PrO-krant 84 Krant voor leerlingen in het praktijkonderwijs Lesbrief voor docenten
Doe meer met de PrO-krant De PrO-krant is geschreven op niveau A2 / B1. Dat is het leesniveau volgens het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader. Wat betekent dat? Teksten op A2-niveau zijn kort en zeer eenvoudig. Teksten op B1-niveau zijn eenvoudig; 95% van de Nederlandse bevolking kan deze teksten lezen en begrijpen. Wat betekent dit voor uw leerlingen? Met behulp van de PrO-krant en de oefeningen uit deze gratis lesbrief, leren leerlingen begrijpend lezen. Als ze in staat zijn de krant te lezen en begrijpen, zijn zij voldoende leesvaardig voor een praktijkopleiding. Leerlingen die deze vaardigheid nog onvoldoende bezitten, kunt u trainen met behulp van de krant. Veel rubrieken in de PrO-krant sluiten aan bij de kerntaken waarmee in gewerkt wordt. Zoals de stage-rubriek ‘Aan het werk’. In deze lesbrief staan tips, ideeën, opdrachten en suggesties om de krant in de klas te behandelen. U kunt de lesbrief downloaden in zowel Word als pdf op de website van de PrOkrant: www.pro-krant.nl > lesbrief. De oefeningen verschillen in moeilijkheidsgraad waardoor er gedifferentieerd gewerkt kan worden. De vragen en opdrachten lenen zich uitstekend voor samenwerkend leren, maar kunnen desgewenst ook makkelijk individueel uitgevoerd worden. De opdrachten vormen zeker geen verplicht onderdeel bij de krant, het zijn slechts handvatten voor de verwerking van uw les. U bent uiteraard vrij in de keuze welke opdrachten u uw leerlingen laat doen. De lesbrief is bedoeld om zelf te kopiëren of anderszins te vermenigvuldigen. Heeft u vragen of wilt u meer informatie over de lesbrief van Werkze!? Bel dan naar de redactie, telefoon: (020) 520 60 70. Of stuur een e-mail naar:
[email protected]. Rubrieksindeling van de PrO-krant: • Nieuws en actualiteit - pagina 1 & 2. • Het Gesprek - pagina 3. • Sport - pagina 4. • Gezondheid - pagina 5. • Vrije tijd en column - pagina 6. • Natuur en techniek - pagina 7. • Aan het werk - pagina 8. • Op school / Aan het woord - pagina 9. • Mijn Stijl - pagina 10. • Puzzel, colofon en recept- pagina 11. • Wist je dat? / Wat gebeurde er in? – pagina 12.
Hoe zet u de PrO-krant in? Docenten ontwikkelen vaak hun eigen unieke lesmethoden. Iedere docenten heeft sowieso zijn of haar eigen ervaringen met lesgeven. Graag willen we weten hoe ú de PrO-krant inzet de les. De reacties gaan we bundelen in een boek. Wilt u meedoen? Beschrijf dan ik uw eigen woorden (maximaal 2 A4-tjes) hoe u en uw leerlingen PrO!-krant gebruiken. Mail uw reactie naar
[email protected]. Of stuur het op naar Eenvoudig Communiceren, Antwoordnummer 10554, 1000 RA Amsterdam. Let op: vergeet niet uw naam, school, adres en telefoonnummer te vermelden. We willen u graag kunnen bereiken voor een eventuele toelichting op uw verhaal. Én u krijgt het boek gratis toegestuurd als het klaar is! Vragen op u op weg te helpen * Leest u de krant klassikaal of in groepjes? * Met welk doel leest u de krant: begrijpend lezen, burgerschap, stagekeuze? * Wordt de krant gebruikt voor spreekbeurten? * Welke onderwerpen uit de krant vindt u belangrijk om te behandelen in de les? * Welke onderwerpen vinden uw leerlingen het leukst? * Hoe werkt de lesbrief? * Kunt u iets zeggen van het effect van de krant op de taal- en leesvaardigheid van uw leerlingen? * Heeft u tips voor andere docenten?
