Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
Opdrachtgever: Ministerie van OCW Utrecht, oktober 2014 Pauline van Eck, Miriam Walraven © Oberon Postbus 1423 3500 BK Utrecht tel. 030-2306090 fax 030-2306080 e-mailadres:
[email protected]
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
3
Inhoudsopgave Samenvatting, aanbevelingen en tips ............................................................................................ 4 1
Inleiding................................................................................................................................ 8
2
Het onderzoek ...................................................................................................................... 9 2.1 Onderzoeksvraag ..................................................................................................................... 9 2.2 Respondenten .......................................................................................................................... 9 2.3 Gesprekken ............................................................................................................................ 10
3
Drie keer een situatieschets................................................................................................. 11
4
Ondersteuning op school ..................................................................................................... 12 4.1 Inleiding.................................................................................................................................. 12 4.2 Een passende plek? ................................................................................................................ 12 4.3 Belang van de begeleider op school ...................................................................................... 15 4.4 Leerkrachten en docenten ..................................................................................................... 17 4.5 Ouders als ervaringsdeskundigen .......................................................................................... 18 4.6 Samenvatting ......................................................................................................................... 19
5
Schoolkeuze, toewijzing en plaatsing ................................................................................... 21 5.1 Inleiding.................................................................................................................................. 21 5.2 Keuze voor een school ........................................................................................................... 21 5.3 Overgang van po naar vo ....................................................................................................... 22 5.4 Naar een speciale school ....................................................................................................... 23 5.5 Samenvatting ......................................................................................................................... 24
6
Communicatie en informatie ............................................................................................... 25 6.1 Inleiding.................................................................................................................................. 25 6.2 Communicatie en informatie over de ontwikkeling van het kind ......................................... 25 6.3 Informatie over het ondersteuningsaanbod ......................................................................... 26 6.4 Informatie over passend onderwijs in het algemeen ............................................................ 26 6.5 Samenvatting ......................................................................................................................... 27
7
Slotbeschouwing ................................................................................................................. 28
Bijlage ........................................................................................................................................ 30
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
4
Samenvatting, aanbevelingen en tips Centrale onderzoeksvraag De drie pionierende samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs Zuid-Kennemerland PO, HelmondPeelland VO en Sterk VO Utrecht en Stichtse Vecht, hebben het afgelopen jaar ervaring opgedaan met nieuwe manieren van toewijzen en arrangeren van passend onderwijs. Hoe hebben ouders deze periode beleefd? Wij hebben met 23 ouders uit de genoemde regio’s over dit onderwerp gesproken. De centrale onderzoeksvraag is: Welke ervaringen hebben ouders met toewijzing, plaatsing en ondersteuning van hun kind? Samenvatting gesprekken met ouders Het totaalbeeld van de gesprekken laat zeer betrokken ouders zien die veel tijd en energie steken in het welbevinden hun kinderen. Sommige ouders, met name die van kinderen met een fysieke beperking, zijn heel erg tevreden over de huidige extra ondersteuning op school. Andere ouders zijn juist ontevreden en vinden de plek niet passend. Het gaat hierbij vaak om kinderen die specifieke extra begeleiding nodig hebben op het gebied van gedrag, voortkomend uit een diagnose als ASS en AD(H)D. Ouders zijn vaak opgelucht en vooral blij als de onderwijsplek en het aanbod past bij hun kind. Zij willen en kunnen hierbij zelf een essentiële rol spelen door middel van een gelijkwaardig partnerschap met school. Het gelijkwaardig partnerschap is echter niet vanzelfsprekend. Met name in het voortgezet onderwijs lukt het niet altijd om een goede relatie met een begeleider binnen de school op te bouwen. Wat verder opvalt is dat ouders het proces van schoolkeuze, toewijzing en plaatsing veelal omschrijven als een ‘moeizaam en ondoorzichtig traject’. Zij hebben hierin heel veel zelf moeten doen. Er is volgens hen nog veel verbetering mogelijk in de communicatie en informatievoorziening. Ouders vinden de communicatie vanuit school over hun kind vaak wel voldoende, dit geldt met name voor het basisonderwijs. De informatie en communicatie gedurende het traject van schoolkeuze, toewijzing en plaatsing kan volgens hen veel beter. Dit komt vooral naar voren in de overgang van primair naar voortgezet onderwijs. Het is voor de meeste ouders niet duidelijk wat scholen kunnen bieden aan kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Tot slot bestaat er nog veel onzekerheid bij ouders. Zij vragen zich bijvoorbeeld af of hun kind volgend jaar ook nog een passende plek heeft. En wat gebeurt er als de begeleider ziek wordt en vervangen moet worden? Continuïteit van ondersteuning is een belangrijk aandachtspunt. Aanbevelingen voor schoolbesturen, scholen en samenwerkingsverbanden De verhalen van de 23 deelnemende ouders laten zien hoe de uitwerking van passend onderwijs op de scholen in de genoemde regio’s tot nu toe is. We willen benadrukken dat deze notitie slechts een globale impressie kan geven. Gezien het beperkte aantal deelnemers aan het onderzoek is het niet mogelijk om ‘zware conclusies’ te trekken. Toch willen we op grond van de verzamelde ervaringen de volgende aanbevelingen doen richting schoolbesturen, scholen en samenwerkingsverbanden: Zorg voor transparante, toegankelijke informatie en heldere communicatie. Ouders vinden het belangrijk dat zij tijdig geïnformeerd worden over nieuwe ontwikkelingen, zoals de komst van passend onderwijs. Naast algemene informatie is er ook informatie nodig over wat scholen kunnen bieden aan kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Dit is extra belangrijk
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
5
bij de overgang van het primair naar het voortgezet onderwijs. Ouders verwachten verder dat er ook tussen en binnen scholen goed gecommuniceerd wordt. Informatie moet toegankelijk zijn voor iedereen. Maak een gelijkwaardig partnerschap tussen ouders en school mogelijk. Werk toe naar een toekomst waarin je als school gebruik maakt van de expertise en ervaringsdeskundigheid van ouders. Dit maakt de kans op een succesvolle schoolloopbaan groter. Het gaat om een gezamenlijk belang. Zorg voor een bundeling van krachten: ouders en school kunnen elkaar versterken. Uiteraard moet ieder zijn eigen rol behouden, maar het mogen geen gescheiden routes zijn. Een gelijkwaardige relatie waarbij afspraken worden gemaakt op grond van informatie uit zowel de thuis- als schoolse situatie, kan veel opleveren. Zorg voor continuïteit in de kwaliteit van passend onderwijs. Passend onderwijs is mede afhankelijk van een goede relatie tussen ouders en school (het gelijkwaardig educatief partnerschap). Met name in het voortgezet onderwijs ervaren ouders dit nu nog als kwetsbaar. Begeleiders waar zij nu nog goed contact mee hebben, kunnen bij ziekte of andere onvoorziene omstandigheden wegvallen. Een goede relatie wordt nu vaak als ‘toeval’ of ‘geluk’ ervaren. De ondersteuning zou beter geborgd moeten zijn en een vast onderdeel van het beleid van de school, zoveel mogelijk gedragen door het hele team. Daarnaast moet het gelijkwaardig partnerschap, het openstaan voor de ervaringsdeskundigheid van ouders, onderdeel zijn van de schoolcultuur. Investeer in professionalisering van leraren. Niet alleen de begeleider speelt een belangrijke rol bij de kwaliteit van passend onderwijs in het voortgezet onderwijs. Ook de leraren spelen een cruciale rol. Goed contact tussen begeleider en leraren is van belang om gemaakte afspraken tussen ouders en school ook daadwerkelijk na te komen in de dagelijkse praktijk. Daarnaast is voorlichting, deskundigheidsbevordering en training van leraren, eventueel met inzet van ouders als ervaringsdeskundige, nodig. Met de juiste bagage is het voor leraren makkelijker om passend onderwijs te bieden. Dit laatste geldt uiteraard ook voor leraren in het primair onderwijs. De belangrijkste tips van ouders In de gesprekken hebben we ouders gevraagd wat zij zelf belangrijk vinden. We hebben ook gevraagd naar tips voor verbetering. We geven de belangrijkste tips voor scholen en schoolbesturen weer met betrekking tot ondersteuning/begeleiding en informatie/voorlichting. Ook de samenwerkingsverbanden kunnen hierbij een rol spelen. We sluiten af met de drie belangrijkste tips van ouders voor andere ouders van een kind met een extra ondersteuningsbehoefte.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
Tips van ouders over extra ondersteuning en begeleiding Zorg voor structurele borging van de ondersteuning, er moet een stevig beleid onder liggen, gesteund en gedragen door iedereen op school. Ga in elke situatie uit van gelijkwaardig partnerschap tussen ouders en school. Beschouw ouders als ervaringsdeskundigen en maak hier gebruik van. Grotere kinderen kunnen ook zelf veel regelen in hun begeleiding. Neem ook hen serieus. Zorg als school voor een proactieve, constructieve houding. Zoek samen met ouders naar een oplossing. De begeleider en de leraren spelen een essentiële rol in de ondersteuning. Scholen moeten hierin investeren, bijvoorbeeld door middel van deskundigheidsbevordering en extra tijd. Daarnaast is ook een cultuuromslag nodig in de school (bereidheid, deze ontstaat mede door deskundigheid). Zorg voor (meer) bevoegdheid voor begeleiders om leraren aan te sturen, zodat gemaakte afspraken tussen ouders en school (op papier) ook daadwerkelijk in de dagelijkse praktijk worden nagekomen. Zorg dat leraren contact hebben met begeleiders. Zo weten begeleiders wat er speelt, hoe het met een kind gaat en leraren weten hoe ze kunnen handelen en wat met ouders is afgesproken. Soms zijn snelle maatregelen nodig om het over de algehele linie goed te laten gaan.
