art 200 Schoolgids Naam school: Adres school: Postcode/Plaats: Telefoon: E-mail: Website: Schooljaar:
o.b.s. De Lisdodde Ganzenveld 85 7827 SE EMMEN 0591-677908
[email protected] www.obs-lisdodde.nl 2014 - 2015
S C H O O L G I D S
Inhoudsopgave Een woord vooraf ................................................................................................................................................... 3 1
De school ........................................................................................................................................................ 3
2
Waar de school voor staat ............................................................................................................................. 5
3
De organisatie van de school ........................................................................................................................ 7
4
De zorg voor kinderen .................................................................................................................................. 11 Dyslexie ……………………………………………………………………………………………………………….. 14 Hoogbegaafdheid op de Lisdodde………………………………………………………………………………….. 17
5.
De Leerkrachten ………………………………………......................................................................................22
6
De ouders ...................................................................................................................................................... 25
7
Ontwikkelingen ……………………………………………………………………………………………………… 30 Daltondonderwijs op de Lisdodde………………………………………………………………………………… 30 Relatie school en omgeving………………………………………………………………………………………… 31
8
De resultaten van het onderwijs .................................................................................................................. 32
9
Bijlagen.......................................................................................................................................................... 35 Urenberekeningen per groep en de vakanties en vrije dagen ...................................................................... 35 Overblijfmogelijkheden ................................................................................................................................. 39 Klachtenprocedure ........................................................................................................................................ 39 Centraal meldpunt vertrouwensinspecteurs .................................................................................................. 39 Ouderbijdrage ............................................................................................................................................... 40 Schoolverzekering voor leerlingen ................................................................................................................ 40 Onderwijsgids ............................................................................................................................................... 40 Leerplicht ...................................................................................................................................................... 40 Toelating en verwijdering .............................................................................................................................. 40 Protocol voor het aannemen van een leerling met een bijzondere ontwikkelings achterstand…………………………………………………………………………………………………………….41 Overige bijzonderheden (zoals mobieltjes in school of douchen na gym)…………………………………… 44
2
S C H O O L G I D S
Een woord vooraf Onze schoolgids beoogt voor een ieder, die daarin geïnteresseerd is, een zo duidelijk mogelijk beeld te schetsen van onze school. U kunt deze schoolgids ter inzage krijgen, indien u geïnteresseerd bent in onze school. Wanneer uw kind op de Lisdodde is ingeschreven, behoudt u deze gids. De schoolgids wordt jaarlijks geactualiseerd. De nieuwste versie kunt u vinden op onze website www.obs-lisdodde.nl De medezeggenschapsraad stemt niet alleen in met de inhoud van deze gids en de daarbij horende wijzigingen of aanvullingen, maar heeft ook een actieve bijdrage geleverd aan de inhoud van deze gids. Op elke school moet geleerd worden. Zo ook op de Lisdodde. Leren doe je een leven lang. Leren doe je nooit alleen. Wij achten het daarom van het grootste belang, dat leren plaatsvindt in een omgeving waar het allereerst fijn is om te leven. En dat geldt voor iedereen, die bij de school betrokken is, voor kinderen, ouders/verzorgers en leerkrachten. Wij kunnen u met deze schoolgids geen volledig beeld van onze school geven. Wel een reëel en eerlijk beeld van een school die zich blijft ontwikkelen in het belang van het kind en de maatschappij. Een maatschappij die snel verandert en die steeds nieuwe eisen stelt op het gebied van kennis en vaardigheden. Wij spelen daarop in. Maar centraal zal altijd blijven staan: de mens……het kind! Mocht u na het lezen van deze schoolgids meer willen weten over onze school, kom dan gerust langs. Een afspraak is zo gemaakt. Ook stellen we ons open voor suggesties van uw kant, die kunnen helpen de kwaliteit van onze school en van deze schoolgids te verbeteren. Immers: “Leren doe je nooit alleen”.
3
S C H O O L G I D S
1
De school
Onze school “De Lisdodde” is een openbare basisschool voor Daltononderwijs, die gelegen is in de wijk “de Rietlanden”. Centraal in de woonwijk de Rietlanden ligt de hoofdlocatie van de Lisdodde aan een vijver, waarvan de oevers zijn begroeid met waterplanten. Wuivende rietpluimen met “rietsigaren”. De Lisdodde ontleent daaraan haar naam. De Lisdodde is gehuisvest in drie locaties. De hoofdlocatie is de locatie aan het Ganzenveld waar de groepen 2 t/m 6 gehuisvest zijn. De locatie Zwanenveld huisvest de groepen 1. De groepen 7 en 8 en één groep 6 zijn gehuisvest aan de Eidereend. We zijn een openbare school. Voor ons een belangrijk principe. Wij zijn een school, die voor iedereen toegankelijk is, ongeacht afkomst, levensovertuiging, huidskleur of geaardheid. De directie van “De Lisdodde” bestaat uit: Anne Koopman: directeur Hetty Boezen: adjunct directeur en intern begeleider Er is een duidelijke afbakening van taken en verantwoordelijkheden opgesteld. De Lisdodde is gesticht in 1991. Op dit moment zijn er ± 550 leerlingen. Een school is altijd in ontwikkeling, de organisatie en de inhoud van het onderwijs vragen om aanpassingen of verbeteringen. De belangrijkste plannen en evaluaties voor de komende schooljaren m.b.t. het onderwijs aan de Lisdodde staan in het jaarplan en het jaarverslag. U kunt op onze website de actuele plannen en verslagen lezen: www.obs-lisdodde.nl.
4
S C H O O L G I D S
2
Waar de school voor staat
… en op aangesproken wil en mag worden. Er zijn duidelijke uitgangspunten en doelstellingen. Principes? Ja! En dan niet alleen maar “op papier”. Zo ook waarden en normen. Niet enkel noemen en benoemen, maar met elkaar je best doen om er inhoud aan te geven. Onze onderwijskundige principes ontlenen wij aan het Daltononderwijs, waarvan de grondlegster Helen Parkhurst zei: “Het is geen methode, geen systeem, het is een manier van met-elkaar-omgaan”. Essentieel zijn de 5 kernwaarden: - vrijheid in gebondenheid / verantwoordelijkheid - zelfstandigheid - samenwerking - reflectie - effectiviteit Deze kernwaarden zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en vormen de basis voor het werken in en aan de Lisdodde. Ze zijn de pijlers voor ons “leren”. Dit betekent eveneens, dat de Lisdodde meer is (wil zijn) dan “de-school-met-de-taken”. De taak is een werkmodel, een middel om genoemde principes inhoud te geven en leer-/leefdoelen na te streven binnen een duidelijk, veilig en positief schoolklimaat. De Lisdodde is een Daltonschool. Hard werken is gewoon. Gewaardeerd worden om wat je “al goed” kan is een logisch gevolg. We benadrukken bij ons op school bij voorkeur de dingen waar kinderen goed in zijn. Dus niet altijd “zoveel fout”, maar ook regelmatig “zoveel goed”. Er is steeds een afwisseling van leerkracht gestuurde lesactiviteiten naar leerling gestuurde lesactiviteiten. De kinderen komen op deze wijze tot optimale resultaten. Omgaan met verschillen is een centraal thema in het onderwijs. Wij willen kinderen optimale kansen en zorg bieden. Zie hiervoor ook het stuk over “hoogbegaafdheid”.
5
S C H O O L G I D S
De samenleving verandert, de school ook! De Lisdodde probeert steeds in te spelen op de eisen die onze samenleving stelt. De Lisdodde legt een basis, die het kind verder helpt op zijn / haar levensweg. Uw kind is op school om te leren, prestaties leveren is een primaire voorwaarde. Vrijheid in gebondenheid / verantwoordelijkheid, zelfstandigheid, samenwerking, reflectie en effectiviteit zijn basisvoorwaarden in de lessituatie op de Lisdodde. In het schooljaar 1996-1997 heeft de M.R. zich unaniem uitgesproken voor de identiteit van een Daltonschool. De Lisdodde heeft op 20 mei 1998 het officiële Daltoncertificaat gekregen. In 2009 en 2014 werden we opnieuw gevisiteerd en beide keren is het Daltonpredikaat verlengd. Onze school maakt deel uit van het netwerk van Daltonscholen in Drenthe.
De Nederlandse Dalton Vereniging heeft de basisprincipes in deze driehoek verwerkt. De basis van deze driehoek en van ons onderwijs is vertrouwen. Veel informatie over Daltononderwijs kunt u op de website van de NDV bekijken: www.dalton.nl
Op onze Daltonschool is men gewend om te handelen vanuit vertrouwen in de leerling en dat vertrouwen dient wederzijds te zijn. Er zijn dus aan alle begrippen twee kanten:
Vertrouwen kun je schenken aan, maar ook krijgen van de ander; Verantwoordelijkheid kun je op je nemen, maar ook overdragen, geven aan de ander; Verantwoording over je handelen dien je af te leggen aan de ander, maar men kan dat ook van de ander vragen.
6
S C H O O L G I D S
3
De organisatie van de school
Onze school gaat uit van het leeftijdsjaarklassenmodel. Dit betekent dat leerlingen van ongeveer dezelfde leeftijd bij elkaar in de groep zitten, ongeacht hun niveau. Uw kind start bij ons in de instroomgroep. Centraal staat dan de goede opvang van het kind. Als school accepteren en respecteren we, dat elk kind gelijkwaardig is aan een ander. We willen elk kind zo optimaal mogelijk begeleiden. De ontwikkeling van het individu is daarbij de leidraad. Elk kind verschilt als het gaat om aanleg, intelligentie, leertempo, leerniveau en belangstelling. Aanbieding van leerstof moet dus te allen tijde aan de mogelijkheden en talenten van het kind tegemoet komen. Als werkmodel gebruiken we de taak, waarbinnen ruimte is voor verplichte en keuzeactiviteiten. Op de Lisdodde kennen we basistaken en aangepaste taken. Anders gezegd: een-taak-op-maat voor ieder kind. Op tijden dat we werken aan de taak (taaktijd genoemd), leer je als kind zelf keuzes te maken. De leerkracht bepaalt welke taken er gemaakt moeten worden. Het kind bepaalt in welke volgorde hij/zij de taken gaat maken en of het wil samenwerken. Kinderen leren zelfstandig te werken en zijn verantwoordelijk voor hun keuzes. De leerkracht is degene die de kinderen daarbij begeleidt en met wie werkafspraken worden gemaakt. Er wordt van de kinderen het optimale verwacht, echter nooit het onmogelijke. Je hoeft dus geen angst te hebben voor “moeilijke dingen”. Je mag al oefenend gerust “fouten maken”. Immers, je wordt gewaardeerd om “wat je al wel kan!” Het is de taak van elke leerkracht de organisatie van het onderwijs zodanig af te stemmen, dat elk kind optimaal gelegenheid heeft om te leren. Dit vereist gedegen planning en voorbereiding. Leren is teamwork. Teamleden moeten één team vormen. Ook zij leren met en van elkaar, door zich kwetsbaar op te stellen, zich te scholen en zich in te zetten voor de school. Ons team heeft daartoe taken en verantwoordelijkheden verdeeld en deze gekoppeld aan functies. Directeur: formeel eindverantwoordelijk voor het totale schoolgebeuren, verantwoordelijk en aanspreekpunt voor de uitvoering van de dagelijkse gang van zaken (bijvoorbeeld de inschrijving van nieuwe leerlingen.) Adjunct directeur: verantwoordelijk voor de leerlingenzorg en directietaken Intern Begeleiders / zijn verantwoordelijk voor leerlingenzorg en het Bouwcoördinatoren: coördineren van leerprocessen en activiteiten in een bepaalde bouw Groepsleerkrachten: primair verantwoordelijk voor het eigen groepsgebeuren I.C.T.-er: coördineert activiteiten m.b.t. computeronderwijs Taalcoördinator ondersteunt de leerkrachten bij alle taalontwikkelingen Rekencoördinator ondersteunt de leerkrachten bij alle rekenontwikkelingen Cultuurcoördinator ondersteunt de leerkrachten bij de cultuurontwikkelingen M.R.T.-er: begeleidt leerlingen, die extra zorg nodig hebben in de motorische ontwikkeling. Tevens vakleerkracht bewegingsonderwijs in de hele school. Administratief medewerker: uitvoering van diverse administratieve taken Conciërge: diverse onderhoudswerkzaamheden in en om de school Onderwijsassistentes: ondersteuning van de leerkracht, hulp bij het uitvoeren van handelingsplannen
7
S C H O O L G I D S
Naast individuele verantwoordelijkheid is het van het grootste belang, dat de organisatie van onze school beschouwd wordt als “iets-wat-ons-allemaal-aangaat”. Immers, waar samenwerking zo hoog in het vaandel staat, is het een vanzelfsprekendheid dat je ook samen verantwoordelijk bent. Met elkaar en voor elkaar. Je hoeft op de Lisdodde niet alles even goed te kunnen, maar je moet wel te allen tijde bereid zijn naar vermogen je positieve bijdrage te leveren. Dit geldt evengoed voor leerkrachten als ook voor ouders. Samen maak je de school. Je hebt elkaar elke dag nodig. Doe het dan naar beste kunnen. De maatschappij-van-morgen stelt steeds weer andere eisen: andere (verwerving van) kennis, leer- en sociale vaardigheden. Dit vereist van de school een flexibele, op de toekomst gerichte organisatie. Daarin ligt voor ons allemaal de verplichting en de uitdaging. De schooltijden van de Lisdodde: De school is er voor de kinderen en hun ouders. Onze school is een open school. Iedereen moet met plezier naar school gaan. De leerlingen van groep 1 en 2 mogen na 8.15 uur en na 13.00 uur naar binnen gebracht worden. U kunt als ouder meegaan, maar in groep 2 zijn er al veel kinderen, die alleen willen gaan. Toch is het goed, dat u zo nu en dan de werkjes van uw kind in het lokaal bekijkt. Ook voor groep 3 t/m 8 geldt dat u voor of na schooltijd naar binnen kunt gaan om het werk van uw kind te bekijken of om even met de leerkracht te praten. De volgende schooltijden zijn structureel: groep 1: ‘s ochtends van 8.30 tot 12.00 uur (woensdag tot 12.15 uur) en ‘s middags vrij. groep 2 en 3: ‘s ochtends van 8.30 tot 12.00 uur (woensdag tot 12.15 uur) en woensdagmiddag en vrijdagmiddag vrij. Verder alle middagen naar school van 13.15 tot 15.15 uur. groep 4 t/m 6b: ’s ochtends van 8.30 tot 12.00 uur (woensdag tot 12.15 uur) en woensdagmiddag vrij. Verder alle middagen naar school van 13.15 tot 15.15 uur. Groep 6c t/m 8: ‘s ochtends van 8.25 tot 11.55 uur (woensdag tot 12.10 uur) en woensdagmiddag vrij. Verder alle middagen naar school van 13.10 tot 15.10 uur. De pauzes zijn op de ochtend van 10.00 - 10.15 uur of van 10.15 tot 10.30 uur of van 10.30 tot 10.45 De middagpauze is voor de groepen 1 t/m 6b van 12.00 - 13.15 uur en voor 6c t/m 8 van 11.55 tot 13.10 uur. De leerlingen van groep 6c t/m 8 zitten op de locatie Eidereend en kunnen, doordat zij dagelijks 5 minuten eerder beginnen en eindigen, hun jongere broertjes en zusjes ophalen.
