tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder
Integratie door participatie
Project Familie-Werk Inhoudsopgave Inleiding 1 De visie 2 De mensen 3 De methodiek 4 De organisatie 5 De resultaten Tot slot
Inleiding Bijna vijftien procent van de Zwolse bevolking is in 2000 van buitenlandse herkomst. Een groep die harder groeit dan de autochtone bevolking, maar ook een groep die vaker de aansluiting met de samenleving mist. Dit is dan ook de reden waarom de gemeente in 2001 samen met welzijnsinstelling Travers en het ROC Deltion College subsidie aanvraagt bij het Europees Sociaal Fonds (ESF). In het project Familie-Werk willen zij ouders van kansarme allochtone gezinnen aan werk helpen met een opleiding én gezinsbegeleiding. Hoofduitvoerder van het project is de dienst Onderwijsbeheer van het Deltion College. De Nederlandse samenleving zit anders in elkaar dan die van de landen van herkomst van burgers van allochtone afkomst. Daarnaast doen zich in een deel van de gezinnen meervoudige en complexe problemen voor. Met deze kennis gaat het projectteam aan de slag. In hoofdstuk 1 een uitwerking van haar visie. Familie-Werk richt zich met betrokken organisaties op gezinnen waarvan één of beide ouders werkzoekend zijn. Hoofdstuk 2 beschrijft de mensen die deelnemen aan Familie-Werk. Hoofdstuk 3 behandelt de methodiek die is ontwikkeld om de allochtone werklzoekenden aan werk te helpen en hun gezinnen te begeleiden. Dit hoofdstuk is de kern van deze publicatie en gaat over selectie en intake, het voortraject en de opleiding, de gezinsbegeleiding en de bemiddeling naar werk. De activiteiten die diverse instellingen normaliter afzonderlijk uitvoeren, zijn gebundeld in een ketenaanpak. Familie-Werk is daardoor op een bijzondere wijze georganiseerd. Er zijn verschillende organisaties betrokken bij de uitvoering van het project. Hierover gaat hoofdstuk 4. Dat de methodiek succes heeft, toont hoofdstuk 5. Het geeft een overzicht van de resultaten van het tweeëneenhalf jaar durende project. Meer dan de helft van de deelnemers is aan het werk of in bemiddeling naar werk. Verder gaat het hoofdstuk in op de tevredenheid van de deelnemers en op het effect op de gezinnen. Tot slot een nawoord van het projectteam. Nu de financiering in het kader van EQUAL van het ESF stopt, eindigt het project. Maar kansarme gezinnen uit de allochtone bevolkingsgroep laten deelnemen aan de samenleving is een waardevolle bijdrage aan het integratieproces. De methodiek van het project Familie-Werk verdient een vervolg.
1. De visie De instroom van allochtonen op de arbeidsmarkt blijft achter. Oorzaken daarvan zijn onder andere de meervoudige en complexe sociale
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder problemen binnen gezinnen van deze bevolkingsgroep. Familie-Werk kiest daarom voor een integrale benadering en neemt het individu én zijn of haar hele gezin als uitgangspunt om te werken aan betere toetredingsmogelijkheden tot de samenleving en de arbeidsmarkt. De deelnemers van het project komen uit In gesprek met... samenlevingen waarin gezin, familie en buurt Ceciel Brown, bezoekvrouw Travers belangrijke sociale netwerken zijn. De mensen kennen elkaar, hebben meestal een “Familie-Werk heeft de deelnemers de emotionele band en zorgen voor elkaar. In de mogelijkheid gegeven los te komen van westerse samenleving kennen wij dit hun thuissituatie. Ze hebben nauwelijks meer en dat maakt onze zelfvertrouwen gekregen en kijken je nu maatschappij voor de deelnemers aan recht in de ogen aan. Ze hebben weer Familie-Werk onduidelijk. Ze hebben geen zin in het leven en zijn dankbaar voor werk en de meesten krijgen een uitkering. De alle hulp die ze gekregen hebben. werklozen missen de ondersteuning vanuit Kenmerken van Familie-Werk zijn: jij een sociaal netwerk en trekken zich terug. Ze kunt altijd bij de begeleiders terecht, ze sluiten zich alleen nog aan bij organisaties die hebben een luisterend oor en willen wat hun eigen identiteit hebben en ze raken voor je doen. geïsoleerd van de Nederlandse samenleving. Het project is compleet; alles zit erin. Om dit te doorbreken is een belangrijke De begeleiders hebben een goede visie doelstelling van Familie-Werk het bevorderen op integratie, kijken vooruit en hebben van de participatie van de deelnemers en hun de zaken uitstekend gepland. Ze sturen gezinnen in de Nederlandse samenleving. deelnemers naar vrijwilligerswerk, en Uitgangspunt bij het opzetten van de ook de stages tijdens de werkmethode is dan ook dat alleen een beroepsopleidingen bevorderen de integrale aanpak van werken met de integratie. deelnemers én hun gezinnen de kloof tussen De bezoekvrouwen halen de vrouwen de werklozen en onze maatschappij kan tussen de vier muren van hun huis overbruggen. Dit betekent het creëren van vandaan en de gezinsbegeleiding ging individuele arbeidsmogelijkheden (sociaalmet hen verder. Dit deden zij economische participatie) en het scheppen procesmatig en doelgericht. Ze gaven van randvoorwaarden voor maatschappelijke altijd uitleg aan de deelnemers. De (sociaal-culturele) participatie. gezinsbegeleiding werkte uitstekend; zij Om dit te bereiken krijgen de deelnemers keken, luisterden en gingen verder met oriëntatie en scholing aangeboden. Hierbij de individuele deelnemer. Ze hadden het staan alle scholingsactiviteiten van Deltion doel altijd helder voor ogen. voor hen open, maar hebben geïntegreerde De deelnemers hebben door Familieopleidingen met taal- en beroepsonderwijs de Werk sociale contacten gelegd, zij voorkeur. Dit om te voorkomen dat hebben elkaar ontmoet en gaan deelnemers in het taalonderwijs blijven inmiddels ook met elkaar om.” steken. Bovendien leren ze sneller door een combinatie van beroepsonderwijs, taallessen en stage. Om hun maatschappelijke isolement te doorbreken, moeten de deelnemers naast en na afsluiting van hun opleiding bijvoorbeeld ook nog vrijwilligerswerk doen. Voor de gezinnen van de deelnemers wordt onder meer kinderopvang geregeld en hulp gegeven bij bemiddeling naar werk van de partner. Problemen binnen de gezinnen werpen een extra barrière op voor maatschappelijke deelname van werkzoekenden. Worden deze opgelost, dan kan het thuisfront juist een motivator zijn voor de deelnemers om aan betaald of onbetaald werk te komen.
