Veel leerkracht toegewenst!
L
eerkracht. Dit woord, waarmee uw beroep wordt aangeduid, heeft vele diepere betekenissen. Het gaat over de ontwikkeling van kinderen tot krachtige mensen en uw bepalende rol in dit leerproces. Het gaat over uw kracht om ook zelf te blijven leren en uzelf te ontwikkelen. Het gaat over u als kracht van de school. Uw leerkracht is van onschatbare waarde. Daarom doen we er als Laurentius Stichting alles aan om uw leerkracht te behouden voor onze scholen. Óók in tijden van dalende leerlingaantallen en formatieve krimp op een aantal van onze scholen. Leerkracht moet je ook onderhouden, voeden en trainen. U weet als geen ander wat u daarvoor nodig heeft. Daarom voert ú de regie over uw professionele ontwikkeling, eventueel met ondersteuning van uw directeur. Als Laurentius Stichting geven we u de ruimte en handvatten die u nodig heeft om uw talenten te ontwikkelen en ten volle te benutten. Kennismaken met, of overstappen naar een andere school kan een stap zijn in de ontwikkeling van uw leerkracht. Zo doet u nieuwe ideeën, kennis, ervaring en inspiratie op. Zo werken we aan krachtige scholen in tijden van passend onderwijs, kritische en meer eisende ouders en de luide roep om inzicht in de onderwijsopbrengsten en betere onderwijsresultaten.
De mobiliteitsmarkt blijkt een relatief laagdrempelige manier voor leerkrachten om zich verder te ontwikkelen en een nieuwe school te laten profiteren van hun talenten. Daarom organiseren we voorafgaand aan het nieuwe schooljaar een nieuwe mobiliteitsmarkt. Deze zal weer primair een vrijwillig karakter hebben. Een verplichte overstap naar een andere Laurentius-school kan echter niet worden uitgesloten. We zoeken naar de beste balans tussen een baangarantie voor iedere leerkracht binnen de Laurentius Stichting, het stimuleren van ieders professionele ontwikkeling en de kwaliteitsontwikkeling van de scholen. Natuurlijk vindt de mobiliteitsmarkt weer plaats aan de hand van duidelijke criteria. Dit jaar zal de leeftijdsopbouw van het onderwijzend personeel een nieuw criterium zijn. Ondertussen werken we aan een integraal mobiliteitsbeleid. Het doel daarvan is: duurzame inzetbaarheid van iedere medewerker én kwaliteitsontwikkeling van de scholen. Dit past in onze visie: goed onderwijs, een stimulerend leer- en werkklimaat en een sterk imago. Ik nodig u nadrukkelijk uit om uw leerkracht te blijven voeden en trainen, op de manier die bij u én bij uw school past. Ik wens u, onze scholen en leerlingen veel leerkracht toe! Joke Reijman Voorzitter College van Bestuur Laurentius Stichting
Nieuwsbrief van de Laurentius Stichting
Vijftien collega’s van de Laurentius Stichting zijn in 2012-2013 overgestapt naar een andere Laurentius-school. Drie van hen vertellen in deze Perspectief hoe zij die overstap hebben ervaren.
Na de Pabo werd ik aangenomen op de Gouden Griffel, waar wordt gewerkt volgens het nieuwe leren. Na vijf jaar wilde ik kennismaken met een andere onderwijsvorm. Ik heb me georiënteerd op de mogelijkheden binnen de Laurentius Stichting en kon ook op enkele scholen een dag meelopen. Ik hield de vacatures binnen de stichting in de gaten en heb gesolliciteerd bij de St. Jozefschool, waar klassikaal wordt lesgegeven. Ik sta er sinds september 2013 voor de klas en voel me als een vis in het water. Het is mooi dat je binnen Laurentius Stichting de kans krijgt om nieuwe werkervaring op te doen met behoud van je vaste contract. Ik kan het iedereen aanraden.
nieuwe werkervaring
Perspectief
Nummer 5 • februari 2014
Pauline van den Baard
3
Nieuw beginsel voor overplaatsing
Criteria mobiliteitsmarkt 2014-2015 Vrijwillig overstappen naar een andere school staat voorop tijdens de mobiliteitsmarkt 2014-2015. Een verplichte overstap kan echter niet worden uitgesloten in geval van boventalligheid op scholen. Voor het eerst wordt het afspiegelingsbeginsel toegepast. Wie komen wel en niet in aanmerking voor overplaatsing?
