Programma van Eisen. februari Inhoud. 1. Inleiding. 2. Randvoorwaarden. 3. Wat doet Woonstad Rotterdam. 4. Programma van Eisen

Programma van Eisen februari 2014

Inhoud 1. Inleiding 2. Randvoorwaarden 3. Wat doet Woonstad Rotterdam 4. Programma van Eisen

15 Klushuizen Oude Noorden Rotterdam

1. Inleiding Woonstad Rotterdam heeft het initiatief genomen om 15 karakteristieke panden in het Oude Noorden te verkopen als kluswoning. Iedere woning is van oorsprong in 2 woningen opgedeeld ( beneden – bovenhuis) en wordt samengevoegd tot 1 riante stadswoning van circa 130m2 bruto woonoppervlakte met een stadstuin. Zowel de dienst Stads¬ontwikkeling als de deelgemeente Noord hebben inmiddels positief gereageerd op het initiatief omdat hiermee het 19eeeuwse karakter van de wijk gehandhaafd blijft. Het behoud van cultuurhistorisch aantrekkelijke voorgevels, waarvan wordt aangenomen dat dit een positieve invloed heeft op de waardeontwikkeling van de wijk, is van onschatbare waarde. De wijk maakt positieve veranderingen door. De deelgemeente vernieuwt straten, stoepen en werkt aan meer groen. Er wordt samengewerkt aan een breder, ruimer woningaanbod en veiligheid in de wijk. Zowel jong en oud, ondernemer en bewoner doen mee om de wijk te laten leven en ontdekken. Kopers van een klushuis in het Oude Noorden zijn actief onderdeel van al deze positieve veranderingen en genieten daar straks zelf van mee. Omdat het binnen- als buitenonderhoud sterk achterstallig is worden de woningen voor een lage prijs verkocht als kluswoning. In ruil voor deze lage prijs gelden een aantal spelregels. De belangrijkste spelregels zijn dat de koper 1 jaar de tijd heeft om de verbouwing af te ronden volgens de gestelde voorwaarden in dit programma van eisen en dat de koper minimaal 2 jaar na gereed melden van de woning zelf de woning zal bewonen. In dit programma van eisen worden de spelregels uitgelegd en worden de randvoorwaarden waar de woning ten minste aan moet voldoen toegelicht. Er wordt onderscheid gemaakt tussen functionele randvoorwaarden en bouwtechnische randvoorwaarden. De bouwtechnische randvoorwaarden die de gemeente Rotterdam stelt voor haar klushuizen vormen hierbij de basis. Woonstad Rotterdam heeft voor de klushuizen in het Oude Noorden ook aanvullende eisen gesteld waar de koper zich aan moet houden. Deze zijn vervaardigd in het Programma van Eisen.


Dit PvE bevat veel vaktermen. Deze vaktermen komen weer uit het Bouwbesluit dat op zijn beurt weer hoort bij de Woningwet. Het zijn termen die niet iedereen kent. Maar elke aannemer, architect en installateur kent deze termen wel. Met het Programma van Eisen kan een aannemer of installateur prima uit de voeten. De woningen worden door Woonstad Rotterdam opgeleverd aan de koper met een herstelde fundering en een gerenoveerde voorgevel. Alle overige herstelwerkzaamheden zoals het dak, de achtergevel, binnenwerk en de afwerking geschiedt door alle kopers individueel. Op deze wijze is de koper vrij om zijn eigen keuzes te maken. De projectarchitect zal de koper begeleiden in het maken van de juiste keuzes. De adviseurs van Urbannerdam begeleiden de koper in het proces van aankoop. De vergunningencoach zal het verbouwingstraject volgen. De woningen zijn grofweg in 2 groepen in te delen. De woningen aan de Bloklandstraat (113 t/m 123) hebben allen een inhoud van 437m2 en een bruto oppervlakte van 136m2 en hebben een ruim 10 meter diepe stadstuin. Deze woningen hebben authentieke kopjes in het voegwerk. In de Louwerslootstraat worden de huisnummers 142 t/m 152, 156, 158, 162 te koop aangeboden. De bruto vloeroppervlakte van deze woningen bedraagt totaal 130m2 en ze hebben een ruim 5 meter diepe stadstuin op het zuiden. De woningen aan de Louwerslootstraat hebben een karakteristieke gevel die opgetrokken is uit siermetselwerk met daarboven een geprofileerde dakgoot met gootklossen. Alle woningen van dit project zijn gebouwd rond 1900 en worden opgeleverd met een betonnen begane grond vloer en houten verdiepingsvloeren. Dit PvE is de basis voor de door de koper te ontwerpen plattegrond met bijbehorende korte omschrijving van de verbouwingsaanpak. Dit dient ter controle aan de projectarchitect te worden voorgelegd.


