg draagt voor de afvalinzameling. Bij bovengrondse verzamelcocons moeten de containers handmatig uit de cocon naar het inzamelvoertuig worden gereden. Dit is met vol beladen containers en oneffenheden in het straatwerk zwaar werk, dat met minimaal 2 man moet worden uitgevoerd. De lediging van ondergrondse containers gebeurt volledig machinaal met radiografische bediening.
3.2
RANDVOORWAARDEN
Hoofdstuk: Doelstellingen, randvoorwaarden en resultaat
De invoering van ondergrondse containers mag niet leiden tot een toename van de straatvervuiling. Ter voorkoming van het bijplaatsen van (grof)afval zal een adequaat communicatie – toezicht en handhavings inspanning moeten worden gepleegd. Voor de locatiekeuze en het geautoriseerde gebruik van de ondergrondse voorzieningen zal de gemeente nadere voorwaarden moeten stellen, waarvoor in dit deelplan een aantal suggesties worden gedaan. De vervanging van bovengrondse verzamelcocons en stadsemmers zal naast de eenmalige veranderkosten die de inrichting van deze nieuwe inzamelstructuur vraagt niet tot een structurele verhoging van de afvalstoffenheffing mogen leiden. Bij de invoering van ondergrondse containers dient rekening te worden gehouden met de mogelijke toekomstige invoering van diftar. De containers zullen worden voorzien van de voor de autorisatie benodigde randapparatuur, waaronder elektronisch slot, toegangsregistratie en datacommunicatie. Daarmee is de voorziening technisch ook voor diftar geschikt.
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
7
4
PROJECTORGANISATIE EN BETROKKEN PARTIJEN
Gezien de hoeveelheid werk dat zal moeten worden verricht alvorens de eerste containers de grond in kunnen, wordt hieronder de algemene structuur van de projectorganisatie voorgesteld, dat de voorbereidingen en realisatie van ondergrondse containers zal verzorgen. De invoering van ondergrondse containers zal worden gecoördineerd door de projectgroep Ondergrondse Containers. Deze maakt deel uit van de programma organisatie zoals toegelicht in het overkoepelende Afvalplan 2009-2014.
4.1
ROLVERDELING OPDRACHTGEVER
De rol van de opdrachtgever is die van opdrachtgever en regisseur. Dit projectplan geeft de kaders en randvoorwaarden weer aan de hand waarvan de projectgroep en projectmedewerkers zullen moeten werken. De projectmanager geeft directe aansturing aan de projectgroep(en), aannemers en leveranciers.
4.2
PROJECTORGANISATIE
CIRCULUS programmamanager
project manager
PLANVORMING
VOORONDERZOEK
REALISATIE
- Beleidskader
- Locaties
- Inkoop en levering
- Techniek en aanbesteding
- Plaatsing
- Planvorming - Eenduidige afstemming met de gemeente
- Communicatie
Hoofdstuk: Projectorganisatie en betrokken partijen
Ondergrondse systemen
- Beheer en onderhoud
Het projectteam bestaat uit de volgende leden: o Programmamanager Michiel Westerhoff o Projectmanager André Middelkoop o Projectcoördinator Zeger Bos o Beheer & onderhoud Gerard Weernink Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
8
o o
4.3
Communicatie Adviseurs
Rob Zeger Henk van der Kolk en Wim Hoogemans
BETROKKEN PARTIJEN
In de realisatiefase zullen de volgende partijen in afwisselende setting deelnemen in het projectteam: o o o o o o o
Wijk managers gemeente Aannemer Gemeentelijke Archeoloog Afdeling milieuhandhaving Afdeling parkeerbeheer Verkeerspolitie Afdeling civiele werken
Hoofdstuk: Projectorganisatie en betrokken partijen
Met de volgende overheidsorganen wordt nog gesproken om de juiste vergunningen te verkrijgen voor het plaatsen van ondergrondse containers: o Waterschap Deventer vergunning lozen grondwater o Provincie Overijssel vergunning water ontrekken uit bodem
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
9
5
FINANCIEN
De financiële consequenties van de invoering van ondergrondse containers zijn weergegeven in de bijlagen 2 en 3. Ten opzichte van de huidige kosten van inzameling zullen de extra kosten van de ondergrondse voorzieningen per saldo geen verhoging van de exploitatiekosten laten zien. Wel is sprake van eenmalige projectkosten ter grootte van € 1,6 mln. De levering en plaatsing van de containers gebeurt in opdracht van de gemeente Deventer. Circulus wordt eigenaar van de containers. Het beheer (ledigen, schoonhouden, onderhouden en vervangen) van de containers wordt onderdeel van de dienstverlening van Circulus.
