PORTFOLIO (HOSE-1)
JE PERSOONLIJKE ONTWIKKELING OP GODSDIENSTIG GEBIED 4 HAVO EN 4 VWO
Naam:………………………… Klas : 4…………
Overzicht gemaakte opdrachten OVERZICHT VAN DE UITGEVOERDE OPDRACHTEN NAAM: KLAS: DEEL-OPDRACHT
INGELEVERD D.D.
BEOORDELING
Beginsituatie
O-V–G
Filmverslag Luther
O-V–G
Levensbeschouwelijk dagboek (1) Levensbeschouwelijk dagboek (2)
O-V–G
PARAAF DOCENT
O-V–G
Calvijnreis
O-V–G
Excursieopdracht
O-V–G
Evaluatie
O-V–G
HOSE-1
O-V-G
!!LET OP!! ALLE OPDRACHTEN BEWAAR JE IN HET MAPJE. DEZE HEB JE NODIG BIJ HET EINDGESPREK GODSDIENST. DUS GOOI NIETS WEG! @mailadressen
Dhr. K. van Wijngaarden
[email protected] Dhr. H. Wijnja
[email protected]
2 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
Opdracht 1 (beginsituatie) Opdracht voor 1 persoon Bij deze opdracht worden de volgende eindtermen getoetst: A. Vakspecifieke vaardigheden A2, A3, A4, A5 B. Beelden van mens, wereld en God B1, B2, B5 C. Ervaring en godsdienst C4, C5 D. Verbeelding en esthetiek D2 E. Moreel handelen en ethiek F. Sociale omgang en gemeenschapsvorming F1
Bij deze startopdracht draait het om de vraag: hoe verhoud je je tegenover, hoe denk ik over godsdienst en godsdienstige uitingen? Beantwoord daarom in een opstel de volgende deelvragen: 1. Waarom hebben je ouders en jijzelf gekozen voor een christelijke school? 2. Is er een relatie tussen het christelijke Calvijn en jou eigen geloofs- of levensovertuiging? Hoe verhouden die zich tot elkaar? 3. Ga bij jezelf na wat je nu precies gelooft en wat niet. Schrijf dit vervolgens zo nauwkeurig mogelijk op! 4. Bedenk wat je in het komende jaar zou willen leren. Denk er aan dat je dit jaar vooral bezig zult zijn met het christendom en de islam!! Je omschrijft minimaal 3 verschillende leerdoelen! 5. Reken je jezelf tot aanhanger van een bepaald geloof en/of lid van een bepaalde geloofsgemeenschap? Zo ja, vertel welk geloof / welke geloofsgemeenschap je bedoelt en waarom je jezelf een aanhanger van dit geloof noemt. Zo nee, vertel dan hoe het komt dat je jezelf niet ziet als aanhanger van een bepaald geloof. (Ben je er bijvoorbeeld nooit in aanraking mee gekomen, zijn er geen gelovige mensen in je omgeving, heb je slechte ervaringen met geloof en/of gelovigen, heb je er nog nooit over nagedacht, etc.) 6. In hoeverre ga je ervan uit dat er meer is tussen hemel en aarde? Wat dan? 7. Wat zijn voor jou de drie belangrijkste zaken in het leven? Geef aan waarom je deze zaken belangrijk vindt! 8. Heb je in je leven over de dood nagedacht of ermee te maken gehad? Wat heeft dat met jou gedaan? 9. Hoe zou je na je overlijden herinnert willen worden door de mensen die je dan achterlaat? 3 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
10. Denk je dat je last hebt van vooroordelen? Als het antwoord ja is, kun je dan aangeven tegenover welke groepen in de samenleving je vooroordelen meent te koesteren? Wat zijn jouw vooroordelen? Als je nee zegt, kun je dan aangeven waarom jij anders bent dan alle andere mensen, want mensen zonder vooroordelen bestaan helaas niet. 11. Wie vind je in deze wereld een echte held? Waarom? 12. Zijn er mensen die jij zou willen betitelen als minderwaardig? Waarom? 13. Hoe zou je voor jezelf ‘genieten’ omschrijven? Eisen - Het opstel bestaat minimaal uit 1500 woorden (is ongeveer 3 kantjes A-4, bij een normale lettergrote). - Je behandelt de diverse punten een voor een. - Boven je opstel schrijf je je naam en klas. - Je levert je opstel uiterlijk ‘Voor de Herfstvakantie’ in.