2. Randvoorwaarden De functie van de panden is “wonen”. Het is toegestaan om woonwerkruimte te realiseren, waarbij de werkruimte niet gebruikt kan worden voor commerciële verhuur. De volgende functies zijn niet toegestaan: –– Het is niet toegestaan om op de begane grond een garage te realiseren. –– Het is niet toegestaan om aparte bedrijfs- of kantoorruimte te realiseren zonder de combinatie met een woning. Overige voorwaarden: –– De woningen worden opgeleverd met een opgeknapte voorgevel, zodat de karakteristieke elementen behouden blijven voor de toekomst. Het is uitdrukkelijk de bedoeling dat de uitstraling van de voorgevel gehandhaafd blijft. –– Alle woningen worden met tuin verkocht, deze moet gehandhaafd blijven. Eventuele uitbouwen aan de achtergevels alleen op de begane grond en maximaal 2 meter diep. –– De bestaande veranda’s of balkons mogen naar keuze worden vernieuwd of verwijderd. Bij het verwijderen van balkons dienen de deuropeningen op deugdelijke wijze dichtgezet te worden met een raamkozijn en/of metselwerk. De vigerende wet- en regelgevingen dienen als uitgangspunt bij dit project. Zonder volledigheid te willen garanderen, gelden de volgende: –– Woningwet –– Bouwbesluit –– Bouwverordening –– Bestemmingsplan –– Richtlijnen nutsbedrijven

Algemene technische voorwaarden Bouwen dient altijd te gebeuren volgens het Bouwbesluit. Daarmee wordt bedoeld het tijdens de bouwaanvraag van toepassing zijnde Bouwbesluit inclusief aanpassingen (zie www.vrom.nl). Bij het vervangen of vernieuwen van bouwdelen of bouwelementen dient tenminste bouwmateriaal of bouwelementen van gelijke kwaliteit en/of afmetingen te worden toegepast. Bij vervanging door bouwmateriaal of bouwelementen met gewijzigde afmetingen, uitvoering of materiaal moet de vergunningencoach worden geraadpleegd om te bepalen of een bouwvergunning noodzakelijk is. Bij het vervangen of wijzigen van bouwdelen of bouwelementen die tot gevolg hebben dat voorgevelaanzichten wijzigen is altijd een bouwvergunning noodzakelijk. Het PvE heeft als doel de sobere en doelmatige uitvoering van de te treffen voorzieningen te waarborgen. Het programma kan daarom gebruikt worden als leidraad bij het maken van plannen. Voor zover mogelijk is per onderdeel een minimaal uitvoeringsniveau aangegeven. Van de geboden oplossingen is in de praktijk gebleken dat zij een goede verhouding tussen kosten en kwaliteit bieden. Ook het toekomstig onderhoud is bij deze afweging nadrukkelijk betrokken. Een lager uitvoeringsniveau dan in het PvE is niet toegestaan. Verder staan er in het PvE aanbevelingen genoemd, gericht op isolatie en ventilatie boven het minimumniveau. Deze zijn voorzien van het woord: AANBEVELING. De extra kosten voor het uitvoeren van deze aanbevelingen zijn niet in de ramingen opgenomen.

Programma van eisen 4 / 20


3. Wat doet Woonstad Rotterdam 3.1 Samenvoegen Woonstad Rotterdam zorgt ervoor dat per adres de bovenwoning (B) en de benedenwoning (A) worden samengevoegd tot 1 adres. (Bijvoorbeeld : Bloklandstraat 113A en 113B worden samengevoegd tot Bloklandstraat 113).

3.2 Fundering Woonstad Rotterdam levert de woningen op met een nieuwe fundering (tafelfundering). De grond in de kruipruimte wordt aangevuld, daarop komt een isolatielaag van 10 cm als werkvloer/verloren bekisting en daarop wordt de dragende vloer gestort die is ingekast in de bouwmuren en gevels. Deze dragende vloer draagt via nieuwe betonnen palen de krachten af naar de vaste zandlaag. De bestaande houten palen worden niet voor het funderingsherstel gebruikt. Ter plaatse van de scheidingswandjes van de veranda’s wordt een extra funderingspaal geslagen waar de nieuwe veranda’s en balkons op kunnen steunen.

3.3 Vloeren De hierboven genoemde betonnen vloer ligt circa 25 centimeter onder de bestaande houten vloer. Deze ruimte is bedoeld om de (isolatielaag met) leidingen en een afdekvloer aan te brengen. Het aanbrengen van leidingenwerk, isolatielaag en afdekvloer is voor de koper.

3.4 Meterkast Het pand wordt opgeleverd met een basis meterkast voorzien van groepenkast en een dubbele wandcontactdoos, een gasleiding voorzien van afsluitkraan en een stuk waterleiding voorzien van tapkraan. De bewoner dient na overdracht van de woning zelf een aanvraag te doen voor de definitieve nutsaansluitingen en meters.

3.5 Gevels / Ramen / Deuren / Kozijnen Raamkozijnen in de voorgevel worden door Woonstad Rotterdam vervangen door nieuwe houten kozijnen met verdiept profiel en verborgen ventilatiesleuven (roosters zelf door klussers aan te brengen) en dubbel glas. Kozijnen in de kleur RAL 9001 crèmewit; draaiende delen, panelen en raamhout in RAL 6009 dennegroen. Voordeuren in de voorgevel worden door Woonstad Rotterdam vervangen door deuren en panelen met een uitstraling zoals aangegeven op de gevelimpressie. Eén deur wordt uitgevoerd met glas en brievenbus. Eén deur wordt vervangen door een niet bewegend paneel, beide in RAL 6009 dennegroen. De voordeurkozijnen blijven gehandhaafd en worden indien noodzakelijk gerepareerd of anders vervangen gelijk bestaand, kleur RAL 9001 crèmewit. De aanwezige gevelkopjes, sluitstenen, tegels en stucbanden blijven gehandhaafd. Stucwerk wordt geschilderd in crèmewit RAL 9001.