A
ls het College van Bestuur het (bestuurs)formatieplan 2014-2015 heeft vastgesteld, wijst het bestuur de scholen met boventalligheid aan. De schooldirecties van deze scholen wijzen vervolgens leerkrachten aan die voor overplaatsing in aanmerking komen. Zij krijgen de status van plaatsingskandidaat. Aanwijzing gebeurt op grond van het afspiegelingsbeginsel en het last-infirst-out-principe (LIFO).
Beroepsprocedure verplichte overplaatsing Als een medewerker het niet eens is met de overplaatsing naar een andere school, neemt het bestuur een afgewogen besluit. De plaatsingsprocedure wordt gevolgd zoals opgenomen in de CAO PO 2013 artikel 10.6 en op grond van het overplaatsingsbeleid binnen de mobiliteitsmarkt 2014-2015. De medewerker kan tegen dit besluit in beroep gaan bij de Commissie van Beroep. De uitspraak van deze commissie is bindend. Indien de medewerker akkoord gaat met de overplaatsing worden eventuele afspraken schriftelijk vastgelegd. Afspiegelingsbeginsel en ‘last in first out’ (LIFO-principe) De Laurentius Stichting heeft afgesproken dat het onderwijzend personeel bij formatieve frictie in aanmerking komt voor verplichte overplaatsing. De plaatsingskandidaten worden aangewezen op grond van vooraf vastgestelde objectieve criteria: het afspiegelingsbe-
ginsel en het LIFO-principe. Het afspiegelingsbeginsel moet voorkomen dat voornamelijk jongeren, die in de regel het kortste dienstverband hebben bij de stichting, naar een andere school vertrekken en de ouderen blijven zitten. In de praktijk Het afspiegelingsbeginsel werkt als volgt: het onderwijzend personeel wordt ingedeeld in vijf leeftijdsgroepen: van 15 tot 25 jaar, van 25 tot 35 jaar, van 35 tot 45 jaar, van 45 tot 55 jaar en 55 jaar en ouder. Indien de school met boventalligheid meerdere plaatsingskandidaten heeft, dient de verdeling van de overplaatsing over de leeftijdsgroepen op een zodanige wijze plaats te vinden, dat de leeftijdsopbouw binnen deze categorie vóór en ná het vertrek van de plaatsingskandidaat verhoudingsgewijs zoveel mogelijk gelijk blijft. Hier wordt een rekenformule voor gehanteerd. Vervolgens wordt binnen het betreffende leeftijdscohort de werknemer met het kortste dienstverband op basis van het LIFO-principe als eerste aangewezen als plaatsingskandidaat. Bij LIFO is de duur van de diensttijd het selectiecriterium. Dat wil zeggen dat de medewerker die het kortst bij de Laurentius Stichting (of één van haar rechtsvoorgangers) in dienst is, als eerste wordt aangewezen voor overplaatsing. Niet aangewezen De volgende leerkrachten kunnen op grond van hun sleutelpositie in de organisatie niet aangewezen worden voor overplaatsing: ➜➜ Intern begeleiders LA; ➜➜ Intern begeleiders LB; ➜➜ Leerkrachten LB; ➜➜ Leerkrachten die waarnemend directeur zijn; ➜➜ Leerkrachten LA die lid van het MT zijn.
Overplaatsing op andere gronden In het mobiliteits- en overplaatsingsbeleid 2014-2015 ligt het accent op overplaatsing op grond van formatieve boventalligheid. Het bestuur van de Laurentius Stichting kan echter ook op andere gronden besluiten een leerkracht over te plaatsen, zoals bij ziekte, functioneren of een ander belang van de school en/of de leerkracht. Dit besluit kan zonder instemming van de leerkracht genomen worden. Hij/ zij kan er tegen in beroep gaan. Zie ook artikel 10.6 lid 2 en 3 van de CAO PO 2013.