Tips van ouders over informatie en voorlichting
Informeer ouders bij nieuwe ontwikkelingen altijd goed, vooral over wat het voor hun specifieke situatie betekent.
Maak voorlichting/training over bepaalde diagnoses en ziektebeelden mogelijk voor begeleiders en leraren. Ouders zijn ook bereid om hier energie in te steken en bijvoorbeeld symptomen/ gedrag van kinderen toe te lichten. Voorlichting door school/begeleiders aan leraren mag niet te vrijblijvend zijn (geen folder in het postbakje zonder ‘follow up’). Leer van goede voorbeelden, praat met ervaren schoolleiders, begeleiders en leraren.
Zorg voor goede informatie en communicatie over wat scholen kunnen betekenen voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte (bijv. via website). Het gaat hierbij zowel om informatie over begeleidingsmogelijkheden als om de mogelijkheden voor praktische aanpassingen. Ouders en kinderen hebben behoefte aan uitgebreide voorlichting bij de overgang van po naar vo. Het gaat om concrete informatie en voorbeelden van wat scholen doen om kinderen met een bepaalde diagnose/behoefte te begeleiden. Denk hierbij aan het perspectief van de ouder en het kind. Ouders van een kind met een extra ondersteuningsbehoefte kunnen hierbij worden ingezet.
6
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
Tips van ouders voor ouders
Pak je rol, wacht niet af. Stel je niet afhankelijk op en neem zelf regie op een nette manier.
Wees kritisch, denk zelf goed na. Informeer bij anderen (lotgenoten, hulpverleners). Sluit je aan bij oudergroepen (Balans, NVA). Begin op tijd met zoeken naar hulp en informatie.
Probeer goed samen te werken met de school en niet de strijd aan te gaan. Probeer een positieve, vertrouwensrelatie met school op te bouwen. Geef aan wat wensen en verwachtingen zijn en maak daar afspraken over met school. Maak school duidelijk hoe je kind in elkaar zit, wat stimuleert en wat juist een drempel opwerpt.
7
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
1
8
Inleiding
De drie pionierende samenwerkingsverbanden, Passend Onderwijs Zuid-Kennemerland PO, HelmondPeelland VO en Sterk VO Utrecht en Stichtse Vecht, hebben het afgelopen jaar ervaring opgedaan met nieuwe manieren van toewijzen en arrangeren van passend onderwijs1. Zij zijn een jaar eerder met passend onderwijs gestart dan landelijk en lopen voor op de rest van Nederland. Hoe hebben ouders van kinderen met een extra ondersteuningbehoefte het afgelopen jaar ervaren? Krijgen hun kinderen passend onderwijs op een passende plek? Hoe hebben ze de route daar naartoe ervaren? In deze notitie gaan we in op deze vragen. Onderwijs aan leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte vraagt om te beginnen om kwalitatief goed onderwijs, dat wil zeggen effectief, ordelijk en goed opgezet2. Goed onderwijs is ook onderwijs op maat, aangepast aan de leerling. De ouders die deelnamen aan dit onderzoek hadden soms positieve, soms negatieve ervaringen met aspecten van passend onderwijs. Vaak waren dit ook aspecten die met kwalitatief goed onderwijs te maken hebben. We hebben zowel ouders van kinderen in het primair onderwijs als in het voortgezet onderwijs geïnterviewd. Veel ouders deden mee omdat zij wilden aangeven dat er volgens hen nog veel te verbeteren valt. Hun verhalen laten zien hoe de uitwerking van passend onderwijs op de scholen is, tot nu toe. Hierbij willen we benadrukken dat het, gezien het beperkte aantal respondenten, om een globale impressie gaat. We hebben boeiende, vaak ook aangrijpende verhalen gehoord. De situatie was telkens uniek. We spraken ouders van kinderen die extra ondersteuning nodig hebben omdat zij een fysieke beperking hebben, zoals een stofwisselingsziekte of een lichamelijk trauma ten gevolge van ongeluk. We spraken verschillende ouders van een kind met een autisme spectrum stoornis. Ook de diagnose AD(H)D kwam regelmatig voor. Verder is in sommige gevallen extra ondersteuning nodig zonder dat precies duidelijk is wat er met een kind aan de hand is. Uiteraard was dit onderzoek zonder de medewerking van deze ouders niet mogelijk geweest. We willen hen daarom bijzonder hartelijk bedanken voor de bereidheid hun ervaringen met ons te delen. Leeswijzer In het volgende hoofdstuk leest u meer over de opzet van het onderzoek. Daarna schetsen we drie korte portretten van kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Dit kan helpen om de bevindingen beter te kunnen plaatsen. Vervolgens worden in hoofdstuk 4, 5 en 6 de uitkomsten van het onderzoek op drie thema’s uitgebreid beschreven: ondersteuning op school, het proces van schoolkeuze, toewijzing, plaatsing en communicatie en informatie. We sluiten elk hoofdstuk af met een samenvatting. Het laatste hoofdstuk is een korte slotbeschouwing.
1
2
In opdracht van het ministerie van OCW volgen wij ‘de drie pioniers’ vanaf het begin door middel van onderzoek. Via de website www.passendonderwijs.nl zijn de ervaringen, voorbeelden en tips toegankelijk gemaakt voor de rest van het land. Zie ook het rapport van de Onderwijsraad (2010). De school en leerlingen met gedragsproblemen. Den Haag: Onderwijsraad.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
2
Het onderzoek
2.1
Onderzoeksvraag
9
De drie pionierende samenwerkingsverbanden hebben het afgelopen jaar ervaring opgedaan met nieuwe manieren van toewijzen en arrangeren van passend onderwijs. Hoe hebben ouders dit ervaren? De centrale onderzoeksvraag is: Een jaar passend onderwijs: wat zijn de ervaringen van ouders met toewijzing, plaatsing en ondersteuning van hun kind?
2.2
Respondenten
Via de samenwerkingsverbanden zijn ouders geworven die het afgelopen jaar daadwerkelijk ervaring hebben opgedaan met passend onderwijs. Het gaat om ouders die (een deel van) het traject hebben doorlopen van het zoeken van een school, toewijzing, plaatsing, tot ondersteuning in de school. Het aantal ouders dat wij konden aanschrijven bleek per samenwerkingsverband sterk te verschillen3. Ouders die geen Nederlands spreken of om een andere reden niet goed met de onderzoekers zouden kunnen communiceren zijn niet benaderd voor het onderzoek, dit in verband met het korte tijdsbestek waarin het onderzoek moest plaatsvinden. De gesprekken zijn gevoerd in de periode meijuni 2014. In totaal hebben 23 ouders aan het onderzoek deelgenomen: 4 8 ouders met een kind in het primair onderwijs (po); 6 ouders met een kind in de overgang van po naar vo; 5 8 ouders met een kind in het voortgezet onderwijs (vo); 1 ouder van 2 kinderen waarvan 1 in de overgang po-vo en 1 in het vo. Het betrof hierbij: 6 ouders van een kind met een fysieke beperking; 2 ouders van een kind met een gecombineerd beeld (fysiek, cognitief, sociaal-emotioneel); 15 ouders van een kind met een diagnose als ASS, AD(H)D, ODD soms ook met dyslexie of dyscalculie. Deze 23 ouders vormen een kleine groep ten opzichte van het totaal aantal ouders dat dit jaar ervaring heeft opgedaan met passend onderwijs. Natuurlijk maken we de kanttekening dat het geen representatieve steekproef is van alle ouders. Toch leveren de gesprekken relevante beelden en 3
4 5
Binnen SWV Passend Onderwijs Zuid-Kennemerland PO zijn 41 ouders benaderd waarvan er 8 aan het onderzoek hebben deelgenomen. Bij Helmond-Peelland VO zijn 33 ouders aangeschreven en was1 ouder bereid tot deelname aan het onderzoek. Binnen SWV Sterk VO Utrecht en Stichtse Vecht zijn 321 ouders benaderd en hebben 14 ouders meegedaan aan het onderzoek. Inclusief (een eventuele overstap naar) sbo. Inclusief een eventuele overstap naar vso.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
10
aanknopingspunten op. Ook hebben we geprobeerd een beeld te schetsen van de groep ouders die wij hebben gesproken: waren dat vooral ontevreden ouders of ook ouders die juist tevreden zijn? Om hier grip op te krijgen hebben we aan alle ouders gevraagd een rapportcijfer te geven op drie aspecten: de extra ondersteuning op school (heeft het kind een passende plek?); het traject wat daaraan vooraf ging (toewijzing en plaatsing); de communicatie en informatievoorziening (in het geheel); Daaruit bleek dat we een gemêleerde groep ouders hebben gesproken.
2.3
Gesprekken
Aan de hand van een semi-gestructureerde gespreksleidraad (zie bijlage 1) hebben we 21 telefonische interviews afgenomen. Daarnaast hebben we één face to face gesprek gevoerd met 2 ouders. Van elk gesprek is een beknopt werkverslag gemaakt dat ter accordering aan de respondenten is voorgelegd. Tijdens de gesprekken is aandacht besteed aan de volgende drie hoofdonderwerpen: de extra ondersteuning op school (heeft het kind een passende plek?); het traject wat daaraan vooraf ging (toewijzing en plaatsing); de communicatie en informatievoorziening (in het geheel). We hebben ook gevraagd naar ideeën voor verbetering in de toekomst en tips voor andere ouders (zie voor een compleet beeld van onderwerpen ook de visuele weergave in figuur 1). Tevens hebben we gevraagd naar een beoordeling (‘rapportcijfer’) van de drie hoofdaspecten. De gemiddelde uitkomst kan een globale aanwijzing geven over de tevredenheid van ouders over een bepaald aspect. toewijzing en plaatsing
ondersteuning op school
Een passende school? Ervaringen ouders
tips en concrete handvatten
Figuur 1. De gespreksthema’s
communicatie en informatie
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
3
11
Drie keer een situatieschets
Om een indruk te geven van de verschillende situaties waarin passende ondersteuning nodig kan zijn, schetsen we hieronder drie korte portretten van kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Om herkenning te voorkomen, hebben we kleine aanpassingen gedaan in de oorspronkelijke situatie (zoals naam, geslacht en/of leeftijd). De situatie en uitspraken van ouders zijn ongewijzigd gebleven.