Hoofdstuk: Financien
De ondergrondse containers bij (hoogbouw)flats van woningcorporaties worden gefinancierd door Circulus. De eenmalige projectkosten zullen ten laste van de egalisatiereserve van de gemeente gebracht worden. De desinvesteringen ten aanzien van de huidige bovengrondse verzamelcocons en inpandige containerruimtes - zijn nihil. In de vergelijking is ook geen vervallen kapitaal- en rentelasten opgenomen voor de huidige inzamelmiddelen( cocons en stadsemmers) omdat die niet in de jaarexploitatie cijfers waren opgenomen.
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
10
6 6.1
AANPAK PLANVORMING
Uitgangspunten bij containerkeuze (systeemeisen): Bij de keuze van de containers spelen de volgende aspecten een rol: o Veiligheid: de containers dienen dusdanig geconstrueerd te zijn dat de veiligheid van gebruikers en het personeel van Circulus gewaarborgd is. Het moet niet mogelijk zijn om in de binnenbak te kruipen of tijdens het ledigen in de betonput te vallen; o Vandalisme bestendig: de containers (met name de inworpzuil) dienen degelijk te zijn uitgevoerd, vanwege bestendigheid tegen vandalisme; o Bedieningsgemak bewoners: het systeem moet gebruiksvriendelijk zijn. De inworpopening dient eenvoudig (ook door oudere en minder valide bewoners) bedienbaar te zijn; o Bedieningsgemak personeel Circulus: de containers moeten gemakkelijk te ledigen zijn. De arbeidsbelasting voor het personeel moet minimaal zijn; o Bedrijfszekerheid: het systeem moet al ergens werken en moet zich al bewezen hebben. Kans op “kinderziektes” moet nihil zijn. o Bedrijfstechnische inpasbaarheid bij Circulus: het containersysteem dient te voldoen aan de systeemeisen van Circulus, m.b.t. het opnamesysteem van de containers en de voertuigen die de containers moeten ledigen; o Diftar voorbereid: het systeem moet naderhand kunnen worden uitgerust met tariefdifferentiatie; o Programma van eisen: bovenstaande systeemeisen moeten worden uitgewerkt tot een uitgebreid Programma van Eisen, op grond waarvan een bestek kan worden opgemaakt en de aanbesteding van de containers kan gaan plaatsvinden. 6.2
VOORONDERZOEK/LOCATIEKEUZE
Vooronderzoek o straatinventarisaties uitvoeren aan de hand van de locatiecriteria en ligging van ondergrondse kabels en leidingen; o inschakelen experts op het gebied van kabels en leidingen en ontwerpers (digitale kaart); o concrete voorstellen doen voor locaties ondergrondse containers; o verzorgen van eventueel benodigde vergunningen; o opstellen van een lijst van locaties die technisch realiseerbaar en optimaal zijn. Locatiekeuze Bij de keuze van de locaties voor ondergrondse containers dient rekening te worden gehouden met tal van aspecten. De belangrijkste is wettelijk vastgesteld: de afstand van voordeur tot container mag maximaal 75 meter zijn (en in uitzonderingsgevallen 125 meter).
