PO2020 Toekomstvisie op het Primair Onderwijs
Maatschappij Trendskaart Wat zijn de trends in de maatschappij die relevant zijn voor het formuleren van een visie op goed Primair Onderwijs (PO) in 2020? (1 van 2)
Demografie
Zorg
Er zijn relatief meer oude mensen en minder jonge mensen
De diagnosticering neemt toe De bandbreedte van normaal gedrag wordt steeds smaller.
Het aandeel ouderen (65+ers) in de samenleving verdubbelt in aanloop naar 2030 (vergrijzing).
milieu
Het aandeel 65+ers in de totale bevolking
“Afwijkingen” worden vaker als zodanig herkend en sneller behandeld. aantal (x 10.000) 80
32
Milieu en duurzaamheid worden belangrijkere thema’s
16
11 8 0
60
Mensen worden steeds meer gevraagd een bijdrage te leveren aan een duurzame leefomgeving.
Bron: Statline, CBS
24
50 40 30
Mensen vervreemden van hun natuurlijke leefomgeving.
20 10
1980 1990 2000 2010 2020 2030
0
Het aantal geboorten neemt af (ontgroening).
De verschillen in demografische samenstelling tussen regio’s nemen toe
Het aandeel 0-20 jarigen in de totale bevolking procenten 40
Bron: Statline, CBS
8
Aantal bewoners in Limburg
Sociaal
bewoners (x 100.000) 12,0
11,2
1980 1990 2000 2010 2020 2030
11,0
Er is meer verscheidenheid in de relatie tussen ouders en kinderen
10,4 10,0 9,0
Het aantal niet-westerse immigranten neemt sinds 2006 weer toe.
8,0
Het aantal niet-westerse immigranten in Nederland
2010
aantal (x 10.000) 80
70
2030
2040
bewoners (x 100.000) 4,0
59
10
1998 2000 2002 2004 2006 2008
De status van iemand wordt steeds meer bepaald door zijn of haar verdienste. Vrije tijd wordt steeds meer ingezet voor persoonlijke ontplooiing.
aantal (x 1.000) 800
3,8 3,8
Prestaties van mensen worden vaker gemeten en genormeerd en gebruikt voor beoordelingen.
3,6 3,5
2020
2030
2040
Keuzevrijheid brengt steeds meer problemen met zich mee
715
700
3,7
3,7
2010
De samenleving meritocratiseert
Het gebruik van professionele kinderopvang neemt toe.
3,9 Bron: Statline, CBS
20
Het verschil in betrokkenheid van ouders bij hun kinderen neemt toe.
Het gebruik van kinderopvang in aantal kinderen
49
30
Het aantal traditionele huishoudens neemt af.
Het opvoedende netwerk rond kinderen professionaliseert
Aantal bewoners in Zeeland
40
0
2020
Bron: Statline, CBS
50
Bron: Statline, CBS
Migratiestromen veranderen
60
2007
Regio’s als Limburg, Noord-Groningen en Zeeland hebben te maken met bevolkingskrimp.
21
16
0
1991
Hoger opgeleiden trekken steeds meer naar de stad.
31
24
10
Door wetenschappelijke vooruitgang wordt medische ethiek belangrijker en complexer.
De eigen verantwoordelijkheid voor keuzes maakt mensen kwetsbaar, onzeker en gestresst.
600 Bron: Kerncijfers 2004-2008, ministerie van OCW
32
73
70
24
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Het aantal voorgeschreven geneesmiddelen voor ADHD
procenten 40
500 400
375
300 200 100 0
2005
2006
2007
2008
Mensen wonen steeds vaker ver bij hun familie vandaan.
De segregatie in de samenleving neemt toe Mensen kiezen zelf de mensen en netwerken met wie ze willen omgaan. Mensen komen steeds minder ‘automatisch’ met alle lagen van de bevolking in aanraking. Activiteiten worden steeds meer van vaste tijdstippen losgekoppeld.
Mensen proberen steeds meer hun identiteit vorm te geven door zich te onderscheiden van anderen.
De samenleving wordt steeds informeler De verhouding tussen gezagsdragers en het ‘gewone’ volk wordt gelijker. Er wordt meer onderhandeld over regels, in de maatschappij en ook binnen huishoudens. De juridisering van de samenleving neemt toe bij gebrek aan gedeelde normen.
De burger verwacht meer van de overheid De relatie tussen burger en overheid lijkt meer en meer op die tussen klant en dienstverlener.