8
S C H O O L G I D S
De activiteiten voor de kinderen Als je als kind gevraagd wordt ”Wat doe je op school?”, is steevast het logische antwoord: ”Leren!” Daarmee is dan ook klip en klaar de eerste taak van onze school beschreven. Leren moet boeiend, uitdagend en ook leuk zijn. Wij doen ons best hiertoe de nodige voorwaarden te scheppen. Leren is een proces, dat steeds verder gaat. Voor al het leren geldt, dat je basisvaardigheden nodig hebt. Je kunt pas iets nieuws leren, als je het voorgaande beheerst. Leren verloopt stap-voor-stap. Ons leren en onze plannen hebben we beschreven in het schoolplan en omvat alle vak- en vormingsgebieden zoals die genoemd worden in de Wet op het Basisonderwijs. Het is ondoenlijk om middels deze schoolgids het schoolplan in volledigheid weer te geven. Wel ligt het op school ter inzage voor een ieder die er kennis van wil nemen, of u kunt ons schoolplan bekijken op de website van de Lisdodde: www.obs-lisdodde.nl. Veel gestelde vragen van ouders zijn steeds weer: Wat doen ze nou bij de kleuters? Wat wordt er bij kleuters al getoetst? Wanneer beginnen jullie op school met leren lezen? En rekenen en schrijven? Hoe zit het met bewegingsonderwijs en aardrijkskunde? Leren ze nog plaatsnamen en jaartallen? Wordt er ook gebruik gemaakt van computers? Zomaar een willekeurige opsomming van vragen die de school wil beantwoorden. Kleuters leren al doende, tijdens hun spel. Zij ervaren steeds nieuwe dingen. Als school zorgen we ervoor, dat die leer- en leefwereld uitnodigend, geordend en veilig is. Bij alle lessen is de relatie tussen kind en leerkracht van essentieel belang. Om de ontwikkeling van elk kind goed te kunnen volgen heb je naast kennis en inzicht ook “instrumenten” nodig. Een toets is hiervan zo’n voorbeeld. Ook bij kleuters wordt getoetst om te zien of de totale ontwikkeling van elk kind voldoende tot zijn recht komt. Een toets is dus in alle groepen een middel om een kind te volgen en maakt deel uit van het leerlingvolgsysteem. Het is nooit een doel op zich. De Lisdodde streeft ernaar recht te doen aan wat in de reeds eerder genoemde Wet op het Basisonderwijs beschreven staat: het begeleiden van een ononderbroken ontwikkelingsproces bij ieder kind. Dit uitgangspunt is alleszins redelijk. Wel moet gesteld worden, dat de ontwikkeling bij ieder kind weer anders is. Niet alleen de mate waarin, maar ook het tempo en mogelijkheden bepalen mede het onderwijsaanbod. De één is er eerder aan toe dan de ander. We proberen “onderwijs-op-maat” te bieden. Wat wij echter niet kunnen waarmaken is het geven van individueel onderwijs. Wij organiseren ons onderwijs zodanig, dat elk kind de garantie krijgt vanuit eigen mogelijkheden optimaal te kunnen presteren. Op een bepaald moment is een kind aan lezen, rekenen en schrijven toe. Dit moment verschilt per kind. De basis wordt hiervoor al thuis gelegd, de school gaat ermee verder. Kleuters in groep 1 en 2 zijn volop bezig met de voorwaarden om (soms al in groep 1!) te leren lezen, rekenen of schrijven. De Lisdodde is bezig om inhoudelijk en organisatorisch nog beter aan te sluiten bij zo’n leermoment. We willen realiseren dat kleuters ook al gerichter begeleid worden bij het lees-, reken- en schrijfproces als het kind daar aan toe is (niet elke kleuter “vraagt” hierom). Is de Lisdodde een echte leerschool? Ja en neen. We stellen zeker wel eisen aan ons leren. Zo ook op het gebied van kennis zonder daarbij de overige ontwikkelingsgebieden te kort te doen. We achten het (nog steeds) van belang, dat kinderen op school ook beschikken over parate kennis: de tafels van vermenigvuldiging, topografie, geschiedkundige feiten. We gaan ervan uit, dat de technologie (o.a. computers en I-pads) hierbij gericht gebruikt moet worden. Voor al het leren geldt: 9
S C H O O L G I D S
het moet een doel hebben om functioneel te kunnen zijn. In algemene zin zorgen we ervoor dat ten aanzien van alle vak-/vormingsgebieden per groep de leerdoelen beschreven zijn. Het zijn zowel minimumdoelen als ook streefdoelen. De ontwikkelingsmogelijkheden van het kind bepalen steeds de mate waarin een leerdoel gerealiseerd wordt. Het maakt daarbij geen verschil of het nu gaat om lezen, om kennis der natuur of om kunstzinnige vorming. Om aan al die leerdoelen zo goed mogelijk inhoud te geven zijn mensen, middelen en faciliteiten nodig. Gemotiveerde leerkrachten, die samen met kinderen in een veilige, uitnodigende leersituatie met gebruikmaking van een grote verscheidenheid van leer- en hulpmiddelen met toewijding en humor, het “leren” fijn en zinvol maken. Zo is de Lisdodde. De school waar positieve waardering voor je is: je wordt beloond voor “wat-je-al-goed-kan.” Zo leer je veel en steeds verder ……
Leerlingenraad Bij de manier van omgaan met elkaar op onze school hoort ook dat we de mening van kinderen belangrijk vinden. Ieder jaar wordt er daarom een nieuwe leerlingenraad gekozen uit leerlingen van groep 6, 7 en 8. Ongeveer 12 keer per jaar wordt er vergaderd. Deze activiteiten maken voor deze kinderen deel uit van het lesprogramma.
10
S C H O O L G I D S
4
De zorg voor kinderen
Een belangrijk hoofdstuk uit onze schoolgids. Echter wel in breed verband. Zorg voor kinderen vindt haar voedingsbodem in “zorg-voor-elkaar”. Zorg voor kinderen gaat veel verder dan het hebben van allerlei voorzieningen, faciliteiten en procedures. Zorg geldt voor alle kinderen, dus waar nodig ook de extra zorg. Zorg voor is een gedeelde zorg: een zorg voor ouders en school. Hun kinderen zijn ook onze kinderen. Samen zijn we verantwoordelijk voor optimale zorg. Zorg moet dan niet slechts vertaald worden in iets negatiefs of zwaarmoedigs. “Zorg voor” is veeleer aandacht en respect hebben voor elkaar, elkaar willen en mogen helpen, elkaar accepteren. Zorg voor kinderen is ook het durven stellen van eenduidige waarden en normen, omgangs- en gedragsregels, het niet accepteren van discriminatie, pesten of vandalisme. Deze zorg laat zich niet vastleggen in kille regelgeving. Onze school vindt echter voldoende basis in wat inherent is aan haar Daltononderwijs: de-maniervan-omgaan-met-elkaar.
Zorg is er ook ten aanzien van de leeromgeving: de leerzorg. Hiertoe heeft de Lisdodde de beschikking over een zorgplan, dat voor wat de uitvoering betreft onder verantwoordelijkheid gebeurt van de intern begeleiders. Deze taakstelling is in onze school gekoppeld aan de directie en de bouwcoördinatoren. Een van de directieleden is dus belast met de leerlingenzorg. De intern begeleiders / bouwcoördinatoren en de directie hebben de zorg voor waar het onderwijs inhoudelijk om draait. De belangrijkste leerlingenzorg vindt in de groep zelf plaats en behoort tot de taak van de groepsleerkracht. De groepsleerkracht voert regelmatig overleg met de intern begeleiders. Samen zoeken ze naar de hulp die het kind het best geboden kan worden. De hulp vindt meestal binnen de klas plaats, maar kan in enkele gevallen ook buiten de klas plaatsvinden (= remedial teaching). Bij de uitvoering van extra zorg wordt altijd overleg gevoerd met de ouders. Wanneer een leerkracht bij een leerling zorg signaleert, worden de ouders z.s.m. geïnformeerd over die zorg. Ook heeft de intern begeleider regelmatig overleg met de contactpersoon van het bovenschools Basisteam in onze regio. Deze contactpersoon adviseert de intern begeleider over de hulp, die het kind het best geboden kan worden. Soms is het specialistische hulp, bijvoorbeeld hulp van een orthopedagoog, psycholoog of ambulante hulp. Wanneer hulp wordt ingeroepen, is het de bedoeling de leerling op onze school zo goed mogelijk te begeleiden. Een leerling kan bijvoorbeeld zijn eigen leerlijn gaan volgen voor een bepaald vakgebied. Dan nog kan het voorkomen dat, ondanks alle hulp en inzet, niet het gewenste resultaat wordt bereikt. We gaan dan samen bekijken wat de beste manier is om het kind te helpen. In alle gevallen moeten ouders hun instemming verlenen aan de te volgen procedure.
Doublure van een kind: Voor het merendeel van onze leerlingen is de voortgang van het leren op onze school een doorgaande lijn. Maar het kan ook anders gaan. De kinderen kunnen problemen hebben bij het leren of op het sociaal emotionele vlak. De leerkracht moet dan bekijken of doorgaan naar de volgende groep of een extra jaar in dezelfde groep de beste optie voor het kind is. De leerkracht zal natuurlijk 11
S C H O O L G I D S
regelmatig een gesprek met de desbetreffende ouders of verzorgers hebben. De reguliere contactavonden zijn dan niet voldoende. Uiteindelijk moet een goede oplossing voor het kind gekozen worden. Indien ouders en leerkracht het niet met elkaar eens kunnen worden, dan kan er een gesprek met de directeur worden aangevraagd. Formeel beslist de groepsleerkracht over het wel of niet overgaan van een kind, maar een beslissing over een kind moet door alle betrokkenen als de beste keuze gezien worden (ouders en school). Alleen dan werkt de gekozen oplossing voor het kind.
Speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. Soms is er sprake van een situatie, die kan leiden tot het aanmelden van een leerling bij het speciaal basisonderwijs. In dat geval wordt samen met de ouders het kind aangemeld bij de PCL ( = Permanente Commissie Leerlingenzorg). Deze commissie bekijkt of een kind een beschikking krijgt voor plaatsing op een school voor speciaal basisonderwijs. Zij bekijkt ook of op school al het mogelijke gedaan is om de leerling binnen het regulier basisonderwijs op te vangen. In een enkel geval wordt dan ook niet een school voor speciaal basisonderwijs, maar een andere reguliere basisschool geadviseerd. Een speciale procedure wordt gevolgd voor het aanmelden van een leerling in het speciaal onderwijs en het aanvragen van de zogeheten rugzak. Meer informatie over de zorg op de Lisdodde kunt u vinden in het zorgplan. Het zorgplan ligt voor alle ouders ter inzage in de directieruimte. Ook kunt u het zorgplan vinden op onze website: www.obs-lisdodde.nl.
