Professionaliseringstaak P3.1

Professionaliseringstaak P3.1 De ontwikkeling van het kind, leer en gedragsproblemen

Patrick Oosterhuis (261165) NHL/PTH opleiding Docent Wiskunde 2e graad

Hoogezand, donderdag 14 november 2013.

Inhoudsopgave 1.

Zorgplannen ................................................................................................... 3 1.1.

Zorgplan AJC ............................................................................................ 3

1.2.

Zorgplan Noorderpoort ............................................................................... 8

2.

Verschillen en overeenkomsten ........................................................................12

3.

Casussen .......................................................................................................14 3.1. Jack ..........................................................................................................14 Terugblikkend.................................................................................................15 3.2. Payam en Hicham .......................................................................................17 Terugblikkend.................................................................................................17 3.3. Natasja ......................................................................................................19 Terugblikkend.................................................................................................19

4.

Evaluatie .......................................................................................................21

5.

Verbetervoorstellen ........................................................................................24

Bijlage 1 – Zorgplan Aletta Jacobscollege ................................................................25 Bijlage 2 – Zorgplan Noorderpoort ..........................................................................26 Bijlage 3 – Noorderpoort een zorgzame school .........................................................27

P-taak 3.1

Patrick Oosterhuis (261165)

2

1. Zorgplannen Gezien mijn arbeidsverleden kwam ik in de gelegenheid om op twee scholen actief te zijn. In de 2012 was ik als docent ICT werkzaam op het Noorderpoort te Winschoten (mbo) maar door een reorganisatie stopte dit. In december van dat jaar ben ik daarom vrijwillig weer een stage aangegaan op het Aletta Jacobscollege in Hoogezand (vo). Momenteel ben ik weer werkzaam bij het Noorderpoort in Groningen, voor de zomervakantie als rekendocent en er na als docent ICT beide niveau 2 opleidingen. Dit geeft me nu wel de unieke mogelijkheid om 2 scholentypen te vergelijken. Dus vandaar het meervoud.

1.1. Zorgplan AJC Het zorgplan is een veelomvattend boekwerk van 55 pagina’s. Alle betrokken personen en instellingen zijn beschreven qua identiteit en activiteit. Het beleid ten aanzien van de zorg begint al bij de aanmelding. Op basis van de gegevens van de basisschool en de cito scores wordt de leerling in één van de dakpanklassen voor G – V – V/H – H/T – T/Kb – Kb/Bb klassen geplaatst. Hiervoor worden zaken als ‘rugzakjes’ en andere LWOO zaken naadloos overgenomen en in een het plaatsingsadvies opgenomen. Alle communicatie verloopt via de ouders van de leerling. Hiervoor zijn er 3 ouderavonden. Indien gewenst kan er daarnaast ook nog tussen de ouders en mentor extra contactmomenten worden gecreëerd. In het eerste school jaar zal de leerling gescreend worden op leesproblemen. Aan de hand van de uitkomst zal er een behandelingsplan worden opgesteld. Anders dan voor Dyslexie is er voor Dyscalculie geen plan. Het behandelplan kent 2x per jaar een actualiseringsmoment. Ook vind er een terugkoppeling plaats met de basisschool. Om de docenten te ondersteunen beschikt de school over een Zorg en Advies Team. Het ZAT heeft als doel de leerlingen en de ouders, na signalering, vroegtijdig, snel en effectief die zorg te adviseren die noodzakelijk om de school met een goedgevolg te doorlopen. Hiervoor werken ze samen met onder andere: • Teamleiders • Leerplichtambtenaar • Schoolarts • En andere noodzakelijke externe afgevaardigden Voor het opzetten van een advies gebruikt het ZAT de bevindingen van de docent en die uit eigen onderzoek. In het advies kan gebruik gemaakt worden van verschillende zorgvarianten. Zoals: • Hulplessen – om de lessen zo snel mogelijk op het gewenste niveau te krijgen. Er zijn hulplessen voor taal en rekenen. • Remedial hulp – extra lessen om hiaten op te vullen door middel van reteaching. Remedial teaching wordt eerst na onderzoek door een remedial teacher of de schoolpsycholoog omdat hiervoor een orthodidactische leerweg moet worden vastgesteld. P-taak 3.1


3

•

•

•

• •

•

• •

Begeleiding op sociale en emotionele aspecten – deze SoVa lessen zijn voor de vmbo leerlingen standaard in het leerprogramma opgenomen maar zijn voor de havo en hoger optioneel. Trajectgroep – leerlingen komen hier terecht wanneer er een beperkt perspectief is op diplomering. Deze lesruimte hiervoor is ingericht met 2 zitbanken en een eigen aanrecht. Een unieke locatie die door leerlingen als eigen veilige plek. Crisisopvang – indien de leerling in gevaar is of was, of wanneer deze zichzelf in gevaar brengt. Hier zijn speciale regels en er wordt direct contact met de ouders opgenomen. Onderzoeksmogelijkheden – bij twijfels over functioneren van leerling kan de teamleider een intern zorgteam inschakelen. Peermediation – voor de havo, vwo en gymnasium om met bijvoorbeeld ruzies om te gaan. De leerling wordt bijgestaan in het oplossen van conflicten in hun directe omgeving. Hiervoor is wel toestemming van de ouders noodzakelijk. (extern) Reboundvoorziening – in samenwerking met het Winkler Prins te Veendam is deze voorziening opgezet. De leerling met ernstige gedragsproblemen kan hier naar toe worden gestuurd om hiermee de leerling te ondersteunen en de school te ontlasten. (extern) Sociaalpsychologische begeleiding – loopt via bureau Jeugdzorg of schoolpsycholoog. (extern) Ambulante begeleiding – heeft als doel om de ontwikkeling op een normale reguliere school zo goed mogelijke te laten verlopen. Diverse REC’s kunnen hiervoor worden benaderd, zoals Visio, Effatha, Dienstencentrum Noordoost Nederland of Renn 4.

Bij de uitvoering van het zorgplan zijn heel veel personen betrokken. We kunnen ze allemaal gaan opnoemen maar het eenvoudiger en overzichtelijker om hiervoor het stroomdiagram te gebruiken uit het oorspronkelijke zorgplan.

P-taak 3.1


4

Mentor signaleert enbespreekt dit met leerling

docenten

counselor

Overleg met teamleider

Intern zorgoverleg teamleiders met Zorgcoördinator: 1x per 2 weken voor advisering aan teamleider volgens jaarplanning.

N.B. Voor een snelle actie/beslissing: Buiten het intern zorgoverleg is zorgcoördinator als contactpersoon bereikbaar.

teamleider

Mentor neemt contact op met en stelt hulpvraag aan

Interne begeleiding of hulpverlening door: Counselor

Schoolmaatschappelijk werker

Schoolarts

Intern begeleider

Logopedist N.

Koppelen terug naar de mentor ….

….. of teamleider

Dit uitgebreide stroomdiagram en een sluitende administratie dragen zorg dat de doelstelling van het zorgplan gehaald kunnen worden. Aan het begin van dit traject staat echter de docent die het hele proces in gang kan zetten. Het zorgplan geeft hem echter ook een instrument in de vorm van een signaleringslijst. Hier staan aspecten die door het ZAT behandeld kunnen worden en de docent kan hier kort aangeven waar het bij de leerling aan schort. Dit alles om een zo snel mogelijke diagnose te kunnen stellen en om de leerling zo snel mogelijk te helpen.

