Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Projectinitiatiedocument
Projectnummer Opdrachtgever Auteur Status Versienummer Datum
P.22013919 Defensie Telematica Organisatie W.M. Steenis Definitief 1.0 18 januari 2008
Pagina 1/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Inhoud 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 2. 2.1 2.2 2.3 2.4 3. 4. 4.1 4.2 4.3 4.4 5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 6. 6.1 6.2 7. 7.1 7.2 7.3 7.4 8. 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.6.1 A.1 A.2
Inleiding Gegevens opdrachtgever Gegevens opdrachtnemer Document opbouw Referten Revisiegegevens Verspreidingsgegevens Aanleiding en achtergrond Inleiding CMBA/ICMS Verbetering interoperabiliteit en connectiviteit Mandaat, opdracht Managementsamenvatting Business Case Legitimatie van het project Kwalitatieve baten Proof-of-concept I-Bridge Kosten van het project Conclusies Projectdefinitie Doelstelling Bereik Uitsluitingen / voorwaarden Productdecompositie Productbeschrijvingen Koppeling met andere projecten Projectorganisatie Organisatieschema Personele vulling Projectplan Planning Fasering Capaciteitsbehoefte Budget Projectbeheersing Wijze van managen Toleranties Afwijkingsprocedure Wijzigingsprocedure Wijze van rapportage en overleg Risicomanagement Risicolog Bijlagen Begrippen Afkortingen
3 3 3 3 4 4 4 5 5 5 7 9 10 11 11 11 12 12 13 13 13 13 14 14 23 24 24 24 25 25 25 25 26 26 26 26 27 27 27 28 28 29 29 29
Referten 1. Afdoeningsnota Project OOV/ICMS met kenmerk S200702606 d.d. 29 juni 2007 2. Nota HDFC F/2007.019324
Pagina 2/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
1.
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Inleiding Het Project Initiatie Document (PID) beschrijft hoe het project I-Bridge (Intelligent Bridge) zal worden uitgevoerd. Hierbij gaat het document in op zaken als aanpak, beheersing, verantwoording, organisatie, personeel en middelen. Het PID dient: - Als mandaat voor de projectmanager; - Als verantwoording ten aanzien van de opdracht en; - Als leidraad bij het uitvoeren van het project.
1.1
Gegevens opdrachtgever De door Commandant Der Strijdkrachten (CDS) gemandateerde opdrachtgever voor de projecten in het kader van ICMS IV FASE 1ase I, is Commandant Commando Diensten Centrum (C-CDC). Het doorontwikkelen van het concept I-Bridge is een van de deelprojecten van dit grotere verband. Voorheen werd I-Bridge ook wel IP-Verkeersplein of IP-Crisis communicatie rotone genoemd. Vanwege de internationale interesse en activiteiten is de naam veranderd in I-Bridge.
1.2
Gegevens opdrachtnemer Directeur Defensie Telematica Organisatie (D-DTO) is verantwoordelijk voor de uitvoering van het project.
1.3
Document opbouw Hoofdstuk 1 geeft een overzicht van algemene documentinformatie. Hoofdstuk 2 beschrijft de aanleiding en achtergrond van het project en het programma. Hoofdstuk 3 bevat de Managementsamenvatting. Hoofdstuk 4 beschrijft de Business Case, waarom het project zinvol is. Hoofdstuk 5 beschrijft de Projectdefinitie, doelstelling en producten. Hoofdstuk 6 beschrijft de Projectorganisatie, rollen, taken. Hoofdstuk 7 beschrijft het Projectplan, fasering en planning Hoofdstuk 8 beschrijft de Projectbeheersing, instrumenten en controle. Bijlage A geeft een overzicht van gebruikte begrippen en afkortingen. Bijlage B bevat de documentatie betreffende dit project.
Pagina 3/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
1.4
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Referten
Document S2007026060 S2007017167 F2007019324
Datum 05-10-2007 29-06-2007 04-07-2007
2007-00000131881 04-06-2007
1.5
Auteur LtKol J.P.A. de Jongh DOBBP HDFC MINDEF/MINBZK
Omschrijving Afdoeningsnota Project OOV/ICMS Brief DOBBP, IV-projecten OOV sector Nota HDFC, Besteding onderuitputting ICMS 2006 Reactie op rapport IOOV en ADD over ICMS.
Revisiegegevens
Versie
Datum
Status
Auteur
0.1 0.2 0.4 0.5 0.7 1.0
21-11-2007 03-12-2007 15-12-2007 21-12-2007 22-12-2007 18-01-2008
Concept Concept Concept Concept Concept Definitief
W.M. Steenis W.M. Steenis V.G. Hoek R. van Merrienboer W.M. Steenis W.M. Steenis
1.6 Organisatie CDC DIO DTO DTO DTO D-OBBP D-OBBP DTO
Goedgekeurd door R. Boots R. Boots W.M. Steenis W.M. Steenis R. Boots R. Boots
Omschrijving Wijzigingen 271107 Wijzigingen 211207 Wijzigingen 101207 Wijzigingen 161207 Wijzigingen 201207 Wijzigingen 100108
Verspreidingsgegevens Functie Commandant CDC Directeur HDIO Algemeen directeur Directeur Strategie en Commercie Directeur Algemene Zaken Hoofd Sectie B Coordinator / Programmamananager Businessline Manager OOV
Naam Gout-van Sinderen, M.W. SBN Ort, J.W. Blankenstein, A.B. Hollink, W.C.M. Kol Vet, J.T.W.M. de KLTZ Kwakernaak, J. Krijgsman, P.J. Gelder, J. de
Pagina 4/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
2.
Aanleiding en achtergrond
2.1
Inleiding
DTO BLOOV
In dit hoofdstuk worden de aanleiding en de achtergrond tot de doorontwikkeling van I-Bridge beschreven. Paragraaf 2.2 beschrijft de verbanden waaruit deze opdracht is ontstaan en wat de belangrijkste doelstellingen zijn. Paragraaf 2.3 beschrijft de beoogde invulling van deze doelstellingen door I-Bridge.
2.2
CMBA/ICMS Het project I-Bridge vormt een onderdeel van een pakket van 8 deelopdrachten die door de Defensie Telematica Organisatie worden uitgevoerd. De aanleiding om deze 8 deelprojecten uit te voeren, komt voort uit afspraken die zijn vastgelegd in het kader van de Civiel-Militaire Bestuursafspraken 2005 (CMBA) en Intensivering Civiel-Militaire Samenwerking (ICMS). Civiel-Militaire Bestuursafspraken 2005 De ministers van Defensie, van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) hebben in maart 2005 een convenant over de militaire capaciteit voor civiele ondersteuning ondertekend. De Civiel-Militaire Bestuursafspraken (CMBA) zijn bedoeld om de civiel-militaire samenwerking te verbeteren en een meer structureel karakter te geven. De afspraken uit 2005 garanderen personele capaciteit van 3000 militairen volgens een opkomstschema, één opvanglocatie per provincie en omschrijven een aantal andere mogelijke vormen van bijstand / steunverlening. Naast afspraken over militaire capaciteiten omvat het convenant maatregelen om de procedures voor de aanvraag van militaire steun en bijstand te vereenvoudigen en te versnellen. Zo is naast de formele aanvraagprocedure een voorwaarschuwingstraject ontwikkeld om de reactietijd te bekorten. Ook is een regeling opgesteld voor de verlening van militaire steun in het openbare belang en zijn modelregelingen ontworpen voor de te verlenen militaire bijstand en steun bij de bewaking van civiele objecten. Voorts omvat het convenant afspraken over de verrekening van kosten. (Bron: Rapport CivielMilitaire Samenwerking, stand van zaken 2006). Intensivering Civiel-Militaire Samenwerking Inmiddels hebben de CMBA een vervolg gekregen in het project Intensivering Civiel-Militaire Samenwerking (ICMS), dat zich richt op structurele vormen van samenwerking tussen de civiele en militaire autoriteiten. Op het terrein van de rampenbestrijding en crisisbeheersing en bij de voorbereiding daarop moet structureel worden samengewerkt om bestuurlijke, operationele, financiële en juridische aspecten adequaat te regelen.