Hoofdstuk: Aanpak
Daarnaast dient bij de locatiekeuze rekening te worden gehouden met de plaatselijke verkeerssituatie, de aanwezigheid van bomen, trolleyleidingen, en ondergrondse belemmeringen (bv kabels, leidingen en boomwortels). Er zal zoveel mogelijk worden vastgehouden aan de huidige locatieplaatsen. Vervanging van een bovengrondse container door een ondergrondse container op een bestaande aanbiedlocatie zal tot minder maatschappelijke weerstand leiden dan plaatsing van een ondergrondse container op een
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
11
geheel nieuwe locatie. In sommige gevallen zal dit niet lukken vanwege de aanwezigheid van bovengrondse en/of ondergrondse belemmeringen. Indien het technisch niet mogelijk blijkt een ondergrondse container te plaatsen in een bepaald gebied (bijv. vanwege kabels en leidingen), zullen alternatieven worden voorgelegd aan gemeente Deventer, zoals halfondergrondse containers of toch bovengrondse containers met toegangspasje worden neergezet. De plaatsing van de containers geschiedt zoveel mogelijk op openbare grond. Bij de locatiekeuze zullen de bewoners, de wijkplatforms en de wijkmanagers intensief worden betrokken. Omdat zeker in de binnenstad verwacht moet worden dat locaties moeilijk inpasbaar zullen zijn, zal op basis van vooraf vastgesteld gemeentelijk beleid iedere locatie voorgelegd en vastgesteld moeten worden in het College van B&W. Dit om bij de uitvoering (dure) vertragingen te voorkomen. Benodigd aantal ondergrondse containers Omdat ondergrondse containers doorgaans een grotere opslagcapaciteit hebben dan de huidige bovengrondse containers hoeft de vervanging van de bovengrondse verzamelcontainers niet 1 op 1 plaats te vinden. Op aanbiedlocaties waar nu 2 of 3 verzamelcocons staan opgesteld van 1300 liter, kan in de nieuwe situatie worden volstaan met 1 ondergrondse container van 5000 liter. Dit geldt uiteraard niet voor locaties waar sprake is van een capaciteitstekort. Uitgaande van de bestaande hoogbouw, het huidige capaciteitstekort en de vereiste maximale loopafstand van 75 meter, zijn tenminste 180 ondergrondse restafval containers nodig. De containerdichtheid komt daarmee uit op ongeveer 1 container op 60 aansluitingen. Het aantal aanbiedlocaties zal afnemen en dat betekent ook dat de gemiddelde loopafstand tot de container voor de meeste bewoners zal toenemen. Ervaringen elders in Nederland laten zien dat dit door bewoners echter niet als nadelig wordt ervaren. Men is eerder blij dat er geen container (meer) voor de deur staat met allerhande afval dat er naast wordt gezet.
6.3
BOUWVERGUNNINGPROCEDURE
Ondergrondse containers worden in de zin van de Woningwet niet meer opgevat als bouwobject, en zijn in die hoedanigheid niet bouwvergunningplichtig. Echter in de bestemmingsplannen van Deventer staan ondergrondse containers genoemd als bouwvergunningplichtig alleen voor het centrumgebied. De bepaling dat een ondergrondse container bouwvergunningplichtig is, geeft het College van B&W de mogelijkheid om invloed uit te oefen om het stadsaanzicht te kunnen handhaven.
Hoofdstuk: Aanpak
Onderdeel van bouwvergunning is een inspraakprocedure. Bewoners en overige belanghebbenden kunnen dan ook formeel bezwaar maken tegen de plaatsing van ondergrondse containers. Bouwvergunning kan zowel per locatie als per pakket (een aantal locaties tezamen) worden aangevraagd. Nadeel van pakketaanbieding is dat het geheel op basis van een locatie kan worden afgewezen. Dit kan worden ondervangen door de aanvraag van de locatie waarover bezwaar bestaat in te trekken.
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
12
Een aanvraag bouwvergunning neemt maximaal 13 weken in beslag.
6.4
EUROPESE AANBESTEDING
Circulus zal als aanbestedingsplichtige organisatie voor de plaatsing en levering van de ondergrondse containers een Europese aanbesteding uitvoeren. De doorlooptijd zal daarvan ca 6 maanden bedragen. Deze periode zal ook benut wordt voor de vaststelling van de locaties.