Mila Mila is een meisje van 9 jaar. Ze is geboren met een progressieve stofwisselingsziekte en heeft daardoor veel minder energie dan andere kinderen. Mila maakt gebruik van een rolstoel en heeft overdag meerdere rustmomenten nodig. Mila heeft een passende plek op een reguliere basisschool. Haar moeder zegt hierover: “Het was een spannende zoektocht. Veel scholen hebben geen faciliteiten en bijvoorbeeld alleen een trap en geen lift. Klaslokalen zijn vaak te klein voor een rolstoel erbij. Maar we hebben mazzel gehad en een goede school gevonden. We zijn heel gelukkig hiermee. De beperking staat niet meer voorop. De andere kinderen in de klas gaan er goed mee om. Er worden gewoon jongens verliefd op haar!”
Ruben Ruben is 13 jaar. In groep 7 van de basisschool is de diagnose Asperger gesteld, maar in de kleuterperiode was al duidelijk dat hij extra ondersteuning nodig had. Asperger is een autisme spectrum stoornis (ASS). Ruben heeft een hoognormale intelligentie. Op sociaal en motorisch gebied is hij wat onhandig. De basisschool heeft hier altijd goed op ingespeeld. Toen Ruben de overstap naar het voortgezet onderwijs moest maken, vonden zijn ouders uiteindelijk een passende plek op het gymnasium. “Hij heeft op deze school een fantastische mentor die hem er doorheen sleept. We hebben geluk, ik hoor ook wel andere verhalen.” De ouders zijn tevreden maar maken zich wel zorgen om de toekomst. Ruben is slim maar heeft toch moeite met leren. Hij vergeet zijn huiswerk goed op te schrijven, heeft moeite met het tempo en snapt toetsvragen niet, ook al kent hij de stof perfect. “Als Ruben naar een ander niveau moet, zal hij ook zijn veilige omgeving die de gymnasiumklas biedt, verliezen.”
Leon Leon is een jongen van 13 jaar. Toen hij op de basisschool in groep 5 zat werd een aandachttekort stoornis (ADD) vastgesteld. Verder is hij dyslectisch. Leon doet vmbo-basis maar gaat volgend jaar naar een school voor speciaal voortgezet onderwijs. “Dat is beter voor het kind en beter voor de school”, zeggen zijn ouders. Op de huidige onderwijsplek zijn teveel prikkels en het telkens wisselen van docent valt Leon zwaar. Hij is snel afgeleid en er zijn veel confrontaties met docenten. De vader van Leon zegt: “Onze zoon kreeg vaak straf. Het is onbegrip, veel docenten weten niet hoe ze met hem om moeten gaan. Ze zeggen dat hij normaal moet doen.” De ouders hebben goede hoop dat het volgend jaar beter zal gaan met Leon.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
4
Ondersteuning op school
4.1
Inleiding
12
In dit hoofdstuk ligt de focus op de huidige situatie: vinden ouders dat hun kind een passende plek heeft in het onderwijs? Waarom wel of waarom niet? Wat maakt een plek passend? De relatie tussen ouders6 en de begeleiders in de scholen komt hierbij uitgebreid aan bod. We bespreken ook de rol van leerkrachten en docenten. Zoals al eerder genoemd hebben we alle deelnemende ouders gevraagd naar hun tevredenheid met betrekking tot drie belangrijke aspecten. Extra ondersteuning op school is één van deze aspecten. Ouders gaven hiervoor gemiddeld een 7, maar de waardering loopt erg uiteen en is afhankelijk van verschillende factoren, zoals bijvoorbeeld speciale aanpassingen of voorzieningen in de klas en het contact met school. Sommige ouders geven een 10, andere ouders geven een 4 of nog lager voor de extra ondersteuning voor hun kind op school. Vooral ouders van kinderen met een fysieke beperking kunnen zeer tevreden zijn indien zij - soms na een intensieve zoektocht - een passende plek hebben gevonden. Ouders van kinderen waarbij veel overleg en afspraken over bepaald gedrag (behorende bij een specifieke diagnose) van een kind nodig zijn, geven vaker een laag cijfer.
4.2
Een passende plek?
Of ouders de huidige onderwijsplek als passend ervaren, is afhankelijk van verschillende factoren. Een plek is nooit zomaar passend, en vraagt altijd om goed overleg tussen ouders en school. Een passende plek is voor ieder kind anders, het is maatwerk. In de uitkomsten van het onderzoek is met enig voorbehoud een onderscheid te maken in ervaringen van ouders van kinderen met een fysieke beperking en ervaringen van ouders van kinderen met een diagnose als ASS, AD(H)D, ODD7 of een mengbeeld. Een passende plek voor kinderen met een fysieke beperking De ouders van kinderen met een fysieke beperking wijzen op het belang van voorzieningen en aanpassingen op school. Het gaat dan om ruimte voor een rolstoel in de klas, een aangepaste tafel, hulp bij gym en buitenspelen, een goede rustplek en een lift in het gebouw. Andersoortige aanpassingen kunnen ook een rol spelen, zoals bijvoorbeeld flexibele onderwijstijden waardoor kinderen die vaak naar het ziekenhuis moeten deze tijd makkelijk weer kunnen inhalen. Verder is een goed contact met school en begrip voor de situatie essentieel voor - het ervaren van - een passende plek. 6
7
In de gehele rapportage bedoelen we met ouders nadrukkelijk ‘de ouders die bij dit onderzoek betrokken waren’. We doen geen algemeen geldende uitspraken over ervaringen van ouders met kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. ASS: autisme spectrum stoornis (bijvoorbeeld klassiek autisme, syndroom van Asperger of PDD-NOS/pervasieve ontwikkelingsstoornis). AD(H)D: aandachttekort stoornis (met hyperactiviteit). ODD: oppositioneel opstandig gedrag stoornis (agressief gedrag).
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
13
“We hebben ondersteuning aangevraagd voor tijdens de overblijf en de gymlessen. De juffen kwamen er zelf mee. Zo kan onze zoon gewoon meedoen of wordt er iets anders voor hem bedacht. Dat helpt enorm. Hij is daardoor minder sociaal afgesloten, hij kan meespelen en andere kinderen zijn er ook niet de dupe van.” (ouder van een kind met een fysieke beperking)
In de meeste gevallen spelen gedragsproblemen bij deze kinderen geen (grote) rol, waardoor leraren en andere leerlingen makkelijk met hen omgaan. Veel ouders zien grote voordelen: een reguliere school kan volgens hen voor meer uitdaging zorgen en de beperking van het kind staat niet meer voorop, het kind draait gewoon mee met de andere kinderen in de klas. “Onze dochter hoeft op school niet aan haar ziekte te denken. De andere kinderen gaan er ook heel goed mee om. Ondanks haar beperking is ze een normaal meisje, ze gaat helemaal mee in alles. Dat geeft haar vertrouwen en levensvreugde. Kinderen met een beperking hebben dit heel hard nodig en het is uiteindelijk in ieders belang.” (ouder van een kind met een fysieke beperking)
Sommige ouders hebben na een intensieve zoektocht een passende plek voor hun kind gevonden. ‘We hebben veel geluk gehad’, is daarbij een veelgehoorde opmerking. “Veel scholen zijn niet ingericht op het geven van passende ondersteuning. Met name faciliteiten voor lichamelijke problematiek ontbreken, zoals een echte rustruimte waar je kind even kan slapen. Daarnaast is het leren kijken naar een kind wat ziek is er bij reguliere leerkrachten niet ingeslepen. Ik snap dat dit ook niet mogelijk is voor een juf met een klas van dertig kinderen.” (ouder van een kind met een fysieke beperking)
Ook al zijn sommige ouders zeer tevreden, het is niet vanzelf gegaan. Bovendien blijven er in veel gevallen knelpunten bestaan, zoals bijvoorbeeld het vervoer van en naar school. Als een kind tussen de middag moeten slapen en er is geen geschikte ruimte op school, zullen ouders zelf hun kind moeten halen en brengen. Verder geven ouders aan dat ze ‘school veel moeten begeleiden om ervoor te zorgen dat het goed gaat’. Een passende plek voor kinderen met een diagnose als ASS en AD(H)D Voor ouders van kinderen met een diagnose waarbij uitingen in het gedrag een grote rol kunnen spelen (ASS, AD(H)D, ODD, ernstige dyslexie of mengbeelden) kan het moeilijk zijn om een passende plek te vinden en te houden.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
14
“Gezien de situatie in deze regio en wat er mogelijk is, zijn we heel tevreden dat ons kind het gered heeft en over is. De vraag of het een passende plek is, is lastig. Het gaat nu nog goed, maar de zorg is niet structureel geborgd, er ligt geen beleid onder. Dat maakt het erg kwetsbaar.” (moeder van een kind met ASS) “Het gaat redelijk goed, maar het is geen passende plek. Mijn kind loopt het risico overbelast te raken. Ik merk vaak dat er niet veel begrip en kennis is van hoe hoog het stressniveau van deze kinderen is en hoeveel moeite het ze kost om zich op school te handhaven. Dat levert frustraties op. Gelukkig heeft ons kind het heel erg getroffen met zijn begeleider op school, maar dat is dus wel toevallig. Ik vind dat het welslagen van deze kinderen, die het al zo moeilijk hebben, minder afhankelijk moet zijn van of je net toevallig het juiste poppetje tegenkomt.” (moeder van een kind met ASS)
Expertise op school in het omgaan met deze kinderen is noodzakelijk maar in veel gevallen niet of onvoldoende aanwezig. Ouders voelen zich daardoor afhankelijk van ‘toevallige omstandigheden’ als goodwill van de school en een goede persoonlijk begeleider waar het mee klikt. Voor deze ouders is het heel frustrerend als er te weinig deskundigheid is op school. Het gaat soms om heel kleine dingen die op langere termijn toch grote gevolgen kunnen hebben.