Pagina 5/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Daarom heeft het project een aantal doelstellingen meegekregen, namelijk: • • • • •
Duidelijke afspraken vooraf over gegarandeerde beschikbaarheid van capaciteiten. Een goede afstemming en samenwerking op het terrein van besluitvorming en aansturing. Samenwerking op het terrein van onderzoek en kennisinstituten. Structurele inbedding van Defensie in bestuurlijke en operationele planvorming. Gezamenlijke oefeningen.
Momenteel levert het veld van ICMS gerelateerde organisaties het volgende beeld op:
Volgens de afspraken in het kader van ICMS neemt de minimaal gegarandeerde ondersteuning door de krijgsmacht toe van 3000 tot circa 4600 militairen ten opzichte van het convenant CMBA uit 2005. Daarnaast doet Defensie de komende jaren diverse Investeringen om andere gespecialiseerde capaciteiten trapsgewijs te kunnen garanderen. Het project loopt dan ook tot 2012 (Bron: Rapport Civiel-Militaire Samenwerking, stand van zaken 2006).
Pagina 6/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
2.3
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Verbetering interoperabiliteit en connectiviteit Onderzoek naar de samenwerking tussen civiele organisaties en militaire eenheden heeft ondermeer aangetoond dat interoperabiliteit van software- en communicatie middelen één van kritische succesfactoren is. ICT dienstverlening op het scheidingsvlak van civiel-militaire samenwerking is een nieuwe ontwikkeling. Anders dan men gewend is, wordt ICT hier niet zozeer ingezet voor de ondersteuning van actoren binnen een organisatie, maar voor het faciliteren van probleemoplossend vermogen tussen actoren die elk voor zich functioneren in organisaties die zeer verschillend kunnen zijn in legacy en bedrijfscultuur. 1
Dit levert de volgende strategische kenmerken op : •
Een crisissituatie maakt samenwerking onontkoombaar, dus de uiteindelijke architectuur die de samenwerking mogelijk moet helpen maken zal vanaf het begin recht moeten doen aan de eis dat expertise niet gebonden mag zijn aan individuen en dat bijdragen uit moeten gaan van kennis en niet van rang of status2.
•
Hoewel hier gesproken wordt over ICT (techniek), gaat het uiteindelijk om het faciliteren van probleemoplossend vermogen en dat heeft te maken met sociale vraagstukken. De uiteindelijke oplossing moet daarom vertrouwen inboezemen en zij moet uitnodigen tot samenwerken door de eindgebruiker zich te laten helpen identificeren met het grotere geheel.
•
Aangezien bij een crisissituatie communicatie cruciaal is en het niet altijd zeker is welke middelen (nog) ter beschikking staan, zou de architectuur er op gebouwd moeten zijn om te kunnen gaan met elk middel dat nog bestaat om data van A naar B te transporteren. Dit betekent dat geavanceerde technologie moet kunnen interfacen met gewone, low-tech middelen, wat toegevoegde waarde geeft aan flexibele middelen die een brug kunnen slaan tussen ‘no-tech’ en ‘future-tech’.
Met de opkomst van logische infrastructuur, de harmonisatie van communicatie op het IP protocol (SIP, RoIP, VoIP) en de ontwikkeling van sociale media (Web 2.0) en de daarbij opkomende bedrijfskundige inzichten (Enterprise 2.0) beginnen de technische middelen voor handen te komen, om de specifieke vragen die voortvloeien uit de context van civiel-militaire samenwerking ook technisch in te vullen. Een goede kanshebber die momenteel snel op komt is de Service Oriented Architecture (SOA) waarmee op generieke wijze diverse, op voorhand niet of nauwelijks te voorspellen onderlinge configuraties (mash-ups) kunnen worden gemaakt. Hierbij is de IT backoffice relatief statisch (en technisch en economisch goed beheerbaar), terwijl de business frontoffice uiterst flexibel kan zijn.
1
Bron: Eindrapportage Strong Angel III
http://www.humanitarian.info/wp-content/uploads/2006/10/Strong%20Angel%20III%20Final%20Report.pdf 2
Er dient dus rekening mee gehouden te worden met creatieve inzet van middelen, met toevoegingen en aanvullingen
op content en functionaliteit door de gebruikers zelf. Een en ander moet moeiteloos schaalbaar zijn, waarbij rekening moet worden gehouden met radicale decentralisatie, met zelfservice door de eindgebruiker met het recht om content te vermengen.
Pagina 7/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
3
Het geheel van wetenschappelijke inzichten rond dit onderwerp noemt men ‘Enterprise 2.0’ De Enterprise 2.0 (E20) gedachte kenmerkt zich door businessmodellen die uitgaan van het bedienen van een lange staart van vraag naar on-the-fly IT oplossingen die de belofte in zich dragen van hoogwaardige, collaboratieve probleemoplossing. Hierbij wordt onder meer gekeken naar de mogelijkheden om de output van het ene software systeem in real-time te gebruiken als input van het andere software systeem systeem en zo data te laten groeien die men normaal niet zo snel had kunnen bedenken zonder torenhoge besluitvormings- en design kosten.
DTO is bezig met de ontwikkeling van een concept dat bovenstaande gebruikseisen tegen relatief geringe kosten kan faciliteren voor de diverse militaire instanties die betrokken zijn bij de Openbare Orde en Veiligheid in Nederland om zodoende effectiever en efficiënter informatie met civiele partners uit te kunnen wisselen. De civiele organisaties in de Openbare Orde en Veiligheid kunnen dan ook van deze kennis gebruik maken.
Het I-Bridge concept maakt het mogelijk om op flexibele wijze een aantal verschillende communicatie componenten en diensten in wisselende combinaties aan elkaar te koppelen op basis van Internet Protocollen. Secure, real-time collaboratie en logging (ten behoeve van e4 discovery ) worden hiermee mogelijk, evenals het inter-operabel en inter-connectief maken van voorheen onbenaderbare ICT legacy. Radio-eilanden zoals Tetra (zoals C2000) UHF en VHF radio, GSM, marifoon en militaire radio (FM9000) worden bijvoorbeeld middels omzetting in Radio-over-IP (RoIP) aan elkaar gekoppeld en het resultaat geïntegreerd met andere systemen voor data uitwisseling en logging. Zo kan bijvoorbeeld een landkaart, een document of een computer simulatie ‘telefonie functionaliteit’ krijgen en wordt een multiplier effect bereikt in de intrinsieke waarde van al uitgerolde systemen, zonder een hoge leercurve bij de gebruiker. Voyager 2007 In september 2007 werd de rampenbestrijdingsoefening Voyager gehouden met CEDRIC als commandovoeringsgereedschap en WAVE en MSGroove als aanvullende componenten uit IBridge. De informatie-uitwisseling tijdens een ramp tussen de verschillende betrokken organisaties en bestuurslagen kan beter. Dat blijkt uit de evaluatie van de crisisoefening Voyager van 3 oktober vorig jaar. Tijdens de oefening beschikten niet alle bestuurslagen (lokaal, provinciaal en nationaal) en ketens (rampenbestrijding en terrorismebestrijding) gelijktijdig over dezelfde informatie. Het integraal uitwisselen van informatie vond onvoldoende en niet tijdig plaats. Daardoor hadden de verschillende deelnemers aan de oefening niet hetzelfde beeld van wat er aan de hand was.
3
Enterprise 2.0 is het gebruik van ‘emergent social software platforms’ binnen organisaties of tussen organisaties en
hun
partners/klanten
(Andrew
McAfee,
Associate
Professor,
Harvard
Business
School.)