7
PLANNING
Het Afvalplan Deventer 2009 - 2014, ‘Van afval naar grondstof’ vormt het overkoepelende beleid waarvan dit project een deelplan voor de nadere uitwerking is. Dit projectplan richt zich op het onderdeel; ‘optimaliseren en uitbreiden van de inzameling’. Om invulling te gaan geven aan het beleid zoals genoemd in het Afvalplan, zal aan het College van B&W en de Raad om akkoord worden gevraagd omtrent de volgende beslispunten: o
o o
instemmen met de plaatsing van 180 ondergrondse restafvalcontainers – ter vervanging van de bovengrondse en inpandige containers bij Deventerse hoogbouw en de stadsemmers in het centrumgebied - conform de aanpak die in dit plan staat beschreven; instemmen met het bestemmen van € 1,6 ml uit de egalisatiereserve ter dekking van de eenmalige kosten . vaststellen van de locatie criteria, inzamelmiddelen, en het PvE Containers.
De planning met betrekking tot de besluitvorming ziet er als volgt uit: XX XX
augustus: september:
De vervolgplanning: September 2009: Oktober 2009: Mei 2010: December 2010:
Staf B&W Formeren projectgroep en werkgroepen Start voorbereidingen werkgroepen Levering en plaatsing eerste ondergrondse containers Oplevering laatste ondergrondse containers
Bij de fasering en planning zal zoveel mogelijk aansluiting worden gezocht bij de planning van herinrichtingen zoals in de wijk Borgele. De containers kunnen goedkoper worden geplaatst indien de straat al open ligt, en de aannemer de container plaatst. Een ander groot voordeel is dat de plaatsing van de container kan worden meegenomen in het ontwerp van de herinrichting.
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
Hoofdstuk: Planning
Daarnaast zal in de volgorde van plaatsing van ondergrondse containers ook prioriteit worden gegeven aan de locaties waar momenteel veel overlast wordt ervaren van de bestaande container (bijvoorbeeld omdat ze direct voor iemands deur staan of dat er veel afval wordt bijgeplaatst als gevolg van tekortschietende opslagcapaciteit).
13
8
RISICOANALYSE
Een aantal risico’s voor doorlooptijd en dus ook kosten zijn in het project te benoemen.
De Europese aanbesteding moet binnen de geraamde periode tot marktconforme resultaten leiden zoals in de begroting op basis van eerdere projecten is geraamd.
De locaties moeten op basis van de zorgvuldige procedure zodanig te bepalen zijn dat een voldoende dekkende voorziening wordt geboden aan alle betrokken bewoners binnen de gestelde beleidsvoorwaarden.
De rol van inspraak bij de locatiekeuze maar ook bezwaren van technische-, verkeerstechnische -, archeologische - of welstands- aard kunnen de locatie bepaling ernstig vertragen of zelfs onmogelijk maken.
Voorkomende vergunnings procedures kunnen op het tijdig beschikbaar zijn van locaties een negatieve invloed hebben.
Het niet voldoende en tijdig beschikbaar zijn van de locaties waar ondergrondse voorzieningen geplaatst zullen worden vormt voor de voortgang van het plaatsingsproces en daarmee de kosten het belangrijkste risico
Door in de projectorganisatie en planning continu deze risico’s te monitoren en in te spelen op het mogelijk voordoen ervan zullen de effecten van genoemde risico’s worden beperkt.
9
COMMUNICATIE
Het deelprojectplan Communicatie is het algemene uitgangspunt voor de communicatie rond het Afvalplan Deventer. De doelstelling is: Het informeren, enthousiasmeren en stimuleren van de inwoners met betrekking to het scheiden van afval. Dat communicatieplan dient als basis voor alle communicatie rond het afvalplan en zorgt voor een verbinding tussen alle deelprojecten.
EXTERNE COMMUNICATIE Hoofdstuk: Risicoanalyse
9.1
Communicatieplan ondergrondse containers Voor dit deelproject zal, na besluitvorming door het gemeentebestuur, een specifiek communicatieplan, inclusief planning worden gemaakt. De projectgroep communicatie (Gemeente, Cambio, Circulus) zal dit opstellen in nauw overleg met de projectgroep “ondergrondse containers”.
