Programmabegroting 2012 Slim werken aan de toekomst
September 2011
Programmabegroting 2012 Slim werken aan de toekomst
September 2011
Programmabegroting 2012
2
Inhoud Pagina
Leeswijzer
5
Woord vooraf / Strategische vooruitblik
7
1
Inleiding en financieel beeld
11
2
Thema’s Sociale stijging Vestigingsklimaat Leefbaarheid Bestuur
17 18 38 58 70
3
Specifieke onderwerpen 3.1 Bedrijfsvoering 3.2 Subsidies 3.3 Algemene dekkingsmiddelen 3.4 Lokale heffingen 3.5 Weerstandsvermogen 3.6 Onderhoud kapitaalgoederen 3.7 Financiering 3.8 Verbonden partijen 3.9 Grondbeleid
Bijlagen 1 Begrotingsvoorstellen 2 Budgetoverzichten 3 Reserves en voorzieningen 4 Investeringen
3
Inhoudsopgave
83 84 89 90 92 96 106 114 117 119
125 177 191 201
Programmabegroting 2012
4
Leeswijzer Integratie thema’s en programma’s De belangrijkste wijziging in de presentatie van de programma’s is dat deze nauwer zijn gekoppeld aan de vier thema’s van het Coalitieakkoord 2010 - 2014, te weten: Sociale stijging, Vestigingsklimaat, Leefbaarheid en Bestuur. Met deze thema’s wil het College het verschil maken. De 16 programma’s die de begroting van Tilburg kent zijn ondergebracht bij deze thema’s en niet meer in een apart hoofdstuk. Elk programma is (financieel) ondergebracht bij één thema. Dit maakt duidelijk hoe de vier thema’s en 16 programma’s samenhangen. In hoofdstuk 2 komen de thema’s en daarbij behorende programma’s één voor één aan bod. Daarbij is aangegeven welke doelen zijn geformuleerd, wat de stand van zaken nu is (welke veranderingen hebben zich voorgedaan sinds het vaststellen van het coalitieprogramma) en welke activiteiten de gemeente daarom in 2012 wil gaan ondernemen. Direct aansluitend zijn de financiële gegevens opgenomen, zodat doelen, activiteiten en middelen makkelijker aan elkaar zijn te koppelen. In plaats van veel tekst is er - om de toegankelijkheid en inzichtelijkheid te vergroten - voor gekozen de informatie meer te presenteren in tabellen en grafieken. Verder is per thema aangegeven welke kadernota’s in 2012 op stapel staan.
Herontwerp planning & control - 1e verbeterslag programmabegroting Mede in relatie tot de organisatieontwikkeling “Tilburg Transformeert” wordt momenteel het project “Herontwerp planning & controlcyclus” uitgevoerd. Doel van dit project is te komen tot een op actuele eisen en wensen van gebruikers, op de nieuwe organisatie en overige ontwikkelingen afgestemde planning & controlcyclus en de daarbinnen op te leveren producten. Het 1e product in dat kader betreft de voorliggende Programmabegroting 2012, die in komende jaren een nog verdere ontwikkeling zal doorlopen. Voor wat betreft onderhavige programmabegroting is er in ieder geval een eerste slag gemaakt ten aanzien van de concretisering van de in 2012 te verrichten activiteiten / speerpunten die zullen worden uitgevoerd om de bestuurlijke doelen te bereiken. Daarnaast is getracht de omvang terug te brengen tot de essentie en is een eerste impuls gegeven aan het verbeteren van de leesbaarheid en het inzicht voor de gebruiker.
Indeling van de begroting Deze Programmabegroting kent de navolgende onderdelen: Woord vooraf / Strategische Vooruitblik Hierin wordt de Strategische Vooruitblik (juni 2011) kort samengevat met de daarbij behorende bevindingen. Inleiding en Financieel beeld Dit hoofdstuk bevat het Financieel Beeld na verwerking van alle in deze begroting opgenomen financiële mutaties en wordt er stilgestaan bij de uitwerking van de tweede ronde bezuinigingen groot € 49,7 miljoen structureel met ingang van 2015. Tevens wordt een vooruitblik gegeven ten aanzien van mogelijk toekomstige financiële ontwikkelingen. Thema’s In het hoofdstuk Thema’s wordt per thema aangegeven wat de bestuurlijke doelen zijn en welke programma’s hier aan bijdragen. De huidige stand van zaken omtrent de realisatie van de bestuurlijke doelen en wat er in 2012 moet gebeuren om de uitvoering van het coalitieakkoord op stoom te houden, worden hier in beeld gebracht. De nieuwe kadernota’s die in 2012 tot stand zullen komen, worden genoemd. Tevens wordt per thema het totaal van de bezuinigingen en intensiveringen vermeld. Daarbij zijn deze gegevens per programma gerangschikt.
5
Leeswijzer
Specifieke onderwerpen Hoofdstuk 3 behandelt een aantal belangrijke aspecten binnen de gemeentelijke begroting en geeft extra informatie over de financiële positie op korte en langere termijn. In de paragraaf bedrijfsvoering wordt nader ingegaan op de speerpunten binnen de bedrijfsvoering van de ambtelijke organisatie. In de paragraaf Subsidies wordt aangegeven wat het subsidiebeleid voor 2012 is en welke bedragen binnen de programma’s voor subsidies zijn opgenomen. In de paragraaf Algemene dekkingsmiddelen wordt een integraal overzicht gegeven van de middelen die de gemeente in kan zetten voor eigen beleid (algemene uitkering, belastingen, dividenden etc.). Verder worden de lokale heffingen, het gemeentelijk weerstandsvermogen, het onderhoud van kapitaalgoederen, de financiering van de gemeentelijke activiteiten, de verbonden partijen en het grondbeleid als specifieke onderwerpen aan de orde gesteld. Bijlagen Bijlage 1 bevat de financiële en beleidsinhoudelijke toelichting op de herijkingen, bezuinigingsvoorstellen / ruimtescheppende maatregelen en voorstellen nieuw beleid gerangschikt naar programma’s. Bijlage 2 geeft het budgetoverzicht naar programma’s en producten weer. Bijlage 3 geeft het verloop van reserves en voorzieningen weer. Bijlage 4 geeft een nadere toelichting op de investeringen.
Raadsbehandeling De Programmabegroting 2012 zal samen met de actualisering van de begroting en de tariefvoorstellen op 7 november 2011 (algemene beschouwingen) en op 10 en 11 november 2011 (beraadslagingen en vaststelling) in uw Raad worden behandeld.
Programmabegroting 2012
6
Woord vooraf Voor de thema’s Sociale stijging, Vestigingsklimaat, Leefbaarheid en Bestuur staat de gekozen aanpak beschreven in de Programmabegroting 2011 en in betreffende kadernota’s. In deze begroting worden - conform het uitgangspunt dat bij de tussentijdse berichten wordt gehanteerd - herhalingen tot een minimum teruggebracht. Dit betekent dat alleen die activiteiten worden benoemd waarvan het van belang is deze in 2012 op te pakken om de gestelde doelen te realiseren. Soms is door gewijzigde omstandigheden de aanpak veranderd of aangescherpt; in dat geval wordt dit wel in deze begroting kort beschreven. In de Programmabegroting 2011 is het onderscheid gemaakt tussen doelen waar het gemeentebestuur het verschil wil maken, te continueren beleidsambities (vanwege lopende afspraken of kadernota’s) en achterhaalde doelen. De doelen waar het gemeentebestuur het verschil wil maken, zijn opgenomen in deze begroting met de daarbij behorende activiteiten. De bestaande beleidsambities betreffen lopende zaken. Deze ambities worden kort genoemd maar vragen in 2012 geen bijzondere activiteiten. Het overzicht van te continueren beleidsambities wordt tezamen met deze begroting op internet gepubliceerd. Het college zal in de Programmaverantwoording over de voortgang van doelen en beleidsambities rapporteren.
Samenvatting strategische vooruitblik Als opmaat naar de Programmabegroting 2012 heeft de gemeenteraad op 20 juni 2011 de strategische vooruitblik “Slim werken aan de toekomst” besproken en vastgesteld. Hieronder volgt een korte samenvatting van het document. Het volledige document is terug te vinden op internet (www.tilburg.nl/gemeente).
Waar staan we? En wat komt op ons af? “Mooie resultaten, maar wel aandacht hebben voor een aantal door de economische crisis geraakte activiteiten” zo kan het jaar 2010 worden samengevat. In het kielzog van deze crisis hebben we in 2010 de eerste bezuinigingen doorgevoerd en zijn we gestart om fundamentele afwegingen en keuzes te maken die we op 20 juni 2011 aan de raad als bezuinigingsvoorstellen hebben voorgelegd. Deze bezuinigingsdiscussie heeft zich afgespeeld tegen een decor waarin de gevolgen van de economische crisis zichtbaar werden als het gaat om de daling van het aantal banen, een verminderde uitgave van bedrijventerreinen, stagnatie van de woningmarkt en dientengevolge verminderde bouw aantal woningen, en de toename van het aantal uitkeringsgerechtigden en arme huishoudens. 2010 liet ook een aantal positieve ontwikkelingen zien: de regionale samenwerking en lobbyactiviteiten hebben een flinke impuls gekregen, de jeugdwerkloosheid en -criminaliteit zijn fors gedaald en de leefbaarheid in de stad is verbeterd. Resultaten Atlas voor gemeenten De resultaten van de Atlas voor gemeenten 2011 laten zien dat Tilburg ten opzichte van andere grote steden in 2010 is gestegen naar de 22e plaats na een flinke daling in 2009 van de 18e naar de 23e plaats. De verbetering komt vooral door het aantal banen (in vergelijking met andere steden), de participatie van vrouwen en de afname van arbeidsongeschiktheid. Bij de woonaantrekkelijkheidindex staat Tilburg net als in 2009 op een 16e plaats. Van de grootste Brabantse steden staat alleen Den Bosch hoger (4). Tilburg dankt zijn positie aan de aanwezigheid van een universiteit en het culturele aanbod. Tilburg staat met het cultuuraanbod op een tiende plaats vooral vanwege het grote aantal popconcerten per duizend inwoners en het filmaanbod. Met veiligheid neemt Tilburg de 44e plaats in. Aantal maatschappelijke trends Kijken we naar de bevolkingssamenstelling en omvang dan zien we dat tot 2030 vergrijzing met mate zal plaatsvinden en dat we toegroeien naar 218.500 inwoners in 2030. Het aantal huishoudens zal toenemen; de grootste groei vindt plaats bij de eenpersoonshuishoudens. De samenwerking in de regio wint de komende jaren aan belang. Centrale vraag hierbij is hoe wij de samenwerking met de omliggende gemeenten willen invullen en hoe wij ons als grote gemeente hierin een
7
Woord vooraf
aantrekkelijke samenwerkingspartner kunnen tonen. De strategische agenda van Midpoint en het begrip ‘social innovation’ zijn belangrijke aanjagers om de sociaal-economische identiteit van de regio beter voor het voetlicht te brengen. De houding van de burger is in het algemeen diffuus. De burger is zowel gedreven als angstig, is zowel stilzwijgend als mondig en richt zich zowel op zijn eigen domein als voelt zich betrokken bij de wereld om zich heen. Tegelijkertijd vragen we als overheid meer van onze burgers de komende jaren. Wat betekent dit voor burgerparticipatie?
Veranderende rol overheid: een aantal dilemma’s Het werken aan een andere overheid gaat niet vanzelf. Het betekent ook omgaan met dilemma’s. We noemen de drie belangrijkste. Duidelijkheid versus complexiteit Veel vraagstukken zijn complex en grijpen weer in op andere vraagstukken. Een eenduidige boodschap geven is vaak moeilijk. Invulling geven aan onze rol als gemeentelijke overheid is maatwerk en per onderwerp moeten we helder de afweging kunnen uitleggen en de gekozen rol expliciet maken. Loslaten versus beheersen De insteek om onze eigen rol zo klein mogelijk maar wel effectief in te richten vraagt om een nieuwe balans tussen gewoonte (de overheid beslist) en wens (ook een andere uitkomst is mogelijk). Ruimte geven aan de stad voor inhoudelijke ontwikkelingen betekent als gemeente meer durven los te laten en andere type afspraken maken die wellicht minder SMART zijn vanuit controlerend perspectief maar slim zijn voor de toekomst van de stad. Overzicht versus focus Ook bij een kleinere rol en taak van de overheid is het van belang overzicht te bewaren op de inhoudelijke vraagstukken in de stad en informatie op te halen en te delen. Alleen zo kan de gemeente een focus kiezen. Zonder overzicht, geen focus.
Stevig bezuinigen is noodzakelijk Voor de jaren 2012 en volgende jaren staan we voor een enorme bezuinigingsoperatie, te weten: € 49,7 miljoen. De bezuinigingen zijn stevig, pijnlijk en raken iedereen en alles in onze stad. En toch geloven we erin dat Tilburg deze zware bezuiniging aan kan. Want Tilburg dat zijn wij allemaal. De bezuinigingsoperatie is zo groot, zeker in combinatie met de groeiende tekorten binnen de grondexploitatie, dat we hebben nagedacht hoe we tot een afgewogen en doordacht bezuinigingspakket kunnen komen. Immers, zonder visie de kosten drastisch verminderen is onverstandig. Tilburg moet ook de komende jaren een leefbare en aantrekkelijke stad zijn en blijven. Mensen en bedrijven moeten zich hier willen vestigen en willen blijven. Mensen moeten een beroep kunnen doen op de gemeente als ze niet zonder hulp en ondersteuning kunnen. Tilburg en de Tilburgers moeten er klaar voor zijn als de economische wind weer in de zeilen komt. In de programmabegroting hebben we de bezuinigingen voor 2012 uitgewerkt. Daarbij is geen enkel terrein ontzien. Naast bezuinigingen op re-integratie, onderwijs en jeugd, inburgering, participatie, zorg en welzijn, cultuur, economische activiteiten, infrastructuur, veiligheid, schoon en heel, sport, burgerparticipatie, dienstverlening en ambtelijke organisatie bereiden we een aantal maatregelen voor om de tekorten binnen de grondexploitatie terug te dringen. Denk hierbij aan een lagere kwaliteit van het openbaar gebied, het herprogrammeren van projecten en een verandering van de scope van de T-dome. Daarbij hanteren we het principe trap-op-trap-af. In betere tijden willen we financiële voordelen met voorrang inzetten voor verlaging van de OZB en voor onderwijs, jeugd en participatie.
Programmabegroting 2012
8
De bezuinigingen zijn in de programmabegroting als volgt verdeeld over de thema’s: Thema Sociale stijging € 24,0 miljoen, inclusief de rijkskorting op het participatiebudget van ruim € 15 miljoen Thema Vestigingsklimaat € 3,2 miljoen plus de te nemen maatregelen ten aanzien van het gemeentelijk grondbedrijf zoals het versoberen van plannen en projecten. Thema Leefbaarheid € 6,9 miljoen Thema Bestuur € 14,4 miljoen Rode draad bij bezuinigingen is dat we kiezen voor een andere aanpak. We willen samen met de stad de kansen pakken en de ambities van de stad bereiken opdat Tilburg klaar is voor de toekomst, ook in financieel slechte tijden.
Consequenties voor Programmabegroting 2012 Aanscherpen ambities Op basis van de Jaarstukken 2010 constateren we dat een aantal doelen en ambities onder druk zal komen te staan. Met name ten aanzien van de volgende doelen zijn de omstandigheden ten opzichte van een jaar geleden veranderd. Specifiek gaat het om: 1) Een arbeidsmarkt waarin vraag en aanbod goed op elkaar aansluiten (m.n. ontwikkeling van het uitkeringsbestand Wwb); 2) Bevorderen van maatschappelijke participatie van alle burgers (m.n. niet-werkenden en mensen onder een minimum inkomen); 3) Verbetering Nederlandse taal en kennis van de Nederlandse samenleving onder allochtonen in het kader van inburgering; 4) Verbeteren sociaal-economische positie van mensen in de vijf impulswijken; 5) Bouwen van voldoende, gedifferentieerde woningen, conform behoefte en vastgesteld beleid; 6) Groei arbeidsplaatsen (met 5.000 in deze collegeperiode); 7) Verbeteren van de fysieke leefomgeving (met name ten aanzien van het onderdeel schoon en heel). Toch willen we vol blijven inzetten op deze ambities. Wel zijn we ons ervan bewust dat de kans op het gewenste resultaat kleiner is geworden. Bij doel 4 gaan we een stapje verder. Voor dit doel doen we in de (Actualisering van de) Begroting 2012 een voorstel voor bijstelling van de streefcijfers. Concrete stappen andere overheid De in de strategische vooruitblik beschreven dilemma’s maken helder dat - naast de inrichting van een netwerkorganisatie - een goede timing, analysegerichtheid, kennis van de kracht van de stad en het breed ontwikkelen en verankeren van lobbyvaardigheden belangrijke strategische middelen zijn voor het uitzetten en vasthouden van de koers. Om te komen tot een andere, effectievere overheid die slim werkt en maatwerk levert, moeten we nog vele stappen zetten. Dat gaat niet in één keer. Daarom willen we in 2012 op een aantal terreinen al concreet aan de slag gaan met invulling te geven aan de veranderende rol van de overheid. Het gaat om: Thema Sociale stijging: Thema Vestigingsklimaat: Thema Bestuur:
9
Woord vooraf
Transitie naar aanleiding van Wet Werken naar Vermogen, transitie begeleiding AWBZ naar Wmo en transitie jeugdzorg Transitie stedelijke ontwikkeling Burgerparticipatie
Programmabegroting 2012
10
Hoofdstuk 1
Inleiding & Financieel beeld
11
1 Inleiding en Financieel beeld Inleiding Voor de jaren 2012 en volgende jaren staan we voor een enorme bezuinigingsopgave. Op basis van het FEB 2012-2015 bedroeg de structurele ombuigingsopgave € 49,7 miljoen. Op basis van dit financiële beeld is een richtinggevend ombuigingenpakket uitgewerkt oplopend tot een bedrag van bijna € 50 miljoen met ingang van 2015. In de voorliggende programmabegroting zijn de betreffende bezuinigingsvoorstellen verwerkt. De financiële gevolgen die op de gemeente af zullen komen in het kader van het overdragen van diverse rijkstaken (Werk, Zorg en Jeugdzorg) en waarvoor binnen het Regeerakkoord wel reeds efficiencykortingen zijn ingeboekt, zijn nog steeds niet bekend. De eerste consequenties van de decentralisaties zijn in 2013 voorzien. In de voorliggende begroting is hiermee nog geen rekening gehouden.
Financieel beeld Vertrekpunt voor het Financieel Beeld 2012 – 2015 is de vastgestelde Programmabegroting 2011 (inclusief actualisering). De structurele doorwerking van zowel het Eindejaarsbericht 2010 als het Voorjaarsbericht 2011 is in de uitgangspositie voor de Programmabegroting 2012 verwerkt. Inzet vanuit het coalitieakkoord is te komen tot een duurzaam sluitende begroting en een degelijk financieel beleid. In onderstaande raming zijn de effecten van de Meicirculaire 2011 van het Gemeentefonds van het ministerie van BZK verwerkt. In deze meicirculaire wordt uitgegaan van het door het kabinet met de VNG overeengekomen Bestuursakkoord waar de gemeenten op 8 juni j.l. echter niet volledig mee hebben ingestemd. Het discussiepunt ten aanzien van het Bestuursakkoord heeft betrekking op de (financiële) problematiek rondom de sociale werkvoorziening. Op dit moment is er dus nog geen Bestuursakkoord. Omdat gemeenten het onderdeel ‘werk’ niet voor hun rekening willen nemen, denkt het kabinet er inmiddels over alsnog af te zien van het laten vervallen van de eerder ingeboekte korting van € 100 miljoen op het gemeentefonds voor wat betreft de regionale uitvoeringdiensten (RUD’s). Dit geld kan vervolgens aanvullend worden gereserveerd voor onvoorziene ontwikkelingen op het gebied van de hervorming van de SW-sector. Wanneer het niet nodig is dat geld daaraan te besteden, wordt uiterlijk in 2015 verder gesproken over de bestemming van deze middelen. Het onlangs verhoogde accrès blijft wel overeind. Het alsnog doorvoeren van een korting van € 100 miljoen op het gemeentefonds ten aanzien van de RUD’s betekent voor Tilburg een lagere algemene uitkering oplopend tot € 1,25 miljoen vanaf 2014. Indien deze maatregel alsnog doorgaat, zal aanvullend de taakstelling met betrekking tot vorming RUD’s ingevuld moeten worden. Uitwerking hiervan zal plaatsvinden bij de actualisering van de Programmabegroting 2012. Wij hopen dat de septembercirculaire gebaseerd kan worden op definitieve afspraken die rondom het Bestuursakkoord gemaakt zullen worden zodat hiermee duidelijkheid kan worden verschaft in de financiele ontwikkeling voor gemeenten in de komende jaren. Bij de actualisering van de programmabegroting kan dan alsnog de juiste financiële uitgangspositie voor 2012 en latere jaren worden gepresenteerd. Met betrekking tot de nominale ontwikkelingen zijn de ramingen van het Centraal Economisch Plan (CEP) 2011 gevolgd.
Programmabegroting 2012
12
Hieruit volgend ontstaat onderstaand financieel beeld voor de jaren 2012 tot en met 2015. (x € 1.000,-)
2012
V = voordeel; N = nadeel
2013
2014
2015
Financieel beeld vastgestelde Programmabegroting 2011
N
8.207
N
8.981
N
8.548
N
8.548
Structurele doorwerking Eindejaarsbericht 2010 en Voorjaarsbericht 2011
V
1.618
V
874
V
883
V
883
Uitgangspositie Programmabegroting 2012
N
6.589
N
8.107
N
7.665
N
7.665
Herijkingen
N
1.937
N
9.418
N
14.054
N
24.757
Korting participatiebudget
N
6.329
N
10.813
N
14.052
N
15.156
Geactualiseerd financieel beeld
N
14.855
N
28.338
N
35.771
N
47.578
Bezuinigingsvoorstellen
V
13.713
V
18.517
V
24.438
V
33.300
Bezuiniging participatiebudget
V
6.329
V
10.813
V
14.052
V
15.156
Financieel beeld incl. bezuinigingen
V
5.187
V
992
V
2.719
V
878
Voorstellen nieuw beleid (netto) Uitkomst Programmabegroting 2012-2015
N
449
N
449
N
449
N
449
V
4.738
V
543
V
2.270
V
429
Bestuursakkoord en ontwikkeling Gemeentefonds In bovenstaande uitkomst Programmabegroting 2012-2015 is rekening gehouden met de structurele bezuiniging op het Gemeentefonds van € 1,63 miljard zoals in het Regeerakkoord opgenomen. De extra uitgaven op de rijksbegroting, die zich vertalen in het accres op het Gemeentefonds, zijn, conform bestendige gedragslijn, alleen voor het jaar 2012 meegenomen aangezien het accres voor latere jaren nog uiterst onzeker is. Ontwikkelt de economie zich minder rooskleurig dan nu wordt aangenomen dan moet het Rijk in de komende jaren misschien nog meer gaan bezuinigen met een neerwaartse bijstelling van het accres tot gevolg. Maar mocht het Rijk de aangekondigde bezuinigingen de komende jaren niet gerealiseerd krijgen, dan zouden de accressen juist weer omhoog kunnen gaan. Anders gezegd: mogelijke effecten van de groei van de rijksbegroting voor de jaren 2013 e.v. zijn niet in voorgaand financieel beeld verwerkt in verband met te grote onzekerheid. Hiertegenover staat dat er ook geen rekening is gehouden met toekomstige nominale ontwikkelingen (lonen en prijzen). Ten aanzien van het Gemeentefonds wordt opgemerkt dat mogelijke gevolgen voortkomende uit de ontwikkeling van de uitkeringsbasis alsmede de voorziene - maar nog onbekende - herverdeling van het Gemeentefonds met ingang van 2013 op dit moment niet bekend zijn. In de actualisering van de Programmabegroting 2012 zullen mogelijke gevolgen op het Gemeentefonds, die uit de septembercirculaire naar voren komen, worden verwerkt.
Financiële vooruitblik Naast bovengenoemde gevolgen die in de komende jaren middels het Gemeentefonds op ons af komen, kunnen er nog een aantal (incidentele) positieve financiële ontwikkelingen worden genoemd. Zo weten we dat het 2e deel van de Escrow, dat in het kader van de verkoop aandelen Essent is afgesproken, in 2015 vrijvalt. De omvang van dit bedrag is onbekend. Bij volledige uitkering van de Escrow ontvangt Tilburg incidenteel circa € 15 miljoen; afhankelijk van de te verrekenen claims zal het uiteindelijk te ontvangen bedrag lager zijn. Daarnaast kan een mogelijke ontwikkeling in de voortgang van de afwikkeling van de overdracht van de drinkwateractiviteiten (overdracht tegen reproductiewaarde) van onze (90%) deelneming TWM aan Brabant Water nog tot een incidentele bate leiden. De omvang (na verrekening van door ons verstrekte leningen, waardering deelneming etc.) alsmede het moment waarop een bedrag ter beschikking komt, is vooralsnog niet in te schatten.
13
Inleiding en financieel beeld
Aan de andere kant zien we ook mogelijk negatieve financiële ontwikkelingen op ons afkomen waarvan de eventuele omvang op dit moment nog niet is in te schatten. Naast de in de inleiding genoemde financiële risico’s voortkomende uit de decentralisatie van taken van Rijk naar gemeenten benoemen we hier de mogelijke frictiekosten voortkomende uit de in deze begroting opgenomen bezuinigingen en de in gang gezette organisatieontwikkeling (afvloeiing personeel zoals overeengekomen in het Sociaal Akkoord) en eventuele vertraging bij de implementatie van de in deze begroting en voorgaand begrotingsjaar opgenomen bezuinigingsvoorstellen. Ten aanzien van dergelijke incidentele nadelen is vooralsnog het uitgangspunt deze, voor zover als mogelijk, vanuit de reguliere bedrijfsvoering op te vangen waarbij we ons er van bewust zijn dat ook de bedrijfsvoering onderwerp van bezuiniging is waardoor dit niet altijd zal lukken. Zowel incidentele baten als lasten worden in het jaar waarin zij zich voordoen middels de reguliere voortgangsberichten binnen de Planning & Control cyclus verantwoord en ten gunste respectievelijk ten laste gebracht van de algemene reserve (tot de maximale dan wel minimale omvang) en / of RGI.
Grondexploitatie Uit de Vastgoedmonitor 2012 (VAMO) komt een geprognosticeerd tekort op lopende grondexploitatieprojecten van € 64,6 miljoen naar voren. Ons college heeft dit tekort meegenomen in de totale bezuinigingsopgave voor Tilburg en vertaald in een aantal maatregelen (optimalisaties en bezuinigingen) die moeten leiden tot (gedeeltelijke) oplossing van dit tekort. Het tekort wordt met deze maatregelen met circa € 55 miljoen verminderd tot een resterend tekort van maximaal € 10 miljoen. Aangezien er binnen de VAMO 2012 sprake is van een tekort (naar netto contante waarde), is het in het kader van het gepresenteerde financieel beeld in deze begroting van belang te weten of, en zo ja wanneer, er vanuit de grondexploitatie eventueel een aanvullend beroep wordt gedaan op de algemene middelen. Een dergelijke bijdrage aan de grondexploitatie is volgens de BBV verplicht zodra de algemene reserve van de grondexploitatie bij het opmaken van de jaarrekening door de ondergrens zakt (negatief saldo). De voorgestelde maatregelen moeten er in ieder geval toe leiden dat er nóch in 2011 nóch in 2012 een beroep op de algemene middelen wordt gedaan. Voor latere jaren is het risico tot verplichte bijstorting wel aanwezig maar het moment waarop en de eventuele omvang zijn op dit moment nog niet bekend en mede afhankelijk van de ontwikkeling van de markt. Een markt die niet stil staat, net zo min als de ontwikkeling van de stad. Als college hanteren wij het uitgangspunt dat ook de gesloten grondexploitatie haar eigen broek moet ophouden en geen aanvullend beroep mag doen op de algemene middelen en onze keuzes qua maatregelen hieraan moeten bijdragen. Wel zijn wij ons er van bewust dat er toch op enig moment sprake zal kunnen zijn van een aanvullend beroep op de algemene middelen. Het vormen van een financiële buffer (maximering algemene reserve en reservering binnen de RGI) achten wij dan ook noodzakelijk.
Grootschalige (infrastructurele) investeringsprojecten / RGI en RBV Om de stad gereed te maken voor toekomstige ontwikkelingen blijft het voortdurend van belang te investeren. Zo staan er in de komende jaren diverse infrastructurele projecten op de agenda die nodig zijn om Tilburg bereikbaar te houden. Het merendeel van deze projecten kan met een aanvullende financiële bijdrage uit de Reserve Bovenwijkse voorzieningen tot stand worden gebracht (zie bijlage 3 Reserves en Voorzieningen, Specifieke toelichtingen). Aan uw raad zal, op basis van een concreet uitgewerkt voorstel per project, in de komende jaren worden gevraagd deze middelen hiertoe beschikbaar te stellen. De mogelijk benodigde financiële bijdrage in de ontwikkeling van het Wilhelminakanaal is toegevoegd aan de prioriteitenlijst van ons college voor een bijdrage uit de RGI. In bijlage 3 is een specificatie opgenomen van alle projecten die momenteel op onze prioriteitenlijst staan. De vrij beschikbare ruimte binnen de RGI bedraagt - zoals uit deze Programmabegroting 2012 blijkt - op dit moment circa € 32 miljoen. Gegeven de vele (financiële) onzekerheden (zoals ten aanzien van het Bestuursakkoord, grondexploitatie, decentralisatie van taken en mogelijke frictiekosten personeel) waar we in de periode tot november 2011 meer duidelijkheid over verwachten te krijgen, zal een eventueel voorstel tot (gedeeltelijke) aanwending van deze middelen eerst bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 worden gedaan. Programmabegroting 2012
14
Conclusies Programmabegroting 2012 - 2015 Het ingezette bezuinigingspakket heeft er toe geleid dat we een robuuste Programmabegroting 20122015 kunnen presenteren die ons een meerjarig positief financieel beeld toont. De Septembercirculaire 2011 leidt mogelijk bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 nog tot bijstelling. De voorliggende meerjarenbegroting is weliswaar voor de komende jaren (tot en met 2015) sluitend maar hier zijn een beperkt aantal bezuinigingsvoorstellen met een incidenteel karakter in opgenomen (w.o. bezuiniging onderhoud en hogere verkoopopbrengst gemeentegebouwen ad € 1 miljoen). De gepresenteerde overschotten in met name 2012 en 2014 worden dan ook als incidentele overschotten gekwalificeerd die hoofdzakelijk ontstaan door het tempo waarin de bezuinigingsvoorstellen zijn ingeboekt. In het licht van de genoemde risico’s en de onzekerheden ten aanzien van een eventueel beroep dat de grondexploitatie in de komende jaren (ná 2012) op de algemene middelen zal gaan doen, rechtvaardigt dit de door het college vooralsnog gekozen gedragslijn om het overschot zoals dat uit het Financieel Beeld 2012-2015 naar voren komt, te reserveren. Voor wat betreft de uitkomst van deze programmabegroting is er naast de door te voeren bezuinigingen en ruimtescheppende maatregelen in orde van grootte van ruim € 48 miljoen sprake van één ongedekt voorstel nieuw beleid (circa € 0,5 miljoen voor structurele financiering schuldhulpverlening). De herijkingen laten een structureel nadeel van ruim € 24,7 miljoen zien. In dit bedrag is de rijkskorting op het gemeentefonds (landelijk € 1,63 miljard met ingang van 2015) opgenomen.
Herijkingen Het totaal van de herijkingen kan als volgt worden gerangschikt: (x € 1.000,-)
2012
V = voordeel; N = nadeel
2013
2014
2015
Algemene uitkering
N
568
N
6.088
N
9.098
N
20.238
Nominale herijkingen
N
3.342
N
3.264
N
3.340
N
3.252
Nominale bijstelling opbrengst OZB
V
760
V
766
V
775
V
783
Autonome en semi-autonome ontwikkelingen
V
231
V
106
V
126
V
534
Kapitaallasten programma-investeringen
N
1.113
N
872
N
831
N
2.384
Bijstelling gebouwenexploitatie
N
565
N
659
N
1.584
N
1.264
Onderwijshuisvesting
V
2.167
V
472
V
513
V
715
Overige herijkingen
V
493
V
121
N
615
V
349
Totaal herijkingen
N
1.937
N
9.418
N
14.054
N
24.757
Herijkingen binnen de Algemene uitkering komen voort uit de Decembercirculaire 2010 en Meicirculaire 2011 en uit bijstelling van autonome ontwikkelingen binnen onze gemeente (aantal inwoners, bijstandsgerechtigden, WOZ-waarden). Nominale herijkingen en bijstelling opbrengst OZB zijn berekend op basis van consistente uitgangspunten ten aanzien van te hanteren indexcijfers. Autonome en semi-autonome ontwikkelingen komen voort uit bijstelling van het aantal inwoners en woonruimten. Omdat de ramingen vorig jaar te fors naar beneden zijn bijgesteld, worden de kapitaallasten programma-investeringen nu gebaseerd op een voorzichtigere inschatting, waardoor de budgetten kapitaallasten worden verhoogd. De tekorten bij de gebouwenexploitatie worden met name veroorzaakt door hogere onderhoudskosten en minder huuropbrengsten (als gevolg van leegstand). Het effect bij onderwijshuisvesting wordt met name veroorzaakt door lagere kapitaallasten als gevolg van actualisering investeringsbudgetten. In 2012 is daarnaast nog sprake van een voordeel omdat de opbrengst van een schoolgebouw pas dan kan worden gerealiseerd.
15
Inleiding en financieel beeld
Bezuinigingsvoorstellen De in deze begroting opgenomen bezuinigingsvoorstellen hebben een omvang van € 48,456 miljoen in 2015 (incl. bezuiniging op het participatiebudget). Het verschil met het in de raadsnota 3e richtinggevend debat bezuinigingen opgenomen bezuinigingsbedrag van € 49,359 miljoen betreft: • vervallen taakstellende bezuiniging RUD’s -/- € 1,250 mln. • hogere invulling taakstelling Veiligheidsregio +/+ € 0,322 mln.* • hogere taakstelling politieke ambtsdragers +/+ € 0,025 mln. * Opgemerkt wordt dat gegeven de ontwikkelingen binnen de Veiligheidsregio deze hogere bezuinigingstaakstelling een risico inhoudt. Nieuw beleid In het licht van de forse bezuinigingsopgave zijn wij in deze programmabegroting zeer terughoudend met nieuw beleid. Het gehanteerde uitgangspunt ‘oud voor nieuw’ leidt tot een beperkt aantal voorstellen nieuw beleid waarvoor binnen de huidige begroting dus dekking is gevonden. Enkel het structureel borgen van de formatie schuldhulpverlening, waarvan de rijksbijdrage in de uitvoeringskosten met ingang van 2012 wegvalt, is in deze begroting als ongedekt voorstel nieuw beleid opgenomen. In bijlage 1 worden de herijkingen, bezuinigingsvoorstellen/ruimtescheppende maatregelen en voorstellen nieuw beleid nader gespecificeerd en toegelicht per programma. Gevolgen formatie De gevolgen voor de ambtelijke formatie voortkomende uit de in deze begroting verwerkte voorstellen zijn als volgt: (in FTE) Herijkingen Bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
- 7,92
- 7,92
- 7,92
- 7,92
- 30,53
-60,86
-97,79
- 135,34
Nieuw Beleid
+ 7,02
+ 8,77
+ 7,02
+ 7,02
Mutatie formatie
- 31,43
- 60,01
- 98,69
- 136,24
Naast deze mutatie komen er naar verwachting uit de nadere uitwerking van opgenomen bezuinigingsvoorstellen nog circa 25 fte naar voren die aanvullend bezuinigd dient te worden. In de uitgewerkte fiche 57 ‘verzamelfiche taakstelling organisatie’ zoals opgenomen in de bezuinigingsvoorstellen bij de Heroverwegingen II wordt richtinggevend een totale formatiereductie van circa 160 fte genoemd. Hier bovenop komt nog de formatiereductie ten gevolge van de te nemen maatregelen binnen de grondexploitatie. In deze programmabegroting wordt er van uitgegaan dat de afbouw van personeel voortkomende uit de door te voeren bezuinigingsmaatregelen reeds in het 1e jaar waarin de bezuiniging wordt ingezet volledig kan worden gerealiseerd. Hierbij is duidelijk sprake van een risico voor wat betreft het moment van daadwerkelijke (financiële) effectuering. Woonlasten De woonlasten stijgen in 2012 met 1,6% naar € 553,75 (voor een gemiddelde woning). De stijging van de OZB met 6,35% (reguliere indexering voor inflatie (2,25%); 3% extra in 2012 conform Coalitieakkoord 2010-2014; 1,1% voorstel Programmabegroting 2012) wordt grotendeels afgevlakt door een beperkte stijging van de rioolrechten en daling van de afvalstoffenheffing. Naar verwachting bevinden we ons hiermee nog steeds in de onderste regionen voor wat betreft de hoogte van de woonlasten van de grote gemeenten in ons land.
Programmabegroting 2012
16
Hoofdstuk 2
Thema’s
17
Sociale stijging De volgende programma’s dragen bij aan het thema Sociale stijging: Economie, Arbeidsmarktbeleid, Onderwijs en Jeugd, Armoedebeleid, Zorg en Welzijn en Integratie. In het Coalitieakkoord 2010-2014 stellen wij sociale stijging centraal, waarbij we dit zien als economische én sociale emancipatie van mensen, welke bovendien per persoon kan verschillen. Leren en werken zien we als de sleutels voor sociale stijging; bestrijding van armoede als belangrijke randvoorwaarde. Extra accent leggen we op de onderwerpen werkgelegenheid, jeugd en onderwijs, bevordering zelfredzaamheid en meedoen, en impulswijken.
Stand van Zaken
Opgaven in 2012
Werken aan een andere overheid Transitie naar aanleiding van Wet Werken naar Vermogen Transitie begeleiding AWBZ naar Wmo Transitie Jeugdzorg
Transitie naar aanleiding van Wet Werken naar Vermogen Forse bezuinigingen op het Participatiebudget, de WSW en het UWV in combinatie met de komst van een nieuwe Wet Werken naar Vermogen noodzaken de gemeente en haar samenwerkingspartners tot het maken van scherpe keuzes in het al dan niet ondersteunen van doelen en doelgroepen. Dit alles in combinatie met hogere verwachtingen van prestaties in de uitvoering. Er komt over de volle breedte van het domein van sociale stijging meer nadruk te liggen op een mix van: • eigen kracht van de burger; • sturing op effectiviteit; • wisselende coalities met een breed veld van samenwerkingspartners; • meer verantwoordelijkheid bij de werkgever;
• professionaliteit en klantgerichtheid in de uitvoering.
Transitie begeleiding AWBZ naar Wmo De Awbz-functie dagbesteding en begeleiding wordt per 1 januari 2013 een gemeentelijke taak binnen de Wmo. Cliënten met deze vorm van ondersteuning zijn burgers met een lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap. Daarnaast betreft het mensen met geriatrische of psychiatrische problemen. We spreken over een doelgroep met matige of ernstige beperkingen. In Tilburg gaat het om circa 2.800 cliënten met een indicatie voor de functie begeleiding. De grootste groep valt binnen de categorie psychiatrie van 18 jaar en ouder. Daarnaast is de groep cliënten met een verstandelijke beperking substantieel. De begeleiding betreft voor een deel groepsbege-
leiding (o.a. vormen van dagbesteding) en gedeeltelijk individuele begeleiding. De grootste groep ontvangt zorg in natura.
De huidige aanpak en uitvoering is niet meer betaalbaar en te veel verkokerd binnen de verschillende beleidsterreinen. Daarbij moet verbinding worden gelegd met Transformatie Jeugdzorg en verdere decentralisatie AWBZ. Bovenstaande betekent dat Tilburg voor een forse en meervoudige opdracht staat, namelijk: een geheel nieuw beleid met bijbehorend ontwerp uitvoeringsorganisatie participatie/arbeidsmarkt is gevraagd. De herstructurering WSW en het gemeentelijk Werkbedrijf zijn hier onderdeel van.
Zoals eerder aangegeven staat dit transitietraject niet op zichzelf. De overheveling van de begeleidingsfunctie van de AWBZ naar Wmo maakt onderdeel uit van het Bestuursakkoord Rijk-gemeenten waarin ook de Transitie Jeugdzorg en uitvoering van de Wet Werken naar Vermogen zijn opgenomen. Naast deze majeure trajecten zullen komend jaar ook de IQ maatregel en de nieuwe verdeling hulpmiddelen hun beslag krijgen. Het proces van ‘scheiding van wonen en zorg’ zal 1 januari 2014 via Zorg Zwaarte Pakketten (ZZP) moeten zijn afgerond.
Programmabegroting 2012
18
Kadernota
Nieuwe kadernota’s in 2012 Werkgelegenheid Kadernota ombuigingen Participatiebudget Armoede Kadernota Armoede
Rest van 2012: implementatie van het vastgestelde beleidskader en uitvoeringsontwerp.
Implementatieplan begeleiding 2012 is het voorbereidingsjaar om de implementatie van de begeleidingsfunctie in 2013 zo goed mogelijk te laten verlopen. De nieuwe taak passen we in de nieuwe gemeentelijke organisatie in. Daarnaast zoeken we nadrukkelijk contact met zorgaanbieders (oud en nieuw), voeren we intensief overleg met cliëntenorganisaties en zetten we het overleg met Zorgkantoor en zorgverzekeraars in een hogere versnelling. Bij het zoeken naar oplossingen leggen we verder nadrukkelijk verbindingen met de andere transitietrajecten (zijnde Transitie Jeugdzorg en Wet Werken naar Vermogen). Alle hiervoor genoemde inspanningen moeten leiden tot een concreet implementatieplan begeleiding.
19
Thema: Sociale stijging
Aparte aandacht besteden we in 2012 aan de afstemming met de regio. Op basis van het Koersdocument (hetgeen naar verwachting in het najaar 2011) bestuurlijk wordt vastgesteld, kunnen we begin 2012 een onderbouwde keuze maken welke taken van de transitie zich beter lenen voor een regionale aanpak en welke het beste lokaal kunnen worden opgepakt.
Activiteiten 2012
Nieuw beleidskader en ontwerp uitvoeringsorganisatie Beleidskader inzet Participatiebudget wordt 1e kwartaal 2012 vastgesteld. Kader geeft aan in welke doelgroepen we op welke wijze in samenwerking met onze partners investeren. Daarmee wordt ook een nieuw ontwerp van de uitvoeringsorganisatie vastgesteld.
Stand van Zaken
Transitie Jeugdzorg Het Rijk is in het bestuursakkoord met VNG en IPO overeengekomen gemeenten financieel en uitvoeringstechnisch verantwoordelijk te maken voor de uitvoering van alle jeugdzorg die nu onder het Rijk, provincies, gemeenten, AWBZ en de Zorgverzekeringswet valt. De wettelijke basis voor deze decentralisatie wordt in 2012 gelegd. In het najaar van 2012 wordt een nieuw wettelijk kader voor de zorg voor jeugd voorgelegd aan de Tweede Kamer. Deze wet gaat gefaseerd in werking treden tussen 2014 en
2016, waarbij de jeugdbescherming en jeugdreclassering als laatste overgaan naar de gemeenten. Landelijk wordt nog in 2011 een transitieplan opgesteld door Rijk, IPO en VNG. In de jeugdzorg nieuwe stijl wordt het accent verlegd van de specialistische zorg naar een stelsel waarin zorg en ondersteuning voor jeugdigen en hun ouders laagdrempelig beschikbaar is. Die groepen die wel zwaardere zorg nodig hebben, gaan in het nieuwe stelsel betere, snellere en meer integrale zorg ontvangen.
Doelen in 2012
Groei arbeidsplaatsen - Groei met 5.000 extra arbeidsplaatsen in deze collegeperiode, per 1 april 2014 t.o.v. 1 april 2010.
Werkgevers, UWVwerkbedrijf, Diamantgroep, Kennisinstellingen, Onderwijsinstellingen, regiogemeenten
Betrokken partners
Werkgelegenheid
Een arbeidsmarkt waarin vraag en aanbod goed op elkaar aansluiten - De ontwikkeling van het uitkeringsbestand WWB (18-65 jaar) en de uitstroom naar werk houden in Tilburg jaarlijks minimaal gelijke tred met het kringgemiddelde van de gemeenten (benchmark WWB). - Het werkloosheidspercentage en de jeugdwerkloosheid daalt in Tilburg jaarlijks sterker dan in de andere B5-gemeenten. - Gewijzigd: De oververtegenwoordiging van niet-westerse allochtonen neemt ten aanzien van werkloosheid tussen 2010 en 2013 met 10% af.* - Gewijzigd: Tussen 2010 en 2013 is de oververtegenwoordiging van niet-westerse allochtonen t.a.v. bijstand met 10% afgenomen.* - In 2011 richten we een Werkbedrijf op.
Stand van Zaken
Toelichting * Conform het Coalitieakkoord wordt het programma Integratie afgebouwd en heeft de raad in 2010 een andere aanpak voor Allemaal Tilburgers vastgesteld. Daarmee zijn de activiteiten door andere beleidsterreinen overgenomen.
Groei arbeidsplaatsen In periode 1 april 2006 t/m 1 april 2010 een groei gerealiseerd van 7.590 banen inclusief een afname in 2010 van 1.200 banen.
Een arbeidsmarkt waarin vraag en aanbod goed op elkaar aansluiten In 2010 is het uitkeringsbestand gestegen, maar in vergelijking met de regionale en landelijke resultaten heeft Tilburg beter gescoord. Begin 2011 zien we toch nog een stijging van de ontwikkeling van het uitkeringsbestand. Scherp monitoren en blijvend gerichte interventies plegen blijft nu en in de toekomst aan de orde om financieel in de pas te blijven lopen en doelen te halen.
De ontwikkeling van de jeugdwerkloosheid in Midden Brabant is in 2010 beoordeeld als beste van heel Nederland. De werkloosheid in Tilburg liet in 2010 in vergelijking met de B5-gemeenten eveneens de beste score zien. Ook hier zien we in 2011 een stagnering optreden en is monitoring en interventie gevraagd.
Programmabegroting 2012
20
Nieuw beleidskader en design uitvoeringsorganisatie Zie opgave Transitie naar aanleiding van Wet Werken naar Vermogen onder ‘Werken aan een andere overheid’ (Thema Sociale stijging). In 2012 is, afhankelijk van het implementatieplan van dit kader, de inkoop van re-integratiedienstverlening zoals vastgesteld in 2010 (en ingekocht voor 2011) grotendeels van kracht. We blijven in 2012 de contractafspraken hierop monitoren.
21
Thema: Sociale stijging
Activiteiten 2012
Zie thema Vestigingsklimaat onder Economie
middelen geschetst voor de implementatie van het gedecentraliseerde jeugdzorgstelsel.
Activiteiten 2012
Opstellen Regionaal Transitieplan Jeugdzorg Midden-Brabant Op basis van het landelijke transitieplan, het nieuwe wettelijke kader jeugdzorg en de regionale uitgangspunten die in Midden-Brabant zijn opgesteld voor de zorg voor jeugd stellen we in 2012 een Regionaal Transitieplan Jeugdzorg voor Midden-Brabant op. Dit plan wordt intensief afgestemd met de stelselwijziging passend onderwijs die regionaal door de schoolbesturen wordt getrokken en met het bredere welzijnsbeleid. In dit plan worden route en benodigde instrumenten en
Stand van Zaken
Werkbedrijf Het concept gemeentelijk Werkbedrijf wordt in 2011 ontwikkeld en definitief vastgesteld.
Doelen in 2012
Verminderen van het voortijdig schoolverlaten zonder startkwalificatie* - Reductie van het aantal voortijdige schoolverlaters met 50% in het schooljaar 2010-2011 ten opzichte van het referentiejaar 2005-2006. - Gewijzigd: Eind 2013 is de oververtegenwoordiging van niet-westerse allochtonen ten aanzien van schooluitval teruggebracht.** - Eind 2013 hebben we een sluitende aanpak voor jongeren waardoor alle jongeren aan het werk kunnen zijn of onderwijs volgen.
Betrokken partners
Jeugd en Onderwijs Nieuw convenant VSV: schoolbesturen voortgezet onderwijs en MBO en Rijk. Taalactieplan: kinderopvang, jeugdgezondheidszorg, primair onderwijs en Brede School. Werkprogramma Jeugdzorg: kinderopvang, primair en voortgezet onderwijs, MBO, deelnemende partijen Centrum Jeugd en Gezin, jeugdzorginstellingen.
Verhogen van het doelgroepbereik van de voorschoolse educatie - Verhoging van het percentage doelgroepkinderen dat een programma voorschoolse educatie heeft genoten met 5 procentpunt per jaar ten opzichte van het nuljaar 2009 (bereik 70%). In 2012 willen we 80% realiseren, oplopend tot 90% in 2014. Verminderen van de instroom van jeugdigen in de geïndiceerde jeugdzorg - Nieuw: Reductie van de instroom van nieuwe jeugdigen in de gespecialiseerde jeugdzorg met 5% in 2012 ten opzichte van 2009 en uitstroom van 5% meer jeugdigen uit de gespecialiseerde jeugdzorg in 2012 ten opzichte van 2009.***
Stand van Zaken
Toelichting streefcijfers * Door de eenjarige verlenging van het huidige Convenant VSV (2011-2012) van de zijde van het Rijk verschuiven we het moment om de balans op te maken van ons VSV-beleid en om nieuwe ambities te formuleren van 2011 - het jaar dat genoemd wordt in het coalitieakkoord - naar 2012. Het lokale beleid dient immers te sporen met de afspraken die we in het nieuwe convenant gaan maken. ** Conform het Coalitieakkoord wordt het programma Integratie afgebouwd en heeft de raad in 2010 een andere aanpak voor Allemaal Tilburgers vastgesteld. Daarmee zijn de activiteiten door andere beleidsterreinen overgenomen. *** In de Programmabegroting 2011 zijn omtrent het doel van instroomreductie in de jeugdzorg geen streefcijfers opgenomen. Deze kunnen nu wel worden ingevuld op basis van een convenant dat wij in 2011 samen met de regiogemeenten hebben gesloten met de provincie.
Verminderen voortijdig schoolverlaten zonder startkwalificatie Op initiatief van het Rijk wordt het convenant VSV met één schooljaar verlengd (schooljaar 20112012) ter voorbereiding van een nieuwe, driejarige convenantsperiode.
Programmabegroting 2012
22
Implementatie regionale werkgeversbenadering en programma arbeidsmarkt In 2012 implementeren we de regionale werkge-
23
Thema: Sociale stijging
Start uitvoering programma en actieagenda arbeidsmarkt Midden Brabant. Voor het overige zie activiteiten hierboven.
Activiteiten 2012
Nieuw convenant VSV In 2012 stellen we een nieuw convenant VSV op met schoolbesturen en Rijk. Dat is meteen ook een gelegenheid om de effectiviteit van de huidige convenantsmaatregelen tegen het licht te houden en nieuwe ambities te formuleren.
versbenadering, het werkgeversakkoord en het regionale programma arbeidsmarkt.
Activiteiten 2012
Start gemeentelijk Werkbedrijf In 2012 start het gemeentelijk Werkbedrijf haar activiteiten (ingroeimodel).
Stand van Zaken
Verhogen doelgroepbereik voorschoolse educatie Het taalbeleid (VVE, schakelklassen) voor de groep 0-12 jaar vereist een kwaliteitsimpuls, onder meer door nieuwe wet- en regelgeving.
Verminderen instroom jeugdigen in geïndiceerde jeugdzorg De afspraken die hierover zijn gemaakt met de provincie (de huidige jeugdzorgautoriteit) zijn in een ander daglicht komen te staan door de gefaseerde decentralisatie van de jeugdzorg naar
gemeenten vanaf 2014. In 2016 moet deze overheveling afgerond zijn. De inhoudelijke afspraken omtrent de reductie van de instroom in en vergroting van de uitstroom uit de jeugdzorg worden in het najaar van 2011 vastgesteld in een Regionaal Actieprogramma Midden-Brabant.
Doelen in 2012
Verbetering Nederlandse taal en kennis van de Nederlandse samenleving onder allochtonen - Aantal gestarte trajecten inburgering: 300 nieuwe trajecten in 2012 - Van de mensen die aan een inburgeringstraject deelnemen slaagt 75%.
Bevorderen meedoen minima: Organisaties op het gebied van sport en cultuur, jeugdsportfonds, jeugdcultuurfonds, Stichting Leergeld, intermediairs minima, onderwijs, Twern, werkgevers. Ouderen 75+, mensen met een beperking, mantelzorgers,vrijwilligers en wijkgericht werken: Zorgaanbieders, de Twern (welzijn), Contour, Expertisecentrum familiezorg en Zorgkantoor/zorgverzekeraars
Bevorderen van maatschappelijke participatie van alle burgers - De ontwikkeling van het uitkeringsbestand Wwb laat voor 2012 een stijging van klanten zien op treden van de participatieladder. - De gemiddelde verblijfsduur in de bijstand van klanten tussen 18 en 65 jaar houdt minimaal gelijke tred met het kringStedelijk Kompas: gemiddelde van de gemeenten (benchmark Wwb). Traverse, Novadic Kentron, Zorg & - Toename van de deelname aan de Meedoenregeling naar Veiligheidshuis, Zorgkantoor en het 7.000 personen (eind 2012).* RIBW/MB. - Toename van participatie door inkomensgroep tot € 1.300,aan minimaal één van een viertal voorzieningen van 42% van de doelgroep (in 2007) naar 50% (eind 2012). - Gewijzigd: Aantal ouderen 75+ en mensen met een beperking dat zich eenzaam voelt c.q weinig sociale contacten heeft** - Aantal ouderen 75+ en mensen met een beperking dat zelfstandig thuis woont.*** - Gewijzigd: Aantal Tilburgers dat zich in of buiten een georganiseerd verband vrijwilligerswerk doet. - Gewijzigd: Aantal Tilburgers dat zich als mantelzorger inzet en percentage mantelzorgers dat voldoende wordt ondersteund. - In 2013 is de Wmo in 6 wijken op orde. - Nieuw: Mensen die een beroep doen op Wmo ervaren minder bureaucratie. - Wmo financieel duurzaam maken. Toelichting streefcijfers * Zoals bekend zullen de voorgenomen rijksbezuinigingen onze ambities ten aanzien van armoede raken. Zodra de bezuinigingen bekend zijn, zullen we bij de Actualisering van de begroting bezien of aanpassing van het streefcijfer rondom de Meedoenregeling nodig is. ** In 2012 wordt het aantal ouderen 75+ in Tilburg met voldoende sociale contacten buitenshuis of dat deelneemt aan georganiseerde activiteiten door de GGD gemeten. *** Ook in 2012 monitoren we het aantal zelfstandig thuiswonende ouderen 75+, zowel op stadsniveau als
Programmabegroting 2012
24
Betrokken partners
Bevorderen zelfredzaamheid en meedoen
taalaanpak met doorlopende leerlijnen, ingezet vanuit één educatieve en pedagogische visie en aansturing. Op basis van het taalactieplan maken we resultaatafspraken met het onderwijs en de kinderopvang. Vanaf 2012 worden de maatregelen uit dit plan uitgevoerd.
Werkprogramma jeugdzorg Voortvloeiend uit het Regionaal Actieprogramma stellen we in 2012 een werkprogramma vast dat vanaf 2012 wordt uitgevoerd. Beide documenten gaan de basis vormen van een in 2012 nog op te stellen transitieplan jeugdzorg. Dit plan wordt in-
tensief afgestemd met de stelselwijziging passend onderwijs die regionaal door de schoolbesturen wordt getrokken.
25
Thema: Sociale stijging
Activiteiten 2012
Vaststelling taalactieplan Begin 2012 wordt een taalactieplan vastgesteld om het taalbeleid van een impuls te voorzien. Taalontwikkeling en -beheersing vormen een cruciale basis voor leerprestaties. We willen daarom komen tot een opbrengstgerichte en ononderbroken
Doelen in 2012
Bevorderen zelfredzaamheid en meedoen (vervolg) specifiek in de pilotwijken Korvel/St. Anna en Stokhasselt. De resultaten van deze twee wijken worden kwalitatief aangevuld door de persoonlijke ervaringen van de bewoners. Vergroten zelfredzaamheid van daklozen en deelname aan het maatschappelijk leven - In 2013 zijn vrijwel alle daklozen in een traject ondergebracht. - Van het aantal opgevangen daklozen is voor 80% van deze groep passende huisvesting en zinvolle dagbesteding geregeld. - Nieuw: % van het aantal aangemelde cliënten bij bemoeizorg dat naar zorg is toegeleid. - Nieuw: % van het aantal aanmeldingen bij de vrouwenopvang waarvoor doorgeleiding/trajecten zijn geregeld.
Stand van Zaken
Preventie gezondheid (nieuw) Indicatoren en streefcijfers worden nog nader bepaald.
Verbetering Nederlandse taal en kennis van de Nederlandse samenleving onder allochtonen De inburgering wordt afgebouwd. Dat betekent dat er geen harde afspraken meer zijn met het Rijk over het aantal te starten trajecten, slagings-
percentage en aantal duale trajecten.
Bevorderen maatschappelijke participatie van alle burgers Ontwikkeling uitkeringsbestand en verblijfsduur in bijstand In 2011 kunnen we voor het eerst aangeven welke uitkeringsgerechtigden zich op welke trede bevinden en welk groeiperspectief hier bij hoort.
Meedoenregeling In 2010 hebben 6.664 personen gebruik gemaakt van de Meedoenregeling.
Wijkgericht werken in het kader van Zorg en Welzijn In mei 2011 is het beleidskader Vitaliteit & Veerkracht vastgesteld in de raad. Het wijkgericht werken is hierin een belangrijke aanpak.
Ouderen 75+ en mensen met een beperking
Programmabegroting 2012
26
doelstelling is reëel gelet op de nog aanwezige inburgeringsplichtigen.
Handhaven sluitende aanpak Zie activiteiten bij doel “Een arbeidsmarkt waarin vraag en aanbod goed op elkaar aansluiten”.
in de uitkering te voorkomen. Daarnaast blijven we, via de bestaande inkoop zo breed mogelijk investeren in doelgroepen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Ten behoeve van de ontwikkeling van het uitkeringsbestand Wwb kunnen we in 2012 per kwartaal laten zien hoe de ontwikkeling op de participatieladder vorm krijgt.
In 2012 in afwachting van de implementatie van het nieuwe beleidskader en design uitvoeringsorganisatie sociale stijging handhaven we de sluitende aanpak / poortwachtersrol om instroom
Gerichte communicatie Meedoenregeling Meedoenregeling door gerichte communicatie blijvend onder de aandacht brengen van de doelgroep en intermediairs, met extra aandacht voor kinde-
ren/ jongeren. Zo wordt het Jeugdcultuurfonds opgericht naast het bestaande Jeugdsportfonds en blijven we St. Leergeld ondersteunen.
Ontwikkelen samenwerkingsverbanden In 2011 e.v. ontwikkelen we Wmo samenwerkingsverbanden in de wijken Korvel/St. Anna en Stokhasselt. Daarnaast starten we in twee andere wijken Wmo samenwerkingsverbanden. We gaan sterker inzetten op het versterken van de eigen kracht van de Tilburger. Concreet betekent
dit dat relevante zorgaanbieders, wijkverpleegkundigen en vertegenwoordigers van de informele sector (vrijwillige inzet/mantelzorg) op zoek gaan naar oplossingen voor de burger met een ondersteuningsvraag. Bij dit ‘gesprek aan de keukentafel’ zal een nadrukkelijker beroep worden gedaan op eigen mogelijkheden en competenties.
Sociale contacten Aan de hand van de ouderenmonitor 2009 en 2012 van de GGD kunnen we in 2012 vaststellen of het aantal ouderen 75+ in Tilburg met voldoende sociale contacten buitenshuis of dat deelneemt aan georganiseerde activiteiten is toegenomen. We weten het aantal in de pilotwijken Korvel/St. Anna en Stokhasselt uit de 0-meting die in 2011 is gedaan.
Zelfstandig thuiswonen Onder meer door de activiteiten van het project ‘Wmo in de wijk’ realiseren we dat een groter aantal mensen met een beperking en ouderen 75+ zelfstandig thuis kan wonen.
27
Thema: Sociale stijging
Activiteiten 2012
300 nieuwe trajecten Hoewel de afspraken met het Rijk zijn komen te vervallen willen we in 2012, ondanks de aflopende middelen, toch nog 300 nieuwe trajecten starten. Dit zijn er minder dan in voorgaande jaren. Deze
Stand van Zaken
Vrijwilligers en mantelzorgers Tilburg beschikt over een vrij hoog percentage vrijwilligers. Vrijwillige inzet wordt steeds belangrijker.
Omslag naar collectieve/algemene voorzieningen In 2011 maken we de slag van de (dure) individuele voorzieningen naar de onderdelen collectieve/
algemene voorzieningen en het eigen sociaal netwerk van de burger. De AWBZ transitie van de begeleidingsfunctie naar de Wmo speelt daarbij een centrale rol.
Vergroten zelfredzaamheid van daklozen en deelname aan het maatschappelijk leven
ge Stedelijk Kompas 2011 die in mei 2011 aan SVC en college is gepresenteerd. Deze rapportage geeft niet alleen een terugblik maar ook een vooruitblik voor 2012 e.v..
Stedelijk kompas Traverse is belast met de uitvoering van de activiteiten zoals opgenomen in de Voortgangsrapporta-
Doelen in 2012
Onderwijs, corporaties, Twern, werkgevers, IMW, schuldeisers, SVB, UWV.
Verminderen aantal Tilburgers dat in armoede leeft - Het aantal Tilburgers dat in armoede leeft is procentueel lager dan in andere vergelijkbare steden. - Gewijzigd: Tussen 2010 en 2013 is de oververtegenwoordiging van niet-westerse allochtonen binnen de doelgroep minima met 10% afgenomen.* Toename van gebruik van inkomensondersteunende regelingen - Bijzondere bijstand 55% - Langdurigheidstoeslag 55% - Collectieve Ziektekostenverzekering 65% - Kwijtschelding 75%
Toelichting streefcijfers * Conform het Coalitieakkoord wordt het programma Integratie afgebouwd en heeft de raad in 2010 een andere aanpak voor Allemaal Tilburgers vastgesteld. Daarmee zijn de activiteiten door andere beleidsterreinen overgenomen.
Programmabegroting 2012
28
Betrokken partners
Armoede
inzet opzetten en promoten. Daarbij denken we aan het aanbieden van flexibele vrijwilligersklussen en de doorontwikkeling van innovatieve projecten zoals Tilburg Talent. Daarnaast komt er een uitbreiding van de trajecten vrijwillige thuishulp en buddyzorg via Contour. Ook streven we er naar om in 2012 verder te gaan met het trainen van professionals in de methode familiezorg.
Effecten omslag naar collectieve/algemene voorzieningen In 2012 zijn de eerste metingen beschikbaar over de effecten van de gemaakte slag in 2011.
Stedelijk Kompas De stijgende lijn die de afgelopen jaren is ingezet zal in 2012 worden voortgezet (2009: 70 %, 2010: 71%).
29
Thema: Sociale stijging
Conform doelstelling Stedelijk Kompas zullen we deze eind 2012 hebben behaald. Opdracht voor Traverse is voor elke cliënt een trajectplan < 6 weken afgerond te hebben.
Activiteiten 2012
Meer ondersteuningsmogelijkheden vrijwilligers In 2012 zoeken we naar meer ondersteuningsmogelijkheden waar vrijwilligers op terug kunnen vallen (steunpunt, deskundigheidsbevordering, waardering etc.). Het wijkgericht werken (Wmo in de wijk) heeft als deelproject voldoende ondersteuning voor vrijwilligers en mantelzorgers. In 2012 gaan we nieuwe vormen van vrijwillige
Stand van Zaken
Verminderen aantal Tilburgers in armoede In vergelijking met de G10 scoort Tilburg in de minimascan voor wat betreft % minimahuishoudens behoorlijk goed, zelfs op het landelijk gemiddelde. Alleen Utrecht heeft een lager percentage.
Toename gebruik inkomensondersteunende regelingen Gebruik bijzondere bijstand en Langdurigheidstoeslag is goed, kwijtschelding loopt achter i.v.m.
veranderende wetgeving. Collectieve ziektekosten verzekering minima wordt toename verwacht omdat deze per 2012 als voorliggende voorziening wordt aangemerkt.
Doelen in 2012
Impulswijken Verbeteren sociaal-economische positie van mensen in de vijf impulswijken Voor de verbetering van de sociaal-economische positie van mensen in de vijf impulswijken zijn de volgende ambities benoemd: - jongeren doen het goed op school en halen een diploma (leren) - elk huishouden heeft een kostwinner (werken) - inwoners leven boven de armoedegrens (armoede bestrijden) In 2018 is de ambitie dat alle impulswijken per doelstelling (werk, armoede en onderwijs) op het stedelijk gemiddelde zitten.
