‹ 1 2 3 4 5 6 7
proefversie
Verkenning
Waarvoor staat het letterwoord BA? Wat dekt de verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid personenauto? Welke soort verzekering moet men afsluiten voor de dekking van de schade aan het eigen voertuig? Waartoe dient een verzekering rechtsbijstand? Welk risico dekt de verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid exploitatie? Welke twee soorten risico’s dekt de wettelijk verplichte arbeidsongevallenverzekering? Waarom kiezen bedrijven ervoor om ook een aanvullende arbeidsongevallenverzekering af te sluiten?
‹‹
Ter zake
1 Aansprakelijkheid
Wie aansprakelijk of verantwoordelijk is voor aangerichte schade, wordt aangesproken om de schade te vergoeden die een ander persoon daardoor heeft opgelopen. Het gaat hier altijd om schade aan derden, geen eigen schade. Wie iemand anders schade berokkent, moet hiervoor opdraaien en is tegenover de schadelijder burgerrechtelijk aansprakelijk. De burgerrechtelijke aansprakelijkheid wordt kortweg BA genoemd. Er zijn specifieke gevallen waarbij de schuld niet expliciet moet aangetoond worden. Zo is de bestuurder van een voertuig altijd aansprakelijk bij een verkeersongeval met een zwakke weggebruiker, zelfs als hij geen fout maakte. Ook de werkgever is aansprakelijk tegenover zijn personeel. Bij tewerkstelling ontstaat immers een beroepsrisico op arbeidsongevallen. Daarom moet de schuld van de werkgever niet aangetoond worden.
2 BA-motorvoertuigen De overheid verplicht de eigenaars van voertuigen zoals personenwagens, vrachtwagens en andere motorrijtuigen om een BA-motorrijtuigenverzekering af te sluiten. Op die manier is de schade gedekt die aan derden wordt toegebracht. Bij de vergoeding van de schade komt de verzekeringsmaatschappij slechts tussen vanaf een bepaald bedrag. Ze vergoedt slechts de schade boven de vrijstelling of de franchise. De vrijstelling geldt voor de verzekeringsmaatschappij. Wanneer in de polis een franchise van 500,00 EUR is vastgelegd, zal de verzekeringsnemer elke schade tot 500,00 EUR zelf moeten betalen. De verzekeringsmaatschappij komt slechts tussen vanaf 501,00 EUR. Ook bij andere soorten verzekeringen kan in de polis een franchise bedongen worden. Telkens de verzekeringsnemer een ongeval veroorzaakt, zal de verzekeringspremie opgetrokken worden. Elke verzekeringsmaatschappij heeft een eigen systeem om de voorzichtigheid van bestuurders uit te drukken in een bonus-malusgraad. De woorden bonus-malus zijn afgeleid van het Latijn. Bonus betekent goed, malus betekent slecht. Hoe lager de bonus-malus, hoe lager de verzekeringspremie, als beloning voor voorzichtige bestuurders. Wie enkel een BA-motorrijtuigenverzekering afsluit, is niet gedekt voor de eigen schade aan het voertuig. Wil een verzekerde toch een dekking tegen eigen schade, dan kan hij een omniumverzekering aangaan. Deze verzekering is niet verplicht en eerder duur.
76
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Wie een verzekering Rechtsbijstand afsluit, krijgt juridische en financiële steun bij geschillen in verband met het verzekerde voertuig. De verzekeringsmaatschappij zal onderhandelen met de tegenpartij en zal de verzekerde bijstaan in de procedure voor de rechtbank als die noodzakelijk blijkt. De kosten en erelonen van advocaten worden tot een maximum overeengekomen bedrag door de verzekeringsmaatschappij gedragen.
3 BA-uitbating of BA-exploitatie Voor een zelfstandige of voor een onderneming is het van belang om de burgerrechtelijke aansprakelijkheid bij de uitoefening van zijn beroep of activiteit te verzekeren. Dit is niet verplicht, maar een verzekering BA-uitbating, ook BA-exploitatie genoemd, kan veel ellende voorkomen. Wie tijdens werkzaamheden bij klanten schade berokkent aan eigendommen van de klant, moet de schade betalen. Wie een BA-uitbating heeft afgesloten zal door de verzekeringsmaatschappij vergoed worden voor het bedrag boven de franchise. De verzekering BA-uitbating zal bijvoorbeeld tussenkomen als een werknemer van een keukeninstallateur of een zelfstandige keukeninstallateur door zijn fout schade berokkent in de woning van de klant, bijvoorbeeld aan vloer of deuren. Net zoals een gezin een familiale verzekering neemt voor zijn burgerrechtelijke aansprakelijkheid van zijn gezinsleden, is de BA-uitbating een soort ‘familiale verzekering’ voor het bedrijf.
4 BA-Gebouw en rechtsbijstand In gebouwen die publiek toegankelijk zijn, zoals winkels en werkplaatsen, kan het gebeuren dat een bezoeker lichamelijke letsels of materiële schade oploopt door een onvoorziene omstandigheid. Zo is het mogelijk dat een rek omvalt in een winkel en dat daardoor een klant gewond geraakt. Ook voor deze risico’s kan een ondernemer zich laten verzekeren.
5 Arbeidsongevallenverzekering De overheid verplicht de werkgevers om voor hun werknemers een arbeidsongevallenverzekering af te sluiten. Deze verzekering vergoedt de werknemer bij een arbeidsongeval tijdens het werk of bij een ongeval op het normale traject van en naar het werk. Hierdoor wordt het recht op bestaanszekerheid van de werknemer verzekerd, tijdens de periode dat hij door een arbeidsongeval verhinderd is te werken. Bij gebrek aan arbeidsongevallenverzekering zou de werknemer, die slachtoffer is van een arbeidsongeval, moeten teruggevallen op een lage uitkering van de mutualiteit. De vergoeding die de werknemer ontvangt is bij wet bepaald en hangt af van de hoogte van zijn loon. Alle nuttige medische kosten worden ook terugbetaald. Omdat deze vergoeding begrensd is tot aan het wettelijk plafond, sluiten veel bedrijven een aanvullende arbeidsongevallenverzekering af om boven dit plafond vergoedingen te kunnen laten uitbetalen.
De h@ndel en wij 6.2
77
proefversie
5
Personenverzekeringen
Surf naar http://www.kbc.be. Selecteer Ondernemen. Kies bij Producten en diensten > Overzicht van verzekeringsproducten > Uzelf.
‹ 1 2 3 4 5
Verkenning Wat is het verschil tussen de wettelijke arbeidsongevallenverzekering en de persoonlijke ongevallenverzekering? Voor wie is het nuttig om een verzekering gewaarborgd inkomen af te sluiten? Geef een aantal voorbeelden van dekkingen bij de hospitalisatieverzekering. Van welke factoren zal de premieberekening afhangen? Waarom is het voor een zelfstandige ondernemer nuttig om een pensioenverzekering af te sluiten?
‹‹
Ter zake
1 Persoonlijke ongevallenverzekering
Deze verzekering vergoedt de zelfstandige ondernemer of de werkgever ingeval hém een arbeidsongeval overkomt. Omdat dit geen wettelijk verplichte verzekering is, wordt de vergoeding ook niet bij wet bepaald, maar wordt deze vastgelegd in de polis.
2 Verzekering gewaarborgd inkomen Als een zelfstandige ondernemer een lange tijd niet kan werken door een ongeval (niet noodzakelijk een arbeidsongeval) of door ziekte, dan mist hij zijn inkomen uit zijn zaak. De sociale zekerheid voorziet slechts een klein vervangingsinkomen vanaf de tweede maand. Dit risico van inkomenverlies kan hij best indekken door een verzekering gewaarborgd inkomen af te sluiten. De verzekeringsmaatschappij betaalt hem een soort vervangingsinkomen op basis van de specificaties in de polis.
3 Hospitalisatieverzekering Zowel particulieren als zelfstandige ondernemers kunnen een hospitalisatieverzekering aangaan. Deze verzekering dekt de kosten voor opname in een ziekenhuis en de kosten van de medische behandelingen, de ambulante medische verzorging voor en na hospitalisatie en eventueel prothesen. Elke polis zal duidelijk bepalen welke behandelingen zijn uitgesloten. Er bestaan meerdere varianten van hospitalisatieverzekeringen.
4 Levensverzekeringen Bij levensverzekeringen wordt een vooraf afgesproken som verzekerd, uit te betalen afhankelijk van het leven van een bepaalde, verzekerde persoon.
78
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Er bestaan verschillende vormen van levensverzekeringen: t een pensioenverzekering of verzekering bij leven: het verzekerde kapitaal wordt uitgekeerd op pensioenleeftijd als de verzekerde nog in leven is als een aanvulling op het wettelijk pensioen. Pensioenverzekeringen worden niet alleen individueel afgesloten maar ook bedrijven sluiten voor hun werknemers collectieve pensioenverzekeringen af. t een overlijdensverzekering: het verzekerde kapitaal wordt uitgekeerd aan de begunstigde op het ogenblik dat de verzekerde komt te overlijden. t een mengvorm van beide: verhoudingsgetallen geven het aandeel pensioenverzekering en het aandeel overlijdensverzekering weer. In een 10/10 is het aandeel van beide vormen aan elkaar gelijk. Een 10/20 duidt op een verzekerd kapitaal dat bij leven het dubbele is van dat bij overlijden. De premies van levensverzekeringen kunnen op de beurs belegd worden, zonder gegarandeerd minimumrendement. Deze verzekeringen groepeert men onder de groep Tak 23. Is de rentevoet wel gewaarborgd, dan spreken we van een verzekering Tak 21.
IN DE PRAKTIJK Geef in een PowerPointvoorstelling een overzicht van de verzekeringen die nuttig zijn voor jullie project op school. Bespreek de dekkingen, de berekening van de premies, de belangrijke elementen in elke polis.
De h@ndel en wij 6.2
79
?
proefversie
Test je kennis
1 Welke verzekeringen zijn verplicht in een onderneming? 2 Welke verzekeringen zijn verplicht in een gezin? 3 Welke soort verzekering dekt de volgende risico’s? Risico’s
Verzekering
Een klant klaagt bij de winkeluitbater dat haar mantel is gescheurd door een slechte opstelling van de winkelrekken, die bovendien een te scherpe rand hebben. Een zelfstandige ondernemer vreest dat zijn wettelijk pensioen niet zal volstaan. Een handelsvertegenwoordiger kan met zijn bedrijfswagen niet tijdig stoppen en rijdt de wagen voor hem aan. Een ondernemer met een groot machinepark is voor zijn ondernemingsprestaties zeer afhankelijk van het goed functioneren van zijn machinepark. Een werknemer van een onderneming is aangereden op weg naar zijn werk en wordt in het ziekenhuis opgenomen. Er ontstaat een kortsluiting, waardoor er brand uitbreekt in de fabriek. Een zelfstandige vloerder heeft op de bouwwerf een ernstig ongeval waardoor hij moet opgenomen worden in het ziekenhuis en maanden moet revalideren. Hij kan intussen niet aan de slag. Een gloednieuwe bedrijfswagen is in Brussel tegen een verkeerspaal gereden. De rechterflank van de bedrijfswagen is volledig ingedeukt. Een loodgieter die op de eerste verdieping een badkamer installeert, boort dwars voor de vloer en beschadigt het plafond in de onderliggende kamer. 4 Surf naar www.axa.be. Kies Particulieren > Verzekeringen > Comfort Auto > Burgerlijke aansprakelijkheid. 4.1 Van welke factoren is het bedrag van de premie afhankelijk? 4.2 Welke extra diensten biedt Axa bij een contract BA Auto.
