Programma van toetsing en afsluiting

Programma van toetsing en afsluiting -

2

Programma van toetsing en afsluiting

Beste examenkandidaat VMBO-Theoretisch, In deze bundel vind je: - Het programma van toetsing en afsluiting Dit bevat een beschrijving van de schoolexamens. Per vak kun je opzoeken of er sprake is van toetsen, praktische opdrachten en/of handelingsdelen. - Het examenreglement Hierin wordt beschreven hoe de gang van zaken is bij de examens. - Een lijst met gedragsregels tijdens de examens Door deel te nemen aan de examens verklaar je akkoord te gaan met deze gedragsregels. Een datumoverzicht van de schoolexamens in leerjaar 4 en 5 ontvang je aan het begin van het schooljaar van jouw mentor. Voor je ouders worden de data van de schoolexamens in het Palet opgenomen. Op de OSB-website kun je deze informatie ook vinden. Wie nog extra informatie wil over de Centrale Examens kan daarvoor de website www.examenblad.nl raadplegen. Hierin worden alle officiële regelingen gepubliceerd, maar ook de examenstof voor alle vakken, alsmede oude examens en uitwerkingen waarmee je kunt oefenen. Alle medewerkers van de OSB wensen je veel succes, Saskia Grotenhuis Voorzitter examencommissie

3

Programma van toetsing en afsluiting Het Centraal Examen (CE) is voor alle leerlingen in Nederland hetzelfde. Scholen verschillen onderling nogal en daarom is er ook een manier van examineren die past bij het eigen karakter van de school. Dit onderdeel van het examen heet schoolexamen (SE). In dit schoolexamen word je getoetst op kennis, inzichten en vaardigheden die je in de loop van de jaren hebt opgedaan. En wel zo dat sfeer en omstandigheden zoveel mogelijk gelijk zijn aan wat je op school en in de klas gewend bent in de afgelopen jaren. Hierna wordt de gang van zaken beschreven bij het schoolexamen. Het PTA In het VMBO beginnen leerlingen al in klas 3 met het afronden van delen van het schoolexamen. De periode voor het schoolexamen voor bepaalde vakken duurt dus twee jaar. Het centraal examen aan het einde van de schoolloopbaan blijft gewoon bestaan. De leerlingen doen afhankelijk van hun leerweg schoolexamen in acht tot negen vakken. Afhankelijk van de leerweg sluiten de leerlingen zes of zeven vakken af met een centraal examen. Op drie vakken na, Maatschappijleer 1, Kunstvakken 1 en Lichamelijke opvoeding, kennen alle vakken een centraal examen. Dit PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting) voor het VMBO op de OSB heeft betrekking op de schooljaren 2011-2013 Het PTA biedt een overzicht van de onderdelen van het examenprogramma die in het schoolexamen worden getoetst, de inhoud van deze onderdelen en de wijze waarop het schoolexamen plaatsvindt. Hierbij wordt ook aangegeven welk gewicht een bepaalde toets heeft. Dit staat in het PTA vermeld als weegfactor. De SE-cijfers in het 3e jaar VMBO hebben weegfactor 1, in het vierde jaar weegfactor 2. Dit betekent dat de twee toetsen in het 3e jaar elk voor 12,5% deel uitmaken van het eindcijfer van het schoolexamen en de drie toetsen in het 4e jaar elk voor 25 %. Handelingsdelen hebben weegfactor 0, omdat er geen cijfer voor gegeven wordt, maar je kan daarvoor een ‘O’ (= onvoldoende), ‘V’ (= voldoende of voldaan) of een ‘G’ (= goed) op je lijst krijgen. Een onvoldoende moet altijd opgehaald worden tot minimaal een voldoende of voldaan, anders mag je geen examen doen. Het programma van toetsing en afsluiting van het schoolexamen krijgt de vorm van een examendossier en de onderdelen hiervan kunnen op, daarvoor door de school bepaalde momenten, gedurende leerjaar 3 en 4 worden afgesloten. In de vakbeschrijving van het programma van toetsing en afsluiting is uitgegaan van de examenprogramma’s VMBO. De eisen voor het schoolexamen in de verschillende vakken staan vermeld in het programma van toetsing en afsluiting (PTA). De leerling moet aan alle eisen uit het PTA voldaan hebben om aan het centraal examen deel te kunnen nemen. De leerlingen krijgen toegang tot het centraal examen als ook de programmaonderdelen uit het examendossier die geen centraal examen kennen met ‘voldaan’ of minimaal met een ‘voldoende’ zijn afgesloten. De producten van het examendossier, zoals werkstukken, proefwerken en verslagen, worden na het inleveren door de docenten op school bewaard. Iedere docent houdt voor zijn vak de verantwoordelijkheid over het bewaren van producten en documenten van het examendossier. De producten van het examendossier en de uitwerkingen van het centraal examen worden tot een half jaar na de uitslag bewaard. De leerling moet schriftelijk aangeven na deze periode over zijn werk te willen beschikken. Aangepast examineren Door omstandigheden; bijvoorbeeld dyslexie, een handicap of korter dan 6 jaar in Nederland zijn, kan je meer tijd of bijzondere hulpmiddelen nodig hebben bij het afleggen van je examens. Hiervoor heb je een verklaring van een deskundige nodig. Deze verklaring dient voor 15 oktober van het derde leerjaar in het bezit van de examencommissie te zijn. De wijze van extra ondersteuning wordt door de directeur bepaald en geldt zowel voor het SE als voor het CE. De leerlingen van klas 4 tekenen hiervoor een formulier in mei, voorafgaand aan het CE. De verlenging van de tijdsduur bij het schoolexamen wordt evenredig genomen van de verlengingsduur bij het centraal examen. Duurt het schoolexamen 60 minuten dan mag er 15 minuten verlengingstijd erbij genomen worden. Bij het centraal examen van twee uur is de verlengingstijd dertig minuten. Beoordeling Bij het centraal examen is precies geregeld hoe het cijfer berekend moet worden. Bij een schoolexamen is dat uiteraard van school tot school verschillend. De docenten zullen vooraf met je bespreken waar precies op wordt gelet en hoe er wordt beoordeeld. Betekenis van de cijfers: 1=Zeer slecht 2=Slecht 3=Zeer onvoldoende 4=Onvoldoende 5=Bijna voldoende 6=Voldoende 7=Ruim voldoende 8=Goed 9=Zeer goed 10=Uitmuntend Hoe het cijfer per vak berekend wordt, is per vak omgeschreven en wordt afgerond op één decimaal. Zodra de eindcijfers van je schoolexamens vaststaan, dien je op de formulieren van de examenadministratie je cijfers te controleren en deze lijst van een handtekening te voorzien. Dit gebeurt vóór het begin van het centraal examen. Het examen bestaat doorgaans alleen uit een centraal schriftelijk examen, een toets waarbij kandidaten vragen en opdrachten schriftelijk beantwoorden. De vakken kunstvakken II (beeldende vakken) en LO2 kennen naast een schriftelijk gedeelte ook een praktijkgedeelte. Op tijd inleveren van werk De leerling moet zich houden aan de datum die de docent heeft aangegeven voor het inleveren van werk. Ook wanneer het opgegeven werk niet geheel af is, moet het op de afgesproken datum ter eerste beoordeling worden ingeleverd. Indien het werk niet is meegebracht, moet het alsnog op dezelfde dag worden opgehaald en ingeleverd. De docent zal het ingeleverde werk vervolgens beoordelen en besluiten of aanvulling of aanpassing alsnog mag plaatsvinden. Het te laat inleveren van werk kan gevolgen hebben voor de beoordeling.

4

Programma van toetsing en afsluiting Organisatie schoolexamen -De schoolexamens worden gelijktijdig afgenomen in drie of vier dagen. Het schema wordt van te voren aan de leerlingen bekend gemaakt. De leerlingen hebben tijdens deze dagen geen reguliere lessen. -Er mogen twee of drie schoolexamens per dag gepland worden. Hierbij zijn maximaal twee SE van leervakken die met een toets afgesloten worden, het derde SE is een praktische opdracht zoals een spreekbeurt. -De tijdsduur van de schoolexamens zijn voor de schoolexamens 1 t/m 4 zestig of negentig minuten. Voor het schoolexamen 5 is de duur 60 tot 120 minuten. -Tijdens de schoolexamens gelden dezelfde gedragsregels als bij het centraal examen, zie bijlage. -Om de leerlingen in het derde jaar aan het schoolexamen te laten wennen en een eerste indruk te geven van het niveau, wordt in november een aantal diagnostische toetsen afgenomen. De resultaten van deze toetsen tellen niet mee voor het schoolexamen. Te laat komen Bij te laat komen, mag je tot een halfuur na aanvang van het SE, nog deelnemen aan het SE. Een uitzondering hierop vormen luistertoetsen, practica, presentaties en mondelingen; bij deze SE-onderdelen mag je niet te laat komen. Wie meer dan een halfuur te laat komt, kan niet meer aan het schoolexamen deelnemen. De gemiste tijd kan niet worden ingehaald. Indien er een geldige reden voor het te laat komen is, moeten je ouders direct de deelschoolleiding bellen en verder een verzoek tot inhalen indienen. Inhalen Wanneer je door ziekte een schoolexamen moet missen, dienen je ouders dit voor aanvang van dat schoolexamen telefonisch te melden bij de deelschoolleider. Om te mogen inhalen moeten je ouders een schriftelijk verzoek indienen dat ondersteund wordt door een doktersverklaring. Zo niet, dan vervalt het recht op inhalen en moet je gebruik maken van het recht op herkansen. Afwezigheid tijdens een schoolonderzoek die te maken heeft met een voorziene omstandigheid, zoals een begrafenis of jubileum, dient tijdig met de mentor en deelschoolleider besproken te zijn, zodat een oplossing kan worden gevonden. Achteraf gemeld komen deze vormen van verzuim niet in aanmerking voor een inhaalmogelijkheid. Indien een leerling ongeoorloofd afwezig is wordt er een 1,0 toegekend. Een geoorloofde inhaaltoets wordt in de week volgend op de SE-week afgenomen. Dit wordt centraal geregeld door de VMBO-deelscholen. Herkansingen -Leerlingen hebben het recht om na ieder SE één vak te herkansen indien het cijfer lager is dan 6,0. Het onderdeel moet volgens het PTA herkansbaar zijn. -Indien het herkansingcijfer lager is dan het SE-cijfer, blijft het SE-cijfer ongewijzigd. -De herkansing vindt plaats op een centraal moment. De leerling wordt geïnformeerd over de tijd en plaats van de herkansing. -Een herkansing kan niet worden ingehaald, dus wanneer een leerling niet kan deelnemen aan een herkansing door ziekte of een andere vorm van overmacht, gaat de kans om het cijfer van een SE-onderdeel te verbeteren voorbij. Niet Herkansbare Toetsen Volgens de algemene regel kan een toets ingehaald en/of herkanst worden. Er zijn echter toetsen die niet herkansbaar zijn. Dat staat dan specifiek in het PTA aangegeven. Veelal zijn dit Praktische Opdrachten, zoals b.v. practica bij biologie, waarvoor de aanwezigheid van leerlingen vereist is en die redelijkerwijs niet opnieuw georganiseerd kunnen worden. Maatschappijleer Aangezien Maatschappijleer in het derde jaar wordt afgesloten, geldt voor dit vak een aanvullende herkansingsregel. Wanneer het eindcijfer van Maatschappijleer lager is dan een 6,0 kan hiervoor een herexamen worden gedaan. Dit herexamen gaat minimaal over alle onderdelen van het vak die herkansbaar zijn. Het nieuw verkregen cijfer voor het herexamen vervangt het laagst behaalde cijfer van het onderdeel dat met een onvoldoende is afgesloten. Het nieuwe eindcijfer vervangt het eerder behaalde eindcijfer alleen als het hoger is. De herkansing voor het vak maatschappijleer staat los van de herkansingsregeling voor de overige examenvakken en kan derhalve op een aangepast moment plaatsvinden. Regels voor afsluiting schoolexamen Een kandidaat heeft het schoolexamen afgerond indien: -de kunstvakken-I en lichamelijke opvoeding zijn beoordeeld met “voldaan” ofwel “voldoende” of “goed”. -het sectorwerkstuk is beoordeeld met “voldoende” of “goed”. -de praktische opdrachten en toetsen van de overige vakken uit het algemeen gedeelte, het sectordeel en het vrije deel als aangegeven in het programma van toetsing en afsluiting zijn afgelegd en derhalve voor deze vakken een eindcijfer is verkregen. - de handelingsopdrachten van de door de kandidaat gevolgde vakken naar behoren zijn afgerond. Dit wil zeggen, zijn beoordeeld met een “voldaan” ofwel “voldoende” of “goed”. Een kandidaat kan niet aan het centraal examen deelnemen indien één of meer van de eerder genoemde onderdelen niet zijn afgerond. Centraal examen In het begin van het vierde leerjaar worden de leerlingen op de hoogte gesteld van de onderdelen die voor een vak bestudeerd moeten worden voor het centraal schriftelijk eindexamen. Voor de theoretische leerwegen geldt dat het eindcijfer het rekenkundige gemiddelde is van het schoolexamencijfer en het centraal examencijfer (50% - 50%) . Als er voor een vak geen centraal examen is, dan is het eindcijfer de afronding van je schoolexamencijfer op een heel getal.