12
S C H O O L G I D S
Voortgezet onderwijs In het voorgaande zijn we ingegaan op de zorg tijdens de basisschoolperiode. Vanzelfsprekend moet ook genoemd worden de overgang van basisschool naar voortgezet onderwijs. De basisschool laat haar leerlingen los, het voortgezet onderwijs neemt de zorg voor uw kind over. De uiteindelijke schoolkeuze zal niet verrassend zijn. Gedurende de basisschoolperiode is de ontwikkeling van een kind voldoende gevolgd om tot een verantwoord schooladvies te komen. Daarbij moet de uitslag van de Cito-eindtoets, die in het voorjaar in groep 8 wordt afgenomen, een bevestiging zijn van de keuze, die leerling, ouders en school al gemaakt hadden. De ouders en hun kind krijgen in groep 7 het voorlopig schooladvies voor het voortgezet onderwijs. De Cito-eindtoets wordt bij alle kinderen in groep 8 afgenomen. Voor deze toets geldt een verplichte deelname voor alle leerlingen van groep 8 met uitzondering van die leerlingen die vooraf het advies van praktijk onderwijs hebben gekregen. Het advies “praktijk onderwijs” wordt door het OPDC afgegeven.
Toelating van een kind met ernstige problemen. De school heeft een eigen protocol voor het aannemen van leerlingen met ernstige problemen, bijvoorbeeld een kind met het Syndroom van Down. Dit betekent dat het niet zeker is of een kind wordt aangenomen. De school hanteert als leidraad het protocol en op grond van de uitkomsten van het protocol wordt een beslissing genomen over het wel of niet toelaten van een leerling met ernstige problemen. (zie bijlage blz. 40)
13
S C H O O L G I D S
Lezen en dyslexie op de Lisdodde Op onze school besteden we zeer veel aandacht aan lezen. Lezen is belangrijk. De inspectie zegt hierover het volgende in de brochure “Iedereen kan lezen!”: De problemen met technisch lezen beginnen al vroeg. In het verslag over de Staat van het Onderwijs 2004/2005 constateerde de Inspectie van het Onderwijs dat tussen de 10 en 15 procent van de leerlingen aan het einde van groep 3 onvoldoende kan lezen. Deze kinderen hebben grote moeite om in groep 4 de taalen leesmethode en methodes voor de zaakvakken te kunnen volgen. Van de leerlingen die de basisschool verlaten, blijkt een grote groep nog moeite te hebben met lezen. Vast staat dat de achtergrond van een leerling zoals sociaal milieu of thuistaal, bij technisch lezen maar een geringe rol speelt om succesvol te leren lezen. Voor de school ligt er dus een belangrijke taak kinderen goed leesonderwijs aan te bieden. Binnen onze school heeft het lezen dan ook een prominente plaats ingenomen. Aan het begin van iedere ochtend gaan zowel leerkracht als kinderen lezen. In de groepen 1 en 2 begint het al met het bekijken van prentenboeken. Naarmate de kinderen ouder worden lezen ze langer tot maximaal 30 minuten. Naast technisch lezen en het maken van leeskilometers wordt in de klas aandacht besteed aan de leesinstructie en begrijpend lezen. In groep 1 en 2 wordt gestart met het voorbereidend leesonderwijs waarbij we aandacht besteden aan het fonemisch bewustzijn. Hierbij moet u denken aan luisteren, rijmen, woorden nazeggen en het herkennen van klanken en letters. In groep 3 zien we vaak grote verschillen. Hiermee wordt gedifferentieerd omgegaan. Een voorsprong is niet meteen een indicatie voor hoogbegaafdheid. Bij een achterstand is dit niet meteen een zorgindicatie. Vaak is er sprake van een ontwikkelingsvoorsprong of achterstand die ingelopen wordt. Signalering van leesproblemen. Een aantal kinderen laat al vroeg signalen zien van leesproblemen. We proberen deze problemen vroegtijdig te signaleren om kinderen dan op een goede wijze te kunnen helpen. In groep 1 en 2 observeren we de leerlingen en maken gebruik van de toetsen uit de map fonemisch bewustzijn, de kleutertoetsen uit het protocol leesproblemen en dyslexie en de toetsen van het Cito leerlingvolgsysteem. Wanneer blijkt dat kinderen hierop uitvallen wordt een periode intensief geoefend met de oefeningen uit de map fonemisch bewustzijn onder begeleiding van een onderwijsassistente. In groep 3 gebruiken we de methode Veilig Leren Lezen. Hierin zijn de signaleringen uit het protocol leesproblemen en dyslexie opgenomen. Deze signaleringen geven ons voldoende informatie om gerichte interventies te kunnen plegen. Deze interventies zijn de oefeningen die we doen om het lezen van de leerlingen te verbeteren. Dit wordt besproken met ouders en vastgelegd in een groepsplan. Op de Lisdodde maken we gebruik van observaties, methode gebonden toetsen en de toetsen van het leerlingvolgsysteem om de leerlingen te kunnen volgen. We kunnen de leesontwikkelingen van een leerling volgen en indien nodig ingrijpen en hulp bieden of naar boven differentiëren. 14
S C H O O L G I D S
De scores van het leerlingvolgsysteem gaan met het rapport mee naar huis. We oefenen en trainen met programma’s als Connect en Ralfi indien leerlingen uitvallen met lezen. Wanneer blijkt dat al deze hulp niet voldoende is, kan worden besloten de hulp van een externe deskundige in te roepen. Wanneer sprake is van een aantal perioden met onvoldoende resultaat en blijkt dat oefenen onvoldoende resultaat heeft opgeleverd, kan er sprake zijn van dyslexie. Wanneer spreken we van dyslexie? De Stichting dyslexie Nederland hanteert de volgende definitie: Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of het spellen op woordniveau. Dyslexie is er in verschillende vormen en in verschillende gradaties. Dyslexie proberen we zo vroeg mogelijk op te sporen zodat we de juiste hulp kunnen bieden. Dit is echter niet altijd mogelijk. Zo zijn er kinderen die hun dyslexie zeer goed kunnen camoufleren en/of compenseren. Deze kinderen ondervinden vaak in mindere mate hinder van hun dyslexie dan de kinderen met ernstige dyslexie maar hebben er wel last van. Enkele kenmerken van dyslexie zijn: - een kind heeft moeite de namen van kinderen uit de klas te onthouden; - een kind vindt het moeilijk kleuren te onthouden; - vaak komt het voor in de familie; - hardnekkig letters blijven verwisselen (d-b). Het vaststellen van dyslexie gebeurt niet door de leerkracht of ib-er. De leerkracht kan het wel signaleren en bespreekt dit eerst met de ouders en de intern begeleider. Daarna kan de deskundigheid ingeroepen worden van een orthopedagoog of psycholoog. Deze doet dan een onderzoek en kan eventueel dyslexie vaststellen. Wanneer er sprake is van dyslexie wordt een dyslexieverklaring afgegeven. Deze is niet alleen op de basisschool geldig, maar ook in het voortgezet onderwijs. De nieuwste ontwikkelingen zijn dat de onderzoeken naar ernstige enkelvoudige dyslexie worden vergoed door de zorgverzekeraar. De school stelt een leerling-dossier samen om het vermoeden van ernstige dyslexie bij een leerling te onderbouwen. Vervolgens kunnen de ouders hun kind aanmelden bij een dyslexiebehandelaar voor diagnose en behandeling. Meer hierover kunt u lezen op de site www.steunpuntdyslexie.nl.
15
S C H O O L G I D S
Dyslexie en dan? Wanneer dyslexie is vastgesteld bij uw kind dan worden de gegevens uit het onderzoek bestudeerd door de leerkracht en de intern begeleider. Op grond hiervan wordt een dyslexiepaspoort opgesteld. Hierin wordt vastgelegd welke hulp we gaan bieden, wat er geoefend gaat worden en waarbij uw kind eventueel een hulpmiddel mag gebruiken, of dat teksten vergroot worden aangeboden. In sommige gevallen mogen leerlingen op grond van hun verklaring gebruik maken van hulpmiddelen zoals een “Daisy speler” of een laptop. Dit doen we echter na zorgvuldige afweging wat voor dit kind het beste is. We willen ieder kind op de juiste wijze helpen. Hulpmiddelen worden in principe vanaf groep 6 gebruikt. Wanneer dit het geval is, wordt dit door de leerkracht en de intern begeleider besproken. De uiteindelijke beslissing ligt bij de directie. We hebben op onze school voor kinderen met zware dyslexie laptops aangeschaft. Op deze laptops staat het programma Sprint Plus. Met dit programma kunnen kinderen teksten laten voorlezen. Ze zien de tekst op het scherm. In het schooljaar 2007 – 2008 zijn we gestart met een pilot, in het schooljaar 2008 – 2009 is de pilot verder uitgebreid. Er zijn ongeveer 20 kinderen, die gebruik maken van “Sprint Plus”. Op dit moment is er een laptop voor alle kinderen van groep 6, 7 en 8 met zware dyslexie. Ook hierbij wordt de beslissing genomen op grond van de dyslexieverklaring door leerkracht, intern begeleider en directie. We zijn in 2014 begonnen met het programma Kurzweil op een aantal laptops, maar dat is nog in ontwikkeling. Op de Lisdodde is een werkgroep dyslexie geformeerd, bestaande uit ouders en leerkrachten. Zij hebben zich ingezet om de documenten geschikt te maken voor het programma “Sprint Plus” en later Kurzweil. Ook spelen zij een belangrijke rol bij het in gebruik nemen ervan door de kinderen.
16
S C H O O L G I D S
Hoogbegaafdheid op de Lisdodde. Op onze school zitten zo’n 550 leerlingen. Deze leerlingen zijn heel verschillend. Er zullen bij ons op school ongetwijfeld ook kinderen zijn die hoogbegaafd zijn. Het ministerie zegt hierover het volgende: Volgens statistische gegevens zou in Nederland 2,5% van de bevolking hoogbegaafd moeten zijn. In het basisonderwijs wordt echter bij een lager percentage leerlingen vastgesteld dat ze hoogbegaafd zijn. Dit lijkt erop te wijzen dat signalering van hoogbegaafde leerlingen niet eenvoudig is. Zowel cognitieve en sociale competenties en vaardigheden op het gebied van muziek, dans en/of sport spelen een rol. De vraag is hoe hoogbegaafdheid in een vroeg stadium is vast te stellen. Daarnaast schiet de ondersteuning voor hoogbegaafde leerlingen tekort. Dit blijkt uit onderzoek van de Radboud Universiteit Nijmegen (mei 2007). De ondersteuning is te laat en te weinig structureel ingebed in de leerprocessen. Met name in de onderbouw van het primair onderwijs remt dit hoogbegaafde leerlingen in hun ontwikkeling en leerproces. Of ze gaan zelfs onderpresteren. Wanneer we deze percentages hanteren zou dat betekenen dat ongeveer 15 leerlingen hoogbegaafd zouden moeten zijn. Het aantal leerlingen dat als hoogbegaafd is gesignaleerd, ligt ook op onze school iets lager. Begaafd, meer begaafd of hoogbegaafd? Om te weten welke aanpak voor het kind het beste is, moeten we weten over welke vorm van begaafdheid we het hebben. Er zijn diverse vormen van begaafdheid. Begaafde kinderen zijn die kinderen die de aangeboden lesstof goed aankunnen en alle toetsen bijna foutloos maken. Eenzijdig begaafde leerlingen zijn leerlingen die uitblinken in één vakgebied bijvoorbeeld rekenen. Meer begaafde leerlingen zijn leerlingen die op meerdere gebieden uitblinken. Voor het begrip hoogbegaafdheid kunnen we in de literatuur verschillende definities vinden. Wij hanteren de volgende: “Een kind is hoogbegaafd, wanneer het op school uitzonderlijke prestaties levert ofwel in staat moet worden geacht om op school uitzonderlijke prestaties te leveren.” Het kind moet in ieder geval voldoen aan de volgende persoonskenmerken: Een hoge intelligentie (hoog IQ) Doorzettingsvermogen (taakgerichtheid) Creativiteit
model Mönks
Deze kunnen alleen met de juiste stimulering tot ontwikkeling komen. Daarbij spelen school, vrienden en gezin een rol.