Stand van Zaken
Toelichting streefcijfers De bezuinigingen en het niet verkrijgen van extra rijksmiddelen maakt dat de doelen en tussendoelen voor de impulswijken onder druk komen te staan. In de Strategische Vooruitblik is opgenomen dat ten aanzien van een aantal doelen de omstandigheden zijn veranderd. Hieronder vallen onze doelen met betrekking tot het verbeteren van de sociaal-economische positie van mensen in de impulswijken. Wij zullen daarom in de actualisatie van de programmabegroting herijkte doelen en streefcijfers voor de wijkimpuls verwerken. Bij deze herijking maken we gebruik van de nota Lessen uit de wijkaanpak en het rekenkameronderzoek naar de impulswijken.
Resultaten Ten aanzien van voortijdig schoolverlaten zien we een wisselend beeld in de impulswijken: in twee wijken zien we verbetering en in drie een verslechtering. Als het gaat om het doel ‘één kostwinner per gezin’ zien we een stabiel beeld met zowel lichte
verbeteringen als verslechteringen. Ten aanzien van armoede is het aantal arme huishoudens in vergelijking met het stedelijk gemiddelde ongeveer gelijk gebleven. Met uitzondering van Groeseind-Hoefstraat blijft de afstand tot het stedelijk gemiddelde in de wijken nog groot.
Programmabegroting 2012
30
Laagdrempelig vangnet maken Vangnet aan inkomensondersteunende regelingen laagdrempelig/toegankelijk maken. Kwijtschelding maximaal automatisch verstrekken.
31
Thema: Sociale stijging
Evaluatie “De cirkel doorbreken” In de eerste helft van 2012 is de evaluatie van het Actieprogramma “De cirkel doorbreken” gereed. Op basis van deze uitkomsten willen we samen met de stad en raad een nieuw kader voor de komende jaren vaststellen met een bijbehorend uitvoeringsprogramma.
Activiteiten 2012
Aanpak preventie en nazorg We ontwikkelen en implementeren in 2012 de aanpak preventie en nazorg, in het kader van de nieuwe wet op gemeentelijke schuldhulpverlening en op het gebied van armoedepreventie. Doorontwikkelen samenwerking met bedrijfsleven op grond van “werkende armen” in de vorm van arrangementen (samen met arbeidsmarkt). Aanpak kinderen/jongeren op grond van preventie armoede/ schulden doorontwikkelen en meer samenhang geven.
Stand van Zaken
Onderzoek Rekenkamer De Rekenkamer heeft in 2011 haar onderzoek naar de Impulswijken afgerond.
Impulsplannen en uitvoeringsprogramma’s Voor alle wijken zijn samen met partners en bewoners impulsplannen opgesteld. Hierin is sterker de relatie gelegd tussen de stedelijke inzet en de wijkgerichte plus. De impulsplannen worden voorzien van uitvoeringsprogramma’s waarin de plusactiviteiten in de wijken worden opgenomen.
Het ‘Tilburg Akkoord’ zal meer gaan financieren op basis van deze uitvoeringsprogramma’s.
Stand van Zaken
Integratie Onderbrengen bij andere beleidsterreinen en overhevelen budgetten Het programma Integratie en Participatie bouwen we af. De activiteiten worden door andere beleidsterreinen overgenomen.
Lopende Zaken In 2012 werken we tevens aan: - Toename van de mate en kwaliteit van jeugdparticipatie - Verstrekken uitkeringen en bijzondere bijstand, kwijtschelding, schuldhulpverlening, incidentele middelen - Scholing en activering uitkeringsgerechtigden - Leerlingenvervoer, brede school en volwasseneneducatie - Wmo (woonvoorzieningen, collectief en overig vervoer, hulpmiddelen, hulp bij huishouden) - Realisatie multifunctionele accommodaties
Programmabegroting 2012
32
We ontwikkelen een periodieke ‘voortgangsrapportage impulswijken’, welke zoveel mogelijk aansluit
op en onderdeel is van de planning en controlcyclus. In overleg met onze partners in het ‘Tilburg Akkoord’ zullen wij de bevindingen van de Rekenkamer ten aanzien van dit Akkoord betrekken bij de verbeteringen in de werkwijze van het ‘Tilburg Akkoord’.
- Het Werkpunt in de Kruidenbuurt. - Doorontwikkeling Kanswonen in Stokhasselt. Bij de impulsplannen worden uitvoeringsprogramma’s ontwikkeld waarin de plusactiviteiten en beoogde resultaten daarvan worden opgenomen. Uitgangspunt hierbij is de RBA-methodiek.
Aanpak knelpunten Knelpunten op het gebied van integratie worden in 2012 en volgende jaren aangepakt binnen de reguliere beleidsterreinen: voorschoolse educatie, voortijdig schoolverlaten, inburgering, werkloosheid/bijstand, armoede en veiligheid. De budgetten voor sportintermediair, sociale projectleiders in de impulswijken en de T-Parade worden overgeheveld naar de betrokken beleidsterreinen.
Focus budget: maatschappelijke integratie Reorganisatie van het stedelijke werkveld door focus op maatschappelijke integratie. Het resterende budget voor integratie (voorheen o.a. zelforganisaties, allochtone vrouwen , asielzoekers) wordt gericht op een vijftal aspecten: - laagdrempelige ontmoetingsfunctie - informatie en advies - individuele begeleiding - trainingen en cursussen - vrijwilligerswerk Deze aspecten leveren een bijdrage aan sociale stijging. Het stedelijke werkveld emancipatie wordt gereorganiseerd waardoor inzet voor vrouwen vanaf 2013 onderdeel wordt van het beleidsterrein Welzijn.
Commissie: advies over gemeentelijke rol Er wordt een commissie met externen gevormd om te komen tot een advies over de gemeentelijke rol bij inburgering en integratie.
33
Thema: Sociale stijging
Activiteiten 2012
Uitvoering impulsplannen In 2012 zijn voor alle wijken de impulsplannen in uitvoering. Activiteiten in de wijken worden in de impulsplannen afgestemd. Enkele belangrijke activiteiten zijn: - De inzet van jobcoaches in Stokhasselt, Kruidenbuurt en Groenewoud.
Activiteiten 2012
Uitvoering bevindingen n.a.v. rekenkameronderzoek In het kader van het organisatieontwikkelingstraject zal de sturing van de Wijkimpuls opnieuw worden gepositioneerd.
Ontwikkeling budgetten Bezuinigingen Bij het thema Sociale stijging stellen wij voor € 8,8 miljoen te bezuinigen naast de rijksbezuiniging van ruim € 15 miljoen op het participatiebudget die 1:1 wordt doorgezet. Deze bezuinigingen zijn als volgt verdeeld over de programma’s: • Programma Arbeidsmarktbeleid € 0,3 miljoen. • Programma Onderwijs en Jeugd: € 2,2 miljoen. • Programma Armoedebeleid: € 1,1 miljoen. • Programma Zorg en Welzijn: € 4,8 miljoen. • Programma Integratie: € 0,4 miljoen. Voor een nadere specificatie van deze bezuinigingen en de toelichting per bezuiniging verwijzen wij u naar bijlage 1. Intensiveringen Bij het thema Sociale stijging stellen wij de navolgende intensiveringen voor: • Continuering formatie Schuldhulpverlening € 449.000,-; • Inzet I-deel t.b.v. participatie € 2.000.000,- ten laste van lagere gemeentelijke bijdrage bijstandsuitkeringen; • Beleidskant uitkeringen € 119.000,- ten laste van bestemmingsreserve ID-banen. Voor een nadere specificatie en toelichting op deze bezuinigingen en intensiveringen wordt verwezen naar bijlage 1.
Arbeidsmarktbeleid (bedragen x € 1.000,-)
Rekening 2010
Begroting 2011
Begroting 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Lasten
173.115
157.223
148.415
142.359
138.088
136.809
Baten
146.369
135.163
126.402
120.681
116.383
115.079
Saldo
26.746
22.060
22.013
21.678
21.705
21.730
Het totaal van de lasten en van de baten is in 2012 lager dan in 2011 als gevolg van de bijstelling van de uitkeringslasten WWB/WIJ.
Onderwijs en Jeugd (bedragen x € 1.000,-)
Rekening 2010
Begroting 2011
Begroting 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Lasten
65.043
63.140
56.979
50.215
49.665
49.372
Baten
28.955
29.347
22.811
15.220
15.072
15.068
Saldo
36.088
33.793
34.168
34.995
34.593
34.304
De lasten dalen in 2012 als gevolg van het verwerken van de bezuinigingsmaatregelen, zoals schoolloopbaanbegeleiding, focussen op OAB en taalontwikkeling, wegvallen van participatiebudget educatie en het actualiseren van de ramingen met betrekking tot onderwijshuisvesting.
Programmabegroting 2012
34
35
Thema: Sociale stijging
Armoedebeleid (bedragen x € 1.000,-) Lasten
Rekening 2010
Begroting 2011
Begroting 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
19.292
19.363
17.926
17.627
17.228
17.140
Baten
5.535
3.913
502
497
492
486
Saldo
13.757
15.450
17.424
17.130
16.736
16.654
Het saldo 2011 is voordelig beïnvloed door de vrijval van de reserve Armoede ad € 2,7 miljoen.
Zorg en Welzijn (bedragen x € 1.000,-)
Rekening 2010
Begroting 2011
Begroting 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Lasten
96.560
95.191
76.917
72.715
71.142
73.432
Baten
29.579
21.971
9.368
2.927
2.595
5.203
Saldo
66.981
73.220
67.549
69.788
68.547
68.229
In 2011 is de Reserve Sociale Investeringen opgeheven en toegevoegd aan de RGI. Ten opzichte van 2011 dalen de lasten en baten hierdoor in 2012 met € 13 miljoen. Daarnaast dalen de lasten en baten 2012 nog eens met € 6 miljoen doordat in 2011 de nieuwbouw Traverse in de ramingen was opgenomen. Door het actualiseren van de begrotingsramingen inzake de MFA’s op basis van de Vastgoedmonitor stijgen de lasten en baten in 2012 met € 5 miljoen. Als gevolg van het verwerken van de bezuinigingsmaatregelen dalen de lasten nog met € 2,7 miljoen.
Integratie (bedragen x € 1.000,-)
Rekening 2010
Begroting 2011
Begroting 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Lasten
9.368
11.286
6.117
4.109
3.063
3.046
Baten
4.907
7.159
2.578
814
52
52
Saldo
4.461
4.127
3.539
3.295
3.011
2.994
Als gevolg van de bezuinigingen op het participatiebudget dalen de lasten en baten tot 2015.
Programmabegroting 2012
36
Interne dienstverlening € 0,5
Personeelskosten € 3,1
Overige bedrijfsvoeringskosten € 1,7 Storting reserves € 0,1
Programmakosten € 71,5
Interne dienstverlening € 0,3 Personeelskosten € 0,8
Programmakosten € 5,0
37
Thema: Sociale stijging
Vestigingsklimaat De volgende progamma’s dragen bij aan het thema Vestigingsklimaat: Economie, Verkeer en Vervoer, Stedelijke inrichting/Stedenbouw, Cultuur, Wonen,en Water, natuur en landschap. Werken aan een aantrekkelijke stad zien wij als stimuleren van werkgelegenheid met een goede mix (van economische sectoren) en match (tussen mensen en banen), en een innoverende strategische agenda met de regio. Bereikbaarheid van centrum en werk, ontwikkeling van de Spoorzone, versterking van de regionale functie van de Binnenstad, een levendige Piushaven, cultuur, balans in de woningvoorraad en natuur om de stad zijn belangrijke randvoorwaarden en maken het mogelijk Tilburg aantrekkelijker te maken voor burgers en bedrijven en de concurrentie met andere steden aan te kunnen. Social innovation is het centrale begrip waarmee Hart van Brabant en Midpoint zich willen profileren. Meer informatie over dit onderwerp treft u aan bij het thema Bestuur. Hier is ook uitgewerkt waar de Werkagenda Hart van Brabant zich op richt evenals de strategische agenda van Midpoint. Voor de uitvoering van het ruimtelijk - economisch beleid is Tilburg afhankelijk van samenwerkingsafspraken met andere partners. Bij de overheden zijn dit (oplopend in schaalniveau) regio Hart van Brabant, Provincie Noord-Brabant en Rijksoverheid. De hierbij behorende politiek / beleidskaders zijn respectievelijk: Op regionale schaal: Werkagenda Hart van Brabant, Economisch ruimtelijke visie en regionale beleidsagenda verkeer en vervoer (GGA); Op provinciaal schaalniveau: Structuurvisie Ruimte/Provinciale verordening, Economische Agenda Brabant, (Contouren) Strategische Agenda BrabantStad 2012-2020, Agenda van Brabant en Samenwerkingsagenda Netwerkprogramma BrabantStad Bereikbaar 2011-2015; Op rijksniveau: Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte en de daarop te baseren AmvB Ruimte. Tot slot is de geïntegreerde GebiedsAgenda Brabant van belang, waarin de visie, opgaven en programma van alle overheidslagen bij elkaar komen.
Stand van Zaken
Opgave in 2012
Werken aan een andere overheid Transitie stedelijke ontwikkeling
In 2011 stellen we zowel een nota vast over de overprogrammering van met name woningbouw als een nota over de positie van het Grondbedrijf. In de eerste nota willen we een besluit nemen over hoe we komen tot een prioritering van projecten. In de nota over het Grondbedrijf maken we een keuze over de positie van het Grondbedrijf. Hoe ga je om met grondposities? Willen we een actief
of passief grondbedrijf? Dit zijn de vragen die we in deze nota willen beantwoorden. Beide nota’s zijn erop gericht de noodzakelijke transitie op het terrein van stedelijke ontwikkeling te realiseren en leggen we in 2011 nog aan de raad voor.
Programmabegroting 2012
38
Kadernota
Nieuwe kadernota’s in 2012 Verkeer en vervoer - Regionale verkeers- en vervoersstrategie Hart van Brabant Stedelijke inrichting - Ruimtelijke structuurvisie Tilburg 2040 - Structuurvisie Hart van Brabant - Evaluatie plansystematiek RO
39
Thema: Vestigingsklimaat
Activiteiten 2012
UItvoering nota’s Prioritering projecten en Positie grondbedrijf In 2012 geven we uitvoering aan de twee nota’s zoals we deze in 2011 hebben vastgesteld (zie stand van zaken), waarmee we ook een start maken met de transitie van de stedelijke ontwikkeling.
Doelen in 2012
Betrokken partners
Economie Midpoint, BZW/VBORT, BOM, Kamer van koophandel, Binnenstadmanagement, OFT, Universiteit van Tilburg.
Toename economische kracht - In 2012 is de groei van het Bruto Stedelijk Product (BSP) groter of gelijk aan 2011 en groter dan het gemiddelde van de B5 steden. - In 2013 is de Tilburgse kermis de beste kermis van Europa. - Tilburg moet eind 2013 bekend staan als een evenementenstad.*
Waardering ondernemersklimaat - Het totale rapportcijfer van de benchmark Ondernemingsklimaat is een 6,8. Toelichting doelen en streefcijfers * Begin 2012 vindt een nulmeting plaats ten aanzien van evenementen om de resultaten van het evenementenbeleid te kunnen monitoren.
Stand van Zaken
In 2011 ontwikkelen we de Hoofdlijnen Economische visie 2011-2020 waarin we waar nodig nieuwe doelen zullen formuleren. Dit kan consequenties hebben voor de hierboven genoemde doelen.
Bedrijventerreinen De uitgifte van bedrijventerreinen is in 2010 achtergebleven als gevolg van uitspraak Raad van State over Vossenberg West II en voorzichtigheid bij bedrijfsleven als gevolg van de economische crisis.
Over de benodigde bedrijventerreinen voor de middellange en lange termijn voor de regio Midden-Brabant vindt overleg plaats met de provincie.
Logistiek Binnen het “Huis van de logistiek” wordt organisatorisch, fysiek en inhoudelijk de ‘arbeidsmarkt en kennis’ en dienstverlening aan bedrijven in de logistieke cluster gebundeld.
Maintenance In de uitwerking van de programmalijn Aerospace/maintenance zal in regionaal verband een Aerospace/maintenance campus worden gerealiseerd. Inzet is om de campus op het Ericsson-terrein in Gilze-Rijen te realiseren. De realisatie zal in nauw overleg met het bedrijfsleven, defensie en de regionale kennisinstellingen plaatsvinden. Uiteraard in afstemming met Woensdrecht.
In 2011 wordt een start gemaakt met de realisatiefase van de volgende drie deelprojecten: 1. Het Aerospace & Maintenance House 2. Het Rotary Wing Training Center 3. Simsynergy
Programmabegroting 2012
40
Oplevering bedrijventerrein Vossenberg West II In 2012 zal het bedrijventerrein Vossenberg West II planologisch worden afgerond, zullen de werkzaamheden van het bouwrijp maken gereed zijn en is het bedrijventerrein (medio 2012) gereed voor uitgifte.
Bedrijventerrein Zwaluwenbunders (NoordOost) Ten behoeve van de ontwikkeling van bedrijventerrein Zwaluwenbunders zal in 2012 het ontwerpbestemmingsplan in procedure worden gebracht. Herstructurering bedrijventerreinen In 2012 zullen ten minste twee projectconvenanten worden afgesloten met een zittend bedrijf in een van de aandachtsgebieden zoals die in de intentieverklaring over herstructurering binnen Tilburg met het bedrijfsleven is afgesloten. De herstructurering van de projectconvenanten wordt mede vanuit het lokaal herstructureringsfonds gevoed.
Realisatie “Huis van de logistiek’ De definitieve vorm van het “Huis van de logistiek” zal in 2012 door de partners en regio worden bepaald. Tot de participanten behoren in elk geval ROC-opleidingen, Sector-Servicepunt/UWV, Vitale Logistiek, TISC (Tilburg Institute for Supply Chain managementresearch), LogisticsAcademy, brancheverenigingen, vakopleidingsinstituten en zakelijke
dienstverleners. Het Huis van de Logistiek wordt de ontmoetingsplaats voor regionaal bedrijfsleven en zijn ondersteuningsfuncties.
Doorontwikkeling deelprojecten Maintenance In 2012 is de doorontwikkeling van de drie deelprojecten voorzien die moet leiden tot een op zijn minst kostendekkende exploitatie per 1 januari 2014. Deze deelprojecten zijn in 2012 operationeel op de Ericsson campus in Gilze Rijen. Gezamenlijk staan de projecten en de plek bekend als Gate 2, Aerospace & Maintenance.
Leerstoel Maintenance De bijzondere leerstoel Maintenance op de Universiteit van Tilburg loopt in heel 2012 en 2013 door. Actieve betrokkenheid bij Midpoint moet leiden tot regionale spin-off op het vlak van beschikbare kennis.
41
Thema: Vestigingsklimaat
Visiedocument logistiek Hart van Brabant In 2012 zal een visiedocument logistiek Hart van Brabant worden opgesteld in overleg met de regiogemeenten en Midpoint.
Activiteiten 2012
Geactualiseerde prognose bedrijventerreinen In 2012 zal een economische analyse van groei van de verschillende sectoren in Midden-Brabant gereed komen en zal op basis daarvan een geactualiseerde prognose bedrijventerreinen (regionaal) bestuurlijk worden vastgesteld.
Stand van Zaken
Tilburgse kermis Nota Toekomst van de Kermis wordt in 2011 vastgesteld.
Evenementenbeleid Nota Evenementenbeleid is in 2011 vastgesteld.
Dienstverlening Begin 2011 is het programma Dienstverlening gestart onder de noemer Vitamine D. Binnen dit programma lopen 18 concrete projecten om de dienstverlening op verschillende punten te verbeteren.
Promotie en acquistie In 2011 stellen college en raad een Promotie en Acquisitieplan vast. Het plan omvat een grote hoeveelheid acties. Deze zijn voor een groot deel gericht op de sectoren die ook in de regionale economische agenda van Midpoint centraal staan:
logistiek, zorg, aerospace en maintenance, leisure. Daarnaast staan acties gericht op de kantorenmarkt centraal. Deze acties houden nauw verband met de ontwikkeling en invulling van sterprojecten als de Spoorzone.
Programmabegroting 2012
42
Uitvoering nota Uitvoering geven aan nota Evenementenbeleid door in 2012: - minstens twee beeldbepalende evenementen en vijf onderscheidende evenementen te organiseren; - (nieuwe) criteria op te stellen waaraan evene-
dat ten uitvoer zal worden gebracht. Speerpunten hierin zijn onderzoek naar de mogelijkheden voor de exacte plaats van de kermis, het aantrekken van innovatieve attracties, verbreding van draagvlak en communicatie en verhoging van de waardering van de bezoeker.
-
menten moeten voldoen om in aanmerking te komen voor subsidie; te starten met het opzetten van een evenemententoolkit, ontwikkelen van locatiebeleid, vereenvoudigen van procedures en realiseren van één loket.
Vitamine D De 18 projecten van Vitamine D lopen in 2012 door. Het landelijk instrument de ‘Lokale Effecten Toets’ zal worden geïmplementeerd. Dit instrument voorkomt dat er telkens nieuwe regels bijkomen
en maakt de administratieve lasten inzichtelijk. Voor een betere bereikbaarheid zal in 2012 het nieuwe Klant Contact Centrum worden ingericht waarbij er ook voor de ondernemer één ingang zal zijn.
Uitvoeren promotie- en acquisitieplan In 2012 geven we uitvoering aan het promotie- en acquisitieplan, waaronder beurspresentaties op Expo Real en Provada, intensivering van de relatie van China door de organisatie van een Chinaweek, en het in samenspraak met BOM ondernemen
van acquisitieacties.
43
Thema: Vestigingsklimaat
Activiteiten 2012
Uitvoeren actieplan Herbevestiging en handhaving van de unieke positie van de Tilburgse kermis als ‘binnenstadkermis’ en beeldbepalend evenement. Om deze te laten groeien in kwaliteit en waardering voor de periode 2012 - 2016 is in 2012 een actieplan samengesteld
Doelen in 2012 Stand van Zaken
De provincie Noord-Brabant, Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE), de gemeenten Breda, Eindhoven, Helmond, ‘s-Hertogenbosch, ministerie van Infrastructuur en Milieu, Rijkswaterstaat Noord-Brabant, Nederlandse Spoorwegen, Prorail, GGA Midden-Brabant, politie, Midpoint Brabant, ondernemers (m.n. Bedrijven Overleg Regio Tilburg (BORT) en kanaalgebonden bedrijven voor het Wilhelminakanaal), Universiteit van Tilburg, Dinalog Breda, Reizigers overleg Brabant, Fietsforum.
Vergroten van de bereikbaarheid van werk en het centrum Verbetering reistijden van en naar het centrum via auto, openbaar vervoer en fiets (meetmethode verbeteren). - Nieuw: In 2014 zijn de tangenten gereed. - Nieuw: In 2014 is de Bredaseweg binnen de tangenten in zijn geheel verdubbeld. - Nieuw: Verbreding A58: intensivering lobby via Netwerkprogramma / Zuidnet A58. - Nieuw: Verbetering trimodaal vervoer via verruiming Wilhelminakanaal fase 1 (gereed in 2016), fase 1½ en realisatie railaansluiting Loven (gereed in 2012). - Nieuw: Vervanging tegelverharding fietspaden naar asfalt.
Sluiten van de wegenring rondom Tilburg Voorjaar 2011 is gestart met de feitelijke uitvoeringswerkzaamheden aan de laatste ontbrekende schakel van de Burg. Letschertweg (Noordwesttangent). Voor de Bredaseweg loopt de MER en
bestemmingsplanprocedure.
Wilhelminakanaal Naast de weg is de verbinding via het water die Tilburg heeft met het Wilhelminakanaal van groot belang voor de multimodale bereikbaarheid van
logistieke functies in de stad en regio. Met de eerste fase van de kanaalverruiming wordt een schaalsprong gemaakt in de kwaliteit van de bereikbaarheid via het water.
Betrokken partners
Bereikbaarheid
A58 Voor het najaarsoverleg BOMIRT wordt gewerkt aan een voorstel voor go - no go beslissing voor een businesscase verbreding A58.
Doelen in 2012
Spoorzone: o.a. rijk, provincie, Midpoint Brabant, BrabantStad, ProRail, NS, Universiteit van Tilburg, Fontys, Bibliotheek, de Locomotief, Hall of Fame, VolkerWessels, Credo, Van Wijnen, van de Ven, Naber, TBV Wonen.
Versterken van de Spoorzone en de Binnenstad - Rapportcijfer fysieke en functionele Binnenstad, ontwikkeling winkelrondje: vastgoedeigewaardering van de binnenstad narenin het gebied, ontwikkelaar(s), stichting - In 2014 starten in de Spoorzone de Binnenstadmanagement Tilburg, de Samenwerkende eerste bouwactiviteiten. Ondernemers Binnenstad Tilburg en stichting Stadskern. - De Binnenstad krijgt een impuls doordat we het “winkelrondje” afmaken Binnenstad, Veemarktkwartier: vastgoedeigenaren en en bedrijvigheid in het dwaalgebied ontwikkelende partijen, Universiteit van Tilburg (Duvelhok), stimuleren. netwerkorganisatie Studio VMK, Starterslift, TIC en - We creëren een levendige Piushaven Midpoint, TICTevens. waarbij het van belang is een grotere diversiteit en verdunning van woningbouw in de Piushaven te realiseren. Toelichting streefcijfers Mijlpalen Spoorzone, Binnenstad en Piushaven nog nader te bepalen.
Programmabegroting 2012
44
Betrokken partners
Spoorzone, Binnenstad en Piushaven
ringwegstelstel om de stad. Voor de Bredaseweg wordt in 2012 de bestemmingsplanprocedure afgerond en gestart met aanlegwerkzaamheden.
Start uitvoering verbreding 1e fase Met de feitelijke start van uitvoering wordt in 2012 een onomkeerbare stap gezet in deze kwaliteitsverbetering van het ‘natte’ bereikbaarheidpro-
fiel van de stad.
Businesscase A58 Afspraken maken over businesscase Zuidnet A58 inclusief bestuurlijke afspraken over organisatie en financiering.
45
Thema: Vestigingsklimaat
Activiteiten 2012
Oplevering laatste deel Noordwesttangent en verbreding Bredaseweg Medio 2012 zal dit laatste wegdeel gereed zijn en beschikt Tilburg na enkele tientallen jaren van voorbereiding en uitvoering over een gesloten
Stand van Zaken
Spoorzone Medio 2011 is het voorlopige Masterplan vastgesteld.
Binnenstad Begin 2011 heeft de raad de Binnenstadsvisie Tilburg 2011-2020 vastgesteld.
Veemarktkwartier De plannen voor verhuizing van cultuurpartijen naar het Veemarktkwartier zijn van de baan. Er worden momenteel geen nieuwe initiatieven in die richting ontwikkeld.
Piushaven Uitwerking van verschillende deelgebieden met als uitgangspunten vergroten diversiteit, verdunning woningbouw en meer sturing op de effectieve woningvraag.
Programmabegroting 2012
46
De Werkplaats en Burgemeester Brokxlaan De Burgemeester Brokxlaan is de centrale ontsluitingsas van de Spoorzone. Met de uitvoering hiervan zal in het najaar van 2012 worden gestart. Parallel hieraan zullen de omliggende terreinen bouwrijp worden gemaakt waarbij ondermeer noodzakelijke bodemsaneringen zullen worden uitgevoerd.
Spoorzone-midden Begin 2012 zullen bestemmingsplanuitwerkingen en -herzieningen worden vastgesteld voor de deellocaties uitgeverij Zwijsen en Hart van Brabant (Tilburg Talent Square). Op basis hiervan zal worden gestart met de bouw. OV-knoop Spoorzone De OV-knoop bestaat uit de vernieuwing van het busstation, de aanleg van een interwijkverbinding door het station en in het verlengde van de Willem II passage en aanleg van fietsstal(lingsvoorzieningen) voor 9.000 fietsen. De plannen zullen in 2012 worden aanbesteed waarna rond de jaarwisseling 2012/2013 met de daadwerkelijke uitvoering zal worden gestart.
Versterking kernwinkelgebied In 2012 komt er een integrale visie op de fysieke ontwikkeling van het winkelrondje waarin opgenomen een aantal trekkers.
Planontwikkeling Veemarktstraat en studentencentrum Duvelhok In 2012 werken we aan de planontwikkeling voor de Veemarktstraat (binnenhoek) met name door
particulieren en onderzoek naar invulling plint van de parkeergarage. Daarnaast realiseert de Universiteit van Tilburg het studentencentrum Duvelhok.
Brug Piushaven Voor medio 2012 zal de brug over de Piushaven worden opgeleverd.
Woningbouw Piushaven In 2012 zijn er volop woningbouwactiviteiten in de Piushaven: De Havenmeester fase 2 is volop in aanbouw, de bouwplannen van De Werf en Vehorn worden opgeleverd en die voor het Lourdesplein worden opgestart.
47
Thema: Vestigingsklimaat
Activiteiten 2012
Masterplan Kerngebied: De Werkplaats De gemeente en VolkerWessels werken de samenwerking voor de integrale gebiedsontwikkeling voor het kerngebied verder uit tot een nadere vaststellingsovereenkomst en een definitief masterplan. Deze zullen begin 2012 ter vaststelling worden voorgelegd aan de raad.
Doelen in 2012
Tilburg wil een Top-10 positie voor cultuuraanbod - Tilburg zit in de periode 2010-2014 in de top 10 van de factor ‘cultuuraanbod’ binnen de woonaantrekkelijkheidindex van de Atlas voor gemeenten. - Elk jaar is er in de stad cultuuraanbod met internationale uitstraling. Het duurzaam op niveau houden van het culturele productieklimaat
Betrokken partners
Cultuur Cultuuraanbod: o.a. Het Zuidelijk Toneel, Station Zuid, 013, Paradox, Textielmuseum, Natuurmuseum, De Pont, Mundial, Incubate, Playgrounds, Roadburn, Gipsy, Dansmaand, commerciële bioscopen Productieklimaat, voorwaardenscheppend: Stichting Ateliers, ArtFact, Factorium Productieklimaat, productiehuizen: Muzieklab Brabant, Paradox, NWE Vorst, Kunstpodium T Productieklimaat, advies en ondersteuning: BKKC, Kunstbalie
Stand van Zaken
Toelichting streefcijfers Streefcijfers nader te bepalen in samenhang met de nieuwe Kadernota Cultuur die in 2011 in werking treedt en aan de Raad wordt voorgelegd. Tevens zullen de bestaande beleidsambities in het licht van deze nieuwe Kadernota worden bezien.
2018 Culturele Hoofdstad Met de ambitie om in 2018 Culturele Hoofdstad van Europa te zijn beoogt BrabantStad ontwikkelingen op economisch, maatschappelijk en cultu-
reel gebied te versnellen en zo het vestigingsklimaat van de gehele regio te bevorderen.
Programmabegroting 2012
48
aan elke gemeenteraad een financieel commitment gevraagd om - mits BrabantStad de titel Culturele hoofdstad van Europa verkrijgt - in de periode tot en met 2020 gefaseerd € 9,6 miljoen beschikbaar te stellen voor 2018Brabant (dat is € 10 miljoen minus € 400.000,- investering in de bidbookfase). Op weg naar de titel zijn er daarna nog drie belangrijke momenten. Begin 2013 maakt de jury een shortlist van kandidaten bekend. In september 2013 maakt de jury bekend wie de titel wint. In mei 2014 volgt de officiële benoeming door de EU.
Verkenning Bibliotheek van de Toekomst In het eerste kwartaal van 2012 realiseren wij een onderzoek naar de Bibliotheek van de Toekomst waarin wij tevens verkennen hoe verhuizing van de centrale bibliotheek meerwaarde kan hebben voor de Spoorzone en Binnenstad.
Betere profilering culturele organisaties Wij vragen culturele organisaties, zoals de erfgoedinstellingen en musea, te komen met plannen hoe zij zich in gezamenlijkheid beter kunnen profileren.
49
Thema: Vestigingsklimaat
Activiteiten 2012
Bidbook Brabantstad Culturele Hoofdstad Om zich kandidaat te kunnen stellen voor de titel Culturele Hoofdstad van Europa 2018 realiseren de partners van BrabantStad begin 2012 het bidbook 2018Brabant. Het eerstvolgende besluit betreft de go/no go in het voorjaar 2012. Dan wordt, op basis van het dan gerealiseerde bidbook, aan de BrabantStad-partners (gemeenteraden en Provinciale Staten) gevraagd om te besluiten over het indienen van het bidbook c.q. de officiële kandidaatstelling. Bij dat besluit wordt
Doelen in 2012
Plaatselijke woningcorporaties, particuliere woningbouwontwikkelaars en -beheerders in de regio Tilburg, makelaars in de regio Tilburg, stedelijk bewonersoverleg Tilburg en woonconsumentenorganisaties, regiogemeenten en provincie, zorgen welzijnsinstellingen.
Bouwen van voldoende, gedifferentieerde woningen, conform behoefte en vastgesteld beleid - Gemiddeld 1.000 nieuwe woningen per jaar gedurende de periode 2010-2020. In verband met de economische recessie en de crisis op de woningmarkt is de eerstkomende jaren (2011 en 2012) vooralsnog geen hogere productie mogelijk dan ± 500 woningen per jaar. - 40% van de nieuwbouwwoningen wordt in de periode 2010-2014 levensloopbestendig gebouwd. - 30% van de nieuw te bouwen woningen wordt in de periode 2010-2014 in de goedkope sector gerealiseerd. - Aan het eind van de collegeperiode (2014) bedraagt het aandeel particulier opdrachtgeverschap minimaal 30% van de grondgebonden woningbouwproductie. Op peil brengen en houden van de kwaliteit en diversiteit van de woningvoorraad en woonmilieus in buurten en wijken - Het in stand houden van een voldoende grote kernvoorraad voor de doelgroep van beleid. In het convenant met de woningcorporaties is daarvoor een streefcijfer opgenomen: (minimaal 21.000 woningen hebben een maximumhuur beneden de 1e aftoppingsgrens (€ 511 (prijspeil 2010)) per 1 januari 2015 en 27.800 woningen hebben dan een maximumhuur onder de liberalisatiegrens (€ 648 (prijspeil 2010)). - Minimaal 40% van de nieuwbouwproductie vindt plaats in bestaand stedelijk gebied. - Herstructureringsprogramma: 1) de herstructurering voor de buurten Uitvindersbuurt/Zeeheldenbuurt, Quirijnboulevard, Wagnerplein, Stokhasselt, Kruidenbuurt en Groeseind/Hoefstraat, en 2) de fysieke aanpak in de gebieden Kruidenbuurt, Stokhasselt, Uitvindersbuurt/Zeeheldenbuurt, Groeseind/Hoefstraat en Groenewoud aan te vullen met sociaaleconomische maatregelen in de vorm van een concrete wijkimpuls.
Stand van Zaken
Toelichting streefcijfers Deze streefcijfers zijn conform afspraken met het Rijk in het kader van ISV III: Het Meerjarenontwikkelingsprogramma (MOP) 2010-2014. Ten aanzien van de omvang van het bouwprogramma voor de eerstkomende jaren en het aandeel particulier opdrachtgeverschap zullen wij de komende tijd in overleg met het Rijk bezien of onze ambitie ook in het MOP is aan te passen.
Woonvisie 2011-2014 Met de nieuwe Woonvisie 2011-2014 is in 2011 het woonbeleid geactualiseerd. De beleidsaccenten voor het komende decennium zijn: • Focus op -de kwaliteit van- de bestaande voorraad (waaronder verduurzaming bestaande woningvoorraad); • Nieuwbouwopgave: van méér naar (nog) beter, én wat de klant wenst (waaronder particulier opdrachtgeverschap); • Versterking samenhang Wonen-Welzijn-Zorg, basis voor zelfredzaamheid.
heid en opleiding/scholing (zie thema Sociale stijging).
Ten behoeve van de sociaal-economische maatregelen zijn per gebied plannen en programma’s vastgesteld die uitgaan van concreet meetbare verbeteringen op de aspecten armoede, werkloos-
Programmabegroting 2012
50
Betrokken partners
Wonen
51
Thema: Vestigingsklimaat
Oplevering nieuw woningbehoeftenonderzoek Tilburg en aangepaste woningbouwprogrammering In 2012 zal een nieuw woningbehoeftenonderzoek worden uitgevoerd, waarvan de resultaten zullen worden gebruikt voor een aangepaste woningbouwprogrammering die is afgestemd op de nieuwe realiteit op de woningmarkt (bijv. ten aanzien van CPO’s).
Activiteiten 2012
Eerste resultaten verduurzamingsopgave van de woningvoorraad (sociaal en particulier) In 2012 ligt er een uitgewerkt plan van aanpak voor de in het convenant met de corporaties afgesproken 4.000 energetisch te verbeteren sociale huurwoningen alsmede de oplevering van de eerste tranches van ruim 1.000 woningen. Hiermee wordt een bijdrage geleverd in zowel energiebesparing in de woningvoorraad als woonlastenbeperking voor de primaire doelgroep. Voor de verduurzaming van de particuliere woningvoorraad zullen minimaal twee pilots met particuliere bedrijven starten die een blok-voorblok-aanpak aan particulieren zullen aanbieden; afhankelijk van de resultaten van deze pilots zal deze aanpak verder worden uitgerold.
Doelen in 2012 Stand van Zaken
Toename van ecologisch groen (Groene Mal) - Voor de periode 2010-2014 dient er 35 ha ecologisch groen te worden gerealiseerd.
Groene Mal-partners: Natuurmonumenten, Brabants Landschap, Brabantse Milieufederatie, Zuidelijke land- en tuinbouw organisatie, Provincie Noord-Brabant, Waterschap de Dommel, Waterschap Brabantse Delta, Stichting Natuur en Milieu Tilburg, Gemeente Oisterwijk.
Realisatie ecologisch groen In 2010 is 2 ha gerealiseerd (Drijflanen) en gestart met 20 ha (Moerenburg).
Lopende Zaken In 2012 werken we tevens aan: - Voorzien in voldoende (ook kwalitatief) planologische ruimte voor de eigen en de regionale groei. Deze activiteit is voorlopig geldig. Bij de nieuwe Structuurvisie Tilburg 2030 zal de activiteit worden bezien - Gebruik spooraansluiting en kanaal monitoren - Lobby station Berkel-Enschot voor doorstart naar de Planfase - Verbetering verkeersveiligheid in het bijzonder verbeteren doorstroming en veiligheid op de N65 - Startersadviezen aan ondernemers en centrale coördinatie vragen/informatie van en voor ondernemers - Bestemmingsplannen - Handhaving wonen (bouwen, slopen, brandveiligheid, aanpak verpaupering) - Vergroten cultuurparticipatie van jeugd en volwassenen - Een vitaal en aantrekkelijk landelijk gebied dat optimaal beleefbaar is voor bezoekers en inwoners
Programmabegroting 2012
52
Betrokken partners
Natuur om de stad
53
Thema: Vestigingsklimaat
nieuwe natuur gerealiseerd. 2. In het project Leemkuilen-De Brand wordt door het Brabants Landschap circa 2 hectare nieuwe natuur gerealiseerd op het terrein van de voormalige Steenfabriek.
Activiteiten 2012
Aanleg 16 ha nieuwe natuur in kader van de Groene Mal Twee projecten uit de Groene Mal leveren in 2012 een bijdrage aan de oppervlakte nieuwe natuur. 1. In het project EVZ Wildertse Arm wordt parallel aan de Burgemeester Letschertweg 14 hectare
Bezuinigingen en intensiveringen Bezuinigingen Bij het thema Vestigingsklimaat stellen wij voor € 3,2 miljoen te bezuinigen, exclusief de door te voeren optimaliseringsmaatregelen binnen de grondexploitatie. Deze bezuinigingen zijn als volgt verdeeld over de programma’s: • Programma Economie: € 0,1 miljoen. • Programma Stedelijke inrichting/Stedenbouw: € 1,1 miljoen. • Programma Cultuur: € 1,0 miljoen. • Programma Wonen: € 0,1 miljoen • Programma Water, natuur en landschap: € 0,9 miljoen. Voor een nadere specificatie en toelichting van deze bezuinigingen wordt verwezen naar bijlage 1.
Economie Rekening 2010 81.675
Begroting 2011 132.978
Begroting 2012 70.782
Begroting 2013 68.348
Begroting 2014 57.590
Begroting 2015 21.347
Baten
97.166
147.764
87.247
83.941
73.152
36.905
Saldo
-15.491
-14.786
-16.465
-15.593
-15.562
-15.558
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
Het totaal van de lasten en baten is in 2012 aanzienlijk lager dan in 2011. Dit wordt met name veroorzaakt door het actualiseren van de begrotingsramingen op basis van de Vastgoedmonitor 2012.
Stedelijke inrichting / stedenbouw Rekening 2010 11.205
Begroting 2011 6.405
Begroting 2012 5.445
Begroting 2013 5.389
Begroting 2014 5.339
Begroting 2015 4.246
Baten
6.376
2.053
1.540
1.483
1.467
876
Saldo
4.829
4.352
3.905
3.906
3.872
3.370
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
De daling van lasten en baten wordt m.n. veroorzaakt door het aflopen van projecten met de daarbij behorende dekking, o.a. Samen Investeren.
Programmabegroting 2012
54
Interne dienstverlening € 1,1
Personeelskosten € 3,4 Overige bedrijfsvoeringskosten € 0,5
Programmakosten € 65,8
Interne dienstverlening € 0,8
Programmakosten € 1,7
Overige bedrijfsvoeringskosten € 0,4 Personeelskosten € 2,5
55
Thema: Vestigingsklimaat
Cultuur Rekening 2010 28.457
Begroting 2011 27.903
Begroting 2012 24.839
Begroting 2013 23.955
Begroting 2014 23.720
Begroting 2015 22.900
Baten
3.721
2.073
2.267
1.737
1.737
1.167
Saldo
24.736
25.830
22.572
22.218
21.983
21.733
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
Ten opzichte van 2011 daalt het exploitatiesaldo in 2012 met ruim € 3 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door de in 2011 ingezette bezuinigingstaakstellingen: culturele podia (€ 0,6 miljoen), musea (€ 0,4 miljoen), beëindiging subsidie Scryption (€ 0,1 miljoen) en taakstelling Factorium (€ 0,1 miljoen). Daarnaast vervalt de incidentele toevoeging 2011 aan de Reserve Culturele Hoofdstad 2018 ad € 1,7 miljoen.
Wonen Rekening 2010 51.866
Begroting 2011 50.584
Begroting 2012 31.786
Begroting 2013 40.109
Begroting 2014 25.019
Begroting 2015 21.710
Baten
49.954
50.746
31.768
40.142
25.052
21.743
Saldo
1.912
-162
18
-33
-33
-33
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
De raming van de lasten en baten is gebaseerd op de Vastgoedmonitor 2012.
Water, natuur en landschap Rekening 2010 21.188
Begroting 2011 21.226
Begroting 2012 21.546
Begroting 2013 22.156
Begroting 2014 22.845
Begroting 2015 23.263
Baten
2.779
2.457
1.036
961
977
540
Saldo
18.409
18.769
20.510
21.195
21.868
22.723
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
Door het vervallen van het tijdelijke budget inzake herstel asfalt wegens boomwortelopdruk stijgt het exploitatiesaldo in 2012 met € 700.000,-. Daarnaast was in 2011 sprake van een éénmalige bate van € 868.000,- in verband met de Ruimte voor Ruimte regeling.
Programmabegroting 2012
56
Personeelskosten € 0,5 Interne dienstverlening € 0,2
Storting reserves € 0,7
Programmakosten € 23,4
Interne dienstverlening € 1,5 Personeelskosten € 3,0 Kapitaallasten € 0,5
Programmakosten € 17,5 Storting reserves € 9,3
Interne dienstverlening € 1,9
Personeelskosten € 3,0 Programmakosten € 7,7
Kapitaallasten € 8,9
57
Thema: Vestigingsklimaat
Leefbaarheid De volgende programma’s dragen bij aan het thema leefbaarheid: Veiligheid, Stedelijke inrichting/Stedenbouw, Milieu, Sport en Water, natuur en landschap. Schoon, heel en veilig zijn voorwaarden voor de leefbaarheid van dorpen en wijken. Ook hoe we met elkaar omgaan in de wijk is van belang voor prettig wonen en leven in Tilburg. De relatie met de impulswijken (die terugkomen onder het thema Sociale stijging) is evident. Daarnaast is de fysiek openbare ruimte van groot belang. Deze wordt duurzaam ingericht en beheerd met daarin voldoende groen, uitnodigende recreatieve sport- en speelvoorzieningen en een gezond milieu. Het denken vanuit “leefbaarheid” is voor de gemeentelijke organisatie echter nog geen vanzelfsprekendheid. Op concreet niveau vinden diverse acties en projecten plaats. De relatie van deze acties met het thema Leefbaarheid zal eind 2011 uitgewerkt worden zodat er een duidelijke focus voor dit thema ontstaat en er gemeentebreed (met een nieuwe organisatie) op kan worden gestuurd.
Verbeteren van de objectieve veiligheid - Tilburg is eind 2013, of zoveel eerder als mogelijk, uit de Top 10 van onveilige steden. - Daling criminaliteitscijfers (woning-, bedrijfsinbraken, geweld in centrum).*
OM, politie, burgers/buurtpreventieteams, particuliere beveiligingsbedrijven, partners zorg- en veiligheidshuis, parkmanagement, woningcorporaties, Traverse, banken, verzekeringsmaatschappijen straatcoaches.
Betrokken partners
Doelen in 2012
Veiligheid
Verbeteren van de subjectieve veiligheid (verhogen veiligheidsgevoel) - Daling van het onveiligheidsgevoel van Tilburgers. Momenteel geldt de norm dat het percentage inwoners dat zich wel eens onveilig voelt in de eigen buurt in het voorjaar van 2011 met 3% is afgenomen (t.o.v. 2007).
Stand van Zaken
Terugdringen jeugdcriminaliteit - Gewijzigd: Eind 2013 is de oververtegenwoordiging van niet-westerse allochtone jongeren ten aanzien van criminaliteit teruggebracht.** - Overige streefcijfers jeugdcriminaliteit nog nader te bepalen (kadernota Veiligheid).
Objectieve veiligheid Over de gehele linie wordt de stad objectief gezien veiliger. Enkele aspecten (o.a. woninginbraken) blijven daarbij achter. In 2011 wordt een nieuwe kadernota Veiligheid opgesteld inclusief visie handhaving openbaar gebied en de gemeentebrede prioriteiten voor alle toezichts- en handhavingsactiviteiten.
In 2011 wordt de gemeentelijke veiligheids- en handhavingsketen en het wijkgericht werken bij elkaar gebracht. Eind 2011 wordt de Veiligheidsindex uitgebracht op basis waarvan de urgentiewijken worden aangewezen.
Programmabegroting 2012
58
Kadernota
Nieuwe kadernota’s in 2012 Groen in de stad - Uitvoeringsprogramma Groen en Biodiversiteit
Toelichting streefcijfers * Indicator zal worden bezien bij kadernota Veiligheid. ** Conform het Coalitieakkoord wordt het programma Integratie afgebouwd en heeft de raad in 2010 een andere aanpak voor Allemaal Tilburgers vastgesteld. Daarmee zijn de activiteiten door andere beleidsterreinen overgenomen.
Georganiseerde criminaliteit Projectmatige bijdragen aan de aanpak van georganiseerde criminaliteit (o.a. aanpak B5).
Offensief tegen woninginbraak, overvallen en heling Als extra maatregel om Tilburg uit de top 10 van onveilige steden te krijgen wordt vanaf 2012 een offensief gevoerd tegen woninginbraak, overvallen en heling. Voor dit doel zijn extra gelden toegezegd door het ministerie van Veiligheid en Justitie. Het offensief bestaat uit een integrale (multidisciplinaire) aanpak van deze delicten en de overtreders op basis van een gedegen analyse en inzet van intelligence.
Handhaving/ toezicht Professionaliseren van product toezicht openbare ruimte (o.a. meer bevoegdheden voor BOA’s/ GOA’s).
59
Thema: Leefbaarheid
Veiligheidsurgentieplannen Opstellen veiligheidsurgentieplannen voor geselecteerde urgentiewijken.
Versterken regionale samenwerking (o.a. hennepruimingen en bodem), haalbaarheidsonderzoek accountmanagement voor regiogemeenten (Midden-Brabant/ROM) en provincie. Fraudebestrijding Effectiviteit inning fraudevorderingen verhogen.
Activiteiten 2012
Opstellen uitvoeringsprogramma veiligheid Uitvoeringsprogramma veiligheid opstellen samen met interne partners (m.n. Sociaal, Ruimte, Ruimtelijke Uitvoering) en externe partners (o.a. politie, openbaar ministerie, corporaties, Enexis en maatschappelijke organisaties) ter realisatie van de kadernota Integrale Veiligheid.
Stand van Zaken
Subjectieve veiligheid Subjectieve veiligheid is een betrekkelijk nieuw beleidsveld. Samen met enkele experts wordt de wetenschappelijke kennis in praktijk gebracht.
Terugdringen jeugdcriminaliteit Tilburg hanteert de Beke-systematiek voor het bepalen van risicojeugd. Tilburg heeft - 24 Hinderlijke groepen - 4 Overlastgevende groepen - 2 Criminele jeugdgroepen
Scholen zijn gecontroleerd op volledige en adequate meldingen voor verzuim.
Verbeteren fysieke leefomgeving (o.a. schoon en heel) - Nieuw: Totaaloordeel Tilburgers over de leefbaarheid in de buurt. - Nieuw: Oordeel Tilburgers over de fysieke woonomgeving uitgedrukt in een rapportcijfer. - Eind 2013 is er minder zwerfafval en illegaal storten in de stad.
Schoon en heel: Woningbouwverenigingen, Ondernemers, Scholengemeenschappen, Aannemerij, Diamant-Groep. Wmo in de wijk: Aanbieders zorg en welzijn, Zorgkantoor/zorgverzekeraars
Betrokken partners
Doelen in 2012
Fysieke en sociale leefomgeving
Verhoging sociale kwaliteit - Bij het doel verhogen sociale kwaliteit van de woonomgeving is nog geen indicator en activiteit voor 2012 benoemd. Toelichting streefcijfers Reeds bij de Begroting 2011 is aangekondigd dat er nieuwe indicatoren en streefcijfers voor het doel Verbeteren van de fysieke leefomgeving zullen worden geformuleerd. Met de Begroting 2012 is hieraan invulling gegeven.
Stand van Zaken
Verbeteren fysieke leefomgeving Schoon en heel Als gevolg van de voorgestelde bezuinigingen daalt het generieke onderhoudsniveau van de stad in 2012 naar het laagste niveau. Wel intensiveren we met een specifieke aanpak (zonder extra middelen) het onderhoud of de aanpak van hot spots. Dit doen we aan de hand van drie pijlers: - eigen verantwoordelijkheid burgers - ketenaanpak op gemeentelijk niveau - op peil brengen van inzamelvoorzieningen
Programmabegroting 2012
60
Activiteiten 2012
Pilot (subjectieve) veiligheid in de wijk. Stadsbrede aanpak: onderdeel kadernota, o.a. anders communiceren (i.s.m. politie en media).
Jeugdgroepenaanpak Interventies op basis van Kennisfundament, toetsen subsidiecontracten (partners in de jeugdaanpak).
Schoolverzuim Scholen activeren om het aantal verzuimgevallen omlaag te brengen. Met achterblijvende scholen worden afspraken gemaakt en gecontroleerd op naleving.
Persoonsgerichte aanpak - continueren interventies ZVHT en uitbreiden naar 12-minners (via ZAT). - introductie groepsaanpak (o.a. groepsdynamica, wijkgerelateerd, risicojeugd en qat).
61
Activiteiten 2012
Tien locaties Uitvoeren jaarprogramma waarin tien Tilburgse locaties zijn vastgesteld waar de gemeente en aannemers gemeenschappelijk op zullen treden. Daarnaast goede communicatie over de resultaten.
Stand van Zaken
Verhogen sociale kwaliteit Wijkgericht werken Eind 2011 wordt een wijktoets uitgevoerd op basis waarvan wijken gescoord kunnen worden op aspecten van ruimte / fysiek, sociaal, veiligheid en economie & arbeidsmarkt. Toelichting In 2012 zal de volle aandacht uitgaan naar de (verdere) uitwerking van het beleidskader ‘Vitaliteit & Veerkracht’ welke eind mei 2011 is vastgesteld door de Raad. Hiervoor is nog geen indicator en activiteit voor 2012 benoemd.
Doelen in 2012
Basisonderwijs, ROC Sport en Bewegen, Fontys Sporthogeschool en Sporteconomie, de Twern, GGD.
Betrokken partners
Sport
Verhogen van de sportdeelname onder jeugd (6-11 jaar) en jongeren (12-17 jaar) - In 2016 sport 60% van de jeugd (6-11 jaar) minimaal tweemaal per week. - In 2016 sport 75% van de jeugd (12-17 jaar) minimaal tweemaal per week. Sportdeelname volwassenen (nieuw) - In 2016 sport 50% van de volwassenen tot 65 jaar minimaal één maal per week. - In 2016 neemt 50% van de volwassenen vanaf 65 jaar deel aan beweegaanbod.
Stand van Zaken
Toelichting streefcijfers Omdat sport als belangrijk instrument voor gezondheidsbevordering wordt ingezet, hanteren we als uitgangspunt het minimum aantal van twee keer per week sporten voor de jeugd. Een lagere frequentie draagt immers niet of nauwelijks bij aan het gewenste gezondheidsniveau van een persoon.
Sportdeelname In 2010 is de sportdeelname van kinderen en jongeren substantieel gedaald t.o.v. 2008. Het aantal jeugdleden bij sportverenigingen daarentegen is stabiel gebleven na forse groei tot en met 2009. Ook is als gevolg van de Meedoenregeling het aantal sporters toegenomen uit de doelgroep minimahuishoudens.
In 2011 heeft de Raad de kadernota “Samenspel” vastgesteld. Op basis van deze nota zal in 2011 het maatregelenprogramma worden uitgewerkt met de daaraan gekoppelde acties voor 2012. Deze zijn bij vaststelling van de begroting door het college (6 september 2011) nog niet bekend.
Programmabegroting 2012
62
63
Thema: Leefbaarheid
Activiteiten 2012
Sportcentrum Drieburcht Medio 2012 zal het nieuwe sportcentrum Drieburcht (sporthal en zwembad) in Tilburg Noord in gebruik worden genomen. De organisatorische inrichting en programmering zullen bijzondere aandacht vragen.
Wijkgericht werken nieuwe stijl Vormgeven aan nieuwe taak door transparante keuzeprocessen en het borgen en uitbouwen van samenwerkingsrelaties.
Activiteiten 2012
Wijkplannen Opstellen wijkplannen op basis van de wijktoetsen. Voor elke wijk wordt uitgegaan van een basisniveau. Op basis van de wijktoets kan gedifferentieerd gekozen worden voor aanvullende interventie(strategie).
Doelen in 2012
Toekomstgericht duurzaam afvalbeleid - Aantal kg huishoudelijk afval per inwoner* - Scheiding % huishoudelijk afval* - Uitvoering toekomstgericht duurzaam afvalbeleid
Klimaatprogramma: 80 partijen hebben de Tilburgse Klimaatverklaring ondertekend. Al deze partijen hebben in meer of mindere mate een link met het Klimaatschap/Klimaatprogramma/klimaataanpak. Dit zijn partijen vanuit de middenbrabantse overheden, het bedrijfsleven, onderwijs- en kennisinstellingen als ook maatschappelijke organisaties (NGO’s).
CO2 neutraal - Tilburg gaat voor een CO2 neutrale stad in 2045 en zet hiervoor een klimaatprogramma in. - We zetten in 2012 het klimaatprogramma voort waarin de veranderende rol van de overheid is geconcretiseerd.
Stand van Zaken
Toelichting streefcijfers In afwachting van een kadernota over toekomst gericht duurzaam afvalbeleid zullen de huidige indicatoren (kg huishoudelijk afval en % scheiding huishoudelijk afval) nog worden gehandhaafd. Bij de kadernota zal worden bezien welke nieuwe indicatoren gewenst zijn. De activiteiten ten aanzien van duurzaam wonen (verduurzamen huurwoningen en particuliere woningen) zijn opgenomen onder Wonen (activiteiten 2012) bij het thema Vestigingsklimaat.
Toekomstgericht duurzaam afvalbeleid In 2011 zal kadernota door raad worden vastgesteld.
Klimaatprogramma Het Klimaatschap ziet het als haar verantwoordelijkheid om de lokale effecten van de klimaatverandering op te pakken en indien mogelijk om te zetten in lokale economische
activiteit. Met deze vernieuwende aanpak verschuift de aansturing van en de regie op het lokale klimaatbeleid van de gemeente naar het Klimaatschap. Deze werkwijze is een nadrukkelijk voorbeeld van werken aan een andere overheid.
Doelen in 2012
Het duurzaam in stand houden van de groenstructuur en waar nodig ontwikkelen - Eind 2013 is het openbaar groen in de Oude stad toegenomen. Nader onderzoek is nodig om oppervlakte extra groen te bepalen.
Stand van Zaken
Groen in de stad
Met de vaststelling van de Nota Groen en de Nota Biodiversiteit is de visie op groen voor de periode tot 2020 vastgelegd. Ook de middelen zijn hiermee vastgelegd. De mogelijkheden voor
vergroening van de Oude Stad worden onderzocht.
Programmabegroting 2012
64
Betrokken partners
Duurzaamheid
Aansluiting Klimaatschap bij Midpoint In 2012 wordt het Klimaatschap verder vorm gegeven waarbij aansluiting wordt gezocht bij Midpoint Brabant.
65
Thema: Leefbaarheid
Besluit MOED In de tweede helft van 2012 wordt een definitief besluit genomen over de oprichting van MOED.
Activiteiten 2012
Op basis van nader onderzoek in 2011 wordt bepaald waar en hoeveel extra groen er de komende jaren wordt gerealiseerd.
Activiteiten 2012
Uiterlijk 31 januari 2012 moet besloten worden of voor de verwerking van huishoudelijk afval en GFT ná 1 februari 2017 het bestaande contract zal worden verlengd of een nieuw contract zal worden voorbereid.
Lopende zaken In -
2012 werken we tevens aan: Terugdringen milieuverontreiniging (geluid en bodem, luchtkwaliteit) Toename duurzaam bouwen (EPC en GPR) Uitbreiden van biodiversiteit en streven naar een duurzaam watersysteem Veiligheid in de wijk (o.a. overlastgevende panden, actieprogramma urgentiewijken) Centraal meldpunt Handhaving openbaar gebied (o.a. illegale stortingen, graffiti, gladheidsbestrijding, uitvoeren ontruimingen/opslag inboedels, cameratoezicht, parkeren, dierenoverlast, kermistoezicht) Schoonhouden openbaar gebied Handhaving bedrijvigheid (o.a. brandveiligheid, evenementen en horeca, veiligheidsurgentiegebieden) Woonomgevingverbetering (o.a. voorzieningen gehandicapten en ouderen, speelplekken, sociale veiligheid openbaar vervoer en fiets) Beheer infrastructuur (o.a. onderhoud wegen, voltooien Sternet) en parkeren op orde Beheer groen en recreatie (o.a. onderhoud groen, plantsoenen, boomwortelopdruk) Beheer riolering en waterhuishouding (o.a. inspectie, onderhoud) Inzameling huishoudelijk afval, exploiteren gemeentelijke milieustraat en dierplaagbestrijding Infrastructuur sportvoorzieningen en exploitatie sportaccommodaties
Bezuinigingen en intensiveringen Bezuinigingen Bij het thema Leefbaarheid stellen wij voor € 6,9 miljoen te bezuinigen. Deze bezuinigingen zijn als volgt verdeeld over de programma’s: • Programma Veiligheid: € 1,0 miljoen. • Programma Milieu: € 2,0 miljoen. • Programma Sport: € 0,2 miljoen. • Programma Verkeer en vervoer: € 3,7 miljoen. Intensiveringen Bij het thema Leefbaarheid stellen wij de navolgende intensiveringen voor: • Vervangingsinvesteringen parkeergarages t.l.v. de gesloten exploitatie Beheer parkeren Voor een nadere specificatie en toelichting van deze bezuinigingen en intensiveringen wordt verwezen naar bijlage 1.
Veiligheid Rekening 2010 30.011
Begroting 2011 31.210
Begroting 2012 31.077
Begroting 2013 30.587
Begroting 2014 30.441
Begroting 2015 30.003
Baten
4.431
3.835
3.755
2.833
2.689
1.935
Saldo
25.580
27.375
27.322
27.754
27.752
28.068
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
Programmabegroting 2012
66
Interne dienstverlening € 3,2
Veiligheidsregio € 13,1
Personeelskosten € 7,5
Overige bedrijfsvoeringskosten € 2,1 Programmakosten € 5,2
67
Thema: Leefbaarheid
Mileu Rekening 2010 36.376
Begroting 2011 34.986
Begroting 2012 30.525
Begroting 2013 29.772
Begroting 2014 28.467
Begroting 2015 27.174
Baten
11.521
7.775
5.124
4.635
3.574
3.574
Saldo
24.855
27.211
25.401
25.137
24.893
23.600
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
Zowel de lasten als baten dalen in 2012 met € 2 miljoen ten opzichte van voorgaand jaar in verband met de in 2011 opgenomen raming voor verduurzaming particuliere woningen.
Sport Rekening 2010 24.037
Begroting 2011 22.201
Begroting 2012 22.474
Begroting 2013 22.384
Begroting 2014 22.400
Begroting 2015 22.422
Baten
8.354
8.076
8.279
8.360
8.360
8.360
Saldo
15.683
14.125
14.195
14.024
14.040
14.062
Rekening 2010 70.059
Begroting 2011 73.127
Begroting 2012 56.527
Begroting 2013 43.630
Begroting 2014 42.280
Begroting 2015 41.708
Baten
44.532
43.595
30.185
16.772
16.016
15.016
Saldo
25.527
29.532
26.342
26.858
26.264
26.692
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
Verkeer en vervoer (bedragen x € 1.000,-) Lasten
De forse verschillen in zowel lasten als baten tussen de jaren zijn terug te voeren op grote projecten zoals Cityring, verdubbeling Noordoost Tangent en verdubbeling Burgemeester Bechtweg.
Programmabegroting 2012
68
Interne dienstverlening € 2,3 Afvalverwerkingskosten € 7,0
Personeelskosten € 7,1
Overige bedrijfsvoeringskosten € 4,1
Programmakosten € 9,2
Kapitaallasten € 0,6 Storting reserves € 0,2
Subsidies en evenementen € 0,7
Interne dienstverlening € 3,8
Huisvestingskosten € 7,5
Personeelskosten € 7,5
Kapitaallasten € 2,0 Overige bedrijfsvoeringskosten € 1,0
Interne dienstverlening € 3,5 Personeelskosten € 5,3
Kapitaallasten € 13,4
Programmakosten € 30,9
Storting reserves € 3,4
69
Thema: Leefbaarheid
Bestuur De volgende programma’s dragen bij aan het thema Bestuur: Bestuur en Dienstverlening 2012 wordt het jaar waarin de organisatieontwikkeling, ‘Tilburg Transformeert’, werkelijk vorm en inhoud krijgt. De uit te voeren activiteiten en doelen van het programma Bestuur zijn in dit jaar daar vooral op gericht. Maatschappelijke vraagstukken beperken zich veelal niet tot gemeentegrenzen; oplossingen vinden we vaak via bovenlokale samenwerking. Daarnaast draagt samenwerking bij aan een sterke positionering van de stad en de regio, leidt het tot directe belangenbehartiging en het binnenhalen van cofinanciering en aandacht voor onze positionering in bredere verbanden. Wij willen actief zijn in lobbytrajecten. Daarbij is het belangrijk dat op basis van inhoudelijke overwegingen, nagestreefde doelen en een degelijke netwerkanalyse bewust wordt gekozen voor deelname aan bepaalde samenwerkingsvormen. De ontwikkeling van de stad is geen taak van de overheid alleen. Het realiseren van beleid is onmogelijk zonder een goede, doelgerichte samenwerking met partners in de stad. Binnen ‘Tilburg 2040’ wordt gesproken over de lange termijn ontwikkeling en profilering van Tilburg. Op zowel stad- als buurtniveau gaan we op zoek naar nieuwe en wellicht meer effectieve vormen van interactie, participatie en besluitvorming met en door betrokken burgers. De ontwikkeling van internet en allerlei andere vormen van digitale communicatie bieden geheel nieuwe vormen voor informatieverstrekking, kennisdeling, debat en oordeelsvorming én voor interactie met onze burgers en bedrijven.
Stand van Zaken
Opgave in 2012
Werken aan een andere overheid Burgerparticipatie: verbeteren van de communicatie en interactie met burgers over ontwikkelingen in hun directe woonomgeving.