2. De mensen Volgens de projectbeschrijving van Familie-Werk bestaat de doelgroep van het project uit veertig gezinnen behorend tot de groep werkloze etnische minderheden, waarvan één of beide ouders werkloos zijn en in
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder de leeftijd tussen 30 en 45 jaar. Ook gaat het om achterblijvers op de arbeidsmarkt die door complexe problemen in het gezin niet in staat zijn de afstand te overbruggen tussen hun thuissituatie en de maatschappij. Om een goede kans van slagen te hebben worden er echter ook eisen gesteld aan de deelnemers. Er worden bepaalde eigenschappen van ze verlangd. Ze moeten bijvoorbeeld durf en een gevoel voor eigenwaarde hebben. Maar ook andere aspecten, zoals leeren doorzettingsvermogen en de wil om hun situatie te veranderen zijn essentieel om hun toeleiding naar de arbeidsmarkt te bevorderen. Concreet betekent dit dat bijvoorbeeld de volgende deelnemers aan Familie-Werk meedoen. Elmas: “Ik kom uit Turkije, woon sinds 1989 in Nederland, ben getrouwd en heb drie kinderen van 16, 13 en 7 jaar. Ik heb geen beroepsopleiding. Ik heb gewerkt in de productie en ben daarmee gestopt in verband met ziekte. Toen mijn man werkloos werd, moest ik bijverdienen voor de hypotheek op ons huis. Wij zaten moeilijk en ik had gezondheidsproblemen, waarvoor ik in behandeling ben.” Suzy: “Ik ben geboren op Curaçao, heb daar drie jaar de huishoudschool gedaan, maar die heb ik niet afgemaakt. In december 2000 ben ik voor de tweede keer naar Nederland gekomen. Ik hoopte hier op een betere toekomst. Ik heb toen al het werk aangepakt wat ik kon krijgen. Helaas waren dit telkens maar korte periodes en op het laatst moest ik ermee stoppen, omdat mijn epilepsie erger werd. Ik heb één dochter en was zwanger van mijn tweede kind.” Shanaz: “In november 1993 ben ik met mijn man en kinderen uit Afghanistan naar Nederland gevlucht. Wij waren politieke vluchtelingen. Mijn man en ik zijn beiden advocaat geweest in Afghanistan en de politieke situatie daar houdt ons nog altijd bezig. Ook omdat wij nog familie hebben in Afghanistan. Mijn man heeft twintig jaar bij de politie gewerkt en toen wij ons na het volgen van een taalcursus moesten oriënteren op beroepen, is mijn man geadviseerd om als stadswacht te gaan werken. Hier moest hij echter weer mee stoppen, omdat hij te aardig was voor de mensen. Ikzelf volgde de niveau 3 opleiding Sociale Dienstverlening, maar toen mijn man weer thuis was, werden de spanningen te groot en kon ik de opleiding daardoor niet afmaken. Ik heb hier altijd spijt van gehad.” Werving van deelnemers De doelgroep van Familie-Werk is niet eenvoudig te bereiken. Daarom zijn diverse organisaties uitgenodigd voor voorlichtingsbijeenkomsten en kick-off meetings en er zijn flyers ontwikkeld en verspreid over bijvoorbeeld de mogelijkheid tot deelname aan het project en de specifieke scholingsactiviteiten. Deze traditionele wervingsactiviteiten zijn aangevuld met de inzet van zogenoemde 'bezoekvrouwen'. Bezoekvrouwen zijn medewerkers van Travers die contacten onderhouden met vrouwelijke oud- en nieuwkomers in de verschillende wijken van de stad. Ze bezoeken allochtone vrouwen thuis en hebben bijvoorbeeld tot taak hen bij activiteiten te betrekken of hen te ondersteunen bij moeilijkheden en eventueel door te verwijzen naar diverse instanties. De bezoekvrouwen hebben een signalerende en adviserende rol bij het opzetten van activiteiten, afhankelijk van de behoeften van de vrouwen die ze bezoeken. Door hun contacten spelen de bezoekvrouwen een sleutelrol bij de werving van geschikte deelnemers voor het project Familie-Werk. Ze komen bij de mensen thuis, kennen de situatie in een gezin en genieten het vertrouwen van de potentiële deelnemers. Verder kunnen ze beter inschatten of deelnemers geschikt zijn bijvoorbeeld qua motivatie, en stimuleren ze allochtone vrouwen om deel te nemen aan de
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder maatschappij. Ze blijven stand-by voor de deelnemers en hun gezinnen gedurende het project. Een gouden greep zo blijkt: snel en gedegen werven de bezoekvrouwen in vier weken tijd dertig deelnemers en gaan in mei 2002 de eerste twee groepen van start. In totaal werven ze vijftig procent van alle deelnemers aan het project. De overige vijftig procent wordt In gesprek met... geacquireerd via de Sociale Dienst van Sawsan Al Zuhari, bezoekvrouw Travers de gemeente Zwolle, de Stichting Cirkelpool (die mensen helpt op ID- en “Een krachtig project. Alles zit erop en eraan. WIW-banen te plaatsen), de Stichting Ik heb twee groepen deelnemers naar het Zorgconcept (die reïntegratietrajecten project gestuurd: een groep die erg uitvoert voor Antillianen en Arubanen) geblokkeerd was wat betreft leren, en een en het Deltion College. Tot eind 2002 groep die nergens geplaatst kon worden. Voor worden in totaal 88 aanmeldingen de deelnemers van beide groepen geldt dat geregistreerd. Van deze groep zijn 46 zij hun doel hebben bereikt. Zij hebben nu deelnemers daadwerkelijk gestart. diploma’s en hebben thuis alles op een rij.