De volgende leerkrachten komen (nog) niet in aanmerking voor overplaatsing vanwege een bijzondere omstandigheid: ➜➜ Leerkrachten met functioneringsproblematiek die t.o.v. de overplaatsing een negatief advies hebben van de school waar zij werken, bekrachtigd door een besluit van het College van Bestuur; ➜➜ Leerkrachten voor wie zwaarwegende redenen gelden om niet overgeplaatst te worden, bekrachtigd door een besluit van het College van Bestuur; ➜➜ Leerkrachten die na 1 augustus 2012 zijn overgestapt naar de huidige school met boventalligheid. Twee keer overstappen naar een nieuwe school binnen twee jaar zou teveel gevraagd zijn.
Voorbeeld afspiegelingsbeginsel binnen de categorie onderwijzend personeel
Vraag & Ant wo ord
Op een Laurentius-school werken 18 medewerkers die binnen de categorie Onderwijzend Personeel (OP) vallen. Vanwege tegenvallende financiële resultaten, mede als gevolg van een sterk teruglopend leerlingenaantal, komt de (school)directie tot de conclusie dat ten minste 4 medewerkers uit deze categorie aangewezen moeten worden als plaatsingskandidaten. Op basis van het mobiliteitsbeleid van de Laurentius Stichting komen alleen OP’ers in aanmerking voor overplaatsing. OP’ers die een sleutelpositie in de organisatie hebben, worden buiten beschouwing gelaten; bij deze school gaat dit om 3 medewerkers. Dit rekenvoorbeeld gaat dus uit van 15 medewerkers binnen de categorie OP. Stap 1: De werkgever deelt de OP’ers in in vijf leeftijdsgroepen. Leeftijdsgroep
15 - 25 25 - 35 35 - 45 45 - 55 55 +
totaal
Werknemers
5
5
3
2
0
15
Percentage
33,3
33,3
20
13,3
0
100
Stap 2: De werkgever stelt het aantal plaatsingskandidaten per leeftijdsgroep vast. Er wordt bepaald hoeveel medewerkers per leeftijdsgroep herplaatst dienen te worden om de leeftijdsopbouw zoveel mogelijk in stand te houden. Om dit te bewerkstelligen, wordt het percentage medewerkers per leeftijdsgroep vermenigvuldigd met het totaal aantal plaatsingskandidaten (4). Uitkomsten van 0,5 of hoger worden naar boven afgerond. Leeftijdsgroep
15 - 25
25 - 35 35 - 45 45 - 55 55 +
totaal
Werknemers
5
5
3
2
0
15
Percentage
33,3
33,3
20
13,3
0
100
Aantal overplaatsingen
1,33
1,33
0,80
0,53
Afgerond
1
1
1
1
0
4
Stap 3: De werkgever wijst per leeftijdsgroep de plaatsingskandidaat aan op basis van het LIFO-principe. De werkgever heeft in stap 2 berekend hoeveel medewerkers in welke leeftijdsgroep worden aangewezen als plaatsingskandidaat. Op basis van last-in-first-out-principe (LIFO-principe) wordt in stap 3 bepaald wie wordt aangewezen. Het gaat om de medewerker met het kortste dienstverband bij de Laurentius Stichting. Stap 4: Eventuele herhaling van de procedure. Mocht de gewenste bezuiniging met de 4 aangewezen plaatsingskandidaten niet worden gehaald, vanwege een te kleine werktijdfactor van betrokkenen, dan wordt de procedure vanaf stap 1 herhaald. In dit geval worden bij het indelen van de leeftijdsgroepen ook de al aangewezen plaatsingskandidaten buiten beschouwing gelaten.
Ik
werk als leerkracht LB op de Laurentius SBO. Kan ik dan aangewezen worden voor overplaatsing? Ja, de leerkracht
LB in het speciaal basisonderwijs kan worden aangewezen. Alleen de leerkracht LB in het reguliere basisonderwijs kan niet worden aangewezen.
Ik
ben aangesteld als vervanger voor een langdurig zieke. Mag ik in fase 1 en 3 intern solliciteren op reguliere vacatures? Nee en ja. Als vervanger mag u in fase 1 alleen solliciteren op interne vervangingsvacatures. In fase 1 heeft u ten aanzien van reguliere vacatures de status van externe sollicitant. Echter, in fase 3 mag u wel mee solliciteren op reguliere vacatures indien u voldoet aan de gestelde criteria.