P-taak 3.1


5

SIGNALERINGSLIJST

Een hulpmiddel om de problematiek van een leerling te inventariseren en snel een beeld te krijgen over de leerling. U kunt meerdere items aankruisen.

Naam leerling Klas: Datum: Ingevuld door: Algemene indruk •

Heeft regelmatig hoofdpijn

•

Heeft regelmatig buikpijn

•

Heeft andere fysieke klachten

•

Verzuimt regelmatig

•

Vraagt veel aandacht van de mentor

•

Vraagt veel aandacht van de docenten

•

Oogt vermoeid

•

Maakt een ongelukkige indruk

•

Maakt een onevenwichtige indruk

•

Maakt een chaotische indruk

•

Houdt zich niet aan afspraken

P-taak 3.1


6

Didactisch beeld •

Zwakke concentratie

•

Cijfers lopen terug

•

Maakt het huiswerk vaak niet

•

Boeken/ agenda niet bij zich

•

Zegt vaak ”ik snap het niet/nooit”

•

Heeft leerproblemen

•

Is gedemotiveerd

Stemming •

Is agressief

•

Is negatief

•

Is te (extrovert) opgewekt

•

Is druk

•

Is onzeker

•

Is te neergeslagen

Sociaal contact •

Heeft vaak ruzie met andere leerlingen

•

Heeft veel conflicten met docenten

•

Zoekt het conflict met docenten

•

Zoekt het conflict met leerlingen

•

Kan niet goed communiceren

•

Is erg verlegen

P-taak 3.1


7

•

Trekt zich snel terug

•

Is sterk beïnvloedbaar door de groep

•

Gaat volstrekt zijn/haar eigen gang

•

Heeft geen aansluiting bij de groep

•

Heeft problemen thuis

• Opmerkingen:

1.2. Zorgplan Noorderpoort Ook dit zorgplan is een veelomvattend boekwerk van 50 pagina’s. Alle betrokken personen en instellingen zijn beschreven qua identiteit en activiteit. Alle wettelijke kaders zijn in dit boekwerk benoemd en verwerkt. Het uiteindelijke zorgplan kent 3 indelingen voor begeleiding: • Basis begeleiding – is de reguliere begeleiding op school binnen de schoolteams • Extra begeleiding – is de schoolinterne individuele begeleiding voor problemen op psychosociaal gebied, loopbaan en studieverloop of leerbelemmeringen. • Zorg Actieve begeleiding – inschakelen en samenwerking met zorg die in eerste instantie buiten de school licht. De meest centrale rol is hier weggelegd voor de leerling. Deze leerling is zelf verantwoordelijk voor zijn of haar handelen. Indien deze jonger is dan 18 jaar dan zijn dit de ouders. Deze verantwoording wordt ook in een contract vastgelegd tussen de school en de leerling, en indien noodzakelijk mede ondertekend door ouders. Hierin staan de rechten en de plichten van beide partijen met de eventuele sancties opgenomen. De school heeft ook strikte privacyregels waarin staat dat alle communicatie betreffende de school via de leerling gaat en bij minderjarigheid ook naar de ouders. Boven de 18 jaar is er toestemming van de leerling noodzakelijk om ouders te informeren. Standaard doet de school dit niet.

P-taak 3.1


8

Bij de basisbegeleiding is vooral de StudieLoopbaan Begeleider betrokken. Dit is vaak een docent met specifieke uren hiervoor. Vanaf de instroom, na aanmelding en bij intake bewaakt en initieert de SLB’er de warme overdracht tussen vo en mbo en tussen mbo’s onderling. Bij de intake is het van groot belang om (mogelijke) belemmeringen voor de toelating van de opleiding te signaleren en indien nodig, de leerling door te verwijzen voor een verlengde intake. Hiermee wordt voor leerling en opleiding de plaatsing in een passend onderwijstraject bevorderd en wordt vanaf de start duidelijk of en welke extra begeleiding nodig is. Kerntaken binnen de Basisbegeleiding: • Volgen, bewaken en waar nodig sturen van de studievoortgang van de individuele leerling. • Uitvoeren van taken in het kader van communicatie, beheer en registratie t.b.v. de studieloopbaan van de leerling. • Signaleren, doorverwijzen en begeleiden van leerlingen met (risico op) stagnaties of belemmeringen in de studieloopbaan i.s.m. het begeleiding & adviesteam • Het uitvoeren van professiegebonden taken. Onder extra begeleiding wordt de begeleiding verstaan, die geboden wordt aan leerlingen bij wie na signalering door de SLB’er extra of intensievere ondersteuning en advisering noodzakelijk is om een effectieve, efficiënte en gewaardeerde leerroute te kunnen blijven bieden. Er is sprake van (dreigende) problematiek, die de studieloopbaan en leerroute van de leerling in gevaar brengt. Daarbij kan het gaan om bijv. loopbaan- en beroepskeuzeproblemen, leerproblemen en / of psychosociale problemen. De individuele extra begeleiding wordt na interne doorverwijzing geboden door het begeleiding & advies team (BAT) van de school. Kerntaken binnen de Extrabegeleiding: • Gericht ondersteunen, begeleiden en adviseren van de individuele leerling • Extra begeleiding met specialisatie en kwalificatie op het gebied van psychosociale ondersteuning en advies, loopbaanberoepskeuze - of leerbelemmeringen • Uitvoeren van taken in het kader van communicatie, beheer en registratie t.b.v. de studieloopbaan van de leerling • Het uitvoeren van professiegebonden taken

P-taak 3.1


9

De kwaliteit, de effiëncy en de benodigde competenties worden bewaakt en gewaarborgd door het BAT van de school. Hiervoor komen ze regelmatig samen en verzorgen de terugkoppeling via de SLB-er. Kerntaken binnen de BAT: • Besprekingen voorzitten, agendaplanning en relevante partners uitnodigen • Verslaglegging van de bespreking regelen • Relevante informatie verspreiden onder partners aan de BAT-bespreking • De regulatieve cyclus bewaken; probleemstelling – diagnose – plan – interventie - evaluatie • Toezien op de taakuitvoering van partners van het BAT • Toezien op of bijdragen aan terugkoppeling naar leerlingbegeleider / opleiding, leerling en ouders / verzorgers • Levert een bijdrage aan het schoolbeleid rond ontwikkeling van de leerlingbegeleiding • Eerste contactpersoon en aanspreekpunt zijn voor de school van het betrokken Zorg en Advies Team • Communicatie en selectie casuïstiek voor het zorg & advies team i.s.m. de zorgcoördinator van het ZAT (GGD)

Het bovenstaande geeft het totaalbeeld van de Zorg en Advies begeleiding weer. Aan de rechterzijde is de Dienstverlenende begeleiding te vinden die voor een coördineren en registreren rol heeft. Ook verzorgen zij de uitvoer van specialistisch diagnostisch onderzoek naar en begeleidingsadvies bij school- en loopbaanbelemmeringen, Dyslexie / Dyscalculie, capaciteitenonderzoek en specifieke trainingen.