Professor McAfee onderzoekt Enterprise 2.0 volgens het SLATES capabilities model (search, linking, authoring, tagging, extensions, and signals). 4
Electronic discovery (ook wel e-discovery of e-discovery genoemd) refereert naar elk proces waarbij elektronische
data wordt gezocht, gevonden, zeker gesteld en doorzocht met de bedoeling om haar te gebruiken als vaststelling van de werkelijkheid, zoals bewijsmateriaal in een juridische context. E-discovery kan offline worden uitgevoerd op een individuele computer of online binnen een netwerk.
Pagina 8/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
2.4
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Mandaat, opdracht Het mandaat voor deze opdracht is vastgelegd in een aantal documenten. Allereerst de formele opdracht tot het uitvoeren van ICMS iV Fase 1, deze is vastgelegd in de Afdoeningsnota Project OOV/ICMS met kenmerk S200702606 d.d. 29 juni 2007 (gevoegd als bijlage B1). De formele financiële goedkeuring voor de realisatie van de ICMS iV Fase 1ase 1 opdrachten is verleend in de Nota HDFC F/2007.019324, Besteding onderuitputting ICMS 2006 d.d. 4 juli 2007 (gevoegd als bijlage B2). I-Bridge is één van de deelprojecten die binnen het mandaat van de ICMS iV Fase 1 valt en wordt uitgevoerd.
Voorliggend PID beschrijft de doorontwikkeling van het concept I-Bridge naar een Proof5 of-concept , waarmee informatie wordt gegenereerd die benodigd is om een succesvolle implementatie, ondersteuning en beheersorganisatie in te richten voor een operationele setting van de componenten die deel uitmaken van het I-Bridge.
5
Proof-of-concept is een korte en/of onvolledige realisatie van een bepaald idee waarvan de haalbaarheid en
mogelijkheid tot zinvolle exploitatie moet worden onderzocht. Een Proof-of-concept is meestal een ‘milestone’ op weg naar een volledig prototype. Het gebruik van een Proof-of-concept zorgt voor informatie die benodigd is om de uitvoerbaarheid in te schatten en technische problemen zichtbaar te maken. Verder dient het als richtinggevend stuurmiddel en als feedback voor budgettering en andere vormen van discussie en controle.
Pagina 9/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
3.
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Managementsamenvatting •
Inleiding
Het project I-Bridge (voorheen IP-Verkeersplein / IP-Crisiscommunicatie rotonde) vormt een onderdeel van een pakket van 8 deelopdrachten die door de Defensie Telematica Organisatie worden uitgevoerd. De aanleiding om deze 8 deelprojecten uit te voeren, komt voort uit afspraken die zijn vastgelegd in het kader van de Civiel-Militaire Bestuursafspraken 2005 (CMBA) en Intensivering Civiel-Militaire Samenwerking (ICMS). •
Legitimatie
De legitimatie van het project wordt voornamelijk bepaald door de noodzaak om de derde hoofdtaak van Defensie effectief en efficiënt in te vullen. De verschillen in gebruikte communicatie- en situational awareness/decision support middelen bij Defensie en in het Civiele domein zijn zo groot dat een generiek koppelvlak tussen deze middelen noodzaak is om goed te kunnen communiceren. •
Baten
De kwalitatieve baten van het Proof-of-concept I-Bridge kunnen daarom het beste gerelateerd worden aan de doelstellingen zoals geformuleerd in het Actieprogramma Coördinatie Informatievoorziening Rampenbestrijding (ACIR). ACIR werkt aan verbeteringen van de informatievoorziening tussen de verschillende hulpverleningsdiensten ten behoeve van rampenbestrijding. •
Het concept
Het I-Bridge concept maakt het mogelijk om op flexibele wijze een aantal verschillende communicatie componenten en diensten in wisselende combinaties aan elkaar te koppelen op basis van Internet Protocollen. Secure, real-time collaboratie wordt hiermee mogelijk, evenals het interoperabel en interconnectief maken van voorheen onbenaderbare ICT legacy. Radioeilanden zoals Tetra (zoals C2000) UHF en VHF radio, GSM, marifoon en militaire radio (FM9000) worden bijvoorbeeld middels omzetting in Radio-over-IP (RoIP) aan elkaar gekoppeld en het resultaat geïntegreerd met andere systemen voor data uitwisseling en logging. Zo kan bijvoorbeeld een landkaart ‘telefonie functionaliteit’ krijgen en wordt een multiplier effect bereikt in de intrinsieke waarde van al uitgerolde systemen •
Budget
Het budget voor het I-Bridge is taakstellend, de kosten van het project zullen niet het toegestane budget van €700k overschrijden. Bij dreigende overschrijding budget wordt het product aangepast in tijd of kwaliteit om zodoende binnen de grenzen van het te besteden budget te blijven. •
Conclusie
De doorontwikkeling van het concept I-Bridge moet in 2008 leiden tot een Proof-of-concept en een concreet implementatievoorstel om componenten uit I-Bridge afzonderlijk en in diverse combinaties aan te bieden als operationele dienst. De informatie afkomstig uit dit project is noodzakelijk om een succesvolle operationalisering van de componenten in het I-Bridge te garanderen en te kunnen inzetten bij de uitvoering van de derde hoofdtaak van Defensie.
Pagina 10/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
4.
Business Case
4.1
Legitimatie van het project
DTO BLOOV
De legitimatie van het project wordt voornamelijk bepaald door de noodzaak om de derde hoofdtaak van Defensie effectief en efficiënt in te vullen. De verschillen in gebruikte communicatie- en situational awareness/decision support middelen bij Defensie en in het Civiele domein zijn zo groot dat een generiek koppelvlak tussen deze middelen noodzaak is om goed te kunnen communiceren. De voorkeur gaat hierbij echter niet uit naar een traditionele benadering, waarbij het koppelvlak een stand-alone puntoplossing is die voortvloeit uit standaardisatie, harmonisatie en centralisatie afspraken. De oplossingsrichting dient gezocht te worden in een vorm van platformbenadering waarbij een samenvoegsel (mash-up) van diensten en mogelijkheden ontstaat waartoe een brede pallet aan gebruikers onder strikte voorwaarden toegang kan krijgen. Om het bereik te bepalen van dit generieke koppelvlak tussen probleemoplossende software en communicatiemiddelen wordt het Proof-of-concept I-Bridge opgericht.
4.2
Kwalitatieve baten Proof-of-concept I-Bridge Defensie creëert veiligheid (rust, voorspelbaarheid) en biedt daartoe toegesneden slagkracht (in brede zin). Hiertoe draagt Defensie door middel van eenheden, IV en ICT-dienstverlening bij aan de primaire taakstelling van Defensie en de OOV Veiligheidsketen.
DTO streeft naar een robuuste en toekomstvaste positie in het ICT-werkveld die: -
-
de uitvoering van de drie hoofdtaken door de defensieonderdelen en ketenpartners in de OOV sector op basis van haar portofolio dan wel op basis van concrete opdrachten te allen tijde en onder alle omstandigheden met IV- en ICT-dienstverlening optimaal ondersteunt. Een bindende factor is bij het integreren van de ICT-dienstverlening binnen Defensie.
De kwalitatieve baten van het Proof-of-concept I-Bridge kunnen daarom het beste gerelateerd worden aan de doelstellingen zoals geformuleerd in het Actieprogramma Coördinatie Informatievoorziening Rampenbestrijding (ACIR). ACIR werkt aan verbeteringen van de informatievoorziening tussen de verschillende hulpverleningsdiensten ten behoeve van rampenbestrijding (Bijlage B, overzicht ACIR activiteiten). Begroting
van
Pagina 11/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Per 1 januari 2007 zijn de taken van de Taskforce ACIR door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties overgedragen aan de Raad MIV die vervolgens de focus heeft gelegd op onder meer de volgende deelactiviteiten: • • • • •
Het beschikbaar/toegankelijk maken van de (nader vast te stellen) ‘in ieder geval’ benodigde informatie. Het doen van voorstellen voor de inrichting van het proces en de organisatie voor de landelijke vraagarticulatie per kolom en het ondersteunen van de realisatie daarvan Het doen van voorstellen voor de inrichting van het proces en de organisatie voor de landelijke vraagarticulatie op multidisciplinair niveau en het ondersteunen van de realisatie daarvan. Onderzoek naar de noodzaak van een landelijk (multidisciplinair) informatieknooppunt. Het doen van voorstellen om te komen tot gedragen afspraken over een gemeenschappelijke (multidisciplinaire) Informatiearchitectuur.