80
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
5 Autoverzekering voor jonge bestuurders
Bij correcte verklaringen ben je ook correct verzekerd Het verzekeringsvoorstel, dat de basis vormt voor het opmaken van de verzekeringspolis, moet steeds de naam van de gebruikelijke bestuurders vermelden. Dit is een wettelijke verplichting. De wet van 25 juni 1992 bepaalt dat het verzekeringsvoorstel motorvoertuigen alle elementen moet vermelden die het risico beïnvloeden zoals: t IFUXFSLFMJKLWFS[FLFSESJTJDP t EFOBBNWBOEFHFCSVJLFMJKLFCFTUVVSEFST In de loop van het contract moet je alle wijzigingen meedelen die het risico op blijvende wijze kunnen beïnvloeden, zoals nieuwe jonge bestuurders. 3.1 Welk gevaar loop je in geval van valse verklaring? t *OEJFOEFWFS[FLFSJOHTNBBUTDIBQQJKEJUWØØSFFOPOHFWBMWFSOFFNU [BM[FKPVPGKFPVEFSTWPPSTUFMMFO om het contract aan te passen. Wanneer je dit voorstel weigert, heeft de maatschappij het recht de polis op te zeggen en dan ben je niet meer verzekerd. t *OEJFO EF NBBUTDIBQQJK OB IFU POHFWBM EF WBMTF WFSLMBSJOH POUEFLU [BM [F EF UFSVHCFUBMJOH WBO al haar uitgaven eisen, aangezien de wet uitdrukkelijk in de nietigheid van het contract voorziet (=verhaalsrecht). Aangepaste premie betalen? De verzekeringsnemer heeft wel eens de neiging de naam van de jonge bestuurder niet te vermelden, zodat de prijs van de verzekeringspremie minder duur is. Maar: je bestuurt? Je verzekert! Jonge bestuurders kennen vaak niet de risico’s die zijzelf of anderen lopen wanneer zij valse verklaringen afleggen of informatie achterhouden. De besparing op de premie is dan ook een illusie. Want: Je speelt vals? Je betaalt terug! Enkele cijfers! Hoewel de jonge bestuurders van 18 tot 24 jaar slechts 11 % van de bestuurders uitmaken, zijn ze verantwoordelijk voor 23 % van de dodelijke slachtoffers en voor 24 % van de zware gewonden. Rijvaardigheid wordt beloond Volgde je een erkende cursus defensief rijden? Dan vinden wij dat dit ook mag beloond worden met een premiereductie. Een erkende cursus defensief rijden kun je onder meer volgen bij On the Road of Promove. Bron: Assuralia
5.1 Geef een vijftal voorbeelden van gegevens die in een verzekeringsvoorstel moeten voorkomen. 5.2 Waarom is het zo belangrijk dat in het verzekeringsvoorstel het te verzekeren risico correct opgegeven wordt? 5.3 Stel dat je leert autorijden met de auto van je ouders. Moet je dit melden aan de verzekeringsmaatschappij die deze auto verzekert? 5.4 Wat zijn de gevolgen van een valse verklaring aan de verzekeringsmaatschappij? 5.5 Verklaar de uitdrukking ‘Je bestuurt? Je verzekert!’? 5.6 Verklaar de uitdrukking ‘Je speelt vals? Je betaalt terug!’? 5.7 Wat betekent ‘defensief rijden’?
De h@ndel en wij 6.2
81
proefversie
6 Opgefokte bromfietsen
Rijden met een moto en zeggen dat het een bromfiets is … Bij het afsluiten van je verzekering heb je verteld dat je met een bromfiets rijdt. De verzekeraar rekent hiervoor een premie aan, die inderdaad bedoeld is om de ongevallen veroorzaakt met een bromfiets te kunnen betalen. Het spreekt voor zich dat de risico’s voor bromfietsen volledig anders liggen dan deze voor moto’s (zelfs die van het lichtere type). Maar een opgefokte bromfiets is geen bromfiets meer… De verzekeringsmaatschappij zal wel haar verplichtingen nakomen en alle schade aan tegenpartijen en/of passagiers betalen. Maar … de verzekeringsmaatschappij kan de uitbetaalde vergoedingen terugeisen, zowel van jou als van je ouders! Denk bij een ongeval niet alleen aan blikschade. Besef wat een ongeval kan kosten als er gekwetsten zijn met blijvende invaliditeit. De rechten van de verzekeringsmaatschappij De verzekeringsmaatschappij mag de volledige vergoeding, zonder beperking, terugeisen indien de verzekeringsnemer met opzet onjuiste of onvolledige gegevens over het risico heeft verstrekt. Een verzekerde moet immers altijd alle gegevens meedelen die van belang kunnen zijn. Dit geldt zowel bij het afsluiten van het contract als in het latere verloop ervan. De verzekeringsmaatschappij mag de uitbetaalde vergoedingen terugeisen tot een bedrag van 30 986,69 EUR van de bestuurder die rijdt zonder geldig rijbewijs of die personen niet-reglementair vervoert. Zolang je geen 18 bent, mag je geen passagiers meenemen. Rechtspraak Acht jongeren moesten voor de politierechtbank van Vilvoorde verschijnen omdat ze hun bromfiets hadden opgedreven. De rechter sprak een zware straf uit voor 2 meerderjarigen: 6 en 12 maanden effectief ontzetting tot het recht tot rijden met eender welk voertuig, geldboetes van 2 478,94 euro waarvan een deel met drie jaar uitstel. Hun bromfiets wordt verbeurd verklaard. Twee minderjarigen kregen een boete van 991,57 euro, waarvan een deel met uitstel voor 3 jaar. Hun ouders worden verantwoordelijk gesteld en draaien op voor de boete en de gerechtskosten. De anderen kregen rijverbod voor 15 dagen en boetes tot 991,57 euro. Enkele bromfietsen werden een maand in beslag genomen. Bron: Assuralia 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
Wanneer mag de verzekeringsmaatschappij de volledige vergoeding terugeisen? Wanneer mag de verzekeringsmaatschappij een begrensd deel van de vergoeding terugeisen? Wat is het belang van rechtspraak? Wat bedoelt men met ‘ontzetting tot het recht’? Wat betekent de uitdrukking ‘de bromfiets wordt verbeurd verklaard’?
7 Assuralia Surf naar www.assuralia.be > Over Assuralia. Kies bij Opdracht voor Meer lezen. 7.1 Wat is Assuralia? 7.2 Wat is het doel van Assuralia? Kies het tabblad Info > Publicaties & Cijfers > Cijfers per tak > Cijfers Auto > Motorrijtuigenverzekering > Voertuigenpark & Wegennet > Voertuigenpark volgens type. 7.3 Hoeveel Belgische personenwagens rijden er, volgens de laatste cijfers, rond op onze wegen? 7.4 Hoeveel Belgische vrachtwagens rijden er, volgens de laatste cijfers, rond op onze wegen? 7.5 Welke conclusie moet je hieruit trekken?
82
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
8 Groepsverzekering
Bijna 60 procent van de arbeiders en bedienden geniet een aanvullend pensioen op ondernemingsniveau. Het systeem kende een trage start, maar ondertussen wekt het steeds meer interesse bij werknemers. Dat is logisch, aangezien de groepsverzekering steeds vaker deel uitmaakt van het loonpakket. De alarmkreet voor het wettelijke pensioen doet de drang naar een comfortabeler pensioen steeds toenemen. Heel wat werknemers die een middelgrote onderneming verlaten, waar ze een groepsverzekering hadden, willen ook in het nieuwe, vaak kleinere bedrijf een groepsverzekering genieten. Daardoor raken ook kleinere ondernemingen geïnteresseerd in die pensioenplannen. Gemiddeld verandert een Belgische werknemer tijdens zijn loopbaan zo’n 4 tot 5 keer van werk. Dikwijls verliest hij daardoor zijn groepsverzekering uit het oog. En soms komt de groepsverzekering voorgoed in slaapstand terecht. Binnenkort zal dat niet meer kunnen. De Nationale Conferentie voor de Pensioenen, een werkgroep binnen Assuralia, pakt het probleem aan. Twee derde van de groepsverzekeringen zijn verzekeringen volgens het principe van de ‘vaste bijdragen’. Dat betekent dat elke maand een percentage van het loon wordt gestort om het kapitaal bij pensionering op te bouwen. De overige 30 procent van de groepsverzekeringen zijn verzekeringen met een vast te bereiken doel: de premie staat in functie van het bij pensionering gewenste kapitaal. De premies van groepsverzekeringen worden steeds vaker door de werkgever gedragen. Momenteel wordt ongeveer drie kwart van de premie door de werkgever betaald, het overige kwart is ten laste van de werknemer. In de Verenigde Staten hebben de bedrijfspensioenfondsen een fiks pak slaag gekregen. Logisch, want de meeste fondsen bestonden uit aandelen. Daardoor ging voor 2 000 miljard dollar ‘toekomstige’ pensioenen in rook op. En in België? Drie kwart van de groepsverzekeringen zijn verzekeringen met een gewaarborgd kapitaal en een gegarandeerde rente (tak21). Dankzij die garanties moeten de premies belegd worden in niet-risicovolle activa, zoals obligaties. Doordoor heeft de financiële storm minder impact op deze beleggingen. Bron: http://netto.tijd.be
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5
Wat is de reden dat steeds meer mensen een groepsverzekering hebben? Waarom is het hebben van een groepsverzekering belangrijk? Verklaar het principe van de ‘vaste bedragen’? Wie betaalt het grootste deel van de groepsverzekering? Waarom lopen we met pensioenverzekeringen in België niet hetzelfde risico als in de Verenigde Staten?
De h@ndel en wij 6.2
83
proefversie
Na dit hoofdstuk kun je antwoorden op deze vragen 1
Wat betekent ‘aansprakelijkheid’? Illustreer met een voorbeeld.
2
Welke partijen zijn betrokken bij het afsluiten van een verzekeringsovereenkomst?
3
Welke belangrijke documenten worden hierbij gebruikt? Omschrijf ze.
4
Wat moet men betalen voor een verzekering?
5
Geef twee voorbeelden van zaakschadeverzekeringen en leg ze telkens uit.
6
Geef twee voorbeelden van aansprakelijkheidsverzekeringen en leg ze telkens uit.
7
Wat dekt een rechtsbijstandverzekering?
8
Geef twee voorbeelden van personenverzekeringen en leg ze telkens uit.
9
Welke verzekeringen zijn verplicht voor een onderneming? Verklaar.
10
Welke verzekeringen raad je aan voor een zelfstandige ondernemer? Verklaar.
11
Welke verzekering is verplicht voor een huurder? Verklaar.
12
Op basis van een polis het verzekerde risico kunnen omschrijven.
13
Op basis van een omschreven risico de premie laten berekenen.
14
Wat zijn de gevolgen van onjuiste verklaringen door de verzekerde?
84
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
5
FISCALITEIT
1
De rol van de overheid in de economie
■ 1 Taken van de overheid
‹
Verkenning
1 Verdeel de klas in vijf groepen. 1.1 Elke groep brainstormt over de taken, acties en maatregelen van de verschillende overheden waarmee iedere Belgische burger vrijwel dagelijks geconfronteerd wordt. 1.2 Bespreek met elkaar waar en wanneer elke overheid tussenbeide komt in ons leven. 1.3 Hoe zorgt elke overheid voor ons en wat geven we daarvoor in de plaats? 1.4 Geen inspiratie meer? Zoek verder op het internet. Op die manier kom je per groep tot ten minste tien tussenkomsten van de overheid. Groep1: Surf naar de website van je gemeente of de gemeente waar de school gelegen is. Je kunt natuurlijk ook de burgemeester, een schepen of een gemeentelijke ambtenaar uitnodigen om enkele voorbereide vragen te beantwoorden, zoals: ‘Welke beslissingen neemt het gemeentebestuur binnen het sociale en economische veld?’ Groep 2: Ook elke provincie heeft een website. Welke taken neemt het provinciebestuur op zich?