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
14
Doel communicatie De bewoners informeren over : de inspraakprocedure rond de locaties van de ondergrondse containers de ingebruikname van de nieuwe voorziening (pasje/handleiding/omgaan met grofvuil) stimuleren om op de juiste wijze gebruik te (blijven) maken van de voorziening. In het eerste jaar na plaatsing zal bij “probleemsituaties”(bijv. veel bijplaastingen) extra communicatieacties plaatsvinden, eventueel kin samenwerking met Handhaving. De verschillende instanties (beïnvloeders) die ook te maken hebben met het gebruik van de containers zullen ook worden geïnformeerd.
Doelgroepen (gebruikers, beïinvloeders en betrokkenen)
Inwoners die gebruik gaan maken van de nieuwe ondergrondse containers Woningbouwcorporaties (huurwoningen) Wijkaanpak (mensen betrokken bij) Vereniging van Eigenaren (koopappartementen) Wonen boven winkels Ondernemers/winkels/horeca in binnenstad Handhaving/Toezicht
Bewoners en Deventer Schoonfamilie In overleg met gemeente en Cambio zal bekeken worden of de Deventer Schoonfamilie een rol kan spelen bij de communicatie rond de plaatsing van de ondergrondse containers. Aangezien de invoering van ondergrondse containers gefaseerd per wijk/locatie plaatsvindt, wordt voorgesteld ook de voorlichting wijkgericht/per locatie te laten plaatsvinden.
9.2
Hoofdstuk: Communicatie
Daarnaast zal per locatie/wijk gekeken worden wat de beste methode is om te communiceren. Er zit verschil tussen een locatie in de binnenstad of een locatie bij de ingang van een appartementengebouw.
UITVOERING COMMUNICATIE
De communicatie wordt uitgevoerd in vier fasen (per locatie): Fase 1: inspraakprocedure locatie
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
15
Door middel van brieven en infobijeenkomsten worden bewoners geïnformeerd over mogelijke locatie en bezwarenprocedure.
Fase2: De aanleg Vlak voor de plaatsing van de ondergrondse containers moeten de burgers die hier direct mee te maken krijgen extra geïnformeerd worden. Het gaat dan om een concrete aankondiging van de werkzaamheden die mogelijk enige overlast met zich mee kunnen brengen. Fase 3: Ingebruikname van de container In dit stadium zijn de burgers reeds bekend met het project. Door middel van een brief worden zij geïnformeerd dat de ondergrondse container in gebruik kan worden genomen. Ook zal deze brief informatie over het gebruik van de container (leaflet met handleiding) en de milieupas bevatten. Fase 4: “probleemsituaties” Na ingebruikname worden de nieuwe locaties in de gaten gehouden. Zodra blijkt dat er zich problemen blijven voordoen, bijvoorbeeld door bijplaatsingen, zal in overleg met Handhaving en Uitvoering bepaald worden of extra communicatie moet plaatsvinden richting bewoners.
9.3
INTERNE COMMUNICATIE
Intern zal gedurende de looptijd van het project geregeld gecommuniceerd worden met diverse medewerkers van de gemeente (o.a. Handhaving) en wijkcoördinatoren over de voortgang.
9.4
AFSTEMMING MET AANNEMERS
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
Hoofdstuk: Communicatie
De voorbereidende werkzaamheden bestaan uit: o het per vier weken vooraf schriftelijk melden van de locaties; o het per week schriftelijk melden van de geplaatste locaties en de eventuele wijzigingen voor de komende weken; o het per week schriftelijk melden van afwijkingen welke telefonisch (op de dag van voorkomen) reeds zijn doorgegeven; o het verzorgden van de klic-melding op de te plaatsen locaties; o het opbreken en het op de locatie in depot plaatsen van het straatwerk.