Slaag/zakregeling De slaag- / zakregeling is voor het eindexamen 2013 op een belangrijk punt veranderd. Met ingang van dit examen moeten alle leerlingen gemiddeld een voldoende halen voor het centraal schriftelijk examen. Een leerling is dus gezakt als het gemiddelde cijfer voor het CE lager is dan een 5,5. Verder geldt de slaag- / zakregeling voor het VMBO zoals omschreven in het eerste en tweede lid van artikel 49 van het Eindexamenbesluit. Dit luidt als volgt: 1.De kandidaat die eindexamen VMBO heeft afgelegd, is geslaagd indien hij: a. voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, of

5

Programma van toetsing en afsluiting b.voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken één 6 of hoger, waarvan ten minste één 7 of hoger, of c.voor twee van zijn examenvakken, het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken één 6 of hoger, waarvan tenminste één 7 of hoger. 2.In aanvulling op het eerste lid geldt tevens dat voor de vakken lichamelijke opvoeding en het kunstvak uit het gemeenschappelijk deel en in de theoretische leerweg voor het sectorwerkstuk de kwalificatie ‘voldoende’ of ‘goed’ is behaald. Het vak maatschappijleer telt als volwaardig vak mee in de slaag- / zakregeling, ondanks het ontbreken van een centraal examen maatschappijleer 1. Een onvoldoende eindcijfer voor maatschappijleer 1 betekent vanzelfsprekend een onvoldoende op de eindlijst. Herkansen Centraal Examen Je mag één van de vakken van het Centraal Examen herkansen. De keuze voor het vak overleg je met je mentor. De herkansing dien je, middels ondertekening van een formulier, aan te vragen bij de examencommissie op de ochtend na de uitslag van het eerste tijdvak. Door ondertekening van het formulier verplicht je je tevens om op de dagen erna, tot de dag van de herkansing, op school te komen werken aan het vak dat je wilt herkansen. Diploma en cijferlijst Ben je geslaagd, dan ontvang je een diploma en een cijferlijst met alle betrokken vakken. Heb je extra vakken gevolgd, dan worden die ook vermeld. Een voorlopige cijferlijst krijg je op de dag van de uitslag. Deze gebruik je bij de aanmelding voor een vervolgopleiding. Het officiële diploma en de officiële cijferlijst zijn pas beschikbaar vanaf het moment dat de diploma uitreiking plaatsvindt. Je ontvangt je diploma en cijferlijst op de avond van de cijferuitreiking. Als je daar niet bij aanwezig kunt zijn, kun je je diploma en cijferlijst later op school komen ophalen. Dit kan niet door een ouder of iemand anders worden gedaan omdat je diploma pas rechtsgeldig is als je in de aanwezigheid van een medewerker van de school je diploma tekent. Duplicaten van diploma’s of cijferlijsten kan je alleen verkrijgen via de Informatie Beheer Groep in Groningen. Ben je helaas gezakt, dan ontvang je een cijferlijst met alle betrokken vakken. In een gesprek op school met je ouder(s)/verzorger(s), mentor en deelschoolleider wordt besproken wat de beste volgende stap voor je is: klas 4 opnieuw doen, al dan niet met een gewijzigd vakkenpakket, op een lager niveau instromen in het mbo of deelcertificaten halen bij een opleidingsinstituut dat daarvoor gecertificeerd is. Als je ervoor kiest om klas 4 opnieuw te doen op de OSB, moet je er rekening mee houden dat je alles van klas 4 opnieuw moeten doen; ook je cijfers van SE1 en SE2 komen te vervallen en worden opnieuw vastgesteld op basis van je gemiddelde cijfer van SE3, SE4 en SE5, maar daarmee heb je wel weer een hele nieuwe kans om je cijfers voor alle SE’s goed te verbeteren en daarmee je kans op slagen te vergroten. Onregelmatigheden Als je je tijdens het schoolexamen of het centraal examen niet aan de regels hebt gehouden (ook al heb je het werk al ingeleverd, maar bevind je je nog in het lokaal waar het SE-onderdeel is afgenomen), dan meldt de aanwezige docent dit onmiddellijk aan de examencommissie of aan de directie. De directie kan dan maatregelen nemen. Zo’n maatregel kan zijn: -Het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het Centraal Examen. -Het ontzeggen van deelname of verdere deelname aan het schoolexamen of het Centraal Examen. -Het ongeldig verklaren van een of meer toetsen van het reeds afgelegde schoolexamen of Centraal Examen. -Het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in de door de directeur aan te wijzen onderdelen. Voor het Centraal Examen geldt dat dit pas in het volgende tijdvak kan gebeuren. Voordat er een maatregel of een combinatie van maatregelen wordt genomen, wordt je eerst gehoord door de examencommissie. Je kunt je dan laten bijstaan door een meerderjarig persoon die je zelf mag uitkiezen. De examencommissie adviseert de directie die hierna binnen drie dagen een beslissing neemt. Deze procedure neemt maximaal 2 weken in beslag. De directie brengt jou en je ouders/verzorgers schriftelijk op de hoogte van de beslissing. In deze beslissing staat ook vermeld hoe je beroep aan kunt tekenen tegen de beslissing bij de commissie van beroep. De examencommissie bestaat uit : Lid schoolleiding Twee docenten Teamleider leerling-administratie Commissie van beroep Je kunt tegen een beslissing van de directie in geval van onregelmatigheden in beroep gaan bij de commissie van beroep. Het beroep moet je binnen drie dagen nadat je de beslissing op schrift hebt ontvangen, schriftelijk bij de commissie van beroep inleveren. De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken op het beroep tenzij zij de termijn met redenen omkleed heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie besluit en bericht je schriftelijk welke beslissing er is genomen en stuurt dit bericht ook aan ouders/verzorgers, aan de directeur en aan de inspecteur. De commissie van beroep bestaat uit: -lid van de schoolleiding -lid van de Bestuurscommissie van de OSB Het adres van de commissie van beroep is: De commissie van beroep van de Open Schoolgemeenschap Bijlmer, p/a Gulden Kruis 5, 1103 BE Amsterdam (ZO) Slotbepaling In alle gevallen waarin dit examenreglement niet voorziet, beslist de directeur.

6

Programma van toetsing en afsluiting Protocol gedragsregels tijdens het Schoolexamen en het Centraal Examen: -De Leerlingen moeten een kwartier voor het begin van het examen op school aanwezig zijn. -10 minuten voor de aanvang van de zitting gaat de gangdeur open en kunnen de leerlingen naar het lokaal gaan dat op het examenrooster bekend gemaakt is. Dan dient wel één van de surveillanten aanwezig te zijn! -Jassen en tassen bij de kapstok. Geen etuis op tafel. -Mobiele telefoons en andere elektronische apparatuur zijn tijdens het examen niet toegestaan en moeten geheel uitstaan. Mobieltjes en andere apparatuur mogen niet op het lichaam bewaard worden, maar moeten in de tas bij de kapstok opgeborgen worden. Het mobieltje mag niet als rekenmachine gebruikt worden. -Aan het begin van de zitting wordt gecontroleerd of iedereen er is. Zo niet, dan wordt er direct contact opgenomen met thuis. -Een leerling mag tot een halfuur na het begin van de zitting van het examen worden toegelaten. Het examen eindigt echter op de vastgestelde tijd. Een uitzondering hierop vormen luistertoetsen, practica, presentaties en mondelingen; bij deze SE-onderdelen mag je niet te laat komen. -Een leerling mag slechts onder begeleiding van een surveillant gebruik maken van het toilet. -Als een leerling eerder klaar is bij het Schoolexamen, moet hij/zij blijven zitten tot het einde van het examen. Pas als al het examenwerk door de surveillanten is opgehaald mogen de leerlingen het lokaal verlaten. Als een leerling eerder klaar is bij het Centraal Examen, mag hij/zij tot een kwartier voor tijd het lokaal verlaten, doch niet eerder dan een half uur (BB leerlingen) of één uur (KB en TL leerlingen) na aanvang van het examen. Degene die het lokaal eerder verlaat mag geen examenwerk, opgaven of kladpapier meenemen. Het laatste kwartier blijft iedereen in het lokaal. Pas als al het examenwerk door de surveillanten is opgehaald mogen de leerlingen het lokaal verlaten. -Op het door de school verstrekte examenpapier moet altijd het examennummer, de naam van de leerling en het vak worden vermeld. Dit geldt ook voor het kladpapier. -Het examenwerk wordt gemaakt met een (bal)pen. Uitzonderingen zijn tekeningen en grafieken. Deze worden gemaakt met potlood. -Gebruik van Typp-ex is niet toegestaan. -Er is een lijst met toegestane hulpmiddelen voor alle vakken. De hulpmiddelenlijst is al eerder door de vakdocent bekend gemaakt. Deze hulpmiddelen worden aan het begin van de zitting gecontroleerd door de aanwezige surveillanten. -Bij ziekte of andere bijzondere omstandigheden bij het examen moet er direct contact worden opgenomen met de mentor, de deelschoolleider en de examencommissie. -Afwezigheid bij een schoolexamen, die te maken heeft met voorziene omstandigheden, zoals een begrafenis of jubileum, dient tijdig van tevoren met de mentor en de deelschoolleider besproken te worden, zodat er een oplossing kan worden gevonden. Indien dat niet gebeurt is het verzuim ongeoorloofd. Afwezigheid bij een centraal examen, om wat voor reden dan ook, wordt sterk afgeraden aangezien dit kan leiden tot deelname aan het derde tijdvak (augustus), waardoor de start van de vervolgopleiding in gevaar kan komen. -Bij fraude loopt de leerling de kans van verdere deelname aan het examen te worden uitgesloten (zie PTA). Ook bij constatering van fraude na afloop van het examen kunnen vergaande maatregelen worden genomen. -Door deelname aan een examenzitting geeft de leerling te kennen op de hoogte te zijn van en in te stemmen met de strekking van het examenreglement.