REGERING NEEMT ONTSLAG (PAGINA 1) 1. Welk politiek onderwerp heeft ervoor gezorgd dat de regering ontslag genomen heeft? 2. Waar werden minister Bos en premier Balkenende het niet over eens? 3. Ben jij het meer eens met Bos of met Balkenende? Leg je antwoord goed uit. 4. “De ministers van de PvdA hebben ontslag genomen”. Wat betekent de PvdA? 5. Wat vind jij ervan dat het kabinet gevallen is? O Ik vind het een goede zaak, want…………………………………….. O Ik vind het een slechte zaak, want……………………………………. O Het kan me niet zoveel schelen, want……………………………….. 6. Mag jij 9 juni gaan stemmen? Leg uit waarom wel of niet. MANNEN STAAN LANGER VOOR DE SPIEGEL (PAGINA 1) 1. Hoe denk jij dat het komt dat mannen meer tijd aan hun uiterlijk besteden dan vrouwen? 2. Hoeveel minuten per dag besteed jij ongeveer aan je uiterlijk? 3. Hoeveel geld geef jij per maand uit aan verzorgingsproducten? 4. Wat voor verzorgingsproducten gebruik jij? 5. Vraag aan vijf jongens en aan vijf meisjes die je kent hoeveel tijd zij aan hun uiterlijk besteden. Schrijf bij iedereen de tijd op. Kijk nu of jouw gegevens kloppen met de gegevens van het onderzoek: Besteden bij jouw onderzoekje de jongens ook meer aandacht aan hun uiterlijk dan de meisjes? DRAMA VOOR SVEN (PAGINA 1) 1. “Sven is gediskwalificeerd”. Wat betekent dat? 2. Waarom werd Sven gediskwalificeerd? 3. Ben jij het ermee eens dat hij gediskwalificeerd werd? Leg uit waarom wel of niet. HOE NU VERDER IN DEN HAAG? (PAGINA 2) 1. Dit artikeltje heet “Hoe nu verder in Den Haag?” Wat bedoelt de schrijver daarmee? 2. Wat is een demissionaire regering? 3. De ministers van de PvdA doen niet meer mee in de regering. Wie nemen hun werk over? 4. Hoe kan het dat de Nederlandse militairen dit jaar toch weggaan uit Afghanistan, terwijl premier Balkenende daar tegen is? 5. Wat is campagne voeren? 6. Wat merk jij van politieke partijen die campagne voeren? Leg je antwoord uit. 7. Waarom denk jij dat GroenLinks en D66 niet met de PVV willen samenwerken? Als je zelf geen antwoord kunt bedenken zoek dan informatie op internet op.
8. Als jij zou mogen stemmen op 9 juni op welke partij zou jij dan stemmen? Leg uit waarom je juist op deze partij zou stemmen. 9. Sommige mensen zeggen dat als je niet stemt je ook niet mee mag praten over politiek. Ben jij het eens met deze stelling? Leg uit waarom wel of niet. WENDY VAN DIJK (PAGINA 2) 1. Vul deze namen p de juiste plaatsen in: Xander de Buisonjé, Wendy van Dijk, Lizzy Vedra, Erland Galjaard, Sem. - De ex van Wendy van Dijk heet……….. - Presentatrice………………… is bevallen van een dochter. - Wendy van Dijk heeft nu een relatie met……………… - De zoon van Wendy en Xander heet………….. - De dochter van Wendy en Erland heet………………. GRIEPPRIK NIET GEVAARLIJK (PAGINA 2) 1. Hoe weten we dat de inenting tegen de Mexicaanse griep geen ernstige bijwerkingen heeft? 2. “Sommige mensen waren bang dat het vaccin schadelijk was.” Welk woord zou je in plaats van het vaccin in kunnen vullen? 3. Zijn de gevolgen van de Mexicaanse griep meegevallen of tegengevallen? Door welke zin uit het artikeltje weet je dat? HET GESPREK MET ZANGER EN PRESENTATOR XANDER DE BUISONJÉ (PAGINA 3) 1. Waarom was het al heel vroeg duidelijk dat Xander zanger wilde worden? 2. Hoe heette de band waar Xander vroeger zanger van was? 3. Xander vertelt dat hij meedeed aan een karaoke-wedstrijd. Wat is karaoke? 4. Hoe heet het nummer waarmee Volumia bekend werd? 5. Xander vertelt dat na acht jaar Volumia “het gewoon op was”. Wat bedoelt Xander daarmee? 6. Hoe kan het dat Xander zoveel tijd met zijn kinderen door kan brengen? ZIJ GELOOFT IN MIJ (PAGINA 3) 1. Wat voor programma is: “Zij gelooft in mij”? 2. Vind jij het goed dat er zo’n programma is? Leg je antwoord goed uit. 3. Waarom denk je dat dit programma “Zij gelooft in mij” heet? 4. Zou jij met iemand (man of vrouw) willen daten die uit de gevangenis komt? Leg uit waarom wel of niet.
