Projectplan Maatschappelijke stage ‘Graag gedaan, in de regio!’
Achtergrond
Wat is de aanleiding om dit project te starten? Welke ontwikkelingen zijn er en welke vraag leeft er? De scholen in de Stichting VMBO Zuidoost Brabant onderkennen ten volle het belang van de maatschappelijke stage en geven daar, ieder op eigen wijze en in eigen tempo concreet vorm aan. Dit gebeurt op schoolniveau, waarbij de scholen meer gebruik willen maken van elkaars expertise en ervaringen en waarbij zij meer willen inzetten op krachtenbundeling. Centrale vraag in het project is: hoe kunnen we maximaal gebruik maken van elkaars kracht en op basis van good practices en ‘missers’ (succes- en faalfactoren) komen tot een effectieve inrichting van de maatschappelijke stage? Eén van de items daarbij is: wat kunnen/moeten we centraal regelen en wat kan op schoolniveau worden aangepakt en uitgewerkt? Ervaring met Maatschappelijke Stage Alle deelnemende scholen hebben reeds ervaring op gedaan met maatschappelijke stages, in grote én kleinschalige pilots. In de scholen is deskundigheid aanwezig en wordt gebruik gemaakt van lokale en regionale netwerken. Deze scholen hebben in de bestuursvergadering van de Stichting aangegeven de stage te willen opschalen. Kennis delen (en leren van elkaars goede en slechte ervaringen) is daarbij van groot belang.
Doel van het project
Waarom doe je dit project? Wat wil je met het project bereiken? In het project willen we de bestaande situatie doorbreken (veel goed werkende initiatieven die onvoldoende gedeeld worden) en ombuigen naar een situatie waarin we - kennis delen: in een netwerk bespreken we alle aspecten rondom de maatschappelijke stage en leggen deze vast in ‘good practices’ en - gezamenlijk ontwikkelen: we ontwikkelen gezamenlijk specifieke schooloverstijgende methodieken en instrumenten. Op deze manier worden mensen en middelen effectief ingezet, ten dienst van het gezamenlijke belang om de maatschappelijke stage een stevige plek te geven in de schoolloopbaan van leerlingen. De scholen in de klankbordgroep maken bij invoering van de maatschappelijke stage in de eigen school gebruik van de opgebouwde en gedeelde ervaringen.
1
Doelgroep/-gebied Op wie richt het project zich? Welke verschillende doelgroepen zijn er? We richten ons in eerste instantie op de doelgroep leerlingen, in alle beroepsgerichte leerwegen en de theoretische leerweg van het vmbo. De ervaringen met maatschappelijke stage in het vmbo hebben een positieve uitstraling op de activiteiten in de havo/vwo-afdelingen van de deelnemende scholen. Welk geografisch gebied wordt bereikt? We bereiken het gebied Zuidoost Brabant, met daarin grote woonkernen als Eindhoven, Helmond, Deurne, Valkenswaard, Bladel en Nuenen
Uitgangspunten van het project
Wat zijn de randvoorwaarden? Wie is penvoerder en projectleider? Penvoerder: mevr. Paula Toonen, opleidingsdirecteur VMBO namens 20BK Stedelijk College Postbus 1310 5602 BH Eindhoven Projectleiding: - mevr. Paula Toonen namens de deelnemende scholen in de Stichting VMBO Zuidoost Brabant - senior adviseur Colours (nog nader te benoemen) voor procesmatige ondersteuning Colours heeft verstand van leerplannen, leermiddelen op maat en de implementatie daarvan in scholen. Colours is een samenwerkingsproject van KPC Groep en ThiemeMeulenhoff. Wie zijn de samenwerkingspartners en wat is hun rol binnen het project? De scholen: 11 scholen in de regio Eindhoven/Helmond, tezamen vormend de Stichting VMBO Zuidoost Brabant De 11 scholen worden verdeeld in twee groepen: Deelnemers van de stichting VMBO Zuidoost Brabant: Pleincollege Nuenen (140 lln.) Puis X College Bladel (100 lln.) Were Di Valkenswaard (300 lln.) Hub van Doorne College Deurne (90 lln.) Alfrink College Deurne (160 lln.) Stedelijk College Eindhoven (430 lln.) 1 extra school: Jan van Brabant College Helmond (40 lln.) Deze school heeft een nauwe band met de Stichting. Deze scholen organiseren in 2008-2009 een maatschappelijke stage met een minimale omvang van 30 klokuren, voor een aantal leerlingen dat gelijk staat aan of groter is dan het aantal leerlingen dat jaarlijks binnen het pilotproject gebied in het voortgezet onderwijs instroomt. Het gaat hierbij in totaal over 1260 leerlingen. Leden klankbordgroep: Commanderij College Gemert Pleincollege De Burgh Eindhoven Christiaan Huygens College Eindhoven Sondervick College Veldhoven Vakcollege Dr. Knippenberg Helmond