3. De methodiek Het project Familie-Werk kent vier doelstellingen. De belangrijkste twee zijn: het bevorderen van (her-)intreding tot de samenleving van allochtone gezinnen waarvan één of beide ouders werkzoekend zijn, en het begeleiden van de gezinnen in hun thuissituatie zodat alle gezinsleden (weer) aan de maatschappij gaan deelnemen. Aan het traditionele inburgeringstraject (oriëntatie, scholing, met of zonder werkervaring naar betaalde arbeid) voegt het dus een dimensie toe: gezinsbegeleiding. Om deze doelstellingen te bereiken heeft het projectteam verder tot doel: een begeleidingsmethodiek ontwikkelen specifiek voor allochtone gezinnen en, om dat te bereiken, het signaleren, inventariseren en beschrijven van knelpunten die deelnemers ervaren op hun weg naar werk. De vier doelstellingen geven het project structuur en maken de resultaten ervan meetbaar. Dit hoofdstuk gaat uitvoerig in op de ontwikkelde methodiek.
Natuurlijk zijn niet alle problemen opgelost, maar zij kunnen hiermee verder. De mensen hebben vertrouwen gekregen in de begeleiders, zijn altijd eerlijk behandeld en konden studeren. Alle gezinsleden waren hierbij betrokken. De gezamenlijke maaltijd vonden zij geweldig, omdat alle gezinsleden meekwamen. Zij zijn trots op zichzelf. En deelnemers worden in hun context als geheel gezien. Alles wat zou kunnen hinderen op weg naar succes wordt aangepakt. De gezinsbegeleiding betrof van alles. Ook thema’s als opvoeding, uitkomen met inkomen of waarden en normen kwamen aan de orde. Deelnemers hebben meer inzicht gekregen. Ze zien dat ook anderen dezelfde problemen hebben en ze durven beter te vragen om hulp. Ook problemen in de communicatie werden tijdig opgepakt. Deelnemers waren ook trots dat de begeleiders naar hun huis kwamen en dat zij de gastvrouwen waren. Voor iedereen was het helder wie wat deed in het projectteam. Dat was heel handig: je wist precies naar wie je toe moest gaan. Alles (begeleiding, opleiding en al het andere) zat in het project. Ook de zorg voor de kinderen, goede kinderopvang en voorlichting over hoe je dingen moet doen. Over alles werd je ingelicht. Het is jammer dat er momenteel niet veel werk te vinden is. Dat maakt het voor deze mensen moeilijker om aan werk te komen.”
Uitgangspunten voor de begeleiding in het project zijn continuïteit gedurende het hele traject en het creëren van een veilige omgeving. De deelnemers volgen een individuele route naar werk en formuleren hun doelperspectief en de te behalen deelresultaten op basis van hun persoonlijke situatie, hun achtergrond en hun ervaringen.
Selectie en intake Voor de selectie van de deelnemers zijn formele en informele criteria vastgesteld. Wie aan Familie-Werk wil meedoen moet formeel toestemming hebben van de Sociale Dienst of andere uitkerende
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder instellingen zoals het UWV. Ook moeten de deelnemers bereid zijn een formeel contract te sluiten met daarin hun rechten en plichten. Informeel gelden de criteria dat de gezinnen van de deelnemers complexe problemen hebben, de deelnemers gemotiveerd zijn en zich acht dagdelen per week beschikbaar stellen voor het traject. Ze moeten geschikt zijn voor het volgen van een traject en een opleiding. Als iemand echter door eerder opgedane werkervaring in Nederland al grote kansen heeft om zelfstandig werk te vinden, dan kan niet worden deelgenomen aan het project. Er is sprake van een negatieve selectie. De deelnemers met meervoudige en/of complexe problemen mogen deelnemen aan het project. Aan de hand van deze criteria voeren de begeleiders selectie- of intakegesprekken bij de deelnemers thuis. Door de gesprekken te voeren in de thuissituatie krijgen de begeleiders sneller toegang tot de belevingswereld van de deelnemers en ontstaat eerder een basis van vertrouwen en openheid in het gesprek. Ook krijgen de begeleiders in die thuissfeer een goede indruk van de omstandigheden van het gezin en kunnen ze de problematiek beter analyseren. Bovendien hebben de deelnemers thuis alle noodzakelijke papieren voor deelname aan het project bij de hand. De begeleiders kunnen wederzijdse rechten en plichten afspreken met de deelnemer en tegelijk ook met het hele gezin. De gesprekken verlopen volgens een vast stramien aan de hand van een gestandaardiseerd formulier. De begeleider geeft daarbij informatie over het project en stelt vragen over de situatie die op dat moment geldt voor de deelnemer en het gezin. Deze diepte-interviews beslaan alle facetten van het gezinsleven: kinderopvang, mobiliteit, gezondheid, vrijetijdsbesteding en hun leven in de wijk, maar ook: financiën, verzekeringen, huursubsidie, formulieren van de belastingdienst en gemeentelijke instanties en andere administratieve zaken. Als de werkzoekende geschikt is om deel te nemen aan het project, stelt de begeleider een contract op met daarin het trajectplan. In dit plan worden het doelperspectief en de te volgen activiteiten vastgelegd. Vanuit de verschillende aandachtsgebieden in het diepte-interview stelt de begeleider samen met de deelnemer een plan van aanpak op voor de bestaande problemen. Voor een snelle instroom betreffen de oplossingen vooral de korte termijn. De knelpunten die alleen op langere termijn kunnen worden opgelost, worden getoetst aan de haalbaarheid van het traject. Zowel deelnemer als de begeleiders ondertekenen het contract. Voortraject Voorafgaand aan de opleiding doorlopen de deelnemers een voortraject. Omdat ze lange tijd