Burgerparticipatie In het derde kwartaal van 2011 wordt de visie burgerparticipatie vastgesteld, na uitgebreide consultatie van college, raad en ambtelijke organisatie. Deze visie burgerparticipatie sluit nauw aan bij de ontwikkelde visie op communicatie, waarmee zowel qua inhoud als
uitgangspunten een relatie bestaat. In 2011 is deelgenomen aan de pilot van de benchmark burgerparticipatie. Daarnaast zijn vijf onderzoeken uitgevoerd om de indicatoren t.a.v. burgerparticipatie bij fysieke projecten uit te testen.
Programmabegroting 2012
70
71
Thema: Bestuur
• Deelname aan de eerste landelijk benchmark burgerparticipatie. • Verbeteren indicator burgerparticipatie fysieke projecten en vast onderdeel laten zijn van dergelijke onderzoeken.
Activiteiten Activiteiten 2012 2012
• Uitvoeren en concretiseren van de gekozen lijn uit het visiedocument burgerparticipatie. • Na vaststelling van de visie burgerparticipatie bepalen op welke onderdelen één of meer streefcijfers kunnen worden geformuleerd. • Meer en effectievere inzet van sociale media bij zowel interactieve beleidsvorming als actief burgerschap.
Stand van Zaken
Doelen in 2012
Samenwerking en netwerken Versterken van de regionale samenwerking - De regio smoel geven met “Social Innovation” als verbindend thema. - Hart van Brabant op de kaart: eind 2013 is aan de hand van een nog op te stellen strategische regionale visie veelvuldig gelobbyd in Den Haag en Brussel over logistiek en multimodaliteit.
Regionale samenwerking Midpoint Brabant: Social innovation In Midpoint Brabant krijgt de samenwerking van gemeenten, ondernemers en kennisinstellingen in de regio vorm. De drie samenwerkende partijen hebben een Strategische Agenda opgesteld met als belangrijkste ambities het verder versterken van de economische structuur van de regio en de positionering van Midden-Brabant als dé regio van Social Innovation. De ambities zijn vertaald naar economische sleutelopgaven op het vlak van Leisure, Logistiek, Luchtvaart & Onderhoud, Life Sciences & Zorg. Hart van Brabant Om de realisatie van deze sleutelopgaven te bevorderen hebben de acht gemeenten in het Hart van Brabant in 2011 een Agenda voor de Regionale Samenwerking opgesteld. Daarin
wordt aangegeven wat deze gemeenten in 2012 en volgende jaren gaan doen ten aanzien van de hierboven genoemde sleutelopgaven van de in Midpoint Brabant samenwerkende partners. Daarnaast intensiveren de gemeenten hun onderlinge regionale samenwerking over de volle breedte van het beleid (a t/m g). In het najaar 2011 zijn de gemeenten gestart met de uitvoering van dit werkprogramma onder begeleiding van een door de acht samenwerkende gemeenten aangestelde programmamanager. Daarbij wordt nauw samengewerkt met het programmabureau Midpoint Brabant. De regionale samenwerking geschiedt op projectbasis, waarbij telkens de benodigde vakinhoudelijke - en waar nodig financiële - inzet vanuit de betreffende gemeenten wordt betrokken.
Toekomst Tilburg 2040 In 2011 is de tweede fase van het Traject Tilburg 2040 van start gegaan. In deze tweede fase gaan we met de raad en partners in de stad op zoek naar voorbeelden die inspireren en concrete
handelingsmogelijkheden opleveren. Op basis van deze ervaringen stellen we samen met de partners in de stad een werkagenda op voor de komende 10 jaar.
Strategisch lobbyen In juli 2011 hebben wij de opzet van het Plan van Aanpak Public Affairs & Lobby vastgesteld. Dit plan is eind 2011 gereed. Tegelijk met de opzet van het Plan van Aanpak hebben wij ook de prioritaire projecten benoemd waarvoor we als gemeente in 2012 willen gaan lobbyen bij provincie, Rijk en EU: a. Capaciteitsverruiming A58 b. Spoorzone Tilburg c. Provinciaal beleid ten aanzien van bedrijven-
terreinen d. Rijksbeleid ten aanzien van de concentratie van Rijksdiensten e. Aerospace & Maintenance Campus f. Realisering Spooraansluiting Loven inclusief Tunnel Rauwbraken. g. WMO h. Jeugdzorg i. Onderkant arbeidsmarkt j. Duurzaamheid
Internationale samenwerking: Tilburg Wereldstad Na bezuiniging ligt de prioriteit voor de besteding van de resterende middelen vanuit het beleidskader Tilburg Wereldstad op: - Ondersteuning bestaande stedenbanden Same, Matagalpa, Minamiashigari, Changzou - Milleniumgemeente, fair trade gemeente
-
Kennisuitwisseling en debat Europese uitwisseling van kennis en ervaring op het gebied van leefbaarheid Versterken internationale economische activiteiten Verbeteren vestigingsvoorwaarden buitenlandse kenniswerkers en hun families.
Programmabegroting 2012
72
Intensivering van de onderlinge samenwerking op een aantal gebieden waarbij meer inzicht en coördinatie ontstaat op de verschillende regionale initiatieven en minder sprake is van een ad hoc karakter:
De raad stelt in de eerste helft van 2012 de Werkagenda vast.
Start uitvoering Plan van Aanpak Public Affairs & Lobby, met de daarbij behorende lobby op de hiernaast genoemde onderwerpen a t/m j.
In 2012 stellen we een programma van eisen Internationale Samenwerking 2012-2013 op waarin de genoemde prioriteiten leidend zijn.
73
Thema: Bestuur
a. Doorontwikkeling van een ruimtelijke (structuur)visie op de regio b. Opstellen van een landschapsvisie en ontwikkelplan gericht op het versterken van de dorpse structuren c. Programmering bedrijventerreinen d. Programmering woningbouw e. Programmering regionale infrastructuur f. Ontwikkelstudie versterken grensoverschrijdende samenhang g. Regionaal arbeidsmarktbeleid / aansluiting onderwijs op vraag aan vakkennis. (N.B.: de prioriteiten voor 2012 moeten nog worden bepaald) Zie voorts onder thema Vestigingsklimaat het onderwerp Economie.
Activiteiten 2012
Uitvoeren strategische agenda - Uitvoering geven aan de strategische agenda van Midpoint Brabant, met name de projectplannen Leisure Boulevard, Logistic Cities en Maintenance, en het opstellen van een projectplan Care. - Betere aansluiting op de regionale agenda door intensieve participatie in de projecten. - Positioneren van het Hart van Brabant als dé regio van Social Innovation betekent dat de gemeente hiervoor aandacht heeft en dit actief uitdraagt via lobby, communicatie en (gemeentelijke) projecten.
Doelen in 2012 Stand van Zaken
Voor het onderdeel terugdringen regeldruk gaan wij het bedrijfsleven (BORT en andere ondernemersverenigingen) inzetten als klankbord en ideeëngenerator.
Handhaven van de klanttevredenheid van de gemeentelijke dienstverlening. - Waardering klanttevredenheid van balies in de stadswinkels en de dienstverlening minimaal op een 7 (landelijke norm). - Klanttevredenheid Wmo. - Klantgerichtheid Sociale Zaken waarbij t.a.v. re-integratie 65% van de klanten de dienstverlening waarderen met minstens een 7 en 50% van de klanten de activiteiten als zinvol ervaart. - Gewijzigd: Terugdringen van regeldruk conform norm Bewijs van Goede Dienst 25% lager dan landelijk gemiddelde.
Dienstverlening In 2010 is de gemeentelijke dienstverlening gewaardeerd met rapportcijfer 7,8.
14013 Het telefoonnummer voor alle gemeentelijke dienstverlening 14013 is aangesloten en bereikbaar.
Project Vitamine D Van de 18 projecten worden er 8 gerealiseerd in 2011. De overige 10 projecten krijgen hun afronding in 2012.
Terugdringen regeldruk Bedrijven hoeven gegevens slechts eenmaal aan te leveren als ze een dienst van de gemeente vragen. Hiertoe gaan we bestanden met basisgegevens koppelen. Ook nemen we de verantwoordelijkheid om te putten uit de gegevens die wij beschikbaar hebben van cliënten. Zo wordt het eenvoudiger om zaken te doen in Tilburg en die zaken doen
we bij voorkeur digitaal. Het aantal producten en diensten dat digitaal bij de gemeente Tilburg verkregen kan worden, wordt sterk uitgebreid. Bestaande regels zullen we met de lokale effectentoets evalueren: 1) is de regel nog nodig, 2) hanteren we het meest geschikte instrumentarium 3) hoe zorgen we ervoor dat de administratieve last zo laag mogelijk is.
Programmabegroting 2012
74
Betrokken partners
Dienstverlening
Activiteiten 2012
Monitoren kwaliteit dienstverlening Inzet mystery shoppers om de kwaliteit van dienstverlening te monitoren.
Nu er één telefoonnummer is voor alle gemeentelijke dienstverlening worden alle overige telefonische eerstelijns ingangen opgeheven.
Implementatie van de nieuwe werkprocessen (lean), verdere professionalisering van het KCC en de informatievoorziening gericht op zo veel als mogelijk “klaar terwijl u wacht”.
Terugdringen regeldruk Eind 2012 heeft iedere inwoner van Tilburg de mogelijkheid een kanaalvoorkeur op te geven en zal ook volgens zijn voorkeur bediend worden. Hierbij wordt actief gestuurd op het digitale kanaal. Het doe-het-zelf-loket rusten we uit met een betaalvoorziening.
75
Thema: Bestuur
Implementatie Ruimtelijke Kwaliteitscommissie en Welstandsnota Vanaf 2011 wordt integraal (welstand, monumenten en groen) geadviseerd over projecten in de fysieke leefomgeving in navolging van integrale vergunningverlening op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (WABO).
Stand van Zaken
Doelen in 2012
Tarieven Handhaven positie als grote gemeente met lage woonlasten. - Behoud van de lage positie op de ranglijst van lokale lastendruk.
In 2011 neemt Tilburg van de 35 grootste gemeenten de 2e positie in als het gaat om de laagste tarieven woonlasten en de 1e plaats van de 26 100.000+ gemeenten (COELO).
Doelen in 2012
Organisatie Ontwikkelen van een organisatie die functioneert als één concern - Eind 2013 heeft de gemeente Tilburg een toonaangevende organisatie.
Stand van Zaken
Toelichting activiteiten 2012 Eind 2013 wordt de organisatieontwikkeling en het effect daarvan geëvalueerd. Tussentijds zullen in 2012 ook twee evaluatiemomenten plaatsvinden. Te weten: 1. Inhoudelijke voortgang en resultaten van de organisatieontwikkeling: Medio 2012 vindt een tussentijdse evaluatie plaats welke zich richt op de beoogde doelen en effecten van Tilburg Transformeert met als doel te kunnen bijsturen waar nodig. 2. Werkbeleving en waardering door medewerkers: Medio 2012 zal middels een MTO (medewerker tevredenheidonderzoek) de werkbeleving en waardering van medewerkers tijdens de transformatieperiode geëvalueerd worden. Op basis daarvan kan, indien nodig, nog bijgestuurd worden.
Vanuit het Coalitieakkoord 2010-2014 heeft de gemeentesecretaris de opdracht gekregen voorstellen te ontwikkelen en maatregelen te treffen om de organisatie meer als één concern te laten functioneren dat krachtig aangestuurd wordt om daarmee de door het bestuur gestelde doelen te realiseren. De door het bestuur vastgestelde nota ‘organisatieontwikkeling Gemeente Tilburg 20102013’ bevat een aanpak om de hoofdopgaven te realiseren. Deze aanpak richt zich zowel op een structuurwijziging als het veranderen van de werkstijl. De nieuwe organisatiestructuur wordt per 1-12012 gerealiseerd. In 2011 hebben daartoe de nodige voorbereidingen plaatsgevonden. 2012 en
2013 worden gebruikt om de nieuwe structuur en bijbehorende werkstijl verder te effectueren. Hiertoe zijn o.a. acht concernbrede deelprojecten opgezet. Bestuur en medewerkers worden periodiek geïnformeerd over de voortgang.
Programmabegroting 2012
76
Activiteiten 2012
Het OZB tarief wordt met 6,35% verhoogd ten opzichte van 2011. De woonlasten stijgen in 2012 met 1,6 %.
77
Thema: Bestuur
Al deze deelprojecten zullen in 2012 (tussentijds) worden geëvalueerd op zowel inhoudelijke voortgang en resultaten als op medewerkerstevredenheid. Zie voorts de bedrijfsvoeringsparagraaf waarin onder meer wordt ingegaan op de consequenties in personele zin van de in deze begroting opgenomen bezuinigingen inclusief de efficiencyverbetering als gevolg van het organisatieontwikkeltraject en de in dit kader te ondernemen acties.
Activiteiten 2012
Om de organisatie ontwikkeling te realiseren voeren we een achttal deelprojecten uit: 1. Werving, selectie en plaatsing huidige medewerkers (reeds in 2011 uitgevoerd) en het zoveel mogelijk oplossen van bovenformativiteit 2. Functioneren topstructuur 3. Herinrichting planning en control cyclus 4. Invoering bedrijfsvoeringconcept 5. Invulling geven aan de bezuinigingsdoelstelling voor 2012 e.v. 6. Invoeren leiderschap en managementprogramma 7. Uitvoeren van de projecten helder adviseren, morele oordeelsvorming, netwerken en “liefde voor tilburg” 8. Herinrichting van de medezeggenschap
Lopende zaken In 2012 werken we tevens aan: - Servicenormen (o.a. subsidieverlening, beantwoorden brieven, afhandeling aanvragen uitkeringen/ regelingen, wachttijden in stadswinkels) - Uitgifte van reisdocumenten, rijbewijzen, akten burgerlijke stand - Parkeerbalie - Verstrekken van vergunningen in het kader van de Wabo, leegstands- en kamerverhuurvergunningen - Heffingen en invorderingen in kader van OZB, hondenbelasting - Heffingen van het rioolaansluitrecht, het rioolafvoerrecht en afvalstoffen - Afwikkelen bezwaar- en beroepschriften - Beheer gemeentegebouwen
Bezuinigingen en intensiveringen Bezuinigingen Bij het thema Bestuur stellen wij voor € 14,5 miljoen te bezuinigen. Deze bezuinigingen zijn als volgt verdeeld over de programma’s: • Programma Bestuur: € 1,4 miljoen. • Programma Dienstverlening, belastingen en tarieven: € 4,3 miljoen. • Programma Algemene middelen en interne dienstverlening: € 8,8 miljoen Intensiveringen Bij het thema Bestuur stellen wij de navolgende intensivering voor: • Verkeersontheffingen, minder kosten € 84.000,- verrekening via leges ontheffingen. • Uitgaven flankerend beleid ten laste van Reserve Flankerend Beleid. • Projecten ICT, € 1.200.000,- ten laste van reserve ROI. • Voortzetten Tilburg Magazine, € 70.000,- t.l.v. bestaande budgetten Stadspromotie. Voor een nadere specificatie en toelichting van deze bezuinigingen en intensiveringen wordt verwezen naar bijlage 1.
Bestuur Rekening 2010 13.410
Begroting 2011 11.410
Begroting 2012 13.719
Begroting 2013 12.641
Begroting 2014 11.853
Begroting 2015 9.608
Baten
1.672
707
2.756
1.677
890
519
Saldo
11.738
10.703
10.963
10.964
10.963
9.089
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
Ten opzichte van 2011 stijgen de lasten en baten in 2012 met € 2 miljoen in verband met geraamde uitgaven flankerend beleid ten laste van de betreffende reserve.
Programmabegroting 2012
78
Flankerend beleid/ Organisatieontwikkeling € 2,2
Programmakosten € 0,4
Personeelskosten € 7,2
Overige bedrijfsvoeringskosten € 3,9
79
Thema: Bestuur
Dienstverlening, belastingen en tarieven Rekening 2010 113.393
Begroting 2011 83.335
Begroting 2012 82.559
Begroting 2013 82.226
Begroting 2014 81.115
Begroting 2015 80.646
Baten
162.899
136.839
140.008
141.545
140.996
142.936
Saldo
-49.506
-53.504
-57.449
-59.319
-59.881
-62.290
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
De baten nemen ten opzichte van 2012 toe met ca. € 3 miljoen. Dit is het gevolg van de verhoging van de OZB en de verhoging van de hondenbelasting. Daarnaast is rekening gehouden met de invoering van toeristenbelasting. Ook de bijstelling van de opbrengst rioolrechten en afvalstoffenheffing leidt tot een aanpassing van de baten.
Algemene middelen / interne dienstverlening Rekening 2010 165.144
Begroting 2011 175.306
Begroting 2012 162.732
Begroting 2013 103.031
Begroting 2014 97.313
Begroting 2015 90.926
Baten
408.108
413.401
398.477
327.571
320.334
306.722
Saldo
-242.964
-238.095
-226.745
-224.540
-223.021
-215.796
(bedragen x € 1.000,-) Lasten
Het verschil in lasten ten opzichte van 2011 valt grotendeels te verklaren door de bijstellingen van mutaties op reserves.
Programmabegroting 2012
80
Grondexploitatie algemeen € 10,8
Personeelskosten € 17,7
Centraal meldpunt + gebruik openbare ruimte € 0,9
Beheer gemeentelijke gebouwen € 17,5 Overige bedrijfsvoeringskosten € 12,4
Gebiedsmanagement € 2,3
Inwonersdiensten € 1,5
Storting reserves € 1,1
Kapitaallasten € 18,4
Personeels- en overige bedrijfsvoeringskosten € 20,3
Kapitaallasten € 4,3
Programmakosten € 70,7
Storting reserves € 67,4
81
Thema: Bestuur
Programmabegroting 2012
82
Hoofdstuk 3
Specifieke onderwerpen
83
3
Specifieke onderwerpen
In dit hoofdstuk wordt een aantal belangrijke onderwerpen, die verspreid over de programma’s in de begroting staan, gebundeld in een overzicht en expliciet onder de aandacht van uw Raad gebracht waardoor beter inzicht verschaft wordt op deze aspecten van het gemeentelijk beleid. In de eerste paragraaf worden de speerpunten van de bedrijfsvoering van de ambtelijke organisatie toegelicht. In paragraaf 2 komt het subsidiebeleid van de gemeente aan de orde waarbij ook de subsidiebedragen per programma worden aangegeven. In de paragraaf Algemene dekkingsmiddelen wordt een integraal overzicht gegeven van de middelen die de gemeente in kan zetten voor eigen beleid (algemene uitkering, belastingen, dividenden etc.). In paragraaf 4 worden de gevolgen van het beleid voor de gemeentelijke tarieven in beeld gebracht. Daarna volgen de verplichte paragrafen zoals die in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) zijn opgenomen. Het betreft hier vooral onderwerpen die van belang zijn voor de beoordeling van de financiële positie op de korte en langere termijn. Dit zijn achtereenvolgens de paragrafen Weerstandsvermogen, Onderhoud kapitaalgoederen, Financiering, Verbonden partijen en Grondbeleid.
3.1
Bedrijfsvoering
Speerpunten Nu al, maar zeker in de begrotingsjaren 2012 e.v., wordt de bedrijfsvoering bepaald door de organisatieontwikkeling enerzijds en bezuinigingen anderzijds. De bezuinigingen vormen in belangrijke mate ook de randvoorwaarden waarbinnen wij de organisatie inrichten en de manier waarop wij werken. Beide processen, organisatieontwikkeling en bezuinigingen, ‘zijn niet met een schaartje te knippen’. Wij realiseren ons dat er kansen en verbeteringen ontstaan voor een effectieve, ‘lean’ -organisatie maar dat tegelijkertijd ook de werkgelegenheid in de organisatie vermindert, zodat tijdelijk overcapaciteit ontstaat en medewerkers naar ander werk geleid moeten worden. Dit laatste is bepalend voor het personeelbeleid van de komende jaren.
Organisatie Opdracht Vanuit het Coalitieakkoord 2010-2014 heeft de gemeentesecretaris de opdracht gekregen om voorstellen te ontwikkelen en maatregelen te treffen om de organisatie meer als één concern te laten functioneren dat krachtig aangestuurd wordt om daarmee de door het bestuur gestelde doelen te realiseren. De hoofdopgaven voor de nieuwe organisatie zijn: • Inhoudelijk richting geven door bestuur en management • Hoofdprocessen inrichten op de realisatie van bestuurlijke doelen • Toegeruste managers en medewerkers die kwaliteiten maximaal inzetten en • Het behouden van een betaalbare organisatie De door het bestuur vastgestelde nota ‘Organisatieontwikkeling Gemeente Tilburg 2010-2013’ bevat een aanpak om deze hoofdopgaven te realiseren. De aanpak richt zich zowel op een structuurwijziging als op het veranderen van de werkstijl. De nieuwe organisatiestructuur wordt per 1 januari 2012 gerealiseerd. De jaren 2012 en 2013 worden gebruikt om de nieuwe structuur en bijbehorende werkstijl verder te effectueren. Bezuinigingen De financiële opgave van deze begroting omvat van 2012 tot en met 2015 een bezuiniging van bijna € 50 miljoen met als gevolg een formatievermindering van circa 160 formatieplaatsen (fte), waarvan 80 fte in het kader van efficiencyverbetering. Stand van zaken met betrekking tot de opdracht Organisatieontwikkeling Inmiddels worden in 2011 onder de naam ‘Tilburg Transformeert’ de hoofdlijnen van de netwerkorganisatie verder uitgewerkt en wordt een aantal aspecten met betrekking tot de sturing en
Programmabegroting 2012
84
werkwijze verdiept. Het proces wordt geleid door de ‘directie in oprichting’: de gemeentesecretaris / algemeen directeur en inmiddels twee intern geselecteerde directeuren. De structuur gaat nu uit van een centrale directie, een ‘corporate’ eenheid Strategie & control, een vijftal primaire afdelingen, zeven gecentraliseerde ondersteunende afdelingen en zeven bedrijfsmatige afdelingen. Van elke afdeling is een karakterschets gemaakt. De inmiddels geselecteerde beoogde afdelingshoofden* gaan daarmee een inrichtingsplan voor hun afdeling opstellen waarbij de onderlinge samenwerking van de afdelingen een belangrijk uitgangspunt vormen met het oog op de netwerkorganisatie. Er loopt een aantal gemeentebrede projecten die invulling geven aan de sturing en de werkwijze, waaronder het functioneren van de topstructuur (strategie en bestuurlijke doelen), leiderschap en management, werkstijl, houding en gedrag, (voor sturing en werkstijl), de vernieuwde planning & controlcyclus en een nieuw bedrijfsvoeringsconcept (voor het functioneren van de organisatie als één krachtig aangestuurd concern). Bij het Thema Bestuur is onder ‘Organisatie’ een samenvatting gegeven van doel, stand van zaken en activiteiten ter zake van de organisatieontwikkeling. Bedrijfsvoering Het ontwikkelen van een nieuw bedrijfsvoeringsconcept in 2012 e.v. houdt in het nader bepalen van de wijze van sturen en beheersen van alle bedrijfsprocessen met als doel deze effectief (doen we de goede dingen) en efficiënt (doen we de dingen goed) te laten verlopen. De ondersteunende afdelingen stellen de primaire en de bedrijfsmatige afdelingen in staat dit te bereiken. De nieuwe Planning- en controlsystematiek vervult daarin een belangrijke functie. Een heldere rolverdeling tussen de ondersteunende afdelingen en de overige afdelingen is daarbij noodzakelijk. Ten aanzien van efficiency denken we aan kostprijsberekeningen, benchmarks en normen voor service en kwaliteit om optimaal richting te geven aan een efficiënte bedrijfsvoering. Voortdurend zal bekeken worden of outsourcing / samenwerken opties zijn. Bij effectiviteit gaat het erom dat de bedrijfsvoering en de diverse projecten gericht zijn op realisatie van de doelen. Planning & Control Het herontwerpen van planning & control houdt in het nader bepalen van de informatiebehoefte van raad, college, directie en afdelingshoofden en het hierop afstemmen van de nieuw te ontwikkelen instrumenten binnen de P&C-cyclus (begroting, jaarstukken en tussentijdse managementinformatie). Het gemeentebrede project Planning & Control is in 2011 van start gegaan en dient te leiden tot een eenduidige visie op de informatiebehoefte die zijn weerslag krijgt in de nieuwe instrumenten, de informatievoorziening en processen. Het zwaartepunt van de implementatie van dit traject zal liggen in 2012 gelijktijdig met de invoering en het in gang zetten van de nieuwe organisatie. Als eerste is de Programmabegroting 2012 verbeterd. Die is concreter: leesbaarder, de vormgeving is verbeterd en ‘het gaat gewoon over 2012’. In 2012 zullen de overige instrumenten, zoals de tussentijdse informatievoorziening en de verantwoordingsstukken, opnieuw worden opgezet. Functioneren topstructuur De naleving van in 2011 gestelde kaders en afspraken omtrent de inrichting van de topstructuur wordt in 2012 e.v. geëvalueerd met als doel het functioneren van de topstructuur verder uit te lijnen volgens de ambities van Tilburg Transformeert.
Leiderschap, werkstijl, houding en gedrag Wij zullen de leidinggevenden toerusten om leiderschap en management zodanig met elkaar te verbinden dat de bestuurlijke doelen op een effectieve en maatschappelijk verantwoorde wijze kunnen worden gerealiseerd. In 2012 (e.v.) wordt het leiderschapsprogramma -als opvolger van de managementleergang- opgestart met als doel het creëren van een gemeenschappelijk beeld van de centrale leiderschapsthema’s in de nieuwe organisatiesetting. Het doel is tevens het nieuwe management in staat te stellen leiderschapsambities te vertalen in concreet gedrag. Daarbij worden bestuur en ambtelijk leiderschap dichter bij elkaar gebracht, gericht op het afstemmen van wederzijdse verwachtingen en het bestuur deelgenoot te maken van de werking van de nieuwe organisatie en de rolopvatting. Het gemeentebrede project ‘Leiderschap en management’ levert hiervoor input. Gezamenlijke activiteiten als een *Stand 10 juni
85
Specifieke onderwerpen
managementleergang hebben behalve een inhoudelijk aspect met name ook het effect van versterking van het netwerk. Ook in de nieuwe organisatie worden competenties en resultaatafspraken als basis genomen voor de aansturing van medewerkers. In 2012 wordt het deelproject Helder adviseren verder uitgevoerd met als doel het bestuur beter te faciliteren om goede, heldere, afgewogen en transparante besluiten te nemen. Ook in 2012 wordt aan ‘Liefde voor Tilburg’ invulling gegeven. Dit om te bereiken dat medewerkers in verbinding staan met elkaar en met de omgeving (waaronder ketenpartners en belanghebbenden). Hierdoor kunnen we van elkaar leren om in netwerkverband en op interactieve wijze de (bestuurlijke) doelen effectief te realiseren. In het kader van integriteit wordt in 2012, als vervolg op het traject Morele oordeelsvorming, het houden van moreel leeroverleg professioneel begeleid. Dit ter bevordering van het maken van moreel juiste afwegingen bij besluiten. Tenslotte worden leidinggevenden ook getraind op handhaving van integriteit. Bezuiniging op de organisatie In de jaren 2012 tot en met 2015 wordt efficiencywinst gezocht via de lijnen: minder management, doorlichting van processen en ketens, bezuiniging op en met ICT, bundelen van routinematige bedrijfsvoeringaspecten en outsourcen casu quo op afstand plaatsen van onderdelen van de organisatie. Dit met als doel om structureel ruim € 7,2 miljoen te besparen door verbetering van efficiency. De lijn ‘minder management’ wordt met het maken van de inrichtingsplannen voorbereid en per 1 januari 2012 in formatieve zin gerealiseerd. De overige lijnen worden voor de begroting 2013 uitgewerkt en verspreid over de tijd gerealiseerd.
Personeel Overcapaciteit Als gevolg van de bezuinigingen in combinatie met de organisatieontwikkeling heeft de gemeentelijke organisatie te maken met overcapaciteit. In het kader van goed werkgeverschap is met ingang van januari 2011 met de vakorganisaties een sociaal statuut overeengekomen met als doel de personele gevolgen van reorganisaties en bezuinigingen zo goed mogelijk op te lossen. Hierbij wordt onder meer gebruik gemaakt van de flexibele schil. In de inrichtingsplannen voor de nieuwe organisatie per 1 januari 2012 wordt uitgewerkt hoe de benodigde capaciteit er in kwalitatieve en kwantitatieve zin uit komt te zien. Daarin wordt de bezuiniging (taken en efficiency) geïmplementeerd. Het traject om de medewerkers van de oude organisatie naar de nieuwe organisatie over te brengen is het plaatsingsplan. Daarin wordt ook de boventalligheid en bovenformativiteit van medewerkers duidelijk. Dit traject start in 2011 maar loopt door in de volgende jaren, parallel aan de begrotingscyclus. Medewerkers worden zoveel mogelijk via re-integratietrajecten van werk naar werk geleid. Om dat mogelijk te maken is flankerend beleid begroot. Overzicht: meerjarig begroot voor flankerend beleid (bedragen x € 1.000,-) Bron / jaar
2012
2013
Begroting 2011 e.v.
1.069
458
Begroting 2012 e.v.
900
700
371
1.969
1.158
371
Totaal
2014
Intern is een re-integratieteam belast met de begeleiding van deze plaatsings- en re-integratietrajecten. Bij de bestuurlijke behandeling van de genoemde nota ‘Organisatieontwikkeling Gemeente Tilburg 20102013’ in de commissie Modern Bestuur is afgesproken dat over de frictiekosten (het verschil tussen de begrote en de werkelijke capaciteit) afzonderlijk zal worden gerapporteerd. Wij zijn ons er van bewust dat er een paradox bestaat tussen het laten uitstromen van medewerkers
Programmabegroting 2012
86
en de in diverse rapporten aangekondigde krapte op de arbeidsmarkt binnen enkele jaren. Wij moeten er echter van uitgaan dat de schaarste van de overheidsfinanciën langer duurt dan het herstel van de (arbeids-)markt. Efficiency en personeelsmanagement Door de centralisatie van de ondersteunende afdelingen, het standaardiseren van de dienstverlening en de efficiencyverhoging door bezuinigingen krijgt het personeelsmanagement een ander karakter. Door de verhoging van de ‘span of control’ verandert ook de manier waarop leidinggevenden hun medewerkers aansturen. Het ondersteuningsproces zal waar mogelijk gedigitaliseerd worden (zoals digitaal personeelsloket en digitale formulieren), zodat de P&O-professionals hun focus kunnen leggen op noodzakelijke advies- en maatwerksituaties. Opleidingen gemeentebreed Opleidingen zijn een belangrijk instrument in verandermanagement. Voor ‘Tilburg Transformeert’ is het nodig om medewerkers, inclusief management, mee te nemen in de verandering, bijvoorbeeld door het ontwikkelen van de netwerkvaardigheid, maar ook meer in het algemeen voor gedragsverandering die nodig is voor de werkstijl van de nieuwe organisatie. Wij zullen daarom een nader te bepalen percentage van de opleidingsbudgetten centraliseren voor ‘Tilburg Transformeert’. Netwerken en ketens Onder ‘nieuwe media’ geven wij het belang aan van de inzet van moderne technieken en ‘social media’ in het onderhouden van netwerk- en ketenrelaties. Het spreekt voor zich dat daarom de media en technieken die maatschappelijk gangbaar zijn ook binnen onze organisatie in de eigen werkprocessen de norm worden. Dit heeft een belangrijk cultuuraspect in zich, omdat het eisen stelt aan de zelfstandige verantwoordelijkheid respectievelijk de aansturing van medewerkers die tijd- en plaatsonafhankelijk werken. In het project leiderschap en werkstijl wordt hierop ingespeeld. Medezeggenschap Doordat de dienstenstructuur verdwijnt krijgt noodzakelijkerwijs ook de medezeggenschapsstructuur een andere vorm. De huidige Ondernemingsraad (OR) blijft bestaan, maar de Onderdeelcommissies per dienst verdwijnen. Er is door de medezeggenschap een projectgroep ingesteld die zich buigt over een andere werkwijze. Een element daarvan is zogeheten gestructureerd werkoverleg in de afdelingen, waardoor decentrale medezeggenschap in de organisatie van het werk geborgd is en van waaruit ‘bottom- up’ onderwerpen in de OR kunnen worden geagendeerd die gemeentebreed van belang zijn. De resultaten van deze projectgroep, inclusief een op te stellen plan van aanpak zullen in het vierde kwartaal 2011 worden besproken met de WOR-bestuurder. De veranderde structuur en werkwijze van de medezeggenschap kunnen dan vanaf 1 januari 2012 geïmplementeerd worden.
Informatisering Nieuwe media Het werken in een netwerkorganisatie vergt nieuwe vormen van samenwerking met de stad en intern. ICT draagt daaraan bij door de inzet van nieuwe media en het meer mogelijk maken van tijd-, plaatsen apparatuuronafhankelijk werken. De gemeente beschikt over veel gegevens die door burgers en bedrijven gebruikt kunnen worden, bijvoorbeeld voor de ontwikkeling van ‘apps’ voor mobiele telefoons en bij het interactief maken van de gemeentelijke website. Open data ter beschikking stellen aan burgers en bedrijven levert een bijdrage aan Tilburg als een open organisatie in de netwerksamenleving. Één gemeenschappelijke informatiehuishouding Vanuit ICT wordt de P&C- systematiek ondersteund bij het beschikbaar stellen en aanleveren van informatie voor sturing en verantwoording. De informatievoorziening zal uitgaan van één gemeenschappelijke informatiehuishouding, zodat alle organisatieonderdelen zich van eenduidige en actuele informatie bedienen. Niet alleen vermindert daardoor de administratieve druk voor de burger; ook de interne organisatie van processen en de besturing wordt doelmatiger. Informatie wordt opgebouwd vanuit een -nog in opbouw zijnde- continue logische stroom van strategische, tactische en operationele gegevens , de zogeheten informatiepiramide.
87
Specifieke onderwerpen
ICT visie ICT is van en voor de stad en richt zich op ketensamenwerking. Het ICT beleid in 2012 is gebaseerd op de meerjarige ICT visie uit 2008, het Coalitieakkoord Tilburg 2010-2014 en de bezuinigingsvoorstellen in de meerjaren programmabegroting. Het Informatieplan 2009-2012 zal in de loop van 2012 worden vernieuwd naar een nieuw informatieplan voor 2013 en later. Onder meer leidend daarvoor zal zijn de door het VNG vastgestelde @genda 2015: ‘Slimme verbindingen gemeentelijke agenda informatiebeleid’. Het directieteam benoemt een Chief Information Officer (CIO) uit zijn midden die de aansturing van de inzet van ICT versterkt. Relatie met programma’s Sociale stijging wordt via de beleidsprogramma’s met ICT ondersteund in de ketensamenwerking zoals Centrum voor Jeugd en Gezin, Werkplein (eenmalige uitvraag en meervoudig gebruik van gegevens), Jongerenloket Blink en Veiligheid- en zorghuis, Burgerzaken (modernisering GBA). Om de ambities van de Spoorzone te ondersteunen wordt een informatieplan Spoorzone uitgewerkt en Virtueel Tilburg ingezet. Midpoint Brabant is een bron voor nieuwe regionale initiatieven die met ICT zullen worden ondersteund. De verbetering van het vestigingsklimaat wordt met ICT onder meer verbeterd door de digitale bereikbaarheid van de stad te verbeteren, met name door het stimuleren van glasvezel naar alle woningen. Ook de regionale samenwerking zal meer aandacht krijgen (glasvezel, dienstverlening en kantoorautomatisering). Per 1 januari 2012 functioneert een Klanten Kontact Centrum (KCC) voor de gemeente als geheel (ondersteunen 014 en andere kanalen met één kennissysteem waardoor burger eenduidige antwoorden krijgt via alle kanalen). Burgers kunnen bij verdere ontwikkeling via een door hen zelf te kiezen kanaal, gedeeltelijk tijd- en plaatsonafhankelijk, de betreffende dienstverlening geleverd krijgen. Het digitale kanaal wordt preferent ingezet (meer digitale formulieren en zelfwerkzaamheid). Besparingen op ICT en ICT als motor voor besparingen Enerzijds wordt in 2012 ook de doelmatigheid van de ICT-organisatie zelf verhoogd. Dit gebeurt door centralisatie en standaardisering. Anderzijds zal ICT een belangrijke motor en voorwaarde zijn voor besparingen. Zo zal het digitale kanaal preferent worden ingezet bij dienstverlening. Systematisch zal gekeken worden hoe de werkprocessen eenvoudiger en doelmatiger kunnen worden georganiseerd (“lean”). Via het geleidelijk invoeren van zaakgericht werken, inzet van één informatiehuishouding en het verder digitaliseren van onderdelen van processen maakt ICT dit mede mogelijk. Informatiebeveiliging Informatiebeveiliging is de basis voor een geloofwaardige en betrouwbare overheid. In februari 2010 heeft de raad de kaders voor informatiebeveiliging 2010-2013 vastgesteld. De gemeente Tilburg kiest er voor om proactief prioriteit te geven aan het openbaar ontsluiten en uitwisselen van informatie voor moderne dienstverlening, transparant bestuur, burgerparticipatie, fraudebestrijding en handhaving, samenwerking met ketenpartners, tenzij dat expliciet in strijd is met wet- en regelgeving. Er is altijd een spanningsveld tussen benaderbaarheid (openheid) en veiligheid. Wat deze laatste betreft ligt de focus in 2012 op het garanderen van het niveau van basisbeveiliging, bewustwording bij bestuur, management en medewerkers en het borgen van het privacybeleid.
Communicatie Strategisch communicatiebeleid Het realiseren van beleid is moeilijk zonder een doelgerichte samenwerking met burgers, instellingen en organisaties in de stad. Communicatie heeft meer dan ooit een strategische rol gekregen en is daarmee een gemeentebrede verantwoordelijkheid. Communicatie in het ‘hart van het beleid’. Dit vraagt een andersoortige overheidscommunicatie. Tegelijkertijd treedt de overheid, mede gedwongen door bezuinigingen, terug en laat meer taken en verantwoordelijkheden over aan de maatschappij en de burgers. Ook deze beweging vraagt heldere communicatie over deze veranderende rollen tussen overheid, organisaties en burgers. Wat hierin richtinggevend moet zijn, welke activiteiten daarvoor nodig zullen zijn en wat dat aan middelen van ons vergt is onderdeel van de in 2011 in gang gezette ontwikkeling van de strategische communicatienota “Communicatie 2012 en verder”. Elementen die daarbij van belang zijn: transparantie & navolgbaarheid, snelheid van informatie-uitwisseling, gerichte doelgroep- en netwerkbenadering.
Programmabegroting 2012
88
De strategische communicatieadviesfunctie is in 2011 versterkt en zal in 2012 worden verbreed. Verdere digitalisering van de publieksvoorlichting heeft prioriteit. ‘Digitaal, tenzij…’ wordt daarbij uitgangspunt. Vergroting van de advieskennis moet ertoe leiden dat sociale media en andere vormen van digitale communicatie een prominenter onderdeel gaan vormen van de communicatiemiddelenmix. Openbaarheid, transparantie, snelheid en kostenbesparing zijn hierbij leidende criteria. Verbinding met het coalitieakkoord Bestuurlijk en organisatorisch is de promotie van de stad nadrukkelijk verbonden met het vestigingsklimaat in Tilburg en thema’s als Social Innovation en Tilburg 2040. Dit biedt kansen voor een hernieuwde en sterkere inhoudelijke focus op de profilering van de stad dan voorheen. In 2012 moeten promotionele activiteiten bijdragen aan dit profiel. Relatiebeheer maakt hier nadrukkelijk onderdeel van uit. Voor projecten, evenementen en thema’s waarop Tilburg zich wil onderscheiden worden standaard promotiemiddelen (kernboodschappen, hand-outs, PowerPoint en publicaties zoals Tilburg Magazine etc.) ontwikkeld die bestuurders en ambtenaren maar ook ambassadeurs van de stad binnen hun netwerk kunnen gebruiken.
Huisvesting In 2011 zal er duidelijkheid komen over de toekomst van de gemeentelijke huisvesting. De kernvraag die beantwoord wordt is of we gaan verhuizen of ingrijpend verbouwen? In beide scenario’s zal de huisvesting optimaal ondersteunend moeten zijn aan de nieuwe organisatie en het gebruik van nieuwe media en het tijd-, plaats- en apparatuuronafhankelijk werken. Daarnaast zal duidelijk worden hoe huisvesting van de gemeentelijke organisatie zich verhoudt tot de ontwikkeling van het kernwinkelgebied? Wat zijn de kosten die met de verschillende scenario’s zijn gemoeid voor wat betreft investeringen en exploitatielasten? Bij huisvesting van de gemeentelijke organisatie wordt uitgegaan van het huisvesten van 1.500 kantoormedewerkers. Bij het bepalen van dit aantal is rekening gehouden met de gevolgen van de bezuinigingen en de verhuizing van het team Activering naar een bedrijfsverzamelgebouw samen met het UWV in de Spoorzone. Afhankelijk van politiek-bestuurlijke besluitvorming wordt in 2012 het gekozen scenario uitgewerkt. Lopende dit traject wordt zo weinig mogelijk geïnvesteerd in de huidige gemeentelijke huisvesting.
3.2
Subsidies
Het gemeentelijk beleid wordt voor een deel via subsidieverstrekking aan organisaties in de stad uitgevoerd. In totaal wordt een bedrag van ca. € 77 miljoen aan subsidies verstrekt. Op 19 april 2010 heeft de raad het college de opdracht gegeven een plan van aanpak op te stellen voor het verbeteren van het subsidiebeleid. Het plan van aanpak is na bespreking met de raad (auditcommissie 12 juli 2010) definitief vastgesteld. Een van de actiepunten in dit plan van aanpak is het opstellen van een kadernota subsidiebeleid. De kadernota subsidiebeleid is op 4 juli 2011 door de raad vastgesteld. Hierin zijn de kaders opgenomen voor het verlenen en vaststellen van alle subsidies in de gemeente Tilburg gedurende de periode 20122016. De kadernota is uitgewerkt vanuit het perspectief van de volgende eerder door het college en raad geformuleerde uitgangspunten: werken op basis van vertrouwen, verminderen van de administratieve last en regeldruk, verhoging van de dienstverlening aan instellingen en burgers, efficiënt en effectief organiseren, komen tot één bedrijfsvoering en één administratie. Deze uitgangspunten zijn niet uniek en passen in een breder kader bij de landelijke ontwikkelingen. Naar aanleiding van de vaststelling van de kadernota wordt de Algemene subsidieverordening (Asv) aangepast en in het derde kwartaal van 2011 voorgelegd aan de raad ter vaststelling. Parallel hieraan wordt de interne procesgang van het verlenen van subsidies, inclusief informatievoorziening geëvalueerd en waar nodig aangepast.
89
Specifieke onderwerpen
Naast het wettelijke kader waar de subsidieverlening in Tilburg aan moet voldoen, geeft de gemeenteraad vanuit zijn kaderstellende rol ook een specifiek karakter aan het subsidiebeleid in Tilburg. Hieronder is een samenvattend overzicht opgenomen van de voornemens voor de verdeling van de subsidies in 2012. Het subsidieprogramma is gericht op de in de programmabegroting omschreven basisvoorzieningen en aanvullende voorzieningen. Met de gesubsidieerde instellingen worden afspraken gemaakt over hun bijdrage aan het realiseren van deze doelstellingen. De inzet van de subsidies per programma is in 2012 als volgt: (Bedragen x € 1.000,-) Programma
2011
2012
Cultuur
23.575
22.307
Onderwijs en Jeugd
20.002
16.660
672
649
36.279
33.760
Integratie
2.488
1.831
Veiligheid
331
216
Economie
480
480
Werk en bijstand
191
183
Stedelijke inrichting / Stedenbouw
125
112
Wonen
30
30
Milieu
204
197
Water, natuur en landschap
25
25
Bestuur
18
18
2.374
94
86.794
76.563
Bedrijven (Sport en inzameling) Zorg en welzijn
Dienstverlening, belastingen en tarieven Totaal subsidies
(In bovenstaande totaalbedragen 2012 zijn de mutaties verband houdend met voorstellen nieuw beleid zoals opgenomen in deze programmabegroting niet verwerkt. Taakstellende bezuinigingen zijn wel verwerkt).
3.3
Algemene dekkingsmiddelen
Toeristenbelasting € 0,3 Deelnemingen Precariobelasting € 0,8
€ 18,5
Saldo finandieringsfunctie € 4,5
Hondenbelasting € 1,5
OZB-opbrengsten € 34,9
Algemene uitkering € 232,0
Programmabegroting 2012
90
In dit onderdeel wordt inzicht gegeven in de algemene dekkingsmiddelen. Met algemene dekkingsmiddelen worden inkomsten bedoeld die geen specifiek bepaald bestedingsdoel kennen. De belangrijkste daarvan zijn de opbrengst OZB en de algemene uitkering. Algemene uitkering De raming voor de algemene uitkering is gebaseerd op de Meicirculaire 2011. Verder is voor de basisgegevens 2012 uitgegaan van bijgestelde prognoses. De meerjarige ontwikkeling ná 2012 als gevolg van het accres en de wijziging van de Tilburgse uitkeringsbasis (aantal woonruimten, inwoners, uitkeringsgerechtigden en OZB-inkomsten maatstaf) is, conform bestendige gedragslijn, niet in de ramingen verwerkt. De reden hiervoor is de onzekerheid met betrekking tot de ontwikkeling van het accres, het uitkeringspercentage en de landelijke uitkeringsbasis. De algemene utkering 2012 kan als volgt gespecificeerd worden: (Bedragen x € 1.000,-) Algemene uitkering (incl. suppletie-uitkering)
2012 194.634
Integratie-uitkeringen
20.388
Decentralisatie-uitkeringen
16.978
Totaal
232.000
OZB-opbrengsten De OZB is een gemeentelijke belasting die als algemeen dekkingsmiddel kan worden ingezet omdat aan deze heffing geen specifiek bestedingsdoel is gekoppeld. In meerjarig opzicht stijgen de OZBopbrengsten door de ontwikkeling van het aantal woningen en niet-woningen. De volgende specificatie kan worden gegeven. (Bedragen x € 1.000,-)
2012
Opbrengst woningen - eigenaren
16.878
Opbrengst niet-woningen - eigenaren
10.375
Opbrengst niet-woningen - gebruikers Totaal
7.637 34.890
Voor de ontwikkelingen op het terrein van de OZB en de tariefstelling wordt verwezen naar paragraaf 3.4 Lokale heffingen. Hondenbelasting Onder de naam “hondenbelasting” wordt een directe belasting geheven ter zake van het houden van één of meer honden binnen de gemeente. De opbrengst 2012 is geraamd op € 1.504.000,-. Dit is inclusief de extra verhoging van 10%. Precariobelasting Onder de naam precariobelasting wordt een belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. De totale opbrengst 2012 is geraamd op € 758.000,-.
91
Specifieke onderwerpen
De volgende specificatie kan worden gegeven: (Bedragen x € 1.000,-)
2012
- bouwactiviteiten
261
- reclames
115
- terrassen
140
- kermisterrassen
42
- standplaatsen
48
- evenementen
50
- overige objecten
99
- aankondigingsborden
3
Totaal
758
Toeristenbelasting Met ingang van 2012 wordt de toeristenbelasting ingevoerd door heffing van deze belasting op degene die een natuurlijk persoon gelegenheid biedt tot verblijf in Tilburg. De belasting is van toepassing op hotelovernachtingen, kampeerovernachtingen en havenovernachtingen. De opbrengst 2012 is geraamd op € 330.000,-. Deelnemingen De dividenduitkeringen (incl. winstuitkeringen en beheersvergoedingen van de deelnemingen) worden voor 2012 geraamd op € 5.929.000,-. De overige dekkingsmiddelen in het kader van de deelnemingen worden voor 2012 geraamd op € 12.620.000,-. Een specificatie van deze bedragen is opgenomen in paragraaf 3.8 Verbonden partijen. Saldo financieringsfunctie Het rente-omslagpercentage voor 2012 is berekend op 3,61%. Het toe te rekenen rente-omslagpercentage bedraagt met ingang van 2007 4,5%. Het (bruto) voordeel op het product financiering bedraagt € 4.490.000,-. Van dit voordeel lekt € 851.000,- weg doordat dit voordeel verrekend wordt in de tarieven afvalstoffenheffing en rioolrechten. Het resterende financieringsvoordeel bedraagt derhalve € 3.639.000,-Dit voordeel wordt toegevoegd aan de Reserve Grootschalige Investeringswerken.
3.4
Lokale heffingen
Algemeen Deze paragraaf geeft nader inzicht in de diverse gemeentelijke belastingen en de consequenties daarvan voor de inwoners. Allereerst wordt stilgestaan bij de belastingen die kunnen worden gerangschikt onder de zogeheten woonlasten. Het betreft hier de onroerende-zaakbelastingen (OZB), de afvalstoffenheffing en de rioolrechten. Ook wordt in deze paragraaf nog ingegaan op een aantal overige heffingen en belastingen, zoals o.a. de hondenbelasting en de bouwleges. Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen is vastgelegd in de: • Nota kostentoerekening 2003 Kwijtscheldingsbeleid Het kwijtscheldingsbeleid wordt uitgevoerd op basis van de wettelijke regelgeving. Kwijtschelding wordt in principe verleend indien men een minimuminkomen en weinig vermogen heeft. Er wordt ook automatische kwijtschelding toegepast, waarbij aan het eind van elk jaar een toets wordt uitgevoerd of een klant het volgende jaar nog steeds recht heeft op kwijtschelding. Kwijtschelding
Programmabegroting 2012
92
kan worden verleend voor de volgende belastingen en heffingen: afvalstoffenheffing, rioolrechten en hondenbelasting. In het jaar 2012 worden naar verwachting 8.600 aanvragen om kwijtschelding ingediend. Naar verwachting wordt 70% hiervan toegekend. De programmakosten (excl. uitvoeringskosten) worden geraamd op € 1,7 miljoen. Uitgangspunten tariefbeleid Nominale bijstelling De OZB-opbrengst wordt conform de reguliere uitgangspunten aangepast met de prijsindex Bruto Binnenlands Product (pBBP). Voor 2012 bedraagt deze index 2,25%. De overige tarieven van leges en belastingen worden in 2012 verhoogd met 2,9%, behalve voor die tarieven waarvoor 100% kostendekkendheid het uitgangspunt is (afvalstoffenheffing, rioolrechten, bouwleges en hondenbelasting). Coalitieakkoord 2010-2014 In het Coalitieakkoord 2010-2014 heeft het college gekozen voor een stijging van het OZB-tarief die, naast de reguliere indexering voor inflatie, voor deze periode beperkt blijft tot een verhoging van 2 procent in 2011 en een verhoging van 3 procent in 2012. Tilburg blijft hiermee één van de goedkoopste steden van ons land. Daarnaast onderzoeken we de mogelijkheden voor differentiatie van lasten en heffingen naar omvang van huishoudens. Met betrekking tot bestemmingsheffingen is het uitgangspunt dat deze kostendekkend worden vastgesteld. Heroverwegingen II Bij de 2e bezuinigingsronde is er voor gekozen de legesverordening meer kostendekkend te maken. In 4 jaar tijd worden een aantal leges verhoogd tot aan het niveau van de kostprijs. Daarnaast wordt de hondenbelasting met 10% per jaar extra verhoogd. De inning van precariorechten kan daarnaast worden verbeterd. Door meer en betere controle kan de opbrengst naar verwachting worden verhoogd met structureel € 70.000,-. Daarnaast worden de sporttarieven verhoogd met 3%. De ingangsdatum van deze verhoging is, in afwijking van de reguliere ingangsdatum van augustus 2012, vastgesteld op 1 januari 2012. De OZB-opbrengsten worden daarnaast ook nog in 4 jaar tijd geleidelijk verhoogd. Voor 2012 bedraagt de verhoging 1,1% extra. Verder wordt met ingang van 2012 toeristenbelasting ingevoerd. Lokale lastendruk Lokale lastendruk ten opzichte van andere gemeenten (2011) In vergelijkende overzichten van gemeenten in Nederland wordt vaak de lokale lastendruk van een gemiddelde woning als maatstaf genomen. Jaarlijks wordt het zogeheten Belastingoverzicht Grote Gemeenten gemaakt. Het onderzoek is er op gericht de gemeentelijke tarieven, belastingopbrengsten, belastingdruk en woonlasten per gemeente te vergelijken. In 2011 neemt Tilburg de op een na laagste plaats in van de grote gemeenten (zie Coelo rapport: Belastingoverzicht 35 grote gemeenten 2011) en de laagste plaats van de 26 100.000+ gemeenten.
93
Specifieke onderwerpen
Vergelijking met B5 gemeenten en gemeenten in de regio Ook in vergelijking met de B5 gemeenten en de ROM-gemeenten heeft Tilburg de laagste woonlasten. Woonlasten meerpersoonshuishouden 2011 € 845
Hilvarenbeek € 755
Oisterwijk
€ 727
Loon op Zand Dongen
€ 693
Goirle
€ 694 € 604
Waalwijk
€ 563
Gilze en Rijen Helmond
€ 697
Breda
€ 694 € 623
's-Hertogenbosch
€ 596
Eindhoven € 538
Tilburg €0
€ 100
€ 200
€ 300
€ 400
€ 500
€ 600
€ 700
€ 800
€ 900
Bron: COELO Lokale lastendruk 2012 De berekeningen in onderstaande tabel zijn gebaseerd op de waarde van een gemiddelde woning. In de tabel is het aantal eenheden niet afgerond, hoewel feitelijk de aanslag in hele eenheden wordt opgelegd. Met betrekking tot de woonlasten kan het volgende overzicht worden gegeven: 2010
2011
voorlopig 2012
174,16
181,13
192,63
€ 11,50
+ 6,35%
- rioolaansluitrecht
69,46
71,12
77,17
€ 6,05
+ 8,51%
- rioolafvoerrecht
29,94
30,66
33,27
€ 2,61
+ 8,51%
Afvalstoffenheffing
260,03
262,22
250,68
-/- € 11,54
- 4,40%
Lokale lastendruk
533,59
545,13
553,75
€ 8,62
+ 1,58%
(Bedragen in €)
stijging t.o.v. 2011 absoluut in %
Onroerende zaakbelastingen - eigenaar Rioolrechten
Programmabegroting 2012
94
Woonlasten Tilburg € 600,00
€ 500,00
€ 400,00
€ 260,03
€ 262,22
€ 300,00 € 29,94 € 200,00
€ 100,00
€ 30,66
€ 250,68
€ 33,27
Afvalstoffenheffing Rioolafvoerrecht Rioolaansluitrecht Onroerende zaakbelastingen
€ 77,17
€ 69,46
€ 71,12
€ 174,16
€ 181,13
€ 192,63
2010
2011
2012
€-
Specifieke toelichting heffingen Onroerende Zaak Belastingen (OZB) Vanaf 2008 vindt er jaarlijks een herwaardering van de onroerende zaken plaats. Op 1 januari 2012 begint een nieuw WOZ-tijdvak met waardepeildatum 1-1-2011. Bij een herwaardering is het uitgangspunt dat de totale opbrengst van de OZB voor de gemeente gelijk wordt gehouden, met andere woorden dat de gemiddelde lastendruk voor de burger hierdoor niet wordt beïnvloed. Wel kunnen individuele burgers voor- of nadelen ondervinden van de herwaardering, wanneer hun pand meer of juist minder in waarde stijgt dan het gemiddelde pand in Tilburg. De OZB wordt met ingang van 1 januari 2009 berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. Deze berekeningswijze maakt duidelijk dat de OZB slechts over een klein percentage van de waarde wordt geheven. Afhankelijk van de nieuwe WOZ-waarden worden bij de actualisering van de begroting de definitieve tarieven OZB voor 2012 vastgesteld. Rioolrechten De totale lasten die in 2012 gedekt worden uit de opbrengst rioolrechten bedragen € 13,5 miljoen. De huidige stand van de egalisatiereserve wordt in 4 jaar ingezet om de tarieven te matigen. Afvalstoffenheffing De totale lasten die in 2012 gedekt worden uit de opbrengst afvalstoffenheffing bedragen € 22,0 miljoen. In 2012 vindt er vooralsnog geen onttrekking aan de egalisatiereserve rioolrechten plaats. Bouwleges Uitgaande van 100% kostendekking dienen de bouwleges met 9,8% verhoogd te worden. Hondenbelasting De totale lasten die in 2012 gedekt worden uit de opbrengst hondenbelasting bedragen € 1,4 miljoen. Daarnaast wordt rekening gehouden met een extra tariefsverhoging van 10%. Als gevolg van het bovenstaande dient het tarief verhoogd te worden met 26% van € 82,31 naar € 103,68 voor de 1e hond.
95
Specifieke onderwerpen
Toeristenbelasting Met ingang van 2012 wordt de toeristenbelasting ingevoerd door heffing van deze belasting op degene die een natuurlijk persoon gelegenheid biedt tot verblijf in Tilburg. De belasting is van toepassing op hotelovernachtingen, kampeerovernachtingen en havenovernachtingen. Voor de heffing en invordering van deze belasting wordt gerekend met een structurele uitbreiding van de formatie bij de afdeling Gemeentelijke Heffingen van 0,25 fte niveau 8. De belasting wordt meer dan kostendekkend vastgesteld op € 3,00 per persoon per nacht voor een hotelovernachting en € 1,50 per persoon per nacht voor de overige overnachtingen.
Kostendekking totale legesverordening Volgens de wettelijke regeling mag het dekkingspercentage van de totale legesverordening maximaal 100% bedragen. Dit betekent dat individuele leges wel een overdekking mogen kennen maar dat alle leges gezamenlijk maximaal 100% van de kosten mogen dekken. Voor 2011 bedroeg dit overallpercentage 74,01% (2010: 71,02%). Eerst bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal dit percentage voor 2012 bekend zijn. In het kader van de bezuinigingen worden de leges meer kostendekkend gemaakt. Het verhogen van de tarieven tot een 100% kostendekkendheid gebeurt in 4 stappen van 25% per jaar.
3.5
Weerstandsvermogen
Het weerstandsvermogen is gedefinieerd als ‘het vermogen van de gemeente Tilburg om nietstructurele financiële risico’s op te kunnen vangen teneinde zijn taken te kunnen voortzetten’. Dit weerstandsvermogen wordt bepaald door de relatie te leggen tussen de weerstandscapaciteit (middelen die beschikbaar zijn om niet begrote kosten te dekken) en de risico’s die de gemeente loopt waarvoor geen voorzieningen getroffen zijn. Het weerstandsvermogen geeft aan hoe robuust de begroting is. Weerstandscapaciteit Uw raad heeft op 22 april 2002 de nota “Het Weerstandsvermogen van de gemeente” vastgesteld waarin is aangegeven wat tot onze weerstandscapaciteit wordt gerekend. De weerstandscapaciteit bestaat uit de reservecapaciteit (bestaande uit: algemene reserve, reserve grootschalige investeringswerken, algemene bedrijfsreserve en egalisatiereserves gesloten exploitaties) en de onbenutte belastingcapaciteit. Op grond van de nu bekende gegevens kan het navolgende overzicht worden gegeven:
Programmabegroting 2012
96
Weerstandscapaciteit per 1-1-2012 (Bedragen x € 1.000,-)
Incidenteel
Structureel
Reservecapaciteit: Algemene reserve
24.100
Reserve grootschalige investeringswerken
48.079
Algemene bedrijfsreserve grondexploitatie
3.309
Egalisatiereserve: - Gemeentegebouwen - Parkeren Totaal reservecapaciteit
455 0 75.943
Onbenutte belastingcapaciteit: - onroerende zaakbelastingen
10.702
- rioolrechten
-
- afvalstoffenheffing (reinigingsrechten)
-
Totaal onbenutte belastingcapaciteit Totale weerstandscapaciteit
10.702 75.943
10.702
Een totaaloverzicht van alle reserves en voorzieningen is opgenomen in bijlage 3. Conclusie met betrekking tot weerstandsvermogen van de gemeente De risico´s in relatie tot de weerstandscapaciteit zijn voor ons geen aanleiding om de aanwezige reserves te verhogen of aanvullende maatregelen te nemen of om onderdelen van het beschikbare vermogen af te zonderen ter dekking van resterende mogelijke risico´s. Risico’s De risico’s relevant voor het weerstandsvermogen zijn die risico’s die niet anderszins zijn ondervangen dus waarvoor geen voorziening gevormd is. De noodzakelijke normering van de diverse reserves is in de nota Reserves en Voorzieningen (Raad 13 juli 2009) vastgelegd. Door de normering van de individuele componenten is ook de ondergrens van de weerstandscapaciteit bepaald. Ook is in de nota vastgelegd dat bij elke concernproductie de weerstandscapaciteit in relatie wordt gebracht met de aanwezige risico’s. De risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd, zijn in deze paragraaf samengevat. Algemene risico’s Tot de algemene risico’s behoren de macro-economische, rente- en loon- en prijsontwikkelingen. Voor de uitgangspunten zijn de verwachtingen van het Centraal Planbureau gevolgd. Daarnaast vormt het rijksbeleid een algemene risicofactor. Deze algemene risico’s worden niet in de navolgende tabel meegenomen, noch nader toegelicht. Specifieke risico’s Alle specifieke risico’s zijn geclassificeerd naar de geschatte kans van optreden (laag / midden / hoog) en het mogelijk risicobedrag. Tevens is aangegeven of sprake is van een structureel (S) of incidenteel (I) risico. De weerstandscapaciteit is geen geëigend middel om structurele risico’s meerjarig af te dekken. Daarvoor moet, indien de risico’s zich voordoen, een oplossing worden gevonden in het reguliere begrotingsproces. De weerstandscapaciteit wordt hooguit incidenteel ingezet ter overbrugging naar een structurele oplossing.
97
Specifieke onderwerpen
In onderstaande tabel is aan de hand van de geïnventariseerde risico’s een specificatie opgenomen.