16
BIJLAGE 1: PLAATSINGSCRITERIA VOOR ONDERGRONDSE CONTAINERS Plaatsingscriteria voor ondergrondse containers Algemeen o o o o o o o
De containers moeten dag en nacht goed bereikbaar zijn voor de gebruikers; De locatiekeuze van een container moet zo zijn, dat er sociale controle van bewoners op uitgevoerd kan worden; Ondergrondse containers worden zoveel mogelijk op bestaande aanbiedlocaties geplaatst; Containers moeten zo gesitueerd worden, dat bij het ledigen geen schade aan bomen, lantaarnpalen en verkeersborden kan optreden; Containers dienen alleen geplaatst te worden langs gefundeerde verharding, i.v.m. afstempeling inzamelauto; Inzamelvoertuig moet veilig kunnen stoppen en werken; Bij het inrijden van straten rekening houden met draaicirkel van de ophaalauto.
Vereisten en wettelijke bepalingen o o o
Een richtlijn voor de loopafstand naar een container bedraagt 75 meter, maar mag in uitzonderlijke gevallen maximaal 125 meter zijn; Voorkom hinder voor aanwonenden (afstand terrasjes, balkons en slaapkamers, uitzicht ramen, looproutes, entrees, etc) > zoek naar alternatieven; Voor alle in te zamelen fracties met behulp van ondergrondse containers moeten de containers voldoen aan de voorkeursgrenswaarde voor industrielawaai in de dagperiode (van 7.00 tot 19.00 uur) is 50 dB(A) voor de gemiddelde geluidsbelasting (LAeq). Voor piekgeluid (LAmax) geldt een maximaal geluidniveau van 70 dB(A) in de dagperiode.
o
o o
o
o
Hoofdstuk: Bijlage 1: Plaatsingscriteria voor ondergrondse containers
Veiligheid Bij het bepalen van een locatie voor een inzamelmiddel, moet rekening worden gehouden met de verkeerssituatie ter plaatse, zoals: het inzamelvoertuig mag bij stilstand het doorgaande verkeer op kruispunten, fietspaden, etc niet belemmeren; Voorkomen moet worden dat het inzamelvoertuig achteruit moet rijden, om bij het inzamelmiddel te komen of te vertrekken; Om de veiligheid en de doorstroming van de verkeersstromen niet te belemmeren op specifieke locaties (zoals o.a. bij scholen en winkelcentra) kan de inzamelaar de inzamelmiddelen op betreffende locaties op tijdstippen ledigen waarbij er geen, of minimaal hinder kan ontstaan; Op locaties waar gevaar schuilt, doordat er geparkeerde auto’s in de directe nabijheid staan, kan je ter hoogte van de inzamellocatie aan één of twee zijden van de weg een gele markering aanbrengen, wat een parkeerverbod ter plaatse bewerkstelligt; Rondom de locatie mogen palen, amsterdammertjes of andere obstakels geplaatst worden in verband met afscherming locaties.
Opstelling en civieltechnische aspecten o o o
Locatie in de bestaande verharding heeft de voorkeur boven een locatie in bestaand groen; Plaatsing in grote open ruimte voorkomen; Plaatsen in hoogteverschillen (flauwe taluds) voorkomen;
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
17
o
o
o o o o
o
o o
Hoogtebepaling betonnen bak ondergrondse afvalcontainer maximaal 2 cm hoger dan aangrenzend bestaand peil. Hierdoor sluit de overstek van de grondplaat direct aan op de bovenkant van de aangrenzende bestrating; Grenzend aan parkeervakken de locatie beschermen met enkele betonbanden (varkensruggen), waarbij minimaal 1 m vrije ruimte is in verband met werkruimte uithijsen containerbak (dus geen afzetpaaltjes e.d. toevoegen); Toegankelijk voor mindervaliden, zonodig plaatselijk een verlaagde band toepassen; Bij voorkeur in openbaar gebied. Op particulier terrein zo dicht als mogelijk bij de openbare weg (i.v.m. beschadiging bestrating particulier terrein); De containerplaats mag zich niet achter een parkeerplaats bevinden, waardoor de container over de auto heen getild moet worden (schadeclaims); Als containers bij parkeerplaatsen gesitueerd worden, dan