Tegen die achtergrond is het I-Bridge concept een onderzoekstraject om interoperabiliteit en connectiviteit tussen crisisbeheerpartners met praktijkervaring te onderzoeken.
4.3
Kosten van het project Het budget voor het I-Bridge is taakstellend, de kosten van het project zullen niet het toegestane budget van €700k overschrijden. Bij dreigende overschrijding budget wordt het product aangepast in tijd of kwaliteit om zodoende binnen de grenzen van het te besteden budget te blijven.
4.4
Conclusies De doorontwikkeling van het concept I-Bridge moet in 2008 leiden tot een Proof-of-concept en een concreet implementatievoorstel om componenten uit I-Bridge afzonderlijk en in diverse combinaties aan te bieden als operationele dienst. De informatie afkomstig uit dit project is noodzakelijk om een succesvolle operationalisering van de componenten in het I-Bridge te garanderen en te kunnen inzetten bij de uitvoering van de derde hoofdtaak van Defensie.
Pagina 12/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
5.
Projectdefinitie
5.1
Doelstelling
DTO BLOOV
Het doel van het project I-Bridge is het verkrijgen van informatie en kennis over het in een Proof-of-concept omgeving gebruiken van I-Bridge. Hiermee kan zodoende een inschatting gemaakt worden over het operationaliseren en beheren van I-Bridge als dienst voor gebruik in Civiel-Militaire samenwerking in het kader van de derde hoofdtaak, maar wellicht ook in andere verbanden die kampen met eenzelfde problematiek. Prioriteit wordt toegekend aan het opdoen, borgen en onderhouden van kennis op de deelgebieden binnen I-Bridge. Deze specifieke kennis is van cruciaal belang voor een succesvolle operationalisering in een vervolgstadium.
5.2
Bereik Het bereik van het project I-Bridge beperkt zich tot: • • •
5.3
Een Proof-of-concept opstelling van het I-Bridge voor de duur van 2008. Het documenteren van de technische- en organisatorische elementen die naar voren komen bij de inrichting van de Proof-of-concept opstelling om zodoende een betere inschatting te kunnen maken voor het eventueel ‘vermarkten’ van deze diensten. Gericht oefenen met partners in de OOV keten, resultaten vormen input voor project.
Uitsluitingen / voorwaarden Uitsluitingen: •
Proof-of-concept is geen gebruiksomgeving voor echte noodsituaties of ander operationeel c.q. productie gebruik, maar wel zo dicht mogelijk op de werkelijkheid (train as you fight).
Voorwaarden: • • •
Resterend budget 2007 moet worden overgeheveld naar 2008. Exploitatiekosten OOV/ICMS worden opgevangen binnen bestaande IV exploitatie budgetten van betrokken defensieonderdelen. Vooralsnog zijn voor 2008 geen exploitatiegelden begroot en benodigd. Oefeningen en deelname aan het Proof-of-concept I-Bridge geschiedt onder vooraf vastgestelde voorwaarden en uitsluitend via de projectmanager ICMS iV Fase 1.
Pagina 13/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
5.4
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Productdecompositie Het Proof-of-concept I-Bridge bestaat in principe uit de volgende componenten: • • • • • •
Spraak interoperabiliteitsmodule (WAVE), Unified Communications (UC) Collaboratiemodule, MSGroove – MSSharepoint Simulatiemodule, bijvoorbeeld CrisisSim Crypto harmonisatie module, Suphice Hard- en software, daar waar nodig leasen, lenen Kennis, eventueel Wikidienst, opleidingen, training, conferenties, workshops
5.5
Productbeschrijvingen SUPHICE SUPHICE staat voor Secure Unplanned Provisioning of High Integrity Communications for Europe. SUPHICE is één van de zeven projecten die zijn uitgevoerd onder de vlag van het EU programma ‘Preparatory Action for Security Research 2004’ (PASR 2004). Deze voorbereidende actie moet resulteren in een uitgebreid Europees onderzoeksprogramma over beveiligingsvraagstukken (European Security Research Programme (ESRP)). Het SUPHICE project bestaat uit onderzoek naar de mogelijkheden om op snelle wijze verschillende communicatiesystemen te kunnen inzetten. Deze systemen kunnen al dan niet geclassificeerd zijn of beheerst worden door verschillende wettelijke beperkingen zoals wetgeving over persoonsgegevens. SUPHICE wil op een aantal gebieden vooruitgang boeken. 1.
2.
3.
4.
5.
Het SUPHICE project demonstreert de implementatie van een crypto algoritme dat bruikbaar is voor de EU in een SECRET omgeving. Daarbij moet de evaluatie en certificering van het systeem inclusief de implementatie geschieden onder het EU proces CISP. Een groot aantal leden van de EU zijn tevens lid van NATO waardoor er gezocht moet worden naar mogelijkheden om de informatie van elke organisatie in hun eigen nationale omgeving en systemen te borgen binnen de kaders van het vigerende beleid van die betreffende organisatie. SUPHICE biedt de mogelijkheid om met dezelfde crypto producten te werken zonder dat EU of NATO beleid wordt overtreden. SUPHICE biedt een oplossing voor Europese crypto markt die veelal belemmerd wordt door de individuele regelgeving of wetgeving van de lidstaten over deze materie. Deze belemmering wordt grotendeels teniet gedaan vanwege het feit dat het overkoepelende ontwerp niet gerubriceerd is en niet het eigendom van een der lidstaten. Door gebruik te maken van moderne technologische standaarden (XML), webgebaseerde technieken (UDDI, WSDL en BPEL) wordt het mogelijk om een snelle en adhoc uitrol van ‘High Integrity Communications’ inclusief ‘policy based management’ te realiseren, ook over de nationale grenzen van de lidstaten heen. Oprichting forum voor InfoSec autoriteiten van de lidstaten. Dit forum moet als basis dienen voor de praktische toepassing van de gekozen benadering. Inspraak van de lidstaten wordt hiermee gefaciliteerd.
Pagina 14/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Bruikbare toepassingsgebieden voor SUPHICE zijn te vinden in het faciliteren van complexe transnationale logistieke en financiële samenwerkingsvormen rond grootschalige militaire investeringen. De ondersteuning van multinationale samenwerkingsvormen (Schengen, NAVO, tribunalen). In het kader van civiel-militaire samenwerking wordt gesproken met partijen die verantwoordelijk zijn voor de uitwerking van grensoverschrijdende rampenoefeningen en voor hoogwaardige samenwerking tussen NAVO eenheden en (Multi)nationale rampenbestrijders. Wave WAVE staat voor Wide Area Voice Environment en is software waarmee allerhande spraakapparatuur in staat wordt gesteld om onderling ‘geluid’ uit te wisselen. Rond transport, logistiek, operaties en veiligheid wordt vanuit de historie met een veelheid aan communicatiemiddelen gewerkt. Radiosystemen zoals VHF, Tetra, Traxys; Omroepsystemen; Intercom; Arbi-systemen; Conferencing Systemen; Telefonie, etc. Al deze systemen staan technisch en juridisch feitelijk op zichzelf en bieden een veelheid aan functionaliteiten voor gebruik en beheer. Dat lijkt handig maar als communicatie gewenst is over de grenzen van systemen heen wordt dat lastig en vaak onmogelijk. Denk daarbij bijvoorbeeld aan een logistieke procesmanager die voor communicatie met de ene groep VHF gebruikt en voor een andere telefonie. Dit maakt het werk rond operationeel management activiteiten er niet transparanter en eenvoudiger op. Voor operationele mensen kan het betekenen dat ze bijvoorbeeld en een GSM en een radio en een PDA bij zich moeten dragen. Dat is niet alleen onhandig, maar brengt ook kosten met zich mee voor afschrijving, onderhoud en connectivity. Daarnaast levert het onduidelijkheid op in de gebruikstoepassing. In geval van een gevaarlijke situatie, zoals een gaswolk of een beveiligingsdoorbraak op een luchtmachtbasis, kan het gebeuren dat bepaalde groepen dat niet, of niet op tijd te horen krijgen omdat er geen integratie is. Het is een gegeven dat er verschillende systemen naast en door elkaar blijven bestaan. Vanuit dat gegeven dient de ICT-functie een platform te definiëren dat al deze systemen en ongelijksoortige infrastructuren kan combineren ten bate van de bedrijfsprocessen. Van belang is nu om de technologie om te zetten in bedrijfsvoordelen. Daarbij is wel van belang om dit vanuit het raamwerk van de ICT-voorziening te doen en in te passen in de ICTarchitectuur/infrastructuur om ook de ondersteuning en uitbreidbaarheid naar de toekomst te kunnen borgen.