7

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Nederlands Inleiding Voor het vak Nederlands gebruiken we de methode: Nieuw Nederlands 4e editie. Nieuw Nederlands heeft elf hoofdstukken -elk met een eigen thema -en vijf projecten. Deze methode bestaat uit een leerboek. Regelmatig worden er toetsen afgenomen. In de toetsen ligt het accent op de primaire vaardigheden (lees -en schrijfstrategieën, spelling en grammatica). De voorbereiding voor toetsen en het schoolexamen gebeurt voor een deel op school, maar van leerlingen wordt verwacht dat ze ook thuis het opgegeven huiswerk maken en leren voor toetsen en schoolexamens. Verder worden de leerlingen zowel in leerjaar drie als vier getoetst in de vaardigheid kijken en luisteren. Leerjaar 3: In het derde leerjaar gebruiken we het boek Nieuw Nederlands 3 vmbo TL met zes hoofdstukken. In november krijgen leerlingen een diagnostische toets tekstbegrip, als voorbereiding op de schoolexamens(SE). Later in het jaar volgen SE1 en SE2. Ieder schoolexamen telt voor 12,5 % mee en is aangegeven met wegingsfactor 1. Naast deze schriftelijke toetsen moet elke leerling in het derde jaar een handelingsdeel uitvoeren. Dit handelingsdeel moet met een voldoende afgesloten zijn. Leerjaar 4: In het vierde leerjaar gebruiken we het boek Nieuw Nederlands 4 vmbo TL met vijf hoofdstukken. In dit jaar vinden er drie schoolonderzoeken (SE) plaats. SE3 en SE4 tellen ieder voor 25% mee en worden aangegeven met een wegingsfactor 2. SE5 is opgesplitst in twee onderdelen die ieder meetellen voor 12,5%, samen wegingsfactor 2. Naast deze schriftelijke toetsen moet elke leerling in het vierde leerjaar een handelingsdeel uitvoeren. Dit handelingsdeel moet met een voldoende afgesloten zijn. Na de schoolexamens wordt gestart met de voorbereiding van het Centraal Schriftelijk Examen door opdrachten te maken uit de examenbundel. Schoolexamens: De schoolexamens worden in het VMBO in vijf periodes afgenomen. Eerste periode: Schrijfvaardigheid (sollicitatiebrief en CV) Tweede periode: Kijk- en Luistervaardigheid (CITO kijken luistertoets) Derde periode: Schrijfopdracht Vierde periode: Voorlezen proza en CITO kijken luistertoets Vijfde periode: Spreekvaardigheid Herkansingen: Niet alle toetsen kunnen herkanst worden. In de inleiding van dit PTA staan hier algemene regels voor. Spreekvaardigheid en het voorlezen van proza zijn bij Nederlands niet herkansbaar. De kijk-en luistertoetsen kunnen niet als "bonus" herkanst worden. Handelingsdelen: Deze moeten met een voldoende afgesloten worden. Indien een handelingsdeel nog niet voldoende is, kan er verbeterd worden. Handelingsdelen zijn aan een tijdslimiet gebonden. De docent geeft aan wanneer een handelingsdeel ingeleverd moet zijn. Indien een handelingsdeel niet op tijd is afgerond, krijgt de kandidaat geen toegang tot het examen.

Toetsen SE1 Toets Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Brief schrijven Het schrijven van een uitgebreide sollicitatiebrief met CV n.a.v. een vacature. Dit is tevens voorbereiding voor het solliciteren naar een stageplek.

Leerstof:

Luistervaardigheid Om deze toets voor te bereiden doen we 1 à 2 klassikale oefentoetsen. De luistertoets kan niet als "bonus" herkanst worden.

Leerstof:

Fictiedossier met verwerkingsopdrachten De leerlingen krijgen verwerkingsopdrachten over boeken en boekfragmenten uit de Nederlandse literatuur, Nederlandse films en verfilming van Nederlandse literatuur.

60 minuten Cijfer Ja 1

101

SE2 Luistervaardigheid Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:


201

SE2 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Voldaan/Niet voldaan Ja 0

211

8

Programma van toetsing en afsluiting SE3 Schrijfvaardigheid Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Schrijfopdracht Het materiaal dat in de klas is uitgedeeld.

Leerstof:

Voorlezen proza en CITO kijken luistertoets Het voorlezen van proza wordt uitgebreid geoefend tijdens de lessen. ±5 minuten Voorlezen 50%, niet herkansbaar


301

SE4 Toets Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:


Om de kijken luistertoets voor te bereiden doen we 1 à 2 klassikale oefentoetsen en bespreken die. 90 minuten Kijk- en luistertoets 50% De kijk-en luistertoets kan niet als "bonus" herkanst worden.

401

SE5 Leesvaardigheid Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Leesvaardigheid Alle theorie van "Lezen" uit de methode en materiaal dat tijdens is uitgedeeld en behandeld.

Leerstof:

Fictiedossier met verwerkingsopdrachten Een presentatie houden over een boek dat voorkomt op de lijst die door de docent uitgereikt wordt.


501



511

9

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Duits Inleiding In het studiejaar 2011-2012 starten we in de 3e klas VMBO-T met de leergang “Trabitour “ Deze methode bestaat uit 6 hoofdstukken per leerjaar waarin de leerlingen worden voorbereid op de schoolexamens en op langere termijn op het centraal examen aan het eind van het vierde jaar. De schoolexamens 1-2 en 4 bestaan uit twee onderdelen: een schriftelijke toets over de behandelde hoofdstukken uit de leergang en een toetsing van een van de vaardigheden spreken, luisteren of schrijven. Leerjaar 3: Het eerste schoolexamen in dit leerjaar is spreekvaardigheid. De leerlingen voeren in 2-tallen een gesprek in het Duits waarin ze elkaar bevragen over zichzelf, hun familie, woonplaats, school en hobby’s Uiteraard wordt bij dit onderdeel ook gelet op de uitspraak. De afname van de spreekbeurt vindt plaats tijdens de lessen ; de schriftelijke toets over de behandelde hoofdstukken gebeurt tijdens de SE-periode. Het tweede schoolexamen in dit jaar staat in het teken van luistervaardigheid. Tijdens de toets luisteren de leerlingen naar verschillende nieuwsberichten, reclames of naar een interview. Hierover worden vragen beantwoord. Het tweede deel van het SE is weer een schriftelijke toets over de behandelde hoofdstukken van de methode. Het handelingsdeel van het derde jaar bestaat uit een verslag van 2 klassikaal gelezen boeken. De verslagen bestaan uit een samenvatting per hoofdstuk en beantwoording van verschillende vragen over de inhoud en hoofdpersonen. Bovendien moeten de leerlingen idioomtoetsen aan het eind van het jaar gemiddeld voldoende hebben afgerond .

Leerjaar 4: Het 3e SE Duits , en het eerste in het examenjaar , staat in het teken van schrijfvaardigheid. Op basis van geoefend en geleerd materiaal uit de voorafgaande lessen schrijft de leerling een persoonlijke brief. Het gebruik van een door de docent verstrekte mini-grammatica is hierbij toegestaan. SE 4 in dit leerjaar is weer een spreekbeurt ; dit keer echter met meer inhoud en diepgang in vergelijking met SE 1. Daartoe moet de leerling in deze spreekbeurt aandacht besteden aan een of meerdere aspecten die te maken hebben met het land, de maatschappij, cultuur,personen of bekende merken en/of producten. De spreekbeurten vinden weer plaats tijdens de reguliere lessen ; de schriftelijke toets tijdens de SE-periode. Het laatste schoolexamen is de afronding van luistervaardigheid ; de leerling krijgt fragmenten te zien van een documentaire/televisieprogramma of film en moet daar vragen over beantwoorden. Dit is een combinatie van open en gesloten vragen. Het handelingsdeel van dit examenjaar bestaat uit het afronden en beheersen van de basiswoordenschat die noodzakelijk is om aan het CSE te kunnen deelnemen.


Leerstof:

Deel 1: Spreekvaardigheid. De leerlingen voeren in 2-tallen een gesprek in het Duits waarin ze elkaar bevragen over zichzelf, hun familie, woonplaats, school en hobby’s Uiteraard wordt bij dit onderdeel ook gelet op de uitspraak. De afname van de spreekbeurt vindt plaats tijdens de lessen Deel 2: Tijdens de SE-week krijgen de leerlingen een schriftelijke toets over de behandelde hoofdstukken. De beide onderdelen tellen elk voor 50% van het SE-cijfer.

Leerstof:

Deel 1: Luistervaardigheid. Tijdens de toets luisteren de leerlingen naar verschillende nieuwsberichten, reclames of naar een interview. Hierover worden vragen beantwoord. Deel 2: Het tweede deel weer een schriftelijke toets over de behandelde hoofdstukken van de methode. De beide onderdelen tellen elk voor 50% van het SE-cijfer.

Leerstof:

Boekverslagen en idioomtoetsen Het handelingsdeel van het derde jaar bestaat uit een verslag van 2 klassikaal gelezen boeken. De verslagen bestaan uit een samenvatting per hoofdstuk en beantwoording van verschillende vragen over de inhoud en hoofdpersonen. Bovendien moeten de leerlingen idioomtoetsen aan het eind van het jaar gemiddeld voldoende hebben afgerond .

5 minuten Cijfer Nee 1

101



201

SE2 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor: 211

60 minuten Voldaan/Niet voldaan Ja 0

10

Programma van toetsing en afsluiting SE3 Toets Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Schrijfvaardigheid Op basis van geoefend en geleerd materiaal uit de voorafgaande lessen schrijft de leerling een persoonlijke brief.

Leerstof:

Deel 1: Spreekbeurt De spreekbeurten vinden plaats tijdens de reguliere lessen. De spreekbeurt moet aandacht besteden aan een of meerdere aspecten die te maken hebben met het land, de maatschappij, cultuur,personen of bekende merken en/of producten. In vergelijking met SE 1 moet de spreekbeurt meer inhoud en diepgang hebben. Deel 2: Een schriftelijke toets tijdens de SE-periode over de behandelde hoofdstukken. De beide onderdelen tellen elk voor 50% van het SE-cijfer. Luistervaardigheid De leerlingen krijgen fragmenten te zien van een documentaire/televisieprogramma of film en moet daar vragen over beantwoorden.


301


10-15 minuten Cijfer Ja 2

401


Leerstof: 60 minuten Cijfer Ja 2

501


Leerstof: 60 minuten Voldaan/Niet voldaan Ja 0

De idioomtoetsen van het vierde jaar moeten gemiddeld voldoende zijn gemaakt.

511

11

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Engels Inleiding Voor het vak Engels gebruiken we een tekstboek en een werkboek. In de les wordt gewerkt aan de vier vaardigheden: lees-, kijk/luister-, spreek- en schrijfvaardigheid en aan het vergroten van de woordenschat naar aanleiding van de teksten die worden behandeld. Naast de opdrachten in tekstboek en werkboek wordt voor schrijfvaardigheid geoefend door het schrijven van e-mails, brieven, grammaticale opdrachten ter ondersteuning, etc. Deze schrijfopdrachten moeten in een speciaal voor dit doel aangeschaft schrift gemaakt worden. Verder zullen gedurende het 3e en het 4e schooljaar in totaal 4 leesboeken (waarvan 1 klassikaal) gelezen worden. Hier zullen bijbehorende opdrachten over gemaakt worden. Het overgrote deel van het werk wordt in de werkfase van de les gedaan. Huiswerk zal bestaan uit het afmaken van de opdrachten, het leren van woordjes, het maken van eventuele internetopdrachten. Leerjaar 3: In het 3e leerjaar gebruiken we een tekstboek en een werkboek. In december krijgen de leerlingen een diagnostische toets (DT) waarbij luister-, schrijfen leesvaardigheid worden getoetst. Verdeeld over de tweede helft van het schooljaar volgen twee schoolexamens (SE) te weten SE1 met luisteren leesvaardigheid en SE2 met schrijfen leesvaardigheid. Ieder schoolexamen (SE) telt voor 12,5 % en is aangegeven met wegingsfactor 1. Naast deze schriftelijke toetsen moet elke leerling in het 3e leerjaar een handelingsdeel uitvoeren. Dit handelingsdeel (HD) bestaat uit het leren voor woordjestoetsen, het maken van opdrachten in het werkboek, het tekstboek en het schrift, en het maken van een aantal leesopdrachten over twee (klassikaal) te lezen boeken. De gemaakte opdrachten worden minimaal één keer per SE periode door de docent worden beoordeeld. Indien de leerling de woordjes gemiddeld (ruim) voldoende, de lesopdrachten in het testboek, het werkboek en het schrift, en de opdrachten die horen bij de leesboekjes volgens de docent naar behoren heeft gemaakt, wordt het handelingsdeel “voldoende” afgetekend door de docent. Mocht het handelingsdeel “onvoldoende” zijn, wordt in overleg met de docent een inhaalslag afgesproken. Leerjaar 4: Ook in het 4e leerjaar gebruiken we een tekstboek en een werkboek, worden woordjes geleerd en getoetst en worden boeken (klassikaal) gelezen. Er zijn in het 4e leerjaar drie schoolexamens: SE3 waarin de kijk-/luistervaardigheid wordt getoetst, SE4 met schrijfvaardigheid en SE5 met spreekvaardigheid. Ieder schoolexamen zal voor 25% meetellen en aangegeven worden met wegingsfactor 2. In de lesstof ligt de nadruk op de vaardigheid die het in het eerstkomende school- of centraal eindexamen zal worden getoetst. Ook het handelingsdeel van het 4e leerjaar bestaat uit het leren voor woordjestoetsen en het maken van les-, lees-, en examenopdrachten in werkboek en schrift. Indien de leerling de woordjes gemiddeld (ruim) voldoende, de lesopdrachten in het werkboek en in het schrift, de opdrachten die horen bij twee leesboeken, en de examenopdrachten ter voorbereiding van het Centraal Eindexamen volgens de docent naar behoren gemaakt heeft, wordt het handelingsdeel “voldoende” afgetekend door de docent. Mocht het handelingsdeel “onvoldoende” zijn, wordt in overleg met de docent een inhaalslag afgesproken. Na de schoolexamens staan de vaardigheden centraal die op het CE getoetst wordt, te weten lees- en schrijfvaardigheid. Hierbij zal gebruik gemaakt worden van de examenbundel en/of examens uit voorgaande jaren.