De h@ndel en wij 6.2
85
proefversie
Groep 3: Surf naar http://www.vlaanderen.be. Waarvoor kan een burger of een bedrijf hier terecht?
Groep 4: Surf naar www.belgium.be. Ga na waarvoor burgers en bedrijven terechtkunnen bij de federale overheid.
Groep 5: Surf naar de portaalsite van de Europese Unie, www.europa.eu u > NL > Beleidsterreinen. Wat is het belang van de Europese Unie in onze samenleving?
Enkele krantenkoppen zetten je op weg:
EU neemt initiatieff om de meer dan 30 verschillende ggsm-opladers p te vervangen g door een gestandaardiseerd Europees model.
Gloeilampen p en andere inefficiënte lampen p worden in de EU vervangen g door energiezuinige spaarlampen.
Dit Europese logo garandeert dat een product milieuvriendelijk is. Het staat al op meer dan 3 000 producten afgebeeld.
2
Rangschik de vele taken, opdrachten, beslissingen … die je hebt gevonden onder de volgende drie kerntaken: 2.1 invloed uitoefenen op wat er geproduceerd wordt in een land. 2.2 bijsturen van het maatschappelijke en economische leven. 2.3 inkomens rechtvaardiger verdelen.
86
De h@ndel en wij 6.2
‹‹
proefversie
Ter zake
De term ‘overheid’ dekt een brede lading. In België nemen verschillende overheden beslissingen die ons leven beïnvloeden en bepalen: EUROPESE UNIE Federale overheid Gewesten en gemeenschappen Lokale overheden: provincies, steden en gemeenten Europa mogen we allerminst uit het oog verliezen, want het grootste deel van onze wetgeving steunt op Europese richtlijnen. Zeer vele beslissingen die het leven van de modale Belgische en Europese burger regelen, worden genomen in Brussel of Straatsburg, de twee EU-machtscentra. De taken van de overheid zijn onder te brengen in drie categorieën: t invloed op de productie van een land; t bijsturen van het maatschappelijke en economische leven; t inkomens rechtvaardiger verdelen.
■ 2 Invloed van de overheid op de productie van goederen en diensten
De h@ndel en wij 6.2
87
‹ 1 2 3 4 5
proefversie
Verkenning
Geef een aantal goederen en diensten die door de overheid tegen een lage prijs of zelfs helemaal gratis ter beschikking worden gesteld. Welke van deze goederen en diensten zouden ook door de privésector kunnen worden aangeboden? Waarom neemt de overheid het aanbod dan toch voor haar rekening? Geef enkele voorbeelden van overheidsbedrijven. De overheid kijkt ook nauwlettend toe op de manier waarop goederen en diensten in een land worden vervaardigd. Geef enkele voorbeelden.
‹‹
Ter zake
Het overgrote deel van de goederen en diensten wordt door de producenten via de markt ter beschikking gesteld aan de consumenten. Wie zin heeft om een mp3-speler te kopen, stapt een winkel binnen, kiest en betaalt. Wanneer je de gelukkige eigenaar bent geworden van een mp3-speler, hoef je het gebruik van dat product niet noodzakelijk te delen met anderen. Het bovenstaande voorbeeld lijkt misschien voor de hand liggend, maar dat is het helemaal niet voor sommige goederen en diensten. De zuiver publieke of collectieve goederen en diensten die de overheid aanbiedt, zijn beschikbaar voor elke burger. We nemen het voorbeeld van de zorg voor veiligheid. Als er een politieapparaat wordt uitgebouwd voor vrijwaring van de veiligheid in onze woonomgeving, komt dat ten goede aan alle burgers. Je kunt niemand uitsluiten van het genot van deze politiedienst, ook al willen sommigen daar niet voor betalen. Regelmatige politiepatrouilles in je straat zorgen voor meer veiligheid voor jezelf en je familie, maar leveren hetzelfde resultaat op voor je buurman. Voor deze gezamenlijke politiedienst is niemand bereid afzonderlijk te betalen. Er ontstaat een vrijbuitersprobleem. Als de overheid deze noodzakelijke dienst wil blijven aanbieden, moet ze dat zelf betalen. Ze betaalt dan niet alleen de salarissen van de politieagenten maar o.a. ook de uitrusting en de infrastructuur, zoals de gebouwen waar de politiediensten gevestigd zijn. Andere voorbeelden zijn landsverdediging en de uitbouw van een rechtssysteem waarin zowel burgers als binnen- en buitenlandse ondernemingen vertrouwen hebben. Er zijn echter ook andere goederen en diensten waarvoor in principe wel een prijs kan worden gevraagd per individuele consument, maar waarbij de overheid er toch voor kiest zelf het aanbod te verzorgen. De privésector is wel in staat die diensten aan te bieden, maar de prijs zou zodanig hoog uitvallen dat een groot deel van de bevolking zich deze diensten niet zou kunnen veroorloven. Onderwijs is zo’n dienst. Privé-instellingen zijn perfect in staat onderwijs aan te bieden tegen een prijs waarbij een redelijke winst wordt gemaakt. Maar een leerling in het secundair onderwijs kost de overheid ongeveer 7 000 euro per jaar. Tegen deze prijs zouden slechts weinig jonge mensen in staat zijn verder te studeren na het basisonderwijs als de ouders het zelf zouden moeten betalen. De overheid kiest er terecht voor om zelf of via het vrije net, maar altijd gratis, het basis- en secundair onderwijs te garanderen. Het aantal overheidsbedrijven is beperkt in vergelijking met het aantal privébedrijven, maar mag toch niet geminimaliseerd worden. Europa houdt niet van overheidsbedrijven en wil ze op termijn allemaal privatiseren. In België zijn er op dit ogenblik toch nog een aantal bedrijven waarin de
88
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Belgische overheid een meerderheidsparticipatie heeft. Voorbeelden van deze bedrijven zijn bpost, de NMBS voor het reizigersvervoer en Belgacom. Deze bedrijven vervullen een belangrijke taak in het maatschappelijke leven van iedere Belg. De overheid bepaalt niet alleen in zekere mate mee wat er in een land wordt geproduceerd, maar ook hoe het productieproces wordt georganiseerd. Dat doet ze via: t arbeidswetgeving die de werknemers moet beschermen; t milieunormen opgelegd in het kader van de Kyoto-akkoorden; t vergunningen voor het produceren of uitvoeren van bepaalde goederen, zoals wapens; t financiële stimulansen voor bepaalde activiteiten, zoals wetenschappelijk onderzoek.
■ 3 De overheid stuurt het maatschappelijke en economische leven bij
‹ ‹‹
Verkenning
1 2 3
Bespreek de gevolgen van het rookverbod in horecazaken. Welke gevolgen had en heeft de invoering van het systeem van de dienstencheques? Welke maatregelen kan de overheid nemen wanneer het ons land economisch minder voor de wind gaat?
Ter zake
De verschillende overheden nemen allerlei maatregelen om het maatschappelijke leven te stroomlijnen. Bijvoorbeeld: t regels uitvaardigen om het passief roken tegen te gaan; t campagnes opzetten voor veiliger verkeer, zoals de Bobcampagne; t stimulansen geven om afval te sorteren; t vijftigers aanzetten om langer aan het werk te blijven, zodat het pensioenstelsel betaalbaar blijft; t Laaggeschoolden en langdurig werklozen scholen en heroriënteren om ze in het arbeidscircuit te krijgen. Voor deze groep werden o.a. de dienstencheques gecreëerd.
De h@ndel en wij 6.2
89
proefversie
Ook Europa is erg actief. De EU neemt maatregelen of vaardigt richtlijnen uit. Bijvoorbeeld: t POEFSOFNJOHFOEJFQSJKTBGTQSBLFONBLFO [XBBSCFCPFUFO t TUSFFGEPFMFOWPPSPQTUFMMFOPNWBOEFNFOTFOPQCFSPFQTBDUJFWFMFFGUJKEJOBMMFMJETUBUFOBBOIFU werk te zetten of te houden; t het hoger onderwijs, via het Bologna-akkoord, in alle lidstaten hervormen en stroomlijnen met bacheloren masteropleidingen; t WFJMJHIFJETOPSNFO WPPS QSPEVDUFO PQMFHHFO $&LFVSJOH UFS CFTDIFSNJOH WBO EF HFCSVJLFST WBO producten, zoals het opleggen van een maximumvolume voor mp3-spelers. De overheid probeert elk aspect van het leven van een burger in goede banen te leiden. Sommige politieke partijen vinden deze overheidsbemoeienis te verregaand, andere vinden dat de overheid nog meer scheeftrekkingen in het maatschappelijke leven zou moeten aanpakken. Samenvattend kunnen we stellen dat de overheid op economisch vlak al te heftige conjunctuurbewegingen tracht tegen te gaan en dus een stabiliserende functie heeft. De overheid heeft op dit vlak o.a. de volgende doelstellingen: t een evenwichtige groei van het bbp bevorderen; t de creatie van arbeidsplaatsen of werkgelegenheid aanmoedigen; t stabiele prijzen handhaven; t een evenwichtige betalingsbalans nastreven.
■ 4 De overheid streeft naar een rechtvaardiger verdeling van de inkomens Naam: Lorenzo Mortier Leeftijd: 37 jaar Beroep: verzekeringsexpert Brutowedde: 3 446,00 EUR + gebruik wagen van verzekeringsinstelling Beroep echtgenote: verpleegster Aantal kinderen ten laste: twee
90
Naam: Eli Maenhout Leeftijd: 49 jaar Beroep: werkloos na sluiting bedrijf Brutowedde: 0,00 EUR Beroep echtgenote: werkloze textielarbeidster Aantal kinderen ten laste: twee
De h@ndel en wij 6.2
‹ ‹‹
proefversie
Verkenning
1 2 3
Hoeveel zouden Lorenzo en Eli respectievelijk verdienen indien de overheid niet zou tussenkomen? Welke tussenkomsten doet de overheid om de inkomenskloof tussen Lorenzo en Eli te verkleinen? Bij welke instelling kan een burger terecht die geen recht heeft op een werkloosheidsuitkering of een ander vervangingsinkomen? Welke uitkering kan hij genieten?
Ter zake
De welvaart van een land wordt groter naarmate het totale verdiende inkomen in dat land, of nationaal inkomen, gelijkmatiger over de bevolking wordt verdeeld. Aangezien het de bedoeling van een overheid is de welvaart van het land te maximaliseren, is het nastreven van een billijke of rechtvaardige inkomensverdeling een belangrijk objectief. De overheid springt financieel bij indien mensen geen of een zeer laag inkomen hebben. Zieken, gepensioneerden, werklozen, invaliden … hebben in België recht op sociale uitkeringen en/of vervangingsinkomens, waardoor deze burgers in staat zijn in hun levensonderhoud te voorzien. Mensen die helemaal uit de boot vallen en zelfs geen vervangingsinkomen kunnen genieten, hebben recht op een leefloon. Het OCMW (Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn) lenigt op dat vlak de ergste noden. Het is de taak van de overheid elke burger in de mogelijkheid te stellen een menswaardig leven te leiden. Het verstrekken van een minimumuitkering aan mensen die zonder enig inkomen vallen, is een manier om dat te verwezenlijken. Vandaar dat we kunnen stellen dat de overheid een herverdelende opdracht heeft. Via de vervangingsinkomens en het leefloon wordt de inkomenskloof tussen werkenden en niet-werkenden verkleind. Het is onrechtvaardig om mensen zonder enig inkomen in onze maatschappij aan hun lot over te laten. Hoever de overheid in deze herverdelende opdracht moet gaan, is moeilijk te bepalen en hangt o.a. af van de politieke samenstelling van de regering die het beleid uitstippelt. Maar ongeacht de politieke gezindheid die de meerderheid in de regering vormt, is iedereen het erover eens dat armoede moet worden bestreden en uitgeroeid. De overheid heeft veel geld nodig om die taken te realiseren. De overheid laat zich hiervoor financieren door werknemers en werkgevers. Enerzijds legt de overheid een sociale buffer aan via de werknemers- en werkgeversbijdrage aan de RSZ. Anderzijds haalt de overheid haar inkomsten uit het heffen van belastingen op het inkomen uit arbeid of uit winst die de ondernemingen realiseren en de opbrengst van beleggingen door particulieren en bedrijven. Verder heeft de overheid inkomsten uit de heffing van btw, successierechten, accijnzen, onroerende voorheffing enz.