Pagina 15/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
WAVE als Voice Platform
Tetra PA/Intercom
VHF
GSM
PSTN
IP
•Freeseating •Backoffice integratie •Gebruiksgemak •Dekkingsproblemen •Integrale logging •Eenvoudige Migratie •Flexibiliteit Processen •Een GUI •Veilige IM/Skype oplossing •Investeringsbescherming •Toekomstvast platform •Applicatieintegratie
UMTS/WiFi/V-sat, SatCom
Backoffice integratie Voor kantoormedewerkers is het niet praktisch om met radio’s rond te lopen. Dankzij WAVE kunnen zij met hun PC of laptop met verschillende radionetwerken en andere groepen communiceren. WAVE PC/PDA Clients
Radio interoperability Met WAVE is het mogelijk om groepen van verschillende radionetten met elkaar te verbinden. Dat kan zowel structureel als ad-hoc (binnen een paar seconden opbouwen en afbreken). Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om bij crisisbeheersing VHF kanaal 2 te koppelen met de OOVdiensten op C2000 in map 10. Het wisselen van radio’s behoort hiermee tot het verleden. Gebruikers hoeven dan niet meer met (vrijwel) onbekende apparatuur aan de gang op kritische momenten en kunnen zich volledig concentreren op hun rol i.p.v. de technologie.
Pagina 16/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Gebruiksgemak Gebruikers kunnen zelf kiezen welk apparaat zij gebruiken voor communicatie. Afhankelijk van rol en plaats is het bijvoorbeeld handig om een GSM te gebruiken buiten het dekkingsgebied van het radionetwerk en toch in staat te zijn om toegang te krijgen tot bepaalde VHF-kanalen. Voor operationele medewerkers is een VHF-radio wellicht meer geschikt, waarmee ze echter ook in sommige Tetra-groepen kunnen komen, zodat ze maar één radio bij zich hoeven te hebben. Voor mensen achter een bureau is een WAVE-client op de PC wellicht het meest praktisch. Naast gebruiksgemak scheelt dit ook veel geld: niet iedereen hoeft een radio te hebben en niet alle plekken hoeven radiodekkend te zijn. Freeseating Gebruikers kunnen vanaf elke plek met elk apparaat toegang krijgen tot de communicatie. Dit is niet alleen handig voor bereikbaarheid, maar levert ook voordelen op het gebied van contingency: gewone laptops en GSM’s meenemen en op een andere plek inbellen of inloggen op de relevante groepen! Vooral voor de tactische functies rond logistiek, safety en facilities levert dat voordelen. Indien nodig kunnen ze vanaf huis inloggen via Internet, communiceren vanaf hun laptop en later in de auto de GSM gebruiken. Dekking De dekking van radionetwerken is altijd beperkt tot een bepaald gebied (en daarbinnen zullen altijd zwakke plekken aanwezig zijn of ontstaan). Door WAVE wordt de dekking virtueel wereldwijd en volledig. Immers is het mogelijk om via IP toegang te krijgen tot radiogroepen of via GSM/PSTN of via andere radionetwerken. Of iemand nu in een hotel in Afrika zit of thuis aan de keukentafel, er is een virtueel wereldwijde VHF-dekking. Simpele radio-migratie Radio interoperabiliteit kan ook de migratie van de ene naar een ander radionetwerk vereenvoudigen. Via WAVE kunnen corresponderende groepen op beide radionetwerken met elkaar worden verbonden voor de duur van de migratie. Pas als alle gebruikers van een afdeling of groep tevreden zijn over het nieuwe systeem kan de koppeling via WAVE ongedaan worden gemaakt en het oude netwerk voor dat deel kan worden ontmanteld. Backup Het oude radionet kan ook na de migratie als back-up worden gebruikt in situaties als onderhoud of verstoringen. Uiteraard kan ook telefonie en IP als backup worden gebruikt voor radionetwerken. Logging Met WAVE kunnen alle systemen eenduidig worden gelogd. Uiteraard kan WAVE de loggings ook doorzetten naar voiceloggers als NYSE. Voordeel van de loggings ook bij WAVE Pagina 17/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
beschikbaar te houden, is dat via WAVE veel sneller bepaalde fragmenten teruggezocht kunnen worden. Eén GUI Met WAVE kan voor communicatie worden volstaan met één GUI voor gebruik en beheer, omdat WAVE voor de gebruikers en integrale beheerders in feite de onderliggende communicatiesystemen afschermt. Het drukken van een PTT-knop op WAVE kan tot gevolg hebben dat mensen op andere PC’s, telefoons, VHF-radio’s, Tetra-radio’s of reizigers op de gates via omroepsystemen hetzelfde bericht tegelijkertijd horen. Investeringsbescherming De bestaande systemen kunnen ondanks de wellicht beperkte functionaliteit gebruikt blijven worden, omdat WAVE er functionaliteit aan toevoegd. Zo wordt het mogelijk om systemen te ontsluiten voor andere toepassingen. Intercom kan bijvoorbeeld ook worden gebruikt voor Security. VHF dankzij radio-interoperability ook voor samenwerking met OOV. Stel dat er behoefte komt aan video voor bepaalde groepen, dan kan de afweging worden gemaakt welk medium het meest geschikt is om dat te bieden. Wellicht is WiMax dan de beste keus. Gebruikers die en Radio en Video functionaliteiten nodig hebben kunnen dan hun radio inleveren en een MDT, PDA of laptop krijgen met de video-applicatie en WAVE voor radiotoegang. Dit kan vele malen goedkoper en sneller te realiseren zijn dan een radio-upgrade.... Binnen de ICT-architectuur neemt WAVE de plaats in van middleware (zie afbeelding).
Voice Interoperability platform Logistics Mngmt.
Incident Mngmt
Facility Mngmt.
Business Processes
Applications Integration Middleware
IP Tetra
PSTN
VHF
IP-Network PA/Intercom
Comunication Systems
Microsoft Office Groove 2007 Microsoft Office Groove 2007 is programmatuur voor samenwerking van teams. Informatie delen en gezamenlijke projectactiviteiten ontplooien zijn daarbij de speerpunten.