“Bij wiskunde had mijn zoon niet gehoord dat de berekening in stappen weergegeven moet worden. Dus het antwoord wordt afgekeurd, terwijl hij het makkelijk kan.” (ouder van een kind met ASS) “Eén van de doelen in het ontwikkelingsperspectiefplan is dat mijn zoon zelf zijn agenda moet beheren. Maar daar moet dan wel specifieke begeleiding op zijn, anders lukt het niet. Hij wil het wel, maar vergeet het direct weer.” (ouder van een kind met ASS) “Mijn kind is naar het sbo gegaan maar ik denk dat hij met de juiste begeleiding wel op de reguliere basisschool had kunnen blijven. Hij wilde niet van school af, maar als ik zie hoe rustig hij nu is ben ik wel tevreden. De nieuwe school beoordeelt hem niet als explosief en agressief, maar als onbegrepen.” (ouder van een kind zonder diagnose maar met moeilijkheden in het gedrag) “Soms hoor je dat je je kind niet goed hebt opgevoed, terwijl het om een gediagnosticeerde stoornis gaat.” (ouder van een kind met ASS)
De laatste citaten laten zien dat de bereidheid om gedrag niet als lastig maar als uiting van een onderliggend probleem te zien, nodig is om het kind goed te begrijpen en van daaruit te handelen. Ouders missen ook flexibiliteit en maatwerk. Kinderen met ASS en een hoog cognitief niveau (bijvoorbeeld bij het syndroom van Asperger) kunnen dit niet altijd volhouden voor alle vakken. Het tempo en de wijze van toetsen (de toetsvragen) zijn vaak een probleem. Dit betekent dat zij naar een lager niveau zakken. Daarmee verliezen ze ook hun veilige (gymnasium) omgeving die zo belangrijk voor ze is. Dit is een grote zorg voor ouders. Het gaat hen daarbij niet om het onderwijsniveau maar om de veilige omgeving die tegemoet komt aan de behoefte aan structuur van hun kind. Dit wordt volgens ouders vaak niet begrepen. Iets soortgelijks doet zich voor bij kinderen met ernstige dyslexie
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
15
die wel heel goed zijn in de bètavakken maar toch op een laag onderwijsniveau eindigen vanwege de talen. Volgens deze ouders gaat veel talent hierdoor verloren. “Het is een voorwaarde voor het leren dat mijn kind op een veilige plek zit.” (ouder van een kind met ASS) “De mogelijkheid tot dispensatie is heel belangrijk. Ik snap school ook wel, maar ik mis de flexibiliteit. Daar lijdt onze dochter wel echt onder. Ze had een Cito-score op gymnasiumniveau maar gaat nu naar de mavo omdat er dan meer kans is op een diploma.” (ouder van een kind met ernstige dyslexie)
4.3
Belang van de begeleider op school8
Het belang van goede begeleiding In de verhalen van ouders met een kind in het voortgezet onderwijs valt op dat een passende plek vaak mogelijk wordt gemaakt door een goede persoonlijk begeleider. Dit kan bijvoorbeeld een mentor, personal coach, ambulant begeleider, afdelingsleider en soms zelfs de schoolleider zijn die een goede klik heeft met ouders en kind. Zo’n begeleider verdiept zich in het kind en de diagnose, heeft korte lijnen met de ouders en zorgt ervoor dat leraren weten wat ze kunnen doen.
“De persoonlijke coach is onze redding, het is het beste wat we ooit hebben gehad. Eén zo iemand is genoeg, maar het is wel afhankelijk van de persoon. Je moet er genoeg voor zijn toegerust. We hebben heel intensief contact als dat nodig is. Door de persoonlijke aandacht loopt ons kind niet iedere keer tegen zijn tekortkomingen aan. Hij komt nu niet meer zo vaak in ruzies terecht, komt niet meer zo vaak te laat en krijgt dus meer van de les mee. Als er wel iets gebeurt, worden we meteen gebeld.” (ouders van een kind met ADHD) “De mentor verzint heel slimme oplossingen. Bijvoorbeeld het aanwijzen van secret agents, van die slimme meiden in de klas die onopvallend controleren of mijn zoon het huiswerk goed heeft opgeschreven.” (ouder van een kind met ASS)
Veel ouders hebben een aantal vaste overlegmomenten met de begeleider en daarnaast vele korte contacten via mail en telefoon (ook via sms en whatsapp). In het primair onderwijs wordt de begeleidersfunctie voor een groot deel vervuld door de groepsleerkracht en hebben ouders ook bij het begin en/of einde van de dag persoonlijk contact. De korte frequente contacten maken dat het over een langere periode goed kan gaan met een kind.
8
Zie ook het rapport Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van begeleiders in de scholen (Oberon, 2014)
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
16
“Ik merk dat mijn zoon snel stress krijgt. Als dat gebeurt, neem ik contact op met zijn begeleider en kijken we samen hoe we dat gaan oplossen. Het is heel belangrijk dat mijn zoon het op de lange termijn goed blijft doen. Daarvoor zijn soms snelle maatregelen nodig, zoals het niet meedoen aan een toets.” (ouder van een kind met ASS). “ We kunnen aangeven wat wel en wat niet werkt. Korte lijntjes werken daarbij goed.” (ouder van een kind met ADHD)
Kwetsbaarheden in de begeleiding Veel ouders hadden ten tijde van het interview te maken met een goede begeleider maar waren zich tegelijkertijd zeer bewust van de kwetsbaarheid hiervan. Zodra de begeleider wegvalt of wordt vervangen kan een totaal andere situatie ontstaan. Ouders geven aan dat de ondersteuning niet structureel geborgd en vastgelegd lijkt. Hierdoor weten de begeleiders zelf, maar ook leraren, bovendien niet hoe ver ze mogen gaan met het maken van uitzonderingen voor bepaalde leerlingen. Daarnaast blijft het zo dat ouders heel veel zelf moeten doen. Dit legt een grote druk op ouders. Ook de begeleider heeft, zeker bij meerdere leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, volgens ouders een zware taak.
“Ik heb een leerrelatie met de mentor, hij leert veel van ons en wij van hem. Maar ik vul natuurlijk wel alle gaten op waar dat nodig is.” (ouder van een kind met ASS) “Je moet als ouder veel zelf investeren. Gelukkig ben ik in staat om veel zelf te doen en de regie te nemen maar het kost je wel veel energie, geld en je carrière. Als je allebei moet werken, kun je het niet zo organiseren. Eén van de ouders moet continu beschikbaar zijn, ook om een goede samenwerking met school te kunnen opbouwen.” (ouder van een kind met een fysieke beperking) “ Als ik niet dagelijks zou meehelpen met het huiswerk, zou er niets van terecht komen.” (moeder van een kind met ASS)
Sommige ouders zijn teleurgesteld in de afstemming met school. Zoals eerder al genoemd, komt dit vaker voor bij ouders van kinderen waarbij ondersteuning op het gebied van gedrag een grote rol speelt.
“De mentor doet helemaal niks. Even samen in de agenda kijken of het huiswerk klopt kan niet want dat doe je op de havo en niet op het gymnasium.” (ouder van een kind met ADD) “Ik hoef geen gesprek meer, ik wil dat ze iets gaan doen met mijn kind. Er wordt van alles beloofd, maar je komt erachter dat het niet wordt uitgevoerd. Er verandert niets. De vervangende mentor wist niet eens dat ze mijn zoon moest helpen, dat was niet doorgegeven.” (ouder van een kind met ADD en dyslexie)
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
4.4
17
Leerkrachten en docenten9
Belang van deskundigheid Naast een deskundige begeleider die goed contact met de ouders onderhoudt, spelen leerkrachten en docenten een cruciale rol bij passend onderwijs. Volgens ouders kunnen zij deze rol alleen goed vervullen indien zij daarop zijn voorbereid. Kennis en informatie is daarbij noodzakelijk. De meeste ouders geven aan dat zij dit nog niet zo ervaren.
“Ik zie dat het moeilijk is voor de leerkracht om buiten de gebaande paden te denken, omdat ze voor elk kind hetzelfde willen. Dat begrijp ik ook wel, want ze heeft nog veel meer leerlingen. Maar mijn kind heeft wel hulp nodig, bijvoorbeeld met zijn jas aantrekken. De school moet zich aanpassen aan het kind want andersom gaat echt niet.” (ouder van een kind met een fysieke beperking) “Er waren veel confrontaties met docenten. Hij kreeg vaak straf. Het is onbegrip, veel docenten weten niet hoe ze met hem om moeten gaan. Ze zeggen dat hij normaal moet doen.” (ouders van een kind met ADD) “Bij ons kind lijkt het alsof er opzet is in gedrag, maar dat is niet zo. Hij herkent lichaamstaal niet en kan daardoor zonder het door te hebben in een nare situatie raken. Pas als een leerkracht hard op de rem trapt is pas duidelijk dat het niet goed gaat. Hij krijgt dan de volle laag.” (ouder van een kind met ADHD)
Verschil tussen leraren Verder blijken ouders veel verschillen te ervaren tussen leraren. Niet alleen voor wat betreft deskundigheid maar ook in de mate van bereidheid tot het bieden van extra ondersteuning merken zij verschil. Tegelijkertijd heeft een groot deel van de ouders begrip voor leraren die het lastig vinden om extra ondersteuning te bieden.