Bron: De Standaard
De h@ndel en wij 6.2
91
2
‹
proefversie
De begroting van de overheid
■ 1 De uitgaven van de overheid
1
Verkenning Evolutie van de uitgaven van de gezamenlijke overheid
Tabel 1 Noot: In 1995 heeft de NBB de methodologie aangepast. Voor het bbp zijn er dus slechts cijfers beschikbaar vanaf 1995. Bron voor de uitgaven: www.nbb.bee > NL > Statistieken > Cijfers > Nationale rekeningen > Rekeningen van de overheid > Overzichtstabellen > Ontvangsten, uitgaven en vorderingenoverschot …van de gezamenlijke overheid. Bron voor het bbp: www.nbb.be > NL > Statistieken > Cijfers > Nationale rekeningen > Gedetailleerde nationale rekeningen - ESR 1995 > Samenstelling van het bruto binnenlands product > Samenstelling van het bruto binnenlands product, raming tegen lopende prijzen. Kies bij het samenstellen van de tabel voor Toegevoegde waarde, bbp (B1g+D21 + D31).
92
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
1.1 Bereken in Excel het totaal van de jaaruitgaven in % van het bbp (met betrekking tot de jaren waarvoor het bbp gekend is). 1.2 Construeer in Excel een kolomdiagram met de procentuele cijfergegevens. 1.3 Hoe zijn de overheidsuitgaven de jongste dertig jaar geëvolueerd? 2
Samenstelling uitgaven van de federale overheid
Tabel 2 Voor de actualisatie van deze cijfers, surf naar www.begroting.bee > NL > Cijfers > Federale begroting > Ontvangsten - Uitgaven. Of gebruik de rechtstreekse link: http://www.begroting.be/portal/page/portal/INTERNET_pagegroup/INTERNET_ontvangst. Bron: http://www.statbel.fgov.be > Statistieken > Economie en financiën > Openbare financiën 2.1 Construeer voor elk van deze gegevensperioden een cirkeldiagram in Excel. 2.2 Welke zijn de drie belangrijkste uitgavenposten van de federale overheid en hoeveel bedragen ze procentueel? 2.3 Is er een evolutie in de samenstelling van de uitgaven van de federale overheid?
De h@ndel en wij 6.2
93
3
proefversie
Samenstelling uitgavenbegroting van de Vlaamse overheid
Tabel 3 www.vlaanderen.be > Over ons > Cijfers en geografie > Statistieken over Vlaanderen > Cijfers > Financiën en begroting > Toon de resultaten > Uitgaven – Vlaamse overheid > Opdeling van de geconsolideerde uitgaven volgens COFOG op 1 posities > Openen. Noot: COFOG is een internationale classificatie voorgeschreven door de VN en staat voor ‘Classification of the Functions of Government’. De verklaring van de cijfercodes en de items die eronder vervat zijn, vinden we op http://unstats.un.org/unsd/cr/registry/regcst.asp?Cl=4 of http://unstats. un.org g > Statistical databases > Classifications Registry > Available Classifications > COFOG. 3.1 Construeer voor elk van deze gegevensperioden een cirkeldiagram in Excel. 3.2 Welke zijn de drie belangrijkste uitgavenposten van de Vlaamse overheid en hoeveel bedragen ze procentueel? 3.3 Is er een evolutie in de samenstelling van de uitgaven van de Vlaamse overheid? 4
Internationale vergelijking begrotingscijfers in % van het bbp (2009) BE
DK
DE
ES
FR
IE
IT
NL
PL
PT
FI
SE
GB
Uitgaven
54,2
58,5
47,5
45,8
56,0
48,9
51,9
51,4
44,4
48,2
56,0
54,9
51,6
Ontvangsten
48,1
55,7
44,5
34,7
48,4
34,5
46,6
46,0
37,2
38,8
53,3
53,7
40,4
Begrotingstekort
-6,0
-2,7
-3,0
-11,1
-7,5
-14,4
-5,3
-5,4
-7,2
-9,3
-2,5
-0,9
-11,4
96,2
41,4
73,4
53,2
78,1
65,5 116,0
60,8
50,9
76,1
43,8
41,9
68,2
of overschot Overheidsschuld
Tabel 4 Bron: www.europa.eu > NL > Publicaties en documenten > Statistieken en opiniepeilingen > Statistieken per onderwerp EN > Economy and finance: Government finance statistics > Euro area and EU27 government deficit at 6.3% and 6.8% of GDP respectively. http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/introduction Noot: Voor de ISO-codes van de landen, zie http://nl.wikipedia.org/wiki/ISO_3166-1.
94
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
4.1 Construeer een kolomdiagram met de uitgaven en ontvangsten in % van het bbp van de vermelde landen. 4.2 Trek daaruit een conclusie. 5
Veronderstel dat je het zelf voor het zeggen hebt. Je bent eerste minister, minister president van Vlaanderen of burgemeester. Waar zou je het meeste geld aan besteden op de verschillende beleidsniveaus? Weet wel dat het geld eerst moet worden verdiend vooraleer het kan worden uitgegeven en dat je als goede bestuurder spaarzaam moet zijn.
‹‹
Ter zake
Nog altijd blijft ons land een van de koplopers in Europa als het gaat om overheidsschulden. België is, net zoals de Scandinavische landen, een ‘verzorgingstaat’. België is een land waar de overheid, van geboorte tot overlijden, financieel tussenkomt. De sterk uitgebouwde sociale zekerheid is daar zeker niet vreemd aan. De uitgaven van de globale overheid, dat betekent zowel de federale, de regionale, de provinciale als de gemeentelijke overheden, bedragen meer danr 50 % van het bbp. In 1982 was dat percentage opgelopen tot meer dan 60 %. Gelukkig hebben de daaropvolgende regeringen een einde gesteld aan de veel te hoge uitgaven van de vorige beleidsmakers, die meenden dat in economisch slechte tijden zeer hoge overheidsbestedingen de economie konden herstellen. Dat bleek een vergissing. Aan de hand van de samenstelling van de federale uitgaven weten we dat veel geld wordt besteed aan het betalen van interesten op overheidsschulden. Een lage interestvoet is daarom een goede zaak voor de afbetaling van de overheidsschulden. Hoge interestvoeten verzwaren op hun beurt de uitgaven van de overheid. Ook de uitgaven voor de sociale zekerheid en de pensioenen nemen een belangrijke hap uit het budget van de federale overheid. De pensioenproblematiek, die veroorzaakt wordt door de vergrijzing van de bevolking, vraagt om gepaste maatregelen, zoals het optrekken van de pensioenleeftijd. De vergrijzing van de bevolking betekent dat de groep ouderen die niet meer actief is, stilaan groter wordt dan de groep werkenden. Daarnaast zorgt overconsumptie in de ziekteverzekering eveneens voor zware overheidsuitgaven. Van de uitgaven van het Vlaamse gewest gaat ongeveer 33 % naar onderwijs. In ruil daarvoor heeft Vlaanderen zeer degelijk onderwijs, dat kwalitatief tot het beste van de wereld behoort. Die goede scholingsgraad levert Vlaanderen een concurrentievoordeel op tegenover het buitenland. Denk maar aan de gigantische opdrachten die Vlaamse bedrijven als Besix, Jan De Nul en DEME verwezenlijken in de Verenigde Arabische Emiraten, waar ze eilanden creëren in zee en de hoogste toren ter wereld bouwden. Dankzij de hooggeschoolde bevolking ligt onze productiviteit zeer hoog en zijn we in staat technologisch hoogstaande producten voort te brengen en een kennismaatschappij uit de bouwen. Jonge mensen hebben de plicht die geboden kansen te benutten om de toekomst van onze welvaartmaatschappij te blijven verzekeren.
IN DE PRAKTIJK Ga op het internet op zoek naar de begroting van je gemeente. Of maak een afspraak met de schepen van begroting en stel hem enkele vraagjes, na een brainstorming in de klas. 1 Naar welke uitgavenposten gaat het meeste geld? 2 Wat zijn de prioriteiten voor de volgende jaren?
De h@ndel en wij 6.2
95
‹
proefversie
■ 2 De inkomsten van de overheid
1
Verkenning
Evolutie van de uitgaven van de gezamenlijke overheid
Tabel 1 Bron voor de inkomsten: www.nbb.bee > NL > Statistieken > Cijfers > Nationale rekeningen > Rekeningen van de overheid > Overzichtstabellen > Ontvangsten, uitgaven en vorderingenoverschot …van de gezamenlijke overheid. Bron voor het bbp: www.nbb.be > NL > Statistieken > Cijfers > Nationale rekeningen > Gedetailleerde nationale rekeningen - ESR 1995 > Samenstelling van het bruto binnenlands product > Samenstelling van het bruto binnenlands product, raming tegen lopende prijzen.
96
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
1.1 Bereken in Excel het totaal van de overheidsinkomsten in % van het bbp (met betrekking tot de jaren waarvoor het bbp gekend is). 1.2 Construeer in Excel een kolomdiagram met de procentuele cijfergegevens. 1.3 Hoe zijn de overheidsontvangsten geëvolueerd? 2
Ontvangsten van de gezamenlijke overheid in miljoen euro (2009)
Bron: www.nbb.bee > NL > Statistieken > Cijfers > Nationale rekeningen > Rekeningen van de overheid > Overzichtstabellen > Ontvangsten, uitgaven en vorderingenoverschot …van de gezamenlijke overheid. 2.1 Hoe verhouden zich de niet-fiscale tegenover de fiscale ontvangsten? Bereken het % ten opzichte van de totale ontvangsten. 2.2 Bereken het aandeel van de verschillende ontvangstensoorten in verhouding tot het subtotaal van elke soort. 2.3 Geef van elke soort belasting een concreet voorbeeld. 3
Ontvangsten van de Vlaamse overheid in duizend euro (2009)
Bron: www.vlaanderen.be > Over ons > Cijfers en geografie > Statistieken over Vlaanderen > Cijfers > Financiën en begroting > Toon de resultaten > Inkomsten – Vlaamse overheid: 1 Gewestbelasting geheven door de Vlaamse overheid naar oorsprong op basis van aangepaste begrotingsgegevens en 2 Middelen van de Vlaamse overheid naar soort op basis van aangepaste begrotingsgegevens.