DE OLYMPISCHE WINTERSPELEN (PAGINA 4) 1. Waarom was de opening van de Olympische Winterspelen niet zo feestelijk als anders? 2. “En de Olympische vlag hing halfstok.” Teken een vlag die halfstok hangt. 3. Zoek op internet op hoeveel medailles Nederland in totaal heeft gewonnen. 4. Sven Kramer reed een Olympisch record op de 5000 meter. Leg in je eigen woorden uit wat deze zin betekent. 5. Waarom was het zo’n verrassing dat Mark Tuitert een gouden medaille won op de 1500 meter? 6. Welke damesnamen horen er bij de volgende medailles? - goud: - zilver: - brons: 7. Zoek op internet op hoeveel medailles Amerika in totaal heeft gewonnen. HIDDINK BONDSCOACH TURKIJE (PAGINA 4) 1. De volgende zinnen zijn in tweeën gehakt en de stukken staan door elkaar. Zoek jij de juiste stukken bij elkaar zodat er goede zinnen ontstaan? - Guus Hiddink is - al veel ervaring als bondscoach. - Guus Hiddink heeft - nog aan het nadenken. - Hiddink is - in augustus met zijn nieuwe baan. - Hij begint - de nieuwe bondscoach van Turkije. NEW ORLEANS SAINTS WINNEN SUPER BOWL (PAGINA 4) 1. Wat is de Super Bowl? 2. Waarom denk jij dat veel bedrijven tijdens de Super Bowl reclame willen maken? 3. Waarom kosten reclamespots tijdens de Super Bowl zoveel geld? WAT IS EEN FOBIE? (PAGINA 5) 1. Waarom is bang zijn goed? 2. Waar hebben mensen met een fobie last van? 3. Noem vijf voorbeelden van fobieën. 4. Noem vijf klachten die mensen met een fobie kunnen hebben. 5. Noem twee oorzaken van een fobie. 6. Waar ben jij bang voor? 7. Heb jij een fobie? Leg je antwoord goed uit.
PSYCHOLOOG (PAGINA 5) 1. Hoe kan een psycholoog helpen om van een fobie af te komen? 2. “Er zijn ook mensen die door hypnose van hun fobie afkomen”. Wat is hypnose? 3. Geef een goede tip aan iemand die een spinnenfobie heeft. ALICE IN WONDERLAND (PAGINA 6) 1. Noem drie verschillen tussen het oude Alice in Wonderland- verhaal en het Alice in Wonderland- verhaal van nu. 2. Spreekt het oude of het nieuwe verhaal jou meer aan? Leg uit waarom. 3. Waarvan is 3D een afkorting? Als je het antwoord niet weet zoek het dan op internet op. 4. Waarom is het niet zeker of Alice in Wonderland wel vanaf 10 maart in de bioscopen te zien is? 5. Kies uit welke zin het beste bij jou past en maak de zin af; O Ik zou Alice in Wonderland graag willen zien, want……. O Alice in Wonderland lijkt mij een kinderachtige film, omdat….. O Ik hoef deze film niet te zien, want…… O Ik houd van sprookjesachtige films, omdat…… HOE ONTSTAAT EEN OVERSTROMING? (PAGINA 7) 1. Waar kan het water bij een overstroming vandaan komen? Noem vier voorbeelden. 2. Geef een voorbeeld van een “goede overstroming”. 3. Waardoor ontstaat een aardverschuiving tijdens een overstroming? 4. Waardoor zijn er in Bangladesh zo vaak overstromingen? 5. Noem drie maatregelen die mensen kunnen nemen tegen overstromingen. KLIMAATVERANDERING (PAGINA 7) 1. Noem twee gevolgen van de klimaatverandering. 2. Zoek op internet op van welk gas CO2 de afkorting is. 3. Waarom is het belangrijk dat we er voor zorgen dat er minder CO2 in de lucht komt? 4. Noem drie dingen die we kunnen doen zodat er minder CO2 in de lucht komt.