17
S C H O O L G I D S
Signalering: Het signaleren van hoogbegaafde leerlingen gebeurt in veel gevallen al in groep 1. Soms komen ouders zelf met de nodige informatie. In andere gevallen signaleert de leerkracht van groep 1 al snel dat een kind een opvallend grote woordenschat heeft, een uitzonderlijk goed geheugen, creatief is in het bedenken van oplossingen voor problemen, een brede interesse heeft en soms zelfs al kan lezen of rekenen. De diagnose kan niet door de leerkracht gesteld worden. Wel kan een vermoeden van hoogbegaafdheid worden uitgesproken. De observaties worden met ouders besproken. In sommige gevallen wordt pas later ontdekt dat een kind hoogbegaafd is. Dit komt dan bijvoorbeeld pas tot uiting in groep 3 of indirect doordat een kind gedragsproblemen heeft doordat het zich verveelt en onderpresteert. In het schooljaar 2010 – 2011 zijn we gestart met de invoer van het Sidi R, een protocol voor het signaleren en diagnosticeren van intelligente en (hoog)begaafde kinderen. Samenvattend: Een goede diagnose is noodzakelijk, waarbij de hulp van de intern begeleider, de directeur en eventueel andere deskundigen noodzakelijk is. Een formele diagnose van hoogbegaafdheid kan alleen maar door een deskundige (orthopedagoog of psycholoog) worden vastgesteld n.a.v. een onderzoek. Uw kind is hoogbegaafd en dan? Wanneer duidelijk is dat een kind hoogbegaafd is, moet er voor dit kind een plan van aanpak komen. We werken al enkele jaren met “Levelwerk” waarin een leerlijn voor deze leerlingen is opgenomen. De groepsleerkracht maakt samen met de intern begeleider een voorstel en bespreekt dit ook met de ouders van het kind. De uitgangspunten van onze school bepalen de opzet van het plan. De uitgangspunten van onze school hebben we hieronder geformuleerd. Het kind blijft voor het merendeel van de dag in zijn eigen jaargroep. Toelichting: De hoogbegaafde kinderen hebben veelal problemen op het sociaal emotionele vlak. Het kind heeft er baat bij met leeftijdsgenoten om te kunnen gaan of zelfs leren daarmee om te gaan. Spel en sport zijn voor deze kinderen belangrijke onderdelen. Niet steeds meer en moeilijker leerstof, maar vooral andere leerstof. Hiervoor hebben we “Levelwerk” aangeschaft en voor de kleuters de “Slimme kleuterkist”. Toelichting: Het hoogbegaafde kind leert anders en sneller. We laten de kinderen wel meedoen met de toetsen om te kunnen zien of de verplichte lesstof inderdaad wordt beheerst. Daarnaast is het kind verplicht verder te werken op zijn / haar niveau. Dit wordt ook beoordeeld. Een uitzondering maken we voor het vakgebied rekenen. Indien een kind meer dan een jaar verder is op het gebied van rekenen, kan hij of zij instructie in een hogere groep volgen. Laat het kind zelf meedenken over hoe er dagelijks gewerkt moet worden. Toelichting: Het kind moet inzicht krijgen in methodieken en werkwijzen, dan kan het kind ook zelf keuzes maken en verantwoordelijk zijn voor het werk. Het kind moet gemotiveerd blijven werken aan zijn of haar ontwikkeling. Dit zit ook verweven in de werkwijze van “Levelwerk”. 18
S C H O O L G I D S
Wat doen we met hoogbegaafde en begaafde leerlingen op de Lisdodde? In het schooljaar 2010 – 2011 zijn we gestart met de invoer van “Levelwerk”. Hierbij wordt de leerling aangesproken op zijn eigen niveau en leert de leerling leren. De vorderingen van de leerlingen worden beoordeeld en besproken met de leerling en met de ouders. Er is een kans dat een leerling in groep 8 de lesstof voor een bepaald vakgebied doorlopen heeft, dan is er echter ook nog een extra “Level”. De leerlingen blijven steeds deelnemen aan een aantal klassikale activiteiten. Zo doen ze gewoon mee met wereldoriëntatie, gym, verkeer, muzikale vorming. Wel wordt soms van de hoogbegaafde leerling gevraagd een deel van de les voor te bereiden en te presenteren zodat de benadering van de les wel anders is. Onze taalmethode biedt veel uitdagingen voor de betere leerlingen. Er zijn leuke samenwerkingsopdrachten en diverse opdrachten kunnen leerlingen op hun eigen niveau uitwerken. Het groepsgebeuren is belangrijk. Daarnaast zoeken we uitdaging in bijvoorbeeld een andere taal en / of techniek o.i.d. Uitgangspunt van onze school is dat de leerlingen bij hun leeftijdsgenoten blijven omdat de sociaal emotionele ontwikkeling van deze kinderen heel belangrijk is. Vaak zien we daar juist de knelpunten ontstaan. Differentiatiemodel In het schooljaar 2007 – 2008 hebben we voor de begaafde en hoogbegaafde leerlingen het differentiatiemodel ontwikkeld. Dit model biedt de leerkracht de mogelijkheid de betere leerlingen meer uitdaging te bieden. Wanneer een leerling altijd foutloos zijn toetsen maakt krijgt de leerling, in plaats van oefenwerk, verdiepings- en verrijkingsstof aangeboden. Voor deze leerlingen is dit dan verplicht werk. Het is de bedoeling deze leerlingen uit te dagen en te leren leren. Ook voor deze kinderen moet het werk wel eens pittig zijn. We denken dat het werken met “Levelwerk” een bijdrage kan leveren aan het aanbieden van de juiste lesstof. Veel materiaal uit het differentiatiemodel, zoals rekentijgers en taalmeesters, is terug te vinden in “Levelwerk”. Verder krijgen kinderen de mogelijkheid om instructie van rekenen in een hogere groep te volgen. Zij moeten dan wel op het gebied van rekenen een jaar voorsprong hebben. Voor de kinderen die de leerstof van rekenen van de basisschool helemaal hebben doorgewerkt, hebben we wiskunde via het VO. Ze hebben de boeken en werkboeken op de I-Pad. Ze krijgen twee keer in de week instructie en de andere dagen werken ze zelfstandig verder Naast het Levelwerk, rekenen op eigen niveau en Wiskunde op de I-pad hebben we nog de projectgroep. De begaafde leerlingen werken onder begeleiding van een leerkracht aan projecten die ze aan de leerlingen presenteren en soms ook aan de ouders. Ook komt het voor dat de leerlingen zelf proefjes doen en die dan als les aan hun eigen groep gaan geven. De begaafde leerlingen van groep 8 hebben de mogelijkheid om deel te nemen aan de verrijkingsklas op het Esdal College.
19
S C H O O L G I D S
Een hoogbegaafde leerling is een zorgleerling. Over de groep hoogbegaafde leerlingen kunnen we het volgende zeggen: - alle leerlingen verschillen - dit zijn zorgleerlingen die je steeds weer individueel moet bekijken Ook voor deze groep leerlingen schakelen we, indien nodig, externe expertise in. Vaak is het zo dat deze leerlingen naast het feit dat ze goed kunnen leren, tegen problemen aanlopen. Ook dit verschilt per leerling. Ouders Voor ouders is de hoogbegaafdheid van hun kind veelal een bron van zorg. Het kind kan afwijkende interesses hebben, heeft soms weinig contact met leeftijdgenootjes of vertoont bijzonder gedrag. Waar doet u als ouder goed aan? Is het voor uw kind goed toe te geven aan wat hij of zij wil, of moet u juist sociale contacten stimuleren? Wat mag u van school vragen? Goed contact met ouders is voor ons als school heel belangrijk. Wij informeren u, maar hebben ook uw informatie nodig om, samen met u, de juiste beslissingen te kunnen nemen. Tot slot: De echte hoogbegaafde leerling is in onze ogen een zorgleerling. Iedere leerling is uniek en zal dan ook steeds weer persoonlijk bekeken worden.
20
S C H O O L G I D S
Kwaliteitsverbetering: De Lisdodde is een basisschool waar kwaliteit hoog in het vaandel staat. Door hoge eisen aan kinderen en aan de leerkrachten te stellen, is er direct invloed op de kwaliteit van het onderwijs op school. Het steeds weer verbeteren van de kwaliteit begint al met het leerproces van jonge kinderen. Juist bij deze groep wordt de grondhouding gelegd t.a.v. leren. We geven een aantal duidelijke voorbeelden van hoe we de kwaliteit van ons onderwijs aan jonge kinderen bewaken en indien noodzakelijk verbeteren! De kwaliteit van het onderwijs aan jonge kinderen bewaken en verbeteren we door: Cito-toetsen voor de belangrijkste taal/reken begrippen in groep 2; het volgen van de sociaal-emotionele ontwikkeling in alle groepen m.b.v. KOL (kleuter observatie lijst) en SCOL (sociale competentie observatie lijst); de weergave van observaties, ontwikkelingen en toetsresultaten in een rapport vanaf groep 1; taal/leeshoek voor de kinderen in de groepen 1 en 2 die graag willen leren lezen; het werken met de geïntegreerde methode Schatkist voor taal en rekenen, waardoor de kleuter een doordacht aanbod krijgt van leeractiviteiten; het werken met materialen voor techniek op de basisschool; het werken met “Levelwerk” en de “Slimme Kleuter Kist
Werken met verbeterplannen: De Lisdodde werkt aan de eigen kwaliteit m.b.v. verbeterplan. De school werktt aan verbeterplannen op het gebied van: - de kwaliteitszorg - het invoeren en werken met groepsplannen - verbeterplan spelling - begeleiden van (hoog) begaafde leerlingen Hierin worden we begeleid door Cedin educatieve dienstverlening.
21
S C H O O L G I D S
5
De leerkrachten
Gedurende de schooljaren 1995-1996 en 1996-1997 hebben de leerkrachten samen met directie, ouders en kinderen gesproken over de invulling van zelfstandig werken. Uiteindelijk is gekozen voor de koers van een Daltoniserende school met in het schooljaar 1997-1998 de aanvraag voor het Daltoncertificaat. Vanaf mei 1998 is de Lisdodde een erkende Daltonschool. In het schooljaar 2013 – 2014 is de school opnieuw gevisiteerd en is het Dalton certificaat verlengd. Opnieuw zijn er gesprekken gevoerd met ouders en leerlingen over het onderwijs. De leerkrachten hebben gezamenlijk het volgende ontwikkeld: - de afsprakenmap - de leerkrachtenmap - de Daltonmap - de map portfolio - de groepsleerlingvolgmap De afsprakenmap: Alle leerkrachten hebben een afsprakenmap. De belangrijkste regels en afspraken komen in de afsprakenmap. Ook formulieren zoals “overdrachtsformulieren en intake-formulieren voor een leerlingbespreking” bevinden zich in de afsprakenmap. Deze map is in 2010- 2011 vervangen door de digitale afsprakenmap. De leerkrachtenmap: De lesvoorbereiding (wekelijks of dagelijks) komt in deze map. Alle leerkrachten bereiden hun weekplanning schriftelijk voor. De zorg voor leerlingen wordt hierin speciaal vermeld in de zorglijn of het groepsplan. De Daltonmap: In deze map bewaren de leerkrachten alle afspraken en belangrijke informatie over het Daltononderwijs op de Lisdodde. De map portfolio: Deze map is speciaal voor de leerlingen. In deze map komen tekeningen, werkstukken en verhalen van het kind. Het kind en de leerkracht proberen middels deze map een andere benadering van de ontwikkeling van het kind te geven dan het rapport. Foto’s mogen natuurlijk niet ontbreken. Het rapport blijft natuurlijk wel gehandhaafd. De groepsleerlingvolgmap: Deze map wordt nog maar weinig gebruikt. We zijn overgegaan tot het digitaal opslaan van alle toets gegevens, onderzoeksgegevens en andere informatie van de kinderen. Wel zijn er nog leerkrachten die er gebruik van maken, zodat ze alles direct bij de hand hebben.