9
In een vervolgonderzoek gaan we in op de ervaringen van leraren met de invoering van passend onderwijs in de pioniersregio’s
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
18
“Er hangt veel af van de persoon, bijvoorbeeld een mentor met veel empathie of docenten die er echt voor willen gaan. Er zijn ook docenten die zeggen: wij hebben niet om dat soort zorgleerlingen gevraagd. Zij vinden dat deze kinderen maar gewoon normaal moeten doen en geen extra tijd mogen kosten. Eigenlijk hebben ze deels gelijk, ze krijgen dit ongevraagd voorgeschoteld.” (ouder van een kind met ASS) “Sommige docenten zijn wel gemotiveerd, maar kunnen het niet aan. Sommigen snappen het niet, er is vaak een gebrek aan geduld en aan deskundigheid. Ze zeggen: we behandelen hem als een gewoon kind want het is gewoon onderwijs.” (ouder van een kind met ASS en ADD) “Eén van de leraren kreeg mijn kind niet aan het werk en heeft toen contact gezocht met de mentor. Dit heeft geleid tot maatregelen die ten goede kwamen aan de hele klas, zoals het werken in kleinere groepjes en meer structuur in de stappen ie ze moeten zetten bij een opdracht. Dat is geweldig.” (ouder van een kind met ASS) “Leraren denken mee, als mijn kind iets heeft gemist, mag hij een toets soms ook wel later maken.” (moeder van een kind met ASS) “Met gym gaat het goed omdat hij een heel goede leraar heeft die hem elke les persoonlijke instructie geeft, anders heeft mijn kind geen idee wat hij moet doen. Met andere vakken proberen leraren ook individuele aandacht te geven, maar dat lukt niet altijd want daar is gewoon te weinig ruimte voor. Dat kun je de school niet verwijten.” (moeder van een kind met ASS)
4.5
Ouders als ervaringsdeskundigen
In tegenstelling tot ouders van kinderen met ASS, AD(H)D en ODD, worden ouders van kinderen met een fysieke beperking meestal snel als ervaringsdeskundigen erkend. In het laatste geval vindt regelmatig overleg plaats tussen ouders en school over hoe te handelen. “Mijn aanwijzingen worden heel serieus genomen. Als ervaringsdeskundige neem ik ook af en toe deel aan een panel tijdens bijeenkomsten met andere scholen.” (ouder van een kind met een fysieke beperking) “Er is altijd ruimte voor een extra gesprek. Ik mail ook, bijvoorbeeld over aanpassingen die nodig zijn nu mijn kind wat groter wordt.” (ouder van een kind met een fysieke beperking)
Ouders die geen goed contact hebben met de begeleider missen het partnerschap tussen ouders en school. Zij worden niet als ervaringsdeskundige gezien, waardoor er weinig of niets met hun aanwijzingen of voorstellen wordt gedaan.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
19
“Cognitief gezien zit onze zoon op de goede plek, maar qua zorg maar matig. Het is handig om met dit soort kinderen de ouders er als ervaringsdeskundige bij te betrekken. Dat gebeurt eigenlijk niet. Maar wij kennen hem al zijn leven lang.” (ouder van een kind met ASS en ADHD)
Sommige ouders hebben het zelfs opgegeven. Zij hebben veel moeite gedaan om school in te lichten over de ondersteuningsbehoeften van hun kind en de vertaling daarvan naar de dagelijkse praktijk. Ze hebben afspraken (op papier) gemaakt, maar het komt regelmatig voor dat deze niet worden nagekomen. Een deel van de geïnterviewde ouders voelt zich machteloos en niet gehoord.
“Ons kind past niet in het systeem. Hij zit in zijn eigen wereldje, veel gaat langs hem heen. Plannen en vooruit denken is een groot probleem maar zijn resultaten zijn goed. Voor school is er geen reden om hem te begeleiden zolang de resultaten goed zijn. We zijn heel teleurgesteld in school. We hopen dat ons kind de school puur op intelligentie toch kan afmaken. We hebben het nu helemaal losgelaten.” (ouder van een kind met ADD en dyslexie) “Ons kind heeft een telefoon zodat zij altijd iemand kan bellen als het niet goed met haar gaat. Op een bepaald moment werd de telefoon voor straf afgepakt. Ze is toen erg in paniek geraakt. De begeleider blust dit soort brandjes, maar dat betekent niet dat er iets verandert.” (ouder van een kind met ADD)
Tot slot constateert een aantal ouders een verschil in begeleiding op de basisschool en die in het voortgezet onderwijs. Daardoor verandert ook hun eigen positie. Gelijkwaardig partnerschap tussen ouders en school ontstaat meestal makkelijker in het basisonderwijs. Sommige ouders moeten in het vo lang wachten op een gesprek en hebben ondertussen geen zicht op hoe het gaat.
“Op de lagere school hebben we het nog goed kunnen sturen. Daar is ons kind goed begeleid. Maar in het vo is het anders, daar staan we als ouders veel verder van af. We hebben heel goed aan moeten geven hoe leraren met ons kind om moeten gaan.” (ouder van een kind met ADD)
4.6
Samenvatting
Uit de ervaringen van ouders blijkt dat er een verschil is tussen situaties waarin extra ondersteuning nodig is vanwege fysieke beperkingen en situaties waarin extra ondersteuning nodig is bij leren en gedrag. Bij fysieke beperkingen kunnen aanpassingen in het schoolgebouw al voor een groot deel zorgen voor een duurzame passende plek. Veel scholen zijn overigens op dit moment nog niet zover, waardoor ouders soms een flinke zoektocht achter de rug hebben of veel moeite moeten doen voor een aanpassing. Voor kinderen die ondersteuning nodig hebben bij leren en gedrag is het vinden van een passende plek minder eenvoudig. Ouders voelen zich afhankelijk van de inzet en deskundigheid van begeleiders en leraren en zijn daarbij niet gerust op de stabiliteit en continuïteit. Een goede relatie met de begeleider (in het po ook vaak de leerkracht) is een voorwaarde voor een passende plek. Ouders vinden dat het systeem nu nog teveel op toeval (persoonsafhankelijk) is
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
20
gebaseerd, vooral in het vo. Dit maakt het kwetsbaar, ook als het nu goed gaat. Verder missen ouders flexibiliteit in het systeem, terwijl maatwerk en denken buiten gebaande paden volgens hen juist nodig is bij extra ondersteuning op reguliere scholen. School en ouders kunnen aanvullend zijn in de ondersteuning en zorg om het kind. Een goede samenwerking in de vorm van een gelijkwaardig partnerschap tussen ouders en school is daarbij essentieel. Een belangrijk punt is dat ouders van kinderen die extra ondersteuning nodig hebben op cognitief en sociaal-emotioneel gebied veel minder door school als ervaringsdeskundige worden gezien dan ouders van kinderen met een fysieke beperking. Hierdoor blijven hun aanwijzingen en tips liggen en kan een groot spanningsveld ontstaan. Ouders vinden dat jammer want een passende plek is juist grotendeels afhankelijk van een goed begrip op school van bepaald gedrag / specifieke diagnoses en wat dat betekent in het dagelijks leven. Ouders geven aan dat zij school hierbij juist goed kunnen helpen. Opvallend veel ouders hebben begrip voor school en de leraren. Zij snappen dat leraren weinig tijd hebben voor individuele aandacht omdat de klassen vol zijn. Zij zien wel verschil tussen begeleiders en ook tussen leraren voor wat betreft deskundigheid en bereidheid tot het bieden van passend onderwijs. De bereidheid is daarbij juist weer afhankelijk van kennis en informatie over de situatie van het kind en uiteraard ook van de mogelijkheden op school. “Het kan op het gebied van ondersteuning met zó weinig, zó veel beter”, zeggen sommige ouders, “het is niet altijd zo ingewikkeld, maar je moet bereid zijn om die kleine dingetjes te doen. Je moet het kind vertrouwen, dat ie niet expres vervelend doet als het mis gaat.”
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
5
Schoolkeuze, toewijzing en plaatsing
5.1
Inleiding
21
Welke overwegingen spelen een rol bij het kiezen van een school voor basis- of voortgezet onderwijs? Hoe verloopt het proces bij een verwijzing naar een speciale school? In dit hoofdstuk kijken we allereerst naar de waardering van ouders voor het proces van schoolkeuze, toewijzing en plaatsing. Daarna gaan we achtereenvolgens in op de keuze10 voor een basisschool, de overgang naar het voortgezet onderwijs en situaties met een overstap naar een speciale school. Zoals eerder aangegeven hebben we ouders nadrukkelijk gevraagd naar hun ervaringen van het afgelopen jaar. Daar waar in het vorige hoofdstuk de waardering voor de extra ondersteuning op school erg uiteen liep, zien we bij het proces van schoolkeuze, toewijzing en plaatsing wat meer stabiliteit. Veel ouders vonden de overgang naar de basisschool, het voortgezet onderwijs of een speciale school een lastige periode. Zij spreken van ‘een moeizaam, ondoorzichtig proces’. Gemiddeld waarderen zij dit aspect met een 5. Onduidelijkheid is de meest genoemde reden voor deze onvoldoende. Ouders voelen zich daardoor onzeker. Zij hebben weinig zicht op de mogelijkheden voor hun kind (wat scholen kunnen bieden aan extra ondersteuning) en over de te nemen stappen. Er zijn echter ook positieve ervaringen. Zo is een overstap naar een speciale school in sommige gevallen snel geregeld en zijn een aantal ouders heel tevreden over de overgang po-vo.