of zelfs helemaal niet in loondienst hebben gewerkt, wennen ze eerst aan hun nieuwe situatie. Ze bouwen ervaring op met het krijgen van een arbeids- of opleidingsritme, lessen volgen, een paar uur achter elkaar geconcentreerd werken en omgaan met het spanningsveld tussen gezin en werk. In het voortraject stellen de deelnemers samen met hun begeleiders hun capaciteiten en vaardigheden vast en maken ze een portfolio met eerder verworven competenties. Ze oriënteren zich op beroepen en maken een beroepskeuze op basis van het vastgestelde trajectplan. Ze leren beroepsgerichte sociale vaardigheden en algemene beroepstaal. Deze loopbaanoriëntatie geeft de deelnemers inzicht in verschillende arbeids- en bedrijfsculturen en in hun eigen mogelijkheden. En daarbij leren ze ook dat ze zich moeten houden aan het aanwezig zijn op bepaalde dagdelen.
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder Beroepsopleidingen In principe zijn alle beroepsopleidingen van het Deltion College beschikbaar voor de deelnemers aan Familie-Werk. Maar omdat het merendeel van hen in Nederland laaggewaardeerde vooropleidingen heeft, beginnen ze allemaal met opleidingen op niveau 1, op het gebied van zorg en welzijn of administratie. Zolang het project duurt, kunnen de deelnemers zover doorleren als mogelijk. Sommigen halen alleen deelcertificaten op niveau 1, maar een deel stroomt ook door naar niveau 2 opleidingen. In de opleidingstrajecten worden een taalprogramma en een beroepsopleiding gecombineerd. Het opleidingstraject kan worden afgesloten met een beroepskwalificatie. Bij de uitvoering van deze geïntegreerde trajecten wordt niet zozeer naar de begintermen van de beroepsopleiding gekeken, maar meer naar de eindtermen in combinatie met het deelnemersprofiel. Hieruit wordt afgeleid welke kennis, vaardigheden en houdingen een deelnemer nog nodig heeft om de eindtermen te halen. Voordeel van zulke trajecten is dat iedere individuele deelnemer de kans krijgt om zonder hoog taalniveau met een opleiding te beginnen. Andere voordelen zijn dat de instroommomenten flexibel zijn, de aansluiting van de taaltrajecten op de geïntegreerde trajecten soepel is en lange wachttijden om met een opleiding te beginnen tot het verleden behoren. Het volgen van een opleiding betekent voor de deelnemers al een stap in de richting van arbeidsparticipatie. Het einddoel (het aanvaarden van werk) komt dichterbij en lijkt ook beter haalbaar. De combinatie van werken en leren geeft inzicht in de toekomstige werksituatie en tussentijdse toetsing levert alvast deelkwalificaties op. Bij geschiktheid kunnen deelnemers bovendien met deelkwalificaties doorstromen naar hogere opleidingen. Tijdens de opleiding krijgen de deelnemers ondersteuning van autochtone burgers uit Zwolle via Stichting Kleurrijk Contact en Stichting De Gilde. Deze vrijwilligers helpen bijvoorbeeld bij taal- en huiswerkproblemen of soms alleen door persoonlijke contacten met de deelnemers te onderhouden om ze uit hun isolement te halen. De inzet van deze vrijwilligers en het opleidingsaanbod hebben een groot psychologisch effect. De deelnemers zijn er trots op deel te nemen aan een beroepsopleiding die leidt tot een diploma, en het geeft hen toekomstperspectief. Thuis organiseren ze het zo, dat ze geen vertraging oplopen bij het volgen van het onderwijs en het huiswerk maken. Als er problemen zijn, geven ze die tijdig aan en zoeken ze met de begeleider naar een oplossing. Praktijkervaring Beroepspraktijkvorming (BPV) is een essentieel onderdeel van de opleiding en beslaat één tot drie dagen per week. Meestal vindt de BPV plaats in een betaalde functie. Is dat niet mogelijk, dan kunnen de deelnemers de BPV in de vorm van een stage doen. Tijdens de stage oefenen ze alle vaardigheden die ze op school leren en leggen ze een proeve van bekwaamheid af. Met deze proeve in de praktijk bewijzen de deelnemers dat ze de benodigde competenties op eindniveau beheersen. Twee maanden voor het einde van het opleidingsprogramma worden de deelnemers aangemeld voor bemiddeling naar werk. Is er met het behalen van het diploma nog geen zicht op betaald werk, dan worden de deelnemers bemiddeld naar werkervaringsplaatsen. Vaak gaan deze vooraf aan een betaalde baan om een werkgever de gelegenheid te geven de deelnemer te leren kennen. Op de werkervaringsplaats moeten deelnemers na een korte inwerkperiode alle relevante taken
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder zelfstandig kunnen uitvoeren. De periode van zo’n werkervaringsplaats kan tot maximaal een halfjaar uitlopen. Sociaal-culturele participatie Deelnemers die om diverse redenen geen opleidingstraject kunnen volgen, doen een traject gericht op maatschappelijke participatie. Ze worden aangemeld voor taalactiviteiten in hun wijk en zijn verplicht om vrijwilligerswerk te doen. Dit om beter Nederlands te leren en in contact te komen met de autochtone bevolking. Ook bij dit traject helpen vrijwilligers van verschillende organisaties om het isolement van deelnemers op te heffen en ze in aanraking te brengen met de Nederlandse samenleving. Gezinsbegeleiding De begeleidingsmethodiek in het project Familie-Werk is afgeleid van individuele trajectbegeleiding en gezinshulpverlening. Om in de praktijk valkuilen te vermijden, is een afbakening van de instrumenten uit beide disciplines nodig. De begeleiding kent daarom een horizontale dimensie (gezinsondersteuning) en een verticale dimensie (begeleiding bij opleiding en bemiddeling