De symbolische betekenis van sprookjes
Pinokkio: de wens is de vader van de gedachte
Volgens esoterische tradities bezit onze denkgeest of psyche scheppend vermogen. We kunnen scheppen wat we willen. Niet alleen in onze gedachten en in onze gevoelswereld, maar ook in materie. Materie is immers verstoffelijkte energie. Geest die manifest is geworden. Dit is geen absurde spirituele theorie, maar wetenschap. Ook kwantumfysica vertelt ons dat alles energie (trilling) is en dat wat aan de oppervlakte solide lijkt, zoals het blad van een tafel, in werkelijkheid een golf van energie is. Wij kunnen de trillingsfrequentie van energie echter niet bevatten. Met het fysieke oog zien we deze trillende energie daarom als solide of een object buiten onszelf. In werkelijkheid bestaat de tafel waaraan ik zit echter nergens anders dan in mijn geest. Energie of geest (de spirituele term) kent immers geen werkelijke vorm – ze bestaat uit één geheel. Er bestaan zodoende geen subject of object, waarnemer of ervaring. Beide zijn ‘uiteinden’ van hetzelfde continuüm: energie. De illusie dat er een afgescheiden Ik bestaat dat buiten zichzelf objecten waarneemt, komt tot stand doordat we vanuit ons huidig bewustzijn niet in staat om de hele geest – het ene zijn – te bevatten, waardoor we de ene golf in myriaden deeltjes waarnemen. Dit zijn de objecten die onze fysieke buitenwereld vormen. Zo binnen, zo buiten Zonder een daadwerkelijke scheiding tussen Ik en de ander, subject en object, bestaat alles in samenhang met elkaar. Alle manifestaties zijn golven op dezelfde oceaan van energie. Wanneer we ons dit bewust zijn, kunnen we als bewuste deelnemer aan de dans van energie, die steeds weer nieuwe vormen aanneemt, participeren. Dit wil niet zeggen dat we als bij toverslag alles kunnen manifesteren wat we wensen, zoals sommige New Age goeroes ons willen doen geloven. Alleen een volledig bewuste meester is tot dergelijke meesterlijke composities in staat. Stel je de denkgeest voor als een mal waardoorheen vormloze energie stroomt. Ons bewustzijn is de vormgever die bepaalt hoe groot de mal is en welke vorm zij vorm heeft. Een beperkt bewustzijn beschikt over een kleine mal, een groter bewustzijn heeft een grotere mal tot zijn beschikking. Bewustzijn is niets anders dan een gerichtheid van geest. We zijn ons van die dingen bewust waarop we onze aandacht richten en we blijven ons onbewust van de dingen die we in onze aandacht links laten liggen. Bewustzijn is aldus de richting waarin de aandacht stroomt. Wanneer we onze aandacht gericht houden op aardse zaken, zoals het verdienen van geld of het verkrijgen van het een of ander, dan beperken we ons bewustzijn. Materie is een grofstoffelijke, beperkte vorm van energie. Het bewustzijn dat vastgeklonken is aan materie, creëert als het ware een kleine mal. De (vormloze) energie die hier doorheen stroomt, neemt zodoende een beperkte vorm aan. Zo creëren we in de buitenwereld de 1 © 2013, Sander Videler www.degoudgeleweg.nl
omstandigheden die we in onze binnenwereld middels onze aandacht of intentie vormgeven. Het is de kunst om je aandacht of intentie zo ruim mogelijk te maken, waardoor de oneindige mogelijkheden die besloten liggen in geest zich door de verruimde mal heen kunnen manifesteren. Dit zijn dan omstandigheden die getuigen van een groter bewustzijn. Denk bijvoorbeeld aan liefdevolle ontmoetingen, nieuwe mogelijkheden in je werk, gezondheid of welzijn. Pinokkio geboren uit een onbevlekte ontvangenis Er was eens een man Geppetto genaamd. Geppetto was een houtbewerker, een soort vrijmetselaar. Immers, vrijmetselaren beelden met hun bewustzijn in een zogenoemd ‘bouwwerk’ een spirituele visie uit. Middels rituelen en het woord geven zij vorm aan een of andere gedachte. Deze beelden zij in de wereld uit. Hiermee halen zij de energie – dat oorspronkelijk zuiver bewustzijn of gewaarzijn is – als het ware naar ‘beneden’, naar de aarde toe, waar zij er vorm aan geven. Jozef, een timmerman, deed hetzelfde toen hij zijn verlangen naar een spirituele geboorte indrukte in de heilige