3.6 Daken en goten De dakkapel in de voorgevel wordt voorzien van een nieuw kozijn met verdiept profiel en dubbel glas. Het houtwerk van de dakkapel en goten wordt nagekeken en waar nodig vervangen of hersteld. De werkzaamheden worden in beginsel uitgevoerd in hout of in een materiaal vanaf straatniveau gelijkend op hout in RAL 9001 crèmewit. Het is mogelijk dat de detaillering van de opgeleverde dakkapel afwijkt van de huidige detaillering.

3.7 Asbest Woonstad Rotterdam heeft asbestinventarisaties conform de SC540 uit laten voeren. Al het asbest dat in deze inventarisaties is genoemd, wordt verwijderd. Dit betekent niet dat het pand asbestvrij wordt opgeleverd. Het is altijd mogelijk dat na het slopen van een voorzetwand of plafond nog asbest tevoorschijn komt. De koper dient hierop bedacht te zijn en bij twijfel altijd een expert in te schakelen.



4. Programma van Eisen 00.00 ALGEMEEN 00.01 Brandwerendheid (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: Brandwerendheid in minuten conform Bouwbesluit.

04.00 FUNDERING 04.70 Vochtbehandeling Optrekkend vocht afdoende bestrijden. Bij constatering van vochtgebreken herstel conform het advies van een ter zake deskundig adviesbureau.

05.00 TERREIN 05.20 Bestratingen Een nieuw terras van minimaal 6m2 aanbrengen. 05.30 Bergingen Bij het aanbrengen van een berging is het minimale uitvoeringsniveau: –– (prefab) hout geïmpregneerde o.g., minimale wanddikte 18mm; –– fundering: betonelementen; –– dakopbouw: balklaag waarop underlayment d=19mm en gebitumineerde dakbedekking; –– vloer: betontegels in minimaal 10cm schoonzandbed; –– afmeting: maximaal 2 bij 3 meter 05.40 Erfscheidingen Ondeugdelijke scheidingen verwijderen. De noodzakelijke scheidingen (opnieuw) aanbrengen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– perkoenpalen met gegalvaniseerd draad; –– t.p.v. de achtergevel, privacy vlechtscherm (azobe), maximaal 2,00m hoogte en minimaal 1,2m uit de gevel. 05.50 Tuintrappen Gebreken aan constructie, bevestigingen en verankeringen herstellen. Ondeugdelijke tuintrappen verwijderen en nieuwe trappen met bordes of veranda aanbrengen inclusief leuningen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– hardhouten tuintrappen –– er dient een bordes of veranda aanwezig te zijn bij naar buiten draaiende deuren, als het hoogteverschil meer dan twee treden bedraagt.



13.00 VLOEREN 13.00 Algemeen Begane grondvloer voorzien van isolatiepakket met afdekvloer. Scheefstand van (verdiepings)vloeren groter dan 10mm per strekkende meter opheffen. Minimaal uitvoeringsniveau: underlayment d=19mm met tong en groef op scheggen. Scheggen aanbrengen h.o.h. 60cm of op de bestaande balklaag. 13.01 Geluidisolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: –– woningscheidend (verblijfsruimten): Ilu;k = 0 dB; contactgeluid Ico= 5dB. –– niet woningscheidend (verblijfsruimten): Ilu;k = -20 dB. –– woningscheidend (geen verblijfsruimteruimte) Ilu;k = -5 dB; contactgeluid Ico= 0dB; Geadviseerd wordt om geluidhinder tussen woningen zo veel als mogelijk te beperken door zoveel als mogelijk de bovenstaande geluidisolatiewaarden te behalen. Ontheffing op deze waarden is mogelijk, mits gemotiveerd, met ten hoogste 10 dB. Echter dit zal altijd aanleiding geven tot een toename van geluidsoverlast vanuit de aangrenzende woning. 13.02 Warmte-isolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: –– Begane grondvloeren, incl. vloeren boven kelders; Rc minimaal 2,5 m2K/W. Berekeningswijze conform NEN 1068. 13.10 Vloerconstructie 13.11 Doorgeroeste (delen van) onderslagen vervangen inclusief opleggingen c.q. verankeringen. 13.12.10 Houten vloerbalken en/of balkkoppen van verdiepingsvloeren indien daartoe aanleiding is (bijvoorbeeld i.v.m. doorzakking van de vloer of lekkage t.p.v. keukens en natte cellen) zonodig herstellen of vernieuwen. 13.12.20 Indien nodig vloerbalken verzwaren. Minimaal uitvoeringsniveau: delen van standaard bouwhout tegen vloerbalken gespijkerd, geïmpregneerd tegen inwerking van vocht. 13.20 Vloerbeschot verdiepingsvloeren 13.20.10 Slecht vloerbeschot vervangen, aangetaste delen verwijderen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– bij kleine oppervlakken: GG-delen (vloerdeel met messing en groef) –– bij grote oppervlakken: underlayment d=19mm, met tong en groef Aanbrengen op balklaag of op bestaand beschot. 13.20.20 Krakende vloerdelen doorspijkeren met getordeerde draadnagels.