naar werk). Op basis van deze dimensies zijn de kerntaken en de positionering van de begeleiding vastgesteld in het netwerk van uitvoerders van het project. Om de continuïteit van de individuele deelnemerstrajecten zeker te stellen, is ervoor gekozen de begeleiders vanuit Familie-Werk het centrale punt van alle informatie te maken. Deze informatie wordt regelmatig door de begeleiders verzamelt en teruggekoppeld aan de opdrachtgever (Sociale Dienst of UWV). De opdrachtgever neemt de uiteindelijke beslissingen over in te zetten instrumenten en het vervolg van het traject in overleg met de begeleider. Horizontale begeleidingsactiviteiten Doel van de gezinsbegeleiding vanuit Familie-Werk is de oorzaken waardoor een gezin moeite heeft om deel te nemen aan de samenleving aan te pakken. Dit begint met inzicht krijgen in de situatie van het gezin en haar individuele leden, de gezinsstructuur, de sociale omgeving waarin het verkeert en de indirecte beïnvloeding van het gezin door derden. Voor dit laatste worden de familieverbanden van het gezin in kaart gebracht om helder te krijgen hoe die van invloed zijn op de verdere ontwikkeling van de deelnemers. De inventarisatie levert een hiërarchie van problemen op. De meest genoemde zijn persoonlijke (lichamelijke en psychische) problemen. Ook komen opvoedingsproblemen, taalproblemen en financiële problemen veel voor. Sinds de komst van de euro bijvoorbeeld komen gezinnen niet meer uit met hun budget. De problemen zijn gecategoriseerd in algemene en specifieke onderwerpen. De algemene onderwerpen worden door de begeleiders en/of andere hulpverlenende organisaties opgepakt. De specifieke problemen worden in thema’s gebundeld en komen tijdens de tweemaandelijkse verplichte gezamenlijke maaltijden van de groep deelnemers en hun gezinnen aan bod. Onderwerpen die dan aan de orde komen zijn bijvoorbeeld: opvoeding, uitkomen met je inkomen, cultuurverschillen, waarden en normen en voorlichting over het werk van diverse organisaties zoals de Sociale Dinest, CWI, RIAGG en de Vrijwilligerscentrale. Daarnaast wordt samen met de individuele deelnemers de oplossing van de problemen ingedeeld in korte en lange termijnproblemen. Naast einddoel, subdoelen en wederzijdse inspanningsverplichtingenwordt de aanpak van deze knelpunten opgenomen in het contract dat de deelnemer met de begeleiders van Familie-Werk sluit.
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder
Verticale begeleidingsactiviteiten Belangrijk bij de begeleiding naar en tijdens de opleiding en bemiddeling naar werk, is bij de instroom te zorgen voor een goede overdracht van informatie over de individuele deelnemers. Hierdoor ondervinden ze geen problemen bij de start van de opleiding of bemiddeling. Daarnaast moeten de begeleiders tijdens de opleiding of bemiddeling knelpunten signaleren die individuele of structurele problemen veroorzaken in het traject. De begeleider lost deze op samen met de uitvoerende organisatie en/of de deelnemer. De begeleiding richt zich dus vooral op de continuïteit van het deelnemerstraject, zowel voor de deelnemer als de uitvoerende organisatie. Talrijke organisaties zijn bij het project Familie-Werk betrokken Bij werving, selectie en plaatsing Sociale Dienst, CWI, Travers, UWV, Netwerk voor Allochtone Vrouwen, Meldpunt Kinderopvang, Stichting De Til, EXIT, Kliq, Kuiper & Dreumel, Argonaut, dienst Onderwijsbeheer Deltion College. Bij de uitvoering van het project Meldpunt Kinderopvang, gemeente Zwolle (Agenda voor de Toekomst), buurtnetwerken, jeugdhulpverlening, basisscholen, speciaal onderwijs, leerplichtambtenaren, opvoedwinkel, dienst Onderwijsbeheer Deltion College. Specifiek voor de gezinssituatie Bezoekvrouwen, sociaalcultureel werk van Travers, RIAGG, wijkcentra, Maatschappelijk werk, Sociale Dienst, Stichting Kleurrijk Contact, Stichting Vluchtelingenwerk, Christelijk Gereformeerde Kerk, Sociale Raadslieden, dienst Onderwijsbeheer Deltion College. Voor de opleidingstrajecten Stichting Gilde, Stichting Vrijwilligerscentrale, Stichting Meldpunt Kinderopvang, Travers, Deltion College. Bij de bemiddeling Kliq, FASOS, Ondernemersvereniging Marslanden, Stichting Cirkelpool, Praktijksimulatiebedrijf Hanzestad, dienst Onderwijsbeheer Deltion College. Kinderopvang Een duidelijk obstakel voor een snelle instroom van deelnemers in het traject is de kinderopvang. Daarom is samen met kinderopvangorganisatie Travers extra opvang opgezet totdat reguliere plekken vrij komen. De specifieke problemen zijn opgelost door samen met de gemeente Zwolle een oplossing te vinden die past in de uitgangspunten van de Agenda voor de Toekomst. Hierdoor kunnen organisaties in de kinderopvang flexplekken inrichten om snelle opvang mogelijk te maken, totdat kinderen van deelnemers terechtkunnen in de reguliere voorzieningen. Tot slot doet succesvolle begeleiding een beroep op zowel deelnemers als begeleiders. Van de deelnemer vereist het de bereidheid om met de begeleider samen te werken aan oplossingen voor hun complexe situatie van werkloosheid en/of maatschappelijk isolement. De begeleider moet daarbij structuur kunnen aanbrengen in de begeleidingssystematiek en deze vasthouden met het oog op het einddoel van het individuele traject. Bemiddeling naar werk Bemiddeling naar werk is het belangrijkste sluitstuk van het integratietraject voor alle individuele deelnemers. Het betekent voor hen het bereiken van het vooraf vastgestelde doel en een stuk onafhankelijkheid in hun bestaan.