moet er rekening mee gehouden worden dat een losstaande autodeur en de voorzijde van een auto 0,5 meter van het platform verwijderd blijven; Containers moeten standaard minimaal 50 cm vanaf de trottoirband worden geplaatst, tussen de weg en de container moet tenminste één tegel (30x30 cm) en een trottoirband, breedte 20 cm zitten. In gevallen waar onvoldoende ruimte is in verband met kabels en leidingen hanteren we een halve tegel van 15 x 30 cm; Tussen 2 containers moet minimaal één tegel (30x30 cm) tussenruimte aanwezig blijven; De minimale vrije ruimte tussen de individuele containers (buitenbakken/vloerplaten) bedraagt: – Tussen OID - OID: 0,90 m (sommige gevallen 0,30 m); – Tussen OID - Gft-cocon: 0,60 m; – Tussen OID - obstakel (boom, lichtmast, band parkeerplaats, etc.): 0,90 m; De afmetingen OID-vloerplaat/(ondergrondse) buitenbak zijn ca. 2,0 x 2,0 m. De afmetingen van de bovengrondse inwerpzuil zijn afhankelijk van type;
o o o o o o o o o o o
Bij keuze van locaties moeten de doorlopen van voetgangers en rolstoelgebruikers niet worden gehinderd; Aan de wegzijde bij de container moet een parkeerverbod komen, of er moeten gele strepen getrokken worden; Containers mogen niet op laad- en losplaatsen of invalidenparkeerplaatsen geplaatst worden; Plaatsing van containers op parkeervakken dient zoveel mogelijk te worden voorkomen; Locaties worden dusdanig gekozen dat kabels en leidingen niet verlegd hoeven te worden (niet altijd mogelijk); Containers mogen nooit op een riolering geplaatst worden; Containers moeten tenminste 2 meter verwijderd blijven van Openbare Verlichting-objecten; Voor gebruikers die wonen aan drukke doorgaande wegen worden de containers zo gesitueerd dat oversteken met de container zoveel mogelijk wordt vermeden; De locatie moet open, veilig- en ’s avonds goed verlicht zijn (niet in steegjes e.d.); Bij de keuze van locaties moet men rekening houden met drempels en straatmeubilair; Rondom de locatie mogen palen, amsterdammertjes of andere obstakels geplaatst worden in verband met afscherming locaties; Bij de locatie keuze wordt het openbaar groen zoveel mogelijk ontzien; doorlooproutes op trottoirs worden zoveel mogelijk vrijgehouden.
Hoofdstuk: Bijlage 1: Plaatsingscriteria voor ondergrondse containers
o
Bouwkundige aspecten o
Een ondergrondse container moet op voldoende afstand (indien mogelijk minimaal 5 meter) van een gevel van een woonhuis of bedrijf geplaatst worden;
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
18
o o
o
o o
De containers mogen nooit direct voor/bij een deur, raam of onder een raam van een woonhuis of bedrijf geplaatst worden; Afstand tot gebouwen minimaal 1m. Op locatie bezien of het noodzakelijk is maatregelen te nemen voor inzakkingsgevaar indien fundering op schaal is toegepast (tijdelijke kering, gestabiliseerd zand); Binnen beschermde stadsgezichten dient plaatsing binnen de rooilijn van de gebouwen te geschieden Nabij bebouwing de grondplaat van de ondergrondse container bij voorkeur binnen de rooilijn plaatsen; De onderdoorrijhoogte voor de ophaalauto moet minimaal 4 meter zijn; In geval dat een ondergrondse container binnen 4 meter in de nabijheid van een gebouw wordt gesitueerd, dan dient er een bouwtechnisch onderzoek plaats te vinden voor dit gebouw. Het onderzoek moet plaatsvinden voor aanvang werkzaamheden.
Registratie o o
Positie van inwerpopening van de ondergrondse container aangeven; Per locatie moet een situatieschets worden getekend (schaal 1:200) waarin de positie van de ondergrondse container vastgelegd in maatlijnen is aangegeven, de materialisering (bestrating, banden, etc) en overige aandachtspunten die nodig zijn om het werk buiten te realiseren.