geest – de vormloze energie (een vrouwelijk principe) – en zo zijn intentie conceptualiseerde in de vorm van een nieuw leven: Jezus. In het sprookje doet Geppetto hetzelfde als hij op een dag een jongen uit hout snijdt. Geppetto was waarschijnlijk een eenzame man en in zijn gedachten stelde hij zich een jongen voor – Pinokkio – van wie hij aansprak had. We dragen allemaal een Pinokkio mee in onze gedachten. Iedereen kent de kracht van fantasie, wanneer we ons dingen of mensen voorstellen die er in realiteit niet zijn. De afgestompte kantoorklerk droomt tijdens zijn geestdodend werk van reizen. De zieke droomt van een gezond lichaam. En de eenzame Geppetto droomde van een zoon. Het is op z’n zachtst gezegd merkwaardig dat Geppetto er in het sprookje uiteindelijk in slaagt een zoon van vlees en bloed te verwekken, zonder dat hier een vrouw aan te pas komt! Persoonlijk begrijp ik niet dat de gelijkenis tussen Pinokkio en het verhaal van de geboorte van Jezus, via een ‘onbevlekte ontvangenis’, nooit is gelegd. In beide verhalen is de vader een timmerman (lees: vrijmetselaar of beeldhouwend bewustzijn). In beide verhalen is de vrouw afwezig in de zin dat er geen seks met een vrouw aan te pas komt. Toch komen Jezus en Pinokkio beiden ter wereld. Het vrouwelijke is in deze verhalen natuurlijk de geest – de vormloze energie waarin het bewustzijn een intentie uitstraalt. Wie is nu deze Pinokkio? Is hij niets meer dan een symbool voor de gedachtespinsels of fantasieën van Geppetto? Of stelt Pinokkio meer voor? Pinokkio: de golem In kabbalistische magische tradities waart een duister wezen rond: de golem. In de Talmoed wordt gesproken over het scheppen van een levend wezen uit klei of leem door middel van magische handelingen. Wat is magie? Letterlijk is magie magnetisme: de onweerstaanbare band die er tussen twee mensen of een mens en een object kan bestaan. Wetenschappelijk gezien ontstaat deze band doordat beide mensen of het mens en het object op dezelfde trillingsfrequentie resoneren. We kunnen dit gemakkelijk herkennen in verliefdheid. Uiteindelijk worden 2 © 2013, Sander Videler www.degoudgeleweg.nl
we niet slechts op de ander verliefd, maar de ander draagt iets in zich, dat we op een dieper, onderbewust niveau ook in onszelf kennen. Omdat we ons van dit deel in onszelf nog niet bewust zijn, projecteren we het op de ander. Vervolgens zien we een onbewust, eigen deel van onszelf terug in de ander en willen we niets liever dan met de ander samen zijn. Dit is een poging om ons met ons eigen onderbewuste te verenigen. De golem kan gezien worden als een gestalte in ons eigen onderbewuste. Alles waarvan we ons nog niet bewust zijn of dat we onderdrukt hebben en zo onderbewust hebben gemaakt, bestaat als energie in ons. Het feit dat we deze donkere, on(der)bewuste energie niet kunnen zien, wil niet zeggen dat zij niet bestaat! Door bijvoorbeeld verlangens te onderdrukken, nemen de verlangens onderbewust gestalte aan in de vorm van een complex. Het onderdrukte verlangen om (psychisch) af te rekenen met mensen door wie we ons tekort gedaan voelen, neemt bijvoorbeeld vorm aan in de gestalte van een machtscomplex. Furie bouwt zich in ons op. Wij scheppen deze furieuze gestalte zelf middels onze magische krachten: de onderdrukte, onderbewuste verlangens. Als we hier maar lang genoeg mee doorgaan, dan zal deze furieuze macht uiteindelijk vorm aannemen in de buitenwereld. Dan ontmoeten we hem bijvoorbeeld in de vorm van een sadistische minnaar. We voelen ons op ‘magische’ wijze aangetrokken tot deze foute persoon, ergens wel aanvoelend dat er iets niet in orde is. Maar toch, we zijn verliefd, gaan met hem naar bed en de volgende ochtend worden we wakker naast onze eigen golem. We hebben dan, in negatieve zin, net als Geppetto een Pinokkio gemaakt. Trollen zijn mijn golems. Ik heb een fascinatie voor deze afzichtelijke, aardse wezens en kan ook verklaren waarom. Ik worstel met mijn mens zijn, dat wil zeggen: met mijn fysieke en seksuele natuur. Ik probeer deze vervolgens te ontvluchten in ‘spiritualiteit’. Maar