Leerstof:

schriftelijke toets Het luisteren naar een gesproken tekst op CD waarover open of gesloten vragen worden gesteld. Dit wordt in de les geoefend. Bovendien kan de leerling hier thuis op oefenen door met enige regelmaat naar een Engelstalige zender te kijken/luisteren. Het lezen van kortere en langere teksten waarover open en gesloten vragen gesteld worden. Gebruik van een woordenboek is toegestaan. Lezen wordt in de les geoefend.

Leerstof:

woordjestoetsen en opdrachten in tekstboek, werkboek en schrift De leerlingen moeten: 1. de woordjes gemiddeld (ruim) voldoende gemaakt hebben, 2. de lesopdrachten in tekstboek, werkboek en schrift volgens de docent naar behoren gemaakt hebben.

Leerstof:

schriftelijke toets Het schrijven van een e-mail, formele of informele brief volgens door het CITO bepaalde, algemeen geldende, conventies. Gelet wordt op voorgeschreven inhoud alsook op grammatica, woordgebruik en spelling. Het lezen van kortere en langere teksten waarover open en gesloten vragen gesteld worden. Lezen wordt in de les geoefend. Gebruik van een woordenboek is bij beide onderdelen toegestaan.

Leerstof:

woordjestoetsen en opdrachten in tekstboek, werkboek en schrift De leerlingen moeten: 1. de woordjes gemiddeld (ruim) voldoende gemaakt hebben, 2. de lesopdrachten in tekstboek, werkboek, en schrift volgens de docent naar behoren gemaakt hebben, 3. de opdrachten die horen bij twee leesboeken volgens de docent naar behoren gemaakt hebben.


101


hele jaar door Voldoende/Onvoldoende Nee 0

111



201


hele jaar door Voldoende/Onvoldoende Ja 0

211

12


Leerstof:

schriftelijk Het luisteren naar een of meerdere gesproken teksten op CD en het kijken/luisteren naar een of meerdere informatieve teksten DVD. Hierover worden gesloten vragen gesteld. Dit wordt in de les voorbereid door het kijken en/of luisteren naar dergelijke examens van voorgaande jaren.

Leerstof:

woordjestoetsen en opdrachten in werkboek en schrift De leerlingen moeten: 1. de woordjes gemiddeld (ruim) voldoende gemaakt hebben, 2. de lesopdrachten in werkboek en schrift volgens de docent naar behoren gemaakt hebben

Leerstof:

schriftelijk Het schrijven van een zakelijke brief volgens door het CITO bepaalde, algemeen geldende, conventies. Gelet wordt op voorgeschreven inhoud alsook op grammatica, woordgebruik en spelling. Gebruik van een woordenboek is toegestaan

Leerstof:

woordjestoetsen en opdrachten in werkboek en schrift De leerlingen moeten: 1. de woordjes gemiddeld (ruim) voldoende gemaakt hebben, 2. de lesopdrachten in werkboek en schrift volgens de docent naar behoren gemaakt hebben

Leerstof:

mondeling Het spreken met een medeleerling in de vorm van een dialoog. De docent zit erbij en luistert. Gelet wordt op begrijpelijkheid, uitspraak, woordenschat, voorbereiding en in laatste instantie op de mate van correct Engels. Indien nodig of indien de docent dit wenst kan hij/zij inspringen door het stellen van een vraag/vragen. Dit wordt in de les voorbereid doordat de leerlingen verschillende dialogen moeten maken en uitvoeren en zinnetjes moeten leren die met het onderwerp te maken hebben.

Leerstof:

woordjestoetsen en opdrachten in werkboek en schrift De leerlingen moeten: 1. de woordjes gemiddeld (ruim) voldoende gemaakt hebben, 2. de lesopdrachten in het schrift volgens de docent naar behoren gemaakt hebben, 3. de opdrachten die horen bij twee leesboeken volgens de docent naar behoren gemaakt hebben, 4. voldoende inzet hebben getoond bij het maken van de examenopdrachten ter voorbereiding van het Centraal Examen voor zover door de docent opgegeven.


301


Het hele jaar Voldoende/Onvoldoende Ja 0

311



401


Het hele jaar Voldoende/Onvoldoende Ja 0

411

SE5 Spreekvaardigheid Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Cijfer Nee 2

501

Per duo 10 minuten voor de dialoog SE5 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor: 511

hele jaar Voldoende/Onvoldoende Ja 0

13

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Geschiedenis Inleiding Inleiding: In de twee jaar van het VMBO-T behandelen wij het gehele twintigste eeuw. De Rol van Nederland in West-Europa en delen van de wereld zal in de lessen behandeld worden. Belangrijke thema’s die extra aandacht krijgen zijn “Nederland & Indonesië”, “Staatsinrichting”, “Sociale zekerheid & Verzorgingsstaat” en “Cultureel-mentale ontwikkelingen na 1945”. Leerjaar 3: Als eerste onderwerp behandelen wij “Sociale zekerheid en verzorgingsstaat” dat gekoppeld wordt aan de opkomst van de industrialisatie. Dit zal getoetst worden tijdens de diagnostische toetsweek. De nadruk zal liggen op de opbouw en afbreuk van de Nederlandse verzorgingsstaat tussen 1850 en heden. Dit getoetst worden in de vorm van de eindtoets. Het eerste SE zal gaan over Nederland en Indonesië. De nadruk zal liggen op de periode tussen 1900 en 1949. De toetsvorm is schriftelijk. SE II zal gaan over de cultureel-mentale ontwikkelingen in Nederland na 1945. Ook hier is de toetsvorm schriftelijk. Leerjaar 4: Dit jaar zal in teken staan van het voorbereiden op het eindexamen. SE III zal gaan over de ontzuiling en de opkomst van de tweede feministische golf in Nederland in jaren zestig. Hier zal ook de Koude Oorlog aan gekoppeld worden, vanwege de maatschappelijke bewustwording van jongeren. SE IV en SE V zullen in zijn geheel het hele examenonderwerp “Overzicht 20ste eeuw” bestrijken. Beide SE’s zullen uit drie hoofdstukken bestaan. In deze hoofdstukken zullen veel al eerder behandelde onderwerpen de revue passeren. Dit om de stof te herhalen en een betere voorbereiding op het eindexamen te hebben.


Leerstof:

schriftelijke toets Sfinx vbmo-bkgt 3 & 4 tekstboek & werkboek Hoofdstuk 2. Nederland en Indonesië

Leerstof:

schriftelijke toets Sfinx vbmo-bkgt 3 & 4 tekstboek & werkboek Hoofdstuk 6. Culturele en mentale ontwikkelingen in Nederland na 1945

Leerstof:

schriftelijke toets Memo VMBO kgt leerkatern & werkboek Staatsinrichting van Nederland

Leerstof:

schriftelijke toets Sfinx Historisch overzicht 20e eeuw tekstboek & werkboek Hoofdstuk 1: Nederland & Europa 1900-1914 Hoofdstuk 2: De Eerste Wereldoorlog 1914-1918 Hoofdstuk 3: Het Interbellum 1919-1939

Leerstof:

Schriftelijke toets Sfinx Historisch overzicht 20e eeuw tekstboek & werkboek Hoofdstuk 4: De Tweede Wereldoorlog Hoofdstuk 5: Europa en de wereld 1945-1989 Hoofdstuk 6: Een nieuwe wereldorde 1989-nu


101



201


1 of 2 uur Cijfer Ja 2

301


1 of 2 uur Cijfer Ja 2

401



501

14

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Wiskunde Inleiding Voor het vak wiskunde gebruiken we de methode: MODERNE WISKUNDE. Deze methode bestaat uit leerboeken en werkboeken. Voor extra thuiswerk is er een CD-rom in het boek aanwezig. Leerlingen zijn verplicht elke les hun wiskundemateriaal bij zich te hebben, te weten: rekenmachine, pen, potlood, liniaal, passer, geodriehoek, leerboek, werkboek en schrift. Wiskunde vraagt heel veel oefening. Leerlingen krijgen in de werkfase de mogelijkheid om te werken aan opgaven, en daarnaast zal er ook thuis altijd huiswerk gemaakt moeten worden. Huiswerk heeft een functie als verwerking van de behandelde stof en als voorbereiding op de volgende les. Leerlingen krijgen werkplanners zodat zij altijd op tijd hun werk af kunnen hebben. Als er door sport of andere activiteiten geen tijd is op een bepaalde dag om huiswerk te maken, dan kan/moet een leerling met de werkplanner het huiswerk zo plannen dat hij niet achterloopt. Toetsen kunnen goed voorbereid worden door het maken van de paragraaf "Test jezelf" uit het boek. In het werkboek staan extra oefenopdrachten en een terugblik van het hoofdstuk. Leerjaar 3: In het derde leerjaar gebruiken we de boeken 3a en 3b met de bijbehorende werkboeken. De twee boeken bevatten elk 6 hoofdstukken die allemaal behandeld worden. Dit vraagt een strakke planning. In november krijgen leerlingen een diagnostische toets over meerdere hoofdstukken als voorbereiding op de schoolexamens (SE). Later in het jaar volgen SE 1 en SE 2. Ieder schoolonderzoek telt voor 12,5% mee en is aangegeven met wegingsfactor 1. Naast deze schriftelijke toetsen moet elke leerling in het derde leerjaar een handelingsdeel uitvoeren. Hiervoor geeft elke leerling samen met een klasgenoot les aan de eigen groep. Het lesgeven is niet herkansbaar. Mocht het handelingsdeel onvoldoende zijn, dan volgt er een vervangende opdracht. Leerjaar 4: In leerjaar vier gebruiken we de boeken 4a en 4b en daarnaast de examenbundel. Het lesboek bestaat uit 7 hoofdstukken. Aan het begin van elke periode krijgen de leerlingen een planning waarop duidelijk aangegeven staat wat in de les gebeurt en wat er van leerlingen verwacht wordt aan huiswerk. Er zijn drie schoolonderzoeken: SE 3, SE4 en SE5, die ieder voor 25% meetellen en aangegeven worden met wegingsfactor 2. De planning van het aantal hoofdstukken per schoolonderzoek is niet van tevoren exact aan te geven doordat elk jaar een andere tijdsindeling heeft en de perioden een verschillende lengte hebben. Daarom wordt per jaar bekeken bij welk SE hoofdstuk 3 en hoofdstuk 6 getoetst kunnen worden. Om het handelingsdeel in het vierde leerjaar voldoende af te sluiten, moeten leerlingen voor alle tussentoetsen een voldoende resultaat halen en daarnaast examenopdrachten maken ter voorbereiding op het CE. Na de schoolonderzoeken wordt gestart met de voorbereiding van het centraal examen door opdrachten te maken uit de examenbundel. Schoolexamens De Schoolexamens worden voor het VMBO in vijf periodes afgenomen. De eerste periode: SE 1 schriftelijke toets en handelingsdeel Tweede periode: SE 2 schriftelijke toets en handelingsdeel Derde periode: SE 3 schriftelijke toets Vierde periode: SE 4 schriftelijke toets Vijfde periode: SE 5 schriftelijke toets en handelingsdeel


Leerstof:

Rekenen met formules (hfd 4); Werken met aantallen (hfd 6), Vergelijkingen oplossen (hfd 7), Hellingen en tangens (hfd 8)

Leerstof:

Hoofdstuktoetsen De hoofdstukken van DT tot SE1 moeten gemiddeld voldoende worden gemaakt.