5.2
Keuze voor een school
Bij de keuze voor een school spelen verschillende factoren een rol. Ouders van kinderen met een fysieke beperking kijken vooral naar praktische zaken als de mogelijkheid om even te liggen/slapen op school, of er ruimte is voor een rolstoel in de klas en of er een lift aanwezig is. Daarnaast moet de school bij hen passen, maar dat geldt voor elke ouder. In de meeste gevallen vinden deze ouders een goede school. Daar gaat wel een zoektocht aan vooraf. “In het ziekenhuis werd ons geadviseerd eerst in het reguliere circuit te kijken naar een school die ons kind wilde aannemen. Dit was heel spannend. Veel scholen hebben geen faciliteiten, bijvoorbeeld alleen een trap en geen lift. Uiteindelijk hebben we een school gevonden met kleine groepen, zodat er ruimte is voor een rolstoel in de klas.” (ouder van een kind met een fysieke beperking)
Een aantal ouders is met hun kind op een reguliere school gestart waarbij het na verloop van tijd duidelijk werd dat hun kind extra ondersteuning nodig had omdat het ziek werd of omdat er bijvoorbeeld ASS of AD(H)D werd gediagnosticeerd. Sommige ouders hebben het afgelopen jaar te maken gehad met een overstap naar een speciale school. Andere ouders maakten de overgang mee van primair naar voortgezet onderwijs. Hier gaan we in de volgende paragrafen dieper op in. 10
Met deze keuze bedoelen we de eerste keuze voor een school. In principe zal deze school de ouders i.v.m. de zorgplicht verder helpen indien de school de extra ondersteuning die het kind nodig heeft niet kan bieden.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
5.3
22
Overgang van po naar vo11
Sommige kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte konden de basisschool met goede begeleiding succesvol doorlopen. Het komt voor dat zij en hun ouders bij de overgang naar het voortgezet onderwijs alsnog geconfronteerd worden met een dichte deur, bijvoorbeeld in de vorm van een afwijzing en/of gebrekkige communicatie. In dit onderzoek hadden vooral de ouders van kinderen met een stoornis in het autistisch spectrum hiermee te maken. Daarnaast blijkt het voor bijna alle ouders lastig om goed in beeld te krijgen wat vo-scholen kunnen bieden aan extra ondersteuning. Informatie is moeilijk te vinden en speciaal georganiseerde gesprekken of bijeenkomsten verlopen niet altijd zoals verwacht. De po-vo overgang kost ouders veel tijd en ze ervaren de afwijzingen als emotioneel belastend.
“Ik heb gemerkt dat er veel angst is om groep 8 leerlingen aan te nemen met een label. Eén school heeft maandenlang het dossier bestudeerd en mijn kind vervolgens afgewezen. Daarna is hij op een andere school ook op basis van zijn dossier afgewezen. Daarna kregen we nog een afwijzing op basis van een telefoongesprek. Mijn kind is letterlijk ziek geweest van de klap dat hij op de eerste school niet was aangenomen. Zijn zelfvertrouwen was enorm gekelderd. Er is ook helemaal geen begeleiding geweest van de scholen naar plaatsing op een volgende school. Dit klopt helemaal niet met de uitgangspunten van passend onderwijs. Als de betrokkenen deskundig waren geweest, hadden we hem snel op de juiste plek gekregen. Ik heb dit hele traject zelf uitgezocht. Ik maak me zorgen om andere ouders die dit niet kunnen. Hoe kunnen wij geholpen worden als de mensen die ons zouden moeten helpen niet weten waar ze het over hebben?” (ouder van een kind met ASS) “Het is vrij dramatisch verlopen, ook al heeft de basisschool zich heel erg ingespannen. We hebben ons kind bij zes scholen aangemeld en alleen de huidige school wilde hem aannemen. Scholen willen geen kinderen leerlingen met een zorgdossier. We kregen keer op keer een afwijzing. Je loopt te leuren bij scholen met een dossier onder je arm en krijgt steeds te horen dat je kind niet welkom is. Dat vond ik heel erg en heel jammer. (ouder van een kind met ASS) “De overdracht is slecht verlopen. Er waren verschillende mensen bij het gesprek uitgenodigd, maar sommigen kwamen niet opdagen. Ik heb toen zelf contact opgenomen met de vo-school en gesprekken aangevraagd die uiteindelijk pas laat in het jaar plaatsvonden. Het lijkt wel alsof ze helemaal niet door hebben dat het om een mens gaat. Wij kregen het gevoel dat ze niet zorgvuldig omgaan met ons kind.” (ouder van een kind met ASS en ADHD) “We hebben samen met de basisschool een warme overdracht geforceerd. Dat was echt nodig, maar de vo-school vond het vreemd. Dat is jammer want we zijn heel coöperatieve ouders en met een goede overdracht gaat het veel beter. Maar scholen staan er niet voor open, je moet ze openbreken.” (ouder van een kind met ADHD)
11
Het was niet altijd duidelijk of de overgang po-vo plaatsvond vóór of na de invoering van passend onderwijs. Ook hebben ouders bij de overgang met verschillende (po en vo) samenwerkingsverbanden te maken gehad.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
23
In sommige gevallen gaat het juist heel goed en verloopt de overgang van po naar vo vrij soepel. “Het traject wat aan plaatsing vooraf ging is heel zorgvuldig verlopen. Mijn kind mocht op een ander tijdstip aan het schooljaar beginnen dan andere leerlingen. Ook mocht hij voor het schooljaar begon al komen kennismaken op school.” (ouder van een kind met ASS) “Het is heel belangrijk dat de mensen die er verstand van zouden moeten hebben weten waar het over gaat. De ambulant begeleider had kennis over het aanbod in zijn regio en de stapjes die moesten worden gezet om bij de juiste school te komen. Hij heeft geadviseerd over de juiste aanpak en is heel actief geweest rond de aanmelding.” (ouder van een kind met ASS)
5.4
Naar een speciale school
Een (tijdelijke) verwijzing naar een speciale school (so, sbo, vso) wordt door een aantal ouders ervaren als ‘de beste oplossing voor dit moment’. Een aantal ouders ziet hun kind na een soepele overstap weer opbloeien. Sommige ouders denken dat het op een andere reguliere school misschien wel goed was gegaan, maar leggen zich er verder bij neer.
“Het was een probleemklas. Het zou ook aan de school zelf kunnen liggen. Misschien was het op een andere reguliere school wel goed gegaan. Maar voor onze zoon is het sbo nu de beste oplossing. Gelukkig gaat hij weer met plezier naar school. Het traject wat vooraf ging aan plaatsing is prima verlopen. Het was binnen vijf weken geregeld.” (ouder van een kind met moeilijkheden in het gedrag) “Op een andere reguliere school zou het misschien makkelijker gaan om begeleiding te geven. Deze school geeft veel klassikaal les en dan is het heel lastig om tijd vrij te maken voor extra ondersteuning. Ons kind gaat nu naar het sbo en kan daar beter gemonitord worden.” (ouder van een kind met een fysieke beperking) “De overstap is soepel verlopen, de betrokkenen waren erg deskundig.” (ouder van een kind met ASS)
Het kan ook anders gaan. Een aantal ouders werd geconfronteerd met een - soms plotselinge verwijzing naar een speciale school, zonder verdere begeleiding.
“Eigenlijk wilden we ons kind op de reguliere basisschool houden, maar dat zag de school echt niet zitten. Toen moesten we over het sbo gaan nadenken. We voelden ons wel voor het blok gezet omdat we ineens een andere school moesten kiezen. Ik heb er geen goede herinneringen aan.” (ouder van een kind met een fysieke beperking) “Ons kind ging naar het regulier onderwijs maar er waren geen middelen om extra begeleiding te geven. We kwamen toen uit bij het sbo. We hebben erg veel zelf uitgezocht. Er lijkt nauwelijks afstemming te zijn tussen de gevende en de nemende school.” (ouder van een kind met een ontwikkelingsachterstand)
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
5.5
24
Samenvatting
Veel ouders voelen zich onzeker in het proces van schoolkeuze, toewijzing en plaatsing. Voor ouders van een kind met een fysieke beperking geldt dat zij goed moeten worden ingelicht over praktische mogelijkheden op school, zoals aanpassingen in het gebouw. In mindere mate is dit ook van toepassing op ouders van een kind met een diagnose als ASS of ADHD (denk aan de prikkelvrije ruimte). Voor alle ouders is het belangrijk om te weten welke begeleiding de school kan bieden. Voor velen is dit niet duidelijk. Ouders hebben behoefte aan concrete informatie over wat scholen kunnen bieden aan extra ondersteuning en een centraal punt waar zij met hun vragen terecht kunnen. Voorlichting die er is, schiet nog al eens te kort. Ouders geven aan dat zij zelf op zoek gaan naar informatie. Dit kost veel tijd en energie. Bovendien vragen zij zich af of alle ouders dit zelf kunnen. In de overgang van po naar vo lopen veel ouders aan tegen de ‘geslotenheid’ van het vo. Zij hebben het gevoel dat kinderen met een zorgdossier niet welkom zijn. Als kinderen wel worden geplaatst, moeten sommige ouders veel moeite doen voor een overdrachtsgesprek. Om te ondersteunen bij schoolkeuze in het vo worden - naast de reguliere open dagen - soms wel speciale bijeenkomsten georganiseerd waarbij onderwijsbehoeften en onderwijsmogelijkheden centraal staan. Dit is iets waar veel ouders behoefte aan hebben maar de wijze waarop het nu plaatsvindt bleek niet altijd zinvol voor de ouders die wij hebben gesproken. Ouders vinden het belangrijk dat dit objectief en op basis van transparante informatie gebeurt. Zij willen graag onafhankelijke voorlichting, gebaseerd op feitelijke informatie over wat scholen daadwerkelijk kunnen bieden.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
6
Communicatie en informatie
6.1
Inleiding
25
In de voorgaande hoofdstukken zijn de aspecten communicatie en informatie al op verschillende manieren aan de orde gekomen, zoals bij het zoeken naar een school of de communicatie over de ondersteuning. Toch nemen we in dit hoofdstuk het thema communicatie en informatie nog even apart omdat we ouders expliciet gevraagd hebben naar hun beleving en ervaringen op dit gebied. We gaan in op de communicatie en informatie over de ontwikkeling van het kind, over het ondersteuningsaanbod en over passend onderwijs in het algemeen. Gemiddeld geven ouders een 6 voor de wijze van communiceren en informeren. Voor de communicatie vanuit school over hun kind geven veel ouders een (ruime) voldoende. Dit is wel afhankelijk van de situatie. Voor de communicatie en informatievoorziening gedurende het traject van schoolkeuze, toewijzing en plaatsing geven de meeste ouders een (zware) onvoldoende. Veel ouders zeggen ‘alles zelf uit te moeten zoeken’ en een centraal aanspreekpunt voor vragen te missen. Vooral in de overgang van po naar vo levert dit vervelende situaties op in de vorm van (meerdere) afwijzingen met weinig toelichting en/of begeleiding daarna.