22
S C H O O L G I D S
De leerkracht werkt aan ……………………… De leerkracht krijgt minimaal één keer per jaar de directeur in zijn of haar klas. Gezamenlijk worden dan ideeën, problemen, aandachtspunten en vragen doorgenomen. De klassenbezoeken behoren tot de verantwoordelijkheid van de directeur en daaraan gekoppeld worden de functioneringsgesprekken of beoordelingsgesprekken gehouden. Leerlingenzorg Het actuele zorgplan van de Lisdodde staat op het extern bureaublad dat voor alle leerkrachten beschikbaar is. De lijn van toetsen naar handelingsplannen en eventuele hulp van de intern begeleider of het basisteam is voor alle leerkrachten duidelijk (ook als zodanig vastgelegd). De intern begeleider komt regelmatig in de klassen en geeft daar waar nodig, de leerkracht ondersteuning. M.b.t. leerlingzorg onderscheiden we: - handelingsplan - eigen leerlijn - groepsoverzichten met bijbehorende groepsplannen Het onderwijskundig rapport: Bij wisseling van school of bij de aanmelding voor het voortgezet onderwijs wordt er over het kind een onderwijskundig rapport opgesteld. De ouders krijgen ook de inhoud van dit onderwijskundig rapport te zien. Bij de aanmelding voor het voortgezet onderwijs moet het onderwijskundig rapport ook door de ouders ondertekend worden. Op school is altijd een kopie van het onderwijskundig rapport aanwezig. Bereikte resultaten per schooljaar. De intern begeleider heeft een digitaal archief met de resultaten per groep per leerjaar. Met het team en de M.R. worden de hoofdzaken van deze resultaten jaarlijks besproken. De resultaten voor lezen, taal en rekenen zijn op niveau, m.a.w. de kinderen scoren rond het landelijk gemiddelde. De laatst behaalde scores op de landelijke Cito-eindtoets zijn als volgt: -
schooljaar 2005-2006: 536,2 schooljaar 2006-2007: 537,1 schooljaar 2007-2008: 534,7 schooljaar 2008-2009: 537,8 schooljaar 2009-2010: 537,0 schooljaar 2010-2011: 536,5 schooljaar 2011-2012: 540,7 schooljaar 2012-2013: 536,6 schooljaar 2013-2014: 535,9
landelijk gemiddelde: 535,0 landelijk gemiddelde: 535,1 landelijk gemiddelde: 534,5 landelijk gemiddelde: 535,0 landelijk gemiddelde: 534,9 landelijk gemiddelde: 535,1 landelijk gemiddelde: 537,1 landelijk gemiddelde: 534,7 landelijk gemiddelde: 534,4
23
S C H O O L G I D S
Vervanging/verlof van leerkrachten Leerkrachten kunnen wel eens ziek worden of recht hebben op een verlofdag. In die gevallen moet er tijdig vervanging geregeld worden. Dit gebeurt in en na overleg met het Schoolbestuur Afdeling Onderwijs van onze gemeente. Ook hebben alle leerkrachten recht op compensatieverlof (vroeger a.d.v. genoemd). De invulling hiervan vindt plaats binnen de reguliere formatie. Op basis van een jaarrooster vullen groepsleerkrachten van de eigen school de vervanging bij compensatieverlof in. Scholing Ook leerkrachten “leren”. In de eerste plaats van en met elkaar. Daarnaast is her-/bijscholing nodig. Iedereen moet “bij blijven” en er beter van worden. De scholing moet een doel hebben voor leerkracht en school. Bij het maken van keuzes is een aantal factoren medebepalend: eigen wensen en behoeften, functioneringsgesprekken, klassenbezoeken, coaching en scholingsbehoeften. Het merendeel van het team heeft de scholing tot Daltonleerkracht gehad. Nu richt het team zich op de begeleiding van begaafde en hoogbegaafde kinderen. Hierbij worden we begeleid door Cedin educatieve diensten. Ook krijgt het team begeleiding bij het verbeteren van het geven van een goede instructie. Een lid van het basisteam komt regelmatig in de groepen om videoopnames te makenen die hij dan met de leerkracht gaat bespreken. Ook hier geldt de zegswijze: “Leren doe je een leven lang!” De school verwerkt de nascholing in het schoolplan en de jaarplannen. Stage/Pabo Onze school kent een stageverplichting voor studenten van de Pedagogische Academie voor het Basis Onderwijs (PABO) onderdeel van de Stenden Hogeschool. Ook zijn er studenten van ander opleidingen die stage lopen op onze school. Zo kennen we stagiaires van de SAW en diverse sportopleidingen zoals het Drenthe College. Van diverse scholen voor voortgezet onderwijs wordt bij ons op school de maatschappelijke stage of de snuffelstage vervuld. De eindverantwoordelijkheid voor stageplaatsen ligt in alle gevallen bij de directie van de school. Communicatie Op de Lisdodde is communicatie een gevleugeld woord. De leerkracht wil een goed contact met de ouders/verzorgers en kind opbouwen. Samen werken we aan een fijne leertijd voor elk kind. Bij problemen neemt de leerkracht altijd contact met de ouders op en omgekeerd verwachten wij hetzelfde van de ouders.
24
S C H O O L G I D S
6
De ouders
De ouders zijn nauw betrokken bij het onderwijs aan hun kind(eren). De afwisseling tussen klassikale lessen en zelfstandig werken tijdens het werkuur is herkenbaar en spreekt menig ouder aan. In het schooljaar 1996-1997 heeft de M.R. waarin de ouders vertegenwoordigd worden, zich unaniem uitgesproken voor een Daltonschool. Contacten tussen de Lisdodde en de ouders: - Het eerste contact met nieuwe ouders is vaak het intakegesprek. - Jaarlijks houdt de leerkracht van de groep van uw kind een informatieavond. - Twee keer per jaar is een inloopavond. - Twee keer per jaar is er een open dag / uur. - Drie keer per jaar een contactavond. - Bij leerproblemen, gedragsproblemen of motorische problemen hebben de ouders regelmatig gesprekken met de leerkracht. Ook kunnen er dan gesprekken plaatsvinden met de intern begeleider, de directeur, externe deskundigen of de vakleerkracht bewegingsonderwijs. - Periodevieringen en musicals: Jaarlijks wordt door de leerlingen opgetreden op het podium in het hoofdgebouw. Groep 1 t/m 6 heeft 2x per jaar een periode viering, - Groep 7 en 8 een musical. Zie hiervoor de kalender op de website. - Enquête voor de ouders van groep 3 en 7. Intakegesprek: Voor nieuwe ouders heeft de directeur of de adjunct directeur plm. anderhalf uur de tijd voor het intakegesprek (ook voor oriënterende ouders!). Een bewuste keuze voor een dergelijke tijdsinvestering: wij willen de ouders een reëel beeld van onze school schetsen. Tijdens het intakegesprek laten we de dagelijkse gang van zaken zien in de school, maar ook een globale weergave van het Daltoniserend onderwijs, het volgen van de leerlingen en de cultuur op school. Informatieavond: Alle ouders van groep 2 en 4 t/m 8 krijgen in het begin van het schooljaar een uitnodiging voor een informatieavond. De leerkracht van de inloopgroep geeft meerdere keren per jaar een informatieavond voor de ouders van toekomstige leerlingen. De andere groepen 1 hebben aan het begin van het schooljaar hun informatieavond. Voor de ouders van groep 2 is er aan het eind van het schooljaar een informatieavond over het onderwijs in groep 3. De overgang van groep 2 naar groep 3 wordt met de ouders besproken. Met name zijn deze ouders geïnteresseerd in het toekomstige leren lezen van hun kinderen. In grote lijnen krijgen de ouders hierover de benodigde informatie. Met de ouders van groep 4, 5 en 6 worden de toetsen en methoden en werkwijze besproken. Bijvoorbeeld de methode gebonden toetsen en Cito-toetsen voor het leerlingvolgsysteem. Met de ouders van groep 7 wordt de werkwijze van groep 7 en de Cito-entreetoets besproken. Met de ouders van de leerlingen van groep 8 hebben we een iets andere informatieavond. Er wordt kort ingegaan op eventuele bijzonderheden in het schooljaar zoals het schoolkamp en de Cito eindtoets. Daarnaast zijn er docenten van het VO aanwezig om te vertellen hoe het in het voortgezet onderwijs gaat.
25
S C H O O L G I D S
Open dag / uur: Op de kalender staat een enkele keer “open dag”. De ouders / verzorgers, maar ook kennissen, vrienden en familieleden mogen dan van 9.00 uur tot 10.00 uur alle groepen bezoeken van de school. De meeste ouders / verzorgers bezoeken eerst de groepen van hun eigen kind(eren), daarna is er altijd de mogelijkheid om andere groepen te bezoeken. Contactavond: In iedere groep worden 3x per jaar de contactavonden gehouden. Vooraf hebben de ouders tien minuten de tijd om de portfoliomap van hun kind te bekijken (het rapport is voor het contactgesprek al in het bezit van de ouders/kind). De ouders worden dan uitgenodigd de vorderingen van hun kind met de leerkracht te bespreken. Aan het eind van groep 8 is de contactavond facultatief. Op de contactavond aan het eind van groep 7 worden de resultaten van de Cito entreetoets en het voorlopig advies besproken. Samen met de uitslag van de Cito-entreetoets krijgt de leerling in groep 7 een voorlopig schooladvies voor het voortgezet onderwijs. In groep 8 volgt een bijzondere contactavond. Op deze avond worden de resultaten van de Cito-eindtoets en het schooladvies besproken samen met de ouders en het kind. Gezamenlijk wordt door kind, ouders en leerkracht de definitieve keuze bepaald voor het voortgezet onderwijs. Periodevieringen en musicals: Regelmatig is er een periodeviering (zie kalender!). Bij een periodeviering doen de kinderen op het podium o.a. het volgende: - liedjes zingen - gedichtjes - playback - toneel - kunstjes - dans De periodeviering vindt plaats in het speellokaal en in de hal van de hoofdlocatie. Ouders / verzorgers, maar ook opa’s, oma’s en vrienden mogen dan komen kijken. Dus u bent welkom. Wij verzoeken u om kleine kinderen, die bij u zijn, op schoot of naast u mee te laten kijken. Wanneer deze kinderen gaan spelen wordt het te rumoerig. Dit gaat ten koste van de periodeviering. I.v.m. de veiligheid mogen er geen toeschouwers in de gang zitten of staan. De periode viering wordt gehouden in de groepen 1 t/m 6. Er treden steeds twee groepen tegelijk op. De groepen 7 en 8 voeren jaarlijks een musical op. Groep 8 aan het eind van het schooljaar, groep 7 met kerst (zie kalender voor de data).
26
S C H O O L G I D S
Een gesprek met ouders / verzorgers Bij onze school hebben we enkele afspraken gemaakt m.b.t. de gesprekken met ouders: - de leerkracht maakt een inschatting of van het gesprek een verslag gemaakt moet worden; - het verslag wordt gearchiveerd en tevens aan de ouder uitgereikt; - we evalueren altijd met de ouders de gemaakte afspraken; - aan het eind van het gesprek vragen de leerkrachten standaard aan de ouder of deze tevreden is over de gespreksvoering en of de ouder zich begrepen voelt. Schoolreis: Jaarlijks wordt er voor de leerlingen een zomerfeest of schoolreis georganiseerd. Hiervoor wordt een bijdrage van de ouders gevraagd. De hoogte van dit bedrag wordt jaarlijks vastgesteld. Data worden bekend gemaakt in de kalender. Het zomerfeest en de schoolreis maken deel uit van het reguliere onderwijs programma. Mocht een leerling hieraan niet kunnen deel nemen dan is de leerling wel verplicht naar school te gaan, waar dan vervangende activiteiten voor de leerling worden aangeboden. Ouderparticipatie Wij vinden het van groot belang, dat er een goed contact bestaat tussen de school en de ouders. Het werkt motiverend voor kinderen als zij merken dat hun ouders belangstelling hebben voor en betrokken zijn bij hetgeen zij dagelijks op school doen. Bij diverse activiteiten binnen de school en de groepen kan de hulp van ouders heel belangrijk zijn. Onder andere bij het begeleiden van excursies, helpen bij de creatieve uren, sportevenementen, overblijven. Daarom zijn er de volgende werkgroepen gevormd: Sinterklaas Knutselen Bibliobus Computer Kerst Verkeer Pasen Zomerfeest ICT Dyslexie/Sprint Hoogbegaafdheid Informeert u eens, want alle hulp is welkom!