Risico’s
1
Kans van optreden
Incidenteel (I) Structureel (S)
Bedrag (x € 1.000,-)
Onbekend
I
Onbekend
Hoog
S
514
2
Resultaat aanbesteding versus normbedragen nieuwbouw/uitbreiding onderwijshuisvesting Rijksbezuiniging maatschappelijke opvang
3
TWM-groep
Hoog
I
Onbekend
4
Slachtplaats
Hoog
I
Onbekend
5
Fraude Bodemonderzoeken
Onbekend
I
Onbekend
6
Ruimte voor Ruimte regeling
Midden
I
500 – 1.000
7
Vaststelling BDU-SIV 2005-2009
Laag
I
1.000
8
Midden
S
100 - 500
Midden
I
< 100
Midden
I
Onbekend
11
Planschadeovereenkomsten: tegemoetkoming in schade Ontwerpverordening Ruimte van de provincie Noord-Brabant Overige wetgeving/jurisprudentie RO/ bestuurlijke vraagstukken Investeringsfonds Havenmeester
Midden
I
200
12
Btw parkeergarage Pieter Vreedeplein
Midden
S
300
13
Civiele Kunstwerken
Midden
I
6.000
14
Wegen, verlegregeling met Brabant Water
Midden
S
500
15
Energiemaatregelen gemeentegebouwen
Midden
I
Onbekend
16
Brandveiligheid gemeentelijke inrichtingen
Hoog
I
Onbekend
17
Onbekend
I
Onbekend
18
Grondexploitatie, Bijdrageregeling opsporen explosieven Tweede Wereldoorlog Werkplein/Ketensamenwerking
Hoog
S
200
19
Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
Hoog
S
Onbekend
20
Nieuwe Wet Werken naar Vermogen -re-integratiebudget
Onbekend
S
Onbekend
-herstructurering SW-budget
Onbekend
S
Onbekend
9 10
21
Inkomensbudget i.r.t. loondispensatie
Hoog
S
Onbekend
22
Geweigerde hinderwetvergunning
Hoog
I
Max. 2.000
23
Tarieven rijbewijzen
Hoog
S
150
24
Tarieven ID-bewijzen
25
Grondexploitatie
Hoog Hoog Onbekend
I S I
100 150 Onbekend
Totaal risico's incidenteel (excl. "Onbekend")
10.400
Totaal risico's structureel (excl. "Onbekend")
2.664
Programmabegroting 2012
98
Van onderstaande risico’s worden eventuele effecten doorberekend in de tarieven Afvalstoffenheffing en Rioolrecht. Deze komen niet ten laste van de algemene middelen en hebben daarom geen relatie met het weerstandsvermogen. - Levensduur Afvalcontainers - Contract GFT Afval - Transportriolen richting de AWZI Hierna worden de risico’s toegelicht. 1. Resultaat aanbesteding versus normbedragen nieuwbouw/uitbreiding onderwijshuisvesting De uitbreiding van het Beatrix College is uitgesteld omdat de aanbesteding is mislukt. Een deel van de voorbereidingskosten zal opnieuw gemaakt moeten worden als de uitbreiding alsnog wordt gerealiseerd. Het risico is aanwezig dat het budget voor de uitbreiding dan ontoereikend is. 2. Rijksbezuiniging maatschappelijke opvang In 2009 is door het Rijk een nieuw verdeelmodel gepresenteerd voor de uitkering die centrumgemeenten ontvangen ten behoeve van Maatschappelijke Opvang, OGGZ en Verslavingszorg. Onderdeel van het model was de opgave voor Tilburg om voor € 1,7 miljoen aan activiteiten binnen de Maatschappelijke Opvang over te hevelen naar de AWBZ, de zogenaamde “grensstrook”. Wij hebben met het Rijk onderhandeld over de exacte omvang van deze opgave daar we het genoemde bedrag niet haalbaar achten en gebaseerd is op onjuiste aannames. Op basis daarvan is de opgave bijgesteld naar een bedrag van € 875.000,-. Echter geheel tegen de verwachting is in de Meicirculaire 2011 van het gemeentefonds aangegeven dat de bijstelling van totaal € 863.696,- op de oorspronkelijk foutieve grensstrook van € 1,7 miljoen gekort wordt op de uitkering. Uit de meicirculaire blijkt dat van de correctie vanwege administratieve opschoning in 2012 maximaal € 350.000,- wordt gekort. Het restant van totaal € 513.696,- zal in 2013 (€ 350.000,-) en 2014 (€ 163.696,-) worden gekort. Omdat het model uitgaat van een complexe overgangsmethodiek, waarin ook positieve herverdeeleffecten kunnen optreden, is het nog onduidelijk wat de exacte financiële gevolgen zijn. De komende maanden zal nog in samenwerking met andere gemeenten overleg plaatsvinden met het ministerie waarbij opnieuw de verwerking van de administratieve correctie op de grensstrook ter discussie wordt gesteld. Wij komen op de uitkomst daarvan bij de actualisering van de begroting terug. 3. TWM-groep Gerechtelijke procedure Op 1 juni 2007 zijn de drinkwateractiviteiten van TWM juridisch overgedragen aan Brabant Water NV. TWM opteert voor wat betreft de schadeloosstelling van Brabant Water voor de zogenoemde reproductiewaarde. Begin 2009 heeft de rechtbank een uitspraak gedaan die volledig overeenkomt met het door TWM ingenomen standpunt. Brabant Water is tegen dit vonnis in cassatie gegaan, echter het cassatieberoep is niet-ontvankelijk verklaard. Inmiddels wordt de procedure voor de rechtbank Breda voortgezet. Drie deskundigen zullen de rechtbank adviseren over de hoogte van de schadeloosstelling die Brabant Water aan TWM zal moeten vergoeden. Geldlening TWM Zoals bekend blijft onder meer 580 hectare grond vooralsnog bij TWM Gronden BV in eigendom. Een groot deel van de gronden betreft bos en natuurterrein, waar geen inkomsten maar wel beheerslasten uit voortvloeien. Brabant Water heeft destijds een voorschot op de overnamesom overgemaakt gebaseerd op de boekwaarde van de activa, zijnde de minimale positie. Dit voorschot was onvoldoende om de resterende externe financieringen en de lopende exploitatielasten te kunnen dekken. Om de liquiditeitsproblematiek van TWM het hoofd te kunnen bieden heeft de raad op 30 juni 2008 en 22 november 2010 leningen tot een totaalbedrag van € 23,7 miljoen verstrekt. Hiervan is inmiddels € 18,5 miljoen opgenomen tegen een marktconform percentage van 5,34%. De uiteindelijke uitspraak over de hoogte van de schadeloosstelling zal bepalend zijn in hoeverre de gemeentelijke lening tezamen met andere uitstaande verplichtingen afgelost kan worden.
99
Specifieke onderwerpen
4. Slachtplaats In 1985 is de gemeentelijke slachtplaats aan Slachtplaats Tilburg BV verkocht. In 1994 heeft de raad vervolgens ingestemd met een aanpassing van het in 1985 overeengekomen leningarrangement. De problematiek van de bodemverontreiniging werd daarbij losgekoppeld van de onderhandelingen. Het risico ten aanzien van verontreiniging van de bodem onder het slachtplaatsterrein is nog steeds aanwezig. Er is geen sprake van nieuwe ontwikkelingen op dit punt. 5. Fraude Bodemonderzoeken Enkele bodemadviesbureau’s hebben bodemonderzoeken vervalst. Een aantal van deze onderzoeken zijn uitgevoerd binnen de gemeente Tilburg. Inventarisatie van de onderzoeken heeft plaatsgevonden en er zijn conclusies getrokken over de consequenties. Eventuele vervolgstappen zijn in beraad. 6. Ruimte voor Ruimte regeling De overeenkomst ‘Ruimte voor Ruimte’ tussen de gemeente en de provincie is gericht op realisering van ruime woonkavels rond kernen c.q. aan stadsranden ter dekking van de provinciale regeling met betrekking tot de sloop van stallen. Noordoost heeft mogelijkheden tot het realiseren van ongeveer 200 ‘Ruimte voor Ruimte’ woningen. Inmiddels is voor de Oostkamer een aanvullende overeenkomst gesloten tussen gemeente en provincie voor de bouw van 100 van deze woningen. Aangezien de inkomsten uit verkoop van woningen pas in 2014 zijn voorzien, gaan de uitgaven vooraf aan deze inkomsten waardoor sprake is van voorfinanciering. Indien de woningen niet verkocht worden, blijft realisatie van inkomsten uit en is er geen dekking voor de voorgefinancierde uitgaven. 7. Vaststelling BDU-SIV 2005-2009 Bij de verantwoording van de Brede Doeluitkering Sociaal Integratie en Veiligheid (BDU-SIV) heeft het Rijk op de totale beschikking van € 109 miljoen een bedrag van € 38 miljoen nog niet vastgesteld. Dit betreft bijdragen die horen bij bepaalde prestatieafspraken in het convenant GSB 2005-2009. Het Rijk heeft de verwijtbaarheid nog niet beoordeeld en geeft gemeenten nog 2 jaar de tijd de prestaties alsnog te halen. Tegen deze werkwijze van het Rijk heeft de gemeente bezwaar gemaakt omdat inmiddels een aantal afspraken is behaald en omdat het niet gewenst is in tijden van bezuinigingen een dergelijk groot bedrag nog niet vast te stellen. Er is een risico-inventarisatie gemaakt op de nog niet vastgestelde prestaties. Het ingeschatte risico is afgerond minimaal € 0,5 miljoen tot maximaal € 6,5 miljoen. Tegenover dit risico staat een gereserveerd bedrag in de reserve GSB van afgerond € 5,5 miljoen. Het netto restant risico bedraagt derhalve maximaal € 1 miljoen. De verwachting dat dit risico zich ook in zijn geheel gaat voordoen, achten wij klein. 8. Planschadeovereenkomsten: tegemoetkoming in schade Planschadevergoedingen die niet verhaald kunnen worden op initiatiefnemers komen ten laste van de algemene middelen. Tegenwoordig is er een rentmeester / taxateur actief die regelmatig voor meerdere adressen tegelijk planschadeverzoeken indient hetgeen hogere planschadekosten dan verwacht tot gevolg kan hebben. In nieuwe exploitatieplannen wordt dit risico ondervangen doordat de planschadekosten goed worden afgedekt via planschade-overeenkomsten of als onderdeel in het exploitatieplan worden opgenomen. 9. Ontwerpverordening Ruimte van de provincie Noord-Brabant Ook de 2e tranche van de verordening is op 1 maart jl. van kracht geworden. In de verordening is de EHS begrensd met de verplichting om die binnen 1 jaar in onze bestemmingsplannen op te nemen. Alleen voor het MOB-complex moet dat nog gebeuren. In een motie is reeds aangegeven dat dit terrein tot stedelijk gebied moet worden gerekend wat bij de vaststelling van de 2e tranche van de verordening ruimte moest worden verwerkt. Dit is niet gebeurd met als risico een aanwijzing van de provincie om een bestemmingsplan op te stellen bij niet tijdige aanpassing. 10. Overige wetgeving/jurisprudentie RO/bestuurlijke vraagstukken Het Europese Hof heeft geconstateerd dat Nederland te soepele regels hanteert bij de beoordeling of een MER moet worden gemaakt of niet. Deze uitspraak leidt er toe dat in meer gevallen dan tot nu toe beoordeeld zal moeten worden of een project MER-plichtig is. Als gevolg daarvan is het bestemmingsplan voor het industrieterrein Vossenberg West II door de Raad van State vernietigd. Dit in verband met het ontbreken van de wettelijke verankering van het geluidsbeheersplan in het bestemmingsplan, plus de onjuiste aanname met betrekking tot de typering van woonwijk de Reeshof.
Programmabegroting 2012
100
Dit leidt er toe dat er een nieuw bestemmingsplan moet komen en er een nieuwe MER-procedure moet worden gevoerd. Hierdoor kan de grond nog niet worden uitgegeven en kunnen aangevraagde omgevingsvergunningen niet worden verleend. Daarnaast loopt de gemeente het risico dat de subsidie voor de aanleg van een haven wordt ingetrokken. Invoering van de ‘Wabo’ en de ‘Crisis en Herstelwet’ en de daaraan gerelateerde wijziging van aanverwante wetgeving brengen veel onduidelijkheid met zich mee. Hierdoor ontstaat het risico dat er door belanghebbenden meer procedures gevoerd zullen worden en ook dat er meer zienswijzen binnenkomen. Daarnaast vragen steeds weer veranderende wet- en regelgeving en verordeningen om een vertaling náár en aanpassing ván de bestemmingsplannen en de plansystematiek. Ook worden de doorlooptijden steeds korter (Wabo) terwijl de complexiteit toeneemt. Deze zaken zorgen voor een groot afbreukrisico. De overgangswetgeving van de Wabo blijkt hiaten en fouten te bevatten. Dit kan gevolgen hebben, met name bij woningbouw bij de Enschotsebaan, bij Ruimtewoningen aan de Kuil / Molenhoef en bij de realisatie van Stappegoor. Er is reparatiewetgeving op komst maar die zal gedeeltelijk soulaas bieden. Het maken van nieuwe bestemmingsplannen lijkt voor Enschotsebaan en Stappegoor noodzakelijk. Risico: vertraging van deze projecten. Toenemende bestuurlijke vraagstukken ten aanzien van individuele gevallen en particuliere initiatieven (principeverzoeken en ontwikkelvragen) vragen daarnaast veel tijd. Dit brengt de voortgang van andere, vaak verplichte werkzaamheden in gevaar. Vooralsnog bestaat het risico dat de wettelijke taken onvoldoende kunnen worden uitgevoerd waardoor projecten kunnen sneuvelen in de beroepsfase. Hierdoor bestaat het risico dat projecten niet tijdig gereed zijn omdat bestemmingsplannen opnieuw moeten worden opgesteld en vaak nieuwe onderzoeken moeten worden gedaan. 11. Investeringsfonds Havenmeester Op 6 oktober 2009 heeft het college ingestemd met deelname aan het investeringsfonds Havenmeester. Ook de provincie Noord-Brabant (50%) en Wonen Breburg (25%) zijn participanten. Het investeringsfonds moet bij oplevering van de woningen in 2013 middelen beschikbaar hebben om te kunnen uitlenen aan WBB om de onverkochte woningen deels te kunnen financieren. De komende 2 tot 3 jaar zal geleidelijk blijken hoeveel van de in totaal 160 woningen onverkocht blijven. De bouw van De Havenmeester is inmiddels gestart. Op basis van de afgesproken woningprijzen is berekend hoeveel geld het investeringsfonds aan WBB moet uitlenen voor aankoop van de onverkochte woningen bij oplevering van het project in 2013. Het gemeentelijk aandeel hierin is 25%; dat van WBB 25% en dat van de provincie 50%. In euro’s bedraagt de hoeveelheid benodigde gemeentelijke middelen: Bij 0% verkochte woningen tussen nu en 2012: maximaal € 2,3 miljoen Bij 25% verkochte woningen tussen nu en 2012: maximaal € 1,8 miljoen Bij 50% verkochte woningen tussen nu en 2012: maximaal € 1,3 miljoen Bij 75% verkochte woningen tussen nu en 2012: maximaal € 0,8 miljoen Per collegebesluit van 6 oktober 2009 is een bedrag van € 1,1 miljoen gereserveerd uit de Reserve Opvang Gevolgen Economische Recessie Woningbouw. Per verkochte woning tijdens de bouw wordt tussen eind 2010 en begin 2013 beter inzichtelijk wat de behoefte bij oplevering zal zijn tot het moment, dat - bij oplevering - precies bekend is hoeveel woningen onverkocht zijn en welk bedrag exact nodig is om via het investeringsfonds uit te lenen aan WBB. De verwachting van partijen is dat circa 50% van de woningen tijdens de bouw verkocht wordt hetgeen zou leiden tot een benodigde storting in het investeringsfonds van € 1,3 miljoen eind 2012 door de gemeente. 12. Btw parkeergarage Pieter Vreedeplein Per 1 juli aanstaande wordt de “Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968” gewijzigd. Deze wijziging strekt ertoe publiekrechtelijke lichamen voor de omzetbelasting aan te wijzen als ondernemer voor het gelegenheid geven tot parkeren waarbij ter verzekering van de betaling van het parkeergeld gebruik gemaakt wordt van een fysieke barrière. De parkeergarage Pieter Vreedeplein wordt niet geëxploiteerd als ondernemer en over de inkomsten uit deze garage wordt dan ook geen Btw afgedragen. Dit geschiedt met instemming van de belastinginspecteur. Nu de wet gewijzigd wordt, is het mogelijk dat de belastinginspecteur terugkomt
101
Specifieke onderwerpen
op deze afspraak. In dat geval zal 19% Btw afgedragen (gemiddeld ca. € 300.000,-) moeten worden over de inkomsten uit deze garage en zullen, ervan uitgaande dat tarieven niet kunnen worden aangepast, de baten met eenzelfde bedrag binnen de gesloten parkeerexploitatie afnemen. 13. Civiele Kunstwerken Voor de vervanging van de civiele kunstwerken aan het einde van de levensduur is geen budget gereserveerd. In 2012-2015 zijn op basis van levensduur de tunnel in Ringbaan-Oost onder het spoor en de bruggen in de Berglandweg en de Meijerijbaan aan vervanging toe. De gezamenlijke vervangingswaarde is € 6 miljoen. Vervanging is in beginsel een keuze maar op enig moment ontstaat er vanwege een ontoereikende technische onderhoudssituatie gevaar voor mens en omgeving en kan het ontaarden in een calamiteit. Daarom wordt nauwlettend de technische staat van de genoemde civiele kunstwerken gevolgd. 14. Wegen, verlegregeling met Brabant Water Er is al enkele jaren een discussie gaande tussen Brabant Water en de gemeente Tilburg over de verlegregeling van drinkwaterleidingen bij wegwerkzaamheden. Brabant Water legt de verlegregeling, die gebaseerd is op een oude overeenkomst uit 1967 (!) tussen de Tilburgse Waterleiding Maatschappij (TWM) en de gemeente Tilburg, uit als dat zij beslissen of drinkwaterleidingen worden verlegd bij wegwerkzaamheden en deze verlegging dan op kosten van de gemeente geschiedt. Om aan deze discussie een eind te maken is aan het Nederlands Arbitrage Instituut gevraagd hier een besluit over te nemen. Naar verwachting zal nog in 2011 een besluit vallen. Indien dit voor de gemeente Tilburg negatief uitvalt, kan dit de kosten van wegwerkzaamheden aanzienlijk verhogen (Brabant Water vernieuwt dan op kosten van de gemeente haar netwerk). Extra kosten per jaar zijn naar schatting ca. € 500.000,-. Hiermee is in de huidige onderhoudsbudgetten geen rekening gehouden. Indien deze extra kosten binnen de bestaande onderhoudsbudgetten moeten worden opgevangen dan is het niet meer mogelijk de ambities, zoals die nu gesteld zijn, te realiseren. 15. Energiemaatregelen gemeentegebouwen Een nieuwe Europese richtlijn en daarmee samenhangende toekomstige wetgeving verwacht inspanningen van de gemeente zowel als eigenaar van gebouwen als in de rol van opdrachtgever van bouwactiviteiten om de energiehuishouding in gebouwen te optimaliseren. Het risico bestaat dat er, om te kunnen voldoen aan de Europese richtlijn, aanpassingen aan gebouwen plaats moeten vinden. De omvang hiervan is op dit moment niet in te schatten. In deze begroting zijn ook bezuinigingsvoorstellen opgenomen leidend tot een verdergaande versobering van het onderhoudsniveau van gemeentelijke gebouwen. Budgettaire mogelijkheden voor eventueel noodzakelijke aanpassingen van gebouwen zijn niet aanwezig. 16. Brandveiligheid gemeentelijke inrichtingen In oktober 2006 is het project Naleefgedrag gemeentelijke inrichtingen opgestart. Gebleken is dat op onderdelen sprake is van een veiligheidsrisico. Voor de permanente panden zal in 2011 een Plan van Aanpak worden opgesteld met daarin een meerjaren-inspectieplanning en de vastlegging van de organisatorische inbedding. De uitbestedingskosten die gepaard gaan met de inspecties zullen moeten worden opgevangen binnen het meerjaren-onderhoudsplan. De te nemen maatregelen zullen moeten worden opgevangen binnen het meerjaren-onderhoudsplan of het meerjaren-investeringsplan, afhankelijk van de te nemen maatregel. In 2011 wordt een voorstel aan het College voorgelegd voor de ontwikkeling van een systeem van inspecties en periodieke herinspecties parallel aan de ontwikkeling van conditieafhankelijk onderhoud. Dit ontwikkelingstraject wordt naar verwachting in 2013 afgerond. De jaren 2014-2015 worden gebruikt om op basis van de inspecties een plan van aanpak te maken waarin de (budgettaire) consequenties van het voldoen aan de veiligheidsnormen in beeld worden gebracht. Onder handhaving van het uitgangspunt dat de brandveiligheid wordt gewaarborgd, is het risico dat daarmee hoge kosten gemoeid kunnen zijn die binnen de huidige begroting (zeker na verwerking van het bezuinigingsvoorstel) niet opgevangen kunnen worden. 17. Grondexploitatie, Bijdrageregeling opsporen explosieven Tweede Wereldoorlog De gemeente Tilburg ontvangt bij vooruitbetaling een tegemoetkoming in de kosten van onderzoek, ruimen en saneren van gebieden waarin zich niet- gesprongen explosieven bevinden. In 2010 heeft de gemeente Tilburg € 2,6 miljoen ontvangen waarvan inmiddels € 0,4 miljoen is besteed. Het resterende
Programmabegroting 2012
102
bedrag moet worden gereserveerd voor toekomstige onderzoeken, ruimingen en saneringen. Op dit moment is nog onduidelijk of dit resterende bedrag plus de jaarlijks te ontvangen bijdragen voldoende zullen zijn om de kosten te dekken. Om een inschatting te kunnen maken zal een scan van de risicovolle gebieden in Tilburg worden uitgevoerd. In de jaren 1999 t/m 2005 zijn bij vooruitbetaling ook bijdrages ontvangen waarover nog geen finale afrekening heeft plaatsgevonden. Het is nog niet duidelijk óf er een risico bestaat en of er dus deels terugbetaling (max. € 0,33 miljoen) moet plaatsvinden. 18. Werkplein / Ketensamenwerking Werk en Inkomen Het Werkplein maakt onderdeel uit van het Bestuursakkoord 2007 gesloten tussen Rijk en VNG. Met deze landelijke ontwikkeling wordt ook een bezuiniging binnen de SUWI-keten voorzien. Via de Meicirculaire 2008 zijn gemeenten geïnformeerd over deze bezuiniging binnen de SUWI-keten. Ten aanzien van de taakstelling is in de meicirculaire opgenomen dat éénderde (€ 63 miljoen) door gemeenten moet worden opgebracht. De taakstelling is geëffectueerd door een structurele uitname uit het gemeentefonds. In de begroting is reeds rekening gehouden met de gevolgen van de invoeringsfase en een gedeeltelijke realisatie hiervan. De resterende taakstelling voor de gemeente is:
(bedragen x € 1.000,-) Taakstelling gemeente Tilburg
2011
2012
2013
2014
2015
207
252
252
252
252
Een onderzoek naar de besparingsmogelijkheden en mogelijke omvang hiervan loopt momenteel. Daarnaast is recent bekend gemaakt dat het kabinet fors gaat bezuinigen op het UWV Werkbedrijf waarbij de bezuiniging het UWV Werkbedrijf noodzaakt zijn dienstverlening te concentreren op dertig van de honderd Werkpleinen. Hiermee komt feitelijk een einde aan de integrale samenwerking waar UWV en gemeenten de laatste jaren miljoenen in hebben geïnvesteerd. Ten gevolge van deze bezuiniging uit het regeerakkoord bestaat het risico enerzijds de gemeenten nu de vruchten niet kunnen plukken van de miljoenen die zij in de Werkpleinen hebben geïnvesteerd. Anderzijds omdat minder inzet van UWV leidt tot meer mensen die een beroep moeten doen op de WWB. De omvang van de besparingsmogelijkheden zijn nog niet bekend. Met de bezuinigingen op het UWV Werkbedrijf is de realisatie van de taakstelling ketensamenwerking erg onzeker. 19. Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Het wetsvoorstel intrekking van de Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK), zoals aangekondigd in het regeerakkoord, is naar de Tweede Kamer gestuurd. De regering wil de overheidsbemoeienis met kunst en cultuur beperken. Naar het oordeel van de regering past het niet dat er voor kunstenaars met een specifieke uitkeringsregeling andere regels gelden dan voor overige ondernemers en/of werknemers. Kunstenaars kunnen net als anderen een beroep doen op de WWB of de WIJ als vangnet. De regering wil uitzonderingen op vangnetregelingen als de WWB zoveel mogelijk beperken.In dit wetsvoorstel wordt daarom voorgesteld de WWIK met ingang van 1 januari 2012 in te trekken. Hierdoor gaan voor kunstenaars die een beroep doen op inkomensondersteuning van overheidswege dezelfde polisvoorwaarden gelden als voor ieder ander. De financiële consequenties zijn op dit moment nog niet te bepalen maar in het regeerakkoord is op dit onderdeel wel een bezuiniging ingeboekt van € 10 miljoen. Het is nog niet duidelijk wat de gevolgen voor de uitgavenkant zijn, dus op welke regeling WWIK-ers straks aanspraak kunnen maken. 20. Wet werken naar vermogen (WWNV) Re-integratiebudget Met ingang van 1 januari 2013 wordt, zo staat opgenomen in het Bestuursakkoord 2011-2015, de nieuwe Wet Werken naar Vermogen (WWNV) ingevoerd. Gemeenten krijgen de beschikking over een ontschot re-integratiebudget dat bestaat uit het WWB-re-integratiebudget, het Wsw-budget en een deel van het bestaande Wajong re-integratiebudget. Met ingang van 2012 wordt € 400 miljoen structureel gekort op het re-integratiebudget en in 2013 € 90 miljoen op het Sw-budget oplopend tot € 290 miljoen in 2015. Ten aanzien van de re-integratiemiddelen Wajong is de afspraak dat structureel € 122 miljoen gefaseerd wordt overgeheveld naar gemeenten. De verdeling van de Wsw-populatie over gemeenten kent verschillen met die van de bijstandspopulatie. VNG en kabinet werken gezamenlijk een systematiek uit die voorkomt dat er na de totstandkoming
103
Specifieke onderwerpen
van het ontschotte re-integratiebudget (onevenredig grote) herverdeeleffecten ontstaan. Deze nieuwe systematiek zal uiterlijk in het voorjaar 2012, ten behoeve van de meicirculaire zijn uitgewerkt. Tot die tijd is nog onbekend wat het re-integratiebudget per gemeente zal zijn. Herstructurering SW-sector De VNG is van mening dat de bezuiniging op de WSW als gevolg van een verlaging van de bijdrage per SE (standaard eenheid) niet in het tempo waarop de taakstelling (€ 290 miljoen) is ingeboekt, gerealiseerd kan worden. Dit heeft vooral te maken met de CAO-rechten van de huidige WSW-medewerkers. Om de taakstelling Wsw te bewerkstelligen is een omvangrijke herstructurering van de Sw-sector noodzakelijk. Om de transitieperiode te overbruggen zal een herstructureringsfaciliteit SW-sector worden gecreëerd. Het doel van deze faciliteit is de transformatie te ondersteunen richting een efficiëntere bedrijfsvoering van de sector. De faciliteit wordt eenmalig vastgesteld op maximaal € 400 miljoen (over de periode 2012 tot en met 2018). VNG en Rijk stellen gezamenlijk criteria vast op basis waarvan een onafhankelijke commissie de herstructureringsplannen gaat beoordelen. De financiële en beleidsinhoudelijke gevolgen zijn op dit moment nog niet duidelijk. 21. Inkomensbudget in relatie tot loondispensatie Loondispensatie is een instrument dat gemeenten kunnen inzetten voor mensen die door lichamelijke, verstandelijke en/of psychische beperking of om andere redenen niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen. Loondispensatie betekent dat de werkgever niet het normale arbeidsloon hoeft te betalen; deze wordt hiervan vrijgesteld. De werknemer ontvangt een lager loon afgestemd op de productiviteit. De gemeente vult dit loon voor mensen met een WWNV-uitkering aan tot (maximaal) 100% van het wettelijk minimum. In de huidige meerjarenbegroting 2012-2015 is, buiten de taakstelling op het reïntegratiebudget van landelijk € 690 miljoen per 2015, geen rekening gehouden met de overige effecten (bijvoorbeeld a.g.v. gewijzigd systeem vaststellen landelijk budget) ten gevolge van de invoering van de Wet werken naar vermogen. Dit omdat op het moment van het opstellen van de meerjarenbegroting 2012 geen nadere gegevens beschikbaar zijn waaruit de overige financiële effecten kunnen worden gedestilleerd. 22. Geweigerde hinderwetvergunning Er loopt een schadeprocedure in verband met een ten onrechte geweigerde Hinderwetvergunning door de voormalige gemeente Berkel-Enschot. De kosten zijn op dit moment nog moeilijk in te schatten maar zullen naar verwachting op maximaal € 2.000.000,-, inclusief rente, uitkomen. Dit risico wordt voor ongeveer 5% beperkt doordat de kosten voor dat percentage voor rekening van de gemeente Oisterwijk komen. De zaak is momenteel bij het Hof in Arnhem aanhangig. Het kan nog geruime tijd duren voordat er een definitieve uitspraak is. 23. Tarieven rijbewijzen Medio mei 2010 is bekend geworden dat er een wetsvoorstel in de maak is voor het maximeren van de tarieven voor rijbewijzen. Het voorstel voor het maximale tarief zou neer komen op een prijs per rijbewijs van € 36,06. Ons huidige tarief voor een rijbewijs is € 46,30, hetgeen neerkomt op een daling van de leges van € 10,24 per verkocht rijbewijs. Volgens de meerjarige productcyclus verwachten we de navolgende effecten: 2012 14.050 rijbewijzen (financieel risico: € 10,24 * 14.050 = € 143.872,-) 2013 12.425 rijbewijzen (financieel risico: € 10,24 * 12.425 = € 127.232,-) 2014 12.700 rijbewijzen (financieel risico: € 10,24 * 12.700 = € 130.048,-) 2015 12.450 rijbewijzen (financieel risico: € 10,24 * 12.450 = € 127.488,-) De VNG heeft eind januari 2011 bestuurlijk overlegd over het in te stellen maximumtarief. Het standpunt van de VNG is het maximumtarief van € 36,06 te handhaven. De verwachting is dat het Ministerie van Infrastructuur en Milieu de aanbevelingen van de VNG over gaat nemen en deze per 1 januari 2012 in laat gaan. 24. Tarieven ID-bewijzen Op 7 oktober 2010 heeft het Gerechtshof van ’s-Hertogenbosch besloten dat gemeenten een identiteitskaart voortaan gratis moeten verstrekken. Dat betekent dat er geen leges meer geheven mogen worden. De zaak is voorgelegd aan de Hoge Raad die hier nog geen uitspraak over heeft gedaan. Zolang er geen uitspraak van de Hoge Raad is, mag de gemeente nog leges heffen. Als de Hoge Raad de
Programmabegroting 2012
104
uitspraak van het gerechtshof overneemt, mogen er vanaf dat moment geen leges meer worden geheven voor identiteitskaarten en moet op verzoek van de burger de leges met terugwerkende kracht tot 6 weken voor het besluit van het gerechtshof worden terugbetaald (vanaf 26 augustus 2010). 25. Grondexploitatie De gemeente kan algemene risico’s binnen de grondexploitatie voor een deel beïnvloeden en sturen. Deze risico’s betreffen plan- en apparaatskosten, tijdstip van aankopen (strategische aankopen), tijdstip van investeren in bouw- en woonrijp maken, aanhouden van een ijzeren voorraad, etc. De risico’s kunnen worden beperkt door het nauwgezet volgen van de bedrijfsvoering en eventueel tijdig ingrijpen. Het deel van het risico dat niet beïnvloed kan worden door de gemeente betreft vooral risico’s die voortvloeien uit de economische ontwikkeling (denk aan de huidige recessie) en (veranderende) wetgeving. Om goede plannen te krijgen en verliezen te beperken is het noodzakelijk om te sturen aan de hand van deze algemene ontwikkelingen.
Risico’s zonder relatie met weerstandsvermogen (i.v.m. doorrekening in tarieven) Transportriolen richting de AWZI Uit inspectie van de transportriolen is gebleken dat de kwaliteit van de voegen zeer slecht is als gevolg van de grondwaterdruk van buiten naar binnen. Reguliere reparaties zijn al uitgevoerd maar bieden maar zeer tijdelijk soulaas. De kosten van een grootschalige renovatie bij riolen in dit formaat kan oplopen tot boven de € 500.000,-. In de huidige SWR is hier geen rekening mee gehouden. Waar nodig en mogelijk zal voorlopig gekozen worden voor reguliere reparatie. Levensduur Afvalcontainers In 1999 is de afschrijvingstermijn van de afvalcontainers verlengd van 8 naar 12 jaar. Destijds is gesignaleerd dat de feitelijke levensduur mogelijk nog hoger ligt (16 à 20 jaar), waardoor in de afgelopen jaren de kapitaallasten van de afvalcontainers zijn gedaald. Op termijn zullen deze echter daadwerkelijk vervangen moeten worden waardoor de kapitaallasten, en daarmee de afvalstoffenheffing, zullen stijgen. Wanneer de eerste noodzakelijke vervangingen plaatsvinden is nog steeds niet te voorzien. Wanneer alle afvalcontainers uiteindelijk ineens vervangen worden, betekent dit een investering van circa € 4,5 miljoen. Uitgaande van een afschrijvingstermijn van 20 jaar zal dit leiden tot structureel hogere kapitaallasten van circa € 325.000,- per jaar ofwel een toename van € 3,70 per aansluiting (+ 1,4% t.o.v. huidig tarief). Overigens wordt hierbij uitgegaan van de huidige afvalcontainers/ inzamelingssystemen. Contract GFT Afval Eind juli 2010 is het contract met afvalverwerker Attero inzake de verwerking van GFT-afval verlengd. Begin september 2010 heeft een andere afvalverwerker bezwaar aangetekend tegen dit contract omdat deze van mening is dat hiervoor een Europese aanbesteding had moeten plaatsvinden. De juridische adviseurs van de Vereniging van Contractanten (VVC) van het Attero contract, waar Tilburg deel van uitmaakt, hebben echter bij de start van de contractbesprekingen gesteld dat verlengen van het huidige contract juridisch houdbaar was. Een kort geding in februari 2010 tegen alle VVC-gemeenten is afgewezen waarna een bodemprocedure is gestart. Vanwege deze ontwikkeling ontstaat een mogelijk risico met betrekking tot de contractsverlenging inzake GFT met Attero. Mogelijk zou dit een negatief effect op de nieuw overeengekomen contractsprijzen kunnen hebben voor de periode 2010-2012 als mogelijk ook een structureel effect daarna. Eventuele financiële effecten worden middels de egalisatiereserve afvalstoffenheffing verrekend.
Positieve ontwikkelingen Wijziging risico verkoop Essent Vrijval Garantievoorziening Na vrijval van de eerste tranche van de Escrow in het Voorjaarsbericht 2011 resteert nog een Escrow van € 442 miljoen. Hier staan op dit moment (betwiste) claims tegenover van € 42 miljoen. Per 30 september 2015 valt het restant van de Escrow vrij hetgeen een positief risico inhoudt van maximaal € 16,5 miljoen, indien geen enkele claim tot uitbetaling leidt. 105
Specifieke onderwerpen
Inkomensbudget Vanaf 2012 wordt het macrobudget weer vastgesteld conform de systematiek die vóór het Bestuursakkoord 2008-2011 gold. Uitgangspunt hierbij is dat voor alle gemeenten samen een toereikend macrobudget wordt vastgesteld. De verwachting is dat het macrobudget in 2012 ten gevolge van de nieuwe afspraken met circa € 302 miljoen verhoogd zal worden vanwege enerzijds het vervallen van de bandbreedte van 12.500 uitkeringen (€ 169,3 miljoen) en anderzijds vanwege een compensatie van prijsverschil uitkeringen (€ 133 miljoen). Calamiteit Op 14 december 2010 is een grote brand geweest in de Lovensestraat. Er zijn kosten gemaakt om (de werkzaamheden rondom) de ramp te bestrijden en in goede banen te leiden. Dit heeft de gemeente in totaal € 280.000,- gekost. Bekeken wordt of deze kosten verhaald kunnen worden. Dit leidt tot een positief risico.
3.6
Onderhoud kapitaalgoederen
Een substantieel deel van de begroting heeft betrekking op onderhoud van kapitaalgoederen zoals wegen, openbare verlichting, riolering, openbaar groen en gebouwen. De onderhoudslasten zijn verspreid over diverse programma’s en gebaseerd op de door de raad gemaakte keuze(s) van het onderhoud en kwaliteitsniveau. Met ingang van 2011 hebben we afscheid genomen van het Stadsprogramma. Dit is vervangen door het Meerjarenprogramma (4 jr.) (MJP). Het eerste jaar van het MJP noemen we het Uitvoeringsplan (UPL). De doelstelling is dat de programmering van het UPL van een dermate hoge kwaliteit is dat nagenoeg al deze projecten ook daadwerkelijk uitgevoerd worden dan wel dat de uitvoering start in het planningsjaar. 2011 is een aanloopjaar waarin de programmeringen en de uitvoeringsplanningen aangepast moeten worden aan deze nieuwe manier van werken. In 2012 gaan we dit verder optimaliseren om zo tot een zo hoog mogelijk uitvoeringspercentage te komen. Deze paragraaf gaat in op de staat van onderhoud en de onderhoudslasten van deze kapitaalgoederen. Per soort kapitaalgoed is beschreven: • het beleidskader waarop het onderhoud van de kapitaalgoederen is gebaseerd; • het door de raad vastgestelde kwaliteitsniveau van onderhoud; • de actuele staat van onderhoud; • de in de begroting opgenomen onderhoudslasten. Doelstelling: Het beheren en onderhouden van de kapitaalgoederen conform het vastgestelde beleidskader, op het door de raad vastgestelde kwaliteitsniveau en binnen de daarvoor ter beschikking gestelde budgetten.
Duurzaamheid Sinds 2010 is gestart met een duurzaamheidimpuls, gebaseerd op de 3P gedachte (Planet, People, Profit). Het doel is om verder te gaan dan de minimale eis van 100% duurzaam inkopen. Concrete resultaten zijn: - de ontwikkelingen op het gebied van de openbare verlichting (dimmen, toepassen LED verlichtingsunits, Licht op aanvraag, dynamische verlichting); - afvalverwerking (duurzame inzameling); - afval als grondstof (in talud) en - beperken overlast bewoners (bv. no-dig award riolering). Een nulmeting is uitgevoerd om inzichtelijk te maken aan welke knoppen gedraaid kan worden om duurzaamheid verder te verankeren in de organisatie. Uitgangspunt voor de nulmeting is het creëren van een win -win -win situatie; dus winst milieu, winst sociaal/mens, winst financieel. Door als uitgangspunt de kosten over de totale levenscyclus (van aanleg en daarna beheerfase tot sloop) te nemen zijn veel duurzame initiatieven tevens financieel haalbaar/ gunstig.
Programmabegroting 2012
106
Wegen Beleidskader: De gemeenteraad heeft op 16 maart 2009 het beleidsplan ‘Tilburg op weg’ voor wegverhardingen en civiele kunstwerken vastgesteld. Op basis van dit beheerbeleidsplan is een verantwoorde keuze gemaakt ten aanzien van de kwaliteit van het wegareaal en het wegonderhoud. De bestuurlijke ambities onderstrepen de noodzakelijke structurele budgetbehoefte om het in stand houden van een kwalitatief acceptabel wegennet te kunnen garanderen. Vastgesteld kwaliteitsniveau: In de bezuinigingsvoorstellen behorende bij de Programmabegroting 2012 is een voorstel uitgewerkt om de kwaliteitsambities verwoord in het beheerbeleidsplan ‘Tilburg op weg’ te verlagen. Dit resulteert in een terugschakeling van de kwaliteitsambitie van ‘basis min’ van menu 6 ´veilig voor de zwakkere weggebruiker´naar de kwaliteitsambitie ‘alles zeer laag’ conform menu 1. De budgettaire terugschakeling vindt gefaseerd plaats, waardoor het beschikbare structurele budget van circa € 15,3 miljoen in 2012 afneemt tot circa € 13,7 miljoen en vanaf 2014 tot circa € 12,7 miljoen. Daarnaast komt de realisatie van de kwaliteitsambitie van menu 1 extra onder druk te staan omdat het uitvoeren van correctief onderhoud bekostigd moet worden uit het structurele budget van menu 1. Het structureel beschikbare budget voor het uitvoeren van correctief onderhoud van circa € 0,34 miljoen maakt eveneens onderdeel uit van de bezuinigingsvoorstellen. Met het teruglopend structureel budget voor het wegenonderhoud neemt eveneens het aantal m² te onderhouden wegverharding af naar circa 340.000 m² in 2012 en 2013 en vanaf 2014 naar circa 320.000 m². De voorgestelde bezuiniging met de daarbij behorende verlaging van de kwaliteitsambitie resulteert op termijn in een afname van de kwaliteit van het wegenareaal. Verantwoord beheer bij een lagere kwaliteitsambitie vergt een aangepaste onderhoudsstrategie, minder groot onderhoud en meer klein onderhoud. Actuele staat van onderhoud: In de periode juli tot en met oktober 2009 is het gehele Tilburgse wegennet geïnspecteerd. Hieruit blijkt dat 11% van de wegen een onvoldoende, 5% een matige en 84% een voldoende kwaliteit heeft ten opzichte van de kwaliteitsdoelstellingen geformuleerd in scenario 3 (menu 6) ´veilig voor de zwakkere weggebruiker´ van het beheerbeleidsplan ‘Tilburg op weg’. De inspectieresultaten van 2009 vertonen een duidelijke kwaliteitstoename van het gehele wegareaal ten opzichte van de inspectieresultaten van 2007, waarmee Tilburg op koers ligt om in 2013 de doelstellingen geformuleerd in scenario 3 (menu 6) te realiseren. In de begroting opgenomen onderhoudslasten: Met het voor wegonderhoud in 2012 beschikbare structurele budget van circa € 15,3 miljoen kan aan circa 400.000 m² onderhoud worden uitgevoerd dan wel onderhoudsachterstand worden ingelopen.
Civiele kunstwerken Beleidskader: De gemeenteraad heeft op 16 maart 2009 het beleidsplan ‘Tilburg op weg’ voor wegverhardingen en civiele kunstwerken vastgesteld. Vastgesteld kwaliteitsniveau: Op basis van het beheerbeleidsplan ‘Tilburg op weg’ is een verantwoorde keuze gemaakt ten aanzien van de kwaliteitambities voor civiele kunstwerken conform het scenario ‘veilig en duurzaam’. De bestuurlijke ambities onderstrepen vanaf 2011 de noodzakelijke structurele budgetbehoefte om het in stand houden van kwalitatief heel en veilige civiele kunstwerken te kunnen garanderen. Er wordt geen budget gereserveerd voor de vervanging van de civiele kunstwerken aan het einde van de levensduur. Indien vervanging aan de orde is wordt via de reguliere budgetcyclus een voorstel tot vervanging ingebracht.
107
Specifieke onderwerpen
Actuele staat van onderhoud: In 2010 zijn 115 stuks houten en 134 stuks betonnen en stalen civiele kunstwerken geïnspecteerd. Gebaseerd op deze inspecties zullen zich op korte termijn geen grote veiligheidsrisico’s voordoen. De veiligheid van het areaal civiele kunstwerken kan worden gewaarborgd mits tijdig passende onderhoudsmaatregelen worden gerealiseerd en van incidentele objecten de kwaliteit frequent wordt gemonitord. Mede door het inlopen van de onderhoudsachterstand aan de kademuren en de kwaliteit van het areaal civiele kunstwerken ligt Tilburg op koers om in 2014 de doelstellingen geformuleerd in het scenario ‘veilig en duurzaam’ te realiseren. In de periode 2012-2015 zijn een aantal civiele kunstwerken op basis van levensduurbenadering aan vervanging toe. Het betreft hier de tunnel Ringbaan-Oost onder het spoor en de bruggen in de Berglandweg en de Meijerijbaan met een gezamenlijke vervangingswaarde van € 6 miljoen. In de bezuinigingsvoorstellen behorende bij de Programmabegroting 2012 is een voorstel uitgewerkt om het structurele budget benodigd voor de realisatie van de kwaliteitsambities van het scenario ‘veilig en duurzaam’ vanaf 2015 te verlagen met € 0,5 miljoen. Deze structurele budgetverlaging heeft geen consequenties voor de realisatie van de kwaliteitsambities. In de begroting opgenomen onderhoudslasten: Met het in 2012 voor onderhoud van civiele kunstwerken beschikbare structurele budget van circa € 1,8 miljoen per jaar kan de veiligheid worden gewaarborgd. Met het in de periode 2011 t/m 2015 jaarlijks € 0,5 miljoen extra toegevoegde budget wordt een inhaalslag gemaakt naar het gewenste kwaliteitsniveau van ‘veilig en duurzaam’.
Wegmeubilair Beleidskader: De gemeenteraad heeft op 16 maart 2009 het beleidsplan ‘Tilburg op weg’ voor wegverhardingen en civiele kunstwerken vastgesteld. Momenteel ontbreekt een beleidsparagraaf in het beleidsplan ‘Tilburg op weg’ voor de onderdelen bebording en belijning. In 2012 wordt voor de onderdelen bebording en belijning gewerkt aan een aanvulling op het beleidsplan ‘Tilburg op weg’ op basis waarvan verantwoorde keuzes gemaakt kunnen worden ten aanzien van de kwaliteit van het areaal, de mate van onderhoud en het bijbehorende onderhouds- en vervangingsbudget. Vastgesteld kwaliteitsniveau: Streven is dit medio 2012 door de raad te laten vaststellen. Actuele staat van onderhoud: Daartoe is voor belijning in 2010 de omvang en kwaliteit van het areaal bepaald en wordt voor bebording in 2011 de omvang en kwaliteit van areaal bepaald. In 2010 is het kwaliteitsniveau gekwalificeerd als zeer laag tot laag, met daaraan toegevoegd dat het de doelstelling is om eind 2011 het kwaliteitsniveau ‘basis’ te bereiken. In de begroting opgenomen onderhoudslasten: Het onderhoud ten aanzien van wegmeubilair is gebaseerd op levensduur, schade en molest. De huidige onderhoudsbudgetten zijn daarvoor voldoende. Binnen deze budgetten is echter geen financiële ruimte voor vervanging aan het einde van de levensduur.
Openbare verlichting Beleidskader: In 2011 is in het tweede kwartaal gestart met de inhoud voor het beheerbeleidsplan openbare verlichting. Na de ambtelijke thematische werksessies in april, worden eind juni 2011 in de bestuurlijke workshop (raadscommissie Fysiek en wethouder) uitgangspunten voor de kwaliteitscenario’s besproken. Het geheel wordt in het derde kwartaal aan college en raad aangeboden ter bestuurlijke fiattering.
Programmabegroting 2012
108
Binnen het kader van zowel het gemeentelijk klimaatbeleid en duurzaam inkopen is bestekmatig vastgelegd dat uitsluitend aantoonbaar klimaatneutrale lichtmasten in Tilburg worden geleverd en geplaatst. Tevens is vastgelegd dat elke in de stad bij renovatie vrijkomende oude aluminium lichtmast ter recycling wordt aangeboden aan de leverancier. In 2011 wordt, in nauw overleg met toeleveranciers, gewerkt aan het per 1 januari 2012 introduceren van het klimaatneutraal lichtpunt (naast de lichtmast ook alle toebehoren). Ook in 2012 vinden de in 2010 en 2011 in productie genomen innovatieve ontwikkelingen hun toepassing in het openbaar gebied, en leveren zo een belangrijke en duurzame bijdrage aan het bevorderen van de openbare veiligheid en aan de kwaliteit van de openbare ruimte. De organisatie blijft nieuwe innovaties in de markt nauwgezet volgen. Afhankelijk van de bestuurlijke besluitvorming in het derde kwartaal 2011 zal ook in 2012 Tilburg één van de koplopers in duurzaam innovatief verlichten blijven. Onder meer met projecten als Licht op Aanvraag, LED op de hoofdwegenstructuur, de beperking van het energieverbruik openbare verlichting met jaarlijks tenminste 3% en het werken aan de realisatie van een energiereductie van -20% in het jaar 2015 ten opzichte van 2008. Vastgesteld kwaliteitsniveau: Vast te stellen in het 3e kwartaal 2011. Actuele staat van onderhoud: Daar waar landelijk voor de levensduur van masten uitgegaan wordt van gemiddeld 30 jaar, wijzen praktijkervaringen uit dat een aluminium lichtmast in Tilburg gemiddeld 40 à 45 jaar mee gaat. Middels zowel statische als dynamische inspecties wordt in 2011 de kwaliteit beoordeeld van de lichtmasten die ouder zijn dan 30 jaar. Na vaststelling van een verantwoorde restlevensduur worden voor de lange(re) termijn, in afstemming met andere beheersvelden, integraal maatregelen samengesteld welke worden opgenomen in het Meerjarenprogramma. In 2012 zal het Tilburgs areaal lichtmasten voldoen aan de kwaliteitsnorm dat 80% van het bestand jonger is dan 30 jaar. In de begroting opgenomen onderhoudslasten: De beschikbare middelen voor de openbare verlichting worden ingezet voor het onderhoud en vervanging van het verlichtingsareaal en het oplossen van schade- en storingsmeldingen. De beschikbare middelen (een budget van circa € 4,0 miljoen) zijn toereikend om de kwaliteit te kunnen handhaven.
Verkeersregelinstallaties Beleidskader: In 2007 is door de raad de Nota Verkeerslichten 2006 vastgesteld. In deze nota zijn uitgangspunten vastgelegd hoe om te gaan met nieuwe plaatsingen, aan te passen, te onderhouden alsmede te vervangen en/of te verwijderen VRI’s. In 2008 is Tilburg door DTV Consultants te Breda uitgeroepen tot Verkeerslichtenstad 2008. Deze prijs wordt elke 4 jaar uitgereikt: een nieuwe verkiezing vindt plaats in 2012. Vastgesteld kwaliteitsniveau: Met de vaststelling van de Nota Verkeerslichten 2006 is het kwaliteitsniveau “Voldoende” vastgelegd. Het huidige uitgangspunt voor het kwaliteitsniveau van het areaal verkeersregelinstallaties is, bij de Programmabegroting 2010, van voldoende (naar CROW-model: basiskwaliteit) gewijzigd in sober. Dit betekent dat de renovatiefrequentie van VRI’s nu komt op 18 in plaats van 15 jaar. Versobering kan gevolgen hebben voor de instandhouding van de kwaliteit: immers, de kans op storingen neem toe. Daarnaast is het minder eenvoudig om actuele, technologische ontwikkelingen door te voeren (bv led, monitoring).
109
Specifieke onderwerpen
Actuele staat van onderhoud: Het kwaliteitsniveau van het areaal verkeersregelinstallaties is op dit moment naar CROW-model nu nog ‘voldoende’ (basiskwaliteit); er is (nu nog) sprake van een voorsprong op - c.q. een overgangsfase naar het te realiseren kwaliteitsniveau sober. Dynamisch Verkeers Management. In 2009 is een begin gemaakt met de uitvoering van bestuurlijk geaccordeerd beleid inzake DVM, Dynamisch Verkeers Management. Ten behoeve van het verbeteren van de doorstroming en betere benutting van de capaciteit van het bestaande wegennet wordt op een hoger niveau ingezet op vervanging van verkeersregelapparatuur en -programmatuur. Na verwerking van de bezuiniging bij Programmabegroting 2011 is hiervoor een structureel budget beschikbaar van € 149.000,-. In de begroting opgenomen onderhoudslasten: Het exploitatiebudget voor verkeersregelinstallaties is toereikend aangezien dit budget is afgestemd op de prijsontwikkelingen in het marktsegment en is gekoppeld aan het aantal in beheer zijnde verkeersregelinstallaties. In toenemende mate vindt communicatie plaats tussen VRI’s en de beheercentrale alsook tussen VRI’s onderling. De toenemende hoeveelheid communicatie vraagt om een daartoe geschikt communicatienetwerk en leidt ook zeker tot toenemende communicatiekosten. Die worden in 2012 inzichtelijk gemaakt, voorzien van een meerjarenprognose. Het percentage verkeersregelinstallaties dat is uitgerust met LED verlichtingsunits in de verkeerslichtarmaturen bedroeg eind 2010 62% en zal eind 2011 zijn toegenomen tot 70%. In 2012 worden de in 2010 en 2011 opgestarte uitvoeringsacties, naar aanleiding van de Nota Verkeerslichten 2006, afgerond.
Riolering Beleidskader: Het beheer en onderhoud van de riolering is beschreven in de Structuurvisie Water en Riolering waarin het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (2010-2015) is opgenomen. Dit beleid is door de raad in 2009 opnieuw vastgesteld. Vastgesteld kwaliteitsniveau: De structuurvisie Water en Riolering (SWR) is het beleidsdocument waarin naast de technische aspecten van het rioleringsbeheer, vernieuwde inzichten en richtlijnen, wetgeving en eisen vanuit de waterschappen op strategisch niveau zijn vastgelegd. In de bezuinigingsvoorstellen behorende bij de Programmabegroting 2012 is een voorstel uitgewerkt om de afschrijvingstermijn van de investeringen van 30 jaar te verlengen naar 40 jaar en het investeringstempo te vertragen. Het totale investeringsvolume blijft wel gelijk. Dit leidt tot een toenemend voordeel in de kapitaallasten tot € 168.000,- in 2015 . In de SWR 2016-2020 zal het definitieve effect hiervan opnieuw berekend worden. Actuele staat van onderhoud: Ten aanzien van instandhouding van de rioleringsobjecten zijn op basis van levensduurberekeningen en resultaten vanuit inspecties de benodigde vervangingsinvesteringen om het rioolstelsel van Tilburg, Berkel-Enschot en Udenhout in goede staat te houden geprognosticeerd en in de SWR opgenomen. Uit de jaarlijkse inspectie van ca. 35 km. hoofdriolering wordt de onderhoudstoestand en kwaliteit van de vrijvalriolering bepaald en vervolgens getoetst aan de in het SWR vastgestelde kwaliteitsnormen. Afhankelijk van de urgentie wordt een aantal van deze riolen binnen de planperiode SWR 2010-2015 gerenoveerd, gerepareerd of vervangen. De huidige staat van de riolering loopt iets achter op de wenselijke staat van de riolering. Een aantal projecten (boeggolf ca. € 6 miljoen) zijn door omstandigheden nog niet uitgevoerd.
Programmabegroting 2012
110
In de begroting opgenomen onderhoudslasten: De in de begroting opgenomen onderhoudskosten voor de exploitatie bedragen € 2,4 miljoen. Dit is exclusief de kapitaalslasten (ca. € 6,0 miljoen) en salariskosten. Voor de investeringen is in het beleidsplan € 12,7 miljoen beschikbaar waarvan € 6,1 miljoen voor de aanleg van de blauwe aders (hydraulische maatregel).
Openbaar groen Beleidskader: De kwaliteit van het openbaar groen ten aanzien van het dagelijks onderhoud is vastgelegd in de Kwaliteitskaart Openbaar Gebied (KOG, vastgesteld 2000). Afgeleid van het Groenstructuurplan is in de KOG afhankelijk van de functie, de ligging en de beeldkwaliteit weergegeven welke kwaliteitsniveaus voorkomen op iedere locatie. Het beheer van het openbaar groen, incl. de begraafplaatsen, is te onderscheiden in een drietal onderhoudstypen, te weten: dagelijks onderhoud (hoog cyclisch jaaronderhoud); kortcyclisch onderhoud (cyclisch (meer)jarenonderhoud); langcyclisch onderhoud. Vastgesteld kwaliteitsniveau: In 2010 zijn de nota’s Groen en Biodiversiteit vastgesteld en is gestart met het uitwerkingsprogramma van beide nota’s. Actuele staat van onderhoud: Dagelijks onderhoud: Afgeleid van het Groenstructuurplan is in de KOG afhankelijk van de functie, de ligging en de beeldkwaliteit weergegeven welke kwaliteitsniveaus voorkomen op iedere locatie. Deze kwaliteitsniveaus zijn vertaald in kwaliteitsbeelden welke de gewenste onderhoudstoestand van het groen weergeven. Op dit moment worden in het Openbaar Gebied een vijftal onderhoudsniveaus onderscheiden, te weten: - Zeer intensief (A+-niveau); - Intensief (A-niveau); - Standaard (B-niveau); - Extensief (C-niveau); - Zeer extensief (D-niveau). Voor het dagelijks onderhoud van het openbaar groen wordt op dit moment gebruik gemaakt van een drietal onderhoudsniveaus, namelijk: intensief, standaard en extensief. Het dagelijks onderhoud draagt bij aan de beleving van een schonere en veiligere stad. Het openbaar groen wordt op de gewenste kwaliteit onderhouden. Kortcyclisch onderhoud: Door middel van het uitvoeren van jaarlijkse inspecties worden de kwaliteit en de onderhoudsbehoeften van de bomen, bosplantsoen, heesters en speelvoorzieningen in beeld gebracht en getoetst aan de daarvoor vastgestelde kwaliteitsnormen. In 2010 is het snoeibeheer van bosplantsoen en heesters gestandaardiseerd en planmatig uitgezet. Het kortcyclisch onderhoud verlengt de levensduur van de groenelementen en speelvoorzieningen. Langcyclisch onderhoud: Er is momenteel geen beleid om het openbaar groen langcyclisch te onderhouden. Er zijn slechts beperkt middelen voorhanden die op incidentele basis voor dit doel worden ingezet. Binnen de integrale projecten van het Meerjarenprogramma wordt het belang van het openbaar groen erkend maar zijn slechts zeer beperkt middelen beschikbaar voor de aanleg van groen. Door middel van informatie uit het dagelijks en kortcyclisch onderhoud wordt hier geadviseerd hoe de kwaliteit van het openbaar groen kan worden verbeterd. Hierdoor is men incidenteel in staat om structurele kwaliteitsverbeteringen door te voeren om vervolgens het openbaar groen op een duurzame wijze in stand te kunnen houden.
111
Specifieke onderwerpen
In de begroting opgenomen onderhoudslasten: Voor het jaarlijkse groenonderhoud is € 7,8 miljoen beschikbaar. Dit is het bedrag exclusief het voorstel bezuinigingen in de openbare ruimte € 0,725 miljoen op het onderhoudsniveau met ingang van 2012.
Gebouwen De gebouwenportefeuille beslaat circa 200 permanente gebouwen. Vanuit de verantwoordelijkheid als eigenaar wordt het technisch en administratief beheer verzorgd. Het geheel van activiteiten vindt plaats binnen de gesloten exploitatie gemeentegebouwen. Beleidskader: Het beleid inzake het technisch beheer is vastgelegd in de Strategische Visie Gebouwen welke is vastgesteld door het College van B&W op 14 december 2010. Hiermee is voor de komende vier jaar het beleid inzake de gemeentegebouwen vastgesteld. Gelijktijdig met de vaststelling van het beleid zijn een tiental uitwerkingsopgaven voor de komende jaren vastgesteld. Ten aanzien van de technische instandhouding van de gemeentegebouwen wordt op basis van inspecties en kengetallen jaarlijks de meerjarenonderhoudsplanning (MOP) en de meerjareninvesteringsplanning (MIP) geactualiseerd. De kosten die te maken hebben met onderhoud worden gedekt uit de voorziening voor onderhoud gemeentegebouwen. De storting in deze voorziening wordt jaarlijks herzien op basis van een 10-jarig gemiddelde van de geplande onderhoudsuitgaven. De dekking voor deze kosten wordt verkregen door bij de huurprijsbepaling een vast normbedrag per m² bruto vloeroppervlakte toe te rekenen. De komende jaren zal de slag gemaakt worden naar het inspecteren van de gebouwen volgens de methode “conditie afhankelijk onderhoud”. Er zal beoordeeld worden of de landelijke, door de Rijksgebouwendienst ingezette trend op gebied van inspecties volgens de zogenaamde BOEI-methodiek (Brandveiligheid, Onderhoud, Energie en Inzicht) ook geïmplementeerd dient te worden in de gemeente Tilburg. Conditie afhankelijk onderhoud is vastgelegd in een NEN normering met 6 kwaliteitsniveaus. Daarbij is niveau 1 het hoogste niveau en 6 het laagst. Niveau 1 is vergelijkbaar met nieuwbouw en wordt in de praktijk voor het technisch onderhoud nagenoeg niet gerealiseerd. Niveau 6 staat gelijk aan een slooprijpe situatie. Vastgesteld kwaliteitsniveau: De Strategische Visie Gebouwen is niet door de Raad vastgesteld. Momenteel wordt als uitgangspunt aangehouden sober en doelmatig onderhoud waarbij het onderhoudsniveau nooit onder het wettelijke minimum mag komen. Na afronding van de inspecties met de methode conditie afhankelijk onderhoud ligt per gebouw en per gebouwelement de score vast en kan het bestuur bepalen wat het gewenste kwaliteitsniveau per gebouw en per gebouwelement dient te zijn. Door middel van een onderhoudsprogramma kan vervolgens zowel financieel als in tijd inzichtelijk worden gemaakt wat de consequenties zijn, maar ook kunnen door verschillende kwaliteitsniveaus aan te geven, meerdere scenario’s inzichtelijk worden gemaakt. Actuele staat van onderhoud: De actuele staat van het onderhoud is vastgelegd in het onderhoudsprogramma Homerun en het uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks ingelezen in het gebouwbeheerprogramma Axxerion. In 2010 is een start gemaakt met het “tenderen” van onderhoudswerkzaamheden. Dit tenderen zal de komende jaren worden doorgezet. De doelen die nagestreefd worden met tenderen zijn: * Door vermindering van het aantal contracten beperken van de beheerslast, waardoor kwalitatief beter beheer door eigen medewerkers mogelijk is; * Betere borging in de nieuwe contracten van wettelijke verplichtingen op het gebied van inspectie en registratie aanbestedingen; * Behalen van financieel voordeel. Programmabegroting 2012
112
De onderhoudstender Dak- en Schilderwerk is afgerond in 2010 en heeft financieel tot een positief resultaat geleid. Na uitvoering van de werkzaamheden zal in 2011 geëvalueerd worden of naast het financiële resultaat ook de andere doelen bereikt zijn met het tenderen. Inzake de onderhoudstender Waterbouwkundige- en Elektrotechnische installaties is de voorbereiding gestart in 2010. De daadwerkelijke aanbesteding zal in 2011 plaatsvinden. Ook worden de onderhoudscontracten voor de grote sportaccommodaties in 2011 via een Europese Aanbesteding opnieuw gegund voor een periode van tien jaar. Na de positieve resultaten van 2010 zal het onderhoud dak- en schilderwerk voor de komende jaren via een Europese Aanbesteding in de markt worden gezet. In de begroting opgenomen onderhoudslasten: Voor een uitgebreide toelichting op onderhoud gemeentegebouwen wordt verwezen naar de Gebouwenmonitor 2012. Voor het onderhoud is een budget (vóór bezuiniging van € 1,0 miljoen) beschikbaar van rond € 4,0 miljoen (10-jarig gemiddelde excl. BTW).
Sportterreinen Beleidskader: Voor het onderhoud van sportterreinen is er geen vastgesteld beleidskader. Vastgesteld kwaliteitsniveau: Er worden controles uitgevoerd inclusief foto’s, klant wordt om mening gevraagd. Klant is tevreden en onderhoudsniveau is goed. Actuele staat van onderhoud: Goed. In de begroting opgenomen onderhoudslasten: Er is een budget van € 343.742,- beschikbaar (€ 334.784,- voor onderhoud, € 8.958,- voor bestrijdingsmiddelen) incl. vergoeding aan verenigingen. Budget is inclusief graszaad, meststoffen/kalk, onderhoud beregening, verlichting en afrastering.
Onderwijsaccommodaties Beleidskader: Bij het onderhoud van de onderwijsgebouwen moet onderscheid gemaakt worden in schoolgebouwen voor het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs. De schoolbesturen voor voortgezet onderwijs zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van hun schoolgebouwen. De financiën hiervoor zijn aan de schoolbesturen “doorgedecentraliseerd”. Het onderhoud van de schoolgebouwen voor primair onderwijs komt gedeeltelijk voor rekening van de schoolbesturen. In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat de scholen zelf verantwoordelijk zijn voor de binnenkant van het gebouw en de gemeente voor de buitenkant, maar hier zijn uitzonderingen op (bijvoorbeeld vervangen van radiatoren komt voor rekening van de gemeente). Vastgesteld kwaliteitsniveau: NEN2767 Actuele staat van onderhoud: Gebouwafhankelijk. Onafhankelijke toetsing aanvragen aan conditiemetingmethodiek NEN2767.
113
Specifieke onderwerpen
In de begroting opgenomen onderhoudslasten: Onderhoudsvoorzieningen die door de gemeente worden bekostigd, worden opgenomen in het huisvestingsprogramma dat jaarlijks door het college wordt vastgesteld. Het onderhoud wordt bekostigd uit de “Reserve onderhoud gebouwen onderwijs”. De jaarlijkse dotatie aan de reserve bedraagt vanaf 2007 € 550.000,-. In het kader van de bezuinigingen wordt voorgesteld de jaarlijkse dotatie vanaf 2012 te verlagen met € 50.000,-. Ultimo 2010 bedroeg het saldo van deze reserve € 1.898.140,-.
3.7
Financiering
Algemeen De wet financiering decentrale overheden (Fido) legt de gemeente de verplichting op zelf twee treasuryinstrumenten in te voeren; het treasurystatuut waarin de beleidsmatige infrastructuur voor het uitvoeren van de treasuryfunctie wordt vastgelegd en de treasuryparagraaf in begroting en jaarverslag waarin respectievelijk de beleidsplannen voor het komende jaar en de resultaten daarvan worden behandeld. Het Treasurystatuut (vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 1 februari 2010) geeft de infrastructuur voor de inrichting van de financieringsfunctie. De uitvoering van de gemeentelijke financieringsfunctie dient uitsluitend de publieke taak, het beheer is prudent en gericht op het voldoen aan kasgeldlimiet en renterisiconorm. Een meer gedetailleerde uitwerking van een aantal van deze onderwerpen is vastgelegd in het statuut.
Renterisicobeheer Rentevisie In 2012 zal, conform de procedure zoals vastgelegd in het treasurystatuut, viermaal een rentevisie worden opgesteld. De rentevisie is een belangrijk instrument bij het bepalen van consolidatiemomenten (aantrekken langlopende leningen). Renterisiconorm De renterisiconorm is gerelateerd aan het budgettaire risico en heeft als doel het renterisico bij herfinanciering te beheersen. De renterisiconorm houdt in, dat de jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Deze norm beperkt zich tot de eigen treasury-activiteiten. Leningen die één op één zijn of worden doorgeleend vallen er buiten. In de periode 2012-2015 zijn geen renteherzieningen voorzien en zijn er ook geen nieuwe leningen aan derden voorzien.