Deze Maatschappij Trendskaart is gemaakt op basis van Trendskaarten voor het project VO2020, en denksessies met medewerkers van het ministerie van OCW en externe deskundigen. Met dank aan alle deelnemers voor hun denkwerk. in opdracht van: de directie PO
gemaakt door:
© 2010
Maatschappij Trendskaart Wat zijn de trends in de maatschappij die relevant zijn voor het formuleren van een visie op goed Primair Onderwijs (PO) in 2020? (2 van 2)
Arbeidsmarkt
De arbeidsmarkt verandert
Kennis
Ontwikkelingen rond kennis brengen nieuwe vraagstukken mee
De schaarste op de arbeidsmarkt neemt toe.
De hoeveelheid beschikbare kennis neemt toe en is makkelijker voorhanden.
De (internationale) concurrentie neemt toe.
De betrouwbaarheid van informatie op het internet wordt makkelijker in te schatten.
De arbeidsmarkt vraagt om flexibele inzetbaarheid
Mensen vinden het steeds moeilijker om de juiste kennis te vinden (information overload).
Door de dynamiek in de samenleving gaan banen minder lang mee.
Kennis moet in toenemende mate wetenschappelijk worden onderbouwd.
De mismatch tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt wordt groter.
Mensen staan sceptischer tegenover de expertise van deskundigen.
Toepassingsgerichte kennis en (zachte) vaardigheden verouderen sneller.
Economie
De arbeidsmarkt vraagt om flexibele inzetbaarheid
De mogelijkheden van biotechnologische middelen om leerprestaties te verbeteren nemen toe.
Technologie
Opleiding gaat steeds zwaarder tellen op de arbeidsmarkt.
32
30
24 16
15
8 0
1991
1995
1999
2003
2007
Werkprocessen worden complexer, waardoor de vraag naar specialisatie toeneemt. De minimale eisen om mee te doen op de arbeidsmarkt worden steeds hoger. Sociale en creatieve vaardigheden worden steeds belangrijker op de arbeidsmarkt.
De toepassingen van ICT nemen toe
De economische groei vlakt af De Nederlandse economie groeit de komende jaren minder hard dan de afgelopen jaren. De mutatie van het bruto binnenlands product
Mensen kunnen technologie steeds meer afstemmen op hun persoonlijke voorkeuren.
6
3,4 2 -2
ICT verandert de productie van kennis en maakt dat kennis anders wordt verkregen. Ideële en creatieve producten verspreiden zich sneller als de distributie makkelijker en goedkoper is.
procenten 10
0 1996
Bron: MEV 2010, CPB
procenten 40
Bron: OSA (2009), Trendrapport Vraag naar arbeid 2008
Het aandeel werknemers met een hbo/wo opleiding (als percentage van het totale aantal werknemers)
2010
-6 -10
ICT helpt mensen sneller aan informatie en aan contact met andere mensen Informatie en data worden steeds toegankelijker. Mensen hebben steeds meer contact met elkaar, onder meer via internet.
De staatsschuld neemt toe.
Internationale samenwerkingsverbanden (onder meer voor leren en werken) nemen toe.
Het emu-saldo in verschillende groeiscenario’s procenten 5
-1 1994 -4 -7 -10
Bron: Miljoenennota 2009
2
2015 3% groei 2% groei 1% groei
De overheid heeft de komende jaren minder geld te besteden De toegenomen schaarste dwingt steeds meer tot (politieke) keuzes.
Deze Maatschappij Trendskaart is gemaakt op basis van Trendskaarten voor het project VO2020, en denksessies met medewerkers van het ministerie van OCW en externe deskundigen. Met dank aan alle deelnemers voor hun denkwerk. in opdracht van: de directie PO
gemaakt door:
© 2010
Primair Onderwijs Trendskaart Wat zijn de trends in het Primair Onderwijs die relevant zijn voor het formuleren van een visie op goed Primair Onderwijs (PO) in 2020? (1 van 2)
ouders
De leerlingpopulatie in het PO wordt kleiner en heterogener Het aantal leerlingen in het PO neemt af, voornamelijk in landelijke gebieden.
scholen
Ouders vragen steeds meer om maatwerk en zorg in het primair onderwijs.
Het aantal leerlingen in het PO
Leerlingen krijgen steeds vaker voor- en vroegschoolse educatie
1,63
1,6
1,48
1,5 1,4 1,3
2005
2010
2015
2020
Bron: CFI, ministerie van OCW
1,7
Voorschoolse educatie bereikt steeds meer de doelgroep van achterstandsleerlingen.