Veel succes. Dhr. K. van Wijngaarden en Dhr. H. Wijnja
4 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
Opdracht 2 (Filmverslag naar aanleiding van de film ‘Luther’) Bij deze opdracht worden de volgende eindtermen getoetst: A. Vakspecifieke vaardigheden A1, A2, A4, A5 B. Beelden van mens, wereld en God B2 C. Ervaring en godsdienst C2, C3, C4, eventueel ook C5 D. Verbeelding en esthetiek D1 E. Moreel handelen en ethiek F. Sociale omgang en gemeenschapsvorming Tijdens de lessen godsdienst staan we op een bijzondere manier stil bij het werk en leven van professor Maarten Luther. Tijdens deze lessen zal je gevraagd worden goed te kijken naar wat er allemaal gebeurt. Van deze film maak je een filmverslag waar de hieronder vermelde onderwerpen terug moeten komen. Ook geef je een eigen persoonlijke kijk van de onderwerpen en de film.
Opdracht Schrijf een filmverslag waarin de volgende onderwerpen terugkomen: De tijd waarin deze film zich afspeelt. Vertel en schrijf over deze tijd. Hoe heeft het zover kunnen komen dat Luther in opstand kwam. Was hij de enige? Gebeurtenissen in de geschiedenis staan nooit op zich. Omschrijf in dit verslag de oorzaken van de Reformatie. Wat gebeurde er nog meer in deze tijd op gebied van de wetenschap, economie etc. Geef een duidelijke omschrijving van aflaat en vagevuur. Maar geef ook een omschrijving van de leer van de Rooms katholieke Kerk. Geef een korte samenvatting van de film zelf. Je werkstuk sluit je af met een eigen verwerking over de film en de onderwerpen die hier aan de orde komen. (minimaal 1 x A4) Inleveren in de week volgens de studie/werkwijzer. Dit werkstuk moet er leuk uitzien met een voorkant, plaatjes, tekst, tekeningen enzovoort. Je levert het werkstuk netjes in je portfoliomapje op tijd maar voor de kerstvakantie in bij je docent! Veel succes, Dhr. K. van Wijngaarden en Dhr. H. Wijnja
5 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
Opdracht 3 (levensbeschouwelijk dagboek – 2 dagen!) Opdracht voor 1 persoon Bij deze opdracht worden de volgende eindtermen getoetst: A. Vakspecifieke vaardigheden B. Beelden van mens, wereld en God B1, B2, B5 C. Ervaring en godsdienst C1, C2, C3, C4, C5 D. Verbeelding en esthetiek E. Moreel handelen en ethiek E1, E3, E5, E6 F. Sociale omgang en gemeenschapsvorming
Mensen schrijven dagboeken. Veel leerlingen doen dat ook, soms gedurende lange tijd, soms af en toe, soms zoveel ze kunnen. In een dagboek beschrijf je de gebeurtenissen van elke dag die je meegemaakt hebt, dingen die belangrijk voor je zijn geweest en die indruk op je gemaakt hebben. Als je opschrijft wat er zoal van dag tot dag gebeurd is, schrijf je een gewoon dagboek. Je zou het kunnen vergelijken met een krant, maar dan een persoonlijke. Afhankelijk van je interessen filter je de dingen die je meemaakt. Het dagboek van een modebewuste meid zal er zeker ander uitzien dan het dagboek van een Feyenoordaanhanger. Het kan dus zijn dat twee mensen die samen op stap gaan en over die dag een dagboek schrijven, twee totaal verschillende verhalen over die dag te vertellen hebben. Op een bepaalde manier is dat natuurlijk al een vorm van levensbeschouwing. Als levensbeschouwing gaat over de waarden, zingevende zaken en datgene wat mij raakt in mijn binnenste, is het duidelijk dat de keuzes die iedereen