De h@ndel en wij 6.2
97
proefversie
1.1 Bereken in Excel het totaal van de overheidsinkomsten in % van het bbp (met betrekking tot de jaren waarvoor het bbp gekend is). 1.2 Construeer in Excel een kolomdiagram met de procentuele cijfergegevens. 1.3 Hoe zijn de overheidsontvangsten geëvolueerd? 2
Ontvangsten van de gezamenlijke overheid in miljoen euro (2009)
Bron: www.nbb.bee > NL > Statistieken > Cijfers > Nationale rekeningen > Rekeningen van de overheid > Overzichtstabellen > Ontvangsten, uitgaven en vorderingenoverschot …van de gezamenlijke overheid. 2.1 Hoe verhouden zich de niet-fiscale tegenover de fiscale ontvangsten? Bereken het % ten opzichte van de totale ontvangsten. 2.2 Bereken het aandeel van de verschillende ontvangstensoorten in verhouding tot het subtotaal van elke soort. 2.3 Geef van elke soort belasting een concreet voorbeeld. 3
Ontvangsten van de Vlaamse overheid in duizend euro (2009)
Bron: www.vlaanderen.be > Over ons > Cijfers en geografie > Statistieken over Vlaanderen > Cijfers > Financiën en begroting > Toon de resultaten > Inkomsten – Vlaamse overheid: 1 Gewestbelasting geheven door de Vlaamse overheid naar oorsprong op basis van aangepaste begrotingsgegevens en 2 Middelen van de Vlaamse overheid naar soort op basis van aangepaste begrotingsgegevens.
98
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
3.1 Welke soort belasting int Vlaanderen zelf? 3.2 De personenbelasting en de btw worden geïnd door de federale overheid en nadien verdeeld over de gewesten en gemeenschappen. Voor hoeveel procent van haar ontvangsten staat de Vlaamse overheid zelf in? 3.3 Vooral in Vlaanderen zijn politici en bedrijfsleiders niet echt gelukkig met deze situatie. Geef een reden op voor dit ongenoegen. 4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
5
Op de website van de stad Leuven vind je een lijst met gemeentebelastingen die de stad heft. Surf naar www.leuven.bee > NL > Leven: Belastingen en retributies > Overzicht belastingen. Noem vier concrete voorbeelden van belastingen die de stad Leuven heft. Waarom is het voor Leuven interessant belastingen te heffen op het verhuren van kamers? Hoeveel bedraagt de jaarlijkse forfaitaire belasting op het verhuren van een gemeubelde kamer? Hoeveel bedraagt de belasting op aanplakborden? Welke belastingen worden in je eigen gemeente geheven? Ga op zoek op de website van je gemeente of breng een bezoekje aan het gemeentehuis en leg er je vraag voor. Bekijk op blz. 85 (Verkenning, vraag 4) de tabel 4 ‘Internationale vergelijking begrotingscijfers in % van het bbp (2009)’. Wat stel je vast als je de begroting van de Belgische gezamenlijke overheid vergelijkt met deze van de andere landen?
‹‹
Ter zake
1 Belastingdruk
‘Koken kost geld’ is een oud gezegde waarmee bedoeld wordt dat er geld nodig is om een huishouden te kunnen besturen. Voor de staatshuishouding is dat niet anders. De vele tussenkomsten van de overheid in het maatschappelijke en economische leven vragen handenvol geld. De overheidsuitgaven moeten gefinancierd worden met overheidsinkomsten. De verhouding ‘inkomsten van de globale overheid ten opzichte van het bbp’ steeg in de jaren tachtig van de vorige eeuw tot ruim boven de 50 %. Nadien werd dat percentage via een reeks belastinghervormingen teruggebracht tot ongeveer 45 %. Met deze belastingdruk behoort België tot de top van Europa. Het Europese gemiddelde (in heel de EU) bedraagt iets minder dan 40 %. Met deze belastingdruk behoort België tot de top van Europa.
2 Principes van ons belastingstelsel Het belastingstelsel wordt gekenmerkt door het draagkrachtbeginsel. De laatste jaren is daar ook het principe van ‘de vervuiler betaalt’ bijgekomen. Het draagkrachtbeginsel gaat ervan uit dat de sterkste schouders de zwaarste last dragen. Dus hoe hoger het inkomen, hoe meer belastingen men moet betalen. Wie een nieuwe auto aankoopt, betaalt een taks voor eerste ingebruikneming en daarna jaarlijks een verkeerstaks. Wie een onroerend goed bezit, betaalt jaarlijks een onroerende voorheffing.
De h@ndel en wij 6.2
99
proefversie
Het principe van ‘de vervuiler betaalt’ is de laatste jaren almaar uitgebreid. Het opgehaalde huisvuil wordt in vele gemeenten per gezin en per ophaling gewogen en per kilogram aangerekend aan elk gezin. Eigenaars van een auto zonder roetfilter betalen meer verkeerstaks dan degenen met een auto mét roetfilter, bedrijven betalen taksen op de hoeveelheden verbruikt water enz.
3 Fiscale en parafiscale overheidsontvangsten De overheid heeft onder meer de volgende drie belangrijke inkomstenbronnen: t Directe belastingen zijn heffingen op het jaarlijks verworven inkomen uit arbeid, winst of vermogen. De bekendste zijn de belastingen op het inkomen dat elke persoon verdient als werknemer of als zelfstandige ondernemer (de personenbelasting) en op de winst die een vennootschap realiseert (vennootschapsbelasting). Omdat degene die de belasting draagt, ze ook zelf betaalt, spreken we van directe belastingen. De definitieve afrekening van de directe belastingen laat twee tot drie jaar op zich wachten, aangezien de inkomsten pas het jaar nadien aangegeven worden. We onderscheiden: tIFUinkomstenjaar of het belastbare tijdperk: het jaar waarin de inkomsten werden verworven; Om de schatkist te spijzen zal de overheid wel al belastingen innen in de vorm van voorheffingen (bv. bedrijfsvoorheffing) of voorafbetalingen door ondernemingen. tIFUaanslagjaar: het jaar waarin de aangifte gebeurt; tIFUKBBSWBOEFvereffening of het aantekenen van bezwaar tegen de aanslag. 20+0 Inkomstenjaar Belastbaar tijdperk Betaling van voorheffingen
20+1
20+1/+2
Aanslagjaar 30 juni: uiterste datum aangifte
Vereffening
t Indirecte belastingen worden geheven naar aanleiding van bepaalde gebeurtenissen of het stellen van bepaalde handelingen, zoals het verbruik van goederen. De bekendste verbruiksbelasting is de btw (belasting over de toegevoegde waarde). Accijnzen op de productie van alcoholische dranken zijn een voorbeeld van een belasting op een handeling. De drager (consument) en de betaler (producent) zijn bij dit soort belastingen verschillende personen. Daarom spreken we van indirecte belastingen. Andere voorbeelden van indirecte belastingen zijn milieutaksen, registratierechten en rechten op geschriften (ROG). Successierechten zijn belastingen naar aanleiding van een bepaalde gebeurtenis. Wie een nalatenschap erft, betaalt daar successierechten op. t Socialezekerheidsbijdragen die zowel de werknemers als de werkgevers verplicht moeten bijdragen op het inkomen uit arbeid en betalen aan de sociale zekerheid zijn eveneens overheidsinkomsten. Ook zelfstandigen betalen socialezekerheidsbijdragen. Deze bijdragen worden niet als belastingen beschouwd. We noemen ze parafiscale ontvangsten. Daarnaast hefffen de verschillende overheden in ons land allerlei belastingen. We kennen de gemeentebelasting, provinciale milieutaksen en verder retributies zoals parkeergelden, uitleengelden voor bibliotheken en inkomgelden voor zwembaden.
100
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Fiscale en parafiscale overheidsontvangsten fiscale ontvangsten parafiscale ontvangsten directe belastingen indirecte belastingen socialezekerheidsbijdragen op inkomen, winst en vermogen n.a.v. handelingen (verbruik)/gebeurtenissen (bv. overlijden)
UIT DE PRAKTIJK Tax freedom day ‘Tax freedom day’ is de dag dat Belgische belastingplichtigen stoppen met het betalen van belastingen en voor eigen rekening gaan werken, in de veronderstelling dat ze al wat ze tot dan toe verdienden, als belasting hebben afgedragen. De berekening wordt als volgt gemaakt: het totaal betaalde bedrag aan belastingen volgens de recentste gegevens van het Planbureau, inclusief de sociale bijdragen, gedeeld door het bruto binnenlands product. Dit jaar bedraagt de belastingdruk gemiddeld 43,3%, precies zoals vorig jaar. Als we dit percentage projecteren op een periode van een jaar, bereiken we op 8 juni het moment dat we eindelijk voor onszelf beginnen te werken. Die dag noemen we tax freedom day. En het kan nog erger. Een alleenstaande in België draagt volgens de OESO 55,7 % van zijn loon af aan de overheid. Daarmee bekleedt de Belgische alleenstaande belastingplichtige de weinig benijdenswaardige eerste plaats van het individu dat gebukt gaat onder de zwaarste fiscale druk ter wereld. Wanneer we uitgaan van deze individuele situatie, valt tax freedom day voor deze alleenstaande op 13 oktober. Bron: http://www.consulta.be 1 2 3 4
Wat betekent tax freedom day? Hoe wordt tax freedom day berekend? Hoge belastingen hebben ook een positieve keerzijde. Leg uit. Wil je een fiscalist aan het woord horen over tax freedom day, surf dan naar http://www.garagetv.be/video-galerij/actuatv/Tax_Freedom_Day_reactie_Niemegeers.aspx.
De h@ndel en wij 6.2
101
proefversie
■ 3 De noodzaak van een begrotingsevenwicht
Noot: Bij het narekenen van de cijfers, merk je verschillen na de komma. Bij navraag bij de FOD Budget en Beheerscontrole blijken het afrondingsfouten te zijn. De opgegeven cijfers zijn correct. Het verschil in de laatste twee rijen over het vorderingsoverschot heeft te maken met de berekeningsmethode. De eerste rij werd berekend volgen het ESR95-systeem (Europees Systeem der Rekeningen 1995). De tweede rij werd berekend volgens het EDP-systeem (Excessive Deficit Procedure). Beide systemen worden opgelegd door de EU. Bron: www.begroting.be > NL > Cijfers > Overheidsrekeningen > Gezamenlijke overheid.
‹
Bron: www.begroting.be > NL > Cijfers > Schuld > Schuld Maastrichtconcept.
1 2 3
102
Verkenning Leid uit de tabel af wat er wordt bedoeld met ‘primair saldo’. Hoe evolueerde het overheidstekort in de loop van de opgegeven tijdspanne? Hoe evolueerde de overheidsschuld in diezelfde periode?
De h@ndel en wij 6.2
‹‹
proefversie
Ter zake
1 Evolutie overheidsbegroting
In het jaar 2001 kon de overheid voor het eerst in de naoorlogse periode een begroting voorleggen met een klein begrotingsoverschot. Vooral in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw had de overheid jaarlijks zeer grote begrotingstekorten laten optekenen. In die periode gingen regeringen niet spaarzaam genoeg om met hun centen. De uitgaven overtroffen ruimschoots de inkomsten. Jaarlijks werden er bijkomende leningen afgesloten om de begrotingstekorten op te vangen. De schuldenberg nam ongekende proporties aan. In Europa deed alleen Italië het nog slechter. Midden jaren tachtig van de vorige eeuw kwam de kentering. De opeenvolgende regeringen werden zuiniger, heel wat uitgaven werden geschrapt en indien nodig werden nieuwe belastingen ingevoerd of bestaande heffingen opgetrokken. Daarnaast verkocht de overheid eigendommen en privatiseerde ze een aantal overheidsbedrijven gedeeltelijk. Uiteindelijk resulteerde dat in een begroting in evenwicht en een afnemende overheidsschuld, uitgedrukt in procenten van het bbp. De Europese norm en streefdoel voor de Belgische overheid is een uiteindelijke schuldgraad van 60 %.