27
S C H O O L G I D S
Medezeggenschapsraad (M.R.) en Ouderraad (O.R.) De M.R. bestaat uit een oudergeleding en een teamgeleding. De M.R. heeft een beleidsmatige taakstelling. Zij bepaalt mede de inhoud en de organisatie van het onderwijs op school. De directie maakt geen deel uit van de M.R., maar heeft een adviserende taak. Leden van de M.R. worden gekozen voor een periode van 2 jaar. De O.R. bestaat uit ouders. Leerkrachten en directie kunnen geen deel uitmaken van deze oudervertegenwoordiging. Zij hebben een adviserende taak. Leden van de O.R. worden gekozen voor een periode van 3 jaar. Zij houden zich bezig met allerlei praktische zaken binnen de school. Ook beheren zij de oudergelden en leggen daarover verantwoording af aan ouders op de jaarlijkse thematische ouderavond. Dan vinden ook de verkiezingen plaats. De thematische ouderavond wordt gehouden in de vorm van een markt. De M.R. en de O.R. overleggen met elkaar en houden elkaar op de hoogte en vergaderen minimaal 2x per jaar gezamenlijk. De O.R. en de M.R. vergaderen één keer per maand. De vergaderingen zijn openbaar, tenzij anders is aangegeven. De agenda en de notulen hangen op de prikborden in de hallen van de drie locaties. Op de thematische ouderavond wordt verslag gedaan van de werkzaamheden van de O.R. en de M.R. We denken aan: - financieel verslag (ouderbijdrage + schoolreizen) - verslag activiteiten afgelopen schooljaar - verkiezing nieuwe leden M.R. en O.R. (de zittende leden kunnen herkozen worden) - verkiezing kascommissie en verslag kascontrole - goedkeuring begrotingen en jaarverslagen. De thematische ouderavond wordt gehouden in de vorm van een markt die een informatief karakter heeft. Ouderbijdrage: De ouderbijdrage wordt vastgesteld op de thematische ouderavond. Het is voor de school een heel belangrijke bron van inkomsten. Van de penningmeester van de O.R. krijgt u een brief hierover (zie ook blz. 28) Participatiewebshop: Tegemoetkomingen gemeente De gemeente Emmen biedt extra ondersteuning aan huishoudens met een laag inkomen. Als u tot deze doelgroep behoort, kunt u gebruik maken van een aantal regelingen. Met de 'participatieregeling schoolgaande kinderen' kunnen ouders met een minimuminkomen een budget krijgen voor allerlei activiteiten voor hun schoolgaande kinderen tussen de 4 tot 18 jaar. Dit budget moet worden besteed in de webshop. Een aantal producten, zoals de schoolreis en de ouderbijdrage, kunt u op deze site vinden. Voor meer informatie: participatiewebshopemmen.nl
Sponsoring: De Lisdodde wordt niet gesponsord. Indien zich een dergelijke mogelijkheid voordoet, wordt het beleid van het bevoegd gezag van de gemeente Emmen t.a.v. sponsoring gevolgd. 28
S C H O O L G I D S
Scheiding ouders: De Lisdodde is een school met plm. 550 leerlingen. Er zijn kinderen van wie de ouders gescheiden zijn. Soms wettelijk gescheiden, maar er zijn ook ouders die ieder apart gaan wonen zonder een officiële scheiding. De school krijgt regelmatig de vraag: “Hoe verloopt nu de informatie over school en / of de kinderen?” We hebben daarover een duidelijk standpunt ingenomen: de school geeft de informatie mee aan het kind / de kinderen, zodat het altijd komt op de plek van de verzorgende ouder; de ouder / verzorger die deze informatie ontvangt is verantwoordelijk voor het doorgeven aan andere belanghebbenden; we kunnen onmogelijk dubbele contactavonden organiseren voor gescheiden ouders / verzorgers; een extra afspraak kan alleen geregeld worden via de directeur, waarbij sprake is van een uitzonderingssituatie (zie tekst hieronder!). Het onderling verstrekken van informatie over de kinderen is in eerste instantie een verantwoordelijkheid van de gescheiden ouders zelf, maar de school is wel verplicht informatie over het kind aan beide ouders te verstrekken. De school bepaalt de wijze waarop de informatie wordt verstrekt. M.a.w. men spreekt zelf af wie er naar de contactavonden gaat. Bijvoorbeeld men gaat samen naar de contactavonden of de moeder gaat naar de eerste contactavond en de vader gaat naar de tweede contactavond. Het is voor ons als school niet zozeer dat we geen extra moeite willen doen, maar het is een tijdrovende zaak, indien we in het geval van gescheiden gezinnen, de informatie over school en over het kind naar beide gescheiden ouders moeten sturen. Waarbij we nog niet genoemd hebben dat er in sommige situaties zelfs wettelijke regelingen zijn, waar we ons als school strikt aan moeten houden. Er kunnen situaties zijn, waarbij de bovenstaande oplossingen niet haalbaar zijn. In zo’n situatie moet er contact opgenomen worden met de directeur dhr. A. Koopman en kan er naar een oplossing gezocht worden. Het mededelingenblad en andere informatieve zaken kunnen ook op internet gelezen worden: www.obs-lisdodde.nl Ook hangt er op alle locaties het mededelingenblad op de prikborden. Tot slot hebben we het protocol “gescheiden ouders”. Het protocol is gemaakt om duidelijkheid te geven aan ouders en leerkrachten m.b.t. de communicatie over het kind bij scheiding. Kalender, mededelingenblad en website. Om u als ouders op de hoogte te houden van alles wat er speelt op school geven we de leerlingen jaarlijks een kalender mee. Daarnaast houden we u tweewekelijks op de hoogte d.m.v. het mededelingenblad. De kalender, het mededelingenblad en ander belangrijke informatie vindt u tevens terug op onze website. www.obs-lisdodde.nl
29
S C H O O L G I D S
7
De ontwikkeling van het onderwijs in de school
Daltononderwijs op de Lisdodde: We moedigen de kinderen aan om zelf aan de taken te beginnen. Ook in andere onderwijsleersituaties stimuleren we de kinderen dingen te doen waar ze goed in zijn. Bij de kinderen benadrukken we het goede en niet de fouten. Vanuit een positieve begeleiding en waardering leren we de kinderen al vanaf groep 1 hoe het zelfstandig werken gestalte moet krijgen. Zelfstandig werken is op de Lisdodde werken aan taken, waarbij de kinderen zelfstandig aan de slag gaan, elkaar mogen helpen, zelf kiezen hoe ze de taken willen maken (alleen of met een groepje), zelf de volgorde van de taken bepalen, zelf op het takenbord en op het takenblad registreren wat er afgemaakt is! Hieronder de opbouw van taakwerk per groep: Groep 1: Het kind in groep 1 wordt in het begin begeleid om elke week één taakje te maken. Later heeft het kind minder begeleiding nodig en maakt soms meerdere taakjes per week. Groep 2: Per week maken de kinderen twee tot drie taken. Ook zijn er plus taken voor kinderen, die meer aan kunnen. Voor deze kinderen is deze taak verplicht. Sommige kinderen worden door de leerkracht begeleid bij het plannen en maken van hun taken. Groep 3: Na een klassikale start (eerste half jaar) krijgen de kinderen een ochtendtaak, een taak bestaande uit rekenen, taal, lezen en een extra taak. Tijdsduur is ongeveer één tot anderhalf uur. Groep 4: Een dagtaak. Groep 5: Een weektaak. Groep 6: Een weektaak. Groep 7: Een weektaak. Groep 8: Een weektaak. Bij het werken aan taken zijn de dagkleuren belangrijk: • maandag: rood; • donderdag: groen; • dinsdag: blauw; • vrijdag: oranje. • woensdag: geel; De kinderen leren om zoveel mogelijk zelf hun oefenwerk na te kijken. Fouten maken hoort hierbij. Bij het zelf nakijken moeten de leerkracht en de ouders ook accepteren dat kinderen niet altijd foutloos corrigeren. Het nakijken van de toetsen gebeurt altijd door de leerkracht. In de lokalen van de groepen 1 t/m 4 hangen takenborden. In de lokalen van de groepen 5 t/m 8 hangen planborden. De leerkrachten werken m.b.v. de methodes en plannen de leerstof over 36 schoolweken. De methodes van de Lisdodde zijn actueel en voldoen aan de wettelijke kerndoelen. Veranderingen worden in het schoolplan opgenomen. Zowel het schoolplan als het boekje over de kerndoelen kunt op school ter inzage krijgen. Alle extra informatie kunt u bij de directeur verkrijgen. Nieuwe leerstof/technieken/vaardigheden legt de leerkracht aan de gehele groep uit. Het inoefenen of toepassen gebeurt grotendeels tijdens het werken met taken.
30
S C H O O L G I D S
Relatie school en omgeving De Lisdodde hecht grote waarde aan een goed contact met de buren en met overige relaties in de omgeving. Ze betrekt deze bij schoolactiviteiten, maar ook in het kader van sociale controle. We proberen onze positie als buurtschool ook echt invulling te geven. Voorts is er een goed contact in overleg met alle basisscholen in de Rietlanden. Dit geldt eveneens voor het Sociaal Cultureel Werk, de wijkagent en de Trans. De contacten met scholen voor speciaal onderwijs en het voortgezet onderwijs zijn frequent te noemen. Zo ook met de Pabo, de bibliotheek, G.G.D., school- en huisarts, logopedie, schoolmaatschappelijk werk en maatschappelijke instellingen. In dit verband mogen zeker niet ontbreken de diverse relaties, die je als school hebt met afdelingen van het gemeentelijk apparaat. Middels actief P.R.- beleid willen we de relaties open, zinvol en actueel houden. Onze school wil geen “eiland” zijn, maar een democratisch en betekenisvol element van een dynamische samenleving. Dat gaat niet vanzelf, daar moet je met elkaar veel voor doen! Het is de moeite waard! Brede school Het concept Brede School Rietlanden is ontwikkeld door de zes basisscholen, kinderopvang, BSO en welzijnorganisaties. Uitgangspunt is de ontwikkelingskansen voor kinderen en jeugd te vergroten. De Rietlanden heeft ca 10.700 inwoners, voornamelijk jonge gezinnen met opgroeiende kinderen. Voor de jeugd in de wijk is inmiddels een eigen plek gerealiseerd. In het najaar van 2009 werd het multifunctioneel sportveld “De Playground” officieel geopend. Daarnaast worden er op diverse locaties in de wijk naschoolse activiteiten georganiseerd zoals dansen, koken, muziek etc. Ook de Lisdodde is één van deze locaties. Onze school is vertegenwoordigd in de werkgroep Brede School. Het sportwijkteam in de Rietlanden organiseert naast en met de brede school activiteiten voor de jeugd. Ook werken zij mee aan de gymlessen en schoolreizen van onze school.
31
S C H O O L G I D S
8
De resultaten van het onderwijs
Wanneer we spreken over “resultaten” van het onderwijs, zal eerst aangegeven moeten worden welke resultaten we bedoelen. We beogen met ons onderwijsaanbod een bijdrage te leveren aan de ontwikkelingsgebieden van elk kind: cognitief (kennis en inzichten aanbrengen en leren gebruiken), sociaal-emotioneel (leren omgaan met jezelf in relatie tot je omgeving) en motorisch (gericht op bewegingsaspecten). Deze drie gebieden zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ze hebben directe invloed op elkaar. Als we “resultaten” willen verhelderen, moeten we ze dus koppelen aan de mate van ontwikkeling van elk kind. Je zou ook kunnen zeggen: resultaat is het product van het leren. Uiteindelijk moet elk kind naar een vorm van voortgezet onderwijs, die goed aansluit bij zijn of haar mogelijkheden. De Lisdodde probeert het optimale uit elk kind te halen door: 1. onderwijs op maat te bieden 2. goede begeleiding en extra hulp in de klas en buiten de klas te bieden 3. het kind te volgen vanaf groep 1 4. elk kind een eigen portfoliomap te geven met hierin diverse werkstukken van school en van het kind zelf 5. ouders volop inzage te geven in het portfolio, toetsen en taakbladen 6. de cijfers van onze school en de individuele leerlingen te vergelijken met landelijke cijfers (bijv. diverse Cito-toetsen) en die te bespreken in de M.R. Het onderwijs in groep 1: Het kind in groep 1 (vier jaar) moet zich eerst thuis voelen op de Lisdodde. Alle aandacht gaat daar naar uit. Met plezier naar school gaan! De leerkracht introduceert taken en leert kinderen zich vrij en veilig te voelen bij het uitvoeren ervan. In groep 1 en 2 worden de leerlingen geobserveerd m.b.v. de Kleuter Observatie Lijst van Cito. Daarnaast worden in groep 2 de toetsen Rekenen voor Kleuters en Taal voor Kleuters afgenomen. Met de ouders worden de resultaten besproken. De kinderen van groep 1 krijgen een rapport wanneer ze doorgaan naar groep 2. De kinderen werken n.a.v. thema’s (b.v. jaargetijden, feesten) m.b.v. de methode “Schatkist”. Het onderwijs in groep 2: De leerkracht geeft meer vorm aan de taak (max. 3 per week). Daarnaast zijn er keuzetaken en plustaken. Leesonderwijs en Lisdodde Het leesonderwijs is van groot belang voor de leerprestaties van kinderen, daarom begeleiden we de kinderen intensief in hun leesontwikkeling. Het leesonderwijs in groep 2 en 3: De kinderen van groep 2 werken n.a.v. thema’s. Eén van de hulpmiddelen is “Schatkist”. “Schatkist” is de voorloper van “Veilig Leren Lezen”. In groep 3 werkt de leerkracht met de nieuwe versie van “Veilig Leren Lezen”, ondersteund door een computerprogramma en de leerkrachtassistent op het digibord. De kinderen worden in groep 3 regelmatig getoetst, waarbij de leerkracht de resultaten met landelijke gemiddelden vergelijkt. 32
S C H O O L G I D S
Het leesonderwijs in groep 4 t/m 8 Twee keer per jaar krijgen de kinderen een technisch leestoets. Ook hier vergelijkt de leerkracht de resultaten met landelijke gemiddelden. Voor het begrijpend lezen hanteert de Lisdodde vanaf groep 3 Cito-toetsen. De methode Leesestafette is ingevoerd in de groep 4 t/m 8.
Extra tijd voor kinderen tijdens de les: Door het Daltononderwijs heeft de leerkracht tijdens het taakwerk (1 uur tot 1½ uur per dag) tijd om een aantal kinderen te begeleiden.
Extra tijd voor zorgkinderen: De taken van de intern begeleiders zijn vastgelegd in het zorgplan. Als hoofdtaak heeft de intern begeleider het begeleiden van de leerkracht op het gebied van zorgleerlingen. De intern begeleider heeft taakrealisatie voor: - de besprekingen met de zorgcoördinator van het zorgplatform; - het coördineren van extra hulp aan kinderen - het bieden van extra hulp aan kinderen - klassenbezoeken en nascholing. Zorgkinderen zijn kinderen die om wat voor reden dan ook, extra aandacht nodig hebben.
Motorische remedial teaching: Jaarlijks wordt een aantal kinderen intensief begeleid door de vakleerkracht bewegingsonderwijs. Hierbij gaat het om bepaalde motorische problemen. Samen met de ouders ontwikkelt de vakleerkracht een begeleidingsprogramma. De oefeningen vinden plaats in school en thuis.
Verwijzingen naar het speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs: Per schooljaar zijn er soms kinderen die verwezen worden naar de speciale basisschool (in en na overleg met ouders). Dit wordt alleen gedaan in het belang van het kind en indien het verder verblijven op de reguliere basisschool niet meer mogelijk is. Meestal gaat het hierbij om gedragsproblematiek. Het aantal kinderen dat naar de speciale basisschool of speciaal onderwijs is gegaan: 1995 – 1996: 2 2007 – 2008 : 1 1996 – 1997: 1 2008 – 2009 : 1 1997 – 1998: 1 2009 – 2010 : 0 1998 – 1999: 3 2010 – 2011 : 0 1999 – 2000: 1 2011 – 2012: 0 2000 – 2001: 1 2012 – 2013: 0 2001 – 2002: 2 2013 – 2014: 1 2002 – 2003: 0 2003 – 2004 : 2 2004 – 2005 : 2 2005 – 2006 : 2 2006 – 2007: 1 33
S C H O O L G I D S
Eindresultaten na 8 jaar onderwijs: De Lisdodde heeft een evenwichtige uitstroom naar het voortgezet onderwijs. De inspectie heeft in mei 2011 onze school bezocht en beoordeelt de resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode met een voldoende. De uitstroom naar het voortgezet is de laatste schooljaren als volgt:
Schooljaar Vso Pro 2008/2009 1 1% 2009/2010 0 2010/2011
0
2011/2012
0
2012/2013
0
2013/2014
0
BB/KB Met LWO 10 7 18% 12 4 16% 12 3 17% 3 1 4% 11 1 15% 6 6 8% 8%
TL
Havo VWO
Tot.