maakt in zijn of haar dagboek een levensbeschouwelijke keuze is. Wat we in de opdracht van het levensbeschouwelijk dagboek van je vragen is een stukje dieper te duiken. Je maakt elke dag dingen mee. Die kun je als vanzelfsprekend aannemen en verder gaan. Je kunt ook je verwonderen over de dingen die je meemaakt en als het ware de waaromvraag stellen. Je staat elke dag op. Waarom zou je opstaan? Wat betekent het feit dat je opstaat? Doe je dat omdat je denkt een goede dag te zullen meemaken? Doe je dat omdat je gedwongen wordt door anderen? Vind je blijven liggen zonde van je tijd, want je hebt wel betere dingen te doen? Wat zou er gebeuren als je vaker bleef liggen? Ben je dan tevreden met jezelf? Past dat bij je eigen kijk op jezelf? Als je vaak het idee hebt dat je beter in bed kunt blijven, wat zegt dat dan van jezelf? Zal iemand die met een redelijk enthousiasme de nieuwe dag begroet anders antwoorden op de vraag “Wie ben ik?” dan iemand die het liefst diep onder zijn dekbed zou willen wegkruipen? Zo zie je dat het zogenaamd vanzelfsprekende eigenlijk totaal NIET vanzelfsprekend is. Natuurlijk begrijpen we goed dat je niet bij iedere handeling je de ‘waaromvraag’ moet gaan stellen. Dan zou je nooit meer tot handelen komen. Maar het kan geen kwaad zo nu en dan vraagtekens te stellen bij de dingen die zogenaamd normaal zijn. De kans is beslist aanwezig, dat ook jij andere ideeën krijgt waar je later blij mee bent als je je aanleert de waaromvraag wat vaker te stellen. Als je zo naar een dag kijkt, komen er allerlei zaken naar boven, die met je eigen leven te maken hebben en best belangrijk zijn. 6 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
We geven enkele voorbeelden: Wat betekent het al dan niet in een prettig gezin op te groeien? Wat betekent vriendschap voor me? Waar liggen de grenzen van vriendschap? Wat heb ik voor mijn toekomst over? Ben ik in staat nee te zeggen tegen zaken die mijn vrienden voorstellen en die ik eigenlijk afwijs? Levert overdadig alcoholgebruik in het weekend iets op? Hoe tolerant ben ik? Wat geef ik om de zorgen van een ander? Waaruit blijkt dat mijn ouders van me houden? Heb ik enig idee wat voor mij een passend beroep is? Wat wil ik van een relatie? Hoe belangrijk zijn jongens/meisjes voor me? Eisen - Je schrijft dit schooljaar van twee dagen een levensbeschouwelijk dagboek. - Zet bovenaan de pagina ‘levensbeschouwelijk dagboek’ en het nummer van je dagboek (dit jaar dus nummer 1 of 2). - Geef het dagboek een titel, zodat de lezer weet waar het over gaat. - Zet daaronder de datum van de dag waarover je schrijft. - Zet daaronder je naam en klas. - Schrijf vervolgens de tekst van je dagboek. Het dagboek bestaat per beschreven dag uit 1 kantjes A-4, bij een normale lettergrote (dit jaar in totaal dus 3 kantjes). - Aan de tekst stellen we de volgende eisen: - Je schrijft over een of twee vragen/ideeën die voor jou aanleiding zijn om het levensbeschouwelijk dagboek te schrijven. - Je geeft aan welke gebeurtenis(sen) aanleiding tot die gedachten waren(was). - Je werkt je vraag/vragen uitgebreid uit (minimaal dus 1 kantje). - Je levert je dagboek uiterlijk in week 10 en 20 in.
Veel succes. Dhr. K. van Wijngaarden en Dhr. H. Wijnja
Let op: op de volgende bladzijde zie je het voorbeeld van de pagina indeling!!