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder In het project Familie-Werk is bemiddeling naar werk vooraf vastgelegd in een contract met reïntegratiebedrijf KLIQ. Ook is een stuurgroeplid aangetrokken die aangesloten is bij een ondernemersvereniging in Zwolle. Het reïntegratiebedrijf heeft verschillende methoden ontwikkeld om deelnemers aan betaald werk te helpen. In eerste instantie wordt de methode van individuele gesprekken toegepast, waarin deelnemers regelmatig contact hebben met de jobcoaches. In de loop van de projectperiode is de werkwijze echter aangepast. Er zijn werkruimtes opgezet waarin deelnemers individueel als ook in een groep kunnen werken. Er worden trainingen gegeven in het zoeken naar vacatures, het schrijven van een sollicitatiebrief en CV, en deelnemers leren zich presenteren. In de loop van het bemiddelingstraject is er een tweede reïntegratiebedrijf ingeschakeld, FASOS, dat gespecialiseerd is in het bemiddelen van allochtonen naar werk. De gezamenlijke pogingen om deelnemers op deze manier aan betaald werk te helpen, hebben nog niet tot het gewenste resultaat geleid. De reden hiervoor is dat er op dit moment schaarste is op de arbeidsmarkt en de concurrentie groot is van hoger opgeleide werkzoekendenden. Dit maakt dat de deelnemers van Familie-Werk geen of weinig kansen maken, ook niet op lager gewaardeerde banen. Door het wegvallen van ID-banen is er een mogelijkheid weggevallen om kansen voor deelnemers te creëren. De reïntegratiebedrijven kunnen dit probleem niet alleen oplossen. Samenwerking met de opleidingen en een actieve benadering van werkgevers door de gemeente zal eventueel soelaas kunnen bieden voor deze specifieke doelgroep.
4. De organisatie Vanaf de intake tot aan de afronding van het individuele traject heeft elke deelnemer (en zijn of haar gezin) met één trajectbegeleider te maken. Deze volgt het traject en geeft daar samen met de deelnemer invulling en sturing aan. Daarnaast verzamelt de begeleider alle informatie betreffende de deelnemers en hun trajecten. Alleen de begeleider is geautoriseerd om contacten met derden over de deelnemers te onderhouden. Door strakke coördinatie van de begeleiding is het mogelijk hulpverlening en andere aanvullende begeleiding in te zetten vanaf de start van het traject en tijdens de opleidingsen bemiddelingsactiviteiten. Dit voorkomt lange wachttijden voor instroom en langdurig verzuim tijdens het traject. Voorwaarde voor deze methode van werken is het ontwikkelen van een duidelijk communicatiemodel, met daarin helder geformuleerde taken en verantwoordelijkheden van alle betrokkenen. Naast het informele en vertrouwelijke karakter van de relatie tussen begeleider en deelnemer is zakelijkheid, professionaliteit en respect een vereiste in het begeleidingsproces. Alleen door deze professionaliteit in de relatie is de deelnemer in staat relaties met andere hulpverleners aan te gaan en zich zelfstandig te ontwikkelen. De begeleider werkt tevens in het spanningsveld tussen opdrachtgever en deelnemer. Naast het informele karakter van de relatie tussen begeleider en deelnemer, vult de begeleider de communicatie naar beide partijen op een zakelijke manier in. De begeleider vervult de rol van
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder regisseur door aan te sturen, derden te betrekken in individuele deelnemerstrajecten, vorm en omvang van de geboden hulp vast te stellen, informatie te verzamelen en formeel door te geven aan de opdrachtgever, en de aansluiting van scholingstrajecten en de instroom te regelen. Daarnaast beoordeelt de begeleider noodzakelijke wijzigingen in het deelnemerstraject voor een beter haalbaar eindresultaat. Samenwerking met ketenpartners Door deelname aan Familie-Werk vormt zich rond de deelnemers en hun gezinnen een heel netwerk van maatschappelijke instanties. Deze worden ingezet tijdens de verschillende fasen van het project met als doel storingen in de uitvoering van de individuele In gesprek met... trajecten te minimaliseren en bijvoorbeeld ook Karin Hol, docent maatschappelijke participatie te initiëren en te zorgopleiding bevorderen. Deltion College Bij de keuze van de ketenpartners in het project is gekeken naar welke instanties specifieke hulpvragen “Ik heb positieve ervaringen beantwoorden. Van deze diensten is in het project opgedaan met Familie-Werk namelijk in de reguliere vorm gebruik gemaakt. Het voor wat betreft de betreft dan vooral vragen op het gebied van communicatie, de aanmelding persoonlijke psychosociale problemen en financiële en van de deelnemers, de opvoedkundige knelpunten. duidelijke lijnen die aanwezig Ook is bij de keuze van ketenpartners gekeken zijn bij het project en de naar organisaties door inzet van vrijwilligers hulp begeleiding. Kortgezegd zijn bieden aan individuele deelnemers voor specifieke door Familie-Werk kansen voor doeleinden, zoals ondersteuning bij huiswerk, mensen gecreëerd die ze taalachterstanden en het opheffen van isolatie door anders niet hadden gehad. persoonlijk contact. Ook hiervan is gebruik gemaakt. Door de aanpak van FamilieDe samenwerking met al deze ketenpartners Werk werden mensen uit hun maakt het voor deelnemers mogelijk hun eerste