6.2
Communicatie en informatie over de ontwikkeling van het kind
In het speciaal onderwijs zijn ouders over het algemeen tevreden over de wijze van communiceren en informeren over de ontwikkeling van hun kind. Ook ouders van kinderen (met een fysieke beperking) die op een reguliere basisschool zitten zijn doorgaans tevreden. Opvallend is dat er vaak knelpunten in de communicatie en informatievoorziening ontstaan in of na de overgang naar het vo. Veel ouders hebben vanaf dat moment minder grip op de situatie. Ouders missen het kleinschalige karakter van de basisschool. Ze komen niet of nauwelijks meer in de school en moeten soms lang wachten op een gesprek. De meeste ouders vinden dit erg lastig. Zij vinden het belangrijk om regelmatig contact te hebben. Ook vinden zij dat de school hen als ervaringsdeskundige moet zien, zodat de informatie die zij geven meegenomen kan worden in de ondersteuning aan het kind. Deze interactie tussen ouders en school is volgens hen juist een voorwaarde om het op langere termijn goed te laten gaan met hun kind. “Als we eerlijk zijn, vinden we dat we overal zelf achteraan moeten. We moesten zelf aan de begeleider vragen of hij zich even wilde voorstellen en we hebben geen idee wat hij doet qua begeleiding.” (ouder van een kind met ASS en ADHD) “Misschien is het mogelijk om eerder in gesprek te gaan, maar ik weet dan niet goed bij wie ik moet zijn om dat aan te vragen.” (ouder van een kind met ASS en ADHD) “Ik vind passend onderwijs zeer onduidelijk. Er kwam een formulier om in te vullen in verband met de ondersteuning aan het begin van het schooljaar. Het was een onduidelijk, gecompliceerd formulier. Hoe kun je dit invullen als je het niet begrijpt, zoals veel lager opgeleiden?” (ouder van kind wat ernstig ziek is geweest)
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
26
In de manier van communiceren is ook de zorgvuldigheid van groot belang. Soms rolt een diagnose zomaar ongewenst over de overlegtafel, waar kinderen zelf bij zijn. “Wij hebben het thuis nooit over autisme, alleen over de kenmerken. Scholen moeten hier echt zorgvuldig in zijn.” (ouder van een kind met ASS)
Bij fysieke beperkingen zijn soms veel verschillende personen bij de begeleiding betrokken. Dit stelt weer andere eisen aan de communicatie. Uit de ervaringen blijkt dat dit meestal goed gaat maar dat ouders er wel graag zelf bij zijn en overleggen liever klein houden.
6.3
Informatie over het ondersteuningsaanbod
Het is voor veel ouders onduidelijk wat de mogelijkheden zijn van scholen op het gebied van extra ondersteuning. Dit geldt voor alle soorten scholen maar het komt opvallend naar voren bij de overgang van po naar vo. “Ik denk dat het goed is om te weten wat er mogelijk is qua ondersteuning. Meer voorlichting voor ouders organiseren. Het is fijn als websites die informatie bieden goed vindbaar zijn voor ouders. En als je ze vindt, moeten ze ook toegankelijk zijn en de informatie geven die ouders zoeken. Dat geldt ook voor de informatie die de school verspreidt. Welke trajecten zijn er voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte? Het kan niet zo zijn dat alleen hoogopgeleide ouders die blijven doorzeuren de juiste informatie en ondersteuning kunnen krijgen.” (ouder van een kind met ADHD) “Bij de start op de vo-school is aan ouders gemeld dat veel meer kinderen extra ondersteuning nodig hebben, dus dat ouders niet teveel aandacht op kunnen eisen. Maar ik wil geen aandacht, ik wil gewoon horen wat de mogelijkheden voor mijn kind op deze school zijn.” (ouder van een kind met ADHD)
6.4
Informatie over passend onderwijs in het algemeen
Bijna alle ouders die we hebben gesproken geven aan dat zij vanuit de scholen geen informatie hebben ontvangen over (de invoering van) passend onderwijs. Zij zijn soms geïnformeerd via andere kanalen, met name ouderverenigingen. Ouders zijn, op een enkele uitzondering na, niet op de hoogte van wat een samenwerkingsverband kan betekenen en hebben bijvoorbeeld nog nooit van het bestaan van de ondersteuningsplanraad (OPR) gehoord. Klachtenregelingen zijn vaak onbekend. Uit de verhalen van ouders komt duidelijk naar voren dat zij behoefte hebben aan een centraal punt voor vragen, van waaruit je eventueel doorverwezen kunt worden. Iedere ouder probeert nu zelf de juiste weg te vinden. Dit kost hen veel tijd en energie, terwijl zij al veel zorgen hebben.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
27
“We zijn niet op de hoogte gebracht van de werking van het nieuwe systeem. Er gaat iets veranderen, maar niemand weet wat. Er is ook geen centraal informatiepunt waar je met dit soort vragen goed terecht kunt.” (ouder van een kind met ADD en dyslexie) “De rugzakken bleken afgeschaft. De communicatie hierover was erg mager. Per mail kregen we bericht dat iemand anders de begeleiding over zou nemen.” (ouder van een kind met ADD en dyslexie) “Vanuit mijn eigen achtergrond heb ik de informatie die ik nodig had kunnen vinden. Voor andere ouders kan dit wel ingewikkeld zijn.” (ouder van een kind met een fysieke beperking)
6.5
Samenvatting
Passend onderwijs vraagt om een goede manier van communiceren en informeren. Het gaat tenslotte om passende ondersteuning en maatwerk. Informatie voor ouders is onmisbaar bij het vinden van een goede plek met extra ondersteuning voor hun kind. Interactie met ouders is een voorwaarde om de ondersteuning verder passend te maken. Uit de verhalen van ouders blijkt dat hier nog verbeteringen nodig en mogelijk zijn. Zo geven veel ouders aan dat zij geen informatie over de invoering van passend onderwijs hebben gekregen. Zij weten vaak niet van het bestaan van het samenwerkingsverband en de OPR. Verder vinden veel ouders het moeilijk om zelf informatie te vinden. Zij hebben behoefte aan een centraal punt van waaruit zij verder geholpen kunnen worden. Ouders die wel zelf informatie hebben gevonden, zijn vaak hoger opgeleid en /of hebben zelf een achtergrond in het onderwijs of de jeugdzorg. Ook ouderverenigingen spelen een belangrijke rol in de informatievoorziening. Vooral bij de overgang van po naar vo is het extra belangrijk voor ouders om een goed beeld te hebben van wat scholen kunnen bieden. Eenmaal op het vo kan het lastig zijn om regelmatig contact met school te hebben. Voor ouders is een gelijkwaardige relatie met school echter juist van groot belang. Alleen dan kunnen zij zelf informatie overbrengen waar vervolgens ook echt iets mee gedaan wordt. Ouders hebben behoefte aan korte, snelle lijnen. Dit is nodig om het kind over een langere periode met succes op school te houden.