7 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
Levensbeschouwelijk dagboek nummer 2. Titel: Datum: Naam:
Ruzie! 20 december 2006 Petra
klas: 4HAGYM444
Aanleiding: Ik was net binnen en toen hoorde ik het al mijn vader en moeder hadden ruzie. Ik weet eigenlijk amper nog waar het over ging, maar het knalde behoorlijk in huis. Mijn vader is met een kwade kop weggereden en heeft mijn moeder niet eens een zoen gegeven. Het lijkt wel of de ruzies steeds vaker voorkomen en ze elkaar steeds minder aardig gaan vinden. Ik durf er niet aan de denken dat ze uit elkaar gaan, want als de verhalen van enkele klasgenoten hoor, dan gaat het ruzie maken ook na de scheiding nog gewoon door. Bij je moeder moet je dan horen over de rotkanten van je vader en omgekeerd. Terwijl je er eigenlijk helemaal niets mee te maken hebt. Het is toch hun relatie die op de klippen is gestrand?! Vragen/ideeën: (die je zou kunnen stellen) Over relaties: Stel je voor dat ze uit elkaar gaan, wat dan? Ik ben dan alles kwijt waar ik zovele jaren aan gehecht ben geraakt. Mijn leven zou ineens veranderen. Twee verschillende plekken waar een ouder woont, ik zou me net een nomade voelen, die van de ene naar de andere plek trekt. Waar ben ik dan eigenlijk thuis? Bij geen van beiden? Betekent dat dan, dat ik me steeds minder prettig bij de andere ouder ga voelen? Ik ben toch hun kind, van wie ze gewoon moeten houden, meer niet ……………?? Wat betekent vriendschap/houden van voor mij? Wat mag mij dat kosten? Waar liggen voor mij de grenzen van vriendschap/houden van? Over dingen die voor mij belangrijk zijn: En als ik dan aan zoveel gehecht ben geraakt, wat is dat dan allemaal? Wat betekenen die dingen voor mij? Kan/wil ik dat duidelijk maken aan mijn ouders? Raak ik die dingen echt kwijt als ze uit elkaar gaan? Hoe tolerant ben ik eigenlijk? Over de levensvisie, de kijk op het leven: Waarom kijkt mijn vader zo anders tegen bepaalde zaken aan, dan mijn moeder? Wat is voor hem/haar daarin zo belangrijk? Wat betekent dat voor mijzelf? Over godsdienst: Maar mogen mijn ouders wel scheiden? Wat zegt de dominee/voorganger/imam daarvan? Kunnen deze mensen helpen in de crisis die mijn ouders doormaken in hun huwelijk/samenwonen?
8 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
Opdracht 4 – Met Calvijn op reis Opdracht voor maximaal 2 personen Bij deze opdracht worden de volgende eindtermen getoetst: A. Vakspecifieke vaardigheden A1, A2, A4, A5 B. Beelden van mens, wereld en God B2 C. Ervaring en godsdienst C2, C3, C4, C5 D. Verbeelding en esthetiek D1 E. Moreel handelen en ethiek F. Sociale omgang en gemeenschapsvorming
Stel je het volgende eens voor: Als leerling van de christelijke scholengemeenschap Calvijn te Rotterdam ben je gedurende de godsdienstlessen bezig met het werk en de persoon Johannes Calvijn. Tijdens een van de lessen komen er een aantal directieleden langs om eens kijken hoe dit gaat. En plotseling doet een van de directieleden een voorstel aan de groep. Hij stelt voor om met elkaar eens een reis te maken naar de plaatsen waar Calvijn heeft gewerkt en geleefd. Na even heen en weer gepraat te hebben, wordt het idee goedgekeurd en gaan jullie aan de slag. De reis moet langs de belangrijkste plaatsen gaan, waar Calvijn geleefd en gewerkt heeft. Maar er moet natuurlijk ook tijd zijn voor sport en ontspanning.