Programmabegroting 2012
114
(Bedragen x € 1 miljoen) Renterisico vaste schuld i.r.t. renterisiconorm
2012
1
Renteherzieningen
0
2
Aflossingen
16,0
3
Renterisico (1+2)
16,0
4
Renterisiconorm (2011)
203,4
5a
Ruimte onder renterisiconorm
187,4
5b
Overschrijding renterisiconorm
4a
Begrotingstotaal
4b
Percentage regeling
4
Renterisiconorm
1.017,0 20% 203,4
Het maximale renterisico is in de periode 2012 tot en met 2015 lager dan de renterisiconorm. Dit betekent dat de renterisiconorm, op basis van deze cijfers, niet overschreden zal worden. Bij een normale rentestructuur is het beleid dat zoveel mogelijk (tot de kasgeldlimiet) met kortgeld gefinancierd wordt afhankelijk van de liquiditeitsprognose, de rentevisie en de renterisiconorm in meerjarig perspectief. Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet wordt berekend als percentage (8,5%) van het begrotingstotaal per 1 januari 2012. Op basis van het begrotingstotaal 2012 bedraagt de limiet voor 2012 € 73,1 miljoen. Kredietrisicobeheer Uitgezette leningen Alle uitgezette leningen aan woningcorporaties zijn WSW (Waarborgfonds Sociale Woningbouw) gegarandeerd. Verder is er via Gebiedsontwikkeling een lening verstrekt aan Stichting Kunstcluster. Op dit moment is er geen aanleiding de kredietwaardigheid in twijfel te trekken. Beleggingen Belegging bouwfondsaandelen is gedaan bij een AA instelling (ING). De kredietwaardigheid van ING is in 2010 verlaagd naar A. Volgens de wet Fido kunnen bestaande beleggingen ondanks de verlaging van de kredietwaardigheid, gehandhaafd blijven. Op dit moment is er geen aanleiding de kredietwaardigheid van ING in twijfel te trekken. Garanties en deelnemingen De laatste beoordeling van de gegarandeerde geldleningen en de waardering van de deelnemingen heeft plaatsgevonden bij het Jaarverslag 2010. De gemeente Tilburg voert een zeer terughoudend beleid met betrekking tot garantieverlening. Belangrijkste uitgangspunt is dat alleen garantie kan worden verstrekt aan instellingen die zonder garantie geen geldlening kunnen afsluiten. Bovendien moet sprake zijn van activiteiten en/of investeringen met een lokaal belang en mag geen andere instantie dan de gemeente in hoofdzaak de verantwoordelijkheid dragen op het beleidsterrein waarop de aanvragende instelling werkzaam is (zie nota gegarandeerde geldleningen d.d. 28 juni 2005).
115
Specifieke onderwerpen
Gemeentefinanciering (Bedragen x € 1 miljoen) Financieringspositie gemeente
2012
Financieringstekort
198,8
Totaal rentelasten
14,6
Totaal rentebaten
3,1
Omslagkapitaal
505,8
Omslagrente
Kerngegevens 2012
3,6%
Opgenomen
Uitzettingen
Stand 1 januari
€ 90.281.500
€ 37.074.700
Stand 31 december
€ 74.232.700
€ 36.396.800
Aflossingen
€ 16.048.800
€ 677.900
4,10%
4,46%
8,41
15,99
Laagste rente
3,20%
3,20%
Hoogste rente
6,19%
8,75%
Gemiddelde rente Restantlooptijd
Beleggingen De opbrengst uit hoofde van de verkoop Bouwfondsaandelen is belegd in twee producten: vastrentende waarden en een garantieproduct met hoofdsomgarantie. De jaarlijkse opbrengst uit het vastrentende deel ligt vast (€ 1.507.820,-). Het deel dat belegd is in het garantieproduct kent een jaarlijkse opbrengst van € 226.890,-. De waarde van het deel dat belegd is in aandelen duurzaam rendementsfonds fluctueert per dag. De hoofdsom van de totale belegging is aan het einde van de looptijd gegarandeerd.
Te verstrekken geldleningen Artikel 189 van de Gemeentewet bepaalt dat ten laste van de gemeente slechts uitgaven kunnen worden gedaan tot de bedragen die daarvoor in de begroting zijn opgenomen. Het gaat hier om het zogenaamde budgetrecht van uw Raad. Wanneer wij ons bij onze besluitvorming niet aan deze wettelijke randvoorwaarde houden, kan uw Raad ons college ter verantwoording roepen. In artikel 160, lid 1, sub e van de Gemeentewet staat dat het college bevoegd is tot privaatrechtelijke rechtshandelingen van de gemeente te besluiten. Het verstrekken van geldleningen is zo’n privaatrechtelijke rechtshandeling. Ons college is dus het bevoegde orgaan om te besluiten over het verstrekken van geldleningen. Om recht te doen aan het budgetrecht van uw Raad nemen wij in deze paragraaf een algemene post op voor te verstrekken geldleningen. Gelet op de ervaringen in de afgelopen periode en het terughoudende beleid inzake het verstrekken van geldleningen kan worden volstaan met een bedrag van € 300.000,-. Daarbij wordt er van uitgegaan dat de kapitaallasten / -baten budgettair neutraal zijn. Met het beleidskader zoals vastgelegd in het Treasurystatuut en de vaststelling van de financiële positie en de financieringsparagraaf in de programmabegroting heeft uw Raad dan voldoende inzicht en invloed
Programmabegroting 2012
116
op het verstrekken van geldleningen door de gemeente. Ons college moet binnen die kaders handelen. Overigens is de gemeente bij het verstrekken van geldleningen ook gebonden aan de Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido), die onder meer als eis stelt dat sprake moet zijn van een publieke taak.
3.8
Verbonden partijen
De gemeente Tilburg heeft bestuurlijke en financiële belangen bij een aantal verbonden partijen, waaronder gemeenschappelijke regelingen en vennootschappen. Verbonden partijen betreffen organisaties en instellingen waar een gemeente zowel een bestuurlijk als financieel belang in heeft. In deze paragraaf wordt ingegaan op de belangen die met de diverse verbonden partijen zijn gediend en de relatie met de gemeentelijke doelstellingen. Gemeentelijk Beleid Het aangaan van banden met (verbonden) derde partijen komt altijd voort uit het publieke belang. Verbindingen met derde partijen zijn een manier om een bepaalde publieke taak uit te voeren. De huidige verbonden partijen hebben allemaal een historische bestaansgrond. Bij nieuwe deelnemingen komt bij de besluitvorming door de Raad de publieke taak expliciet aan de orde op grond van de visie / doelstellingen van de deelneming. Beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen Deelnemingen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of duurzaam lagere waarde. Er is geen reden te waarderen tegen bijvoorbeeld intrinsieke waarde. Voor zover sprake is van een aanmerkelijk hogere waarde dan is dit in de toelichting op de laatst samengestelde balans opgenomen. In de jaarrekening is daarom in de toelichting op de balans bij de financiële vaste activa met betrekking tot de deelneming TWM de stille reserve verband houdend met de herwaardering bij TWM opgenomen. Opgemerkt wordt dat het hierbij gaat om indicatieve waarden die slechts gelden bij verkoop van de betreffende deelnemingen op basis van de geschatte directe opbrengstwaarde. Deze kunnen daardoor sterk aan schommelingen onderhevig zijn. Om deze reden zijn in de definitie van het weerstandsvermogen de aanwezige stille reserves buiten beschouwing gelaten. Binnen de gemeente Tilburg kennen we de volgende verbonden partijen: Samenwerkingsverbanden met overheden * Diamantgroep, Tilburg (Gemeenschappelijke regeling, deelname 75% op basis van het aantal WSW-ers 2010) * Belgisch Nederlands Grensoverleg (BENEGO) (Intergemeentelijk overlegorgaan) * Regionaal Overlegorgaan Midden-Brabant (ROM), (Tilburg, Intergemeentelijke samenwerking) Samenwerkingsverbanden met private organisaties * Breedband Tilburg BV, Tilburg (Aandeelhouder 25,1% (4.511 aandelen)) * Pieter Vreedeplein Ontwikkeling CV, Den Haag (Aandeelhouder 49,5%, ontwikkeling vastgoed) * Pieter Vreedeplein Beheer BV (Den Haag, Aandeelhouder 50%, beheer vastgoed) * Project Quirijnboulevard Holding BV (Tilburg, Aandeelhouder 100%, deelnemen, financieren en adviseren andere rechtspersonen) * Project Quirijnboulevard BV (Tilburg, Aandeelhouder 100%, realisering project Quirijnboulevard) * Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV (Tilburg, Aandeelhouder 25%, leefbaarder maken en houden centrum stad) Deelnemingen * NV Bank Nederlandse Gemeenten, Den Haag (Aandeelhouder 0,13% (71.786 aandelen)) * TWM Holding BV, Tilburg (Aandeelhouder 90,9% (4.500 aandelen)) * Brabant Water NV, ‘s-Hertogenbosch (Aandeelhouder 0,60% (16.798 aandelen)) * Intergas, Oosterhout (Aandeelhouder 5,1% (204 aandelen)) * RWI-Indutil BV, Tilburg (Vanaf april 2003 niet meer operationeel. Aan notaris gevraagd eindafrekening te maken en BV op te heffen. Liquidatieresultaat is nihil) * Essent NV, Arnhem (Aandeelhouder 3,73% (5.585.482 aandelen))
117
Specifieke onderwerpen
* * * * * * * * * * *
Enexis Holding NV, ‘s-Hertogenbosch ((Aandeelhouder 3,73% (5.585.482 aandelen)) Vordering op Enexis BV, ‘s-Hertogenbosch ((Aandeelhouder 3,73% (74.631 aandelen)) CBL Vennootschap BV, ‘s-Hertogenbosch ((Aandeelhouder 3,73% (74.631 aandelen)) Verkoop Vennootschap BV, ‘s-Hertogenbosch ((Aandeelhouder 3,73% (74.631 aandelen)) Publiek Belang electriciteits productie BV, ‘s-Hertogenbosch ((Aandeelhouder 3,73% (5.585.482 aandelen)) Claim Staat Vennootschap, ‘s-Hertogenbosch ((Aandeelhouder 3,73% (74.631 aandelen)) Essent Milieu Holding BV (Attero), Arnhem ((Aandeelhouder 3,73% (5.585.482 aandelen)) Bemij BV, Tilburg ((Aandeelhouder 100% (AK nominaal € 453.780,-)) BAT Bedrijven NV, Tilburg ((Aandeelhouder 100%, AK nominaal € 45.378 (10 aandelen)) BAT Huishoudens NV, Tilburg ((Aandeelhouder 100%, AK nominaal € 51.617,- (65 aandelen)) NV Monumentenfonds Brabant, Vught ((Aandeelhouder 6,5% (4 aandelen))
Overige verbonden partijen * GGD Hart van Brabant, ‘s-Hertogenbosch (Gemeenschappelijke regeling, deelname 19,9% op basis van het aantal inwoners) * RAV Brabant Midden-West-Noord, ‘s-Hertogenbosch (Gemeenschappelijke Regeling, deelname 12% op basis van het aantal inwoners) * Veiligheidsregio Midden en West Brabant, Tilburg (Gemeenschappelijke regeling, deelname 19,1% op basis van het aantal inwoners) NV Bank Nederlandse Gemeenten BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang met de hoogst mogelijke score voor kredietwaardigheid (AAA). Echter door de aankomende verscherpte Europese regels voor banken zal de BNG vóór 2018 op zoek moeten naar één miljard euro om het eigen vermogen van 2 naar 3 procent te versterken. Nederland heeft de mogelijkheid te pleiten voor een uitzonderingspositie, de BNG maakt zich hier sterk voor. Als dat niet lukt, zal de BNG op andere wijze haar vermogen moeten versterken, bijvoorbeeld door het aantrekken van achtergestelde leningen of het achterwege laten van de dividenduitkering in de komende jaren. Het risico van deze participatie is feitelijk beperkt tot de in de gemeentebegroting geraamde dividenduitkering van € 125.000,- en het in de aandelen geïnvesteerde vermogen. TWM Holding BV De resterende 9,1% van de aandelen zijn in handen van de gemeente Goirle. De holding kent twee werkmaatschappijen, te weten: TWM Gronden BV en NV TWM. Ruim 550 ha. gronden, destijds aangekocht ter bescherming van de bronnen, zijn ondergebracht in TWM Gronden BV tegen actuele waarde. Het resultaat van TWM Gronden BV zal bij ongewijzigd beleid de komende jaren naar verwachting positief zijn. De drinkwatervoorziening in Tilburg en Goirle, destijds onderdeel van NV TWM is van rechtswege overgegaan naar Brabant Water. De NV TWM wordt in stand gehouden in verband met de financieel juridische afwikkeling van de overnamesom (boekwaarde versus reproductiewaarde) bij deze overgang. Voor nadere omschrijving van het mogelijke risico uit hoofde van deze deelneming wordt verwezen naar §3.5, weerstandsvermogen, risico 3. Dividenden e.d. Met betrekking tot dividenden kan winstuitkeringen en beheersvergoedingen kan de volgende specificatie worden gegeven: ( bedragen x € 1.000,-)
2012
2013
2014
2015
280
280
280
280
3.612
3.612
3.612
3.612
560
560
560
560
0
0
0
0
BAT
501
301
301
301
NV Intergas
750
0
0
0
Attero (Essent Milieu) Enexis Publiek Belang (EPZ Borssele) Bemij
Programmabegroting 2012
118
Winstuitkering HNG
101
101
101
101
NV BNG
125
125
125
125
5.929
4.979
4.979
4.979
Totaal
BAT Bij de Programmabegroting 2009 is voor de jaren 2009 t/m 2012 een extra dividenduitkering geraamd van € 200.000,- in verband met de gunstige ontwikkeling van het eigen vermogen van BAT Bedrijven N.V. Vanaf 2013 komt deze extra dividenduitkering te vervallen.
Overige dekkingsmiddelen deelnemingen Door verkoop van de aandelen in Essent Productie en Leverings Bedrijf (PLB) aan RWE is vanaf 2010 de jaarlijkse dividendopbrengst vervallen. De bijdrage aan de algemene middelen die voorheen als dividend Essent werd ontvangen, is structureel geborgd door het wegzetten van een deel van de ontvangen koopsom waarover rente wordt vergoed. De volgende specificatie kan worden gegeven: ( bedragen x € 1.000,-)
2012
2013
2014
2015
Essent - gaswinstuitkering
2.074
2.074
2.074
2.074
Rente verkoop Essent
7.424
8.095
8.095
8.841
Enexis - rente bruglening
3.122
2.573
2.573
1.808
12.620
12.742
12.742
12.723
Totaal
De hierboven opgenomen meerjarige mutaties worden veroorzaakt door de rente op de brugleningen aan Enexis. Deze brugleningen kennen verschillende rentepercentages. Na aflossing worden deze bedragen gestort in de reserve Verkoop Essent om zo de vervallen rentevergoeding door Enexis te kunnen opvangen. De reserve Verkoop Essent kent een vaste vergoeding van 4%, een percentage dat flink hoger is dan de eerste bruglening die wordt afgelost, maar lager dan de volgende brugleningen. In 2017 daalt - na de volgende aflossing - het voordeel verder naar € 131.000,-. Na aflossing van de laatste bruglening in 2019 ontstaat vanaf 2020 een structureel nadeel ten opzichte van de huidige ramingen van € 287.000,-. Tot en met 2019 geeft de combinatie dividend en brugleningen een positief resultaat ten opzichte van de huidige ramingen; na 2020 een negatief resultaat.
3.9
Grondbeleid
Inleiding De financiële crisis van 2007 en de daarop volgende economische crisis hebben geleid tot een afnemende vraag naar vastgoed. Met name de huizenmarkt is hard getroffen mede ten gevolge van de verminderde financieringsruimte, strengere voorwaarden en hogere rente die banken potentiële huizenkopers bieden. In de jaren 2008 tot en met 2010 hebben diverse marktpartijen die gronden voor ontwikkeling in hun bezit hebben, de waarde van deze grondposities afgeboekt. Gemeenten werden geconfronteerd met vele planaanpassingen en met een afnemende vraag naar bouwrijpe grond. De productie van nieuwbouwwoningen nam sterk af. Hoewel diverse indicatoren wijzen op een opleving van de economie zijn er nog geen tekenen van het herstel van de huizenmarkt. De overheid bereidt een verdere inperking van de financieringsmogelijkheden voor. Denk aan de verdere beperking van het te lenen bedrag uitgedrukt in percentage van de aankoopprijs en een beperking van de mogelijkheid om met een aflossingsvrije hypotheek de aankoop te financieren. Tegen de achtergrond van veel woningen in
119
Specifieke onderwerpen
voorraad wordt een structurele neerwaartse prijsbijstelling van woningen gevreesd. Veel gemeenten zoeken naar mogelijkheden om de verliezen op de grondexploitatie te voorkomen of te beperken. Een aantal gemeenten heeft afgeboekt op de waarde van de grondportefeuille. Door haar omvangrijke grondportefeuille is Tilburg gevoelig voor de huidige ontwikkelingen. In het kader van de Vastgoedmonitor 2012 is de grondexploitatie opnieuw doorgerekend. De berekeningen zijn gebaseerd op zo goed mogelijke inschattingen van toekomstige ontwikkelingen. Voor de grondexploitatieprojecten kan dit oplopen tot uitgaven en inkomsten voor de komende 13 jaar tot en met 2025. Dan wordt de laatste grondexploitatie die is opgenomen, afgerond. Dit betekent dat de cijfers per definitie een globaal karakter hebben en een momentopname zijn. Over een half jaar kan de situatie anders zijn en omdat er voor een lange periode vooruit berekend wordt, kunnen kleine wijzigingen in de uitgangspunten (rentepercentage, afzettempo, inflatie e.d.) grote financiële gevolgen hebben. Met die bril moet ook naar de berekeningen gekeken worden. Ze geven een indicatie van de richting waarin bijgestuurd moet worden. Tezamen met de inschatting van de gevolgen van de economische recessie en de ontwikkelingen, die we ook bij andere gemeenten zien, betekent dit dat er stevig naar optimaliseringmogelijkheden gekeken moet worden om toekomstige tekorten te voorkomen.
Ontwikkeling resultaten De gemeente Tilburg kent circa 90 lopende grondexploitaties: op deze exploitaties bestaat een geraamd verlies van in totaal € 142,2 miljoen. Dit verlies bestaat uit het geraamde resultaat (€ 78,8 miljoen) vermeerderd met het bedrag dat aan algemene en planspecifieke risico’s (overeenkomstig de IFLO-norm) is geraamd (€ 63,4 miljoen). Aan dekking is beschikbaar € 77,6 miljoen (€ 32,3 miljoen Algemene Reserve Grondbedrijf en € 45,3 miljoen Voorziening tekorten lopende exploitaties). Het negatieve resultaat van de Algemene Reserve van het Grondbedrijf dat voor de gezamenlijke grondexploitaties tot en met 2023 wordt voorzien, bedraagt daarmee € 64,6 miljoen op basis van de NCW per 1 januari 2011. Jaarlijks neemt dit tekort met de rente van 4,5% toe. Zie onderstaande tabel.
bedragen in miljoenen euro’s
Planresultaat
Geraamd resultaat
N 78,8
Geraamde risico's
N 63,4
Dekking
Algemene Reserve Grondbedrijf
V 32,2
Voorziening tekorten
V 45,3
Totaal
N 142,2
V 77,6
Totaal
N 64,6
Tussentijdse winstneming/lopende tekorten Een onderdeel van de Algemene Bedrijfsreserve Grondexploitatie betreft de winstneming lopende exploitatieplannen. Tot en met 2009 is de tussentijdse winstneming genomen op basis van de percentage of completion methode. Daarvoor is de sleutel verkochte m²/te verkopen m² x begroot eindresultaat gebruikt. Deze methode is toepasbaar als er sprake is van een relatief zekere omstandigheid dat de voorgecalculeerde winst, naar rato van de voortgang, als gerealiseerd kan worden beschouwd. De kredietcrisis en de economische recessie hebben in veel gevallen een grote invloed op de resultaten van de gemeentelijke grondexploitatie. Vanuit het voorzichtigheidsbeginsel is de conclusie dat de percentage of completion methode, in deze onzekere tijden, wellicht een te rooskleurig beeld kan geven. Daarom is ervoor gekozen om vanaf 2010 de winstneming te nemen op basis van het netto contante waarde resultaat, verminderd met de nog te realiseren grondopbrengsten. Gevolgen negatieve Algemene Reserve Grondbedrijf Indien de Algemene reserve van de grondexploitatie bij het opstellen van de jaarrekening negatief is, dient er volgens de regels van het BBV te worden bijgestort ten laste van de algemene middelen. Op basis van de huidige cijfers zal er in 2011 en 2012 nog niet bijgestort hoeven te worden, maar voor het eerst in 2013. Dit is echter op basis van de huidige globale methodiek van bepaling van de Voorzieningen tekorten lopende exploitaties. In overleg met de accountant wordt deze methodiek
Programmabegroting 2012
120
geëvalueerd, waarbij vooral gekeken wordt naar het moment waarop en het bedrag waarover precies de Voorziening tekorten lopende exploitaties gevoed wordt. Daar kan namelijk op verschillende manieren mee omgegaan worden. Dit najaar zullen de consequenties hiervan helder op een rijtje worden gezet. Een wijziging van deze methodiek betekent een (bestuurlijk te fiatteren) stelselwijziging, die aan het eind van het jaar in de balans tot uitdrukking gebracht moet worden. Risico’s De omvang van de risico’s voor de grondexploitatie worden bepaald volgens de zogenaamde IFLOnorm op basis van door de raad vastgestelde richtlijnen. Van de actieve plannen wordt daarnaast een inschatting gemaakt van de totale omvang van algemene en planspecifieke risico’s. Deze raming komt uit op € 68 miljoen. Dit bedrag wordt afgezet tegen de IFLO-norm, die op grond van de boekwaarde en de investeringsopgave percentagegewijs een risicobedrag afgeeft. Dit bedrag is € 63,4 miljoen. De belangrijkste risico’s, zoals deze gekwantificeerd in de grondexploitatieberekeningen zijn verwerkt, zijn: - Afzetvertraging bij woningbouw en bedrijventerreinen; - Onverhaalbaarheid gemeentelijke kosten; - Omvangrijke investeringen binnen de plannen in de Spoorzone; - Hogere kosten en afzetvertraging Overhoeken; - Onrendabele top parkeren Heyhoef. Het bedrag dat bepaald wordt door de IFLO-norm, kan gezien worden als de bandbreedte van de projectresultaten. Er bestaat aanleiding om de methode van het bepalen van risicobedragen te evalueren. Uit een quick scan blijkt dat de IFLO-norm maar zelden wordt toegepast bij de grotere gemeenten. Bij de evaluatie wordt gekeken naar andere mogelijkheden voor de bepaling van de risicobedragen en naar best practices in het land met betrekking tot de presentatie van de financiële positie en het weerstandsvermogen van de grondexploitatie. Sinds 2010 is op projectniveau wel strak risicomanagement volgens de RISMAN-methode ingevoerd. Op projectniveau worden de belangrijkste risico’s vaak in geld gekwantificeerd, maar dat geldt niet voor alle risico’s en ook niet voor de restrisico’s. Daarom is deze methode nu niet geschikt voor de bepaling van de risicobedragen op het totaal van de portefeuille van de grondexploitatie. In de evaluatie wordt ook gekeken of de RISMAN-methode daar wel geschikt voor te maken is en wat hiervan de consequenties zijn. Naar verwachting wordt de evaluatie uiterlijk in het voorjaar van 2012 afgerond.
Prioritering projecten en effect op afzet- en omzetverwachting Voor het saldo van de Vastgoedmonitor zijn het woningbouwprogramma en de uitgifte van bedrijventerreinen bepalend. Tilburg heeft, behalve in de Spoorzone, nagenoeg geen risicodragende posities in een kantorenprogramma. De bedrijventerreinuitgifte is o.a. vertraagd door de juridische uitspraak over het bestemmingsplan Vossenberg. De verwachte afzet van het woningbouwprogramma is sterk afhankelijk van de economische omstandigheden. Totale omzet aan grondverkopen Op basis van het programma voor woningbouw, bedrijven en overig programma wordt binnen de Vastgoedmonitor 2012 rekening gehouden met de volgende omzetten aan grondverkopen:
121
Specifieke onderwerpen
Geraamde gemeentelijke grondverkopen 45 40 35
Bedragen in € mln.
30 25 woningen bedrijven
20
overige 15 10 5 2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
(5) Jaren
De verwachte grondverkopen van 2011 t/m 2023 liggen tussen de € 12,4 miljoen en € 42,1 miljoen per jaar. Gemiddeld bedraagt de verwachte jaarlijkse grondverkoop de komende 7 jaar € 31,2 miljoen. De negatieve overige grondopbrengsten in 2013 worden veroorzaakt door de gronduitgifte in plan Veemarktkwartier, alwaar de residuele grondprijs negatief is. Dekking tekort In de afgelopen periode is bekeken welke mogelijkheden er zijn om het negatieve resultaat op de grondexploitatie te verbeteren. In het kader van de Vastgoedmonitor 2012 worden voorstellen gedaan om het tekort op de grondexploitatie te verminderen. Het gaat hierbij om de volgende optimaliseringsmogelijkheden: Lagere kwaliteit openbaar gebied (kostenreductie). In veel projecten is een hoge kwaliteit van het openbaar gebied voorzien. Vermindering daarvan is een optimalisatie. Er is een lagere kwaliteit van ontwerp, materialen, uitvoering en onderhoud mogelijk. Deze leidt niet tot het scheppen van onderhoudsproblemen in de toekomst en past ook binnen de brede standaard van de gemeente. Vermindering PAK (plan- en apparaatskosten) initiatieven (kostenreductie) Er is jaarlijks een budget van € 0,5 miljoen beschikbaar uit de Algemene Reserve van het Grondbedrijf om nieuwe initiatieven te kunnen begeleiden in een haalbaarheidsfase. Voorgesteld wordt dit budget terug te brengen naar € 0,2 miljoen per jaar. Hiermee wordt € 3 miljoen NCW over een looptijd van 13 jaar bezuinigd. De consequentie is dat de gemeente minder initiatieven ondersteunt, zelf minder gaat doen en meer aan de markt over laat. Inzet genormeerde Reserve (dekking uit andere middelen) De genormeerde Reserve van het Grondbedrijf - ter hoogte van € 10,7 miljoen - is bedoeld om in te zetten ten tijde van financiële problemen. Zodra dit aan de orde is kan de gemeenteraad besluiten deze reserve in te zetten. Minder sociale woningbouw (opbrengstverhoging) Een omzetting van het aandeel sociale woningbouw naar niet sociaal levert een optimalisatie op. Een voorstel hierover zal ook in de Woonvisie worden gefundeerd op een afname van de stedelijke behoefte aan sociale woningbouw in de nieuwbouw. Bijdrage uit herstructureringsfonds (dekking uit andere middelen) In het Bestedingsplan herstructureringsfonds is besloten om € 1 miljoen per jaar vanaf 2012 voor de komende 13 jaar (NCW € 10,5 miljoen) uit het herstructureringsfonds te oormerken om bij te dragen aan de grondexploitatie van binnenstedelijke projecten. Afgesproken is deze bijdrage geoormerkt in te
Programmabegroting 2012
122
zetten; dus te koppelen aan projecten. Grondprijzen De Vastgoedmonitor is gebaseerd op de huidige grondprijssystematiek. Per 1 januari jongstleden zijn de grondprijzen eenmalig niet geïndexeerd. Het nieuwe grondprijsvoorstel, dat in de afrondende fase verkeert, is gestoeld op een meer gedifferentieerde en meer marktconforme methode, de residuele grondprijsmethode. Omdat Tilburg de afgelopen jaren op onderdelen van de markt een veel lagere index heeft gehanteerd dan de prijsstijging in de markt, kan de gemeente in sommige segmenten de grondprijzen corrigeren naar marktconforme waardes (kleine prijsstijging). Dat geldt vooral in de bedrijvenmarkt. Op basis van residueel rekenen mag een meeropbrengst van circa € 6,2 miljoen NCW worden verwacht. Wijzigen, starten en stoppen van projecten (kostenreductie) Alle projecten zijn individueel bezien of er sprake kan zijn van kostenreductie door planwijzigingen, eerder starten dan wel het stopzetten van de projecten. Hier is volgens de eerste inzichten een omvangrijke besparing te behalen. Deze optimalisaties worden momenteel verder uitgewerkt en zullen in het najaar van 2011 voorgelegd worden. Uitgaande van het overnemen van de optimaliseringsvoorstellen wordt een langjarig resultaat verwacht tussen € 10,0 miljoen negatief en € 5,8 miljoen negatief. Dit resultaat bestaat uit het geraamde resultaat (€ 64,6 miljoen negatief) en de geraamde optimalisaties (tussen de € 54,6 miljoen en € 58,8 miljoen).
Resterende bezuinigingsopgave Om de resterende bezuinigingsopgave (maximaal circa € 10 miljoen) te volbrengen is op 22 april j.l. een creatieve sessie gehouden met het college en professionals. In deze sessie zijn de volgende opties ter nadere uitwerking naar voren gebracht: 1. breng meer focus aan binnen de projectenportefeuille (hanteer een realistische afzet (dus geen 1.000 woningen plus Spoorzone) en binnen de plan- en apparaatskosten en organisatie; 2. reken je niet te arm door het stapelen van risico’s; 3. calculeer al te florissante verwachtingen van na 2020 nog niet in als opbrengst; 4. concentreer je meer op de korte termijn kasstroom; 5. boek consequenter en strenger af. Deze opties zullen in de komende periode nader worden uitgewerkt.
123
Programmabegroting 2012
124
125
Bijlage 1
Begrotingsvoorstellen
125
Programmabegroting 2012
126
127
Programma
Herijkingen
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
2012
2013
2014
2015
0
0
0
0
-2.101
-409
-450
-739
1.1
Cultuur
1.2
Onderwijs en jeugd
1.3
Sport
-68
-163
-163
-145
1.4
Zorg en welzijn
350
334
333
348
1.5
Integratie
-161
-161
-161
-153
1.6
Veiligheid
190
228
305
977
1.7
Armoedebeleid
-161
-163
-163
-151
2.1
Economie
-297
-350
-279
-260
2.2
Arbeidsmarktbeleid
-98
-98
-98
-73
3.1
Stedelijke inrichting/ stedenbouw
0
7
7
605
3.2
Wonen
0
0
0
0
3.3
Verkeer en vervoer
457
605
554
1.498
3.4
Milieu
-285
-270
-248
-115
3.5
Water, natuur en landschap
745
325
304
1.231
4.1
Bestuur
408
408
408
-1.466
4.2
Dienstverlening / Belastingen en tarieven
-594
2
919
-605
4.4
Algemene middelen / interne dienstverlening
3.552
9.123
12.786
23.805
1.937
9.418
14.054
24.757
Totaal
Bezuinigingen
Nieuw beleid
2012
2013
2014
2015
2012
-630
-523
-750
-1.000
-1.812
-2.242
-2.242
-2.242
-216
-216
-217
-213
-2.738
-3.170
-4.455
-4.788
-163
-293
-328
-353
124
-351
-624
-980
-572
-767
-962
-1.056
-15
-31
-46
-61
0
-340
-340
-340
-15
-15
-45
-1.145
-50
-100
-100
-100
0
0
0
0
-2.170
-2.186
-3.203
-3.719
0
0
0
0
-466
-535
-535
-1.961
-803
-831
-856
-883
-53
-53
-53
-53
-2.066
-2.692
-3.353
-4.284
0
0
0
0
-2.068
-4.172
-6.329
-10.122
0
0
0
0
-13.713
-18.517
-24.438
-33.300
449
449
449
449
449
2013
449
2014
449
0
2015
449
0
0
0
Programma 1.1 Cultuur Portefeuillehouder: Frenk/De Vries Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2.1.1.10
2018Brabant: BrabantStad Culturele Hoofdstad
Totaal herijkingen
2012
2013
2014
2015
-
-
-
0
0
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2.1.1.10
Taakstellende bezuiniging
Totaal bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
-630
-523
-750
-1.000
-630
-523
-750
-1.000
Herijkingen 2018Brabant: BrabantStad Culturele Hoofdstad In het begrotingsvoorstel bij de Programmabegroting 2011 (NB 2011/3) zijn verwerkt de onttrekkingen ten laste van de Reserve Culturele Hoofdstad 2018 voor de periode 2012-2014 (3x € 570.000,-). In 2015 komt deze onttrekking te vervallen. Bezuinigingen Taakstellende bezuiniging Voor de uitwerking van het nieuwe cultuurbeleid wordt rekening gehouden met een taakstellende bezuiniging van € 1 miljoen op het totale programma vanaf 2015. De invulling is als volgt: • Laten vallen van de ambitie van een cultuurpodium in de Reeshof. Besparing € 150.000,- per jaar; • Ontmanteling van de reserve culturele vernieuwing; € 135.000,- in 2012, € 373.000,- in 2013, € 343.000,- in 2014 en € 484.000,- in 2015; • Het bureau cultuurmakelaar eindigt met de invoering van de nieuwe cultuurnota als onderdeel van het cultuurbeleid. Bij gewenste voortzetting in het kader van 2018Brabant moet dekking dan ook vanuit die invalshoek gevonden worden. Vermindering met 2 fte vanaf 2012; • Taakstelling Bibliotheek: € 257.000,- in 2014 en vanaf 2015 € 366.000,- structureel per jaar; • Vrijval reserve beeldende kunst: incidenteel € 345.000,- in 2012.
Programmabegroting 2012
128
Programma 1.2 Onderwijs en jeugd Portefeuillehouder: Moorman, Frenk Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2012
2.1.2.60
Maatschappelijk Convenant
0
2.1.2.60
Toezicht en handhaving kwaliteit gastouderopvang
6
2.1.2.95
Onderwijshuisvesting
- 2.167
4.1.2.10
Nominale ontwikkeling leerlingenvervoer
60 -2.101
Totaal herijkingen
2013
2014
2015
0
0
-87
6
6
6
-472
-513
-715
57
57
57
-409
-450
-739
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2012
2.1.2.60
Brede School / CiST
-75
-75
-75
-75
2.1.2.60
Schoolloopbaanbegeleiding (SLB)
-431
-431
-431
-431
2.1.2.60
Focussen op OAB en taalontwikkeling
-644
-644
-644
-644
2.1.2.70
Ontstapeling binnen Centrum Jeugd en Gezin
-150
-150
-150
-150
2.1.2.75
Jongerenparticipatie
-65
-65
-65
-65
2.1.2.80
Geweld Nee
-70
-70
-70
-70
2.1.2.85
Afbouw AKA
0
-316
-316
-316
2.1.2.85
Participatiebudget: educatie
0
0
0
0
2.1.2.95
Onderwijshuisvesting
-263
-263
-263
-263
4.1.2.10
Leerlingenvervoer: verhoging afstandscriterium naar 6 km
-114
-228
-228
-228
-1.812
-2.242
-2.242
-2.242
Totaal bezuinigingen
2013
2014
2015
Herijkingen Maatschappelijk Convenant Bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal een voorstel worden voorgelegd waarmee het eerdere besluit met betrekking tot het Maatschappelijk Convenant Willem II herroepen wordt en er een verbreding naar de kernsporten plaatsvindt. Het huidige convenant omvat een periode van 2010 tot en met 2014. Middels deze herijking wordt de jaarschijf 2015 aangepast. Toezicht en handhaving kwaliteit gastouderopvang In 2011 is € 0,4 miljoen aan het gemeentefonds toegevoegd voor versterking van toezicht en handhaving kwaliteit gastouderopvang omdat het aantal gastouders groter is gebleken dan waar oorspronkelijk vanuit is gegaan. Voor Tilburg betekent dit een hogere algemene uitkering van € 6.000,-. Het uitgavenbudget wordt met hetzelfde bedrag aangepast. Onderwijshuisvesting De voorzieningen opgenomen in de vastgestelde huisvestingsprogramma’s 2003 tot en met 2011, alsmede de overige lasten en baten van de onderwijshuisvesting zijn geactualiseerd en waar nodig geïndexeerd naar prijspeil 2011. De voorzieningen “dak boven het hoofd” uit het concept-Huisvestingsprogramma Onderwijs 2012 zijn toegevoegd. De budgettaire consequenties voor 2012-2015 zijn: Bedragen x € 1.000,
2012
2013
Kapitaallasten
V
1.154
575
Opbrengst schoolgebouwen
V
1.086
0
V
2014 615
V
0
2015 774 0
Overige lasten en baten
N
73
103
N
102
N
59
Totaal
V
2.167
472
V
513
V
715
129
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Nominale ontwikkeling leerlingenvervoer Voor de vervoersvoorziening wordt de NEA index van het voorgaande jaar gehanteerd. Voor het jaar 2011 is deze index 3,2 %. Rekening houdende met het bezuinigingsvoorstel bedraagt het begrote bedrag van de programmakosten leerlingenvervoer voor 2012 € 1.886.556,-, en voor de jaren daarop volgend € 1.772.556,-. De nominale bijstelling voor 2012 wordt daarmee € 60.370,-; voor latere jaren € 56.772,-. Bezuinigingen Brede School/CiST De Brede Scholen en Bureau CiST (Cultuur in School Tilburg) zijn twee organisaties met grote raakvlakken. Voorgesteld wordt om vier heroverwegingsopties nader te bestuderen: 1. Focus Bureau CiST op de leeftijdsgroep 4-12 jaar. 2. Verdergaande samenwerking tussen de BST (Brede School Tilburg) en Bureau CiST. 3. Gevolgen focus BST op ondersteuning primair onderwijsproces. 4. Introductie eigen bijdrage. Wij schatten in dat deze studie al in 2012 een besparing van € 75.000,- kan opleveren binnen de budgetten Brede School Tilburg en CiST. Schoolloopbaanbegeleiding (SLB) Schoolloopbaanbegeleiding is een preventief instrument in het kader van de aanpak van het Voortijdig Schoolverlaten (VSV). De totale kosten van € 431.000,- kunnen ten laste worden gebracht van de in de begroting 2011 toegevoegde VSV middelen, zoals opgenomen in het coalitieakkoord (€ 500.000,-). Daarmee kan € 431.000,- worden bespaard. Focussen op OAB en taalontwikkeling Het wegvallen van de Montfransgelden maakt een taakstellende bezuiniging op het programma Onderwijs en Jeugd noodzakelijk. Een deel van deze gelden werd immers ingezet binnen dit programma. Daarbovenop willen we een taakstelling van € 100.000,- op het programma realiseren. De ruimte om deze taakstellingen te realiseren hebben we gevonden in het gemeentelijke budget OAB (Onderwijs Achterstandsbeleid). Naast de rijksmiddelen OAB beschikken we over een gemeentelijk budget OAB/ VVE (Voor- en Vroegschoolse Educatie) dat volledig werd ingezet ten behoeve van VVE. Ongeveer 30% van de totale VVE-kosten werd gedekt uit deze gemeentelijke middelen. De specifieke rijksuitkering OAB maakt het vanaf 2011 mogelijk en noodzakelijk om: • Vanwege de hoogte van de specifieke uitkering (maar ook de beleidsmatige focus op gewichtenleerlingen) de gehele VVE-post hieruit te dekken en daarmee ruimte te creëren in het gemeentelijke budget OAB/VVE. • De kosten van de impulswijkenaanpak te blijven dekken uit de specifieke uitkering, maar tegelijkertijd wel te focussen op de aanpak van taalachterstanden (€ 550.000,- per jaar). Omdat VVE geheel gedekt kan worden uit deze specifieke rijksuitkering kan een structurele besparing van € 644.000,- per jaar op het gemeentelijke budget OAB/VVE verwezenlijkt worden. Ontstapeling binnen Centrum Jeugd en Gezin (CJG) Recentelijk hebben wij ons beleid in het kader van de decentrale realisatie van het CJG aangescherpt en besloten om veel meer gebruik te maken van bestaande voorzieningen en geen plussen te plaatsen bovenop het bestaande aanbod in de wijken. Met deze lijn besparen wij frontofficekosten zoals huur van locaties en extra inzet van zorgprofessionals. Hiermee kan € 150.000,- worden bespaard.
Programmabegroting 2012
130
Jongerenparticipatie Jongerenparticipatie is geen wettelijke taak. Stoppen met dit beleidsterrein zou een einde betekenen van het expliciete jeugdparticipatiebeleid. Dit kan echter worden ondervangen door: 1. Bestaande instellingen, zoals bijvoorbeeld het jongerenwerk en Hall of Fame, nadrukkelijker de opdracht te geven jeugdinitiatieven van onderaf te stimuleren en te faciliteren. 2. Opvattingen en ideeën van jongeren op te halen via digitale kanalen, zoals een jongerenpanel. De stad kent al een studenten- en burgerpanel. De jaarlijkse kosten hiervan worden geschat op maximaal € 20.000,-. Bovenstaande zou een besparing opleveren van € 50.000,- plus een formatiereductie van 0,1 fte, wat in totaal neerkomt op € 65.000,-; € 20.000,- blijft dan bestemd voor het jongerenpanel. Geweld Nee Jaarlijks wordt in alle derde klassen van het voortgezet onderwijs de theaterproductie ‘Geweld Nee’ opgevoerd. De effectiviteit van deze interventie is erg moeilijk inzichtelijk te maken en bovendien hebben de scholen een eigen verantwoordelijkheid voor de veiligheid en het welbevinden van hun leerlingen en personeel. Wij willen het subsidiebedrag dat jaarlijks met ‘Geweld Nee’ is gemoeid (€ 69.908,-) dan ook volledig laten vervallen. Afbouw AKA Een substantieel deel van onze middelen voor risicojeugd (€ 316.512,-) wenden we momenteel aan voor de medefinanciering van de opleiding Arbeidsmarktkwalificerend Assistent (AKA). Deze bijdrage valt buiten de kerntaken van de gemeente op het domein van de jeugd. We gaan onze bijdrage aan het primaire proces in het MBO daarom beëindigen. Dit wil niet zeggen dat we vanuit onze verantwoordelijkheid inzake het preventieve jeugdbeleid alsnog bij kunnen dragen aan een stabiele onderwijscarrière en reductie van risico’s onder jongeren op het MBO. Met name de niveaus 1 en 2 kennen een forse concentratie van risicojongeren. Met deze afbouw AKA is een vermindering van de formatie met 0,1 fte beleidsmedewerker schaal 11 ingaande 2013 gemoeid. Participatiebudget: educatie Bezuinigingen op specifieke budgetten in het participatiebudget worden één op één doorvertaald. Voor educatie gaat het om een structurele bezuiniging van € 425.000,-. Voor educatie bestaat een verplichte besteding van educatiegelden bij de ROC’s tot 2013. Onderwijshuisvesting De ombuigingsmogelijkheden bij onderwijshuisvesting zijn beperkt. De gemeentelijke uitgaven voor dit terrein moeten worden aangemerkt als wettelijk verplichte uitgaven op basis van de Wet op het Primair Onderwijs en de Wet op het Voortgezet Onderwijs. De uitgaven bestaan vooral uit kapitaallasten. Ombuigbaar zijn de volgende posten: 1. Vermindering dotatie reserve onderhoud met € 50.000,2. Verlaging budget frictiekosten met € 66.000,3. Verlaging budget inbraak en vernielingsschade € 40.000,4. Vervallen post busvervoer naar gymnastiekaccommodaties € 30.000,Efficiency: Vermindering formatie met 1 fte, dus € 77.000,Vermindering is mogelijk dankzij het feit dat in de afgelopen jaren de nieuwbouwdoelen uit het integraal huisvestingsprogramma grotendeels zijn gerealiseerd. Leerlingenvervoer: verhoging afstandscriterium naar 6 km De gemeente heeft een wettelijke taak om vervoer voor specifieke doelgroepen leerlingen te organiseren en te financieren, met ruimte voor lokaal maatwerk. Binnen deze ruimte kunnen middelen bespaard worden door het afstandscriterium op te hogen naar het wettelijke maximum (6 kilometer). Besparing: € 228.000,-. Omdat de aanpassing in de verordening pas geëffectueerd wordt in het schooljaar 2012/2013 is de besparing voor het kalenderjaar 2012 gehalveerd.
131
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Programma 1.3 Sport Portefeuillehouder: Hamming Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
5.1.3.10
Nominale ontwikkeling sporttarieven
5.1.3.10
Maatschappelijk convenant
Totaal herijkingen
2012
2013
2014
2015
-68
-163
-163
-163
0
0
0
18
-68
-163
-163
-145
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
5.1.3.10
Soberder onderhoudsniveau gemeentelijke gebouwen
5.1.3.10
Andere functies accommodaties
5.1.3.10
Verhogen sporttarieven
Totaal bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
-32
-32
-33
-29
-19
-19
-19
-19
-165
-165
-165
-165
-216
-216
-217
-213
Herijkingen Nominale ontwikkeling sporttarieven In het kader van de jaarlijkse nominale ontwikkeling stijgen de sporttarieven voor het seizoen 2012 2013 met 2,9%. Deze tariefsverhoging gaat in op 1 augustus 2012. Maatschappelijk Convenant Bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal een voorstel worden voorgelegd waarmee het eerdere besluit met betrekking tot het Maatschappelijk Convenant Willem II herroepen wordt en er een verbreding naar de kernsporten plaatsvindt. Het huidige convenant omvat een periode van 2010 tot en met 2014. Middels deze herijking wordt de jaarschijf 2015 aangepast. Bezuinigingen Soberder onderhoudsniveau gemeentelijke gebouwen Het kwaliteitsniveau van het onderhoud voor alle gebouwen in gemeentelijke bezit (m.u.v. onderwijsgebouwen) wordt taakstellend voor 4 jaar (2012 t/m 2015) verlaagd. Op dit moment kunnen effecten van de bezuinigingen op de gebouwencondities niet objectief worden aangegeven, de kwaliteit zal echter achteruitgaan. Verlagen van het onderhoudsniveau zal in de praktijk leiden tot verschuiving van het uitvoeren van onderhoudsactiviteiten in de tijd en op lange termijn niet leiden tot besparingen maar eerder tot hogere (herstel)kosten. De consequenties van het voldoen aan de normen van brandveiligheid zijn nog niet volledig in beeld gebracht. De verwachting is dat hiermee hoge kosten gemoeid zijn, gelet op de ervaringen met het Willem II Stadion en andere projecten. Gedurende de begrotingsperiode tot 2015 worden inspecties uitgevoerd op gebied van brandveiligheid en onderhoud. Op basis van deze inspecties worden de MOP- en MIP planningen geactualiseerd zodat in 2015 op basis van conditiescores per pand het onderhoudsniveau bepaald kan worden waarbij de samenhangende onderhoudskosten op objectieve en transparante wijze in beeld zijn gebracht. Aandeel sportaccommodaties € 32.000,voordelig. Andere functies accommodaties Voorgesteld wordt de sportaccommodaties in het gebied Nieuw-Stappegoor deels anders in te zetten en zo de bezettingsgraad te optimaliseren en aanvullende omzet te genereren. Dit is mede noodzakelijk in het licht van het vertrek van Fontys in 2012 wat een inkomstenderving van € 200.000,- met zich meebrengt welke eerst moeten worden opgevangen alvorens extra baten kunnen worden gegenereerd. We richten ons op een intensieve samenwerking met bestaande huurders / partners en er zal gezocht worden naar ondernemers met een relatie tot het organiseren van evenementen ten behoeve van de zakelijke markt.
Programmabegroting 2012
132
Er wordt een onderzoek gestart naar de mogelijkheden voor het optimaliseren van de bezettingsgraad van niet alleen de accommodaties in het gebied Nieuw-Stappegoor maar ook de andere sportaccommodaties inclusief de zwembaden. Sportarrangementen voor bedrijven en onderwijs zullen worden ontwikkeld en sportbonden worden gestimuleerd van onze accommodaties gebruik te maken. Verder worden (sport-)evenementen gericht op bedrijven, instellingen en onderwijs georganiseerd. Zonder dit onderzoek is een aanvullende omzet van € 3.000,- te realiseren door skaten en inline-hockey in het zomerseizoen. Met het organiseren van meer (beurs)activiteiten kan € 16.000,- gerealiseerd worden. Totaal is dit € 19.000,- op jaarbasis. Verhogen sporttarieven Ingaande 1 januari 2012 worden alle sporttarieven met 3% verhoogd bovenop de nominale indexering. Dit levert structureel een bedrag van € 165.000,- op.
133
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Programma 1.4 Zorg en welzijn Portefeuillehouder: Frenk/Hamming/De Vries Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2012
2013
2014
2015
2.1.4.10 2.1.4.10
GGD Hart voor Brabant
75
69
68
80
RAV Brabant Midden-West-Noord
-5
-5
-5
-5
2.1.4.10
Maatschappelijk Convenant
2.1.4.10
Decentralisatie-uitkering Maatschappelijke opvang
2.1.4.10
Decentralisatie-uitkering Vrouwenopvang
3.1.4.30
Bijstelling grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012
4.1.4.10
Nominale ontwikkeling Wonen, Vervoer en Rolstoelen
4.1.4.10
Integratie-uitkering WMO
Totaal herijkingen
0
0
0
3
-455
-455
-455
-455
67
67
67
67
0
0
0
0
287
277
277
277
381
381
381
381
350
334
333
348
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2012
2013
2014
2015
2.1.4.10
Ouderenbeleid - stopzetten subsidie maaltijdvoorziening
-140
-282
-282
-282
2.1.4.10
Buurtbemiddeling
2.1.4.10
Medicinale heroïnebehandeling
-30
-30
-30
-30
0
0
-192
-192
2.1.4.10 2.1.4.10
Diensten wonen met zorg
-200
-200
-200
-200
Pakketmaatregel AWBZ
-400
-400
-400
-400
2.1.4.10
Vrouwenopvang
-100
-100
-100
-100
2.1.4.10
Preventiebeleid geestelijke gezondheid en verslaving
-100
-150
-150
-150
2.1.4.10
Taakstelling Montfransmiddelen
-17
-17
-17
-17
2.1.4.10
Taakstelling ontstapelen Zorg en Welzijn
-101
-101
-101
-101
4.1.4.10
WMO-woonvoorzieningen
-300
-410
-410
-410
4.1.4.10
WMO-scootmobielen
-50
-180
-180
-180
4.1.4.10
WMO-HBH1, algemene voorziening
4.1.4.10
WMO-Collectief vervoer
Totaal bezuinigingen
0
0
-1.093
-1.426
-1.300
-1.300
-1.300
-1.300
-2.738
-3.170
-4.455
-4.788
Herijkingen GGD Hart voor Brabant Op basis van de ontwerpbegroting 2012 van de GGD Hart voor Brabant wordt, vanwege nominale ontwikkelingen in combinatie met de bevolkingsprognoses, een nadeel van € 75.000,- in 2012 met een structureel effect van € 80.000,- in 2015 gemeld. RAV Brabant Midden-West-Noord Op basis van de beleidsbegroting 2012 van de RAV Brabant Midden-West-Noord daalt de inwonersbijdrage met € 0,024 vanwege lagere meerkosten voor de Regeling Bezwarende Beroepen. De RAV Brabant Midden-West-Noord past voor 2012 verder geen indexering toe. De daling van de inwonersbijdrage in combinatie met de bevolkingsprognoses leidt tot een structureel voordeel van € 5.000,-.
Programmabegroting 2012
134
Maatschappelijk Convenant Bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal een voorstel worden voorgelegd waarmee het eerdere besluit met betrekking tot het Maatschappelijk Convenant Willem II herroepen wordt en er een verbreding naar de kernsporten plaatsvindt. Het huidige convenant omvat een periode van 2010 tot en met 2014. Middels deze herijking wordt de jaarschijf 2015 aangepast. Decentralisatie-uitkering Maatschappelijke opvang Vanaf 2012 daalt de decentralisatie-uitkering Maatschappelijke opvang, geestelijke gezondheidszorg en verslavingsbeleid met € 454.458,-. De korting wordt in hoofdzaak veroorzaakt door een aframing van de zogenaamde grensstrook met € 473.803,- in combinatie met een aantal andere herverdelingen. De korting zal voor € 123.803,- opgevangen worden doordat voor dat deel overheveling naar andere financieringsstromen plaatsvindt. Het restant van € 330.655,- zal, wanneer de korting in september niet door het ministerie wordt teruggedraaid, door bezuiniging binnen de taakvelden Maatschappelijke opvang, Verslavingszorg en Geestelijk gezondheidszorg ingevuld moeten worden. Een voorstel voor de invulling van de taakstelling wordt dan bij de actualisering betrokken. Decentralisatie-uitkering Vrouwenopvang Per 1 januari 2011 is de voormalige specifieke uitkering Vrouwenopvang overgegaan in een decentralisatie-uitkering Vrouwenopvang via het gemeentefonds. In 2010 is de specifieke uitkering Vrouwenopvang opgehoogd met de loon- en prijsbijstelling 2010. In de Meicirculaire 2011 wordt nu het structurele effect van die bijstelling ad € 66.713,- toegevoegd. Het budget wordt met hetzelfde bedrag verhoogd. Bijstelling grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012 In de bijstelling van de begroting is rekening gehouden met de baten en lasten van de geactualiseerde plannen zoals deze in de Vastgoedmonitor 2012 zijn opgenomen. De toename van zowel de lasten als baten bedraagt voor de jaren 2012 t/m 2015 resp. € 5.198.000,-, € 1.904.000,-, € 1.666.000,- en € 4.274.000,-. Nominale ontwikkeling Wonen, Vervoer, Rolstoelen De uitgaven voor Wonen, vervoer en rolstoelen zijn afhankelijk van de tarieven van externe partners. We maken onderscheid in de volgende componenten:
Woonvoorzieningen
Index
index-%
Nieuwbouw
2,00
Begroting 2012 €
2.242.000,-
Index 2012 €
45.000,-
Vervoersvoorzieningen
Nea
3,20
€
4.277.000,-
€ 137.000,-
Hulpmiddelen
CPI
2,00
€
4.718.000,-
€
94.000,-
Advieskosten
CPI
2,00
€
554.000,-
€
11.000,-
Totaal bijstelling
€ 11.791.000,-
€ 287.000,-
Als gevolg van de voorgenomen bezuinigingsvoorstellen en het budgettair beslag hiervan op latere jaren, valt deze herijking met ingang van 2013 lager uit. Integratie-uitkering WMO In de Meicirculaire 2011 is de integratie-uitkering WMO bijgesteld voor de jaren 2011 en 2012. Deze herijking betreft de structurele doorwerking van de verhoging van het lastenbudget (nadeel) voor het jaar 2012 ad € 381.004,-. Dit is het saldo van de verhoging van het budget huishoudelijke hulp (indexering) met € 479.920,- en de verlaging van het uitvoeringsbudget met € 89.916,- als gevolg van uitname in verband met centrale financiering CAK. Bezuinigingen Ouderenbeleid - stopzetten subsidie maaltijdvoorziening De Maaltijdenexpres levert jaarlijks ruim 200.000 maaltijden. Het beschikbare subsidiebudget is € 279.731,- (waarvan € 71.856,- voor 4,5 fte WSW-formatie). Doordat de Maaltijdenexpres naar nieuwe huisvesting gaat en bij een andere maaltijdenleverancier de maaltijden koopt, kan de subsidie in de
135
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
komende jaren naar beneden. Niet de hele subsidie wordt daarmee gereduceerd, maar door een klein bedrag op iedere maaltijd te zetten kan de subsidie afgebouwd worden. Risico is dat een (klein) deel van de gebruikers onder de armoedegrens beland en een toenemend beroep op bijzondere bijstand ontstaat. Wij gaan ervan uit dat de Maaltijdenexpres de 4 WSW krachten uit eigen middelen gaat financieren. Het stopzetten van de subsidie wordt in een periode van twee jaar ingevoerd. Formatieve consequenties:Ambtelijke besparing van 50 uur per jaar met ingang van 2013. Buurtbemiddeling Vrijwilligers bemiddelen bij conflicten tussen burgers onder coördinatie van de Twern. De subsidie bedraagt € 185.011,-: € 98.981,- (53,5%) van de gemeente en € 86.030,- (46,5%) van de overige partners. Er zijn ongeveer 40 getrainde vrijwilligers bij betrokken. Het aantal bemiddelingen is ongeveer 200 per jaar (bij iedere bemiddeling worden twee vrijwilligers ingezet). Tilburg scoort landelijk erg goed met buurtbemiddeling in vergelijking met andere steden. Op basis van subsidie en aantallen is de gemiddelde kostprijs € 1.000,-. Dit is hoog maar voorkomt dure juridische zaken en draagt fors bij tot de leefbaarheid in de betreffende wijken. Buurtbemiddeling past bij de nieuwe manier van werken zoals benoemd in de raadsnota WMO in de wijk, maar kan efficiënter ingericht worden. Een taakstelling van € 30.000,- achten wij haalbaar. Medicinale heroïnebehandeling De gemeente subsidieert nu € 190.000,- ten behoeve van medicinale heroïnebehandeling uit eigen middelen. Daarnaast wordt de medicinale heroïnebehandeling gefinancierd door een specifieke rijksuitkering en vanuit de AWBZ. De medische hulp aan verslaafden is geen gemeentelijke taak. Wel heeft de gemeente belang bij deze hulp, niet alleen uit het oogpunt van zorg voor burgers, maar ook ter voorkoming van overlast en criminaliteit die voortkomt uit heroïneverslaving. Om die redenen is de gemeente zelf bijgesprongen met € 190.000,-. Dit deel zou echter ook voor rekening van de zorgverzekeraar of AWBZ kunnen komen. Voor zover dat niet gebeurt, en de gemeente toch bezuinigt, loopt de gemeente met name een risico op het terrein van veiligheid en leefbaarheid. Via deze voorziening krijgen 20 verslaafden, die anders over straat zouden zwerven, zorg en begeleiding. Een aantal van hen was voorheen veelpleger. Recent is ook bekend geworden dat de status van experiment en onderzoek door het ministerie van VWS opgeheven is voor de medicinale heroïnebehandeling. Wat de gevolgen hiervan zijn weten we nu nog niet, maar wellicht kunnen daardoor meer veelplegers instromen, omdat de selectiecriteria veranderen. In andere gemeenten met een vergelijkbare voorziening speelt dezelfde discussie; betreffende gemeenten stemmen de ontwikkelingen onderling af. Formatieve consequenties: 50 uur per jaar minder formatie met ingang van 2014. Diensten wonen met zorg In het kader van het ouderenbeleid is voor Diensten Wonen met Zorg € 350.000,- per jaar beschikbaar. Hiervan gaat een subsidie van € 333.000,- per jaar naar De Wever. € 17.000,- zit in een stelpost. Diensten Wonen met Zorg was voorheen een AWBZ regeling die overgekomen is naar de gemeente. Wij achten hierop een bezuiniging van € 200.000,- mogelijk. € 183.000,- komt ten laste van de subsidie aan De Wever en € 17.000,- ten laste van de stelpost. De bezuiniging op het contract van De Wever dient in eerste instantie ten laste van de maaltijdsubsidies te komen. In totaal worden de maaltijden voor een bedrag van € 200.000,- gesubsidieerd, waarvan de Wever 1/3 betaalt. De maaltijdprijzen zullen hierdoor verhoogd moeten worden. Mensen die daardoor in de problemen komen kunnen zo nodig een beroep doen op bijzondere bijstand. Het resterende bedrag van de bezuiniging kan ten laste van andere contractonderdelen komen. De bezuiniging op het contract van De Wever voor Diensten Wonen met Zorg van € 183.000,- kan in 2012 ingaan. Het subsidiecontract dient hiervoor opengebroken en herzien te worden. Pakketmaatregel AWBZ De middelen voor de Pakketmaatregel AWBZ bedragen jaarlijks ca. € 1,6 miljoen en zijn met ingang van 2010 vanuit de AWBZ naar de gemeente overgekomen (met een generieke korting).
Programmabegroting 2012
136
Tot nu toe zijn deze middelen niet helemaal ingezet. De overige middelen waren bedoeld voor twee doelen: • verdere maatregelen voor patiënten die geen AWBZ ondersteuning meer krijgen als gevolg van de pakketmaatregel. Een deel van de mensen heeft zelf alternatieve oplossingen gevonden voor het wegvallen van hun AWBZ ondersteuning. De gevolgen worden langzamer duidelijk dan gedacht, omdat veel mensen nog bezwaarprocedures hadden lopen, niet weten dat er Wmo voorzieningen mogelijk zijn of geen moeite meer doen om door de bureaucratie heen te komen. Zorgaanbieders hebben een aantal voorzieningen zoals dagopvang en dagbesteding nog een tijd lang uit eigen middelen doorbetaald, maar lijken daar steeds meer mee te stoppen. Wij verwachten daarom in 2011 en verder nog een toenemend beroep op deze middelen. • middelen om te kunnen investeren in de doorontwikkeling van de WMO naar een wijkgerichte aanpak. Bij deze aanpak zal in een aantal wijken geïnvesteerd moeten worden in algemene voorzieningen. Dat is nodig om daarmee de vraag naar dure individuele voorzieningen te beperken. Aangezien de middelen van de Pakketmaatregel nog maar voor een deel ingezet worden, stellen wij voor om hier, ondanks de geplande bestedingsrichting, € 400.000,- op te bezuinigen. Vrouwenopvang Bij Stichting Kompaan en De Bocht maken vrouwen met kinderen in de vrouwenopvang gebruik van kinderopvang. Deze opvang wordt momenteel gefinancierd uit het subsidiecontract maar zou feitelijk via de normale regelingen voor kinderopvang kunnen en moeten verlopen. Met Kompaan en de Bocht zijn afspraken gemaakt om deze stapeling van kinderopvang-financiering te ontstapelen. Daarmee kan een structurele bezuiniging van € 100.000,- gerealiseerd worden met ingang van 2012. Preventiebeleid geestelijke gezondheid en verslaving Sinds de overheveling van middelen voor Collectieve Preventie vanuit de AWBZ in 2007 subsidiëren wij 2e lijns zorgaanbieders voor het uitvoeren van preventieve taken. Deze taken, Collectieve Preventie GGz genaamd, zijn daarom uitgezonderd van het lokaal gezondheidsbeleid en jeugdgezondheidsbeleid. Voorgesteld wordt het preventiebeleid omtrent Verslaving en Geestelijke gezondheid opnieuw te prioriteren en deels te integreren in het lokaal gezondheidsbeleid. Het te bezuinigen bedrag is oplopend van € 100.000,- in 2012 naar € 150.000,- structureel met ingang van 2013. Taakstelling Montfransmiddelen Het Rijk bezuinigt op de zogenaamde Montfransgelden. Wij realiseren dit middels een structurele korting van € 17.000,- op het werkbudget zorg. Taakstelling ontstapelen Zorg en Welzijn Binnen het programma Zorg en Welzijn dient actief verder gezocht te worden naar activiteiten die overlappen met andere activiteiten of die niet door de gemeente gefinancierd hoeven te worden. Invulling van deze bezuiniging ad € 101.000,- moet nog nader uitgewerkt worden. WMO-woonvoorzieningen Op het terrein van het verstrekkingenbeleid WMO-woonvoorzieningen worden de volgende voorstellen gedaan: 1. algemeen gebruikelijk maken van kleine woonvoorzieningen. Hiervoor in aanmerking komen douchezitjes en beugels/wandgrepen (besparing € 175.000,-); 2. niet langer vergoeden van kosten baden verwijderen op basis van reguliere wooncarrière (ouderdomsklachten) (besparing € 160.000,-) en 3. het primaat van verhuizen bij dure woonaanpassingen op dezelfde manier uitvoeren voor alle inwoners van de gemeente Tilburg. Dit betekent dat het toepassen van het primaat van verhuizen voor Udenhout en Berkel-Enschot zich niet meer beperkt tot binnen de kern (besparing € 75.000,-). WMO-scootmobielen Op basis van de VNG publicatie “De Kanteling financieel, kosten en baten van een nieuwe aanpak in de WMO” (oktober 2010), zou met de nieuwe aanpak een besparing van ca.10% haalbaar moeten zijn. Vertaald naar de (in 2010 begrote) uitgaven scootmobielen betekent dit een besparing van ca. € 280.000,-. Op 1-2-2011 heeft college ingestemd met een zestal bezuinigingsmaatregelen die deze bezuiniging mogelijk maken. Rekening houdend met de niet gerealiseerde bezuiniging uit de Programmabegroting
137
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
2010 (€ 100.000,-) wordt in dit voorstel een te realiseren besparing van € 180.000,- opgenomen. In verband met langere voorbereidingstijd van een aantal maatregelen blijft de besparing voor 2012 naar schatting nog beperkt tot € 50.000,-. Vooralsnog geen formatieve consequenties, maar eventuele consequenties zullen worden meegenomen in de nadere uitwerking van de maatregelen. WMO-HBH1, algemene voorziening Voorgesteld wordt om het product HBH1 en het schoonmaak gedeelte uit HBH2 (eenvoudige hulp) om te zetten in het nieuwe product persoonlijke dienstverlening en dit als algemene voorziening aan te bieden aan de Wmo-doelgroep. Deze nieuwe vorm dient in 2013 voor alle nieuwe klanten beschikbaar te zijn. Voor de huidige klanten zal het recht op de huidige diensterlening blijven bestaan voor de duur van hun beschikking, maar met een maximale duur van 5 jaar. De formatie kan hierdoor met 1,4 fte verminderd worden vanaf 2014. WMO-collectief vervoer De bezuiniging als gevolg van de aanbesteding van het collectief vervoer is geraamd op een bedrag van € 1.300.000,- per jaar. Het nieuwe contract is ingegaan per 1 maart 2011. Bij de opdracht van de Stuurgroep Regiotaxi (wethouders deelnemende gemeenten) aan de Werkgroep Aanbesteding is expliciet meegegeven om een aanbestedingsvoordeel te realiseren door een “versobering” van het contract waarbij gehandeld wordt vanuit de redenering dat de Regiotaxi een vervanging is van het regulier Openbaar Vervoer.