2
Deze scholen organiseren in 2008-2009 een maatschappelijke stage in een kleinschalige pilot. De aansturing en organisatie van deze pilots vallen buiten de scoop van het project. De klankbordgroep reflecteert op de afspraken en producten in het project en gebruikt deze, daar waar mogelijk, in de eigen pilots. Tevens brengt de klankbordgroep eigen ervaringen in. De stagebieders: CalibrisContract Bunnik CalibrisContract ondersteunt onderwijs en bedrijfsleven in het optimaliseren van het eigen leerklimaat. Zij werken vooral voor organisaties binnen de zorg-, welzijn- en sportsector, waarbij zij zich richten op leerbedrijven, brancheorganisaties, onderwijsinstellingen (v)mbo, mbo, hbo, brancheopleidingen en contractonderwijs, intermediaire organisaties op het terrein van opleiden en arbeidsmarktkwalificering en individuele aanvragers Kenteq, kenniscentrum voor technisch vakmanschap Kenteq erkent de bedrijven uit de branches van installatie, metaal en elektro. Erkende leerbedrijven laten zien dat ze de kwaliteit van het vakmanschap willen garanderen en stimuleren. Deze uitstraling heeft uiteraard invloed op de manier waarop naar de bedrijfstak gekeken wordt en geldt voor branchegenoten als bewijs voor kwalitatief goede producten en diensten. Kenteq wil onderzoeken hoe zij haar expertise en netwerk kan inzetten om de maatschappelijke stage mede vorm te geven. Aandachtspunten daarbij: maatschappelijk ondernemen en de afbakening beroepsoriënterende stage/ maatschappelijke stage. De Gemeente Eindhoven: De gemeente wil samen met het voortgezet onderwijs onderzoeken hoe zij het onderdeel maatschappelijke stages op kunnen nemen in de Locale Educatieve Agenda 12+ (ELA12+). De gemeente richt zich daarbij op het prestatieveld gemeenschappelijke en duurzame borging van maatschappelijke stages binnen de gemeente Eindhoven. De locale overheid heeft verantwoordelijkheid voor de beleidsterreinen: - leefbaarheid en sociale samenhang; - mantelzorg en vrijwilligers; - preventieve ondersteuning jeugdigen, en is om die reden een partner in het bevorderen van maatschappelijke stages. Wat zijn criteria voor deelname aan de pilot? De partners in het project werken reeds jarenlang met elkaar samen en vormen een hecht en effectief netwerk. In de Stichting VMBO Zuidoost Brabant werken de scholen sinds 10 jaar intensief samen op het gebied van onderwijsontwikkeling en personele zaken. Er is ervaring met het gezamenlijk uitvoeren van projecten voor bijv. het ontwikkelen en implementeren van een digitaal portfolio/leerlingendossier, het vormgeven van niveau 1 opleidingen en het opzetten van een stagecarroussel voor Zorg en Welzijn (met hulp van CalibrisContract). De samenwerking met de hierboven genoemde partners is bewezen succesvol. Verder is er nauw overleg met bijv. ROC Eindhoven, de Kamer van Koophandel Zuidoost Brabant en Fontys Lerarenopleiding (afdeling Sociale studies).
3
Werkwijze en/of plan van aanpak
Met welke aanpak wordt gewerkt? Welke stappen worden gezet, welke fasen zijn er en welke concrete activiteiten worden er gezet? Na een korte opstartfase (fase 0: inrichting organisatie, opstellen jaarkalender, etc.) doorloopt het project drie fasen: 1. inventariseren (sept./okt.) 2. produceren (nov. '08/ mei ‘09) 3. vastleggen en borgen (juni ‘09) In een parallel proces worden de volgende thema’s uitgewerkt: A. Regie B. Volgsysteem C. Budget voor leerlingen D. Draaiboeken E. Wat vindt de leerling? F. Curriculum G. Beschikbaarheid en kwaliteit stageplaatsen H. De docent in de buurt Voor elk thema wordt een werkgroepje ingericht, aangestuurd door een (midden)manager uit één van de deelnemende scholen. Voor de planning van concrete activiteiten per fase: zie activiteitenschema.