P-taak 3.1


10

Kerntaken binnen de Dienstverlenende begeleiding: • Adviseren over en aanbrengen van verbeteringen op het gebied van de leerlingbegeleiding en de organisatie • Uitvoeren van en ondersteunen bij onderzoeken en begeleidingsvormen waarvoor specifieke deskundigheden en / of kwalificaties noodzakelijk zijn, die niet op schoolniveau zijn te realiseren • Coördinatie van begeleidingstaken op Noorderpoort niveau in het kader van bijv. Schoolmaatschappelijk werk, LGF / Passend onderwijs Als laatste is er dan nog het Zorg en Advies Team (ZAT). Dit team zal worden ingeschakeld indien de problemen van de leerling buiten de school liggen maar wel direct van invloed zijn op de schoolcarrière. De regie hiervoor ligt dan ook buiten de school. Vanuit de school zullen er 3 personen deelnemen in dit team: • leerlingbegeleider van de leerling vanuit het Begeleiding & Advies Team van de school • coördinator Begeleiding & Advies Team van de school • contactpersoon Cdv van de school Dit team kan dan verder worden uitgebreid met externe deskundigen. De externe partijen waarop een beroep kan worden gedaan zijn: • jeugdgezondheidszorg / GGD • leerplicht / RMC • AMW / Jongerenwerk • verslavingszorg • politie • kredietbank • ambulant begeleider (LGF) • GGZ

P-taak 3.1


11

2. Verschillen en overeenkomsten En die zijn er genoeg. Het Aletta Jacobscollege is een school voor voortgezet onderwijs. En dat voorgezette onderwijs sluit aan op de basiseducatie. De leerlingen beginnen hier vaak op 12 jarige leeftijd en verlaten de school zo rond hun 18e levensjaar. De eerste helft van de puberteit maken ze hier mee. Op het Noorderpoort een school voor middelbaar beroepsonderwijs neemt deel 2 voor zijn rekening en begeleid de leerlingen naar volwassenheid en naar de arbeidsmarkt. Veel leerlingen/studenten beginnen hier zo rond hun 18e om vervolgens met 21 een vervolg te maken op het hoger beroepsonderwijs of op de arbeidsmarkt. Maar er zijn meer verschillen. Voorgezetonderwijs De leerling niet de hoofdverantwoordelijke maar de ouders zijn dat. Dit is deels vanuit de wet bepaald, maar ook vanuit het soort onderwijs. Het is immers een voorzetting van de basisschool en deze houding wijzigt wel gaandeweg de opleiding maar de eindverantwoordelijkheid blijft bij de ouders liggen.

-

Middelbaarberoepsonderwijs De student (binnen de kaders van de wet) is zelf verantwoordelijk voor zijn handelen. De student tekent hiervoor ook een contract met rechten en plichten.

De leerling wordt opgeleid voor een vervolg opleiding.

-

De student krijgt een opleiding voor de arbeidsmarkt met alle bijbehorende aspecten voor het goed kunnen functioneren op deze arbeidsmarkt.

Het zorgplan van het AJC staat op het publieke gedeelte van de school website. Iedereen kan hier kennis van nemen.

-

Op een afgesloten gedeelte van de schoolsite is het zorgplan voor de student te vinden. Hiervoor moet er eert ingelogd worden. Dit strookt weer met de privacypolicy van het Noorderpoort.

In het zorgplan van het AJC zijn minder externe partijen betrokken.

-

Bij het Noorderpoort zijn er meer, en ook zwaardere, externe partijen betrokken. Goed verklaarbaar vanwege het leeftijdsverschil.

Hulpmiddelen voor de docent zijn in het zorgplan aanwezig.

-

Er zijn niet echt instructies voor de docent opgenomen met duidelijke richtlijnen. Dit is ook lastig omdat er ook met verschillende doelgroepen gewerkt wordt. Gelijk schakelen van normen en waarden is hier dan ook moeilijker.

P-taak 3.1


12

Er zijn ook veel overeenkomsten. En de meest in het oog springende is wel dat de docent de eerste is die de signalen moet opvangen en de juiste actie moet ondernemen. Verder is de docent ook de persoon die de meeste communicatie tussen de zorg en de leerling/student moet verzorgen. Dat vraagt nogal wat tijd, kennis en vaardigheden. Om hem of haar hierbij te ondersteunen zijn er adviesteams en coördinatoren in 2e en 3e lijns ondersteuning bij beide schooltypen. Dit allemaal om de leerling/student op een zo goed mogelijke manier voor te bereiden voor de toekomst.

Hiermee is de docent wel de belangrijkste schakel in de zorgketting.

P-taak 3.1


13

3. Casussen Om de verschillende zorgplannen te toetsen heb ik 3 verschillende gebeurtenissen. Alle drie heel verschillend en daardoor geschikt om de verschillen in handelen te volgen en hun uitwerkingen.

3.1. Jack Deze casus is me overkomen in mei 2012. Het onderstaande is integraal overgenomen uit mijn stageverslag voor P-taak 2 – Maandboek van een spaniël. In mei leggen alle vogels een ei. Een heel bekend Nederlands gezegde. Het begin van het leven zo aan het einde van het voorjaar. Een drukke periode voor de vogels. En dat niet alleen voor de vogels.

Aan het eind van een drukke schooldag gaat mijn telefoon en spreek ik met de vader van een van mijn leerlingen. We noemen hem even Jack. Hij vertelde me dat ze net thuis waren na een nacht en dag in het ziekenhuis. Jack had een zelfmoordpoging ondernomen en hij was gevonden en met spoed naar het ziekenhuis gebracht. Zijn vraag was of ik hier iets van wist of dat ik zoiets had zien aankomen? KABOEM! Zo dit is heftig, euh, tja wat overkomt me nu. Op weg naar huis in een volle trein en dan krijg je dit gesprek. Nee, natuurlijk had ik dit niet zien aankomen. Waarom zou ik, Jack was één van de betere leerlingen en liep qua projecten voor op de rest van de groep. Signalen om aan te nemen dat het slecht met hen ging waren er niet. Normale goed uitziende en welbespraakte jongeman die genoot van uitgaan en de meisjes. Nee, ik had het niet zien aankomen. Ik was gelukkig niet de enige hierin want de ouders hadden hetzelfde beeld van Jack als ik en konden het ook niet plaatsen. Gelukkig ging het nu eerst goed met hem en moest hij voorlopig in het ziekenhuis blijven. Verder uit het gesprek kwam naar voren dat zijn kameraad hem had gevonden en alarm had geslagen. En daar waren de ouders heel blij mee. Mijn eerste gedachte was nu: Ik heb dus nu 2 problemen en de hele klas. Want alle leerlingen willen natuurlijk weten hoe en waarom. Ik sprak af dat ik Jack zou bezoeken zodra hij uit het ziekenhuis kwam om hem hulp aan te bieden namens de school waar we maar konden. De volgende dag heb ik eerst Jack´s kameraad voor de klas opgevangen en we hebben zitten praten. Ik wilde weten hoe het met hem ging. Je ´makker´ zo maar vinden na een zelfmoordpoging gaat je niet in de ´koude kleren´ zitten. En dat het hem ook raakte was snel duidelijk want de emoties kwamen vrij vlot. We zaten in een gesloten kamer en ik stelde hem gerust. We hebben een goed gesprek gehad en na afloop heb ik hem tijd en ruimte gegeven. Nu de klas nog want nieuws verspreidt zich snel. Hier was het rustig en de leerlingen P-taak 3.1