Leerstof:

Grafen en stapsgewijs (hfd 10); Oppervlakte en Inhoud (hfd 11) en Grafieken (hfd 12).


101


Voldoende/Onvoldoende Nee 0

111



201

15

Programma van toetsing en afsluiting SE2 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Hoofdstuktoetsen De hoofdstuktoetsen moeten gemiddeld voldoende gemaakt zijn.

Leerstof:

Grafieken en vergelijkingen (hfd 1); Vlakke meetkunde (hfd 2) en Informatieverwerking* (hfd 3).

Leerstof:

Informatieverwerking* (hfd 3), Machtsverbanden (hfd 4), Rekenen (hfd 5) en *Goniometrie (hfd 6).

Leerstof:

*Goniometrie (hfd 6), Exponentiële verbanden (hfd 7) en Ruimte meetkunde (hfd 8).

Leerstof:

Voldoende scoren per toets Een voldoende voor alle hoofdstuk toetsen door het jaar heen halen en Examenopdrachten ter voorbereiding van het Centraal Examen.

Voldoende/Onvoldoende Ja 0

211



301



401



501


inhalen na scho Voldoende/Onvoldoende Ja 0

511

16

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Natuur- en scheikunde I Inleiding Voor het vak Nask1 gebruiken we de methode: NOVA: Natuur/Scheikunde 1 KGT. Deze methode bestaat uit een leerboek en twee werkboeken. Leerlingen zijn verplicht elke les de volgende spullen bij zich te hebben: boeken, schrift, pen, potlood, geodriehoek, rekenmachine, agenda. Leerlingen krijgen tijdens de les in de werkfase de gelegenheid om te werken met opdrachten en opgaven. Daarnaast wordt er ook thuis aan opdrachten gewerkt. Tijdens de les wordt aandacht besteed aan de planning van het werk zodat leerlingen altijd op tijd hun werk af kunnen hebben. Toetsen kunnen leerlingen goed voorbereiden door de opgaven in het werkboek vlot te leren maken en met name aandacht te besteden aan de vragen uit de “Test Jezelf” achteraan elk hoofdstuk in het werkboek. Toetsen bestaan, naast bekende opgaven uit het werkboek, ook uit moeilijker opgaven die toepassing van basis kennis vragen. Leerjaar 3: In het derde leerjaar volgen de leerlingen de methode NOVA 3 VMBO KGT. Daarnaast wordt gewerkt met materiaal dat docenten zelf hebben samengesteld. Dit vraagt een strakke planning. De leerstof voor het derde jaar bestaat uit de belangrijkste onderwerpen van het Centraal Examen plus de onderwerpen die niet op het Centraal Examen getoetst worden maar wel verplicht in het Schoolexamens getoetst moeten worden. Daarnaast wordt aandacht besteed aan praktische- en ICT vaardigheden. In november krijgen leerlingen een diagnostische toets over verschillende hoofdstukken als voorbereiding op de schoolexamens (SE). Later in het jaar volgen SE1 en SE2. Ieder schoolexamen telt voor 12,5% mee (weging 1). Voor de berekening van het SE cijfer tellen de resultaten van de afzonderlijke hoofdstuktoetsen evenredig mee. Het eerste Schoolexamen valt omstreeks maart/april. Het tweede Schoolexamen valt begin juni. Naast schriftelijke toetsen werkt elke leerling aan een handelingsdeel. Mocht het handelingsdeel onvoldoende zijn, dan volgt een vervangende opdracht, bestaande uit verschillende praktische opdrachten. Leerjaar 4: In het vierde leerjaar volgen de leerlingen de methode NOVA 4 VMBO KGT. De leerstof voor het vierde jaar bestaat uitsluitend uit de onderwerpen van het Centraal Examen Daarnaast wordt aandacht besteed aan praktische- en ICT vaardigheden. Er zijn drie schoolexamens: SE3, SE4 en SE5, die ieder voor 25% meetellen (weging 2). De planning daarvoor wordt aan het begin van het jaar bekend gemaakt. Voor de berekening van het SE cijfer tellen de resultaten van de afzonderlijke hoofdstuktoetsen evenredig mee. Naast schriftelijke toetsen werkt elke leerling aan een handelingsdeel. Mocht het handelingsdeel onvoldoende zijn, dan volgt een vervangende opdracht, bestaande uit verschillende praktische opdrachten.


Leerstof:

Hoofdstuk 4, 5 en 6: Het Weer, Licht en beeld, Energie

Leerstof:

Hoofdstuk 7 en 8: Materie, Straling


101



201

17


Leerstof:

Een door het jaar heen verzamelde collectie van verslagen van praktische opdrachten, met een voldoende afgerond. De werkboeken ingeleverd, met een voldoende afgerond.

Leerstof:

Kerndeel 4: Stoffen en materialen, Kerndeel 6: Verbranden en verwarmen, Kerndeel 10: Bouw van de materie

Leerstof:

Kerndeel 5: Elektrische energie.

Leerstof:

Kerndeel 9: Kracht en veiligheid, Kerndeel 8: Geluid Verrijkingsdeel 1: Veiligheid, Verrijkingsdeel 2: Constructies Verrijkingsdeel 3: Informatieverwerking

Leerstof:

Verslagen Een door het jaar heen verzamelde collectie van verslagen van praktische opdrachten, met een voldoende afgerond.

Voldaan/Niet voldaan Nee 0

211



301



401



501



511

18

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Biologie Inleiding Voor het vak biologie gebruiken we de methode: Biologie voor jou. We gebruiken het leerboek zonder werkboek. De leerlingen verwerken de leerstof aan de hand van uitleg, practica en theoretische opdrachten die de docenten geven. Uiteindelijk ontstaat er per hoofdstuk een snelhechter waarin de leerlingen een geheel hebben gemaakt met daarin tekeningen, samenvattingen, woordenlijsten en uitwerkingen van andersoortige opdrachten. Er wordt dus verwacht dat de leerlingen altijd hun leerboek en werkmap bij zich hebben van het hoofdstuk waaraan gewerkt wordt. De leerlingen zullen per les ongeveer twee tot drie basisstoffen moeten verwerken. De werkmappen moeten met een voldoende worden afgesloten. Dit geldt als een handelingsdeel. Leerjaar 3: In het derde leerjaar gebruiken we de boeken 3 deel 1 en 3 deel 2 KGT. Het boek 3 deel 1 bevat 5 thema’s (hoofdstukken) en 3 deel 2 bevat 4 thema’s. Al deze thema’s worden behandeld. In november krijgen de leerlingen een diagnostische toets over de stof die tot dan toe is behandeld. Dit als voorbereiding op de latere officiële SE’ s, SE1 en SE2. Beide SE’s tellen voor 12,5% mee voor het schoolexamencijfer en wordt aangegeven met de wegingsfactor 1. Naast deze schriftelijke toetsen moet elke leerling twee handelingsdelen met een voldoende afsluiten. Het eerste handelingsdeel bestaat uit een opdracht microscopie. Het tweede handelingsdeel bestaat uit een gedragsonderzoek. Voor dit onderzoek wordt o.a. een bezoek aan Artis gebracht. Leerjaar 4: In het vierde leerjaar gebruiken we de boeken 4 deel 1 en 4 deel 2 VMBO-KGT. Beide boeken bevatten 4 Thema’s. LET OP: Voor het eindexamen moet de leerling alle vier de boeken (leerjaar 3 en 4) kennen! Daarnaast gebruiken we de examenbundel om het examen voor te bereiden. Er zijn drie schoolonderzoeken, SE 3, SE4 en SE5, die ieder voor 25% meetellen en aangegeven worden met wegingsfactor 2. Schoolexamens De Schoolexamens worden voor het VMBO in vijf periodes afgenomen. De eerste periode: schriftelijke toets De tweede periode: schriftelijke toets De derde periode: schriftelijke toets De vierde periode: practicum en een schriftelijke toets. Het practicum gedeelte is niet herkansbaar. De vijfde periode: schriftelijke toets


Leerstof:

Thema 1 t/m 5 (boek 3 deel 1) Cellen, ordening, voortplanting en ontwikkeling, erfelijkheid en evolutie. De eerste echte toets gaat over vijf vooral theoretische hoofdstukken en beslaat de helft van de leerstof die in het 3e leerjaar moet worden beheerst. Bij deze toets worden kennis, begrip en inzicht beoordeeld.

Leerstof:

Werkmap en opdracht microscopie Goedkeuring voor afsluiten werkmap per hoofdstuk. Bij dit handelingsdeel leer je correct omgaan met een microscoop. Het onderdeel wordt afgesloten met een correcte microscooptekening volgens de tekenregels.

Leerstof:

Thema 6 t/m 8. (boek 3 deel 2) Regeling, zintuiglijke waarneming en stevigheid en beweging. De tweede toets gaat over deze drie theoretische hoofdstukken. Bij de toets worden kennis, begrip en inzicht beoordeeld


101



111



201

19


Leerstof:

Gedragsonderzoek met daaraan gekoppeld een bezoek aan Artis.


De laatste toets in het 3e leerjaar is een practicum. Het gedrag van één of meerdere dieren van dezelfde soort observeer je. Aan de hand van dit ‘ethogram’ maak je een protocol. Hierin houd je bij hoe vaak bepaald gedrag voorkomt. Hiervan maak je een verslag. Met behulp van de theorie over regeling, zintuiglijke waarneming en stevigheid & beweging verduidelijk en onderbouw je de conclusies uit je verslag. Je wordt beoordeeld op werkaanpak, eigen initiatief, nauwkeurigheid, volledigheid, het trekken van de juiste conclusies, kennis en inzicht in de materie en schrijfvaardigheid.

211


Werkmap en gedragsonderzoek Goedkeuring voor afsluiten werkmap per hoofdstuk.

Leerstof:

Thema 2 t/m 4. (boek 4 deel 1) Deze eerste toets bestaat uit drie onderwerpen. Het gaat om vragen als: Hoe komen planten aan hun energie? Hoe komen dieren aan hun voedsel? Hoe is de mens afhankelijk van het milieu?

Leerstof:

Werkmap Goedkeuring voor afsluiten werkmap per hoofdstuk.