Programmabegroting 2012
138
Programma 1.5 Integratie Portefeuillehouder: Hamming/Frenk/De Vries Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2.1.5.10
Maatschappelijk Convenant
2.1.5.30
Uitvoeringskosten inburgering
Totaal herijkingen
2012
2013
2014
2015
0
0
0
8
-161
-161
-161
-161
-161
-161
-161
-153
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2.1.5.10
Versoberen integratiebeleid
2.1.5.30
Participatiebudget: inburgering
Totaal bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
-163
-293
-328
-353
0
0
0
0
-163
-293
-328
-353
Herijkingen Maatschappelijk Convenant Bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal een voorstel worden voorgelegd waarmee het eerdere besluit met betrekking tot het Maatschappelijk Convenant Willem II herroepen wordt en er een verbreding naar de kernsporten plaatsvindt. Het huidige convenant omvat een periode van 2010 tot en met 2014. Middels deze herijking wordt de jaarschijf 2015 aangepast. Uitvoeringskosten inburgering In de Meicirculaire 2011 is het landelijk beschikbare bedrag voor uitvoeringskosten inburgering 2012 vastgesteld op € 36,7 miljoen. In 2011 was dit nog € 48,8 miljoen. Voor Tilburg betekent dit een structurele verlaging van het gemeentefonds van € 161.301,-. Op dit moment wordt gewerkt aan een wijziging van het inburgeringstelsel. Het voornemen is dit stelsel in 2013 in te voeren. De hoogte van de bijdrage voor uitvoeringskosten inburgering vanaf 2013 moeten nog worden vastgesteld. Vooralsnog wordt het uitgavenbudget met eenzelfde bedrag verlaagd.
Bezuinigingen Versoberen integratiebeleid De taakstellende bezuiniging wordt als volgt ingevuld: • Vanaf 2013 stoppen met subsidiëring van Ramadan-activiteiten (besparing € 20.000,-) en “Dialoog en Ontmoeting (besparing € 20.000,-); • Subsidie voor discriminatiebestrijding verlagen met € 38.000,- per jaar; • Door bundeling van de subsidies en deze niet langer per instelling te verstrekken maar per doelstelling gaan we ervan uit dat zowel in de pijler sociale stijging als in de pijler ontmoeting € 50.000,- per jaar bespaard kan worden met ingang van 2013; • In de aanloop naar 2014 wanneer de inbedding van integratie in de reguliere programma’s afgerond moet zijn, zou gewerkt kunnen worden naar gedeeltelijke afbouw van de ambtelijke formatie voor integratie. Deze afbouw is als volgt geraamd: In 2012: 1,0 fte (€ 75.000,-); in 2013: 1,5 fte (€ 115.000,-), in 2014 2,0 fte (€ 150.000,-) en vanaf 2015: 2,25 fte (€ 175.000,-). Participatiebudget: inburgering Bezuinigingen op specifieke budgetten in het participatiebudget worden één op één doorvertaald. De bezuiniging op inburgering bedraagt € 1,120 miljoen in 2012, € 2,537 miljoen in 2013 en vanaf 2014 € 3,299 miljoen.
139
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Programma 1.6 Veiligheid Portefeuillehouder: Burgemeester/Lauwerier Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2.1.6.30
Veiligheidsregio
2.1.6.30
Maatschappelijk Convenant
3.1.6.10
Omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen
3.1.6.20
Herijking ISV overig
3.1.6.30
Winkelsluitingstijden
3.1.6.30
Dierenopvangcentrum Tilburg (DOC-T)
Totaal herijkingen
2012
2013
2014
2015
60
98
175
75
0
0
0
18
-110
-110
-110
-110
0
0
0
754
63
63
63
63
177
177
177
177
190
228
305
977
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2.1.6.30
A-team
-63
-63
-63
-63
2.1.6.30
Veiligheidsregio Midden- en West Brabant
167
-308
-581
-572
2.1.6.30
Taakstelling bedrijfsvoering
-10
-10
-10
-10
3.1.6.20
Klachtenafhandeling
0
0
0
-365
3.1.6.30
Leges/vergunningen meer kostendekkend
Totaal bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
30
30
30
30
124
-351
-624
-980
Herijkingen Veiligheidsregio Met ingang van 1 januari 2010 is de lokale brandweerzorg overgedragen aan de Veiligheidsregio. Hiertoe zijn door de 26 gemeenten in de regio de bijbehorende budgetten mee overgedragen. Een aantal zaken is van invloed op de begroting van de Veiligheidsregio, namelijk bijstelling FLO-overgangsrecht, bijstelling van de informatievoorziening en loon- en prijsontwikkelingen. Ook het effect van gewijzigde inwonersaantallen is verwerkt. Maatschappelijk Convenant Bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal een voorstel worden voorgelegd waarmee het eerdere besluit met betrekking tot het Maatschappelijk Convenant Willem II herroepen wordt en er een verbreding naar de kernsporten plaatsvindt. Het huidige convenant omvat een periode van 2010 tot en met 2014. Middels deze herijking wordt de jaarschijf 2015 aangepast. Omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen Om pieken in het aantal controles op te kunnen vangen is een budget genaamd “flexibel budget bouwcontrole” beschikbaar. Naar verwachting zal dit budget van € 110.000,- vanaf 2012 niet meer nodig zijn daar het aantal te controleren bouwprojecten als gevolg van de huidige economische crisis is afgenomen en deze daling sinds 2009 zichtbaar is. Het flexibel budget bouwcontroles wordt voor 85% toegerekend aan de bouwleges. Winkelsluitingstijden Naar aanleiding van het initiatiefvoorstel ‘Aangepaste winkeltijden op zondag’ dat uw raad op 11 oktober 2010 heeft aangenomen, is het traject in gang gezet om de Winkeltijdenverordening Tilburg te wijzigen. De extra koopzondagen leiden tot extra kosten voor toezicht van € 63.000,-. Omdat het mogelijk is voor alle ondernemers om open te gaan, is ervan uitgegaan dat elke zondag een koopzondag wordt. Voor de extra kosten van reiniging wordt verwezen naar het programma Milieu.
Programmabegroting 2012
140
Dierenopvangcentrum Tilburg (DOC-T) Sinds 1 januari 2007 exploiteert de Diamantgroep in opdracht van de gemeente het DOC-T (opvangen van zwerfdieren is een wettelijke taak van de gemeente). Sinds 1 november 2009 is het DOC-T gevestigd aan de Wielevenweg te Tilburg. De met de Diamantgroep afgesloten exploitatieovereenkomst loopt af op 1 januari 2012. Bij de onderhandelingen over een nieuwe overeenkomst heeft de Diamantgroep laten weten dat zij haar bedrijfsvoering niet rond krijgt met de huidige vergoeding van de gemeente. In het Eindejaarsbericht 2010 is hiervan, als risico, reeds melding gemaakt. De exploitatiekosten stijgen met € 176.800,-. Een deel van de hogere kosten (€ 168.000,-) wordt aan de hondenbelasting toegerekend. Bezuinigingen A-team Het A-team adviseert inwoners van Tilburg integraal op het gebied van energiebesparing (milieu), brand- en inbraakpreventie en woonhygiëne. Het A-team wordt aangestuurd vanuit de Staf Veiligheid en gefinancierd uit budgetten van de afdeling Milieu (€ 50.000,-) en Staf Veiligheid (€ 63.000,-). Gezien het achterblijven van het beoogde resultaat in combinatie met de prioriteiten die moeten worden gesteld in financiële zin wordt de subsidie aan de Diamantgroep voor het A-team met ingang van 2012 stopgezet. Veiligheidsregio Midden- en West Brabant De Veiligheidsregio Midden- en West Brabant heeft sinds 1 januari 2010 de lokale brandweerkorpsen van 26 gemeenten overgenomen. Bij het opstellen van de begroting 2012 is de begroting door de Veiligheidsregio opnieuw beoordeeld en op basis van realistische uitgangspunten aangepast. Tegelijkertijd is er vanuit het Algemeen Bestuur een bezuiniging opgelegd. Concreet betekent dit twee effecten namelijk een bijstelling als gevolg van ontvlechting en de invulling van een bezuiniging op overhead en brandweer. Vanwege een hogere bijstelling als gevolg van ontvlechting ten opzichte van de bezuiniging is in 2012 een nadeel te melden. Met ingang van 2013 overtreffen de bezuinigingen de extra kosten vanwege de ontvlechting. Taakstelling bedrijfsvoering Gemeentebreed is een taakstellende bezuiniging van € 200.000,- opgelegd op bestaande bedrijfsvoeringbudgetten. Voor Staf Veiligheid bedraagt de taakstelling € 10.000,-. Klachtenafhandeling Een deel van de ISV middelen wordt binnen het programma Veiligheid ingezet om via de gebiedsteams snel in te kunnen spelen op fysieke wensen c.q. verbeteringen in de openbare ruimte die het veiligheidsgevoel kunnen vergroten. Deze kleine aanpassingen in de openbare ruimte staan los van het reguliere onderhoudsprogramma. Door het wegvallen van ISV vanaf 2015 verdwijnt ook deze mogelijkheid voor een deel (deels ook gedekt uit andere geldstromen). Leges/vergunningen meer kostendekkend De legesverordening wordt meer kostendekkend gemaakt. Voor de intensivering van de controle op de precariorechten is 0,6 fte extra formatie nodig. De kosten hiervan worden geraamd op € 30.000,-.
141
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Programma 1.7 Armoedebeleid Portefeuillehouder: Hamming Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2012
4.1.7.30
Maatschappelijk Convenant
4.1.7.30
Nominale ontwikkeling Bijzondere Bijstand
4.1.7.30
Selectieve en gerichte schuldhulpverlening
Totaal herijkingen
2013
2014
2015
0
0
0
12
153
151
151
151
-314
-314
-314
-314
-161
-163
-163
-151
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2012
2013
2014
2015
4.1.7.30
Grens Sociaal Minimum
-276
-276
-276
-276
4.1.7.30
Collectieve ziektekostenverzekering
-200
-300
-400
-500
4.1.7.30
Uitvoeringskosten Bijzondere Bijstand
-100
-200
-300
-300
4.1.7.30
Leges/vergunningen meer kostendekkend
4
9
14
20
-572
-767
-962
-1.056
Totaal bezuinigingen
Bedragen x € 1.000,Product
Voorstel nieuw beleid
2012
4.1.7.30
Continuering formatie Schuldhulpverlening
Totaal nieuw beleid
2013
2014
2015
449
449
449
449
449
449
449
449
Herijkingen Maatschappelijk Convenant Bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal een voorstel worden voorgelegd waarmee het eerdere besluit met betrekking tot het Maatschappelijk Convenant Willem II herroepen wordt en er een verbreding naar de kernsporten plaatsvindt. Het huidige convenant omvat een periode van 2010 tot en met 2014. Middels deze herijking wordt de jaarschijf 2015 aangepast. Nominale ontwikkeling Bijzondere Bijstand Het budget van de bijzondere bijstand (incl. langdurigheidstoeslag) wordt geïndexeerd op basis van een verhouding van 80% prijsgerelateerd (+ 2,15%) en 20% loongerelateerd (+ 0,40%). Het toepassen van de indexering 2012 geeft het volgende beeld: Bedragen x € 1,begroting 2011 Jaarschijf 2012
index
Stijging 2012
BijBij prijsgerelateerd
3.461.533
2,15%
74.400
BijBij loongerelateerd
865.383
0,40%
3.500
LDT prijsgerelateerd
709.898
2,15%
15.300
LDT loongerelateerd
177.475
0,40%
700
88.845
2,15%
1.900
597.508
9,60%
57.400
Medische kosten cliënten CZM Totaal bijstelling
153.200
Als gevolg van de voorgenomen bezuinigingsvoorstellen en het budgettair beslag hiervan op de jaren 2012 en verder, valt deze herijking in latere jaren lager uit. Selectieve en gerichte schuldhulpverlening In het Regeerakkoord is afgesproken € 20 miljoen uit te nemen uit het gemeentefonds. Naar het oordeel van het kabinet kunnen gemeenten besparingen realiseren op de schuldhulpverlening door meer selectieve en gerichte schuldhulpverlening. Het is aan gemeenten zelf om daaraan invulling te
Programmabegroting 2012
142
geven en daartoe maatregelen te treffen, waaronder maatregelen op het terrein van preventie en efficiency. Voor de gemeente Tilburg komt dit neer op een structurele uitname van € 313.566,-. De formatieve gevolgen zijn nog niet exact aan te geven omdat deze bezuiniging gedeeltelijk wordt gedekt door een eenmalig bedrag van € 750.000,- (resultaatbestemming bij het Eindejaarsbericht 2010), efficiencymaatregelen en de doorwerking van extra inzet op preventie en nazorg. Bezuinigingen Grens Sociaal Minimum Voor de burger gaan we voor de regelingen Langdurigheidstoeslag (LDT), Collectieve ziektekostenverzekering minima (CZM) en de Meedoenregeling terug van 120% naar 110% van de bijstandsnorm. Dit levert een besparing op van € 276.000,- (waarvan € 11.000,- uitvoeringskosten). De uitvoeringskosten Meedoenregeling nemen af met 0,2 fte. De uitvoeringskosten met betrekking tot LDT en CZM nemen niet af, omdat het aantal aanvragen naar verwachting niet zal afnemen (wel het aantal toekenningen). Collectieve ziektekostenverzekering 1. CZM als voorliggende voorziening voor bijzondere bijstand: in combinatie met de AWBZ en de zorgverzekeringswet vormt de CZM een passende en toereikende voorliggende voorziening voor bijzondere bijstand. Deze redenering volgend betekent dit dat kosten die niet vergoed worden uit AWBZ/ZVW niet strikt noodzakelijk zijn en hiervoor geen bijzondere bijstand betaald behoeft te worden. Verwachting is dat door deze wijziging een besparing gerealiseerd kan worden van ca. € 250.000,- op bijzondere bijstand voor medische kosten. Rekening houdend met een beperkte toeloop op de CZM wordt ingeschat dat er uiteindelijk ca. € 200.000,bezuinigd kan worden. 2. Aanpassing beleid en uitvoering bijzondere bijstand voor overige kosten: bijzondere bijstand kan verstrekt worden voor bijzondere en noodzakelijke kosten, afgestemd op de individuele situatie. Het begrip “noodzaak” wordt thans vrij ruim ingevuld. Door deze begrippen strikter te hanteren kan ook op de overige uitgaven bijzondere bijstand een bezuiniging gerealiseerd worden. Daarnaast verdient het aanbeveling om voor sommige kostensoorten een alternatieve verstrekkingswijze te zoeken (bijv. in natura waarbij collectiviteitskorting wordt verkregen of als budget). De exacte hoogte van deze bezuiniging is nu nog niet te bepalen maar wordt geschat op € 300.000,-. Deze bezuiniging is gefaseerd ingeboekt omdat voldoende rekening gehouden moet worden met termijnen voor o.a. aanbesteding, overgangstermijnen, ICT aanpassingen en in te zetten capaciteit. Uitvoeringskosten Bijzondere Bijstand Voorgesteld wordt om langs de volgende lijnen onderzoek te doen naar de efficiencymogelijkheden gericht op een taakstellende besparing van € 300.000,- in 2015: • Verbeteren ICT ondersteuning en aanpassen processen: administratieve afhandeling vereenvoudigen, eenmalige uitvraag en hergebruik van gegevens, meer standaardisatie en e-dienstverlening. • Wijzigingen beleid en aanpassen processen: ruimte zoeken in wet en regelgeving en bijbehorende beleidsregels waardoor processen vereenvoudigd kunnen worden: - uitgaan van vertrouwen en steekproefsgewijs controles; - minder huisbezoek meer op basis van regelingen (b.v. levensduur duurzaam gebruiksgoed); - mogelijkheden van verkorte procedures indien inkomen en vermogen bekend zijn. • V erhogen productiviteit: onderzoeken effecten van specialisatie en werken met scherpe targets (kwantiteit en kwaliteit). De formatie wordt als volgt bijgesteld: 2012: -/- 1,74 fte, 2013: -/- 3,48 fte en 2014 e.v.: -/- 5,22 fte. Leges/vergunningen meer kostendekkend De legesverordening wordt meer kostendekkend gemaakt. Als gevolg van het verhogen van de hondenbelasting wordt ook de post kwijtschelding hondenbelasting nadelig beïnvloed. De verwachting is dat de extra kwijtschelding in 4 jaar op loopt naar € 20.000,-.
143
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Nieuw beleid Continuering formatie Schuldhulpverlening In de begroting 2004 werd de formatie van bureau schuldhulpverlening vastgesteld op 14,6 fte frontoffice en 6,6 fte backoffice tot en met 2006. Daarnaast werd de formatie extra verhoogd met 0,5 fte in verband met de druk op de balie van schuldhulpverlening. Ten opzichte van de structurele formatie betekende dit in 2003 een vergroting met 7,5 fte. Deze 7,5 fte zijn hierna tot en met 2011 steeds tijdelijk gecontinueerd omdat er geen daling was van het aantal intakes. Het beroep op schuldhulpverlening is vanwege de crisis zelfs verder toegenomen. Deze trend in de ontwikkeling van het beroep op schuldhulpverlening maakt dat de activiteiten en personele inzet ook ná 2011 onverkort nodig blijven. Daarom wordt voorgesteld de formatieuitbreiding van 7,5 fte structureel te handhaven, kosten € 449.000,-.
Programmabegroting 2012
144
Programma 2.1 Economie Portefeuillehouder: De Ridder/Möller/Moorman/De Vries Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2012
2.2.1.10
Rente Lokaal Herstructureringsfonds Tilburg
-148
-79
-8
-8
2.2.1.20
Verkoop Essent
-149
-271
-271
-252
3.2.1.30
Bijstelling Grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012
Totaal herijkingen
2013
2014
2015
0
0
0
0
-297
-350
-279
-260
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
8.2.1.10
Leges/vergunningen meer kostendekkend
2012
Totaal bezuinigingen
2013
2014
2015
-15
-31
-46
-61
-15
-31
-46
-61
Herijkingen Rente Lokaal Herstructueringsfonds Tilburg Het Lokaal Herstructureringsfonds Tilburg krijgt conform reguliere systematiek 4,5% rentevergoeding. Dit fonds is gevormd uit een bijdrage van de gemeente en BHB (Brabantse Herstructureringsmaatschappij voor Bedrijventerreinen). Aangezien in de samenwerkings- en participatieovereenkomst alleen rentevergoeding over de financiële bijdrage van BHB is afgesproken, valt de rente over het nog niet-uitgegeven Tilburgse deel vrij. Er is overigens slechts sprake van een ruwe raming daar momenteel enkele initiatieven onderhanden zijn en lastig in te schatten valt hoe snel nieuwe initiatieven zich zullen aandienen. Verkoop Essent Ten aanzien van de deelnemingen Essent is in de begroting 2011 gemeld dat de dividendrendementen sterk onder druk staan en dat eerst in de loop van 2011 - aan de hand van de jaarrekeningen 2010 meer zicht zal ontstaan op de deelnemingen in Essent en eventuele consequenties voor de structurele ramingen. De jaarrekeningen zijn inmiddels ontvangen, evenals indicaties van de structurele dividenden. Onderstaand is de vergelijking met de meerjarenraming uit de begroting 2010 opgenomen. Bedragen x € 1.000,Onderwerp
2010
2012
2013/ 2014
2015
Dividendraming Enexis
2.345
3.612
3.612
3.612
391
280
280
280
3.122
3.122
2.573
1.808
671
1.417
Dividendraming Attero (Essent Milieu) Opbrengst Bruglening Rente aflossing bruglening Dividend Publiek Belang EPZ (Borssele)
1.567
560
560
560
Totaal
7.425
7.574
7.696
7.677
V 149
V 271
V 252
Verschil t.o.v. begroting 2010
Deze meerjarige mutaties worden veroorzaakt door de rente op de brugleningen aan Enexis die verschillende rentepercentages kennen. Na aflossing worden deze bedragen gestort in de reserve Verkoop Essent om zo de vervallen rentevergoeding op de bruglening te kunnen opvangen. De reserve Verkoop Essent kent een vaste vergoeding van 4%, een percentage dat flink hoger is dan de eerste bruglening die wordt afgelost maar lager dan de volgende brugleningen. In 2017 daalt - na de volgende aflossing - het voordeel verder naar € 131.000,-. Na aflossing van de laatste bruglening, in 2019, ontstaat vanaf 2020 een structureel nadeel ten opzichte van de huidige raming in de meerjarenbegroting van € 287.000,-. Tot en met 2019 geeft de combinatie dividend en brugleningen dus een positief resultaat ten opzichte
145
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
van de huidige raming in de meerjarenbegroting; na 2020 een negatief resultaat. De storting van de afgeloste brugleningen in de reserve Verkoop Essent om zo de vervallen rentevergoeding bruglening Enexis te kunnen opvangen, is impliciet verondersteld bij de becijferingen rondom verkoop aandelen Essent, maar niet expliciet in de criteria toevoegingen/onttrekkingen van de bestedingsplannen van de betrokken reserves (reserve Verkoop Essent, reserve ExEssent) vastgelegd. In deze begroting is dit alsnog aangepast. Bijstelling grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012 In de bijstelling van de begroting is rekening gehouden met de baten en lasten van de geactualiseerde plannen zoals deze in de Vastgoedmonitor 2012 zijn opgenomen. In 2012 dalen de lasten en baten met € 26.538.000,-. In de jaren 2013 t/m 2015 nemen de lasten en baten toe met resp. € 21.615.000,-, € 38.050.000,- en € 1.807.000,-. Bezuinigingen Leges/vergunningen meer kostendekkend De legesverordening wordt meer kostendekkend gemaakt. Het verhogen van de tarieven tot een 100% kostendekkendheid (met uitzondering van de tarieven die wettelijk zijn gemaximeerd) gebeurt in 4 stappen van 25% per jaar. Voor de liggelden Piushaven wordt uitgegaan van een verhoging oplopend tot € 61.000,-.
Programmabegroting 2012
146
Programma 2.2 Arbeidsmarktbeleid Portefeuillehouder: Hamming Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2012
2013
2014
4.2.2.10 4.2.2.10
Loonkostensubsidie ID-WIW-WWB structureel
0
0
0
Maatschappelijk Convenant
0
0
0
4.2.2.10
Nominale ontwikkeling kinderopvang
4.2.2.10
Verbindende schakels
Totaal herijkingen
2015 0 2
5
11
11
11
11
-109
-109
-109
-109
-98
-98
-98
-73
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2012
4.2.2.10
Rijkskorting participatiebudget
0
0
0
0
4.2.2.10
Caseload
0
-340
-340
-340
0
-340
-340
-340
Totaal bezuinigingen
2013
2014
2015
Bedragen x € 1.000,Product
Voorstel nieuw beleid
2012
2013
2014
2015
4.2.2.10 4.2.2.10
Inzet I-deel t.b.v. participatie
0
0
0
0
Beleidskant uitkeringen
0
0
0
0
0
0
0
0
Totaal nieuw beleid
Herijkingen Loonkostensubsidie ID-WIW-WWB structureel Met ingang van 2015 wordt rekening gehouden met € 0,4 miljoen aan loonkosten gesubsidieerde arbeid ten behoeve van de 60+ regeling, conform nota afbouw gesubsidieerde arbeid. Omdat met ingang van 2015 meerjarig € 0,6 miljoen structureel in de begroting zit, wordt voorliggende herijking uitgevoerd. Maatschappelijk Convenant Bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal een voorstel worden voorgelegd waarmee het eerdere besluit met betrekking tot het Maatschappelijk Convenant Willem II herroepen wordt en er een verbreding naar de kernsporten plaatsvindt. Het huidige convenant omvat een periode van 2010 tot en met 2014. Middels deze herijking wordt de jaarschijf 2015 aangepast. Nominale ontwikkeling Kinderopvang Het budget kinderopvang wordt geïndexeerd op basis van een verhouding 80% loongerelateerd en 20% prijsgerelateerd. Dit geeft het volgende beeld: Bedragen x € 1.000,Index
index-%
Begroting 2012
Index 2012
Prijsgerelateerd
20%
Loongerelateerd
80%
2,15%
€ 302.319
€ 6.500
0,40%
€ 1.209.278
€ 4.800 € 11.300
Verbindende schakels De financiering van de RCF’s loopt via de verzameluitkering SZW welke is opgenomen in het gemeentefonds. Met ingang van 1 januari 2011 is deze gekort met € 109.000,- vanwege het vervallen van de oude financieringsafspraken.
147
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
In 2011 wordt een bedrag ontvangen middels de verzameluitkering van € 450.000,- (nieuwe wijze van financieren). Jaarlijks wordt beoordeeld of de financiering onverkort kan worden voortgezet. Naar verwachting zal vóór 1 september 2011 bekend zijn voor welk bedrag in 2012 compensatie wordt ontvangen. Bij de actualisering van de begroting 2012 wordt dit meegenomen.
Bezuinigingen Rijkskorting participatiebudget De bezuinigingsopdracht op het re-integratiebudget ad € 15,2 miljoen wordt met name ingegeven door een rijksbezuiniging op re-integratiemiddelen van in totaliteit € 690 miljoen (macro) in 2015 welke onverkort wordt overgenomen. De totale rijksbezuiniging zal gerealiseerd worden door m.i.v. 2012 € 400 miljoen structureel te korten op het Participatiebudget (onderdeel re-integratie) en in een oplopende reeks (€ 90 miljoen in 2013 - € 220 miljoen in 2014) vanaf 2015 structureel € 290 miljoen te bezuinigen op het WSW-budget. Rekening houdend met het onverkort overnemen van de bezuiniging van € 690 miljoen op het reintegratiebudget en WSW-budget, de bezuinigingen op het inburgeringbudget en een bijstelling op het educatiebudget noodzaakt dit de gemeente Tilburg te komen tot een pakket van maatregelen in een omvang van uiteindelijk € 15,2 miljoen per 2015. Het bezuinigingsvoorstel voorziet in de volgende invulling van de taakstelling vanaf 2015: • afbouw gesubsidieerde arbeid
€ 4,8 mln.
• afbouw trajecten inburgering
€ 3,3 mln.
• bijstelling educatiebudget
€ 0,4 mln.
• nog te prioriteren op re-integratie
€ 0,1 mln. € 8,6 mln.
• nog te prioriteren t.g.v. bezuiniging op SW-budget (uitgangspunt is dit binnen het SW-budget op te vangen) • verminderde uitgaven bijstand
€ 4,6 mln. € 2,0 mln. (afgerond)
€ 15,2 mln.
Ten behoeve van het uitvoeren van inburgeringstaken wordt momenteel (2011) 6,89 fte Trajectbewaking vanuit het participatiebudget gedekt. Met het onverkort overnemen van de bezuinigingen op het gebied van inburgering komt deze formatie te vervallen. Daarnaast wordt het participatiebudget aangewend voor de dekking van 25,24 fte overige uitvoeringscapaciteit. Afhankelijk van de verdere uitwerking van de bezuinigingsvoorstellen zal de daadwerkelijke vertaling naar fte’s kunnen plaatsvinden. Caseload Het voorstel voorziet in een ophoging van de huidige caseload met 10 klanten. Een ophoging van beide caseloadnormen leidt tot een besparing van 6,20 fte in de formatie casemanagement oftewel € 378.000,-. Een gedeelte van de taken van casemanagement (1:70) (boven wettelijk) wordt afgedekt via het participatiebudget (€ 38.000,-), waardoor het totaal effect op de begroting € 340.000,- bedraagt. Om de besparing te realiseren moeten we in 2012 zwaar inzetten op het verbeteren van onze ICT ondersteuning en gegevenshergebruik. Door rechtmatigheidprocessen verregaand te automatiseren, te gaan werken met digitale fraudeprofielen en fraudesignalen kan er ruimte worden gevonden zonder aan tijd voor de klant in te boeten. Om die reden stellen wij voor deze caseload verhoging in te voeren in 2012 doch de besparing te reserveren voor het verbeteren van ICT ondersteuning.
Nieuw beleid Inzet I-deel t.b.v. participatie Wil de visie rondom nieuwe participatie / re-integratie kunnen gaan werken dan wordt een gedeelte van de totale bezuiniging (€ 15,2 miljoen) op het participatiebudget gerealiseerd door het nadelig verschil tussen het ontvangen Rijksbudget en de uitgaven voor bijstand (I-deel) te verkleinen. In de huidige
Programmabegroting 2012
148
geactualiseerde meerjarenbegroting 2011 wordt dit nadelig verschil, circa € 6,1 miljoen, jaarlijks ten laste van de algemene middelen gebracht. Voorstel is dat met ingang van 2012 een beperking van het nadelig verschil tot een bedrag van maximaal € 2 miljoen bijdraagt aan de totale taakstelling van € 15,2 miljoen. Jaarlijks wordt achteraf bekeken of de bezuiniging van € 2,0 miljoen gerealiseerd is. De € 2,0 miljoen die vanaf 2012 wordt bespaard op het I-deel geven we pas vanaf 2013 uit. Hierdoor handhaven we structureel vanaf 2012 een bedrag van € 2,0 miljoen als ‘schokdemper’. Uiteraard blijft onze ambitie om toe te werken naar het structureel verkleinen en uiteindelijk verdwijnen van het beroep op de algemene middelen voor de bijstandsuitgaven. Beleidskant uitkeringen Tot en met 2012 wordt 1,75 fte beleidscapaciteit Innovatie & Strategie gedekt uit de reserve IDbanen. Voorgesteld wordt de formatie beleidscapaciteit (1,75 fte) te verlengen t/m 2013 in verband met de afbouwperiode gesubsidieerde arbeid. De kosten van verlenging ad € 119.000,- worden uit de bestemmingsreserve ID banen gedekt. Met de afbouw van inburgering kan 0,3 fte, die vanuit Beleidsontwikkeling voor de beleidsondersteuning op het thema inburgering bekostigd wordt, per 2012 afgebouwd worden. Formatieve consequenties: vanaf 2012 vermindering 0,30 fte en vanaf 2014 vermindering 2,05 fte.
149
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Programma 3.1 Stedelijke inrichting/stedenbouw Portefeuillehouder: Möller/Moorman/Frenk/Lauwerier/Hamming Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2012
2013
2014
3.3.1.20 3.3.1.20
Kapitaallasten programma-investeringen
0
0
0
-1
Herijking ISV overig
0
0
0
600
3.3.1.70
Correctie verdeling meerkosten uitvoering WABO taken
0
7
7
7
3.3.1.70
Kapitaallasten programma-investeringen
Totaal herijkingen
2015
0
0
0
-1
0
7
7
605
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2.3.1.30
Ëén adviescommissie ruimtelijke kwaliteit
2.3.1.30
Hergebruik historische panden
2.3.1.30
Versoberen beleid ruimtelijke ordening
3.3.1.20
Maatregelen in de openbare ruimte
Totaal bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
-15
-15
-15
-15
0
0
-30
-30
PM
PM
PM
-500
0
0
0
-600
0
0
-45
-1.145
Herijkingen Kapitaallasten programma-investeringen Jaarlijks wordt bij de programmabegroting inzicht gegeven in de budgettaire effecten van de gerealiseerde en de te verwachten investeringen ten opzichte van eerdere ramingen. In deze herijking zijn de effecten verwerkt ten aanzien van de overloop investeringen, vrijval kapitaallasten en toevoegen jaarschijf 2015. Herijking ISV overig De rijksbezuiniging op ISV3, met ingang van 2015, wordt onverkort doorgezet. Dit betekent beëindiging van de dekking van projecten zoals Aanpak urgentiewijken, Aanpak verloedering/kleine knelpunten, Speelplekplannen en Woonomgevingsverbetering. De begeleidingskosten van deze projecten vervallen eveneens. Indien in 2015 e.v. door het Rijk nieuwe middelen beschikbaar gesteld worden voor Stedelijke Vernieuwing, zal opnieuw bepaald moeten worden welke fysieke maatregelen/projecten hiervan gefinancierd gaan worden en welke begeleiding/coördinatie hiervoor nodig is. Correctie verdeling meerkosten uitvoering WABO taken De verwerking van de meerkosten WABO en de herschikking daarvan over de producten is op een paar punten gewijzigd. Dit heeft gevolgen voor onderstaande productramingen: Mutatie lasten (bedragen x € 1.000,-):
2012
2013
2014
2015
4.4.2.20
-
N
55
N
55
N
55
8.4.4.40
-
V
51
V
51
V
51
8.4.4.50
-
V
15
V
15
V
15
3.3.1.70
-
N
7
N
7
N
7
2.4.4.30 Totaal
0
N
4 0
N
4 0
N
4 0
Programmabegroting 2012
150
Bezuinigingen Ëén adviescommissie ruimtelijke kwaliteit De Welstandscommissie, Monumentencommissie en Adviescommissie Stedelijk Groen worden per 1 januari 2012 samengevoegd tot één commissie voor ruimtelijke kwaliteit: de Omgevingscommissie. In de meerjarenbegroting is voor advisering beschikbaar € 90.000,-. De kosten van deze omgevingscommissie worden geraamd op € 75.000,- waardoor € 15.000,- bezuinigd kan worden. Hergebruik historische panden De middelen voor promotie en communicatieve doeleinden in het kader van hergebruik van historische panden bedragen jaarlijks € 30.000,- over de periode 2011 tot en met 2015. Verwacht wordt dat het accent van de aanwending van deze middelen in de eerst komende jaren zal liggen. Hierdoor is een incidentele bezuiniging middels vrijval vanuit de reserve hergebruik historische panden voor 2 jaren 2014 en 2015 - mogelijk. Versoberen beleid ruimtelijke ordening De keten stedenbouw/opstellen bestemmingsplannen en juridische RO-advisering dient geoptimaliseerd te worden. Daarbinnen is een taakstellende bezuiniging opgelegd van € 0,5 miljoen te realiseren met ingang van 2015. Deze opdracht zal voor de actualisering van de begroting worden uitgewerkt en van een Plan van Aanpak worden voorzien. Maatregelen in de openbare ruimte Het betreft hier een onverkorte doorvertaling van de rijksbezuiniging op ISV met ingang van 2015. Binnen dit programma staat de ISV voor het spelenplan en het WOV. De bezuiniging is inclusief personeelskosten.
151
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Programma 3.2 Wonen Portefeuillehouder: De Vries Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2012
2013
2014
2015
3.3.2.10 3.3.2.30
Bijstelling grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012
0
0
0
0
Bijstelling grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012
0
0
0
0
0
0
0
0
Totaal herijkingen
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2.3.2.10
Taakstellende bezuiniging
Totaal bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
-50
-100
-100
-100
-50
-100
-100
-100
Bedragen x € 1.000,Product
Voorstel nieuw beleid
2.3.2.10
Voeding reserve Herstructurering vanuit het beleggingsfonds
Totaal nieuw beleid
2012
2013
2014
2015
0
0
0
0
0
0
0
0
Herijkingen Bijstelling grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012 In de bijstelling van de begroting is rekening gehouden met de baten en lasten van de geactualiseerde plannen zoals deze in de Vastgoedmonitor 2012 zijn opgenomen. Op het product 3.3.2.10 dalen de lasten en baten in 2012 met € 1.934.000,- en in 2014 met € 678.000,-. Voor de jaren 2013 en 2015 is sprake van een toename van zowel lasten als baten met resp. € 839.000,en € 3.314.000,-. Voor het product 3.3.2.30 dalen de lasten en baten in de jaren 2012, 2014 en 2015 met respectievelijk € 24.647.000,-, € 7.696.000,- en € 7.013.000,-. Voor het jaar 2013 is sprake van een toename van zowel de lasten als baten met € 6.130.000,-.
Bezuinigingen Taakstellende bezuiniging Deze taakstellende bezuiniging wordt volledig gerealiseerd door vermindering van beleidscapaciteit. Deze vermindering gaat gepaard met het extensiveren van werkzaamheden als de monitoring, jaarlijkse nota wonen en deelname aan planontwikkelingen van projecten en thematische uitwerkingen. Vermindering formatie beleidscapaciteit met 0,65 fte in 2012 en 1,3 fte met ingang van 2013.
Nieuw beleid Voeding reserve Herstructurering vanuit het beleggingsfonds Bij de verkoop van erfpachtgronden aan corporaties in 2000 is bepaald dat corporaties bij verkoop van voormalige erfpachtwoningen het verschil tussen de grondwaarde sociale huurwoning en koopwoning aan de gemeente moeten voldoen. Deze opbrengst wordt in het beleggingsfonds gestort en bij gebleken noodzaak vanuit dit fonds doorgestort naar de reserve Herstructurering. Het door het college in mei 2011 vastgestelde bestedingsplan reserve Herstructurering verlangt het jaarlijks doorzetten van deze opbrengst. Voorgesteld wordt de afdrachten van de corporaties in 2010 ad € 453.602,- te storten in de reserve Herstructurering.
Programmabegroting 2012
152
Programma 3.3 Verkeer en vervoer Portefeuillehouder: Lauwerier Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
3.3.3.10
Kapitaallasten programma-investeringen
3.3.3.10
Beheerskosten Dynamisch Verkeersmanagement
3.3.3.20
Bijdrage parkeren Theresia, aanpassing 2015
3.3.3.30
Kapitaallasten programma-investeringen
3.3.3.30
Onderhoudsbudget verkeer, jaarschijf 2015
3.3.3.30
Semi-autonome groei
3.3.3.30
Omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen
3.3.3.40
Kapitaallasten programma-investeringen
3.3.3.40
Semi-autonome groei
3.3.3.40
Autonome groei VRI’s
3.3.3.40
Beheerskosten Dynamisch Verkeersmanagement
Totaal herijkingen
2012
2013
2014
2015
199
506
505
793
11
65
120
120
0
0
0
0
77
-22
-4
393
0
0
0
2
8
6
-24
-39
95
-7
-7
-7
-7
197
143
94
149
2
-8
-12
30
-17
17
17
17
-11
-65
-120
-120
457
605
554
1.498
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingen
3.3.3.10
Maatregelen in de openbare ruimte
-179
-195
-212
-228
3.3.3.30
Maatregelen in de openbare ruimte
-1.991
-1.991
-2.991
-3.491
-2.170
-2.186
-3.203
-3.719
Totaal bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
Bedragen x € 1.000,Product
Voorstel nieuw beleid
3.3.3.20
Vervangingsinvesteringen Parkeergarages
Totaal nieuw beleid
2012
2013
2014
2015
0
0
0
0
0
0
0
0
Herijkingen Kapitaallasten programma-investeringen Jaarlijks wordt bij de programmabegroting inzicht gegeven in de budgettaire effecten van de gerealiseerde en de te verwachten investeringen ten opzichte van eerdere ramingen. In deze herijking zijn de effecten verwerkt ten aanzien van de overloop investeringen, de vrijval van kapitaallasten en het toevoegen van jaarschijf 2015. Beheerskosten Dynamisch Verkeersmanagement De beheerskosten worden overgeheveld van product 3.3.3.40 naar product 3.3.3.10. Voor 2015 is de mutatie het saldo van de bezuiniging € 175.000,- en een nog te herijken budgettoename ten opzichte van 2014 van € 55.000,-. Bijdrage parkeren Theresia Bijdrage parkeren Theresia eindigt in 2014. Jaarschijf 2015 dient hiervoor aangepast te worden. Zowel baten als lasten komen na de herijking op nihil. Semi-autonome groei Op basis van de woningbouwprognose worden jaarlijks bij de programmabegroting de beschikbare onderhoudsbudgetten bijgesteld. Omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen Door de afname van het aantal bouwplannen kunnen ook de budgetten voor adviezen op bouwplannen
153
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
verlaagd worden. Met als basis de geraamde, verlaagde aantallen bouwaanvragen, naar categorie indeling, kan het budget voor personeelskosten met ca. € 7.000,- per jaar teruggebracht worden. Hiervan heeft € 2.100,- betrekking op adviezen R&W en € 4.900,- betrekking op adviezen landmeten. Autonome groei VRI’s Op basis van de te verwachten uitbreidingen in de komende jaren wordt middels dit afzonderlijk voorstel het onderhoudsbudget herijkt ten opzichte van de inschatting zoals deze bij de Programmabegroting 2011 is verwerkt. De onderhoudskosten bedragen € 8.544,- per verkeersregelinstallatie per jaar. Bezuinigingen Maatregelen in de openbare ruimte Verkeer en vervoer De exploitatiebudgetten worden verminderd met € 171.000,- en daarenboven wordt het investeringsvolume verlaagd waardoor een oplopend voordeel ontstaat op de kapitaallasten, in 2015 uiteindelijk een voordeel van € 57.000,-. -
Wegen De bezuiniging leidt in het Beleidsplan Wegen tot een terugschakeling van menu 6 (veilig voor de zwakke weggebruiker) naar menu 1 (alles zeer laag). Aangezien er voor 2012 en 2013 veel projecten in voorbereiding zijn, wordt de bezuiniging gefaseerd ingevoerd. In 2015 bedraagt de totale bezuiniging € 2.991.000,-.
-
Civiele kunstwerken Inspecties tonen dat achterstallig onderhoud in 2014 is ingelopen. Inmiddels wordt het onderhoud als pakket op de markt gezet (ontzorgingscontracten). Gebleken is dat daardoor de kosten lager uitkomen en een structurele bezuiniging te realiseren is vanaf 2015 groot € 500.000,-.
Nieuw beleid Vervangingsinvesteringen Parkeergarages In de periode 2012-2015 staan diverse renovatie- en vervangingsinvesteringen voor wat betreft de parkeergarages gepland, waarvoor nog geen krediet is aangevraagd. Middels dit voorstel worden betreffende kredieten gevoteerd. De hieruit voortvloeiende kapitaallasten worden opgevangen binnen de gesloten exploitatie Beheer parkeren.
Programmabegroting 2012
154
Programma 3.4 Milieu Portefeuillehouder: De Vries/Lauwerier Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2.3.4.20
Dekking kosten inspecteur bodem uit (tijdelijke) rijksmiddelen
2.3.4.20
Bevoegd gezag taken Bodem
2.3.4.20
Bijstelling bouwaanvragen
3.3.4.10 3.3.4.10 3.3.4.10
Onderhoud diverse bijzondere uitbreidingen
3.3.4.10
Kapitaallasten programma-investeringen
3.3.4.10
Schoonhouden Noordoever Havenpark
3.3.4.10
Winkelsluitingstijden
5.3.4.40
Actualisering prijzen en volume verwerkingskosten afval
5.3.4.40
Actualisering autonome groei inzameling huishoudelijk afval
2012
2013
2014
0
0
0
2015 6
1
3
2
0
0
0
-15
-15
-15
-15
Herschikking bezuiniging 2011/96
0
27
55
55
Semi-autonome groei
2
-8
-12
30
Totaal herijkingen
25
25
25
25
-35
-37
-39
-41
30
30
30
30
72
72
72
72
-419
-419
-419
-419
55
55
55
55
-285
-270
-248
-115
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2012
2013
2014
2.3.4.10 2.3.4.10 2.3.4.20
ISV Bodem
2.3.4.20 2.3.4.30 3.3.4.10
Maatregelen openbare ruimte
A-team
-50
-50
-50
-50
Versoberen milieubeleid
-19
-88
-88
-128
Hogere toerekening afvalstoffenheffing
-22
-22
-22
-22
0
0
0
-467
Vervallen middelen bodemsanering
0
0
0
-676
ISV Geluid
0
0
0
-243
-657
-657
-657
-657
Verlagen tarief rioolrechten
94
94
94
94
188
188
188
188
-455
-520
-636
-636
Verlagen tarieven afvalstoffenheffing
455
520
636
636
Sluiten milieustraat Hoolstraat, Berkel-Enschot
-30
-60
-60
-60
Verlagen tarief afvalstoffenheffing 5.3.4.40
5.3.4.40
2015
Bijdrage van burger voor het ophalen van grof huisvuil om het kostendekkend te maken
Verlagen tarieven afvalstoffenheffing Totaal bezuinigingen
30
60
60
60
-466
-535
-535
-1.961
Herijkingen Dekking kosten inspecteur bodem uit (tijdelijke) rijksmiddelen Voor één fte inspecteur Besluit Bodemkwaliteit (Bbk) is voor 4 jaar (2011 t/m 2014) een alternatieve dekkingsbron gevonden binnen de rijksmiddelen. Vanaf 2015 vervalt de genoemde dekkingsbron en komt de formatie, gezien de wettelijke taak, wederom ten laste van de algemene middelen. Bevoegd gezag taken Bodem In verband met overdracht van werkzaamheden is in het Eindejaarsbericht 2010 0,5 fte (€ 32.000,-) van Beleidsontwikkeling overgeheveld naar de Servicedienst voor 2010 t/m 2014 voor ondersteuning van werkzaamheden bevoegd gezag. De rijksmiddelen waaruit dit wordt betaald, vervallen in 2015. De Servicedienst meldt een voordeel van € 32.000,- zodat dit gemeentebreed budgettair neutraal is. Bijstelling bouwaanvragen Voor 2012 wordt door Publiekszaken een afname van het aantal bouwvergunningen van 1.919 naar
155
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
1.149 verwacht. Bodem en Geluid verrichten hiervoor ook werkzaamheden. Ingeschat wordt dat de geraamde verlaging bouwaanvragen, waarbij de afname vooral in de kleinere bouwaanvragen ligt, tot een daling van de lasten van € 15.000,- leidt (0,25 fte). De betrokkenheid van geluid is eveneens afhankelijk van het soort bouwaanvraag, omdat adviezen voor geluid niet in alle gevallen nodig zijn. Gezien het beperkte aantal uren (raming jaarlijks ca. 200) en de realisatie van de afgelopen jaren is dit niet aangepast. De toerekening aan de bouwleges daalt eveneens met € 15.000,-. Herschikking bezuiniging 2011/96 Bij de dienst Bedrijven wordt de aanpassing van de baten teruggedraaid wat een financieel effect heeft van voordelig € 55.000,- structureel vanaf 2014 en voordelig € 27.000,- incidenteel voor 2013 (i.v.m. geplande invoeringsdatum herinrichting per 1 juli 2013). Bij de dienst Gebiedsontwikkeling wordt een correctie op de lasten doorgevoerd voor dezelfde bedragen. Per saldo hebben deze aanpassingen geen gevolgen. Semi-autonome groei Op basis van de woningbouwprognose worden jaarlijks bij de programmabegroting de beschikbare onderhoudsbudgetten bijgesteld. De mutaties voor het product Schoonhouden openbaar gebied worden gedeeltelijk (50%) toegerekend aan de afvalstoffenheffing. Onderhoud diverse bijzondere uitbreidingen In 2011 wordt een aantal bijzondere areaaluitbreidingen gerealiseerd die met ingang van 2012 in beheer worden genomen. Het betreft hier uitbreidingen die geen directe relatie hebben met de ontwikkeling van de woningbouw. De extra kosten van onderhoud groen en schoonhouden kunnen niet binnen bestaande budgetten worden opgevangen. De areaaluitbreidingen voor wat betreft het schoonhouden zijn: • Landschapspark Moerenburg (€ 5.000,-). • Huize Moerenburg (€ 3.000,-). • Factoriumtuin (€ 4.000,-). • Verdubbeling Burgemeester Bechtweg (€ 13.000,-). De totale kosten schoonhouden bedragen € 25.000,-. Van dit bedrag wordt 34 % toegerekend aan de afvalstoffenheffing en 4 % aan het rioolrecht. Kapitaallasten programma-investeringen Jaarlijks wordt bij de programmabegroting inzicht gegeven in de budgettaire effecten van de gerealiseerde en de te verwachten investeringen ten opzichte van eerdere ramingen. In deze herijking zijn de effecten verwerkt ten aanzien van de overloop investeringen, de vrijval van kapitaallasten en het toevoegen van jaarschijf 2015. Schoonhouden Noordoever Havenpark In de nota ‘Gebiedsontwikkeling Piushaven Stand van zaken en update stedenbouwkundige visie’ van december 2009 is het definitief ontwerp voor de Noordoever van het Havenpark als onderdeel van de stedenbouwkundige visie gepresenteerd en vastgesteld. Vanwege de functie van het gebied is een kwalitatief hoogwaardige inrichting van de openbare ruimte van groot belang. De gemeente heeft zich daartoe verplicht in contractuele afspraken met de ontwikkelaars. De investering die met de aanleg van het Havenpark wordt gedaan in de openbare ruimte Piushaven is van hoge kwaliteit (niveau A) en daarmee passend bij de kwaliteit van de gebouwde omgeving. Met deze keuze is er ten opzichte van de bestaande situatie zowel sprake van areaaluitbreiding als van opwaardering van het onderhoudsniveau van C naar A. Immers, om het ontwerp op een hoogwaardig niveau te laten functioneren, moet er op eenzelfde niveau onderhouden worden. Onderhoud van het Havenpark op A-niveau sluit ook aan bij de onderhoudsstrategie die wordt gehanteerd met betrekking tot het onderhoud van de overige parken in Tilburg. Ook in het bezuinigingsvoorstel openbaar groen worden deze parken ontzien en blijft het onderhoudsniveau op niveau A gehandhaafd.
Programmabegroting 2012
156
Aan de hand van de nota’s Groen, Biodiversiteit en Tilburg Boomt, wordt een beheerbeleidsplan opgesteld op basis waarvan de raad de onderhoudsambities voor groen en schoonhouden voor de toekomst kan vaststellen. Zoals hierboven is aangegeven, is het Havenpark een bijzondere uitbreiding van het groenareaal binnen de gemeente Tilburg. De hogere kosten die het gevolg zijn van de aanleg van de Noordoever van het Havenpark bedragen voor schoonhouden € 30.000,-. Voor de Zuidoever kunnen de extra onderhoudskosten worden bepaald zodra hiervoor een definitief ontwerp is; dit kan nog enkele jaren duren. Het schoonhouden van de areaaluitbreiding bestaat uit een mix van activiteiten. De extra kosten van schoonhouden bedragen € 30.000,-. Van dit bedrag kan 33 % worden toegerekend aan de afvalstoffenheffing en 22 % aan het rioolrecht. Winkelsluitingstijden Naar aanleiding van het initiatiefvoorstel ‘Aangepaste winkeltijden op zondag’ dat uw raad op 11 oktober 2010 heeft aangenomen, is het traject in gang gezet om de Winkeltijdenverordening Tilburg te wijzigen. De extra koopzondagen leiden tot extra kosten voor stadsreiniging van € 72.000,-. De huidige kosten voor stadsreiniging worden voor 50% gedekt uit de afvalstoffenheffing, voor 25% uit de rioolbelasting en voor 25% uit de algemene middelen. Omdat het mogelijk is voor alle ondernemers om open te gaan, is ervan uitgegaan dat elke zondag een koopzondag wordt. Actualisering prijzen en volume verwerkingskosten afval Jaarlijks worden de prijzen en het volume voor afvalverwerkingskosten geactualiseerd. Uitgangspunt hierbij zijn de prijzen 2011 en de verwachte volumeontwikkeling zoals die zich in 2011 voordoet gerelateerd aan seizoenspatronen. Dit levert per saldo een structureel voordeel op van € 419.000,-. Belangrijkste oorzaak hiervan ligt in de hogere opbrengst voor ingezameld papier als gevolg van een sterke prijsstijging. Het voordeel wordt geheel aan de afvalstoffenheffing toegerekend. Voor 2012 is geen prijsontwikkeling meegenomen. Het is nu namelijk nog te onduidelijk wat de prijzen van afvalverwerking zullen gaan doen omdat de markt behoorlijk in beweging is. Actualisering autonome groei inzameling huishoudelijk afval Op basis van de ontwikkeling van het aantal woningen is de autonome groei berekend voor de afvalverwerkingskosten en de overige inzamelkosten (manuren en voertuiguren) voor 2012 ten opzichte van 2011. Dit percentage bedraagt 0,39% en wordt structureel verwerkt. De prijzen van de afvalverwerkingkosten zijn gebaseerd op de (gemiddelde) prijzen van 2010. De met de autonome groei samenhangende kosten kunnen worden gesplitst in afvalverwerkingskosten (€ 27.000,-) en kosten voor manuren en voertuiguren (€ 28.000,-). Deze herijking komt volledig ten laste van de afvalstoffenheffing. Bezuinigingen A-team Gezien het achterblijven van het beoogde resultaat in combinatie met de prioriteiten die moeten worden gesteld in financiële zin wordt de subsidie aan de Diamantgroep voor het A-team met ingang van 2012 stopgezet. Versoberen milieubeleid De bezuiniging op het milieubeleid wordt als volgt ingevuld: • Kosten voor afvalbeleid volledig doorberekenen in de afvalstoffenheffing (€ 22.000,-); • Kosten voor kinderboerderijen met ingang van 2013 verlagen met € 69.000,- van € 369.000,- naar € 300.000,-; • Subsidie voor natuur- en milieueducatie met ingang van 2015 met € 40.000,- per jaar verlagen van € 163.000,- naar € 123.000,- per jaar; • De werkbudgetten met ingang van 2012 met € 19.000,- verlagen van € 113.000,- naar € 94.000,-.
157
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
ISV Bodem In het kader van ISV (Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) wordt van het Rijk subsidie ontvangen voor bodemsanering. De toekenning van de ISV middelen loopt t/m 2014. De Algemene Uitkering daalt in 2015 daarom met € 467.000,-. De budgetten voor bodemsanering worden daarom met hetzelfde bedrag verlaagd. Vanuit deze middelen wordt tevens één fte gefinancierd, waardoor de formatie met ingang van 2015 met 1 fte verlaagd wordt. Vervallen middelen bodemsanering Gemeente Tilburg is sinds 2001 bevoegd gezaggemeente voor de Wet bodembescherming (Wbb). Om deze wettelijke taken uit te voeren wordt van het Rijk een subsidie van € 676.000,- ontvangen voor apparaatskosten. Dit bedrag is inclusief een uitvoeringsbudget van € 16.000,- voor bodemsaneringen in het buitengebied. De toekenning van deze middelen gebeurt steeds voor een periode van 5 jaar (2010 t/m 2014). De Algemene uitkering daalt in 2015 daarom met € 676.000,-. De bijbehorende budgetten voor bodemsaneringen en apparaatskosten worden daarom met hetzelfde bedrag verlaagd. Aangezien het deel van de apparaatskostenvergoeding ten behoeve van wettelijke taken is, ligt het voor de hand dat ook ná 2014 weer een vergoeding zal worden ontvangen. Zoals gebruikelijk zal na toekenning het budget worden vastgesteld conform de vergoeding die het Rijk toekent. Vooralsnog wordt de formatie in 2015 verminderd met 7,75 fte. ISV Geluid In het kader van ISV (Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) wordt van het Rijk subsidie ontvangen voor gevelsanering ter bestrijding van wegenverkeerslawaai. De toekenning van de ISV middelen loopt t/m 2014. De Algemene uitkering daalt in 2015 daarom met € 243.000,-. De budgetten voor gevelsanering worden daarom met hetzelfde bedrag verlaagd. Hierna zijn geen middelen meer aanwezig. De formatie wordt hierdoor in 2015 met 0,05 fte verminderd. Maatregelen in de openbare ruimte Het schoonhouden van de openbare ruimte wordt teruggebracht naar het laagste niveau. De voorbereidingkosten en de directievoering blijven op hetzelfde niveau, het aantal bestekken en de besteksomvang wijzigingen niet. De totale bezuiniging bedraagt € 657.000,-. Een deel van de kosten/ activiteiten waarop wordt bezuinigd, wordt voor 25% of 75% toegerekend aan de tarieven (rioolrechten en afvalstoffenheffing). Dit betekent dat € 94.000,- minder wordt toegerekend aan het rioolrecht en € 188.000,- aan de afvalstoffenheffing. Bijdrage van burger voor het ophalen van grof huisvuil Voorgesteld wordt per 1 januari 2012 voor burgers een kostendekkend tarief van € 25,- in te voeren voor het ophalen van grof huisvuil. Tot nu toe was dit gratis. De verwachting is dat het aantal huidige aanbiedingen van 25.000 hierdoor met 25% zal dalen, maar dat meer grof huisvuil bij de milieustraat wordt aangeboden. De lasten voor het ophalen van grof huisvuil zullen dalen met structureel 25% vanaf 2014, maar er moet meer inzet op illegale stort worden gepleegd. In 2012 leidt het voorstel tot een voordeel van € 455.000,-, oplopend naar structureel € 636.000,- vanaf 2014. Het invoeren van een tarief kan ook gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering van kringloopbedrijf La Poubelle die hierdoor wellicht minder herbruikbare (verkoopbare) spullen binnen zal krijgen. In de lastendaling is gerekend met een daling van de subsidie en vergoeding aan La Poubelle van 25% voor hun (sociale) rol bij het inzamelen en verwerken van grof huisvuil. Dit als gevolg van minder aanbod van grof vuil. Het voordeel komt ten gunste van de afvalstoffenheffing. In 2013 wordt 0,83 fte bespaard; vanaf 2014 structureel 1,66 fte. Sluiten milieustraat Hoolstraat, Berkel-Enschot Voorgesteld wordt de milieustraat Hoolstraat te sluiten. Dit leidt tot lagere exploitatiekosten. De milieustraat Hoolstraat is 10 uren per week geopend, hieraan is 1,18 fte toegerekend. Sluiting levert structureel een voordeel op van € 60.000,-, bestaande uit € 90.000,- minder lasten en € 30.000,minder huuropbrengsten bij Vastgoedexploitatie. In 2012 dient rekening te worden gehouden met ontmantelingskosten van € 30.000,- hetgeen het voordeel voor dat jaar verlaagt tot € 30.000,-. Voor het terrein kan door de afdeling Vastgoed een andere aanwending gezocht worden.
Programmabegroting 2012
158
Programma 3.5 Water, natuur en landschap Portefeuillehouder: Moorman Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
3.3.5.10
Semi-autonome groei
3.3.5.10
Onderhoud diverse bijzondere uitbreidingen
3.3.5.10 3.3.5.10
2012
2013
2014
2015
4
-17
-28
68
35
35
35
35
Kapitaallasten programma-investeringen
0
-1
0
-64
Onderhoudbudget groen, jaarschijf 2015
0
0
0
1
3.3.5.10
Onderhoud groen Noordoever Havenpark
33
33
33
3.3.5.20
Semi-autonome groei
1
-4
-7
17
3.3.5.20
Kapitaallasten programma-investeringen
432
14
0
724
3.3.5.40
Kapitaallasten programma-investeringen
240
265
271
399
3.3.5.40
Mutaties 2015 reserve natuurontwikkeling
0
0
0
0
745
325
304
1.231
Totaal herijkingen
9
33
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2012
2013
2014
2015
3.3.5.10
Maatregelen openbare ruimte
-725
-725
-725
-725
3.3.5.10
Leges/vergunningen meer kostendekkend
-17
-33
-50
-67
Maatregelen openbare ruimte
-25
-75
-123
-168
25
75
123
168
3.3.5.20
Tarief rioolrechten 3.3.5.40
Maatregelen openbare ruimte
Totaal bezuinigingen
-61
-73
-81
-91
-803
-831
-856
-883
Herijkingen Semi-autonome groei Op basis van de woningbouwprognose worden jaarlijks bij de programmabegroting de beschikbare onderhoudsbudgetten bijgesteld. De mutaties in de onderhoudsbudgetten voor het product 3.3.5.20 Beheer Riolering en waterhuishouding worden toegerekend aan het rioolrecht. Onderhoud diverse bijzondere uitbreidingen In 2011 wordt een aantal bijzondere areaaluitbreidingen gerealiseerd die met ingang van 2012 in beheer worden genomen. Het betreft hier uitbreidingen die geen directe relatie hebben met de ontwikkeling van de woningbouw. De extra kosten van onderhoud groen en schoonhouden kunnen niet binnen de bestaande budgetten worden opgevangen. De areaaluitbreidingen met betrekking tot onderhoud groen zijn: • Landschapspark Moerenburg (€ 20.000,-). • Huize Moerenburg (€ 7.000,-). • Factoriumtuin (€ 6.000,-). • Verdubbeling Burgemeester Bechtweg (€ 2.000,-). Kapitaallasten programma-investeringen/onderhoudsbudget groen Jaarlijks wordt bij de programmabegroting inzicht gegeven in de budgettaire effecten van de gerealiseerde en de te verwachten investeringen ten opzichte van eerdere ramingen. In deze herijking zijn de effecten verwerkt ten aanzien van de overloop investeringen, de vrijval van kapitaallasten en het toevoegen van jaarschijf 2015. De mutaties in de kapitaallasten voor het product 3.3.5.20 Beheer riolering en waterhuishouding worden toegerekend aan het rioolrecht. Onderhoud groen Noordoever Havenpark In de nota ‘Gebiedsontwikkeling Piushaven Stand van zaken en update stedenbouwkundige visie’ van
159
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
december 2009 is het definitief ontwerp voor de Noordoever van het Havenpark als onderdeel van de stedenbouwkundige visie gepresenteerd en vastgesteld. Vanwege de functie van het gebied is een kwalitatief hoogwaardige inrichting van de openbare ruimte van groot belang. De gemeente heeft zich daartoe verplicht in de contractuele afspraken met de ontwikkelaars. De investering die met de aanleg van het Havenpark wordt gedaan in de openbare ruimte Piushaven is van hoge kwaliteit (niveau A) en daarmee passend bij de kwaliteit van de gebouwde omgeving. Met deze keuze is er ten opzichte van de bestaande situatie zowel sprake van areaaluitbreiding als van opwaardering van het onderhoudsniveau van C naar A. Immers, om het ontwerp op een hoogwaardig niveau te laten functioneren, moet er op eenzelfde niveau onderhouden worden. Onderhoud van het Havenpark op A-niveau sluit ook aan bij de onderhoudsstrategie die wordt gehanteerd m.b.t. het onderhoud van de overige parken in Tilburg. Aan de hand van de nota’s Groen, Biodiversiteit en Tilburg Boomt, wordt een beheerbeleidsplan opgesteld op basis waarvan de raad de onderhoudsambities voor groen en schoonhouden voor de toekomst kan vaststellen. Zoals hierboven is aangegeven, is het Havenpark een bijzondere uitbreiding van het groenareaal binnen de gemeente Tilburg. De hogere beheerkosten die het gevolg zijn van de aanleg van de Noordoever van het Havenpark bedragen voor onderhoud groen € 33.000,-. Voor de Zuidoever kunnen de extra onderhoudskosten worden bepaald zodra hiervoor een definitief ontwerp is. Dit kan nog enkele jaren duren. Mutaties 2015 reserve natuurontwikkeling De einddatum van de reserve natuurontwikkeling is 31-12-2014. Per deze datum is het saldo van de reserve ook nihil. Door middel van deze herijking wordt jaarschijf 2015 aangepast. Bezuinigingen Maatregelen in de openbare ruimte • Beheer groen en recreatie Het onderhoud en schoonhouden van groen in de gemeente wordt teruggebracht naar het laagste niveau (niveau D). De bezuiniging heeft uitsluitend betrekking op de kosten van uitvoeringswerkzaamheden. De werkvoorbereiding en de directievoering blijven op hetzelfde niveau. • Beheer riolering en waterhuishouding In de uitvoering van het GRP wordt een fasering aangebracht. Investeringen worden vertraagd (investeringen blauwe aders), waarbij wordt opgemerkt dat het totale investeringsvolume wel in stand blijft. Het levert een oplopend voordeel op bij de kapitaallasten van € 168.000,- in 2015. Het voordeel wordt geheel aan de tarieven (rioolrechten) toegerekend. • Realisatie groen en water Het budget dat voor Gebiedsteams beschikbaar is voor kleine groenvoorzieningen in de wijk vervalt. Een bezuiniging van € 55.000,-. Verder wordt het investeringsvolume verminderd met € 127.000,-, hetgeen een oplopend voordeel geeft op de kapitaallasten (oplopend naar € 36.000,- in 2015). Leges/vergunningen meer kostendekkend De legesverordening wordt meer kostendekkend gemaakt. Het verhogen van de tarieven tot een 100% kostendekkendheid gebeurt in 4 stappen van 25% per jaar. Voor de begraafplaatsrechten wordt uitgegaan van een verhoging oplopend tot € 67.000,-.
Programmabegroting 2012
160
Programma 4.1 Bestuur Portefeuillehouder: Burgemeester Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
1.4.1.10
Opbouw uitkeringslasten raadsleden
1.4.1.20
Bijdrage Regionaal Overleg Midden-Brabant (ROM)
1.4.1.30
Nationaal Uitvoeringsprogramma (NUP)
Totaal herijkingen
2012
2013
2014
2015
12
12
12
12
3
3
3
3
393
393
393
-1.481
408
408
408
-1.466
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
1.4.1.10
Taakstelling bedrijfsvoering
-5
-5
-5
-5
1.4.1.20
Taakstelling bedrijfsvoering
-15
-15
-15
-15
1.4.1.20
Verlaging bijdrage Regionaal Overleg MiddenBrabant (ROM)
-8
-8
-8
-8
1.4.1.30
Taakstelling bedrijfsvoering
Totaal bezuinigingen
2012
2013
2014
2015
-25
-25
-25
-25
-53
-53
-53
-53
Herijkingen Opbouw uitkeringslasten raadsleden In 2010 is het aantal raadsleden uitgebreid van 39 naar 45. Een herijking in verband met de salariskosten en fractievergoedingen heeft in lijn met deze toename reeds plaatsgevonden. De opbouw van de uitkeringslasten is hierin niet meegenomen. Het structurele budget voor deze opbouw heeft als uitgangspunt dat bij een nieuwe raadsperiode ongeveer de helft van de raadsleden wordt vervangen. Bij een toename van 6 raadsleden betekent dit een verhoging van de opbouw met structureel € 12.000,-. Bijdrage Regionaal Overleg Midden-Brabant (ROM) Het ROM is bij haar meerjarenbegroting voor 2012 uitgegaan van een inwonersbijdrage van € 0,50 (incl. BTW) een verhoging van € 0,03 per inwoner ten opzichte van 2011. Op grond van het aantal inwoners per 01-01-2011, zijnde 206.234, en het huidige budget ad € 83.000,- leidt dit tot een structurele herijking van € 3.000,- (excl. BTW).