14

namen het voor kennisgeving aan. Ook wel logisch want de relaties met Jack zijn ook anders. Nieuwsgierig waren ze wel hoe het met hem was en er kwam spontaan een idee om een kaart te kopen. Als één van de eerste heb ik ook mijn portemonnee getrokken. Twee dagen later belde de vader weer om te vertellen dat Jack weer thuis was en dat de voorlopige diagnose ‘Borderline’ was. En Jack wilde weer naar school. Dit laatste hadden we binnen het docententeam even afgehouden want eerst wilden we gesprekken hebben met Jack. Ik ben eerst bij Jack op bezoek geweest. Als SLB-er ben je immers het eerste aanspreekpunt. Al snel bleek dat Jack spijt had van zijn actie. Hij had fouten gemaakt en dat betreurde hij. In eerste instantie dacht ik een opening maar al snel werd me duidelijk dat het allemaal heel bewust was gepland. Pillen via het internet bestelt maar verkeerd gebruikt dus poging mislukt. Voor mij stond het vast, Jack kwam nog niet terug in de klas. Eerst maar eens behandelen en daarna terugkeer. Binnen het docententeam was men dezelfde mening toegedaan en we wachtte het behandelplan van Jack wel af. Grappig was dat mijn dochter voor haar opleiding net een boekonderzoek had afgerond naar ‘Borderline’ en het bevatte voor mij hele handzame instructies en artikelen. Ook de tweedelijns ondersteuning van de school was blij met het werk. We hebben er veel aangehad. Na 3 weken was dit plan er en de afspraken met de hulpverlening waren inmiddels op gang gekomen. Ik had een wekelijks update gesprek met de vader en het was nu tijd om Jack weer naar school te laten komen. Als team hebben we eerst een gesprek met Jack gehad en over van alles en nog wat gesproken. Na dit gesprek was het voor ons duidelijk dat Jack weer terug kon naar de klas. Hij zelf had nog wel een vraag: Wat ga ik zeggen als ik binnen stap in de klas? Mijn voorstel was iets grappigs te zeggen over de kaart die hij gekregen had. Daar kon hij wel wat mee.

Terug in de klas begon hij ook met de zin: ‘Hé jongens, bedankt voor de kaart. De volgende keer gewoon met mijn verjaardag?”. Het ijs was gebroken en gedurende de hele dag was het een komen en gaan bij zijn tafel, van leerlingen die even wilde praten. Ik heb het maar even zijn beloop gelaten. Tja, in mei leggen alle vogels een ei. En met goede zorg komen de meeste eieren uit.…

Terugblikkend

Wanneer ik hier nog aan terugdenk dan staat het me nog fris in mijn geheugen. Het zorgplan van het Noorderpoort kende ik in zijn geheel niet. Begrippen als eerste lijn, tweede lijnszorg en noem ze maar op het zei me eigenlijk niets. Ik kende wel een collega die de tweede lijn deed. Een hele rustige en bedachtzame vrouw die kordaat en in mijn ogen soms emotieloos handelde. Maar misschien moet dat ook wel wanneer je het belang van de student voorop stelt. Ik heb in dit geval vooral gehandeld naar mijn eigen ingeving en daarna zo snel mogelijk mijn team ingeschakeld.

P-taak 3.1


15

En nu ik wel een meer gedegen kennis heb van het zorgplan, kan ik vaststellen dat ik juist heb gehandeld. De stappen die ondernomen zijn waren logische en dat staat echter niet met zoveel woorden omschreven. Veel procedures ontbreken, maar ze zijn er wel alleen in de hoofden van de betrokken personen. Ik heb dus na mijn gesprek direct mijn teamleider en de 2e lijnsbegeleiding gebeld en op de hoogte gebracht. Mijn teamleider heeft het aangehoord en zou het doorgeven. Niet de reactie die ik verwacht had. De reactie van de 2e lijns was heel anders. Veel warmer en daar heb ik veel aangehad. Met haar heb ik mijn vervolgstappen doorgenomen en ook de terugkoppeling gedaan. Voor ons was een hele werkzame oplossing. Zij was met de externe partijen bezig voor nazorg en begeleiding en ik met de klas en de vriend die Jack gevonden had. Ook met de ouders was er regelmatig contact. Er was veelvuldig overleg, wandelgangen, koffiekamer noem het maar op. Vergaderingen waren er niet echt voor mij wel voor de teamleiding, 2e lijn, school en de externe partijen. Jack is eigenlijk direct vanuit de basiszorg via de extra zorg direct doorgegaan naar het Zorg en Advies team. Volgens het zorgplan van het Noorderpoort is hij daarmee een ‘beetje uit beeld’ voor de SLB-er. Maar dankzij mijn contacten met de 2e lijns dame was dit niet het geval. Dat het uiteindelijk 3 weken heeft geduurd getuigd van een goede opzet van handelen en dat is in een ieders belang. Voor Jack want hij wilde toch wel weer verder met alles en voor de school omdat de situatie weer naar ‘normaal’ teruggeschaald kon worden. Wat ik zelf gemist heb was het optreden van mijn teamleider. De taken werden overgenomen door de 2e lijns dame, een verklaring is hiervoor nooit gekomen. Eveneens de hulp en ondersteuning voor mij als docent na afloop van het hele verhaal. Binnen de kaders van deze P-taak is het van belang een antwoord te verkrijgen op de volgende deelonderwerpen van de hoofdvraag “Welke invloed heeft de zorgleerling op het onderwijs?”: • Klassenmanagement Belangrijk was om niet alleen een veilige omgeving voor Jack te regelen maar ook voor zijn klasgenoten. Veiligheid hier is niet van fysieke aard maar van geestelijke aard. Ondertussen praatte ik met de klas over de situatie waar ik kon en was ik bezig om een klimaat te creëren waardoor de terugkeer van Jack mogelijk zou zijn. De kaart was hier ook een onderdeel van. • Relatie docent – leerling Als docent zag ik Jack dagelijks en van begin af aan was het ook een goed contact. Ik ervoer dat Jack me vertrouwde en ik kon open en eerlijk met hem praten. Dit vertrouwen heb ik later ook gebruikt om de voorgang van het gehele proces te monitoren. • Veilig Ik heb hier met een hele andere soort veiligheid te maken gehad die nieuw voor me was. Maar via het klassenmanagement heb ik voor alle betrokkenen een goed oplossing in gevonden. • Hoe wordt lesgegeven Heeft niet echt gespeeld anders dan dat ik ruimte inlaste in de les wanneer er individueel of groepsgewijs behoefte was om te praten. • Pedagogisch klimaat De persoonlijke situatie van Jack heeft door kleine aanpassingen in het klassenmanagement geen invloed gehad. De leerlingen hebben door P-taak 3.1


16

kunnen werken aan de lesstof en de practica en indien er behoefte was aan een gesprek dan maakte ik daar tijd voor. Door er over te kunnen praten creëer je begrip en weer ruimte zodat iedereen weer verder kan.