2 Waarom moeten begrotingstekorten vermeden worden? Wanneer de overheidsuitgaven groter zijn dan de inkomsten, moet de overheid leningen aangaan tegen hoge intrestvoeten. In de jaren zeventig en tachtig ging de rentesneeuwbal aan het rollen. De overheid werd geconfronteerd met een ernstige economische crisis. De inkomsten waren te klein om de uitgaven te dekken. Daarom moest de overheid geld zoeken via leningen en omdat ze niet meer in staat was om de hoge intresten op de eerste leningen te betalen, ging ze nieuwe leningen aan om die rente te kunnen betalen.
3 Mag de overheid schulden maken? Als de overheid investeert in de toekomst en met het geleende geld bv. de haven van Antwerpen, Gent of Zeebrugge uitbreidt, moderniseert of uitrust, zullen die investeringen op lange termijn ontvangsten genereren. De bedrijvigheid in de havens zal op lange termijn economische groei mogelijk maken en investeerders naar ons land lokken, die zich hier komen vestigen en belastingen betalen. Maar het is nefast voor een land als de Haven H van Zeebrugge Z b overheid schulden maakt om bv. de lonen en wedden van ambtenaren te betalen. Het toekomstige effect van dergelijke overheidsbeslissingen is nihil en dus te mijden.
De h@ndel en wij 6.2
103
3
proefversie
De personenbelasting
■ 1 Enkele principes De overheid moedigt burgers aan contact met de overheidsdiensten te leggen via het internet. De FOD Financiën heeft op zijn website e-services voor contacten met particulieren en bedrijven. Via die e-services kunnen o.a. belastingaangiften ingediend worden. Naast de software om aangiften op te maken en te versturen biedt de FOD Financiën ook een simulatiepakket aan om de belastingaangifte te simuleren en het belastingbedrag te berekenen. In de periode dat er geen belastingaangifte moet worden opgemaakt, is Fiscoweb niet actief. Het simulatieprogramma Tax-Calc kunnen we echter het hele jaar door gebruiken.
Bron: www.minfin.fgov.be > NL > E-services > E-services voor Particulieren > Tax-Calc
104
De h@ndel en wij 6.2
‹
proefversie
Verkenning
1
Surf naarr www.minfin.fgov.be. > Kies Nederlands > E-services > E-services voor Particulieren > Tax-Calc > Nederlands > Naar Tax-Calc. 2 Kunnen we van daaruit een aangifte indienen? Verklaar. 3 Wat is het nut van deze tool? 4 Welke informatie moeten we opgeven in vak I, het vak waarvan het scherm hiervoor staat weergegeven? 5 Hoewel deze berekening anoniem is, moeten we toch de gemeente vermelden waar we wonen. Waarom? 6 Welke informatie moeten we hier verder geven? 7 Kies onderaan de knop Volgend vak. 7.1 Hoe heet dit vak? 7.2 Welke informatie moeten we hier opgeven?
‹‹
Ter zake
1 Kenmerken personenbelasting
De personenbelasting is een progressieve inkomstenbelasting, jaarlijks verschuldigd door alle inwoners van het land en geheven op de jaarlijkse totale netto-inkomsten. In deze definitie ontdekken we enkele belangrijke elementen.
1 Progressieve belasting Bij een progressieve belasting wordt de aanslagvoet hoger naarmate het belastbare inkomen toeneemt. Voor het aanslagjaar 2009 (inkomsten 2008) zijn de volgende aanslagvoeten van toepassing. Schijf van belastbaar inkomen Marginale aanslagvoet
0,00 – 7 900,00
7 900,00 – 11 240,00
11 240,00 – 18 750,00
18 750,00 – 34 330,00
34 330,00 en meer
25%
30 %
40 %
45 %
50 %
Noot: deze bedragen worden elk jaar aangepast. Bron: www.fisconet.fgov.be > Betreed Fisconetplus > Fiscaliteit > Inkomstenbelasting > Wetgeving en reglementering > Wetboek – Wetten > WIB92-aanslagjaar 20+1 (inkomsten 20..). Tik in het veld Zoeken Artikel 130. Kies Zoeken. Kies Artikel 130. Noot: kies voor aanslagjaar het meest recente jaar. Het belastbare netto-inkomen wordt opgedeeld in schijven en bij iedere hogere inkomensschijf hoort een hogere aanslagvoet. Er is hier sprake van getrapte progressie. Dat betekent dat het belastbaar netto-inkomen in verschillende schijven wordt onderverdeeld. Vervolgens wordt elke schijf afzonderlijk belast volgens de geldende aanslagvoet.
De h@ndel en wij 6.2
105
proefversie
2 Totale netto-inkomen
Bij de berekening van de belastingen worden alle soorten van inkomsten, ook die van buitenlandse oorsprong, samengeteld. Het totale belastbare netto-inkomen bestaat uit de som van: t de inkomsten van onroerende goederen zoals huuropbrengsten uit huizen, garageboxen en gronden; t de beroepsinkomsten zoals het loon of het salaris van de werknemer of de winst van de zelfstandige ondernemer; t de inkomsten van roerende goederen en kapitalen zoals verworven intresten op effecten: obligaties, kasbons en dividenden op aandelen; Op de meeste van deze inkomsten wordt aan de bron (bv. door de bank) reeds voldoende roerende voorheffing (15 % of 25 %) afgehouden, zodat de aangifte ervan niet meer nodig is. t de diverse inkomsten die we niet kunnen onderbrengen bij een van de voorgaande soorten van inkomsten zoals vergoedingen voor lezingen of eenmalige inkomsten uit een activiteit die losstaat van het beroep zoals inkomsten uit reclamepanelen en meerwaarden uit de verkoop van gebouwen.
3 Verschuldigd door alle inwoners van het land Alle natuurlijke personen die hun woonplaats of hun belangrijkste bezittingen (woning, bankrekeningen) in België hebben, betalen op hun belastbare inkomen personenbelasting in België. Ook mensen met een vreemde nationaliteit maar die zich in België hebben gevestigd, zijn belastingplichtig. Er wordt een uitzondering gemaakt voor die gezinnen, alleenstaanden of gepensioneerden van wie het netto-inkomen onder een belastingsvrije som valt. Zij zijn geen belastingen verschuldigd.
2 Bepalen verschuldigde belasting Bij het bepalen van de verschuldigde belasting houdt de administratie bovendien rekening met de volgende elementen: t de belastingvrije som (art. 131) Op een deel van het verdiende inkomen is geen belasting verschuldigd. Voor het aanslagjaar 2011 geldt: t"MTIFUCFMBTUCBSFJOLPNFOWBOEFCFMBTUJOHQMJDIUJHFOJFUNFFSCFESBBHUEBO &63JTIFU belastingvrije minimum 6 690,00 EUR. t"MTIFUCFMBTUCBSFJOLPNFOWBOEFCFMBTUJOHQMJDIUJHFIPHFSJTEBO &63JTIFUCFMBTUJOHvrije minimum 6 430,00 EUR. t het aantal personen ten laste (art. 132) Voor de personen met het hoogste inkomen in het gezin, en enkel voor hem/haar, wordt de belastingvrije som extra verhoogd met bepaalde toeslagen voor personen ten laste. Voor het aanslagjaar 2011 zijn de tarieven als volgt samengesteld: t voor één kind: 1 370,00 EUR t voor twee kinderen: 3 520,00 EUR t voor drie kinderen: 7 880,00 EUR t voor vier kinderen: 12 750,00 EUR t voor meer dan vier kinderen: 12 750,00 plus 4 870,00 EUR per kind vanaf het vierde kind t een bijkomende toeslag van 510,00 EUR voor ieder kind dat de leeftijd van 3 jaar niet heeft bereikt op 1 januari van het aanslagjaar, met dien verstande dat deze toeslag niet kan samengaan met de in artikel 104, 7°, vermelde aftrek voor kinderoppas t voor elke persoon ten laste die wordt bedoeld in artikel 136, 2° en 3°, en die de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt: 2 730,00 EUR t voor iedere andere persoon ten laste: 1 370,00 EUR Voor de toepassing van het eerste lid worden als gehandicapt aangemerkte kinderen en andere personen ten laste voor twee gerekend.
106
De h@ndel en wij 6.2
Schijf van belastbaar inkomen
proefversie 0,00 – 7 900,00
7 900,00 – 11 240,00
11 240,00 – 18 750,00
18 750,00 – 34 330,00
34 330,00 en meer
Marginale aanslagvoet
25 %
30 %
40 %
45 %
50 %
Vrijstellingen
6 990,00
vrijstelling voor meest verdienende, afhankelijk van aantal personen ten laste
belast
t de samenlevingsvorm Het belastbaar netto-inkomen wordt bij wettelijk samenwonende of gehuwde partners afzonderlijk belast. Ingeval de inkomens van beide partners samengeteld zouden worden, zouden zij via de getrapte progressie in een hogere belastingschijf vallen en zo meer belastingen moeten betalen. Deze discriminatie bestond vroeger, maar is intussen door de wetgever weggewerkt. Elke persoon wordt nu individueel belast. Alleen vullen gehuwden en wettelijk samenwonenden één gemeenschappelijke belastingaangifte in. Enkel ná de berekening van de individuele belasting wordt het saldo verrekend onder deze partners. Indien slechts een van beide partners een beroepsinkomen verwerft, wordt bij de belastingberekening een gedeelte van dit inkomen aan de niet-verdienende partner toegekend. Noot: partners worden als wettelijk samenwonend beschouwd indien ze de wettelijke samenwoning op de dienst bevolking van de gemeente hebben laten registreren in het bevolkingsregister. Een gemeenschappelijk domicilie of een samenlevingscontract alleen volstaat niet. Wettelijk samenwonenden worden fiscaal gelijkgesteld met gehuwde partners. Eén gezamenlijke belastingaanslag voor een gehuwd koppel of koppel dat wettelijk samenwoont: Berekening belastbaar inkomen van de man
Berekening belastbaar inkomen van de vrouw
Belastingberekening voor de man
Belastingberekening voor de vrouw
➥
Bepaling saldo te betalen of terug te vorderen belasting voor het gezin
➥
Twee afzonderlijke belastingaanslagen voor een niet-gehuwd koppel of koppel dat niet wettelijk samenwoont: Berekening belastbaar inkomen van de man
Berekening belastbaar inkomen van de vrouw
Belastingberekening voor de man
Belastingberekening voor de vrouw
Bepaling saldo te betalen of terug te vorderen belasting voor de man
Bepaling saldo te betalen of terug te vorderen belasting voor de vrouw
De h@ndel en wij 6.2
107
proefversie
■ 2 Een belastingaangifte invullen
1 Deel 1 van de belastingaangifte
We berekenen de belastingaangifte van een jong gezin via Tax-Calc met de volgende gegevens: Namen
David Dirinck en Carine Lemmens
Geboortedatums
David: 5 maart 1975; Carine: 5 mei 1981
Gehuwd op
10 september 2003
Aantal kinderen
Twee. Het eerste kind is geboren op 19 juli 2009
Domicilie
2170 Merksem
Beroep David
Aankoopmedewerker
Beroep Carine
Commercieel bediende binnendienst
Netto jaarinkomen David
Zie loonfiche 281.10
Netto jaarinkomen Carine
Zie loonfiche 281.10
Eigen gezinswoning
Met KI van 669,00 EUR
Lening voor aankoop enige eigen woning op 15 februari 2005
Totaal bedrag interesten voor dit inkomstenjaar volgens bankattest = 6 616,20 EUR Totaal bedrag aan kapitaalaflossingen voor dit inkomstenjaar volgens bankattest = 4 055,78 EUR.