isolement gehaald. stappen te zetten richting participatie in de Hieraan gekoppeld hoort maatschappij. Door informatie over en de inzet van ook de gezinsbegeleiding, deze organisaties zijn deelnemers vaardiger geworden omdat een opleiding alleen in het zoeken naar hulp bij specifieke problemen. Een mogelijk is als het hele gezin ander effect is dat door de contacten met deze hieraan ondersteuning geeft. organisaties deelnemers zelf ook als vrijwilligers zijn Het is vaak noodzakelijk dat het gaan participeren in de diverse organisaties. hele gezin begeleid word, bijvoorbeeld door Samenwerking specifiek kinderopvang, zodat de kansen Voorwaarde om in ESF-verband een project te mogen op het behalen van een diploma uitvoeren is het samenwerken met andere partners. vergroot worden. Hiervoor is voor het project Familie-Werk een aantal De reacties van de partners gezocht die gedurende de projectperiode een deelnemers op Familie-Werk belangrijke rol kunnen spelen. Vertrekpunt van de waren altijd erg enthousiast. Ze samenwerking is het gebruikmaken van elkaars waren erg tevreden over de expertise enerzijds en het ontwikkelen van een inzet en het werk van de verdere samenwerking anderzijds. Deze begeleiders.” ontwikkelingspartnerschap bestond uit: de gemeente Zwolle, het Deltion College, welzijnsorganisatie Travers, reïntegratiebedrijf KLIQ, Ondernemersvereniging Marslanden, doelgroepenorganisatie de Mandaeersclub en de Integratieraad. De samenwerking van alle partners is geformaliseerd door het instellen van een stuurgroep die met enige regelmaat bij elkaar komt. Tijdens de bijeenkomsten wordt de voortgang van het project bewaakt, de partners wisselen relevante informatie uit en bieden ondersteuning bij de uitvoering van het project. Door de informatie-uitwisseling hebben de partners de mogelijkheid om kennis op te doen over de doelgroep om eventueel het beleid in hun eigen organisatie aan te passen.
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder
Samenwerking transnationaal Het ESF subsidieert meer soortgelijke projecten in verschillende steden in Europa. Vanuit het project Familie-Werk wordt samengewerkt met projecten in Stockholm, Bremen, Asti en Rotterdam. Er is een aantal transnationale bijeenkomsten belegd om doel, aanpak en voortgang van de projecten te bespreken en te vergelijken. Er zijn veldbezoeken uitgevoerd in de verschillende steden om gedetailleerd kennis te nemen van elkaars methoden, werkwijze, knelpunten en succesfactoren. Doelstelling van deze samenwerking is het uitwisselen van ervaringen zowel op managementniveau als ook op niveau van uitvoering, inhoud en werkwijze. In de afsluitende conferentie van deze transnationale samenwerking in september 2004 hebben twee partijen hun interesse aangegeven voor de innovatieve aanpak van FamilieWerk. De manier waarop kennisoverdracht kan plaatsvinden naar deze partners wordt in november verder uitgewerkt. Tot slot: alle transnationale partners hebben voor hun project verlenging aangevraagd. Alle projecten hebben extra tijd nodig om hun projecten tot een succesvolle afsluiting te brengen. Familie-Werk in Zwolle is volgens planning uitgevoerd.
5. De resultaten In totaal nemen 46 personen deel aan het project Familie-Werk: 36 vrouwen en 10 mannen. De gemiddelde leeftijd is 36 jaar. In september 2004 zijn 12 deelnemers aan het werk en 24 in bemiddeling naar werk. Op dat moment hebben 24 deelnemers een diploma behaald, 4 gaan naar school, 6 doen werkervaring op, 9 deelnemers doen vrijwilligerswerk en 3 volgen nog individuele taallessen in combinatie met vrijwilligerswerk. Genoeg bewijs dus dat met de methodiek van Familie-Werk deelnemers meer kans van slagen hebben bij het (her)intreden op de arbeidsmarkt en in de maatschappij. De integrale benadering van de allochtone gezinnen heeft succes gehad. De gezinsbegeleiding heeft mede geleid tot de gewenste sociaal-economische en sociaal-culturele participatie en het heeft een emancipatorisch effect gehad op het hele gezin. De deelnemers, hun partners en hun kinderen hebben allemaal op verschillende manieren baat gehad bij het project. Deelnemers hebben diploma’s behaald, sommigen zijn doorgestroomd naar het volgende niveau en hebben ook daar een deelcertificaten of een diploma behaald. Maar ook degenen die moesten starten met een intensief taaltraject hebben een diploma op niveau 1 gehaald. De deelnemers geven zelf aan, dat ze nu ook meer contact hebben met de autochtone bevolking. Degenen die vrijwilligerswerk doen, hebben het gevoel dat ze erbij horen en dat ze wat terugdoen voor de maatschappij. Door de taallessen, opleiding, stages en individuele huiswerkbegeleiding is hun Nederlands verbeterd, hebben ze meer inzicht in de Nederlandse samenleving, hebben ze meer zelfvertrouwen en durven ze nu beter bijvoorbeeld in het openbaar te spreken. De partners zijn trots op de prestaties van hun echtgenoten. Ze vinden dat de deelnemers meer dan alleen over gewone onderwerpen kunnen praten en dat ze niet meer alleen gericht zijn op het gezin. Bovendien hebben de deelnemers meer begrip voor de situatie van hun echtgenoten. En ook de opvoeding is veranderd en de kinderen hebben meer contacten met autochtone kinderen.