Locaties in verharding o
Zoveel mogelijk aanstraten met bestaand materiaal.
Locaties in groenstroken Snippergroen voorkomen, restruimte zo nodig dichtstraten; Hagen niet onderbreken (of anders herplanten); Afstemmen met afdeling Groen: te verwijderen waardevolle bomen herplanten dan wel compenseren (kapvergunning aanvragen).
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
Hoofdstuk: Bijlage 1: Plaatsingscriteria voor ondergrondse containers
o o o
19
BIJLAGE 2: INVESTERINGSKOSTEN EN EENMALIGE PROJECTKOSTEN Investeringen die leiden tot structurele kapitaallasten
Prijspeil 2009
Aanta Investering per Totale Post l stuk investering Levering containers Restafval containers, inclusief betonput (5m3) 180 € 7.200,00 € 1.296.000 TOTAAL € 1.296.000 Eenmalige projectkosten ten laste van egalisatiefonds
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
Hoofdstuk: Bijlage 2: Investeringskosten en eenmalige projectkosten
Aanta Totale Post l kosten per stuk kosten Opslag en Transport Transport container naar locatie (stelpost) 30 € 250 € 7.500 Plaatsing containers Plaatsingskosten 180 € 1.850 € 333.000 onderzoek kabels en leidingen 180 € 600 € 108.000 Omleggen kabels en leidigen (stelpost) 180 € 1.000 € 180.000 bouwkundig onderzoek (rapport € 2000) 3 € 2.000 € 6.000 verkeersplan centrum deventer 1 € 4.000 € 4.000 Klick-melding 180 € 90 € 16.200 afvoer grond 180 € 700 € 126.000 bemonstering grond 180 € 450 € 81.000 straatwerk ondergrondse container 180 € 900 € 162.000 herbestraten locaties cocon's (stelpost) 423 € 450 € 190.350 afvoer betonboxen, stelconplaten 423 € 125 € 52.875 Overslag grondwater in tank 180 € 28 € 5.040 grondbemaling (stelpost) 60 € 1.000 € 60.000 Overige kosten Projectmanagement (manager+coordinator) 180 € 378 € 68.040 Voorlichting 180 € 350 € 63.000 Ondersteuning Europese aanbesteding 180 € 78 € 14.040 Onvoorzien 180 € 750 € 135.000 TOTAAL € 1.612.045
20
BIJLAGE 3: EXPLOITATIEKOSTEN OUD EN NIEUW
Huidige exploitatiebegroting Afvalinzameling Cocons en stadsemmers (2009) per jaar
DVO-kosten exploitatie Afvalinzameling Cocons en Stadsemmers Post Aantal Totale investering Logistieke uitgaven Inzameling afval Cocons (rolcontainerauto) € 220.558 Inzameling afval Stadsemmers € 138.528 Ondergrondse containers (kraanwagen, 1,5 ledigingen/week) 133 € 115.931 TOTALE EXPLOITATIELAST DVO 2009 € 475.017
Exploitatiebegroting Ondergrondse Containers (2011) per jaar Prijspeil 2009
Kosten exploitatie Ondergrondse Containers Investering per stuk/uur
Aantal
Totale investering
Kapitaallasten nieuwe containers
180
€ 1.116
€ 200.880
Software en onderhoudskosten Logistieke uitgaven Bestaande Ondergrondse containers (Kraanwagen, 1,5 ledigingen per week) Nieuwe Ondergrondse containers (Kraanwagen, 1,5 ledigingen per week) TOTAAL
180
€ 650
€ 117.000
133
€ 156.899
180
€ 115.931 € 590.710
Hoofdstuk: Bijlage 3: Exploitatiekosten oud en nieuw
Post Algemene kosten
Opbrengsten exploitatie Ondergrondse Containers Post Minderkosten verwerken restafval TOTAAL
Aantal
Totale Opbrengsten per stuk opbrengsten 1100 € 121 € 133.100 € 133.100
TOTALE Explotatielast DVO 2011
Afvalplan Deventer 2009-2014: Ondergrondse containers voor restafval
€ 457.610
21