14.00 Daken 14.00 Algemeen 14.01 Warmte-isolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: Rc minimaal 2,5 m2K/W. Berekeningswijze conform NEN 1068. 14.10 Kapconstructies Gebreken aan spanten, muurplaten, gordingen e.d. opheffen door herstel of vervanging van onderdelen. (Zie algemene technische voorwaarden.) 14.20 Dakvlak Verrot c.q. aangetast dakbeschot, panlatten en tengels vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– GG-delen –– underlayment d=19mm, met tong en groef, (bij 100% vervanging) panlatten en tengels. 14.21 Warmte-isolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: –– bij handhaven dakbeschot: isolatie aanbuitenzijde aanbrengen, indien dit niet mogelijk is dan aan binnenzijde met dampremmende laag; –– bij vervanging dakbeschot: geïsoleerde dakplaat aanbrengen in ieder geval Rc waarde minimaal 2,5 m2K/W. –– bij platte daken: dakventilatiepijpjes verwijderen bij isolatie aan koude zijde. Bij isolatie aan warme zijde moet de ventilatie van de luchtspouw gehandhaafd blijven. 14.25.10 Scheefliggende dakpannen herleggen. Kapotte en geschilferde dakpannen vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: bij reparatie en/of gedeeltelijke vervanging dienen de pannen passend bij bestaand te zijn. Bij volledige vervanging is het mogelijk om het gehele dak te voorzien van betonnen sneldekpannen met kunststof dakvoetstrook (mogelijk is ook aanpassing van de panlatten noodzakelijk of verstevigingen aan de kapconstructie). 14.30 Randafwerking 14.31 Zinken bekleding, indien aangetast of beschadigd, vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: aluminium-dakrandprofiel met weefselstrook. 14.32 Losliggende vorsten en gevelpannen herleggen en indien nodig vernieuwen. Kapotte en geschilferde vorsten vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: bij reparatie en/of gedeeltelijke vervanging dienen de pannen passend bij bestaand te zijn.



14.33 Verrotte c.q. aangetaste windveren en dekspanen verwijderen en indien mogelijk vervangen door gevelpannen, anders herstellen of vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– windveren en dekspanen: hout, kwaliteitsklasse A. 14.35 Boeiboorden Verrotte c.q. aangetaste boeiboorden (evt. in samenhang met herziening dakrand) herstellen of vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– hout, kwaliteitsklasse A. 14.40 Dakgoten 14.40.01 Vervuilde dakgoten schoon maken. 14.41 Kapotte of verrotte onderdelen herstellen of vernieuwen. Indien nodig extra afvoer aanbrengen, dan wel afschot herstellen. 14.50 Dakdoorbreking 14.51 Dakramen, lichtkoepels en dakluiken waterdicht maken of vervangen. Lood- en zinkwerk zo nodig vernieuwen. Eventueel dakramen en lichtkoepels slopen en dichtzetten overeenkomstig bestaande constructie. Minimaal uitvoeringsniveau: –– dakramen: standaard houten of kunststof dakraam; –– lichtkoepels: dubbelwandig vlamdovend kunststof. Geen p.v.c. opstanden toepassen; –– bij vernieuwen moet dit bouwdeel voldoen aan het ‘politiekeurmerk’. 14.52 Warmte-isolatie (aanbeveling) Geïsoleerde dakramen, lichtkoepels, lantaarns en vluchtluiken toepassen. 14.60 Dakterrassen Bij het aanbrengen van een dakterras de vergunningencoach raadplegen. Eventueel nieuw aan te brengen dakterrassen mogen niet binnen 3 meter van de voorgevel beginnen. 14.61 Warmte-isolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: –– bij handhaven dakbeschot: isolatie aan buitenzijde aanbrengen, indien dit niet mogelijk is dan aan binnenzijde met dampremmende laag; –– bij vervanging dakbeschot: geïsoleerde dakplaat aanbrengen in ieder geval Rc waarde minimaal 2,5 m2K/W. 14.70 Dakkapellen Bij volledige vervanging of het nieuw aanbrengen van een dakkapel de vergunningencoach raadplegen. Eventueel nieuw aan te brengen dakkapellen in de zijgevels mogen niet binnen 3 meter van de voorgevel beginnen.



14.70.10 Dakkapellen wind- en waterdicht maken en verrotte onderdelen vervangen dan wel in het geheel vervangen. Lood- en zinkwerk zo nodig vernieuwen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– in het werk gemaakte houten dakkapel, beplatingen gemaakt van wbp multiplex dik 18mm bekleed met zink, dakbedekking zink, vurenhouten ramen en kozijnen uitgevoerd met dubbel glas; –– prefab dakkapel; –– bij vernieuwen moet dit bouwdeel voldoen aan het ‘politiekeurmerk’. 14.70.11 Warmte-isolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: –– isolatie aan buitenzijde aanbrengen, indien dit niet mogelijk is, dan aan binnenzijde met dampremmende laag; ramen en kozijnen uitgevoerd met dubbel glas; –– geïsoleerde prefab dakkapel uitgevoerd met dubbel glas. 14.70.20 Dakkapellen die niet naar de openbare weg gericht zijn (dus niet beeldbepalend zijn), die voor het gebruik van ruimten niet noodzakelijk zijn en in slechte staat verkeren, eventueel vervangen door dakramen dan wel dichtzetten. Lood- en zinkwerk dienovereenkomstig herzien. Minimaal uitvoeringsniveau: –– houten of kunststof dakramen; –– bij vervangen door dakramen moeten deze ramen voldoen aan het ‘politiekeurmerk’. 14.70.30 Dakramen 14.70.31 Warmte-isolatie (aanbeveling) Geïsoleerde dakramen toepassen met ventilatiemogelijkheid.