Pagina 18/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Hiervoor wordt gebruik gemaakt van werkruimten voor samenwerking waarin alle teamleden, hulpmiddelen en informatie bijeen worden gebracht. De informatie blijft beschikbaar op de lokale harddisk en zal - indien er verbinding is - synchroniseren met alle leden van het team. Om de bandbreedte zo smal mogelijk te houden, gebeurt dit door het versturen van “delta’s” (verschillen). Een versleuteling zorgt er voor dat de gegevens veilig verzonden worden. Office Groove 2007 kent vijf kernelementen:
1. Werkruimten Dit zijn containers die zijn gemaakt door informatiewerkers, zodat zij informatie kunnen delen en zodat zij gezamenlijk aan teamprojecten kunnen werken. 2. Hulpmiddelen Dit zijn toepassingen die door teamleden aan de werkruimten worden toegevoegd, zodat zij op een gestructureerde (bijvoorbeeld formulieren) en een ongestructureerde (bijvoorbeeld bestanden) wijze informatie kunnen delen en gezamenlijk met deze informatie kunnen werken. 3. Aanwezigheidssignalering en communicatie Office Groove 2007 is voorzien van ingebouwde mogelijkheden aanwezigheidssignalering, chatten en het verzenden van berichten.
voor
4. Meldingen Office Groove 2007 biedt mogelijkheden voor het weergeven van meldingen waarbij medewerkers via tekst en/of geluid worden geïnformeerd over gebeurtenissen en werkactiviteiten. 5. De startbalk De startbalk voorziet gebruikers van een beginpunt voor het beheren van alle Office Groove 2007-elementen, waaronder werkruimten, contactpersonen, aanwezigheidsignalering en meldingen en voor het uitvoeren van basistaken, zoals het maken van nieuwe werkruimten, het communiceren met gebruikers en het uitnodigen van gebruikers.
Microsoft SharePoint 2007 Microsoft Office SharePoint Server 2007 is een servertoepassing die deel uitmaakt van het 2007 Microsoft Office systeem en is ontworpen om effectief samen te werken met andere programma's in het 2007 Microsoft Office system. Sites kunnen eenvoudig worden gemaakt op basis van sjablonen. Via deze sites kan worden samengewerkt en informatie met anderen worden gedeelt. Hierbij maakt het niet uit of deze personen zich binnen of buiten uw organisatie bevinden.
Pagina 19/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Microsoft Office SharePoint Server 2007 kan onder andere worden gebruikt om: 1. Effectief samen te werken met andere personen in de organisatie. Er kunnen bijvoorbeeld kalenders worden gebruikt om te zien wanneer er teamgebeurtenissen zijn gepland. Documentbibliotheken worden gebruikt voor de opslag van de documenten van een team of organisatie. Informatie kan ook worden vastgelegd in wiki's (door gebruikers beheerde kennisbanken). 2. Persoonlijke sites te maken waar informatie beheerd kan worden die ook met andere gebruikers gedeeld kan worden. U kunt bijvoorbeeld uw eigen Mijn site-portal maken waar u al uw documenten, taken andere persoonlijke gegevens vanuit een centrale locatie kunt weergeven en beheren. 3. Personen te zoeken. Als u bijvoorbeeld de Mijn sites op uw intranet doorzoekt, kunt u iemand vinden die een bepaalde vaardigheid of interesse heeft, ook als u de naam van die persoon niet weet. 4. Als host op te treden voor op XML gebaseerde zakelijke formulieren die zijn geïntegreerd met databases of andere zakelijke toepassingen. De formulieren kunnen worden ontworpen in Infopath en door deze te hosten in SharePoint kunnen gebruikers deze formulieren invullen via een browser. Deze gegevens kunnen centraal worden opgeslagen in een database. 5. Op eenvoudige wijze rapporten, lijsten en KPI's (Key Performance Indicators) te publiceren door deze te koppelen aan zakelijke toepassingen, zoals SAP, Siebel en Microsoft SQL Server 2005. 6. Eenvoudig te brainstormen met wikisites Met een wikisite kunt u brainstormen over ideeën, samenwerken aan een teamontwerp, een kennisencyclopedie samenstellen, of alleen routinegegevens verzamelen in een indeling die eenvoudig te maken en te bewerken is. CrisisSIM CrisisSIM is een softwaresysteem dat een aantal van de moeilijke taken van oefenleiders, oefenontwerpers en oefencoördinatoren in de verschillende fasen van de oefencyclus ondersteunt. De output van CrisisSim kan bovendien dienst doen als referentiemateriaal voor het samenstellen van multimediarijk leermateriaal of een eindrapportage die uitnodigt tot lezen. CrisisSim bestaat uit modules die afzonderlijk ingezet kunnen worden in de verschillende fasen van de oefencyclus. De complete set bestaat uit de: ontwerpmodule, de management module, de simulatie module, de communicatiemodule, de observatie module en de CITE Evaluatie Module. De modules van Crisissim zijn zo opgezet dat de data tussen ieder van de modules uitwisselbaar is. De voordelen op een rij: • • • • • •
schrijven van afhankelijke verhaallijnen (als-dan relaties) overzicht bij complexe scenario-draaiboeken scenario-events persoonlijk toewijsbaar aan oefenstaf of observatoren geen versieproblemen dankzij beveiligde online database hergebruiken van (delen) van scenario-draaiboeken direct inzicht of er geen knelpunten in het scenario zitten
Pagina 20/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
De ontwerpmodule: De oefenleiding stelt met de Ontwerp Module voorafgaand aan de oefening een scenario samen. Het scenario wordt centraal op een database opgeslagen en is via een internetverbinding bereikbaar voor alle daartoe geautoriseerde ontwerpers. Alle ontwerpers kunnen dus in hun eigen tijd en vanaf hun eigen werkplek voortbouwen aan de oefening. Iedereen behoudt dankzij de Ontwerp Module overzicht over de diverse verhaallijnen in het scenario. De verschillende verhaallijnen worden opgebouwd door het aan elkaar schakelen van “events”. Events zijn door de ontwerpers gekozen en ontwikkelde gebeurtenissen in de oefening. Deze gebeurtenissen zorgen ervoor dat de deelnemers aan de oefening de juiste hoeveelheid problemen en dilemma’s te verwerken krijgen. Bijvoorbeeld: 30 minuten na aanvang van de oefening moeten de eerste persmensen al voor de deur staan. Ze stellen minimaal de volgende drie vragen (...). De gebeurtenissen geven tevens de timing aan bij de enscenering van de oefening. Bijvoorbeeld: op tijdstip X verandert de windrichting waardoor de gaswolk over een bejaardenhuis dreigt te gaan. In het ontwerp van de oefening wordt tevens bepaald welke events van elkaar afhankelijk zijn. Als bijvoorbeeld de spelers kiezen voor een evacuatie dan wordt een van te voren ontworpen setje events gebruikt in het vervolg van de oefening. Besluiten de spelers niet om te evacueren dan worden andere events gebruikt. De managementmodule: De oefenleiding gebruikt de Management Module tijdens de oefening. CrisisSim biedt de oefenleiding hiermee een overzicht van de verschillende verhaallijnen. De oefenleiding creëert naar eigen inzicht een overzicht van de status van de oefening door het aanbrengen van gebruiksvriendelijke filters en autorisaties. De oefenleiding regisseert het verloop van de oefening door het “activeren” van events. Geactiveerde events kunnen op verschillende manieren acties van de deelnemers (aan) sturen: •
De module maakt het geactiveerde event zichtbaar op het beeldscherm van een lid van de oefenstaf dat verantwoordelijk is voor een bepaald type tegenspel. Deze voert de gevraagde tegenspelactie uit (bijvoorbeeld door via de portofoon een van de deelnemers op te roepen via een van te voren afgesproken script).
•
De module maakt het geactiveerde event zichtbaar op het beeldscherm van een lid van de oefenstaf dat verantwoordelijk is voor een bepaald deel van de oefenenscenering (in brand zetten van een gebouw/voertuig).
•
De module maakt het geactiveerde event zichtbaar op het beeldscherm van een lid van de oefenstaf dat verantwoordelijk is voor een bepaald deel van de observaties (bijvoorbeeld let op, en beoordeel of de eerste bevelvoerder ter plaatse snel genoeg opschaalt).
Doordat de oefenleiding de controle heeft over het wel of niet activeren van events kan zij het “afdraaien” van het scenario zowel in tijd als inhoud aanpassen aan het verloop van de oefening. Daarnaast wordt in deze module automatisch het tijdstip vastgelegd waarop een event is uitgevoerd. De oefenleiding heeft met CrisisSim tijdens de oefening voortdurend inzicht in de openstaande events en observatiepunten, de uitgevoerde events en de voltooide observatiepunten. Hierdoor kan de oefenleiding tijdig verhaallijnen bijsturen en voorkomen dat een oefening ontspoort.