daarmee onderdruk ik fysieke en seksuele behoeften, waardoor er in mijn onderbewuste een golem geschapen wordt. Dat deze de vorm aanneemt van een trol is natuurlijk niet verwonderlijk, als je bedenkt dat trollen de meest instinctieve natuurwezens symboliseren! De vraag is nu of Pinokkio de beeltenis van een werkelijk en reëel verlangen is of dat hij een irreële fantasie van Geppetto voorstelt – een hersenspinsel waarin de oude man vlucht. De wens, vader van de gedachte We hebben twee soorten intenties of gerichtheden van bewustzijn: positieve en negatieve. Positieve intenties komen voort uit een zich uitbreidend bewustzijn en houden zodoende altijd een vorm van heling in. De vorm die positieve intenties voortbrengen – gedachten, gevoelens of fysieke ervaringen – is groter dan ons huidig bewustzijn. Iemand die al lang alleen leeft (☺) kan de intentie hebben een partner te ontmoeten, vanuit het besef dat de ervaring van een relatie aanzet tot nieuwe mogelijkheden tot bewustwording en de ervaring van liefde. Dat is een positieve intentie: reëel en helend. (Uit het sprookje leren we dat het moment van de verwerkelijking van deze intentie niet in onze handen ligt. Hierover verderop meer.) Een zelfde eenzame man als Geppetto kan echter ook negatieve intenties projecteren. Dan worden zijn verwachtingen van een relatie of partner irreëel of hij verlangt een 3 © 2013, Sander Videler www.degoudgeleweg.nl
relatie, omdat hij niet alleen kan zijn. De laatste is een vluchtreactie en het is afhankelijk van het bewustzijn van de beeldhouwer of het verlangen werkelijkheid wordt of niet. Stel dat het bewustzijn van deze persoon beperkt is, dan kan het heel goed zijn dat de intentie verwerkelijkt wordt. Hij is dan nog niet toe aan een nieuwe, meer reële ervaring van liefde en zal daarom voortdurend de beperkende vorm van liefde voortbrengen. Maar als iemand er aan toe is om met zijn bewustzijn nieuwe mogelijkheden te omvatten – bijvoorbeeld de mogelijkheid om alleen gelukkig te zijn – dan zal hij zijn golem niet ontmoeten in de gedaante van een mens, maar in zijn lot als vrijgezel. De vraag of een intentie dus concreet vorm aanneemt in de buitenwereld, is afhankelijk van de kwaliteit van het bewustzijn en de actuele ontwikkelingsfase. Wij mensen hebben hierop zelden een objectieve, heldere kijk. De omstandigheden waaronder we onze golem in de buitenwereld ontmoeten worden bepaald door zoveel factoren, dat dit een kosmische aangelegenheid is. Ofwel: zij is een zaak van de ‘sterren’, de kosmos ofwel de ons omringende geest. In het sprookje richt Geppetto zijn wens dat de houten pop of golem die hij gemaakt heeft tot leven komt aan de sterren! En in de Disney-variant daalt ’s nachts de elf Tinkerbell uit de hemel af om Pinokkio tot leven te wekken. Hiermee wordt ons verteld dat het al dan niet tot leven wekken van de golem een kosmische aangelegenheid is. Al wat wij kunnen doen is de taak van een goed timmerman of beeldhouwer op ons nemen en voorkomen dat we gedrochten in ons onderbewuste vormen. Het is onze taak om de golem die zich onderbewust vormt, zo goed als mogelijk met ons bewustzijn bij te sturen en op te voeden. Dit zien we in het sprookje verbeeld als de neus van Pinokkio die uitrekt als Pinokkio een leugen vertelt. Onze negatieve intenties zijn als leugens en wanneer wij vanuit dergelijke duistere intenties onze golem vormen, dan ervaren we dat onmiddellijk (net als Pinokkio). We ervaren een pijnlijk gevoel, voelen ons depri of we maken iets vervelends mee, dat ons iets vertelt over de golem die wij onderbewust aan het vormen zijn. Deze vervelende dingen zijn mogelijkheden die ons geboden worden om onze intentie bij te sturen! Van houten pop tot jongen van vlees en bloed In ‘Pinokkio’ is nog een prachtig denkbeeld opgenomen. Zolang Pinokkio nog lerend is over wat wel en niet waar is, is hij een houten pop. Anders gezegd: onze golem heeft een bepaalde incubatieperiode. Tijdens deze periode krijgen we ervaringen voorgeschoteld die ons een indruk geven van wat ons te wachten staat als onze golem zich