18 32% 21 28% 24 35% 20 29% 12 16% 16 19%
21 37% 30 41% 20 29% 30 43% 25 34% 37 45%
57
7 12% 11 15% 13 19% 17 24% 26 35% 17 20%
74 69 70 74 82
Proo = praktijk onderwijs LWOO = Leerweg ondersteunend onderwijs VMBO = voorbereidend middelbaar beroeps onderwijs BB = basis beroeps gerichte leerweg KB = kader beroeps gerichte leerweg TL = theoretische leerweg HAVO = hoger algemeen voortgezet onderwijs VWO = voorbereidend wetenschappelijk onderwijs
34
S C H O O L G I D S
9
Bijlagen
Urenberekeningen per groep en de vakanties en vrije dagen
Urenberekening groep 1 Aantal klokuren per week :
17.45 52x 923.00 klokuren(a)
Vakanties Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Meivakantie Zomervakantie
Eerste dag 11-10-2014 20-12-2014 21-02-2015 02-05-2015 04-07-2015
Laatste dag Aantal Klokuren 19-10-2014 17.45 04-01-2015 35.30 01-03-2015 17.45 10-05-2015 17.45 16-08-2015 106.30 Totaal 195,15 klokuren (b)
Vrije dagen Goede vrijdag Paasmaandag Koningsdag Hemelvaart Vrijdag opvolgend Pinksteren Scholingsdag team
Teamdag
Datum 03-04-2015 06-04-2015 27-04-2015 14-05-2015 15-05-2015 25-05-2015 26-05-2015 27-05-2015
Aantal klokuren 3.30 3.30 3.30 3.30 3.30 3.30 3.30 3.45
22-05-2015 3.30 Totaal 31.45 klokuren (c)
Totaal aantal uren vakantie, vrije dagen en vrije uren: 195,15 + 31,45 = 127,00 (d) Totaal uren onderwijs per jaar (uren a - uren d): 923.00 –127.00 = 796,00 klokuren. De groepen 1 t/m. 4 moeten minimaal 3520 uur per vier jaar onderwijs hebben genoten (Wet Primair Onderwijs, artikel 8.7a).
35
S C H O O L G I D S
Urenberekening groep 2 en 3 Aantal klokuren per week:
23.45 52x 1235.00 klokuren(a)
Vakanties Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Meivakantie Zomervakantie
Eerste dag 11-10-2014 20-12-2014 21-02-2015 02-05-2015 04-07-2015
Laatste dag Aantal Klokuren 19-10-2014 23.45 04-01-2015 47.30 01-03-2015 23.45 10-05-2015 23,45 16-08-2015 142.30 Totaal 261,15 klokuren (b)
Vrije dagen
Scholingsdag team
Datum 03-04-2015 06-04-2015 27-04-2015 14-05-2015 15-05-2015 25-05-2015 26-05-2015 27-05-2015
Teamdag
22-05-2015
Goede vrijdag Paasmaandag Koningsdag Hemelvaart Vrijdag opvolgend Pinksteren
3.30 5.30 5.30 5.30 3.30 5.30 5.30 3.45
3.30 41.45 klokuren (c)
Totaal aantal uren vakantie, vrije dagen en vrije uren: 261.15 + 41.45 = 303,00 (d) Totaal uren onderwijs per jaar (uren a - uren d): 1235.00 – 303.00 = 932.00 klokuren
De groepen 1 t/m. 4 moeten minimaal 3520 uur per vier jaar onderwijs hebben genoten (Wet Primair Onderwijs, artikel 8.7a).
36
S C H O O L G I D S
Urenberekening groep 4, 5, 6, 7 en 8 Aantal klokuren per week:
25.45 52x 1339.00 klokuren (a)
Vakanties Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Meivakantie Zomervakantie
Eerste dag 11-10-2014 20-12-2014 21-02-2015 02-05-2015 04-07-2015
Vrije dagen Vrije middag Goede vrijdag Paasmaandag Koningsdag Hemelvaart Vrijdag opvolgend Pinksteren Scholingsdag team Laatste schooldag Studiemiddag team Teamdag
vrije middag
Laatste dag Aantal Klokuren 19-10-2014 25.45 04-01-2015 51.30 01-03-2015 25.45 10-05-2015 25.45 16-08-2015 154.30 Totaal 283.15 klokuren (b) Datum 19-12-2013 03-04-2015 06-04-2015 27-04-2015 14-05-2015 15-05-2015 25-05-2015 26-05-2015 27-05-2015 03-07-2014 20-02-2015
Aantal klokuren 2.00 5.30 5.30 5.30 5.30 5.30 5.30 5.30 3.45 2.00 2.00
22-05-2015 5.30 Totaal 53.45 klokuren (c)
Totaal aantal uren vakantie, vrije dagen en vrije uren: 283.15 + 53.45 = 337.30 (d)
Totaal uren onderwijs per jaar (uren a - uren d): 1339.00 - 337.00 = 1002,00 klokuren
De groepen 5 t/m. 8 moeten minimaal 4000 uur per vier jaar onderwijs hebben genoten (Wet Primair Onderwijs, artikel 8.7a).
37
S C H O O L G I D S
De urenverdeling over de verschillende vakgebieden leerjaar Nederlandse taal1 Rek./wiskunde Oriëntatie op mens en wereld2 Engelse taal Lichamelijke oefening Kunstzinnige oriëntatie3 Anders namelijk: Taakwerk/arbeid naar keuze4 Technisch schrijven Friese taal Pauze Totaal 1 2
3 4
1 2.30
2 3.00
3 5.00
4 6.00
5 6.00
6 6.00
7 6.15
8 6.15
1.30
2.00
3.30 2.30
4.30 3.00
4.30 3.00
3.30 3.00
2.30 3.00
2.30 3.00 0.45 1.30
4.30
7.30
1.30
1.30
1.30
1.30
0.45 1.30
1.30
2.30
3.00
3.00
3.00
3.00
3.00
3.00
6.30
7.30
5.00
5.00
5.30
6.30
6.30
6.30
2.00
1.30
1.00
1.00
1.00
1.00
1.15 23.45
1.15 25.45
1.15 25.45
1.15 25.45
1.15 25.45
1.15 25.45
1.15 17.45
1.15 23.45
inclusief (begrijpend) lezen, exclusief technisch schrijven voorheen de kennisgebieden (aardrijkskunde, geschiedenis, samenleving, techniek, milieu, gezond en redzaam gedrag en natuuronderwijs) tekenen, handvaardigheid, muziek, spel/bevordering taalgebruik en beweging taakwerk bestaat vooral uit het verwerken van leerstof van taal, lezen, rekenen en oriëntatie op mens en wereld (groep 3 t/m 8). arbeid naar keuze geldt voor de groepen 1 en 2
Godsdienstonderwijs of humanistisch vormingsonderwijs of ………….? Voor groep 7 en 8 is er één keer per week godsdienstonderwijs of humanistisch vormingsonderwijs. De keuze voor beide onderdelen is vrij. M.a.w. het kind en de ouders bepalen zelf waarvoor gekozen wordt. Ook kan er voor geen van beiden gekozen worden, de kinderen werken dan aan hun werkstuk over verschillende godsdiensten van de wereld. Per week staat er drie kwartier voor godsdienst of humanistische vorming of werken aan het werkstuk “godsdiensten van deze wereld”.
Aantal uren OALT. Het aantal uren OALT is voor de Lisdodde niet van toepassing.
38
S C H O O L G I D S
Overblijfmogelijkheden / tussenschoolse opvang. Het overblijven wordt in principe verzorgd door geschoolde ouders of ouders die na aanmelding een opleiding hiervoor volgen. De medezeggenschapsraad (MR) van de Lisdodde en directie zijn verantwoordelijk voor de organisatie, de financiën en de uitvoering van het overblijven. De huisregels, het draaiboek en alle andere zaken betreffende het overblijven zijn goedgekeurd door de MR en de directie en staan vermeld in het beleidsplan “tussenschoolse opvang”. U kunt dit plan vinden op onze website. Tijdens de thematische ouderavond vindt verslaggeving plaats van de financiën van het overblijven. Het overblijven vindt plaats op alle drie locaties. In de kalender vindt u jaarlijks de actuele gegevens. Er zijn huisregels op schrift gesteld voor het overblijven. Ook deze regels staan in de kalender van de school. Indien er zich tijdens het overblijven problemen voordoen, neemt de overblijfouder contact op met de ouders / verzorgers. De directeur kan na overleg met de overblijfcoördinatoren kinderen,die structureel problemen veroorzaken, de toegang tot de overblijfgroep ontzeggen. De overblijfouders en de overblijfkinderen vallen onder de collectieve verzekering van het bevoegd gezag. Klachtenprocedure Als u het ergens niet mee eens bent, dan kunt u op de allereerste plaats terecht bij de leerkracht van uw kind. Wanneer er dan nog aanleiding toe bestaat, kunt u bij de directie terecht. De volgende stap is, met uw klachten of aanmerkingen naar de medezeggenschapsraad te gaan en daarna naar het bestuur van de school, de gemeente Emmen. In juni 1998 is de klachtenregeling “Klachtenregeling primair en voortgezet speciaal onderwijs” vastgesteld door het bevoegd gezag van de school. Deze klachtenregeling is voor behandeling van klachten die gaan over seksuele intimidatie, discriminerend gedrag, agressie, geweld, pesten en schoolinhoudelijke zaken. Binnen onze school is een contactpersoon aangesteld, die uw klachten kan aanhoren en u kan doorverwijzen naar één van de twee vertrouwenspersonen die aangesteld zijn door de gemeente Emmen. De contactpersoon van onze school is Ina de Vries – Legendal. De vertrouwenspersonen zijn mevr. M. Meinders en dhr. H. Zoetelief (tel. 680850). Zij zijn beide werkzaam bij de stichting welzijngroep Sedna aan de Parallelweg 36, 7822GM Emmen. De klachtenregeling ligt ter inzage op de school. Er is ook een landelijke klachtencommissie. Postbus 162, 3440 AD Woerden (tel.: 0348-405245 fax: 0348-405244). Website: www.lgc-lkc.nl Centraal meldpunt vertrouwensinspecteurs: Telefoon: 0900 – 1113111 (lokaal tarief) www.onderwijsklachten.nl Voor klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, ernstig fysiek of geestelijk geweld. Ook voor discriminatie en extremisme kunt u terecht bij bovenstaand nummer. AMK (Advies – en Meldpunt Kindermishandeling): Telefoon: 0900 1231230 Dit nummer kunt u anoniem voor advies bellen. 39
S C H O O L G I D S
Ouderbijdrage De ouderbijdrage is per kind een vast bedrag welke jaarlijks wordt vastgesteld. De school betaalt m.b.v. deze gelden vieringen als Sinterklaas, Kerst en Pasen. De ouderbijdrage wordt ook voor andere zaken gebruikt, bijvoorbeeld voor traktaties tijdens sportevenementen. De wet spreekt van een vrijwillige ouderbijdrage, maar u begrijpt dat we zonder deze bijdrage geen feesten, vieringen of andere voor de kinderen belangrijke zaken kunnen organiseren. Schoolverzekering voor leerlingen De school sluit voor schoolreizen een ongevallenverzekering af voor alle leerlingen. Deze verzekering treedt pas in werking als de eigen verzekering de schade niet of onvoldoende dekt. De verzekeringsvoorwaarden zijn op school in te zien. Onderwijsgids Wij verwijzen u naar de onderwijsgids (gratis te verkrijgen bij peuterspeelzalen en bij de Centrale Balie in het gemeentehuis), waarin de algemene rechten en plichten van ouders en leerlingen zijn weergegeven. Leerplicht De kinderen op de basisschool zijn vanaf vijf jaar leerplichtig. Omgekeerd is het zo dat kinderen recht op onderwijs hebben. De overheid controleert op naleving van de leerplichtwet. Soms willen ouders voor hun kind één of meer extra verlofdagen, maar extra vakantie kan slechts bij hoge uitzondering worden verleend. Alleen de directeur van de school mag bij zeer dringende, “gewichtige” omstandigheden ontheffing verlenen. Dat zijn omstandigheden zoals bijvoorbeeld een sterfgeval of ernstige ziekte in de naaste familie, toewijzing van een vakantiehuisje door een sociale instelling (astmafonds) of gedwongen verlof opname van het bedrijf waar het gezinshoofd werkt (camping, reisleider, etc.). In zulke gevallen dienen de ouders vooraf en tijdig een schriftelijke aanvraag in bij de directeur. Belangrijk is dat de reden van het verzoek goed wordt aangegeven. De directeur beoordeelt of de aanvraag gehonoreerd kan worden. Bij twijfel wordt contact opgenomen met de leerplichtambtenaar. Als er meer dan 10 dagen per schooljaar verlof wordt aangevraagd zal altijd goedkeuring van de leerplichtambtenaar nodig zijn. In principe wordt geen vrij gegeven aan het begin van het schooljaar. Als een kind zonder toestemming of geldige reden afwezig is, dan is de school verplicht dit te melden bij de leerplichtambtenaar als ongeoorloofd verlof. Na schriftelijk verzoek kan ook vrij gegeven worden voor Islamitische feesten, zoals einde Ramadan en Slachtfeest. Toelating en verwijdering De Lisdodde is een openbare school en is toegankelijk voor alle kinderen zonder onderscheid van godsdienst of levensbeschouwing. Het bevoegd gezag beslist over toelating of verwijdering. In bepaalde gevallen kan het bevoegd gezag een leerling weigeren of van school verwijderen. Voor meer informatie (o.a. de te volgen procedures) ligt de notitie “Toelating en verwijdering primair onderwijs in de gemeente Emmen” op school ter inzage.