Ik
heb nu een aanstelling voor wtf 0,5. Mag ik solliciteren op een vacature van wtf 1? In fase
1 kan dat niet. De huidige wtf mag met een marge van 0,1 afwijken van de wtf van de vacature. Op deze wijze wordt de beschikbare formatieruimte zo veel mogelijk gereserveerd voor de plaatsingskandidaten in fase 2. U kunt wel uw interesse kenbaar maken; de school zou immers kunnen kiezen voor een duo-baan als invulling van de vacature.
Ik
werk op een groeischool. Stel dat ik in fase 1 of 3 ga solliciteren. Kan ik afgewezen worden? Ja, want u bevindt zich dan
in een reguliere sollicitatieprocedure. De sollicitatiecommissie selecteert in fase 1 en 3 op basis van kwaliteit. Het is wel zo dat als er sprake is van gebleken gelijke geschiktheid van de kandidaten de plaatsingskandidaat voorrang heeft.
Hoe werkt de mobiliteitsmarkt 2014-2015 Fase 1
Fase 2
Fase 3
Vrije sollicitatieronde stichtingsbreed
Plaatsingsronde
Tweede vrije sollicitatieronde
Voordat de mobiliteitsmarkt start, hebben de schooldirecties de plaatsingskandidaten aangewezen op grond van de objectieve criteria (het afspiegelingsbeginsel en het LIFO-principe). In deze eerste fase worden alleen de reguliere vacatures gepubliceerd. De vacatures worden via de directeur digitaal onder alle medewerkers verspreid. Alleen de medewerkers met een vast of tijdelijk regulier dienstverband kunnen solliciteren op de beschikbare reguliere vacatures. Bij gelijke geschiktheid van de kandidaten zal de sollicitant die werkzaam is op een school met boventalligheid voorrang krijgen. Dus bent u plaatsingskandidaat, laat het de sollicitatiecommissie weten! Binnen de mobiliteitsmarkt 2014-2015 mag alleen gesolliciteerd worden op vacatures met een werktijdfactor die gelijk is aan de werktijdfactor van de huidige benoeming met een marge van 0,1. Dat betekent dat de sollicitant vooraf goed moet bekijken of de werktijdfactor van de vacature niet te veel afwijkt. De sollicitant die parttime werkt kan echter wel op een fulltime vacature solliciteren; de school zou immers kunnen kiezen voor een duo-baan als invulling van de vacature.
We spreken in deze fase van een plaatsingsronde en niet van een sollicitatieronde. In deze ronde worden de plaatsingskandidaten die in fase 1 niet zijn ingestroomd, gematcht aan de beschikbare vacatures. Als er in deze, of in de volgende fases, geen geschikte reguliere vacatures zijn, kan de plaatsingskandidaat gematcht worden met een geschikte (langdurige) vervangingsvacature. De plaatsingskandidaten maken in tien-minutengesprekken kennis met directeuren met een passende vacature. De passendheid van de vacature wordt primair bepaald door de werktijdfactor; de wensen van de kandidaat worden hier zoveel mogelijk in meegenomen. Als er na het gesprek een klik is, volgt een tweede gesprek met de directeur. Daarna wordt een besluit genomen in samenspraak met betrokkene, de desbetreffende directeur, de personeelsfunctionaris en het bestuur.
Dit is de vervolgronde voor alle vacatures (zowel regulier als vervanging). Alle reguliere vacatures die ontstaan zijn als gevolg van de interne mobiliteit in fase 1 worden opengesteld voor alle interne medewerkers met een regulier (tijdelijk) dienstverband binnen de stichting. In deze fase worden tegelijkertijd alle vervangingsvacatures opengesteld voor alle medewerkers die werkzaam zijn binnen de Laurentius Stichting. Verder krijgen de huidige LIO’ers en vervangers in fase 3 een speciale status: onder bepaalde voorwaarden (zie kader ‘vervangers’) mogen zij solliciteren op de reguliere vacatures. Ook in deze fase wordt de plaatsingsprocedure met plaatsingskandidaten die in fase 1 en fase 2 nog niet gematcht zijn, voortgezet.