Bezuinigingen Taakstelling bedrijfsvoering Gemeentebreed is een taakstellende bezuiniging van € 200.000,- opgelegd op bestaande bedrijfsvoeringbudgetten. Voor dit programma betreft het de navolgende organisatieonderdelen: Griffie
€ 5.000,-
College
€ 15.000,-
Concernstaf
€ 25.000,-
Verlaging bijdrage Regionaal Overleg Midden-Brabant (ROM) De bijdrage voor het ROM vanuit de gemeente Tilburg bedraagt ca. € 86.000,- in 2011 (excl. BTW) en is gebaseerd op een bijdrage per inwoner. In deze gemeenschappelijke regeling wordt door 8 gemeenten deelgenomen. Het Algemeen Bestuur van het ROM heeft in haar vergadering van 2 juli 2010 besloten de bijdrage per inwoner van de deelnemende gemeenten met ingang van het begrotingsjaar 2012 met 10% te reduceren van € 0,50 naar € 0,45 (incl. BTW). Voor Tilburg betekent dit structureel een lagere bijdrage van circa € 8.000,- (excl. BTW).
161
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Programma 4.2 Dienstverlening, belastingen en tarieven Portefeuillehouder: Lauwerier/Hamming/Frenk/De Vries/Möller/De Ridder/Burgemeester Bedragen x € 1.000,Product
Herijkingen
2012
3.4.2.30
Kapitaallasten programma-investeringen
3
3.4.2.30
Niet meedoen aan autovrije zondag
0
3.4.2.30
Herijking ISV
3.4.2.50
Bijstelling gebouwenexploitatie o.b.v. VAMO 2012
3.4.3.20
2013
2014
2015
4
4
-14
-45
-45
-45
0
0
0
274
565
659
1.584
1.264
Bijstelling grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012
0
0
0
0
3.4.3.20
Bommenregeling
0
0
0
0
4.4.2.10
Verkiezingen
0
0
0
-518
4.4.2.10
Productaantallen 2015
0
0
0
212
4.4.2.20
Correctie verdeling meerkosten uitvoering Wabotaken
0
55
55
55
4.4.2.20
Omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen
761
761
761
761
4.4.2.20
Aanpassing tarieven bouwleges
-516
-516
-516
-516
4.4.3.10
Nominale ontwikkeling OZB
-760
-766
-775
-783
4.4.3.10
Autonome ontwikkeling OZB
-34
35
17
-360
4.4.3.10
Aanpassing tarieven hondenbelasting
-151
-151
-151
-151
4.4.3.20
Autonome ontwikkeling rioolrechten
-20
20
10
-116
4.4.3.20
Autonome ontwikkeling afvalstoffenheffing
-51
52
26
-236
4.4.3.20
Egalisatiereserve rioolrechten
-532
-532
-532
-532
4.4.3.20
Aanpassing tarieven rioolrechten
-150
233
260
-362
4.4.3.20
Aanpassing tarief afvalstoffenheffing
291
193
221
462
-594
2
919
-605
Totaal herijkingen
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
2012
2013
2014
2015
3.4.2.30 3.4.2.30
Restauratiesubsidie
0
0
0
-120
Taakstelling begeleidingskosten projecten ISV
0
0
0
-155
3.4.2.50
Soberder onderhoudsniveau gemeentelijke gebouwen
-917
-908
-905
-917
3.4.3.10 4.4.2.10
Leges/vergunningen meer kostendekkend
-44
-57
-71
-85
Alles via Internet
-10
-26
-62
-62
4.4.2.10
Sluiten decentrale stadswinkels
4.4.2.10
Versobering naturalisatieceremonie
-155
-155
-155
-155
-20
-20
-20
-20
4.4.2.10
Leges/vergunningen meer kostendekkend
-78
-157
-235
-314
4.4.2.20
Leges/vergunningen meer kostendekkend
-3
4.4.2.30
Leges/vergunningen meer kostendekkend
-16
-6
-9
-12
-33
-49
-66
4.4.3.10
Verhogen OZB opbrengsten
-375
4.4.3.10
Invoeren toeristenbelasting
-330
-750
-1.125
-1.500
-333
-333
-333
4.4.3.10
Verhogen hondenbelasting met 10% per jaar
Totaal bezuinigingen
-118
-247
-389
-545
-2.066
-2.692
-3.353
-4.284
Bedragen x € 1.000,Product
Voorstel nieuw beleid
3.4.3.10
Verkeersontheffingen
Totaal nieuw beleid
2012
2013
2014
2015
0
0
0
0
0
0
0
0
Programmabegroting 2012
162
Herijkingen Kapitaallasten programma-investeringen Jaarlijks wordt bij de programmabegroting inzicht gegeven in de budgettaire effecten van de gerealiseerde en de te verwachten investeringen ten opzichte van eerdere ramingen. In deze herijking zijn de effecten verwerkt ten aanzien van de overloop investeringen, de vrijval van kapitaallasten en het toevoegen van jaarschijf 2015. Niet meedoen aan autovrije zondag Bij de Programmabegroting 2011 is een bezuinigingsvoorstel (BZ 2011/82) aangenomen om de autovrije zondag af te schaffen. Het beschikbare budget in de jaren 2011 en 2012 is hierbij bezuinigd. Abusievelijk is een resterend leveringenbudget vanaf 2013 van € 45.000,- per jaar blijven staan. Dit budget kan alsnog vrijvallen. Herijking ISV De rijksbezuiniging op ISV3, met ingang van 2015, wordt onverkort doorgezet. De rijksbijdrage komt hierdoor te vervallen. Bijstelling grondexploitatie o.b.v. VAMO 2012 In de bijstelling van de begroting is rekening gehouden met de baten en lasten van de geactualiseerde plannen zoals deze in de Vastgoedmonitor 2012 zijn opgenomen. De lasten en baten nemen in de jaren 2012 t/m 2015 toe met resp. € 46.000,-, € 1.200.000,-, € 332.000,- en € 584.000,-. Bijstelling gebouwenexploitatie o.b.v. VAMO 2012 De basis waarop het beheer en de dienstverlening de komende jaren plaatsvindt, is vastgelegd in de Strategische Visie Gebouwen die door het College van B&W is vastgesteld op 14 december 2010. Herijking van de Strategische Visie Gebouwen vindt elke vier jaar plaats. Er bestaan twee planningsinstrumenten om de exploitatie ten aanzien van investeringen en onderhoud een beheersbare basis te geven; het meerjaren investeringsplan (MIP) en meerjaren onderhoudsplan (MOP). Het afgelopen jaar zijn de gevolgen van de economische recessie duidelijk zichtbaar geweest. Bekend is dat hier vaak sprake is van een na-ijlend effect. Pas de komende jaren is er zowel op landelijk, als op provinciaal en gemeentelijk niveau sprake van sterke korting van budgetten. Dit heeft ook effecten op de gemeentelijke gebouwenexploitatie. Zo komen er in toenemende mate gebouwen geheel of gedeeltelijk leeg te staan en verloopt de verkoop van gebouwen moeizamer. De hierboven genoemde invloeden leiden tot de volgende prognose van het meerjarige resultaat: Omschrijving (bedragen x € 1.000,-) Resultaat VAMO 2012
2012 N
578
2013 N
114
2014 V
363
V 1.947
2015 V
682
Resultaat VAMO 2011
V
787
V 1.345
Hogere boekwinsten VAMO 2012
V
800
V
800
V 1.946
N
565
N
658
N 1.584
N 1.264
2013
2014
2015
De verschillen kunnen als volgt verklaard worden : Categorie (bedragen x € 1.000,-)
2012
Onderhoudskosten
N
462
N
509
N
Huuropbrengsten
N 1.253
474
N -852
N
N
871
N
558
Kapitaallasten
V
392
N
96
N
156
N
128
Overige kosten
N
30
N
48
N
48
N
69
Hogere boekwinsten Eindtotaal
V N
800 565
V N
800 658
N 1.584
N 1.264
Bommenregeling Via de algemene uitkering wordt een vergoeding ontvangen voor de kosten rond het opsporen van conventionele explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. De vergoeding voor 2012 wordt voorlopig geraamd op € 990.000,-.
163
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
510
Verkiezingen In onderstaand overzicht is de planning voor de verkiezingen inzichtelijk gemaakt. Periode
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Gemeenteraad
4 jaar
X
X
Tweede Kamer
4 jaar
X
X
Provinciale Staten
4 jaar
Europees Parlement
5 jaar
Totaal
2015
X
X
X 1
X 2
1
0
0
3
1
De kosten van verkiezingen bedragen € 259.000,- per keer. In 2015 vindt 1 verkiezing plaats. De raming wordt hierop aangepast. Productaantallen 2015 De jaarschijf 2015 is een kopie van de jaarschijf 2014, de verwachte productaantallen zijn in 2015 echter anders dan in 2014. Op basis van de meerjarige productcyclus is deze aanpassing tot stand gekomen. (bedragen x € 1.000,-)
Mutatie Baten
Mutatie Lasten
Reisdocumenten
N 277
V 120
Rijbewijzen
N 12
V2
Huwelijken
N 25
-
Uittreksels
N 20
-
Het bedrijfsmodel voor het bepalen van de formatie voor de Stadswinkels wordt voor de Programmabegroting 2012 geactualiseerd. Aan de hand van dit geactualiseerde bedrijfsmodel zullen bij de actualisering begroting 2012 de gevolgen voor de formatie worden meegenomen. Correctie verdeling meerkosten uitvoering Wabotaken De verwerking van de meerkosten WABO en de herschikking daarvan over de diverse producten is op een paar punten gewijzigd. Bij deze herverdeling krimpt de formatie bij de Servicedienst met 1,2 fte schaal 4. De mutaties met betrekking tot de omgevingsvergunningen worden meegenomen bij het bepalen van de tarieven voor 2012 - 2015. Omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen Voor de berekening van de leges is een rekenmodel ontwikkeld waarbij rekening is gehouden met de indeling in categorieën bouwplannen. De in de komende jaren te verwachten opbrengsten zijn met het rekenmodel berekend. Er is sprake van een afname van de opbrengsten. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de crisis in de bouw. Hierdoor is het verwacht aantal ingediende bouwplannen lager en is de verwachte opbrengst per bouwplan lager. Daarnaast komen er minder bouwplannen door de verruiming van het vergunningsvrij bouwen. Het totaal aantal te verwachten bouwplannen is hierdoor met 770 verlaagd van 1.919 naar 1.149. Van deze verlaging hebben 663 bouwplannen betrekking op categorie B (kleine verbouwingen zoals aan- en uitbouwen bij de woonfunctie door particulieren). In totaal is sprake van een nadeel op de opbrengst van € 1.224.000,-. Dit wordt veroorzaakt door: Minder bouwplannen categorie B
€ 302.000,-
Minder bouwplannen overige categorieën
€ 651.000,-
Lagere gemiddelde leges opbrengst per bouwplan
€ 271.000,-
Programmabegroting 2012
164
Hierbij moet worden aangetekend dat de cijfers zijn gebaseerd op te verwachten bouwvolumes, hetgeen tevens inhoudt dat de economische conjunctuur daarbij een belangrijke rol speelt. Het is moeilijk te voorspellen hoe de huidige crisis in de bouw zich in de komende jaren zal ontwikkelen. Op basis van de prognoses van de afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling van Beleidsontwikkeling is het aantal woningen waarvoor in de jaren 2012 t/m 2015 bouwaanvragen worden ingediend gesteld op 1.000. Dit is gelijk aan de normale productie die ook al in de huidige meerjarenbegroting is opgenomen. Door de verlaging van de geraamde aantallen bouwaanvragen dalen de lasten bij Publiekszaken met € 463.000,- per jaar (7,12 fte schaal 9 en 10 waarvan 5,0 fte als gevolg van de daling in categorie B). Deze mutatie op de lasten heeft enkel betrekking op de personeelskosten voor het behandelen van bouwaanvragen. De mutaties met betrekking tot de omgevingsvergunningen worden meegenomen bij het bepalen van de tarieven voor 2012 - 2015 waardoor het budgettair neutraal in de begroting komt. Aanpassing tarieven bouwleges Een aantal herijkingen heeft effect op de toerekening aan de bouwleges waardoor ook het tarief wijzigt. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar § 3.4 Lokale heffingen. Nominale ontwikkeling OZB De tarieven voor de OZB zijn gekoppeld aan de ontwikkeling van de prijsindex Bruto Binnenlands Product (pBBP). Voor 2012 is een verwachte stijging afgegeven voor deze prijsindex van + 2,25 %. Op basis hiervan worden de begrote baten, inclusief de aanpassingen als gevolg van de autonome ontwikkeling, met 2,25 % verhoogd. Autonome ontwikkeling OZB De begroting voor de komende jaren is aangepast aan de gewijzigde geraamde woningvoorraad. Daarnaast is de jaarschijf 2015 toegevoegd. Deze jaarschijf moet worden aangepast als gevolg van de verwachte nieuwbouw. De begrote opbrengsten worden hierdoor in 2015 € 360.000,- hoger. Aanpassing tarieven hondenbelasting Een aantal herijkingen heeft effect op de toerekening aan de hondenbelasting waardoor ook het tarief wijzigt. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar § 3.4 Lokale heffingen. Autonome ontwikkeling rioolrechten De begroting voor de komende jaren is aangepast aan de gewijzigde geraamde (niet-)woningvoorraad. Daarnaast is aan de oude meerjarenraming 2011-2014 het jaar 2015 toegevoegd. Deze jaarschijf moet worden aangepast als gevolg van de verwachte toename van de woningvoorraad. Autonome ontwikkeling afvalstoffenheffing De begroting voor de komende jaren is aangepast aan de gewijzigde geraamde (niet-)woningvoorraad. Daarnaast is aan de oude meerjarenraming 2011-2014 het jaar 2015 toegevoegd. Deze jaarschijf moet worden aangepast als gevolg van de verwachte toename van de woningvoorraad. Egalisatiereserve rioolrechten De verwachte stand van de egalisatiereserve rioolrechten (H.006) bedraagt per 31 december 2011 € 1.908.000,-. Rekening houdende met rentebijschrijvingen kan 4 jaar (2012 t/m 2015) een bedrag van € 532.000,- onttrokken worden en ten gunste van de tarieven gebracht. Aanpassing tarieven rioolrechten Aanpassing tarieven afvalstoffenheffing Een aantal herijkingen heeft effect op de toerekening aan de rioolrechten c.q. afvalstoffenheffing waardoor ook de betreffende tarieven wijzigen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar § 3.4 Lokale heffingen.
165
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Bezuinigingen Restauratiesubsidie Per 2015 wordt het budget restauratiesubsidie als gevolg van de wegvallende ISV-middelen structureel met € 120.000,- verminderd. Taakstelling begeleidingskosten projecten ISV De rijksbezuiniging op ISV-3, met ingang van 2015, wordt onverkort doorgezet. Dit betekent beëindiging van de dekking van projecten zoals Aanpak urgentiewijken, Aanpak verloedering/kleine knelpunten, Speelplekplannen en Woonomgevingsverbetering. De begeleidingskosten van deze projecten vervallen eveneens. Indien in 2015 e.v. door het Rijk nieuwe middelen beschikbaar gesteld worden voor Stedelijke Vernieuwing, zal opnieuw bepaald moeten worden welke fysieke maatregelen/projecten hiervan gefinancierd gaan worden en welke begeleiding/coördinatie hiervoor nodig is. Soberder onderhoudsniveau gemeentelijke gebouwen Het kwaliteitsniveau van het onderhoud voor alle gebouwen in gemeentelijke bezit (m.u.v. de onderwijsgebouwen ) wordt taakstellend voor 4 jaar verlaagd. Dit geldt zowel voor het eigenaaronderhoud (productnummer 34250) als voor het gebruikersonderhoud (productnummers 51310 en 84440). Op dit moment kunnen effecten van de bezuinigingen op de gebouwencondities niet objectief worden aangegeven; de kwaliteit zal echter achteruitgaan. Verlagen van het onderhoudsniveau zal in de praktijk leiden tot verschuiving van het uitvoeren van onderhoudsactiviteiten in de tijd en op lange termijn niet leiden tot besparingen maar eerder tot hogere (herstel)kosten. Dit voorstel mag geen negatieve invloed hebben op de brandveiligheid. De consequenties van het voldoen aan de normen van brandveiligheid zijn nog niet volledig in beeld gebracht. De verwachting is dat hiermee hoge kosten gemoeid zijn, gelet op de ervaringen met het Willem II Stadion en andere projecten. Gedurende de begrotingsperiode tot 2015 worden inspecties uitgevoerd op gebied van brandveiligheid en onderhoud. Op basis van deze inspecties worden de MOP- en MIP planningen geactualiseerd zodat in 2015 op basis van conditiescores per pand het onderhoudsniveau bepaald kan worden waarbij de samenhangende onderhoudskosten op objectieve en transparante wijze in beeld zijn gebracht. In het voorstel wordt uitgegaan van een taakstellende verlaging van het onderhoudsniveau voor de jaren 2012 tot en met 2015. Naast de taakstellende verlaging van het onderhoudsniveau is in het voorstel opgenomen voor de jaren 2012 t/m 2015 een extra taakstelling van € 300.000,- te realiseren door verkoop van panden uit de gebouwenexploitatie. Leges/vergunningen meer kostendekkend De legesverordening wordt meer kostendekkend gemaakt. Het verhogen van de tarieven tot een 100% kostendekkendheid (met uitzondering van de tarieven die wettelijk zijn gemaximeerd) gebeurt in 4 stappen van 25% per jaar.
Programmabegroting 2012
166
Op dit programma betreft het de volgende opbrengsten: Bedragen in € 1,Product
Omschrijving
Bedrag
3.4.3.10
Verkeersregeling OWT
€ 14.000,-
3.4.3.10
Precario
€ 70.000,-
3.4.3.10
Telecom aanbieders
€ 1.000,€ 85.000,-
4.4.2.10
Gemeentelijke Basisadministratie
€ 190.000,-
4.4.2.10
Legalisatie handtekening
€ 17.000,-
4.4.2.10
Huwelijk Oranjezaal
€ 13.000,-
4.4.2.10
Huwelijk Willem II zaal
€ 34.000,-
4.4.2.10
Huwelijk Anna Paulowna zaal
€ 72.000,-
4.4.2.10
Huwelijk Udenhout raadszaal
€ 14.000,-
4.4.2.10
Huwelijk Udenhout B&W kamer
4.4.2.10
Externe huwelijkslocatie
4.4.2.10
Minder vraag door hogere tarieven
4.4.2.20
Info makelaars
4.4.2.30
Aanvraag Drank- en horecawet volledig
€ 4.000,€ 9.000,-/- €39.000,€ 314.000,€ 12.000,€ 53.000,-
4.4.2.30
Vergunningen Drank- en horecawet volledig
€ 2.000,-
4.4.2.30
Exploitatievergunningen APV Horeca kort
€ 2.000,-
4.4.2.30
Verlenging sluitingsuur inrichtingen
€ 1.000,-
4.4.2.30
Exploitatie sexinrichtingen
€ 3.000,-
4.4.2.30
Staanplaatsen Kermis
€ 5.000,€ 66.000,-
Alles via Internet Uittreksels en mutaties met betrekking tot verhuizingen laten we via internet verlopen. We gaan er hierbij vanuit dat 70% van alle producten via internet wordt verkocht. Ook wordt voorgesteld bewonersbrieven voortaan digitaal beschikbaar te stellen. Dit levert een structurele bezuiniging op van € 10.000,- vanaf 2014. De formatie wordt verlaagd vanaf 2012 (- 0,21 fte) tot -1,04 fte in 2014 en verder. Sluiten decentrale stadswinkels Het sluiten van de decentrale stadswinkels levert een besparing op van 5 fte. Om de klantenstroom te kunnen behandelen zal de stadswinkel Centrum de openingstijden moeten verruimen. De verwachting is dat dit 2 fte extra bezetting kost. Per saldo komt dit neer op een structurele bezuiniging van 3 fte. Bij de Programmabegroting 2009 is reeds € 70.000,- ingeleverd, waarmee het nog te realiseren voordeel komt op € 80.000,-. Daarnaast kan er nog worden bespaard op huurkosten, exploitatie, schoonmaakkosten, beveiliging en reiskosten. De besparing op deze kosten bedraagt € 75.000,De formatie wordt met dit voorstel met 3 fte verlaagd vanaf 2012. Versobering naturalisatieceremonie De gemeente is wettelijk verplicht om naturalisatieceremonies te organiseren. Er is echter ruimte dit goedkoper te doen hetgeen een besparing van € 20.000,- oplevert. Verhogen OZB-opbrengsten In 4 jaar tijd worden de OZB-opbrengsten geleidelijk verhoogd tot € 1,5 miljoen extra in 2015. Op basis van de huidige begroting, inclusief nominale en autonome ontwikkelingen, betekent dit een verhoging van de OZB-opbrengsten in 2012 met 1,1%. Mocht het zo zijn dat landelijk gemiddeld genomen de vastgestelde macronorm wordt overschreden, dan vindt een correctie plaats door een aanpassing van de hoogte van de algemene uitkering. Vooralsnog
167
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
wordt verondersteld dat de kans hierop zeer klein is. De hogere te realiseren opbrengsten worden volledig meegenomen bij de tariefsbepaling OZB ten tijde van de Actualisering van de Programmabegroting. Afhankelijk van de waardeontwikkeling van de onderhavige objecten worden de OZB tarieven aangepast. Invoeren toeristenbelasting Met ingang van 2012 wordt de toeristenbelasting ingevoerd door heffing van deze belasting op degene die een natuurlijk persoon gelegenheid biedt tot verblijf in Tilburg. De belasting is van toepassing op hotelovernachtingen, kampeerovernachtingen en havenovernachtingen. Voor de heffing en invordering van deze belasting wordt gerekend met een structurele uitbreiding van de formatie bij de afdeling Gemeentelijke Heffingen met 0,25 fte niveau 8. De belasting wordt meer dan kostendekkend vastgesteld op € 3,00 per persoon per nacht voor een hotelovernachting en € 1,50 per persoon per nacht voor de overige overnachtingen. Verhogen hondenbelasting met 10% per jaar. De hondenbelasting zal in de jaren 2012 - 2015 jaarlijks stijgen met 10% per jaar. Nieuw beleid Verkeersontheffingen De verkeersontheffingen die zijn gebaseerd op het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV) worden verstrekt door het team Gebruik openbare ruimte van Gebiedsontwikkeling. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in kortlopende (maximaal 2 weken) en langlopende ontheffingen (langer dan 2 weken). Bij de afhandeling van de ontheffingverlening werden door het team GOR knelpunten ervaren met betrekking tot de beoordelingscriteria en de in rekening te brengen tarieven. Daarnaast blijken afwijkingen te ontstaan in het totaal van lasten en baten (de kostendekkendheid). Op verzoek van het team GOR heeft de afdeling Ruimte en Economie (BO) een evaluatie uitgevoerd naar de manier waarop de verlening van RVV-ontheffingen verloopt. Dit heeft geresulteerd in een nota waarover wij op 29 maart 2011 een positief besluit (besluit nr. 27) hebben genomen. De besluitvorming betreft de vaststelling van een aantal (beleids)regels en de instemming met de voorgestelde legestarieven voor RVV-ontheffingen en deze in het kader van de vaststelling van de legesverordening 2012 ter besluitvorming aan de raad voor te leggen. In de praktijk betekent implementatie van de nieuwe regels dat er veel minder ontheffingen uitgegeven zullen worden. De personele capaciteit bij GOR wordt daarop aangepast, en met de invoering van de nieuwe tarieven - met een meer evenwichtige opbouw - wordt weer een kostendekkende situatie bereikt met ingang van 1 januari 2012. Ten opzichte van de begroting nemen zowel de baten als lasten (personeelskosten en leveringen derden) af met € 84.000,-. De formatie wordt verminderd met 0,78 fte.
Programmabegroting 2012
168
Programma 4.4 Algemene middelen en interne dienstverlening Portefeuillehouder:
De Ridder/Lauwerier/Möller/Frenk/De Vries/Burgemeester Bedragen x € 1.000,-
Product
Herijkingen
2012
2013
2014
2015
1.4.4.30
Stelpost loonontwikkeling
108
108
108
108
1.4.4.30
Stelpost prijsontwikkeling
1.716
1.716
1.716
1.716
1.4.4.40
Renteaanpassing Algemene reserve
1.4.4.40
Storting rentevoordeel in RGI
1.4.4.40
Bovengrens AR naar RGI
1.4.4.50
Algemene uitkering; consequenties Meicirculaire 2011
2.4.4.10
Stelpost nominale ontwikkeling subsidies
2.4.4.40
-58
-50
-50
-50
-1.920
-1.920
-1.920
-1.920
0
0
0
0
760
6.280
9.290
20.676
1.364
1.364
1.364
1.364
Vrijval reserve Essent
0
-13
0
0
2.4.4.40
Vrijval reserve opvang gevolgen economische crisis
0
-67
0
0
2.4.4.30
Correctie verdeling meerkosten uitvoering Wabotaken
0
4
4
4
3.4.4.40
Herijking ISV overig
0
0
0
0
4.4.4.10
Werkplein
-475
-263
338
0
5.4.4.45
Herschikking bezuiniging 2011/96
0
-27
-55
-55
8.4.4.30
Afloop FPU
-125
-125
-125
-125
8.4.4.40
Correctie verdeling meerkosten uitvoering Wabotaken
0
-51
-51
-51
8.4.4.50
Correctie verdeling meerkosten uitvoering Wabotaken
0
-15
-15
-15
8.4.4.50
Bovengemiddelde prijsstijgingen Bibliotheek
23
23
23
23
8.4.4.50
Overdracht archieven DIV
30
30
30
30
8.4.4.50
Bevoegd gezag taken Bodem
0
0
0
-32
8.4.4.80
Maatschappelijk convenant
0
0
0
3
8.4.4.90
Financiering, effect omslag 2012
Totaal herijkingen
2.129
2.129
2.129
2.129
3.552
9.123
12.786
23.805
2012 0
2013 0
2014 0
2015
Product 1.4.4.40
Voorstel nieuw beleid Flankerend beleid bezuiniging formatie
1.4.4.40
Bestedingsplan ROI 2012
0
8.4.4.80
Voortzetten Tilburg Magazine
0
0
0
0
0
0
0
0
Totaal nieuw beleid
169
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Bedragen x € 1.000,Product
Bezuinigingsvoorstel
1.4.4.30
Taakstelling vermindering aantal politieke ambtsdragers
1.4.4.30
Efficiency op de organisatie
2.4.4.10
Taakstelling bedrijfsvoering (BO)
3.4.4.10
Maatregelen in de openbare ruimte
3.4.4.10
Taakstelling bedrijfsvoering (GO)
4.4.4.10
KCC, efficiency
4.4.4.10
Vrijval saldo reserve RGSHG
4.4.4.10
Vrijval bestemmingsreserve ID
4.4.4.10
2012 0
2013 0
2014
2015
0
-1.375
-1.856
-3.713
-5.569
-7.425
-20
-20
-20
-20
0
0
-190
-190
-16
-16
-16
-16
0
0
-583
-583
-16
0
0
0
0
-254
0
0
Taakstelling bedrijfsvoering (PU)
-20
-20
-20
-20
8.4.4.10
Taakstelling bedrijfsvoering (SE)
-89
-89
-89
-89
8.4.4.40
Soberder onderhoudsniveau gemeentelijke gebouwen
-51
-60
-62
-54
0
0
220
-350
-2.068
-4.172
-6.329
-10.122
8.4.4.80 Minimale VVV Totaal bezuinigingen
Herijkingen Stelpost loonontwikkeling De compensatie voor de loonontwikkeling bedraagt 0,1% van € 110,5 miljoen en is becijferd op € 108.000,-. Stelpost prijsontwikkeling De compensatie voor de prijzen wordt verhoogd met 2,25%. Op basis van de kostenmix 2011 betekent dit een nadeel van 2,25% van € 76,2 miljoen ofwel € 1.716.000,-. Renteaanpassing Algemene reserve Betreft aanpassing renteraming ten behoeve van de Algemene Reserve volgens huidige inzichten. Storting rentevoordeel in RGI Het rente-omslagpercentage voor 2012 is becijferd op 3,61%. Het voordeel op het product Financiering (8.4.4.90) daalt hierdoor met € 2.129.000,- tot € 4.490.000,-. Hiertegenover wordt de storting van het rentevoordeel in de RGI verlaagd met € 1.925.000,- tot € 3.639.000,-. Het saldo wordt gecompenseerd door een hogere rentetoerekening aan de tarieven rioolrechten en afvalstoffenheffing waardoor sprake is van een hogere opbrengst van de tarieven. Bovengrens Algemene reserve naar RGI Doordat de Algemene reserve over de bovenbandbreedte heen gaat, wordt een bedrag van € 0,1 miljoen overgeheveld naar de RGI. Algemene uitkering; consequenties Meicirculaire 2011 De algemene uitkering is geraamd op basis van de Meicirculaire 2011. Daarnaast is voor de basisgegevens uitgegaan van bijgestelde prognoses. De budgettaire consequenties betreffen:
Programmabegroting 2012
170
Bedragen x € 1.000,2012
2013 602
V
2015
Ontwikkeling uitkeringsbasis (Tilburg + landelijk)
V
602
Bommenregeling
V
990
-
-
-
-
N 5.500
N 8.500
N 16.000
Behoedzaamheidsreserve
V 1.454
V 1.454
V 1.454
V 1.454
Uitvoeringskosten inburgering
N
161
N
161
N
161
N
161
Normering lokaal inkomensbeleid
N
763
N
763
N
763
N
763
Selectieve en gerichte schuldhulpverlening
N
314
N
314
N
314
N
314
Nationaal Uitvoeringsprogramma (NUP)
V
393
V
393
V
393
N 1.481
Rijksbezuinigingen 2013 t/m 2015
V
2014 602
602
N 1.375
Vermindering aantal politieke ambtsdragers Taakmutaties
N
Aanpassing integratie- , decentralisatie- en verzameluitkeringen
N 1.930
Totaal algemene uitkering
V
Doorbetaling bommenregeling Netto effect
V
41
N
61
N
71
N
65
N 1.930
N 1.930
N 4.677
230
N 6.280
N 9.290
N 22.790
N
990
-
-
-
N
760
N 6.280
N 9.290
N 22.790
Stelpost nominale ontwikkeling subsidies De nominale ontwikkeling voor de subsidies wordt verhoogd met 1,86%. Op basis van een subsidiebedrag van € 73,4 miljoen betekent dit een nadeel van € 1.364.000,-. Vrijval reserve Essent Eind 2013 wordt de reserve Essent opgeheven. Er resteert dan nog een bedrag van € 13.000,- in de reserve wat hierdoor vrijvalt. Vrijval reserve Opvang gevolgen economische crisis Rekening houdende met alle voorziene activiteiten ten laste van de reserve resteert een saldo van € 67.000,-. Aangezien er geen nieuwe activiteiten meer voorzien zijn, kan dit saldo in 2013 vrijvallen. Correctie verdeling meerkosten uitvoering Wabo-taken De verwerking van de meerkosten WABO en de herschikking daarvan over de diensten is op een paar punten gewijzigd. Herijking ISV overig De rijksbezuiniging op ISV3, met ingang van 2015, wordt onverkort doorgezet. Dit betekent beëindiging van de rijksbijdrage. Op het product reserves heeft dit een budgettair neutrale herijking tot gevolg. Werkplein De vertraging bij de realisatie van het Werkplein is voor een belangrijk deel een gevolg van de aangekondigde bezuinigingen bij het UWV. Deze ZBO moet in de periode van 2012 tot 2015 een half miljard aan budget inleveren. Dit heeft grote gevolgen: het UWV gaat overstappen op e-dienstverlening, 70 vestigingen worden gesloten en op 1 januari 2012 zullen er in ieder geval 900 arbeidsplaatsen verdwijnen. Het aangaan van meerjarige financiële verplichtingen was in de achterliggende periode even niet aan de orde; men wilde eerst duidelijkheid over de invulling van de bezuinigingen. Nu is die duidelijkheid er en weten we dat het UWV voornemens is een nieuw pand te gaan betrekken. Er zijn intentieverklaringen ondertekend: met een ontwikkelaar voor de huur van het pand en met de gemeente over onderhuur (in 2009 getekend). De verwachting is dat het nieuwe pand begin 2014 in
171
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
gebruik wordt genomen. De betaling van de huurpenningen vangt medio 2013 aan. De dekking binnen bedrijfsvoering Publiekszaken is pas vanaf 1-1-2014 te realiseren. De reeds in de begroting opgenomen budgetten (amendement 30-1, raad 14-12-2009) worden op basis van de nieuwe realisatiedatum meerjarig aangepast. Dit is een budgettair neutrale aanpassing. Het betreft een structureel bedrag van € 400.000,- met € 100.000,- dekking binnen de bedrijfsvoering Publiekszaken. Tevens is er incidenteel voor het eerste en tweede jaar respectievelijk € 175.000,- en € 338.000,- beschikbaar gesteld. bedragen x € 1.000,-
2012
2013
2014
2015
O.b.v. ingangsdatum 1-1-2012
N 475
N 638
N 300
N 300
O.b.v. ingangsdatum 1-7-2014 Incidentele budgetten: 1e jaar € 175.000,2e jaar € 338.000,-
0
N 200
N 300
N 300
Te corrigeren:
N 175 N 338 V 475
V 263
N 338
0
Herschikking bezuiniging 2011/96 In het kader van de Programmabegroting 2011 is besloten een bezuinigingsvoorstel in verband met herinrichting organisatie, beheer en onderhoud openbare ruimte door te gaan voeren (BZ 2011/96) . De financiële verwerking van dit voorstel tussen de diensten Bedrijven en Gebiedsontwikkeling is echter onjuist. Daarom is een aanpassing nodig. Bij Bedrijven wordt de aanpassing van de baten teruggedraaid wat een financieel effect heeft van voordelig € 55.000,- structureel vanaf 2014 en voordelig € 27.000,- incidenteel voor 2013 (i.v.m. geplande invoeringsdatum herinrichting per 1 juli 2013). Bij Gebiedsontwikkeling wordt een correctie op de lasten doorgevoerd voor dezelfde bedragen. Per saldo hebben deze aanpassingen geen gevolgen, noch voor de gemeentelijke begroting noch voor het bezuinigingsvoorstel. Afloop FPU De bestaande FPU-regeling is per 31-12-2006 afgeschaft. Vanaf 2007 is er nog een beperkte groep personen met aangepaste FPU-rechten. Het betreft personen geboren voor 01-01-1950 en meer dan 10 dienstjaren. Uit het bestaande budget worden huidige en toekomstige verplichtingen gedekt. Op basis van bovenstaande groep en bestaande uitkeringen zijn de toekomstige verplichtingen opnieuw berekend. Vanaf 2012 kan een bedrag vrijvallen ten gunste van de algemene middelen. Bovengemiddelde prijsstijgingen Bibliotheek De markt voor losbladige en digitale naslagwerken, tijdschriften en kranten is erg gesloten, kent een zeer beperkt aantal aanbieders (vaak slechts 1) en dus weinig concurrerend. Dit leidt jaarlijks tot flinke kostenstijgingen die door de leverancier worden opgelegd. In de begroting wordt dit onderdeel voor prijsstijgingen gecompenseerd met het inflatiecijfer voor prijsgevoelige artikelen. Er is echter geen lijn te ontdekken tussen het inflatiepercentage en de kostenstijging. Gemiddeld gezien wordt door de leverancier jaarlijks een kostenstijging van 8 % in rekening gebracht terwijl de nominale ontwikkeling over de afgelopen 10 jaar gemiddeld 1,72 % bedroeg. Dit leidt ertoe dat jaarlijks op de collectie wordt ingeteerd om de kosten niet te veel boven het budget uit te laten stijgen. Het schrappen van titels heeft de grens van het maximaal mogelijke gepasseerd om een verantwoorde evenwichtige collectie te kunnen aanbieden. Verder snijden in de collectie kan inhouden dat medewerkers noodzakelijke informatie wordt onthouden om het werk uit te kunnen voeren. Dit speelt o.a. op het sociaal en juridisch werkvlak, handhaving en WABO. Deze kostenstijging kan niet langer worden opgevangen binnen de gemeentebrede budgetten van de bibliotheek. Deze staan al lange tijd onder druk. De noodzakelijke bijstelling van de budgetten bedraagt € 23.000,-.
Programmabegroting 2012
172
Overdracht archieven DIV In 2012 zal naar verwachting 670 m1 aan archiefmeters overgebracht moeten worden naar de Stichting Mommerskwartier. Doordat de gemeente reeds heeft voorzien in huisvesting van het archief worden alleen de variabele kosten bij Tilburg in rekening gebracht. Daarnaast wordt de aanwas van particuliere archieven overgebracht. De totale meerkosten bedragen € 30.000,-. Bevoegd gezag taken Bodem In verband met overdracht van werkzaamheden is in het Eindejaarsbericht 2010 0,5 fte (€ 32.000,-) van Beleidsontwikkeling overgeheveld naar de Servicedienst voor 2010 t/m 2014 voor ondersteuning van werkzaamheden bevoegd gezag. De rijksmiddelen waaruit dit wordt betaald, vervallen in 2015. Beleidsontwikkeling meldt een nadeel van € 32.000,- zodat dit gemeentelijk budgettair neutraal is. Maatschappelijk Convenant Bij de actualisering van de Programmabegroting 2012 zal een voorstel worden voorgelegd waarmee het eerdere besluit met betrekking tot het Maatschappelijk Convenant Willem II herroepen wordt en er een verbreding naar de kernsporten plaatsvindt. Het huidige convenant omvat een periode van 2010 tot en met 2014. Middels deze herijking wordt de jaarschijf 2015 aangepast.
Financiering, effect rente-omslag 2012 Het begrote resultaat op het product financiering is berekend op voordelig € 4.490.000,- op basis van een rente-omslag van 3,61%. Ten opzichte van de huidige raming van voordelig € 6.619.000,- een nadelig effect van € 2.129.000,-. Hiertegenover wordt de storting van het rentevoordeel in de RGI verlaagd met € 1.920.000,- tot € 3.639.000,-. Het saldo wordt gecompenseerd doordat de toerekening van de rentekosten aan de afvalstoffenheffing en de rioolrechten verhoogd wordt tot 3,61%, waardoor sprake is van een hogere opbrengst van de tarieven.
Bezuinigingen Taakstelling vermindering aantal politieke ambtsdragers In het Regeerakkoord is rekening gehouden met een besparing als gevolg van het verminderen van het aantal politieke ambtsdragers. Vermindering van het aantal politieke ambtsdragers leidt tot een besparing op de loonkosten en de kosten van directe ondersteuning. Vanaf 2015 wordt als gevolg hiervan structureel € 110 miljoen uitgenomen uit het gemeentefonds. Voor Tilburg betekent dit een lagere uitkering van € 1,375 miljoen. Hiertegenover wordt een taakstelling opgenomen. Efficiency op de organisatie Invulling van de taakstelling van € 7,425 miljoen moet gezocht worden binnen de door te voeren efficiencymaatregelen in het kader van de organisatieontwikkeling (incl. € 2,225 miljoen besparing op materiële uitgaven). Voor de personele invulling zal in ieder geval gekeken worden naar de volgende gemeentebrede efficiencymaatregelen: - Vergroten span of control/minder management; - Inverdienen met en op ICT; - Doorlichten/herontwerp processen; - Bundeling routinematige activiteiten; - Outsourcen c.q. op afstand plaatsen van activiteiten. Dit moet leiden tot een efficiencywinst op de ambtelijke organisatie van 4% van de formatie. Dit komt neer op circa 80 fte’s. In het kader van de organisatieontwikkeling wordt hiertoe een plan van aanpak opgesteld dat gefaseerd in vier jaar moet leiden tot deze geschatte besparing. Taakstelling bedrijfsvoering Naast de efficiencytaakstelling op de organisatie is ook een taakstellende bezuiniging van € 200.000,opgelegd op bestaande bedrijfsvoeringbudgetten. Bedrijven is buiten deze bezuiniging gehouden in verband met het feit dat zij nog een opdracht hebben om binnen de eigen bedrijfsvoering een structureel tekort van ruim € 0,6 miljoen te dekken.
173
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
Op dit programma is de volgende taakstelling opgenomen: Beleidsontwikkeling € 20.000 Gebiedsontwikkeling € 16.000 Publiekszaken € 20.000 Servicedienst € 89.000 Totaal € 145.000 Het resterende bedrag is opgenomen bij programma 1.6 Veiligheid (€ 10.000,-) en programma 4.1 Bestuur (€ 45.000,-). Maatregelen in de openbare ruimte In het kader van de bezuinigingstaakstelling is een inverdienopdracht neergelegd. Realisatie vanaf 2014 voor een bedrag van € 190.000,-. Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld bijdragen van derden in aanleg/ onderhoud van wegen, straten, pleinen en groen. Tevens is er sprake van een vermindering van 3 fte in 2015 (flexibele schil Ingenieursbureau). KCC, efficiency In het eerste halfjaar van 2011 zal de businesscase Klantcontactcentrum worden afgerond. Deze geeft uitsluitsel over de besparingen die mogelijk zijn bij de verdere integratie van de dienstverlening binnen het Klantcontactcentrum (KCC) (stap 2) per 2014. Hierbij wordt er vanuit gegaan dat alle contacten (post, digitaal, telefonie of via de balie) geïntegreerd via één contactcentrum worden behandeld. De besparing bedraagt € 583.000,- vanaf 2014. Welke gevolgen het nieuw op te richten KCC voor de formatie heeft is momenteel nog niet bekend. Naar aanleiding van de businesscase welke in het eerste half jaar van 2011 wordt afgerond wordt hier een verdere invulling aan gegeven. Vrijval saldo reserve RGSHG Het Rijk heeft alle lopende verbintenissen tussen het Rijk en de gemeenten die voortvloeien uit de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten afgekocht. Deze afkoopsubsidie dient te worden aangewend om de toekomstige verplichtingen van de gemeente in het kader van de RGSHG te voldoen. De ontvangen afkoopsubsidie is derhalve in een bestemmingsreserve gestort. De looptijd is van 1 januari 2008 tot en met 31 december 2012. Rekening houdend met de te betalen vergoedingen resteert er een saldo in de reserve van € 16.000,- welke vrij kan vallen ten gunste van de algemene middelen. Vrijval bestemmingsreserve ID banen De stand van de bestemmingsreserve ID banen bedraagt per 31-12-2013, na onttrekking extra jaar ten behoeve van beleidscapaciteit Innovatie & Strategie (zie nieuw beleid), € 254.000,-. Dit resterende saldo valt vrij ten gunste van de algemene middelen. De bestemmingsreserve ID banen wordt met ingang van 1-1-2014 opgeheven. Soberder onderhoudsniveau gemeentelijke gebouwen Het kwaliteitsniveau van het onderhoud voor alle gebouwen in gemeentelijke bezit (m.u.v. de onderwijsgebouwen ) wordt taakstellend voor 4 jaar verlaagd. Dit geldt zowel voor het eigenaaronderhoud (productnummer 34250) als voor het gebruikersonderhoud (productnummers 51310 en 84440). Op dit moment kunnen effecten van de bezuinigingen op de gebouwencondities niet objectief worden aangegeven, de kwaliteit zal echter achteruitgaan. Verlagen van het onderhoudsniveau zal in de praktijk leiden tot verschuiving van het uitvoeren van onderhoudsactiviteiten in de tijd en op lange termijn niet leiden tot besparingen maar eerder tot hogere (herstel)kosten. Dit voorstel mag geen negatieve invloed hebben op de brandveiligheid. De consequenties van het voldoen aan de normen van brandveiligheid zijn nog niet volledig in beeld gebracht. De verwachting is dat hiermee hoge kosten gemoeid zijn, gelet op de ervaringen met het Willem II Stadion en andere projecten. Gedurende de begrotingsperiode tot 2015 worden inspecties uitgevoerd op gebied van brandveiligheid en onderhoud. Op basis van deze inspecties worden de MOP- en MIP planningen geactualiseerd zodat in 2015 op basis van conditiescores per pand het College en/of de Raad het onderhoudsniveau kan bepalen waarbij de samenhangende onderhoudskosten op objectieve en transparante wijze in beeld zijn gebracht. In het voorstel wordt uitgegaan van een taakstellende verlaging van het onderhoudsniveau voor de jaren 2012 tot en met 2015.
Programmabegroting 2012
174
Minimale VVV De vestiging Nieuwlandstraat 34 kent meerdere functies. De VVV is er ondergebracht, het Expatcentrum (1e voorziening voor hoogopgeleide kenniswerkers) en een algemene stadsinformatiefunctie. Voorstel is deze vestiging met alle nevenfuncties op te heffen, het pand te verlaten en de VVV onder te brengen bij een bestaande loketfunctie. Opheffing van de huidige VVV en de overgang naar een inpandige VVV loketfunctie levert vanaf 2014 een jaarlijkse besparing op van € 350.000,-. Echter het opheffen van de VVV leidt wel tot eenmalige kosten vanwege de afwaardering van de investeringen en de doorloop van het huurcontract. Om per 1 januari 2014 te stoppen met de locatie in de Nieuwlandstraat 34 bedragen de eenmalige kosten € 570.000,-. Per saldo bedragen de meerkosten in 2014 € 220.000,- nadelig. Het is niet mogelijk het bezuinigingsvoorstel gedeeltelijk uit te voeren. Wat blijft er bestaan: Een balie/loket, inpandig bij de gemeente zelf of bij een externe partij in de stad of recreatieve dienstverleners. Het ligt voor de hand aan te sluiten bij de stadswinkels nieuwe stijl, maar ook combinaties met de bibliotheek, hotel, museum en theater zijn mogelijk. Daarbij zal de VVV haar dienstenpakket zodanig aanpassen dat de kerntaken kunnen voortbestaan. Het resterend budget bedraagt € 251.0000,- . Hiervoor wordt de hoofdtaak ingevuld, zijnde: gastvrijheid bieden aan stadsbezoekers door middel van verkoop en distributie van arrangementen, fiets- en wandelproducten e.d.; in beperkte mate: promotie ter bevordering van stadsbezoek; onderhouden van het netwerk in de stad en regio c.q. Brabant; In deze context wordt de verkoop van overige producten zoals cadeaubonnen en souvenirs opgeheven dan wel elders ondergebracht. Afhankelijk van waar het loket komt, zullen openingstijden worden aangepast. In elk geval worden de huisvestingskosten, werkbudget en een belangrijk deel van de personele kosten (vermindering 3,3 fte vanaf 2014) teruggebracht. Voor het Expatcentrum dat op dit moment óók is gehuisvest in Nieuwlandstraat 34, zal een andere locatie gevonden moeten worden.
Nieuw beleid Flankerend beleid bezuiniging formatie Door de nu bekende bezuinigingen komen naast de 75,34 fte vanuit de Programmabegroting 2011 nog eens minimaal 135,34 formatieplaatsen te vervallen. Om die bezuinigingen te realiseren is een effectief herplaatsing- en uitstroombeleid nodig voor medewerkers die boventallig worden. Om re-integratie en uitstroom mogelijk te maken is meerjarig geld nodig voor flankerend beleid. De exact benodigde allocatie per jaar is op dit moment nog niet vast te stellen omdat de bezuinigingen nog niet 1: 1 in personele effecten zijn vertaald. Criteria om flankerend beleid in te zetten zullen niet mogen leiden tot generieke, dus ongerichte maatregelen. Het belangrijkste criterium is dat toekenning van flankerend geld concreet leidt tot het oplossen van een boventalligheidprobleem casu quo een bezuiniging. Het gaat dus om maatwerk. Gedacht wordt (niet limitatief) aan kosten voor om- of bijscholing en training, bemiddeling en begeleiding door externe gespecialiseerde bureaus (outplacement), reparatie van inkomensverschillen of hulp bij start van een eigen onderneming. Flankerend beleid is niet bedoeld als compensatie voor niet- of later gerealiseerde bezuinigingen. Vooralsnog is uitgegaan van onttrekking uit de Reserve Flankerend beleid over de jaren 2012 t/m 2014. Wanneer meer bekend is over de benodigde onttrekkingen worden de ramingen uiteraard aangepast. Bestedingsplan ROI 2012 De ROI middelen zijn incidenteel en aanvullend op reguliere budgetten vanuit de beleidsprogramma’s en de (bedrijfsvoering) van de diensten. De ROI middelen worden als impuls ingezet voor de generieke instrumenten die nodig zijn voor de realisering van de doelen van de prioritaire beleidsprogramma’s en de “basis op orde”. Deze gelden voor 2012 zijn per cluster verdeeld. De projecten worden grotendeels uit reguliere middelen gefinancierd. Vanuit de ROI kan de onrendabele top of cruciale generieke voorziening
175
Bijlage 1 - Begrotingsvoorstellen
incidenteel worden gefinancierd. Op basis van startnotities voor ICT projecten zal bezien worden of de inzet van ROI middelen (deels) noodzakelijk zijn, uiteraard binnen het kader van het bestedingsvoorstel. De andere projecten worden gedekt uit reguliere begrotingsposten. Op voorstel van ons college heeft de raad in april 2010 ingestemd tot maximering van de jaarlijkse toevoeging aan de ROI in de planperiode van het Informatieplan 2009-2012 tot een bedrag van € 1,2 miljoen. De voeding komt onder meer uit incidentele baten van vrijvallende kapitaallasten automatisering, incidentele voordelen uit onderhoudskosten automatisering en meer gezamenlijk gebruik van infrastructurele voorzieningen en rente op basis van de vastgestelde omslagrente. Deze systematiek is ingevoerd met ingang van de Programmabegroting 2011 om de doelen van het informatieplan te realiseren. De ROI-middelen zijn noodzakelijk voor de effectuering hiervan. Deze ROI-gelden zijn verdeeld over de ICT clusters en wel als volgt: Bedragen in euro’s Clusters uit het informatieplan 2009-2012
2012
1.
Ketensamenwerking
2.
Tilburg.nl als toegangspoort, participatieplatform voor digitale dienstverlening
75.000
3.
Identificatie en authenticatie
4.
Digitale primaire processen
5.
Digitale dossiers
6.
(Basis) registraties
7.
Bedrijfsvoering
125.000
8.
Midoffice
275.000
9.
Diversen
nihil
TOTAAL
1.200.000
250.000 50.000 300.000 75.000 50.000
Voortzetten Tilburg Magazine Vanuit de gedachte dat Tilburg niet zonder een ‘stadsglossy’ kan, heeft het college het bezuinigingsvoorstel om begin 2010 te stoppen met Tilburg Magazine (TM), herzien. TM mocht blijven tot eind 2011. De afdeling Communicatie kreeg de opdracht een voorstel voor een nieuw promotiemiddel als TM voor de stad Tilburg te bedenken, maar wel de volledige bezuiniging te realiseren. Dit bleek niet mogelijk. Bij het bestuur blijft de behoefte bestaan aan een tastbaar product waarmee de stad zich kan profileren bij stakeholders, investeerders, de provincie, Den Haag en Brussel. Het kan de gemeentelijke lobbyisten, de burgemeester, het college en het bestuur helpen om haar netwerkrelaties te informeren over ontwikkelingen in Tilburg die passen bij de strategische agenda. Het voorstel is Tilburg Magazine voort te zetten met een nieuwe bladformule, meer gericht op deze stadspromotionele doeleinden. De nieuwe format is gericht op een thematische insteek per uitgave met een sterke bewaarfunctie. Doelgroepen zijn de hierboven beschreven netwerkrelaties van de gemeente Tilburg. De structurele kosten van dit voorstel bedragen € 70.000,- (0,3 fte functischaal 11 = € 23.000,+ € 47.000,- overige kosten) en worden gedekt uit de budgetten van Stadspromotie.
Programmabegroting 2012
176
Bijlage 2
Budgetoverzichten
177
Bedragen x € 1.000,-
Prod.nr.
Programma / Product
Lasten
2012 Baten
Saldo
Lasten
2013 Baten
Saldo
2.1.1.10 Totaal 2.1.2.60 2.1.2.65 2.1.2.70 2.1.2.75 2.1.2.80 2.1.2.85 2.1.2.90 2.1.2.95 4.1.2.10
Cultuur Cultuurbeleid
22.572
23.955
-‐1.737
22.218
Onderwijs en jeugd
24.839 9.606 3.138 7.759 3.868 964 3.176 415 25.833 2.220
-‐2.267
Totaal
Cultuur Onderwijs en jeugd Brede school Startkwalificatie Jeugd en zorg Coalitie voor de jeugd Jeugd en veiligheid Volwasseneneducatie Hoger onderwijs Accommodaties Leerlingenvervoer
24.839
Sport
Zorg en welzijn Zorg-‐ en ouderenbeleid
5.1.3.10 Totaal
2.1.4.10 2.1.4.20 2.1.4.30 3.1.4.30 4.1.4.10 Totaal 2.1.5.10 2.1.5.30 Totaal
2.1.6.30 3.1.6.10 3.1.6.20 3.1.6.30
Soc. infrastructuur en welzijn Maatschappelijk werk Realisatie multifunct. accommodaties Maatschappelijke ondersteuning
Zorg en welzijn Integratie Multiculturele samenleving Beleid inburgering Integratie
Veiligheid Veiligheidsbeleid Handhaving Wonen Veiligheid in de wijk
22.572 4.278 2.271 2.131 3.628 964 735 370 17.571 2.220
23.955 9.209 3.138 7.059 3.868 806 2.844 415 20.773 2.103
22.474
-8.279
14.195
24.944
-‐493
24.451
56.979
-22.811
22.474
-‐8.279
9.657
-‐240
5.652
-‐5.652
76.917 3.394 2.723
-9.368 -‐400 -‐2.178
6.185
-‐96
4.013 32.651
6.117
17.902 2.177 1.324
34.168 14.195
9.417
0
4.013
-‐2.983
29.668
-2.578
-‐2.163 -‐145 -‐754
0
-1.737 -‐4.932 -‐867 -‐4.928 -‐240 0 -‐2.441 -‐45 -‐1.767
22.218 4.277 2.271 2.131 3.628 806 403 370 19.006 2.103
22.384
-8.360
14.024
24.571
-‐403
24.168
50.215
-15.220
22.384
-‐8.360
9.657 4.013
-‐240
0
34.995
14.024
9.417 4.013
2.073
-‐2.073
67.549 2.994 545
72.715 2.802 1.307
-2.927 -‐52 -‐762
69.788 2.750 545
6.089
5.919
-‐96
5.823
3.539
15.739 2.032 570
32.401
4.109
17.744 2.161 1.274
-‐211
-814
-‐1.241 -‐145 -‐754
0
32.190
3.295
16.503 2.016 520
3.1.6.40
Handhaving openbaar gebied Handhaving bedrijvigheid Veiligheid
31.077
-3.755
Totaal
Armoedebeleid
17.926
-502
17.424
17.627
-‐597
27.754
17.424
3.489
-2.833
-‐502
2.892
30.587
17.926
-‐597
27.322
Armoedebeleid Inkomensondersteuning
3.489
17.627
-‐497
-497
17.130
17.130
Totaal
Sport Sport
-2.267 -‐5.328 -‐867 -‐5.628 -‐240 0 -‐2.441 -‐45 -‐8.262
4.1.7.30
Progammabegroting 2012
2.892
178
Bedragen x € 1.000,-
Prod.nr.
Programma / Product
Lasten
2014 Baten
Saldo
Lasten
2015 Baten
Saldo
2.1.1.10 Totaal 2.1.2.60 2.1.2.65 2.1.2.70 2.1.2.75 2.1.2.80 2.1.2.85 2.1.2.90 2.1.2.95 4.1.2.10
Cultuur Cultuurbeleid
21.983
22.900
-‐1.167
21.733
Onderwijs en jeugd
23.720 9.009 3.140 7.059 3.834 806 2.807 415 20.492 2.103
-‐1.737
Totaal
Cultuur Onderwijs en jeugd Brede school Startkwalificatie Jeugd en zorg Coalitie voor de jeugd Jeugd en veiligheid Volwasseneneducatie Hoger onderwijs Accommodaties Leerlingenvervoer
23.720
Sport
22.400
Zorg en welzijn Zorg-‐ en ouderenbeleid
24.372
5.1.3.10 Totaal
2.1.4.10 2.1.4.20 2.1.4.30 3.1.4.30 4.1.4.10 Totaal 2.1.5.10 2.1.5.30 Totaal 2.1.6.30 3.1.6.10 3.1.6.20 3.1.6.30
Sport Sport
Soc. infrastructuur en welzijn Maatschappelijk werk Realisatie multifunct. Accommodaties Maatschappelijke ondersteuning
Zorg en welzijn Integratie Multiculturele samenleving Beleid inburgering Integratie Veiligheid Veiligheidsbeleid Handhaving Wonen Veiligheid in de wijk
3.1.6.40
Handhaving openbaar gebied Handhaving bedrijvigheid
Totaal
Armoedebeleid
Totaal 4.1.7.30
179
Veiligheid Armoedebeleid Inkomensondersteuning
Bijlage 2 - Budgetoverzichten
-1.737 -‐4.820 -‐867 -‐4.928 -‐205 0 -‐2.441 -‐45 -‐1.766
21.983 4.189 2.273 2.131 3.629 806 366 370 18.726 2.103
22.900 8.922 3.140 7.059 3.834 806 2.807 415 20.286 2.103
-8.360
14.040
-‐378
23.994
0
4.012
-‐211
31.122
49.665
-15.072
34.593
22.400
-‐8.360
14.040
9.654 4.012
-‐235
1.771
-‐1.771
71.142 2.518 545
-2.595 -‐52 0
5.919
-‐96
31.333
3.063 17.602 2.157 1.274 3.489
30.441 17.228 17.228
-52 -‐1.097 -‐145 -‐754 -‐597
-2.689 -‐492 -492
9.419 0
-1.167 -‐4.820 -‐867 -‐4.928 -‐205 0 -‐2.441 -‐45 -‐1.762
21.733 4.102 2.273 2.131 3.629 806 366 370 18.524 2.103
22.422
-8.360
14.062
24.387
-‐378
24.009
49.372
-15.068
22.422
-‐8.360
9.654 4.012
-‐235
0
34.304 14.062
9.419 4.012
4.379
-‐4.379
68.547 2.466 545
73.432 2.501 545
-5.203 -‐52 0
68.229 2.449 545
5.823
5.919
-‐96
5.823
3.011 16.505 2.012 520 2.892
27.752 16.736 16.736
31.000
3.046 17.529 2.157 909 3.489
30.003 17.140 17.140
-‐211
-52 -‐1.097 -‐145 0 -‐597
-1.935 -‐486 -486
0
30.789
2.994 16.432 2.012 909 2.892
28.068 16.654 16.654
Bedragen x € 1.000,Prod.nr.
Programma / Product
2.2.1.10 2.2.1.20
Economie Structuurversterking Deelnemingen
8.2.1.10 8.2.1.20
Toerisme en recreatie Evenementen en vrije tijd
3.2.1.30 Totaal 4.2.2.10 Totaal 2.3.1.30
Realisatie bedrijfshuisvesting
Economie Arbeidsmarktbeleid Werk en Bijstand Arbeidsmarktbeleid
Stedelijke inrichting / stedenbouw Beleid ruimtelijke ordening
3.3.1.20 3.3.1.70
Woonomgevingverbetering Bestemmingsplannen Stedelijke inrichting / stedenbouw
2.3.2.10 3.3.2.10 3.3.2.30
Wonen Wonen Realisatie herstructurering Realisatie woningbouw
3.3.3.10
Verkeer en vervoer realisatie
Totaal
Totaal 2.3.3.10 3.3.3.20 3.3.3.30 3.3.3.40 Totaal 2.3.4.10 2.3.4.20 2.3.4.30
3.3.5.20 3.3.5.40 Totaal
Baten
Saldo
3.875 3.978
-‐1.730 -‐22.170
2.145 -‐18.192
3.196 4.044
-‐982 -‐21.417
2.214 -‐17.373
707 1.646
-‐654 -‐2.119
53 -‐473
-‐654 -‐2.135
53 -‐489
60.576 70.782 148.415
-‐60.574
-87.247 -‐126.402
148.415
-126.402
Milieu
Water, natuur en landschap Beleid groen en water Beheer groen en recreatie Beheer riolering & waterhuishouding Realisatie groen en water
Water, natuur en landschap
-‐58.753
-16.465 22.013
68.348 142.359
-83.941 -‐120.681
707 1.646
22.013
142.359
-120.681
2
-15.593 21.678 21.678
843 2.238
-‐404
5.389
-‐592 -‐544
1.960
3.905
842 2.240
-‐347
-1.540
251 1.694
2.307
5.445
-‐592 -‐544
1.960
-1.483
3.906
5.762 13.285 12.739
-‐5.750 -‐13.285 -‐12.733
12 0 6
5.286 4.534 30.289
-‐5.325 -‐4.534 -‐30.283
-‐39 0 6
-‐16.544 -‐1.125 -‐349
Reiniging openbaar gebied
58.755
17.344 15.772 6.225
Verkeer en vervoer Milieu Milieubeleid Bodem Geluid
2
2.364
Beheer parkeren Beheer infrastructuur Beheer verkeer
Inzameling huishoudelijk afval
2.3.5.10 3.3.5.10
Lasten
-31.768 -‐239
5.3.4.40
Saldo
31.786 1.267
Schoonhouden openbaar gebied
Totaal
2013
Baten
Wonen Verkeer en vervoer Beleid verkeer en vervoer
3.3.4.10 5.3.4.10
2012 Lasten
15.919
-‐11.928
250 1.696
18 1.028
40.109 3.073
-40.142 -‐2.045
-33 1.028
800 14.647 5.876
13.253 16.470 6.301
-‐13.253 -‐1.125 -‐349
0 15.345 5.952
3.991
4.533
0
4.533
56.527 2.937 4.095 879
-30.185 -‐1.663 -‐1.790 -‐234
26.342 1.274 2.305 645
43.630 2.626 3.796 954
-16.772 -‐1.421 -‐1.476 -‐301
26.858 1.205 2.320 653
706
-‐4
702
706
-‐4
702
5.585
0
5.585
5.519
0
5.519
16.323
30.525
-‐1.433
-5.124
14.890
25.401
16.171
29.772
-‐1.433
-4.635
25.137
795 8.132
-‐284 -‐494
511 7.638
795 7.907
-‐284 -‐510
511 7.397
11.354 1.265
-‐68
12.096
21.546
-‐190
11.286
-1.036
20.510
1.075
14.738
1.358
-‐67
22.156
-‐100
12.029
-961
21.195
Programmabegroting 2012
1.258 180
Bedragen x € 1.000,Prod.nr.