23
53
2007
2008
11
5
2005
2010
2015
2020
Bron: CBS
10
2009
Ouders willen meer inzicht in de voortgang van hun kind.
Aantal besturen met meer dan tien scholen
Ouders gedragen zich steeds meer als consumenten
aantal 300
262
260 220 180
179
140 100 100
2000
Ouders verwachten meer flexibiliteit van school en opvang, bijvoorbeeld inzake tijden en vakanties.
2003
2006
Ouders kiezen vaker een school om de voorzieningen en resultaten, minder vanwege denominatie. Ouders gaan vaker betalen voor extra onderwijsdiensten zoals bijles.
De verschillen in gezinssituatie van kinderen nemen toe. Het aantal eenoudergezinnen 55
45
euro (x mln) 3,0
De diversiteit van functies en competenties op scholen neemt toe.
2,0
Scholen kunnen (nog) niet voldoen aan de groeiende verwachtingen vanuit samenleving en overheid.
1,0
1,5
0,0
Scholen verschillen steeds meer van elkaar
2005
2010
2015
2020
Bron: Statline, CBS
0
1,2
Leerlingen in het PO leren op een andere manier
1995
2000
2005
Scholen proberen zich steeds meer te profileren in de strijd om nieuwe leerlingen.
Ouders verwachten steeds meer dat de school een one-stop-shop is voor onderwijs, sport en cultuur.
Regionale verschillen in schoolgrootte nemen toe.
Ouders zijn steeds hoger opgeleid, mondiger en stellen zich gelijkwaardiger op aan leraren. De verschillen tussen ouders en hun verwachtingen worden zichtbaarder en belangrijker.
30
10
2,6
2,5
Scholen besteden steeds meer (maar nog onvoldoende) aandacht aan personeelsbeleid en zelfevaluatie.
De verschillen tussen leerlingpopulaties nemen toe, binnen scholen wordt de populatie homogener.
40
20
Uitgaven huishoudens aan particuliere diensten in het PO
2009
0,5
Het aantal leerlingen van niet-westerse afkomst neemt toe.
aantal (x 10.000) 60
Er vindt steeds meer bestuurlijke schaalvergroting en professionalisering plaats.
Het gebruik van voor- en vroegschoolse educatie door kinderen zonder achterstand neemt toe.
15
50
80
0
20
80
20
procenten
0
procenten 100
40
Het aandeel gewichtleerlingen in het PO 25
et aandeel peuters met een achterstand dat H voorschoolse educatie volgt
60
Het aandeel zorgleerlingen neemt toe, het aandeel achterstandsleerlingen af.
Ouders verwachten van school en opvang steeds meer een geïntegreerde aanpak.
PO scholen professionaliseren, maar nog niet altijd voldoende
Bron: CFI, ministerie van OCW
aantal (mln) 1,8
Bron: Sardes (2009), Landelijke Monitor Voor- en Vroegschoolse Educatie
Ouders hebben hogere verwachtingen van de kwaliteit van het onderwijs
Bron: CBS
kinderen
Ouders zijn steeds minder bereid te helpen op school.
Scholen werken meer samen met ander instellingen Scholen werken steeds intensiever samen met instellingen voor buitenschoolse opvang.
De samenleving stelt hogere eisen aan ouders
Er is meer integratie en samenwerking tussen gemeenten, onderwijs- en jeugdzorginstellingen.
Ouders krijgen van andere ouders en van de samenleving steeds minder ruimte voor fouten.
Het PO sluit steeds beter aan op het voortgezet onderwijs.
Van ouders wordt meer verwacht: zorg voor kinderen en ouders, werken en helpen op school.
Leerlingen hebben steeds meer behoefte aan leerstrategieën, en minder aan kennis. Leerlingen worden ict-vaardiger en leren mede hierdoor meer buiten de school. Kinderen willen op school meer vermaakt worden (bij het leren). Kinderen hebben het steeds drukker en hebben vaker een dagvullend programma.
Deze Primair Onderwijs Trendskaart is gemaakt op basis van denksessies met medewerkers van het ministerie van OCW en externe deskundigen. Met dank aan alle deelnemers voor hun denkwerk. in opdracht van: de directie PO
gemaakt door:
© 2010
Primair Onderwijs Trendskaart Wat zijn de trends in het Primair Onderwijs die relevant zijn voor het formuleren van een visie op goed Primair Onderwijs (PO) in 2020? (2 van 2)
mensen
resultaat
Leraren worden schaarser
De resultaten van het PO komen onder druk te staan De resultaten op taal en rekenen gaan internationaal gezien achteruit.