Leerstof:

Thema 1 (boek 4 deel 1) Thema 5 (boek4 deel 2) Voeding en vertering en stofwisseling Gaandeweg de behandeling van de leerstof oefen je een aantal keer met het uitvoeren van proeven en het schrijven van verslagen. Tijdens het schoolexamen voer je een voorgeschreven proef uit. Je schrijft van het onderzoek een verslag volgens een vaste opzet. Naast de proefbeschrijving krijg je theorievragen over stofwisseling en voeding&vertering. De antwoorden op deze vragen verwerk je in het verslag. Beoordeeld worden: begrip en inzicht, initiatief en originaliteit, nauwkeurigheid en volledigheid. Deze praktische opdracht kan niet worden herkanst. Het practicum wordt in 60 minuten uitgevoerd. De resultaten worden verwerkt in een verslag in een later te geven uur (verwerkingsles). Leerlingen mogen niets uit het lokaal meenemen dat met het practicum te maken heeft. In de verwerkingsles wordt ook een korte schriftelijke toets afgenomen. Het practicum en de schriftelijke toets tellen elk 50% van het totaal mee. Tijdsduur: 2 x 60 minuten. 1 uur voor het practicum uitvoeren en 1 uur voor de schriftelijke toets en het verwerken in een verslag van het practicum.

Leerstof:


Leerstof:

Thema 6 t/m 8 (boek4 deel 2) Gaswisseling, transport, opslag, uitscheiding & bescherming: Bij deze toets worden kennis, inzicht en begrip getoetst middels meerkeuzevragen, open vragen, het lezen van diagrammen en het analyseren van gegevens. De onderwerpen zijn onder andere de longen, het bloed, de huid, lever, nieren en het afweersysteem. De vragen zijn op eindexamenniveau.


301



311

SE4 Toets/Praktijkopdracht Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Cijfer Ja 2

401



411



501

20


Leerstof:



511

21

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Economie Inleiding Leerjaar 3 In het derde leerjaar behandelen we bij economie de basis van de verschillende examenonderdelen uit de methode Pincode. Het onderdeel consumptie wordt getoetst in de diagnostische toets. Voor SE1 staat arbeid en productie op het programma (hoofdstuk 5 & 6). SE2 gaat over overheid, bestuur en internationale ontwikkelingen (hoofdstuk 7 & 8). Leerjaar 4 In het vierde leerjaar gaan we dieper in op de verschillende examenonderdelen. Deze worden getoetst op: SE3 (hoofdstuk 4 en 8 & V1) overheid, bestuur en natuur en milieu alsmede verrijkingsstof V1 SE4 (hoofdstuk 1 t/m 3) consumptie, bank en verzekeren SE5 (hoofdstuk 5 t/m 7 & V2) arbeid/productie en internationale ontwikkelingen alsmede verrijkingsstof V2

Schoolexamens De Schoolexamens worden voor het VMBO in vijf periodes afgenomen. SE1 gaat over hoofdstuk 5 & 6 uit pincode 3 SE2 gaat over hoofdstuk 7 & 8 uit pincode 3 SE3 gaat over hoofdstuk 4 & 8 & V1 uit pincode 4 SE4 gaat over hoofdstuk 1 t/m 3 uit pincode 4 SE5 gaat over hoofdstuk 4 t/m 7 & V2 uit pincode 4 Herkansing Toetsen: Voor economie kunnen alle schoolexamens herkanst worden als is voldaan aan de algemene regels zoals is beschreven in het PTA.


Leerstof:

Productie en arbeid Schriftelijk toets over de hoofdstukken 5 & 6

Leerstof:

Overheid, bestuur en internationale ontwikkelingen schriftelijke toets over de hoofdstukken 7 & 8

Leerstof:

Overheid, bestuur en Natuur en milieu schriftelijk toets over de hoofdstukken 4 & 8 en V1 uit pincode4

Leerstof:

Consumptie, Bank en verzekeren schriftelijke toets over de hoofdstukken 1,2 en 3 uit pincode4

1 uur Cijfer Ja 1

101


1 uur Cijfer Ja 1

201


1 uur Cijfer Ja 2

301


1 uur Cijfer Ja 2

401

22


Leerstof:

Arbeid, productie en Internationale ontwikkelingen schriftelijke toets over de hoofdstukken 5,6 en 7 en V2 uit pincode4

1 uur Cijfer Ja 2

501

23

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Kunstvakken I Inleiding Het doel van het vak Kunstvak 1 (Culturele en kunstzinnige vorming in het VMBO) is; het bevorderen van cultuurparticipatie van jongeren en het stimuleren van kunst en cultuur als een vast onderdeel van ieders leven. Wij hebben er daarom voor gekozen om onze leerlingen nog twee hele bijzondere kunst en cultuurervaring te laten mee maken. Er van uit gaande dat goede ervaringen hiermee een goede voedingsbodem is voor cultuurparticipatie na de schooltijd. Leerjaar 3: De leerlingen maken een keuze uit een programma-aanbod van 6 verschillende activiteiten. Zij kiezen twee activiteiten. Deze activiteit wordt vervolgens zes à zeven weken gevolgd. Beoordeling zal geschieden op grond van inzet en aanwezigheid. Toetsen en handelingsdelen Het volgen van de programmaonderdelen en aanwezigheid volgens de voor de school geldende regels, leiden tot een beoordeling van dit handelingsdeel. Bij het behalen van twee positieve beoordelingen wordt Kunstvak 1 voldoende afgesloten en afgetekend.

Toetsen SE2 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof: half schooljaar Voldoende/Onvoldoende Ja 0

Deelname aan de keuze van twee activiteiten uit het aanbod van Kunstvak 1

211

24

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Maatschappijleer Inleiding Maatschappijleer wordt alleen gegeven in het derde leerjaar en leidt tot een eindcijfer dat op de cijferlijst bij het diploma komt. Het vak maatschappijleer telt als volwaardig vak mee in de slaag/zakregeling, ondanks het ontbreken van een centraal examen maatschappijleer 1. Een onvoldoende eindcijfer voor maatschappijleer 1 betekent vanzelfsprekend een onvoldoende op de eindlijst. Zorg dat je eindigt met een 7 voor maatschappijleer, dat levert een compensatiecijfer op! Een leerling heeft de mogelijkheid om voor het vak maatschappijleer, wanneer het eindcijfer 6 of lager is, een herexamen af te leggen. Dit herexamen gaat minimaal over alle onderdelen van het vak die herkansbaar zijn en niet voldoende zijn afgesloten. Het nieuw verkregen cijfer voor het herexamen telt bij de vaststelling van het eindcijfer mee op grond van de wegingsfactor van de onderdelen die herkanst zijn. Het nieuwe eindcijfer vervangt het eerder behaalde eindcijfer alleen als het hoger is. De herkansing voor het vak maatschappijleer staat los van de herkansingsregeling voor de overige examenvakken en kan derhalve op aangepast moment plaatsvinden. Aangezien Maatschappijleer een half-jaars-vak is en de stageweek op een vast tijdstip in het jaar valt, kunnen SE-1 en SE-2 verwisseld worden. Dit betekent ook dat bepaalde onderdelen van het vak maatschappijleer besproken zullen worden in de mentorles. Leerjaar 3: We gebruiken themaboekjes die door de docent worden uitgereikt. De leerlingen nemen in elke les aan materialen mee: themaboek(je), schrift, pen, agenda, soms ook krant(artikel). De thema’s die behandeld worden zijn: politiek, massamedia, arbeidsoriëntering en stage. Eventueel kunnen daar aantoegevoegd worden: Lang leve de Liefde, Mediation en wat zich aandient. Leerjaar 4: N.v.t.

Toetsen SE2 Toets/Praktijkopdracht Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:


Politiek, Massamedia & PO Toets Politiek Theorie over politiek naar aanleiding van het themaboek “Politiek”. Open en gesloten vragen. Tijdsduur: 60 minuten en

201

Toets Massamedia Theorie over massamedia naar aanleiding van het themaboek “Massamedia”. Open en gesloten vragen. Tijdsduur: 60 minuten en Praktische opdracht verwerking werken leerervaringen stage Deze praktische opdracht bestaat uit een mondeling en een schriftelijk deel. Voor het mondelinge deel houd je op de ouderavond een presentatie over je werken leerervaringen tijdens de stageweek. Je bent in staat vragen van ouders te beantwoorden. Deze voordracht duurt 10 minuten. Voor het schriftelijk deel van deze toets maak je een verslag van je beroepsstage. Hierin worden o.a. verwerkt: de dagverslagen, de interviews, je leerervaringen. Voor een uitgebreide lijst van eisen kun je het stageboek gebruiken dat je van de docent krijgt uitgereikt vóór de stage begint. Dit verslag voldoet aan de algemeen geldende conventies voor werkstukken. De eerste versie moet uiterlijk één (1) week na de stage worden ingeleverd. Daarna heb je de tijd om, met de aanwijzingen van de docent, het verslag tot een goed einde te brengen. Voor deze toets krijg je 5 uur de tijd. Beide onderdelen tellen voor 50% mee voor dit SE-onderdeel. SE2 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor: 211

Leerstof: 1 week Voldoende/Onvoldoende Ja 0

beroeps stage Gedurende een week volledig meedraaien in een bedrijf, bij voorkeur een bedrijf dat aansluit bij hun profiel. Deze moet door de leerling zijn gevonden en van te voren door de docent zijn goedgekeurd. De stage wordt voorbereid met het schrijven van een sollicitatiebrief en het voeren van een sollicitatiegesprek. Tijdens de stage draait de leerling zoveel mogelijk mee. Bovendien houdt de leerling dagverslagen bij, neemt hij/zij twee interviews, en voert enkele profielopdrachten uit ten behoeve van het stageverslag.

25

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Lichamelijke opvoeding Inleiding In de komende twee jaar LO krijgen de leerlingen weer een breed aanbod op sport en spelgebied. We gaan onze fysieke gesteldheid beoordelen aan de hand van een fittest. En iedereen krijgt rollen uit te voeren binnen de lessen, waarbij de leerlingen moet leren leiding geven (lesgevend/scheidsrechter/coach), organiseren en ontwikkelen. De praktijkonderdelen, die meestal in lessenseries worden aangeboden, worden met een cijfer beoordeeld. Hierbij wordt gelet op het prestatieniveau, de groei tijdens de lessenserie en de inzet en werkhouding daarbij. Praktijkonderdelen worden gedurende beide leerjaren onder lestijd afgerond. Aangezien we afhankelijk zijn van de beschikbaarheid van de zalen volgens het rooster, wordt er per roosterperiode gekozen welk praktijkonderdeel kan worden afgesloten. Door aan alle lessen deel te nemen en voldoende inzet te tonen kan het vak bewegingsonderwijs in principe voldoende worden afgesloten. De volgende praktijkonderdelen zullen in deze twee jaar zeker aan bod komen: - Voetbal - Trampoline springen - Basketbal - Zwaaien - Softbal - Zelfverdediging/stoeispelen - Volleybal - Atletiek - Hockey - Fitness/ krachttraining Verder kunnen (afhankelijk van de docent(e)) een aantal andere thema’s aan bod komen. Dit zijn onder andere: - Tafeltennis - Flag football - Badminton - Bewegen op muziek - Frisbee - Acrobatiek Aanwezigheid en blessures Per jaar kan een leerling zonder problemen twee keer door ziekte afwezig zijn, mits dit door de ouders/verzorgers bij de dagelijkse leiding gemeld is. Vanaf de derde gemist les moeten er alternatieve opdrachten worden gemaakt. Als een leerling ongeoorloofd afwezig is zal de gemiste les moeten worden ingehaald door het maken van een alternatieve opdracht. Mochten er vaker lessen ongeoorloofd gemist worden dan worden de alternatieve opdrachten steeds zwaarder. Leerlingen kunnen twee keer paar jaar geblesseerd aan de kant zitten. Zij worden dan wel geacht de docent(e) te helpen bij het uitvoeren van de les. Als de leerling nog vaker geblesseerd is zullen ook hier alternatieve opdrachten gemaakt moeten worden. Deze kunnen tijdens en in de gymles uitgevoerd worden. Voor leerlingen met chronische blessures en een doktersverklaring kunnen aparte afspraken gemaakt worden. Hiervoor moet er contact plaatsvinden tussen de ouders en de docent(e) bewegingsonderwijs. Wanneer is aan het handelingsdeel bewegingsonderwijs voldaan? Om het handelingsdeel voor bewegingsonderwijs voldoende af te sluiten moet er aan de volgende twee criteria zijn voldaan: - De aanwezigheid moet voldoende zijn. - Het examendossier, zoals dat hieronder beschreven is, moet volledig zijn ingeleverd. Leerjaar 3: In dit leerjaar beginnen de leerlingen met een fittest. De fittest geeft een persoonlijk beeld op het gebied van kracht, conditie ( SRT ), lenigheid, snelheid bloeddruk en BMI. Uit deze cijfers kan de leerling zien op welk niveau hij/zij zit. Er zijn verschillende niveaus die Europees gehanteerd worden. Een leerling kan zien of hij boven gemiddeld, gemiddeld of onder gemiddeld scoort. Uit deze score komt een advies van de docent in overleg met de leerling. De fittest komt aan het eind van het jaar terug. Verder moeten de leerlingen ook de praktijkonderdelen zoals hierboven vermeld afsluiten. Dit gebeurt onder lestijd, gedurende het hele jaar. Aan het eind van het jaar wordt begonnen met het ontwerpen van een eigen spel. De leerlingen moeten in groepjes een nieuw spel ontwikkelen en dit met de hele groep uitvoeren. Daarnaast moet elke leerling een examendossier aanleggen. Deze bestaat uit een snelhechter die door de leerling zelf wordt bewaard. De volgende onderdelen moeten in het examendossier zitten: - Fittest: Scoreformulier en verslag bespreking uitkomst - Spel ontwikkelen: Spel omschrijving. Leerjaar 4: De lessen LO gaan in het vierde jaar verder zoals in leerjaar drie. Dit leerjaar staat, naast het veelvuldig en gevarieerd bewegen, vooral in het teken van ontwikkelen en organiseren. Aan het begin van het jaar moet een lesvoorbereiding ingeleverd worden. Die les wordt verderop in het jaar gegeven aan de eigen groep. Het examendossier, gestart in de derde klas, wordt verder aangevuld met: - Fittest: Scoreformulier en verslag bespreking uitkomst - Lesgeven: lesvoorbereidingsformulier (incl. evaluatie)