Pagina 21/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
De communicatiemodule: Gesprekken tussen deelnemers worden met deze module real time opgenomen en kunnen tijdens of na de oefening worden teruggespeeld. Gesprekken kunnen worden opgenomen van: • • •
een (aangelegd) oefentelefoon netwerk vaste telefoons op het openbare netwerk mobiele telefoons van de deelnemers
Alle telefoongesprekken zijn meteen uitluisterbaar voor de oefenleiding. De oefenleiding krijgt hierdoor krijgt de mogelijkheid communicatie tussen deelnemers op ieder gewenst moment uit te luisteren. Dit vergroot de bij- en aansturingmogelijkheden van de oefenleiding aanzienlijk. Door het inzetten van de vergaderfaciliteit is het ook mogelijk teamoverleg vast te leggen en uit te luisteren. Dit geeft de oefenleiding real time inzicht in de besluitvorming in bijvoorbeeld een CTPI overleg. Alle gesprekken worden opgeslagen en kunnen indien gewenst gebruikt worden tijdens feedback momenten of bij de evaluatie van de oefening. Daarnaast kan alle communicatie ingeladen worden in de after action review module. De communicatie module kan met WAVE worden uitgebreid zodat het ook mogelijk wordt life radioverkeer tussen verschillende randapparaten uit te luisteren en op te nemen. Te denken valt aan portomeldkamer, porto-porto, porto, marifoon, porto-GSM etc. De observatiemodule: De observatoren leggen met deze module hun observaties digitaal vast. Na afloop van een oefening wordt het daardoor eenvoudig om alle observaties samen te voegen tot één bestand. Het digitaal vastleggen van de observaties maakt het maken van een rapportage achteraf eenvoudiger en efficiënter in vergelijking met papieren observaties. De annotatie mogelijkheden maken het analyseren van meerdere observaties eenvoudiger. Na annotatie door de observanten of oefenleiding kunnen verschillende observatie rapporten makkelijker met elkaar vergelijken worden. Zo kan men door het aanbrengen van filters bijvoorbeeld alle op- en aanmerkingen die te maken hebben met de commando’s de die de bevelvoerders aan hun manschappen gegeven hebben tussen 13:00 en 14:00 die gerelateerd waren met de opschaling bij elkaar laten zetten in een stuk tekst. Alle schuin gedrukte woorden zijn hierbij de gebruikte zoektermen. Deze zoektermen zijn overigens zelf te bepalen. Een analyse achteraf is efficiënter (sneller) en nauwkeuriger. Men hoeft nu namelijk niet meer alle observatierapporten van voor tot achter te lezen. Bovendien mist men door het automatisch doorzoeken van de rapporten geen belangrijke opmerkingen. Het scoren van het aantal ‘hits” maakt bovendien direct inzichtelijk wat het relatieve belang van een gemaakte observatie is. De observaties worden uitgewisseld en aangestuurd via draadloze op de hand mee te nemen pc’s (PDA, tablet, organizer). De simulatiemodule: Het oefenmanagement kan met deze module multimedia en simulaties opstarten. De oefenleiding krijgt hiermee de mogelijkheid een deel van de werkelijkheid te simuleren. De gesimuleerde werkelijkheid kan als input of achtergrondinformatie dienen voor het tegenspel van de oefenstaf ofwel direct beschikbaar worden gemaakt voor de deelnemers. Voorbeelden van multimedia en simulaties die kunnen worden opgestart zijn: • foto’s en video’s • virtual reality simulatie (DiaboloVR / MaquetteVR) voor simulatie van rampterrein, helicopterbeelden bijvoorbeeld tunnel- en wegcamerabeelden • andere simulatoren zoals het MTM verkeersimulatiesysteem van Rijkswaterstaat Doordat de “simulaties” opgestart worden vanuit de management module komt de informatie pas beschikbaar op het moment dat de oefenleiding dat vanuit haar regie rol nodig vindt.
Pagina 22/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Een oefening kan veel realistischer gespeeld worden doordat simulaties geïntegreerd worden in het draaiboek. De simulatie module zal op basis van gestelde behoeften van gebruikers uitgebreid worden met geautomatiseerde koppelingen met andere programma’s te denken valt onder meer aan: • • • • •
5.6
Verkeersstroom simulatoren Gaswolkverspreiding, brandverspreiding Evacuatiemodellen Tunnelbediensystemen Slachtoffersimulatoren
Koppeling met andere projecten I-Bridge is nauw verbonden met een aantal andere projecten.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Deelprojecten binnen ICMS iV Fase 1 WAVE voor inzet gebieden, Verbindingen/ C2SC DOPS vervanging logging functionaliteit TSCP BLOOV NEC-Experimenten NEC-Experimenten vervolg C2000 ISIS Mogelijke vervanging Nationaal Noodnet ism VtsPN
Pagina 23/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
6.
Projectorganisatie
6.1
Organisatieschema
6.2
Personele vulling
DTO BLOOV
Kernteam: Projectmanager ICMS iV Fase 1: W.M. Steenis Projectleider I-Bridge: Robert van Merrienboer Algemeen Adviseur: Vincent Hoek
Verwerving / contractmanager: Nico Zaal
Adviseur Informatie Beveiliging: Hans van Tooren
Project Controller: Anthony Marie
Technisch adviseur ICMS iV Fase 1: Hans Rooders
Financieel Controller: Pieter Altena
Technisch Specialist: Frank Wennekes
Pagina 24/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
7.
Projectplan
7.1
Planning
DTO BLOOV
Het project is op 5 oktober 2007 begonnen en zal in 2008 continueren voor zover budget dit toelaat in verband met taakstelling. De duur van de oefentijd kan daarom flexibel worden ingevuld, echter er wordt gestreefd naar een periode van 6 maanden. Er wordt tevens naar gestreefd om tijdens de oefening Combined Endeavor 2008 onderdelen uit het POC I-Bridge in te zetten ter ondersteuning. Hierbij wordt vooral gedacht aan Wave, MSSharepoint, MSGroove en Suphice. De oefeningen in 2008 zullen zoveel mogelijk een vast scenario hebben, waarbij in januari gestart wordt met een kleine demonstratie op Vliegbasis Woensdrecht. Maandelijks zal minimaal één demonstratie/oefening worden gehouden en het ligt in de bedoeling deze oefeningen in opbouwende lijn uit te breiden tot Joint, Combined en multidisciplinaire inzet gedurende de oefening Combined Endeavor 2008 (1-14 mei).
7.2
Fasering Het schema toont de de blokken en mijlpalen die tijdens de uitvoering van het project worden nagestreefd en worden opgeleverd. I-Bridge is een innovatief groeiproject, gaandeweg 2008 zal duidelijker worden hoe en waar I-Bridge wordt ingezet. Vooralsnog blijft de fasering relatief eenvoudig.
7.3
Capaciteitsbehoefte Voornamelijk in de Ontwerp, Bouw en Implementatiefase ligt de nadruk op personele capaciteit in de technische en ondersteunende hoek. Daar waar nodig wordt via externe leveranciers (Fujitsu) technisch personeel ingehuurd totdat het eigen personeel op een gelijk niveau kan acteren. Het ondersteunen en begeleiden van oefeningen en demo’s, het evalueren en documenteren zal mogelijk een andere en beperktere personele capaciteit vergen.
Pagina 25/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
7.4
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Budget Voor het complete project is in 2007 een budget beschikbaar gesteld van €500k en voor 2008 is €200k gebudgetteerd. Deze budgetten zijn taakstellend en dienen niet overschreden te worden. Het betreft exogene gelden die als investeringsbudget verplicht zijn gesteld. Het totaal uitgaven in 2007 kwam uit op € 293k, dit bedrag wordt in 2008 verrekend met het totale budget. Maandelijks wordt een financiële rapportage aangeboden.
8.