3.2. Payam en Hicham Beide Nederlandse jongens maar met Pakistaanse en Kroatische ouders. Er waren al gedragsproblemen bekend maar niet via de basisschool, deze heeft ze niet meegegeven. Er waren al meerdere signaleringslijsten ingevuld voor deze jongens en die van mij zaten daar ook tussen. Ik was in januari 2012 tot en met maart hun wiskundedocent (stage) voor een kaderberoeps klas 1e jaar op het Aletta Jacobscollege. Wat mij was opgevallen was dat ze naast problemen met wiskunde ook problemen hadden met de Nederlandse taal en buitensporig veel aandacht vroegen. Payam begreep woorden niet, kende hun betekenis niet en daarmee ontging hem veel van de uitleg. Sommen waren niet te maken en wat er gemaakt werd was weer niet te lezen vanwege het slechte handschrift. Hicham kwam vaak te laat de les binnen en had nooit boeken bij zich. Deze werden gewoon niet gekocht, ook niet naar herhaald aandringen bij de ouders. Het waren onderling goede vriendjes maar in de klas zaten ze ver mogelijk uit elkaar. In de klas waren ze niet te handhaven en eruit sturen was het regelmatige gevolg. Na de melding bij de mentor via de vele signaleringslijsten is het gehele stroomdiagram van het AJC zorgplan doorlopen tot en met de externe zorg van Jeugdzorg. Er is een onderzoek gestart naar de thuissituatie van de jongens. De mentor heeft hiervoor contact gezocht met de ouders van de jongens en uitgenodigd voor een gesprek op school. Van deze gesprekken zijn verslagen gemaakt en verder besproken met de interne zorg coördinator en de teamleider. Hieruit is de hulpvraag geformuleerd en is er een terugkoppeling geweest met de betrokken docenten. Voor Payam geldt dat de voertaal thuis Pakistaanse is en Nederlands de 2e taal is. Er is de ouders, vooral de vader, gewezen op de achterstand en op eventuele problemen in de toekomst. De mentor kreeg niet de indruk dat de ouders onder de indruk waren van de argumenten. Een soortgelijke reactie kwam van de ouders van Hischam. Vooral de vader had het over het ‘man’ zijn en daarnaar handelen. Verder moest de school zorgen voor onderwijs en alle zaken die daar bij hoorden. Dat was niet de plicht van de ouders. En boeken hoorden daar ook bij. Naar aanleiding van deze gesprekken is door de zorgcoördinator geadviseerd om afspraken te maken bij de schoolarts en bij de schoolmaatschappelijkwerk om zo een beter beeld van de noodzakelijke hulp te definiëren. Terugblikkend

Hoe het verhaal verder is gegaan weet ik niet. Mijn tijd bij het Aletta Jacobs hield op omdat ik een andere baan kreeg en om persoonlijke redenen. Maar de afloop ken ik wel. Payam is nog voor de zomervakantie verhuisd naar het westen van het land nadat hij veelvuldig lessen gemist heeft. En Hischam is via Jeugdzorg uit huis geplaatst en is ook naar een andere school gegaan buiten de provincie. Er bleek sprake te zijn van kindermishandeling. P-taak 3.1


17

Toch wel weer heftige uitkomsten van ogenschijnlijke simpele situatie. Het zorgplan van het AJC heeft best wel gewerkt. Alleen naar mijn idee te traag. Gedurende de 3 maanden dat ik er actief was heeft het me gestoord en geërgerd. Steeds maar weer die onrust in de klas en niet alleen de jongens hebben er last van maar de rest van de klas ook. De terugkoppeling was ook minimaal en dat betekende dat je vaak een ‘Ik weet het niet.’ moet verkopen op vragen van collega’s. Op zich vreemd omdat er in het zorgplan duidelijke richtlijnen staan over communicatie onderling. Mijn rol in deze zaak was klein. Niet meer dan een signaalgever en een uitvoerder van de extra geboden zorghulp in de vorm van extra lessen en aandacht, voor zover mogelijk. Persoonlijk denk ik dat het allemaal te lang heeft geduurd en dat er eerder ingegrepen had moeten worden. Het schooljaar was al 4 maanden oud en nu was in feite een kompleet schooljaar verloren gegaan. Voor Payam is er waarschijnlijk helemaal geen oplossing want voor hem zal het weer allemaal een herhaling van zetten gaan worden. Binnen de kaders van deze P-taak is het van belang een antwoord te verkrijgen op de volgende deelonderwerpen van de hoofdvraag “Welke invloed heeft de zorgleerling op het onderwijs?”: • Klassenmanagement Bij aanvang van de les schreef ik altijd mijn ‘spoorboekje’ aan de rechterkant van het bord. Zaken als huiswerk bespreken, te behandelen leerstof, huiswerk en soms de aankondiging van het proefwerk. Dit gaf structuur aan de les en de leerlingen vonden dit prettig. Mijn begeleidend docent deed dit niet maar vernam dat het werkte. Verder was afgesproken dat ‘vervelend gedrag’ eerst een waarschuwing kreeg en bij de 2e waarschuwing werd de naam op de linkerkant van het bord geschreven. De 3e waarschuwing leverde dan een ‘kruisje’ achter je naam en betekende dat je de klas uit moest en melden bij de concierge. Voor deze klas was afgesproken dat we direct naar stap 2 gingen om aan te geven dat het ons als docenten ernst was. Maar ik kreeg juist de indruk dat het de jongens te doen was om het ‘kruisje’ te krijgen. Daarom stuurde ik ze er nooit beide uit maar om en om als daar aanleiding voor was • Relatie docent – leerling Praten met de jongens had totaal geen zin en mondde steevast uit in Ja meneer en Nee doen. Ik was een politieagent voor ze. Dat moest ik ook zijn vanuit mijn team en vanuit hier werken aan opvoedkundige zaken zoals normen en plichtsbesef. Werken deed het niet. • Veilig Mijn voornaamste doel was het veiligstellen van het lesklimaat zodat lesgeven mogelijk was. Een onveilige situatie heb ik nooit ervaren. Wel irritaties bij leerlingen maar door verwijdering heb ik dit kunnen wegnemen. • Hoe wordt lesgegeven Ik gaf klassikaal les. Via het ‘spoorboekje’ is er duidelijkheid en weten de leerlingen waar we zijn. Ik vind het belangrijk dat een leerling begrijpt wat ie doet. Samen een som op het bord doen vind ik prettig. Het geeft een hele duidelijke focus op de som. Ook geeft het mij ook inzich in de denkwijze van de leerling en daarop kan ik dan de uitleg aanpassen voor leerling en de klas. De leerling kwamen aanvankelijk schoorvoetend naar voren maar gingen steevast vol zelfvertrouwen weer naar hun tafeltje.

P-taak 3.1


18

•

Pedagogisch klimaat In de klas waren de jongens storende elementen. Er ontstond dan ook vaak een onwerkbare situatie. Irritaties en woorden dan ook orde van de dag. Deze hadden een negatieve invloed op de klas en dat was te vernemen aan de resultaten. Ik kon hier alleen niet veel meer aan doen dan ‘mijn wiskundelessen’ redden maar het probleem moest breder worden opgepakt. Ik probeerde met behulp van individuele uitleg leerlingen weer bij te praten.