Opdracht Maak een reisfolder voor een Calvijnreis die 10 dagen duurt. In de folder moeten diverse elementen van de reis aanbod komen. Een programma per dag (maak ook onderscheidt in dagdelen: morgen, middag, avond). Informatie over de te bezoeken Calvijn-plaatsen. Let op: hier moet je veel tijd aan besteden. Dus ook veel bladzijden van je reisfolder!! Eventuele sport en ontspanningselementen. Informatie over de hotels (adressen, telefoon e.d.). Informatie over de kosten. De folder moet er leuk uitzien met een voorkant, plaatsjes, tekst, tekeningen enzovoort. Hij moet ongeveer 8 pagina’s A-4 groot zijn, Times New Roman 11 (of vergelijkbaar). Veel succes. Dhr. K. van Wijngaarden en Dhr. H. Wijnja
9 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
Opdracht 5 (Vakantie, Excursie of Werkweek) Opdracht voor 1 persoon Bij deze opdracht worden de volgende eindtermen getoetst: A. Vakspecifieke vaardigheden A1, A2 B. Beelden van mens, wereld en God B2 C. Ervaring en godsdienst D. Verbeelding en esthetiek D1 E. Moreel handelen en ethiek F. Sociale omgang en gemeenschapsvorming Deze opdracht hoef je alleen te maken wanneer je aan een excursie hebt deelgenomen, waarbij je geen opdracht voor godsdienst hebt gemaakt. Iedereen die tijdens de excursie wel een opdracht voor godsdienst heeft gemaakt hoeft deze opdracht niet te maken!! 1. Maak tijdens je vakantie, excursie of werkweek meerdere foto’s van een kerkhistorische bezienswaardigheid of object (natuurlijk kun je ook een aantal ansichtkaarten kopen). Dit kan handig zijn wanneer je geen foto’s mag nemen!! Denk bij een kerkhistorische bezienswaardigheid of object aan: een kerk (of ander religieus gebouw), een monument, een standbeeld, een schilderij of een gebrandschilderd raam van een kathedraal. 2. Beschrijf wat er te zien is aan dit object. Beschrijf tevens de bedoeling van dit object. Wat is de bedoeling? 3. Geef de geschiedenis van dit object weer. 4. Wat vind je zelf van dit object? Beargumenteer je mening? Denk daarbij aan: a. Ondersteunt dit object het geloof? b. Wat vind je mooi of lelijk aan dit object en waarom? c. Vind je dit object verantwoord? Eisen - Het werkstukje bestaat minimaal uit ongeveer 1 kantjes A-4 per levensbeschouwelijk dagboek, bij een normale lettergrote (exclusief de bijgeleverde foto’s). - Je behandelt de diverse punten een voor een. - Boven je opstel schrijf je je naam en klas. - Je levert je opstel uiterlijk in week … in.
Veel succes. Dhr. K. van Wijngaarden en Dhr. H. Wijnja
10 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO
Opdracht 6 (evaluatie leerjaar 4) Opdracht voor 1 persoon Bij deze opdracht worden de volgende eindtermen getoetst: A. Vakspecifieke vaardigheden A2, A3, A4, A5 B. Beelden van mens, wereld en God B1, B2, B5 C. Ervaring en godsdienst C4, C5 D. Verbeelding en esthetiek D2 E. Moreel handelen en ethiek F. Sociale omgang en gemeenschapsvorming F1
Bij deze evaluatieopdracht draait het om de vraag: Wat heb ik afgelopen jaar geleerd? Beantwoord daarom in een opstel de volgende deelvragen: 1.
a. Welke kennis en vaardigheden heb je dit jaar opgedaan? b. Wat heeft je aangesproken, wat juist niet? Natuurlijk motiveer je je antwoord! c. Ontbrak er iets wat je graag had willen leren?
2.
a. Hoe heb je het zelfstandig werken aan het portfolio ervaren? b. Welke kennis en vaardigheden heb je daardoor opgedaan? c. Heeft het portfolio volgens jou een aanvullende waarde naast de reguliere lessen? Motiveer je antwoord!
3.
Bij portfolio-opdracht 1 heb je drie leerdoelen geformuleerd (bij vraag 4). Bepaal nu voor jezelf in hoeverre je deze leerdoelen gehaald hebt. Formuleer je antwoord per leerdoel en motiveer ook waarom je denkt dat je het leerdoel gehaald hebt of waarom niet. Misschien vind je wel dat je het leerdoel op onderdelen we gehaald hebt en op andere weer niet. Dit geef je dan natuurlijk ook aan!
Eisen - Het opstel bestaat minimaal uit 500 woorden (is ongeveer 1 kantjes A-4, bij een normale lettergrote). - Je behandelt de diverse punten een voor een. - Boven je opstel schrijf je je naam en klas. - Je levert je opstel samen met alle andere opdrachten van dit portfolio - in je portfoliomapje - uiterlijk 10 juni bij je docent in.
Veel succes. Dhr. K. van Wijngaarden en Dhr. H. Wijnja
11 Portfolio – HOSE-1 – 4e klas - leerjaar 2010-2011 – HAVO en VWO