Het aandeel leraren van 50 jaar en ouder in het PO
inhoud
30
20 10 0
De kwaliteit van het lesmateriaal neemt toe
36
2006
2004
2008
Bron: CFI, ministerie van OCW
30
Het lerarentekort in de Randstad neemt toe; in het Oosten en Zuiden is er een overschot.
De ontwikkeling en het gebruik van digitaal (gepersonaliseerd) lesmateriaal neemt toe.
et percentage leraren (po, vo en mbo) dat bij het lesgeven H gebruik maakt van de computer procenten 100
De samenstelling van het personeel verandert
56
40
Het aantal interne begeleiders voor kinderen die extra aandacht nodig hebben, neemt toe. Er zijn steeds meer freelancers, deeltijdwerkers en ‘buitenstaanders’ in de school. De feminisering in het PO neemt verder toe.
20 0
2003 jaar 2005 jaar 2007 jaar 2009 jaar 2012 jaar
PO-scholen maken steeds meer gebruik van wetenschappelijke inzichten over leren en lesmethoden
Het aandeel fte in het PO ingevuld door vrouwen
De behoefte aan variatie in lesmateriaal neemt toe
procenten 100
79 68
60 40 20 0
1996
1999
2002
2006
Bron: CFI, ministerie van OCW
80
Onderwijstoezicht wordt steeds meer geobjectiveerd door cijfers en grijpt eerder in bij falen.
2003
Het onderwijsbeleid golft op en neer tussen centrale sturing ván, en vrijheid vóór scholen.
89
Wiskunde
Zuid-Korea Finland Hong Kong Canada
Australië Liechtenstein N-Zeeland Ierland N-Zeeland Australië Ierland Liechtenstein Zweden Nederland Polen Hong Kong Nederland
Scholen hebben te maken met veranderend toezicht
80 60
Lezen Finland Zuid-Korea Canada
Bron: Vier in Balans, 2009 stichting Kennisnet
40
De positie van Nederland op de lijst van PISA
beleid
procenten 50
4
5 5 6 76 87 België Liechtenstein 98 Macau (China) Macau (China) Japan 109 Zwitserland
10
2003
2006
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Prestaties bij PISA metingen van Nederland PISA score 600 532 500
De overheid vraagt meer van het primair onderwijs
2006
Hong Kong Taipei Finland Finland Zuid-Korea Hong Kong Nederland Zuid-Korea Liechtenstein Nederland Japan Zwitserland Canada Canada
11 22 33 4
De overheid stelt steeds hardere doelen met betrekking tot productiviteit en onderwijsresultaten.
400
Schoolbesturen moeten steeds vaker verantwoording afleggen over hun bestuur en resultaten.
200
Leesvaardigheid
563
513
538
Wiskunde
507
531
300 Bron: PISA 2006
Bron: PISA 2003 en 2006
De uitstroom van leraren groeit door de vergrijzing van het lerarenkorps.
100
De overheid legt steeds meer nadruk op basisvaardigheden (kwalificeren), zoals taal en rekenen.
0
PO-scholen krijgen steeds meer de zorg voor kinderen met lastige onderwijs- en zorgvragen.
2000
2003
2006
Er is toenemende maatschappelijke zorg en discussie over de kwaliteit van het onderwijs. Door meer aandacht voor onderwijsresultaten richten scholen zich eenzijdiger op testresultaten.
Leraren hebben meer behoefte aan flexibele lesmethoden en modulair lesmateriaal. Leraren hebben steeds meer behoefte aan online (aanpasbare) leermiddelen. PO-scholen behoeven steeds meer hulp en overzicht in de veelheid aan didactische ontwikkelingen.
Er komen meer mensen in het PO met een academische opleiding.
De houding en capaciteiten van leraren veranderen De diverse leerlingpopulatie stelt steeds hogere eisen aan leraren. Leraren lopen met hun ICT-vaardigheden veelal achter bij hun leerlingen. De hogere eisen op de Pabo, bijvoorbeeld over vakkennis, leiden nog niet tot meer kwaliteit. Leraren zien hun vak meer als beroep voor bepaalde tijd en minder als roeping.