Toetsen 26

Programma van toetsing en afsluiting SE1 Praktische opdracht Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Sportactiviteit nader te bepalen sportactiviteiten

Leerstof:

Fittest De fittest geeft een persoonlijk beeld op het gebied van kracht, conditie ( SRT ), lenigheid, snelheid bloeddruk en BMI. Uit deze cijfers kan de leerling zien op welk niveau hij/zij zit. Er zijn verschillende niveaus die Europees gehanteerd worden. Een leerling kan zien of hij boven gemiddeld, gemiddeld of onder gemiddeld scoort. Uit deze score komt een advies van de docent in overleg met de leerling. De scores uit fittest 1 worden vergeleken met de scores uit fittest 2. Niet het absolute resultaat, maar de vooruitgang is belangrijk.

Leerstof:

Spel ontwikkelen

Leerstof:

Fittest De fittest die we bij eerder in het jaar gehouden hebben, wordt herhaald. De scores uit fittest 1 worden vergeleken met de scores uit fittest 2. Uit deze vergelijking komt een vervolgadvies van de docent in overleg met de leerling. Niet het absolute resultaat, maar de vooruitgang is belangrijk

Leerstof:

Sportactiviteit Nader te bepalen sportactiviteiten.

Leerstof:

Lesvoorbereiding Iedereen maakt een lesvoorbereiding, hiervoor wordt een standaard format uitgereikt. Deze voorbereiding wordt later in het jaar en in het 4e jaar gebruikt bij het lesgeven. Digitaal opsturen en bewaren voor het examendossier. Inleveren voor SE-3 periode.

Leerstof:

Sportactiviteit Nader te bepalen sportactiviteiten.

Leerstof:

lesgeven Leerlingen geven in tweetallen een deel van de les. Ze zorgen ervoor dat het materiaal wat ze nodig hebben aanwezig is. De docent scoort op de houding en uitstraling van de lesgever. Inhoudelijk moet het voldoen aan de eisen die op de lesvoorbereiding worden aangegeven.

1-3 lessen Cijfer Ja 1

101


3 lessen Voldaan/Niet voldaan Ja 0

111

Praktische opdracht Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Cijfer Nee 1

201


2.5 lessen Voldaan/Niet voldaan Ja 0

211

SE3 Praktische opdracht Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

1 tot 3 lessen Cijfer Ja 2

301


2 uur Voldaan/Niet voldaan Ja 0

311


1 tot 3 lessen Cijfer Ja 2

401



501

27

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Toekomst voor talent Inleiding Er zijn twee redenen voor het invoeren van TVT. Ten eerste om leerlingen kennis te laten maken met de beroepsgerichte kant van de verschillende sectoren in de theoretische leerweg. Zij kunnen dan na hun vmbo-tl een meer gefundeerde en gerichte keuze maken voor een vervolgopleiding. Ten tweede wilden we meer afwisseling in het lespakket voor de VMBO-T leerling. In het kader van een meer evenwichtige ontwikkeling van leerlingen inzake hoofd, hart en handen, is het vak TVT ontwikkeld, waar leerlingen wat meer met hun handen kunnen doen. Daarnaast maken leerlingen bij het vak TVT in leerjaar 4 ook hun sectorwerkstuk. Dit is een verplicht handelingsdeel van de vmbo-tl opleiding. Zowel de titel van het sectorwerkstuk als de beoordeling ervan wordt vermeld op de cijferlijst en telt niet mee in het eindcijfer voor het SE van de afzonderlijke vakken. Het vak TVT bestaat uit het praktijkgedeelte van drie sectoren: administratie, zorg en welzijn, en techniek. Het vak TVT omvat in leerjaar 3 twee blokken in periode 2, 3 en 4 van het schooljaar, waarbij in elke periode één sector centraal staat. In leerjaar 4 omvat het vak TVT twee blokken in periode 2 en 3 van het schooljaar. Leerjaar 3: Vanaf de herfstvakantie van het schooljaar maken leerlingen kennis met onderdelen van de beroepsgerichte kant m.b.t. de drie verschillende sectoren van de theoretische leerweg: zorg en welzijn, techniek en economie. Elke periode staat een andere sector centraal. De onderdelen van de verschillende sectoren dienen minimaal met een voldoende te worden afgesloten. Leerjaar 4: In dit schooljaar gaan leerlingen zich specialiseren in één sector. De leerling kiest hiervoor de sector die het beste aansluit bij zijn/haar talenten, het vakkenpakket en zijn/haar beroepsperspectief. Tijdens de lessen wordt gewerkt aan theoretische verdieping en praktische vaardigheden van de sector en is er een oriëntatie op beroepen binnen de sector. Tijdens deze sectorlessen werken de leerlingen ook aan hun sectorwerkstuk; waarvan het daadwerkelijk schrijven van het werkstuk en de presentatie ervan niet in de sectorlesuren gebeurt, maar gezien het beperkte aantal TVT-lessen voornamelijk buiten de lessen dan wel deels in de mentorles plaats zal vinden. In het sectorwerkstuk dient een vakoverstijgend onderwerp behandeld te worden dat past binnen de sector. Zowel het product als het proces ervan wordt beoordeeld, door de (sector-)vakdocent en de mentor. De onderdelen van de gekozen sector alsook het sectorwerkstuk dienen minimaal met een voldoende te worden afgesloten. Schoolexamens De Schoolexamens worden voor het VMBO in vijf periodes afgenomen. De eerste periode:n.v.t. Tweede periode:de in leerjaar 3 gevolgde onderdelen van de sectoren zorg en welzijn, techniek resp. economie dienen minimaal met een voldoende te worden afgesloten. Derde periode: n.v.t. Vierde periode: n.v.t. Vijfde periode: de in leerjaar 4 gevolgde onderdelen van de gekozen sector alsook het sectorwerkstuk dienen minimaal met een voldoende te worden afgesloten.

Toetsen SE2 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor: 211

Leerstof:

Voldaan/Niet voldaan Nee 0

Sector economie “Geld en je leven” en de “Geldkluis”. Leerlingen brengen een bezoek aan de DNB, waarbij een aantal interactieve en visueel aantrekkelijke leerprogramma’s wordt aangeboden over geld en betalen. Voorts wordt verteld wat de DNB doet en wat dat voor invloed heeft op je geld en je leven. De leerlingen maken daarna een aantal computer-opdrachten. Tevens wordt een typecursus aangeboden en kunnen de leerlingen hun typediploma halen (eis: met 10 vingers blind typen, maximaal 10 foutjes en 160 aanslagen per minuut). Sector zorg en welzijn Leerlingen maken kennis met de afdeling Zorg en Welzijn en gaan zoveel mogelijk verschillende facetten van de afdeling zien. Tijdens de TVT-lessen Zorg en Welzijn worden de belangrijkste onderwerpen van de sector behandeld. Denk hierbij aan onderwerpen als het kinderdagverblijf, leefstijl jongeren, koken en hygiëne, facilitaire dienst, voeding en EHBO. Daarnaast krijgen leerlingen zoveel mogelijk praktische kennis mee voor in de toekomst. Sector techniek Er is keuze uit een aantal verschillende opdrachten. Deze opdrachten verschillen wat betreft moeilijkheid in technische vaardigheden, diversiteit in materiaal of technisch vakgebied. De leerling werkt aan een opdracht (praktijk en theorie). De leerling moet per module een praktisch werkstuk en een map met theorie en verslagen inleveren. De eisen van de opdrachten (theorie en verslagen) en de presentatievorm zijn ook terug te vinden op Moodle/Innovatieve Techniek.

28

Programma van toetsing en afsluiting SE5 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor: 511

Leerstof:


In het sectorwerkstuk dient een vakoverstijgend onderwerp behandeld te worden dat past binnen de sector. Het onderwerp is vrij, maar er moeten elementen van de gekozen sector duidelijk erin terug te zien zijn. Zowel het product als het proces ervan wordt beoordeeld. Naast een schriftelijke weergave van het sectorwerkstuk, dient er ook een PowerPoint-presentatie van het gekozen onderwerp gemaakt te worden. Afhankelijk van het gekozen onderwerp zal de presentatie geschieden voor leerlingen van klas 2 dan wel de eigen klas van de betreffende leerling. Het daadwerkelijk schrijven van dit sectorwerkstuk alsook het maken van de presentatie ervan zal deels in de TVT-lessen in periode 1 en deels in de mentorlessen daarna plaatsvinden. De titel van het sectorwerkstuk en de beoordeling ervan wordt vermeld op de cijferlijst. Sector economie Leerstof: Leerlingen verdiepen hun kennis inzake meer specifieke onderdelen van de beroepsgerichte kant m.b.t. de sector economie. Sector zorg en welzijn Leerstof: Leerlingen verdiepen hun kennis inzake meer specifieke onderdelen van de beroepsgerichte kant m.b.t. de sector zorg en welzijn. Sector techniek Leerstof: Leerlingen verdiepen hun kennis inzake meer specifieke onderdelen van de beroepsgerichte kant m.b.t. de sector techniek. Sector ICT Leerstof: Leerlingen verdiepen hun kennis inzake meer specifieke onderdelen van de beroepsgerichte kant m.b.t. de sector ICT.