15.00 TRAPPEN 15.10 Trapconstructie Kapotte of verrotte onderdelen van trappen herstellen of vervangen. Uitgesleten treden uitvlakken. Minimaal uitvoeringsniveau: –– 12mm wbp multiplex (binnen) 15.11 Geluidisolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: –– Dichte trappen, indien niet woningscheidend, aan de onderzijde voorzien van -20 dB rachels tegen de balklaag, 2 lagen gipsplaat (9 mm)met verspringende naden. 15.40 Leuningen Losse leuningen vastzetten. Kapotte leuningen vervangen. 15.50 Traphekken Losse traphekken vastzetten. Kapotte onderdelen herstellen of vervangen. Zo nodig nieuw hekwerk aanbrengen. 15.70 Buitentrappen (steenachtig) Kapotte onderdelen van trappen herstellen. Losse onderdelen vastzetten.



16.00 GEVELS 16.00 Algemeen Gevelkopjes, sluitstenen, tegels en stucbanden dienen gehandhaafd te blijven en waar nodig gerepareerd in de kleur RAL 9001 crèmewit. Overig metselwerk in de voorgevel mag niet geschilderd worden. Eventueel is het reinigen van metselwerk toegestaan, uitsluitend onder lage druk. 16.01 Warmte-isolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: –– Rc minimaal 2,5 m2K/W. Berekeningswijze conform NEN 1068. 16.10 Gevelwanden 16.11 Scheuren in metselwerk uithakken en opnieuw voegen. Beschadigde stenen vervangen. Losse stenen en stukken metselwerk opnieuw (in)metselen in overeenstemming met de bestaande situatie. 16.15 Aangetast betonwerk repareren in overeenstemming met de bestaande situatie. 16.20 Puien/gevelwand 16.21 Aangetaste en/of versleten delen vervangen, dan wel onderdeel geheel vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– Achtergevel: kunststof kozijnen met dubbel glas en ventilatiestrook in tochtvrije uitvoering. Bij vernieuwen moet dit bouwdeel voldoen aan het ‘politiekeurmerk’. 16.22 Warmte-isolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: –– kozijnen met dubbel glas (U= ten hoogste 4,2 W/m2K) panelen in puien isoleren met Rc minimaal 1,3 m2K/W. 16.30 Randvoorzieningen 16.31.10 In het metselwerk opgenomen stalen constructiedelen indien nodig, bijv. i.v.m. het uitduwen van stenen, inspecteren op roest en zo nodig behandelen c.q. vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– ontroesten en behandelen met zinkcompound. 16.32.10 Losse stenen in rollagen en gemetselde onderdorpels vastzetten en voegen. Beschadigde en gescheurde stenen vervangen. 16.32.20 Uitgesleten hardstenen dorpels en beschadigde neuten egaliseren met kunstharsmortel. Losse dorpels vastzetten. Gescheurde dorpels zo mogelijk herstellen met kunstharsmortel, anders vervangen.



16.40 Afwerkingen 16.41 Los, gescheurd of ontbrekend voegen pleisterwerk repareren overeenkomstig de bestaande situatie. 16.44 Koudebruggen (aanbeveling) Bij koudebruggen isolatie aanbrengen conform advies van een deskundig adviesbureau. 16.45 Gevelbekledingen Kapotte of losse hardstenen gevelbekledingen herstellen en/of vastzetten. 16.50 Kozijnen, ramen en deuren Houten kozijnen, deuren en ramen dienen te zijn voorzien van een Euro-code (als KOMO keur e.d.). Kunststof kozijnen, deuren en ramen dienen te zijn voorzien van Euro-code op de profielen en Eurocertificaat op de samengestelde kozijnen. Bij kozijnvervanging of glasvervanging dubbel glas toepassen. Verder dienen kozijnen, ramen en deuren voorzien te zijn van: –– afsluitbare ventilatieroosters met koordbediening o.g.w.; –– kierstand begrenzer; –– inbraakbeveiligde scharnieren (‘politiekeurmerk’) in kozijnen b.g. woningen en in kozijnen grenzend aan balkons; –– beveiliging bij draaikiepramen tegen gelijktijdig draaien en kiepen; –– doorvalbeveiliging conform het bouwbesluit. 16.51 Aangetaste delen van kozijnen herstellen of vervangen. Te zeer aangetaste kozijnen in samenhang met beweegbare delen geheel vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– Voorgevel: houten kozijnen met dubbelglas en een ventilatiestrook in ieder vertrek boven 1.80 mtr, in de nieuw te plaatsen kozijnen, in tochtvrije uitvoering, met verdiepte profilering; –– Achtergevel: kunststof kozijnen met dubbel glas en ventilatiestrook in tochtvrije uitvoering. Bij vernieuwen moet dit bouwdeel voldoen aan het ‘politiekeurmerk’. 16.52 Slecht sluitende, klemmende of slecht functionerende ramen goed gangen sluitbaar maken. Zo nodig hang- en sluitwerk vernieuwen. Aangetaste ramen vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– Voorgevel: vurenhouten ramen; –– Achtergevel: hout of kunststof Bij vernieuwen moet het bouwdeel voldoen aan het ‘politiekeurmerk’. 16.53 Slecht sluitende, klemmende of slecht functionerende buitendeuren goed gangen sluitbaar maken. Zo nodig hang- en sluitwerk vernieuwen. Aangetaste en/of versleten deuren vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– voordeuren: ( grenzend aan buiten ) stijldeur 40mm met briefopening en briefplaat, cilinderslot en deurknop; –– tuin- en keukendeuren: standaard houten fabrieksdeur met cilinderslot; Bij vernieuwen moet het bouwdeel voldoen aan het ‘politiekeurmerk’.



16.70 Gevelbehandeling 16.72 Als er sprake is van vochtdoorslag moet dat afdoende worden bestreden. In dat geval moet ook al het voegwerk worden vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– vochtwerende behandeling, bij ernstige vochtdoorslag herstel conform de rapportage van een ter zake deskundig adviesbureau.