Fase 4 Het College van Bestuur besluit of de nog niet ingevulde vacatures extern uitgezet worden
Vervangers en huidige LIO’ers Vervangers zijn leerkrachten die een afwezige collega tijdelijk vervangen, bijvoorbeeld wegens ziekte of verlof. Vervangers die een vervangingsaanstelling hebben binnen de Laurentius Stichting mogen in fase 1 niet solliciteren op de reguliere vacatures. Zij mogen wel in fase 3 solliciteren op alle vervangingsvacatures. Echter, vervangers die in het schooljaar 2013-2014 drie aaneengesloten maanden werkzaam geweest zijn als groepsleerkracht voor een minimale wtf van 0,4 hebben een
speciale positie: zij mogen in fase 3 wel solliciteren op alle reguliere vacatures die in fase 1 nog niet zijn vervuld. Voorwaarde is wel dat zij een positieve schriftelijke evaluatie van de schooldirectie kunnen overleggen. Het voorgaande is ook van toepassing op de huidige LIO’ers. Vervangers die in het huidige schooljaar zijn aangesteld op een langdurige vervanging, dienen ermee rekening te houden dat hun vervangingsaanstelling mogelijk
niet doorloopt in het schooljaar 2014-2015, ook al loopt de grondslag voor de vervanging wel door (de zieke collega is bijvoorbeeld nog niet hersteld). Het kan namelijk zijn dat een groepsleerkracht van een school met boventalligheid, die nog niet op een andere school van de Laurentius Stichting is geplaatst, op deze (langdurige) vervanging wordt aangesteld. De Laurentius Stichting doet wel haar uiterste best om haar vervangers binnen de stichting te blijven inzetten.
6
Vraag & Ant wo ord
een goede klik
Ik had als invaller al op verschillende Laurentiusscholen gewerkt toen ik in 2011 op de Titus Brandsmaschool kwam. Ik viel in voor een zieke leerkracht en voor iemand die met zwangerschapsverlof ging en ben gebleven tot eind vorig schooljaar. Toen moest ik jammer genoeg stoppen en werd uitgenodigd te solliciteren. Dat begon met speeddaten. De sollicitanten en directeuren zaten in een zaal en hadden telkens tien minuten de tijd om kennis te maken. Het voelde erg informeel en ongedwongen. Meteen daarna volgde een één-opéén evaluatiegesprek waarbij ik kon aangeven hoe ik het had ervaren en of ik een klik had met een school. Ook de directeuren konden aangeven met wie zij verder in gesprek wilden. Op die manier werd een match mogelijk gemaakt. Ik wilde graag verder praten met De Christoffel en gelukkig wilde deze school ook verder met mij praten. Het was een prettig sollicitatiegesprek dankzij de eerdere kennismaking. Het was veel minder spannend, want het ijs was al gebroken. De klik was er: inmiddels sta ik sinds september 2013 op De Christoffel drie dagen voor groep 5. Terugkijkend vind ik het mooi dat ik binnen de stichting de kans heb gekregen op een andere baan. Emma Spuyman
Stel
dat ik als plaatsingskandidaat niet gematcht kan worden, kan ik dan geplaatst worden op een langdurige vervanging? Zo ja, heeft dat consequenties voor mijn rechtspositie? Ja, dan kunt u geplaatst worden op een langdurige vervanging. Dat heeft geen consequenties voor uw rechtspositie.
Ik
werk fulltime. Stel dat ik plaatsingskandidaat ben, kan het dan zijn dat ik op twee scholen geplaatst word? Ja. Uiteraard zal er naar gestreefd worden dit te voorkomen.
Stel
dat ik plaatsingskandidaat ben (fase 2), kan de directeur van de school met een vacature mij afwijzen? In principe niet. Het gaat hier om een plaatsingsprocedure. Het streven is om de plaatsingskandidaten te matchen met de beschikbare vacatures. Dat beperkt wel de speelruimte. Goed overleg is de basis van de plaatsing. Als alle betrokkenen er niet uitkomen, kan een schooldirecteur zich wenden tot het College van Bestuur, dat een afgewogen besluit zal nemen.