daadwerkelijk tot lot manifesteert. De voorproefjes in het dagelijks leven vertellen ons of we bezig zijn een vreselijk noodlot te creëren of dat we binnenkort een lot uit de loterij ontvangen. Dankzij deze gebeurtenissen kunnen we ons bezinnen en bedenken of en hoe we de schepping van onze golem kunnen bijsturen. Tijdens deze periode is Pinokkio nog van hout. Hij leeft al wel, maar is nog geen volledig onderdeel van onze fysieke ervaring. Hij wordt pas een jongen van vlees en bloed als het onderbewuste zo vol en zwanger is van energie, dat er een nieuwe bewustzijnsvorm geboren kan worden. De periode ervoor was die van de zwangerschap, maar op een gegeven moment heeft de intentie zo’n kracht aangenomen, dat zij een nieuwe levensvorm creëert. 4 © 2013, Sander Videler www.degoudgeleweg.nl
In het sprookje verdwijnt Pinokkio op zijn reis van intentie tot fysieke ervaring nog eenmaal in de buik van de walvis. Net als Jonas worden we op een gegeven moment door het zich opbouwend onderbewuste opgeslokt en belanden we in de buik van de walvis. De walvis is daarmee letterlijk het symbool van een baarmoeder – een enorme buik, zwemmend in de oceaan van energie. We ervaren dit als volgt. In dit stadium zijn we geheel zwanger van onze intentie. Zij kleurt onze hele wereld. Een vrouw die bijvoorbeeld zelf zwanger wil worden, maar dit om een of andere reden niet wordt, zal haar kinderwens overal om zich heen gemanifesteerd zien. Ze ziet op een gegeven moment alleen nog ‘blije’ moeders met kinderen en zwangere vrouwen. Zij is net als Pinokkio opgeslokt door haar onderbewuste wens en ondergaat hiermee een pijnlijke ervaring. Namelijk, de ervaring waarin we ons bewust zijn van mogelijkheden, maar deze mogelijkheden zelf (nog) niet bewust kunnen maken of ervaren. Het vergt een laatste waarheidsonderzoek om te bepalen of we onze golem zullen ervaren of niet. Wanneer we ons omringd zien door juist die omstandigheid die we zelf zo graag willen, maar die wij nog onderbewust in ons meedragen, dan worden we hiermee zo geconfronteerd dat we op een gegeven moment niets anders meer willen. Hiermee geven we onze intentie de kracht die zij nodig heeft om manifest te worden. Echter, ook hier staat onze golem onder invloed van de schikgodinnen. Want zelfs in deze laatste fase, verblijvend in de buik van de walvis, is het de kosmos of de natuur die beslist of zij Pinokkio uitspuugt en tot jongen van vlees en bloed maakt. Loslaten En, zo gaat het meestal. Op een avond als Pinokkio, nog steeds van hout, slaapt en hij en Geppetto het het minst verwachten, daalt de fee nog een keer uit de sterrenhemel af. Onze slaap is een berusting in ons lot. Jarenlang hebben we iets vurigs gewenst en hebben we onderbewust onze golem gemaakt, maar zonder tastbaar resultaat. Dan komt er een moment waarop we het verlangen loslaten. Hiermee geven we het vasthouden aan onze intentie op en geven we feitelijk te kennen dat we zo in bewustzijn gegroeid zijn, dat we ook zonder de actualisatie wel kunnen leven. De vrouw realiseert zich dat ook zonder kind zij een gelukkig leven kan leiden en dat zij geen kind of persoon buiten zichzelf nodig heeft om liefde te ervaren. Zij geeft haar bewuste streven op en maakt daarmee ruimte voor de kosmos om het nieuwe leven geboren te laten worden. New Age boekjes beschrijven steeds hoe ‘loslaten’ aan ‘ontvangen’ vooraf gaat. Wat ze er niet bij schrijven is dat de sterren bepalen wanneer het kosmisch tijd is om te kunnen loslaten. Loslaten doe je niet, maar wordt voor je gedaan als je er klaar voor bent. Zo wordt Geppetto, als hij het niet meer verwacht, op een ochtend gewekt door een jongen van vlees en bloed.
5 © 2013, Sander Videler www.degoudgeleweg.nl
Over de auteur Sander Videler (1976) is Jungiaans analytisch therapeut, auteur en spreker op het gebied van spiritualiteit, gnosis en dieptepsychologie. Van zijn hand verschenen o.a. de boeken ‘Leef!’, ‘De weg naar je ware Zelf’ en ‘Het wezen van de mens’. Meer informatie: www.degoudgeleweg.nl of www.sandervideler.nl
6 © 2013, Sander Videler www.degoudgeleweg.nl