Projectbeheersing Beheersen heeft alles te maken met besluitvorming. Daarnaast omvat beheersen alle sturende en coördinerende activiteiten die er op gericht zijn om alle specialistische werkzaamheden planmatig te laten verlopen. Het Proof-of-concept I-Bridge is een innovatief concept en technologisch complex, sturing en coördinatie zijn van groot belang voor een positief resultaat.
8.1
Wijze van managen Uitgangspunt is dat de beheersing van het project plaatsvindt volgens ingrediënten uit de PRINCE 2 projectmanagementmethodiek. Dit betekent o.a. dat de planning plaatsvindt op basis van producten en daaraan gekoppelde activiteiten. Iedere fase wordt afgesloten nadat de producten uit die fasen zijn goedgekeurd door de stuurgroep. Aan het eind van iedere fase keurt de stuurgroep het faseplan voor de volgende fase goed en worden onderdelen uit het PID (planning en business case) door de projectmanager geactualiseerd. Monitoring van de voortgang geschiedt op basis van gemeten productie en prognose van resterend werk. Daarnaast wordt een issuelogboek en een wijzigingenregister bijgehouden om enerzijds de knelpunten en aandachtspunten (issuelogboek) en anderzijds de voorgestelde en (niet) geaccordeerde wijzigingen ten opzichte van het plan te registreren.
8.2
Toleranties Het project en iedere fase uit het project hebben toleranties die voorafgaand worden afgesproken. Gedurende de uitvoering van het project controleert de projectmanager regelmatig de voorgang van het project. Als tijdens de uitvoering van het project de toleranties met meer dan 5% overschreden dreigen te worden, zal de projectmanager een afwijkingsrapportage aan de opdrachtgever (voorzitter stuurgroep) aanleveren. Afhankelijk van het besluit van de SG wordt een afwijkingsplan opgesteld. Toleranties: 1) Geld - Geen afwijkingen mogelijk, budget taakstellend. 2) Risico’s - Risico’s met een hoge impact en waarschijnlijkheid worden gemonitord en meegenomen in de hoofdpuntenrapportage aan de stuurgroep.
Pagina 26/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
8.3
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Afwijkingsprocedure De afwijkingsprocedure is van toepassing als één van de toleranties tijdens de uitvoering van het project overschreden dreigt te worden. Zodra de projectmanager dit constateert, zal deze een afwijkingsplan bij de stuurgroep indienen. In een bijeenkomst met de stuurgroep wordt besloten tot één van de volgende acties: • • • • •
Niets doen en de gevolgen accepteren. Extra geld vrijmaken en het bestaande budget verhogen met als doel de gevolgen van de afwijking weg te nemen en binnen de afgesproken toleranties gebleven kan worden. Taakstellend karakter van de opdracht wordt hiermee bijgesteld. Meer tijd. De planning wordt aangepast. Andere kwaliteit accepteren waardoor het mogelijk wordt om binnen de toleranties te blijven. Stoppen met het project aangezien de business case niet meer haalbaar is.
8.4
Wijzigingsprocedure Wijzigingen in het project worden ingediend via Projectmanager en worden indien noodzakelijk voorgelegd aan de stuurgroep.
8.5
Wijze van rapportage en overleg Hieronder worden de rapportagelijnen die binnen het project gelden, beschreven. Omschrijving Werkoverleg
Maatregel Eén keer per week vindt er werkoverleg plaats tussen de projectmanager en deelprojectleiders. Tijdens dit werkoverleg wordt besproken hoe de uitvoering van het project verloopt. De teamleider is zelf verantwoordelijk om het wekelijkse teamoverleg te organiseren.
Voortgangsrapportage
Eén keer maand rapporteert de projectmanager aan de stuurgroep middels een hoofdpuntenrapport aan D-DOBBP/B en HDIO.
Faseplan
De stuurgroep keurt het faseplan voor de volgende fase goed zodat gestart kan worden met de volgende fase uit het project.
Projectplan & businesscase
Aan het eind van iedere fase worden de onderdelen planning en business case als onderdeel van het PID door de projectmanager geactualiseerd.
Afwijkingsrapport
De afwijkingsrapportage wordt opgeleverd als het project buiten de afgesproken toegestane toleranties (financieel, in tijd en/of inhoudelijk) dreigt te geraken of indien de projectmanager bijzondere knelpunten signaleert die direct aandacht behoeven. De stuurgroep beslist hierover op advies van de projectmanager.
Werkplan
De deelprojectleider stelt voor de projectmanager een werkplan op voor het realiseren van de producten uit het PID en rapporteert regelmatig over de voortgang aan de deelprojectleider.
Kwaliteitscontrole
De deelprojectleider controleert in de uitvoeringsfase alle op te leveren producten volgens de opgestelde kwaliteits- en acceptatiecriteria in de productbeschrijvingen.
Pagina 27/30
Ministerie van Defensie Document Project Projectnummer Status Versienummer Datum
8.6
Projectinitiatiedocument IP Verkeersplein) P.22013919 Definitief 1.0 18 januari 2008
DTO BLOOV
Risicomanagement 8.6.1 Risicolog Nr
Omschrijving Onvoldoende personele capaciteit en continuïteit voor invulling project. Conflict in doelstellingen tussen CEDRIC en I-Bridge.
Kans 0.7
Impact 5
Risico 3.5
0.9
5
4.5
3
Afwijking bereik opdracht, het is geen operationeel I-Bridge.
0.5
4
2.0
4
Budget overheveling 2008
0.2
5
1.0
5
Beveiliging (BA) procedures doorlopen.
0.3
3
0.9
1
2
Maatregel Specificatie van geplande benodigde capaciteit in de PID vastleggen. Zekerstellen benodigde en aanvullende capaciteit door stuurgroep. Doelstellingen duidelijk vastleggen en communiceren, in communicatieplan (extern dus) vaste protocollen afspreken. In overleg met projectmanager I-Bridge en en programmamanager ICMS worden strategien ontwikkeld en uitgevoerd. Geen afwijkende communicatie zonder akkoord PM of PROGM. Naam I-Bridge wijzigen.
Het bereik van het project vastleggen, communiceren en volgen. Roadmap vastleggen/ontwikkelen. Betrokken partijen zijn benaderd en hebben overheveling aanbevolen en uitgevoerd. Controle dient te geschieden in januari 2008 BA wordt benaderd, onderzoek naar BA aspecten in relatie met I-Bridge onderzoeken.
Kans: 0 - 1 (laag naar hoog) Impact: 0 - 5 (laag naar hoog) Risico: 0 - 5 gewogen risico (laag naar hoog)
Pagina 28/30
Bijlage A. Begrippen en afkortingen A.1
Begrippen
Proof-of-concept Proof-of-concept is een korte en/of onvolledige realisatie van een bepaald idee waarvan de haalbaarheid en mogelijkheid tot zinvolle exploitatie moet worden onderzocht. Een Proof-ofconcept is meestal een ‘milestone’ op weg naar een volledig prototype. Het gebruik van een Proof-of-concept zorgt voor informatie die benodigd is om de uitvoerbaarheid in te schatten en technische problemen zichtbaar te maken. Verder dient het als richtinggevend stuurmiddel en als feedback voor budgettering en andere vormen van discussie en controle.
A.2 CEDRIC VOIP IP ICMS CMBA CDS UC BA PSTN UDDI WSDL BPEL SUPHICE WAVE TSCP ISIS GUI
Afkortingen Collaborative Environment for Disaster Relief with Integrated Communication Voice Over Internet Protocollen Internet Protocollen Intensivering Civiel-Militaire Samenwerking Civiel-Militaire Bestuursafspraken Commandant Der Strijdkrachten Unified Communications Beveiligings Authoriteit Public Switched Telephone Network Universal Discription Discovery and Integration Web Service Definition Language Business Proces Execution Language Secure Unplanned Provisioning of High Integrety Communications Wide Area Voice Environment Trans Global Secure Collaboration Program Integrated Staf Information System Graphical User Interface
Pagina 29/30
Bijlage B: ACIR activiteiten
Pagina 30/30