WERKEN BIJ EEN TIMMERBEDRIJF (PAGINA 8) 1. Maak op je blaadje zes rijtjes. Zet boven de rijtjes de woorden: het bedrijf, de werkplaats, collega’s, het werk, gehoorbescherming, tips. Zet de volgende woorden (die allemaal uit het artikel komen) in de goede rij: - b-vca - binnendienst - goede sfeer - doorwerken - afwisselend - rabatten - samenwerken - luister - ’s ochtends - muziek - Mulders Timmerbedrijf - vaktermen - buitendienst - koptelefoon - veiligheidskleding - geconcentreerd - resthout - behulpzaam - houten frames - tuinhuisjes - verantwoordelijkheid - hout - lawaai - vriendelijk SCHAATSEN VOOR HET GOEDE DOEL (PAGINA 9) 1. Wat zijn sponsors? 2. Wat vind jij van deze actie voor het goede doel van Praktijkschool Westfriesland. Leg uit waarom je dat vindt. 3. Voor welk goed doel heeft Praktijkschool Westfriesland gekozen? 4. De leerlingen konden uit drie goede doelen kiezen. Voor welke zou jij hebben gekozen? Leg uit waarom. 5. Heeft jouw school wel eens iets voor het goede doel gedaan? Leg je antwoord uit. 6. Doe jij zelf wel eens iets voor het goede doel? Vertel waarom wel of niet.
AAN HET WOORD (PAGINA 9) 1. Zet bij de volgende woorden een K als ze bij het stukje van Klecia horen of een N als ze bij het stukje van Nataly horen: - hotel - groepje - strand - avonturenboeken - feest - dansles - Spanje - overhalen - trein - bibliotheek - Frankrijk - pasjes - zomer IK KLEED ME ZOALS IK ME VOEL (PAGINA 10) 1. Kijk goed naar de foto van Sabine. Wat vind je origineel aan haar kleding? Leg je antwoord uit. 2. Sabine zegt dat ze meer met jongens omgaat omdat zij makkelijker zijn. Ben jij het daarmee eens? Leg uit waarom wel of niet. 3. Waarom denk je dat Sabine toch liever met haar vriendinnen winkelt dan met jongens? 4. Sabine zegt over winkelen in Londen: “Dat is echt een paradijs!” Wat bedoelt zij daarmee? 5. Sabine hoeft niet op de lijn te letten. Jij wel? Leg je antwoord uit. 6. Zou Sabine een vriendin van jou kunnen zijn? Leg uit waarom wel of niet. DE UITREIKING VAN DE OSCARS (PAGINA 12) 1. Wat is een andere naam voor de Oscars? 2. Kan de Nederlands film “Oorlogswinter” een Oscar winnen? Leg uit waarom wel of niet. 3. Welke film zou jij een Oscar voor de beste film willen geven? (Het moet wel een film zijn die het afgelopen jaar inde bioscoop draaide!) Leg uit waarom juist die film. 4. Wat voor werk doet een regisseur? 5. Kijk op www.film1.nl/oscars en schrijf de acteurs op die genomineerd zijn voor een Oscar. 6. Schrijf ook op welke actrices er een Oscar kunnen winnen. WAT GEBEURDE ER IN … MAART 1977? 1. Waarom landde het KLM-toestel op Tenerife en niet op Las PAlmas waar het eigenlijk naar toe moest? 2. Vertel in je eigen woorden hoe het kwam dat het KLM-toestel neerstortte.
3. Vind jij dat er iemand schuld heeft aan het vliegtuigongeluk? Leg je antwoord uit. 4. “Alle inzittenden gaan dood.” Wie worden er bedoeld met inzittenden? 5. Wat is een monument? 6. Denk je dat de nabestaanden van de slachtoffers blij zijn met monument op Tenerife? Leg uit waarom je dat denkt.