Resultaat van het project
Wat is na afloop van het project bereikt? Welke materialen liggen er? Het eindproduct is een publicatie (vorm nog nader te bepalen) waarin op een aantal belangrijke thema’s instrumenten, ‘good practices’ en aanbevelingen zijn geformuleerd. Niet vanuit het idee dat hieruit een nieuwe regionale ‘standaard’ moet gaan ontstaan, wel met de mogelijkheid voor alle scholen om eruit op te pikken wat past bij de eigen situatie. Dit product komt ook beschikbaar (mogelijk tegen betaling) voor alle andere geïnteresseerden. Daarnaast zijn instrumenten, modellen, checklists, applicaties en draaiboeken geproduceerd. Deze worden via internet beschikbaar gesteld. Welke nieuwe kennis, houding en gedrag is bij de doelgroep ontwikkeld? Via het thema maatschappelijke stage tonen scholen opnieuw aan dat het waardevol is van elkaar te leren en gebruik te maken van elkaars kracht. Dit geldt voor scholen onderling, maar zeker ook voor scholen in relatie tot externe partners (stagebieders, gemeente) Welke nieuwe structuur, organisatie of samenwerking is er? In een sterk en bewezen succesvol netwerk van scholen in Zuidoost Brabant staat de maatschappelijke stage op de agenda. Ook op dit thema zullen scholen elkaar blijvend helpen om de ontwikkeling en invoering effectief te laten verlopen.
4
Rapportage
Hoe krijgt rapportage vorm? Aan wie en hoe wordt tussentijds en aan het einde van het project gerapporteerd? De projectleiding rapporteert aan de betrokken directies van de scholen in de reguliere vergaderingen van de Stichting VMBO Zuidoost Brabant, schriftelijk (op hoofdlijnen) en mondeling. Alle betrokkenen worden via een eenvoudig digitale nieuwsbrief maandelijks op de hoogte gebracht van de stand van zaken en de bereikte resultaten. De coördinatoren per thema informeren de naast betrokkenen via verslagen, e-mail en mondelinge contacten. Tijdens een slotconferentie in fase 3 wordt uitvoerig verslag gedaan van de activiteiten in het project en worden afspraken gemaakt over de inbedding van de opbrengsten in de scholen. Tevens wordt een publicatie (vorm nog nader te bepalen) met aanbevelingen, concrete instrumenten en good practices gepresenteerd.
Planning en tijdsfasering
Hoe zijn de werkzaamheden gepland?
Begroting
Welke kosten zijn er?
Doorlooptijd van stappen en fasen in het project. Zie boven en bijgevoegd activiteitenschema.
Welke middelen zijn per activiteit en projectdeelnemer nodig? Activiteiten Projectleiding € 17.500,A. Regie € 21.200,B. Volgsysteem € 24.600,C. Budget voor leerlingen € 17.400,D. Draaiboeken € 16.400,E. Wat vindt de leerling? € 14.600,F. Curriculum € 37.100,G. Beschikbaarheid en kwaliteit stageplaatsen € 41.400,H. De docent in de buurt € 50.400,Activiteitenkosten € 10.000,Totaal
€ 250.600,-
Dit is afgerond per deelnemende leerling € 199,-. Voor een nadere specificatie: zie activiteitenschema
Aandachtspunten en/of knelpunten
Wat zijn aandachtspunten voor het project? Wat zijn risicofactoren? De deelnemers in het project hebben hoge ambities: er moet regionaal een kwalitatief hoogwaardig systeem van maatschappelijke stage ontstaan, door in een kort tijdsbestek goede methodieken en instrumenten ‘op te tillen’ naar regionaal niveau én gezamenlijk nieuwe methodieken en instrumenten te ontwikkelen. Dat alles vanuit het perspectief: breed (regionaal) waar het kan, smal (schoolspecifiek) waar het moet! Om dit te kunnen bereiken is een strak activiteitenplan en resultaatgericht werken van groot belang. Dit vraagt om goede (daar waar nodig, centrale) aansturing en commitment van alle partijen. Beschikbare ‘werktijd’ is hierbij een belangrijke factor en essentieel voor het welslagen van het project.
5