3.3. Natasja Op mijn huidige school, wederom het Noorderpoort maar nu de opleiding voor Beveiliger, komt Natasja naar me toe en wil ze even met me praten. We gaan er even rustig voor zitten en ze begint te vertellen dat ze in het afgelopen weekend, op weg naar huis wachtend op de bus, plots een man tegenover zich kreeg die zich begon ‘af te trekken’. Ze was best wel geschrokken en zat er zichtbaar mee. Ik heb haar eerst gevraagd of ze hier ook met haar ouders of anderen over heeft gepraat en dat was niet het geval. Vervolgens hebben we gepraat over gevoel en stappen die zij zelf zou willen doen. Ook heb ik gewezen op de ondersteuning die er vanuit de school is in dit soort zaken. Het erover praten deed haar goed en eigenlijk wilde ze aangifte doen. Mijn eerste reactie was wat houdt je tegen? Samen hebben we gekeken hoe een dergelijk procedure gaat en uiteindelijk was ze er uit. ‘Wat die man gedaan heeft was niet goed en ik wil hier wat aan doen voordat er nog ergere dingen gingen gebeuren.’ Was haar reactie. Ze zou haar vriend vragen om mee te gaan naar de afspraak met de Politie. ‘Ik ben ook niet voor niets met deze opleiding begonnen! Had alleen niet verwacht dat het me zou gebeuren.’ Ik heb haar wel aangeraden het om ook met haar ouders of vriend te gaan praten want dat lucht op. Ook heb ik haar gemeld dat ik wel een kort verslagje doe aan haar mentor en dat begreep ze en vond ze niet bezwaarlijk. Twee dagen later tref ik haar weer en vroeg haar of ze al geweest was. Samen met haar vriend was ze de dag ervoor naar het bureau geweest en heeft ze aangifte gedaan. Bleek dat er al meerdere meldingen waren maar niet met een goed signalement. Haar precieze beschrijvingen waren zeer waardevol. Verder is haar hulp aangeboden. Ze maakte op mij een opgeluchte indruk. Ze stond achter haar actie en het voelde goed. Ik was benieuwd hoe haar omgeving reageerde. De rust tijdens ons gesprek had ze ook gebruikt om het haar vriend te vertellen. En samen hebben ze de afspraak gemaakt en zijn ze heen gegaan. Inmiddels is de man opgepakt en in afwachting van de vervolgstappen. Dat bericht heeft ze van de Politie gekregen. Natasja gaat met veel plezier naar school en doet het prima! Terugblikkend

Deze gebeurtenis is heel anders verlopen dan de voorgaande. Aanvankelijk ook heel heftig maar met een hele goede afloop. Natasja is een hele zelfstandige dame en weet daar ook naar te handelen. Nadat ze ons gesprek voor bij ben ik direct naar haar mentor gegaan. Hem heb ik op de hoogte gebracht van ons gesprek en de vervolgstappen die ze ging ondernemen. ‘Goh, openbare schennis hebben we nog niet behandeld bij Wettelijke Kaders maar heel goed dat ze zo P-taak 3.1


19

handelt. En dat geldt niet alleen voor haar!’ Was zijn eerste reactie. We hebben nog een extra kop koffie gepakt en verder gepraat en dat voelde voor mij ook heel prettig. Het zorgplan van de school voorziet inderdaad in ondersteuning op dit vlak maar ook hij wist niet helemaal zeker hoe deze procedures liepen. Maar het zou niet verkeerd zijn om hier een duidelijkheid over te verkrijgen. Dus in de volgende teamvergadering zou het op de agenda komen. Hij heeft verder een notitie gemaakt en deze opgenomen in haar dossier. Ook de kortere gesprekken na bezoek aan de Politie en de terugkoppeling heb ik aan hem doorgegeven en daarmee hebben we het dossier eerst gesloten. We hebben afgesproken dat de mentor te zijner tijd nog eens een check-up doet. Binnen de kaders van deze P-taak is het van belang een antwoord te verkrijgen op de volgende deelonderwerpen van de hoofdvraag “Welke invloed heeft de zorgleerling op het onderwijs?”: • Klassenmanagement Niet van toepassing. • Relatie docent – leerling Als docent was ik hier een vertrouwenspersoon waar Natasja om hulp en raad kwam vragen. Deze heb ik haar gegeven en daar heeft ze baat bij gehad. • Veilig Belangrijk was haar eigen veiligheid te borgen. Die van de klas is hier niet van toepassing. Door de politie is deze wel geborgen maar dat moet ook bij haar zelf persoonlijk een goed gevoel geven. Door te praten hierover geruststellen en door linkjes te leggen met de eigen opleiding heb ik dat bereikt. • Hoe wordt lesgegeven Niet van toepassing. • Pedagogisch klimaat Door te praten en vooral te luisteren ontstond er een rustige en vertrouwende omgeving voor Natasja. Ik kon haar via de eigen kennis over de wetgeving hierover, het is immers een beveiligingsopleiding en dit is een onderdeel van de vakleer, zelf laten beslissen wat en hoe te handelen. Ik was als coach bezig om haar eigen capaciteiten voor haar eigen voordeel in te zetten.

P-taak 3.1


20

4. Evaluatie Een hele lijst van competenties die aan deze P-taak zijn gekoppeld zijn in het volgende overzicht opgenomen: • Interpersoonlijk: o 1.2a Ik schep een klimaat voor samenwerking met de leerlingen en tussen de leerlingen onderling o 1.2b Ik spreek leerlingen aan op ongewenst gedrag en stimuleer gewenst gedrag • Pedagogisch: o 2.1a Ik heb een beeld van de leef- en belevingswereld van de leerling o 2.2a Ik stem mijn taalgebruik en omgangsvormen af op mijn leerlingen o 2.2c Ik herken en houd rekening met verschillen tussen leerlingen o 2.3a Ik signaleer ontwikkelings- of gedragproblemen bij leerlingen en laat zien dat ik hiermee in mijn onderwijs rekening houd • Vakinhoudelijk & Didactisch: o 3.1a Ik kan onderwijsactiviteiten voorbereiden en uitvoeren waarbij ik de vakinhoudelijke en didactische keuzes die ik gemaakt heb onderbouw o 3.2c Ik laat zien dat ik bij het ontwerpen en uitvoeren van mijn onderwijs rekening houd met verschillen tussen de leerlingen o 3.3a Ik kan eventuele leerproblemen bij leerlingen signaleren en laat zien dat ik daar in mijn onderwijs rekening mee houd • Organisatorisch: o 4.2a Ik maak werkbare afspraken met de leerlingen en hanteer die consequent • Samenwerken collega’s: o 5.1a Ik kan – in verschillende rollen – samenwerken in een team • Samenwerken omgeving: o 6.1a Ik heb een globaal beeld van de verschillende partijen waarmee de school contact onderhoudt o 6.2a Ik heb met ouders van de leerlingen en andere betrokkenen contact over het functioneren van de leerlingen • Reflectie en ontwikkeling: o 7.2b Ik kan een onderzoek opzetten en uitvoeren t.b.v. mijn eigen professionele ontwikkeling Ik kan ze ook via de casussen allemaal een plaatsje geven. Alle competenties zijn in meer of mindere mate wel aan bod gekomen: • Jack – 1.2a, 1.2b, 2.1a, 2.2a, 2.2c, 2.3a, 3.2c, 4.2a, 5.1a, 6.1a, 6.2a en 7.2b • Payam en Hicham – 1.2a, 1.2b, 2.1a, 2.2a, 2.2c, 2.3a, 3.1a, 3.2c, 3.3a, 4.2a, 5.1a, 6.1a, 6.2a en 7.2b • Natasja – 1.2a, 2.1a, 2.2a, 2.2c, 2.3a, 4.2a, 5.1a, 6.1a en 7.2b En het zijn allemaal droge opsommingen van competenties en acties die je als docent doet in je werkzaamheden. Maar het werk en de zorg is niet droog. Het raakt je net zo goed. En daarom is het zo belangrijk om regels en om over