29

Programma van toetsing en afsluiting Vak:Frans Inleiding

10

Programma van toetsing en afsluiting “Bonjour, ça va, je m’appelle, comment allez-vous?” zijn een aantal woorden en zinnen die je leert tijdens de franse lessen in de onderbouw van je opleiding. In 3vmboT zul je merken dat het werk -en leertempo omhoog gaan en ook dat de leerstof om te bestuderen meer wordt. “On est là pour t’aider et pour t’accompagner”. Samen met je docent en met je klasgenoten zul je het ritme vinden en hieraan snel wennen. Et bien sûr, c’est aussi le plaisir qui compte. Uiteraard is er ook ruimte voor leuke onderdelen tijdens je lessen naast de onderdelen die nodig zijn. Jijzelf hebt daarin ook een belangrijk aandeel. Dus, doe je best. Je t’invite! In de bovenbouw van het vmbo werken we met de methode Carte Orange, werkboek en tekstboek. Met ingang van schooljaar 2010-2011 gaan we in de heterogene onderbouw ook starten met het werken via deze methode ten gunste van de doorlopende leerlijn Frans onderbouw-bovenbouw. Daarnaast wordt gewerkt met materiaal dat docenten van onze vakgroep Frans zelf hebben samengesteld. We putten uit bronnen van Franse media, zoals kranten of t.v-programma’s (actualiteiten en muziekprogramma’s) en didactisch materiaal van o.a. het Cito. In klas 3vmboT behandelen we 3 Unités (=hoofdstukken). Over Unité 2 en over Unité 3 zal een SE worden afgenomen. Unité 1 gebruiken we in klas 3vmboT als inleiding en als oefenstof voor in een Diagnostische Toets. Deze Diagnoschtische Toets is een allereerste kennismaking met hoe een SE er uit kan zien en dient als voorbereiding op SE1. In klas 4vmboT behandelen we de Unités 4, 5 en 6. Over alledrie de hoofdstukken wordt een SE afgenomen. Het programma Frans in het vmbo is hoofdzakelijk gericht op een brede algemene kennismaking met de taal en met de cultuur en het zich kunnen redden in de doeltaal volgens de basisbeschrijving van het Europees Refentie Kader (ERK). Dit ERK beschrijft in Europees verband, de verschillende vaardigheden op verschillende niveaus afhankelijk van de genoten opleiding en de gestelde eisen door een vervolgopleiding. Aan het einde van het Vmbo, is een leerling in staat om zich binnen de vaardigheden spreken, lezen, schrijven, luisteren te redden op A2/B1 niveau, zoals beschreven volgens het Europees Referentie Kader. Gesproken en geschreven relatief eenvoudige teksten die te maken hebben met alledaagse onderwerpen en met de directe leefwereld van de doelgroep, onze leerlingen van de OSB, moeten met enig gemak en vlotheid kunnen worden begrepen en, afhankelijk van de vaardigheid, kunnen worden gereproduceerd in de doeltaal. Het accent in de allerlaatste fase in voorbereiding naar het C(S)E, dat voor 50% bestaat uit leesvaardigheid en tekstverklaren, ligt op herkenning van onderwerpen binnen gesproken en geschreven teksten.

SE Elk SE Frans bestaat uit een Schrijftoets en een Vaardigheidstoets. Binnen elk SE spreken we van de vier vaardigheden: luisteren, lezen, spreken en schrijven. Binnen elke SE-periode zal een ander gewicht worden toegekend aan deze vier vaardigheden. Zo kan het zijn dat in de eerste SE-periode het onderdeel luisteren een oefening is binnen de Schrijftoets. Zo kan het ook zijn dat tijdens de tweede SE-periode het onderdeel luisteren buiten de Schrijftoets wordt getoetst. Zo wordt de betreffende vaardigheid per periode, in een aparte Vaardigheidstoets getest. Elke Schrijftoets bevat een vast onderdeel lezen en is een voorbereiding op het Centraal Schriftelijk Eindexamen in klas 4vmboT. Het gewogen gemiddelde van de cijfers van de Schrijftoets en van de Vaardigheidstoets, vormt het cijfer per SE. Om een voorbeeld te geven: tijdens SE1 telt de Schrijftoets 70% mee en de Vaardigheidstoets (Spreken) telt 30% mee. Samen vormen ze 100% voor SE1. Voorwaarden voor deelname aan de SE’s is: dat er voldaan wordt aan de Vaardigheidstoets en dat het Handelingsdeel voldaan is. Tevens moet het Handelingsdeel met een voldoende resultaat zijn afgesloten. Hierna volgt meer uitleg over het Handelingsdeel.

HANDELINGSDEEL SO, MO, Kennistoets Het Handelingsdeel is een algehele voorbereiding op de SE’s en op het Centraal Schriftelijk Examen (CSE). Onder het handelingsdeel valt het idioom en de grammatica uit het tekstboek van Carte Orange. Bij het handelingsdeel hoort ook de uitleg die de docent geeft tijdens de lessen en waarover de leerling aantekeningen maakt in een apart aan te schaffen A4-schrift. Dit idioom en deze grammatica worden getoetst in de vorm van kleinere schriftelijke en/of mondelinge overhoringen (SO en MO) die wekelijks en/of tweewekelijks worden gehouden. Ook zijn er Kennistoetsen aan het einde van een periode. De Kennistoets bestaat uit alle paragrafen (Apprendre) behorende bij een Unité (=hoofdstuk) en de gemaakte aantekeningen en extra oefeningen bij een Unité. Het accent in de schriftelijke overhoringen en in de Kennistoets ligt op opgedane kennis. Leesdossier / Examendossier Vanaf de derde klas werkt de leerling aan een leesdossier dat thematisch gekoppeld is aan de Unités (=hoofdstukken) in Carte Orange. Dit leesdossier bouwt de leerling op en neemt dit mee naar de examenklas, 4vmboT. Het leesdossier wordt dan een examendossier. We lezen o.a. krantenartikelen en artikelen uit tijdschriften. De docent beslist welke teksten dat zijn en hoeveel daarvan gelezen wordt. Bij de leesteksten komen opdrachten die in het leesdossier worden verzameld. De leerlingen werken de opdrachten zelfstandig uit of in groepjes, soms klassikaal en soms als huiswerk, afhankelijk van de opdracht die de docent geeft. Na elke opdracht tekent de docent de opdracht af als die voldoende is. Het handelingsdeel in zijn geheel heeft als doel om kennis en vaardigheden te combineren in voorbereiding naar de SE’s en het CSE. Om het handelingsdeel voldoende te kunnen afsluiten, moeten de resultaten (lees: schriftelijke -en mondelinge overhoringen en de kennistoets) bij het idioom en de grammatica uit je tekstboek voldaan zijn en alle voldoende zijn. Tevens moet het leesdossier/examendossier met het gewenste aantal artikelen en bijbehorende opdrachten op tijd ingeleverd worden. Het handelingsdeel per SE-periode moet in orde zijn voordat je deelneemt aan het SE. Dat betekent dat in de voorlaatste week, dus een week voor aanvang van de SE-week, alles van het handelingsdeel (so’s, mo’s, kennistoets, teksten voor lees -en examendossier) af, afgetekend en voldoende moet zijn. HUISWERK Bij het leren van een taal hoort huiswerk. Alles wat je in de les hebt geleerd, moet je thuis nog eens bestuderen. Na de Franse les zul je altijd huiswerk moeten maken, hetgeen betekent dat je dit thuis of tijdens de studie-uren op school doet. Het maken van je huiswerk hoort ook bij je handelingsdeel. Het laat zien in hoeverre je netjes alles hebt bijgehouden zodanig dat je handelingsdeel (=de voorbereiding van je examens!) voldoende kan zijn. De docent zal samen met jou als leerling, controleren en bijhouden of je het huiswerk maakt.

11

Programma van toetsing en afsluiting Toetsen SE1 Toets Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:


Unité 2 Schrijftoets De schrijfvaardigheid, de leesvaardigheid, de spreekvaardigheid en de luistervaardigheid worden geoefend aan de hand van thematische opdrachten in de methode en vanuit aanvullend didactisch materiaal. Vaardigheidstoets ( lezen: een tekst lezen en de vragen beantwoorden ) De leesvaardigheid wordt geoefend aan de hand van het leesdossier. De leerlingen zullen verschillende opdrachten uitvoeren zoals zinnen ontleden, de persoonsvorm naar de infinitief veranderen en korte stukken tekst vertalen.

101

Schrijftoets 60 min., Vaardigheidstoets 15 min. per tweetal Schrijftoets 70%, Vaardigheidstoets (lezen) 30% SE1 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Alle toetsen en teksten voor het leesdossier bij Unité 2 zijn af en voldoende. Dit alles uiterlijk een week voor aanvang van de SE-week.

Leerstof:

Unité 3 Schrijftoets Zie leerstof SE1

8 weken Voldoende/Onvoldoende Ja 0

111



Vaardigheidstoets (Kijken/Luisteren) De kijk -en luistervaardigheid wordt geoefend en getoetst aan de hand van authenthieke en thematische fragmenten met vragen en antwoorden in de methode en vanuit aanvullend didactisch materiaal van o.a. het Cito. De onderwerpen van deze toets zijn divers en aansluitend bij Unité 3.

201

Tijdsduur: Schrijftoets 60 min., Vaardigheidstoets 45 min. Weegfactor toets: Schrijftoets 70%, Vaardigheidstoets (Kijken/Luisteren) 30% SE2 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Alle toetsen en teksten voor het leesdossier bij Unité 3 zijn af en voldoende. Dit alles uiterlijk een week voor aanvang van de SE-week.

Leerstof:



211



Vaardigheidtoets ( Grammatica/ lezen ) De grammatica- en leestoets wordt beoordeeld aan de hand van een tekst met daarin twee grammatica onderwerpen( Imparfait, Passé Composé ). De leerlingen moeten verschillende vragen beantwoorden over de grammatica en wat vragen over tekst beantwoorden. Ook maken de leerlingen een korte samenvatting. Deze praktische opdracht dient op afgesproken datum ingeleverd te worden en moet voldoen aan de gestelde eisen.

301

Schrijftoets 60 min., Vaardigheidstoets 15 min. per tweetal Weegfactor toets: Schrijftoets 70%, Vaardigheidstoets ( Grammatica/ Lezen ) 30% Herkansbaar: Schrijftoets: Ja, Vaardigheidstoets: Nee SE3 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof: 8 weken Voldoende/Onvoldoende Ja 0

Alle toetsen bij Unité4, alle opdrachten en teksten voor het examendossier bij Unité 4 zijn af en voldoende. Dit alles uiterlijk een week voor aanvang van de SE-week.

311

12



Unité 5 Schrijftoets Zie leerstof SE1 Vaardigheidstoets (Schrijven: informele brief) De schrijfvaardigheid wordt geoefend en getoetst aan de hand van thematische opdrachten met vragen en antwoorden in de methode en vanuit aanvullend didactisch materiaal. We schrijven in deze opdracht een informele brief met de daarbijbehorende briefconventies in het Frans. De thema’s binnen de brief zijn gerelateerd aan jezelf presenteren, hobby’s, iets vertellen over school en over schoolvakken, het aangeven van een voorkeur, je familie beschrijven, iets vertellen over je latere beroep en/of wensen die je daartoe hebt en vakantieplannen.

401

Schrijftoets 60 min., Vaardigheidstoets 60 min. Weegfactor toets: Schrijftoets 70%, Vaardigheidstoets (Schrijven) 30% Herkansbaar: Schrijftoets: Ja, Vaardigheidstoets: Nee SE4 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof:

Alle toetsen bij Unité 5, alle opdrachten en teksten voor het examendossier bij Unité 5 zijn af en voldoende. Dit alles uiterlijk een week voor aanvang van de SE-week.

Leerstof:



411



PO ( oefenexamen ) De leerlingen gaan als laatste praktische opdracht een half examen Frans maken. Met behulp van oefenteksten in de methode en de leesdossiers gaan de leerlingen zich voorbereiden op deze praktische opdracht.

501

Schrijftoets 60 min., PO Leesvaardigheid. Weegfactor toets: Schrijftoets 70%, Vaardigheidstoets (leesvaardigheid) 30% Herkansbaar: Schrijftoets: Ja, PO: Nee SE5 Handelingsdeel Tijdsduur: Wijze van beoordeling: Herkansbaar: Weegfactor:

Leerstof: 8 weken Voldoende/Onvoldoende Ja 0

Alle toetsen bij Unité 6, alle opdrachten en teksten voor het examendossier bij Unité 6 zijn af en voldoende. Dit alles uiterlijk een week voor aanvang van de SE-week.

511

13

Programma van toetsing en afsluiting

Recommend Documents