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder De kinderen op hun beurt zijn trots op de schoolprestaties van hun vader of moeder. Hun eigen taalachterstanden zijn ook bijna weggewerkt en ze helpen hun ouders soms met het huiswerk. En door de kinderopvang hebben ze meer contact gekregen met andere kinderen. Om het project te evalueren en de uitvoering ervan tijdig bij te sturen, zijn zes tevredenheidonderzoeken onder de deelnemers gehouden. Ze werden ondervraagd over de methodiek van FamilieIn gesprek met... Werk in het algemeen, de begeleiding, de Hanneke van Vilsteren, kinderopvang, de opleiding, de bemiddeling, de docente Basiseducatie werksituatie, de werkervaring en het vrijwilligerswerk. De resultaten geven globaal het beeld dat de “De afdeling Basiseducatie van deelnemers minder tevreden zijn als er onzekerheden het Deltion College heeft de in het traject zijn, bijvoorbeeld door wachttijden. maatschappijoriëntatie Verder zijn ze in het algemeen positief over het project verzorgd voor het project en de begeleiding. En die tevredenheid stijgt naarmate Familie-Werk. Daarbij zijn wij het project vordert. thematisch te werk gegaan. De thema’s waren gemeente, Samenvattend zijn de belangrijkste succesfactoren van werk, gezin, tijd en onderwijs. het project Familie-Werk: de trajecten op maat, de De totaalaanpak van de inzet van de bezoekvrouwen, de ketenbenadering, de uitvoering van de lessen paste geïntegreerde opleidingen op niveau 1 en 2, de helemaal in het project. De gezinsbegeleiding en de gezamenlijke maaltijden. deelnemers hebben zich breed Kortom: de integrale benadering van de deelnemers. georiënteerd. Doordat ook de omgeving Tot slot van de deelnemer bij het project betrokken werd, Het projectteam Familie-Werk start in mei 2002 met voelden de deelnemers zich veel enthousiasme. De toevoeging van meer en meer verantwoordelijk gezinsbegeleiding aan een traditioneel traject is een voor het hele proces. Dit heeft innovatieve aanpak, die aan de ene kant een enorme geleid tot positieve resultaten. kans biedt aan de veertig gezinnen die kunnen De deelnemers kregen een deelnemen aan het project. Aan de andere kant leert geweldige gezinsbegeleiding. de ervaring ook, dat deze aanpak valkuilen met zich Hierdoor kregen zij geen kans meebrengt. Trajectbegeleiding kan snel omslaan in om af te haken. hulpverlening, wat niet de bedoeling is. Het project Voor een docent is dit ook vraagt daarom een goede voorbereiding op de prettig. Je bent zo goed op de kerntaken van de begeleiding met het oog op het hoogte van het geheel. Het zou einddoel. voor elke deelnemer die weinig kansen heeft gehad in Vanuit de doelstelling (integratie in de samenleving Nederland mogelijk moeten zijn door betaald of onbetaald werk) heeft het team om op deze manier toegang te invulling gegeven aan de gezinsbegeleiding. Dit houdt krijgen tot de Nederlandse in: de knelpunten identificeren en opheffen die samenleving.” deelnemers hinderen bij het volgen van een traject. Daarnaast initieert het team oriëntatie- en scholingsactiviteiten die aansluiten bij de kennis en vaardigheden van de deelnemers. Hiervoor moet ze vaak weerstanden wegnemen bij zowel deelnemers als betrokken organisaties. Deelnemers van allochtone afkomst proberen een nieuwe identiteit te vinden in een samenleving waarin voor hen niets meer vanzelfsprekend is. Dit is een belangrijk aspect bij de begeleiding van de deelnemers in het project. De begeleiders hebben daarom factoren die de deelnemers beïnvloeden opgespoord en opgenomen in het traject. Het team zoekt naar succesindicatoren voor de trajecten door individuele profielen te systematiseren in groepsprofielen. De conclusie
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl
tekstschrijven journalistiek tekst bewerken en verder is echter, dat gemeenschappelijke kenmerken, ook wat betreft taalniveau en het al dan niet hebben van werkervaring, geen garantie zijn voor het slagen van een traject. Vooral de persoonlijke drijfveer en de sociale omgeving van de deelnemer bepalen zijn of haar succes. De resultaten totnogtoe en de tevredenheid van de deelnemers over het project in het algemeen tonen aan, dat de methode Familie-Werk meerwaarde heeft voor het integratieproces. Integratie slaagt beter als werkzoekende allochtonen deelnemen aan de samenleving, zowel door werk als door vrijetijdsbestedingen. De activiteiten die diverse instellingen normaliter afzonderlijk van elkaar uitvoeren, komen bij elkaar in een ketenaanpak. En de experimentele setting van het project vraagt van alle betrokkenen flexibiliteit en aanpassingsvermogen bij het inzetten van instrumenten en begeleidingstechnieken. Door de implementatie van de methodiek in de reguliere werkprocessen van de diverse partners wordt geprobeerd de methodiek van Familie-Werk voort te zetten. Bijkomend effect is nog dat de samenwerking tussen de partners doorgaat en dat die van elkaars professionaliteit gebruik blijven maken. Kortom: redenen genoeg om aan de methodiek van Familie-Werk een vervolg te geven!
brochure voor Deltion College
www.tryntsjedijkstra.nl