P-taak 3.1


21

handleidingen en handreikingen te beschikken zodat je de leerling het beste kunt bieden. En niet alleen de leerling maar indirect ook jezelf. Ik heb bij Jack in eerste instantie helemaal uit eigen kunnen gehandeld en na melding ben ik heel snel op zoek gegaan naar informatie over allerlei zaken. In wezen is het vreemd want dat zou gewoon bij het inwerken van een docent moeten horen. Toen ik eenmaal over de informatie beschikte kon ik er ook mee werken. De samenwerking was prettig en de afloop uiteindelijk ook. Op het Aletta was de situatie een hele andere en was ik meer zijdelings betrokken. Ik was voornamelijk bezig om, om Payam en Hicham heen te werken zodat de lessen door konden gaan en de overige leerlingen er geen hinder van zouden ondervinden. Dit was ook binnen het team afgesproken. Ik blijf het jammer vinden dat het een en ander zo lang heeft geduurd en ben er van overtuigd dat eerder ingrijpen meer had opgeleverd. Het feit dat de basisschool al geen informatie wilde geven was een sterk signaal. Het gaf mij in ieder geval een gevoel van onmacht. Het verschilde zo met mijn vorige zorgplan geval dat het haast ook niet te rijmen was. Vrijwel geen informatie voorhanden en een goede afloop en samenwerking, met een goed zorgplan en prima beschikbaar en zo een pover resultaat. Bij Natasja was het zorgplan als een back-up op de achtgrond aanwezig en is het niet verder gekomen dan een melding en dossieropname. Maar het gaf wel een zekerheid dat er ergens op terug kon worden gegrepen. Deze ondersteund de docent wel wanneer hij of zij een situatie in gaat. Wat ik ook een beetje vreemd blijf vinden is de tweeslachtigheid die het Noorderpoort heeft ten aanzien van het zorgplan. In de bijlage 3 – ‘Noorderpoort een zorgzame school’ staan allerlei zaken betreffende de zorg op school voor de leerling. Maar wanneer je goed leest dan gaat het voornamelijk over de verplichtingen die de leerling heeft tegenover de school en de eventuele sancties hiertegen. Slechts één artikeltje gaat over het Begeleiding en adviesteam. De grote afwezige in de zorgplannen is Dyscalculie. Dyslexie wordt wel in genoemd en behandeld. Zelfs een opmerking betreffende het ontwikkelen van beleid hierop ontbreekt. En dat lijkt me zorgzaam en niet wenselijk want het is wel degelijk een ernstige zaak. Deze P-taak heeft me zeker meer inzicht gegeven in hoe de zorg geregeld kan zijn of geregeld is. Een mooi en duidelijk document is geen garantie dat het beoogde resultaat ook daadwerkelijk bereikt wordt. Zorg en onderwijzen is en blijft mensenwerk. Voor mezelf denk ik dat mijn verbeterpunten liggen op het gebied van orde en handhaving hiervan. Ik vind het niet leuk om steeds maar weer die politieagent te zijn en te straffen bij overtredingen. Leuker is het om te vertellen en uit te leggen. Er zullen ongetwijfeld technieken zijn waarbij je dit op een ‘leukere’ manier kunt doen en daar wil ik naar zoeken. Het toeval wil dat er op mijn huidige werk binnenkort een studiedag is, ‘Hoe om te gaan met lastige leerlingen’. Ik hoop hier veel nieuwe en bruikbare zaken te leren. De studiedag wordt gegeven door het Ecno van de NHL.

P-taak 3.1


22

Verder vraag ik me af of ik nu een vo of een mbo docent ben.? De meeste ervaringen die ik nu heb zijn van het mbo en dit sluit ook heel erg aan bij mijn jaren opgedane werkervaring buiten het onderwijs. Ook hier wil ik de komende tijd meer tijd insteken om hierop een duidelijker antwoord op te krijgen. Echter ben ik hiervoor afhankelijk van een baan in dit werkveld en ik kijk dan ook uit naar dit soort banen naast mijn huidige. Ondanks dat een goed zorgdocument geen garantie is voor een goede afloop zal één van mijn eerste acties bij het beginnen op een school, het doornemen van het zorgplan. Dit in het belang van de leerling maar ook in mijn eigen belang.

P-taak 3.1


23

5. Verbetervoorstellen Het doen van aanpassingen voelt een beetje raar in deze materie. Ik ben een aankomend docent en heb nog niet zoveel meegemaakt. Echter voor mezelf heb ik wel een eigen vragenlijstje gemaakt die ik ga hanteren bij het in dienst treden op een nieuwe school: • Een overzicht vragen van klassen en hun bijbehorende mentoren • Waar het zorgplan van de school te vinden is en op ik hier een exemplaar van kan ontvangen • Wie de zorgcoördinator is en waar ik deze kan vinden • Hoe en waar zorgdossiers bewaard en geregistreerd worden • Of het nu zorg situaties spelen Voor de zorgplannen zou ik toch de volgende punten willen noemen: • Laat Dyscalculie een onderdeel zijn van de zorgplannen • Zorg dat zorgplannen openbaar toegankelijk zijn zodat een ieder er notie van kan nemen. Hiermee heeft niet alleen de docent een signaleringsfunctie maar kunnen ouders ook participeren in de ontwikkeling van hun kinderen • Neem handelingsvoorbeelden op in de zorgplannen • Ik mis de zelfevaluatie in de zorgplannen Het zijn enkele punten die ik zeker voor mezelf zou gaan doen en ga doen.

P-taak 3.1


24

Bijlage 1 – Zorgplan Aletta Jacobscollege Dit document is 55 pagina’s groot is op aanvraag digitaal beschikbaar als Adobe PDF bestand met de naam ‘Professionaliseringstaak P3.1 Bijlage 1 - AJC Zorgplan.pdf’.

P-taak 3.1


25

Bijlage 2 – Zorgplan Noorderpoort Dit document is 50 pagina’s groot is op aanvraag digitaal beschikbaar als Adobe PDF bestand met de naam ‘Professionaliseringstaak P3.1 Bijlage 2 - NP Zorgplan.pdf’.

P-taak 3.1


26

Bijlage 3 – Noorderpoort een zorgzame school

Begeleiding bij vertrek school Als je de school tussentijds of aan het eind van het cursusjaar verlaat, moet je een exitformulier invullen. Dit formulier wordt alleen verstrekt door de mentor of tweedelijnsbegeleider die je daarna naar de frontoffice verwijst met het ingevulde formulier. Na ontvangst van dit formulier zal de centrale administratie nagaan welk bedrag (schoolkosten) eventueel gerestitueerd kan worden. Leerlingen/studenten die tussentijds de school verlaten, dienen tevens een bewijs van uitschrijving in te vullen (alleen verkrijgbaar bij de frontoffice). Dit bewijs dient ingevuld en ondertekend te worden door de lesgeldplichtige. Je bent zelf (of je ouder/verzorger is) verantwoordelijk voor een juiste afwikkeling van de uitschrijvingsprocedure en financiële afwikkeling met de studiefinanciering (Dienst Uitvoering Onderwijs).