Programma / Product
3.2.1.30
Realisatie bedrijfshuisvesting
2.2.1.10 2.2.1.20
Economie Structuurversterking Deelnemingen
8.2.1.10 8.2.1.20
Toerisme en recreatie Evenementen en vrije tijd
Totaal 4.2.2.10 Totaal 2.3.1.30
Beleid ruimtelijke ordening
Woonomgevingverbetering Bestemmingsplannen Stedelijke inrichting / stedenbouw
2.3.2.10 3.3.2.10 3.3.2.30
Wonen Wonen Realisatie herstructurering Realisatie woningbouw
2014 Baten
Saldo
Lasten
2015 Baten
Saldo
2.362 4.029
-‐78 -‐21.426
2.284 -‐17.397
2.362 4.029
-‐78 -‐21.407
2.284 -‐17.378
707 1.646
-‐654 -‐2.150
53 -‐504
-‐654 -‐2.165
53 -‐519
48.846
2
12.603
-‐12.601
138.088
-73.152 -‐116.383
-116.383
-15.562 21.705 21.705
21.347 136.809
136.809
-36.905 -‐115.079
-115.079
-15.558 21.730
2.260
-‐331
1.929
1.760
-‐331
1.429
57.590 138.088
-‐48.844
707 1.646
2
21.730
840 2.239
5.339
-‐592 -‐544
-1.467
248 1.695
3.872
248 2.238
4.246
-‐1 -‐544
247 1.694
-876
3.370
5.227 5.046 14.746
-‐5.266 -‐5.046 -‐14.740
-‐39 0 6
5.227 1.054 15.429
-‐5.266 -‐1.054 -‐15.423
-‐39 0 6
Totaal 2.3.3.10
Wonen Verkeer en vervoer Beleid verkeer en vervoer
25.019 1.267
-25.052 -‐239
-33 1.028
21.710 1.267
-21.743 -‐239
-33 1.028
3.3.3.20 3.3.3.30 3.3.3.40
Beheer parkeren Beheer infrastructuur Beheer verkeer
14.303 16.173 6.368
-‐14.303 -‐1.125 -‐349
0 15.048 6.019
13.303 16.232 6.465
-‐13.303 -‐1.125 -‐349
0 15.107 6.116
3.3.3.10
Verkeer en vervoer realisatie
Totaal
Verkeer en vervoer
2.3.4.10 2.3.4.20 2.3.4.30
Milieu Milieubeleid Bodem Geluid
5.3.4.10
Reiniging openbaar gebied
3.3.4.10 5.3.4.40
Schoonhouden openbaar gebied Inzameling huishoudelijk afval
Totaal
Milieu
2.3.5.10 3.3.5.10
Water, natuur en landschap Beleid groen en water Beheer groen en recreatie Beheer riolering & waterhuishouding Realisatie groen en water
3.3.5.20 3.3.5.40 Totaal
Arbeidsmarktbeleid Stedelijke inrichting / stedenbouw
3.3.1.20 3.3.1.70 Totaal
181
Economie Arbeidsmarktbeleid Werk en Bijstand
Lasten
Water, natuur en landschap
Bijlage 2 - Budgetoverzichten
4.169
0
4.169
4.441
4.441
42.280
-16.016
26.264
41.708
-15.016
26.692
1.815 3.587 845
-‐610 -‐1.312 -‐215
1.205 2.275 630
1.775 2.537 602
-‐610 -‐1.312 -‐215
1.165 1.225 387
5.459 706
16.055
0
-‐4
-‐1.433
5.459 702
14.622
5.499 706
16.055
0
5.499
-‐1.433
14.622
-‐4
702
28.467
-3.574
24.893
27.174
-3.574
23.600
795 7.699
-‐284 -‐527
511 7.172
795 7.750
-‐284 -‐544
511 7.206
1.535
-‐100
1.199
354
12.816 22.845
-‐66
12.750
13.519
-977
21.868
23.263
1.435
-‐66
13.453
-540
22.723
1.553
Bedragen x € 1.000,Prod.nr.
Programma / Product
1.4.1.10
Raad, commissies en griffie
Totaal
Bestuur Dienstverlening / Belastingen & tarieven Centraal meldpunt Gebiedsmanagement Beheer gemeentegebouwen Gebruik openbare ruimte Grondexploitatie algemeen Burgerzaken Bouwen en wonen Ondernemerszaken Belastingheffingen Bestemmingsheffingen Dienstverlening / Belastingen & tarieven
1.4.1.20 1.4.1.30 2.4.1.10 3.4.2.10 3.4.2.30 3.4.2.50 3.4.3.10 3.4.3.20 4.4.2.10 4.4.2.20 4.4.2.30 4.4.3.10 4.4.3.20 Totaal 1.4.4.30 1.4.4.40 1.4.4.50 2.4.4.10 2.4.4.30 2.4.4.40 3.4.4.10 3.4.4.40 4.4.4.10 5.4.4.10 5.4.4.45 8.4.4.10 8.4.4.30 8.4.4.40 8.4.4.50 8.4.4.55 8.4.4.60 8.4.4.70 8.4.4.80 8.4.4.90 8.4.4.95 Totaal
Bestuur
College Concernstaf Onderzoek en informatie
Algemene middelen / Interne dienstverlening Diversen Reserves Algemene uitkering Bijzondere baten en lasten Diversen Reserves Bijzondere baten en lasten Reserves Bijzondere baten en lasten Bijzondere baten en lasten Dienstverlening BAT Stadsreiniging Bijzondere baten en lasten Diversen Faciliteiten Informatisering Personeel Financiële administratie Juridische zaken Communicatie Financiering Beleggingen Algemene middelen / Interne dienstverlening TOTAAL
Lasten
2012 Baten
Saldo
Lasten
2013 Baten
Saldo
3.007
0
3.007
3.007
0
3.007
2.347 7.661 704
-‐3 -‐2.702 -‐51
2.344 4.959 653
2.347 6.583 704
-‐3 -‐1.623 -‐51
2.344 4.960 653
13.719
-2.756
10.963
12.641
-1.677
10.964
660 7.125 37.493 2.371 12.429 8.286 4.964 3.435 4.437 1.359
82.559
-‐26 -‐1.935 -‐38.642 -‐3.004 -‐11.904 -‐4.114 -‐5.657 -‐917 -‐38.330 -‐35.479
-140.008
634 5.190 -‐1.149 -‐633 525 4.172 -‐693 2.518 -‐33.893 -‐34.120
-57.449
660 7.007 38.250 2.371 11.863 8.111 4.940 3.230 4.436 1.358
82.226
-‐26 -‐1.921 -‐39.854 -‐3.017 -‐11.338 -‐3.884 -‐5.651 -‐721 -‐39.127 -‐36.006
-141.545
634 5.086 -‐1.604 -‐646 525 4.227 -‐711 2.509 -‐34.691 -‐34.648
-59.319
568 38.987 2.437 2.543 0 3.825 1.652 18.885 -‐757 -‐85
0 -‐36.433 -‐232.000 -‐61 0 -‐3.825 -‐1.558 -‐18.885 -‐23 0
568 2.554 -‐229.563 2.482 0 0 94 0 -‐780 -‐85
-‐1.923 4.796 1.493 2.539 4 1.223 1.740 -‐127 -‐557 -‐89
0 -‐2.234 -‐225.800 -‐62 0 -‐1.302 -‐1.558 127 -‐260 0
-‐1.923 2.562 -‐224.307 2.477 4 -‐79 182 0 -‐817 -‐89
863 19.213 12.366 2.704 3.340 2.363 6.429 32.263 8.336
162.732
-‐132 -‐17.981 -‐11.915 -‐2.215 -‐3.186 -‐553 -‐6.090 -‐36.784 -‐11.745
-389.477
731 1.232 451 489 154 1.810 339 -‐4.521 -‐3.409
-226.745
459 19.153 12.351 2.704 3.340 2.363 6.187 32.263 8.336
103.031
-‐132 -‐17.986 -‐11.729 -‐2.215 -‐3.186 -‐553 -‐6.061 -‐36.784 -‐11.745
-327.571
327 1.167 622 489 154 1.810 126 -‐4.521 -‐3.409
-224.540
860.365
-865.103
-4.738
771.253
-771.796
-543
6.397 403
-‐6.091 0
306 403
6.365 411
-‐6.091 0
274 411
Programmabegroting 2012
182
Bedragen x € 1.000,Prod.nr.
Programma / Product Bestuur
2015
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
0
3.007
3.007
0
3.007
1.4.1.10
Raad, commissies en griffie
3.007
Totaal
Bestuur Dienstverlening / Belastingen & tarieven Centraal meldpunt Gebiedsmanagement Beheer gemeentegebouwen Gebruik openbare ruimte Grondexploitatie algemeen Burgerzaken Bouwen en wonen Ondernemerszaken Belastingheffingen Bestemmingsheffingen Dienstverlening / Belastingen & tarieven
11.853
-890
10.963
9.608
-519
9.089
660 6.276 37.642 2.371 11.295 8.916 4.938 3.232 4.431 1.354
81.115
-‐26 -‐1.207 -‐38.919 -‐3.031 -‐10.770 -‐4.114 -‐5.650 -‐737 -‐40.031 -‐36.511
-140.996
634 5.069 -‐1.277 -‐660 525 4.802 -‐712 2.495 -‐35.600 -‐35.157
-59.881
660 5.984 37.853 2.371 11.547 8.276 4.938 3.232 4.431 1.354
80.646
-‐26 -‐933 -‐39.462 -‐3.045 -‐11.022 -‐3.859 -‐5.653 -‐754 -‐40.947 -‐37.235
-142.936
634 5.051 -‐1.609 -‐674 525 4.417 -‐715 2.478 -‐36.516 -‐35.881
-62.290
-‐3.942 4.009 1.361 2.540 4 100 1.752 -‐259 -‐879 -‐86
0 -‐1.447 -‐222.000 -‐62 0 -‐100 -‐1.748 259 -‐6 0
-‐3.942 2.562 -‐220.639 2.478 4 0 4 0 -‐885 -‐86
-‐7.927 3.638 0 2.540 4 100 1.752 0 -‐1.217 -‐86
0 -‐1.076 -‐208.500 -‐62 0 -‐100 -‐1.748 0 -‐6 0
-‐7.927 2.562 -‐208.500 2.478 4 0 4 0 -‐1.223 -‐86
259 19.151 12.389 2.704 3.340 2.363 5.152 32.263 8.336
97.313
-‐132 -‐17.989 -‐11.729 -‐2.215 -‐3.186 -‐553 -‐4.806 -‐36.784 -‐11.745
-320.334
127 1.162 660 489 154 1.810 346 -‐4.521 -‐3.409
-223.021
259 19.159 12.357 2.704 3.340 2.363 4.585 32.263 8.336
90.926
-‐132 -‐17.989 -‐11.729 -‐2.215 -‐3.186 -‐553 -‐4.806 -‐36.784 -‐11.745
-306.722
127 1.170 628 489 154 1.810 -‐221 -‐4.521 -‐3.409
-215.796
727.568
-729.838
-2.270
675.752
-676.181
-429
1.4.1.20 1.4.1.30 2.4.1.10 3.4.2.10 3.4.2.30 3.4.2.50 3.4.3.10 3.4.3.20 4.4.2.10 4.4.2.20 4.4.2.30 4.4.3.10 4.4.3.20 Totaal 1.4.4.30 1.4.4.40 1.4.4.50 2.4.4.10 2.4.4.30 2.4.4.40 3.4.4.10 3.4.4.40 4.4.4.10 5.4.4.10 5.4.4.45 8.4.4.10 8.4.4.30 8.4.4.40 8.4.4.50 8.4.4.55 8.4.4.60 8.4.4.70 8.4.4.80 8.4.4.90 8.4.4.95 Totaal
College Concernstaf Onderzoek en informatie
Algemene middelen / Interne dienstverlening Diversen Reserves Algemene uitkering Bijzondere baten en lasten Diversen Reserves Bijzondere baten en lasten Reserves Bijzondere baten en lasten Bijzondere baten en lasten Dienstverlening BAT Stadsreiniging Bijzondere baten en lasten Diversen Faciliteiten Informatisering Personeel Financiële administratie Juridische zaken Communicatie Financiering Beleggingen Algemene middelen / Interne dienstverlening
TOTAAL
183
2014 Lasten
Bijlage 2 - Budgetoverzichten
2.347 5.795 704
6.337 419
-‐3 -‐836 -‐51
-‐6.091 0
2.344 4.959 653
246 419
2.347 3.550 704
6.337 419
-‐3 -‐465 -‐51
-‐6.091 0
2.344 3.085 653
246 419
Bedragen x € 1.000,-
Prod.nr.
Programma / Product
Portefeuillehouder
Lasten
2.1.1.10 Totaal 2.1.2.60 2.1.2.65 2.1.2.70 2.1.2.75 2.1.2.80 2.1.2.85 2.1.2.90 2.1.2.95 4.1.2.10
Cultuur Cultuurbeleid
28.457
Totaal
Cultuur Onderwijs en jeugd Brede school Startkwalificatie Jeugd en zorg Coalitie voor de jeugd Jeugd en veiligheid Volwasseneneducatie Hoger onderwijs Accommodaties Leerlingenvervoer
Frenk / De Vries
Onderwijs en jeugd
5.1.3.10 Totaal
2.1.4.10 2.1.4.20 2.1.4.30 3.1.4.30 4.1.4.10 Totaal
24.037
-8.354
15.683
Zorg en welzijn Zorg-‐ en ouderenbeleid
Wethouder Frenk Frenk / Hamming / De Vries Wethouder Frenk
26.256
-‐7.109
19.147
Soc. infrastructuur en welzijn Maatschappelijk werk
Realisatie multifunct. accomm.
Totaal
4.1.7.30 Totaal
Wethouder Frenk
Zorg en welzijn
Integratie
Frenk / Hamming / De Vries Hamming / Frenk
Integratie
3.1.6.40
Wethouder Hamming
Maatschappelijke ondersteuning Wethouder Frenk
Totaal
3.1.6.30
Sport
Sport Sport
Beleid inburgering
-28.955
36.088
24.037
-‐8.354
15.683
27.192
-‐16.295
10.897
1.411
37.694
-‐1.411
96.560
-‐4.717
0
-29.579
66.981
4.993
-‐1.636
3.357
9.368
-4.907
4.461
-‐2.313 -‐116 -‐1.067
15.509 1.830 612
-‐700
2.697
4.007
4.375
Burgemeester Burgemeester Burgemeester
17.822 1.946 1.679
Handhaving bedrijvigheid
Burgemeester
3.397
Veiligheid
Armoedebeleid Inkomensondersteuning Armoedebeleid
Burgemeester / Lauwerier
24.736 10.205 1.503 1.664 3.760 373 665 428 14.902 2.588
65.043
Veiligheid Veiligheidsbeleid Handhaving Wonen Veiligheid in de wijk
Handhaving openbaar gebied
-3.721 -‐2.569 -‐654 -‐5.798 -‐2.260 -‐1.432 -‐4.999 -‐128 -‐11.082 -‐33
24.736
28.457 12.774 2.157 7.462 6.020 1.805 5.664 556 25.984 2.621
Multiculturele samenleving
2.1.6.30 3.1.6.10 3.1.6.20
-‐3.721
Saldo
Wethouder Moorman Wethouder Moorman Wethouder Moorman Wethouder Moorman Wethouder Moorman Wethouder Moorman Wethouder Moorman Wethouder Moorman Wethouder Moorman
2.1.5.10 2.1.5.30
Rekening 2010 Baten
5.167
-‐47
-‐3.271
-‐235
3.960
32.977
1.104
4.932
30.011
-4.431
25.580
19.292
-5.535
13.757
Wethouder Hamming
19.292
-‐5.535
Programmabegroting 2012
13.757 184
Bedragen x € 1.000,-
Prod.nr.
Programma / Product
Lasten
2.1.1.10 Totaal 2.1.2.60 2.1.2.65 2.1.2.70 2.1.2.75 2.1.2.80 2.1.2.85 2.1.2.90 2.1.2.95 4.1.2.10
Cultuur Cultuurbeleid
Totaal
Cultuur Onderwijs en jeugd Brede school Startkwalificatie Jeugd en zorg Coalitie voor de jeugd Jeugd en veiligheid Volwasseneneducatie Hoger onderwijs Accommodaties Leerlingenvervoer
27.903
Onderwijs en jeugd
27.903 11.001 3.251 8.084 3.971 1.013 4.476 436 28.798 2.110
Sport
22.201
Zorg en welzijn Zorg-‐ en ouderenbeleid Sociale infrastructuur en welzijn Maatschappelijk werk Realisatie multifunctionele accommodaties Maatschappelijke ondersteuning
5.1.3.10 Totaal
2.1.4.10 2.1.4.20 2.1.4.30 3.1.4.30 4.1.4.10 Totaal
-‐2.073
-2.073 -‐4.981 -‐867 -‐6.375 -‐240 0 -‐3.708 -‐45 -‐13.131 0
Saldo 25.830
Begroting 2012 Lasten Baten 24.839
-‐2.267
22.572
25.830 6.020 2.384 1.709 3.731 1.013 768 391 15.667 2.110
24.839 9.606 3.138 7.759 3.868 964 3.176 415 25.833 2.220
-8.076
14.125
22.474
-8.279
14.195
46.068
-‐19.935
26.133
24.944
-‐493
24.451
4.060
-‐32
4.028
0
4.013
29.668
63.140
-29.347
33.793
22.201
-‐8.076
14.125
10.426 259
-‐245 -‐259
10.181 0
-2.267 -‐5.328 -‐867 -‐5.628 -‐240 0 -‐2.441 -‐45 -‐8.262
Saldo
22.572 4.278 2.271 2.131 3.628 964 735 370 17.571 2.220
56.979
-22.811
34.168
22.474
-‐8.279
14.195
9.657 4.013
-‐240
5.652
-‐5.652
9.417 0
34.378
95.191
-‐1.500
-21.971
32.878
73.220
32.651
76.917
-‐2.983
-9.368
67.549
4.351
-‐1.047
3.304
3.394 2.723
-‐400 -‐2.178
2.994 545
2.1.5.10
Multiculturele samenleving
Totaal
Integratie
11.286
-7.159
4.127
6.117
-2.578
3.539
Veiligheid Veiligheidsbeleid Handhaving Wonen Veiligheid in de wijk
17.923 2.455 1.502
-‐2.128 -‐195 -‐819
15.795 2.260 683
17.902 2.177 1.324
-‐2.163 -‐145 -‐754
15.739 2.032 570
-‐597
2.819
3.489
-‐597
2.892
2.1.6.30 3.1.6.10 3.1.6.20 3.1.6.30 3.1.6.40 Totaal
4.1.7.30 Totaal
185
Zorg en welzijn
Integratie
2.1.5.30
Sport Sport
Begroting 2011 Baten
Beleid inburgering
Handhaving openbaar gebied Handhaving bedrijvigheid
6.935
5.914 3.416
-‐6.112
-‐96
823
5.818
6.185
-‐96
6.089
Veiligheid
31.210
-3.835
27.375
31.077
-3.755
27.322
Armoedebeleid Inkomensondersteuning
19.363
-‐3.913
15.450
17.926
-‐502
17.424
Armoedebeleid
Bijlage 2 - Budgetoverzichten
19.363
-3.913
15.450
17.926
-502
17.424
Bedragen x € 1.000,Prod.nr.
Portefeuillehouder
2.2.1.10 2.2.1.20
Economie Structuurversterking Deelnemingen
8.2.1.10 8.2.1.20
Toerisme en recreatie Evenementen en vrije tijd
Wethouder De Ridder Wethouder Möller De Ridder / Moorman / De Vries Wethouder De Ridder Möller / De Ridder
Arbeidsmarktbeleid
3.2.1.30 Totaal 4.2.2.10 Totaal 2.3.1.30 3.3.1.20 3.3.1.70 Totaal
Realisatie bedrijfshuisvesting Economie Arbeidsmarktbeleid Werk en Bijstand
Stedelijke inrichting / stedenbouw
Beleid ruimtelijke ordening Woonomgevingverbetering Bestemmingsplannen Stedelijke inrichting / stedenbouw
2.3.2.10 3.3.2.10 3.3.2.30
Wonen Wonen Realisatie herstructurering Realisatie woningbouw
3.3.3.10
Verkeer en vervoer realisatie
Totaal 2.3.3.10 3.3.3.20 3.3.3.30 3.3.3.40 Totaal 2.3.4.10 2.3.4.20 2.3.4.30 3.3.4.10 5.3.4.10 5.3.4.40 Totaal 2.3.5.10 3.3.5.10 3.3.5.20 3.3.5.40 Totaal
Programma / Product
Wethouder Hamming
Möller / Moorman / Frenk
Rekening 2010 Lasten
Baten
Saldo
6.964 4.321
-‐4.830 -‐21.937
2.134 -‐17.616
832 1.718
-‐480 -‐2.150
352 -‐432
67.840 81.675 173.115
-‐67.769
71
-97.166 -‐146.369
-15.491 26.746
6.920
-‐4.434
2.486
173.115
-146.369
26.746
Hamming / Lauwerier Lauwerier / Möller
1.298 2.987
11.205
-‐1.002 -‐940
296 2.047
-6.376
4.829
Wethouder De Vries Wethouder De Vries Wethouder De Vries
4.031 7.832 40.003
-‐2.819 -‐7.832 -‐39.303
1.212 0 700
Wonen Verkeer en vervoer Beleid verkeer en vervoer
Wethouder Lauwerier
51.866 990
-49.954 -‐280
1.912 710
Beheer parkeren Beheer infrastructuur Beheer verkeer
Wethouder Lauwerier Wethouder Lauwerier Wethouder Lauwerier
15.727 33.946 7.939
-‐15.359 -‐18.917 -‐2.249
368 15.029 5.690
Schoonhouden openbaar gebied
Wethouder Lauwerier
Inzameling huishoudelijk afval Milieu
Wethouder Lauwerier
Water, natuur en landschap Beleid groen en water Beheer groen en recreatie Beheer riolering & waterhuishouding Realisatie groen en water
Verkeer en vervoer Milieu Milieubeleid Bodem Geluid
Reiniging openbaar gebied
Water, natuur en landschap
Wethouder Lauwerier
De Vries / Lauwerier Wethouder De Vries Wethouder De Vries
Wethouder Lauwerier
11.457
-‐7.727
3.730
70.059 8.543 4.599 374
-44.532 -‐6.880 -‐3.167 -‐77
25.527 1.663 1.432 297
1.111
-‐2
1.109
6.138
-‐408
5.730
15.611
36.376
-‐987
-11.521
24.855
Wethouder Moorman Wethouder Moorman
869 10.559
-‐428 -‐1.870
441 8.689
Wethouder Moorman
995
-‐230
Wethouder Moorman
8.765
21.188
14.624
-‐251
8.514
-2.779
18.409
765
Programmabegroting 2012
186
Bedragen x € 1.000,Prod.nr.
2.2.1.10 2.2.1.20
Economie Structuurversterking Deelnemingen
8.2.1.10 8.2.1.20
Toerisme en recreatie Evenementen en vrije tijd
3.2.1.30 Totaal 4.2.2.10 Totaal 2.3.1.30 3.3.1.20 3.3.1.70 Totaal
5.3.4.10 5.3.4.40 Totaal 2.3.5.10 3.3.5.10 3.3.5.20
3.3.5.40 Totaal
Baten
Saldo
3.875 3.978
-‐1.730 -‐22.170
2.145 -‐18.192
-‐591 -‐2.103
178 -‐462
707 1.646
-‐654 -‐2.119
53 -‐473
132.978 157.223
-147.764 -‐135.163
Arbeidsmarktbeleid
Stedelijke inrichting / stedenbouw
Beleid ruimtelijke ordening Woonomgevingverbetering Bestemmingsplannen Stedelijke inrichting / stedenbouw
Verkeer en vervoer realisatie
3.3.4.10
Lasten
Economie Arbeidsmarktbeleid Werk en Bijstand
3.3.3.10
Totaal 2.3.4.10 2.3.4.20 2.3.4.30
Saldo 2.794 -‐17.298
-‐114.287
769 1.641
157.223
-135.163
Water, natuur en landschap Beleid groen en water Beheer groen en recreatie Beheer riolering & waterhuishouding Realisatie groen en water
Water, natuur en landschap
Bijlage 2 - Budgetoverzichten
22.060
148.415
-126.402
-16.465 22.013
22.013
926 2.058
4.352
843 2.238
5.445
-‐592 -‐544
1.960
-2.053
315 1.458
-‐404
6.405
-‐611 -‐600
2.364
-1.540
3.905
8.179 13.588 28.817
-‐8.347 -‐13.588 -‐28.811
-‐168 0 6
5.762 13.285 12.739
-‐5.750 -‐13.285 -‐12.733
12 0 6
-‐15.155 -‐8.236 -‐349
-87.247 -‐126.402
2.579
16.755 25.412 5.923
Milieu
70.782 148.415
2
Beheer parkeren Beheer infrastructuur Beheer verkeer
Inzameling huishoudelijk afval
-14.786 22.060
-‐60.574
-‐842
-50.746 -‐255
Reiniging openbaar gebied
60.576
50.584 856
Schoonhouden openbaar gebied
2
3.421
Wonen Verkeer en vervoer Beleid verkeer en vervoer
Verkeer en vervoer Milieu Milieubeleid Bodem Geluid
Begroting 2012
Baten -‐12.525 -‐18.258
114.289
Wonen Wonen Realisatie herstructurering Realisatie woningbouw
3.3.3.20 3.3.3.30 3.3.3.40
Begroting 2011 Lasten 15.319 960
Realisatie bedrijfshuisvesting
2.3.2.10 3.3.2.10 3.3.2.30 Totaal 2.3.3.10
187
Programma / Product
24.181
-‐19.600
-162 601
31.786 1.267
-31.768 -‐239
1.600 17.176 5.574
17.344 15.772 6.225
-‐16.544 -‐1.125 -‐349
4.581
15.919
-‐11.928
251 1.694
18 1.028
3.991
800 14.647 5.876
73.127 6.405 4.510 775
-43.595 -‐4.594 -‐2.094 -‐193
29.532 1.811 2.416 582
56.527 2.937 4.095 879
-30.185 -‐1.663 -‐1.790 -‐234
26.342 1.274 2.305 645
638
-‐4
634
706
-‐4
702
6.041
0
6.041
5.585
0
5.585
16.617
34.986
-‐890
-7.775
15.727
27.211
16.323
30.525
-‐1.433
-5.124
25.401
693 9.794
-‐1.141 -‐1.177
-‐448 8.617
795 8.132
-‐284 -‐494
511 7.638
819
9.920
-‐39
-2.457
719
11.354
21.226
-‐100
9.881
14.890
21.546
-‐190
11.286
18.769
1.265
-‐68
-1.036
20.510
1.075
Bedragen x € 1.000,Prod.nr.
Programma / Product
Portefeuillehouder
Bestuur
1.4.1.10
Raad, commissies en griffie
Burgemeester
Totaal
Bestuur
1.4.1.20 1.4.1.30 2.4.1.10
College Concernstaf Onderzoek en informatie
Burgemeester Burgemeester Burgemeester
Rekening 2010 Lasten
Baten
Saldo
3.009
-‐25
2.984
3.598 5.736 1.067
-‐36 -‐1.276 -‐335
3.562 4.460 732
13.410
-1.672
11.738
770
-‐28
742
3.4.2.10
Dienstverlening / Belastingen & tarieven Centraal meldpunt
Wethouder Lauwerier
3.4.2.50 3.4.3.10 3.4.3.20 4.4.2.10 4.4.2.20
Beheer gemeentegebouwen Gebruik openbare ruimte Grondexploitatie algemeen Burgerzaken Bouwen en wonen
Wethouder Möller Möller / De Ridder Wethouder De Vries Burgemeester/ Möller Wethouder Möller
Belastingheffingen Bestemmingsheffingen Dienstverlening / Belastingen & tarieven
Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder
4.978 1.131
113.393
-‐34.217 -‐34.700
-162.899
-49.506
Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder
8 27.563 5.704 -‐239 32 22.731 2.278 3.231 3.664 57
-‐815 -‐27.054 -‐245.749 -‐476 -‐32 -‐27.860 -‐1.566 -‐2.893 -‐697 -‐100
-‐807 509 -‐240.045 -‐715 0 -‐5.129 712 338 2.967 -‐43
Wethouder De Ridder
960
0
960
3.4.2.30
4.4.2.30 4.4.3.10 4.4.3.20 Totaal
1.4.4.30 1.4.4.40 1.4.4.50 2.4.4.10 2.4.4.30 2.4.4.40 3.4.4.10 3.4.4.40 4.4.4.10 5.4.4.10 5.4.4.45 8.4.4.10 8.4.4.30 8.4.4.40 8.4.4.50 8.4.4.55 8.4.4.60 8.4.4.70 8.4.4.80 8.4.4.90 8.4.4.95
Gebiedsmanagement
Ondernemerszaken
Algemene middelen / Interne dienstverlening Diversen Reserves Algemene uitkering Bijzondere baten en lasten Diversen Reserves Bijzondere baten en lasten Reserves Bijzondere baten en lasten Bijzondere baten en lasten Dienstverlening BAT Stadsreiniging Bijzondere baten en lasten
Frenk / Hamming / De Vries
Burgem./Ridder/Hamming/Vries
Wethouder Lauwerier
23.665
-‐17.134
6.531
3.735
-‐1.233
2.502
39.212 2.346 24.156 8.442 4.958
6.531
-‐6.140
-‐29.239 -‐33.569
391
Wethouder De Ridder Frenk / Möller Wethouder Möller Wethouder De Vries Wethouder De Ridder Burgemeester Burgemeester Wethouder De Ridder Wethouder De Ridder
TOTAAL
1.010.199
-1.016.858
-6.659
165.144
-‐2.405 -‐19.082 -‐12.357 -‐2.305 -‐3.216 -‐662 -‐6.878 -‐35.356 -‐12.465
1.259 -‐750 -‐417 4.287 -‐852
Diversen Faciliteiten Informatisering Personeel Financiële administratie Juridische zaken Communicatie Financiering Beleggingen Algemene middelen / Interne dienstverlening
Totaal
3.511 19.692 12.359 2.607 3.089 2.422 7.329 32.564 9.051
-‐37.953 -‐3.096 -‐24.573 -‐4.155 -‐5.810
-408.108
1.106 610 2 302 -‐127 1.760 451 -‐2.792 -‐3.414
-242.964
Programmabegroting 2012
188
Bedragen x € 1.000,Prod.nr.
Programma / Product
1.4.1.20 1.4.1.30 2.4.1.10
College Concernstaf Onderzoek en informatie
1.4.1.10
Bestuur Raad, commissies en griffie
Totaal
Bestuur
3.4.2.10
Dienstverlening / Belastingen & tarieven Centraal meldpunt
3.4.2.50 3.4.3.10 3.4.3.20 4.4.2.10 4.4.2.20
Beheer gemeentegebouwen Gebruik openbare ruimte Grondexploitatie algemeen Burgerzaken Bouwen en wonen
3.4.2.30
4.4.2.30 4.4.3.10 4.4.3.20 Totaal
1.4.4.30 1.4.4.40 1.4.4.50 2.4.4.10 2.4.4.30 2.4.4.40 3.4.4.10 3.4.4.40 4.4.4.10 5.4.4.10 5.4.4.45 8.4.4.10 8.4.4.30 8.4.4.40 8.4.4.50 8.4.4.55 8.4.4.60 8.4.4.70 8.4.4.80 8.4.4.90 8.4.4.95 Totaal
Gebiedsmanagement
Ondernemerszaken
Belastingheffingen Bestemmingsheffingen Dienstverlening / Belastingen & tarieven Algemene middelen / Interne dienstverlening Diversen Reserves Algemene uitkering Bijzondere baten en lasten Diversen Reserves Bijzondere baten en lasten Reserves Bijzondere baten en lasten Bijzondere baten en lasten Dienstverlening BAT Stadsreiniging Bijzondere baten en lasten Diversen Faciliteiten Informatisering Personeel Financiële administratie Juridische zaken Communicatie Financiering Beleggingen Algemene middelen / Interne dienstverlening
TOTAAL
189
Bijlage 2 - Budgetoverzichten
Lasten
Begroting 2011 Baten
Saldo
Begroting 2012 Lasten Baten
Saldo
2.990
0
2.990
3.007
0
3.007
2.369 5.247 804
-‐3 -‐621 -‐83
2.366 4.626 721
2.347 7.661 704
-‐3 -‐2.702 -‐51
2.344 4.959 653
11.410
-707
10.703
13.719
-2.756
10.963
594
-‐26
568
660
-‐26
634
9.121
-‐3.859
5.262
7.125
-‐1.935
5.190
35.275 2.370 12.371 8.624 5.545
-‐35.959 -‐3.027 -‐11.846 -‐4.182 -‐6.633
-‐684 -‐657 525 4.442 -‐1.088
37.493 2.371 12.429 8.286 4.964
-‐38.642 -‐3.004 -‐11.904 -‐4.114 -‐5.657
-‐1.149 -‐633 525 4.172 -‐693
4.354 1.357
83.335
-‐35.349 -‐34.799
-136.839
-‐30.995 -‐33.442
-53.504
4.437 1.359
82.559
-‐38.330 -‐35.479
-140.008
-‐33.893 -‐34.120
-57.449
600 46.526 3.727 1.195 -‐13 7.834 14.581 1.671 -‐417 1.799
0 -‐45.918 -‐237.950 -‐61 0 -‐12.216 -‐14.153 -‐1.671 -‐6 -‐1.071
600 608 -‐234.223 1.134 -‐13 -‐4.382 428 0 -‐423 728
568 38.987 2.437 2.543 0 3.825 1.652 18.885 -‐757 -‐85
0 -‐36.433 -‐232.000 -‐61 0 -‐3.825 -‐1.558 -‐18.885 -‐23 0
568 2.554 -‐229.563 2.482 0 0 94 0 -‐780 -‐85
2.078
-‐408
1.670
403
0
403
3.724
6.325
-‐1.159
-‐6.076
2.565
249
3.435
6.397
-‐917
-‐6.091
2.518
306
1.096 19.092 11.838 2.711 3.327 2.355 6.665 33.980 8.336
175.306
-‐132 -‐17.735 -‐11.451 -‐2.207 -‐3.179 -‐552 -‐6.269 -‐40.601 -‐11.745
-413.401
964 1.357 387 504 148 1.803 396 -‐6.621 -‐3.409
-238.095
863 19.213 12.366 2.704 3.340 2.363 6.429 32.263 8.336
162.732
-‐132 -‐17.981 -‐11.915 -‐2.215 -‐3.186 -‐553 -‐6.090 -‐36.784 -‐11.745
731 1.232 451 489 154 1.810 339 -‐4.521 -‐3.409
-389.477
-226.745
1.016.874
-1.016.874
0
860.365
-865.103
-4.738
Programmabegroting 2012
190
Bijlage 3
Reserves & Voorzieningen
191
Reserves en voorzieningen Het totaal van de reserves en voorzieningen per 1 januari 2012 bedraagt € 746 miljoen waarvan € 707 miljoen reserves en € 39 miljoen voorzieningen. Voorzieningen zijn ingesteld op grond van een (wettelijke) verplichting. Bestemmingsreserves zijn door de raad voor een bepaald doel geoormerkte gelden. Zodra de doelstelling waartoe de reserve is ingesteld komt te vervallen, valt de bestemmingsreserve vrij en kan er vervolgens een nieuwe bestemming aan worden toegekend door de raad. De algemene reserve daarentegen is een vrije reserve die noodzakelijk is om te kunnen beschikken over een financiële buffer. De (noodzakelijke) omvang van deze reserve, zowel minimum- als maximum, is met de toezichthouder (Provincie) afgesproken aangezien Tilburg, in tegenstelling tot de reguliere handelswijze, binnen haar gemeentelijke begroting geen jaarlijkse post voor onvoorzien opneemt. De reserves zijn gecategoriseerd naar aard en mate waarin deze vrij inzetbaar zijn.
Niet direct inzetbaar € 289
Niet inzetbaar € 287
Bestemde reserves € 55
Vrij inzetbare reserves € 52
Algemene reserve € 24
2011 Totaal reserves per 1 januari Algemene reserve Vrij inzetbare reserves Bestemde reserves Niet direct inzetbaar - effect op exploitatie - gebonden winstbestemming Niet inzetbaar - constructie/gekoppeld - dekking kapitaallasten - effect op algemene middelen/exploitatie
2012
€ € € €
843 mln. 22 mln. 70 mln. 93 mln.
€ € € €
707 mln. 24 mln. 52 mln. 55 mln.
€ €
239 mln. 108 mln.
€ €
239 mln. 50 mln.
€ € €
187 mln. 102 mln. 24 mln.
€ € €
183 mln. 99 mln. 5 mln.
Specifieke toelichtingen De overzichten van de bestedingsplannen van de individuele reserves en voorzieningen zijn niet meer in dit boekwerk opgenomen maar digitaal beschikbaar. Enkele specifieke aandachtspunten worden hierna kort toegelicht. Algemene reserve (A.001) De algemene reserve ultimo 31 december 2012 bedraagt € 24 miljoen en zit daarmee op het maximum zoals vastgesteld.
Programmabegroting 2012
192
Reserve Grootschalige Investeringswerken (B.001) Binnen de RGI bedraagt het vrije saldo per 1 januari 2012 € 31,924 miljoen. In het bestedingsplan van de RGI is het voorstel te stoppen met de ontwikkeling van het Van Gend&Loos-terrein (T-dome) waarmee € 10,5 miljoen vrijvalt binnen de RGI verwerkt. Dit vrijkomende bedrag wordt vervolgens binnen de RGI gereserveerd om lopende projecten, w.o. Stappegoor, vlot te trekken. Vanuit de toezegging Mommerskwartier (textielmuseum in bedrijf 2e fase, maximaal resterend € 0,521 miljoen) en Wilhelminakanaal fase 1,0 (PM) liggen er nog een tweetal claims. De actuele investeringsagenda met hierin opgenomen de in komende jaren te realiseren investeringsprojecten mét eenmalige bijdrage vanuit de RGI, is vertaald in de navolgende prioriteitenlijst waarbij een indicatie is opgenomen van de benodigde bijdrage. Geprioriteerde investeringsprojecten (bedragen x € 1 miljoen) • • • • • • • •
Indicatie bijdrage
Groenambities Spoorzone Bibliotheek van de Toekomst Piushaven, verdunning Wilhelminakanaal, fase 1,5 Zeshoeven, sportvoorzieningen Huisvesting gemeentelijke organisatie Wilhelminakanaal, fase 2.0 Mortel, tunnel onder spoor
3,5 PM 9,5 4,5 1,5 PM PM 15,7
Totaal
34,7 + PM
Reserve Herstructurering uit erfpachtomzettingen (C.019) In het bestedingsplan van deze reserve zijn de benodigde bijdragen aan grootschalige fysieke herstructureringsprojecten en kleinschalige gebiedsgerichte herstructurering geactualiseerd. Bij de toevoegingen is de versobering van de Sporthal Kruidenbuurt verwerkt en zijn toekomstige geprognosticeerde bijdragen (2013 t/m 2015) uit hoofde van bijbetalingen omzettingen opgenomen. Aangezien de juiste omvang van mogelijke bijbetalingen nog niet bekend is, zal - indien het definitieve bedrag afwijkt van deze prognose - het bestedingsplan hierop dienen te worden aangepast.
Reserve bovenwijkse voorzieningen (H.005) In het bestedingsplan van de Reserve bovenwijkse voorzieningen zijn voor een aantal projecten bedragen indicatief bestemd die in een later stadium, voordat tot daadwerkelijke besteding wordt overgegaan, nog aan de raad ter besluitvorming zullen worden voorgelegd. Na reservering van de indicatieve bedragen resteert ultimo 2015 een vrij saldo van € 7,0 miljoen. Het betreft de navolgende projecten: Bedragen x € 1.000,Gereserveerd, nog door de Raad vast te stellen: Spoorzone: * Dynamisch busstation * Brokx-/Noordlaan incl. NS plein * H. van Brabantln. t/m kruising Noordhoekring * Ged. Noordhoekring/Heuvelring incl. kruising Heuvelring Bredaseweg capaciteitsuitbreiding Fase 2 en 3 Rauwbrakenweg fietstunnel Mortel aanleg randweg incl. aanpassing spoorwegovergang
193
Bijlage 3 - Reserves en voorzieningen
2011
2012
2013
-500 -13.840 -130 -1.290 -1.400
-1.340 -1.400 -3.000 -5.500
2014
2015
Algemene bedrijfsreserve Grondexploitatie (H.004) In het bestedingsplan is de voorgestelde optimaliseringstaakstelling vanaf 2013 meerjarig op PM gesteld. Het saldo van de reserve is daardoor ook een PM bedrag. Omwille van het kunnen optellen van de bedragen in het meerjarenoverzicht reserves en voorzieningen is het saldo PM vervangen door saldo 0.
Programmabegroting 2012
194
Bijlage 3 Reserves en voorzieningen
195
Reserves en voorzieningen RESERVES EN VOORZIENINGEN Programmabegroting 2012 Programmabegroting 2012 INCLUSIEF voorstellen nieuw beleid en bezuinigingen
INCLUSIEF voorstellen nieuw beleid en bezuinigingen
Bijlage 3 - Reserves en voorzieningen
Nr.
(Bedragen x 1.000,-)
Bedragen x € 1.000,-
Naam reserve / voorziening SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
01-jan-11
2011
01-jan-12
2012
01-jan-13
2013
01-jan-14
2014
01-jan-15
2015
01-jan-16
RESERVES A.001
Algemene reserve Totaal: Algemene reserve
21.639 21.639
2.461 2.461
24.100 24.100
-100 -100
24.000 24.000
0 0
24.000 24.000
0 0
24.000 24.000
0 0
24.000 24.000
B.001 B.002 B.003
Reserve Grootschalige investeringswerken (RGI) Reserve Duurzame investeringen Reserve Sociale investeringen Totaal: Vrij inzetbare reserves
53.944 4.132 12.398 70.474
-5.865 104 -12.398 -18.159
48.079 4.236 0 52.315
-16.155 -2.327 0 -18.482
31.924 1.909 0 33.833
1.437 -440 0 997
33.361 1.469 0 34.830
1.501 -709 0 792
34.862 760 0 35.622
1.569 -509 0 1.060
36.431 251 0 36.682
C.001 C.003 C.004 C.005 C.006 C.007 C.008 C.010 C.012 C.013 C.015 C.017 C.018 C.019 C.020 C.021 C.022 C.023 C.024 C.026 C.027 C.028 C.029
Reserve Ontwikkeling Informatisering (ROI) Reserve Veiligheidsbeleid Reserve Beeldende kunst Reserve Internationale Samenwerking Reserve Openbaar vervoer Reserve Gem. Onderwijs Achterstandsbeleid Reserve Volkshuisvesting Reserve Fysieke stadseconomie Reserve Culturele vernieuwing Reserve Bodem- en geluidsanering Reserve Essent Reserve GSB/Middelen derden Reserve Opvang gevolgen economische crisis Reserve Herstructurering uit erfpachtomzettingen Reserve Natuurontwikkeling Reserve Verloedering bestaande stad Reserve Bomen Bestemmingsreserve Steenfabriek Bestemmingsreserve investering parkeervoorzieningen Reserve ID banen Reserve Noodfonds stille armoede Bestemmingsreserve Armoedebeleid Reserve WVG/WMO
4.600 1.291 815 69 1.783 954 4.304 75 840 2.460 32.401 12.135 2.823 2.033 2.143 1.056 808 557 1.223 541 29 2.906 4.456
-3.202 -490 -384 -47 -120 -564 -2.278 -75 -520 -227 -22.703 -5.046 -1.259 1.008 -1.717 -752 -84 -557 2.138 -90 -29 -2.906 -1.803
1.398 801 431 22 1.663 390 2.026 0 320 2.233 9.698 7.089 1.564 3.041 426 304 724 0 3.361 451 0 0 2.653
-1.137 -547 -335 1 75 -235 -481 0 -320 -1.123 -8.602 -477 -374 -1.288 -239 -186 -87 0 158 -94 0 0 -2.653
261 254 96 23 1.738 155 1.545 0 0 1.110 1.096 6.612 1.190 1.753 187 118 637 0 3.519 357 0 0 0
12 -254 20 1 -1.728 -155 -485 0 0 -416 -1.096 104 -1.190 -950 -91 -118 -91 0 616 -357 0 0 0
273 0 116 24 10 0 1.060 0 0 694 0 6.716 0 803 96 0 546 0 4.135 0 0 0 0
12 0 21 1 0 0 -496 0 0 -348 0 195 0 -779 -96 0 -95 0 -241 0 0 0 0
285 0 137 25 10 0 564 0 0 346 0 6.911 0 24 0 0 451 0 3.894 0 0 0 0
13 0 6 1 0 0 -501 0 0 -346 0 311 0 -18 0 0 -100 0 716 0 0 0 0
298 0 143 26 10 0 63 0 0 0 0 7.222 0 6 0 0 351 0 4.610 0 0 0 0
40
-22
18
-18
0
0
0
0
0
0
0
C.031
Reserve RGSHG (Reg. Geldelijke Steun Huisvesting Gehandicapten)
176
Bijlagen Programmabegroting 2012 gemeente Tilburg
Bijlage 3 Reserves en voorzieningen Nr.
C.034 C.035 C.036 C.037 C.038 C.039 C.040 C.041
D.001 D.002 D.003
E.001 E.002 E.003 E.004 E.006 E.008 E.009 E.010 Programmabegroting 2012
F.001 F.002 F.003
196
G.001 G.002 G.003 G.004
Naam reserve / voorziening
Reserve Campagne 'Tilburg is Thuis' Reserve Revolverend fonds gem. gebouwen en installaties Reserve Flankerend Beleid (RFB) Reserve Organisatieontwikkeling (RO) Reserve Culturele Hoofdstad 2018 Bestemmingsreserve Samen Investeren Reserve Lokaal Herstructureringsfonds Tilburg (LHFT) Reserve Innovatieontwikkeling Klimaatneutrale Steden Totaal: Bestemde reserves, inzetbaar na wijziging voorgenomen bestemming/bestedingsplan Bestemmingsreserve Gaswinstuitkering Reserve Compensatie BCF verschillen Bestemmingsreserve verkoop Essent Totaal: Niet direct inzetbaar jaarlijks effect op algemene middelen/exploitatie (rente/vervallen dividend etc.)
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
01-jan-11
2011
01-jan-12
2012
01-jan-13
2013
01-jan-14
2014
01-jan-15
2015
01-jan-16
244
-139
105
-105
0
0
0
0
0
0
0
2.090 5.930 0 0 1.947 2.322 0
-1.189 -2.660 244 1.710 88 5.104 450
901 3.270 244 1.710 2.035 7.426 450
91 -1.822 -244 -163 92 334 361
992 1.448 0 1.547 2.127 7.760 811
95 -1.093 0 -170 95 349 -398
1.087 355 0 1.377 2.222 8.109 413
99 -355 0 62 100 366 -413
1.186 0 0 1.439 2.322 8.475 0
103 0 0 65 105 381 0
1.289 0 0 1.504 2.427 8.856 0
92.875
-38.121
54.754
-19.418
35.336
-7.300
28.036
-1.967
26.069
736
26.805
46.092 6.889 185.588
0 0 0
46.092 6.889 185.588
0 0 16.792
46.092 6.889 202.380
0 0 0
46.092 6.889 202.380
0 0 18.658
46.092 6.889 221.038
0 0 0
46.092 6.889 221.038
238.569
0
238.569
16.792
255.361
0
255.361
18.658
274.019
0
274.019
Bestemmingsreserve Winstuitkering HNG Reserve Onderhoud onderwijsgebouwen Reserve Stim.fonds hergebruik historische panden Reserve Startersleningen Reserve Aanl.verl./onrend. top nieuwe parkeergarages Beleggingsreserve Bouwfonds Beleggingsreserve 2000 Reserve Ex-Essent Totaal: Niet inzetbaar, bijvoorbeeld gekoppeld aan een financieringsconstructie, een actief of onderhoudsplan
815 1.898 601 267 13.296 22.984 79.914 67.171
-66 -269 -101 12 -1.038 0 -2.682 0
749 1.629 500 279 12.258 22.984 77.232 67.171
-69 -279 -5 13 -1.225 0 -662 -16.792
680 1.350 495 292 11.033 22.984 76.570 50.379
-73 61 -6 -122 -505 0 -238 -756
607 1.411 489 170 10.528 22.984 76.332 49.623
-75 63 -6 -121 -527 0 -249 -19.447
532 1.474 483 49 10.001 22.984 76.083 30.176
-79 66 -6 -49 -551 0 -261 -1.665
453 1.540 477 0 9.450 22.984 75.822 28.511
186.946
-4.144
182.802
-19.019
163.783
-1.639
162.144
-20.362
141.782
-2.545
139.237
Reserve kapitaallasten BO (Onderwijsgebouwen) Reserve kapitaallasten GO Reserve kapitaallasten SE
462 100.259 804
-12 -2.463 -124
450 97.796 680
-13 -2.464 -124
437 95.332 556
-12 -2.465 -124
425 92.867 432
-13 -2.467 -124
412 90.400 308
-12 -2.459 -124
400 87.941 184
101.525
-2.599
98.926
-2.601
96.325
-2.601
93.724
-2.604
91.120
-2.595
88.525
243 3.211 8.506 4.824
-243 -3.211 -8.506 -4.824
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
Totaal: Niet inzetbaar, is ter dekking van kapitaallasten gedurende resterende afschrijvingstermijn (wettelijke verplichting)
Overhevelingsreserve Overhevelingsreserve Overhevelingsreserve Overhevelingsreserve
177
CS BO GO PU
Bijlagen Programmabegroting 2012 gemeente Tilburg
Bijlage 3 Reserves en voorzieningen 197
Nr.
Bijlage 3 - Reserves en voorzieningen
G.005 G.006 G.009 G.010 G.011
H.001 H.003 H.004 H.005 H.006 H.007
Naam reserve / voorziening SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
01-jan-11
2011
01-jan-12
2012
01-jan-13
2013
01-jan-14
2014
01-jan-15
2015
01-jan-16
745 0 70 0 6.179
-745 0 -70 0 -1.179
0 0 0 0 5.000
0 0 0 0 0
0 0 0 0 5.000
0 0 0 0 0
0 0 0 0 5.000
0 0 0 0 0
0 0 0 0 5.000
0 0 0 0 0
0 0 0 0 5.000
23.778
-18.778
5.000
0
5.000
0
5.000
0
5.000
0
5.000
Totaal: Niet direct inzetbaar, is een vooraf gebonden winstbestemming (bedrijfs- en/of egalisatiereserve)
455 273 45.219 55.511 1.868 4.311
0 -21 -41.910 -15.627 40 162
455 252 3.309 39.884 1.908 4.473
0 11 -3.309 -30.319 -446 201
455 263 0 9.565 1.462 4.674
0 12 0 -2.117 -466 210
455 275 0 7.448 996 4.884
0 12 0 2.677 -487 220
455 287 0 10.125 509 5.104
0 13 0 -3.162 -509 230
455 300 0 6.963 0 5.334
107.637
-57.356
50.281
-33.862
16.419
-2.361
14.058
2.422
16.480
-3.428
13.052
SUBTOTAAL RESERVES
843.443 -136.696
706.747
-76.690
630.057
-12.904
617.153
-3.061
614.092
-6.772
607.320
592 6.952 151 19 1.118 7.488 90 548 225 492 2.910 369 68 379 307 748 80
-124 91 -120 -17 0 -7.488 -34 -4 1 -492 -1.100 -188 -48 -106 -53 -371 -80
468 7.043 31 2 1.118 0 56 544 226 0 1.810 181 20 273 254 377 0
-125 139 -27 -2 0 0 -30 -5 1 75 -1.100 -45 -16 -38 -30 -254 0
343 7.182 4 0 1.118 0 26 539 227 75 710 136 4 235 224 123 0
-95 138 -4 0 0 0 -10 -6 0 706 -710 -69 -4 -38 -18 -107 0
248 7.320 0 0 1.118 0 16 533 227 781 0 67 0 197 206 16 0
-95 163 0 0 0 0 -8 -6 0 -395 0 -33 0 -29 -17 -16 0
153 7.483 0 0 1.118 0 8 527 227 386 0 34 0 168 189 0 0
Overhevelingsreserve BD Overhevelingsreserve BD (aangegane verplichtingen) Overhevelingsreserve SE Overhevelingsreserve SE (aangegane verplichtingen) Reserve Verplichtingen Stadsprogramma Totaal: Niet inzetbaar, is een administratieve reserve (overheveling)
Egalisatiereserve Gebouwenexploitatie Reserve CIST Algemene bedrijfsreserve grondexploitatie Reserve Bovenwijkse voorzieningen Egalisatiereserve Rioolrecht Egalisatiereserve Afvalstoffenheffing
VOORZIENINGEN V.001 V.002 V.003 V.004 V.005 V.006 V.007 V.009 V.010 V.012 V.013 V.014 V.015 V.016 V.017 V.018 V.020
Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening
178
voormalig personeel CS voormalig bestuur voormalig personeel BO wachtgeld- en pensioenverplichting afwikkeling Beekse Bergen openbaar vervoer Terra Nova aankoop Piusplein 1 aankoop kunstcluster onderhoud gemeentegebouwen verplichtingen WOM Quirijnboulevard afwikkeling ABB pensioenrechten FLO WG voormalig personeel PU voormalig personeel BD (inclusief BAT) voormalig personeel BR (FLO) voormalig personeel SE
742 7.157 388 34 1.118 8.040 143 551 224 0 4.010 1.205 226 528 480 1.277 206
Bijlagen Programmabegroting 2012 gemeente Tilburg
-150 -205 -237 -15 0 -552 -53 -3 1 492 -1.100 -836 -158 -149 -173 -529 -126
Bijlage 3 Reserves en voorzieningen Nr.
V.021 V.022 V.024 V.025
Naam reserve / voorziening
Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening
liquidatie CBT ABB Verkoop Vennootschap BV WIN gelden
SUBTOTAAL VOORZIENINGEN
TOTAAL RESERVES EN VOORZIENINGEN
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
MUTATIES
SALDO
01-jan-11
2011
01-jan-12
2012
01-jan-13
2013
01-jan-14
2014
01-jan-15
2015
01-jan-16
71 508 29.852 0
-30 -406 -13.359 131
41 102 16.493 131
-31 -102 0 -15
10 0 16.493 116
-10 0 0 -15
0 0 16.493 101
0 0 0 -15
0 0 16.493 86
0 0 -16.493 -15
0 0 0 71
56.760
-17.457
39.303
-10.281
29.022
-1.482
27.540
-232
27.308
-16.944
10.364
900.203 -154.153
746.050
-86.971
659.079
-14.386
644.693
-3.293
641.400
-23.716
617.684
Programmabegroting 2012 198
179
Bijlagen Programmabegroting 2012 gemeente Tilburg
(Aanpassingen) instellingsbesluiten Voorgesteld wordt van onderstaande reserves de aangegeven onderdelen van de bijbehorende instellingsbesluiten aan te passen en als volgt vast te stellen: C.007 Reserve Gemeentelijk Onderwijs Achterstandsbeleid Looptijd Gezien de spreiding van de kosten voor sport en bewegen in Brede scholen is de looptijd verlengd t/m 2014. C.013 Reserve Bodem- en geluidsanering Doel Dekking van de kosten van bodemonderzoek en -sanering zoals beschreven in het ISV-Bodemsaneringsprogramma 2005-2009 (onderdeel van MOP 2005-2009), aanpak knelpunten bodemonderzoek en -sanering, sanering A-lijst geluid en mogelijk financieel tegemoet komen van burgers en bedrijven die door frauderende bodemonderzoeksbedrijven schade lijden/hebben geleden. Criteria toevoegingen Eenmalige storting vanuit de voorziening bodemsanering van restant gemeentelijke middelen die niet benodigd waren voor ISV-1, middelen geluidssanering conform Eindejaarsbericht 2009, eenmalige storting budget bodemprojecten vanuit reserve GSB en budget bodemsanering vanuit het programma bodem. C.018 Reserve opvang gevolgen economische crisis Looptijd T/m 2013. C.022 Reserve Bomen Looptijd Onbepaald. C.026 Reserve ID banen Looptijd Reserve opheffen per 1-1-2014. C.036 Reserve Flankerend Beleid (RFB) Looptijd T/m 2014. Criteria toevoegingen Incidenteel. D.003 Bestemmingsreserve verkoop Essent Doel Compensatie van de vervallen jaarlijkse dividenduitkering Essent als gevolg van verkoop aandelen in PLB Essent en compensatie van de ontvangen rente van de brugleningen aan Enexis na aflossing door Enexis. Criteria toevoegingen Eenmalige storting € 185,588 miljoen uit de netto-afkoopsom Essent. Verder worden de aflossingen van Enexis op de bruglening ten gunste van deze reserve gebracht.
199
Bijlage 3 - Reserves & Voorzieningen
E.003 Reserve stimuleringsfonds hergebruik historische panden Criteria onttrekkingen De middelen worden ingezet t.b.v. deelname in NV Monumenten Fonds Brabant (gespecialiseerd in hergebruik van historisch erfgoed). Inzet t.b.v. een concreet project (na het Deprezgebouw dat in 2010 is afgerond). Inzet t.b.v. promotie en communicatie (inclusief haalbaarheids- en marktonderzoek) bedraagt jaarlijks maximaal € 30.000,-. E.010 Reserve Ex-Essent Doel Compensatie van de jaarlijkse rentelasten welke voortvloeien uit de deelnemingen in en vorderingen op rechtspersonen als gevolg van de verkoop van het Productie- en Levering Bedrijf van Essent aan RWE en de implementatie van de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON). Dit betreft in belangrijke mate de brugleningen aan Enexis. Criteria onttrekkingen Jaarlijkse rentebijschrijving wordt ten gunste van de exploitatie gebracht. Na aflossing van de bruglening door Enexis wordt de reserve ExEssent met deze bedragen verlaagd en worden deze toegevoegd aan de reserve Verkoop Essent. F.002 Reserve kapitaallasten GO Vergoeding rente Omslagrente wordt direct ten gunste van de exploitatie gebracht zonder eerst aan de reserve te worden toegerekend. (Betreft een technische aanpassing). G.011 Reserve verplichtingen Meerjarenprogramma Naam reserve Naam was : Naam wordt :
Reserve verplichtingen Stadsprogramma Reserve verplichtingen Meerjarenprogramma
Doel Doel van deze reserve is het overhevelen van restantbudgetten van het door de Raad vastgestelde meerjarenprogramma. Criteria toevoegingen/onttrekkingen Aangegane meerjarenprogramma verplichtingen. Toelichting Deze reserve betreft de door Gebiedsontwikkeling reeds aangegane verplichtingen in het kader van het door de Raad vastgestelde meerjarenprogramma. H.001 Egalisatiereserve gebouwenexploitatie Criteria onttrekkingen Resultaten op de gebouwenexploitatie.
Programmabegroting 2012
200
Bijlage 4
Investeringen
201
Investeringsniveau 2012 Voor 2012 zijn de volgende investeringsbedragen opgenomen: programma-investeringen € 58,1 miljoen algemene bedrijfsmiddelen € 3,9 miljoen specifieke bedrijfsmiddelen € 3,0 miljoen Totaal € 65,0 miljoen De investeringen worden gedekt uit: algemene middelen (via budget voor kapitaallasten in de productramingen) voor € 28,9 miljoen; tariefopbrengsten riolen, betaald parkeren, afvalstoffenheffing en huuropbrengsten gemeentegebouwen voor € 20,6 miljoen; ten laste van reserves en voorzieningen € 0,6 miljoen; eenmalige bijdragen derden en Rijk, voor € 7,2 miljoen; bijdragen intern / exploitatie € 7,7 miljoen; Voor investeringen gelden de volgende uitgangspunten: a. kapitaallasten van programma-investeringen en investeringen in specifieke bedrijfsmiddelen zijn volledig in de begrotingsramingen opgenomen; b. kapitaallasten van investeringen in algemene bedrijfsmiddelen worden gedekt uit jaarlijkse afschrijvingen en/of herschikkingen binnen de bedrijfsvoering. Programma-investeringen In de begroting 2012 is voor € 58,1 miljoen aan programma-investeringen opgenomen voor de volgende programma´s: Onderwijs en jeugd € 2,6 miljoen Verkeer en vervoer € 35,8 miljoen Water, natuur en landschap € 14,7 miljoen Dienstverlening, belastingen en tarieven € 5,0 miljoen Restantkredieten Naar 2012 overlopende investeringen van reeds eerder vastgestelde kredieten zijn niet in bovenstaande jaarschijf 2012 opgenomen. Investeringen in algemene bedrijfsmiddelen Deze investeringen worden gedekt binnen de bedrijfsvoering van de gemeentelijke diensten. Het betreft investeringen van de Servicedienst voor een bedrag van € 3,9 miljoen. Gemeentegebouwen De bij Gebiedsontwikkeling opgenomen meerjarige investeringsplanning voor gemeentegebouwen kent de volgende opbouw: 2012 € 5,8 miljoen 2013 € 5,7 miljoen 2014 € 5,9 miljoen 2015 € 4,8 miljoen Investeringen in specifieke bedrijfsmiddelen Voor investeringen in specifieke bedrijfsmiddelen zijn voor 2012 de volgende bedragen opgenomen: Gebiedsontwikkeling € 0,9 miljoen Publiekszaken € 0,2 miljoen Bedrijven € 1,9 miljoen Investeringen in het kader van nieuw beleid In het kader van de Programmabegroting 2012 zijn drie investeringsvoorstellen nieuw beleid opgenomen. Het betreft een voorstel voor renovatie en vervangingsinvesteringen parkeergarages en twee voorstellen tot bezuiniging op investeringen in openbare ruimte en realisatie groen en water. Investeringen van economisch c.q. van maatschappelijk nut Met ingang van de begroting 2004 is het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten
Programmabegroting 2012
202
(BBV) van toepassing. Voor wat betreft investeringen wordt onderscheid gemaakt tussen investeringen met een economisch nut en investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Voor 2012 zijn de opgenomen investeringsbedragen van nieuw beleid) als volgt te verdelen: Economisch nut Maatschappelijk nut Totaal
(exclusief voorstellen investeringen in het kader € 27,9 miljoen € 37,1 miljoen € 65,0 miljoen
Investeringen met een economisch nut Bestaande investeringen met een economisch nut (bijv. gebouwen) worden verder op dezelfde wijze geactiveerd als in het verleden. Bij nieuwe investeringen met een economisch nut mogen reserves niet in mindering worden gebracht op de te activeren investering. Voor alle nieuwe investeringen met een economisch nut geldt dat deze bruto verantwoord moeten worden. Dit houdt in dat de investering zonder bijdrage uit reserves dient te worden geactiveerd. Een bijdrage uit reserves wordt meerjarig ten gunste van het product gebracht, over dezelfde periode waarin de investering wordt afgeschreven. Indien van toepassing wordt in het overzicht van reserves en voorzieningen de bijdrage uit de reserve als een meerjarige onttrekking geraamd ten gunste van het betreffende product. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut Met betrekking tot investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut (bijv. wegen) geldt dat voor zover ze binnen de financiële en inhoudelijke kaders van de programma-investeringen vallen ze op de bestaande wijze geactiveerd kunnen blijven worden. Als deze investeringen echter niet binnen deze kaders vallen, mag niet geactiveerd worden en dienen de kosten in één keer ten laste van de exploitatie te worden gebracht. Bij investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut mogen onttrekkingen uit reserves wél in mindering worden gebracht op de investering.
203
Bijlage 4 - Investeringen
Overzicht investeringen (Bedragen x € 1.000,-) Programma-investeringen Exclusief voorstellen nieuw beleid Programma 1.2 3.3 3.5 4.2
Onderwijs en jeugd Verkeer en vervoer Water, natuur en landschap Dienstverlening, belastingen en tarieven
Totaal programma-investeringen
2012
2013
2014
2015
2.640 35.802 14.643
380 16.687 15.330
380 13.047 14.376
380 17.320 14.794
5.002
4.638
3.469
4.081
58.087
37.035
31.272
36.575
(Bedragen x € 1.000,-) Investeringen in bedrijfsmiddelen
2012
2013
2014
2015
Bedrijfsmiddelen algemeen - Servicedienst
3.930
3.955
3.930
3.955
Bedrijfsmiddelen specifiek - Gebiedsontwikkeling - Publiekszaken - Bedrijven
921 150 1.942
1.233 150 2.236
2.575 150 1.639
876 150 2.544
Totaal investeringen in bedrijfsmiddelen
6.943
7.574
8.294
7.525
(Bedragen x € 1.000,-) Investeringen totaal
2012
2013
2014
2015
Programma investeringen Bedrijfsmiddelen algemeen Bedrijfsmiddelen specifiek
58.087 3.930 3.013
37.035 3.955 3.619
31.272 3.930 4.364
36.575 3.955 3.570
Totaal investeringen
65.030
44.609
39.566
44.100
Waarvan: - met economisch nut - met maatschappelijk nut
27.882 37.148
25.145 19.464
24.859 14.707
25.038 19.062
Waarvan dekking t.l.v.: - Tarieven - Reserves en voorzieningen - Eénmalige bijdragen (andere overheden of derden) - Bijdragen intern / exploitatie - Grondexploitatie Resteert t.l.v. Algemene middelen
20.632 567 7.149 7.748 28.934
19.230 143 1.109 673 23.454
19.269 -/-2 575 393 19.331
18.623 97 138 25.242
Programmabegroting 2012
204
Investeringen nieuw beleid (Bedragen x € 1.000,-) Voorstel nieuw beleid
Cat.
2012
2013
2014
2015
Verkeer en Vervoer Renovatie en vervangingsinvesteringen Parkeergarages S Bezuinigingsmaatregelen openbare ruimte (SPR) P
32
27
106
425
-210
-210
-210
-210
Water, natuur en landschap Bezuinigingsmaatregelen realisatie groen en water (SPR)
-127
-127
-127
-127
Totaal voorstel investering nieuw beleid
-305
-310
-231
88
Waarvan: - met economisch nut - met maatschappelijk nut
32 -337
27 -337
106 -337
425 -337
32
27
106
425
-337
-337
-337
-337
Prod.nr.
3.3.3.20 3.3.3.10
3.3.5.40
Omschrijving investering
Waarvan dekking t.l.v.: - Tarieven - Reserves en voorzieningen - Eénmalige bijdragen (andere overheden of derden) - Grondexploitatie Resteert t.l.v. Algemene middelen
Legenda Cat. Categorie P Programma investeringen A Bedrijfsmiddelen algemeen S Bedrijfsmiddelen specifiek
205
Bijlage 4 - Investeringen
P
© Gemeente Tilburg september 2011 11.459