17.00 BALKONS EN TERRASSEN 17.00 Algemeen Ondeugdelijke bouwsels verwijderen. Alle balkons en veranda’s, voor zover zij nog aanwezig zijn, dienen volledig verwijderd te worden. Daarna kunnen zij naar keuze van de kopers indien gewenst teruggebouwd worden. 17.01 Warmte-isolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: Door de gevel stekende constructies i.v.m. koude brug isoleren. 17.30 Afwerkingen 17.34 Boeiboorden Minimaal uitvoeringsniveau: –– hout, kwaliteitsklasse A. 17.50 Hekwerk/borstwering Nieuwe hekwerken aanbrengen (evt. in samenhang met herziening draagconstructie). Minimaal uitvoeringsniveau: gegalvaniseerd stalen spijlenhek. De ruimte tussen de spijlen mag ten hoogste 10cm bedragen (conform eisen Bouwbesluit). 17.60 Privacy schermen Privacyschermen aan weerszijden van veranda’s en balkons herstellen of vervangen. Indien op de begane grond geen privacyscherm aanwezig is, dan t.p.v. de achtergevel een privacy scherm, maximaal 2,00m hoogte en minimaal 1,2m uit de gevel aanbrengen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– volkernplaat zonder randprofielen; –– thermisch verzinkt randprofiel met draadglas; –– duurzame houten scheiding. 17.90 Balkons en veranda’s Minimaal uitvoeringsniveau: –– draagbalken en consoles thermisch verzinkt; –– gegalvaniseerd stalen spijlenhek; –– 20mm multiplex op vuren balken met brandwerend plafond en 2- laagse beloopbare bedekking met opstaande rand en h.w.a.; –– gegroefde bankirai delen op houten draagbalken in thermisch verzinkt frame –– een prefab lichtbeton of gewapend polyester balkonbak waarbij de onderzijde brandwerend wordt bekleed.



18.00 SCHILDERWERK BUITEN 18.00 Algemeen Zie architectonische randvoorwaarden. Schilderwerk in RAL 9001 cremewit; draaiende delen, panelen en raamhout in RAL 6009 dennegroen. 18.10 Schilderwerk aan te handhaven onderdelen 18.10.10 Van houten onderdelen de loszittende of ondeugdelijke verflagen verwijderen, houtwerk schuren, stoppen, tweemaal gronden en aflakken. Als alternatief kan een beitsverfsysteem worden toegepast (niet op de voorgevel). 18.10.20 Van stalen onderdelen de loszittende of ondeugdelijke verflagen verwijderen, staal eventueel na ontroesting en reiniging tweemaal gronden -eenmaal met corrosiewerende verf- en aflakken. 18.10.30 Glad betonwerk -na reparatie- afstralen en tweemaal behandelen met 2-componenten coating. 18.20 Schilderwerk aan nieuw aan te brengen onderdelen. 18.20.11 Alle houtvlakken in aanraking met beton of metselwerk tweemaal meniën. 18.20.12 Alle in het zicht blijvende houtvlakken driemaal behandelen met een dekkende beits of in overeenstemming met bestaande situatie tweemaal gronden en aflakken. 18.20.20 Van onverzinkt staal de walshuid verwijderen, behandelen met zinkcompound en aflakken. Bij verzinkt staal eventuele beschadigingen met zinkcompound bijwerken.

19.00 GLASWERK 19.01 Kapot glas in kozijnen, ramen en deuren verwijderen. Ondeugdelijk glas-in-lood herstellen of vervangen door nieuw glas. Eventueel in samenhang met vervanging kozijnen aanbrengen. 19.02 Isolatie glaswerk buiten (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: Kozijnen, ramen en deuren voorzien van dubbele beglazing (U= ten hoogste 4,2 W/m2K).



21.0 SCHEIDINGEN 21.00 Algemeen (aanbeveling) De warmteweerstand van de buitengevels en het dak dient na het treffen van de voorzieningen ten minste gelijk te zijn aan Rc=2,5 m2K/W, tenzij dit tot constructieve problemen met betrekking tot de aansluiting op belendende percelen leidt. In het algemeen betekent het bovenstaande dat er voorzetwanden nodig zijn met 4 cm steenwol tussen buitenmuur en voorzetwand. (Waarbij overigens 8 cm steenwol is aan te bevelen.) Bij het aanbrengen van isolatievoorzieningen gelden de volgende randvoorwaarden: –– er mag geen verslechtering van het binnenmilieu optreden door vochtproblemen en schimmelvorming); –– goede ventilatiemogelijkheid; –– koude bruggen mogen niet voorkomen (b.v. bij balkons, lateien, dakranden); De uitvoering bij volschuimen spouwmuren dient te worden uitgevoerd en/of gecontroleerd door een door Bureau Kwaliteitsbeheersing Spouwmuren (BKS) erkend bedrijf. 21.01 Geluidisolatie (aanbeveling) Minimaal uitvoeringsniveau: Niet-woningscheidend: Enkel stijl en regelwerk, aan beide zijden beplaat met een enkele gipsplaat d= 12.5 mm 21.10 Wandvlak Scheuren in metselwerk uithakken, dicht zetten en voegen. Losse stukken metselwerk opnieuw (in)metselen overeenkomstig bestaande situatie. 21.40 Montage wanden Nieuwe wanden aanbrengen volgens de droge inbouw-methode. Minimaal uitvoeringsniveau: Niet-woningscheidend: Enkel stijl en regelwerk, aan beide zijden beplaat met een enkele gipsplaat d=12.5 mm. Nadere eisen: gipskartonplaten (natuurgips) toepassen met afgeschuinde kanten en glad afwerken met glasweefseltape, nooit toepassen in vochtgevoelige ruimten. Op plaatsen waar tegelwerk wordt aangebracht waterresistente (WR) gipsplaten toepassen; wanden dimensioneren en samenstellen in overeenstemming met eisen van sterkte en stabiliteit. 21.50 Kozijnen, ramen en deuren 21.53 Slecht functionerende binnendeuren goed draaiend en sluitbaar maken. Aangetaste en versleten deuren vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– woningtoegangsdeuren: stijldeur 40mm, cilinderslot, deurknop, 3 scharnieren en 2,5cm sponning. Minimaal 30min brandwerend; –– binnendeuren: met massa van ten minste 20 kg/m2.