40
S C H O O L G I D S
Protocol voor het aannemen van een leerling met een bijzondere ontwikkelingsachterstand (zoals bijv. het Syndroom van Down). Als ouders een kind met ernstige problemen willen aanmelden, wordt hun meegedeeld dat er een protocol is voor aanname. Zij zullen er rekening mee moeten houden dat het niet zeker is dat hun kind wordt aangenomen. Als regel wordt er gehanteerd dat er niet meer dat één leerling per groep wordt aangenomen waarvan men van tevoren weet dat het kind extra veel zorg nodig heeft. Een kind met een ontwikkelingsachterstand kan evenwel worden toegelaten wanneer de ontwikkeling aan bepaalde voorwaarden voldoet. Dit hoeft niet meteen na de vierde verjaardag te zijn maar kan ook enkele maanden tot een jaar later zijn. Bij voorkeur wordt een kind toegelaten op een moment dat de school extra personele en eventueel financiële middelen ter beschikking heeft gekregen voor dit kind. De ouders wordt een aantal vragen gesteld, zodat het team zich een beeld kan vormen van de ontwikkeling van het kind. Hierbij gaat het om de volgende punten: - zindelijkheid - spraak - begrip van hetgeen er gezegd wordt - eenvoudige opdrachten en ge- en verboden opvolgen - zelfstandigheid met aan- en uitkleden; - motoriek; - gedrag naar anderen; - waarom ouders niet kiezen voor ZMLK of Kinderdagverblijf. Indien het kind een peuterspeelzaal, dagverblijf of school heeft bezocht, wordt hiervan een rapport met minimaal de bovenstaande punten opgevraagd. N.a.v. de informatie, die uit deze vragen naar voren komt en zo mogelijk aangevuld met een rapport van een deskundige, vormt het team zich een mening over het kind. Indien een ruime meerderheid van het team er voor is om het kind op school toe te laten, wordt er in overleg met de ouders een planning gemaakt voor kennismakingsbezoeken. De ouders vragen een zgn. persoonsgebonden budget aan en huren hiermee assistentie in voor de uren die het kind op school is of in overleg op bepaalde momenten dat het kind op school is. Deze assistente wordt meestal via de Trans geregeld. De ouders van de overige kinderen uit de betreffende groep worden op de hoogte gebracht. Gedurende de periode van de kennismakingsbezoeken wordt er een definitief besluit genomen door het team over de toelating. Dit besluit kan ook inhouden dat er op een later tijdstip nogmaals een serie bezoeken wordt afgelegd, indien toch blijkt dat het kind nog te weinig past bij de groep waarin het geplaatst zou worden. De ouders worden op de hoogte gebracht van de besluiten. Indien er wordt besloten dat het kind wordt toegelaten, worden de overige ouders hierover ingelicht. De school vraagt extra formatie aan bij cluster 3. Er worden afspraken gemaakt tussen de leerkracht en de ouders over de schooltijden, verslaggeving ( zoals heen- en weerboekje), contacten over de voortgang enz. 41
S C H O O L G I D S
De ouders moeten zich er van bewust zijn, dat het niet vanzelfsprekend is dat hun kind de school normaal zal doorlopen. Ook moeten zij weten dat er periodieke evaluaties zullen plaatsvinden, waarbij drie criteria een grote rol zullen spelen: 1. het belang van de betreffende leerling; 2. het belang van de groep; 3. het belang van de leerkracht. Indien het team van mening is dat de afweging in negatieve zin uitpakt, zal de ouders gevraagd worden om voor hun kind ergens anders een plek te zoeken. Dit kan de school natuurlijk niet op korte termijn eisen. Criteria voor de voortgang van een kind met een ontwikkelingsachterstand, (zoals Down Syndroom). Een kind met een duidelijk ontwikkelingsachterstand zal niet zoals de meeste andere kinderen jaarlijks naar de volgende groep doorschuiven. Om te bepalen wanneer het kind naar de volgende groep moet of kan, kunnen de volgende criteria van toepassing zijn: - De geestelijke ontwikkeling is verder dan de rest van de groep; - De lichamelijke ontwikkeling is verder dan de rest van de groep; - De materialen in de groep bieden niet genoeg uitdaging meer; - Het kind is erg gehecht aan de huidige groep; - Het kind is erg gehecht aan de huidige leerkracht die naar een andere groep gaat; - Deze groep wordt zodanig, dat het niet wenslijk is om deze leerling erbij te hebben. Hierbij valt te denken aan groepsgrootte of teveel zorgleerlingen. Om deze leerling van groep 2 naar groep 3 en hoger te laten gaan, gelden specifieke criteria, zoals: - Het kind moet langere tijd op de plaats kunnen blijven zitten zonder door de klas te lopen of te roepen, d.w.z. dat dit kind niet meer mag storen in de groep dan men van andere kinderen acceptabel vindt; - Het moet opdrachten begrijpen; - Het moet redelijk begrijpelijk kunnen spreken; - Het moet redelijke basiskennis hebben betreffende kleuren, de telrij enz. - Het moet een bepaalde mate van zelfstandigheid hebben, bijv. aankleden, materialen pakken enz. - Het moet enige tijd (aanvankelijk 10 à 15 minuten, later langer) na een korte instructie zelfstandig met een werkje bezig kunnen zijn, meerdere malen per dag. Dit werk hoeft niet hetzelfde te zijn als dat van de rest van de groep; - Het moet een aantal zaken met de groep mee kunnen doen, eventueel iets aangepast, zoals muziek, tekenen, gymnastiek, handvaardigheid, biologie; - De school moet voldoende materialen hebben om het kind zinvol bezig te houden op eigen niveau.
42
S C H O O L G I D S
Algemene criteria om te bepalen of het verantwoord is om deze leerling op school te houden: - De aandacht die nodig is mag niet ten koste gaan van andere leerlingen; - Er mag niet buiten verhouding veel geld uitgegeven worden om materialen aan te schaffen die specifiek voor dit kind bedoeld zijn; - De leerkracht mag niet buiten verhouding veel tijd moeten besteden aan de voorbereiding van het werk van deze leerling; - Het kind moet zich blijven ontwikkelen en zinvol bezig zijn; - Het gedrag van het kind moet acceptabel blijven; - Het kind moet de indruk wekken, dat het zich plezierig voelt op school. Zowel de ouders als het team moeten van deze criteria op de hoogte zijn. De ouders zullen altijd betrokken moeten worden bij de besluitvorming over hun kind. Zij hebben echter geen beslissingsrecht inzake de doorstroming van hun kind.
43
S C H O O L G I D S
Overige bijzonderheden. Douchen na de gymnastiekles. Na de gymnastiekles moeten alle kinderen douchen, tenzij er een medische reden is dat de leerling niet mag douchen. Deze regel geldt voor de leerlingen van de groepen 3 tot en met 8. Wanneer de leerlingen zich gaan douchen, houdt de leerkracht toezicht op het ordelijk verlopen van dit gebeuren. Leerkrachten die zich omkleden doen dit in de kleedkamer van de kinderen van hetzelfde geslacht. De vrouwelijke leerkracht kan zonder signaal de meisjeskleedkamer betreden en de mannelijke leerkracht kan hetzelfde doen bij de jongenskleedkamer. In andere situaties geeft de leerkracht altijd een afgesproken signaal zodat de leerlingen weten dat de leerkracht van plan is om de kleedkamer te betreden. Dit geldt niet voor noodsituaties. Afmelden van uw kind. Wanneer uw kind niet naar school kan gaan, dan moet u hem of haar met geldige reden tussen 8.00 uur en 8.15 uur op de juiste locatie afmelden. Vooral bij oudere kinderen moeten wij zeker weten dat bij absentie het kind thuis is. Wanneer een leerling absent en niet afgemeld is, probeert de school op dezelfde dag contact met u op te nemen. Bij voorkeur zo vroeg mogelijk. Kinderen vanaf vijf jaar zijn leerplichtig en moeten naar school. Voor het krijgen van verlof moeten de ouders een schriftelijke aanvraag (standaard formulier) indienen bij de directeur. Om 8.25 uur (locatie Eidereend) en om 8.30 uur (locatie Ganzenveld en locatie Zwanenveld) starten de lessen en moeten de kinderen aanwezig zijn. Wanneer een kind later komt, kan dat alleen met toestemming van school. De directeur verleent wel of geen toestemming. Een bezoek aan de tandarts of de huisarts kan zonder verloftoestemming. De ouder / verzorger hoeft alleen een korte mededeling te doen aan de groepsleerkracht.
Nablijven / straf: Hoewel ons pedagogisch handelen uitgaat van de positieve benadering van elk kind, blijkt uit de dagelijkse praktijk dat we een enkele keer moeten optreden wanneer een leerling zich niet aan de gemaakte afspraken houdt. Wanneer een kind na schooltijd moet nablijven, neemt de leerkracht contact op met de ouders, zodat zij weten dat hun kind later thuis komt. Na laten blijven om 12.00 uur kan en mag niet i.v.m. de middagmaaltijd. Het spreekt voor zich dat straf voor jonge kinderen anders is dan voor oudere kinderen. De leerkracht weet vanuit zijn of haar expertise en ervaring hoe te handelen bij straf. Indien er bij de ouders / verzorgers wel vragen zijn, dan ligt er ook een verantwoording voor de ouders / verzorgers om zelf contact met de leerkracht op te nemen. De contacten wil de school bij voorkeur d.m.v. een gesprek laten verlopen. Dat kan middels een afspraak of een telefonisch gesprek, maar niet via de mail. Taalgebruik. In onze basisschool wordt grof taalgebruik niet getolereerd. Dit geldt voor kinderen, leerkrachten en ouders. Uiteraard valt het vloeken ook onder grof taalgebruik. Er wordt niet alleen tijdens de lessen gelet op het taalgebruik, ook tijdens de pauzes en tijdens het overblijven.
44
S C H O O L G I D S
Leerkrachten en uw kind(eren) in het verkeer. De leerkrachten helpen uw kind(eren) in het verkeer bij het gaan naar school en het verlaten van de school. De leerkrachten helpen vooral de kinderen die te voet of op de fiets naar school gaan. Zij doen dit om de veiligheid voor de kinderen te vergroten. De leerkrachten dragen opvallende hesjes en gaan er vanuit dat ze alle medewerking hebben van onze ouders die hun kind(eren) met de auto brengen. Toezicht tijdens de pauzes. De leerkrachten van alle groepen blijven bij de kinderen tijdens de pauzes. De leerlingen van de groepen 1 en 2 spelen dagelijks buiten en tijdens dit buitenspel blijft de leerkracht bij de kinderen. Wanneer de groepen 3 tot en met 8 pauzes hebben, zijn de leerkrachten van de desbetreffende leerlingen ook bij hun groepen. Onze school wil een veilige school zijn, daarom hebben niet alle groepen op hetzelfde moment pauze. Mobieltjes op school Op onze school is het gebruik van mobieltjes niet toegestaan. Er zijn omstandigheden denkbaar waarbij een uitzondering op deze regel van toepassing is (bijvoorbeeld de gezins- of woon-omstandigheden), maar dan is in overleg met de betreffende leerkracht een afspraak hierover gemaakt. De kinderen die een mobieltje bij zich hebben, moeten deze onder schooltijd uitschakelen en mogen deze dus ook niet gebruiken. Het mobieltje blijft in de jas aan de kapstok of wordt in het vak of de tas van de tafel gedaan. Foto’s maken met het mobieltje mag niet. Een uitzondering kan alleen gemaakt worden wanneer de leerkracht bij een bepaalde gebeurtenis toestemming geeft. Bij een overtreding van de regels wordt het mobieltje ingenomen. De ouders / verzorgers kunnen deze dan bij de leerkracht weer ophalen.
45
S C H O O L G I D S
Akkoordverklaring van de medezeggenschapraad. De voorzitter van de medezeggenschapsraad van de Lisdodde gaat namens de M.R. akkoord met de inhoud van deze schoolgids, inclusief bijlagen. Datum en handtekening:
Voorzitter van de M.R Janny Bresser.
Ondertekening bevoegd gezag van de openbare basisschool de Lisdodde. Namens het bevoegd gezag: Datum:
46