Deze Primair Onderwijs Trendskaart is gemaakt op basis van denksessies met medewerkers van het ministerie van OCW en externe deskundigen. Met dank aan alle deelnemers voor hun denkwerk. in opdracht van: de directie PO
gemaakt door:
© 2010
Visiekaart goed Primair Onderwijs in 2020 PO waarin scholen professioneel georganiseerd zijn
PO waarin ieder kind het onderwijs en de zorg krijgt die het nodig heeft PO dat het potentieel van leerlingen maximaal benut. PO waarin leerlingen op school veilig zijn en zich geborgen voelen. PO waarin leerlingen naast regulier onderwijs ook extra diensten kunnen afnemen. PO waarin scholen en ouders kunnen variëren met school- en vakantietijden. PO waarin alle leerlingen met een achterstand vroeg- en voorschoolse educatie kunnen krijgen. PO waarin de schoolkeuze niet wordt ingeperkt door financiële overwegingen (ouderbijdrage).
leerlingen
Organisatie
PO waarin de bestuurskracht en -schaal groot genoeg is voor een professionele bedrijfsvoering. PO waarin besturen anticiperen op maatschappelijke ontwikkelingen. PO dat hoge eisen stelt aan leidinggevende functies in de school. PO waarin schoolbestuur en toezicht gescheiden zijn. PO waarin beginselen van goed bestuur worden toegepast.
PO dat heldere afspraken maakt PO waarin helder is welke diensten de school wel en niet aanbiedt en wie hiervoor betaalt. PO waarin helder is wat de rol van ouders is bij het leerproces van hun kind. PO dat goed aansluit op het Voortgezet Onderwijs.
PO waarin scholen zoveel mogelijk een doorlopend dagarrangement bieden PO dat intensief samenwerkt met organisaties op het terrein van zorg, opvang, cultuur en sport. PO dat samenwerkt met partners uit de (jeugd)zorg om leerlingen de juiste zorg te bieden. PO dat ouders betrekt bij het onderwijs aan en de ontwikkeling van hun kind.
PO waarin voldoende leraren zijn PO waarin leraren met plezier werken, dankzij goede arbeidsvoorwaarden en carrièremogelijkheden. PO waarin leraren taken en bevoegdheden hebben die recht doen aan hun professionaliteit. PO waarin de lerarenpopulatie een goede afspiegeling is van de samenleving.
leraren
PO waarin goede leraren werken PO waarin leraren de vaardigheden hebben om te gaan met verschillen tussen leerlingen. PO waarin leraren beloond worden op basis van hun prestaties en (bij)scholing. PO waarin leraren gebruik maken van nieuwe inzichten over wat werkt in het onderwijs. PO dat een lerarenregister heeft, met onder meer een (bij)scholingsplicht.
Wat zijn elementen van goed Primair Onderwijs in 2020, rekening houdend met de trends?
Financiën
PO dat beschikbare middelen effectief en efficiënt inzet PO dat over voldoende middelen beschikt om taken goed uit te voeren. PO dat opbrengstgericht en kostenbewust werkt, en daarover verantwoording aflegt.
PO waarin duidelijk is wat scholen moeten leveren
resultaten
PO waarin scholen weten welk basispakket ze moeten leveren. PO waarin scholen weten welke resultaten ze moeten bereiken. PO waarin scholen voldoende tijd krijgen nieuw beleid uit te voeren.
PO waarin scholen resultaten transparant maken en op resultaten worden beoordeeld PO waarin scholen ouders constant (digitaal) inzicht geven in de voortgang van hun kind. PO waarin openbaar is welke resultaten scholen behalen en wat hierbij hun toegevoegde waarde is. PO waarin slecht presterende scholen snel worden verbeterd of gesloten.
PO dat zich inhoudelijk richt op de brede ontwikkeling van kinderen PO dat zich richt op de cognitieve, emotionele en sociale ontwikkeling van kinderen. PO dat ook in het basispakket aandacht heeft voor sport en cultuur en hier hoge eisen aan stelt.
PO dat ontwikkelingen benut voor de vernieuwing van onderwijsprogramma’s
onderwijsinhoud
omgeving
PO waarin scholen nieuwe inzichten over leerprocessen in de praktijk brengen. PO waarin scholen optimaal gebruik maken van elektronische leermiddelen en ict.
PO dat een sociale functie heeft PO waarin de school fungeert als lokale ontmoetingsplaats, ook in landelijke gebieden. PO waarin partijen uit de omgeving actief worden betrokken bij het leven op school.
Deze Visiekaart is tot stand gekomen op basis van drie denksessies met medewerkers van verschillende directies binnen het ministerie van OCW en externe deskundigen. Met dank aan alle deelnemers voor hun denkwerk.
in opdracht van: de directie PO
gemaakt door:
© 2010