Aanwezigheid Docenten en de directie van de school voor commerciële dienstverlening gaan ervan uit dat leerlingen / studenten 100% aanwezig zijn. Door het ondertekenen van de onderwijsovereenkomst heb je je verplicht om 100% aanwezig te zijn en je te zullen inspannen. Aanwezigheidsregistratie is verplicht.

Absentieregeling Als je ziek bent of anderszins verhinderd bent, meld je dit s ochtends tussen 08.00 09.00 uur. Het telefoonnummer hiervoor is [050] 365 65 02. Afwezigheid wordt bijgehouden en gemeld bij het verzuimloket van de overheid. Betermelding: Weer op school? Eerst beter melden bij de frontoffice/receptie. Ziek naar huis: De leerling/student meldt zich hiervoor bij de mentor of teammanager. Verlof aanvragen: Verlof, voor bijvoorbeeld doktersbezoek of wegens familieomstandigheden, ruim van tevoren aanvragen bij de mentor of teammanager. Nooit op de dag zelf.

P-taak 3.1


27

We gaan er van uit dat afspraken buiten de school (bijv. tandarts) niet tijdens de lessen worden gemaakt. Extra verlof, buiten de vakanties om, kan op last van de onderwijsinspectie in principe niet worden toegestaan. Slechts indien er sprake van zeer zwaarwichtige omstandigheden, kun je een schriftelijk verzoek indienen bij de teammanager. Die bepaalt of het verzoek wordt ingewilligd. Te laat komen: Melden bij de docent of mentor. Voor meer gedetailleerde informatie omtrent absentie: zie de informatie in je studiewijzer. Ongeoorloofd afwezig (spijbelen) (zie ook verzuim): Hieronder verstaan we: één of meer uren of dagen afwezig zijn zonder met geldige reden afgemeld te zijn. Ook de lessen die je mist als gevolg van te laat komen vallen hieronder. Bij (blijvende) herhaling is de procedure als volgt: • De leerling-/studentbegeleiding zal contact opnemen met de ouders. • Er kan een afsprakenformulier met daarin duidelijke afspraken worden opgesteld door de leerling-/studentbegeleiding (kopie aan de leerjaar/opleidingscoördinator). • Indien dit niet werkt wordt er een contract ondertekend waarin duidelijke afspraken staan tussen de leerling/student en de directie (kopie aan de ouders). • In het uiterste geval wordt de leerling/student van school verwijderd. (Voor regeling zie onderwijsovereenkomst) Controle absentie: De docent en de mentor controleren dagelijks en de mentor/coach overlegt in bijzondere gevallen met de tweedelijnsbegeleiding over verdere acties.

Verzuim en consequenties Aan- en afwezigheidsregistratie heeft de volgende doelen: 1. Voldoen aan de behoefte ten aanzien van begeleiding: • Het monitoren van verzuim als onderdeel van de begeleiding / beoordeling van de leerlingen / studenten. • Het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. 2. Voldoen aan de externe verantwoordingsplicht en wettelijke taken. Dit betreft de wettelijk verplichte contacttijd, verantwoording richting accountant, de meldingen aan het RMC, de leerplicht en de inspectie.

P-taak 3.1


28

Het melden van verzuim is een wettelijke verplichting per september 2009. Er wordt onderscheid gemaakt tussen 2 categorieën leerlingen / studenten: • Leerplichtige jongeren tot 18 jaar (deze leerlingen / studenten worden gemeld bij de leerplichtambtenaar) • Jongeren van 18 tot 23 jaar zonder startkwalificatie (deze leerlingen / studenten worden gemeld bij de RMC- functionaris (RMC = regionaal meldcentrum) Als de wettelijke termijn dit aangeeft, wordt verzuim doorgegeven aan het verzuimloket van DUO (IB-groep). DUO zorgt er voor dat iedere verzuimmelding direct wordt doorgestuurd naar de woongemeente van de leerlingen / studenten. De leerplichtambtenaar of RMC-functionaris ontvangt via de mail bericht dat er een leerling / student is opgevoerd in het verzuimloket.

Begeleiding en Advies team Het Noorderpoort heeft met jou afgesproken dat je aanspraak kunt maken op extra begeleiding en ondersteuning. Dat staat in de door jou en school ondertekende onderwijsovereenkomst. Van dat recht mag je gebruik maken en dat is soms heel verstandig. Sterker, het is vaak onverstandig om te zwijgen en dingen mis te laten lopen. Je hebt onder andere recht op begeleiding vanuit onze school bij studie- en beroepskeuze, bijvoorbeeld als blijkt dat je een verkeerde keuze hebt gemaakt. Ook kun je het Begeleiding- en Adviesteam (B&A team) inschakelen om samen uit te zoeken waardoor je tijdens je opleiding tegen bepaalde problemen aanloopt. Hoe gaat het in zijn werk? Dit recht op begeleiding loopt altijd via je studieloopbaanbegeleider (SLB’er). Bij je SLB’er kun je terecht met zaken waar je tijdens je studie tegenaan loopt. Dit kan van alles zijn: van de organisatie van de lessen, toetsen, veiligheid op school tot persoonlijke problemen. Je kunt hem/haar ook vragen je verder te laten ondersteunen door een leerlingbegeleider. Deze leerlingbegeleider maakt deel uit van het B&A team. De leerlingbegeleider zal in sommige gevallen de hulp inroepen van een medewerker van Studentendienstverlening van Noorderpoort. In bepaalde situaties zal de SLB’er zelf initiatief nemen om je door te verwijzen naar het B&A team. Dit is bijvoorbeeld het geval als je je niet houdt aan de inspanningsverplichting(en) en/of aan de regels van de school/opleiding.

P-taak 3.1


29

BF3 Beoordelingsformulier Eindproduct P-taak: Leer- en gedragsproblemen. Naam student: P.A. Oosterhuis (261165) Beoordeeld door: Riemke van der Meer Eindoordeel: onvoldoende - voldoende - goed - zeer goed (omcirkelen)

Punten die in het rapport aan de orde moeten komen

Niet / onvoldoende / voldoende / goed / zeer goed (met eventuele opmerkingen)

Zorgstructuur op de stageschool: • Welke type(n) zorgleerlingen • Hoe is zorg georganiseerd? • Interne zorg (wie doet wat?) • Externe zorg (wie doet wat?) • Keuzen die school maakt VMBO-klas Beschrijving speciale zorg voor leerlingen met speciale aandacht • Wat? • Wie? Invloed zorgleerlingen op je eigen onderwijs •

• Klassenmanagement • Relatie docent – leerling • Veilig? • Hoe wordt lesgegeven? • Mate van zelfstandigheid • Pedagogisch klimaat Reflectie (in relatie tot competenties en indicatoren) • Ervaringen • Conclusies trekken • Voornemens en leerdoelen Algemene opmerkingen

Bijlagen met feedback van leerlingen en van de coach

P-taak 3.1


30

Professionaliseringstaak P3.1

Recommend Documents