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
7
28
Slotbeschouwing
De drie pionierende samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs Zuid-Kennemerland PO, HelmondPeelland VO en Sterk VO Utrecht en Stichtse Vecht, hebben het afgelopen jaar ervaring opgedaan met nieuwe manieren van toewijzen en arrangeren van passend onderwijs. Hoe hebben ouders deze periode beleefd? Welke ervaringen hebben zij met toewijzing, plaatsing en ondersteuning van hun kind? Als we kijken naar de waardering die ouders hebben gegeven voor de huidige extra ondersteuning voor hun kind dan zien we dat ouders uiteenlopende ‘rapportcijfers’ geven. Sommige ouders die wij hebben gesproken - met name die van kinderen met een fysieke beperking – zijn heel erg tevreden en geven een 10. Andere ouders zijn juist ontevreden en vinden de plek niet passend, zij geven een 4 of soms nog lager. Het gaat hierbij vaak om kinderen die specifieke extra begeleiding nodig hebben op het gebied van gedrag, voortkomend uit een diagnose als ASS en AD(H)D. De waardering voor het proces van schoolkeuze, toewijzing en plaatsing vertoont meer stabiliteit: ouders geven hiervoor gemiddeld een 5. Een onvoldoende, omdat het traject wat zij doorlopen volgens hen ‘moeizaam en ondoorzichtig’ is. Zij hebben heel veel zelf moeten doen. Deze lage waardering hangt samen met het cijfer voor de communicatie en informatievoorziening in het geheel. Ouders geven hiervoor gemiddeld een 6. Zij vinden de communicatie vanuit school over hun kind vaak wel voldoende, dit geldt met name voor het basisonderwijs. De informatie en communicatie gedurende het traject van schoolkeuze, toewijzing en plaatsing kan volgens hen veel beter. Dit komt vooral naar voren in de overgang van primair naar voortgezet onderwijs. Het is ouders niet duidelijk wat scholen kunnen bieden aan kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Het is natuurlijk interessant te weten of de waardering van ouders die wij gesproken hebben een goede afspiegeling is van de waardering van de totale groep ouders in de pionierende samenwerkingsverbanden. Daarvoor zijn benchmark gegevens nodig, bijvoorbeeld uit oudertevredenheidspeilingen. Deze waren nu nog niet beschikbaar, maar het is voor de toekomst raadzaam deze gegevens te verzamelen in het kader van kwaliteitszorg. Het totaalbeeld van de gesprekken laat zeer betrokken ouders zien die veel tijd en energie steken in het welbevinden hun kinderen. Ouders zijn vaak opgelucht en vooral blij als de onderwijsplek en het aanbod past bij hun kind. Zij willen en kunnen hierbij zelf een essentiële rol spelen door middel van een gelijkwaardig partnerschap met school. Er bestaat echter nog veel onzekerheid bij ouders. Heeft hun kind volgend jaar ook nog een passende plek? Wat gebeurt er als de begeleider ziek wordt en vervangen moet worden? Welke scholen voor voortgezet onderwijs zijn geschikt voor een kind met een specifieke extra ondersteuningsbehoefte? Om passend onderwijs tot een succes te maken is goede communicatie en een goed educatief partnerschap tussen scholen en ouders van groot belang. Dit vraagt de komende jaren nog veel
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
29
aandacht, zoals ook blijkt uit ander recent onderzoek van het Netwerk Ouderinitiatieven12 en Ecorys13. Gezien het beperkte aantal deelnemers aan het hier beschreven onderzoek is het niet mogelijk om ‘zware conclusies’ te trekken. Er kwamen echter duidelijke signalen uit hun verhalen naar voren op grond waarvan we de volgende aanbevelingen willen doen richting schoolbesturen, scholen en samenwerkingsverbanden.
1. Zorg voor transparante, toegankelijke informatie en heldere communicatie. Ouders vinden het belangrijk dat zij tijdig geïnformeerd worden over nieuwe ontwikkelingen, zoals de komst van passend onderwijs. Naast algemene informatie is er ook informatie nodig over wat scholen kunnen bieden aan kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Dit is extra belangrijk bij de overgang van het primair naar het voortgezet onderwijs. Ouders verwachten verder dat er ook tussen en binnen scholen goed gecommuniceerd wordt. Informatie moet toegankelijk zijn voor iedereen. 2. Maak een gelijkwaardig partnerschap tussen ouders en school mogelijk. Werk toe naar een toekomst waarin je als school gebruik maakt van de expertise en ervaringsdeskundigheid van ouders. Dit maakt de kans op een succesvolle schoolloopbaan groter. Het gaat om een gezamenlijk belang. Zorg voor een bundeling van krachten: ouders en school kunnen elkaar versterken. Uiteraard moet ieder zijn eigen rol behouden, maar het mogen geen gescheiden routes zijn. Een gelijkwaardige relatie waarbij afspraken worden gemaakt op grond van informatie uit zowel de thuis- als schoolse situatie, kan veel opleveren. 3. Zorg voor continuïteit in de kwaliteit van passend onderwijs. Passend onderwijs is mede afhankelijk van een goede relatie tussen ouders en school (het gelijkwaardig educatief partnerschap). Met name in het voortgezet onderwijs ervaren ouders dit nu nog als kwetsbaar. Begeleiders waar zij nu nog goed contact mee hebben, kunnen bij ziekte of andere onvoorziene omstandigheden wegvallen. Een goede relatie wordt nu vaak als ‘toeval’ of ‘geluk’ ervaren. De ondersteuning zou beter geborgd moeten zijn en een vast onderdeel van het beleid van de school, zoveel mogelijk gedragen door het hele team. Daarnaast moet het gelijkwaardig partnerschap, het openstaan voor de ervaringsdeskundigheid van ouders, onderdeel zijn van de schoolcultuur. 4. Investeer in professionalisering van leraren. Niet alleen de begeleider speelt een belangrijke rol bij de kwaliteit van passend onderwijs in het voortgezet onderwijs. Ook de leraren spelen een cruciale rol. Goed contact tussen begeleider en leraren is van belang om gemaakte afspraken tussen ouders en school ook daadwerkelijk na te komen in de dagelijkse praktijk. Daarnaast is voorlichting, deskundigheidsbevordering en training van leraren, eventueel met inzet van ouders als ervaringsdeskundige, nodig. Met de juiste bagage is het voor leraren makkelijker om passend onderwijs te bieden. Dit laatste geldt uiteraard ook voor leraren in het primair onderwijs. 12
Wat ouders verwachten van passend onderwijs. Eindrapportage voor de samenwerkingsverbanden op grond van zeven bijeenkomsten. Netwerk Ouderinitiatieven / passend onderwijs en zorg (maart 2014). 13 Monitor voorbereiding passend onderwijs. Rapportage over meting 1 en 2. Ecorys en Panteia (Rotterdam/Zoetermeer, maart en juni 2014).
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
30
Bijlage Gespreksleidraad ’Ervaringen van ouders met passend onderwijs’ Opbouw en inhoud van gesprekken Kennismaking Korte uitleg over het onderzoek Kennismaking Afspraken over anonimiteit/privacy/verslag/opbrengst Informatie over het vervolg (verslag wordt voor akkoord voorgelegd) Waardering Tijdens het gesprek vragen we ouders naar de waardering van enkele belangrijke aspecten. Bij de groepsgesprekken doen we dit aan het begin, zodat elke deelnemer een eigen mening kan geven. Bij de telefonische gesprekken vragen we bij elk besproken aspect om een waardering. Als u op het afgelopen schooljaar terugkijkt, in hoeverre bent u dan tevreden over (schaal van 1-10): de extra ondersteuning voor uw kind op dit moment (passende plek) het traject wat daaraan vooraf ging (toewijzing en plaatsing) de communicatie en informatievoorziening (in het geheel) Korte situatieschets vooraf Kunt u een korte situatieschets geven? Bijv. leeftijd kind, j/m, ondersteuningsvraag en uitkomst: o Van rugzakje naar arrangement o Voor het eerst een school gezocht o Overplaatsing o Anders Huidige situatie: ondersteuning op school 1. Vindt u dat uw kind een passende onderwijsplek heeft? (Waarom wel/niet? Bent u tevreden over de extra ondersteuning aan uw kind? Zijn er verbeterpunten?) 2. Wordt u als ervaringsdeskundige betrokken bij de ondersteuning van uw kind? (Bent u hier tevreden over? Voorbeelden? Vraagt de school om tips? Heeft u zelf ideeën/tips/verbeterpunten? Heeft u wel eens contact met de ondersteuningsplanraad?) Proces: schoolkeuze, toewijzing en plaatsing 3. Hoe verliep het traject naar een passende plek voor uw kind? (Traject van schoolkeuze, toewijzing, plaatsing / extra ondersteuning). (Goed/redelijk/niet goed? Verbeterpunten?)
Oberon – Pionieren in passend onderwijs: ervaringen van ouders
31
4. Bent u hier tevreden over? (gehele proces/traject) (Voelt u zich serieus genomen? Is het duidelijk bij wie u moet zijn? Wat zijn positieve punten? Zijn er ook aandachtspunten (bijv. papierwerk). Vindt er afstemming plaats met andere professionals die bij de zorg voor uw kind betrokken zijn? Verbeterpunten?) 5. Misschien heeft u al eerder te maken gehad met indicatiestelling en schoolkeuze. Wat is er volgens u veranderd? (Is er verschil tussen de huidige situatie en de situatie voor de invoering van passend onderwijs? Positieve punten, aandachtspunten?) Communicatie en informatie 6. Wordt u op dit moment goed geïnformeerd over de ontwikkeling van uw kind? (Hoe? Door wie? Wat vindt u belangrijk? Zijn er verbeterpunten?) 7. Weet u waar u informatie kunt vinden? (Bent u goed geïnformeerd tijdens het proces om te komen tot een passende plek voor uw kind? Wat verwacht u van wie? Is het duidelijk wat scholen kunnen bieden? Is het duidelijk waar u met vragen terecht kunt of als u het ergens niet mee eens bent? Voelt u zich serieus genomen door school, SWV, loket? Verbeterpunten?) 8. Passend onderwijs krijgt veel aandacht in de media. Wat vindt u zelf? (Kans of juist niet? Waarom?) Tips 9. Heeft u tips voor andere ouders? Heeft u nog ideeën voor verbetering? (Voor ondersteuning op school, type aanbod, informatievoorziening?) Tot slot Heeft u verder nog toelichting op uw ervaringen die van belang is maar nog niet besproken? Afsluiting Heel hartelijk dank voor uw bijdrage aan dit onderzoek!