22.00 WANDAFWERKING 22.10 Plaatafwerking Ondeugdelijke bekledingen van buitenwanden (binnen) verwijderen en nieuwe bekleding aanbrengen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– -stijl- en regelwerk 50x50mm vrij van de gevel aangebracht, beplaat met gipsplaat d=12,5mm, voorzien van een dampremmende folie en isolatie (zie 21.00 algemeen). 22.10.01 Isolatie (aanbeveling) Indien nodig i.v.m. geluidwering of warmte-isolatie een voorzetwand aanbrengen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– voorzetwand bouwmuur/ woningscheidend en t.pl.v. scheidingen met trappenhuis, bergingen en winkels; stijl- en regelwerk met gipskartonplaat d=12.5 mm gevuld met 50 mm minerale wol en een dampremmende laag; –– voorzetwand gevel; stijl en regelwerk met gipskartonplaat d=12.5 mm gevuld met isolatie en dampremmende folie tot een meter uit de gevel. Rc waarde conform Bouwbesluit 2003 22.20 Stukadoorswerk Los stucwerk vervangen. Gescheurd en/of beschadigd stucwerk herstellen. 22.30 Waterkerende wandafwerking Van te handhaven tegelwanden losse of beschadigde tegels vervangen in overeenstemming met de bestaande situatie. Zo nodig hoekvoegen vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– tegels eerste soort en prijsklasse O. 22.30.01 Bij (nieuwe) waterkerende wandafwerking is het minimale uitvoeringsniveau: –– wandtegels 150*150 prijsklasse 0: –– in natte cel tot 1.80m hoogte (bij de douche hoek 2.25) –– toilet tot 1.50 m hoog –– keuken tot 1.50 m hoog (achter kooktoestel) en tot 0.60 m hoog boven het aanrecht. –– spuitwerk op overige delen. 22.50 Vensterbanken (aanbeveling) Ontbrekende vensterbanken aanbrengen, 20 cm breed.

23.00 VLOERAFWERKING 23.10 Waterkerende vloerafwerkingen Nieuwe vloerafwerking aanbrengen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– ondervloer: wbp multiplex op afschot. Afwerking: vinyl met opgezette plint; –– ondervloer metalen zwaluwstaartplaat en beton met randopstorting hoog (80mm); aansluiting vloer - wandopstorting afdichten met een rubberfolie en kitvoeg; afwerking: vloertegels (eerste soort prijsklasse 0).



23.11 Van te handhaven tegelvloeren losse of beschadigde tegels vervangen in overeenstemming met de bestaande situatie. Zo nodig hoekvoegen vervangen. 23.40 Plinten Ontbrekende of zwaar beschadigde plinten aanbrengen c.q. vervangen overeenkomstig de bestaande situatie.

24.00 PLAFONDS 24.10 Plafondconstructie Ondeugdelijke constructie en afwerkingen verwijderen. Brandgevaarlijke materialen – bijv. zachtboard, kunststof schrootjes verwijderen. Nieuw plafond aanbrengen. Bij handhaving oud stucplafond gaten brandwerend dichtzetten en afwerken. Minimaal uitvoeringsniveau: –– bij niet-woningscheidende plafonds: rachels met 9,5mm gipsplaat; Bij ontbrekend stucplafond. Minimaal uitvoeringsniveau: –– bij niet-woningscheidende plafonds: rachels tegen de balklaag, 2-laags gipsplaat (9,5mm) met verspringende naden; –– In natte ruimtes: W.R.-plaat toepassen. –– AANBEVELING:Voor een betere geluidsisolatie -15dB rachels toepassen. 24.30 Stucafwerking Los gescheurd of ontbrekend stucwerk eventueel herstellen in overeenstemming met de bestaande situatie. 24.40 Randaansluiting met de wand Gipsplaten naadloos tegen de wand aansluiten. Eventueel aanbrengen van plafondplinten

28.00 SCHILDERWERK BINNEN 28.40.01 Spuitwerk (aanbeveling) Op de in het zicht komende gipskartonplaten van nieuwe plafonds spuitwerk aanbrengen.

42.00 WARMTE-INSTALLATIES 42.01 Bij deskundig ontworpen en aangelegde C.V. installaties dienen de slecht werkende c.q. lekkende onderdelen te worden vervangen overeenkomstig de bestaande toestand. Bij vervanging van de C.V. ketel (evt. incl. warmwatertapspiraal) dient de capaciteitsberekening en gekozen keteltype te worden overlegd. De ketel dient minimaal een type te zijn met verbeterd rendement.