Van
welke peildatum gaan jullie uit bij het bepalen van de duur van de diensttijd?
Stel
dat ik in aanmerking kom voor overplaatsing, kan ik hier bezwaar tegen aante-
De peildatum is vastgesteld op 1 augustus 2014.
kenen? Ja. U kunt beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep. Dit beroepsorgaan toetst of het bestuur van de Laurentius Stichting bij de verplichte overplaatsing redelijk en zorgvuldig heeft gehandeld, dat wil zeggen of het verweer van de medewerker al dan niet verworpen dient te worden. Er wordt met name getoetst of de juiste procedure is gevolgd conform de procedurevoorschriften vermeld in artikel 10.6 CAO PO en in het vastgestelde mobiliteitsbeleid.
Stel
dat ik boventallig ben op de Laurentius SBO, kan ik dan overgeplaatst worden?
Ja, want de Laurentius SBO valt onder de cao Primair Onderwijs. Plaatsingskandidaten behouden wel hun inschaling.
Week 16/17 Sollicitatiegesprekken. De procedures dienen uiterlijk 23 april 2014 te zijn afgerond. Week 20
12 mei 2014: start fase 2 (plaatsingsfase). Er vindt een inventarisatie plaats van de interne mobiliteit in fase 1, de vacatures en de plaatsingskandidaten worden vastgesteld.
Week 21
Match reguliere vacatures met plaatsingskandidaten (tien-minutengesprekken).
Week 22
28 mei 2014: bestuursbesluit plaatsingen.
Week 23
2 juni 2014: start fase 3
Week 23/24 6 juni 2014: alle medewerkers ontvangen de (tweede) digitale brochure ‘Reguliere en vervangingsvacatures interne mobiliteitsmarkt 2014-2015’. Sluitingstermijn: 12 juni 2014. Week 25/26 Sollicitatiegesprekken fase 3. De procedures dienen uiterlijk op 26 juni 2014 te zijn afgerond. Week 27
4 juli 2014: start fase 4. Het College van Bestuur besluit over de niet ingevulde (reguliere) vacatures. Indien van toepassing worden de vacatures voor externen opengesteld.
Deze Perspectief is een uitgave van de Laurentius Stichting. Perspectief 5, februari 2014 | Aan de inhoud van deze Perspectief kunnen geen rechten ontleend worden. Coördinatie en realisatie: CommSa, Pijnacker. Redactieadres: Postbus 649, 2600 AP Delft, Telefoon: 015-2511440
31 maart 2014: start fase 1. Alle medewerkers ontvangen via de schooldirectie de digitale brochure ‘Reguliere vacatures interne mobiliteitsmarkt 2014-2015’. Sluitingstermijn: 9 april 2014.
Diana Komen-Jense
Colofon
Week 14
In 2010 ben ik begonnen op de Mgr. Bekkersschool, eerst als kleuterjuf en daarna stond ik twee jaar voor groep 5. De school moest inkrimpen. Ik was als laatste aangenomen en kwam dus als eerste in aanmerking voor interne overplaatsing. Aanvankelijk vond ik het moeilijk om de overstap te maken omdat ik nog maar kort in dienst was. Uiteindelijk is het me ontzettend meegevallen. Er is goed naar mijn kwaliteiten gekeken en er werd rekening gehouden met o.a. mijn woon-werkafstand. Ik kwam in aanmerking voor verschillende vacatures. Samen met collega’s van andere scholen werd ik uitgenodigd op het kantoor van de Laurentius Stichting. In één ruimte zaten directeuren die een vacature hadden. We schoven van tafel naar tafel, het was een soort ‘speeddating’ en dat was heel bijzonder. Ik heb daarna met twee directeuren een vervolggesprek gevoerd. Met de Godfried Bomansschool was er een echte klik. Ik werd er begin dit schooljaar met open armen ontvangen, aanvankelijk als ondersteunende leerkracht. Inmiddels sta ik als vaste leerkracht voor groep 3. Het bevalt me uitstekend, ik heb een leuke groep leerlingen en leuke collega’s. De overstap naar ‘de Bomans’ heb ik als positief ervaren.
positieve overstap
Tijdpad interne mobiliteitsmarkt 2014-2015
2