Schuldsaldoverzekering bij KBC Verzekeringen
David: contractnr. S1/50 130 775, bedrag premie 180,00 EUR Carine: contractnr. T1/50 103 776, bedrag premie 180,00 EUR
Opvang kinderen
De twee kinderen worden opgevangen in een kinderdagverblijf: een van de kinderen was 225 dagen in de opvang, het andere kind 201 dagen. Het dagtarief bedraagt 15,10 EUR per kind.
Giften
Storting van 50 euro aan Artsen Zonder Grenzen
Ingetekend op effecten of fondsen
De beide partners tekenden in op het Arkimedesfonds voor 2 500,00 EUR.
Pensioensparen
Dit jaar hebben beide partners het maximum toegelaten bedrag gestort.
Rekeningen in het buitenland
Geen
Opbrengst spaarboekje en andere beleggingen met roerende voorheffing van 15 %
Totaal bedrag: 721,42 EUR Dit bedrag blijft onder de maximumgrens aan interesten. Er dienen dus geen interesten in deel 2 van de belastingaangifte te worden ingevuld.
‹ 1 1 2 3
108
Verkenning Surf naar www.minfin.fgov.be > E-services > Tax-Calc > Naar Tax-Calc. Vul via dit simulatiepakket het aangifteformulier in aan de hand van de bovenstaande gegevens. Bereken de te betalen belasting. Wat is het eindresultaat?
De h@ndel en wij 6.2
‹‹
proefversie
Ter zake
1 Delen van een aangifte
Een belastingaangifte heeft twee delen: t Deel 1 is vooral bestemd voor loontrekkenden. t Deel 2 is vooral bestemd voor de beroepsinkomsten van zelfstandige handelaars, bedrijfsleiders en beoefenaars van vrije beroepen. Dat neemt niet weg dat een loontrekkende, voor roerende en diverse inkomsten, ook een aantal vakjes van deel 2 kan invullen.
2 Bespreking van de vakken Vak I. – Persoonlijke informatie t De gemeenten mogen een aanvullende belasting vestigen boven op de personenbelasting, de zogenaamde gemeentelijke opcentiemen. De gemeentebelasting is verschuldigd door alle inwoners van de gemeente die onderworpen zijn aan de personenbelasting. Dat zijn alle personen die op 1 januari van het aanslagjaar hun domicilie (fiscale woonplaats) hebben in de gemeente. De aanslagvoet wordt automatisch ingevuld door het simulatiepakket nadat de postcode is ingegeven. Deze gemeentebelasting wordt, samen met de federale belasting, ingevorderd door de Administratie van de Directe Belastingen en nadien doorgestort naar de gemeenten. t Verder moet de samenlevingsvorm aangevinkt worden. De rode tekst eronder zijn richtlijnen voor het verder invullen van het formulier. t De geboortedatum van de beide partners is het derde persoonlijke gegeven. Hier moeten de rode richtlijnen gerespecteerd worden: de geboortedatum van de man links, die van de vrouw rechts. Bij het verder invullen van deze simulatie volgen we zeer strikt alle richtlijnen.
Kies na het invullen van de gevraagde informatie de knop Volgend Vak.
De h@ndel en wij 6.2
109
proefversie
Vak II. – Persoonlijke gegevens en gezinslasten In het eerste gedeelte van dit vak specificeren we de samenlevingsvorm. In het tweede gedeelte van vak II noteren we de personen ten laste in het gezin. Het vak geeft voldoende uitleg om dit gegeven correct in te vullen.
Kies Volgend Vak. Vak III. – Inkomsten van onroerende goederen Inkomsten uit onroerende goederen, ongeacht of zij in België of in het buitenland gelegen zijn, vormen de eerste categorie van belastbare inkomsten. Onroerende goederen worden belast op basis van het toegekende kadastraal inkomen (KI). Enkel in het geval van verhuring aan een vennootschap of een zelfstandige voor zijn beroepsactiviteit (bv. een winkel, of een praktijk van een dokter of kinesist) wordt de belasting berekend op basis van de werkelijke huurgelden. Het KI wordt vastgesteld door de Administratie van het kadaster, de registratie en de domeinen. Het KI is de geschatte gemiddelde netto-opbrengst van een onroerend goed in de veronderstelling dat het verhuurd wordt. Het KI wordt jaarlijks aangepast aan het indexcijfer der consumptieprijzen. Het bedrag dat op het aangifteformulier moet worden ingevuld, is het oorspronkelijk vastgestelde KI. De fiscus berekent zelf de indexering.
110
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Een gezin dat een eigen huis bewoont en dus niet verhuurt, moet ook het KI van de woning opgeven. De fiscus gaat ervan uit dat het gezin een opbrengst heeft omdat het geen huur betaalt. Gehuwden die elk een beroepsinkomen hebben, delen het KI-bedrag door twee en nemen elk de helft op in de vakjes 1100 en 2100. Voor wie zijn onroerend goed gebruikt als gezinswoning zal bij de berekening van de belastingen het KI verminderd worden met een forfaitaire aftrek die wordt verhoogd per persoon ten laste. De aftrek is beperkt tot het KI. Het KI van een onroerend goed is gekend omdat de overheid jaarlijks vooraf een onroerende voorheffing op die belasting int. Op het aanslagdocument dat de belastingbetaler daarvoor krijgt, staat zowel het oorspronkelijke KI als het geïndexeerde KI. Een voorbeeld van een onroerend aanslagdocument bespreken we in de rubriek ‘Uit de praktijk’ na de simulatie van de belastingaangifte. Bij de meeste modale gezinswoningen volstaat reeds de onroerende voorheffing als belasting op het onroerend goed. Belangrijke opmerking: indien een lening voor de gezinswoning werd aangegaan ná 1 januari 2005, moet het KI niet vermeld worden in de belastingaangifte. Bij het invullen van de vakjes 1100 en 2100 volgen we strikt de wizard en beantwoorden we alle gestelde vragen. Uiteindelijk zal de wizard aangeven of deze vakjes al of niet moeten worden ingevuld door David en Carine.
Kies de knop Wizard activeren. Lees aandachtig de instructies.
De h@ndel en wij 6.2
111
proefversie
Kies Ja.
Kies Ja.
Kies Ja.
112
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Kies Nee.
De wizard leert ons dat we de codes 100 en 101 niet mogen invullen. We vullen hier dus niets in en kiezen de knop Sluiten. We komen terug bij de aangifte. Scrol naar beneden en kies de knop Volgend Vak. Vak IV. – Wedden, lonen, werkloosheidsuitkeringen, wettelijke uitkeringen bij ziekte of invaliditeit, vervangingsinkomsten en brugpensioenen Alle informatie voor dit vak vinden we op loonfiche 281.10. Die loonfiche wordt elk jaar door de werkgever ter beschikking gesteld van de werknemer met het doel de belastingaangifte in te vullen. Meestal wordt dat document in opdracht van de werkgever opgemaakt door een sociaal secretariaat. Hier werden de loonfiches opgemaakt door SD Worx. David en Carine werken in hetzelfde bedrijf.
De h@ndel en wij 6.2
113
proefversie
114
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
De h@ndel en wij 6.2
115
proefversie
116
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
De h@ndel en wij 6.2
117
proefversie
De voornaamste vormen van beroepsinkomen zijn: t lonen en wedden van arbeiders en bedienden; t werkloosheidsuitkeringen; t wettelijke uitkeringen bij ziekte of invaliditeit; t vervangingsinkomsten; t brugpensioenen.
Bij het boeken van de lonen en de salarissen leerden we dat het verschil tussen bruto- en nettolonen bestaat uit sociale bijdragen en bedrijfsvoorheffing (belasting). Het schema voor deze berekening ziet er als volgt uit: brutoloon - RSZ-bijdragen = belastbaar bedrag - bedrijfsvoorheffing = nettoloon De bedrijfsvoorheffing kan worden beschouwd als een voorschot op het belastingbedrag dat ruim een kalenderjaar later door de overheid bepaald wordt via de belastingaangifte. Belastingplichtige
via werkgever
ontvangkantoor van belastingen
118
De h@ndel en wij 6.2
bij te betalen
of
SALDO
te ontvangen
aanslagbiljet met berekening van de belasting
Bij elke uitbetaling van loon of wedde houdt de werkgever belasting in. De werkgever betaalt dat voorschot in de plaats van de werknemer aan de overheid. = BEDRIJFSVOORHEFFINGEN
ingevuld aangifteformulier
jaar waarin het inkomen verdiend wordt = INKOMSTENJAAR
toezending aangifteformulier
jaar waarin het inkomen van het vorige jaar effectief belast wordt = AANSLAGJAAR
proefversie
Voor de berekening van de bedrijfsvoorheffing publiceert de overheid elk jaar het document met de ‘Bedrijfsvoorheffingsschalen’. In dit document kun je de bedrijfsvoorheffing aflezen op basis van het maandelijks belastbaar bedrag. Het belastbaar bedrag is het brutobedrag verminderd met de RSZ-bijdragen. De bedrijfsvoorheffing is afhankelijk van de gezinssituatie (aantal kinderen ten laste), van de burgerlijke staat en een aantal extra verminderingen. De overheid voorziet 3 schalen. Uittreksel schalen van kracht op 1 januari 2011
De h@ndel en wij 6.2
119
proefversie
120
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Loonfiche 281.10 geeft de vakjes aan die moeten worden ingevuld op de belastingaangifte. Ga van het ene vakje naar het andere met de tabtoets. De totalen worden automatisch gemaakt. Bovenaan op de loonfiche vinden we dat David, met het hoogste inkomen, de twee kinderen ten laste heeft.
De h@ndel en wij 6.2
121
proefversie
In rubriek 17 kan men werkelijk gemaakte beroepskosten invullen bij de codes 1258 en 2258. Het gaat om autokosten voor verplaatsingen naar het werk, het gebruik van een bureau met pc in eigen woning voor beroepsdoeleinden en documentatiekosten in functie van het beroep. Al deze kosten moeten bewezen worden met kostennota’s en facturen. Wie niet veel beroepskosten heeft, kiest voor de toepassing van de forfaitaire beroepskosten. De belastingadministratie berekent die in functie van het beroepsinkomen. Wie geen beroepskosten invult op de belastingaangifte, heeft gekozen voor de forfaitaire beroepskosten. David en Carine bewijzen geen werkelijke beroepskosten omdat hun kosten lager zijn dan de forfaitair aftrekbare beroepskosten. Zij vullen in rubriek 17 dan ook niets in. We scrollen verder naar beneden tot de rode rubriek H. Hier vullen we verder de gegevens in van de fiches 281.10.
122
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Kies Volgend Vak. Noot: de bedrijfsinkomsten van beoefenaars van vrije beroepen zoals dokters en advocaten, de bezoldigingen van bedrijfsleiders en de winsten die worden gerealiseerd door zelfstandigen, worden ingevuld in deel 2. We komen daar later op terug. Vak V. – Pensioenen Wie op pensioen gesteld is, ontvangt geen beroepsinkomen meer maar een pensioen. Voor dat inkomen is een apart vak voorzien. Voor het jonge gezin is dat vak niet van toepassing. Vak VI. – Ontvangen onderhoudsuitkeringen Het gaat hier om uitkeringen wegens verplichting tot onderhoud tussen gescheiden partners. De persoon die de uitkering geniet, moet dat hier aangeven. Voor dit gezin is vak VI niet van toepassing. Vak VII. – Vorige verliezen en aftrekbare bestedingen De giften die we overmaakten voor liefdadigheid, zoals voor het Kinderkankerfonds of Artsen Zonder Grenzen, en waarvan het bedrag hoger is dan 30 euro kunnen we hier aangeven. We kiezen daarvoor vak 1394.
De h@ndel en wij 6.2
123
proefversie
Na rooster 1394 gaan we met behulp van de tabtoets naar rooster 1384 voor de kinderopvang.