42.01.01 Warmte-installaties/warmwatervoorzienig: Open verbrandingstoestellen verwijderen en vervangen door boilers of combineren met c.v.-installatie, conform installatievoorschriften. Indien gewenst kan de lokale- of centrale verwarming en de warmwatervoorziening worden herzien cq aangebracht volgens de NENnormen. Installateurs kunnen aanwijzingen geven. De cv-installatie (verbeterd rendement) met een capaciteit in overeenstemming met de woninggrootte en isolatiepakket, eventueel incl. tapspiraal.

45.00 VENTILATIE/ROOKGASAFVOER 45.20 Ventilatie 45.20.00 Ventilatie (aanbeveling) Indien niet of onvoldoende aanwezig t.b.v. keuken, badkamer en w.c.: ontluchting c.q. ventilatie aanbrengen. Mate van luchtverversing conform Bouwbesluit. Ontluchting bovendaks uit laten komen. Spleten aan onderkant deuren van keuken ( 20 mm ), badkamer ( 20 mm ) en toilet ( 15 mm ) bij vervanging van binnendeuren ook een spleet aanbrengen onder de binnendeur ( 15 mm ). Nieuwe ontluchting niet minder dan onder een hoek van 30 graden en geen horizontale kanalen. 45.20.01 (aanbeveling) Een mechanische ventilatie aanbrengen conform het Bouwbesluit en de NEN 1087 en NPR 1088. 45.26.10 (aanbeveling) Ondeugdelijke kappen vernieuwen. Zo nodig loodwerk herzien. 45.26.20 (aanbeveling) Gebreken aan ventilatiekanalen herstellen. Indien nodig buitendaks geheel vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– het uitmondingsoppervlak moet even groot zijn als het kanaal zelf, en –– in het werk gemetseld, kop waterdicht afwerken (bij voorkeur met een betonplaat); –– prefab kunststof of metaal met duplexcoating. Na herstel en/of vervanging kanalen deze altijd reinigen. 45.30 Rookgasafvoeren 45.32.10 Nog in functie zijnde rookgasafvoerkanalen reinigen en waar nodig rookdicht herstellen. 45.50 Schoorstenen buitendaks 45.50 Algemeen Alle (ook in de toekomst) niet-functionerende schoorstenen die in slechte staat verkeren, buitendaks slopen. Dak aanhelen. In de woning nisbussen uithakken en dichtmetselen.



Bij te handhaven schoorstenen gebreken aan metselen voegwerk herstellen, loodwerk zo nodig herstellen of vernieuwen, schoorsteenpotten zonodig vervangen, afwaterende afwerklaag herstellen c.q. vervangen. Indien nodig schoorsteen geheel vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– in het werk gemetseld, kop waterdicht afwerken (bij voorkeur met een betonplaat); –– prefab metalen schoorsteenkap met duplexcoating.

51.00 GASINSTALLATIES 51.00 Algemeen Volledig nieuwe gasinstallatie aanbrengen conform de eisen van de daarvoor geldende NEN-normen. Let op: vraag uw installateur om dit werk uit te voeren.

52.00 WATERINSTALLATIES 52.10 Aansluiting woning Hoofdtoevoerleidingen koud water controleren op gebreken en zo nodig herstellen of vervangen. Loden leidingen altijd vervangen door koper (opbouw). Elke woning apart afsluitbaar maken vanuit de woning. In niet vorstvrije-ruimten leidingen isoleren. 52.30 Toestellen, incl aansluitingen 52.30.10 Kapot en/of beschadigd sanitair vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– wit kristalporselein. 52.30.20 Aansluitingen op gebreken controleren en zo nodig herzien. 52.40 Waterleiding Warm- en koudwaterleidingen volledig vervangen. Loden leidingen vervangen door koper o.g. Bij vervanging van moeilijk bereikbare leidingen deze leidingen afstoppen en een nieuw leidingverloop aanbrengen. 52.50 Wasmachine aansluiting Indien niet aanwezig aanbrengen.



54.00 HEMELWATERAFVOEREN EN GOTEN 54.10 Gootbekleding Gebreken herstellen dan wel bekleding geheel vervangen. Zinken gootbekleding, ouder dan 10 jaar, geheel vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– zink (14) (STZ ‘80) of kunststof bekleding. 54.20 Hulpstukken Kiezelbakken, vergaarbakken en balkondoorvoeren controleren en zo nodig herstellen of vernieuwen. 54.40 Hemelwaterafvoer Ondeugdelijke leidingen geheel of gedeeltelijk vervangen. Minimaal uitvoeringsniveau: –– p.v.c., met aan de straatzijde een slagvast ondereind met een lengte van 2m, beugels h.o.h. 1,5m.

55.00 RIOLERING 55.00 Algemeen Volledige nieuwe rioleringsinstallatie incl. wasmachineaansluiting aanbrengen conform het Bouwbesluit en NEN 2672

62.00 ELEKTRA 62.00 Algemeen Volledige nieuwe elektische installatie incl. wasmachineaansluiting aanbrengen conform de leveringsvoorwaarden van ENECO, met in acht neming van de NEN 1010. 62.50 Rookmelder Eén rookmelder per bouwlaag aanbrengen conform NEN 2555 Bouwbesluit artikel 2.146 lid 6 en 7. Let op de NEN-normen omvatten ook plaatsingsvoorschriften.


Programma van Eisen. februari Inhoud. 1. Inleiding. 2. Randvoorwaarden. 3. Wat doet Woonstad Rotterdam. 4. Programma van Eisen

Recommend Documents