De wizard start onmiddellijk. Kies Wizard activeren.
124
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Vul de dagprijs en het aantal dagen in. Kies Berekenen.
De h@ndel en wij 6.2
125
proefversie
Het betaalde tarief is hoger dan de toegelaten aftrek. Dat wordt automatisch door het pakket geregeld. Kies Overbrengen in de aangifte. Kies Dit venster sluiten.
Kies Volgend Vak. Vak VIII. – Intresten en kapitaalaflossingen van leningen en premies van individuele levensverzekeringen die recht geven op een belastingvoordeel David en Carine zijn een lening aangegaan voor de aankoop van hun enige eigen woning. Ze vullen daarom de roosters 1370 en 2370 in met behulp van de wizard.
126
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Ga met de cursor in rooster 1370 staan. Kies Wizard activeren.
Kies Ja.
Kies Ja.
Vul het scherm in aan de hand van de gegevens van de opgave. Kies Volgende.
De h@ndel en wij 6.2
127
proefversie
Voor beide echtgenoten is dit de enige woning. In 2007 waren de kinderen nog niet geboren. We vullen het scherm in zoals hierboven wordt aangegeven. Kies Volgende.
Houd geen rekening met de uitleg die naast de roosters staat. Het bedrag moet gelijk zijn aan het voorgestelde bedrag. Kies Volgende.
Noteer in beide roosters de voorgestelde bedragen. Kies Volgende.
128
De h@ndel en wij 6.2
proefversie Noteer opnieuw in beide roosters het voorgestelde bedrag. Kies Volgende.
Kies Overbrengen in de aangifte. Kies Sluiten.
De h@ndel en wij 6.2
129
proefversie
Alle gegevens over de lening zijn nu opgenomen in de aangifte en fiscaal geoptimaliseerd. Scrol naar beneden tot het einde van de pagina. Kies onderaan de pagina voor Volgend Vak. Klik bovenaan op Vak IX. Vak IX. – (Uitgaven die recht geven op) belastingverminderingen Na de berekening van de basisbelasting komen uitgaven voor pensioensparen, dienstencheques, energiebesparende uitgaven voor de woning enz. in aanmerking voor vermindering van deze basisbelasting. Wie aan pensioensparen doet, kan hier het bedrag opgeven dat dit jaar gestort werd. Elk jaar wordt het maximumbedrag bepaald dat mag worden afgetrokken tegen de gemiddelde aanslagvoet.
Voor het inkomstenjaar 2010 bedraagt het maximumbedrag voor pensioensparen 870,00 EUR. Een geïnteresseerde spaarder kan het maximaal aftrekbare bedrag opvragen bij zijn bank. Maar ook via het internet is dit bedrag te achterhalen. Zo vind je hierover informatie bij www.federale.be > NL > Particulieren > Uw spaarformules > Lange termijn > Diamant Pensioen > Belastingvermindering en ook bij http://www.1001tips.be/geld/pensioensparen. Scrol naar het einde van de pagina en kies Volgend Vak of Klik bovenaan op Vak X.
Vak X – Belastingkrediet voor de aankoop van een erkend pakket internet voor iedereen II
Hier hebben wij niets in te vullen. Kies Volgend Vak.
130
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Vak XI – Voorafbetalingen voor het aanslagjaar 20.. Wie denkt een behoorlijk bedrag aan belasting te moeten bijbetalen, kan opteren voor voorafbetalingen per kwartaal. Voor loontrekkenden is dit niet verplicht. Voor zelfstandigen en vrije beroepen wel.
Kies Volgend Vak. Vak XII. – Rekeningen in het buitenland
Wie geen bankrekening heeft bij een buitenlandse bank, moet dit vak niet invullen. David en Carine zijn nu klaar met de belastingaangifte. Kies bovenaan het tabblad Lijst met fouten.
Kies Berekening van de belastingen.
De h@ndel en wij 6.2
131
proefversie Kies Detail van de berekening.
132
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
Kies onderaan de pagina Deze pagina afdrukken. Kies daarna Top van deze pagina.
Kies het tabblad Snelle invoering.
De h@ndel en wij 6.2
133
proefversie
Tax-Calc is een simulator. Het is de bedoeling dat je dit pakket gebruikt als kladoefening. Aan de hand van dit handige tabelletje kun je nu de officiële aangifte invullen via Tax-on-web.
2 Deel 2 van de belastingaangifte
Uit de tabel met de gegevens van David en Carine op blz. 98 hebben we de opbrengsten van het spaarboekje en de beleggingen nog niet verwerkt.
‹ 1 2 3 4 5 6
134
Verkenning Surf naar www.minfin.fgov.bee > NL > E-services > Tax-Calc > Naar Tax-Calc. Open deel 2 van de belastingaangifte. Voor wie is dit deel bedoeld? Wat moet een belastingplichtige invullen in vak XIII? Open vak XIV. Welke inkomsten moeten hier aangegeven worden? Moeten David en Carine de 721,42 euro opbrengsten uit het spaarboekje en andere beleggingen aangeven? Verklaar.
De h@ndel en wij 6.2
‹‹
proefversie
Ter zake
In deel 2 van de belastingaangifte in de personenbelasting is er plaats voor de aangifte van de volgende inkomsten: Deel 2 van de belastingaangifte in de personenbelasting Soorten inkomsten Voorbeelden Inkomsten van kapitalen en roerende - dividenden waarop geen roerende voorheffing werd goederen ingehouden - intresten op spaarboekjes boven het wettelijke vrijgestelde maximum Diverse inkomsten - vergoeding voor reclameborden op de zijgevel van een woning - meerwaarde uit de verkoop van een woning of een perceel grond Bezoldigingen van bedrijfsleiders - bezoldiging van een zaakvoerder van een bvba Winst uit nijverheids-, handels- of land- winst van een zelfstandige ondernemer, bv. een bouwondernemingen stukadoor of timmerman Baten van vrije beroepen, ambten, posten - ontvangsten min beroepskosten van een veearts, een en andere winstgevende bezigheden huisarts, een kinesist … Deel 2 van de belastingaangifte is bijgevolg vooral bestemd voor zelfstandigen en vrije beroepen. Dat merken we onmiddellijk als we in Tax-Calc het vak XIII openen. Daar moeten het beroep en het ondernemingsnummer opgegeven worden.
We vullen dit vak niet in. Kies Volgend Vak. In uitzonderlijke gevallen kan het gebeuren dat een particulier vak XIV en vak XV moet invullen. Vak XIV. – Inkomsten van kapitalen en roerende goederen Er wordt een onderscheid gemaakt tussen: t roerende inkomsten waarvan de aangifte niet verplicht is omdat bij de uitbetaling van de inkomst de belasting (roerende voorheffing) wordt ingehouden; Voorbeelden daarvan zijn coupons van obligaties en kasbons, intresten op termijnrekeningen en dividenden van aandelen die beheerd worden door een Belgische bank. Bij inning van roerende inkomsten in België zijn de banken verplicht het vastgestelde percentage roerende voorheffing (10 %, 15 % en 25 %) af te houden en door te storten aan de overheid. Men spreekt hier over bevrijdende roerende voorheffing.
De h@ndel en wij 6.2
135
proefversie
t roerende inkomsten waarvan de aangifte verplicht is: tSPFSFOEFJOLPNTUFOWBOCVJUFOMBOETFPPSTQSPOH tSPFSFOEFJOLPNTUFOVJUHFXPOFTQBBSCPFLKFT Elk jaar legt de wetgever het bedrag vast van de interest op het spaarboekje dat niet moet worden aangegeven. David en Carine moeten de 721,42 euro niet aangeven om twee redenen: t De opbrengst uit de andere beleggingen is onderworpen aan 15 % roerende voorheffing. De bank heeft deze belasting geheven bij het uitbetalen van de coupon en zal ze ook doorstorten aan de overheid. t In rubriek 2c staat het bedrag van de interesten op het spaarboekje dat vrijgesteld is van aangifte. De interest op het spaarboekje van David en Carine ligt ver beneden dit bedrag. Zij moet het dus niet aangeven.
Vak XV. – Diverse inkomsten Alle soorten van inkomsten van particulieren die niet onder te brengen zijn in deel 1 van de belastingaangifte worden beschouwd als diverse inkomsten. Voorbeelden daarvan zijn: t prijzen ontvangen door wetenschappers; t occasionele inkomsten buiten de gewone beroepsactiviteiten; t een honorarium voor een lezing gegeven door een gepensioneerde leraar aan de leden van een vereniging; t meerwaarden op de verkoop van gronden of gebouwen.
136
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
David en Carine hebben geen diverse inkomsten. We sluiten hier het pakket.
De h@ndel en wij 6.2
137
proefversie
UIT DE PRAKTIJK Onroerende voorheffing
De Somer Anton Beukendreef 11 9750 Zingem
DE SOMER ANTON FLORENT & VANBRABANT MARIE SOPHIE 26 05 50
De Somer Anton Beukendreef 11 9750 Zingem
138
De h@ndel en wij 6.2
proefversie
De onroerende voorheffing is een belasting die door het Vlaamse gewest, de provincie en de gemeente wordt geheven op het geïndexeerde KI. De onroerende voorheffing van het Vlaamse gewest bedraagt 2,5 % op het geïndexeerde kadastraal inkomen. Boven op dat percentage heffen de provincie en de gemeente een bijkomende belasting die wordt uitgedrukt in opcentiemen. Een opcentiem is een toeslag van één procent op een bepaald tarief. Elke provincieraad en elke gemeenteraad legt zijn eigen tarief vast. Controle van de berekening van de onroerende voorheffing Gegevens Het geïndexeerde kadastraal inkomen op het aanslagbiljet is 1 034,00 EUR. De provincie heft 295 opcentiemen. De gemeente heft 1 425 opcentiemen. Er zijn geen kinderen ten laste, dus daarvoor kan men geen vermindering genieten.
De h@ndel en wij 6.2
139
proefversie
Berekening De onroerende voorheffing voor het Vlaamse gewest bedraagt: 1 034,00 x 2,5 % = 25,85 EUR.
De provincie heft 295 opcentiemen of 2,95 keer de hoofdsom van de belasting of, anders uitgedrukt, voor elke eurocent die het Vlaamse gewest aanrekent, vraagt de provincie 2,95 eurocent. De onroerende voorheffing voor de provincie is dus gelijk aan: 25,85 EUR x 2,95 = 76,26 EUR. Dat kan ook berekend worden als aanvullende opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het Vlaamse gewest: 2,5 x (295/100) = 7,375 % en 1 034,00 EUR x 7,375 % = 76,26 EUR. De gemeente heft 1 425 opcentiemen of 14,25 keer de hoofdsom van de belasting. 25,85 EUR x 14,25 = 368,36 EUR. Dat kan ook als volgt berekend worden: 2,5 x (1 425/100) = 35,625 % en 1 034,00 EUR x 35,625 % = 368,36 EUR. Het totaal van de onroerende voorheffing is gelijk aan: 25,85 EUR + 76,26 EUR + 368,36 EUR = 470,47 EUR of 1 034,00 EUR x 45,50 % (=2,5 % + 7,375 % + 35,625 %) = 470,47 EUR. In het Vlaamse gewest kan in bepaalde omstandigheden een vermindering toegekend worden. t Voor bescheiden woningen wordt een vermindering van 25 % toegekend, op voorwaarde dat het totale KI van alle onroerende bezittingen niet meer bedraagt dan 745,00 EUR t Er wordt een vermindering toegekend als er minstens twee kinderen in aanmerking komen voor kinderbijslag. t Er wordt een vermindering toegekend voor gehandicapte personen. De richtlijnen staan op de keerzijde van het aanslagbiljet.
140
De h@ndel en wij 6.2